KENNISGEVING BEGRENSDE EN BEPERKTE RECHTEN: als gegevens of software word(t)(en) geleverd conform een
'GSA'-contract (General Services Administration), zijn gebruik, vermenigvuldiging en openbaarmaking onderhevig aan
beperkingen zoals beschreven in Contractnr. GS-35F-05925.
Windows 10 en stuurprogramma's installeren . . . 52
Hoofdstuk 7. CRU vervangen . . . . . 55
Wat zijn CRU's . . . . . . . . . . . . . . . 55
Snel opstarten en de geïntegreerde batterij
uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Een CRU vervangen . . . . . . . . . . . . . 56
Kap van de onderkant van de computer (T14
Gen 1 en P14s Gen 1). . . . . . . . . . . 56
Kap van de onderkant van de computer (T15
Gen 1 en P15s Gen 1). . . . . . . . . . . 58
Geheugenmodule (voor bepaalde modellen) . . 60
M.2 SSD-station. . . . . . . . . . . . . 61
Knoopcelbatterij. . . . . . . . . . . . . 65
Draadloos-WAN-kaart (voor bepaalde
modellen) . . . . . . . . . . . . . . . 66
Toetsenbord . . . . . . . . . . . . . . 69
Luidsprekereenheid . . . . . . . . . . . 75
Kaart met Always On USB 3.2 Gen 1-
aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . 77
Hoofdstuk 8. Help en
ondersteuning . . . . . . . . . . . . . 81
Veelgestelde vragen . . . . . . . . . . . . . 81
Foutberichten . . . . . . . . . . . . . . . 82
Fouten waarbij er een geluidssignaal klinkt . . . . 83
Zelfhulpbronnen . . . . . . . . . . . . . . 84
Lenovo bellen . . . . . . . . . . . . . . . 84
Voordat u contact opneemt met Lenovo . . . 84
Klantsupportcentrum van Lenovo . . . . . . 86
Aanvullende services aanschaffen . . . . . . . 87
Bijlage A. Belangrijke
veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . 89
Bijlage B. Informatie over
toegankelijkheid en ergonomie . . . . 103
Bijlage C. Aanvullende informatie
over het Linux-
besturingssysteem. . . . . . . . . . . 107
Bijlage D. Informatie over naleving
en TCO-certificaten . . . . . . . . . . 109
Bijlage E. Kennisgevingen en
handelsmerken . . . . . . . . . . . . 125
iiT14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Informatie over deze documentatie
• De afbeeldingen in dit document kunnen er anders uitzien dan uw product.
• Afhankelijk van het model, zijn sommige optionele accessoires, functies en softwareprogramma's
mogelijk niet beschikbaar op uw computer.
• Afhankelijk van de versie van een besturingssysteem en programma's, zijn sommige instructies voor de
gebruikersinterface mogelijk niet van toepassing op uw computer.
• De inhoud van de documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. Lenovo brengt continu
verbeteringen aan in de documentatie van uw computer, zo ook in deze Gebruikershandleiding. Verkrijg
de nieuwste documentatie op
• Microsoft
Update. Bepaalde informatie in dit document is hierdoor mogelijk verouderd. Raadpleeg de Microsoftbronnen voor de meest recente informatie.
®
brengt periodiek functiewijzigingen in het Windows®-besturingssysteem aan via Windows
ivT14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 1.Leer uw computer kennen
De ThinkPad T14 Gen 1 en de ThinkPad P14s Gen 1 kunnen met verschillende microprocessors worden
geleverd, namelijk Intel
®
en Advanced Micro Devices (AMD). Intel-modellen en AMD-modellen worden
gebruikt om computermodellen met verschillende microprocessors te onderscheiden.
Voorkant
1. Infrarood-lampje*
2. Camera met IR-functie*
3. ThinkShutter*
4. Microfoons*
Zend IR-licht (infrarood) uit. De IR-lichtdiode (LED) brandt wanneer u zich bij uw
computer aanmeldt met gezichtsherkenning.
Opmerking: Blokkeer de LED niet. Anders werkt de IR-functie mogelijk niet.
Meld u bij uw computer aan met gezichtsverificatie. Zie 'Gezichtsverificatie
gebruiken (voor bepaalde modellen)' op pagina 47.
Maak foto's of neem video's op door in het menu Start op Camera te klikken. Het
lampje naast de camera brandt als de camera in gebruik is.
Als u andere apps gebruikt die functies zoals fotograferen, videochatten en
videovergaderingen ondersteunen, wordt de camera automatisch gestart wanneer
u in de app een functie inschakelt waarvoor de camera is vereist.
Schuif ThinkShutter om de cameralens te bedekken of onthullen. Deze
voorziening is bedoeld om uw privacy te beschermen.
Maak foto's of neem video's op door in het menu Start op Camera te klikken. Het
lampje naast de camera brandt als de camera in gebruik is.
Als u andere apps gebruikt die functies zoals fotograferen, videochatten en
videovergaderingen ondersteunen, wordt de camera automatisch gestart wanneer
u in de app een functie inschakelt waarvoor de camera is vereist.
Met dit scherm kunt u uw computer gebruiken via eenvoudige
aanraakbewegingen. Zie 'Het multitouch-scherm gebruiken (voor bepaalde
modellen)' op pagina 26.
2
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Bovenaanzicht
T14 Gen 1 (voor modellen zonder RFID) en P14s Gen 1
T14 Gen 1 (voor modellen met RFID)
T15 Gen 1 en P15s Gen 1
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen3
Druk om de computer in te schakelen of om de computer in de slaapstand te
zetten.
Als u de computer wilt uitschakelen, opent u het menu Start, klikt u op het
uit en klikt u vervolgens op Afsluiten.
Het lampje in de aan/uit-knop geeft de systeemstatus van uw computer aan.
1. Aan/uit-knop
• Knippert drie keer: de computer wordt voor de eerste keer aangesloten op
voeding.
• Aan: de computer staat aan.
• Uit: de computer staat uit of staat in de sluimerstand.
• Knippert snel: de computer gaat naar de sluimerstand of naar de slaapstand.
• Knippert langzaam: de computer staat in de slaapstand.
2. Numeriek toetsenblokHiermee voert snel nummers in.
3. Vingerafdruklezer*
4. Trackpad
5. NFC-label (voor bepaalde
Intel-modellen)
6. TrackPoint
®
-aanwijsapparaat
Hiermee meldt u zich bij uw computer aan met geregistreerde vingerafdrukken.
Zie 'De vingerafdruklezer gebruiken (voor bepaalde modellen)' op pagina 46.
Gebruik vingerbewegingen en alle functies van een traditionele muis. Zie 'De
trackpad gebruiken' op pagina 23.
Uw computer ondersteunt NFC (Near Field Communication). U kunt informatie
delen met een ander apparaat met NFC. Zie 'Een NFC-verbinding instellen (voor
bepaalde Intel-modellen)' op pagina 34.
Gebruik alle functies van een traditionele muis. Zie 'Het TrackPointaanwijsapparaat gebruiken' op pagina 22.
7. LuidsprekersGeniet van geluid van verbluffende kwaliteit.
Aan/
8. RFID-label
* voor bepaalde modellen
Uw computer wordt geleverd met een RFID-lezer (Radio Frequency Identification).
Zie 'De functie RFID gebruiken (voor bepaalde Intel-modellen)' op pagina 35.
4
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Linkerkant
Intel-modellen
AMD-modellen
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen5
1. USB-C™-aansluiting (3.2 Gen
1) (voor Intel-modellen)
2. USB-C-aansluiting (3.2 Gen 2)
(voor AMD-modellen)
• Uw computer opladen.
• USB-C-apparaten opladen met de uitvoerspanning en stroom van 5 V en 1,5 A.
• Gegevensoverdracht met USB 3.2-snelheid, tot maximaal 5 Gbps.
• Een extern beeldscherm aansluiten:
– USB-C naar VGA: 1920 x 1200 pixels, 60 Hz
– USB-C naar DP: 3840 x 2160 pixels, 60 Hz
• USB-C-accessoires aansluiten om de functionaliteit van uw computer uit te
breiden. Als u USB-C-accessoires wilt kopen, gaat u naar
www.lenovo.com/accessories
.
https://
• Een andere computer van energie voorzien met de P-to-P (Peer-to-Peer) 2.0
oplaadfunctie. Zie 'De P-to-P 2.0 oplaadfunctie gebruiken' op pagina 31.
Opmerking: Als de hoeveelheid resterende stroom in de batterij minder dan 10%
is, werken aangesloten USB-C-accessoires mogelijk niet correct.
• Uw computer opladen.
• USB-C-apparaten opladen met de uitvoerspanning en stroom van 5 V en 1,5 A.
• Gegevensoverdracht met USB 3.2-snelheid, tot maximaal 10 Gbps.
• Een extern beeldscherm aansluiten:
– USB-C naar VGA: 1920 x 1200 pixels, 60 Hz
– USB-C naar DP: 3840 x 2160 pixels, 60 Hz
• USB-C-accessoires aansluiten om de functionaliteit van uw computer uit te
breiden. Als u USB-C-accessoires wilt kopen, gaat u naar
www.lenovo.com/accessories
.
https://
• Een andere computer van energie voorzien met de P-to-P 2.0 oplaadfunctie.
Zie 'De P-to-P 2.0 oplaadfunctie gebruiken' op pagina 31.
Opmerking: Als de hoeveelheid resterende stroom in de batterij minder dan 10%
is, werken aangesloten USB-C-accessoires mogelijk niet correct.
3. Thunderbolt
™
3-aansluiting
(USB-C) (voor Intel-modellen)
4. Dockingstationaansluiting
• Uw computer opladen.
• USB-C-apparaten opladen met de uitvoerspanning en stroom van 5 V en 1,5 A.
• Gegevensoverdracht met Thunderbolt 3-snelheid, tot maximaal 40 Gbps.
• Een extern beeldscherm aansluiten:
– USB-C naar VGA: 1920 x 1200 pixels, 60 Hz
– USB-C naar DP: 3840 x 2160 pixels, 60 Hz
• USB-C-accessoires aansluiten om de functionaliteit van uw computer uit te
breiden. Als u USB-C-accessoires wilt kopen, gaat u naar
www.lenovo.com/accessories
.
https://
• Een andere computer van energie voorzien met de P-to-P 2.0 oplaadfunctie.
Zie 'De P-to-P 2.0 oplaadfunctie gebruiken' op pagina 31.
Opmerking: Als de hoeveelheid resterende stroom in de batterij minder dan 10%
is, werken aangesloten USB-C-accessoires mogelijk niet correct.
Uw computer aansluiten op een van de volgende ondersteunde dockingstations
om de mogelijkheden van de computer uit te breiden:
• ThinkPad Basic Docking Station
• ThinkPad Pro Docking Station
• ThinkPad Ultra Docking Station
6T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
5. USB 3.2 Gen 1-aansluiting
6. HDMI™-aansluiting
7. Audioaansluiting
8. MicroSD-kaartsleuf
Sluit een USB-compatibel apparaat aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-muis,
USB-opslagapparaat of USB-printer.
Voor Intel-modellen ondersteunt de HDMI-aansluiting de HDMI 1.4-standaard.
Sluit een compatibel digitaal audioapparaat of digitale videomonitor aan,
bijvoorbeeld een HDTV.
Voor AMD-modellen ondersteunt de HDMI-aansluiting standaard de HDMI 2.0standaard. Als u een extern beeldscherm via de HDMI-aansluiting op uw
computer aansluit met een HDMI 1.4-kabel werkt het externe beeldscherm
mogelijk niet. Voer in dat geval een van de volgende handelingen uit:
• Gebruik een gekwalificeerde HDMI 2.0-kabel in plaats van een HDMI 1.4-kabel.
• Wijzig de HDMI-standaard van de HDMI-aansluiting van 2.0 naar 1.4. Als u de
HDMI-standaard wilt wijzigen, ga naar het UEFI BIOS-menu (zie 'Het UEFI
BIOS-menu openen' op pagina 49) en configureer HDMI Mode Select in het
menu Config.
• Sluit een hoofdtelefoon met een vierpolige 3,5 mm-stekker aan om naar geluid
op de computer te luisteren.
• Sluit een headset met een vierpolige 3,5 mm-stekker aan om naar geluid op de
computer te luisteren of met anderen te praten.
Opmerking: Deze aansluiting biedt geen ondersteuning voor zelfstandige
externe microfoons.
Plaats een microSD-kaart voor toegang tot gegevens of voor opslag. Zie 'Een
microSD-kaart of smartcard gebruiken (voor bepaalde modellen)' op pagina 34.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen7
Rechterkant
1. Sleuf voor smartcard*
Gebruik smartcards voor verificatie, gegevensopslag en verwerking door
toepassingen. In grote organisaties kunt u ook smartcards gebruiken voor een
sterke beveiligingsverificatie van eenmalige aanmeldingen (SSO).
2. Always On USB 3.2 Gen 1aansluiting
3. Ethernet-aansluiting
4. Sleuf voor veiligheidsslot
* voor bepaalde modellen
Als de functie Always On USB is ingeschakeld, kan via de Always On USB 3.2 Gen
1-aansluiting een USB-compatibel apparaat worden opgeladen wanneer de
computer is uitgeschakeld of in de slaapstand of sluimerstand staat.
Opmerkingen:
• Standaard is in het UEFI BIOS Always On USB ingeschakeld en Charge in
Battery Mode uitgeschakeld.
• Als de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat en Charge in
Battery Mode is uitgeschakeld in het UEFI BIOS, moet u ervoor zorgen dat de
computer is aangesloten op de netvoeding.
U kunt als volgt de functie Always On USB inschakelen:
1. Open het UEFI BIOS-menu. Zie 'Het UEFI BIOS-menu openen' op pagina 49.
2. Klik op Config ➙ USB ➙ Always On USB om de functie Always On USB in te
schakelen.
Maak een verbinding met een LAN (local area network). Als het groene lampje
brandt, is de computer aangesloten op een LAN. Wanneer het gele lampje
knippert, worden er gegevens overgedragen.
Maak uw computer vast aan een bureau, tafel of een ander vast voorwerp met een
compatibel veiligheidskabelslot. Zie 'De computer vergrendelen' op pagina 43.
8
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Onderkant
T14 Gen 1 en P14s Gen 1
T15 Gen 1 en P15s Gen 1
1. Haakgaten voor dockingstation
2. Afvoergat toetsenbord
3. Noodresetgaatje
Gebruik de gaatjes voor een dockingstationhaak om een ondersteund
dockingstation vast te zetten.
Laat vloeistof uit uw computer lopen als u per ongeluk vloeistof op het
toetsenbord morst.
Als de computer niet meer reageert en u deze niet kunt uitschakelen met de aan/
uit-knop, reset u de computer:
1. Koppel de computer los van de netvoeding.
2. Steek het uiteinde van een uitgebogen paperclip in het gaatje om de
stroomvoorziening tijdelijk uit te schakelen.
3. Sluit de computer aan op de netvoeding en zet vervolgens de computer aan.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen9
Achterkant
1. Nano-SIM-kaartlade*
2. Systeemstatuslampje
Door middel van een nano-SIM-kaart kunt u verbinding maken met een draadloos
WAN. Zie 'Verbinding maken met een mobiel netwerk (voor bepaalde modellen)'
op pagina 18.
Het lampje in het ThinkPad-logo op de klep van de computer geeft de
systeemstatus van uw computer aan.
• Knippert drie keer: de computer wordt voor de eerste keer aangesloten op
voeding.
• Aan: de computer staat aan.
• Uit: de computer staat uit of staat in de sluimerstand.
• Knippert snel: de computer gaat naar de sluimerstand of naar de slaapstand.
• Knippert langzaam: de computer staat in de slaapstand.
* voor bepaalde modellen
10
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Voorzieningen en specificaties
• T14 Gen 1 en P14s Gen 1:
– Breedte: 329 mm
– Diepte: 227 mm
Afmetingen
– Dikte: 17,9 mm
• T15 Gen 1 en P15s Gen 1:
– Breedte: 365,8 mm
– Diepte: 248 mm
– Dikte: 19,1 mm
Maximale warmteafgifte
(afhankelijk van het model)
Voedingsbron
(netvoedingsadapter)
Microprocessor
Geheugen
Opslagapparaat
Beeldscherm
• 45 W
• 65 W
• Sinus-invoer bij 50 tot 60 Hz
• Ingangsspanning van de netvoedingsadapter: 100 tot 240 VAC, 50 tot 60 Hz
Als u de informatie over de microprocessor van uw computer wilt bekijken, klikt u met
de rechtermuisknop op de knop Start en klikt u vervolgens op Systeem.
• DDR4 SODIMM (double data rate 4 small outline dual inline memory module)*
• Ingebouwde DDR4-geheugenmodule (Double Data Rate 4)
Opmerking: Afhankelijk van de systeemconfiguratie kunnen de geheugensnelheden
verschillen.
• Eén USB-C-aansluiting (3.2 Gen 1) (voor Intel-modellen)
• Twee USB-C-aansluitingen (3.2 Gen 2) (voor AMD-modellen)
• Gezichtsverificatie*
• Vingerafdruklezer*
• Wachtwoord
• RFID*
• Sleuf voor veiligheidsslot
• ThinkShutter*
• Trusted Platform Module (TPM)*
• Bluetooth
• GPS-satellietontvanger (Global Positioning System) (beschikbaar op modellen met
Draadloze voorzieningen
Overige
draadloos WAN)*
• NFC*
• Draadloos LAN
• Draadloos WAN*
• Camera*
• Microfoons*
* voor bepaalde modellen
Verklaring op USB overdrachtssnelheid
Afhankelijk van vele factoren, zoals de verwerkingscapaciteit van de host en randapparaten,
bestandseigenschappen en andere factoren die betrekking hebben op de systeemconfiguratie en
gebruiksomgevingen, kan de feitelijke overdrachtssnelheid met behulp van de verschillende USBaansluitingen op dit apparaat variëren en langzamer zijn dan de opgegeven gegevenssnelheid voor elk
onderstaand overeenkomstig apparaat.
12
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
USB-apparaatGegevenssnelheid (Gbit/s)
3.2 Gen 1 / 3.1 Gen 1
3.2 Gen 2 / 3.1 Gen 2
3.2 Gen 2 × 2
5
10
20
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen13
14T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 2.Aan de slag met uw computer
Aan de slag met Windows 10
Maak kennis met de basisbeginselen van Windows 10 en ga meteen met het besturingssysteem aan de slag.
Raadpleeg de Help-informatie van Windows voor meer informatie over Windows 10.
Windows-account
Een gebruikersaccount is vereist om het Windows-besturingssysteem te kunnen gebruiken. Dit kan een
Windows-gebruikersaccount of een Microsoft-account zijn.
Windows-gebruikersaccount
Als u Windows voor de eerste keer start, wordt u gevraagd om een Windows-gebruikersaccount aan te
maken. Het eerste account dat u maakt, is van het type 'Beheerder'. U kunt met een beheerdersaccount
extra gebruikersaccounts maken of accounttypen als volgt wijzigen:
1. Open het menu Start en selecteer Instellingen ➙ Accounts ➙ Family (Familie) en ander gebruikers.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Microsoft-account
U kunt zich ook aanmelden bij het Windows-besturingssysteem met een Microsoft-account.
Als u een Microsoft-account wilt maken, gaat u naar de Microsoft-aanmeldingspagina op
signup.live.com
Een Microsoft-account biedt de volgende voordelen:
• U kunt profiteren van eenmalige aanmelding als u andere services van Microsoft gebruikt, zoals OneDrive,
Skype en Outlook.com.
• U kunt persoonlijke instellingen synchroniseren met andere Windows-apparaten.
9. Windows-systeemvakGeef kennisgevingen en de status van enkele functies weer.
10. Pictogram van de
batterijstatus
11. Netwerkpictogram
Wijzig accountinstellingen, vergrendel de computer of meld u af bij het huidige
account.
Open de map Documenten, een standaardmap om uw ontvangen bestanden in
op te slaan.
Open de map Afbeeldingen, een standaardmap om uw ontvangen afbeeldingen
in op te slaan.
Start Instellingen.
Uw computer uitschakelen, opnieuw opstarten of in de slaapstand zetten.
Open het menu Start.
Typ wat u zoekt in het zoekveld en haal zoekresultaten op van uw computer en
het internet.
Geef alle geopende apps weer en schakel tussen de apps.
Geef de stroomstatus weer en wijzig de instellingen voor de batterij of de energieinstellingen. Als uw computer niet is aangesloten op netvoeding, verandert het
pictogram in
Maak verbinding met een beschikbaar draadloos netwerk en geef de
netwerkstatus weer. Als de computer is aangesloten op een bekabeld netwerk,
verandert het pictogram in
.
.
12. Actiecentrum
Geef de meest recente kennisgevingen van apps weer en voer snel bepaalde
acties uit.
Het menu Start openen
• Klik op de knop Start.
• Druk op de toets met het Windows-logo op het toetsenbord.
16
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Het configuratiescherm openen
• Open het menu Start en klik op Systeem ➙ Configuratiescherm.
• Gebruik Windows Search.
Een app starten
• Open het menu Start en selecteer de app die u wilt starten.
• Gebruik Windows Search.
Windows-label
Op uw computer is mogelijk een Windows 10 Genuine Microsoft-label op de klep aangebracht, afhankelijk
van de volgende factoren:
• Uw geografische locatie
• De versie van Windows 10 die vooraf is geïnstalleerd
Zie
https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/Hardware.aspx voor afbeeldingen van de verschillende typen
Legitiem Microsoft-labels.
• In de Volksrepubliek China is het Legitiem Microsoft-label verplicht op alle computermodellen waarop
vooraf een versie van Windows 10 is geïnstalleerd (ongeacht welke).
• In andere landen en regio's is het Legitiem Microsoft-label alleen verplicht op computermodellen met een
licentie voor Windows 10 Pro.
De afwezigheid van een Legitiem Microsoft-label geeft niet aan dat een vooraf geïnstalleerde Windows-versie
niet legitiem is. Raadpleeg de informatie van Microsoft op
default.aspx
Er zijn geen externe, visuele indicaties van de product-id of de Windows-versie waarvoor de computer een
licentie heeft. In plaats daarvan is de product-id vastgelegd in de computerfirmware. Het
installatieprogramma controleert of er een geldige, bijbehorende product-id in de computerfirmware
aanwezig is om de activering te voltooien, ongeacht of er een Windows 10-product is geïnstalleerd.
In sommige gevallen kan er onder de voorwaarden van downgraderechten van een Windows 10 Pro-licentie
een oudere Windows-versie zijn geïnstalleerd.
voor meer informatie om te bepalen of uw vooraf geïnstalleerde Windows-product legitiem is.
https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/
Verbinding maken met netwerken
Uw computer helpt u bij het maken van een verbinding met de wereld via een bekabeld of draadloos
netwerk.
Verbinding maken met een bekabeld Ethernet
Maak met een Ethernet-kabel een verbinding tussen uw computer en een lokaal netwerk via de Ethernetaansluiting op uw computer.
Opmerking: Als u de computer op een ondersteund dockingstation of dock is aangesloten, gebruikt u de
Ethernet-aansluiting op het dockingstation of het dock in plaats van de Ethernet-aansluiting op de computer.
Verbinding maken met Wi-Fi-netwerken
1. Klik op het pictogram van het netwerk in het systeemvak van Windows. Er wordt een lijst met
beschikbare draadloze netwerken weergegeven.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer17
2. Selecteer een netwerk dat beschikbaar is voor het maken van een verbinding. Verstrek indien nodig de
vereiste informatie.
Verbinding maken met een mobiel netwerk (voor bepaalde modellen)
Als uw computer is uitgerust met een draadloos-WAN-kaart (wide area network) en een nano-SIM-kaart,
kunt u verbinding maken met een mobiel datanetwerk en online gaan met behulp van het mobiele signaal.
Opmerking: De mobiele service wordt in sommige landen of regio's aangeboden door geautoriseerde
serviceproviders. U moet een mobiel abonnement van een serviceprovider hebben om verbinding met het
mobiele netwerk te kunnen maken.
Een mobiele verbinding tot stand brengen:
1. Zet de computer uit.
2. Steek een uitgevouwen paperclip in het gaatje in de lade
vervolgens de lade voorzichtig uit de computer. Plaats een nieuwe nano-SIM-kaart in de lade
metalen contactpunten naar beneden. Duw de kaart in de sleuf voor de nano-SIM-kaart totdat u hoort
dat hij vastklikt
3 .
1 . De lade werpt de SIM-kaart uit. Schuif
2 , met de
3. Zet de computer aan.
4. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak van Windows en selecteer vervolgens het pictogram
van het mobiele netwerk
in de lijst.
5. Verstrek indien nodig de vereiste informatie.
Lenovo Vantage gebruiken
De vooraf geïnstalleerde app Lenovo Vantage is een aangepaste oplossing waarmee u uw computer kunt
onderhouden met automatische updates en oplossingen, hardware-instellingen kunt configureren en
gepersonaliseerde ondersteuning kunt krijgen.
Lenovo Vantage openen
Open het menu Start en klik op Lenovo Vantage. U kunt ook Lenovo Vantage in het zoekvak typen.
Ga naar de Microsoft Store en zoek op de naam van de app om de nieuwste versie van Lenovo Vantage te
downloaden.
Belangrijke functies
Met Lenovo Vantage kunt u:
• Eenvoudig de status van het apparaat te weten komen en pas apparaat-instellingen aan.
18
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
• Download en installeer updates voor UEFI BIOS, firmware en stuurprogramma's om uw computer up-todate te houden.
• Controleer de status van uw computer en beveilig uw computer tegen externe bedreigingen.
• De computerhardware scannen en de oorzaak van hardwareproblemen opsporen.
• De garantiestatus van de computer opzoeken (online).
• Toegang krijgen tot de Gebruikershandleiding en nuttige artikelen.
Opmerkingen:
• De beschikbare functies variëren, afhankelijk van het computermodel.
• Lenovo Vantage werkt regelmatig de functies bij om uw ervaring met de computer te verbeteren. De
beschrijving van voorzieningen kan verschillen van die op uw daadwerkelijke gebruikersinterface.
Afhankelijk van het model biedt uw computer mogelijk ondersteuning voor de functie Lenovo Quick Clean.
De voorgeïnstalleerde Lenovo Quick Clean stelt u in staat om het toetsenbord, scherm, trackpad en
TrackPoint-aanwijsapparaat tijdelijk uit te schakelen voor reiniging.
Lenovo Quick Clean openen
U kunt Lenovo Quick Clean als volgt openen:
• Open het menu Start en klik op Lenovo Quick Clean.
• Typ Lenovo Quick Clean in het zoekvak.
• Druk tegelijkertijd op Fn en de rechter Shift-toets.
Om de laatste versie van Lenovo Quick Clean te downloaden gaat u naar https://pcsupport.lenovo.com.
Communiceren met uw computer
Uw computer biedt verschillende manieren om op het beeldscherm te navigeren.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer19
De sneltoetsen gebruiken
Met de speciale toetsen op het toetsenbord kunt u gemakkelijker en effectiever werken.
T14 Gen 1 en P14s Gen 1
T15 Gen 1 en P15s Gen 1
1. Toets met het
Windows-logo
2. Caps Lock-toets
3. Functietoetsen F1F12
Open het menu Start.
Zie de Help-informatie van Windows voor informatie over het gebruik van deze toets in
combinatie met andere toetsen.
Wissel tussen hoofdletters en kleine letters.
Als het lampje voor Caps Lock brandt, kunt u hoofdletters typen.
Activeer de speciale functie die als pictogram op elke toets is afgebeeld, of activeer de
standaardfunctie.
Kiezen of u de speciale functie of de standaardfunctie wilt aanroepen:
1. Ga naar het Configuratiescherm en selecteer de weergave Grote pictogrammen of
Kleine pictogrammen.
2. Klik op Toetsenbord of op Lenovo - Toetsenbordbeheer en selecteer de optie van uw
voorkeur.
20T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
4. Numeriek
toetsenblok
Voer snel cijfers in wanneer het Num Lock-lampje brandt (alleen voor for ThinkPad T15 Gen 1
en P15s Gen 1).
Activeer de speciale functie die als pictogram op elke toets is afgebeeld, of activeer de
standaardfunctie van de functietoetsen F1-F12.
FnLock-lampje aan: standaardfunctie
FnLock-indicator uit: speciale functie
Luidsprekers dempen of dempen ongedaan maken.
Als het toetslampje brandt, zijn de luidsprekers gedempt.
Als u de luidsprekers dempt en uw computer uitschakelt, zijn de luidsprekers nog steeds
gedempt als u de computer weer inschakelt.
Verlaag het volume van de luidspreker.
Verhoog het volume van de luidspreker.
Schakel de microfoons in of uit.
Als het toetslampje brandt, zijn de microfoons uitgeschakeld.
Hiermee maakt u het computerbeeldscherm donkerder.
Hiermee maakt u het computerbeeldscherm lichter.
Externe beeldschermen beheren.
Hiermee kunt u de ingebouwde functies voor draadloos netwerk in- of uitschakelen.
Open het meldingscentrum of vouw het samen.
Binnenkomende gesprekken beantwoorden.
Deze functie werkt alleen met sommige apps, zoals Skype voor Bedrijven 2016 en Microsoft
Teams 1.0.
Standaard werkt de functie met Skype voor Bedrijven 2016. U kunt de standaardinstellingen
via Lenovo Vantage wijzigen.
Binnenkomende gesprekken afwijzen.
Deze functie werkt alleen met sommige apps, zoals Skype voor Bedrijven 2016 en Microsoft
Teams 1.0.
Standaard werkt de functie met Skype voor Bedrijven 2016. U kunt de standaardinstellingen
via Lenovo Vantage wijzigen.
Opmerking: U kunt ook F11 indrukken om uitgaande gesprekken voor Skype voor Bedrijven
2016 op te hangen.
Roep de door u zelf gedefinieerde functie aan.
In Lenovo Vantage kunt u andere functies opgeven voor de F12-toets.
Open de rekenmachine (alleen voor ThinkPad T15 Gen 1 en P15s Gen 1).
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer21
Zet de computer in de slaapstand (alleen voor T15 Gen 1 en P15s Gen 1).
Het Knipprogramma openen.
Fn+Spatiebalk
Fn+B
Fn+K
Fn+P
Fn+S
Fn+4
Fn+D
Fn+Pijl naar linksIs gelijk aan de Home-toets.
Fn+Pijl naar rechtsIs gelijk aan de End-toets.
Hiermee schakelt u tussen verschillende statussen voor de achtergrondverlichting van het
toetsenbord als uw computer achtergrondverlichting ondersteunt.
Is gelijk aan de toets Break op een conventioneel extern toetsenbord.
Is gelijk aan de toets ScrLK of Scroll Lock op een conventioneel extern toetsenbord.
Is gelijk aan de toets Pause op een conventioneel extern toetsenbord.
Is gelijk aan de toets SysRq op een conventioneel extern toetsenbord.
Hiermee zet u de computer in de slaapstand. Druk op de Fn of de aan/uit-knop om de
computer uit de slaapstand te halen.
Als uw computer de functie PrivacyGuard ondersteunt, drukt u op Fn+D om de functie in of uit
te schakelen. Meer informatie vindt u in 'Privacybescherming gebruiken (voor bepaalde
modellen)' op pagina 27.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
Met het TrackPoint-aanwijsapparaat kunt u alle functies van een traditionele muis uitvoeren, zoals het
aanwijzen, klikken en bladeren.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
1. Aanwijsknopje
Gebruik uw wijsvinger of middelvinger om druk op het antislipdopje van het aanwijsknopje uit te oefenen in
elke richting parallel aan het toetsenbord. De aanwijzer op het scherm beweegt dienovereenkomstig, maar
het aanwijsknopje zelf beweegt niet. Hoe meer druk u uitoefent, hoe sneller de aanwijzer beweegt.
22
T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
2. Linkermuisknop
Druk op deze zone om een item te selecteren of te openen.
3. Rechtermuisknop
Druk op deze zone om een snelmenu weer te geven.
4. Middelste knop
Houd de gestippelde middelste knop ingedrukt terwijl u druk uitoefent op het aanwijsknopje in de verticale of
horizontale richting. Vervolgens kunt u door het document, de website of apps bladeren.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat uitschakelen
Het TrackPoint-aanwijsapparaat is standaard ingeschakeld. Het apparaat uitschakelen:
1. Open het menu Start en klik op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Muis.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om TrackPoint uit te schakelen.
Het dopje van het aanwijsknopje vervangen
Opmerking: Zorg ervoor dat het nieuwe dopje groeven heeft
a .
De trackpad gebruiken
Het hele oppervlak van de trackpad is gevoelig voor aanraken en bewegingen. U kunt de trackpad gebruiken
om alle aanwijs-, klik- en bladerfuncties van een traditionele muis uit te voeren.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer23
De trackpad gebruiken
1. Zone voor linksklikken
Druk op deze zone om een item te selecteren of te openen.
U kunt ook met één vinger op een willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de
linkermuisknopactie uit te voeren.
2. Zone voor rechtsklikken
Druk op deze zone om een snelmenu weer te geven.
U kunt ook met twee vingers op een willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de
rechtermuisknopactie uit te voeren.
De aanraakbewegingen gebruiken
Tikken
Tik met één vinger op een willekeurige plek op de trackpad om een
item te selecteren of te openen.
Tikken met twee vingers
Tik met twee vingers op een willekeurige plek op de trackpad om een
snelmenu weer te geven.
24T14 Gen 1, T15 Gen 1, P14s Gen 1 en P15s Gen 1 Gebruikershandleiding
Loading...
+ 104 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.