Lexmark X850E, X852E, X854E User Manual [nl]

X850e, X852e, X854e
Gebruikershandleiding
Januari 2006
Lexmark en Lexmark met het diamantlogo zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of in andere landen. © 2006 Lexmark International, Inc. Alle rechten voorbehouden. 740 West New Circle Road Lexington, Kentucky 40550
www.lexmark.com
Uitgave: januari 2006
De volgende alinea is niet van toepassing op landen waar de volgende voorwaarden strijdig zijn met de plaatselijke wetgeving:
LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE PUBLICATIE IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. In bepaalde rechtsgebieden is afwijzing van expliciete of impliciete garanties in bepaalde transacties niet toegestaan; het is daarom mogelijk dat deze verklaring niet op u van toepassing is. Deze publicatie kan technische onjuistheden of typografische fouten bevatten. De informatie in deze publicatie wordt regelmatig herzien; wijzigingen zullen in latere uitgaven worden opgenomen. De producten of programma’s die worden beschreven, kunnen te allen tijde worden verbeterd of gewijzigd.
Opmerkingen kunnen worden gestuurd aan Lexmark International, Inc., Department F95/032-2, 740 West New Circle Road, Lexington, Kentucky 40550, Verenigde Staten. Als u in het Verenigd Koninkrijk of Ierland woont, kunt u eventuele opmerkingen sturen naar Lexmark International Ltd., Marketing and Services Department, Westhorpe House, Westhorpe, Marlow Bucks SL7 3RQ. Lexmark behoudt zich het recht voor de door u verstrekte informatie naar eigen goeddunken te gebruiken en te verspreiden, zonder hiermee enige verplichting op zich te nemen tegenover u. Extra exemplaren van aan dit product gerelateerde publicaties kunnen worden verkregen door vanuit de Verenigde Staten of Canada te bellen naar +1-800-553-9727. Vanuit het Verenigd Koninkrijk en Ierland belt u +44 (0)8704 440 044. Neem in andere landen contact op met de leverancier. Als in deze publicatie wordt verwezen naar producten, programma's of diensten, impliceert dit niet dat de producent het voornemen heeft deze beschikbaar te stellen in alle landen waarin de producent actief is. Geen enkele verwijzing naar een product, programma of dienst moet worden opgevat als een verklaring of suggestie dat alleen dat product, dat programma of die dienst mag worden gebruikt. Het staat u vrij functioneel gelijkwaardige producten, programma's of diensten te gebruiken, mits die geen inbreuk maken op enig bestaand intellectueel eigendomsrecht. Het beoordelen en controleren van de werking in combinatie met andere producten, programma’s of diensten, met uitzondering van die producten, programma’s of diensten die uitdrukkelijk door de producent worden genoemd, behoort tot de verantwoordelijkheden van de gebruiker.
Het is mogelijk illegaal om bepaald materiaal, zoals documenten, afbeeldingen en betaalmiddelen te kopiëren zonder toestemming of licentie. Als u niet zeker weet of u toestemming hebt, vraag dan juridisch advies.
UNITED STATES GOVERNMENT RIGHTS
This software and any accompanying documentation provided under this agreement are commercial computer software and documentation developed exclusively at private expense.
Handelsmerken
Lexmark, Lexmark met het diamantlogo en MarkVision zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Drag'N'Print, Scanback, MarkNet en PrintCryption zijn handelsmerken van Lexmark International, Inc.
®
PCL
is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company. PCL is een aanduiding van Hewlett-Packard Company voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in haar producten. Deze printer is ontworpen om ondersteuning te bieden voor de PCL-taal. De printer herkent PCL-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die met deze opdrachten corresponderen. PostScript een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in softwareproducten van Adobe Systems. Deze printer is compatibel met de PostScript 3-taal. De printer herkent PostScript 3-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die met deze opdrachten overeenkomen. Raadpleeg de Technical Reference voor meer informatie over compatibiliteit. Overige handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders.
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated. PostScript 3 is een aanduiding van Adobe Systems voor
2
Veiligheidsinformatie
VOORZICHTIG: Sluit het netsnoer aan op een geaard stopcontact dat zich dicht in de buurt van het product bevindt en dat
gemakkelijk bereikbaar is.
VOORZICHTIG: I: Gebruik de faxfunctie niet tijdens onweer. Schakel tijdens onweer dit product niet in en sluit geen elektrische kabels of stroomkabels aan, zoals het netsnoer of een telefoonkabel.
VOORZICHTIG: Onderhoudswerkzaamheden en reparaties die niet in de bedieningsinstructies worden beschreven, dienen uitsluitend door een professionele onderhoudsmonteur te worden uitgevoerd.
VOORZICHTIG: Dit product is samen met specifieke Lexmark-onderdelen ontwikkeld, getest en goedgekeurd op basis van strikte, wereldwijd geldende veiligheidsnormen. De veiligheidsvoorzieningen van bepaalde onderdelen zijn niet altijd duidelijk zichtbaar. Lexmark is niet verantwoordelijk voor het gebruik van andere, vervangende onderdelen.
VOORZICHTIG: Zorg ervoor dat alle externe aansluitingen (zoals Ethernet en telefoonsysteemaansluitingen) op de juiste wijze zijn geïnstalleerd in de gemarkeerde poorten.
VOORZICHTIG: Dit product maakt gebruik van een laser. Het toepassen van bedieningswijzen, aanpassingsmethoden of procedures anders dan in deze publicatie worden beschreven, kan blootstelling aan gevaarlijke straling tot gevolg hebben.
VOORZICHTIG: Dit product maakt gebruik van een afdrukproces waarbij het afdrukmateriaal wordt verhit. Door de hitte kan het afdrukmateriaal bepaalde stoffen afgeven. Bestudeer het gedeelte in de bedieningsinstructies waarin de richtlijnen voor het selecteren van afdrukmaterialen worden besproken om schadelijke emissies te voorkomen.
VOORZICHTIG: Gebruik alleen een telecommunicatiesnoer (RJ-11) van 26 AWG of meer als u dit product aansluit op een openbaar vast telefoonnetwerk.
Kwikgehalte
In de lamp van dit product bevindt zich kwik (<5 mg/Hg). De afvoer van kwik is mogelijk wettelijk bepaald vanwege milieuoverwegingen. Neem voor informatie over afvoer of recycling contact op met uw gemeente of de Electronic Industries Alliance: www.eiae.org.
Kennisgeving over gevoeligheid voor statische elektriciteit
Waarschuwing: Dit symbool duidt onderdelen aan die gevoelig zijn voor ontlading van statische elektriciteit. Raak onderdelen in de gebieden bij deze symbolen alleen aan nadat u eerst het metalen frame van de MFP hebt aangeraakt.
3

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1: Algemene informatie ................................................................................... 8
Functies en onderdelen van de MFP ...............................................................................................................8
De scanner gebruiken ......................................................................................................................................8
Geconfigureerde modellen ..............................................................................................................................9
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP .......................................................................................10
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken ..................................................................16
Menu's ...........................................................................................................................................................22
Hoofdstuk 2: Kopiëren ..................................................................................................... 23
Snel kopiëren ................................................................................................................................................. 23
Meerdere pagina's kopiëren ..........................................................................................................................23
De flatbed gebruiken ......................................................................................................................................24
Kopieerschermen en kopieeropties ...............................................................................................................24
Van het ene formaat naar het andere kopiëren .............................................................................................26
Transparanten maken ....................................................................................................................................26
Kopiëren op briefhoofdpapier ........................................................................................................................26
Foto's kopiëren ..............................................................................................................................................27
Kopieën maken op afdrukmateriaal uit een bepaalde lade ............................................................................27
Originelen van gemengde formaten kopiëren ................................................................................................ 27
De optie voor duplex instellen ........................................................................................................................28
Kopieën verkleinen en vergroten ...................................................................................................................28
Kopieerkwaliteit aanpassen ........................................................................................................................... 29
Sorteeropties instellen ...................................................................................................................................29
Scheidingsvellen invoegen tussen exemplaren .............................................................................................29
Opties voor papierbesparing instellen ...........................................................................................................30
De datum en tijd boven aan elke pagina afdrukken .......................................................................................30
Een overlay-bericht boven aan elke pagina afdrukken ..................................................................................30
Een aangepaste taak maken (taak samenstellen) ......................................................................................... 31
Kopieertaak annuleren ................................................................................................................................... 31
Kopieertips .....................................................................................................................................................32
Hoofdstuk 3: E-mail .......................................................................................................... 33
Een e-mailadres invoeren ..............................................................................................................................33
Een snelkoppelingsnummer gebruiken ..........................................................................................................33
Het adresboek gebruiken ...............................................................................................................................34
Een e-mail versturen naar een profiel ............................................................................................................ 34
Een onderwerp en berichtinformatie aan de e-mail toevoegen .....................................................................34
Het bestandstype wijzigen voor verzending ...................................................................................................35
Kleurendocumenten e-mailen ........................................................................................................................35
4
Inhoudsopgave
Een e-mailsnelkoppeling maken ....................................................................................................................35
Een e-mailprofiel maken ................................................................................................................................36
Een e-mail annuleren .....................................................................................................................................36
Informatie over e-mailopties ..........................................................................................................................37
Instellingen e-mailserver ................................................................................................................................38
Adresboekinstellingen .................................................................................................................................... 38
Hoofdstuk 4: Faxen ........................................................................................................... 39
Een fax verzenden .........................................................................................................................................39
Snelkoppelingen voor faxbestemmingen gebruiken ......................................................................................40
Het adresboek gebruiken ...............................................................................................................................40
Faxen verzenden vanaf een computer .......................................................................................................... 40
Snelkoppelingen maken ................................................................................................................................41
Informatie over faxopties ............................................................................................................................... 42
De faxresolutie wijzigen .................................................................................................................................43
De instellingen voor intensiteit aanpassen ....................................................................................................43
Een fax op een later tijdstip verzenden ..........................................................................................................43
Een uitgaande fax annuleren .........................................................................................................................44
Faxtips ........................................................................................................................................................... 44
Faxinstellingen ............................................................................................................................................... 45
Hoofdstuk 5: FTP .............................................................................................................. 47
Het FTP-adres invoeren ................................................................................................................................47
Een snelkoppelingsnummer gebruiken ..........................................................................................................47
Het adresboek gebruiken ...............................................................................................................................48
Snelkoppelingen maken ................................................................................................................................48
FTP-opties .....................................................................................................................................................49
FTP-tips .........................................................................................................................................................50
Hoofdstuk 6: Scannen naar een pc of een apparaat met USB-flashgeheugen ........... 51
Een profiel voor Scannen naar PC maken ....................................................................................................51
Opties voor Scannen naar PC .......................................................................................................................52
Scannen naar een apparaat met USB-flashgeheugen ..................................................................................53
Scantips .........................................................................................................................................................53
Hoofdstuk 7: Afdrukken ................................................................................................... 54
Afdruktaak naar de printer sturen ..................................................................................................................54
Afdrukken vanaf een apparaat met USB-flashgeheugen ..............................................................................54
Afdruktaak annuleren .....................................................................................................................................56
Pagina met menu-instellingen afdrukken .......................................................................................................57
Pagina met netwerkinstellingen afdrukken ....................................................................................................57
Een lijst met voorbeelden van lettertypen afdrukken .....................................................................................58
Een directorylijst afdrukken ............................................................................................................................58
Vertrouwelijke taken en wachttaken afdrukken ..............................................................................................58
Afdrukken op bijzonder afdrukmateriaal ........................................................................................................61
5
Inhoudsopgave
Standaardladen of optionele laden voor 500 vel vullen ................................................................................. 62
De papiersoort en het papierformaat instellen ...............................................................................................65
De universeellader vullen ..............................................................................................................................66
De laden voor 2000 vel met dubbele invoer vullen ........................................................................................69
De hoge-capaciteitslader voor 2000 vel vullen ..............................................................................................70
Afdrukmateriaal van Letter- of A4-formaat met de korte zijde naar voren vullen ...........................................72
Laden koppelen .............................................................................................................................................73
Uitvoerladen herkennen en koppelen ............................................................................................................74
Hoofdstuk 8: Richtlijnen voor papier en speciaal afdrukmateriaal .............................. 75
Ondersteund afdrukmateriaal ........................................................................................................................75
Afdrukmateriaal kiezen .................................................................................................................................. 82
Afdrukmateriaal bewaren ...............................................................................................................................87
Papierstoringen voorkomen ...........................................................................................................................88
Hoofdstuk 9: Installatieaccessoires ................................................................................ 89
Toegang krijgen tot de systeemkaart van de MFP ........................................................................................90
Geheugenkaart installeren .............................................................................................................................92
Een flashgeheugenkaart of firmwarekaart installeren .................................................................................... 93
Een optionele kaart installeren ......................................................................................................................94
De beschermplaat terugplaatsen ...................................................................................................................95
Hoofdstuk 10: De printer onderhouden .......................................................................... 96
Status van supplies vaststellen ......................................................................................................................97
Zuinig omgaan met supplies ..........................................................................................................................98
Supplies bestellen .......................................................................................................................................... 98
De flatbed en de beschermplaat reinigen ....................................................................................................100
Hoofdstuk 11: Storingen verhelpen .............................................................................. 101
Storingen identificeren .................................................................................................................................101
Toegangskleppen en laden .........................................................................................................................102
Informatie over storingsnummers ................................................................................................................103
Vastgelopen papier verwijderen ..................................................................................................................103
Nietjesstoringen verhelpen ..........................................................................................................................123
ADF-storingen verhelpen ............................................................................................................................. 125
Hoofdstuk 12: Beheerdersondersteuning .................................................................... 127
Helderheid op het bedieningspaneel aanpassen .........................................................................................127
De fabriekswaarden herstellen ....................................................................................................................127
Schermtime-out aanpassen .........................................................................................................................128
Spaarstand aanpassen ................................................................................................................................128
De MFP configureren ...................................................................................................................................128
De vaste schijf coderen ...............................................................................................................................134
Vaste schijf wissen ......................................................................................................................................135
De functie Beperkte serverlijst gebruiken ....................................................................................................136
6
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 13: Problemen oplossen .............................................................................. 137
Informatie over berichten op de MFP ..........................................................................................................137
On line technische ondersteuning ............................................................................................................... 137
Controlepunten als MFP niet reageert ......................................................................................................... 137
Meertalige PDF's afdrukken .........................................................................................................................137
Problemen met de printer oplossen .............................................................................................................138
Problemen met de kopieerkwaliteit oplossen ...............................................................................................140
Problemen met de scankwaliteit oplossen ...................................................................................................140
Problemen met de faxkwaliteit oplossen ......................................................................................................141
Problemen met accessoires oplossen .........................................................................................................141
Problemen met de papierinvoer oplossen ...................................................................................................143
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen. ...............................................................................................144
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ................................................................................................145
Hoofdstuk 14: Kennisgevingen ..................................................................................... 149
Conventies ...................................................................................................................................................149
Kennisgeving over elektronische emissie .................................................................................................... 149
Overige kennisgevingen over telecommunicatie .........................................................................................154
Richtlijn WEEE (AEEA) betreffende het afdanken van elektrische en elektronische apparaten .................156
Waarschuwingsetiket voor de laser .............................................................................................................157
Index .................................................................................................................................. 158
7
1

Algemene informatie

Functies en onderdelen van de MFP

Raadpleeg Accessoires installeren en verwijderen of de instructies die bij de accessoire zijn geleverd voor meer informatie over het installeren van invoeraccessoires.
VOORZICHTIG: De
VOORZICHTIG: Schakel tijdens onweer dit product niet in en sluit geen elektrische kabels of stroomkabels
aan, zoals het netsnoer of een telefoonkabel.
MFP weegt ongeveer 70 kg. De MFP dient door ten minste vier personen te worden opgetild
.

De scanner gebruiken

Basisfuncties van de scanner

De MFP is speciaal bedoeld voor grote werkgroepen en biedt mogelijkheden voor kopiëren, faxen en scannen naar netwerk. Met de MFP kunt u:
Snel kopieën maken en specifieke kopieertaken uitvoeren door de instellingen op het bedieningspaneel aan te passen.
Uitgaande faxen versturen met behulp van het bedieningspaneel van de MFP.
Een uitgaande fax tegelijkertijd naar meerdere geadresseerden versturen.
Documenten scannen en deze naar een computer, e-mailadres of FTP-locatie verzenden.
Documenten scannen en deze naar een andere printer verzenden (PDF's gaan via een FTP-server).
Algemene informatie
8
Algemene informatie

Automatische documentinvoer en flatbed

Opmerking: Kleurendocumenten kunnen worden gescand naar een pc, e-mailadres of een FTP-locatie.
Met de ADF kunt u meerdere pagina's scannen, inclusief dubbelzijdig afgedrukte pagina's. De automatische documentinvoer gebruiken:
Plaats het papier met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
Plaats maximaal 75 vellen normaal papier in de invoerlade van de ADF.
Scan afdrukmateriaal van 139,7 x 210 mm tot 297 x 432 mm.
Scan taken met verschillende paginagroottes (Letter en Legal).
Scan afdrukmateriaal met een gewicht van 38 tot 128 g/m
Opmerking: Kleurendocumenten kunnen worden gescand naar een pc, e-mailadres of een FTP-locatie.
Kopieer documenten en druk ze af in 600 dpi.
Opmerking: Deze MFP drukt alleen af in het grijs en het zwart en dus niet in kleur.
De flatbed kan worden gebruikt voor het scannen en kopiëren van enkele of boekpagina's. De flatbed gebruiken:
Plaats het document links achterin de hoek.
Scan of kopieer afdrukmateriaal tot 297 x 432 mm.
Kopieer boeken met een dikte van maximaal 25,3 mm.
Kopieer documenten en druk ze af in 600 dpi.
Deze MFP drukt alleen af in het grijs en het zwart en dus niet in kleur.
2
.

Geconfigureerde modellen

In de volgende afbeeldingen ziet u een standaard-MFP en een MFP met een duplexeenheid en een lader voor 500 vel. Er zijn aanvullende verwerkingsaccessoires voor afdrukmateriaal verkrijgbaar.
Standaard
Scanner
Bedieningspaneel
Standaarduitvoerlade
Duplexeenheid
Universeellader
Lade 1 (geïntegreerde lade of standaardlade)
Lade 2
Lade 3
Lade 4
Volledige configuratie
Finisher
Hoge-capaciteitslader
Geconfigureerde modellen
9
Algemene informatie

Informatie over het bedieningspaneel van de MFP

De instellingen van de MFP en de scanner kunnen op verschillende manieren worden gewijzigd: via het bedieningspaneel van de MFP, de softwaretoepassing die u op dat moment gebruikt, het printerstuurprogramma, MarkVision™ Professional of webpagina's. Als u de instellingen wijzigt via de toepassing die u op dat moment gebruikt of via het printerstuurprogramma, zijn de wijzigingen alleen van toepassing op de taak die naar de MFP wordt verzonden.
De wijzigingen die u via een toepassing aanbrengt in de instellingen voor afdrukken, faxen, kopiëren en e-mail hebben voorrang boven de wijzigingen die worden aangebracht via het bedieningspaneel.
Als een instelling niet via een toepassing kan worden gewijzigd, kunt u het bedieningspaneel van de MFP, MarkVision Professional of de webpagina's gebruiken. Als u een instelling wijzigt via het bedieningspaneel van de MFP, MarkVision Professional of de webpagina's, wordt de gewijzigde instelling de nieuwe standaardinstelling.
Het bedieningspaneel van de MFP bestaat uit:
1
10
2
3
4
5
7
11
8
6
9
Nummer Onderdeel Functie
1 LCD LCD-scherm (Liquid Crystal Display) waarop beginschermknoppen,
2 Indicatielampje Geeft met behulp van de kleuren rood en groen de status van de
menu's, menu-items en waarden worden weergegeven. U kunt hier selecties opgeven binnen de functies Kopiëren, Faxen, enz.
MFP weer.
Status Betekenis
Uit De MFP is uitgeschakeld.
Knippert groen De MFP is bezig met opwarmen, het
verwerken van gegevens of het afdrukken van gegevens.
Brandt groen De MFP staat aan, maar is niet actief.
Brandt rood Ingrijpen van operator is vereist.
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP
10
Algemene informatie
Nummer Onderdeel Functie
3 0–9
Opmerking: Wordt het
numerieke toetsenblok genoemd.
4 # (Hekje) Druk op deze knop:
5 Kiespauze Druk op deze knop om bij het kiezen van een faxnummer een
6 Alles wissen Druk op deze knop om alle instellingen voor een scherm terug te
7 Start Druk op deze knop om de huidige taak op het bedieningspaneel te
Gebruik deze knoppen om cijfers in te voeren als op het LCD­scherm een veld wordt weergegeven waarin u nummers moet opgeven. Gebruik deze knoppen ook om telefoon- en faxnummers te kiezen.
Opmerking: Als u in het beginscherm op een van deze knoppen drukt zonder eerst op de knop # te drukken, wordt het menu Kopiëren geopend en het aantal te kopiëren exemplaren gewijzigd.
• Voor de identifier van een snelkoppeling
• In telefoonnummers. Voor faxnummers met een #, voert u dit teken tweemaal in, dus ##.
• Vanuit het beginscherm of de lijsten met faxbestemmingen, e-mailbestemmingen of profielen voor toegang tot de snelkoppelingen
kiespauze van twee of drie seconden in te lassen. De knop werkt alleen in het menu Fax en samen met faxfuncties.
Vanuit het beginscherm kunt u met deze knop een faxnummer opnieuw kiezen.
U hoort een alarmsignaal als u op deze knop drukt buiten het faxmenu, een faxfunctie of het beginscherm om.
Bij het verzenden van een fax wordt een druk op de knop Kiespauze in het veld Faxen naar: weergegeven door middel van een komma (,).
zetten op de fabriekswaarden en daarna terug te keren naar het beginscherm van de MFP.
In de menu's voor functies als Kopiëren, Faxen, E-mail en FTP worden alle instellingen volgens de standaardwaarden hersteld en keert u vervolgens terug naar het beginscherm van de MFP.
In andere menu's in de stand Gereed annuleert u hiermee alle wijzigingen die nog niet zijn opgeslagen en keert u vervolgens terug naar het beginscherm van de MFP.
starten. Druk in het beginscherm op deze knop om een kopieertaak met de
standaardinstellingen te starten. Deze knop heeft geen functie als het apparaat bezig is met scannen.
8 Stop Druk op deze knop om te stoppen met afdrukken of scannen.
Tijdens een scantaak zal de scanner eerst de actieve pagina voltooien en vervolgens stoppen. Dit betekent dat er papier in de ADF kan achterblijven.
Bij een afdruktaak wordt het afdrukmateriaal uit de papierbaan verwijderd voordat er wordt gestopt met afdrukken.
Tijdens dit proces wordt het bericht Stoppen weergegeven op het bedieningspaneel.
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP
11
Algemene informatie
Nummer Onderdeel Functie
9 Backspace Druk in het menu Kopiëren (toegankelijk via de knop Kopiëren) op
10 Asterisk (*) * wordt gebruikt als onderdeel van een faxnummer of als een
11 USB Direct-interface U kunt een apparaat met een USB-flashgeheugen aansluiten
Backspace om het meest rechtse cijfer van het aantal te kopiëren
exemplaren te verwijderen. De standaardwaarde 1 wordt weergegeven als het hele getal wordt verwijderd door meerdere keren op Backspace te drukken.
Druk in de faxbestemmingslijst op Backspace om het meest rechtse cijfer van een getal handmatig te verwijderen. Het drukken op deze knop verwijdert ook een hele snelkoppeling. Als een hele regel eenmaal is verwijderd, drukt u nogmaals op Backspace om naar de regel daarboven te gaan.
Druk in de e-mailbestemmingslijst op Backspace om het teken links van de cursor te verwijderen. Als dit een snelkoppeling is, wordt deze in zijn geheel verwijderd.
alfanumeriek teken.
op de USB Direct-interface en documenten met de volgende bestandsindelingen afdrukken: Portable Document Format (PDF) [.pdf-bestand], Joint Photographic Experts Group (JPEG) [.jpeg- of .jpg-bestand], Tagged Image File Format (TIFF) [.tiff- of .tif-bestand], Graphics Interchange Format (GIF) [.gif-bestand], Basic Multilingual Plane (BMP) [.bmp-bestand], Portable Network Graphics (PNG) [.png-bestand], PiCture eXchange (PCX) [.pcx-bestand] en PC Paintbrush File Format [.dcx-bestand].
Met de USB Direct-interface kunt u ook documenten scannen naar een apparaat met een USB-flashgeheugen. U kunt hiervoor de bestandsindelingen PDF, TIFF of JPEG gebruiken.
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP
12
Algemene informatie

Beginscherm en knoppen in het beginscherm

Nadat de MFP is ingeschakeld en een korte opwarmperiode heeft doorlopen, wordt op het LCD-display een beginscherm (zie onderstaand voorbeeld) weergegeven. Gebruik de beginschermknoppen voor het uitvoeren van acties zoals kopiëren, faxen, scannen, het openen van het menuscherm of het beantwoorden van berichten.
Kopiëren
Faxen
FTP
Status/ supplies
Nummer Knop Functie
1 Kopiëren Raak deze knop aan voor toegang tot het menu Kopiëren.
2 E-mail Raak deze knop aan voor toegang tot het menu E-mail. U kunt een
3 Menu's (Op de knop wordt een
sleutel weergegeven.)
4 Statusbalk Geeft de actuele status (zoals Gereed of Bezig) van de MFP weer.
Gereed. Toner bijna op. Raak een willekeurige knop
aan om te beginnen.
Als het beginscherm wordt weergegeven, kunt u ook op een cijfertoets drukken om het menu Kopiëren weer te geven.
document rechtstreeks naar een e-mailadres scannen.
Raak deze knop aan om de menu's weer te geven. Deze menu's zijn alleen beschikbaar als de MFP in de werkstand Gereed staat.
De knop Menu's bevindt zich op een grijze balk, ook wel navigatiebalk genoemd. De andere knoppen op deze balk komen hieronder aan de orde.
Geeft omstandigheden (zoals Toner bijna op) van de MFP weer. Geeft interventieberichten weer. Deze bevatten instructies die de
gebruiker dient uit te voeren om de verwerking door de MFP voort te zetten, zoals Sluit klep of Plaats tonercartridge.
E-mail
Menu's
5 Status/supplies Wordt op het LCD-display weergegeven wanneer de MFP-status een
6 ? (Tips) In alle menu's is de knop Tips aanwezig. Tips is de contextgevoelige
verzoek tot interventie bevat. Raak deze knop aan om het berichtenscherm te openen voor meer informatie over het bericht en de manier waarop u dit kunt wissen.
Help-functie in de aanraakschermen op het LCD-display.
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP
13
Algemene informatie
Nummer Knop Functie
7 FTP Raak deze knop aan voor toegang tot de menu's van de functie FTP
8 Faxen Raak deze knop aan voor toegang tot de menu's van de functie Faxen.
Er kunnen ook nog andere knoppen worden weergegeven op het beginscherm. Dit zijn:
Knop Naam van de knop Functie
Faxen in wachtrij vrijgeven (in de handmatige modus Faxen in wachtrij)
Taken in wacht zoeken
Taken in wacht Hiermee kunt u een scherm met alle containers met in de wacht
(File Transfer Protocol). U kunt een document rechtstreeks naar een FTP-site scannen.
Er bevinden zich faxen in de wachtrij waarvoor een geplande wachttijd is ingesteld. Raak deze knop aan om de lijst met faxen in de wachtrij weer te geven.
Hiermee kunt u taken zoeken en weergeven op basis van de volgende criteria:
• Gebruikersnamen voor in de wacht geplaatste of vertrouwelijke afdruktaken
• Namen voor taken in wacht, exclusief vertrouwelijke afdruktaken
• Profielnamen
• Bladwijzercontainers of taaknamen
• USB-containers of taaknamen, alleen voor ondersteunde extensies
geplaatste taken openen.
Apparaat vergrendelen
Deze knop wordt op het scherm weergegeven wanneer de MFP ontgrendeld is en de PIN voor apparaatvergrendeling niet nul of leeg is.
U kunt de MFP als volgt vergrendelen: 1 Raak Apparaat vergrendelen aan om een scherm voor invoer van
de PIN te openen.
2 Voer de correcte PIN in om het bedieningspaneel te vergrendelen.
Hierdoor worden zowel de knoppen van het bedieningspaneel als de knoppen van het aanraakscherm vergrendeld.
Nadat het bedieningspaneel is vergrendeld, wordt het scherm voor invoer van de PIN leeggemaakt en wordt de knop Apparaat vergrendelen vervangen door de knop Apparaat ontgrendelen.
Opmerking: Als er een ongeldige PIN wordt ingevoerd, wordt Ongeldige pincode weergegeven en verschijnt er een pop­upscherm met de knop Doorgaan. Raak Doorgaan aan. U keert terug naar het beginscherm waarin de knop Apparaat vergrendelen opnieuw wordt weergegeven.
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP
14
Algemene informatie
Knop Naam van de knop Functie
Take n annuleren
Apparaat ontgrendelen
Taken annuleren Met deze knop opent u het scherm Taken annuleren. Op het scherm
Deze knop wordt op het scherm weergegeven wanneer de MFP is vergrendeld. Als deze knop wordt weergegeven, kunnen de knoppen en snelkoppelingen van het bedieningspaneel niet worden gebruikt en kunnen er geen standaardkopieerbewerkingen worden gestart.
U kunt de MFP als volgt ontgrendelen: 1 Raak Apparaat ontgrendelen aan om een scherm voor invoer van
de PIN te openen.
2 Voer de correcte PIN in om het numerieke toetsenblok (0–9) en de
knop Backspace op het bedieningspaneel te ontgrendelen.
Opmerking: Als er een ongeldige PIN wordt ingevoerd, wordt Ongeldige pincode weergegeven en verschijnt er een pop­upscherm met de knop Doorgaan. Raak Doorgaan aan. U keert terug naar het beginscherm waarin de knop Apparaat ontgrendelen opnieuw wordt weergegeven.
Taken annuleren kunnen onder de koppen Afdrukken, Faxen en Netwerk de volgende items worden weergegeven:
•Afdruktaak
• Kopieertaak
• Faxen
•Profiel
• FTP
• E-mailverzending
In de kolom onder elke kop wordt een lijst met taken weergegeven. In elke kolom kunnen slechts drie taken per scherm worden weergegeven. De taken worden in de vorm van een knop weergegeven. Als er meer dan drie taken in een kolom aanwezig zijn, wordt onder aan de kolom een pijl omlaag weergegeven. Telkens wanneer u de pijl omlaag aanraakt, bladert u één taak verder omlaag in de lijst. Als er meer dan drie taken zijn, wordt boven aan de kolom een pijl omhoog weergegeven zodra u de vierde taak in de lijst hebt bereikt. Zie Informatie over de knoppen op het aanraakscherm voor illustraties van de knoppen Pijl omhoog en Pijl omlaag.
Als u een taak wilt annuleren, volgt u de instructies in de Afdruktaak annuleren.
Informatie over het bedieningspaneel van de MFP
15
Algemene informatie

Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken

Het volgende gedeelte biedt informatie over het navigeren door de verschillende schermen. Het gebruik van de knoppen zal aan de hand van enkele knoppen worden gedemonstreerd.

Voorbeeldscherm 1

Kopiëren van
Letter (8,5 x 11 inch)
Kopiëren naar
Letter (8,5 x 11 inch) Normaal papier
Schalen
Auto
(100%)
Intensiteit
Scan via
ADF
Zijden (Duplex)
Staand 1-zijdig naar 1-zijdig
Inhoud
Tekst Tekst/foto
Foto
Scan via
flatbed
Afgedrukte
afbeelding
Terug

Informatie over de knoppen op het aanraakscherm

Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Knop Selecteren Raak de knop Selecteren aan om een volgend scherm met extra items
Knop Aflopend naar links bladeren
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
weer te geven. Op het eerste scherm wordt de standaardinstelling weergegeven. Nadat u de knop Selecteren hebt aangeraakt en het volgende scherm wordt weergegeven, kunt een ander item op het scherm aanraken om de standaardinstelling te wijzigen.
Raak de knop Aflopend naar links bladeren aan om in aflopende volgorde naar een andere waarde te bladeren.
16
Algemene informatie
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Scan via
ADF
Knop Oplopend naar rechts bladeren
Knop Pijl naar links Raak de knop Pijl naar links aan om naar links te bladeren en:
Knop Pijl naar rechts Raak de knop Pijl naar rechts aan om naar rechts te bladeren en:
Scan via ADF Scan via flatbed
Indienen Een groene knop geeft een keuze aan. Als er een andere waarde in een
Raak de knop Oplopend naar rechts bladeren aan om in oplopende volgorde naar een andere waarde te bladeren.
• naar een lagere weergegeven waarde te gaan;
• de inhoud van een tekstveld aan de linkerkant te zien.
• naar een hogere weergegeven waarde te gaan;
• de inhoud van een tekstveld aan de rechterkant te zien.
Deze beide opties op de grijze navigatiebalk geven aan dat er twee soorten scans mogelijk zijn. Er kan vanuit de ADF of vanaf de flatbed (glasplaat) worden gescand.
menu-item wordt aangeraakt, moet deze eerst worden opgeslagen voordat deze de standaardinstelling van de huidige gebruiker wordt. Raak Indienen aan om de waarde als de nieuwe standaardinstelling van de gebruiker op te slaan.
Scan via flatbed
Ter ug
Ter ug
Indienen
Terug Als de knop Teru g deze vorm heeft, zijn er geen andere navigatieopties op
het scherm beschikbaar dan de optie om terug te gaan. Als er een andere keuze op de navigatiebalk wordt gemaakt, wordt het scherm gesloten.
In Voorbeeldscherm 1 bijvoorbeeld zijn alle keuzes voor het scannen gemaakt. In dat geval moet een van de voorgaande groene knoppen worden aangeraakt. De enige andere beschikbare knop is de knop Terug. Raak Terug aan om naar het vorige scherm te gaan. Alle instellingen die in Voorbeeldscherm 1 voor de scantaak zijn opgegeven, gaan verloren.
Terug Als de knop Terug deze vorm heeft, kan er zowel voorwaarts als
achterwaarts op het scherm worden genavigeerd, zodat er naast de optie Teru g ook nog andere opties op het scherm beschikbaar zijn.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
17

Voorbeeldscherm 2

Onbekend papierformaat. Kopiëren vanuit:
Letter (8,5 x 11 inch)
Legal (8,5 x 14 inch)
Executive (7,25 x 10,5 inch)
Folio (8,5 x 13 inch)
Statement (5,5 x 8,5 inch)
A4 (210 x 297 mm)
Algemene informatie

Informatie over de knoppen op het aanraakscherm

Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Pijl omlaag Raak de pijl omlaag aan om omlaag te bladeren naar het volgende
Pijl omhoog Raak de pijl omhoog aan om omhoog te bladeren naar het volgende
Niet-geselecteerd keuzerondje
item in een lijst, zoals in een lijst met menu-items of waarden. De pijl omlaag wordt niet weergegeven op een scherm met een korte lijst. De pijl verschijnt alleen als de lijst te lang is om volledig op het scherm te worden weergegeven. Op het laatste scherm van de lijst is de pijl omlaag grijs om aan te geven dat deze niet actief is omdat het einde van de lijst is bereikt.
item in een lijst, zoals in een lijst met menu-items of waarden. Op het eerste scherm van een lange lijst is de pijl omhoog grijs om aan te geven dat deze niet actief is. Op het tweede scherm van de lijst is de pijl omhoog blauw om aan te geven dat deze nu wel actief is.
Dit is een niet-geselecteerd keuzerondje.
Taak annuleren
Doorgaan
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
18
Algemene informatie
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Taak annuleren
Doorgaan
Geselecteerd keuzerondje Dit is een geselecteerd keuzerondje. Raak het keuzerondje aan om
Taak annuleren Raadpleeg Taken annuleren.
Doorgaan Raak Doorgaan aan nadat u een menu-item of waarde op een scherm
dit te selecteren. Het keuzerondje verandert van kleur om aan te geven dat het geselecteerd is. In Voorbeeldscherm 2 is alleen het papierformaat Letter geselecteerd.
hebt geselecteerd en u vanuit het oorspronkelijke scherm nog meer wijzigingen voor een taak wilt opgeven. Nadat u Doorgaan hebt aangeraakt, wordt het oorspronkelijke scherm weergegeven.
Als u bijvoorbeeld scherm Kopiëren weergegeven. Zie volgende voorbeeld wordt aangegeven hoe de knop Doorgaan reageert.
1 Raak de knop Selecteren bij het vak Kopiëren naar aan.
Hierdoor wordt een ander scherm weergegeven.
2
Raak
U-lader
3 Raak Legal aan. Hierdoor wordt een ander scherm weergegeven. 4
Raak
Vo l ge n de
5 Raak Normaal papier aan als de benodigde soort
afdrukmateriaal.
6 Raak Doorgaan aan. Het scherm Kopiëren wordt opnieuw
weergegeven. Hierin kunt u behalve Kopiëren naar nog een aantal andere instellingen selecteren. Deze andere instellingen op het scherm Kopiëren zijn Duplex, Schalen, Intensiteit, Sorteren en Exemplaren.
Raak Doorgaan aan om naar het oorspronkelijke scherm terug te gaan en eventuele andere wijzigingen in de instellingen voor de kopieertaak aan te brengen voordat u de knop Kopiëren aanraakt om de taak te starten.
Kopiëren
aan. Hierdoor wordt een ander scherm weergegeven.
aan. Hierdoor wordt een ander scherm weergegeven.
op het beginscherm aanraakt, wordt het
Voorbeeldscherm 1
. In het

Andere knoppen op het aanraakscherm

Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Aangepast Biedt de mogelijkheid om een knop Aangepast te maken op
Annuleren Raak Annuleren aan om een actie of selectie te annuleren.
Annuleren
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
basis van de behoeften van de gebruiker.
Raak Annuleren verder aan om een scherm te annuleren en naar het vorige scherm terug te keren.
19
Algemene informatie
Knop Naam van de knop Functie of beschrijving
Gereed
Ter ug
Selecteren Raak deze knop aan om een menu te selecteren. Het volgende
scherm met menu-items wordt weergegeven. Raak deze knop aan om een menu-item te selecteren.
Het volgende scherm met waarden wordt weergegeven.
Gereed Geeft aan dat een taak voltooid is. Wanneer u bijvoorbeeld een
origineel document scant, kunt u hiermee aangeven dat de laatste pagina is gescand, waarna de afdruktaak begint.
Terug Raak de knop Terug aan om naar het vorige scherm terug te
gaan. De instellingen die zijn aangebracht op het scherm waarop de knop is aangeraakt, worden niet opgeslagen. De knop Terug wordt op elk menuscherm weergegeven. Alleen op het beginscherm is de knop afwezig.
Beginscherm Raak de knop Beginscherm aan om naar het beginscherm
terug te gaan. De knop Beginscherm wordt op elk scherm weergegeven. Alleen op het beginscherm zelf is de knop afwezig. Raadpleeg de Beginscherm en knoppen in het beginscherm voor meer informatie.
Grijs weergegeven knop Bij een dergelijke knop zijn het uiterlijk en opschrift van de
knop vaag gemaakt. Hiermee wordt aangegeven dat de knop op dit scherm niet actief of niet beschikbaar is. De knop was op het vorige scherm waarschijnlijk wel actief, maar is door de selecties die op het vorige scherm zijn gemaakt, op het huidige scherm niet meer beschikbaar.
Grijze knop Raak deze knop aan om de actie van het knopopschrift te
selecteren.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
20
Algemene informatie

Functies

Functie Naam van de functie Beschrijving
Menu's
Æ Instellingen Æ Kopieerinstellingen
Æ Aantal
exemplaren
Menupad Boven in elk menuscherm wordt een pad weergegeven.
Dit toont de route naar het betreffende scherm en de exacte locatie binnen de menu's. U kunt elk onderstreept woord aanraken om naar het betreffende menu of menu­item terug te gaan. "Aantal exemplaren" is niet onderstreept, aangezien dit het actieve scherm is.
Als deze functie op het scherm Aantal exemplaren wordt gebruikt voordat het aantal exemplaren is ingesteld en opgeslagen, wordt de selectie niet opgeslagen en wordt dit niet de standaardinstelling van de gebruiker.
Waarschuwing interventiebericht Als er een interventiebericht wordt weergegeven
waardoor een functie als Kopiëren of Faxen wordt afgesloten, verschijnt er een knipperend rood uitroepteken op de functieknop op het beginscherm. Dit geeft aan dat er een interventiebericht aanwezig is.
Knoppen op het aanraakscherm van het LCD-display gebruiken
21
Algemene informatie

Menu's

Er is een aantal menu's waarmee op eenvoudige wijze MFP-instellingen en rapporten kunnen worden gewijzigd. Raak de knop Menu's rechtsonder in het beginscherm aan als u de menu's en instellingen wilt weergeven.
Als u een waarde of instelling selecteert en opslaat, wordt deze in het geheugen van de MFP opgeslagen. Nadat ze zijn opgeslagen, blijven deze instellingen actief totdat nieuwe instellingen worden opgeslagen of de fabrieksinstellingen worden hersteld.
Opmerking:
In het onderstaande diagram wordt een overzicht gegeven van de menu's en items die beschikbaar zijn in het aanraakmenu. Raadpleeg de Handleiding voor menu's en berichten op de cd met software en documentatie voor meer informatie over menu's en menu-items.
Instellingen voor het faxen, scannen, e-mailen en kopiëren, evenals instellingen voor het afdrukken vanuit een toepassing hebben voorrang boven de instellingen die zijn geselecteerd op het bedieningspaneel.
Menu Papier
Rapporten
Netwerk/poorten
Instellingen
Snelkoppelingen beheren
Aanraakscherm kalibreren
?
Terug
Menu Papier
Standaardinvoerlade Papierformaat/-soort Configuratie U-lader Ander formaat Papierstructuur Papiergewicht Papier plaatsen Aangepaste soorten Aangepaste namen Aangepaste ladenamen Universal-instelling Lade-instelling
Snelkoppelingen beheren
Faxsnelkoppelingen beheren E-mailsnelkoppelingen beheren FTP-snelkoppelingen beheren Profielsnelkoppelingen beheren
Rapporten
Pagina Menu-instellingen Apparaatstatistieken Pagina Netwerkinstellingen Snelkoppelingenlijst Faxtaaklog Kieslog faxnummers E-mailsnelkoppelingen Faxsnelkoppelingen FTP-snelkoppelingen Profielenlijst Pagina NetWare-instellingen Lettertypen afdrukken Directory afdrukken
Netwerk/poorten
TCP/IP IPv6 Instellingen e-mailserver Adresboekinstellingen Draadloos Standaardnetwerk Netwerk < x> Standaard USB USB <x> Standaard parallel Parallel <x> Standaard serieel Serieel <x> NetWare AppleTalk LexLink
Menu's
22
Instellingen
Algemene instellingen Kopieerinstellingen Faxinstellingen E-mailinstellingen FTP-instellingen Afdrukinstellingen Beveiliging Datum en tijd instellen
Help
Alle handleidingen afdrukken Helpgids kopiëren Helpgids e-mail Helpgids faxen Helpgids FTP Handleiding met informatie Handleiding voor afdrukstoringen Handleiding voor supplies
2
Kopiëren
U kunt de volgende onderwerpen met betrekking tot kopiëren vinden in dit hoofdstuk en andere hoofdstukken.
Snel kopiëren Kopieën verkleinen en vergroten
Meerdere pagina's kopiëren Kopieerkwaliteit aanpassen
De flatbed gebruiken Sorteeropties instellen
Kopieerschermen en kopieeropties Scheidingsvellen invoegen tussen exemplaren
Van het ene formaat naar het andere kopiëren Opties voor papierbesparing instellen
Transparanten maken De datum en tijd boven aan elke pagina afdrukken
Kopiëren op briefhoofdpapier Een overlay-bericht boven aan elke pagina afdrukken
Foto's kopiëren Een aangepaste taak maken (taak samenstellen)
Kopieën maken op afdrukmateriaal uit een bepaalde lade Kopieertaak annuleren
Originelen van gemengde formaten kopiëren Kopieertips
De optie voor duplex instellen Problemen met de kopieerkwaliteit oplossen
Snel kopiëren
1 Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF of met de bedrukte zijde naar beneden op de
flatbed (glasplaat). Pas de papiergeleiders aan als u de ADF gebruikt.
2 Druk op Start op het numerieke toetsenblok.
Als u een LDSS-profiel hebt geïnstalleerd, wordt er mogelijk een foutmelding weergegeven als
u snel wilt kopiëren. Neem contact op met uw systeembeheerder voor toegang.
Meerdere pagina's kopiëren
1 Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF of met de bedrukte zijde naar beneden op de
flatbed (glasplaat). Pas de papiergeleiders aan als u de ADF gebruikt.
2 Raak Kopiëren aan op het beginscherm of gebruik het numerieke toetsenblok om aan te geven hoeveel kopieën
u wilt maken. Als u Kopiëren hebt aangeraakt of het aantal kopieën hebt ingevoerd, wordt automatisch het aanraakscherm voor
het kopieerinstellingenmenu weergegeven.
3 Pas de kopieeropties naar wens aan. 4 Raak Kopiëren aan.
Kopiëren
23
Kopiëren
De flatbed gebruiken
De flatbed gebruiken om te kopiëren:
1 Open de klep. 2 Leg het document met de bedrukte zijde naar beneden op de flatbed. 3 Sluit de klep. 4 Raak Kopiëren aan op het beginscherm of Start op het numerieke toetsenblok.
Als u Kopiëren hebt aangeraakt, gaat u verder met stap 5. Als u Start hebt aangeraakt, gaat u verder met stap 8.
5 Voer het gewenste aantal exemplaren in. 6 Pas de kopieeropties naar wens aan. 7 Raak Kopiëren aan. 8 Raak Volgende pagina scannen aan als u meerdere pagina's wilt scannen of raak Taak voltooien aan als u wilt
stoppen. Als u Taak voltooien aanraakt, wordt het scherm voor kopiëren weer weergegeven.
9 Raak Beginscherm aan als u klaar bent.
Kopieerschermen en kopieeropties
Kopiëren van: hiermee opent u een scherm waarin u het formaat kunt invoeren van de documenten die u gaat kopiëren.
Als u een van de pictogrammen voor papierformaat aanraakt, wordt dat formaat uw selectie en keert u terug naar
het scherm Kopieeropties.
Als Origineel formaat is ingesteld op Gemengde formaten, kunt u verschillende formaten originelen scannen. De scans worden automatisch passend gemaakt voor het geselecteerde afdrukformaat.
Kopiëren naar: hiermee opent u een scherm waarin u het formaat en de papiersoort kunt invoeren waarop uw kopieën worden afgedrukt.
Als u een van de pictogrammen voor papierformaat aanraakt, wordt dat formaat uw selectie en keert u terug naar het scherm Kopieeropties.
Als het formaat onder Kopiëren van verschilt van het formaat onder Kopiëren naar, maakt de MFP de kopie automatisch passend voor het afdrukmateriaal.
Als u wilt kopiëren op een speciaal soort of formaat papier dat normaal gesproken niet wordt gebruikt in de papierladen van de MFP, kunt u U-lader selecteren en het gewenste papier handmatig door de U-lader voeren.
Als u Automatisch overeenkomen gebruikt, maakt de MFP de kopie automatisch passend voor het formaat van het origineel dat u hebt opgegeven in het veld Kopiëren van. Als geen van de papierladen een overeenkomstig papierformaat bevat, wordt de kopie passend gemaakt voor het aanwezige afdrukmateriaal.
Schalen: hiermee wordt een afbeelding van uw kopie gemaakt op een evenredige schaal tussen 25% en 400%. De schaling kan ook automatisch worden ingesteld.
Als u van het ene formaat naar het andere wilt kopiëren, bijvoorbeeld van Legal-formaat naar Letter-formaat, wordt de schaal automatisch gewijzigd wanneer u de papierformaten instelt in Kopiëren van en Kopiëren naar, zodat alle gegevens op het origineel behouden blijven.
Als u de linkerpijl aanraakt, verlaagt u de waarde met 1%. Als u de rechterpijl aanraakt, verhoogt u de waarde met 1%.
Als u uw vinger langer op een pijl houdt, wordt de waarde verder verhoogd/verlaagd.
Als u uw vinger twee seconden op een pijl houdt, veranderen de waarden sneller.
Intensiteit: hiermee geeft u aan hoeveel lichter of donkerder dan het origineel de kopie moet worden.
De flatbed gebruiken
24
Kopiëren
Afgedrukte afbeelding: gebruik deze instelling om kopieën te maken van rasterfoto's of afbeeldingen zoals documenten
die zijn afgedrukt op een laserprinter of pagina's uit tijdschriften of kranten. Voor originelen die tekst, lijntekeningen en/of andere afbeeldingen bevatten, schakelt u Afgedrukte afbeelding uit.
Zijden (Duplex): hiermee maakt u 1-zijdige of 2-zijdige kopieën, 2-zijdige kopieën (dubbelzijdig, duplex) van 2-zijdige originelen, 2-zijdige kopieën van 1-zijdige originelen of 1-zijdige kopieën (enkelzijdig, simplex) van 2-zijdige originelen.
Sorteren:
Standaard is de instelling voor sorteren ingeschakeld. De kopieën worden gesorteerd als (1,2,3) (1,2,3) (1,2,3). Als u alle kopieën van elke pagina bij elkaar wilt houden, schakelt u Sorteren uit. De kopieën worden gesorteerd als (1,1,1) (2,2,2) (3,3,3).
Opties: hiermee opent u een scherm waarin u wijzigingen kunt aanbrengen in de instellingen voor Papierbesparing, Geavanceerde beeldverwerking, Scheidingsvellen, Margeverschuiving, Rand wissen, Datum-/tijdstempel, Overlay, Inhoud en Duplex geavanceerd.
hiermee houdt u de pagina's van een afdruktaak op volgorde als u meerdere exemplaren van het document afdrukt.
Papierbesparing: hiermee kunt u twee of meer vellen van een origineel afdrukken op één pagina. Papierbesparing wordt ook wel n per vel genoemd. De n staat voor nummer. Bij de instelling 2 per vel worden bijvoorbeeld twee pagina's van uw document op één pagina afgedrukt. Bij de instelling 4 per vel worden vier pagina's van uw document op één pagina afgedrukt. Als u op Paginaranden afdrukken drukt, maakt u de randen van de originelen wel of niet zichtbaar op de kopie.
Boekje maken: hiermee maakt u een serie gesorteerde kopieën, die in tweeën gevouwen een boekje vormen dat twee keer zo klein is als het origineel, en waarin de pagina's op volgorde liggen.
Opmerking: Als u Boekje maken wilt gebruiken, hebt u een duplexeenheid nodig.
Geavanceerde beeldverwerking: hiermee kunt u Achtergrond verwijderen, Contrast en Schaduwdetail
aanpassen voordat u gaat kopiëren.
Aangepaste taak (taak samenstellen): hiermee combineert u meerdere scanopdrachten tot één enkele opdracht.
Aangepaste taak wordt niet door alle modellen ondersteund.
Scheidingsvellen: hiermee plaatst u een leeg vel papier tussen de exemplaren van de kopieertaak.
Scheidingsvellen kunnen uit een lade worden gehaald waarin een ander soort papier zit of papier met een andere kleur dan dat voor uw kopieën.
Margeverschuiving: hiermee wordt de marge met de opgegeven afstand vergroot. Dit is handig voor het creëren van ruimte voor inbinden of perforeren. Gebruik de pijlen voor verhogen en verlagen om de gewenste marge in te stellen. Als de extra marge te ruim is, wordt de kopie bijgesneden.
Rand wissen: met deze functie verwijdert u vlekken of informatie rondom de randen van het document. U kunt een heel gebied langs alle zijden van het papier weghalen, of een bepaalde rand aangeven. Met Rand wissen wist u alles wat in het geselecteerde gebied ligt, zodat er niets wordt afgedrukt op dat gedeelte van het papier.
Datum-/tijdstempel: hiermee schakelt u de datum-/tijdstempel in en kunt u de datum en tijd boven aan elke pagina afdrukken.
•Overlay: hiermee maakt u een watermerk (of bericht) die over de inhoud van uw kopie komt te liggen. U hebt de keuze uit: Dringend, Vertrouwelijk, Kopie en Concept. Het woord dat u kiest wordt bijna transparant en met grote letters weergegeven over elke pagina.
Opmerking: Een aangepaste overlay kan worden gemaakt door de systeembeheerder. Er is dan een extra
pictogram voor dat bericht beschikbaar.
Inhoud: hiermee wordt de kopieerkwaliteit verbeterd. Kies Te k s t voor originelen die hoofdzakelijk bestaan uit tekst of lijnwerk. Kies Tek s t/ fo t o als het origineel tekst en afbeeldingen of foto's bevat. Kies Foto als het origineel een kwalitatief zeer goede foto of afdruk van een inkjetprinter is. Kies Afgedrukte afbeelding als u kopieën wilt maken van rasterfoto's of afbeeldingen zoals documenten die zijn afgedrukt op een laserprinter of pagina's uit tijdschriften of kranten.
Duplex geavanceerd: hiermee houdt u overzicht over hoeveel zijden uw origineel heeft en hoe het geplaatst is, en of uw origineel langs de lange of korte zijde is ingebonden.
Kopieerschermen en kopieeropties
25
Kopiëren
Van het ene formaat naar het andere kopiëren
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Kopiëren van: aan en selecteer het formaat van uw origineel.
Bijvoorbeeld: Legal.
5 Raak Kopiëren naar: aan en selecteer het gewenste formaat van de kopie.
Opmerking: Als het formaat verschilt van het formaat onder Kopiëren van, maakt de MFP de kopie automatisch
passend voor het afdrukmateriaal.
6 Raak Kopiëren aan.
Transparanten maken
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Kopiëren van: aan en selecteer het formaat van uw origineel. 5 Raak Kopiëren naar: aan en raak vervolgens de lade aan waarin de transparanten zijn geplaatst.
Opmerking: Raadpleeg de systeembeheerder als de optie Transparanten niet wordt weergegeven.
6 Raak Kopiëren aan.
Kopiëren op briefhoofdpapier
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Kopiëren van: aan en selecteer het formaat van uw origineel. 5 Raak Kopiëren naar: aan en raak vervolgens de lade aan waarin het briefhoofdpapier is geplaatst.
Opmerking: Raadpleeg de systeembeheerder als de optie Briefhoofdpapier niet wordt weergegeven.
6 Raak Kopiëren aan.
Van het ene formaat naar het andere kopiëren
26
Kopiëren
Foto's kopiëren
1 Open de klep. 2 Leg de foto met de fotozijde naar beneden op de flatbed. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Opties aan. 5 Raak Inhoud aan. 6 Raak Foto aan. 7 Raak Kopiëren aan. 8 Raak Volgende pagina scannen of Gereed aan.
Kopieën maken op afdrukmateriaal uit een bepaalde lade
Tijdens het kopieerproces kunt u de invoerlade met de gewenste soort afdrukmateriaal selecteren. Als zich in de universeellader bijvoorbeeld een speciaal soort afdrukmateriaal bevindt waarop u kopieën wilt maken, gaat u als volgt te werk:
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Kopiëren van: aan en selecteer het formaat van uw origineel. 5 Raak Kopiëren naar: aan en raak vervolgens universeellader aan of de lade met de gewenste soort
afdrukmateriaal.
6 Raak Kopiëren aan.
Originelen van gemengde formaten kopiëren
U kunt originelen van gemengde formaten in de ADF plaatsen en ze vervolgens kopiëren. Afhankelijk van het papierformaat dat in de laden is geplaatst, drukt de scanner af op afdrukmateriaal van één formaat of maakt de scanner de kopie automatisch passend voor het afdrukmateriaal in de lade.
Voorbeeld 1: de MFP heeft twee papierladen, één met papier van Letter-formaat en één met papier van Legal-formaat. U wilt een origineel kopiëren dat bestaat uit pagina's van Letter-formaat en pagina's van Legal-formaat.
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Kopiëren van aan en raak vervolgens Gemengde formaten aan. 5 Raak Kopiëren naar aan en raak vervolgens Auto formaataanpassing aan. 6 Raak Kopiëren aan.
De scanner herkent de verschillende paginaformaten terwijl deze worden gescand en drukt ze vervolgens af op het overeenkomstige formaat.
Foto's kopiëren
27
Kopiëren
Voorbeeld 2: de MFP heeft één papierlade. Deze is gevuld met papier van Letter-formaat. U wilt een origineel kopiëren dat bestaat uit pagina's van Letter-formaat en pagina's van Legal-formaat.
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Kopiëren van aan en raak vervolgens Gemengde formaten aan. 5 Raak Kopiëren aan.
De scanner herkent de verschillende paginaformaten terwijl deze worden gescand en maakt de pagina's van Legal-formaat automatisch passend voor Letter-formaat.
De optie voor duplex instellen
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak de knop aan waarop de gewenste duplexmethode staat aangegeven.
Het eerste cijfer verwijst naar het aantal zijden van het origineel en het tweede cijfer verwijst naar het aantal zijden van de kopie.
Selecteer bijvoorbeeld 1 --> 2-zijdig als u enkelzijdige originelen dubbelzijdig wilt kopiëren.
5 Raak Kopiëren aan.
Kopieën verkleinen en vergroten
Kopieën kunnen worden verkleind tot 25% van het originele formaat of vergroot tot 400% van het originele formaat. De standaardinstelling voor Schalen is Auto. Als u Schalen op Auto laat staan, wordt het origineel passend gemaakt voor het formaat van het papier waarop de kopie wordt afgedrukt.
Een kopie verkleinen of vergroten:
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak in Schalen + of aan om de uitvoer te vergroten of te verkleinen.
Opmerking: Als u Kopiëren naar of Kopiëren van aanraakt nadat u Schalen handmatig hebt ingesteld, wordt de
waarde van de schaling automatisch hersteld naar Auto.
5 Raak Kopiëren aan.
De optie voor duplex instellen
28
Kopiëren
Kopieerkwaliteit aanpassen
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Opties aan. 5 Raak Inhoud aan. 6 Raak het pictogram aan dat het best overeenkomt met uw origineel (bijvoorbeeld Tekst, Tekst/foto,
Foto of Afgedrukte afbeelding).
Tekst: als het origineel hoofdzakelijk bestaat uit tekst of lijnwerk.
Tekst/foto: als het origineel een combinatie van tekst en afbeeldingen of foto's bevat.
Foto: als het origineel een kwalitatief zeer goede foto of afdruk van een inkjetprinter is.
Afgedrukte afbeelding: als het origineel een rasterfoto is, een afbeelding zoals een document dat is afgedrukt
op een laserprinter of een pagina uit een tijdschrift of krant.
7 Raak Kopiëren aan.
Sorteeropties instellen
Als u wilt dat uw kopieën worden gesorteerd, hoeft u daar niets voor te doen. Dit is namelijk de standaardinstelling.
Twee exemplaren van drie pagina's worden bijvoorbeeld als volgt afgedrukt: pagina 1, pagina 2, pagina 3, pagina 1, pagina 2, pagina 3.
Als u niet wilt dat uw kopieën worden gesorteerd, kunt u de instelling wijzigen.
In dat geval worden twee exemplaren van drie pagina's bijvoorbeeld afgedrukt in de volgorde: pagina 1, pagina 1, pagina 2, pagina 2, pagina 3, pagina 3.
Sorteren uitschakelen:
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Gebruik het numerieke toetsenblok om het gewenste aantal exemplaren in te voeren. 5 Raak Uit aan als u niet wilt dat uw kopieën gesorteerd worden. 6 Raak Kopiëren aan.
Scheidingsvellen invoegen tussen exemplaren
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Opties aan.
Kopieerkwaliteit aanpassen
29
Kopiëren
5 Raak Scheidingsvellen aan.
Opmerking: Sorteren moet zijn ingeschakeld om scheidingsvellen in te voegen tussen exemplaren. Als sorteren
is uitgeschakeld, worden de scheidingsvellen aan het eind van de afdruktaak geplaatst.
6 Raak Kopiëren aan.
Opties voor papierbesparing instellen
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Selecteer de gewenste optie voor dubbelzijdig afdrukken. 5 Raak Opties aan. 6 Raak Papierbesparing aan. 7 Selecteer de gewenste uitvoer.
Als u bijvoorbeeld vier originelen in staande afdrukstand hebt die u op één zijde wilt afdrukken, raakt u 4 op 1, staand aan.
8 Raak Paginaranden afdrukken aan als u wilt dat rondom elke pagina van het origineel een rand wordt gemaakt
op de kopie.
9 Raak Kopiëren aan.
De datum en tijd boven aan elke pagina afdrukken
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm. 4 Raak Opties aan. 5 Raak Datum-/tijdstempel aan. 6 Raak Aan aan. 7 Raak Gereed aan. 8 Raak Kopiëren aan.
Een overlay-bericht boven aan elke pagina afdrukken
Boven aan iedere pagina kan een overlay-bericht worden geplaatst. U hebt de keuze uit Dringend, Vertrouwelijk, Kopie en Concept. U plaatst als volgt een bericht boven aan een pagina:
1 Plaats uw origineel met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. De etiketten op de ADF geven aan hoe de
verschillende formaten papier moeten worden geplaatst.
2 Pas de papiergeleiders aan. 3 Raak Kopiëren aan op het beginscherm.
Opties voor papierbesparing instellen
30
Loading...
+ 132 hidden pages