Bewaar het garantiebewijs van de DVD-videocombinatie zorgvuldig samen met de kassabon.
Voorzorgsmaatregelen
• Lees deze handleiding grondig.
• Controleer of de netspanning overeenkomt met de gegevens op de
achterkant van het apparaat.
• Lees deze pagina en het hoofdstuk "De DVD-videocombinatie installeren"
voor het juist installeren en instellen van dit apparaat.
• Zet de DVD-videocombinatie niet in een natte of vochtige ruimte.
• Open het apparaat niet. Laat reparaties over aan een deskundig monteur.
• Sluit de DVD-videocombinatie niet aan op de stroomvoorziening als het
apparaat net verplaatst is van een koude naar een warme ruimte. Hierdoor
kan vocht condenseren in het apparaat en kunnen beschadigingen
ontstaan. Geef het apparaat 2 uur de tijd om op kamertemperatuur te
komen.
• Zorg dat er rondom het apparaat een ruimte vrij blijft van ongeveer 10 cm
om voldoende ventilatie mogelijk te maken.
• Stel het apparaat niet bloot aan spattend of druppelend water. Plaats geen
vazen of andere voorwerpen met vloeistof op het apparaat.
• Trek tijdens onweersbuien of als het apparaat langere tijd niet wordt
gebruikt de stekkers uit het stopcontact en de antenneaansluiting.
• Plaats het apparaat op een vlakke, stevige ondergrond.
• Maak het apparaat alleen schoon met een zachte, vezelvrije doek. Gebruik
geen schoonmaakmiddelen op basis van alcohol of schuurmiddelen.
PRODUCTGEGEVENS
Voor uw eigen veiligheid
• Dit product bevat geen onderdelen die u zelf kunt onderhouden of
repareren.
• Open de behuizing van de DVD-videocombinatie niet. Laat reparaties en
onderhoud over aan een deskundig monteur.
• Dit apparaat is ontworpen om continu gebruikt te worden. Als u het
apparaat uitschakelt en in stand-by zet, blijft er spanning op het apparaat
staan. Om de stroomtoevoer te onderbreken moet u de stekker uit het
stopcontact trekken.
1
Belangrijke voorzorgsmaatregelen
Belangrijke voorzorgsmaatregelen
LET OP:
GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE
SCHOKKEN:NIET OPENMAKEN.
LET OP VERMIJD GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE
SCHOKKEN: VERWIJDER HET
BOVENPANEEL EN ACHTERPANEEL NIET.
BEVAT GEEN ONDERDELEN DIE DOOR
DE GEBRUIKER KUNNEN WORDEN
NDERHOUDEN. LAAT ONDERHOUD
DOOR EEN GEKWALIFICEERDE
MONTEUR UITVOEREN.
Het symbool bestaande uit een bliksemflits
met pijlpunt in een driehoek waarschuwt de
gebruiker voor de aanwezigheid van
ongeïsoleerde gevaarlijke spanning binnen in
het product die zo groot kan zijn dat er gevaar
voor een elektrische schok bestaat.
Het symbool bestaande uit een driehoek met
een uitroepteken geeft aan dat de
documentatie bij het apparaat belangrijke
bedienings- en onderhoudsinstructies bevat.
WAARSCHUWING
LET OP OM ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE
VOORKOMEN STEEKT U DE
STEKKER VOLLEDIG IN HET
STOPCONTACT.
LET OP Indien wijzigingen of aanpassingen aan
de constructie van dit apparaat zijn
uitgevoerd zonder uitdrukkelijk
goedkeuring van de partij die
verantwoordelijk is voor het voldoen aan
de regelgeving, verliest de gebruiker het
recht om het apparaat te bedienen.
STEL DIT APPARAAT NIET
BLOOT AAN REGEN OF
VOCHT OM DE KANS OP
BRAND EN ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE
VOORKOMEN.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN BIJ
LASERPRODUCTEN
LASER
GEVAAR Zichtbare laserstraling wanneer het
LET OPOpen de bovenkant van de behuizing
In deze dvd-speler wordt een
lasersysteem gebruikt. Lees deze
handleiding zorgvuldig door om ervoor te
zorgen dat dit apparaat correct wordt
gebruikt en bewaar deze voor
toekomstig gebruik. Wanneer het
apparaat onderhoud nodig heeft, neemt
u contact op met een erkend servicepunt
– zie de onderhoudsprocedure. Wanneer
u zich bij het bedienen van het apparaat
en uitvoeren van de procedures niet
houdt aan de instructies, kan dit leiden
tot gevaarlijke blootstelling aan straling.
U kunt blootstelling aan straling
voorkomen door het apparaat niet te
openen. Zichtbare laserstraling wanneer
het apparaat wordt geopend en
vergrendelingen worden omzeild. KIJK
NIET IN DE STRAAL.
apparaat wordt geopend en
vergrendelingen niet goed gesloten of
ontgrendeld. Voorkom directe
blootstelling aan de straal.
CLASS 1 LASER PRODUCT
LUOKAN 1 LASERLAITE
KLASS 1 LASERAPPARAT
niet. Dit apparaat bevat geen onderdelen
die door de gebruiker kunnen worden
onderhouden. Laat al het onderhoud
door een erkende monteur verrichten.
2
Belangrijke voorzorgsmaatregelen
PRODUCTGEGEVENS
Dit toestel is zo ontworpen en gemaakt dat het voldoet
aan alle eisen voor persoonlijke veiligheid. Onjuist
gebruik kan leiden tot een elektrisch schok of brand. De
beveiliging die is ingebouwd in deze apparatuur biedt
bescherming wanneer u zich bij installatie, gebruik en
onderhoud aan de onderstaande procedures houdt. Dit
apparaat is volledig getransistoriseerd en bevat geen
onderdelen die door de gebruiker kunnen worden
gerepareerd.
1 LEES DE INSTRUCTIES
Alle instructies met betrekking tot veiligheid en
bediening moeten worden gelezen voordat het
apparaat in gebruik wordt genomen.
2 BEWAAR DE INSTRUCTIES
Bewaar de instructies voor veiligheid en bediening,
zodat u deze op elk gewenst moment kunt
raadplegen.
3 LEES DE WAARSCHUWINGEN
U dient zich te houden aan de bedieningsinstructies
en waarschuwingen op het apparaat.
4 VOLG DE INSTRUCTIES
Volg alle instructies voor bediening en gebruik.
5 SCHOONMAKEN
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u begint
met schoonmaken. Gebruik geen vloeibare
reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen in
spuitbussen. Gebruik voor het schoonmaken een
vochtige doek.
6 HULPSTUKKEN
Gebruik geen hulpstukken, tenzij aanbevolen door
de fabrikant van het apparaat. Deze kunnen
gevaarlijke situaties opleveren.
7 WATER EN VOCHT
Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water,
bijvoorbeeld bij eenbad, wasbak of gootsteen, in
een vochtige kelder of in de buurt van een
zwembad.
8 ACCESSOIRES
Zet dit apparaat niet op een kar, stelling, driepoot,
draagconstructie of tafel. Deze bieden niet de
vereiste stabiliteit. Als u dit toch doet, kan het
apparaat vallen en ernstige verwondingen
toebrengen aan kinderen of volwassen of ernstige
schade aan het apparaat veroorzaken. Gebruik dit
apparaat alleen met een door
de fabrikant aanbevolen kar,
stelling, driepoot,
PORTABLE CART WARNING
(symbol provided by RETAC)
draagconstructie of tafel.
8A Wanneer het apparaat zich
op een kar bevindt, moet u
deze voorzichtig verplaatsen.
Plotseling stoppen,
overmatige kracht en hobbelige oppervlakken
kunnen ervoor zorgen dat de kar met het apparaat
omvalt.
9 VENTILATIE
De behuizing bevat sleuven en openingen die
bedoeld zijn voor ventilatie. Deze voorkomen
oververhitting van het apparaat en zorgen voor een
betrouwbare werking. U mag deze openingen niet
blokkeren of bedekken. Plaats het apparaat niet op
een bed, bank, kleed of gelijksoortig oppervlak.
Hierdoor kunnen deze openingen worden
geblokkeerd. Dit apparaat mag nooit naast of op
een radiator of andere warmtebron worden
geplaatst. Plaats dit apparaat niet in een gesloten
constructie zoals een boekenkast of rek, tenzij er
voldoende ventilatie is of de instructies van de
fabrikant worden nageleefd.
10 STROOMBRONNEN
Dit apparaat mag alleen worden aangesloten op
een elektriciteitsnet met de netspanning die op het
label is aangegeven. Raadpleeg uw dealer of lokale
energiebedrijf als u niet zeker weet welke
netspanning u thuis hebt. Raadpleeg de
bedieningsinstructies voor apparaten die werken op
batterijen of andere bronnen. Plaats de DVD (VCR)
speler op zo’n manier dat de hoofdaansluiting
eenvoudig kan worden afgekoppeld. De
hoofdaansluiting is een middel om elektriciteit aan
en af te sluiten.
11 BEVEILIGING VAN HET NETSNOER
Leid netsnoeren zodanig dat er niet op getrapt kan
worden en ze niet bekneld kunnen raken door
voorwerpen die erop of ertegen worden geplaatst.
Let hierbij vooral op het gedeelte bij stekkers,
contactdozen en het punt waar het snoer uit het
apparaat komt.
12 BLIKSEMBEVEILIGING
U kunt dit apparaat extra beveiligen door het tijdens
een onweersbui of wanneer het onbeheerd wordt
achtergelaten of gedurende lange periode niet wordt
gebruikt, van de stroomtoevoer af te koppelen (door
de stekker uit het stopcontact te halen) en het
antenne- of kabelsysteem te ontkoppelen. Hiermee
voorkomt u schade aan het apparaat als het gevolg
van blikseminslag en spanningspieken.
13 DISC-LADE
Houd uw vingers bij de lade vandaan wanneer deze
dicht gaat. U kunt zich verwonden als u dit niet doet.
14 OVERBELASTING
Zorg dat u de contactdozen van verlengsnoeren niet
overbelast. Dit kan brand of elektrische schokken
veroorzaken.
15
VLOEISTOF EN VOORWERPEN IN HET APPARAAT
Duw nooit voorwerpen in de openingen van het
apparaat. Deze kunnen gevaarlijke
spanningspunten raken en kortsluiting tussen
onderdelen veroorzaken, wat tot brand of
3
Belangrijke voorzorgsmaatregelen
elektrische schokken kan leiden. Mors nooit
vloeistof van welke soort dan ook op het apparaat.
16 BELADING
Plaats nooit een zwaar voorwerp op het product
en ga er nooit op staan. Het voorwerp kan vallen,
wat tot ernstige verwondingen of zware
beschadiging van het apparaat kan leiden.
17 DISC
Gebruik geen discs met barsten of vervormde of
gerepareerde discs. Deze discs kunnen
gemakkelijk breken. Dit kan leiden tot ernstige
verwondingen of niet functioneren van het
apparaat.
18 ONDERHOUD
Probeer niet dit product zelf te onderhouden; u
kunt bij het openen of verwijderen van panelen
worden blootgesteld aan gevaarlijke spanning of
andere gevaren. Laat het onderhoudswerk over
aan daarvoor opgeleide monteurs.
19 SCHADE WAARVOOR ONDERHOUD IS
VEREIST
Verwijder de stekker van dit apparaat uit de
wandcontactdoos en roep in de volgende gevallen
de hulp in van een erkende monteur.
A. Wanneer het netsnoer of de stekker is
beschadigd.
B. Wanneer er vloeistof is gemorst op het apparaat
of voorwerpen in het apparaat zijn gevallen.
C. Als het apparaat blootgesteld is geweest aan
regen of water.
D. Als het apparaat niet normaal werkt nadat u de
bedieningsinstructies hebt opgevolgd. Gebruik
alleen de bedieningselementen die in de
bedieningsinstructies worden besproken. Bij een
onjuiste bediening van andere elementen kan
schade ontstaan en zijn er vaak uitgebreide
werkzaamheden door een erkende monteur nodig
om het apparaat weer te herstellen.
E. Wanneer het apparaat is gevallen of de behuizing
is beschadigd.
F. Wanneer het apparaat duidelijk anders
functioneert – dit duidt erop dat het apparaat moet
worden nagekeken.
20 VERVANGENDE ONDERDELEN
Wanneer er onderdelen moeten worden
vervangen, moet u de onderhoudstechnicus laten
controleren of de vervangende onderdelen
dezelfde veiligheidskenmerken hebben als de
oorspronkelijke onderdelen. U kunt brand,
elektrische schokken of andere gevaarlijke
situaties voorkomen door door de fabrikant
aanbevolen reserveonderdelen te gebruiken.
21 VEILIGHEIDSCONTROLE
Laat na onderhouds- of reparatiewerkzaamheden
aan het apparaat de onderhoudstechnicus de
veiligheidscontrole uitvoeren die wordt
4
aanbevolen door de fabrikant, om na te gaan of
het apparaat veilig is voor gebruik.
22 BEVESTIGING AAN MUUR OF PLAFOND
Bevestig dit product alleen aan de muur of het
plafond op de manier die door de fabrikant is
aanbevolen.
23 WARMTE
Plaats het product niet in de buurt van
warmtebronnen, zoals radiators, kachels of
andere apparaten (waaronder versterkers) die
warmte produceren.
24 Bij lekkage van de batterijen kunnen
verwondingen of schade aan het apparaat of
andere voorwerpen ontstaan. Neem daarom de
volgende veiligheidsmaatregelen:
A. Plaats alle batterijen met de plus- en mintekens op
de juiste plaats.
B. Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door
elkaar.
C. Gebruik batterijen van hetzelfde merk en type.
D. Verwijder de batterijen als het apparaat
gedurende langere tijd niet gebruikt wordt.
E. Als de batterijen leeg zijn, moeten ze in
overeenstemming met de plaatselijke wetten en
regels worden afgedankt.
25 Verwijdering van Oude Elektrische en
Elektronische Apparaten (Toepasbaar in de
Europese Unie en andere Europese landen
met gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden
behandeld. Het moet echter
naar een plaats worden
gebracht waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt
gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de correcte
manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijk voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. De recyclage van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen.
Voor meer details in verband met het recyclen van
dit product, neemt u het best contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst
belast met de verwijdering van huishoudafval of
de winkel waar u het product hebt gekocht.
26 RoHS (Richtlijn 2002/95/EC) volgend
Dit product is milieuvriendelijk en vrij
van Pb (Lood), Cd(Cadnium), Cr+6
(Chronium VI), Hg (Kwik), PBB en
PBDE (Vlamvertragers die in
sommige plastics worden gebruikt),
De antenne of kabel aansluiten ____________15
Een tv aansluiten ________________________15
Een versterker/receiver aansluiten__________17
Andere apparatuur aansluiten _____________18
Een digitale camcorder aansluiten _________18
Een los geheugen aansluiten ______________18
Overzicht instelmenu20
De weg vinden in het menu20
Installatiemenu20
De opnameopties instellen23
Instellingen voor de menutaal23
Voorkeur > beeldinstellingen24
Voorkeur > Audioinstellingen25
Voorkeur > beperkingsfunctie26
Voorkeur > automatische instellingen27
Voorkeur > VCR28
Systeem > Systeeminfo29
Systeem > DivX(R) VOD DRM29
Systeem > Laden Fabrieksinst.29
Disk > Formatteren30
Disk > Voltooien30
Disk > Beveilig31
Disk > Disc Label31
Disk > Disk info32
Overzicht van het statusmenu _____________33
Opnemen
Eenvoudig opnemen _____________________45
Een tv-programma opnemen45
Opnemen met één druk op de knop (OTR) 45
De opnameduur controleren46
De opname onderbreken46
Kopiëren met één druk op de knop -
DVD naar VHS46
Kopie bewerken (DVD
Kopiëren met één druk op de knop -
VHS naar DVD47
Kopie bewerken (VCR
Timeropname __________________________48
Timeropname met het menu
"Opname handmatig instellen"48
Een timeropname annuleren49
Een timeropname stoppen na de
start van de opname.49
Problemen oplossen bij timeropnames50
Opnemen van een extern signaal __________51
➝ VCR) 47
➝ DVD) 47
Disk Bewerken
DVD's afspelen en bewerken ______________52
Een DVD-titel afspelen52
Een DVD-titel wissen52
Een DVD-titel beveiligen53
Een DVD-titel hernoemen53
Een DVD-titel splitsen54
A- B wissen54
Stel beeldindex in55
Afspelen met de videorecorder ____________35
Afspelen met de DVD-speler ______________37
Beeld-, muziek- of DivX-bestanden weergeven
___39
5
Overzicht
Overzicht
DVD, DVD+R, DVD+RW?
Wat is een DVD?
DVD betekent Digital Versatile Disk (Digitale
veelzijdige schijf). Het is een medium dat het gemak
van de compact disk combineert met de nieuwste
videotechnieken. DVD-video gebruikt de moderne
MPEG2 datacompressie technologie, die het mogelijk
maakt om een volledige speelfilm op een 12 cm disk
op te slaan.
Hoe goed is de resolutie van een DVD in
vergelijking met VHS?
Het haarscherpe digitale beeld heeft een resolutie van
500 lijnen en 720 pixels per lijn. Dat is meer dan twee
keer zo hoog als de resolutie van VHS en zelfs nog
beter dan die van de laserdisk. De beeldkwaliteit van
een DVD is vergelijkbaar met die van de digitale
masters uit de opnamestudio's.
Wat is een DVD+RW?
DVD+ReWritable(overschrijfbaar) maakt gebruikt van
Phase Change-technologie, net als de CDReWritable. Een hoge-prestatielaser wijzigt de
reflectie-eigenschappen van de opnamelaag; dit
proces kan meer dan duizend keer herhaald worden.
Wat is een DVD+R?
In tegenstelling tot de DVD+RW kan de DVD+R
(eenmalig beschrijfbare DVD) maar één keer
beschreven worden. Als hij na een opname niet wordt
voltooid kunnen er nog opnames aan worden
toegevoegd. Oude opnames kunnen later gewist
worden, maar ze kunnen niet worden overschreven.
De gewiste opnames worden gemarkeerd met
'gewiste titel'.
Als u de DVD+R in een DVD-speler wilt afspelen,
moet u deze voltooien in de DVD-videocombinatie. Als
dat eenmaal is gebeurd, kunnen er geen opnames
meer worden toegevoegd.
Wat kunt u allemaal doen met uw DVDvideocombinatie?
Uw DVD-videocombinatie is een apparaat waarmee
video digitaal kan worden opgenomen en afgespeeld
met "tweeweg"-compatibiliteit in de universele DVDstandaard. Dat betekent:
• Bestaande DVD's kunnen op deze recorder
worden afgespeeld.
• Opnames die met de DVD-videocombinatie
6
gemaakt zijn kunnen worden afgespeeld in
andere DVD-spelers en in DVD-ROM-spelers.
Dual Media
Ondersteunende disk
Opnameformaat±disk + VR formaat
Finaliseren-RW, -R, +R
Na finalisatie andere DVD’s afspelen
VerbruikerHoeft niet te worden
Opmerking:
Met een DVD-recorder die ‘dual media’-opnamen
ondersteunt, kan er in het DVD+RW formaat worden
opgenomen (+ VR) op zowel DVD-R-, DVD-RW- en
DVD+R- of DVD+RW-media. Iedere
bewerkingsfeature die beschikbaar is bij het +RW
logische formaat, is ook op ieder van de mediatypes
beschikbaar. Dit systeem biedt de consument ook de
mogelijkheid om eender welke van de hierboven
opgesomde mediaformaten in hetzelfde systeem te
gebruiken voor het maken van opnamen. Aangezien
het +VR-formaat DVD-Video- compatibel is, kan de
consument iedere disk gebruiken die op dit platform
werd opgenomen en dat afspelen op de meeste DVD
spelers die momenteel op de markt verkrijgbaar zijn.
±RW / ±R
Alle disks kunnen worden afgespeeld
geselecteerd (opnameformaat)
Regiocode
Als het regionummer op de DVD niet overeenstemt
met het regionummer van deze speler, kan de speler
de disk niet afspelen.
2
ALL
Pictogrammen
Het pictogram
Tijdens het bedienen van de toetsen kan op het
scherm het pictogram ‘ ‘ verschijnen. Dit betekent
dat de betreffende functie voor de afgespeelde disk
niet beschikbaar is.
Overzicht
PRODUCTGEGEVENS
Welke disks kunt u gebruiken?
De volgende disks kunnen met de DVDvideocombinatie worden afgespeeld:
Opnemen en weergeven
DVD+RW (Digital Versatile Disk + herschrijfbaar)
DVD-RW (DVD-rewritable)
DVD+R
(Digital Versatile Disk + eenmalig beschrijfbaar)
DVD-R (DVD-eenmalig beschrijfbaar)
Alleen afspelen
DVD (Digital Versatile Disk)
VCD (Video CD)
Audio-cd (Compact Disc Digital Audio)
CD-R (CD recordable) Audio/ CD-RW (CD rewritable)
Audio
Videoformaat: JPEG
Audioformaat: CDDA/ MP3
Het is mogelijk dat het apparaat sommige
beschrijfbare disks niet afspeelt.
De DVD/cd-terminologie
Titel
Een hoofdfilm, bijgevoegde extra's of een
concertopname. Elke titel krijgt een titelnummer mee,
zodat u hem gemakkelijk kunt vinden.
Hoofdstuk
Kleinere delen van een film of een concertopname.
Een titel bestaat uit één of meerdere hoofdstukken. Elk
hoofdstuk krijgt een hoofdstuknummer mee, zodat u
het gemakkelijk kunt vinden. Het hangt van de DVD af
of de hoofdstukken genummerd zijn.
Track (alleen audio-cd)
De muziekstukken op een audio-cd. Elke track krijgt
een tracknummer mee, zodat u hem gemakkelijk kunt
vinden.
Over het opnemen van DVD's
Opmerkingen over opnemen
• De weergegeven opnametijden zijn niet
nauwkeurig, omdat de DVD-videocombinatie een
videocompressie met variabele bitstroom
gebruikt. De exacte opnametijd is daardoor
afhankelijk van het opgenomen materiaal.
• Als de ontvangst bij de opname van een tvuitzending slecht is of als het beeld gestoord is,
kan de opnametijd korter zijn.
• Het is mogelijk, dat disks die bij hoge snelheid zijn
opgenomen (2X of meer) niet worden herkend.
• als u stilstaande beelden of alleen geluid
opneemt, kan de opnametijd langer zijn.
• De weergegeven tijden voor de verstreken
opnametijd en de overgebleven opnametijd zijn
samen niet altijd gelijk aan de totale tijd die de
disk moet kunnen bevatten.
• De beschikbare opnametijd kan minder worden
als u de opnames intensief bewerkt.
• Bij gebruik van een DVD+R disk, kunt u blijven
opnemen tot de disk vol is, of tot de disk wordt
voltooid. Controleer voor u met opnemen begint,
of er nog voldoende ruimt op de disk over is.
Geluid van de tv opnemen
De DVD-videocombinatie kan één of twee
geluidskanalen opnemen. Bij tv-uitzendingen is dat
meestal mono of stereo, maar sommige programma's
worden tweetalig uitgezonden. U kunt dan taal I, taal II.
Beperkingen bij het opnemen van beeldmateriaal
• Materiaal met een opnamebeveiliging kan met
deze DVD-videocombinatie niet worden
opgenomen. DVD's en sommige
satellietuitzendingen zijn beveiligd tegen
opnemen. Als tijdens het opnemen beveiligd
materiaal wordt gevonden, stopt de opname of
wordt deze gepauzeerd. Op het scherm wordt
dan een foutmelding weergegeven.
Opmerkingen betreffende Copyright
• U mag met de DVD-videocombinatie alleen
beeld- en geluidsopnames maken voor eigen
gebruik. U mag ze niet verkopen, verhuren of
uitlenen aan anderen.
• Dit apparaat is uitgerust met technologie die het
auteursrecht beschermt. Deze technologie is
gepatenteerd in de Verenigde Staten. Alle rechten
berusten bij Macrovision Corporation en andere
rechtmatige eigenaren. Het gebruik van wettelijk
beschermde technologie is alleen mogelijk met
toestemming van Macrovision Corporation. Dit
apparaat is bedoeld voor thuisgebruik en andere
beperkte omgevingen, tenzij anders is toegestaan
door Macrovision Corporation. Demontage en
ontmanteling met namaak als doel zijn verboden.
7
Overzicht
Wat is DV?
Met DV, ook wel bekend als i.LINK, kunt u een voor DV
geschikte camcorder aansluiten op de DVDvideocombinatie met één enkele kabel voor invoer en
uitvoer van video-, audio-, data- en bedieningssignalen.
De i.LINK-interface is ook wel bekend als IEEE 1394-
1995.
‘i.LINK’ en het ‘i.LINK’ logo zijn handelsmerken.
• De DVD-videocombinatie is alleen geschikt voor
DV(DVSC)-camcorders.
Digitale satelliettuners en digitale VHSvideorecorders kunnen hier niet worden
aangesloten.
• U kunt maar één DV-camcorder tegelijk op de
DVD-videocombinatie aansluiten.
• Sommige camcorders kunnen niet via de DVingang van de DVD-videocombinatie worden
bediend.
• Het audiosignaal voor de DV-ingang moet 32 of
48kHz zijn (en niet 44,1kHz)
• Als het afspelen op het bronapparaat wordt
onderbroken, als dat apparaat een onbespeeld
stuk band afspeelt, als de stroom voor het
bronapparaat uitvalt of als de DV-kabel
losgetrokken wordt, kan het beeld van de opname
worden vervormd.
Over HDMI
Met HDMI (High Definition Multimedia Interface)
kunnen zowel audio- als videosignalen via een enkele
digitale aansluiting met DVD-spelers, Settop-boxen en
andere AV-apparatuur worden uitgewisseld. HDMI is
ontwikkeld om het gebruik van HDCP-technologie
(High Definition Contents Protection) mogelijk te
maken. HDCP wordt gebruikt om digitale gegevens
tijdens verzenden en ontvangen te beschermen. HDMI
ondersteunt standaard, verbeterde of high-definition
videosignalen en ook standaard tot multikanaal
surround audiosignalen. Bij de kenmerken van HDMI
horen een niet gecomprimeerd digitaal videosignaal,
een bandbreedte tot 5 gigabyte per seconde, één
stekker (in plaats van meerdere kabels en stekkers) en
communicatie tussen de AV-bron en andere AVtoestellen zoals digitale tv's.HDMI, het HDMI-logo en
High-Definition Multimedia Interface zijn
handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van
HDMI licensing LLC.
8
Extra informatie over HDMI
Als u een voor HDMI of DVI geschikt apparaat
aansluit, moet u op het volgende letten:
- schakel het HDMI/DVI-apparaat en deze recorder
uit. Schakel vervolgens het HDMI/DVI-apparaat in
en laat het ongeveer 30 seconden aan staan
voordat u deze recorder inschakelt.
-
Controleer of de video-ingang van het aangesloten
apparaat op de recorder is afgestemd.
- Het aangesloten apparaat moet compatibel zijn
met een 720x576i of 720x576p, 1280x720p of
1920x1080i (
scan
i: interlaced scan, p:progressive
) video-ingangssignaal.
Niet alle DVI-apparaten die geschikt zijn voor HDCP,
werken met deze recorder.
- Het is onmogelijk om beveiligde DVD’s af te
spelen op non-HDCP apparaten.
Wat is USB (Universal Serial Bus)?
USB is een standaard voor externe busaansluitingen
voor gegevens met een overdrachtssnelheid van
12Mbps. Een enkele USB-poort kan worden
verbonden met maximaal 127 randapparaten zoals
digitale camera's, MP3-spelers en losse geheugens.
USB is ook geschikt voor plug-and-play installatie en
hot-plug.
- De USB-poort is geschikt voor USB 2.0 full-speed
en ook achterwaarts compatibel met USB 1.1
(USB 1.0) apparaten.
• Als u een USB-kabel van slechte kwaliteit
gebruikt, wordt het USB-apparaat mogelijk
niet herkend.
• De compatibiliteit met MP3-spelers en digitale
fotocamera's is enigszins beperkt.
- Deze DVD-videocombinatie kan alleen
bestanden in MP3-formaat afspelen.
- Deze DVD-videocombinatie ondersteunt
geen audio-bestanden die door DRM (Digital
Right Management) zijn versleuteld.
• Aansluiting van een USB-hub of een hubextensie is niet mogelijk.
• Er zijn zeer veel soorten USB-apparaten.
Sommige van de hierboven genoemde USBapparaten zijn mogelijk niet compatibel met
deze DVD-videocombinatie. De USB-functie
van dit apparaat garandeert dus niet dat het
compatibel is met alle USB-apparaten.
• Deze DVD-videocombinatie is geschikt voor
high- en full-speed USB-apparaten (en niet
geschikt voor low-speed apparaten).
Overzicht
NoYes
PRODUCTGEGEVENS
Voorzorgsmaatregelen
Het apparaat hanteren
Bij transport van het apparaat
Wij adviseren om de originele verpakking van het
apparaat te bewaren. Verpak het apparaat zoals
het oorspronkelijk door de fabriek was verpakt.
Daarmee is het optimaal beschermd.
Bij het installeren van het apparaat
Bij het afspelen kunnen beeld of geluid van een
dichtbij geplaatste tv, videorecorder of radio
gestoord worden. Als dat het geval is, moet u het
apparaat wat verder weg zetten of uitzetten als u
het niet gebruikt.
Het oppervlak schoonhouden
Gebruik geen vluchtige vloeistoffen bij het
apparaat zoals spuitbussen met insecticiden.
Rubberen of plastic voorwerpen mogen niet
gedurende langere tijd contact maken met het
apparaat. Ze kunnen sporen achterlaten op de lak.
Het apparaat schoonmaken
De behuizing schoonmaken
Gebruik een zachte, droge doek. Als het
oppervlak erg vuil is, kunt u een zachte doek
bevochtigen met een oplossing met wat
afwasmiddel. Gebruik geen sterke oplosmiddelen
zoals alcohol, benzeen of thinner. Ze kunnen het
oppervlak beschadigen.
Voor een helder beeld
De DVD-videocombinatie is een technologisch
hoogwaardig precisieapparaat. Als de optische
lens en onderdelen van de aandrijving van de
schijf vuil of versleten zijn, wordt de beeldkwaliteit
minder. Laat het apparaat na 1000 speeluren
controleren en onderhouden. (Dit is afhankelijk
van de omgeving waarin het apparaat gebruikt
wordt.) Vraag uw leverancier om advies.
Bereik van de afstandsbediening
Richt de afstandsbediening op de sensor in het
apparaat en druk op een toets.
Afstand: minder dan zeven meter van de sensor.
Hoek: aan weerszijden van de sensor.
De batterijen in de afstandsbediening plaatsen
Verwijder het deksel van het batterijvakje achter op de
afstandsbediening en plaats
twee AAA-batterijen. Zorg dat de
plus- en mintekens op de
batterijen en in het batterijvak
overeenkomen.
Let op
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door
elkaar. Gebruik verschillende soorten batterijen niet
door elkaar(standaard, alkaline enzovoort.).
Omgaan met disks
Disks vasthouden
Raak de afspeelzijde
van de disk niet aan.
Houd de disk bij de
randen vast, zodat er
geen vingerafdrukken op het oppervlak kunnen
komen. Plak geen plakband of papier op de disk.
Disks bewaren
Plaats de disk na het afspelen weer in het doosje. Stel
disks niet bloot aan de volle zon of warmtebronnen.
Laat ze ook niet in een auto liggen als die in de volle
zon geparkeerd staat. de temperatuur in de auto kan
dan hoog oplopen.
Disks schoonmaken
Vingerafdrukken en stof op de disk kunnen de beelden geluidskwaliteit verslechteren. Maak de disk voor
het afspelen met een schone doek schoon. Veeg van
het midden van de disk naar de rand. Gebruik geen
sterke oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine of
thinner. Gebruik ook geen antistatische spray die
bedoeld is voor
vinyl platen.
9
Bedieningspunten en aansluitingen
Bedieningspunten en aansluitingen
Voorpaneel
!@#
%$&^(
*
! AAN/UIT
Schakelt de DVD-videocombinatie in en uit.
@ Cassettevak (videogedeelte)
Plaats hier een videocassette.
# Disklade (DVD-gedeelte)
Plaats hier een disk.
$ EJECT (videorecorder)
Druk op deze toets om de cassette uit te werpen.
% REC
Start het opnemen. Druk meerdere keren op de
toets om de opnametijd in te stellen.
^ STOP
Stopt het afspelen of opnemen.
& PLAY/PAUSE
Start het afspelen van een disk of cassette.
Onderbreekt het afspelen of opnemen tijdelijk.
* REW
DVD : Hiermee gaat u naar het vorige hoofdstuk.
Videorecorder : Spoelt de cassette terug als het
afspelen eerst gestopt is. Als u tijdens het
afspelen op deze toets drukt wordt versneld
achteruit afgespeeld.
( FF
DVD : Hiermee gaat u naar het vorige hoofdstuk.
Videorecorder : Spoelt de cassette vooruit als het
afspelen eerst gestopt is. Als u tijdens het
afspelen op deze toets drukt wordt versneld
afgespeeld.
1)3
) Display voorpaneel
Geeft de status weer van de DVDvideocombinatie.
1 OPENEN/SLUITEN (DVD)
Hiermee opent of sluit u de lade.
2 PR+/–
Hiermee kunt u kiezen uit de opgeslagen
zenders. Ook gaat u hiermee omhoog en omlaag
in de DVD-menu's.
3 DVD/VCR kiezen
Schakelt tussen het gebruik van de DVD-speler
en de videorecorder.
4 COPY
Kopieert de opname van DVD naar video (of van
video naar DVD).
5 AVF (VIDEO, L-AUDIO-R)
Aansluiting voor de audio/video-uitgangen van
een extern apparaat (Videorecorder, Camcorder
enzovoort).
6 DV IN
Aansluiting voor de DV-uitgang van een digitale
camcorder, of DVD+R/RW-recorder.
7 USB-ingang
voor aansluiting van een USB flash-geheugen.
542
6 7
10
Display voorpaneel
Bedieningspunten en aansluitingen
PRODUCTGEGEVENS
Kanaal
PR23
Ingangsmodus
AV-1
AV-2
F-AV
DV
Kopiëren
COPY
COPY
Opnemen op disk
11:15
11:15
REC
TV-kanaal
AV1 ingang
AV2 ingang
Front AV ingang
DV ingang
Kopiëren van DVD naar
videorecorder
Kopiëren van videorecorder naar
DVD
Geeft aan dat er een opname op
DVD met de timer is ingesteld
Geeft aan dat een opname op DVD
met de timer in de standby-modus
staat
Geeft aan dat de DVD wordt
opgenomen
Opnemen op cassette
11:15
11:15
REC
0:30
RECP
Andere
SAFE
VCR
TV
een timeropname is ingesteld voor de
videorecorder.
Een timeropname met de
videorecorder staat stand-by.
de videorecorder is bezig met
opnemen.
OTR opnamemodus
Pauze bij opname
Geeft aan wanneer de DVD-recorder
is vergrendeld
De DVD-recorder/videorecorder is
ingesteld als videorecorder (met de
[TV/VCR]-toets).
De DVD-recorder/videorecorder is
ingesteld als tv-ontvanger (met de
[TV/VCR]-toets).
0:30
RECP
OTR opnamemodus
Pauze bij opname
11
Afstandsbediening
Bedieningspunten en aansluitingen
Schakelt de DVD-videocombinatie in en uit.
- Opent en sluit de lade als het DVD-gedeelte is geselecteerd.
- Werpt de cassette uit als het videogedeelte is geselecteerd.
Selecteert het videogedeelte.
Selecteert het DVD-gedeelte.
Schakelt tussen de ingangen van de DVD-videocombinatie: tuner, AV1,
AV2, AV-F, of DV.
- Kiest genummerde opties in de menu's.
- Kiest de tv-zender.
- Stelt de spoorregeling handmatig bij.
Schakelt tussen de tuner van de DVD-videocombinatie en de tuner van de tv.
Zet de teller van de videorecorder op nul.
Geeft toegang tot DVD-menu's.
Schakelt het instelmenu in of uit.
12
Roept het menu voor de timeropname op.
Roept de informatie op over de huidige disk, videocassette, tv-zender.
-œ √…† : Kiest de menuopties.
- PR +/– : Kiest de zenders.
Bevestigt menukeuzes.
Start het opnemen. Druk meerdere keren op de toets om de opnametijd in te
stellen. Zie One Touch Record (OTR) op pagina 45 voor meer details.
Selecteert de opnamekwaliteit :
- DVD : HQ (1 uur), SP (2 uur), EP (4 uur) of SEP (8 uur).
- Videorecorder: SP of LP.
Kiest de taal van de ondertiteling als die beschikbaar is.
Selecteert een dialoogtaal (DVD), geluidsspoor (CD) of audio-instelling (TV).
- Start het afspelen.
- Onderbreekt het afspelen of opnemen tijdelijk. Druk nogmaals op de toets om
het afspelen of opnemen te hervatten.
Bedieningspunten en aansluitingen
- DVD : zoek achteruit/vooruit
- Videorecorder : Spoelt achteruit/vooruit nadat het afspelen is gestopt. Als u
tijdens het afspelen op deze toets drukt wordt versneld vooruit of achteruit
afgespeeld.
Stopt het afspelen of opnemen.
Ga naar het volgende of vorige hoofdstuk/track
Reclame overslaan; 30 seconden vooruit.
Roept het titelmenu van een disk op als dat beschikbaar is.
Verhoogt of verlaagt de snelheid bij vertraagd afspelen van een DVD of
cassette.
Herhaalt het hoofdstuk, de track, de titel of de hele disk.
Speelt een episode tussen A en B herhaald af).
Kiest het camerastandpunt als dat voor de DVD beschikbaar is.
Kiest het camerastandpunt als dat voor de DVD beschikbaar is.
PRODUCTGEGEVENS
Progressive scan
• Als uw tv progressive scan ondersteunt, kunt u beelden van hoge kwaliteit bekijken
door de DVD-videocombinatie op progressive scan te zetten. Als de tv progressive
scan niet ondersteunt, moet u niet omschakelen.
• Als het uitgangssignaal wordt gewijzigd van RGB naar interlace of progressive (scart
1), kan de kleur bij componentvideo afwijken.
• Omdat er aparte uitgangen zijn voor componentvideo, moet de tv worden
aangesloten op die uitgangen en worden ingesteld op de componentingangen op de
tv.
• Ga omgekeerd te werk als wordt overgeschakeld van progressive naar RGB.
LET OP! NIET ALLE HDTV-TOESTELLEN ZIJN GESCHIKT VOOR GEBRUIK MET
DIT APPARAAT. DAARDOOR KUNNEN STORINGEN IN HET BEELD
OPTREDEN. ALS U LAST HEBT VAN BEELDSTORINGEN BIJ 525
PROGRESSIVE SCAN, KUNT U BETER OMSCHAKELEN NAAR EEN
UITGANGSSIGNAAL MET STANDAARD DEFINITIE. ALS U WILT WETEN OF UW
TV GESCHIKT IS VOOR GEBRUIK MET DEZ DVD-SPELER, MOET U CONTACT
OPNEMEN MET ONZE SERVICEAFDELING.
13
Achterpaneel
Bedieningspunten en aansluitingen
!@#$%
)*(&^
! Netsnoer
Steek de stekker in een stopcontact.
@ AUDIO OUT (L, R)
Verbind deze uitgangen met de audio-ingangen
van een tv of ander apparaat.
# COMPONENT VIDEO OUT (Y Pb Pr)
Verbind deze uitgangen met de component
ingangen op de tv.
$ Scart aansluiting 2
Voor aansluiting van een ander apparaat
(satellietontvanger, tv-decoder, videorecorder,
camcorder enzovoort)
% RF IN (ANT-ingang) (van antenne)
Verbind deze ingang met de antenne of
kabelaansluiting.
^ RF OUT (ANT-uitgang )(naar tv)
Verbind deze uitgang met de coaxiale ANTingang van een tv.
& Scart aansluiting 1
Voor aansluiting van een tv. Composietuitgang en
RGB-uitgang
* S-VIDEO OUT
Verbind deze uitgang met de S-Video-ingang van
een tv.
( Coaxiale digitale audiouitgang
Verbind deze uitgang met de coaxiale digitale
audioingang van een versterker.
) HDMI OUT
HDMI-uitgang voor een aansluiting voor digitale
video- en audiosignalen van hoge kwaliteit.
Voorzichtig
• Raak de pinnetjes van de aansluitingspunten
achter op het apparaat niet aan. Een
elektrostatische ontlading kan de DVDvideocombinatie onherstelbaar beschadigen.
14
Aansluitmogelijkheden
Aansluitmogelijkheden
PRODUCTGEGEVENS
Om u in staat te stellen uw nieuwe DVD
recorder met HDD in te stellen, moet deze
aangesloten zijn op uw TV. Gebruik hiervoor
een SCART kabel of een COMPONENT kabel (
of S-video ) en combineer dit met een audio
kabel.
• U kunt de DVD-videocombinatie op diverse
manieren aansluiten op de tv en andere
apparatuur. Gebruik maar één van de
onderstaande aansluitmogelijkheden tegelijk.
Het maakt niet echt uit welke aansluiting u
gebruikt.
• Lees in de handleidingen voor de tv of andere
aan te sluiten apparatuur, welke aansluiting het
beste is.
• Voor een betere geluidsweergave sluit u de
audio-uitgangen van de DVD-videocombinatie
aan op de audio-ingangen van uw versterker,
receiver, stereo of andere
audio/videoapparatuur. Zie het gedeelte 'Een
versterker/receiver aansluiten' op pagina 17.
Let op
• Sluit de tv rechtstreeks aan op de DVDvideocombinatie en stel de tv in op de juiste
ingang.
• Sluit de audio-uitgangen van de DVDvideocombinatie niet aan op de
koptelefooningang (opnamegedeelte) van uw
audio-installatie.
• Sluit de tv niet op de DVD-videocombinatie aan
via een videorecorder. Het beeld van de DVD
kan worden vervormd door de
kopieerbeveiliging.
1
Trek de stekker van de antenne of kabel uit de tv.
2 Sluit deze kabel aan op de ANT IN op het
achterpaneel van de DVD-videocombinatie.
Als u een kabelaansluiting heeft zonder omvormer of
decoder, moet u de kabel van uw tv los maken en
verbinden met de RF-ingang op de achterkant van de
DVD-videocombinatie.
Gebruik de meegeleverde RF-kabel om de RF-uitgang
van de DVD-videocombinatie te verbinden met de
antenne-ingang op de tv. Via deze aansluiting kunt u
alle middenband-, superband- en hyperbandkanalen
(alle kabelkanalen) ontvangen.
Een tv aansluiten
Kies één van de volgende aansluitmogelijkheden voor
de tv. Dit is afhankelijk van de mogelijkheden van uw
apparatuur.
Achterkant van TV
COMPONENT/PROGRESSIVE VIDEO INPUT
HDMI
Pr
H
S-VIDEO
INPUT
Y
Pb
SC
ANTENNA
INPUT
RV
INSTALLATIE
De antenne of kabel aansluiten
Antenne
Platte draad
(300 ohm)
300/75 ohm adapter
(niet meegeleverd)
Achterkant van DVD-videocombinatie
Antenne
oror
Kabelaans
luiting
Achterkant van DVD-videocombinatie
RF-aansluiting
Verbind de ANT OUT van de DVD-videocombinatie
met de antenne-ingang op de tv met behulp van de
meegeleverde 75 ohm RF-kabel (R).
Dit apparaat maakt geen gebruik van de
modulatoruitgang. Desondanks gebruikt u
de RF-uitgang.
15
Aansluitmogelijkheden
Scartverbinding
1 Verbind de EURO AV1 scartaansluiting op de
DVD-videocombinatie via een scartkabel met de
scartaansluiting achter op een tv.
2 Om met dit apparaat DVD's en dergelijke te
kunnen weergeven, moet het met een scartkabel
of component- en audiokabel op uw tv worden
aangesloten.
S-Video-aansluiting
1 Verbind de S-Video-uitgang op de DVD-
videocombinatie via een S-Videokabel met de SVideo-ingang op de tv.(S)
2 Verbind de linker en rechter audio uitgang op de
DVD-videocombinatie via audiokabels met de
linker en rechter audioingang op de tv.
Component videoaansluitingen
• Als u een high-defenition tv heeft, of een tv die
geschikt is voor digitale signalen, kunt u gebruik
maken van de voordelen van de progressive
scan-uitgang op de DVD-videocombinatie en de
hoogste beeldresolutie realiseren.
• Als de tv geen progressive scan ondersteunt, zal
het beeld er vervormd uitzien.
1 Verbind de progressive componentuitgangen op
de DVD-videocombinatie via een YPbPr-kabel (C)
met de overeenkomstige aansluitingen op de tv,
als die aanwezig zijn.
2 Verbind de linker en rechter audio uitgang op de
DVD-videocombinatie via audiokabels met de
linker en rechter audioingang op de tv.
• Denk er wel aan om de DVD-videocombinatie
op Progressive scan in te stellen door het
'Video-uitgangssignaal’ in het instelmenu te
wijzigen; zie pagina 24.
• De progressive scan-functie werkt niet bij RFaudio/video- of S-Video-verbindingen.
HDMI-verbinding
Als u over een HDMI-tv of -monitor beschikt, kunt u die
met een HDMI-kabel op deze recorder aansluiten.
1 Verbindt de HDMI-uitgang op de recorder met de
HDMI-ingang op een daarvoor geschikte tv of
monitor (H).
2 Stel de bronkeuze op de tv in op HDMI (zie de
gebruikershandleiding van de tv).
• Als u de HDMI-verbinding gebruikt, is de
sampling-frequentie van de audio-uitgang altijd
48 kHz, ook als u [96 kHz] selecteert.
• In deze recorder wordt een dts-geluidsspoor
niet intern omgezet (in 2 kanalen). Om van dts
multikanaals-surround te kunnen profiteren,
moet u de recorder via één van de audiouitgangen aansluiten op een voor dts geschikte
receiver.
• Als de optie LPCM voor de digitale uitgang in
het instelmenu niet wordt geselecteerd, wordt
er via de HDMI-kabel geen geluid
doorgegeven (zie pagina 25).
• Bij een juiste aansluiting op de recorder moet
de pijl op het aansluitstuk van de kabel naar
boven wijzen.
• Controleer de HDMI-kabel bij ruis of lijnen in
het beeld.
• Als u de HDMI-verbinding gebruikt, kunt u de
resolutie voor het HDMI-uitgangssignaal
wijzigen (576i, 576p, 720p, 1080i) door de
optie Video-uit in het instelmenu te veranderen
(zie pagina 24).
- RGB, Interlace-modus : 576i
- Interlace-modus : 576i, 1080i
- Progressive modus : 576p, 720p
• Als u de Progressive-scanmodus wijzigt terwijl
de recorder is aangesloten met HDMI, kan dat
problemen geven. Om die op te lossen, zet u
de recorder uit en dan weer aan.
16
Een versterker/receiver aansluiten
R
L
AUDIO INPUTDIGITAL INPUT
COAXIAL
AX
Een versterker met 2 kanaal analoge stereo of
Dolby Pro Logic II/Pro Logic aansluiten
Verbind de linker en rechter audio uitgang op de DVDvideocombinatie via de meegeleverde audiokabels
met de linker en rechter audio-ingang op de
versterker, receiver of stereo-installatie (A).
Een versterker met 2 kanaal digitale stereo (PCM)
of een tv-receiver met multi-kanaal decoder (Dolby
Digital™, MPEG 2, of DTS) aansluiten
1 Verbind de digitale coaxiale audiouitgang van de
DVD-videocombinatie met de overeenkomstige
ingang op de versterker. Gebruik een apart
verkrijgbare digitale coaxiale audio-kabel.
2 U moet de digitale uitgang van de DVD-
videocombinatie inschakelen; zie "Audioinstellingen" op pagina 25.
Wat is digitaal multi-kanaal geluid?
Een digitale multi-kanaal verbinding biedt de beste
geluidskwaliteit. Hiervoor hebt u een multi-kanaal
audio/video-ontvanger nodig, die net als de DVDvideocombinatie één van de volgende audioformaten
kan verwerken: MPEG 2, Dolby Digital of DTS.
Controleer dit aan de hand van de handleiding van de
ontvanger of de logo's op het apparaat zelf.
Aansluitmogelijkheden
• Volgens de licentieovereenkomst met DTS is
het digitale uitgangssignaal in DTS als DTSaudiostream wordt geselecteerd.
• Als het digitale uitgangssignaal niet in
overeenstemming is met de specificaties van
de ontvanger, produceert de ontvanger een
krachtig, vervormd geluid of helemaal geen
geluid.
• Een 5.1 kanaal digitaal surround-signaal via de
digitale verbinding kan alleen worden
weergegeven als de ontvanger is uitgerust met
een digitale multi-kanaal decoder.
• Druk op [AUDIO] om de audiogegevens van
de huidige DVD op het scherm weer te geven.
De DVD-videocombinatie heeft geen interne
decoder om DTS-geluid in twee kanaal stereo om te
zetten. Om van DTS multi-kanaal surround-geluid te
kunnen genieten moet u de digitale aansluitingen
van de DVD-videocombinatie verbinden met een
receiver die geschikt is voor DTS.
Achterkant van DVD-videocombinatie
INSTALLATIE
versterker (receiver)
17
Loading...
+ 42 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.