Lexmark OPTRA T User Manual [nl]

Gebruikershandleiding

Raadpleeg dit document als u vragen hebt over de Lexmark Optra™ T printer of als u problemen ondervindt bij het gebruik van de printer. Dit document bevat informatie over het laden van afdrukmateriaal, het verwijderen van vastgelopen papier en het gebruik van de printer.
Klik op de naam van het document dat u wilt openen:
Beheerdershandleiding Roadmap Installatiehandleiding Gebruikershandleiding bij de ladekast
voor 2000 vel Installatie-instructies bij de
hoge-capaciteitsuitvoerlader
De online deze rechtstreeks vanaf de cd opent, is de mogelijk niet beschikbaar. Neem contact op met de beheerder als u
Beheerdershandleiding
de
Gebruikershandleiding
nodig hebt.
op deze cd is een aanvulling op
. Als u deze documenten niet
voor u
TIPS
U kunt met behulp van de pictogrammen en de inhoudsopgave van Adobe Acrobat (3.x of hoger) op het scherm door dit document navigeren.
Klik op de blauwe tekst om naar een ander gedeelte van dit document of naar een ander document te gaan.
U kunt alle pagina’s van het document of alleen bepaalde pagina’s afdrukken.
Terug
1Gebruikershandleiding

Extra informatie

Cd met stuurprogramma’s,
MarkVision en hulpprogramma’s

Lexmark weblocatie

Naast printerstuurprogramma’s en hulpprogramma’s bevat de Cd
stuurprogramma’s, MarkVision en hulpprogramma’s
met over Lexmark printers. Klik nadat u de cd hebt gestart achtereenvolgens op View Documentation en:
Printer Commands om de openen voor gedetailleerde informatie over printertalen en -opdrachten, interfacespecificaties en geheugenbeheer.
Special Media om de voor informatie over het kiezen van het juiste afdrukmateriaal.
MarkVision™ Printer Utility voor informatie over het printerbeheerprogramma MarkVision.
MarkNet™ Print Servers voor informatie over de configuratie van MarkNet printerservers.
Bezoek onze weblocatie voor de recentste versies van stuurprogramma’s, hulpprogramma’s en documentatie.
www .lexmark.com.
Technical Reference
Card Stock & Label Guide
informatie
te
te openen
2Gebruikershandleiding

Handelsmerken

Lexmark, Lexmark met het diamant-ontwerp, MarkNet, MarkVision en Optra zijn als handelsmerken van Lexmark International, Inc. gedeponeerd in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Operation ReSource is een onderhoudsmerk van Lexmark International, Inc.
®
PCL PCL 6 is een aanduiding van Hewlett-Packard Company voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in haar producten. Deze printer is compatibel met de PCL 6-taal. De printer herkent PCL 6-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die met deze opdrachten corresponderen.
PostScript PostScript 3 is een aanduiding van Adobe Systems voor een verzameling printeropdrachten (printertaal) en -functies in softwareproducten van Adobe Systems. Deze printer is compatibel met de PostScript 3-taal. De printer herkent PostScript 3-opdrachten die in diverse toepassingen worden gebruikt en emuleert de functies die met deze opdrachten corresponderen.
is een gedeponeerd handelsmerk van Hewlett-Packard Company.
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
Raadpleeg de Overige handelsmerken zijn eigendom van hun respectieve houders.
Technical Reference
3Handelsmerken
voor meer informatie over compatibiliteit.

Kennismaking met de printer

Op de volgende afbeeldingen ziet u een printer in een standaardconfiguratie en een printer in een volledige configuratie. Als u opties voor papierverwerking hebt geïnstalleerd, lijkt uw printer meer op het volledig geconfigureerde model. Raadpleeg de andere mogelijke configuraties.
Installatiehandleiding
voor informatie over
Lade 1 (geïntegreerde lade)
Standaardconfiguratie
Standaarduitvoerlade
Bedieningspaneel
Universeellader
Lade 2
Lade 1 (geïntegreerde lade)
4Kennismaking met de printer
Volledige configuratie
5-vaks postbus
Uitbreidingseenheid voor papieruitvoer
Enveloppenlader
Lade voor dubbelzijdig afdrukken
Lade 2 Lade 3 Lade 4
Lade 5 (ladekast voor 2000 vel)
Printerstuurprogrammas
De cd bij de printer is geleverd, bevat een aantal printerstuurprogramma’s waarmee u de printerfuncties vanuit de meeste toepassingen kunt beheren. U kunt onder meer de volgende taken uitvoeren:
U kunt het printerstuurprogramma vanuit de meeste toepassingen openen. Dit doet u als volgt:
met stuurprogramma’s, MarkVision en hulpprogramma’s
papierbronnen kiezen;
de afdrukstand wijzigen;
verschillende mediaformaten en -soorten kiezen;
de kwaliteit van afdruktaken aanpassen;
standaardinstellingen van de printer herstellen;
meerdere pagina’s op één vel afdrukken;
instellingen voor dubbelzijdig afdrukken wijzigen;
functies van
Open het menu Bestand van de toepassing.
1
Kies Afdrukken of Printerinstelling.
2
afdruk- en wachtstandtaken
instellen.
die
Klik in het dialoogvenster Afdrukken of Printerinstelling op de
3
knop Eigenschappen, Opties of Instellen (afhankelijk van de toepassing).

5Printerstuurprogramma’s

Het bedieningspaneel en de menus
Dit gedeelte van de handleiding bevat informatie over het bedieningspaneel, het wijzigen van printerinstellingen en over de menu’s van het bedieningspaneel.
U kunt de meeste printerinstellingen wijzigen in de toepassing waarmee u werkt of in het printerstuurprogramma. Instellingen die u wijzigt in de toepassing of in het printerstuurprogramma zijn alleen van toepassing op de afdruktaak die u voorbereidt.
PMERKING
O
Als u een bepaalde instelling niet in een toepassing kunt wijzigen, kunt u hiervoor het bedieningspaneel van de printer of het bedieningspaneel op afstand van het hulpprogramma MarkVision gebruiken. Printerinstellingen die u met het bedieningspaneel van de printer of in MarkVision wijzigt, worden automatisch de standaardinstellingen van de gebruiker.
: Als u in een toepassing printerinstellingen wijzigt,
vervangt u daarmee de wijzigingen die u met het bedieningspaneel van de printer hebt aangebracht.

6Het bedieningspaneel en de menu’s

Het
bedieningspaneel
Op het bedieningspaneel links aan de voorzijde van de printer bevindt zich een LCD-display (liquid crystal display) waarop twee regels tekst van maximaal 16 tekens kunnen worden weergegeven. Daarnaast bevinden zich op het bedieningspaneel vijf knoppen en een indicatorlampje.
LCD
Lampje
1
Menu
2
Selecteren
5
Start
3
Stop
Return
6
4
7Het bedieningspaneel en de menu’s

Indicatorlampje

Het indicatorlampje geeft informatie over de status van de printer. Status van het lampje:
Knoppen op het
bedieningspaneel
Start
Met de vijf knoppen op het bedieningspaneel kunt u menu’s openen, door een lijst met waarden schuiven, printerinstellingen wijzigen en reageren op printerberichten.
Naast de knoppen ziet u de getallen 1 tot en met 6. Hiermee kunt u PIN-codes invoeren voor
“Afdruk- en wachtstandtaken” op pagina 113 voor meer informatie.
Hieronder wordt de functie van elke knop beschreven.
PMERKING
O
Met de knop Start voert u de volgende opdrachten uit:
Terugkeren naar de status Gereed als de printer offline is
- de printer staat uit
Uit
- de printer staat aan, maar is niet actief
Aan Knippert
- de printer staat aan en is bezig met een afdruktaak
Afdruk- en wachtstandtaken
De knoppen zijn van invloed op de informatie die wordt
:
weergegeven op de tweede regel van de display.
(het bericht
Gereed wordt niet weergegeven op de display).
. Raadpleeg
Printermenu’s afsluiten en terugkeren naar de status Gereed.
Foutberichten op het bedieningspaneel wissen.
8Het bedieningspaneel en de menu’s
Als u printerinstellingen hebt gewijzigd met de menu’s van het bedieningspaneel, drukt u op
Start voordat u een afdruktaak
verzendt. Afdruktaken kunnen alleen worden uitgevoerd als op de printer het bericht
Gereed
wordt weergegeven.
<Menu>
De beide delen van de knop hebben elk een functie. Met Menu> of
<Menu voert u de volgende opdrachten uit:
De printer offline zetten als het bericht Gereed wordt
weergegeven (de status gaan.
Met Menu> gaat u naar het eerste menu. Met <Menu
Gereed opheffen) en naar de menu’s
gaat u naar het laatste menu.
Naar het JOB-MENU gaan als het bericht Bezig wordt
weergegeven.
Als de printer offline is:
Druk op
Menu> om naar het volgende menu-item te gaan,
of Druk op
Vo or menu-items met numerieke waarden, zoals Exemplaren,
houdt u selecteren of
<Menu om naar het vorige menu-item te gaan.
Menu> ingedrukt om een hogere waarde te
<Menu om een lagere waarde te selecteren.
Laat de knop los als het gewenste getal op de display wordt weergegeven.
9Het bedieningspaneel en de menu’s
Selecteren Met de knop
Het menu selecteren dat wordt weergegeven op de tweede regel van de display. Afhankelijk van het type menu heeft deze actie een van de volgende resultaten:
Het menu wordt geopend en het eerste menu-item wordt
weergegeven. Het menu-item wordt geopend en de standaardinstelling
wordt weergegeven.
Het weergegeven menu-item opslaan als standaardinstelling. Op de display van de printer wordt kort het bericht
Opgeslagen
opnieuw weergegeven.
Bepaalde berichten wissen van de display op het bedieningspaneel.
Selecteren
voert u de volgende opdrachten uit:
weergegeven. Vervolgens wordt het menu-item
Return
Met de knop menu-item.
Stop Als u op
wordt weergegeven, onderbreekt u tijdelijk alle activiteiten en zet u de printer offline. Het statusbericht op het bedieningspaneel wijzigt in
Druk op
Wachten
Stop
Niet gereed
Start
.
10Het bedieningspaneel en de menu’s
Return
drukt terwijl het bericht
keert u terug naar het vorige menuniveau of
Gereed, Bezig
.
om terug te keren naar de status
Wachten
of
Gereed, Bezig
of

Printerberichten

Op het bedieningspaneel worden drie soorten berichten weergegeven:
Statusberichten
Gereed PCL Toner bijna op
PMERKING
O
: In de
vindt u een volledig
overzicht van alle printerberichten.
Statusberichten
verschaffen informatie over de huidige status
van de printer.
Interventieberichten
geven aan dat er printerfouten zijn
opgetreden die u zelf kunt oplossen.
Onderhoudsberichten
geven aan dat er storingen zijn opgetreden waarvoor u waarschijnlijk een onderhoudsmonteur moet inschakelen.
Als het statusbericht
Gereed
wordt weergegeven, is de printer
gereed om een afdruktaak te ontvangen. Terwijl een afdruktaak wordt verwerkt of afgedrukt, wordt het
Bezig
statusbericht
weergegeven op de eerste regel van de display.
Het scherm links is een voorbeeld van een bericht. De printerstatus wordt weergegeven op de eerste regel van de display. Op de tweede regel worden waarschuwingsberichten weergegeven die informatie verschaffen over de printerstatus en eventuele omstandigheden waarin u moet ingrijpen.
Bezig
Naast het bericht
wordt aangegeven welke printertaal wordt
gebruikt voor de afdruktaak (PCL-emulatie). Het bericht
op
waarschuwt u dat de cartridge bijna leeg is.
11Het bedieningspaneel en de menu’s
Toner bijna
Interventieberichten Interventieberichten helpen u bij het oplossen van printerproblemen.
201 Papier vast Cartr. verwijd.
Onderhoudsberichten
917 Onderhoud Overdrachtrol
Als het afdrukmateriaal bijvoorbeeld in de printer is vastgelopen, wordt op de display het bericht
Een onderhoudsbericht geeft aan dat er een printerstoring is opgetreden waarvoor u waarschijnlijk een onderhoudsmonteur moet inschakelen.
201 Papier vast
weergegeven.
12Het bedieningspaneel en de menu’s
Printerinstellingen wijzigen
met het bedieningspaneel
Met het bedieningspaneel kunt u menu-items en bijbehorende waarden selecteren voor afdruktaken die u wilt uitvoeren. U kunt ook de instellingen en de omgeving van de printer wijzigen. Raadpleeg “Menu’s op het bedieningspaneel” op pagina 17 voor een beschrijving van alle menu-items.
U wijzigt printerinstellingen als volgt:
Een instelling selecteren in een lijst met waarden.
Een aan/uit-instelling wijzigen.
Een numerieke instelling wijzigen.
U selecteert als volgt een nieuwe waarde als instelling:
Terwijl het statusbericht
1
Menu> of <Menu. De menunamen worden weergegeven.
op Druk nog enkele malen op Menu> of <Menu, totdat het
2
gewenste menu wordt weergegeven. Raadpleeg de
menu-items en waarden.
13Het bedieningspaneel en de menu’s
Gereed
voor meer informatie over specifieke
wordt weergegeven, drukt u
3 Druk op
dat op de tweede regel van de display wordt weergegeven.
Als u een menu selecteert, wordt dit menu geopend en
wordt de eerste printerinstelling van het menu weergegeven.
Als u een menu-item selecteert, wordt de
standaardinstelling voor dit menu-item weergegeven. (Naast de huidige standaardinstelling van de gebruiker wordt een sterretje (*) weergegeven.)
Bij elk menu-item hoort een lijst met waarden. De volgende waarden zijn mogelijk:
een woord of woordgroep waarmee een instelling wordt
beschreven; een numerieke waarde die kan worden gewijzigd;
de instelling Aan of Uit.
Selecteren
om het menu of menu-item te selecteren
4 Druk op
te geven.
14Het bedieningspaneel en de menu’s
Menu>
of
<Menu
om de gewenste waarde weer
5 Druk op
display te selecteren. Naast de waarde wordt een sterretje weergegeven om aan te geven dat dit nu de standaardinstelling van de gebruiker is. De nieuwe instelling wordt één seconde lang weergegeven en verdwijnt vervolgens. Het bericht en vervolgens wordt de vorige lijst met menu-items weergegeven.
Selecteren
om de waarde op de tweede regel van de
Opgeslagen
wordt kort weergegeven
6 Druk op
Selecteer de overige menu’s waarvoor u nieuwe standaardinstellingen wilt opgeven. Druk op laatste printerinstelling hebt gewijzigd.
De standaardinstellingen van de gebruiker zijn geldig totdat u nieuwe instellingen opslaat of de fabriekswaarden herstelt. De standaardinstellingen die u hebt geselecteerd met het bedieningspaneel kunt u ook vervangen door instellingen te kiezen in de toepassing waarmee u afdrukt.
Return
om terug te gaan naar de vorige menu’s.
Start
nadat u de
15Het bedieningspaneel en de menu’s
Voorbeeld van het
afdrukken van menu-
instellingen
Voer de volgende stappen uit om een lijst af te drukken met de huidige standaardinstellingen van de gebruiker en geïnstalleerde printeropties:
1
Controleer of de printer is ingeschakeld en of het statusbericht
Gereed
op de display wordt weergegeven.
2 Druk op
Menu>
3 Druk nog enkele malen op
weergegeven.
4 Druk op
EXTRA
Selecteren
weer te geven.
5 Druk nog enkele malen op
weergegeven.
6 Druk op
Het bericht display weergegeven, totdat het overzicht met de huidige menu-instellingen en de lijst met geïnstalleerde opties is afgedrukt.
Raadpleeg de foutbericht wordt weergegeven.
De printer keert terug naar de status van de pagina(’s) is voltooid.
Selecteren
Menu-instellingen worden afgedrukt
<Menu
of
om de lijst met menu-items van het
om
om de menu’s te activeren.
Menu>
Menu>
Print menu’s
, totdat
, totdat
voor meer informatie als een
Gereed
MENU EXTRA
Print menu’s
te selecteren.
wordt op de
zodra het afdrukken
wordt
MENU
wordt
16Het bedieningspaneel en de menu’s
Menu’s op het
bedieningspaneel
Standaardmenu’s U kunt de printer configureren met een aantal standaardmenu’s:
Papier
Afwerking
•Extra
•Job
Kwaliteit
Instelling
PCL Emul
•PostScript
17Het bedieningspaneel en de menu’s
Overige menu’s De overige menu’s worden weergegeven als een taal beschikbaar is
of voor het model is geactiveerd, als er opties, netwerkadapters en toevoegingen zijn geïnstalleerd of als er een taak in de wachtstand staat. Het gaat hierbij om de volgende menu’s:
Std parallel, Parallel opt 1 en Parallel opt 2
Stndrd serieel, Ser. optie 1 en Ser. optie 2
Stndrd Netwerk, Netwerkopt. 1, Netwerkopt. 2
USB optie 1, USB optie 2
Infrarood
LocalTalk
•Fax
Opdr. vertrouwel.
Bewaarde opdr.
In het diagram op pagina 21 worden de menu-items van elk menu weergegeven.
Een sterretje (*) naast een waarde geeft aan dat dit de fabriekswaarde is. Fabriekswaarden kunnen per land verschillen.
18Het bedieningspaneel en de menu’s
Fabriekswaarden
zijn de functie-instellingen die geldig zijn als u de printer voor de eerste keer aanzet. Deze instellingen blijven geldig totdat u ze wijzigt. De fabriekswaarden worden hersteld als u de waarde in het
MENU EXTRA. Raadpleeg de
Herstellen
selecteert voor het menu-item
Fabriekswaarden
voor
meer informatie. Als u een nieuwe instelling selecteert op het bedieningspaneel,
wordt het sterretje verplaatst naar deze nieuwe instelling om aan te geven dat dit nu de huidige standaardinstelling van de gebruiker is.
Standaardinstellingen van de gebruiker
zijn de instellingen die u
selecteert voor verschillende printerfuncties en die u opslaat in het printergeheugen. Nadat ze zijn opgeslagen, blijven deze instellingen actief totdat nieuwe instellingen worden opgeslagen of de fabriekswaarden worden hersteld.
PMERKING
O
Houd er rekening mee dat de instellingen die u
:
selecteert met het bedieningspaneel kunnen worden vervangen door instellingen die u kiest in de toepassing waarmee u afdrukt.
19Het bedieningspaneel en de menu’s
Menu’s uitgeschakeld Als de printer is geconfigureerd als een netwerkprinter die voor een
aantal gebruikers beschikbaar is, wordt mogelijk het bericht
uitgeschakeld
weergegeven als u op
de printer in de status
Gereed
staat. Als de menu’s zijn
Menu>
of
<Menu
drukt terwijl
uitgeschakeld, kunnen gebruikers niet per ongeluk met het bedieningspaneel een standaardinstelling wijzigen die is ingesteld door degene die de printer beheert. U kunt wel berichten wissen en items selecteren in het
Job-menu
als u een afdruktaak uitvoert, maar u kunt geen andere printerinstellingen wijzigen. U kunt echter wel met een printerstuurprogramma standaardinstellingen wijzigen en instellingen selecteren voor afzonderlijke afdruktaken.
Menu’s
20Het bedieningspaneel en de menu’s
Overzicht van printermenu’s Menu’s of menu-items die
display weergegeven als u de corresponderende optie hebt geïnstalleerd. Menu-items in hoofdletters (bijvoorbeeld
BEWAARDE OPDR.
Alle opdr.afdr. Opdr.afdrukken Alle opdr.verw. Opdracht verw. Aantal afdrukken
PAPIERMENU
Papierbron PAPIERFORMAAT PAPIERSOORT SRTN AANGEPAST
Uitvoerlade Uitvrlad. conf. Overloopvak KEN TYPE/VAK TOE
Ander formaat MF config. Bescherm envelop PAPIERSTRUCTUUR PAPIERGEWICHT
PAPIER LADEN
PARALLELMENU
PARALLEL OPT x
PCL SmartSwitch PS SmartSwitch Werkstand NPA Parallelbuffer
Taakbuffer
Uitgebr. stat us Protocol INIT honoreren Werkst. paral. 1 Werkst. paral. 2
OPDR.VERTROUWEL.
Alle opdr.afdr. Opdr.afdrukken Alle opdr.verw. Opdracht verw. Aantal afdrukken
MENU AFWERKING
Duplex Bindz. dubbelz.
Exemplaren Lege Pagina’s Sorteren Scheidingspags Bron scheid.pags N op één vel Volgorde meer pg Afd.vb. mr pags Meer pg. - rand
SERIEELMENU
SERIEEL OPT. x
PCL SmartSwitch PS SmartSwitch
Werkstand NPA Seriebuffer
Taakbuffer RS-232/RS-422 Polarit. RS-422 Serieel protocol Robust XON Baud Databits Pariteit DSR honoreren
MENU EXTRA
Print menu’s
Net inst.afdr. Net1 inst.afdr. Net2 inst.afdr.
Lettertypelijst
Printdirectory
Fabriekswaarden
Flash formatt. Flash defrag. Schijf formatt. Voortg. afdrukt.
Hex Trace
NETWERKMENU
NETWERKOPT. x
PCL SmartSwitch PS SmartSwitch Werkstand NPA Netwerkbuffer Taakbuffer NETWERKINST. x
PAPIERFORMAAT) hebben submenu’s. Raadpleeg de
Beheerdershandleiding
menu-items.
JOB-MENU
Taak annuleren OPDR.VERTROUWEL. BEWAARDE OPDR. Reset printer Printbuffer
Nwe actieve lade
INFRAROODMENU
Infraroodpoort PCL SmartSwitch PS SmartSwitch Werkstand NPA Infraroodbuffer Taakbuffer Venstergrootte Transm.vertrag. Max. baud-snelh.
KWALITEITMENU
Resolutie Tonerzwarting PQET PictureGrade
cursief
INSTELLINGMENU
Printertaal Spaarstand Bronnen opslaan
Laden naar
Timeout afdrkkn Timeout wachten Autom. doorgaan Cor. pap.storing Pag.bescherming Afdrukgebied Beeldschermtaal Signaalinstell. Signaal toner
Bffrgrootte taak Taak-boekhouding Max afdruktaken
LOCALTALK-MENU
LocalTalk-poort PCL SmartSwitch PS SmartSwitch Werkstand NPA Taakbuffer LocalTalk-buffer NPA-Hosts LocalTalk-naam LocalTalk-adres LocalTalk-zone
gedrukt zijn, worden alleen op de
voor meer informatie over de
PCL EMUL-MENU
Lettertypebron Lettertypenaam Puntformaat Pitch Symbolenset Afdrukstand Regels/pagina A4 breedte NIEUW NR. LADE Autom. CR bij LF Autom. LF bij CR
USB-MENU
PCL SmartSwitch PS SmartSwitch Werkstand NPA USB-buffer Taakbuffer
POSTSCRIPTMENU
Print PS-fout Fontprioriteit
FAXMENU
Faxpoort Baudsnelh. fax
Databits fax Pariteit fax Buffer fax
Taakbuffer
Faxpapierformaat Fax papiersoort Fax uitvoerlade
21Het bedieningspaneel en de menu’s

Afdrukmateriaal kiezen

Afdrukmaterialen

Papier specificaties

De afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de papierinvoer bij gebruik van de printer en de opties zijn deels afhankelijk van het soort afdrukmateriaal en het formaat ervan. In dit gedeelte van de handleiding vindt u richtlijnen voor elke soort afdrukmateriaal. Informatie over karton en etiketten vindt u in de
Guide hulpprogramma’s
Maak altijd eerst enkele proefafdrukken voordat u grote hoeveelheden van een bepaalde papiersoort aanschaft.
De volgende tabellen bevatten informatie over standaardpapierbronnen, optionele papierbronnen en uitvoeropties voor uw printermodel. Daarbij wordt aangegeven welke papierformaten u kunt selecteren in het menu welke gewichten worden ondersteund.
O
op de cd
PMERKING
met stuurprogramma’s, MarkVision en
.
Als u een papierformaat gebruikt dat niet in de lijst
:
voorkomt, selecteert u een groter formaat dat het dichtst in de buurt komt.
Card Stock & Label
PAPIERFORMAAT en
22Afdrukmateriaal kiezen
Papierformaten en papiersoorten
Papierformaten
A4 210 x 297 mm A5 148 x 210 mm JIS B5 182 x 257 mm Letter 215,9 x 279,4 mm Legal 215,9 x 355,6 mm Executive 184,2 x 266,7 mm Universal
139,7 x 210 mm tot 215,9 x 355,6 mm 69,85 x 127 mm tot 229 x 355,6 mm 148 x 182 mm tot 215,9 x 355,6 mm
7 ¾-envelop 98,4 x 190,5 mm 9-envelop 98,4 x 225,4 mm 10-envelop 104,8 x 241,3 mm DL-envelop 110 x 220 mm C5-envelop 162 x 229 mm B5-envelop 176 x 250 mm
1
T616(n) standaardlade
T614(n) standaardlade
T612(n) standaardlade
T610(n) standaardlade
Ladekast voor 250 vel
Ladekast voor 500 vel
Universeellader
Ladekast voor 2000 vel
Enveloppenlader
Lade voor dubbelzijdig
afdrukken
Standaarduitvoer
Uitbreidingseenheid voor
papieruitvoer
5-vaks postbus
Hoge-capaciteits-
uitvoerlader
✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓ ✓ ✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓
✓✓✓✓ ✓ ✓ ✓✓ ✓ ✓ ✓✓
✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓✓✓
23Afdrukmateriaal kiezen
Papierformaten en papiersoorten (vervolg)
Andere envelop
98,4 x 162 mm tot 176 x 250 mm
Papiersoorten
Papier Karton Transparanten Vinyletiketten Papieren etiketten Polyesteretiketten Dual web-etiketten
1
Met deze formaatinstelling wordt de pagina ingedeeld op basis van de afmetingen 215,9 x 355,6 mm, tenzij een ander formaat wordt
opgegeven in de toepassing.
2
Voor etiketten is een speciale reiniger voor het verhittingsstation vereist, waardoor dubbelzijdig afdrukken niet mogelijk is.
Deze reiniger wordt geleverd met de speciale etikettencartridge. Raadpleeg de aanschaffen van een verhittingsstationreiniger voor etiketten.
1
2
2 2
2
T616(n) standaardlade
T614(n) standaardlade
T612(n) standaardlade
T610(n) standaardlade
Ladekast voor 250 vel
Ladekast voor 500 vel
Universeellader
Ladekast voor 2000 vel
Enveloppenlader
Lade voor dubbelzijdig
afdrukken
Standaarduitvoer
Uitbreidingseenheid voor
papieruitvoer
5-vaks postbus
✓✓✓
✓✓✓✓✓ ✓✓✓✓✓ ✓ ✓✓✓✓ ✓✓✓ ✓ ✓ ✓✓✓✓ ✓✓
✓✓✓✓ ✓✓ ✓ ✓ ✓✓✓✓ ✓✓ ✓ ✓ ✓✓✓✓ ✓✓ ✓ ✓ ✓✓✓✓ ✓✓
Beheerdershandleiding
voor informatie over het
Hoge-capaciteits-
uitvoerlader
24Afdrukmateriaal kiezen
Gewicht van invoermedia voor papierbronnen
Materiaal Soort
Papier
Xerografisch of zakelijk
Karton-bovengrens (vezel in lengterichting)
1
Index Bristol 163 g/m2 120 g/m2 n.v.t.
Tag 163 g/m2 120 g/m2 n.v.t. Cover 176 g/m2 135 g/m2 n.v.t.
Karton-bovengrens (vezel in breedterichting)
1
Index Bristol 199 g/m2 163 g/m2 n.v.t.
Tag 203 g/m2 163 g/m2 n.v.t. Cover 216 g/m2 176 g/m2 n.v.t.
(138 tot 146 g/m2)
Laserprinter transparanten
6
Etiketten-bovengrens
Papier 180 g/m2 163 g/m2 n.v.t. Dual web-papier 180 g/m2 163 g/m2 n.v.t.
• Geïntegreerde lade5
• Optionele lade voor 500 vel
60 tot 176 g/m2 vezel in lengterichting
138 tot 146 g/m
2
• Universeellader
• Optionele lade voor 250 vel
60 tot 135 g/m2 vezel in lengterichting
138 tot 146 g/m
2
Enveloppen­lader
n.v.t.
n.v.t.
Polyester 220 g/m2 220 g/m2 n.v.t.
7, 8
Vinyl
300 g/m2 260 g/m2 n.v.t.
25Afdrukmateriaal kiezen
Gewicht van invoermedia voor papierbronnen (vervolg)
Materiaal Soort
Geïntegreerde formulieren
Drukgevoelig gebied
Papierbasis
2
• Geïntegreerde lade5
• Optionele lade voor 500 vel
140 tot 175 g/m
75 tot 135 g/m (vezel in lengterichting)
Enveloppen
Sulfiet, houtvrij
n.v.t. 60 tot 105 g/m of tot 100% katoen bankpost
Opmerkingen:
1
Voor papier van 60 tot 176 g/m2 zijn vezels in de
lengterichting het beste. Voor zwaardere papiersoorten verdient de breedterichting de voorkeur.
2
Het drukgevoelige gebied moet het eerst in de printer
worden ingevoerd.
3
Voor 100% katoen is het maximumgewicht 90 g/m2.
4
Enveloppen van 105 g/m2 mogen slechts voor 25% uit
katoen bestaan.
5
De lade voor dubbelzijdig afdrukken ondersteunt dezelfde
gewichten en soorten als de printer, behalve voor transparanten en enveloppen.
• Universeellader
• Optionele lade voor 250 vel
2
2
6
Voor het afdrukken van etiketten is een speciale reiniger
140 tot 175 g/m
75 tot 135 g/m
3, 4, 9
2
2
2
Enveloppen­lader
n.v.t.
n.v.t.
75 tot 90 g/m
voor het verhittingsstation vereist, waardoor dubbelzijdig afdrukken niet mogelijk is.
7
De Optra T616(n) onderteunt geen vinyletiketten.
8
Als u wilt weten of uw converter voor vinyletiketten voldoet
aan de criteria van Lexmark, bezoek dan de Lexmark weblocatie (www.lexmark.com) en zoek naar “converter listing”. U kunt ook gebruikmaken van LEXFAX, het geautomatiseerde faxsysteem van Lexmark.
9
Alleen enveloppen die zijn ingevoerd vanuit de
universeellader.
2
26Afdrukmateriaal kiezen
Materiaal Soort
1
3
Papier (vezel in lengterichting)
Karton-bovengrens (vezel in lengterichting)
Gewicht voor uitvoeropties
Xerografisch of
Uitbreidingseenheid
voor papieruitvoer
60 tot 176 g/m
2
Hoge-capaciteits-
uitvoerlader
60 tot 176 g/m
5-vaks postbus
2
60 tot 120 g/m2
zakelijk
2
Index Bristol 163 g/m Tag 163 g/m
163 g/m2 zie opmerking 1
2
163 g/m2 zie opmerking 1
Cover 176 g/m2 176 g/m2 zie opmerking 1
Karton-bovengrens (vezel in breedterichting)
Etiketten-bovengrens
Geïntegreerde formulieren Enveloppen
Niet aanbevolen.
2
De Optra T616(n) onderteunt geen vinyletiketten.
1
Tag 203 g/m
2
203 g/m2 zie opmerking 1
Cover 216 g/m2 216 g/m2 zie opmerking 1
Index Bristol 199 g/m2 199 g/m2 zie opmerking 1
2
Papier 180 g/m
180 g/m2 zie opmerking 1 Dual web-papier 180 g/m2 180 g/m2 zie opmerking 1 Polyester 220 g/m2 220 g/m2 zie opmerking 1
2, 3
Vinyl
Sulfiet, houtvrij of
300 g/m2 300 g/m2 zie opmerking 1 175 g/m
2
175 g/m
2
zie opmerking 1
Ondersteund Ondersteund zie opmerking 1
tot 100% katoen
Als u wilt weten of uw converter voor vinyletiketten voldoet
aan de criteria van Lexmark, bezoek dan de Lexmark weblocatie (www.lexmark.com) en zoek naar “converter listing”. U kunt ook gebruikmaken van LEXFAX, het geautomatiseerde faxsysteem van Lexmark.
27Afdrukmateriaal kiezen
Kenmerken van
afdrukmaterialen
Meer informatie vindt u in de
met stuurprogramma’s, MarkVision en hulpprogramma’s
Card Stock & Label Guide
op de cd
.
De volgende papierkenmerken zijn van invloed op de afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de papierinvoer. Het is verstandig om rekening te houden met deze richtlijnen wanneer u een nieuwe papiervoorraad evalueert.

Gewicht Papier met een gewicht van 60 tot 131 g/m

2
(vezels in
lengterichting) kan automatisch in de printer worden ingevoerd.
2
Papier dat lichter is dan 60 g/m
is mogelijk niet stijf genoeg om
goed te worden ingevoerd en kan daardoor vastlopen. Het beste
2
resultaat bereikt u met papier van 75 g/m
met de vezels in de lengterichting. Als u wilt afdrukken op afdrukmaterialen die smaller zijn dan 182 x 257 mm, moet het basisgewicht ten minste
2
90 g/m
zijn.

Krullen Krullen is de neiging van papier om bij de randen om te buigen.

Als papier te veel krult, kan dat problemen opleveren bij het invoeren. Papier krult meestal nadat het door de printer is gevoerd en daarbij is blootgesteld aan hoge temperaturen. Wanneer papier nadat het is uitgepakt in een vochtige omgeving wordt bewaard, kan dat krullen veroorzaken, zelfs als het papier zich in de papierlade bevindt.
28Afdrukmateriaal kiezen

Gladheid De gladheid van papier is rechtstreeks van invloed op de

afdrukkwaliteit. Toner wordt niet goed op ruw papier gefixeerd, hetgeen leidt tot een slechte afdrukkwaliteit. Te glad papier kan problemen veroorzaken bij het invoeren.

Vochtigheidsgraad De hoeveelheid vocht in papier is van invloed op de afdrukkwaliteit

en bepaalt tevens of het papier goed door de printer kan worden gevoerd. Laat het papier in de originele verpakking totdat u het daadwerkelijk gaat gebruiken. Het papier wordt dan niet blootgesteld aan de negatieve invloed van wisselingen in de luchtvochtigheid.

Vezelrichting Deze term heeft betrekking op de richting van de vezels in een vel

papier. Vezels lopen ofwel in de
breedterichting
de
.
Voor papier van 60 tot 176 g/m beste. Voor papier dat zwaarder is dan 176 g/m breedterichting de voorkeur . Voor papier van 60 tot 135 g/m de universeellader wordt ingevoerd, zijn vezels in de lengterichting het beste. Voor papier dat zwaarder is dan 135 g/m universeellader wordt ingevoerd, verdient de breedterichting de voorkeur.
lengterichting
2
zijn vezels in de lengterichting het
van het papier of in
2
verdient de
2
dat via
2
en dat via de
29Afdrukmateriaal kiezen

Vezelgehalte Kwalitatief hoogwaardig xerografisch papier bestaat meestal voor

100% uit chemische houtpulp. Papier met deze samenstelling is zeer stabiel, zodat er minder problemen optreden bij de invoer en de afdrukkwaliteit beter is. Als papier andere vezels bevat, bijvoorbeeld van katoen, kan dat eerder leiden tot problemen bij de verwerking.
30Afdrukmateriaal kiezen
Loading...
+ 102 hidden pages