GE X500 User Manual [nl]

NL
GE Digitale Camera
X-serie : X500
Gebruikershandleiding
Appendix
Verbinding camera
De menu's gebruiken
Basiswerking
Gebruiks gids
Besturing camerafuncties
imagination at work
WAARSCHUWING
Om brandgevaar of elektrische schok te voorkomen, niet het batterijpakket of andere accessoires van de camera aan regen of vocht blootstellen.
Voor klanten in de V.S.
Getest voor naleving van FCC-standaarden
VOOR THUIS- EN KANTOORGEBRUIK
FCC-verklaring
Dit apparaat voldoet aan Deel 15 van de FCC-voorschriften. Het gebruik is onderhevig aan de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken, en (2) dit apparaat moet elke ontvangen storing aanvaarden, met inbegrip van storingen die een ongewenste werking kunnen veroorzaken.
Voor klanten in Europa
De “CE”-markering geeft aan dat dit product
voldoet aan de Europese vereisten voor veiligheid, gezondheid, milieu en consumentenbescherming. Camera’s met de “CE”-markering zijn bedoeld voor verkoop in Europa.
Dit symbool [doorstreepte vuilnisbak op wielen WEEE bijlage IV] geeft aan dat dit apparaat afzonderlijk moet
worden verwijderd volgens de voorschriften voor het verwijderen van elektrische en elektronische apparatuur in de EU-landen. Gooi het apparaat niet weg bij huishoudelijk afval. Gebruik de systemen voor het retourneren en inzamelen die in uw land beschikbaar zijn voor het weggooien van dit product.
Verklaring van conformiteit
Modelnaam : X500
Handelsnaam : GE
Verantwoordelijke partij : General Imaging Co.
Adres : 1411 W. 190th St., Suite 550, Gardena, CA 90248, USA
Telefoonnummer van klantenservice: +1-800-730-6597
(Buiten de VS & Canada: +1-310-755-6857)
Voldoet aan de volgende standaarden:
: EN 55022:1998/A1:2000/A2:2003 klasse B
EMC
volgens de bepaling van de EMC-richtlijn (89/336/ EEC,2004/108/EEC)
EN 55024:1998/A1:2001/A2:2003 EN 61000-3-2:2000/A1:2001 EN 61000-3-3:1995/A1:2001
i
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Opmerkingen over de camera:
Bewaar of gebruik de camera niet op de volgende locaties:
• Op plaatsen die zijn blootgesteld aan regen, hoge vochtigheid en stof.
• Op een plaats waar de camera rechtstreeks kan worden blootgesteld aan het zonlicht of hoge temperaturen, zoals in een gesloten auto tijdens de zomer.
• Op een plaats waar de camera wordt blootgesteld aan een sterk magnetisch veld, bijv. in de buurt van motoren, transformatoren of magneten.
Plaats de camera niet op een nat oppervlak of op een plaats waar water of zand in contact met de camera kan komen, anders kan de camera onherstelbare schade oplopen.
Als de camera gedurende een langere periode niet gebruikt wordt, bevelen wij aan om de batterij en de geheugenkaart uit de camera te halen en deze in een droge omgeving te bewaren.
Als u de camera plots van een koude naar warme plaats brengt, kan er vochtcondensatie optreden in de camera. Wij raden u aan even te wachten voordat u de camera inschakelt.
Als er water in de camera is gekomen, zet de camera dan uit, verwijder de batterijen en de geheugenkaart. Laat de camera 24 uur drogen aan de lucht, alvorens deze weer te gebruiken.
Als de camera tijdens het gebruik warm wordt, verwijder dan voorzichtig de batterijen en laat deze eerst afkoelen, of vervang ze door nieuwe.
Opmerkingen over de batterij:
Wanneer u de batterijen verkeerd gebruikt, kunnen ze
lekken, warm worden, ontsteken of ontploen. Leef altijd de
onderstaande voorzorgsmaatregelen na.
• Stel de batterijen niet bloot aan water en zorg er vooral voor dat de terminals droog blijven.
iiii 1
• Verwarm de batterijen niet of gooi ze niet in het vuur. robeer de batterijen niet te vervormen, demonteren of aan te passen.
• P
Houd de batterijen buiten het bereik van baby’s en kleine kinderen. Op koude plaatsen kunnen de batterijprestaties afnemen en
kan de gebruiksduur aanzienlijk worden verkort.
Opmerkingen over de geheugenkaart:
Wanneer u een nieuwe geheugenkaart of een geheugenkaart die door een pc is geïnitialiseerd gebruikt, moet u de kaart formatteren met uw digitale camera voordat u het toestel gebruikt.
Voor het bewerken van foto’s, kopieer de fotogegevens eerst naar de harde schijf van de PC. Niet de namen wissen of wijzigen van de map of van het bestand in de geheugenkaart vanuit uw PC, omdat dan de originele map of het bestand niet in uw camera herkend of verkeerd begrepen wordt. De foto’s die deze camera neemt, worden opgeslagen in de map die automatisch in de SD-kaart gegenereerd wordt. Sla echter aub geen foto's op die niet door dit cameramodel geno­men zijn, want dan wordt de foto niet herkend als de camera in playbackmodus staat. Stel de camera ook niet bloot aan omgevingen met slechte weersomstandigheden, zoals voch­tigheid, of extreme temperaturen, want dit kan de levensduur van uw camera verkorten of de batterijen beschadigen.
Verwijder niet de geheugenkaart zonder de digitale camera uit te zetten zodat er geen risico voor uw geheugenkaart bestaat. Zet de digitale camera niet uit als er een schrijfproces bezig is, zodat onvolledige gegevensopschrijving en beschadigde foto’s vermeden worden. Plaats de geheugenkaart op één lijn alvorens deze er in te doen. Forceer de geheugenkaart niet in de sleuf.
VOORDAT U START
Voorwoord
Dank u voor het kopen van een GE digitale camera. Lees deze handleiding aandachtig en bewaar deze op een veilige plaats zodat u de informatie later opnieuw kunt raadplegen.
Auteursrecht
© 2011 General Imaging Company Alle rechten voorbehouden.
Geen enkel deel van deze uitgave mag, in welk vorm of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestem­ming van General Imaging Company, worden gereproduceerd, verzonden, overgezet, opgeslagen in een archiveringssysteem of vertaald in een andere taal of computertaal.
Handelsmerken
Alle handelsmerken die in deze handleiding worden vermeld,
worden uitsluitend gebruikt voor identicatiedoeleinden en
kunnen eigendom zijn van hun respectievelijke eigenaren.
Veiligheidsinformatie
Lees de volgende belangrijke informatie aandachtig voordat u het product gebruikt.
• Niet zelf de camera demonteren of repareren.
• Laat de camera niet vallen en stel hem niet bloot aan schokken. Wanneer u het product verkeerd hanteert, kunt u het beschadigen.
• Schakel de camera uit voordat u de batterijen en geheu­genkaart plaatst of verwijdert.
• Raak de cameralens niet aan.
Stel de camera ook niet bloot aan omgevingen met slechte weersomstandigheden, zoals vochtigheid, of extreme temperaturen, want dit kan de levensduur van uw camera verkorten of de batterijen beschadigen.
• Gebruik of bewaar de camera niet op stoge, vuile of
zanderige locaties, omdat de onderdelen hierdoor schade kunnen oplopen.
• Stel de lens niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
• Download alle opnamen en verwijder de batterijen uit de camera als u de camera langere tijd niet gebruikt.
uik geen schuurmiddelen, op alcohol of oplosmiddel-
• Gebr en gebaseerde reinigingsmiddelen om de camera schoon te maken. Veeg de camera schoon met een zachte, licht bevochtigde doek.
• Als er water in de camera is gekomen, zet de camera dan
uit, verwijder de batterij en de geheugenkaart. Laat de camera 24 uur drogen aan de lucht, alvorens deze weer te gebruiken.
• Raak de lens niet aan.
Doe de cameraband niet om de nek van een kind.
• Neem de camera bij voorkeur altijd mee in een speciale
cameratas.
• Als de camera vanuit een koude in een warme omgeving
komt, kan condensatie optreden, vermijd dit door hem in een koelere ruimte te zetten en dan langzaam op te laten warmen naar kamertemperatuur.
• Plaats de camera altijd op een trillingsvrije plek.
Over deze handleiding
Deze handleiding biedt u instructies over het gebruik van uw GE digitale camera. Wij hebben alles in het werk gesteld om zeker te zijn dat de inhoud van deze handleiding nauwkeurig is, maar General Imaging Company behoudt zich het recht om zonder kennisgeving wijzigingen aan te brengen.
Symbolen die in deze handleiding worden gebruikt
De
volgende symbolen worden in deze handleiding gebruikt
om u te helpen informatie snel en gemakkelijk terug te vinden.
Geeft bruikbare informatie aan.
Geeft voorzorgsmaatregelen aan die tijdens het gebruik van de camera moeten worden gevolgd.
2 3
INHOUD
WAARSCHUWING
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
VOORDAT U START ..............................................1
Voorwoord .......................................................................1
Auteursrecht ............................................................1
Handelsmerken .......................................................1
Veiligheidsinformatie ....................................................1
Over deze handleiding ..................................................2
Symbolen die in deze handleiding
worden gebruikt .....................................................2
INHOUD .................................................................3
VOORBEREIDEN ...................................................7
Uitpakken .........................................................................7
Installeren van schouderband en lensdop
Camera-aanzichten .......................................................9
Plaats de batterijen en de SD/SDHC-kaart................ 12
In- en uitschakelen ..................................................... 14
.................8
Taal en Datum/tijd instellen ..................................... 14
De taal instellen ................................................... 14
Wijzigen van datum/tijd..................................... 15
Gebruik van de Draaimodus ..................................... 16
Over het LCD-scherm ................................................. 17
Elektronische zoeker .................................................. 18
BASISGEBRUIK ....................................................19
Opnemen in de Automatische modus ..................... 19
De zoomfunctie gebruiken ........................................ 19
itser inschakelen ....................................................... 20
Zelftimer ........................................................................ 21
Macromodus ................................................................. 22
BW (Belichtingswaarde) ............................................. 22
Gezichtsdetectie .......................................................... 23
Lachdetectie ................................................................. 24
Knipperdetectie ........................................................... 24
Stabilisatie .................................................................... 25
Het menu Geavanceerde functies .......................... 26
WB (Witbalans) ..................................................... 27
ISO ........................................................................... 27
Kwaliteit ................................................................. 28
Grootte ................................................................... 28
Kleur ....................................................................... 29
DE MODI GEBRUIKEN ........................................30
LCD-schermweergave ................................................ 30
Weergave opnamemodus stilstaande
beelden ................................................................... 30
Weergave video-opnamemodus ...................... 32
Weergave afspeelmodus ................................... 33
Automatische scène-modus .....................................34
Landschap ............................................................. 34
Portret .................................................................... 34
Nachtportret ......................................................... 35
Portret met achtergrondbelichting ................. 35
Nachtelijk landschap .......................................... 35
Macro ...................................................................... 35
Automatisch.......................................................... 35
Panorama...................................................................... 35
Scène modus (SCN) ...................................................... 36
Sport ....................................................................... 37
Binnenshuis ........................................................... 37
Sneeuw ................................................................... 37
Vuurwerk ............................................................... 37
Museum ................................................................. 37
Nachtlandschap .................................................. 37
Kinderen
Blad ......................................................................... 38
Zonsondergang .................................................... 38
Glas ......................................................................... 38
Landschap ............................................................. 38
Nachtportret ......................................................... 38
Strand ..................................................................... 38
Tekst ....................................................................... 38
Groeperen ............................................................. 38
ID ............................................................................. 38
................................................................
37
4 5
Groothoek ............................................................. 38
Opname tijdens het reizen ................................ 38
Fotolijst .................................................................. 38
Schetsen ................................................................ 38
Portretmodus ............................................................... 39
Autoprogrammabelichting ....................................... 39
Sluiterprioriteit ............................................................ 40
Diafragmaprioriteit
Handmatige modus
41
41
AFSPELEN ............................................................42
Foto’s en video’s bekijken .......................................... 42
Miniatuurweergave .................................................... 43
Bij afspelen zoom gebruiken (alleen voor
momentopnamen) ....................................................... 44
De knop Verwijderen gebruiken ............................... 45
DE MENU’S GEBRUIKEN ....................................46
Menu Foto ..................................................................... 46
AF-modus (Autofocus-modus) .......................... 47
AF-hulpstraal ........................................................ 47
Doorgaand AF ...................................................... 48
Belichtingsmeting.. ............................................. 48
Cont. opnemen ..................................................... 49
Datum afdrukken ................................................. 50
Snelcontrole .......................................................... 50
Digitaal in-/uitzoomen ....................................... 51
Filmmenu ...................................................................... 52
Doorgaand AF. ...................................................... 53
Belichtingsmeting.. ............................................. 53
Menu Afspelen.............................................................. 54
Bescherming ......................................................... 54
Verwijderen ........................................................... 55
DPOF (Digitaal Afdrukbestelformaat)..............56
Bijknippen .............................................................. 57
Hoog Dynamisch Bereik ..................................... 57
Formaat wijzigen ................................................. 58
Draaien .................................................................. 58
Verminderen van rode ogen .............................. 59
Weergave instelling ................................................... 59
Diavoorstelling ..................................................... 60
Achtergrondinstellingen
Setup-menu .................................................................. 63
Pieptoon ................................................................. 64
LCD-helderheid .................................................... 64
Energiebesparing ................................................ 65
Zone ........................................................................ 65
Datum/tijd ............................................................. 66
Taal ......................................................................... 66
Bestand/Software ....................................................... 66
Geheugen formatteren ....................................... 66
Bestandsnummering .......................................... 67
Naar kaart kopiëren (Intern geheugen naar
geheugenkaart kopiëren) .................................. 67
Instellingen resetten ........................................... 68
FW-versie (rmwareversie) ............................... 68
..........................................60
Op een PC aansluiten .......................................... 70
De USB-modus instellen ..................................... 70
Bestanden naar uw PC overdragen ................. 70
Op een PictBridge compatibel printer
aansluiten ..................................................................... 72
De USB-modus instellen ..................................... 72
Het PictBridge-menu gebruiken .............................. 74
Met datum afdrukken ......................................... 74
Zonder datum afdrukken ................................... 75
Index afdrukken ................................................... 76
DPOF afdrukken ................................................... 77
Afsluiten ................................................................. 77
APPENDICES .......................................................78
Specicaties ................................................................. 78
Foutberichten ............................................................... 82
Probleem oplossen ...................................................... 84
Uitzending ..........................................................69
6 76 7
Videosysteem ....................................................... 69
VOORBEREIDEN
Uitpakken
Uw verpakking moet, naast het aangekochte cameramodel, ook de volgende items bevatten. Als er iets ontbreekt of beschadigd lijkt, moet u contact opnemen met uw leverancier.
AA-alkalinebatterijen Schouderband
USB-kabel
Cd-rom
Garantievoorwaarden
Lensdop
Installeren van schouderband en lensdop
1
1
2
3
2
3
4
Installeren van schouderband Installeren van lensdop
8 9
Camera-aanzichten
1
4
2
3
13
14
15
16
17
5
7
9
10
11
12
6
8
Vooraanzicht
Achteraanzicht
Zijaanzicht links
18 19
20
21
29
30
l
m
b
23
22
24
25
26
27
28
Zijaanzicht rechts
Bovenaanzicht
10 11
Onderaanzicht
1 AF hulp/timer-indicator 11 Belichtingscompensatieknop 21
2 Flitslamp 12
3 Microfoon 13 Wissen knop/Opwaartsknop 23 Sluiterknop
4
Lens
5 LCD-scherm 15 Zelftimerknop/Neerwaartsknop 25 Stabilisatieknop
6 Elektronische zoeker 16 Flashknop/Linksknop 26 Sleuf voor schouderband
7 Statusindicator 17 OK knop 27 ON / OFF
Elektronisch zoekvenster/LCD
8
schermknop
9
Afspeelknop
10 disp 20 Flash Aan knop 30 Statiefaansluiting
Menuknop
14 Macroknop/Rechtsknop 24 Gezichtsidenticatieknop
18
USB/AV-poort
19 Handgreep 29 Kaartsleuf/batterijvak
Luidspreker
22 Zoombalk
28 Modus Draaien
Plaats de batterij en de SD/SDHC-kaart (niet inbegrepen)
1. Open het batterijvak.
2
1
4
3
2. Plaats de bijgesloten batterijen in de juiste richting in de batterijensleuf.
12 1312 13
kaart (niet inbegrepen), zoals wordt getoond.
Optionele SD/SDHC-kaarten zijn niet inbegrepen. Voor betrouwbare gegevensopslag is het aanbevolen geheugenkaarten van 1 GB tot 16 GB van erkende fabrikanten te gebruiken.
Om de SD/SDHC-kaart te verwijderen, opent u het batterijvak. Druk zachtjes tegen de kaart om het vrij te geven. Trek de kaart voorzichtig uit de sleuf.
4. Sluit het batterijvak.3. Plaats in de sleuf van de geheugenkaart een SD/SDHC-
Overschrijfbe scherming
In- en uitschakelen
Taal en Datum/tijd instellen
Druk op ON/OFF om camera aan of uit te zetten
Als de camera voor de eerste keer wordt aangezet, verschijnt het Taalweergave en Datum/Tijd -instellingenmenu. Gebruik de volgende procedures om de camera volgens uw voorkeur in te stellen:
1. Druk op AAN/UIT om de camera aan te zetten.
2. Druk op de Opwaarts/Neerwaarts/Links/Rechtsknop om
de instellingen te selecteren.
3. Druk op de
knop om de instellingen te bevestigen.
De taal instellen
1. Druk op de knop en op de Opwaarts/Neerwaarts knop
om de camera-instellingen te wijzigen, en selecteer het
Bij het aanzetten van de camera, stel de camera in op Automatische modus, door te draaien aan de Modusschijf bovenin de camera (zie pagina 16). Als de camera voor de eerste keer gebruikt wordt, zal de pagina voor de taalinstelling verschijnen.
Taalmenu.
uik de knop Omhoog/omlaag om in het menu Setup
2. Gebr
camera 2 naar de optie Taal te gaan. Druk daarna op de knop Rechts om de instelling in te voeren.
3. Gebr
uik de knoppen Opwaarts/Neerwaarts/Links/
Rechtsknop om de gewenste taal te selecteren.
4. Dr
uk op de knop
om de instelling te bevestigen.
14 1514 15
Wijzigen van Datum/Tijd
1. Druk op de knop en maak gebruik van de Opwaarts/ Neerwaarts knop voor het selecteren van de Algemene Opstartmenutab. Druk op de knoppen om het Datum/ Tijdmenu in te voeren.
2. Druk op de knop Links/Rechts om elk veld te markeren en gebruik de knop Omhoog/Omlaag om de waarde aan te passen.
3. Druk op de knop om de instelling te bevestigen.
Gebruik van de Draaimodus
De GE camera biedt een eenvoudige draaimodus waarmee u op eenvoudige wijze tussen de verschillende modi kunt wisselen: Alle beschikbare modi worden als volgt genoemd:
Naam modus Pictogram Beschrijving
Automatische
ASCN-modus
Programmeer Auto Belichting
Sluiterprioriteit
Diafragmaprioriteit
Handmatige
Portret
Schakel voor momentopnamen naar de automatische modus.
In de modus "ASCN" worden op slimme wijze verschillende scène-omstandigheden gedetecteerd en de meest passende instellingen worden automatisch geselecteerd.
Met deze instelling kunt u de BW waarde kiezen en de camera zal dan automatisch de
P
sluitersnelheid en diafragma selecteren.
Met deze instelling kunt u een specieke sluitersnelheid kiezen terwijl de camera het diafragma
S
automatisch instelt, om de correcte belichting te garanderen.
Hiermee kunt u een speciek diafragma kiezen en de camera zal automatisch de
A
overeenkomstige sluitersnelheid instellen. Schakelen om stilstaande beelden in de handmatige modus op te nemen, waar talrijke camera-
instellingen kunnen worden gecongureerd.
voor het nemen van foto’s onder normale omstandigheden.
Panoramamodus
Filmmodus
Scènemodus
Schakelen om een reeks opnamen te maken en ze samen te voegen in één panoramafoto.
Schakelen om video’s op te nemen.
Schakelen om een vooraf ingestelde scènemodus te gebruiken voor het opnemen van stilstaande beelden. Er zijn in totaal 20 scènes.
16 17
Over het LCD-scherm
Wanneer u de camera inschakelt, worden verschillende pic­togrammen weergegeven op het LCD-scherm om de huidige camera-instellingen en -status aan te geven. Zie “LCD- schermweergave” op pagina 30 voor meer informatie over de weergegeven pictogrammen.
Opmerkingen over het LCD-scherm
Tijdens het fabriceren van het LCD-scherm is een uitermate hoge-precisietechnologie gebruikt, zodat de meeste pixels gebruiksklaar zijn. Er kunnen echter enkele minimale puntjes (zwart, wit, rood, blauw of groen) constant op het LCD-scherm worden weergegeven. Deze punten zijn normaal in het productieproces en de opname wordt op geen enkele manier beïnvloed.
Zorg dat het LCD-scherm niet in contact met water komt; verwijder aub al het vocht op het LCD-scherm met een droog en zacht doekje.
Als de LCD-monitor beschadigd is, moet u vooral opletten met het vloeibare kristal in de monitor. Als een van de volgende situaties optreedt, moet u de aangegeven dringende actie ondernemen.
• Als er vloeibaar kristal in aanrak moet u het gebied afvegen met een doek en vervolgens grondig wassen met zeep en stromend water.
• Als er vloeiende kristallen in uw ogen t u het aangetaste oog gedurende minstens 15 minuten spoelen met schoon water en medische hulp inroepen.
• Als u vloeibaar kristal hebt ingeslik grondig spoelen met water. Drink grote hoeveelheden water en wek braken op. Roep vervolgens medische hulp in.
ing komt met uw huid,
erechtkomen, moet
t, moet u uw mond
Elektronische Zoeker
LCD
De Elektronische Zoeker geeft dezelfde informatie weer als het LCD-scherm. Om tussen het LCD-scherm en de Elektronische Zoeker te wisselen, druk svp op de knop. Als een EVF-indicator wordt geselecteerd, gaat het LCD-scherm automatisch uit.
evf/lcd
18 1918 19
BASISGEBRUIK
Opnemen in de Automatische modus
De Automatische modus is de gemakkelijkste modus om foto’s te maken. Wanneer u de camera in deze modus gebruikt, optimaliseert het toestel automatisch uw foto’s voor de beste resultaten.
Om het opnemen te starten, gaat u als volgt te werk:
uk op ON/OFF om de camera aan te zetten.
1. Dr
2. Zet de Mode dial (draaimodus) in Auto Mode ( ) (Automodus).
3. Composeer uw foto op het LCD-scherm en druk de sluiterknop halverwege in om zich op het onderwerp scherp te stellen.
4. Als de per groen kader.
5. Dr
soon in focus staat, toont het LCD- scherm een
uk de sluiterknop volledig in om het beeld op te nemen.
De zoomfunctie gebruiken
Uw camera is uitgerust met twee types zoomfuncties: optische zoom en digitale zoom. Druk op de Zoomknop om met de camera op de persoon in of uit te zoomen voor het nemen van de foto.
Zoomwieltje
Zoomindicator (zie “Digitale zoom” op pagina 51).
Als de optische zoom haar maximale waarde heeft bereikt, laat dan de Zoomknop los en druk hier opnieuw op om naar digitale zoom te gaan. De zoomindicator is verborgen nadat de Zoomknop losgelaten is. Het scherm laat ( zoomstatus zien.
) voor de huidige
Flitser inschakelen
Het itslicht wordt gebruikt voor het belichten van een
onderwerp bij weinig licht of voor het invullen van licht om een betere belichting voor een onderwerp met scherpe schaduwen te verkrijgen.
1. Om de itser aan t
2. Druk op de Links knop om de menu- of its Functies in te gaan.
e zetten, druk op de
.
20 21
3. Druk op de Links/Rechtsknop om uit de volgende 6 modi te kiezen:
Flitser: Automatische itser
Op basis van bestaande lichtomstandigheden, wordt
de itser al dan niet automatisch geactiveerd.
Flitser: Rode ogen-reductie
De itser gaat kort af voordat de foto wordt gemaakt om de rode ogeneecten te beperken.
Flitser: Geforceerde itser
Voer geforceerde ash uit op het moment van opne­men.
Flitser: Geforceerd uit
De itser is uitgeschakeld.
Flitser: Langzame synch.
Hiermee kunnen foto's bij nachtscènes worden genomen. Bij deze instelling wordt aanbevolen een statief te gebruiken.
Flitser:langzame synch.+Rode ogen-reductie
Gebruik deze stand voor opnamen met een lange sluitertijd en anti-rode ogen.
4. Dr
uk op de
uit de optie te gaan.
knop om de instellingen te bevestigen en
Zelftimer
Met deze instelling kunt u de timer voor automatische foto’ s instellen na op de sluiterknop te hebben gedrukt. U hebt de keuze tussen 2 seconden of 10 seconden na op de sluiterknop te hebben gedrukt.
1. Druk op de Neerwaartsknop om het Zelf-timermenu in te gaan.
2. Druk op de Links/Rechts knop om tussen de volgende 3 modi te kiezen:
Zelfontspanner: 2 sec
2 seconden nadat op de sluiterknop is gedrukt, wordt één foto gemaakt.
Zelfontspanner: 10 sec
10 seconden nadat op de sluiterknop is gedrukt, wordt één foto gemaakt.
Zelfontspanner: uit
Schakel de zelfontspanner uit.
3. Dr
uk op de
het menu uit te gaan.
knop om de instellingen te bevestigen en
Macromodus
BW (Belichtingswaarde)
U kunt de macro-opname gebruiken om foto’s van kleine voorwerpen of foto’s van dichtbij te nemen. Met deze modus kunt u de zoom gebruiken als u dichter bij uw onderwerp bent.
1. Dr
uk op de Rechtsknop om het Macromenu in te gaan.
2. Druk op de Links/Rechtsknop om tussen de volgende twee modussen te kiezen:
Macro: Aan
Selecteer deze optie om scherp te stellen op onderwerpen die zich op 5 cm van de lens bevinden.
Macro: uit
Selecteer deze optie om Macro uit te schakelen.
Druk op de knop om de instellingen te bevestigen en
3. het menu uit te gaan.
Met de EV-controle kan de fotograaf de automatische belichtingsinstellingen overnemen, waarbij hij lastige belichtingscondities kan controleren. Zo kan de fotograaf de belichting volgens zijn of haar wens lichter of donkerder maken.
1. Dr
uk op de
belichting in te gaan.
2. Druk op de Opwaarts/Neerwaartsknop om de belichtingswaarde van de foto in te stellen, met een bereik van BW -2.0 tot BW+2.0.
knop om het instellingenscherm voor de
22 2322 23
Gezichtsdetectie
De gezichtsdetectiemodus detecteert de gezichten van mensen, en door hier op te focussen worden de afbeeldingen helderder. De gezichtsdetectie functioneert in de meeste modussen als standaardinstelling, tenzij deze door de gebruiker geïnactiveerd wordt. De gezichtsdetectie is geïnactiveerd in de Panoramamodus.
1. Houd de camera goed vast, en gebruik de functie van de gezichtsdetectie voor het genomen voorwerp. Als de camera het gezicht detecteert, zal hij een frame rond het gezicht op het scherm weergeven.
uk de Sluiter half in om op het onderwerp scherp te
2. Dr stellen.
3. D
ruk de Sluiter volledig in om de afbeelding vast te leggen.
4. D
ruk op de Gezichtsdetectieknop om deze functie te sluiten.
Lachdetectie
Knipperdetectie
De camera is uitgerust met een "lachdetectie", er wordt automatisch een opname gemaakt als iemand lacht, zodat u
nooit een leuk moment zult missen.
1. In de opnamemodus, druk op de Gezichtsdetectieknop totdat het pictogram
2. Richt de camera op het onderwerp, en druk op de Sluiterknop halverwege de focus.
3.
Druk de Sluiterknop volledig in, om de foto te nemen, en
de camera zal automatisch de sluiter loslaten als hij een glimlacht ontdekt.
4. Druk op de Gezichtsdetectieknop om deze functie te sluiten.
op het LCD-scherm verschijnt
Als tijdens het opnemen het gezicht gedetecteerd wordt met gesloten ogen, zal het pictogram met de aanduiding van gesloten ogen
op het scherm worden weergegeven.
24 2524 25
Loading...
+ 62 hidden pages