Korg Sp-500 User Manual

N
2
Om lang en probleemvrij gebruik te garanderen, lees a.u.b. zorgvuldig deze handleiding.
Voorzorgsmaatregelen
Locatie
Het gebruik van het apparaat op de volgende locaties kan tot een defect leiden.
• In direct zonlicht
• Locaties met extreme temperaturen of vochtigheids­graad
• Zeer stoffige of vervuilde locaties
• Locaties waar veel trilling voorkomt
Adapter
Sluit de daarvoor bestemde adapter aan op een stopcon­tact met het juiste voltage. Sluit hem niet aan op een stop­contact met een ander voltage, dan dat waar uw apparaat voor is bestemd. De adapter zal een bepaalde hoeveelheid warmte bij gebruikproduceren, maar dit is geen defect. Als de stroom is aangesloten, plaats het in een locatie die goed is geventi­leerd, en vermijd plaatsing op een plastic voorwerp of iets waar een concentratie van warmte kan voorkomen.
Storing met andere elektrische apparaten
Dit product bevat een microcomputer. Radio’s en televisies, die er vlakbij zijn geplaatst, kunnen te maken krijgen met verstoring van ontvangst. Gebruik dit apparaat op voldoende afstand van radio’s en televisies.
CE merkteken voor European Harmonized Standards
Het CE merkteken dat aan de elektrische producten van ons bedrijf is toegekend tot 31 december 1996 betekent dat het voldoet aan EMC richtlijnen (89/336/EEC) en CE merkteken richtlijnen (93/68/EEC). En, het CE merkteken dat na 1 januari 1997 is toegekend betekent dat het voldoet aan EMC richtlijnen (89/336/EEC), CE merkteken richtlijnen (93/68/EEC) en laag voltage richtlijnen (73/23/EEC). Daarbij, het CE merkteken dat is toegekend aan producten van ons bedrijf die door een batterij worden gevoed, betekent dat het voldoet aan EMC richtlijnen (89/336/EEC) en CE merkteken richtlijnen (93/68/EEC).
Het hanteren van gegevens
Onvoorziene defecten kunnen leiden tot verlies van de inhoud van het geheugen. Zorg a.u.b. dat u belangrijke gegevens op een externe gegevensbestand (extern geheu­gen) opslaat. Korg kan geen aansprakelijkheid aanvaar­den voor verlies of schade, die u oploopt als gevolg van het verlies van gegevens.
Gebruik
Om breken te voorkomen, gebruik geen brute kracht bij de knoppen of besturing.
Voorzichtig
Als de buitenkant vies wordt, maak het dan schoon met een schone, droge doek. Gebruik geen vloeibare schoonmaak­middelen zoals wasbenzine of verdunner, schoonmaak­mengsels of ontvlambare glansmiddelen.
Bewaar deze handleiding
Bewaar de handleiding na het lezen voor later gebruik.
Houd vreemde materie ver van uw materiaal
• Zet nooit een houder met vloeistof erin dichtbij dit instru­ment. Als er vloeistof in het instrument komt, kan het defect, brand of een elektrische schok veroorzaken.
• Zorg dat er geen metalen objecten in het instrument terechtkomen. Als er toch iets invalt, haal dan de adap­ter uit het stopcontact. Neem hierna contact op met de dichtstbijzijnde Korg dealer of de winkel, waar u het instrument hebt gekocht.
ii
Inhoud
Inleiding..........................................................................7
1. Voor u begint......................................................................... 7
Kijk de bijgesloten items na ......................................................................................7
2. Hoe u deze handleiding kunt gebruiken ..................................7
Gebruik van tekens in deze handleiding ..................................................................7
3. Belangrijkste kenmerken ........................................................ 8
4. Paneel overzicht .................................................................. 10
Voorkant paneel.....................................................................................................10
Achterkant paneel ..................................................................................................11
Bedieningspaneel ...................................................................................................12
Voorbereidingen voor het spelen....................................13
1. Voor u het instrument aanzet ................................................ 13
Aansluitingen..........................................................................................................13
Als u koptelefoons gebruikt ....................................................................................13
Het gebruik van de muziekstandaard.....................................................................14
Het aanzetten.........................................................................................................14
Het volume regelen ................................................................................................14
Basisbediening ..............................................................15
1. LCD scherm .......................................................................... 15
Items op het LCD scherm ........................................................................................15
LCD scherm contrast ...............................................................................................15
Gebruik van het LCD scherm ..................................................................................15
Het beginscherm.....................................................................................................16
2. Bedieningspaneel .................................................................16
3. De help functie .................................................................... 17
Demo afluisteren ...........................................................19
1. Demo afluisteren .................................................................. 19
Het luisteren naar de demo songs ..........................................................................19
2. Oefenen tijdens het afspelen van een demo song .................. 21
De rechterhand en linkerhand apart oefenen.........................................................21
Het veranderen van het tempo van het afspelen van de demo...............................21
Het bespelen van de SP-500 ..........................................23
1. Een klank produceren........................................................... 23
Stroom aanzetten ...................................................................................................23
Het regelen van het volume....................................................................................23
Het selecteren van klanken ....................................................... 24
Het wisselen van klanken........................................................................................24
Het selecteren van de klanken voor de percussie-instrumenten ..............................25
Het selecteren van klanken uit de [USER] programma groep.................................25
3
3. Het combineren van klanken ................................................ 26
De Layer functie (het tegelijkertijd spelen van twee klanken)................................. 26
Het selecteren van verschillende klanken voor onder- en boventonen van het
keyboard (de Split functie)..................................................................................... 27
4. Effecten toepassen op een klank ........................................... 29
Nagalm toevoegen aan de klank........................................................................... 29
Chorus en andere modulatie effecten toepassen.................................................... 30
5. Meespelen met de metronoom .............................................. 31
De metronoom gebruiken ...................................................................................... 31
Het tempo regelen .................................................................................................32
6. Het gebruik van pedalen ......................................................33
7. Het veranderen van de aanslaggevoeligheid van het
keyboard ............................................................................ 34
8. Het gebruik van de [USER] programmagroep ........................34
Het verzamelen van favoriete klanken in een [USER] programmagroep ..............34
Het veranderen van de programmanaam ............................................................. 35
Automatische begeleiding ............................................. 37
1. Spelen met automatische begeleiding.................................... 37
Het gebruik van automatische begeleiding ............................................................ 37
Het tempo aanpassen ............................................................................................39
Het aanpassen van het algehele volume................................................................ 40
Het volume van verschillende onderdelen aanpassen............................................ 40
Een gedeelte dempen ............................................................................................40
2. Verschillende functies voor de automatische begeleiding .......41
Kiezen hoe u wilt beginnen en stoppen met automatische begeleiding. ................ 41
De manier, waarop u akkoorden specificeert, veranderen ................................... 42
Uitvoeren met ensemble ........................................................................................ 42
Het veranderen van de variatie ............................................................................43
Het toevoegen van een intro ................................................................................. 43
Een einde toevoegen ............................................................................................44
Het toevoegen van een fill ....................................................................................44
Selectie van het meest geschikte programma voor een ritmestijl ........................... 44
Het verminderen van het aantal partijen in de begeleiding .................................. 45
3. Het gebruik van de [USER] ritmestijl groep ............................ 45
Het verzamelen van uw favoriete stijlen in de [USER] ritmestijl groep ..................45
4. Het creëren van een standaard ritmestijl ............................... 46
Een ritmestijl ontwerpen ........................................................................................ 46
Lijst van parameters voor de standaard stijl ..........................................................47
Opnemen..................................................................... 49
1. Het opnemen van uw uitvoering............................................ 49
Basis opname (Realtime Recording)....................................................................... 49
Opnemen met automatische begeleiding............................................................... 51
Gegevens van de uitvoering, die u hebt opgenomen, laden.................................. 51
2. Verschillende methodes om op te nemen .............................. 53
Het gebruik van Quantize, terwijl u opneemt ........................................................ 53
Meersporig opnemen ............................................................................................ 53
Opnemen vanaf het midden van de song .............................................................54
Auto punch-in/ out ................................................................................................54
4
De automatische begeleiding opnemen zonder te spelen (Step Recording) ..........55
Laten we step recording gebruiken om akkoorden in te voeren ............................56
3. Bewerken van functies ......................................................... 57
Het bewerken van eerder opgeslagen gegevens ..................................................57
Functies.........................................................................63
1. De toonhoogte regelen ........................................................63
Verfijnde regeling van de toonhoogte ...................................................................63
De grondtoon veranderen (Transponeren) ............................................................63
De octaaf veranderen ...........................................................................................64
2. Het kiezen van een temperatuur ........................................... 64
Het selecteren van een temperatuur ......................................................................65
Het creëren van uw eigen temperatuur .................................................................65
3. Het gebruik van de pedalen ................................................. 66
De instellingen van het demper pedaal voor Layer en Split ...................................66
Het specificeren van de functie van de toewijsbare schakelaar .............................66
4. Alle instellingen ...................................................................67
Het opslaan van deze instellingen in het interne geheugen ...................................67
5. Handige functies .................................................................. 68
Regelen van de balans links/rechts .......................................................................68
Het veranderen van de tijdsduur dat een popup scherm wordt afgebeeld ............68
Aansluiten van andere apparatuur.................................69
1. Het aansluiten van MIDI apparatuur ..................................... 69
Wat is MIDI? .........................................................................................................69
MIDI aansluitingen ................................................................................................69
MIDI kanaalinstellingen .........................................................................................69
De SP-500 gebruiken als een multi-timbrale toongenerator ...................................70
Lokale aan/uit instelling ........................................................................................70
Synchroniseren met een externe sequencer ...........................................................71
MIDI Transpose .....................................................................................................71
MIDI Filter .............................................................................................................71
Appendix......................................................................73
Problemen oplossen ................................................................. 73
Specificaties ............................................................................. 74
Programmalijst ......................................................................... 75
Ritmestijl lijst ............................................................................ 79
Drumkits lijst ............................................................................. 81
Demosongs lijst ......................................................................... 83
Lijst met gevonden akkoorden .................................................. 84
MIDI Implementatie kaart ......................................................... 86
Index ............................................................................87
5
6
Inleiding
Dank u voor het kopen van de Korg SP-500 digitale piano. Lees deze gebruikershandleiding zorgvuldig, en gebruik het instrument zoals voorgeschreven om volledig van de mogelijkheden te kunnen genieten.
1. Voor u begint
Lees a.u.b. de secties getiteld “Voorzorgsmaatregelen“ op p. ii van deze handleiding.
Kijk de bijgesloten items na
Verzeker u ervan dat de volgende items zijn bijgesloten bij de SP-500.
• “Gebruikershandleiding“ (het boek dat u nu aan het lezen bent)
• Adapter
• Pedaal
• Muziekstandaard
2. Hoe u deze handleiding kunt gebruiken
Gebruik van tekens in deze handleiding
p.■■: Dit geeft aan op welke pagina u kunt kijken.
Inleiding
, Deze symbolen betekenen respectievelijk ’voorzichtig’ en ’belangrijk’.
Paneel: […] schakelaar, draaiknop, […] schuif: De namen die tussen de [haakjes] staan, staan op het voorste paneel. Bedien het corresponderende item. LCD scherm: ’…’ cel, ’…’ knop: De namen tussen aanhalingstekens verschijnen op het LCD scherm, en u kunt dan de corresponderende cel, knop, hokje of radio knop die is afgebeeld bedienen.
Een hokje wordt gezien als ’aan als het is afgebeeld als een omlijnd hokje, een inge­vuld hokje wordt als ’uit
Als u ’Engels Engels worden vertoond. Als u ’Japans Japans zijn.
*LCD scherm display: De parameter waarden etc. die worden getoond in de schermen die in deze handleiding geprint staan zijn alleen voorbeelden die worden gebruikt met uitleg als doel, en zullen niet altijd hetzelfde zijn als de schermen die verschijnen op uw instrument.
selecteert als de taal voor de Help functie zal de gehele display in het
gezien.
selecteert zal niet alles op de display in het
7
3. Belangrijkste kenmerken
Aanraking, zoals bij een vleugel
De SP-500 heeft een RH2 (Real Weighted Hammer Action 2) toetsenbord, die een ver­schil in zwaarte aan de toetsen geeft in alle vier de toetsenbord reeksen, net als bij een vleugel.
Diverse klanken
Gebruik het toetsenbord om 412 verschillende klanken (inclusief 16 drum kits) te spe­len, voortgebracht door Korg’s gepatenteerde stereo sampling systeem. U kunt de Layer functie gebruiken om twee klanken tegelijk af te spelen of de Split functie om het toetsenbord te splitsen en twee verschillende klanken in aparte reeksen te spelen.
Veelzijdige ritmestijlen
De automatisch begeleidingsstijlen komen inclusief verschillende ritmestijlen vanuit de hele wereld. U kunt genieten van het aan uw spel toevoegen van de muzikale stijlen uit verschillende landen.
Effecten
Twee digitale effect-processors (37 effect types) zijn ingebouwd, die u weerkaatsing laten toevoegen om de indruk te geven dat u in een concertgebouw speelt of een cho­rus gebruiken om een voller geluid te produceren.
Pedaal effecten
De Demper pedaal stekker geeft aansluiting met een demper pedaal, iets wat onmis­baar is voor pianospelen, en een Expressiepedaal stekker geeft u de mogelijkheid om een zacht pedaal of een andere schakelaar aan te sluiten. Als een apart aangeschafte DS-1H demper pedaal is aangesloten, kunt u gebruik maken van de half-pedaal functie die de hoeveelheid effect aanpast door middel van de mate waarin u het pedaal intrapt.
Metronoom
De bijgevoegde metronoom is beschikbaar na gebruik van een schakelaar. U kunt ook het volume aanpassen.
Recorder
De ingebouwde recorder is net zo gemakkelijk in gebruik als een cassetterecorder. Aan­gezien u vijf nummers kunt opnemen, kunt u zelfs kleine kamer-ensembles of muziek­partituren invoeren. Natuurlijk kunt u de automatische begeleiding toevoegen, als u dat wilt. Het interne geheugen kan tot 100 nummers opslaan, die zelfs bewaard blijven als het instrument uitstaat.
Stap-voor-stap opnemen
De stap-voor-stap opneemfunctie biedt u de mogelijkheid om automatische begelei­ding op te nemen, door akkoorden en paneelhandelingen één voor één in te voeren. Deze functie maakt het opnemen van begeleiding vanaf bladmuziek met akkoord­symbolen gemakkelijk, zelfs als u geen vakkundig pianist bent.
8
Controle van aanslag
Aanslaan tijdens spelen, is een vitaal aspect van de reactie van een piano, en u kunt kie­zen uit zes verschillende instellingen voor de aanslag. Dit zorgt ervoor dat de SP-500 bespeeld kan worden door iedereen, van kinderen (die meestal een lichtere aanslag hebben) tot ervaren pianisten. U kunt ook een instelling selecteren waarop de manier van spelen geen invloed heeft – ideaal voor het spelen van orgelklanken etc..
Stemmingen
U kunt tien verschillende stemmingen gebruiken, inclusief klassieke stemmingen en stemmingen in etnische muziek. Ook kunnen vier gebruikersschalen worden gecreëerd.
Het aanpassen van de toonhoogte (Transpose)
De Transpose functie maakt het regelen van de toon (-hoogte) aan andere instrumenten of stemhoogte gemakkelijk.
MIDI
MIDI aansluitklemmen maken het mogelijk om een computer of een ander MIDI appa­raat aan te sluiten. Zo kunt u uw pianospel op een computer met muzieksoftware opnemen.
Inleiding
Touch-View LCD scherm
Het 64-240 pixel LCD grafische scherm maakt het bedienen intuïtief en gemakkelijk. De selecties, die op het LCD scherm worden getoond, kunnen simpelweg door aanra­king worden bediend.
9
4. Paneel overzicht
Voorkant paneel
2
1
3
4
1. Bedieningspaneel
Voor de namen van de knoppen, zie p. 12 “Bedieningspaneel“.
2. [ACC VOLUME] (volume van de begeleiding) schuif
Als u automatische begeleiding gebruikt of de demo songs afspeelt, kan deze schuif het volume van de geluiden die niet op het key­board worden gespeeld regelen. Als de schuif op 0 wordt gezet, zal er geen ander geluid te horen zijn dan dat van het keyboard.
C1[24] C2[36] C4[60]C3[48] C5[72] C6[84] C7[96] C8[108]
5
6
[ ]:MIDI note No.
5. Screen with touch switch. (p.15)
Aanwijsscherm met schakelaar.
6. Draaischijf. (p.16)
3. [MASTER VOLUME] schuifje
Deze regelt het algehele volume van de kopte­lefoon- en uitgangen. ( p.14)
4. Koptelefoonaansluitingen
Er kunnen stereo koptelefoons worden aange­sloten op deze aansluitingen. Twee koptele­foons kunnen tegelijkertijd worden aangesloten. Gebruik koptelefoons met een mini-stekker (1/8 inch) aansluiting. ( p.13)
4
10
Achterkant paneel
56784231
1. 9V aansluiting
Sluit hier de bijgesloten adapter aan.
2. [POWER] knop
Met deze knop zet u het instrument aan. Elke keer dat u de knop indrukt, zal de stroom aan­of uitgaan. ( p.14)
3. TOEWIJSBARE SCHAKELAAR aansluiting
Het bijgesloten pedaal of een apart verkochte DS-1H demper pedaal kan hier worden aange­sloten. ( p.13,44,66)
4. DEMPER (pedaal) aansluiting
Het bijgesloten pedaal of een apart verkochte DS-1H demper pedaal kan hier worden aange­sloten. ( p.13,44,66)
Inleiding
deze apparaten gegevens kunnen uitwisselen. p.69 “Het aansluiten van MIDI apparatuur”
8. Contrast
Dit regelt het contrast op het scherm. ( p.15)
9. Gaatjes om de muziekstandaard in te bevestigen ( p.14)
Bevestig de muziekstandaard met deze twee gaatjes.
9
5. Aansluiting voor de OUTPUT
Deze uitgang kan aan de ingang van een audio apparaat worden bevestigd om het geluid af te spelen of aan een cassetterecorder om uw spel mee op te nemen. Gebruik de [MASTER VOLUME] schuif van de SP-500 om het volume te regelen. Als u stereo-verbindingen maakt, gebruik dan de L/MONO aansluiting samen met de R aan­sluiting. Als u mono-verbindingen maakt, gebruik dan alleen de L/MONO aansluiting. Gebruik snoeren met monaural (geluid op één oor) koptelefoonplugs van 1/4 inch.
6. Aansluiting voor de INPUT
De aansluiting voor de uitgang van een CD­speler of een ander audio apparaat kan hierop worden aangesloten, waardoor het geluid hoor­baar is door de koptelefoons van de SP-500. Gebruik de bedieningsknoppen van het aange­sloten audio apparaat om het volume te rege­len. Gebruik een snoer met een stereo tulp­plugje (1/8 inch).
7. [MIDI] aansluitingen
Dit is de MIDI aansluiting voor communicatie met andere MIDI apparaten, zoals een synthesi­zer, sequencer of een ritme apparaat, zodat
11
Bedieningspaneel
14
1 2
3 4 5
15
17
19
20
16
18
6
9
11
7 8 13
24
22
21
23
25
10
12
31 32
33 34
3029282726
35
1. [DEMO] knop p.19
2. [HELP] knop p.17
3. [ACC] (begeleiding) knop p.37
4. [SMALL ACC] knop p.45
5. [ACC RESET] knop p.38
6. [RHYTHM STYLE GROUP] p.38
7. [FILL 1, 2] knoppen p.44
8. [INTRO/ENDING 1, 2] knoppen p.43
9. [ENSEMBLE] knop p.42
10. [SINGLE TOUCH] knop p.44
11. [SYNCHRO START/STOP] knop p.41
12. [TOUCH] knop p.34
13. [START/STOP] knop p.38
14. Geeft de [BEAT] aan p.38
19. [PAGE ˆ , ¤ ] knoppen p.16
20. [VALUE –, +] knoppen p.16
21. [TEMPO UP, DOWN] knoppen p.39
22. [TAP TEMPO] knop p.39
23. [METRONOME] knop p.31
24. [PROGRAM GROUP] p.24
25. [SONG SELECT] knop p.51
26. [PAUSE] knop p.52
27. [REW] (rewind) knop p.52
28. [FF] (fast-forward) knop p.52
29. [PLAY/STOP] knop p.50
30. [RECORD] knop p.49
31. [REVERB] knop p.29
32. [CHORUS etc.] knop p.30
15. [FUNCTION] knop p.63
16. [MIXER] knop p.40
17. [DISPLAY HOLD] knop p.16
18. [EXIT] knop p.16
12
33. [SPLIT] knop p.27
34. [LAYER] knop p.26
35. [PLAY PIANO] knop p.28
Voorbereidingen voor het spelen
1. Voor u het instrument aanzet
Sluit het bijgesloten pedaal en de apart verkochte aangedreven monitor speaker/audio systeem aan, vóór u het instrument inschakelt.
Aansluitingen
Audio systeem
~AC9V
KNOP
DEMPER
TOEWIJSBARE
UITGANF
L R
AANSLUITING
STEREO-
AUX IN L R
Inleiding
CD, MD, enz.
Als u koptelefoons gebruikt
Sluit het plugje (stereo tulpplug) van uw koptelefoon aan op één van de koptelefoon aansluitin­gen, die zich aan de linkervoorkant van het instrument bevinden. Omdat er twee aansluitingen voor koptelefoons zijn, kunnen twee mensen de uitvoering tegelijkertijd beluisteren.
Koptelefoon
Stereo plug
Als u een koptelefoon gebruikt, bescherm uw gehoor door niet te hard te spelen.
13
Het gebruik van de muziekstandaard
Zachter Harder
Om de muziekstandaard te gebruiken bevestigt u hem aan de gaatjes aan de achterkant van het paneel.
Het aanzetten
Sluit de adapter aan
1
Plaats de ronde plug van de adapter in de achterkant van de SP-500. Sluit de plug van de adapter aan op een stopcontact.
~AC9V
1
De [POWER] knop van de SP-500 moet uitstaan als u de adapter aansluit. Ook behoort u de adapter aan te sluiten op het 9V aanluitpunt aan de achterkant voor u in het stop­contact inplugt.
Gebruik alleen de bijgesloten adapter. Zorg ervoor dat het stopcontact het juiste vol­tage geeft voor uw SP-500.
Zet de stroom aan
Druk op de [POWER] knop die aan de achterkant van het paneel zit. Als u het instru­ment aanzet, zullen de lampjes op het paneel aangaan, en het startup scherm zal ver­schijnen.
Het instrument uitzetten
Druk nogmaals op de [POWER] knop. Als u het instrument uitschakelt, gaan alle lampjes op het paneel uit.
Als u het intrument uitschakelt, terwijl er gegevens worden verwerkt, kan de inhoud van het geheugen worden beschadigd. Als de inhoud van het geheugen is beschadigd, zullen de user ritmestijlen, de user programma’s en de All Setup automatisch worden teruggezet naar de fabrieksinstellingen als het instrument wordt aangezet.
14
Het volume regelen
Gebruik de [MASTER VOLUME] schuif om het volume van de koptelefoonaansluitingen en de uitgangen op de achterkant van het paneel te regelen. . Haal de[MASTER VOLUME] schuif omhoog naar de midden-positie. Het verplaatsten van de schuif naar rechts zal het volume verhogen, en het verplaatsten naar links verlaagt het volume. Op positie “0“ komt er geen geluid uit het instrument. Regel het volume tot u de juiste hoogte vindt tijdens het bespelen van het instrument.
Basisbediening
1. LCD scherm
Items op het LCD scherm
Het LCD scherm van de SP-500 komt met een Touch View systeem en een one-touch paneel. U kunt meteen pagina’s selecteren, waarden instellen, een geselecteerd programma verplaatsen of een instelling aanpassen door het aanraken van iconen of cellen (deze worden “objecten“ genoemd).
Cellen (rechthoekige frames met afgeronde hoeken):
Als u op een cel drukt, zal deze oplichten. Nu kunt u de draaiknop of de [VALUE] knoppen gebruiken om deze waarde te veranderen. Als de cel ““ ““ symbolen heeft, kunt u deze ““ ““ symbolen gebruiken om de waarde in de cel te veranderen.
Knoppen (rechthoekige frames):
Door op een knop te drukken, kunt u de bediening van die knop uitvoeren of een pagina openen. Als de knop ““ ““ symbolen heeft, kunt u deze “▲“ “▼“ symbolen gebruiken om de waarde van de ermee corresponderende cel te veranderen.
Keuzevakjes:
Elke keer als u een keuzevakje selecteert, wordt hij hiermee ingesteld. Als hij aanstaat, zal het hokje als een zwart vak verschijnen.
Draaiknoppen:
Draaiknoppen worden gebruikt om een keuze te maken uit meerdere mogelijkheden. Als u op een knop drukt, zal de ermee corresponderende keuze worden geselecteerd.
Inleiding
LCD scherm contrast
Regel het contrast van het scherm door aan de [CONTRAST] knop op de achterkant van het paneel te draaien.
Gebruik van het LCD scherm
De objecten, die afgebeeld staan op het LCD scherm, kunnen worden geselecteerd door middel van een lichte aanraking van de vingertop. Als er met teveel kracht op wordt gedrukt, is het mogelijk dat ze niet reageren of dat het scherm een defect vertoont. Als een afgebeeld object in grijs wordt vertoond, is het niet mogelijk om dit object te selecteren.
Om beschadiging te voorkomen, dient u de volgende voorzorgsmaatregelen in acht te nemen:
• Duw of wrijf nooit over het LCD scherm met een scherp of hard voorwerp, zoals een mechanisch potlood.
• Schraap nooit over de rand van het LCD scherm met een pen of vingernagel, etc.
15
Het beginscherm
Dit is de pagina, die wordt afgebeeld als het instrument aanstaat. U zult de SP-500 meestal bespelen vanaf dit beginscherm.
Program cel
Tempo
Programma wissel knop
Akkoordnaam
Het LCD scherm kan ruisen als het instrument aan of uit wordt gezet. Dit is geen defect.
2. Bedieningspaneel
[PAGE ˆ , ¤ ] knoppen
Als op het LCD scherm “1/2“ of “1/3“ verschijnt als u een klank of stijl selecteert, kunt u deze knoppen gebruiken om door de pagina’s op het LCD scherm heen te bladeren.
[EXIT] knop
Gebruik deze knop om terug te keren naar het vorige scherm.
Style cel
Stijl wissel knop
Variatie cel
16
[DISPLAY HOLD] knop
Als het indicatielampje van de [DISPLAY HOLD] knop uitstaat, zal het gebruik van de [PROGRAM GROUP] of [RHYTHM STYLE GROUP] knoppen om een klank of stijl te selecteren ervoor zorgen dat het scherm met de geselecteerde klank of stijl een aantal seconden wordt getoond, om vervolgens terug te gaan naar het vorige scherm. Dit type scherm heet een popup scherm. Als het indicatielampje van de [DISPLAY HOLD]knop aanstaat, zal het scherm blij­vend vertoond worden. U kunt op de [EXIT] knop drukken om terug te keren naar het vorige scherm. U kunt de hoeveelheid tijd dat een popup scherm wordt vertoond specificeren. (☞p.68) Als het instrument aanstaat, zal de [DISPLAY HOLD] knop uitstaan (indicatielampje is dan donker), maar u kunt deze instelling wijzigen.
VALUE [+] knop, [-] knop, draaiknop
De waarde van een cel op het LCD scherm kan met de draaiknop op de voorkant van het paneel worden ingesteld of met de [+] en [-] knoppen. Gebruik de [+] en [-] knoppen om kleine veranderingen in de waarde aan te brengen, en de draaiknop om grote veranderingen in de waarde aan te brengen.
3. De help functie
Door gebruik van de Help functie kunt een eenvoudige uitleg van de functies van de SP-500 in het LCD scherm gebruiken.
1
2
Druk op de [HELP] knop
Inleiding
Het [HELP] knop indicatielampje zal oplichten, en het LCD scherm vertoont een lijst met Help items.
Selecteer de taal, die u wilt voor het afbeelden
De inhoud van Help kan worden afgebeeld in Engels of Japans. Om in het Engels te laten afbeelden, druk op de “English“ knop. Om in het Japans af te beelden, druk op de “Japanese“ knop.
3
Het veranderen van het LCD scherm voor andere items dan Help
U kunt dezelfde procedure gebruiken om de afbeelding in het Engels of Japans te laten verschijnen, voor andere items dan de Help schermen, zoals bijvoorbeeld voor pro­grammanamen en sommige namen van knoppen.
Zet nooit het instrument uit tijdens het veranderen.
Selecteer het item
Druk op een knop op het LCD scherm voor de gewenste uitleg.
Introduction Bediening van het Help scherm en gemakkelijke functies
Demo Luisteren naar de demo
Program Ver anderen van klanken
Style De ritmestijl veranderen
Accompaniment Automatische begeleiding gebruiken
Recording Opnemen
Function Noem de diverse [FUNCTION] pagina’s
Symbolen op de diverse schermen
[ ] duidt de knoppen op het paneel aan. “ “ duidt de knoppen op het scherm aan. “>>“ is de eerste pagina van Help. “<<“ is de laatste pagina van Help. ““ betekent dat er meerdere pagina’s beschikbaar zijn. “[ ]:ON“ betekent dat u de knop in dient te drukken om het indicatielampje aan te zetten. “[ ]:OFF“ betekent dat u de knop in dient te drukken om het indicatielampje uit te zetten.
17
4
5
Bladeren door de pagina’s
Druk op de [PAGE ¤ ] knop om door te gaan naar de volgende pagina. Druk op de [PAGE ˆ ] knop om door te gaan naar de vorige pagina.
Om een ander item te bekijken
Druk op de [EXIT] knop. U keert dan terug naar de lijst met Help items.
Het verlaten van Help
Druk op de [HELP] knop om het indictielampje uit te zetten, en u keert terug naar het vorige scherm.
18
Demo afluisteren
1. Demo afluisteren
De SP-500 bevat vierentwintig piano demo songs, negen stijl demo songs, en negen klank demo songs. Luister naar deze demo uitvoeringen om een eerste indruk te krijgen van de volle klanken van de SP-500 en de expressieve mogelijkheden.
Het luisteren naar de demo songs
teren
1
Druk op de [DEMO] knop
Het [DEMO] knop indicatielampje zal oplichten, en de “Demo” pagina zal verschijnen.
Naam van de componist
Naam van de song
Demo Group knoppen
Demo afluis-
2
1
Selecteer een “Demo Group”
Gebruik de “Demo groep” knoppen om de gewenste groep demo songs te kiezen.
Selecteer een song
Druk op de “Song name” cel, en gebruik de draaiknop of de [WAARDE] knoppen om de song die u wilt horen te selecteren. Zie p.83 voor de namen van de demo songs.
De “Song name” kan worden geselecteerd door op de volgende knoppen te drukken. Het drukken op een ritmestijl knop in de [RHYTHM STYLE GROUP] voor de gewenste ritmestijl zal “Style” selecteren. Het drukken op een programma groep knop in de [PROGRAM GROUP] zal ”Prog.” selecteren. De demo songs van de geselecteerde song zullen gespeeld worden.
Om alle songs uit de geselecteerde groep te horen
Als er op de “Play mode” radioknop “All” is gedrukt, zullen alle songs in de “Demo groep” opeenvolgend worden afgespeeld, beginnend met de geselecteerde song. Als
19
2
de knop “One” wordt ingedrukt, zal alleen de geselecteerde song worden afgespeeld.
Beginnen met het afspelen van de demo
Druk op de RECORDER [PLAY/STOP] knop.
Als de [ACC VOLUME] schuif op 0 is ingesteld, zult u de demo uitvoering niet kun­nen horen. Gebruik de [ACC VOLUME] schuif en de [MASTER VOLUME] schuif om het volume te regelen.
Stoppen van de demo uitvoering
Druk op het [PLAY/STOP] scherm om de demo uitvoering te stoppen. Druk op de [EXIT] knop als u klaar bent met het afluisteren van de demo songs. Het indicatie­lampje van de [DEMO] knop zal uitgaan, en u keert terug naar het beginscherm.
Pauzeren tijdens de demo uitvoering
U kunt op de [PAUSE] knop drukken om tijdens de uitvoering te pauzeren. Als u nog eens op de [PAUSE] knop drukt, zal de uitvoering worden hervat.
Het veranderen van het keyboardgeluid tijdens de demo uitvoering
U kunt ook meespelen op het keyboard met de demo uitvoering. Op dat moment zal het keyboard de klank afspelen, die geselecteerd was, voordat u de [DEMO] knop indrukte. Als u deze klank wilt veranderen , druk dan weer op de [DEMO] knop om terug te keren naar het beginscherm, en selecteer dan een ander geluid. ☞ p.24 “2. Het selecteren van klanken”.
20
2. Oefenen tijdens het afspelen van een demo song
Als de “Demo groep” radioknop “Piano” is geselecteerd, kunt u de volgende functies gebruiken om te oefenen met meespelen met de song.
De rechterhand en linkerhand apart oefenen
Voor de piano demo songs kunt u zowel het deel voor de rechterhand als het deel voor de linker­hand selecteren om door de demo te laten spelen; u kunt ook het volume van het deel dat over­blijft omlaag draaien zodat u zelf mee kunt spelen.
1
2
3
Kies de song die u wilt oefenen
Selecteer de “Piano” radioknop uit de “Demo groep”zoals wordt beschreven in stap­pen 1-3 van “Luisteren naar een demo song”., en gebruik de “Song name” cel om de song te selecteren.
Deze functies zijn niet beschikbaar als er een andere “Demo groep” knop wordt
gekozen dan “Piano”.
Zet het volume van het deel, waarmee u wilt oefenen, lager
Als u het volume van het deel voor de linkerhand lager wilt draaien, selecteer dan het keuzevakje voor “Left”. Als u het volume van het deel voor de rechterhand lager wilt draaien, selecteer dan het keuzevakje voor “Right”.
Left keuzevakje
Right keuzevakje
Begin met het afspelen van de demo
Druk op de [PLAY/STOP] knop om te beginnen met het afspelen van de demo. Speel het gedeelte, waarvan het volume lager was gezet, tegelijkertijd mee met de demo.
Gebruik de [MASTER VOLUME] schuif om het volume van het keyboard te regelen. Gebruik de [ACC VOLUME] schuif om het volume van het gedeelte, waarvan het volume lager was gezet, aan te passen. Het volume van het geselecteerde gedeelte zal de helft zijn van de instelling van de [ACC VOLUME] schuif.
teren
Demo afluis-
Het veranderen van het tempo voor het afspelen van de demo.
Als u moeite hebt met een song kunt u deze op een langzamer tempo afspelen om zo makkelijker mee te kunnen spelen.
Specificeer het “Tempo”
1
Druk op de “Tempo” cel op de “Demo” pagina en gebruik de draaiknop of de [VALUE] knoppen om de instelling te regelen. “+00%” is het oorspronkelijke tempo, “+” is een sneller tempo, en “-“ is een langzamer tempo. De beschikbare reeks varieert van –50% tot +50%.
21
22
Het bespelen van de SP-500
1. Een klank produceren
Laten we eerst het instrument aanzetten en het keyboard bespelen, zodat er een klank uitkomt.
Stroom aanzetten
Zoals omschreven in de aansluitprocedure op pag. 14 sluit u eerst de adapter, koptelefoon en pedaal aan. Pas daarna schakelt u de stroom in.
Zet het instrument aan
1
Laat de [VOLUME] schuif op ongeveer 0 ingesteld staan. Druk op de [POWER] knop, die zich aan de achterkant van het paneel bevindt. Als u het instrument aanzet, zullen de indicatielampjes van het paneel aangaan, en zal het startup scherm verschijnen.
de DP-500
Het bespelen van
Het instrument uitzetten
Druk nogmaals op de [POWER] knop. Als het instrument wordt uitgezet, zullen alle indicatielampjes op het paneel uitgaan.
Bespeel het keyboard
2
Verschuif tijdens het bespelen van het keyboard geleidelijk de [VOLUME] schuif om het volume te regelen.
Als u door de speakers van uw monitor, cassetteradio of audio systeem naar de SP­500 luistert, regel dan ook het volume van deze apparaten.
Het regelen van volume
Schuif de [MASTER VOLUME] schuif tot de middenpositie omhoog. Het bewegen van de schuif naar rechts zal het volume verhogen, en het bewegen naar links verlaagt het volume. Op positie “0” zal er geen geluid hoorbaar zijn. Regel het volume tot het het juiste niveau heeft bereikt als u het instrument werkelijk aan het bespelen bent.
Zachter Harder
23
Het selecteren van klanken
De 412 verschillende klanken van de SP-500 zijn gerangschikt in 10 verschillende groepen. Alle klanken, die opgeslagen zijn in deze groepen worden Programma genoemd.
Het wisselen van klanken
Selecteer een programma groep
1
Druk op de [DISPLAY HOLD] knop om de DISPLAY HOLD functie te activeren. Druk vervolgens op één van de [PROGRAM GROUP] knoppen om een programma groep te selecteren. Er zal een popup scherm op het LCD scherm verschijnen.
Als u de [DISPLAY HOLD] knop gebruikt om hem aan te zetten, zullen de popup schermen worden afgebeeld zonder dat ze automatisch worden gesloten.
2
3
Kies een programma
Druk op de naam van één van de afgebeelde programma’s in het popup scherm om het te selecteren. Als op het scherm “1/2” of “1/3” etc. verschijnt kunt u de [PAGE ¤ ] knop of de draaiknop gebruiken om naar de volgende pagina te gaan en andere pro­gramma’s te selecteren. Voor een lijst van programma’s zie de tabellen op p.75.
Keer terug naar het beginscherm
Druk op de [EXIT] knop om terug te keren naar het beginscherm. Als u het keyboard bespeelt, zal de klank die u net hebt gekozen te horen zijn.
Er zijn nog meer manieren om een programma uit een groep te selecteren.
•Druk op “ Upp 1 .” op het beginscherm. Dit geeft u de mogelijkheid om pro-
gramma’s uit die groep te selecteren.
•Druk op de programmanaam op het beginscherm. Gebruik dan de draaischijf of de
[VALUE] knoppen om programma’s uit die groep te selecteren.
•Druk op een instrument icoon (grafisch weergegeven) van het beginscherm. Er ver-
schijnt een popup scherm dat een lijst met programma’s voor die groep laat zien. Selecteer het gewenste programma.
24
Het selecteren van de klanken voor de percussie-instrumenten
U kunt percussie instrument geluiden spelen op het keyboard.
Druk op de PROGRAM GROUP [PERCUSSION] knop
1
Selecteer een programma
2
Als u één van de programma’s, die eindigen op “kit”- (“GM kit 1”-“SFX kit”) op pagina 5/6 selecteert, zal er aan elke toets van het toetsenbord een ander instrument worden toegewezen. Zie de Drum kit lijst.
Het selecteren van klanken uit de [USER] programma groep
U kunt de [USER] programma groep opnieuw indelen, zodat de programma’s makkelijker kun­nen worden afgespeeld of u kunt uw eigen programma groep met uw favoriete programma’s creëren.
Druk op de PROGRAM GROUP [USER] knop.
1
Kies een programma
2
Nu kunt u de klanken op het keyboard spelen.
de SP-500
Het bespalen van
25
3. Het combineren van klanken
De Layer functie (het tegelijkertijd spelen van twee klanken)
Dit geeft u de mogelijkheid om twee programma’s te combineren om ze samen te spelen, terwijl u één enkele noot speelt. Dit wordt de Layer functie genoemd.
Druk op de [LAYER] knop
1
Het indicatielampje van de [LAYER] knop zal oplichten, en de “Layer” pagina ver­schijnt.
2
3
A
B
Selecteer alle klanken
Om het “Upp1” programma te selecteren drukt u op cel A. Om het “Upp2” programma te selecteren, drukt u op cel B. Kies dan de gewenste klank, ☞ p.24 “2: Het selecteren van klanken”
Upp1 Upp2
Als de Layer functie wordt aangezet, zal de gehele polyfonie 32 tonen bedragen. Als een programma, zoals “Grand piano 1” wordt geselecteerd, zal de polyfonie bestaan uit 21 tonen. p.73 “Problemen oplossen”
Regel de volumebalans van de twee klanken
Gebruik de draaiknop of de [VALUE] knoppen om de waarde van de “Vol”(volume) cel te regelen. Het volumebereik ligt tussen 0 (minimum) en –127 (maximum).
26
4
Specificeer de octaaf van elke klank
De toonhoogte van het keyboard kan voor elk programma worden geregeld in stappen van één octaaf. Gebruik de “Octave” cel “” of “” om de waarde in te stellen. De octaaf kan binnen het bereik van -2, -1, 0, +1, +2 worden geregeld.
Keer terug naar het beginscherm
5
Als de [DISPLAY HOLD] knop aanstaat, druk dan op de [EXIT] knop om terug te keren naar het beginscherm. De namen van de “Upp1” en de “Upp2” programma’s zullen op het beginscherm worden afgebeeld.
Op dit scherm kunt u ook de “▼ Upp2 ▲” en “▼ Upp1 ▲” knoppen gebruiken om ver- schillende programma’s te selecteren.
Het uitschakelen van de Layer functie
Druk op de [LAYER] knop om het indicatielampje van de [LAYER] knop uit te laten gaan.
Het selecteren van verschillende klanken voor onder- en boven­tonen van het keyboard (de Split functie)
U kunt verschillende programma’s selecteren en spelen voor de onder- en boventonen van het keyboard. Dit wordt Split functie genoemd.
Druk op de [SPLIT] knop
1
Het indicatielampje van de [SPLIT] knop zal oplichten, en de “Split” pagina zal ver­schijnen.
de SP-500
Het bespalen van
2
A
B
Selecteer alle klanken
Gebruik de “A” cel om de “Upp1” (boventoon) te selecteren, en de “B” cel om de “Low” (ondertoon). p.24 “Het selecteren van klanken”
Low
Split point
Upp1
27
Loading...
+ 61 hidden pages