Magellan ROADMATE 800 User Manual [nl]

Magellan® RoadMate
Referentiehandleiding
Bedieningsinstructies voor de
Magellan RoadMate 800
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Wanneer u rijdt, moet u het scherm zo weinig mogelijk bekijken. Een stem zal u naar uw bestemming begeleiden. De bestuurder mag enkel gegevens invoeren of het toestel programmeren wanneer de auto stilstaat. Alleen een passagier in de wagen mag gegevens invoeren of het toestel programmeren terwijl de wagen rijdt.
U bent verantwoordelijk voor het naleven van alle verkeersregels.
We hebben er alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat de database nauwkeurige gegevens bevat. Maar wegen, oriëntatiepunten (POI’s), adressen van bedrijven en diensten kunnen in de loop van de tijd van locatie veranderen. De database omvat, analyseert, verwerkt, neemt of toont geen van de volgende elementen: wettelijke beperkingen (zoals type, gewicht, hoogte, breedte, lading en snelheidsbeperkingen van de wagen); helling of staat van de weg; hoogte, breedte, gewicht of andere beperkingen van bruggen; bevolkingsdichtheid; kwaliteit of veiligheid van een buurt; beschikbaarheid of nabijheid van politiediensten, noodhulp, medische of andere bijstand; wegenwerken, gevaren; gesloten wegen of baanstroken; veiligheid of toestand van de weg, het verkeer of verkeersfaciliteiten; weersomstandigheden; eigenschappen of toestand van de voetpaden; bijzondere evenementen; files. U bent zelf verantwoordelijk onveilige, gevaarlijke of onwettige routevoorstellen te negeren.
Bescherm de Magellan RoadMate tegen extreme temperaturen. Stel het toestel bijvoorbeeld niet voor langere tijd aan direct zonlicht bloot.
Wanneer u het toestel in uw voertuig installeert - of u nu kiest voor bevestiging op de voorruit of voor een andere bevestiging of accessoire - zorg er dan voor dat het zicht van de bestuurder op de weg niet belemmerd wordt en dat ook de werking van de veiligheidsvoorzieningen van het voertuig, zoals airbags, niet gehinderd wordt. Vermijd gevaar voor inzittenden van het voertuig door mogelijk losraken van het toestel tijdens het rijden te voorkomen. U aanvaardt de risico’s op schade aan uw voertuig en/of gevaar voor inzittenden, voortvloeiend uit de keus dit apparaat te monteren.
In sommige staten is het verboden tijdens het besturen van een voertuig een hoofdtelefoon te dragen. Neem contact op met de verkeersinstanties in uw staat voor meer informatie.
De batterij in de Magellan RoadMate is herlaadbaar en mag niet worden verwijderd. Indien het vervangen zou moeten worden, volg dan de instructies in dit document en gooi de oude batterij weg in overeenstemming met lokale vereisten voor gevaarlijke materialen.
Extreme temperaturen kunnen de werking van de Magellan RoadMate verstoren. Stel het toestel niet bloot aan extreme hitte of koude gedurende een lange tijd. De batterij zal niet meer worden opgeladen bij een temperatuur hoger dan 45°C (113°F) of lager dan 0°C (32°F).
Over het opladen van de Magellan RoadMate 800
Gebruik alleen een netadapter die is goedgekeurd voor de Magellan RoadMate 800 of die met het toestel werd meegeleverd. Het gebruik van een ander type netadapter kan leiden tot storing en/of gevaar.
Gebruik alleen een autolader die is goedgekeurd voor de Magellan RoadMate 800 of die met het toestel werd meegeleverd. Het gebruik van een ander type autolader kan leiden tot storing en/of gevaar.
De Magellan RoadMate 800 is bestemd voor een stroomvoorziening door een VERMELDE stroomeenheid met de markering "LPS", "Limited Power Source" en "Output rated + 5 V dc / 1.0 A".
Gebruik alleen een netadapter die is goedgekeurd voor de Magellan RoadMate 800 of die met het toestel werd meegeleverd.
Gebruik de batterij die met de Magellan RoadMate 800 werd meegeleverd of zijn identieke vervanger goedgekeurd voor de Magellan RoadMate 800.
Om veiligheidsredenen zal de batterij in uw Magellan RoadMate 800 stoppen met laden wanneer de omgevingstemperatuur lager is dan 0°C (32°F) of hoger is dan 45°C (113°F).
Over de netadapter
Gebruik de adapter niet in een zeer vochtige omgeving. Raak de adapter nooit aan met natte handen of voeten.
Zorg voor een goede ventilatie rond de adapter bij gebruik van het apparaat of bij het laden van de batterij. Bedek de netadapter niet met papier of met andere voorwerpen die het koelen belemmeren. Gebruik de netadapter niet wanneer deze in een draagtas zit.
Sluit de adapter aan op een geschikte stroombron. De spannings- en aardingsvereisten vindt u op de producttas en/of de verpakking.
Gebruik de adapter niet met een beschadigde kabel.
Voer zelf geen onderhoud uit aan het toestel. Het toestel bevat geen onderhoudbare interne onderdelen. Vervang het toestel als het beschadigd is of als het werd blootgesteld aan overmatig vocht.
Over de batterij
Gebruik alleen een lader die is goedgekeurd voor de Magellan RoadMate 800 of die met het toestel werd meegeleverd.
De batterij niet beschadigen, doorboren of in het vuur gooien. De batterij kan barsten of exploderen, waarbij gevaarlijke chemicaliën vrijkomen.
Belangrijke aanwijzingen (alleen voor onderhoudspersoneel).
Waarschuwing: Explosiegevaar als de batterij wordt vervangen door een verkeerd type. Gooi de gebruikte batterijen weg
volgens de aanwijzingen.
Alleen vervangen door hetzelfde of een gelijkwaardig type aanbevolen door Magellan.
De batterij moet naar behoren worden gerecycled of weggegooid.
Gebruik de batterij alleen in het gespecificeerde apparaat.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER
Dit toestel is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen van een digitaal apparaat van Klasse B, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming tegen schadelijke storingen in woongebieden te bieden. Dit toestel produceert en gebruikt energie in een radiofrequentiegebied en kan deze uitstralen, en kan, indien niet volgens de instructies geïnstalleerd, schadelijke storing aan radiocommunicatie veroorzaken. Er is echter geen garantie dat er bij bepaalde installaties geen storing zal optreden. Als deze apparatuur schadelijke storing in radio- of televisieontvangst veroorzaakt, wat kan worden vastgesteld door het toestel uit en weer aan te zetten, dan wordt de gebruiker aangemoedigd deze storing te verhelpen door een of meer van de volgende maatregelen te nemen:
De ontvangstantenne verplaatsen of anders richten.
De afstand tussen het toestel en de ontvanger vergroten.
Het toestel aansluiten op een stopcontact van een ander circuit dan dat van de ontvanger.
De verkoper of een ervaren radio- of tv-technicus raadplegen.
Om te voldoen aan de FCC-voorschriften, moeten voor dit toestel beschermde kabels worden gebruikt. Het gebruik van niet­goedgekeurde apparatuur of onbeschermde kabels kan leiden tot storingen in radio- en TV-ontvangst. De gebruiker wordt gewaarschuwd dat veranderingen of aanpassingen aan het apparaat die niet zijn goedgekeurd door de fabrikant, de gebruikersbevoegdheid ongeldig kunnen maken.
© 2005 Thales Navigation, Inc. Alle rechten voorbehouden. Het Magellan-logo, Magellan, Magellan RoadMate, Turn it on and go, TrueView, Quickspell, SmartDetour, TrueFix en SmartVolume zijn handelsmerken van Thales. Niets van deze handleiding mag zonder voorafgaande toestemming van Thales worden gereproduceerd, in welke vorm of op welke wijze dan ook, elektronisch of mechanisch, inclusief fotokopiëren en registreren, voor andere doeleinden dan voor persoonlijk gebruik van de koper.
631284-04 A

INHOUD

Contactinformatie ..........................................................................................................................................................................v
Technische ondersteuning .................................................................................................................................................................................................. v
Garantieservice .................................................................................................................................................................................................................. v
Klantenservice .................................................................................................................................................................................................................... v
Registratie ......................................................................................................................................................................................................................... v
Hoofdstuk 1: Informatie ................................................................................................................................................................ 1
Over satellietnavigatie .......................................................................................................................................................................................................1
Zo werkt satellietnavigatie .................................................................................................................................................................................................1
Gezichtslijn .................................................................................................................................................................................................................... 1
Over de veiligheid van het gebruik van GPS-kaarten. ......................................................................................................................................................... 2
Van vertrekpunt naar bestemming................................................................................................................................................................................. 2
Plaatsen van uw GPS-ontvanger voor optimale satellietontvangst ....................................................................................................................................2
Tijd voor signaalontvangst .................................................................................................................................................................................................2
GPS-kaarten en uw veiligheid ............................................................................................................................................................................................3
Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate ................................................................................................................................................. 4
Vooraanzicht ......................................................................................................................................................................................................................4
Achteraanzicht ...................................................................................................................................................................................................................5
Bovenaanzicht ....................................................................................................................................................................................................................6
Onderaanzicht ....................................................................................................................................................................................................................6
Linkerzijaanzicht ................................................................................................................................................................................................................7
Rechterzijaanzicht ..............................................................................................................................................................................................................7
Houder ................................................................................................................................................................................................................................8
Gebruik van verwijderbare geheugenkaarten .....................................................................................................................................................................9
De geheugenkaart invoeren............................................................................................................................................................................................ 9
De geheugenkaart verwijderen ....................................................................................................................................................................................... 9
Verwijderen en installeren van batterijen ...........................................................................................................................................................................9
De batterij verwijderen ................................................................................................................................................................................................... 9
De batterij installeren .................................................................................................................................................................................................. 10
Hoofdstuk 3: Installatie in een voertuig ...................................................................................................................................... 11
Installatie op de voorruit ..................................................................................................................................................................................................11
Hoofdstuk 4: Positie van de antenne .......................................................................................................................................... 13
Hoofdstuk 5: Installatie van Magellan RoadMateTools ............................................................................................................... 14
De software installeren ....................................................................................................................................................................................................14
De Magellan RoadMate aansluiten ................................................................................................................................................................................... 14
Hoofdstuk 6: Magellan RoadMate Music Manager ...................................................................................................................... 15
Hoofdstuk 7: Muziekspeler ........................................................................................................................................................... 16
Eén enkele song afspelen .................................................................................................................................................................................................16
Meerdere songs afspelen .................................................................................................................................................................................................. 16
Afspelen ....................................................................................................................................................................................................................... 17
Maken .......................................................................................................................................................................................................................... 17
Bewerken...................................................................................................................................................................................................................... 17
Wissen.......................................................................................................................................................................................................................... 17
Hernoemen ................................................................................................................................................................................................................... 18
Modus Afspelen ................................................................................................................................................................................................................18
Songlijst ...........................................................................................................................................................................................................................18
Equalizer ..........................................................................................................................................................................................................................18
Help ..................................................................................................................................................................................................................................19
Hoofdstuk 8: Magellan RoadMate Photo manager ...................................................................................................................... 20
Hoofdstuk 9: Fotoweergave ......................................................................................................................................................... 21
Eén enkele foto weergeven ...............................................................................................................................................................................................21
Vorige afbeelding (linkerpijl) ....................................................................................................................................................................................... 21
Inzoomen ..................................................................................................................................................................................................................... 21
Diashow ...................................................................................................................................................................................................................... 22
Schuiven ..................................................................................................................................................................................................................... 22
Afbeelding draaien ...................................................................................................................................................................................................... 22
Volgende afbeelding (rechterpijl) ................................................................................................................................................................................ 22
ESC ............................................................................................................................................................................................................................. 22
Foto’s beheren ..................................................................................................................................................................................................................22
i
INHOUD
Lijstweergave ............................................................................................................................................................................................................... 22
Miniatuurweergave....................................................................................................................................................................................................... 22
Hernoemen ................................................................................................................................................................................................................... 22
Eigenschappen............................................................................................................................................................................................................. 23
Gereedschappen ...............................................................................................................................................................................................................23
Voorkeuren ................................................................................................................................................................................................................... 23
Foto’s verzenden........................................................................................................................................................................................................... 23
Bestanden wissen ........................................................................................................................................................................................................ 23
Meer weten................................................................................................................................................................................................................... 23
Hoofdstuk 10: Magellan RoadMate POI Manager ........................................................................................................................ 24
Latitude ............................................................................................................................................................................................................................24
Longitude .........................................................................................................................................................................................................................24
Hoogte ..............................................................................................................................................................................................................................25
Een POI-bestand openen ..................................................................................................................................................................................................26
Een nieuw POI-bestand aanmaken ................................................................................................................................................................................... 26
Individuele POI’s toevoegen ..............................................................................................................................................................................................26
Een gegevensbestand importeren ....................................................................................................................................................................................28
Hoofdstuk 11: Basisbediening van navigatiefuncties ................................................................................................................. 29
De Magellan RoadMate uitpakken en inschakelen ........................................................................................................................................................... 29
Stroom onderbreken of slaapmodus ............................................................................................................................................................................. 29
Energiebeheer .............................................................................................................................................................................................................. 29
De Magellan RoadMate resetten .......................................................................................................................................................................................29
Het volume aanpassen .....................................................................................................................................................................................................29
De laatste instructie herhalen .......................................................................................................................................................................................... 29
Selecties maken ...............................................................................................................................................................................................................29
Letters invoeren ................................................................................................................................................................................................................ 30
Bijkomende karakters (’&?/-’-knop) ................................................................................................................................................................................. 30
Numerieke karakters (’123-knop’) ....................................................................................................................................................................................30
Wat is QuickSpell? ............................................................................................................................................................................................................ 31
Multi-Word Indexing .........................................................................................................................................................................................................32
Hoofdstuk 12: Reizen .................................................................................................................................................................. 33
Informatiehulpschermen ..................................................................................................................................................................................................33
Kaartscherm .....................................................................................................................................................................................................................34
Van 2D- naar 3D-kaartweergave overschakelen ...............................................................................................................................................................34
De zoominstellingen van de kaart wijzigen ....................................................................................................................................................................... 35
Scherm Weergave manoeuvres .........................................................................................................................................................................................35
TrueView 3D-scherm ........................................................................................................................................................................................................36
Routeopties kiezen ...........................................................................................................................................................................................................37
De routeopties wijzigen ....................................................................................................................................................................................................37
Een geplande route annuleren .......................................................................................................................................................................................... 37
Afwijken van de geplande route .......................................................................................................................................................................................38
Een Manoeuvre in een geplande route uitsluiten ..............................................................................................................................................................38
Informatie weergeven over uw huidige positie. .................................................................................................................................................................39
De huidige locatie in uw adresboek opslaan ....................................................................................................................................................................39
Onderweg oriëntatiepunten (POI’s) zoeken ....................................................................................................................................................................... 39
Onderweg een omleiding zoeken .......................................................................................................................................................................................40
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren .................................................................................................................................... 42
Scherm Bestemming ........................................................................................................................................................................................................42
Land selecteren ................................................................................................................................................................................................................42
Uw thuisadres invoeren en naar huis navigeren ............................................................................................................................................................... 42
Een bestemming selecteren aan de hand van het adres .................................................................................................................................................. 43
Zoeken op stad............................................................................................................................................................................................................. 43
Zoeken op postcode...................................................................................................................................................................................................... 44
Zoeken op provincie...................................................................................................................................................................................................... 45
Vorige steden ............................................................................................................................................................................................................... 45
Een Bestemming selecteren aan de hand van het adresboek. ..........................................................................................................................................46
Vorige bestemmingen................................................................................................................................................................................................... 47
Een vorige bestemming in het adresboek opslaan .....................................................................................................................................................47
Een vorige bestemming verwijderen ..........................................................................................................................................................................48
ii
INHOUD
Favorieten .................................................................................................................................................................................................................... 48
Favorieten bewerken ..................................................................................................................................................................................................49
Favorieten verwijderen ...............................................................................................................................................................................................49
Adressenlijst ................................................................................................................................................................................................................ 50
Een adres bewerken ...................................................................................................................................................................................................50
Een adres verwijderen ................................................................................................................................................................................................ 51
Nieuwe bestemming..................................................................................................................................................................................................... 51
Zoeken op stad ..........................................................................................................................................................................................................51
Zoeken op postcode ...................................................................................................................................................................................................52
Zoeken op provincie ...................................................................................................................................................................................................53
Vorige steden .............................................................................................................................................................................................................54
Trajectplanner.............................................................................................................................................................................................................. 55
Nieuw .........................................................................................................................................................................................................................55
Een traject optimaliseren ........................................................................................................................................................................................... 56
Leid mij ...................................................................................................................................................................................................................... 57
Bewerken ...................................................................................................................................................................................................................57
Verwijderen en hernoemen .........................................................................................................................................................................................58
Een Oriëntatiepunt instellen als bestemming ..................................................................................................................................................................60
Naam invoeren ............................................................................................................................................................................................................. 60
Dichtstbijzijnde ..........................................................................................................................................................................................................60
Per stad weergeven .................................................................................................................................................................................................... 61
Categorie selecteren ..................................................................................................................................................................................................61
Categorie selecteren..................................................................................................................................................................................................... 62
Dichtstbijzijnde ..........................................................................................................................................................................................................62
Per stad weergeven .................................................................................................................................................................................................... 62
Naam invoeren ........................................................................................................................................................................................................... 63
Type keuken ...............................................................................................................................................................................................................63
Gebruikers POI’s........................................................................................................................................................................................................... 64
Een kruispunt als bestemming selecteren ........................................................................................................................................................................ 65
Zoeken op stad............................................................................................................................................................................................................. 65
Zoeken op postcode...................................................................................................................................................................................................... 66
Zoeken op provincie...................................................................................................................................................................................................... 67
Vorige steden ............................................................................................................................................................................................................... 67
Hoofdstuk 14: Opties navigatie .................................................................................................................................................. 69
Instellingen ......................................................................................................................................................................................................................69
Oriëntatiepunt selecteren............................................................................................................................................................................................. 69
Gebruikers POI’s........................................................................................................................................................................................................... 69
Kaartopties................................................................................................................................................................................................................... 73
Opties TrueView............................................................................................................................................................................................................ 73
Kaartkleur selecteren ................................................................................................................................................................................................... 74
Route-instellingen........................................................................................................................................................................................................ 75
Afwijkopties.................................................................................................................................................................................................................. 75
Stemopties ................................................................................................................................................................................................................... 76
Kleuropties ................................................................................................................................................................................................................... 76
Toonopties.................................................................................................................................................................................................................... 77
Opties GPS ................................................................................................................................................................................................................... 77
GPS-status ................................................................................................................................................................................................................77
GPS-positie instellen .................................................................................................................................................................................................77
Simulatie mode ............................................................................................................................................................................................................ 78
Kaartregio’s.................................................................................................................................................................................................................. 78
Automatisch volume..................................................................................................................................................................................................... 80
Backup en herstellen bestanden .................................................................................................................................................................................. 80
Backup ......................................................................................................................................................................................................................80
Restore ......................................................................................................................................................................................................................80
Kaartgegevens ............................................................................................................................................................................................................. 81
Reiscomputer ...................................................................................................................................................................................................................81
Huidige traject ............................................................................................................................................................................................................. 82
Naam traject stoppen of starten ................................................................................................................................................................................82
Het huidige reisrapport opslaan ................................................................................................................................................................................82
Naam traject op nul zetten ........................................................................................................................................................................................83
iii
INHOUD
Een opgeslagen reisrapport bekijken .........................................................................................................................................................................83
Een reisrapport wissen ..............................................................................................................................................................................................83
Hoofdstuk 15: Systeeminstellingen ............................................................................................................................................. 85
Helderheid ........................................................................................................................................................................................................................85
Energiebeheer ..................................................................................................................................................................................................................85
Wachtwoord ......................................................................................................................................................................................................................85
Wachtwoord instellen ................................................................................................................................................................................................... 85
Wachtwoord verwijderen............................................................................................................................................................................................... 86
Taal ..................................................................................................................................................................................................................................86
Hoofdstuk 16: Systeemstatus ..................................................................................................................................................... 87
Productinformatie ............................................................................................................................................................................................................87
Gebruikersopslag .............................................................................................................................................................................................................87
Diagnostieken ..................................................................................................................................................................................................................87
Geluidstest................................................................................................................................................................................................................... 87
Test aanraakscherm..................................................................................................................................................................................................... 87
Test toetsenbord........................................................................................................................................................................................................... 87
Videotest ...................................................................................................................................................................................................................... 87
Hoofdstuk 17: Help ..................................................................................................................................................................... 88
Snelle tips ........................................................................................................................................................................................................................88
Contact opnemen .............................................................................................................................................................................................................88
Appendix ...................................................................................................................................................................................... 89
Categorieën oriëntatiepunten (POI’s) ...............................................................................................................................................................................89
Specificaties ....................................................................................................................................................................................................................90
PC-vereisten .....................................................................................................................................................................................................................91
Scherm GPS-status ..........................................................................................................................................................................................................91
Vorm van GPS STATUSSCHERM – eerste pagina ........................................................................................................................................................91
Foutieve positiefix –code ...........................................................................................................................................................................................91
Vorm van GPS STATUSSCHERM – tweede pagina ....................................................................................................................................................... 92
Standaardweergave GPS-STATUSSCHERM .................................................................................................................................................................93
Veelgestelde vragen .........................................................................................................................................................................................................94
iv

Contactinformatie

2.1 Technische ondersteuning

Om contact op te nemen met Magellan productondersteuning en garantieservice in het Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Portugees, Nederlands, Noors, Fins en Deens, draai het:
GRATIS NUMMER: 00800MAGELLAN* (00800 62435526) van 9 tot 18 uur GMT & GMT+1
of stuur een e-mail in het Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Portugees, Nederlands, Noors, Fins of Deens naar:
magellansupportemea@thalesnavigation.com
*gratis telefoontoegang vanuit Ierland, het Verenigd Koninkrijk, Portugal, Spanje, Italië, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland, Noorwegen, Zweden, Denemarken en Finland.
Voor Magellan productondersteuning in het Engels, Frans of Duits vanuit andere landen in Europa, het Midden-Oosten of Afrika draait u:
+33 2 28 09 38 00*
of stuur een e-mail naar:
magellansupportemea@thalesnavigation.com
* internationale gesprekstarieven variëren naargelang de telefoonoperator.
Neem voor Magellan productondersteuning in andere Europese en Afrikaanse talen, of talen uit het Midden-Oosten contact op met uw lokale verdeler. Surf naar de sectie ‘Dealer locator’ op de site www.magellanGPS.com om uw dichtstbijzijnde verdeler te vinden of stuur een e-mail naar:
magellansupportemea@thalesnavigation.com.

2.2 Garantieservice

Alvorens u beslist uw product te retourneren naar de winkel waar u het gekocht hebt, neem contact op met onze Technische Ondersteuning zoals uitgelegd in de vorige paragraaf.

2.3 Klantenservice

Als u accessoires wilt bestellen of ontgrendelingscodes wilt verkrijgen, kunt u surfen naar onze website www.magellanGPS.com of contact opnemen met onze Technische Ondersteuning.

2.4 Registratie

Vergeet niet uw Magellan RoadMate te registreren op www.magellangps.com. Als u registreert, ontvangt u alle informatie over de laatste productupdates. Registratie geldt niet als aankoopbewijs voor garantieservice.
v

Hoofdstuk 1: Informatie

1.1 Over satellietnavigatie

Wereldwijde satellietnavigatie is een opwindende technologie die productiviteit en nauwkeurigheid op een groot aantal vakgebieden kan verhogen. Veel navigatie-, sport- en recreatieve activiteiten krijgen er een extra veiligheidsdimensie door en worden plezieriger.
Een Global Navigation Satellite System (GNSS) is een netwerk van satellieten die hoogfrequente radiosignalen met tijds- en afstandsgegevens verzenden. Deze signalen kunnen worden ontvangen door een ontvanger, wat gebruikers in staat stelt hun exacte locatie wereldwijd vast te stellen.
Er zijn twee Global Navigation Satellite Systems in gebruik: het U.S. Global Positioning System (GPS) en het Russische GLObal NAvigation Satellite System (GLONASS). Deze systemen worden voortdurend aangepast om aan steeds hogere betrouwbaarheidseisen te kunnen voldoen. In Europa wordt ook een derde GNSS systeem met de naam GALILEO ontwikkeld, genoemd naar de astronoom uit de vroege 17e eeuw, dat aan hogere integriteits- en betrouwbaarheidseisen moet voldoen. Dit systeem is nodig om de veiligheid tijdens transport in de lucht, per land en ter zee te garanderen, zonder dat gebruik van extra uitbreidingssystemen noodzakelijk is.
Terwijl de GPS- en GLONASS-netwerken zijn ontwikkeld om maximale prestaties te bereiken, worden Satellite-Based Augmentation Systems (SBAS) geïnstalleerd met als doel maximale nauwkeurigheid. SBAS zorgen voor differentiële signaalcorrecties voor GPS- en GLONASS-transmissies, met behulp van grondstations en geostationaire satellieten in specifieke regio’s. Dit is GNSS-1, de eerste fase voor het bereiken van de vereiste integriteit voor hoogwaardige satellietnavigatie.
GNSS-2 vereist de lancering van nieuwe satellieten in een baan om de aarde en een complete upgrade van het bestaande satellietsysteem. Deze tweede fase is reeds in gang gezet. GALILEO, gepland om in 2008 operationeel te worden, is ontwikkeld om te voldoen aan de eisen van GNSS-2 voor snelle en betrouwbare, gecertificeerde precisiepositionering.

1.2 Zo werkt satellietnavigatie

Global navigation satellieten verzenden continu tijd- en afstandsgegevens in hun nauwkeurige baan rond de aarde. Navigatiesatellietontvangers gebruiken deze gegevens om door middel van driehoeksmeting een exacte locatie te berekenen. Elk punt op aarde kan worden geïdentificeerd door middel van twee coördinaten. Deze coördinaten geven het exacte punt weer waar een horizontale lijn, ook wel latitude genoemd, een verticale lijn kruist, de longitude. De ontvanger stemt af op minstens drie satellieten en gebruikt de ontvangen gegevens om de coördinaten van het ontvangende toestel te bepalen.
Door vergelijking van signaalverzendtijden vanaf de satelliet en ontvangsttijden van de ontvanger, berekent de ontvanger hoe ver de satellieten verwijderd zijn. Met de afstandgegevens van de ontvanger tot drie of meer satellieten kan de ontvanger zijn exacte positie berekenen. Met deze drie afstandsmetingen kan de ontvanger ook snelheid, druk, routetijd, afstand tot bestemming, hoogte en meer berekenen.
De satellietontvanger kan de positie weergeven als longitude/latitude, Universal Transverse Mercator (UTM), Military Grid (MG) of gewoon als een punt op een elektronische kaart. Veel Thales Navigatieontvangers produceren uitgebreide kaartgegevens, waarmee satellietnavigatie een eenvoudig te gebruiken gereedschap wordt en recreatieve en zakelijke activiteiten een meerwaarde krijgen.

1.2.1 Gezichtslijn

Satellietnavigatie-ontvangers werken met een gezichtslijn op global positioning-satellieten. Dit betekent dat er minstens drie satellieten binnen ’gezichtsbereik’ van de ontvanger moeten zijn om longitude en latitude te kunnen berekenen. Voor het berekenen van hoogte moet er ook een vierde satelliet in de gezichtslijn liggen. Gemiddeld zijn er vanaf iedere positie op aarde acht satellieten continu binnen de gezichtslijn aanwezig. Hoe meer satellieten in zicht, des te nauwkeuriger de positieberekening.
Hoewel radiosignalen van satellieten niet door wolken, glas, plastic en andere lichtgewicht materialen worden tegengehouden, werken de apparaten niet onder de grond of in andere afgesloten ruimtes.
1
Hoofdstuk 1: Informatie

1.3 Over de veiligheid van het gebruik van GPS-kaarten.

Net als papieren kaarten kunnen ook kaarten op GPS-toestellen verschillen als het gaat om gegevens en visuele presentatie. Er zijn topografische kaarten, wegenkaarten en marinekaarten. Elk type kaart beschikt over andere gegevens, afhankelijk van waar deze voor is ontworpen. Een marinekaart geeft bijvoorbeeld slechts weinig informatie over wegen en is geen vervanging voor een wegenkaart. Topografische kaarten vermelden meestal weinig gegevens over wateren en bevatten geen markeringspunten voor marinenavigatie.
De schaal van een kaart speelt ook een rol: hoe kleiner de schaal, des te gedetailleerder de gegevens. Het is daarom (net als bij gebruik van papieren kaarten) belangrijk dat u zich realiseert welk type kaart u gebruikt tijdens uw reizen en hierbij ook het gezond verstand laat meespelen.

1.3.1 Van vertrekpunt naar bestemming

Thales Navigation, producent van Magellan GPS-producten, is geen cartografisch bedrijf. Wij maken de kaarten voor onze navigatiesystemen niet zelf. We verwerven kaartgegevens van de beste openbare en niet-openbare bronnen die op het moment van publicatie beschikbaar zijn. Thales Navigation licenceert* topografische kaarten, wegenkaarten, marinekaarten en oriëntatiepunten van commerciële en regeringsbronnen die ruwe kaartgegevens leveren. Thales Navigation verwerkt en comprimeert deze ruwe gegevens naar een indeling die werkbaar is en op onze GPS-toestellen kan worden gepresenteerd. Om te garanderen dat onze kaartgegevens zo krachtig mogelijk zijn, worden vaak gegevens van verschillende bronnen gecombineerd om een zo groot mogelijk gebruikersgemak voor onze klanten te realiseren. Deze bewerkingen hebben geen invloed op de landvormen, coördinaten of andere speciale eigenschappen die in de ruwe gegevens zijn opgeslagen. De nauwkeurigheid van de kaarten is vooral afhankelijk van de brongegevens van waaruit deze worden samengesteld. Kaartgegevens zijn regelmatig aan verandering onderhevig, als gevolg van zowel natuurlijke als menselijke oorzaken. Hierdoor moeten cartografische overheids- en commerciële bedrijven hun kaartgegevens continu reviseren, corrigeren en verbeteren. Wij brengen regelmatig nieuwe versies uit van onze kaarten om deze wijzigingen door te voeren.
Na het verwerken van de gegevens testen we de compatibiliteit van de kaart met onze GPS-toestellen om te kunnen garanderen dat onze producten goed met onze apparatuur werken. Ook worden onze producten aan een bètatest onderworpen om vóór het uitbrengen feedback van gebruikers te ontvangen.

1.4 Plaatsen van uw GPS-ontvanger voor optimale satellietontvangst

Alvorens de signaalontvangst te bespreken, is het belangrijk dat u beseft dat uw GPS-ontvanger een gevoelig instrument is. U mag het nooit voorzien op een plaats in uw voertuig waar het door andere zaken kan worden geraakt of waar trillingen ertoe kunnen leiden dat het in aanraking komt met andere onderdelen van het voertuig. De meegeleverde voorruitbevestiging biedt u de mogelijkheid de ontvanger zo te plaatsen dat de antenne door de voorruit een satellietsignaal kan ontvangen zonder te worden belemmerd door andere onderdelen van het voertuig. Getinte ramen of andere reflecterende raamcoatings kunnen evenwel de ontvangst verstoren. In dat geval kan het nodig zijn de (optionele) externe antenne te bevestigen. Een externe antenne garandeert een snellere satellietfixtijd en een grotere signaalsterkte. Omdat de antenne aan de buitenkant van het voertuig wordt gemonteerd, kan deze niet worden gehinderd door eventuele reflecterende raamcoatings en heeft deze bovendien een vrije gezichtslijn op de satellieten. Er zijn andere montageoplossingen beschikbaar maar hiervoor is mogelijk een externe antenne vereist.
Ook externe omstandigheden hebben invloed op de ontvangst van het GPS-signaal. Hoewel het weer geen invloed heeft op het signaal, kunnen zaken als hoge gebouwen, bomen, het rijden door nauwe kloven, bosrijke gebieden of tunnels, evenals locaties als garages of overdekte parkings wél een nadelige invloed hebben op het GPS-signaal. De GPS-ontvanger controleert de GPS-signaalstatus en werkt deze voortdurend bij. Het signaal zal weer worden opgevangen zodra de obstructies zijn verdwenen.

1.5 Tijd voor signaalontvangst

De eerste keer dat u uw Magellan RoadMate gebruikt, of wanneer u meer dan 800 km rijdt met het toestel uitgeschakeld, kan het detecteren van satellieten enige tijd in beslag nemen. Afhankelijk van uw positie en de positie van de satellieten, kan dit 15 minuten of meer duren. Bij normaal gebruik wordt de satellietberekening veel sneller ontvangen, maar dit kan toch nog enkele minuten duren. Het is belangrijk om uw antenne naar boven te richten en een onbeperkt zicht op de hemel te hebben om het best mogelijke antennesignaal te ontvangen.
2
Hoofdstuk 1: Informatie

1.6 GPS-kaarten en uw veiligheid

Bedenk dat uw GPS-toestel slechts een hulp is bij het navigeren. Het moet altijd met gezond verstand worden gebruikt en het is belangrijk dat de gebruiker GPS-kaartgegevens met een kritisch oog bekijkt. Landschappen of wegen veranderen of kunnen onbegaanbaar worden, bomen en hoge gebouwen kunnen GPS-signalen belemmeren en uw GPS-toestel kan soms niet helemaal in staat zijn een compleet beeld te geven. Als u gebruikt maakt van GPS moet u de door uw GPS-kaart geleverde gegevens altijd combineren met uw relevante kennis van de omgeving, bewegwijzering, bakens, dieptepeilingen en zich wijzigende lokale omstandigheden om een volledige inschatting van uw situatie te kunnen maken.
Het is uw verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat u aan alle verkeersregels voldoet, met o.a. aandacht voor overstekende voetgangers en om verstandig te oordelen terwijl u een Magellan GPS-ontvanger bedient. Veiligheid moet uw primaire zorg zijn. De Magellan GPS-ontvanger mag niet worden gebruikt terwijl men bezig is met een activiteit waarbij de gebruiker zijn volle aandacht aan de omgeving moet schenken. De Magellan RoadMate GPS-ontvanger mag bijvoorbeeld enkel worden bediend door passagiers van het voertuig of door de bestuurder wanneer de auto volledig gestopt is. De bestuurder mag het display niet bekijken tijdens het rijden. Negeer alle onveilige, gevaarlijke of illegale routevoorstellen.
Magellan-kaarten bevatten, analyseren, behandelen, beschouwen of weerspiegelen geen van volgende elementen: wettelijke beperkingen (zoals gewicht, hoogte, breedte, lading en snelheidsbeperkingen); helling of staat van de weg; hoogte, breedte, gewicht of andere beperkingen van bruggen; bevolkingsdichtheid; kwaliteit of veiligheid van een buurt; beschikbaarheid of nabijheid van politiediensten, noodhulp, medische of andere bijstand; wegenwerken, gevaren; weg-, voetpad- of waterwegafsluitingen of -condities; weersomstandigheden; eigenschappen of toestand van de voetpaden; bijzondere evenementen; verkeersdrukte; de actuele tijd.
*Thales Navigation licenseert kaartgegevens van regeringsbronnen waaronder, maar niet beperkt tot, U.S. Geological Survey (USGS), de National Oceanic and Atmospheric Administration (NOAA-NOS) en de Canadian Hydrographic Service (CHS). Thales Navigation heeft ook de vergunning om de kaartgegevens van commerciële cartografische bedrijven als Navigation Technologies, Navionics, DMTI en C-Map te gebruiken.
3

2.1 Vooraanzicht

Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate

1 Standby-knop Druk op deze knop om de slaapmodus te activeren.
Terwijl u de kaart bekijkt, drukt u hier om in te zoomen op het
2 Zoom In-knop (Inzoomen)
3 Menuknop Druk op deze knop om het Hoofdmenu weer te geven.
4 Enter-knop Druk hier om aangeduide selecties te bevestigen.
5 Stroomindicator
6 Zoom Out-knop (Uitzoomen)
7 Locate-knop (Positie bepalen)
8 Escape-knop Druk hier om de huidige functie te stoppen.
9 Luidspreker dempen
10 View-knop (bekijken)
middelpunt van het scherm. De Inzoomknop kan ook worden gebruikt om pagina per pagina lange lijsten te doorlopen.
Het lampje wordt groen wanneer de batterij volledig is opgeladen. Tijdens het opladen zelf heeft het een oranje kleur.
Terwijl u de kaart bekijkt, drukt u hier om uit te zoomen vanaf het middelpunt van het scherm. De Uitzoomknop kan ook worden gebruikt om pagina per pagina lange lijsten te doorlopen.
Druk op deze knop om gegevens over de huidige locatie weer te geven en op te slaan in het adresboek.
Druk op deze knop om het geluid van de luidspreker en de hoofdtelefoon uit te schakelen.
Druk om het kaartscherm, de manoeuvrelijst of TrueView® 3D-weergave te bekijken.
11 Navigatietoets
Druk op deze knop om lijsten of menu’s item per item te doorlopen of om te schuiven in het Kaartscherm.
4
Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate

2.2 Achteraanzicht

1 Luidspreker
2 Antenne
3 Externe antenneaansluiting
Gebruikt voor weergave van gesproken navigatie-instructies en het afspelen van muziek.
Dient u uit te klappen wanneer u het toestel gebruikt om signalen van het GPS-satellietnetwerk op te vangen. Zie hoofdstuk 4 “Positie van de antenne” op pagina 13.
Sluit een (optionele) externe antenne hierop aan voor een betere signaalontvangst.
5
Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate

2.3 Bovenaanzicht

1 Sleuf voor geheugenkaart
2 Volumebediening
3 Reset-schakelaar

2.4 Onderaanzicht

Gebruikt om persoonlijke navigatiegegevens op te slaan en te herstellen en om beeldbestanden over te zetten.
Links of rechts draaien om het volume te verhogen of te verlagen. Druk op deze toets om de laatste instructie opnieuw te horen.
Stel in op positie “1” om in te schakelen, op positie “0” om uit te schakelen.
1 16-pins aansluiting Gebruikt voor toekomstige uitbreidingen.
2 Externe voedingsaansluiting Sluit de netadapter of 12V-autostroomadapter hierop aan.
6
Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate

2.5 Linkerzijaanzicht

1 Stereo hoofdtelefoonaansluiting Hier kan de stereo hoofdtelefoon op worden aangesloten.
2 USB-aansluiting

2.6 Rechterzijaanzicht

Sluit de Magellan RoadMate aan op uw PC om muziek, foto’s en gebruikers POI’s te uploaden.
1 Deksel batterijcompartiment Herlaadbare batterij
7

2.7 Houder

Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate
1 Kabelklem Gebruikt om de stroomkabel vast te maken.
2 Aansluiting voor montagehouder Klik hier de montagehouder in vast.
3 Vrijgave cradle Druk hierop om de Magellan RoadMate los te maken uit de cradle.
4 Gaten voor montageschroeven Voor bevestiging van een ander toestel dat een adapterplaat vereist.
8
Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate

2.8 Gebruik van verwijderbare geheugenkaarten

De Magellan RoadMate is op de bovenkant uitgerust met een geheugenkaartsleuf voor Secure Digital-kaarten (SD) en
Multimediakaarten (MMC). Deze kaarten worden hoofdzakelijk gebruikt om navigatiegegevens op te slaan en te herstellen en om beeldbestanden van en naar de harde schijf over te zetten. De geheugenkaartsleuf op uw Magellan RoadMate
gebruikt de zogenaamde “push-push”-methode voor het vergrendelen en ontgrendelen. Met andere woorden: om de kaart te plaatsen moet u erop drukken en om deze te verwijderen moet u er nogmaals op drukken. Geheugenkaarten bestaan in tal van formaten en worden gemaakt door diverse fabrikanten. Surf naar onze website www.magellangps.com voor een lijst met compatibele geheugenkaarten.

2.8.1 De geheugenkaart invoeren

Duw de rubberen afdichting opzij om de geheugenkaartsleuf vrij te maken. Verwijder de rubberen afdichting niet helemaal.
De geheugenkaart kan slechts in één richting worden ingevoerd. Forceer de Kaart niet in de sleuf.
Steek de geheugenkaart in de sleuf met de metalen contacten naar voren en de afgeschuinde rand naar links gericht.
Duw ertegen tot u een klik hoort.
Sluit de rubberen afdichting.

2.8.2 De geheugenkaart verwijderen

Duw de rubberen afdichting opzij om de geheugenkaartsleuf vrij te maken. Verwijder de rubberen afdichting niet helemaal.
Duw ertegen tot u een klik hoort. Probeer de Kaart niet uit de sleuf te trekken.
Verwijder de geheugenkaart uit de sleuf.
Sluit de rubberen afdichting.

2.9 Verwijderen en installeren van batterijen

De batterij van de Magellan RoadMate 800 is een herlaadbare lithium-ion batterij die niet hoeft te worden vervangen. In het geval dat de batterij niet oplaadt of defect is, gelieve de onderstaande procedures te volgen om de batterij te verwijderen en de vervanging te installeren.

2.9.1 De batterij verwijderen

Gebruik een kleine kruiskopschroevendraaier om de schroef te verwijderen die het deksel van het batterijcompartiment op zijn plaats houdt.
9
Hoofdstuk 2: Magellan RoadMate
Verwijder het deksel van het batterijcompartiment.
Verwijder de batterij.

2.9.2 De batterij installeren

Voer de batterij in met het label en de platte connector naar onder gericht. Plaats het deksel van het batterijcompartiment terug. Maak de schroef weer vast.
10

Hoofdstuk 3: Installatie in een voertuig

Zorg ervoor dat de Magellan RoadMate bij montage in uw voertuig de bestuurder het zicht niet ontneemt. Dit geldt voor zowel montage op de voorruit als voor andere manieren van montage. Zorg ervoor dat de plaatsing van de Magellan RoadMate en de kabel de werking van de veiligheidstoestellen van uw wagen, zoals airbags, niet belemmeren. U bent verantwoordelijk voor de risico’s van schade aan uw wagen of de inzittenden veroorzaakt door de manier waarop u de Magellan RoadMate wenst te monteren.

3.1 Installatie op de voorruit

Plaats de achterkant van de eenheid tegen de houder. Bevestig eerst de onderkant van de eenheid en klik vervolgens de houderclip vast.
Bevestig de zuignapmontage op de achterkant van de houder.
Druk de zuignapmontage tegen het glas en duw de vergrendelingshendel richting de voorruit.
Sluit de stroomkabel aan op de eenheid.
11
Hoofdstuk 3: Installatie in een voertuig
Leid vervolgens de kabel via de achterkant van de houder naar beneden en maak hem vast in de kabelklem.
Sluit de stroomadapter aan op de sigarettenaansteker of een 12V-contactdoos.
Draai de antenne naar boven (zie pagina 13 voor een correcte antennepositie).
De installatie is beëindigd en u bent klaar om de Magellan RoadMate aan te zetten en te vertrekken.
12

Hoofdstuk 4: Positie van de antenne

De antenne van de Magellan RoadMate 800 is ontworpen op een manier die toelaat het satellietsignaal op te vangen op de voorkant van de antenne. Het is dus van belang dat u de antenne in de juiste hoek plaatst zodat de voorkant naar de lucht is gericht. Om een zo goed mogelijk signaal te kunnen ontvangen, dient men de antenne ongeveer 90° te draaien ten opzichte van de eenheid. Voor de meeste voertuigen is dat de ideale oplossing.
7PPSLBOU
7PPSBBO[JDIUBOUFOOF
7PPSLBOU
-JOLFS[JKBBO[JDIUBOUFOOF
4BUFMMJFUTJHOBBM
+VJTU'PVU
13

Hoofdstuk 5: Installatie van Magellan RoadMateTools

5.1 De software installeren

Voer de cd met de PC-toepassing Magellan RoadMate Tools in het cd-romstation van uw PC.
De installatie start automatisch. Als deze niet automatisch start, ga dan naar de map van het cd-romstation, en klik twee keer op het bestand ‘setup.exe’.)
Kies een standaardtaal voor de software.
Het titelscherm verschijnt, waarin de installatie kan worden gestart.
Kies een plaats waar de software wordt geïnstalleerd. Kies standaardplaats te kiezen, of kies kiezen.
Kies vervolgens een Programmamap om de iconen van de applicatie in te plaatsen.
De Magellan RoadMate Tools-software zal worden geïnstalleerd. Nadat de installatie voltooid is, kan het dialoogvenster Digitale handtekeningen van Microsoft worden weergegeven. Selecteer
Als de installatie is voltooid, kunt u kiezen om het installatieprogramma de software automatisch te laten starten, of u kunt deze afsluiten zonder de software te starten. Selecteer
Bladeren om zelf een andere bestemming te
OK.
Voltooien.
Volgende om de

5.2 De Magellan RoadMate aansluiten

Sluit het korte uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van het toestel en het lange uiteinde op een beschikbare USB-poort op uw PC. Zie “Linkerzijaanzicht” op pagina 7.
Sluit het smalle uiteinde van de externe vermogenskabel aan op de voedingsaansluiting van het toestel en sluit het andere uiteinde van de kabel aan op een standaardstopcontact van 220V. Zie “Onderaanzicht” op pagina 6.
14

Hoofdstuk 6: Magellan RoadMate Music Manager

Met de Magellan RoadMate Music Manager kunt u MP3- of WMA-muziekbestanden overzetten van uw computer naar uw Magellan RoadMate, of van uw Magellan RoadMate naar uw computer. De Magellan RoadMate heeft 5 GB hardeschijfruimte beschikbaar voor muziekbestanden, beeldbestanden en gebruikers POI-bestanden.
Sluit het brede uiteinde van de met de Magellan RoadMate meegeleverde USB-kabel aan op een beschikbare USB-poort op uw computer.
Schakel de Magellan RoadMate in door de Reset-schakelaar in te stellen op positie “1” (Zie “Bovenaanzicht” op pagina 6) of door op de Standby-knop te drukken wanneer het toestel zich in slaapmodus bevindt (Zie “Vooraanzicht” op pagina 4). Wanneer het waarschuwingsscherm verschijnt, sluit u het smalle uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van de Magellan RoadMate. Zie “Linkerzijaanzicht” op pagina 7
Start de toepassing Magellan RoadMate Tools op. Klik in het scherm Magellan RoadMate Tools op
Links in het venster wordt de inhoud van de computer getoond, rechts de inhoud van de Magellan RoadMate.
Zoek de muziekbestanden die u wilt laden. Wanneer u een bestand selecteert, zal de pijl Kopiëren naar het toestel groen worden. Klik op de overdrachtpijl om het bestand naar het toestel te kopiëren.
Muziek.
Het werkt ook omgekeerd: als u muziekbestanden vanaf een andere computer naar uw Magellan RoadMate hebt overgezet, kunt u deze bestanden van de Magellan Roadmate naar uw computer overzetten.
Zoek de muziekbestanden die u wilt laden. Wanneer u een bestand selecteert, zal de pijl Kopiëren naar PC groen worden. Klik op de overdrachtpijl om het bestand naar het toestel te kopiëren.
Wanneer u klaar bent met het kopiëren van bestanden, moet u de USB-kabel loskoppelen van het toestel.
15

Hoofdstuk 7: Muziekspeler

Met de Magellan RoadMate Muziekspeler kunt u de MP3- of WMA-muziekbestanden afspelen die op de harde schijf van uw Magellan RoadMate of op een optionele geheugenkaart zijn opgeslagen. Installeer – indien u dit nog niet eerder hebt gedaan – de Magellan RoadMate Tools-toepassing (pagina 14) en transfereer bestanden naar uw toestel met behulp van de Magellan RoadMate Music Manager (pagina 15).
Druk op de
De navigatieknoppen van de Muziekspeler zullen worden weergegeven.
MENU-toets op het toestel (zie pagina 4) en selecteer de Muziekspeler .

7.1 Eén enkele song afspelen

Selecteer Muziek zoeken .
Selecteer met behulp van de navigatieknop of de pijl omlaag de song die u wilt
afspelen en druk op
OK.
De song zal automatisch worden afgespeeld.
Bovenaan op het scherm wordt de naam van de song, de uitvoerder (indien beschikbaar), de geselecteerde afspeelmodus, de verstreken tijd en de duur van de song weergegeven.
Druk op de knop
Afspelen/Pauzeren om de song te hervatten.
Druk op de knop song weer vanaf het begin te laten afspelen.
Afspelen/Pauzeren om de song te pauzeren. Druk nogmaals op de knop
Stoppen om een song te stoppen. Als de song gestopt is, druk dan op de knop Afspelen/Pauzeren om de

7.2 Meerdere songs afspelen

Dankzij deze functie is het mogelijk een “afspeellijst” te creëren. Een afspeellijst bestaat uit een groep van een of meerdere songs die achter elkaar kunnen worden afgespeeld.
Selecteer
Afspeellijst .
16
Hoofdstuk 7: Muziekspeler
Het Afspeellijstmenu zal verschijnen. Selecteer
ESC om het afspeellijstmenu af te sluiten.

7.2.1 Afspelen

Selecteer Afspelen als u een reeds eerder gecreëerde afspeellijst wilt beluisteren.
Gebruik de pijlen omhoog en omlaag om de gewenste afspeellijst te selecteren. Kies
De songs zullen automatisch in volgorde worden afgespeeld.
OK.

7.2.2 Maken

Selecteer Maken om een nieuwe afspeellijst aan te maken.
Gebruik de backspace-toets (<-) om de standaardnaam te wissen en voer met behulp van het toetsenbord een nieuwe naam in voor uw afspeellijst. Kies als u klaar bent OK.
Het volgende scherm dat verschijnt, toont links de songbestanden op de harde schijf en rechts de afspeellijst.
Markeer met behulp van de pijlknoppen links op het scherm de Muziekmap en selecteer vervolgens
Markeer met behulp van de pijlknoppen de songbestanden die u aan de afspeellijst wilt toevoegen. Selecteer
aan afspeellijst
Als u wenst, kunt u nog meer songs toevoegen aan de afspeellijst. Kies als u klaar bent
(rechterpijl) om de gemarkeerde song toe te voegen aan de afspeellijst.
OK.
Bestandslijst.
Toevoegen

7.2.3 Bewerken

Met de functie Bewerken kunt u songs toevoegen aan of verwijderen uit de geselecteerde afspeellijst. Selecteer Bewerken.
Als u een song uit de afspeellijst wenst te verwijderen, markeer dan met behulp van de pijltoetsen rechts op het scherm de gewenste song en selecteer vervolgens
Markeer met behulp van de pijlknoppen links op het scherm de songbestanden die u aan de afspeellijst wilt toevoegen. Selecteer
Als u wenst, kunt u nog meer songs toevoegen aan de afspeellijst. Kies als u klaar bent
Toevoegen aan afspeellijst (rechterpijl) om de gemarkeerde song toe te voegen aan de afspeellijst.
Wissen uit afspeellijst (linkerpijl).
OK.

7.2.4 Wissen

Selecteer Wissen om een afspeellijst te verwijderen.
Selecteer de afspeellijst die u wilt wissen en selecteer vervolgens
Er zal een dialoogvenster worden weergegeven waarin u gevraagd wordt uw selectie te bevestigen. Selecteer afspeellijst te wissen.
OK.
17
Ja om de
Hoofdstuk 7: Muziekspeler

7.2.5 Hernoemen

Selecteer Hernoemen om de naam van een afspeellijst te wijzigen.
Selecteer de afspeellijst die u een nieuwe naam wilt geven en kies vervolgens
Gebruik de backspace-toets (<-) om de naam te wissen en voer met behulp van het toetsenbord een nieuwe naam in voor uw afspeellijst. Kies als u klaar bent
OK.
OK.

7.3 Modus Afspelen

Als u zich in de modus “Eén enkele song afspelen” bevindt, selecteer dan Afspeelmodus om de afspeelopties weer te geven.
Alles herhalen – Herhaalt alle songs in de huidige afspeellijst vanaf het begin. Deze functie werkt alleen als er zich twee of meer songs in de afspeellijst bevinden.
Herhalen – Herhaalt de song die momenteel wordt afgespeeld.
Voorbeeld – Speelt de eerste vijf seconden van elke song in de huidige afspeellijst.
Normaal – Speelt alle songs in de huidige afspeellijst in volgorde.
Willekeurig – Speelt de songs in de huidige afspeellijst in willekeurige volgorde.

7.4 Songlijst

Selecteer Songlijst om de huidige afspeellijst weer te geven.

7.5 Equalizer

De Equalizer biedt geavanceerde geluidsopties waarmee u de afspeelkwaliteit kunt aanpassen. De equalizer is uitsluitend beschikbaar voor audiobestanden in MP3-formaat. Selecteer een equalizerinstelling uit de volgende voorgeconfigureerde opties: Standaard (vlak), Jazz, Klassiek, Rock, Techno, Dance Hall, Live, Full Bass, Full Treble en Full Bass & Treble. U kunt de equalizer echter niet handmatig instellen.
Selecteer de
Selecteer de equalizerinstelling met behulp van de knop bovenaan op het scherm .
Equalizer .
Selecteer
OK als u tevreden bent met uw keuze. Selecteer ESC om af te sluiten zonder de equalizer in te stellen.
18
Hoofdstuk 7: Muziekspeler

7.6 Help

Selecteer Help voor een beschrijving van de Muziekspelerknoppen.
19

Hoofdstuk 8: Magellan RoadMate Photo manager

Met de Magellan RoadMate Foto-manager kunt u beeldbestanden in JPG- en BMP-formaat van uw computer naar uw Magellan RoadMate overzetten, of van uw Magellan RoadMate naar uw computer. De Magellan RoadMate heeft 5 GB hardeschijfruimte beschikbaar voor muziekbestanden, beeldbestanden en gebruikers POI-bestanden.
Sluit het brede uiteinde van de met de Magellan RoadMate meegeleverde USB-kabel aan op een beschikbare USB-poort op uw computer.
Schakel de Magellan RoadMate in door de Reset-schakelaar in te stellen op positie “1” (Zie “Bovenaanzicht” op pagina 6) of door op de Standby-knop te drukken wanneer het toestel zich in slaapmodus bevindt (Zie “Vooraanzicht” op pagina 4). Wanneer het waarschuwingsscherm verschijnt, sluit u het smalle uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van de Magellan RoadMate. Zie “Linkerzijaanzicht” op pagina 7
Start de toepassing Magellan RoadMate Tools op. Klik in het scherm Magellan RoadMate Tools op
Links in het venster wordt de inhoud van de computer getoond, rechts de inhoud van de Magellan RoadMate.
Lokaliseer de beeldbestanden die u wilt laden. Wanneer u een bestand selecteert, zal de pijl Kopiëren naar het toestel groen worden. Klik op de overdrachtpijl om het bestand naar het toestel te kopiëren.
Foto.
Als u beeldbestanden vanaf een andere computer naar de Magellan RoadMate hebt overgezet, is het ook mogelijk om deze bestanden van het toestel naar de computer kopiëren.
Lokaliseer de beeldbestanden die u wilt laden. Wanneer u een bestand selecteert, zal de pijl Kopiëren naar PC groen worden. Klik op de overdrachtpijl om het bestand naar het toestel te kopiëren.
Wanneer u klaar bent met het kopiëren van bestanden, moet u de USB-kabel loskoppelen van het toestel.
20

Hoofdstuk 9: Fotoweergave

Met de Magellan RoadMate Foto-viewer kunt u beeldbestanden bekijken in JPG- en BMP-formaat, opgeslagen op de harde schijf van uw Magellan RoadMate of op een optionele geheugenkaart. Om bestanden van uw PC naar de Magellan RoadMate over te zetten, moet u de Magellan RoadMate Tools-toepassing (pagina 14) installeren en de bestanden naar uw toestel kopiëren met behulp van de Magellan RoadMate Foto-manager (pagina 15).
Druk op de
Het Foto-viewerscherm zal verschijnen. De Foto-viewer zal de harde schijf en de geheugenkaart weergeven (indien ingevoerd).
MENU-knop op het toestel (zie pagina 4). Selecteer de Foto-viewer .

9.1 Eén enkele foto weergeven

Op het volgende scherm wordt de bestandsstructuur van de harde schijf weergegeven. Selecteer Bestandslijst .
Gebruik de navigatieknop of de pijl omlaag om de foto te markeren die u wilt
weergeven en selecteer
Dubbelklik tijdens de weergave op de afbeelding (twee keer op het scherm tikken) om de afbeelding op een volledig scherm weer te geven. U kunt dan de afbeeldingen doorlopen door links of rechts op de navigatieknop te drukken.
Bekijken.

9.1.1 Vorige afbeelding (linkerpijl)

Druk op de linkse pijlknop om de vorige afbeelding in de map te bekijken. Deze knop is uitgegrijsd (niet functioneel) wanneer u de eerste afbeelding in de map bekijkt.

9.1.2 Inzoomen

Druk op de knop Zoomen om de huidige afbeelding te verkleinen of te vergroten. Bovenaan het zoommenu wordt het huidige zoomniveau weergegeven. Selecteer een ander zoomniveau uit de optielijst. Selecteer Best passend om de zoom zodanig in te stellen dat de afbeelding precies op het scherm past; selecteer Ware grootte om de afbeelding op ware grootte weer te geven; selecteer 25% tot 150% om de afbeelding te verkleinen of te vergroten tot het ingestelde niveau.
21
Hoofdstuk 9: Fotoweergave

9.1.3 Diashow

Druk op de knop Diashow om automatisch alle foto’s in de Fotomap te doorlopen.

9.1.4 Schuiven

Als u een afbeelding vergroot tot buiten de randen van het scherm, druk dan op de knop Schuiven om door de afbeelding te schuiven. Zolang Schuiven is ingeschakeld, kunt u de afbeelding in om het even welke richting slepen om andere gedeelten van de afbeelding te bekijken. Druk nogmaals op de knop Schuiven om Schuifmodus uit te schakelen.

9.1.5 Afbeelding draaien

Druk op de knop Afbeelding draaien om de afbeelding 90° linksom, 90° rechtsom of 180° te draaien.

9.1.6 Volgende afbeelding (rechterpijl)

Druk op de rechtse pijlknop om de volgende afbeelding in de map te bekijken. Deze knop is uitgegrijsd (niet functioneel) wanneer u de laatste afbeelding in de map bekijkt.

9.1.7 ESC

Druk op ESC om terug te keren naar de maplijst.

9.2 Foto’s beheren

9.2.1 Lijstweergave

Druk op Lijstweergave voor een hiërarchische weergave van de bestanden.

9.2.2 Miniatuurweergave

Druk op Miniatuurweergave om de bestanden als miniatuurafbeeldingen weer te geven.

9.2.3 Hernoemen

Druk op Hernoemen om de naam van het geselecteerde bestand of map te wijzigen.
Gebruik de backspace-toets (<-) om de naam te wissen en voer met behulp van het toetsenbord een nieuwe naam in voor uw bestand. Kies als u klaar bent OK.
22
Hoofdstuk 9: Fotoweergave

9.2.4 Eigenschappen

Om informatie te bekijken over het geselecteerde bestand of map, druk op Eigenschappen. Er zal een miniatuur van de afbeelding worden weergegeven, samen met de breedte en hoogte in pixels, de grootte en het formaat (beeldtype). Wanneer u de eigenschappen van mappen bekijkt, worden breedte, hoogte en formaat niet getoond. De weergegeven grootte is de gecombineerde grootte van alle afbeeldingen in de geselecteerde map.
Wanneer u klaar bent met het bekijken van de eigenschappen, selecteert u
OK.

9.3 Gereedschappen

9.3.1 Voorkeuren

Algemeen – De algemene voorkeuren. U kunt de standaardweergave voor bestanden instellen
op miniatuurweergave of bestandslijstweergave.
Diashow – Via de diashow-voorkeuren kunt u de weergave-eigenschappen instellen, evenals de volgorde van foto’s, de overgang tussen foto’s en de duur tussen foto’s.
Achtergrond – Met de achtergrondvoorkeuren kunt u de kleur van de achtergrond van de weergegeven foto instellen.

9.3.2 Foto’s verzenden

Selecteer Foto’s verzenden om bestanden of mappen te kopiëren tussen uw harde schijf en een optionele geheugenkaart.

9.3.3 Bestanden wissen

Gebruik de pijltoetsen om het bestand of de map te selecteren die u wilt verwijderen. Druk op de knop Verwijderen (prullenmand).
Er zal een dialoogvenster worden weergegeven waarin u gevraagd wordt uw selectie te bevestigen. Selecteer bestand te verwijderen.

9.3.4 Meer weten

Deze optie geeft de huidige versie van de Foto-viewersoftware weer.
Ja om het
23

Hoofdstuk 10: Magellan RoadMate POI Manager

Met de Magellan RoadMate POI-manager kunt u gebruikers POI-bestanden van de computer naar de Magellan RoadMate overzetten.
Alvorens gebruikers POI’s naar het toestel over te zetten, dient u te begrijpen hoe de POI-manager POI’s in kaart brengt.

10.1 Latitude

De latitude wordt uitgedrukt door de aarde te verdelen in horizontale segmenten die in het totaal 180 graden vormen. Beginnend bij de evenaar, of een latitude van nul graden, worden lijnen (of parallellen) getrokken in eenheden van 10°, en dit 90° naar het noorden en 90° naar het zuiden. Als u zich onder de evenaar bevindt, bevindt u zich op het zuidelijke halfrond.

10.2 Longitude

Op dezelfde wijze wordt de longitude uitgedrukt door de aarde te verdelen in verticale segmenten die in het totaal 360 graden vormen. Beginnend bij de nulmeridiaan (deze loopt door het Royal Observatory in Greenwich, Engeland) of een longitude van nul graden, worden lijnen getrokken in eenheden van 10°, en dit 180° naar het westen en 180° naar het oosten. Als u zich op het westelijke halfrond bevindt, bevindt u zich op een westelijke longitude.
Daarnaast kan uw positie nog nauwkeuriger worden uitgedrukt, ieder segment van 10° wordt in 60 kleinere segmenten verdeeld die minuten worden genoemd, en nog nauwkeuriger, iedere minuut is verdeeld in 60 segmenten die seconden worden genoemd.
90° (Noordpool)
Noord Latitude
10°
20°
30°
40°
50°
60°
70°
80°
Longitude west
70° 50° 30° 10° 10° 30° 50° 70° 90°
90°
80° 60° 40° 20° 0° 20° 40° 60° 80°
Evenaar
Zuid Latitude
90° (Zuidpool)
Longitude oost
80°
70°
60°
50°
40°
30°
20°
10° 0°
Dit kan worden uitgedrukt in coördinaten: de stad Los Angeles is gesitueerd op 34° (graden) 03’ (minuten) en 08 (seconden) ten noorden van de evenaar, en 118° (graden) 14’ (minuten) en 42 (seconden) ten westen van de Nulmeridiaan.
24
Hoofdstuk 10: Magellan RoadMate POI Manager

10.3 Hoogte

Een locatie kan ook een hoogte hebben. De hoogte wordt uitgedrukt in het aantal meters dat het punt boven of onder het zeeniveau ligt. Zo ligt Los Angeles (Californië) op ongeveer 300 voet (91 meter) boven zeeniveau, Death Valley (Californië) op circa 270 voet (82 meter) onder zeeniveau.
De POI Manager heeft één enkele interface voor het laden en wissen van ‘Gebruikers POI’s’ van uw Magellan RoadMate.
Sluit het brede uiteinde van de met de Magellan RoadMate meegeleverde USB-kabel aan op een beschikbare USB-poort op uw computer.
Schakel de Magellan RoadMate in door de Reset-schakelaar in te stellen op positie “1” (Zie “Bovenaanzicht” op pagina 6) of door op de Standby-
100m boven
80m boven
60m boven
40m boven
20m boven
Zeeniveau 0m
20m onder
40m onder
60m onder
80m onder
100m onder
knop te drukken wanneer het toestel zich in slaapmodus bevindt (Zie “Vooraanzicht” op pagina 4).
Wanneer het waarschuwingsscherm verschijnt, sluit u het smalle uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van de Magellan RoadMate. Zie “Linkerzijaanzicht” op pagina 7.
Start de toepassing Magellan RoadMate Tools op. Klik in het Magellan RoadMate Tools-scherm op
POI.
Links in het venster wordt de inhoud van de computer getoond, rechts de inhoud van de Magellan RoadMate.
25
Hoofdstuk 10: Magellan RoadMate POI Manager

10.4 Een POI-bestand openen

Wanneer u de POI-manager opstart, wordt de inhoud van de map “Mijn POI’s” weergegeven. Dit is de standaardlocatie voor het opslaan van Gebruikers POI-bestanden.
Lokaliseer de POI-bestanden die u wilt laden. Wanneer u een bestand selecteert, zal de pijl Kopiëren naar het toestel groen worden. Klik op de pijl om het bestand naar het toestel te kopiëren.
Wanneer u klaar bent met het kopiëren van bestanden, moet u de USB-kabel loskoppelen van het toestel.

10.5 Een nieuw POI-bestand aanmaken

Er zijn twee manieren om een POI-bestand aan te maken. U kunt ofwel POI’s afzonderlijk toevoegen of u kunt een bestand met een beperkt aantal karakters toevoegen en de informatie nodig om de POI’s in kaart te brengen. Om een POI in kaart te brengen, moet elk item over een naam, een longitude en een latitude beschikken. Longitude en latitude moeten in decimaal formaat worden ingevoerd.

10.6 Individuele POI’s toevoegen

Klik op de knop Nieuw POI-bestand om POI-editor op te starten.
26
Hoofdstuk 10: Magellan RoadMate POI Manager
Klik op de knop
Voer de Naam, de Latitude en de Longitude in. De velden Hoogte en Beschrijving zijn optioneel.
Selecteer het veld Categorie en kies vervolgens POI-categorie kan worden aangemaakt. Voer de Naam in en koppel een Afbeelding (pictogram) aan het POI. Het veld Beschrijving is optioneel.
De waarschuwingsfunctie is een hoorbaar alarm dat u laat weten wanneer u zich binnen een bepaalde afstand van een POI bevindt. U kunt een eerste herinnering (Afstand 1) en een tweede herinnering (Afstand 2) instellen.
Toevoegen .
Nieuw. Er zal een dialoogvenster worden weergegeven waarin een nieuwe
300 m
300 m
Afstand 1 Afstand 2
Selecteer de meeteenheid die u verkiest (meter of voet).
Met de Detectiehoek kan het waarschuwingbereik worden ingesteld in graden ten opzichte van het POI.
Selecteer Alarm activeren voor deze categorie om de alarminstellingen in te schakelen.
Kies als u klaar bent
OK.
27
Hoofdstuk 10: Magellan RoadMate POI Manager

10.7 Een gegevensbestand importeren

Het programma POI Manager ondersteunt het bestandsformaat ASCII (.ASC,.CSV,.TXT); het bestandsformaat GPS Exchange (.GPS,.XML); het bestandsformaat Magellan Waypoint (.WPT,.RTE); en het bestandsformaat Garmin PCX5 Waypoint (.WPT,.RTE).
Klik op de knop
Selecteer het bestand dat u wilt importeren en klik op
Kies eerst een lijn in het gegevensbestand om te starten met het importeren van gegevens. Als uw gegevensbestand een veldnamenrij heeft, zal deze rij een fout genereren. Begin in dat geval op lijn twee of lager.
Kies vervolgens de manier waarop de gegevens worden gescheiden en klik op
Definieer nu de gegevenskolommen. Klik op het uitklapmenu en wijs aan elke kolom een geschikte veldnaam toe. Klik op
Klik op de knop
Sluit de POI-bestandseditor. Selecteer het POI-bestand dat u zonet hebt aangemaakt en klik op de overdrachtknop (rechtse pijl) om het bestand naar de Magellan RoadMate te uploaden.
Zie pagina 69 voor informatie over hoe toegang te verkrijgen tot gebruikers POI’s op uw Magellan RoadMate.
Voltooien.
Openen .
OK.
Volgende.
POI-bestand opslaan. Geef uw bestand een naam en klik op Opslaan.
28

Hoofdstuk 11: Basisbediening van navigatiefuncties

11.1 De Magellan RoadMate uitpakken en inschakelen

Stel de RESET-schakelaar bovenaan op het toestel (zie “Bovenaanzicht” op pagina 6) in op positie “1”. Als de stroom correct is aangesloten of als de batterij voldoende is opgeladen, zal het Magellan-scherm worden weergegeven gevolgd door het Waarschuwingsscherm. Druk op om akkoord te gaan met de waarschuwingen. Vervolgens zal het scherm Snelle tips verschijnen. We raden u aan deze Snelle tips door te nemen om beter vertrouwd te raken met de functies van de Magellan RoadMate. Doet u dit liever niet, selecteer dan Snelle tips over te slaan. Standaard zal de navigatietoepassing worden opgestart en zal het scherm Bestemming verschijnen.
ESC om weergave van de

11.1.1 Stroom onderbreken of slaapmodus

Wanneer de RESET-schakelaar zich in positie “1” bevindt, kunt u de stroom onderbreken of het toestel in slaapmodus zetten door op de uitgeschakeld in slaapmodus.De routenavigatie zal gewoon hervatten wanneer het toestel ontwaakt. Bij normale gebruiksomstandigheden, kan de batterij tot twee weken meegaan in slaapmodus. We raden u aan de Standby-knop te gebruiken en niet het toestel uit te schakelen. Zo verloopt de ontvangst van het GPS-signaal veel sneller bij het hervatten van normaal gebruik.
STANDBY-knop te drukken (zie “Vooraanzicht” op pagina 4). Het scherm van het toestel zal worden

11.1.2 Energiebeheer

OK
De Magellan RoadMate kan worden geconfigureerd om na een bepaalde tijdsperiode automatisch op slaapmodus over te schakelen. Druk op de Selecteer de “Energiebeheer” op pagina 85.
Auto-uitschakelen tijd en selecteer vervolgens ESC. Meer informatie over Energiebeheer vindt u in de sectie
MENU-knop op het toestel, selecteer Systeeminstellingen en vervolgens Energiebeheer.

11.2 De Magellan RoadMate resetten

Om de stroom volledig uit te schakelen of om het toestel te resetten wanneer het niet meer reageert, schuift u de RESET­schakelaar in positie “0”. Wacht gedurende ongeveer 10 seconden en schuif vervolgens de “1”. Als er een route actief was op het moment dat het toestel gereset werd, zult u bij het inschakelen van het toestel worden gevraagd of u de actieve route wilt hervatten of annuleren.
RESET-schakelaar in positie

11.3 Het volume aanpassen

De VOLUMEBEDIENING bevindt zich op de bovenkant van de Magellan RoadMate (zie “Bovenaanzicht” op pagina 6). Gebruik de hendel om het volume van de luidspreker in te stellen op het gewenste niveau. De volume-indicator zal op het scherm verschijnen.

11.4 De laatste instructie herhalen

Als u tijdens het rijden de laatste gesproken instructie hebt gemist, kunt u het herhalen door de hendel van de
VOLUMEBEDIENING naar beneden te drukken.

11.5 Selecties maken

De Magellan RoadMate is uitgerust met een aanraakscherm. Om een menuselectie te maken of tekens in te voeren, dient u het scherm op de plaats van het item dat u wilt selecteren aan te raken.
U kunt ook de selecteren item te markeren. Wanneer het gewenste item gemarkeerd is, druk dan op de selecteren.
NAVIGATIEKNOP gebruiken (zie “Vooraanzicht” op pagina 4) om het scherm te doorlopen en het te
ENTER-toets om het item te
29
Hoofdstuk 11: Basisbediening van navigatiefuncties

11.6 Letters invoeren

Wanneer u namen, straatnamen, enz. moet invoeren, geeft de Magellan RoadMate een toetsenbord weer. Druk op de gewenste letter. Als u een fout maakt gebruikt u de knop Backspace om één of meerdere lettertekens terug te gaan. De spatiebalk wordt gebruikt om spaties tussen letterteken en woorden in te voegen.
Annuleren
Spatie terug
Spatiebalk
Numerieke
karakters
Informatie
bevestigen
Bijkomende
karakters

11.7 Bijkomende karakters (’&?/-’-knop)

Bij het invoeren van gegevens, hebt u mogelijk ook leestekens of andere speciale karakters nodig. Selecteer – indien beschikbaar – de knop
&?/- om deze speciale karakters weer te geven.

11.8 Numerieke karakters (’123-knop’)

Selecteer – indien beschikbaar – de knop 123 om het numerieke toetsenbord op te roepen.
30
Hoofdstuk 11: Basisbediening van navigatiefuncties

11.9 Wat is QuickSpell?

De Magellan RoadMate gebruikt QuickSpell-technologie om u de snelst mogelijke methode te bieden om karakters in te voeren. Door QuickSpell zijn verkeerd gespelde woorden of het zoeken naar een stad of straat die niet in de geladen database staan niet langer mogelijk. Wanneer u karakters begint in te voeren, maakt de QuickSpell-functie van de Magellan RoadMate de karakters die niet beschikbaar zijn onbruikbaar en versnelt zo het intikken van gegevens.
Bijvoorbeeld:
Stel dat u bijvoorbeeld de plaatsnaam Maarssen moet invoeren, ga dan als volgt te werk:
Kies “M“.
Selecteer “A”.
Als er voldoende karakters zijn ingevoerd, zal de Magellan RoadMate automatisch de lijst met plaatsnamen weergeven; of, als u denkt dat u genoeg karakters hebt ingevoerd, selecteert u
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen en kies “Maarssen” uit de lijst.
Als de lijst nog steeds te lang is, druk dan op en meer karakters in te voeren. De lijst met de plaatsen die in de database werden gevonden, is beperkt tot 100 namen. Als er meer dan 100 items zijn gevonden, verschijnt rechtsonder de melding “Resultaten > 100”.
OK.
ESCAPE om terug te keren naar het toetsenbord
31
Hoofdstuk 11: Basisbediening van navigatiefuncties

11.10 Multi-Word Indexing

De Magellan RoadMate maakt gebruik van een zoekfunctie die “Multi-Word Indexing” wordt genoemd. Met deze functie kunt u de database doorzoeken op mogelijke treffers op basis van de ingevoerde karakters. De resultaten zullen beginnen met de ingevoerde karakters. Bijvoorbeeld:
U zoekt een straat met de naam “Baden Powelllaan”. In plaats van de volledige naam van de
straat in te voeren, kunt u ook gewoon “Baden” invoeren. De Magellan RoadMate zal alle
database-items met het woord “Baden” als deel van de straatnaam weergeven. De lijst met
resultaten is afhankelijk van bijkomende parameters die voor de zoekopdracht zijn ingesteld, bv. de ingevoerde gemeente of provincie.
De database indexeert alleen de basisnamen van straten. In het bovenstaande voorbeeld worden alleen de woorden “Baden” en “Powelllaan” geïndexeerd.
Voer bij het invoeren van straatnamen geen voorvoegsels zoals “N” of “Noord” in, tenzij het volledige woord deel uitmaakt van de straatnaam. Als u “N” invoert, zal de zoekopdracht alle straten die beginnen met de letter “N” weergeven.
Voer ook geen achtervoegsels zoals “St” of “Av” of “Stnwg” in tenzij het hele woord deel uitmaakt van de straatnaam. Als u “St” invoert, zullen alle woorden die beginnen met “St” worden weergegeven.
Net zoals bij straatnamen worden ook alle woorden van plaatsnamen en POI’s geïndexeerd. Als u de letters ‘Almere’ of ‘Haven’ invoert, zal een lijst met plaatsnamen worden weergegeven die deze woorden bevatten, waaronder Almere Haven. Voert u een deel van een POI-naam in, dan zullen alle POI’s binnen de geselecteerde categorie – met de letters of tekst die u zoekt – worden weergegeven.
32

Hoofdstuk 12: Reizen

12.1 Informatiehulpschermen

De Magellan RoadMate maakt gebruik van drie verschillende navigatieschermen om u te helpen uw bestemming te bereiken: het Kaartscherm, het scherm Weergave manoeuvres en het scherm TrueView 3D/Beeld splitsen.
Kaart: Als een nieuwe bestemming is gekozen en berekend, wordt het kaartscherm weergegeven. Dit scherm toont een kaart
van uw omgeving en de geplande route (indien berekend) en informatie over de route. Als er geen route actief is, kan dit scherm worden geopend door de optie
VIEW-knop te drukken (pagina 4).
Lijst Manoeuvres: Dit scherm is alleen beschikbaar als de route is berekend. Het scherm geeft een lijst met te volgen
manoeuvres om uw bestemming te bereiken. Het kan ook worden gebruikt om een manoeuvre uit te sluiten en vervolgens de route opnieuw te berekenen. Druk tijdens weergave van de schermkaart op de toets Weergave manoeuvres te openen.
TrueView 3D: Dit scherm is alleen beschikbaar als de route is berekend. Dit scherm toont de volgende manoeuvre als
grafische 3D-voorstelling. Dit helpt u om te weten in welke straat u zich bevindt en biedt een makkelijk te volgen beeld van de volgende manoeuvre. Druk tijdens weergave van het scherm Weergave manoeuvres op de TrueView 3D-scherm te openen. U kunt ook het TrueView 3D-scherm gesplitst zien (zie “Opties TrueView” op pagina 73). Zo wordt het scherm TrueView aan de linkerkant weergeven en de kaart aan de rechterkant.
Kaart te selecteren of door tijdens de weergave van het scherm Bestemming op de
VIEW (pagina 4) om het scherm
VIEW-knop (pagina 4) om het
TrueView 3D
Kaart
Lijst Manoeuvres
Beeld splitsen
View
33
Hoofdstuk 12: Reizen

12.2 Kaartscherm

Het kaartscherm is het meest gebruikte scherm op de Magellan RoadMate en het biedt gedetailleerde informatie over waar u bent en waar u naar toe gaat.
SmartDetour­pictogram
POI-icoon †
Volgende manoeuvre
Reisrichting
Afstand tot volgende manoeuvre
† Door het POI-pictogram op het scherm aan te raken krijgt u informatie en kunt u naar dit POI navigeren.
Tijdens de reis wordt uw locatie continu op het kaartscherm bijgewerkt. U ziet niet alleen de kaart maar ook uw positie op de kaart.
Geschatte tijd tot
bestemming
Richting van bestemming
GPS-signaalsterkte
Geplande route (roze)
Cursorpositie (wijst in de richting waar u heen gaat)
2D/3D-kaartweergave
Volgende weg
Afstand tot bestemming

12.3 Van 2D- naar 3D-kaartweergave overschakelen

Het Kaartscherm kan worden gewijzigd van 2D (bovenzicht van de positiecursor met opties tussen Noord boven of Koers boven), en 3D (bovenzicht, lichtjes achter en altijd koers boven). De 3D-weergave biedt een realistischere weergave van de te volgen route. Als u de 3D-kaartmodus hebt geactiveerd, is het nog altijd mogelijk om pictogrammen op het scherm aan te raken en er tijdens het rijden naartoe te navigeren. U kunt ook nog steeds in- en uitzoomen. U kunt echter niet door de kaart scrollen. Bij gesplitst beeld zal het kaartgedeelte van het scherm in 2D-modus worden weergegeven.
34
Hoofdstuk 12: Reizen

12.4 De zoominstellingen van de kaart wijzigen

U kunt inzoomen door op de + (plus)-knop te drukken of uitzoomen door op de
- (min)-knop te drukken.
NB: De Inzoom- en Uitzoomknoppen kunnen ook worden gebruikt om lange lijsten te doorlopen. Druk tijdens weergave van een lijst op de Uitzoomknop om telkens met één pagina naar beneden te scrollen en druk op de Inzoomknop om met één pagina naar boven te scrollen.

12.5 Scherm Weergave manoeuvres

Inzoomknop
Uitzoomknop
Het scherm Weergave manoeuvres kan alleen worden weergegeven nadat er een route is berekend. Druk in het Kaartscherm op de
VIEW-knop om een lijst met alle manoeuvres weer te geven tijdens de route. Als u klaar bent met het bekijken van het
scherm Weergave manoeuvres, druk dan twee keer op de toets enkele seconden tot het kaartscherm automatisch verschijnt.
Reisrichting
Afstand tot volgende manoeuvre
Geschatte tijd tot
VIEW om de schermkaart opnieuw weer te geven, of wacht
Volgende manoeuvre
Afstand tot bestemming
Richting van bestemming
bestemming
35
Hoofdstuk 12: Reizen

12.6 TrueView 3D-scherm

De Magellan RoadMate gebruikt TrueView 3D-technologie om een driedimensionale weergave van de volgende manoeuvre weer te geven. Het TrueView 3D-scherm kan alleen worden weergegeven nadat er een route is berekend. Druk in het Kaartscherm twee keer op de
Reisrichting
VIEW-knop om het TrueView 3D-scherm te bekijken..
Afstand tot volgende manoeuvre
Geschatte tijd tot
bestemming
Volgende manoeuvre
Afstand tot bestemming
Richting van bestemming
In de modus Beeld splitsen wordt op de linkerhelft van het scherm TrueView 3D weergegeven en op de rechterhelft van het scherm de kaart.
Kaart met geplande route
Volgende manoeuvre
Reisrichting
Afstand tot
bestemming Afstand tot volgende manoeuvre
Geschatte tijd tot
bestemming
Richting van bestemming
36
Hoofdstuk 12: Reizen

12.7 Routeopties kiezen

Een route wordt berekend op basis van de gekozen routeopties. Telkens wanneer een nieuwe bestemming wordt geselecteerd, vraagt de Magellan RoadMate u welke routeopties moeten worden gebruikt om de route te berekenen.
Snelste route: Deze optie berekent een route die de minste tijd in beslag zou moeten nemen,
rekening houdend met de snelheidsbeperkingen en andere informatie in de database. Andere factoren zoals verkeerssituaties kunnen niet worden verwerkt in de berekening van de kortste tijd.
Kortste afstand: De optie berekent de route met de kortste afstand tot de bestemming. Deze
route is mogelijk niet de snelste, wegens snelheidsbeperkingen, afslagen naar links of andere factoren.
Min. gebruik snelweg: Deze optie berekent een route waarbij snelwegen zoveel mogelijk worden vermeden.
Max. gebruik snelweg: Deze selectie berekent de route met zoveel mogelijk snelwegen. Bij deze optie zal worden
gebruikgemaakt van tolwegen, tenzij anders bepaald. Zie “Route-instellingen” op pagina 75.
Bestemming weergeven op de kaart: Alvorens u uw Routeopties selecteert, kunt u zien waar u naartoe gaat.

12.8 De routeopties wijzigen

Druk tijdens het rijden en het bekijken van het Kaartscherm, het scherm Weergave manoeuvres, of het scherm TrueView 3D
ESCAPE-knop.
op de
Selecteer
De route zal opnieuw worden berekend met de nieuw gekozen routeopties en het kaartscherm wordt weergegeven. Druk op de bekijken.
Route en kies vervolgens de nieuwe routeoptie.
VIEW-knop om Weergave manoeuvres met de nieuwe route te

12.9 Een geplande route annuleren

Druk tijdens weergave van het Kaartscherm, het scherm Weergave manoeuvres of het scherm TrueView 3D op de ESCAPE­knop.
Selecteer
Ja om de route te annuleren en het scherm Bestemming weer te geven.
37
Hoofdstuk 12: Reizen

12.10 Afwijken van de geplande route

Indien u de geplande route verlaat, zal de Magellan RoadMate u op één of drie manieren terug op de juiste koers zetten.
1. Als u tijdens het rijden afwijkt van de geplande route, zal de Magellan RoadMate automatisch de route herberekenen op basis van uw huidige positie.
2. Als u de geplande route verlaat alvorens deze is voltooid en u schakelt de motor van uw auto uit, zal de Magellan RoadMate overschakelen op batterijvermogen, tenzij uw sigarettenaansteker constante stroom levert. Indien u dit zo hebt ingesteld, zal het toestel in beide situaties automatisch worden uitgeschakeld. In slaapmodus zullen de navi­gatiefuncties worden opgeschort; de route zal worden hervat wanneer het toestel ontwaakt.
3. Als het toestel tijdens het rijden niet reageert, reset het dan zoals beschreven op pagina 29. Het scherm Doorgaan met route zal verschijnen. Selecteer Selecteer

12.11 Een Manoeuvre in een geplande route uitsluiten

Tijdens uw reis of bij het bepalen van uw bestemming kan het noodzakelijk zijn om een van de manoeuvres in de Weergave manoeuvres uit te sluiten. Dit zou te wijten kunnen zijn aan een ongeval of wegenwerken die u wenst te vermijden. De Magellan RoadMate biedt u de nodige opties om een specifiek manoeuvre te selecteren, het uit te sluiten van de geplande route en het traject te herberekenen.
Doorgaan om de route naar de geselecteerde bestemming voort te zetten. Annuleren om de route te wissen en het scherm Bestemming weer te geven.
Druk op de manoeuvre.
De details over de manoeuvre worden weergegeven. Kies
Het traject zal opnieuw worden berekend en de geselecteerde manoeuvre zal worden uitgesloten. Deze routeberekening gebruikt dezelfde routeopties als in eerste instantie zijn gekozen. Nadat de route opnieuw is berekend, wordt het kaartscherm weergegeven.
VIEW-knop om Weergave manoeuvres te openen. Selecteer de uit te sluiten
VERMIJDEN.
38
Hoofdstuk 12: Reizen

12.12 Informatie weergeven over uw huidige positie.

Wanneer u informatie wenst te bekijken over uw huidige positie kan u op de LOCATE-knop drukken.
Het eerste scherm geeft uw richting weer, de straat waarin u rijdt en de provincie en de stad waarin u bent, de breedtegraad en lengtegraad van de huidige locatie, een kompas en uw snelheid.
Het volgende scherm geeft de straat weer waarin u rijdt, de afstand tot de volgende straat op de kaart en de afstand vanaf de laatste straat die is gekruist.

12.13 De huidige locatie in uw adresboek opslaan

In het scherm Huidige locatie, kunt u de huidige locatie in uw adresboek opslaan.
Locatie opslaan.
Kies
De gegevens over de huidige locatie worden weergegeven. Selecteer
Informatie bewerken en gebruik het toetsenbord om een naam en andere informatie aan de
locatie te koppelen. Als het punt dat u opslaat offroad is, zal de dichtstbijzijnde weginformatie worden gebruikt.
Kies als u klaar bent locatie.
Opslaan. De locatie wordt in het adresboek opgeslagen en u gaat terug naar het scherm Huidige
Naam wijzigen en/of

12.14 Onderweg oriëntatiepunten (POI’s) zoeken

Terwijl u een route volgt en naar een benzinestation, een geldautomaat of een andere POI zoekt, kan de Magellan RoadMate de route naar het meest nabije POI vinden. Nadat u dit extra traject heeft voltooid, brengt de routebegeleiding u verder naar uw eindbestemming.
Druk tijdens het volgen van een route op de
ENTER-toets.
Kies
Oriëntatiepunten.
39
Hoofdstuk 12: Reizen
Kies de gewenste categorie POI’s.
Er wordt een lijst met de dichtstbijzijnde POI’s weergegeven. Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
De Magellan RoadMate berekent vanaf uw huidige positie een nieuwe route naar het gekozen POI. Als u op de nieuwe bestemming bent aangekomen, wordt u gevraagd of u de route­begeleiding naar de originele bestemming wilt hervatten. Selecteer RoadMate berekent de route naar de originele bestemming en gebruikt dezelfde routeopties als in eerste instantie zijn gekozen.
Doorgaan. De Magellan

12.15 Onderweg een omleiding zoeken

Terwijl u een route volgt en veel verkeer, werkzaamheden aan de weg of andere te vermijden situaties tegenkomt, kan de Magellan RoadMate een alternatieve route naar uw bestemming berekenen.
Druk tijdens het volgen van een route op de
Selecteer
Selecteer de lengte van de omleiding. Selecteer
Omleiding.
ENTER-toets.
5 km, 10 km of 15 km.
40
Hoofdstuk 12: Reizen
Of voer zelf een afstand in. Kies
Voer het aantal km in voor uw omleiding en selecteer vervolgens
Route. De Magellan RoadMate zal de alternatieve route naar uw bestemming berekenen.
Kies
U kunt er ook voor kiezen om de Magellan RoadMate u rond het verkeer te laten leiden door Smart detour in te schakelen. Zie “Afwijkopties” op pagina 75.
Personaliseren en voer de gewenste afstand in.
OK.
41

Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.1 Scherm Bestemming

Huidig land voor bestemming – pagina 42
Kaartpictogram – pagina 34
Thuispictogram – pagina 42
Wereldbolpictogram – pagina 42
Adres – pagina 43
Adresboek – pagina 46
Oriëntatiepunten – pagina 60
Kruispunt – pagina 65

13.2 Land selecteren

Als u een land selecteert, kunt u het zoeken versnellen doordat de database wordt beperkt tot de bestemmingen in dat land. Selecteer alvorens een bestemming in te voeren het land waarin uw bestemming zich situeert. Selecteer het land als volgt: druk op het selecteer het land waarin u wilt zoeken. Het huidige land wordt rechtsboven in het scherm Bestemming weergegeven.
Wereldbolpictogram en

13.3 Uw thuisadres invoeren en naar huis navigeren

Met de Magellan RoadMate kunt u een adres invoeren en koppelen aan het Thuispictogram. Dankzij het Thuispictogram kunt u met één druk op de knop navigeren naar het adres dat u het vaakst gebruikt. Selecteer het
Als dit de eerste keer is dat u dit pictogram gebruikt, zult u worden gevraagd een adres in te voeren. Kies
Selecteer ofwel Zoeken op stad, Zoeken op postcode of Zoeken op provincie. Selecteer in dit voorbeeld
Voer de eerste karakters van een woord in de stadsnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Kies navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Voer het adres in. Het aanvaardbare huisnummerbereik wordt bovenaan op het scherm weergegeven. Voer het straatnummer in en kies
U kunt ervoor kiezen om de informatie te wijzigen, of, als u klaar bent,
Ja.
Zoeken op stad.
OK.
Thuispictogram.
OK. Gebruik de
OK. Gebruik de navigatieknop om
Opslaan te selecteren.
42
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Wanneer u het Thuispictogram selecteert, zult u worden gevraagd naar het Thuisadres te navigeren of het Thuisadres te wijzigen.

13.4 Een bestemming selecteren aan de hand van het adres

Zoeken op stad – pagina 43
Selecteer adres
Een bestemming kan worden aangemaakt door het adres in te voeren waar u naartoe wilt. Dit adres wordt niet automatisch aan uw adresboek toegevoegd, maar wordt opgeslagen in de lijst Vorige bestemmingen als u er naartoe bent genavigeerd. U beschikt over vier opties: Zoeken op stad, Zoeken op postcode, Zoeken op provincie of Vorige steden. Gebruik Zoeken op stad als u weet in welke stad het adres gelegen is. Gebruik Zoeken op postcode als u niet zeker weet hoe u de stad spelt, maar wel de postcode kent. Gebruik Zoeken op provincie als u de naam van de stad niet kent of als u niet zeker bent. U krijgt een lijst met alle steden met de gezochte straatnaam in de provincie die u hebt geselecteerd. Gebruik Vorige steden om sneller te zoeken zonder dat u een eerder ingevoerde stad opnieuw hoeft in te voeren. Bovendien wordt de huidige stad bovenaan in de lijst Vorige steden geplaatst.
Zoeken op postcode – pagina 44
Zoeken op provincie – pagina 45
Vorige steden – pagina 45

13.4.1 Zoeken op stad

Selecteer in het scherm Bestemming Adres en selecteer vervolgens Zoeken op stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de stadsnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
OK.
43
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
OK.

13.4.2 Zoeken op postcode

Selecteer in het scherm Bestemming Adres en selecteer vervolgens Zoeken op postcode.
OK.
Voer de postcode in, selecteer
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
OK.
OK.
OK en selecteer vervolgens de stad.
44
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.4.3 Zoeken op provincie

Selecteer in het scherm Bestemming Adres en selecteer vervolgens Zoeken op provincie.
Voer de eerste letters in van de provincie en druk op
Selecteer de provincie.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Kies de gewenste stad uit de lijst. Alleen de steden die de straatnaam bevatten en zich binnen de geselecteerde provincie bevinden worden weergegeven.
OK.
OK.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
OK.

13.4.4 Vorige steden

Selecteer in het scherm Bestemming Adres en selecteer vervolgens Vorige steden.
Selecteer de stad uit de lijst.
45
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
OK.

13.5 Een Bestemming selecteren aan de hand van het adresboek.

OK.
Vorige bestemmingen – pagina 47
Favorieten – pagina 48
Adressenlijst – pagina 50
Adresboek
Nieuwe bestemming – pagina 51
Trajectplanner – pagina 55
Het Adresboek kan tot 200 adressen opslaan. Wanneer u Adresboek selecteert, hebt u de keuze tussen vijf opties: met
Vorige bestemmingen kunt u kiezen uit een lijst met de laatste 50 bestemmingen die u hebt bezocht; Adressenlijst geeft
een lijst weer met alle adressen opgeslagen in uw Adresboek; Adresboek gemarkeerd zijn als favorieten; met en met
Trajectplanner (aangegeven met de Traject-knop) kunt u een traject uitstippelen naar meerdere bestemmingen.
Nieuwe bestemming kunt u een nieuw adres toevoegen aan uw Adresboek;
Favorieten geeft u een korte lijst met bestemmingen die in uw
46
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.5.1 Vorige bestemmingen

Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Vorige bestemmingen.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste vorige bestemming.
Kies
Route.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
13.5.1.1 Een vorige bestemming in het adresboek opslaan
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Vorige bestemmingen.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste vorige bestemming.
Kies
Bewerken.
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies
OK.
47
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
ESCAPE.
Opslaan en druk vervolgens op
13.5.1.2 Een vorige bestemming verwijderen
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Vorige bestemmingen.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste vorige bestemming.
Kies
Verwijderen.
Er verschijnt een dialoogvenster waarin u uw keus moet bevestigen. Kies
De vorige bestemming is uit de lijst verwijderd.
Ja.

13.5.2 Favorieten

U kunt items in het Adresboek toevoegen aan uw Favorietenlijst door het Favorieten-vakje onderaan op het scherm Adresboek bewerken te selecteren. Alleen items in het Adresboek kunnen worden opgeslagen als Favorieten. Vorige bestemmingen moeten eerst in het Adresboek worden opgeslagen alvorens als favoriet te kunnen worden opgenomen. De Favorietenlijst is een kortere lijst met de adresboekitems waarnaar u het vaakst reist.
Selecteer in het scherm Bestemming
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de bestemming uit de adressenlijst.
Adresboek en selecteer vervolgens Favorieten.
48
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Route.
Kies
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
13.5.2.1 Favorieten bewerken
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Favorieten.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste favoriet.
Kies
Bewerken.
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
ESCAPE.
OK.
Opslaan en druk vervolgens op
13.5.2.2 Favorieten verwijderen
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Favorieten.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste favoriet.
49
Verwijderen.
Kies
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Er verschijnt een dialoogvenster waarin u uw keus moet bevestigen. Kies
De favoriet is uit de lijst verwijderd.
Ja.

13.5.3 Adressenlijst

Adressenlijst geeft alle adressen weer die in uw adresboek zijn opgeslagen. De lijst omvat niet de vorige bestemmingen maar wel de adressen die werden aangeduid als Favorieten.
Selecteer in het scherm Bestemming
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de bestemming uit de adressenlijst.
Adresboek en selecteer vervolgens Adressenlijst.
Kies
Route.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
13.5.3.1 Een adres bewerken
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Adressenlijst.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste adres.
Kies
Bewerken.
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies als favoriet aanduiden door het vakje onderaan het scherm aan te kruisen.
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
OK. U kunt het adres ook
Opslaan en druk vervolgens op
ESCAPE.
50
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
13.5.3.2 Een adres verwijderen
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Adressenlijst.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste adres.
Kies
Verwijderen.
Er verschijnt een dialoogvenster waarin u uw keus moet bevestigen. Kies
Het adres is verwijderd uit de lijst en u wordt teruggeleid naar het scherm Adresboek.
Ja.

13.5.4 Nieuwe bestemming

Gebruik Nieuwe bestemming om bestemmingen aan uw adresboek toe te voegen. Deze bestemmingen kunnen vervolgens worden ingesteld als Favorieten en in de Favorietenlijst worden opgenomen.
13.5.4.1 Zoeken op stad
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Nieuwe bestemming.
Selecteer
Zoeken op stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de stadsnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
OK.
OK.
51
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies favoriet aanduiden door het vakje onderaan het scherm aan te kruisen.
OK.
OK. U kunt het adres ook als
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
Opslaan en druk vervolgens op
ESCAPE.
13.5.4.2 Zoeken op postcode
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Nieuwe bestemming.
Selecteer
Voer de postcode in, selecteer
Zoeken op postcode.
OK en selecteer vervolgens de stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
OK.
OK.
52
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies favoriet aanduiden door het vakje onderaan het scherm aan te kruisen.
OK. U kunt het adres ook als
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
Opslaan en druk vervolgens op
ESCAPE.
13.5.4.3 Zoeken op provincie
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Nieuwe bestemming.
Selecteer
Gebruik het toetsenbord om de eerste letters in te voeren van de provincie en druk op
Selecteer de provincie.
Zoeken op provincie.
OK.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Loop met de navigatietoets door de lijst en selecteer de gewenste plaats. (Dit zijn alle steden in uw database met de straatnaam die u hebt geselecteerd.)
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
OK.
OK.
53
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies favoriet aanduiden door het vakje onderaan het scherm aan te kruisen.
OK. U kunt het adres ook als
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
Opslaan en druk vervolgens op
ESCAPE.
13.5.4.4 Vorige steden
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Nieuwe bestemming.
Selecteer
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
Vorige steden.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste straat.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Selecteer
De bovenste regel (naam) en de onderste regel (informatie) kunnen worden bewerkt. Het adres kan niet worden aangepast. Selecteer de regel die u wilt wijzigen. Gebruik het toetsenbord om de gewenste tekst in te voeren en kies favoriet aanduiden door het vakje onderaan het scherm aan te kruisen.
Selecteer na het aanbrengen van wijzigingen de optie
OK.
OK.
OK. U kunt het adres ook als
Opslaan en druk vervolgens op
ESCAPE.
54
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.5.5 Trajectplanner

Met de Trajectplanner kunt u meerdere bestemmingen voor uw “traject” invoeren en er in volgorde naartoe navigeren.
13.5.5.1 Nieuw
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Traject (Trajectknop).
Kies
Nieuw.
Gebruik het toetsenbord om een naam voor het nieuwe traject in te voeren en kies
Kies
Toevoegen in het pop-up menu.
Selecteer in het scherm Adres selecteren de methode voor het toevoegen van een bestemming aan uw traject: met een locatie op de kaart te selecteren; met nieuw adres aan te maken; met bestemmingen, het Adresboek of Favorieten; met bestemming uit de POI-database toe; en met kruispunt van twee straten toe.
Kaart (kaartpictogram) voegt u een bestemming toe door
Adres voegt u een bestemming toe door een
Adresboek voegt u een bestemming toe op basis van Vorige
Oriëntatiepunten voegt u een
Kruispunt voegt u als bestemming een
OK.
Doorgaan met het toevoegen van bestemmingen. Kies als u klaar bent
55
Opslaan.
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
13.5.5.2 Een traject optimaliseren
Met Traject Optimaliseren, kunt u de bestemmingen in uw traject van nabij tot veraf sorteren.
In het scherm Trajectplanner kiest u
Kies het traject dat u wilt optimaliseren.
Selecteer
Optimaliseren.
Bewerken.
De bestemmingen worden vanaf uw huidige locatie van nabij tot veraf gesorteerd.
Selecteer
Opslaan.
56
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
13.5.5.3 Leid mij
Selecteer in het scherm Bestemming Adresboek en selecteer vervolgens Traject (Trajectpictogram).
Kies
Leid mij.
Selecteer het Traject.
Kies de eerste bestemming in de lijst waar u naartoe wilt navigeren.
NB: Als u de tweede bestemming in de lijst selecteert, wordt de eerste overgeslagen. Als u de derde bestemming in de lijst selecteert, worden bestemming 1 en 2 overgeslagen etc.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
13.5.5.4 Bewerken
Bestemmingen in een traject kunnen naar boven of naar onder worden verplaatst. Ze kunnen worden verwijderd en er kunnen nieuwe bestemmingen worden toegevoegd.
In het scherm Trajectplanner kiest u
Kies het traject dat u wilt bewerken.
Bewerken.
57
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Kies de bestemming die u wilt verwijderen, en kies
Kies de bestemming die u wilt bewerken, en kies
Als u klaar bent, kiest u
Opslaan waarna u terugkeert naar het scherm Trajectplanner.
Verwijderen in het pop-up menu.
Naar boven in het pop-up menu.
13.5.5.5 Verwijderen en hernoemen
In het scherm Trajectplanner, kiest u Verwijderen, hernoemen.
Kies
Verwijderen.
Kies het traject die u wilt verwijderen.
58
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Er verschijnt een dialoogvenster waarin u uw keus moet bevestigen. Kies
Het traject is verwijderd.
Kies
Hernoemen.
Ja.
Selecteer het traject dat u een nieuwe naam wilt geven.
Gebruik de knop Backspace om een oude naam te wissen, en voer daarna de nieuwe naam voor het traject in. Kies als u klaar bent
Het traject heeft een nieuwe naam gekregen.
OK.
59
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.6 Een Oriëntatiepunt instellen als bestemming

Oriëntatiepunten
Naam invoeren – pagina 60
Categorie selecteren – pagina 62
Gebruikers POI’s – pagina 64
Oriëntatiepunten (ook wel POI’s genoemd) zijn plaatsen van commercieel belang, recreatie- of dienstenplaatsen die vooraf in de Magellan RoadMate-database werden geladen. Er bevinden zich ruim zes miljoen POI’s in de database, gaande van restaurants, parken, tankstations en banken tot scholen, politiekantoren, enzovoort. Het doel van de POI-database (toegankelijk via het menu Oriëntatiepunten) is u een lijst met populaire bestemmingen aan te bieden zonder dat de adressen handmatig hoeven te worden ingevoerd.

13.6.1 Naam invoeren

Als u de naam van het POI dat u zoekt kent, kunt u de functie Spellen gebruiken om het op te zoeken. U kunt om het even welk woord dat de naam bevat invoeren en de Magellan RoadMate zal alle resultaten die dat woord bevatten weergeven.
Selecteer in het scherm Bestemming
Voer de naam van het oriëntatiepunt (POI) in.
Oriëntatiepunten en selecteer vervolgens Spellen.
13.6.1.1 Dichtstbijzijnde
Als u Dichtstbijzijnde selecteert, zullen alle POI’s worden weergegeven van dichtstbijzijnd tot verst van uw huidige locatie. Selecteer
Dichtstbijzijnde.
60
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
13.6.1.2 Per stad weergeven
Selecteer Per stad weergeven om te zoeken naar de POI’s die overeenkomen met de ingevoerde naam in een specifieke stad. Selecteer
Voer de eerste karakters van een woord in de stadsnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
OK.
Per stad weergeven.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
13.6.1.3 Categorie selecteren
Selecteer Categorie selecteren om de categorie van de ingevoerde naam te selecteren en zo de lijst met POI’s te beperken. Kies gesorteerd van verst naar dichtstbijzijnd tegenover uw huidige positie.
Loop met de navigatietoets door de lijst en selecteer de gewenste POI-categorie.
Categorie selecteren. Deze POI’s zullen worden
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
61
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.6.2 Categorie selecteren

Als u de naam van het POI dat u zoekt niet kent, maar u kent de categorie (restaurant, bank, tankstation, enz.), dan kunt u zoeken met behulp van Categorietype selecteren.
Selecteer in het scherm Bestemming
Kies de categorie POI’s.
Oriëntatiepunten en selecteer vervolgens Categorie selecteren.
13.6.2.1 Dichtstbijzijnde
Als u Dichtstbijzijnde selecteert, zullen alle POI’s in de geselecteerde categorie worden weergegeven van dichtstbijzijnd tot verst. Selecteer
In de geselecteerde categorie wordt een lijst met alle oriëntatiepunten (POI’s) die het meest nabij uw huidige positie zijn weergeven. Kies het POI uit de lijst.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
Dichtstbijzijnde.
13.6.2.2 Per stad weergeven
Selecteer Per stad weergeven om te zoeken naar de POI’s van een specifieke stad in de geselecteerde categorie. Selecteer
Voer de naam in van de stad waarin u wilt zoeken. Kies als u klaar bent
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
Per stad weergeven.
OK.
62
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
13.6.2.3 Naam invoeren
Als u Spellen selecteert, worden de POI’s die zich in de geselecteerde categorie bevinden en die overeenkomen met de naam die u hebt ingevoerd, weergegeven. Selecteer
Spellen.
Voer de naam van het oriëntatiepunt (POI) in. Kies als u klaar bent
Selecteer Dichtstbijzijnde om de POI’s weer te geven die overeenstemmen met de ingevoerde karakters en die zich het dichtst bij uw huidige positie bevinden.
Selecteer Per stad weergeven om de POI’s weer te geven die overeenstemmen met de ingevoerde karakters en die zich het dichtst bij een specifieke stad bevinden. Voer de plaatsnaam in. Kies als u klaar bent OK. Selecteer de stad uit de lijst.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
OK.
13.6.2.4 Type keuken
Als u restaurants selecteert, beschikt u over een alternatieve methode voor het zoeken van POI’s. Selecteer Type keuken. Gebruik de navigatieknop om het type restaurant te selecteren dat u verkiest. De resultaten zullen worden gesorteerd van verst naar dichtstbijzijnd tegenover uw huidige positie.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het gewenste POI.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
63
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.6.3 Gebruikers POI’s

Zie pagina 24 voor meer informatie het maken en laden van ‘Gebruikers POI’s’.
Selecteer in het scherm Bestemming
Kies de Categorie.
Als de lijst met POI’s meer dan 15 resultaten bevat, kunt u uw zoekopdracht verfijnen door te kiezen: Dichtstbijzijnde of Naam invoeren. Selecteer de gewenste POI in de lijst.
Kies
Route om naar het geselecteerde adres te gaan, of kies Annuleren om terug te gaan
naar het menu Gebruikers POI selecteren.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
Oriëntatiepunten en selecteer vervolgens Gebruikers POI’s.
64
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.7 Een kruispunt als bestemming selecteren

Zoeken op stad – pagina 65
Zoeken op postcode – pagina 66
Kruispunt
Het is mogelijk om een kruispunt van twee straten in te stellen als bestemming voor uw traject. U kunt zoeken op kruispunt ongeacht of u de stad kent. Als u de stad kent, kunt u daar beginnen; Als u de stad niet kent, kunt u in de provincie beginnen.
Zoeken op provincie – pagina 67
Vorige steden – pagina 67

13.7.1 Zoeken op stad

Selecteer in het scherm Bestemming Kruispunt en vervolgens Zoeken op stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de stadsnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
OK.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen en selecteer de eerste straat uit de lijst.
OK.
65
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de tweede straat uit de lijst.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.

13.7.2 Zoeken op postcode

Selecteer in het scherm Bestemming Kruispunt en vervolgens Zoeken op postcode.
OK.
Voer de postcode in, selecteer
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen en selecteer de eerste straat uit de lijst.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de tweede straat uit de lijst.
Kies het gewenste type route.
OK.
OK.
OK en selecteer vervolgens de stad.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
66
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren

13.7.3 Zoeken op provincie

Selecteer in het scherm Bestemming Kruispunt en vervolgens Zoeken op provincie.
Voer de eerste letters in van de provincie en druk op
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer het land uit de lijst.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de eerste straat uit de lijst.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de tweede straat uit de lijst.
Kies het gewenste type route.
OK.
OK.
OK.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.

13.7.4 Vorige steden

Selecteer in het scherm Bestemming Kruispunt en vervolgens Vorige steden.
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de gewenste stad.
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de eerste straat uit de lijst.
OK.
67
Hoofdstuk 13: Bestemmingen selecteren
Voer de eerste karakters van een woord in de naam van de tweede straat in en selecteer
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer de tweede straat uit de lijst.
Kies het gewenste type route.
De Magellan RoadMate zal de route berekenen. Zodra de berekeningen klaar zijn, wordt het kaartscherm weer getoond.
OK.
68

Hoofdstuk 14: Opties navigatie

Navigatieopties zijn enkel beschikbaar in Navigatiemodus. Als u vanuit de Muziekspeler of de Foto-viewer naar het Hoofdmenu gaat, zal deze optie zijn uitgegrijsd.
Om toegang te krijgen tot deze functies, dient u op de en vervolgens
Opties Navigatie te selecteren.
MENU-toets te drukken op het toestel

14.1 Instellingen

Via Instellingen kunt u de geavanceerde navigatiefuncties van de Magellan RoadMate aanpassen.
Instellingen.
Kies

14.1.1 Oriëntatiepunt selecteren

In het menu Oriëntatiepunt selecteren, kunt u kiezen welke iconen u in het kaartscherm wilt weergeven. We raden u aan selectief te zijn bij het kiezen van de pictogrammen die u wilt weergeven om te vermijden dat het kaartscherm te vol raakt. Zie “Categorieën oriëntatiepunten (POI’s)” op pagina 89 voor een lijst met POI-categorieën.
Oriëntatiepunt.
Kies
Kies
Alles markeren om alle beschikbare iconen van POI’s op het kaartscherm weer te geven.
Alles wissen als u geen iconen van POI’s op het kaartscherm weer wilt geven.
Kies
U kunt ook individuele iconen van POI’s kiezen om in het kaartscherm weer te geven, of te verbergen. Druk wanneer u klaar bent op de Instellingenmenu.
ESCAPE-toets om terug te keren naar het

14.1.2 Gebruikers POI’s

Het menu Gebruikers POI maakt het mogelijk om POI’s te kiezen die eerder in uw Magellan RoadMate zijn geladen met het programma POI Manager van Magellan RoadMate (zie: pagina 24). De volgende instructies zijn van toepassing indien u een of meer gebruikers POI’s op uw Magellan RoadMate beschikbaar hebt.
Kies
Gebruikers POI’s.
69
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Selecteer
Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en selecteer een POI-bestand. Nadat het bestand is gekozen, keert u terug naar het scherm ‘Gebruikers POI’s’.
Selecteer
Kies uw POI-bestand.
Weergegeven categorieën.
De door u gemaakte categorieën worden op dezelfde wijze weergegeven als de standaard bijgeleverde POI’s.
Alles markeren om alle beschikbare iconen van POI’s op het kaartscherm weer te geven.
Kies Kies
Alles wissen als u geen iconen van POI’s op het kaartscherm weer wilt geven. U kunt ook
individuele iconen van POI’s kiezen om in het kaartscherm weer te geven, of te verbergen.
Druk wanneer u klaar bent op de POI’s.
Ook is het mogelijk een waarschuwingssignaal te horen als u een Gebruikers POI nadert. De functie Alarm instellen werkt alleen bij ‘Gebruikers POI’s’ als dit oriëntatiepunt is geselecteerd om op het kaartscherm weergegeven te worden. Selecteer
waarschuwing
Opnieuw kunt u kiezen of alle, geen, of individuele POI’s met een waarschuwing worden aangegeven. Kies worden weergegeven, een alarmsignaal in te stellen. Kies alarmsignalen wilt instellen voor ‘Gebruikers POI’s’ die op het scherm met de kaart worden weergeven. U kunt ook kiezen voor individuele categorieën een alarmsignaal in te stellen.
.
Alles markeren om voor alle ‘Gebruikers POI’s’, die op het kaartscherm
ESCAPE-toets om terug te keren naar het menu Gebruikers
Categorieën in
Alles wissen als u geen
Druk wanneer u klaar bent op de POI’s.
ESCAPE-toets om terug te keren naar het menu Gebruikers
70
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Als de alarmsignalen voor POI’s zijn ingesteld, kunt u kiezen op welke afstand u wordt gewaarschuwd. Selecteer
Kies de gewenste categorie POI’s die u aan wilt passen.
De detectie van de hoek is zo ingesteld dat een alarmsignaal wordt afgeven als het POI zich binnen een bepaalde hoek van uw huidige locatie bevindt.
Waarschuwingsparameters instellen.
Selecteer
Gebruik het numerieke toetsenbord om het aantal graden in te voeren waarbij het alarmsignaal wordt gegeven. Kies als u klaar bent
Detectie hoek.
OK.
71
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Het Eerste alarm is zo ingesteld dat u wordt gewaarschuwd als u de POI tot op een bepaalde afstand bent genaderd.
Selecteer
Gebruik het numerieke toetsenbord om het aantal meters in te voeren waarbij u door het alarmsignaal wordt gewaarschuwd. Kies als u klaar bent
Het Laatste alarm wordt als laatste waarschuwing gegeven als u de POI tot op een bepaalde afstand bent genaderd.
Eerste alarm.
OK.
Selecteer
300 m
300 m
Laatste alarm.
72
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Gebruik het numerieke toetsenbord om het aantal meters in te voeren waarbij u door het alarmsignaal wordt gewaarschuwd. Kies als u klaar bent
OK.
Als u klaar bent met het instellen van de parameters, kiest u
Opslaan.

14.1.3 Kaartopties

Met de Kaartopties kunt u bepalen hoe de kaart tijdens het rijden functioneert.
Kaartopties.
Kies
Als
Schuifkaart staat ingesteld, zal de icoon die de positie van het voertuig weergeeft altijd op
dezelfde plaats blijven staan en de kaart zal bewegen als de auto zich verplaatst. Als
Schuifkaart is uitgeschakeld zal de icoon die de positie van het voertuig weergeeft langzaam
vooruit bewegen; vervolgens zal de kaart een stukje naar beneden worden geschoven. Als Schuifkaart is uitgeschakeld zal de weergave sneller veranderen.
Koers boven stelt de kaartweergave zo in dat de rijrichting van het traject steeds naar de
bovenkant van het scherm wijst. van het scherm altijd met het Noorden overeenkomt. Noord boven is uitsluitend beschikbaar in 2D-weergave.
Noord boven Stelt de kaartweergave zo in dat de bovenkant
Mijlen of Kilometers als afstandsmaat.
Kies
Kies als u klaar bent
Opslaan.

14.1.4 Opties TrueView

Via Opties TrueView kunt u instellen hoe en wanneer het TrueView-scherm moet worden weergegeven. Selecteer Opties TrueView.
Selecteer Beeld splitsen om de TrueView/Kaartscherm-modus te activeren. Zie “TrueView 3D­scherm” op pagina 36.
Selecteer TrueView uitschakelen als u niet wilt dat het TrueView-scherm verschijnt tijdens het navigeren.
Selecteer TrueView Handmatig om het TrueView-scherm alleen te tonen wanneer u op de View­knop drukt.
Selecteer TrueView Automatisch om het TrueView-scherm automatisch weer te geven bij het naderen van het volgende manoeuvre.
Kies als u klaar bent
Opslaan.
73
Hoofdstuk 14: Opties navigatie

14.1.5 Kaartkleur selecteren

Kies Kaartkleur.
Als
Auto. nachtscherm is ingeschakeld, zal de Magellan RoadMate tussen een dagscherm en een nachtscherm schakelen,
zich daarbij baserend op de tijdstippen voor zonsopgang en zonsondergang van uw huidige locatie.
Selecteer
Selecteer
Kies als u klaar bent
U kunt kiezen uit negen kleurenschema’s:
Dagscherm om voor de kaart de kleurinstellingen te kiezen als u overdag rijdt.
Nachtscherm om een kleurschema te selecteren voor het rijden ’s nachts.
Opslaan.
Selecteer
Opslaan als u klaar bent. U zult worden teruggeleid naar het menu Kaartkleur.
74
Hoofdstuk 14: Opties navigatie

14.1.6 Route-instellingen

Bij Route instellingen kunt u de parameters instellen voor de Magellan RoadMate die bij het berekenen van het traject worden toegepast. Kies
Route instellingen.
Als de optie berekenen van een route
Geen tolwegen actief is, vermijdt de Magellan RoadMate bekende tolwegen bij het
Automatisch omleiden zorgt ervoor dat de Magellan RoadMate tot drie keer probeert
automatisch een andere route naar de bestemming te vinden als het toestel gedetecteerd heeft dat de auto van de berekende route is afgeweken.
Kies als u klaar bent
Opslaan.

14.1.7 Afwijkopties

Hiervoor heeft de Magellan RoadMate SmartDetour. Als u tijdens het rijden op de snelweg SmartDetour hebt ingeschakeld en uw snelheid valt onder 24 km/u, druk dan op het Omleiding-pictogram op het Kaartscherm om de Magellan RoadMate een alternatieve route te laten berekenen langs het verkeer om.
Selecteer
Selecteer de lengte van de omleiding. U kunt kiezen uit een vooraf ingestelde afstand van 5 km, 10 km of 15 km.
Omleidings opties.
U kunt hier ook een zelf aangepaste afstand kiezen. Kies aangepaste afstand in met de knop rechts.
Voer het aantal kilometers in en kies
Selecteer vervolgens de hoeveelheid tijd die de Magellan RoadMate moet wachten alvorens u te waarschuwen. Selecteer de knop
Voer het aantal minuten in en kies
Auto Omleiding Actief is standaard geselecteerd zoals aangegeven door het aangevinkte selectievakje. Om automatisch omleiden uit te schakelen, dient u vinken.
OK.
Tijd.
OK.
Personaliseren en voer dan de
Auto omleiding actief uit te
75
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Kies als u klaar bent
Als u in een verkeersopstopping komt en de ingestelde tijd is voorbij, zal de icoon Omleiding in het scherm met de kaart gaan knipperen. Raak de icoon op het scherm aan om de Magellan RoadMate de omleiding te laten berekenen. U kunt ervoor kiezen de Omleiding-waarschuwing te negeren. Na één minuut zal het stoppen met knipperen totdat de ingestelde tijd weer is verstreken en u opnieuw zult worden gewaarschuwd.
Opslaan.

14.1.8 Stemopties

In het menu Stemopties kunt u kiezen of u een mannelijke of vrouwelijke stem wilt horen in de ingestelde taal (zie “Taal” op pagina 86).
Selecteer
Stemopties.
Mannenstem of Vrouwenstem.
Kies
Kies als u klaar bent
Opslaan.

14.1.9 Kleuropties

U kunt de kleur van de menuschermen veranderen door één van de vier kleurthema's te kiezen.
Kleuropties.
Kies
Kies het gewenste kleurthema.
Kies als u klaar bent
Opslaan.
76
Hoofdstuk 14: Opties navigatie

14.1.10 Toonopties

Als u een manoeuvre nadert, hoort u een alarmsignaal, ten teken dat de manoeuvre dichterbij komt.
Geluidsopties.
Kies
Kies ofwel
Kies als u klaar bent
Bel, Klok of Piep.
Opslaan.

14.1.11 Opties GPS

Opties GPS biedt informatie over het satellietsignaal evenals de mogelijkheid om de snelheid voor signaalontvangst te verhogen.
14.1.11.1 GPS-status
Het scherm GPS-status is beschikbaar via het pictogram GPS-signaal op het Kaartscherm (pagina 34) en via het menu GPS-opties. GPS-status controleert het satellietsignaal. Voor meer informatie over GPS-statusschermen, zie “Scherm GPS-status” op pagina 91.
14.1.11.2 GPS-positie instellen
GPS-positie maakt het mogelijk om de positie van het huidige positie-icoon handmatig te bepalen. Als u een lange afstand hebt afgelegd met het toestel uitgeschakeld, kan het enige tijd duren alvorens het een satellietsignaal opnieuw wordt ontvangen. Door de positie van het toestel handmatig te bepalen deelt u het toestel mee waar u bent en dit kan het afstemmen op het satellietsignaal versnellen. Selecteer eerst het land waarin u zich bevindt door in het scherm Bestemming (zie “Land selecteren” op pagina†42) op het Wereldbolpictogram te drukken. Selecteer
Voer de eerste karakters van een woord in de stadsnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Kies selecteer de gewenste stad.
OK. Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en
GPS-positie.
77
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Voer de eerste karakters van een woord in de straatnaam in (zie “Multi-Word Indexing” op pagina 32). Voer geen voorvoegsels in zoals “Noord” of “N”, noch het type van de straat “Av.” of “Straat”. Kies selecteer de gewenste straat.
Voer de straatnaam in. De mogelijke huisnummers worden boven aan het scherm weergegeven. Als u het exacte adres niet precies kent, kiest u eerste nummer in de straat leidt. Selecteer OK om door te gaan. U wordt terug naar het menu Instellingen geleid.
Ga naar het kaartscherm. Uw huidige positie is nu ingesteld op het adres dat u hebt ingevoerd.

14.1.12 Simulatie mode

In Simulatiemodus kunt u de mogelijkheden van de Magellan RoadMate demonstreren zonder te rijden. De simulatie werkt alleen als u een route instelt. Kies Simulatie mode.
OK. Gebruik de navigatieknop om de lijst te doorlopen (indien nodig) en
OK waarna de Magellan RoadMate u naar het
Selecteer
Stel de snelheid van de simulatie in. 1x zal op een normale snelheid ‘rijden’ en de bekende snelheidsbegrenzingen gebruiken; 1.5x zal op anderhalf keer de normale snelheid ‘rijden’; 2x zal twee keer zo snel als de normale snelheid rijden.
Keer terug naar het kaartscherm om een simulatie weer te geven.
Kies stroom wordt uitgeschakeld.
Simuleren om de simulatie te starten.
Stop om de simulatiemodus te beëindigen. De simulatiemodus wordt ook beëindigd als de

14.1.13 Kaartregio’s

Op de Magellan RoadMate 800 zijn de Noord-Amerikaanse en Europese kaarten al geladen. U kunt de Magellan RoadMate dus met u meenemen en gebruiken voor al uw reizen door Noord-Amerika. Als u de kaart van Noord-Amerika wilt ontgrendelen, kunt u contact opnemen met onze Klantendienst voor informatie over prijzen en de ontgrendelingscode, of naar onze website www.magellanGPS.com surfen.
Selecteer
Selecteer
Kaartregio’s.
USA - Canada en vervolgens Ontgrendelen.
78
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Selecteer
Gebruik het toetsenbord om de code voor het ontgrendelen in te voeren. Kies als u klaar bent
Kies
Code.
OK.
Ontgrendelen.
De database is ontgrendeld. Kies
Selecteer USA - Canada en vervolgens Overschakelen.
Ja. Nadat het apparaat is uitgeschakeld kunt u het weer inschakelen, waarna de nieuwe
Kies kaart wordt geladen. Als dit is voltooid heeft u toegang tot de Noord-Amerikaanse kaarten.
OK.
79
Hoofdstuk 14: Opties navigatie

14.1.14 Automatisch volume

Ter compensatie van het weggeluid kan de Magellan RoadMate zo worden ingesteld dat automatisch het volume wordt verhoogd wanneer een voertuig meer dan 70 km/u rijdt.
Selecteer
Selecteer de factor waarmee het volume moet worden verhoogd.
Selecteer
Kies als u klaar bent
Automatisch volume.
Activeren.
Opslaan.

14.1.15 Backup en herstellen bestanden

De Magellan RoadMate 800 kan uw informatie (Adresboek, Vorige bestemmingen, enz.) opslaan op een optionele geheugenkaart.
14.1.15.1 Backup
Selecteer Backup en herstellen bestanden en vervolgens Backup.
Als er geen kaart is ingevoerd, zult u worden gevraagd een kaart in te voeren. Voer een kaart in en selecteer nogmaals
Backup.
Er zal een dialoogvenster verschijnen waarin u uw keuze dient te bevestigen. Kies
De bestanden worden naar de geheugenkaart gekopieerd.
Ja.
14.1.15.2 Restore
Om de bestanden te herstellen naar de harde schijf, selecteer Backup en herstellen
bestanden
Als er geen kaart is ingevoerd, zult u worden gevraagd een kaart in te voeren. Voer een kaart in en selecteer nogmaals gegevens naar kunnen worden geschreven.
, gevolgd door Restore.
Restore. Zorg ervoor dat uw geheugenkaart ontgrendeld is opdat er
80
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Er zal een dialoogvenster verschijnen waarin u uw keuze dient te bevestigen. Kies
De bestanden worden naar de harde schijf gekopieerd.
Ja.

14.1.16 Kaartgegevens

Productinformatie geeft informatie weer over de kaart en de database geïnstalleerd op uw Magellan RoadMate. Deze informatie helpt de klantenservice om een oplossing te vinden bij een probleem dat u kunt ondervinden.

14.2 Reiscomputer

De reiscomputer is een waardevolle hulp om de totaal afgelegde weg en de verstreken reistijd vast te leggen, op vakantie of tijdens een zakenreis. De gegevens van het traject kunnen op ieder moment worden opgeslagen en weergegeven, zodat u snel toegang heeft tot de informatie over uw huidige traject, evenals vorige trajecten.
Om toegang te krijgen tot deze functies, dient u op de en vervolgens
Kies
Reiscomputer.
Opties navigatie te selecteren.
MENU-toets te drukken op het toestel
81
Hoofdstuk 14: Opties navigatie

14.2.1 Huidige traject

Wanneer u een nieuwe reis begint en de informatie moet bijhouden, gaat u naar Naam traject. Daar kan u (indien nodig) de informatie opslaan die voor de huidige reis wordt weergegeven en de Naam traject terug op nul zetten om uw nieuwe reis voor te bereiden.
Kies
Reiscomputer.
Kies
Huidige uit de lijst opgeslagen reisrapporten.
De reiscomputer is altijd actief. De gegevens van het huidige traject worden weergegeven.
14.2.1.1 Naam traject stoppen of starten
De reiscomputer kan op ieder gewenst moment worden gestopt en weer gestart. Als de reiscomputer nu aan staat, kiest u opnieuw wordt gestart of wordt teruggesteld.
Als de reiscomputer in de toestand ‘gestopt’ staat, kiest u opnemen van het huidige traject of u kiest resetten om aan een nieuw traject te beginnen.
Stop. De reiscomputer stopt met opnemen totdat deze
Start om verder te gaan met het
14.2.1.2 Het huidige reisrapport opslaan
Als u uw traject heeft voltooid, kunt u de informatie opslaan om deze later nog eens te bekijken. Kies op ieder gewenst moment
Opslaan.
82
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Gebruik het toetsenbord om een naam voor het verslag van het traject in te voeren en kies als u klaar bent.
OK
14.2.1.3 Naam traject op nul zetten
Voordat u een nieuw traject kunt opnemen, moet u de reiscomputer eerst resetten. Kies Reset waarna de gevens worden geïnitialiseerd. De reiscomputer blijft in de stand ‘actief’ staan.
14.2.1.4 Een opgeslagen reisrapport bekijken
Vanaf het scherm van de reiscomputer, kiest u het verslag van het traject dat u wilt bekijken.
Het opgeslagen reisrapport wordt weergegeven. Druk op de met het bekijken van het traject en wilt terugkeren naar het Reiscomputer-scherm.
ESCAPE-knop wanneer u klaar bent
14.2.1.5 Een reisrapport wissen
Kies het reisrapport dat u wilt verwijderen.
83
Hoofdstuk 14: Opties navigatie
Verwijderen.
Kies
Het traject wordt verwijderd en u keert terug naar het scherm Reiscomputer.
84

Hoofdstuk 15: Systeeminstellingen

In het menu Systeeminstellingen kunnen tal van functies worden aangepast: Helderheid, Energiebeheer, Wachtwoord en Taal.
Om toegang te krijgen tot deze functies, dient u op de toestel en vervolgens
Systeeminstellingen te selecteren.
MENU-knop te drukken op het

15.1 Helderheid

Om de helderheid van het scherm aan te passen, selecteer Helderheid.
Gebruik de linker-/rechterpijl om het scherm donkerder/lichter te maken.
Wanneer Dimmen bij batterijgebruik is ingeschakeld, zal het scherm 10% minder helder worden weergegeven om batterijstroom te sparen.
Selecteer
ESC wanneer u klaar bent.

15.2 Energiebeheer

Via de Energiebeheerfuncties kunt u de functies instellen die het batterijvermogen en de levensduur van het scherm zullen optimaliseren. Selecteer
Energiebeheer.
Selecteer de tijdsduur alvorens de eenheid zich in “slaapmodus” plaatst.
Selecteer of u het scherm wilt inschakelen of uitschakelen wanneer er muziek wordt gespeeld.
Selecteer
ESC wanneer u klaar bent.

15.3 Wachtwoord

15.3.1 Wachtwoord instellen

U kunt het toestel beschermen tegen ongewenst gebruik door een wachtwoord in te stellen. Selecteer
Selecteer het gewenste wachtwoord in. Kies als u klaar bent
Selecteer om hetzelfde wachtwoord nogmaals in te voeren. Kies als u klaar bent
Selecteer menu Systeeminstellingen zonder het wachtwoord in te stellen.
Wachtwoord.
Instellen om een wachtwoord in te voeren. Voer met behulp van het toetsenbord
OK.
Bevestigen om het wachtwoord nogmaals in te voeren. Gebruik het toetsenbord
OK.
OK om het wachtwoord te activeren. Selecteer ESC om terug te keren naar het
Zodra het wachtwoord is ingeschakeld, zult u telkens wanneer u het toestel inschakelt of wanneer het toestel ontwaakt uit de slaapmodus worden gevraagd het wachtwoord in te voeren.
85
Hoofdstuk 15: Systeeminstellingen

15.3.2 Wachtwoord verwijderen

Selecteer Wachtwoord en voer het wachtwoord in met behulp van het toetsenbord. Selecteer OK als u klaar bent. Selecteer vervolgens OK in het scherm Nieuw wachtwoord instellen.

15.4 Taal

Selecteer Taal om de taal van de menutekst en de gesproken instructies voor navigatie te wijzigen.
Selecteer de gewenste taal. Er zal een dialoogvenster verschijnen waarin u uw keuze dient te bevestigen. Kies
Het toestel zal zichzelf opnieuw opstarten in de nieuwe taal.
Ja.
86

Hoofdstuk 16: Systeemstatus

Het menu Systeemstatus geeft u verdere opties om de prestaties van uw Magellan RoadMate te controleren.

16.1 Productinformatie

Selecteer Productinformatie om de huidige versies van de software te bekijken. Ook de huidige hardware- en firmwareversie zullen worden weergegeven.

16.2 Gebruikersopslag

Selecteer Gebruikersopslag om de beschikbare en totale ruimte van de harde schijf en – indien ingevoerd – de geheugenkaart weer te geven. NB: Hoewel er 5 GB opslagruimte beschikbaar is op de harde schijf van het toestel, kan de feitelijke opslagruimte variëren en iets lager zijn.

16.3 Diagnostieken

Met Diagnose kunt u de voornaamste prestatie-elementen van de Magellan RoadMate testen.

16.3.1 Geluidstest

De Geluidstest controleert de prestaties van de ingebouwde luidspreker.

16.3.2 Test aanraakscherm

Met Test aanraakscherm kunt u het aanraakscherm opnieuw kalibreren mocht het niet volledig correct werken.

16.3.3 Test toetsenbord

Met Test toetsenbord kunt u testen of de knoppen op het toestel werken.

16.3.4 Videotest

Met de Videotest kan worden getest of het scherm de kleuren correct weergeeft.
87

Hoofdstuk 17: Help

De Helpfunctie biedt u een interactieve multimediales over de kenmerken en functies van de Magellan RoadMate, evenals contactinformatie mocht u hulp nodig hebben.

17.1 Snelle tips

Snelle tips voor nieuwe gebruikers biedt informatie in de volgende categorieÎn over de basiswerking van het toestel en over hoe u de beste signaalontvangs t ver krijg t:
De eerste stappen
Onbelemmerd zicht
Verander niet van plaats
Positie van de antenne
Een bestemming invoeren
Verdere belangrijke informatie
Uw product registreren

17.2 Contact opnemen

Als u problemen ondervindt met het gebruik van uw Magellan RoadMate, gelieve contact met ons op te nemen via de weergegeven telefoonnummers.
88

Appendix

Categorieën oriëntatiepunten (POI’s)

De database met oriëntatiepunten (POI’s) van de Magellan RoadMate bevat 37 verschillende categorieën. De iconen verschijnen op het scherm van de kaart (indien ingeschakeld):
Restaurant
Bank/geldautomaat De meeste financiële diensten
Tankstation Meeste benzinestations
Wegenwacht Sleepbedrijven
Ziekenhuis/polikliniek Meeste medische diensten
Autowerkplaats
Luchthaven Internationale en lokale luchthavens
Kamperen en RV’s Kampeerterreinen, campings en RV’s
Autoverhuur Bedrijven autoverhuur
Casino Casino’s
Stadscentrum
Kleding Kledingwinkels
Conferentiecentrum Belangrijkste conferentiecentra
Fast-food restaurants, wegrestaurants en eetkraampjes
Garages, verkooppunten voor banden en verversen van olie
Het geografische centrum van een gekozen stad
Opleiding
Noodhulpdiensten Politie, brandweer en noodhulpdiensten
Vermaak Bioscopen, theaters
Golfbaan Privé-banen openbare banen
Kruidenierszaak Grote ketens en lokale markten
Haar & Cosmetica Salons en schoonheidscentra
Gezondheidszorg Dokterspraktijken en apotheken
Huis & tuin Kinderdagverblijven en doe-het-zelfwinkels
Hotel of motel Meeste overnachtingsgelegenheden
Jachthaven Havens
Overige diensten Diensten niet ondergebracht in categorieën
Nachtleven Dansgelegenheden, café’s, nachtclubs
Parkeergelegenheden Parkeerplaatsen en parkeergarages
Scholen, middelbare scholen en andere onderwijsinstellingen
Parken Provinciale, regionale en lokale parken
Professionele diensten Kantoren
89
Appendix
Publieke gebouwen Bibliotheken, museums en regeringsgebouwen
Rustplaats Rustplaatsen langs grootste snelwegen
Boodschappen Winkelcentra en andere winkels
Ski-oorden Meeste grote skicentra
Sport & recreatie Stadions, parken, meren
Toeristenattractie De meeste door toeristen bezochte plaatsen
Vervoer Busstations en stations
Wijnmakerij Wijngaarden en degustatielocaties
Aanbidding Kerken, tempels, moskeeën
Als u een restaurant kiest, kunt u het zoeken verfijnen door naar een soort keuken te zoeken, zoals Frans, Italiaans, Grieks, Mexicaans, enz.

Specificaties

Afmetingen: 8,0 cm x 15,9 cm x 3,9 cm
3,1" x 6,2" x 1,5"
Gewicht: 307 gr.
10,8 oz.
Scherm: 3,5-inch TFT-kleurenaanraakscherm, 55,8 mm x 73,9 mm (2,2 x 2,9 inch)
Schermresolutie: 320 x 240 QVGA; 32.000 kleuren
Opgeborgen: Harde schijf van 20 GB (tot 5 GB bruikbare opslagruimte voor muziek, beeldmateriaal en
gebruikers POI’s) Sleuf voor optionele geheugenkaart
Compatibele kaartmedia: Secure Digital (SD) of Multimedia Card (MMC)
Geluid: Geïntegreerde luidspreker met geïntegreerde stereo hoofdtelefoonaansluiting
GPS-antenne: Geïntegreerd met optionele externe antenneaansluiting
Batterij: LI-ION
USB-interface:2.0
Werkingstemperatuur: -5° – +55°C
23°F – 131°F
Opslagtemperatuur: -20°C – +70°C
-4°F – 158°F
Vochtigheid: 50% ± 20% bij kamertemperatuur
90
Appendix

PC-vereisten

IBM-compatibele PC met Pentium- of hogere processor
Microsoft ® Windows® 2000 of XP
128 MB RAM
CD-drive voor software-installatie
DVD-drive voor kaartupgrades
USB-poort

Scherm GPS-status

Vorm van GPS STATUSSCHERM – eerste pagina
CH PRN AZ EL SNR U/N
01 d1 d2 d3 d4 c1 02 d1 d2 d3 d4 c1 03 d1 d2 d3 d4 c1 04 d1 d2 d3 d4 c1 05 d1 d2 d3 d4 c1 06 d1 d2 d3 d4 c1 07 d1 d2 d3 d4 c1 08 d1 d2 d3 d4 c1 09 d1 d2 d3 d4 c1 10 d1 d2 d3 d4 c1 11 d1 d2 d3 d4 c1 12 d1 d2 d3 d4 c1 13 d1 d2 d3 d4 c1 14 d1 d2 d3 d4 c1
Het is geordend op nummer van de kanalen, van 1 tot 12.
Waarbij:
d1: Een satelliet PRN-nummer met een aan de rechterkant weergegeven ‘e’ of ‘E’, betekent: heeft Efemeride-gegevens. Met een
aan de rechterkant weergegeven ‘v’ of ‘V’ berekent: heeft gecontroleerde Efemeride-gegevens (dubbele controle). ‘E’ of ‘V’ betekent ook: heeft satelliettijd voor dit kanaal.
d2: Azimut, in graden
d3: Hoogtehoek, in graden
d4: SNR (signaal/ruis verhouding), de verhouding is uitgerukt in Hz, niet in dB
c1: U – Gebruikt voor positiefix, N – Niet gebruikt voor positiefix
Foutieve positiefix –code
0 PVT_OK: geldige positiefix
2 ILLEGAL_ALT: ongeldige hoogte < -10km of > 17.5km
4 POSITION_JUMP: te grote sprong in afstand tussen twee punten (480 kilometer)
5 ILLEGAL_VELOCITY_OR_ALT: max. snelheid 1500 kilometer
7 TOO_BIG_ACCELERATION max. 15 m. rond 1,5 g.
8 TOO_SMALL_ALTITUDE -10000 m
91
Appendix
9 TOO_BIG_ALTITUDE 17.500 m
10 TOO_BIG_PDOP max. PDOP 50
11 SATS_BELOW_MASK_ANGLE Hoogtehoek satelliet ligt onder masker-hoek
16 ILL_DEFINED_3D_MATRIX 3X3 matrix kan niet worden omgezet in 3D-positiefix
17 ILL_DEFINED_2D_MATRIX 2X2 matrix kan niet worden omgezet in 2D-positiefix
20 NO_SAT_TIME geen satelliettijd
23 NOT_ENOUGH_SATS niet genoeg satellietgegevens voor 2D- of 3D-positiefix
24 CANNOT_SELECT_FIX_TYPE
30 VELOCITY_2D_ONLY 2 satellietfix alleen voor snelheid. Geen positiefix
31 BAD_VELOCITY_PDOP 50 te grote PDOP voor deze snelheid
32 TOO_MANY_SATS_FOR_2D_VEL er zijn vier of meer satellieten beschikbaar, maar 2D-positiefix geleverd
51 WRONG_NUMSAT aantal satellieten voor positiefix > 12 of minder 2
56 LOOP_3D_NOT_CONVERGING 3D initiële fix is niet convergerend
57 MILLISECOND_ERROR sprong van milliseconde is opgetreden
58 LOOP_2D_NOT_CONVERGING 2D aanvangspositiefix is niet convergerend
59 BAD_RANGE_CHITEST; bereik positiefix-correcties, chi-test is mislukt
60 BAD_DOPPLER_CHITEST doppler positiefix-correcties, chi-test is mislukt
61 OSC_DRIFT_ERR te veel tijdafwijking 60HZ voor XO, 7.5HZ voor TCXO
62 BAD_DOPPLER_ERR te grote Doppler-fouten 4m/s
63 BIG_RANGE_RESID 110m/40m is afhankelijk van virtuele ttagl/ DGPS-factoren
64 BIG_DOPPLER_RESID 0,7m/s
65 HUGE_RANGE_RESID 10 km. normaal voor positiefix-correcties voor het bereik
66 HUGE_DOPPLER_RESID 100m/s. normaal voor positiefix-correcties voor doppler
Meestal, foutieve code is 20 en 23. Als de positiefix goed is, zou het 0 zijn.
Vorm van GPS STATUSSCHERM – tweede pagina
Koers XXX (graden) Versnelling XX.X (meter per seconde)
Huidige breedtegr.: DDD.DDDDD W/E (huidige breedtegraad, graden)
Huidige longitude: DDD.DDDDD N/S (huidige lengtegraad, graden)
Huidige hoogte XXXX (hoogte in meter boven zeeniveau) TTFF XXXXs (Tijd tot eerste fix in seconden)
Aantal satellieten (U/T) XX/XX (het aantal gebruikte en gevolgde satellieten)
PDOP XX.X (Positie precisiedilutie)
VDOP XX.X (Verticale precisiedilutie)
TDOP XX.X (Tijd precisiedilutie)
HDOP XX.X (Horizontale precisiedilutie)
FOMS P/V/H (Kwaliteitsfactoren voor positie, snelheid en richting in kaartgeleiding)
UTC TIME MM/DD/YY HH:MM:SS (UTC-tijd zonder lokale zone)
92
Loading...