ETNA KKS8088 User Manual [de]

0 (0)

GEBRUIKSAANWIJZING

NOTICE D’UTILISATION

ANLEITUNG

INSTRUCTIONS FOR USE

KOELKAST

RÉFRIGÉRATEUR

KÜHLSCHRANK FRIDGE

AK2088/2102DA/DVKKS8088 AK2122DA/DV EEK141/146/151A EEK136/206VA EEK216A KKS8088/8102/8122

NL

Handleiding NL 3 - NL 21

FR

Notice dútilisation FR 3 - FR 21

DE

Anleitung DE 3 - DE 21

EN

Manual EN 3 - EN 21

Gebruikte pictogrammen - Pictogrammes utilisés

Benutzte Piktogramme - Pictograms used

Belangrijk om te weten - Important à savoir

Wissenswertes - Important information

Tip - Conseil - Tipp - Tip

VOORWOORD

Als u deze gebruiksaanwijzing doorleest, bent u snel op de hoogte van alle mogelijkheden die dit toestel u biedt. U vindt informatie voor uw veiligheid en over het onderhoud van het toestel.

Deze handleiding behandelt verschillende modellen koelkasten. Hierdoor kan het voorkomen dat bepaalde opties of accessoires voor uw toestel niet van toepassing zijn.

Bewaar de gebruiksaanwijzing en het installatievoorschrift.

Een eventueel volgende gebruiker van dit toestel kan daar zijn

voordeel mee doen.

NL 3

INHOUD

Inleiding

Inleiding

5

Veiligheid

Let op!

6

Energie en milieutips

7

De keuze van de ruimte

8

Beschrijving

Toestelbeschrijving

9

Gebruik

Bediening

10

Levensmiddelen bewaren

12

Plaatsen levensmiddelen

14

Houder ijsblokjes

15

Onderhoud

Reinigen

16

Ontdooien

16

Verlichting

17

Storingen

Storingstabel

18

Bijlage

Verpakking en toestel afvoeren

19

NL 4

INLEIDING

Uw nieuwe koelkast is bestemd voor huishoudelijke doeleinden. Het toestel is geschikt voor het bewaren van levensmiddelen. In de vriezer (indien van toepassing) kunt u ook verse levensmiddelen invriezen.

De bewaartijden zijn sterk afhankelijk van de kwaliteit van de levensmiddelen.

Dit toestel bevat geen CFK’s. Het koelcircuit bevat R600a (Isobutaan). Isobutaan is een natuurlijk gas dat geen invloed heeft op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Het is daarom noodzakelijk dat u de leidingen van het koelcircuit controleert op beschadigingen.

NL 5

VEILIGHEID

Let op!

De huisinstallatie waarop u het toestel aansluit moet voldoen aan

de nationale en lokale voorschriften.

Sluit het toestel aan op een volgens de geldende voorschriften geïnstalleerde wandcontactdoos.

Controleer of de spanning op het typeplaatje overeenkomt met de spanning in uw woning.

Houd ventilatie-openingen in het apparaat open en zorg er voor dat bij het inbouwen de benodigde ventilatie-openingen in het inbouwmeubel niet worden afgedicht.

Verbuig nooit koelleidingen.

Om beschadigingen aan het koelsysteem te voorkomen mag u het toestel nooit reinigen met scherpe voorwerpen. Bij beschadigingen aan het koelsysteem, waarbij koelvloeistof vrijkomt, moet u de ruimte ventileren. Waarschuw dan onmiddellijk de Servicedienst!

Gebruik de plint, laden en schappen nooit als opstapje.

Laat kinderen nooit met het toestel spelen. Zorg dat kinderen zich niet zonder toezicht in de buurt van het apparaat bevinden.

Reparaties mogen alleen door een bevoegd servicemonteur worden uitgevoerd.

Als u een beschadigde koelkast hebt ontvangen direct contact opnemen met uw leverancier.

Gebruik geen verlengsnoer voor het aansluiten van het toestel.

Trek de stekker tijdens reparatiewerkzaamheden en tijdens het schoonmaken uit het stopcontact.

Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact. Pak altijd de stekker zelf vast en trek deze recht uit het stopcontact.

Bewaar geen explosieve en licht ontvlambare stoffen in de vriezer. Alcohol en vloeistoffen met een hoog alcoholpercentage moet u afgesloten en staand bewaren.

Gebruik het koelgedeelte uitsluitend voor het bewaren van verse levensmiddelen en het vriesgedeelte (indien van toepassing) uitsluitend voor het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van verse levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.

Bewaar geen dranken in glas in het vriesgedeelte (indien van toepassing) want deze kunnen barsten.

NL 6

VEILIGHEID

Raak wanneer het apparaat in werking is de koelplaten niet aan, vooral niet met vochtige of natte handen omdat dan de huid er aan kan blijven plakken.

Maak het toestel op het moment dat het wordt afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel af te knippen. Verwijder de deuren en schappen om te voorkomen dat kinderen zichzelf kunnen opsluiten en in levensgevaar komen.

Als de stekker of het netsnoer beschadigd is moet het vervangen worden door de fabrikant of een geautoriseerde dealer.

Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of mentale vermogens, of zonder ervaring of kennis van het apparaat, behalve als zij tijdens het gebruik instructies ontvangen van of begeleid worden door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.

Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen!

Energie en milieutips

Open de deur van de koelkast niet vaker dan nodig. Dat geldt in het bijzonder bij warm en vochtig weer. Open de deur van de koelkast (vooral het vriesgedeelte) zo kort mogelijk.

Controleer af en toe de been ontluchting van het toestel

(vrije circulatie van lucht achter het toestel). Dek ventilatieopeningen niet af!

Draai de thermostaatknop op een hogere of een lagere stand wanneer het gebruik van het apparaat en de omstandigheden dit vereisen.

Alvorens warme levensmiddelen in de koelkast te leggen, moeten deze tot kamertemperatuur worden afgekoeld.

Rijp of ijslagen in het vriesvak doen het stroomgebruik toenemen. Verwijder deze daarom regelmatig zodra ze 3-5 mm dik zijn.

Een verkeerd of niet afdichtend deurrubber kan het stroomverbruik verhogen, daarom moet het tijdig en vakkundig worden vervangen.

De condensor aan de achterkant van de kast moet altijd schoon en vrij van stof of ongerechtigheden worden gehouden.

Elke instructie uit de hoofdstukken installatie en energiebesparing die niet wordt nageleefd, kan leiden tot een hoger stroomverbruik.

NL 7

OPSTELLEN

De keuze van de ruimte

Plaats het apparaat in een droge en regelmatig geventileerde ruimte. De toegestane temperatuur van de omgeving voor de juiste werking van het apparaat is afhankelijk van de uitvoering (klasse) van het apparaat, die op het typeplaatje van het apparaat

vermeld is. Plaats het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld een gasfornuis, verwarming, boiler enz. en stel het niet bloot aan directe zonnestraling.

De koelkast moet tenminste 3 cm van het elektrisch of gasfornuis respectievelijk 30 cm van de verwarming of kachel worden geïnstalleerd. Bij kleinere afstanden moet er een isolatieplaat worden gebruikt.

De afstand tot de muur, respectievelijk de vrije ruimte achter de kast, dient ongeveer 200 cm² te bedragen. Een keukenkastje boven de koelkast moet aan de achterzijde een ruimte van tenminste 5 cm hebben. Daardoor wordt een voldoende koeling van de condensor gewaarborgd.

Klimaatklasse

Omgevingstemperatuur

SN (subnormaal)

+ 10°C tot + 32°C

N (normaal)

+ 16°C tot + 32°C

ST (subtropisch)

+ 16°C tot + 38°C

T (tropisch)

+ 16°C tot + 43°C

NL 8

ETNA KKS8088 User Manual

BESCHRIJVING

Toestelbeschrijving

Model met vriesvak

12

 

 

 

6

 

 

 

 

5

 

 

11

 

 

 

 

10

1

7

 

2

9

 

 

3

 

 

4

8

Model zonder vriesvak

5

 

 

 

11

 

10

1

7

 

 

 

9

2

 

 

3

 

 

4

8

1.draagplateau

2.glasplaat groentebak

3.groentebak

4.stelvoeten

5.thermostaat en interieurverlichting

6.vriesvak

7.eierrek

8.flessenrek

9.deurvakken

10.botervak

11.deksel botervak

12.ijsbakje

NL 9

GEBRUIK

Bediening

Instellen van de thermostaat

1

2

0

5

3

4

De thermostaat regelt automatisch de binnentemperatuur van het koelkast en het vriesvakje (indien aanwezig).

De normale temperatuurstand is stand 3. Op stand 0 is de koelkast uitgeschakeld.

Stel een hogere temperatuur in door de regelknop naar stand 1 of 2 te draaien.

Stel een lagere temperatuur in door de regelknop op stand 4 of 5 te draaien.

Let op!

De temperatuur in de koelkast (en vriesvak) wordt beïnvloed door de omgevingstemperatuur, de temperatuur van nog niet gekoelde levensmiddelen en de frequentie waarmee de deur wordt geopend. De stand van de themostaat dient op grond van deze factoren te worden aangepast.

Als u het apparaat voor de eerste keer gebruikt moet u het apparaat pas vullen als de gewenste temperatuur bereikt is.

Als het apparaat uitgeschakeld wordt moet u ten minste 5 minuten wachten alvorens het apparaat weer in te schakelen. Dit voorkomt schade aan de compressor.

Uw koelkast kan uitgevoerd zijn met of zonder vriesvak.

Het koelgedeelt koelt tussen 4 - 6 ºC. Op deze stand is de temperatuur in het vriesvak -18 ºC of lager.

Er kan sprake zijn van een vreemd luchtje als u het apparaat de eerste keer inschakelt. Dit verdwijnt als het apparaat gaat koelen.

NL 10

GEBRUIK

“Deur open” indicatie (voor koelkasten met vriesvak)

A

De “deur open” indicator (A) op de sluiting van de vriesvakdeur geeft aan of de deur goed gesloten is.

Deur niet goed gesloten; indicator is zichtbaar

Deur goed gesloten; indicator is niet zichtbaar

Let er op dat de vriesvakdeur altijd goed gesloten is. Dit voorkomt dat levensmiddelen in het vriesvak ontdooien en dat er overmatige ijsvorming ontstaat. Ook voorkomt het onnodig energieverbruik.

NL 11

GEBRUIK

Levensmiddelen bewaren

Koelgedeelte

Het koelgedeelte wordt gebruikt om verse levensmiddelen enige dagen te bewaren.

Leg geen levensmiddelen direct tegen de achterwand van het koelgedeelte. Laat enige ruimte tussen de diverse levensmiddelen om zo luchtcirculatie mogelijk te maken.

Plaats geen te warme levensmiddelen of dampende vloeistoffen in de koelkast.

Dek levensmiddelen altijd (luchtdicht) af.

Dek flessen en kannen altijd af. Dit voorkomt overmatig vocht en ijsvorming in de koelruimte.

Het is aan te bevelen vlees(waren) verpakt te bewaren op de glasplaat boven de groentelade, waar het het koudst is.

Groente en fruit kunt u onverpakt bewaren in de groentelade.

Om te voorkomen dat koude lucht ontsnapt, de deur niet vakeren niet langer dan strikt noodzakelijk openen.

 

 

 

 

 

Levensmiddel

 

 

 

 

 

Bewaartijd (in dagen)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

2

3

4

5

 

6

7

8

9

10

11

12

13

14

 

 

 

 

 

Boter

+

+

+

+

+

 

+

+

=

=

=

=

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Eieren

+

+

+

+

+

 

+

+

+

+

+

=

=

=

=

 

 

 

 

 

Vlees: rauw - stukje

+

+

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

gehakt

+

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gerookt

+

+

+

+

+

 

+

+

+

+

+

=

=

=

=

 

 

 

 

 

Vis

+

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Marinade

+

+

+

+

+

 

+

+

+

+

+

=

=

=

=

 

 

 

 

 

Worteltjes

+

+

+

+

+

 

+

+

+

=

=

=

=

=

=

 

 

 

 

 

Kaas

+

+

+

+

=

 

=

=

=

=

=

=

=

=

=

 

 

 

 

 

Gebak

+

+

=

=

=

 

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Fruit

+

+

=

=

=

 

=

=

=

=

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Klaargemaakte gerechten

+

+

=

=

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Legende: + de aanbevolen bewaartijd = de mogelijke bewaartijd

NL 12

GEBRUIK

Vriesgedeelte (indien van toepassing)

Het vriesvak wordt gebruikt om verse levensmiddelen in te vriezen en om bevroren levensmiddelen te bewaren. Controleer de maximale

bewaartijd die op de verpakking staat. Het vriesvak kan tevens gebruikt worden voor het maken van ijsblokjes.

Verpak in te vriezen levensmiddelen lekvrij en luchtdicht. Ideaal zijn speciale invrieszakken.

Let op! Laat in te vriezen levensmiddelen niet in contact komen met reeds bevroren levensmiddelen.

Noteer altijd de inhoud en de invriesdatum op het pakket en overschrijd de bewaartijd niet.

In het geval van een stroomstoring of een defect zal het vriesgedeelte voldoende koud blijven om levensmiddelen enige tijd te bewaren. Vermijd dan echter zo veel mogelijk het openen van de deur van het vriesvak om temperatuurstijging te voorkomen.

Plaats diepvries levensmiddelen zo snel mogelijk na aankoop in het vriesvak. Als levensmiddelen ontdooid zijn mogen ze niet opnieuw ingevroren worden.

Zet nooit warme levensmiddelen in het vriesvak.

Controleer de verpakking van levensmiddelen op beschadigingen voordat u deze invriest.

Stel voor het invriezen van verse levensmiddelen (max. 2 kg) de thermostaat op de hoogste stand (max. 24 uur). Stel de themostaat terug op de normale positie zodra de levensmiddelen zijn bevroren.

NL 13

GEBRUIK

Plaatsen levensmiddelen

F

A D

B

C E

E

Legplateau positie A

Te gebruiken voor allerlei soorten levensmiddelen (gekookte gerechten) en dranken.

Legplateau positie B

Te gebruiken voor o.a. vis en vlees.

Groentebakken C

Te gebruiken voor groente en fruit.

Zuivelvak D

Te gebruiken voor kleine zuivelproducten, zoals boter, margarine, yoghurt, kaas of slagroom.

Deurvak E

Te gebruiken voor o.a. flessen, melkpakken etc.

Vriesvak F (indien aanwezig)

Te gebruiken voor diepvriesproducten.

Let op; het bewaren van groente met een hoog watergehalte kan condensvorming veroorzaken op de glazen schappen van de

groentenen fruitlade: dit beïnvloedt het correct functioneren van het apparaat niet.

NL 14

GEBRUIK

Houder ijsblokjes (indien aanwezig)

Indien uw toestel is uitgerust met een vriesvak dan kunt u met de

ijsblokjeshouder ijsblokjes maken:

Vul de ijsblokjeshouder voor 2/3 met water.

Plaats de ijsblokjeshouder in het vriesvak.

Haal de ijsblokjeshouder, nadat het water bevroren is, uit het vriesvak. Buig de ijsblokjeshouder iets om de ijsklontjes uit de houder te laten vallen.

NL 15

ONDERHOUD

Reinigen

Maak het toestel spanningloos voordat met reinigen wordt gestart.

• Reinig het koelgedeelte met een normaal, niet agressief schoonmaakmiddel en handwarm water.

Maak accessoires separaat schoon met een schoonmaakmiddel en water. Plaats deze delen niet in de vaatwasser.

Gebruik geen agressieve of schurende middelen. Neem na het reinigen de delen af met schoon water en droog ze zorgvuldig.

Ontdooien

Koelruimte

De koelruimte ontdooit van tijd tot tijd geheel automatisch.

De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan de binnenkant van het koelgedeelte duidt erop dat het apparaat bezig is automatisch te ontdooien. Het dooiwater loopt via het afvoergootje naar een opvangbakje waar het verdampt.

Zorg ervoor dat de dooiwaterafvoer vrij blijft. Met bijvoorbeeld een satéprikker kunt u een verstopte afvoer weer vrij maken.

Vriesvak (indien aanwezig)

Ontdooi het vriesvak wanneer de ijslaag een dikte van 5 mm bereikt heeft.

Zet een dag voordat u gaat ontdooien de thermostaat op een zo hoog mogelijke stand om de levensmiddelen zo diep mogelijk in te vriezen.

NL 16

ONDERHOUD

Verwijder het vriesgoed. Bewaar het vriesgoed tijdens het ontdooien op een koele plaats ingepakt in dekens of kranten.

Schakel de koelvrieskast uit door de thermostaat op de ‘0’ stand te draaien.

Ontdooi het vriesvak.

Maak het vriesvak schoon en droog.

Schakel de koel-vrieskast weer in.

Plaats het vriesgoed weer in het vriesvak.

U kunt het ontdooien versnellen door een schaal met heet water in het vriesvak te plaatsen.

Waarschuwing

Verwijder ijsaanslag nooit met scherpe voorwerpen, ontdooisprays, een föhn, een straalkacheltje of iets dergelijks. Dit kan tot onveilige situaties leiden en onherstelbare schade aan het toestel veroorzaken.

Verlichting

Lamp vervangen

In geval van storingen kunt u zelf het lampje van de binnenverlichting vervangen.

Maak het toestel spanningsloos.

Druk de haakjes aan de zijkant van het kapje naar binnen en verwijder het.

Vervang het lampje (15 W).

Plaats het kapje terug.

NL 17

STORINGEN

Storingstabel

Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw toestel betekent dit niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de volgende punten in onderstaande tabel.

Symptoom

Mogelijke oorzaak

Oplossing

 

 

 

De koelkast geeft bij het

Nieuw toestel.

Dit is normaal en verdwijnt

eerste gebruik een lichte

 

wanneer het toestel gaat

geur af.

 

koelen.

 

 

 

Het toestel doet niets; lampje

Stekker niet in het

Steek de stekker in het

brandt niet.

stopcontact.

stopcontact.

 

Thermostaat staat op de ‘0’

Stel de thermostaat in op de

 

stand.

juiste stand.

 

 

 

Temperatuur in de koelkast te

Thermostaat foutief ingesteld.

Stel de thermostaat goed in.

hoog of te laag.

 

 

 

 

 

Water loopt uit de koelkast.

Dooiwater afvoer verstopt.

Maak de dooiwater afvoer vrij

 

 

(zie ‘Ontdooien’).

 

 

 

Toestel maakt lawaai.

Onjuiste opstelling

Plaats levensmiddelen op de

 

levensmiddelen in de koelkast

juiste wijze in de koelkast of

 

(of vriesvak).

vriesvak.

 

 

 

 

Er ligt een voorwerp tegen het

Verwijder het voorwerp.

 

toestel.

 

 

 

 

Verlichting brandt niet.

Lamp defect.

Vervang de lamp (zie

 

 

‘Verlichting’).

 

 

 

Opmerking:

Het is normaal dat het koelcircuit borrelende of expansiegeluiden maakt.

NL 18

BIJLAGE

Afvoeren

Verpakking en toestel afvoeren

Bij de vervaardiging van dit toestel is gebruik gemaakt van duurzame materialen. Dit toestel moet aan het eind van zijn levenscyclus op verantwoorde wijze worden afgevoerd. De overheid kan u hieromtrent informatie verschaffen.

De verpakking van het toestel is recyclebaar. Gebruikt kunnen zijn:

karton;

polyethyleenfolie (PE);

CFK-vrij polystyreen (PS-hardschuim).

Deze materialen op verantwoorde wijze en conform de

overheidsbepalingen afvoeren.

Om op de verplichting tot gescheiden verwerking van elektrische huishoudelijke apparatuur te wijzen, is op het product het symbool van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht. Dit betekent dat het apparaat aan het einde van zijn levensduur niet bij het gewone huisvuil

mag worden gevoegd. Het toestel moet naar een speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling van de gemeente worden gebracht of naar een verkooppunt dat deze service verschaft.

Het apart verwerken van een huishoudelijk apparaat voorkomt mogelijk negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid die door een ongeschikte verwerking ontstaat. Het zorgt ervoor dat de materialen waaruit het apparaat bestaat, teruggewonnen kunnen worden om een aanmerkelijke besparing van energie en grondstoffen te verkrijgen.

Conformiteitsverklaring

Wij verklaren dat onze producten voldoen aan de van toepassing zijnde Europese Richtlijnen, Besluiten en Verordeningen en de eisen die zijn vermeld in de normen waar naar wordt verwezen.

NL 19

NL 20

AVANT-PROPOS

La lecture intégrale de ce mode d'emploi vous permettra de connaître rapidement et parfaitement l'ensemble des possibilités offertes par cet appareil. Vous y trouverez des informations sur votre sécurité et sur l'entretien de l'appareil.

Ce manuel traite de différents modèles de réfrigérateurs. Dès lors, certaines options ou certains accessoires mentionné(e)s peuvent ne pas s'appliquer à votre appareil.

Conservez le mode d'emploi et la notice d'installation.

Ces documents pourraient s'avérer particulièrement utiles à un éventuel

futur utilisateur.

FR 3

INDEX

Introduction

Introduction

5

Sécurité

Attention !

6

Conseils en matière d'énergie et d'environnement

7

Mise en place

Le choix de la pièce

8

Description

Description de l'appareil

9

Utilisation

Commandes

10

Conservation des aliments

12

Rangement des aliments

14

Bac à glaçons (le cas échéant)

15

Entretien

Nettoyage

16

Dégivrage

16

Éclairage

17

Pannes

Tableau des pannes

18

Annexe

Élimination

19

FR 4

INTRODUCTION

Votre nouveau réfrigérateur est destiné à un usage domestique.

Cet appareil convient à la conservation de denrées alimentaires. Vous avez également la possibilité de congeler des aliments frais dans le congélateur (le cas échéant).

Les durées de conservation dépendent fortement de la qualité des aliments.

Cet appareil ne contient aucun CFC. Le circuit de réfrigération contient du R600a (Isobutane). L'isobutane est un gaz naturel qui n'a aucun impact sur l'environnement, mais qui est néanmoins inflammable. Pour cette raison, il est indispensable de vous assurer que les tuyaux de réfrigération sont en parfait état.

FR 5

Loading...
+ 53 hidden pages