Miele DA 216-1, DA 217-1, DA 219-1 User manual

Gebruiksaanwijzing voor de
afzuigkappen DA 216-1, DA 216 EXT DA 217-1, DA 217 EXT DA 219-1, DA 219 EXT
Lees beslist de gebruiksaanwijzing voordat u uw afzuigkap plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige schade aan uw apparaat. M.-Nr. 05 241 810
T
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Algemeen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bediening
Het inschakelen van de afzuiging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het in- en uitschakelen van de kookplaatverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het kiezen van het afzuigvermogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het activeren van de uitlooptijdfunctie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Het uitschakelen van de afzuiging. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Tellers die het aantal uren registreren dat de filters in gebruik zijn,
voordat ze moeten gereinigd. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Controleren hoeveel procent van het aantal ingestelde uren is verstreken . . . . . . 13
Het wijzigen van het aantal uren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Vetfilters. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Actief koolstoffilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Vetfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Actief koolstoffilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Het vervangen van de lamp. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Technische Dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Afmetingen van de afzuigkappen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Montage
Montageplaten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Wasemscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Motoreenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Stuureenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Luchtcirculatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Opvulstuk. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Bevestigingskolom. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Aansluiting voor de luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Anti-condensvoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Een bijdrage aan de bescherming van ons milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Gekozen is voor verpakkingsmateriaal dat niet schadelijk is voor het milieu, op verantwoorde wijze kan worden afge­dankt en dus voor hergebruik geschikt is.
Het afdanken van het apparaat
Apparaten die u afdankt bevatten nog waardevolle stoffen/materialen. Zet uw apparaat daarom niet zomaar bij het grofvuil, maar informeer ook hier­voor bij de gemeente naar mogelijkhe­den voor hergebruik van het materiaal (bijv. schrootverwerking).
Hergebruik van het verpakkingsmateri­aal vermindert de afvalproductie en het gebruik van grondstoffen. De vakhandelaar neemt de verpakking over het algemeen terug.
Zorg er voor dat kinderen niet bij het af­gedankte apparaat kunnen komen. Zie hiervoor hoofdstuk: "Veiligheidsinstruc­ties en waarschuwingen".
3
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Deze afzuigkap voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsbepalin­gen. Door ondeskundig gebruik kun­nen personen echter letsel oplopen en kan er materiële schade ont­staan.
Lees deze gebruiksaanwijzing eerst aandachtig door voordat u uw af­zuigkap voor het eerst gebruikt. U vindt hierin belangrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, de montage, het gebruik en het onder­houd van het apparaat. Dat is veili­ger voor uzelf en u voorkomt onno­dige schade aan uw apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef deze door aan een volgende eigenaar van de afzuigkap.
Efficiënt gebruik
Deze afzuigkap is uitsluitend be-
stemd voor huishoudelijk gebruik. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander gebruik dan hier aange­geven of door een foutieve bediening.
Technische veiligheid
Voordat u de afzuigkap aansluit
dient u altijd de aansluitgegevens (zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektrici­teitsnet te vergelijken. Deze moeten be­slist overeenkomen. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van de af-
zuigkap is uitsluitend gegaran­deerd als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende veiligheidsbepalingen is geïn­stalleerd. Als u twijfelt of dat het geval is, laat de huisinstallatie dan door een vakman / vakvrouw inspecteren. De fabrikant kan niet aansprakelijk wor­den gesteld voor schade die wordt ver­oorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarddraad (bijv. een elek­trische schok).
Ondeskundig uitgevoerde installa-
tie- en onderhoudswerkzaamhe­den leveren, evenals ondeskundig uit­gevoerde reparaties, grote risico’s op voor de gebruiker. Laat installatiewerkzaamheden, onder­houdswerkzaamheden en reparaties aan elektrische apparaten uitsluitend uitvoeren door erkende vakmensen.
4
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Er staat alleen dan geen elektri-
sche spanning op de afzuigkap, als aan één van de volgende voorwaar­den is voldaan:
– als de hoofdschakelaar van de huis-
installatie is uitgeschakeld;
– of als de stekker uit het stopcontact
is getrokken. Trek niet aan de aansluitkabel, maar aan de stekker als u de stroom van als de hoofdschakelaar van de huis­installatie is uitgeschakeld.
Deze afzuigkap mag niet via een
verlengsnoer op het elektriciteits­net worden aangesloten. Met verlengsnoeren kan een veilig ge­bruik van de afzuigkap niet worden gewaarborgd (gevaar voor oververhit­ting).
Gebruik
Werk nooit met open vuur onder
de afzuigkap: flamberen en grille­ren met open vuur etc. is verboden. Een afzuigkap die in gebruik is trekt de vlammen in de filters aan, waardoor het daarin verzamelde vet vlam kan vatten.
Blijf er altijd bij als u met olie en vet
werkt, ook wanneer u grilleert bo­ven elektrische grillapparaten. Oververhitte olie en oververhit vet kan vlam vatten en de afzuigkap in brand steken.
Gebruik de afzuigkap nooit zonder
vetfilters. Als u dat wel doet zetten zich vuil en vet in de afzuigkap af, waardoor deze op den duur niet meer goed zal functio­neren.
Reinig de filters regelmatig. Over-
verzadigde filters leveren gevaar op voor brand!
Gebruik van sommige reinigings-
middelen kan tot verkleuringen van de metalen vetfilters leiden. Deze verkleuringen hebben echter geen nadelig effect op het gebruik en de werking van de filters.
Gebruik voor het reinigen van de
afzuigkap nooit een stoomreiniger. Stoom kan in aanraking komen met de­len van het apparaat die onder span­ning staan en zo kortsluiting veroor­zaken.
Bij gebruik van de afzuigkap bo-
ven een gaskookplaat moet u er beslist op letten dat er altijd een pan staat op de gaspit die in gebruik is. De afzuigkap kan door de hitte van de vlammen beschadigen.
Schakel de afzuigkap altijd in zo-
dra u één van de kookzones in ge­bruik neemt. Doet u dat niet, dan kan zich condens­water ophopen, wat corrosie aan het apparaat kan veroorzaken.
5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Montage
De afstand tussen de kookplaat en
de afzuigkap moet bij: – elektrische fornuizen minimaal 45 cm
bedragen;
– gasfornuizen minimaal 65 cm bedra-
gen.
– elektrische grillapparaten van Miele
minimaal 65 cm bedragen. De afstand tussen wokbrander en af­zuigkap moet 75 cm bedragen.
Bij andere kooktoestellen moeten die minimum afstanden tot de afzuigkap worden aangehouden, die in de daarbij­behorende gebruiksaanwijzingen en montage-instructies staan aangegeven. Wanneer er verschillende kooktoestel­len onder de afzuigkap worden ge­bruikt, waarbij tot de afzuigkap verschil­ende afstanden gelden, dan moet de grootste afstand worden gekozen.
Het is niet toegestaan de afzuig­kap boven stookplaatsen voor vas-
te brandstoffen te monteren.
Voor het aanleggen van de luchtaf-
voer mogen alleen buizen of slan­gen van niet-brandbaar materiaal wor­den gebruikt. Deze zijn verkrijgbaar bij de Miele-vakhandel of bij de afdeling Onderdelen van Miele Nederland B.V.
De lucht mag niet worden afge-
voerd via een in gebruik zijnde schoorsteen, noch via een schacht die wordt gebruikt voor de ontluchting van ruimten waarin wordt gestookt.
Als de lucht moet worden afge-
voerd via een schoorsteen die niet meer in gebruik is, dan dient u eerst uw schoorsteenveger te raadplegen.
Wees voorzichtig bij gelijktijdig ge-
bruik van de afzuigkap en een stookplaats die gebruik maakt van de lucht die zich in die ruimte bevindt (zo­als gas-, olie- of kolenkachels, geisers, boilers, warmwaterketels, gaskookpla­ten, gasovens).
De afzuigkap onttrekt aan de ruimte waarin ze zich bevindt en aan de aan­grenzende ruimten zuurstof en daar­mee lucht die de stookplaats nodig heeft voor de verbranding.
Bovendien kan er door de zuigkracht van de afzuigkap lucht worden terugge­zogen uit de schoorsteen of de schacht en kunnen stookplaatsen die met de schoorsteen zijn verbonden be­schadigd raken.
Het gelijktijdig gebruik van de afzuig­kap en één van de bovengenoemde apparaten is ongevaarlijk als de onder­druk maximaal 4 Pa (0,04 mbar) is, waardoor er geen gevaar bestaat dat de afvoergassen van de stookplaats worden teruggezogen. Dit kunt u bereiken door niet afsluitbare openingen, bijv. in deuren, ramen, luchttoevoer-/luchtafvoer-muurkasten of door andere technische voorzieningen die voor een constante toevoer van lucht zorgen die nodig is voor het sto­ken.
Opmerking: bij de beoordeling van de situatie moet er altijd naar het gehele luchtgeleidingssysteem in de woning worden gekeken. In geval van twijfel kunt u uw schoorsteenveger raadple­gen.
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Het afdanken van het apparaat
Wanneer u uw oude of defecte af-
zuigkap afdankt, dient u deze in verband met de veiligheid onbruikbaar te maken. Trek de stekker uit het stopcontact en maak zowel de stekker als de aansluit­kabel onbruikbaar. Daarmee voorkomt u dat het apparaat voor andere doeleinden wordt gebruikt dan waarvoor het bestemd is.
Als de veiligheidsinstructies niet worden opgevolgd kan de fabrikant niet verantwoordelijk worden ge­steld voor schade die daar eventu­eel het gevolg van is.
7
Beschrijving van het apparaat
Beschrijving van het apparaat
8
Beschrijving van het apparaat
Opvulstuk
b
Bevestigingskolom
c
Wasemscherm
d
Bedieningspaneel
e
Hoofdschakelaar
f
Schakel met behulp van de hoofdscha­kelaar de afzuigkap uit, wanneer het apparaat langere tijd niet in gebruik is (bijv. s nachts, tijdens vakanties).
Roosters voor de lucht-
g
circulatie
Vetfilters
h
i Kookplaatverlichting
Toets voor de kookplaat-
j
verlichting
Aan-/Uit - toets voor de
k
afzuiging
– / + toetsen voor het
l
afzuigvermogen
m Toets voor de uitlooptijd-
functie
Met deze toets kunt u de uitlooptijdfunc­tie activeren. Hiermee blijft de afzuiging nog 5 tot 15 minuten in werking en wordt daarna au­tomatisch uitgeschakeld.
Vetfiltertoets
n
U kunt zelf het aantal uren instellen na afloop waarvan de vetfilters moeten worden gereinigd. De afzuigkap heeft een teller die deze uren registreert. Het controlelampje van de vetfiltertoets brandt, wanneer de vetfilters moeten worden gereinigd.
– Wanneer de afzuiging werkt kunt u
met behulp van de vetfiltertoets con­troleren hoeveel procent van het aan­tal ingestelde uren is verstreken. Zie de desbetreffende paragraaf in het hoofdstuk: "Bediening".
– Met behulp van de vetfiltertoets én
de toets voor de uitloopfunctie kunt u het aantal ingestelde uren wijzigen. Zie de desbetreffende paragraaf in het hoofdstuk: "Bediening".
Koolstoffiltertoets
o
U kunt zelf het aantal uren instellen na afloop waarvan de actief koolstoffilters moeten worden vervangen, die bij lucht­circulatie worden gebruikt. De afzuig­kap heeft een teller die deze uren regi­streert. Het controlelampje van de koolstoffilter­toets brandt, wanneer de koolstoffilters moeten worden vervangen.
– Wanneer de afzuiging werkt kunt u
met behulp van de koolstoffiltertoets controleren hoeveel procent van het aantal ingestelde uren is verstreken. Zie hoofdstuk: "Bediening".
Met behulp van de koolstofffiltertoets
én de toets voor de uitloopfunctie
kunt u het aantal ingestelde uren wij­zigen. Zie hoofdstuk: "Bediening".
9
Algemeen
Algemeen
De afzuigkap kan op 3 manieren wor­den gebruikt en wel met luchtafvoer, met luchtcirculatie of met een externe afzuiginstallatie.
. . met een externe afzuiginstallatie:
Afzuigkappen van de typeserie ....EXT
zijn geconstrueerd voor aansluiting op een externe afzuiginstallatie.
. . . met luchtafvoer:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters gereinigd en naar buiten afge­voerd.
Deze afzuigkap is voorzien van een terugslagklep. Zie hoofdstuk: "Monta- ge".
Wanneer het apparaat is uitgescha­keld, is de terugslagklep gesloten. Er kan geen lucht stromen tussen het ver­trek waar de afzuigkap zich bevindt en daarbuiten. Nadat het apparaat is ingeschakeld gaat de terugslagklep open, zodat de kookluchtjes ongehinderd naar buiten kunnen worden afgevoerd.
. . . met luchtcirculatie:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilters en bovendien door de actief koolstoffilters gereinigd en komt via de openingen in het opvulstuk van de bevestigingskolom weer in de keuken terecht.
De externe afzuiginstallatie wordt door een hulpkabel met de afzuigkap ver­bonden en via de bedieningselemen­ten van de afzuigkap gestuurd.
Controleer voordat u de afzuigkap voor het eerst gebruikt of er actief koolstoffilters in het apparaat aanwe­zig zijn. Zie hoofdstuk: "Reiniging en onderhoud".
10
Bediening
Het inschakelen van de afzuiging
Schakel de hoofdschakelaar op "I".
U kunt de afzuigkap bedienen door met de vinger kort op de toetsen te drukken.
Bediening
Het kiezen van het afzuigver­mogen
U kunt tussen vier vermogensstanden kiezen, afhankelijk van de intensiteit van de dampvorming. Voor normaal gebruik is de laagste ver­mogensstand of één van de middelste vermogensstanden voldoende. Wanneer u aanbraadt en levensmidde­len kookt waarbij veel luchtjes vrijko­men, raden wij u aan de hoogste vermogensstand (de "Intensiefstand") te gebruiken.
Druk op de Aan-/Uit - toets.
Het daarbijbehorende controlelampje brandt.
Het in- en uitschakelen van de kookplaatverlichting
De kookplaatverlichting kunt u in- of uit­schakelen, onverschillig of de afzuiging is ingeschakeld of niet.
Druk op de toets voor de kookplaat­verlichting.
Het daarbijbehorende controlelampje brandt.
Wanneer u de afzuiging met behulp van de Aan-/Uit - toets inschakelt, start de afzuigkap automatisch in één van de middelste vermogensstanden.
Wanneer u de afzuiging met behulp van de hoofdschakelaar inschakelt of als er een stroomuitval is geweest, start de afzuigkap automatisch in die vermo­gensstand die de vorige keer is inge­steld.
Kies met de _ toetsen het ge­wenste afzuigvermogen:
> toets = hoger vermogen $ toets = lager vermogen
De controlelampjes van de _ toetsen geven aan welk afzuigvermo­gen u heeft gekozen.
11
Loading...
+ 25 hidden pages