garanties voor HP producten en services worden uiteengezet in de expliciete garantieverklaringen bij deze
producten en services. Aan de informatie in deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend. HP
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor technische fouten of redactionele fouten, drukfouten of weglatingen
in deze publicatie.
Vertrouwelijke computersoftware. Voor het bezit, het gebruik of het maken van kopieën daarvan is een
geldige licentie van HP vereist. Conform FAR 12.211 en 12.212 worden commerciële computersoftware,
computersoftwaredocumentatie en technische gegevens voor commerciële producten overeenkomstig de
standaard commerciële licentie van de leverancier in licentie verstrekt aan de Amerikaanse overheid.
Microsoft, Windows en Windows NT zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation.
UNIX is een gedeponeerd handelsmerk van The Open Group.
Linux is een in de Verenigde Staten gedeponeerd handelsmerk van Linus Torvalds.
December 2005 (vierde editie)
Artikelnummer 354907-334
Doelgroep
Dit document is bedoeld voor de persoon die verantwoordelijk is voor het installeren, beheren en oplossen
van problemen met servers en Storage Systems. Er wordt verondersteld dat die persoon bevoegd is tot het
plegen van onderhoud aan computerapparatuur en bekend is met de risico's van producten met gevaarlijk
hoge energieniveaus.
Ondersteunde configuraties met vier nodes....................................................................................8
Softwareoverzicht
SMART Array Multipath software levert dual path-functionaliteit en ondersteunt
failover voor een redundante HBA in een server met redundante bekabeling naar
een HP StorageWorks Modular SMART Array 500 Generation 2 Storage
System. Met dit fouttolerantie-hulpmiddel vergroot u de beschikbaarheid bij
clustering- en DAS (Direct Attached Storage)-oplossingen met maximaal twee
servers die maximaal 2 TB opgeslagen gegevens beheren.
De software ondersteunt meerdere I/O-paden naar dezelfde logische volumes.
Wanneer een pad uitvalt, verplaatst de software de logische schijfeenheden van
het uitgevallen pad naar het pad van de redundante HBA in dezelfde server.
De SMART Array Multipath software werkt anders onder Microsoft®- en
Linux-producten en biedt daarbij specifieke functies die compatibel zijn met
de functionaliteit van het besturingssysteem.
6 Gebruikershandleiding voor de HP Smart Array Multipath software
Softwaredistributie
De SMART Array Multipath software wordt meegeleverd met de 4-poorts U320
module voor gedeelde opslag. De SMART Array Multipath software versie 2.0B
en later bevat uitsluitend Multipath I/O deliverables voor Microsoft® Windows®
besturingssystemen en kan uitsluitend worden gedownload vanaf de HP website
(http://h18007.www1.hp.com/support/files/server
).
Voor Linux besturingssystemen raadpleegt u de procedures in deze handleiding
voor het configureren van de standaard Linux stuurprogramma’s voor multipathgebruik.
Minimumvereisten
Controleer of uw oplossing bestaat uit de volgende hardware:
• ten minste één server met twee ondersteunde HBA's (SMART Array 642adapters of toekomstige ondersteunde adapters) met bijgewerkte firmware;
• een ondersteund besturingssysteem dat is geïnstalleerd op de server of het
MSA500 G2 Storage System;
• een MSA500 G2 Storage System met het volgende:
− ten minste één HP StorageWorks Modular SMART Array 500
Generation 2-controller;
− een 2-poorts module voor gedeelde opslag en twee SCSI-kabels;
of
− een 4-poorts module voor gedeelde opslag en vier SCSI-kabels.
Ga voor de meest recente firmwareversies naar de HP website
(http://www.hp.com/support/proliantstorage
).
Overzicht 7
Ondersteunde besturingssystemen
De volgende besturingssystemen worden ondersteund:
• Microsoft®
− Windows® 2000
− Windows® Server 2003
• Linux
− Red Hat Enterprise Linux
− UnitedLinux
Ga voor de meest recente informatie over ondersteuning van besturingssystemen,
errata-kernels en vereisten met betrekking tot Service Packs naar de HP website
(http://www.hp.com/products/sharedstorage
Ondersteuning van voorzieningen onder Microsoft
).
• Met statische LUN-balancering kan de beheerder de I/O optimaliseren door
specifieke volumes toe te wijzen aan specifieke paden in het opslagsysteem.
Als één pad uitvalt, worden volumes verplaatst naar het pad van de
redundante HBA voor I/O-beheer.
• Op de server gebaseerde PCI Hot Plug-functionaliteit ondersteunt online
toevoegen en vervangen van HBA's.
• "Hot-add" functionaliteit van logische volumes ondersteunt online arrayuitbreiding/-vergroting.
• HP ProLiant Storage Manager-software met de ProLiant Multipath Manager
software en Apparaatbeheer-uitbreiding bieden multipath-beheer door
aanwijzen-en-klikken.
• Flexibele configuratie maakt opstartvolumes mogelijk voor DASoplossingen zodat deze zich op het opslagsysteem kunnen bevinden.
8 Gebruikershandleiding voor de HP Smart Array Multipath software
Ondersteuning van voorzieningen onder Linux
• Met het balanceren van de statische belasting (alleen-lezen) kunnen de
HBA's de I/O optimaliseren met dubbele paden naar dezelfde volumes in het
opslagsysteem. Als één HBA uitvalt, worden volumes verplaatst naar het pad
van de redundante HBA voor I/O-beheer.
• Afhankelijk van het besturingssysteem behouden servers opstartvolumes en
bieden ze mogelijkheden voor een grotere opslagcapaciteit op het Storage
System.
Ondersteuning voor meerdere besturingssystemen
Voor multipath-configuraties met meerdere besturingssystemen gebruikt u SSP
(Selective Storage Presentation) om te voorkomen dat HBA's toegang krijgen tot
logische volumes die gegevens bevatten van een ander besturingssysteem.
Raadpleeg de documentatie bij de 4-poorts module voor gedeelde opslag voor
meer informatie over SSP.
Ondersteunde configuraties met vier nodes
In de volgende gedeelten staan ondersteunde multipath-configuraties met de
respectievelijke aansluitingen op de 4-poorts module voor gedeelde opslag en de
locaties voor opstart- en gegevensvolumes. Voor deze configuraties zijn twee of
drie servers nodig die met vier SCSI-kabels zijn aangesloten op het MSA500 G2
Storage System.
Overzicht 9
Externe opstartconfiguratie met twee servers
Alle opstart- en gegevensvolumes bevinden zich op het MSA500 G2 Storage
System.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
Locatie
gegevensvolume
1 A1
Storage System* Storage System
B1
2 A2
Storage System* Storage System
B2
*Red Hat Enterprise Linux-besturingssystemen ondersteunen alleen opstartvolumes
op servers. Voor een gemengde of externe opstartconfiguratie in een omgeving met
meerdere besturingssystemen, moeten Linux-opstartvolumes zich altijd op servers
bevinden.
Interne opstartconfiguratie met twee servers
De opstartvolumes bevinden zich op de respectievelijke servers, terwijl
de gegevensvolumes zich op het MSA500 G2 Storage System bevinden.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
1 A1
B1
2 A2
B2
Server 1 Storage System
Server 2 Storage System
Locatie
gegevensvolume
10 Gebruikershandleiding voor de HP Smart Array Multipath software
Gemengde opstartconfiguratie met twee servers
Het ene opstartvolume bevindt zich op de betreffende server, terwijl het andere
opstartvolume zich op het MSA500 G2 Storage System bevindt. Beide
gegevensvolumes bevinden zich op het MSA500 G2 Storage System.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
Locatie
gegevensvolume
1 A1
Storage System* Storage System
B1
2 A2
Server 2 Storage System
B2
*Red Hat Enterprise Linux-besturingssystemen ondersteunen alleen opstartvolumes
op servers. Voor een gemengde of externe opstartconfiguratie in een omgeving met
meerdere besturingssystemen, moeten Linux-opstartvolumes zich altijd op servers
bevinden.
Clusterconfiguratie met twee servers
Identieke servers (hardware- en softwareconfiguratie) worden aangesloten
op hetzelfde MSA500 G2 Storage System. De opstartvolumes bevinden zich
op de respectievelijke servers, terwijl beide gegevensvolumes zich op het
opslagsysteem bevinden.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
1 A1
B1
2 A2
B2
Server 1 Storage System
Server 2 Storage System
Locatie
gegevensvolume
Overzicht 11
Externe opstartconfiguratie met drie servers
Alle opstart- en gegevensvolumes bevinden zich op het MSA500 G2 Storage
System. Eén server wordt aangesloten op twee poorten.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
Locatie
gegevensvolume
1 A1
Storage System* Storage System
B1
2 A2 Storage System* Storage System
3 B2 Storage System* Storage System
*Red Hat Enterprise Linux-besturingssystemen ondersteunen alleen opstartvolumes
op servers. Voor een gemengde of externe opstartconfiguratie in een omgeving met
meerdere besturingssystemen, moeten Linux-opstartvolumes zich altijd op servers
bevinden.
Interne opstartconfiguratie met drie servers
De opstartvolumes bevinden zich op de respectievelijke servers, terwijl
de gegevensvolumes zich op het MSA500 G2 Storage System bevinden.
Eén server wordt aangesloten op twee poorten.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
1 A1
B1
2 A2 Server 2 Storage System
3 B2 Server 3 Storage System
Server 1 Storage System
Locatie
gegevensvolume
12 Gebruikershandleiding voor de HP Smart Array Multipath software
Gemengde opstartconfiguratie met drie servers
Twee opstartvolumes bevinden zich op de respectievelijke servers, terwijl
één opstartvolume zich op het MSA500 G2 Storage System bevindt. Alle
gegevensvolumes bevinden zich op het MSA500 G2 Storage System.
Eén server wordt aangesloten op twee poorten.
Server Poort (bus) Locatie
opstartvolume
Locatie
gegevensvolume
1 A1
Storage System* Storage System
B1
2 A2 Server 2 Storage System
3 B2 Server 3 Storage System
*Red Hat Enterprise Linux-besturingssystemen ondersteunen alleen opstartvolumes
op servers. Voor een gemengde of externe opstartconfiguratie in een omgeving met
meerdere besturingssystemen, moeten Linux-opstartvolumes zich altijd op servers
bevinden.
13
Installatie en bediening in
Microsoft-omgevingen
Dit gedeelte bevat:
Hardware-instellingen voor Microsoft vóór installatie.................................................................13
Stuurprogramma voor de SMART Array Multipath software verwijderen..................................15
Installatie voor een bestaande cluster met twee nodes met Microsoft Windows 2000 ................16
Multipath-installatie voor Microsoft ............................................................................................17
Hardware-instellingen voor Microsoft na installatie ....................................................................18
Hardware-instellingen voor Microsoft vóór installatie
U treft als volgt voorbereidingen voor het installeren van de software:
1. Voer de installatie van de hardware van het MSA500 G2 Storage System uit:
OPMERKING: Raadpleeg de gebruikershandleiding bij het Storage
System of de documentatie die bij de optie is geleverd voor de
hardware- en optie-installatieprocedures.
a. Installeer het MSA500 G2 Storage System.
b. Installeer de gedeelde-opslagmodule met vier poorten.
c. Installeer de MSA500 G2-controllers.
d. Voer een update van de systeemfirmware uit, indien nodig.
14 Gebruikershandleiding voor de HP Smart Array Multipath software
2. Voltooi de installatie van de server:
a. Installeer alle hardware, inclusief een tweede ondersteunde HBA.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de server.
BELANGRIJK: De server ondersteunt slechts één SCSI-pad tijdens de
installatie. Als de server al is bekabeld voor een multipath-configuratie,
koppelt u de SCSI-kabel los die is aangesloten tussen de redundante
HBA en het Storage System.
b. Installeer een van de ondersteunde besturingssystemen.
c. Start de server opnieuw op.
3. Installeer de multipath-kabels voor een van de ondersteunde configuraties
met vier nodes (op pagina 8
).
4. Controleer of slechts één SCSI-kabel is aangesloten tussen de server en het
MSA500 G2 Storage System. Tijdens het installeren ondersteunt de SMART
Array Multipath software slechts één SCSI-pad per Microsoft®-server.
5. Zet het opslagsysteem aan.
Wacht totdat op de display van de controller het bericht 'Startup Complete'
(Opstarten voltooid) verschijnt.
6. Schakel een van de servers in.
Installatie en bediening in Microsoft-omgevingen 15
Stuurprogramma voor de SMART
Array Multipath software verwijderen
VOORZICHTIG: Voordat u het softwarestuurprogramma
verwijdert in een clusteromgeving van Microsoft® Windows® Server
2003, moet u Clusterbeheer gebruiken om de clusterservice te stoppen
op de betreffende node.
1. Schakel de server uit.
2. Koppel alle SCSI-kabels los van alle controllers in het Storage System, tenzij
de opstartschijf is aangesloten.
6. Selecteer in de lijst met onderdelen HP Smart Array Redundancy Filter Driver.
OPMERKING: Alleen in Microsoft® Windows® Server 2003 is de optie
HP Smart Array Multipath Driver.
7. Klik op Wijzigen/verwijderen.
8. Klik op OK.
OPMERKING: Bij een Microsoft® Windows® Server 2003-systeem
wordt tijdens het verwijderen geen voortgang aangegeven. Wacht
minstens 10 minuten totdat het verwijderen is voltooid.
9. Klik op Annuleren.
10. Sluit de server af.
11. Koppel de SCSI-kabel los van de redundante HBA.
Loading...
+ 35 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.