Miele DA 237, DA 237 EXT, DA 239, DA 239 EXT User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
Wasemkappen DA 237, DA 237 EXT DA 239, DA 239 EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat. M.-Nr. 05 034 220
*
Inhoud
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Hoe werkt uw toestel? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bediening
Hoofdschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De verlichting in- / uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het vermogen instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De wasemkap laten nawerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Bedrijfsurenteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Bedrijfsurenteller opvragen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Bedrijfsurenteller veranderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
De vetfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Een halogeenlamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Naverkoopdienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Elektrische aansluiting en technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Afmetingen van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Montage
Montageplaten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Terugslagklep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Besturing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Luifel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
De luchtafvoer voorbereiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Elektrische verbinding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Aanpasstuk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Schouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Aansluiting van de luchtafvoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge­kozen, dat het milieu verdraagt en dus opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge­spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet gewoon met het vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde verzamel- en sorteerter­rein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waarde­vol materiaal. Geef uw oud toestel dus niet gewoon met het grof huisvuil mee. Vraag liever inlichtingen aan uw ge­meentebestuur of aan het dichtstbijzijn­de autowrak- of schrootverwerkend be­drijf omtrent de mogelijkheden om die stoffen opnieuw te gebruiken.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kinderveilig wordt bewaard. Hou dus rekening met de gelijknamige ru­briek in de ‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen’.
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Dit toestel voldoet aan de voorge­schreven veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan de gebruiker gevaar lopen. Er kan ook schade optreden aan het toestel.
Lees aandachtig uw gebruiksaan­wijzing voor u uw toestel in gebruik neemt. U vindt er belangrijke wen­ken omtrent veiligheid, montage, gebruik en onderhoud. Zo be­schermt u zichzelf en vermijdt u schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Deskundig gebruik
Dit toestel is enkel voor huishoude-
lijk gebruik bestemd. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschrif­ten gebruikt of verkeerd bediend werd.
Technisch veilig
Vergelijk eerst de aansluitgege-
vens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw huis­installatie. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er scha­de op aan uw toestel. Vraag in geval van twijfel inlichtingen aan uw installa­teur.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een aardingssysteem aansluit, dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman te laten nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardingsleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er zijn elektrische schokken mogelijk.
Door ondeskundige installatie-,
onderhouds- of reparatiewerkzaam­heden kunnen er niet te onderschatten risico’s opduiken voor wie het toestel gebruikt. Laat de installatie en de her­stelling van uw elektrische toestellen dus enkel door een erkend vakman uit­voeren.
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Het toestel is pas stroomloos in­dien aan een van deze voorwaar-
den werd voldaan: – de smeltstoppen van uw installatie
zijn uitgeschakeld,
– het snoer is van het elektrisch net los-
gekoppeld. Trek niet aan het snoer, maar wel aan de stekker om het toesel stroom­loos te maken.
Gebruik uit veiligheidsoverwegin-
gen geen verlengsnoeren om het toestel aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheids­garanties. Er bestaat onder meer ge­vaar voor oververhitting.
Gebruik
Maak onder de wasemkap nooit
iets klaar met open vlam. Flambeer of grilleer er nooit spijzen onder. De ingeschakelde wasemkap trekt de vlammen in de vetfilter. Door het opge­zogen kookvet bestaat er brandgevaar!
Gebruikt u de wasemkap boven
een gaskookvlak? Zet dan steeds een kookpan op de brander die in ge­bruik is. Door de te sterke hitte van de vlammen kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap telkens in
wanneer er een kookplaat of -zone in gebruik is. Is de wasemkap niet ingeschakeld, dan kan er zich condenswater vormen. Daardoor kan het toestel corrosie oplo­pen.
Indien u met olie of vet kookt, dient
u uw kookpan of frituurstel voortdu­rend in het oog te houden. Door oververhitting kunnen olie en vet in brand geraken en de wasemkap be­schadigen.
Gebruik de wasemkap nooit zon-
der vetfilter. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af­zet in het toestel. Daardoor komt de goede werking immers in het gedrang.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
De filter(s) dient u regelmatig
schoon te maken of te vervangen. Door een erg vette filter bestaat er brandgevaar!
Gebruik om de wasemkap schoon
te maken in geen geval een toestel dat met stoom onder druk werkt. De stoom kan onderdelen van het toe­stel aanraken, die onder spanning staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
Montage
Tussen het kookvlak en de wasem-
kap dient u een minimumafstand te houden van:
45 cm boven elektrische kookvlakken65 cm boven gaskookvlakken.
Boven gaskookvlakken mag u
deze wasemkap enkel op min­stens 65 cm afstand monteren als de volgende nominale warmtebelastingen niet worden overschreden:
Boven ovens of fornuizen die met vaste brandstof worden verwarmd,
mag u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de afvoerleiding
enkel buizen of slangen van on­brandbaar materiaal. Die kunt u bij uw Miele-handelaar of in de Miele-naver­koopdienst verkrijgen.
De afvoer van de wasemkap mag
u niet aansluiten op een schoor­steen die in gebruik is, noch op een schacht die stookplaatsen ontlucht.
Zo de afvoer in een niet meer ge-
bruikte afvoerschouw moet worden geleid, hou dan rekening met de plaat­selijk geldige voorschriften.
Gasfornuis Max. belasting
een brander 2,7 kW alle branders 7,5 kW oven 3,5 kW
Gaskookvlak Max. belasting
een brander 3,5 kW alle branders 10,3 kW
Gaskookvlak op een keramisch oppervlak
De gegevens omtrent de nominale warmtebelas­ting gelden niet voor gaskookvlakken op een keramische plaat. Hou absoluut rekening met de gegevens van de fabrikant van dat kookvlak.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Wees voorzichtig als u de wasem-
kap tegelijk gebruikt met andere verwarmingstoestellen die lucht uit het vertrek nodig hebben. Bv. verwarmings­toestellen met gas, stookolie of steen­kool, doorstroomverwarmers, boilers. De wasemkap zuigt immers uit het ver­trek waar hij geïnstalleerd is alsook uit de vertrekken ernaast, lucht weg, die voor de verbranding in het verwar­mingstoestel bestemd is. Bovendien kunnen door het zuigeffect van de wasemkap uitlaatgassen uit de schouw terugstromen. De werking van verwarmingsinstallaties met schouw­aansluiting komt in het gedrang.
U vermijdt risico’s als er bij gelijktijdig gebruik van de wasemkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit het vertrek is vereist, een onderdruk wordt bereikt van maximaal 4 Pa (0,04 mbar). Zo verhindert u namelijk dat er uitlaatgassen uit het verwar­mingstoestel worden teruggezogen. Dit kunt u tot stand brengen door via niet afsluitbare openingen - bv. in deu­ren en vensters, luchttoevoer- en lucht­afvoerconstructies en andere techni­sche maatregelen als onderlinge vergrendeling e.d. de lucht voor de ver­branding te laten toevoeren.
Enkel bij toestellen met een elders geplaatste ventilator
Bij toestellen met een elders ge-
plaatste ventilator (modellen met ... EXT) dient u beide elementen via de verbindingsleiding met stekkers te ver­binden. Zorg ervoor dat u de toestellen juist combineert.
Uw oud toestel afdanken
Bij oude, af te danken toestellen
trekt u de stekker uit het stopcon­tact. Maak daarna snoer en stekker on­bruikbaar. Hierdoor vermijdt u dat uw toestel voor verkeerde doeleinden wordt gebruikt.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Opmerking: bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globa­le ventilatietoestand van de woning. Bij twijfel neemt u het best contact op met een beëdigd schoorsteenveger.
7
Beschrijving van het toestel
Beschrijving van het toestel
DA 237, DA 237 EXT DA 239, DA 239 EXT
8
Beschrijving van het toestel
Aanpasstuk
b
Schouw
c
Luifel
d
Verlichting
e
DA 237: 2 halogeenlampen DA 239: 3 halogeenlampen
Vetfilters
f
Bedieningspaneeltje
g
Hoofdschakelaar
h
Zo het toestel lange tijd niet werkt, bv. s nachts of tijdens uw vakantie, zet het dan uit met de hoofdschakelaar.
Toets voor de verlichting
i
Hiermee kan u de verlichting van het kookvlak inschakelen. Dat kan ook ter­wijl de wasemkap niet werkt.
Toets om het toestel te laten
l
nawerken
Hiermee kan u de ventilator na het kookproces nog even laten draaien. U kan hem automatisch laten stoppen na 5 of 15 minuten.
Toets voor de vetfilters
m
Het lampje in deze toets gaat aan zo­dra u de vetfilters dient te reinigen.
– Als u op deze toets drukt, wordt het
aantal afgelopen bedrijfsuren aange­duid terwijl de ventilator draait. Zie ru­briek Bediening / Bedrijfsurenteller’.
– Als u tegelijk op de toetsen vetfilters
en nawerken drukt, kan u het aantal uren van de bedrijfsurenteller wijzi­gen. Zie rubriek Bediening / Bedrijfs­urenteller wijzigen’.
Toets aan/uit
j
Hiermee zet u de ventilator aan en uit.
Toets – / +
k
Het vermogen van de wasemkap kan u op 4 niveaus aan de intensiteit van de kookdampen aanpassen. Daar is ook een intensieve stand bij.
9
Hoe werkt uw toestel?
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap werkt
. . . met afvoer naar buiten:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilter gereinigd en naar buiten afge­voerd.
Het toestel is uitgerust met een terug- slagklep. Die wordt tijdens het monte­ren van het toestel geplaatst. Als de wasemkap niet werkt, is deze klep gesloten. Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar buiten stromen. Zodra u het toestel in­schakelt, gaat de klep open. Zo kan de keukendamp ongehinderd naar buiten.
. . . met een elders geplaatste ventilator:
Modellen uit de reeks ...EXT zijn voor­zien voor aansluiting op elders geplaat- ste ventilatoren.
Zon buiten-de-keuken-ventilator wordt door een besturingsleiding verbonden met de wasemkap. U kan hem via het bedieningspaneel van de wasemkap bedienen.
10
Loading...
+ 22 hidden pages