Deze motorzeis wordt af fabriek zonder motorolievulling geleverd.
Voor de ingebruikneming conform de aanwijzingen olie vullen!
De ingebruikneming zonder motorolie leidt onmiddellijk tot schade aan de motor!
Let op:
MS-252.4 U
MS-252.4 C
http://www.dolmar.com
Page 2
2
Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw nieuwe DOLMARmotorzeis. We danken u voor uw vertrouwen en hopen dat u
met uw nieuwe motorzeis tevreden zult zijn.
DOLMAR is de oudste fabrikant ter wereld van benzinemotor
zagen (1927) en heeft daardoor tientallen jaren ervaring op het
gebied van door tweetaktmotoren aangedreven werktuigen.
De motorzeisen van de reeks MS-252.4 behoren tot de lichtste
motorzeisen met een viertaktmotor in deze klasse. Ze zijn heel
handig en compact en veelzijdig inzetbaar voor het maaien van
gras, onkruid en struikgewas.
Het duidelijk geringere brandstofverbruik in vergelijking met vergelijkbare motorzeisen met tweetaktmotor is een vernieuwende
stap op het vlak van energieverbruik en emissie.
De viertaktmotor heeft daarnaast een aangenaam stil lopende
motor.
Inhoudsopgave
Om uw persoonlijke veiligheid te garanderen en een optimale
werking en optimale prestaties van de motorzeis te garanderen,
hebben we het volgende verzoek:
-
Niet-naleving kan levensgevaarlijke verwondin-
Reglementair gebruik:
Deze motorzeisen zijn van de passende en goedgekeurde
snijgereedschappen voor het maaien van gras en sterk onkruid
voorzien. De motorzeis mag door slechts een persoon en uitsluitend in de open lucht gebruikt worden!
Niet-toegestane werktechniek:
Met de goedgekeurde snijgereedschappen mag sterker materiaal, zoals struiken, wildgroei of kreupelhout niet gesneden
worden.
Niet-toegestane bedieners:
Personen die niet vertrouwd zijn met de gebruiksaanwijzing,
kinderen, jongeren alsook personen onder de invloed van alcohol,
drugs of medicamenten mogen het toestel niet bedienen.
Neem voor de eerste inbedrijfname deze gebruiks-
aanwijzing aandachtig door en neem absoluut de
veiligheidsvoorschriften in acht!
Uittreksel uit de reserveonderdelenlijst .................26
Technische gegevens van de motorzeisen
MS-252.4 C/MS-252.4 U ............................................27
Page 3
Veiligheidsvoorschriften
max.
10.000 1/min
max.
9.000 1/min
Lees voor de eerste ingebruikneming van uw nieuwe motorzeis
absoluut de volgende veiligheidsvoorschriften.
Symbolen
Op de machine en bij het lezen van de gebruiksaanwijzing treft
u de volgende symbolen aan:
Gebruiksaanwijzing lezen en de waarschuwings-
en veiligheidsaanwijzingen opvolgen!
Bijzondere voorzichtigheid en aandacht!
OPGELET!
Kickback (terugslag)!
GEVAAR!
Heel scherp snijgereedschap!
GEVAAR!
Wegvliegende delen!
Primerpomp
Draairichting van het snijgereedschap
Motor starten
Motor uitschakelen
AAN/UIT
Eerste hulp
Recycling
CE-aanduiding
Roken verboden!
Geen open vuur!
Beschermende handschoenen dragen!
Veiligheidsschoenen dragen!
Helm, gezichts-, ogen- en oorbeschermers
dragen!
Verboden!
AANWIJZING!
Gering risico. Zaken die bij het gebruik van dit
toestel in acht genomen moeten worden.
Veiligheidsafstand van 15 meter aanhouden!
Toegestaan max. toerental van het snijgereedschap
Algemene voorschriften
Om een veilig gebruik te garanderen moet degene
die het apparaat bedient altijd deze gebruiksaanwijzing lezen, om zich met de werking ervan
vertrouwd te maken. Onvoldoende geïnstrueerde
gebruikers kunnen zichzelf en anderen door
ondeskundig gebruik in gevaar brengen.
De motorzeis alleen uitlenen aan personen met
ervaring in het gebruik van een motorzeis. De
gebruiksaanwijzing dient daarbij overhandigd
te worden. Nieuwe gebruikers moeten zich door
de verkoper laten instrueren of een cursus volgen om vertrouwd te raken met het maaien met
motoraandrijving.
Kinderen en jeugdige personen onder 18 jaar
mogen de motorzeis niet met metalensnijgereedschap (slagmessen met 4 tanden) gebruiken.
Voor jeugdigen boven 16 jaar geldt dit verbod
niet als zij in het kader van hun opleiding onder
toezicht staan van een vakman.
Het werken met de motorzeis vereist een hoge
mate van concentratie.
Alleen in goede lichamelijke konditie werken. Alle
werkzaamheden rustig en precies uitvoeren. De
gebruiker is verantwoordelijk ten opzichte van
derden.
Nooit onder invloed van alcohol, drugs of medi
cijnen werken.
-
Normale bezine
Motorolie
Chokeklep gesloten
Chokeklep geopend
3
Page 4
4
1
2
3
4
5
6
7
Persoonlijke beschermingsuitrusting
• De kleding moet doelmatig zijn, d.w.z. nauw aansluitend,
maar mag niet hinderen. Geen sieraden of kleding dragen
waarmee u in struikgewas verstrikt kunt raken.
Om bij het maaien verwondingen aan hoofd, ogen,
handen of voeten en schade aan het gehoor te
vermijden, moet de hierna omschreven beschermende uitrusting gedragen worden.
• Het dragen van een veiligheidshelm (
bij het werken in bosgebieden is dit beslist noodzakelijk. De
veiligheidshelm moet regelmatig op beschadigingen gecontroleerd worden en moet na maximaal 5 jaar vervangen
worden. Alleen goedgekeurde helmen gebruiken! Bij lang
haar een haarnet dragen!
• De gezichtsbeschermer (
snijdsel of wegvliegende voorwerpen tegen. Om verwonding
van de ogen te vermijden, moet bovendien een veiligheidsbril
als gezichtsbeschermer worden gedragen.
• Om gehoorschade te voorkomen moet geschikte persoonlijke gehoorbescherming gedragen worden (Oorbeschermers
(3), oorproppen, oorwatten etc.). Octaafbandanalyse op
aanvraag.
• De bosbouw-veiligheidsjas (
derpassen. De armen en de hals te allen tijde door kleding
beschermen.
• De veiligheidsbroek (
en beschermt tegen snijwonden. Het gebruik ervan wordt
dringend aanbevolen. In ieder geval een lange broek dragen
van een stevige stof.
• Werkhandschoenen (
tot de voorgeschreven uitrusting en moeten bij het werken
met de motorzeis altijd gedragen worden.
• Bij het werken met de motorzeis moeten veiligheidsschoenen
of veiligheidslaarzen (7) met proelzool, stalen neus en
beenbeschermers gedragen worden. Veiligheidsschoeisel
met een beschermende inleg biedt bescherming tegen
snijverwondingen en zorgen ervoor dat men stabiel staat.
2) van de helm houdt opstuivend
4) heeft signaalrode schou-
5) bestaat uit 22 lagen nylonweefsel
6) van een zware kwaliteit leer behoren
1) wordt aangeraden;
De omgang met brandstoffen/tanken
Bij het aftanken van de motorzeis de motor uit-
schakelen en laten afkoelen.
Roken en open vuur niet toegestaan!
Brandstoffen kunnen oplosmiddelachtige sub-
stanties bevatten. Huid- en oogcontact met
mineraalolieproducten vermijden. Draag bij
het aftanken handschoenen. Vervang en reinig
beschermende kleding regelmatig. Adem de
brandstofdampen niet in. Het inademen van
motorbrandstofdampen kan lichamelijk letsel
veroorzaken.
• Motorzeis vóór het bijtanken in een
• Mors geen brandstof of kettingolie. Als er toch brandstof of olie
gemorst is moet de motorzeis direct schoongemaakt worden.
Zorg dat er geen brandstof op uw kleding terechtkomt. Als
dat toch gebeurt kleedt u dan direct om.
• Let erop dat er geen brandstof of kettingolie in de grond
wegloopt (bescherming van het milieu). Leg iets op de grond
ter bescherming.
• Tank niet in afgesloten ruimten. Brandstofdampen verzamelen
zich op de bodem (explosiegevaar)!
• Sluit de tankdop van brandstoftank goed en controleer re
gelmatig op lekkage.
stabiele ligging brengen.
-
Page 5
15 meter
• Start de motorkettingzaag niet op dezelfde plek als waar u
getankt heeft (tenminste 3 meter verwijderd van de tankplaats).
• Brandstof is niet onbeperkt houdbaar. Koop niet meer dan
u binnen een redelijke tijd zult gebruiken.
• Vervoer en bewaar brandstof alleen in goedgekeurde en
gewaarmerkte jerrycans. Sla brandstof zo op dat kinderen
er niet bij kunnen..
Inbedrijfname
Werk niet alleen, in noodgevallen moet er iemand
in de buurt zijn. Breng de andere persoon voor
het begin van de werkzaamheden op de hoogte
van de aan het toestel voorhanden veiligheidsinrichtingen!
• Verzeker u ervan dat er zich geen kinderen of andere personen
binnen een straal van 15 meter van het apparaat bevinden.
Let hierbij ook op dieren.
• Voor aanvang van de werkzaamheden de motorzeis contro
leren op de volgende punten. Controleer: stevig zitten van
het snijgereedschap, de gashendel moet bij het loslaten
vanzelf naar 0 teruggaan, functie van de gashendelblokkering, snijgereedschap mag niet onbelast draaien, schone
en droge handvatten, functie van de start/stopschakelaar,
bescherminrichtingen niet beschadigd en op de juiste plaats
vast gemonteerd zijn. Anders bestaat er gevaar van letsel!
• Motorzeis alleen starten volgens gebruiksaanwijzing (zie
hoofdstuk “Gebruik”). Andere starttechnieken zijn niet toegestaan!
• De motorzeis en de snijgereedschappen mogen alleen voor
het beschreven gebruiksdoel ingezet worden.
De motorzeis eerst na volledige montage en
controle starten. De machine mag uitsluitend
geheel gemonteerd gebruikt worden!
Het maaigereedschap moet met de bijbehorende
beschermkap uitgerust zijn. Gebruik het apparaat
nooit zonder de beschermkap.
• Bij stationair draaien mag het snijgereedschap niet meedraai
en; zo nodig op standgas zetten (zie hoofdstuk “Gebruik”).
• Vóór het starten erop letten dat het snijgereedschap niet
in contact komt met harde voorwerpen, b.v. takken, stenen
etc.
• Bij merkbaar veranderd gedrag van het apparaat de motor
onmiddellijk afzetten.
• Als het snijgereedschap met stenen of andere harde voor
werpen in aanraking gekomen is, direct de motor afzetten
en het snijgereedschap inspecteren.
• Het snijgereedschap moet regelmatig op beschadigingen
gecontroleerd worden (eventuele haarscheuren door kloppen -klanktest- vaststellen). Na langer gebruik kunnen
haarscheurtjes in het bereik van de getande wortel optreden. Beschadigd snijgereedschap en snijgereedschap
met haarscheurtjes mogen in geen geval meer worden
gebruikt!
• De motorzeis alleen met schouderriem gebruiken en deze
vóór aanvang van de werkzaamheden aanbrengen (zie
hoofdstuk “Voorbereidingen”). Een goede afstelling van de
schouderriem is noodzakelijk, om onnodig vermoeid raken te
voorkomen. De motorzeis nooit met één hand bedienen.
• Bij het werken met de motorzeis deze altijd met beide handen
vasthouden. Let er voordurend op dat u stevig staat!
3 meter
-
-
-
5
Page 6
6
• De motorzeis moet zodanig gehanteerd worden dat er geen
uitlaatgassen ingeademd kunnen worden. Met de motorzeis
mag niet in gesloten ruimtes worden gewerkt; hij mag er ook
niet in gestart worden (vergiftigingsgevaar). Koolmonoxidegas is reukloos. Uitsluitend op goed geventileerde plaatsen
werken.
• Gedurende pauzes tijdens het werk en vóór de motorzeis
alleen gelaten wordt, moet hij uitgeschakeld en zo neergezet
worden, dat niemand gevaar kan lopen.
• De hete motorzeis niet in droog gras of bij brandbare voor
werpen leggen.
• Bij het veranderen van werkplek tijdens het maaien moet de
motor afgezet.
• Machine niet gebruiken bij defecte uitlaatpot.
Terugslag (kickback)
Bij het werken met de motorzeis kan ongecon-
troleerde terugslag voorkomen.
Dit is het geval als het snijgereedschap (slagmes-
sen met 4 tanden) met vast materiaal, zoals boomstronken, afrasteringen, bomen, vast kreupelhout
of grote stenen in contact komt.
De motorzeis wordt daarbij ongecontroleerd
met grote energie naar de zijkant weggeslingerd
respectievelijk versneld (gevaar van letsels!).
Om terugslag te voorkomen, moet op het volgende gelet
worden:
Het maaibereik van vreemde voorwerpen ontdoen en op
•
beplantingen en voorwerpen letten.
• Het maaigereedschap moet het volle werktoerental bereikt
hebben voordat met maaien mag worden begonnen.
• In het donker gemarkeerde bereik bestaat verhoogd gevaar
voor terugslag, in het bijzonder bij gebruik van metalen snijwerktuigen!
-
• Werkpauze
• Transport
• Tanken
• Onderhoud
• Gereedschapswissel
Werkomstandigheden en -techniek
• Het maaigereedschap moet het volle werktoerental bereikt
hebben voordat met maaien mag worden begonnen.
• Alleen bij goed zicht en goede verlichting werken. In de
winter bijzonder letten op gladheid, nattigheid, ijs en sneeuw
(uitglijgevaar). Zorg ervoor dat u stabiel staat.
• Nooit boven schouderhoogte maaien.
• Nooit staande op een ladder werken.
• Nooit met de motorzeis in een boom klimmen en werkzaam
heden uitvoeren.
• Nooit werken op een onstabiele ondergrond.
Het maaibereik van vreemde voorwerpen, zoals
b.v. stenen, metaaldelen etc. ontdoen. Vreemde
voorwerpen kunnen terugstuiten (gevaar van
verwondingen!), zij beschadigen het snijgereedschap en kunnen tot gevaarlijke terugslag
(kickback) leiden.
-
Page 7
Snijgereedschappen
De snijgereedschappen alleen voor de hierna
beschreven werkzaamheden gebruiken! Andere
toepassingen zijn niet toegestaan.
Snoersnijkop met 2 snoeren
Uitsluitend voor het maaien nabij muren, hekwerken, gras- kanten, bomen, palen etc. (afwerken na het grasmaaien).
Slagmes met 4 tanden
Voor het maaien van gras of sterk onkruid. Bij deze werkzaamheden wordt de motorzeis van rechts naar links in een halve
cirkel heen en weer bewogen (zoals bij een handzeis).
Vervoer
Bij het vervoer en bij plaatsverandering tijdens
het werk moet de motorzeis stil worden gezet om
te voorkomen dat het maaigereedschap ongewild
begint te draaien.
De motorzeis nooit achter u aan trekken of laten
vallen (uitgezonderd in noodgevallen). Bij het verladen de nooit met de motorzeis gooien!
Wordt de motorzeis aan harde stoten blootgesteld,
dan moet de zeis op lekkende brandstof gecontroleerd worden (brand- resp. explosiegevaar!).
Nooit de motorzeis met draaiend snijgereedschap
transporteren!
• Bij vervoer over een grotere afstand moet in ieder geval de
meegeleverde maaierbeschermkap worden aangebracht.
• Bij het transport in voertuigen op veilige ligging van de motor
zeis letten. De benzinetank vóór het transport leegmaken.
• Bij verzending van de motorzeis moet de brandstoftank
geheel leeg zijn.
Slagmes met 4 tanden
-
Snoersnijkop met 2 snoeren
Opslag
• De motorzeis veilig in een droge ruimte opslaan en de beschermkap voor metalen snijwerktuigen aanbrengen. Berg
de motorzeis ontoegankelijk voor kinderen op.
• Bij langere opslag de motorzeis door een DOLMAR service
werkplaats grondig laten nakijken en een onderhoudsbeurt
laten ondergaan.
• Bij langere opslag van de motorzeis moet de brandstoftank
geheel worden leeggemaakt en de vergasser leeggedraaid.
Brandstoffen zijn slechts beperkt houdbaar en kunnen in de
tank of in de vergasser afzetting vormen.
• Brandstofresten in reservetanks voor andere motoren ge
bruiken of ontzorgen.
-
-
7
Page 8
8
Onderhoud
Ledere keer vóór werkbegin moet de bedrijfs-
zekere toestand van het maaigereedschap, de
bescherminrichting, de draagriem en de dichtheid
van het brandstofsysteem worden gecontroleerd.
In het bijzonder moet erop gelet worden dat het
snijgereedschap volgens voorschrift is geslepen.
Metalen maaigereedschappen mogen enkel en
alleen door een servicewerkplaats worden nageslepen!
Een niet vakkundig nageslepen snijwerktuig
kan tot onbalans leiden en wordt daardoor tot
een aanzienlijk verwondings-risico. Bovendien
kunnen door vibraties schade aan het apparaat
ontstaan.
Bij het wisselen van maaigereedschap, het
schoonmaken van het apparaat en van het maaigereedschap etc. moet de motor worden afgezet
en de bougiestekker afgenomen.
• Beschadigd maaigereedschap mag niet gericht of gelast
worden.
• De machine moet zo geluidsarm mogelijk en met zo min
mogelijk schadelijke uitlaatgassen gebruikt worden. Hierbij
is een correcte afstelling van de vergasser zeer belangrijk.
• De motorzeis regelmatig reinigen en alle schroeven en
moeren controleren op loszitten.
• Onderhoud en opslag van de motorzeis moet niet in de
nabijheid van open vuur geschieden!
• De motorzeis mag uitsluitend met lege tank en leeggedraaide
vergasser in gesloten vertrekken worden opgeborgen. Berg
de motorzeis ontoegankelijk voor kinderen op.
Veiligheidsvoorschriften van de Arbeidsinspectie
en verzekeringsmaatschappijen in acht nemen. In
geen geval veranderingen in de constructie van
de motorzeis aanbrengen. Uw brengt daarmee
uw veiligheid in gevaar.
• Onderhouds- en montagewerkzaamheden mogen alleen uit
gevoerd worden voorzover deze in deze gebruiksaanwijzing
beschreven zijn. Alle verdere werkzaamheden moeten door
de DOLMAR service uitgevoerd worden.
• Alleen originele DOLMAR onderdelen en toebehoren ge
bruiken. Bij gebruik van niet-originele DOLMAR onderdelen,
toebehoren of gereedschappen moet er met een g r ot e r
gevaar van ongelukken rekening worden gehouden. Bij
ongelukken of schade als gevolg van niet-geautoriseerde
maaigereedschappen, bevestigingen van maaigereedschappen of accessoires vervalt iedere aansprakelijkheid.
-
-
SERVICE
Eerste Hulp (E.H.B.O.)
Voor eventuele ongevallen dient altijd een
verbanddoos op de werkplek aanwezig te zijn.
Gebruikt materiaal direct weer aanvullen.
Als u om hulp vraagt, geeft u dan de volgende informatie:
• waar gebeurde het,
• wat gebeurde er,
• hoeveel gewonden,
• aard van de verwondingen,
• noem uw naam!
Bij personen met circulatiestoornissen kunnen
vaak optredende vibraties tot beschadiging van do
bloedvaten of van het zenuwstelsel leiden. Door
vibraties aan vingers, handen of polsen kunnen
de volgende symptomen optreden: inslapen van
lichaamsdelen, prikkelen, pijn steken, verandering
van de huidkleur of van de huid. Bij het waarnemen
van zulke symptomen moet u een dokter opzoeken.
Page 9
EU-conformiteitsverklaring
2
7
6345
9
10
11
8
1
De ondergetekenden, Shigeharu Kominami en Rainer Bergfeld,
gemachtigd door DOLMAR GmbH, verklaren hiermee dat de
motorzeisen van het merk DOLMAR,
Type: (365) MS-252.4 C en MS-252.4 U
aan de fundamentele veiligheids- en gezondheidsvereisten van
de desbetreffende EU-richtlijnen voldoen:
• EU-machinerichtlijn 98/37/EG,
• EU-EMC-richtlijn 89/336/EWG (gewijzigd door 91/263/ EEG,
92/31/EEG en 93/68/ EEG).
• Geluidsemissie 2000/14/EG.
Voor de vakkundige realisering van de in deze EU-richtlijnen
vervatte eisen zijn doorslaggevend de volgende normen als
grondslag genomen: EN 11806, EN 14982, EN 61000-4-2, EN
61000-4-3.
Het conformiteitsbeoordelingsprocédé 2000/14/EG is volgens
appendix V uitgevoerd. Het gemeten peil van geluidsniveau (Lwa)
bedraagt 101 dB(A). Het gegarandeerde peil van geluidsniveau
(Lwa) bedraagt 102 dB(A).
Hamburg, 1.2.2005
Voor DOLMAR GmbH
Verpakking
Uw DOLMAR-motorzeis bevindt zich ter bescherming tegen
transportschade in een karton.
(inkl. 4 bevestigingsschroeven, moeren en onderlegschijven, 2 antislipele-
menten en greepbevestiging)
(bij MS-252.4 C met C-handgreep incl. 4 bevestigingsschroeven,
onderlegschijven en greepopname)
Schroevendraaierelement
3
Schroevendraaiergreep
4
Combisleutel
5
6 3 zeskantsleutels
7 Draagriem met hulpbescherming
(bij MS-252.4 C zonder heupbescherming)
8 2-snoersnijkop
9 4-tands slagmes
(snijgereedschap incl. opnameschijf, bodemglijder, drukschijf en bevesti-
gingsmoer)
10 Beschermkap
(incl. 3 bevestigingsmoeren, moeren en onderlegschijven)
11 Transportbescherming
Gebruiksaanwijzing (zonder afbeelding)
12
(snijgereedschap)
Controleer eerst de omvang van de levering. Als een van de hier vermelde delen niet voorhanden of defect is,
gelieve dan contact op te nemen met uw verkoper.
9
Page 10
10
Hoofdbestanddelen van de motorzeis
12
9
3
2
13
10
1
11
21
14
6
7
8
24
18
19
15
16
4
5
25
17
22
23
20
Typeplaatje
Bouwjaar
Serienummer
Bij bestellen van reserveonderdelen
opgeven!
1 Afdekkap
2 Kap voor bougie
3 Deksel voor luchtlter
4 Chokehendel
5 Geluidsdemper
6 Startergreep
7 Primerpomp
8 Tankdop
9 Stuurleiding (bowdenkabelgeleiding)
10 Veiligheidssperknop (gashendelblokkering)
11 Handgreep, rechts
12 Kortsluitschakelaar („START
13 Gashendel
/STOP“)
14 Handgreep, links
15 Modelbenaming
16 Hoofdbuis
17 Beschermkap
18 Hoekig drijfwerk
4-tands slagmes (snijgereedschap)
19
20 Greepbevestiging
21 Gordelhouder
22 Voet
23 2-snoersnijkop (snijgereedschap)
24 Heupbescherming (bij MS-252.4 C niet inbegrepen)
25 Schoudergordel
Page 11
Voorbereidingen
1
2
3
4
6
5
4
3
2
1
Voor u de motorrem in gebruik kunt nemen, moet u hem monteren en voor het gebruik voorbereiden.
De motorzeis mag pas na complete montage en
een functiecontrole gestart worden!
Bij alle werkzaamheden aan de motorzeis veilig-
heidshandschoenen dragen!
Handgreep monteren
Naargelang u voor de MS-252.4 U of de MS-252.4 C motorzeis
gekozen hebt, is uw toestel ofwel met een C-handgreep of een
U-handgreep uitgerust.
U-handgreep
Plaats de motorzeis voor de montage van de handgreep zodanig
dat hij stabiel op zijn voet ligt.
Als gereedschap hebt u de grote zeskantsleutel nodig.
1 Antislipelement (
hij perfect met de greepopname afsluit.
2 Handgreep, zoals op de afbeelding, inleggen.
3 Tweede antislipelement (
hij eveneens perfect met de greepopname afsluit.
4 Greepbevestiging (
5 Moeren (
name steken, tegenhouden en tegelijk schroeven (6) stevig
aanzetten (onderlegschijven niet vergeten).
5) van onderen in de boorgaten van de greepop-
1) in de greepopname (2) leggen, zodat
3) op de handgreep leggen, zodat
4) aanbrengen en vasthouden.
C-handgreep
Plaats de motorzeis voor de montage van de handgreep zodanig
dat hij stabiel op zijn voet ligt.
Als gereedschap hebt u de gemiddelde zeskantsleutel nodig.
1 Greepopname (
achteren op de antisliphuls (2) aan de hoofdbuis plaatsen
en vasthouden.
2 C-greep (
op de antisliphuls plaatsen, zodat hij op de greepopname
ligt.
3 Greep door het aanzetten van de schroeven (
(onderlegschijven niet vergeten).
1), zoals weergegeven op de afbeelding, van
3), zoals weergegeven op de afbeelding, van boven
4) bevestigen
11
Page 12
12
Beschermkap monteren
1
5
3
4
2
8
6
5
4
1
7
3
2
Conform de wettelijke ongevalspreventie-
voorschriften moet de in de omvang van
de levering voorhanden beschermkap (en
geen andere) gemonteerd worden!
Om uw persoonlijke veiligheid te garanderen, mag de motorzeis in geen geval zonder
beschermkap in gebruik genomen worden!
Opgelet: Aan de onderkant van de beschermkap
bevindt zich een scherp mes voor de snoerinstelling van de 2-snoersnijkop!
Plaats de motorzeis voor de montage van de beschermkap
zodanig dat hij stabiel op zijn voet ligt.
Als gereedschap hebt u de kleine zeskantsleutel nodig.
1 Booruitsparingen (
onderlegschijven (2) voorzien.
2 Het onderste deel van de motorzeis een beetje optillen.
3 Beschermkap, zoals weergegeven op de afbeelding, onder de
hoofdbuis (3) op de opname steken zodat de bevestigingsgaten in opname en beschermkap op een lijn liggen.
4 Moeren (
houden en tegelijk schroeven (4) stevig aanzetten.
5) van onderen in de boorgaten steken, tegen-
1) van boven in de beschermkap van
Snijgereedschap monteren
Alleen het in de omvang van de levering voor-
handen snijgereedschap gebruiken!
Het monteren van ander snijgereedschap kan
tot een verhoogd gevaar voor ongevallen en tot
schade aan het toestel leiden en is daarom niet
toegestaan!
Voor het monteren van het snijgereedschap moet
de beschermkap gemonteerd worden (zie vorige
paragraaf).
De motorzeis kan met twee verschillende snijgereedschappen
gebruikt worden, ofwel met het 4-tands slagmes voor het maaien
van krachtig materiaal, zoals onkruid, hoog gras, struikgewas,
struiken, wildgroei, kreupelhout etc.; of met de 2-snoersnijkop
voor het maaien van grasresten aan muren, afrasteringen,
gazonranden, bomen, palen etc.
4-tands slagmes
Plaats de motorzeis voor de montage van het snijgereedschap
zodanig dat hij stabiel op zijn greep ligt.
U hebt het volgende gereedschap nodig:
• Combisleutel plus schroevendraaier als greep
• b.v. middelste zeskantsleutel als montagestift
1 Opnameschijf (
de zijdelingse boring (1) met de uitsparing (3) in het hoekige
drijfwerk gelijk ligt.
2 4-tands slagmes (
elkaar, zoals weergegeven op de afbeelding, op de aandrijfas steken.
3 Montagestift (
door de opnameschijf steken.
De drijfwerkas is geblokkeerd.
4 Moer (
5 Montagestift opnieuw verwijderen en vrije loop van het
8) met combisleutel stevig aanzetten (linkse schroef-
draad).
De bevestigingsmoer (8) is met een kunststof
beveiliging uitgerust en moet indien hij merkbaar
loskomt onmiddellijk, ten laatste echter na de 10e
gereedschapwissel, om veiligheidsredenen door
een nieuwe bevestigingsmoer vervangen worden
(zie uittreksel uit de reserveonderdelenlijst)!
snijgereedschap controleren.
1) zodanig op de aandrijfas (2) plaatsen dat
4), drukschijf (5) en bodemglijder (6) na
7) in de uitsparing van het hoekige drijfwerk
Page 13
2-snoersnijkop
Plaats de motorzeis voor de montage van het snijgereedschap
zodanig dat hij stabiel op zijn greep ligt.
Aan het gereedschap hebt u b.v. de middelste zeskantsleutel
als montagestift nodig.
1 Opnameschijf (
1) zodanig op de aandrijfas (2) plaatsen dat
de zijdelingse boring (1) met de uitsparing (3) in het hoekige
drijfwerk gelijk ligt.
2 M on ta gestift i n de u i t s pa ri ng va n h e t hoe k i
ge drijfwerk door de opnameschijf steken.
De drijfwerkas is geblokkeerd.
3 2-snoersnijkop (
4) erop schroeven (linkse schroefdraad)
en met de hand stevig aanzetten.
4 Montagestift opnieuw verwijderen en vrije loop van het
snijgereedschap controleren.
Tanken
Bij het bijtanken van de motorrem altijd op het volgende letten:
Roken en open vuur is verboden! Nooit in
gesloten ruimtes tanken!
-
Brandstofdampen verzamelen zich op de grond
(explosiegevaar)!
Brandstoffen kunnen oplosmiddelachtige subs-
tanties bevatten. Huid- en oogcontact met pro
ducten op basis van minerale olie vermijden.
Draag handschoenen bij het tanken. Veiligheidskleding regelmatig wisselen en reinigen.
Brandstofdampen niet inademen. Het inademen
van brandstofdampen kan lichamelijke schade
veroorzaken.
Voor het tanken van de motorzeis de motor uit-
schakelen en laten afkoelen.
Bedrijfsstoffen/brandstoffen
Het gebruik van bedrijfsstoffen/brandstoffen vereist voorzichtig
en omzichtig handelen. Tank de zeis uitsluitend in de open lucht
of in goed geluchte ruimtes.
Producten op basis van minerale olie, ook
oliën, ontvetten de huid. Bij herhaald en langer
contact droogt de huid uit. Verschillende huidziektes kunnen het gevolg zijn. Daarnaast zijn
ook allergische reacties bekend.
Oogcontact met olie leidt tot irritaties. Bij oogcontact het betreffende oog onmiddellijk met helder
water spoelen. Vermindert de irritatie daarna niet,
dan dient u onmiddellijk een arts op te zoeken!
-
Benzine
De motor van de zeis is voor normale benzine met een minimaal
octaangehalte van 91 ROG. Als zo’n brandstof niet ter beschikking staat, kan ook brandstof met een hoger octaangehalte
getankt worden zonder dat de motor beschadigd wordt.
13
Page 14
14
Motorolie
1
De smering van de motor gebeurt uitsluitend door de motorolie
(meerbereikolie van de classicatie SAE 10W-30). Daarom moet
het motoroliepeil telkens voor het begin van de werkzaamheden
op een schone plaats gecontroleerd worden. Om een lange
levensduur van de motor te garanderen, dient er bij de controle
absoluut op gelet te worden of er geen vuil aan de peilstok of
in de krukruimte terechtkomt.
Is er ondanks alle voorzorgsmaatregelen vuil
in de krukruimte terecht gekomen, dan moet
de motorolie voor het in werking stellen van de
motor absoluut ververst worden (zie hoofdstuk
"Onderhoud").
Tanken en motorolie vullen
U hebt hiervoor een schone doek nodig.
1 Omgeving van de tankdop (
1) goed schoonmaken zodat
er geen vuil in de brandstoftank terechtkomt (bij de eerste
ingebruikneming niet nodig).
2 Motorzeis zodanig leggen dat hij
3 Tankdop afschroeven en benzine
stabiel op zijn voet ligt.
voorzichtig tot aan de
onderkant van de vulopening vullen.
Werd er toch brandstof gemorst, dan dient de mo-
torzeis onmiddellijk schoongemaakt te worden.
Indien er brandstof op de kleding terechtkomt,
onmiddellijk andere kleding aantrekken.
4 Tankdop opnieuw stevig dichtschroeven.
5 Tankdop en omgeving goed schoonmaken.
De peilstok mag bij het neerleggen in geen geval
met vuil in aanraking komen! Vuil evt. onmiddellijk verwijderen!
6 Peilstok (
7 Bij de eerste ingebruikneming 80 cm
2) in tegenwijzerzin uitdraaien.
3
motorolie met behulp
van een geschikte vules tot aan de onderkant van de
vulopening (3) gieten.
Eenmotorolieesmaakteenpreciezedosering
mogelijk zonder motorolie te morsen (zie uittreksel
uit de reserveonderdelenlijst).
9 Peilstok opnieuw indraaien.
Na de eerste ingebruikneming moet de motorolie
na 20 bedrijfsuren en niet pas na 50 bedrijfsuren
ververst worden.
Aanleggen van de draagriem
1 Draagriem, zoals op de afbeelding, aanleggen.
2 Draagriem in de lengte instellen zodat de bevestigingshaak
(1) voor de zeis zich ter hoogte van het heupbeen
bevindt.
De draagriemen van de MS-252.4 C motorzeisen
zijn niet met een heupbescherming uitgerust.
Page 15
Motorzeis uitbalanceren
Voor het uitbalanceren van de motorzeis moet het toestel
getankt en met olie gevuld worden (zie paragraaf "Tanken" in
dit hoofdstuk).
De bodemvrijheid hangt van het gekozen snijgereedschap af.
Bij het gebruik van de snoersnijkop op effen terrein moet de
snoersnijkop lichtjes de grond raken, zonder dat de bedienende
persoon het toestel hierbij met de handen aanraakt.
Bij het gebruik van het 4-tands slagmes en op moeilijk terrein
moet het snijgereedschap ca. 20 cm boven de grond liggen
zonder dat de bedienende persoon het toestel hierbij met de
handen aanraakt.
Als gereedschap hebt u evt. de kruisgleufschroevendraaier
nodig.
1 Bevestigingshaak (
het snijgereedschap, in een van de beide gaten van de
riemhouder (2) inhaken.
Als deze instelling niet voldoende is:
2 Schroef (
3) een beetje lossen.
3 Riemhouder in de gewenste positie op de hoofdbuis schui
ven.
4 Schroef opnieuw stevig aanzetten.
Het aanpassen van de handgreep moet hier
eveneens nog eens uitgevoerd worden.
1) van de draagriem, afhankelijk van
-
15
Page 16
16
Gebruik
1
5
5
2
4
3
6
Nadat u alle voorbereidingen getroffen hebt, kan de motorzeis
in gebruik genomen worden.
De motorzeis mag pas na complete montage (zie
hoofdstuk „Voorbereidingen“) en een functiecontrole gestart worden! Voorschriften ter preventie
van ongevallen in acht nemen!
Bij alle werkzaamheden met de motorzeis:
Veiligheidshandschoenen dragen!
Veiligheidsschoenen dragen!
Helm, gezichts-, oog- en oorbescherming
dragen!
Werk nooit alleen. Voor noodgevallen moet er
zich een tweede persoon in de buurt bevinden.
Instrueer de persoon voor het begin van de
werkzaamheden over de veiligheidsinrichtingen
die zich aan het toestel bevinden!
Het snijgereedschap moet met de bijbehorende beschermkap uitgerust zijn. Toestel nooit
zonder beschermkap gebruiken.
Bij merkbare veranderingen aan het gedrag van
het toestel onmiddellijk de motor uitschakelen.
Als het snijgereedschap met stenen of andere
harde voorwerpen in contact is gekomen, de
motor onmiddellijk uitschakelen en het snijgereedschap controleren.
Bedrijfsveilige toestand van de zeis controleren
Voor het starten van de motorzeis altijd controleren of
• het snijgereedschap (
• de gashendel (
teruggaat.
• de veiligheidssperknop (
Wordt de veiligheidssperknop (3) niet ingedrukt,
• de start-stopschakelaar (
neert.
• de handrepen (
• de beschermkap (
vast gemonteerd is.
1) vast zit.
2) bij het loslaten automatisch in de nulstand
3) functioneert.
dan mag ook de gashendel (2) niet doorgedrukt
kunnen worden.
4) (kortsluitschakelaar) functio-
5) schoon en droog zijn.
6) niet beschadigd en in de juiste positie
Page 17
Starten
4
2
Verwijder de zeis voor het starten minstens drie
meter van de tankplaats!
Leg de motorzeis om te starten op een voldoende vrije plaats,
zodat hij stabiel op zijn voet ligt en het snijgereedschap met
niets in contact komt, noch met de grond, noch met andere
voorwerpen.
Koude start
Mochten er startproblemen komen, dan kan dit
aan te lang opgeslagen brandstof liggen. Brandstof kan slechts beperkt bewaard worden en
veroudert!
Daarom altijd slechts een hoeveelheid brandstof
inkopen die in enkele maanden verbruikt zal
worden!
1 Kortsluitsch
2 Choke-hendel (
sluiten).
3 Brandstofpomp (
geen luchtbellen meer in de brandstofpomp te zien zijn.
4 Motorzeis, zoals weergegeven op de afbeelding, met een
hand vasthouden.
5 Startergreep (
voelt. De zuiger staat nu voor het bovenste dode punt.
6 Nu
7 Choke-hendel naar onderen op-positie zetten (choke
8 Opnieuw aan de startergreep trekken tot de motor draait.
9 Door het vastnemen van de handgreep en het lichtjes indruk
10 Bij nieuwe machines evt. stationairloop instellen (zie para
Warme start
Start de motorzeis warm, zoals in paragraaf "Koude start" beschreven, maar zonder de choke te openen, d.w.z. de hendel
(2) in-positie te brengen.
snel en krachtig verder trekken tot de eerste hoorbare
ontsteking volgt. De loopt korte tijd aan.
openen).
ken van de veiligheidssperknop (5) en de gashendel (6),
de motor op gemiddeld toerental brengen en houden.
graaf "Stationairloop controleren en instellen").
akelaar (1) naar boven op "START" schuiven.
2) naar boven op -positie zetten (choke
3) ca. 7–10 keer lichtjes indrukken tot er
4) langzaam uittrekken tot u een weerstand
Startergreep niet verder dan 50 cm uittrekken
en niet laten terugspringen, maar langzaam met
de hand terugbrengen.
Het snijgereedschap mag onbelast (gashendel
(6) wordt niet ingedrukt) niet draaien. Draait het
snijgereedschap, dan moet de stationairloop
ingesteld worden (zie paragraaf "Stationairloop
controleren en instellen" in dit hoofdstuk).
Motorzeis nooit onmiddellijk met vollast laten
draaien, maar de motor ca. drie tot vijf minuten
bij gemiddelde toerentallen laten warmdraaien.
3 meter
-
-
Motor afzetten
Voor het uitschakelen van de motor de kortsluitschakelaar (1)
naar onderen op "STOP" schuiven.
17
Page 18
18
Stationairloop controleren en instellen
De carburateur van de motorzeis is met een vaste sproeier uitgerust. U dient daarom alleen de stationairloop in te stellen, b.v.
als het om een nieuwe machine gaat of als het snijgereedschap
stationair draait. Absoluut voor een zuivere luchtlter zorgen!
Motorzeis nooit onmiddellijk met vollast laten
draaien, maar de motor ca. drie tot vijf minuten
bij gemiddelde toerentallen laten warmdraaien.
Het snijgereedschap mag in stationairloop niet
meer draaien. Draait het snijgereedschap, dan
moet de stationairloop gecorrigeerd worden.
Als gereedschap hebt u evt. de kruisgleufschroevendraaier
nodig.
Voor het instellen van de stationairloop:
1 Het betreffende snijgereedschap moet gemonteerd zijn.
2 Motor laten warmdraaien.
3 Gashendel (
4 Stationair toerental evt. door het regelen van de stationairloop-
schroef (
• Schroef voor snellere motorloop indraaien.
• Schroef voor langzamere motorloop uitdraaien.
Als het snijgereedschap niet tot stilstand komt,
1) loslaten.
2) corrigeren:
dan mag in geen geval met het toestel gewerkt
worden. Neem contact op met een DOLMARwerkplaats!
Page 19
Onderhoud
OK
vullen
2
1
Om een lange levensduur van uw motorzeis te garanderen en
schade te vermijden, moeten de hierna beschreven onderhoudswerkzaamheden regelmatig en zoals voorgeschreven uitgevoerd
worden. Alleen dan worden garantieclaims aanvaard.
Bij alle werkzaamheden aan de motorzeis:
Absoluut de motor uitschakelen en bougiestekker
uittrekken!
Veiligheidshandschoenen dragen!
Voorschriften ter preventie van ongevallen van de
bevoegde beroepsvereniging en de verzekering
in acht nemen!
Voer in geen geval veranderingen aan de con
structie of onderhoudswerkzaamheden aan de
motorzeis uit, die verder gaan dan de werkzaamheden die in deze handleiding beschreven zijn!
Laat andere werkzaamheden over aan een DOLMAR-werkplaats, anders brengt u uw gezondheid
in gevaar!
-
Oliepeil controleren
De peilstok mag bij het neerleggen in geen geval
met vuil in aanraking komen! Houd voor de veiligheid een schone doek klaar!
1 Motor evt. laten afkoelen.
2 Omgeving van de peilstok (
er geen vuil in de krukruimte terechtkomt.
3 Motorzeis zodanig leggen dat hij
4 Peilstok in tegenwijzerzin uitdraaien.
5 Peilstok met een schone doek afvegen.
6 Peilstok door de opening in de krukruimte dompelen en
opnieuw uittrekken.
7 Oliepeil aezen (zie afbeelding).
8 Evt. motorolie met behulp van een geschikte vules tot aan
de onderkant van de vulopening (2) vullen.
Eenmotorolieesmaakteenpreciezedosering
mogelijk zonder motorolie te morsen (als toebehoren verkrijgbaar, zie uittreksel uit de reserveonderdelenlijst).
9 Peilstok opnieuw indraaien.
1) goed schoonmaken, zodat
stabiel op zijn voet ligt.
Gereedschappen
4-tands slagmes slijpen
Metalen snijgereedschap mag alleen door een
servicewerkplaats bijgeslepen worden, want
ondeskundig bijgeslepen gereedschap kan onbalans veroorzaken en vormt dus een aanzienlijk
risico op verwondingen. Daarnaast kan er door
trillingen schade aan het toestel ontstaan!
Elke DOLMAR-servicewerkplaats slijpt voor u het 4-tands
slagmes en balanceert het.
Het 4-tands slagmes kan voor het verlengen van
de gebruiksduur een keer gedraaid worden tot
beide snedezijden stomp zijn.
19
Page 20
20
Snoeren van de 2-snoersnijkop bijstellen
De snoerlengte kan tijdens het maaien door het licht aantippen
met de snoersnijkop op de grond altijd optimaal ingesteld worden.
De snoerverlenging bedraagt per ontgrendeling ca. 40 mm.
Het snoermes snijdt automatisch uitstekende snoereinden af.
Snoeren van de 2-snoersnijkop controleren/vervangen
Het nieuwe nylonsnoer moet vier meter lang zijn en een diameter van ø 2,4 mm hebben (bestelnummer zie uittreksel uit
de reserveonderdelenlijst).
Voor het vervangen van het snoer is het aan te raden om eerst
de snoersnijkop te demonteren (zie instructies uit paragraaf
"2-snoersnijkop monteren“ in hoofdstuk „Voorbereidingen“ in
omgekeerde volgorde).
1 Dekselopnamelippen lichtjes indrukken en snoersnijkop
openen (A).
2 Spoel met snoer uit de behuizing nemen (B).
3 Oude snoerresten van de spoel verwijderen.
Bevindt er zich nog voldoende snoer op de spoel,
dan stelt het snoer zich echter bij het maaien niet
op de juiste lengte in, er moet opnieuw opgewikkeld worden.
4 Onderkant van de spoel en behuizing met een penseel
reinigen en op evt. schade controleren.
6 Nieuwe draad in het midden knikken en in de spoel inbren
gen (C, D).
7 Snoer in de richting van de peil strak op de spoel wikkelen
(E).
8 Beide einden van de draad in de gleuven van de kabelschijf
klemmen, zodat bij het inzetten van de spoel in de behuizing
de snoer niet opnieuw ontspant (F).
9 Spoel opnieuw in de behuizing plaatsen, hierbij de snoer
einden door de snoergeleidingen steken (G).
10 Spoel en behuizing stevig samenhouden en aan beide
snoereinden trekken, zodat het snoer uit de gleuven
getrokken wordt (H).
11 Spoel naar de uitsparingen van de behuizing richten
en krachtig in de behuizing drukken tot u hem hoort
vastklikken.
Ongelijke snoerlengtes worden tijdens het ge-
bruik door het snoermes aan de beschermkap
automatisch afgesneden.
-
BA
-
DC
FE
HG
Page 21
Dagelijks onderhoud
0,7–0,8 mm
3
1
2
De volgende onderhoudswerkzaamheden moeten na elk gebruik
uitgevoerd worden.
het maximale motorvermogen. Grove vuilpartikels kunnen de motor kapot maken! Een beschadigde luchtlter onmiddellijk vervangen!
Plaats de motorzeis voor de reiniging van de luchtlter zodanig
dat hij stabiel op zijn voet ligt.
Als gereedschap hebt u evt. de kruisgleufschroevendraaier
nodig.
1 Schroef (
2 Luchtlterafdekking (
ken.
3 Choke-hendel (
Nu kunnen er geen vuilpartikels meer in de carburateur
vallen.
4 Luchtlter (
gewoon afwasmiddel uitwassen.
5 Luchtlter
6 Luchtlter opnieuw inzetten (de positie van de lter is door
een lijn (5) gemarkeerd).
7 Luchtlterafdekking eerst op de bovenste lippen (
dan het onderste deel van de afdekking in de richting van de
motor drukken (de afdekking moet hoorbaar vastklikken).
8 Schroef opnieuw stevig aanzetten.
1) uitdraaien.
2) onderaan vastnemen en aftrek-
3) tot aan de aanslag naar boven schuiven.
4) afnemen en in lauwwarme zeeploog met
volledig laten drogen.
6) zetten,
Wekelijks onderhoud
De volgende onderhoudswerkzaamheden moeten bij regelmatig
gebruik een keer per week uitgevoerd worden.
Bougie controleren/vervangen
De motor moet volledig afgekoeld zijn voor u de bougies kunt
controleren of vervangen.
Plaats de motorzeis eerst zodanig dat hij stabiel op zijn voet
ligt.
Als gereedschap hebt u de combisleutel (plus schroevendraaier
als greep) alsook een geïsoleerde tang nodig.
Materiaal: Alleen bougie type NGK-CMR 6A gebruiken
(zie uittreksel uit de reserveonderdelenlijst).
1 Bougiekap (
2 Bougiestekker (
3 Bougie (
De bougie moet vervangen worden als zijn isola-
De afstand tussen de elektroden moet 0,7-0,8 mm
1) in de richting van de pijl verwijderen.
2) van de kaars trekken.
3) met behulp van de combisleutel uitdraaien.
tie-element beschadigd is of zijn elektrode sterk
afgebrand, vervuild of met olie besmeerd is of
als er bij de hierna beschreven bougietest geen
vonk meer zichtbaar is.
bedragen (zie afbeelding).
21
Page 22
22
Moet de ontstekingsvonk gecontroleerd worden (anders naar
stap 9 gaan):
4 Bougiestekker op de uitgeschroefde bougie steken.
5 Met de combisleutel het massacontact met de cilinder tot
stand brengen.
6 Bougiestekker met bougie zo ver mogelijk van het bougiegat
met een geïsoleerde tang lichtjes tegen de combisleutel
drukken.
7 Kortsluitschakelaar (
8 Starterkabel krachtig doortrekken.
4) op "START" schuiven.
Bij perfecte werking van de bougie moet een vonk aan de
elektroden zichtbaar zijn.
9 Evt. een nieuwe bougie met behulp van de combisleutel
inschroeven.
10 Bougiekap opnieuw aanbrengen en laten vastklikken.
Onderhoud na 50 bedrijfsuren
De volgende onderhoudswerkzaamheden moeten na 50 bedrijfsuren uitgevoerd worden.
Buigzame as smeren
Smeer de buigzame as niet zelf. Hij moet in een
van de vele DOLMAR-servicewerkplaatsen ge
smeerd worden!
-
Hoekig drijfwerk smeren
Smeer het hoekige drijfwerk niet zelf. Het moet in
een van de vele DOLMAR-servicewerkplaatsen
gesmeerd worden!
De smering kan in een werkplaats precies gedoseerd worden.
Hierdoor wordt ervoor gezorgd dat te grote vethoeveelheden
niet tot een oververhitting in het hoekige drijfwerk leiden.
Motorolie verversen
Na de eerste ingebruikneming moet de motorolie
na 20 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren
ververst worden.
Huidcontact met producten met minerale olie
vermijden. Draag handschoenen bij het verversen
van olie. Veiligheidskleding regelmatig wisselen
en reinigen.
Producten op basis van minerale olie, ook
oliën, ontvetten de huid. Bij herhaald en langer
contact droogt de huid uit. Verschillende huidziektes kunnen het gevolg zijn. Daarnaast zijn
ook allergische reacties bekend.
Oogcontact met olie leidt tot irritaties. Bij
oogcontact het betreffende oog onmiddellijk met helder water spoelen. Vermindert
de irritatie daarna niet, dan die nt u on middellijk een arts op te zoeken!
Zorg ervoor dat er geen olie in de grond terechtkomt. Gebruik een geschikte onderlegger. Per
ongeluk gemorste olie onmiddellijk opvegen of
met geschikte bindmiddelen binden! Afgewerkte
olie op een milieuvriendelijke manier afvoeren!
Page 23
Als gereedschap hebt u twee schone doeken en een onderlegger nodig.
3
Materiaal: 60 cm
SAE-10W-30-motorolie (classificatie
API SF)
1 Motor starten (zie hoofdstuk "Ingebruikneming").
2 Motor 3–5 minuten bij gemiddeld toerental laten warm
draaien.
3 Motorzeis op een effen vlak leggen, zodat hij stabiel op zijn
voet ligt en drie minuten wachten. Dan heeft de olie zich in
de krukruimte verzameld.
4 Benzinetank, zoals weergegeven op de afbeelding, met
een schone doek (1) afdekken.
5 Peilstok (
2) uitdraaien.
De peilstok mag bij het neerleggen in geen geval
met vuil in aanraking komen! Vuil evt. onmiddellijk met een schone doek verwijderen!
6 Afgewerkte motorolie in een geschikte bak uitgieten.
Motorzeis zo ondersteunen dat de olie vanzelf
wegstroomt. Laat de zeis enkele minuten staan,
zodat alle olie kan weglopen.
7 Tank en vulopening zorgvuldig schoonmaken zonder dat
er vuil in de krukruimte terechtkomt.
8 Nieuwe motorolie met behulp van een geschikte vules tot
aan de onderkant van de vulopening (3) vullen.
Eenmotorolieesmaakteenpreciezedosering
mogelijk zonder motorolie te morsen (zie uittreksel
uit de reserveonderdelenlijst).
9 Peilstok opnieuw indraaien.
-
Driemaandelijks onderhoud
Zuigkop in de brandstoftank
Huidcontact met brandstoffen vermijden. Bij
het onderhoud handschoenen dragen.
Producten met minerale olie ontvetten de huid.
Bij herhaald en langer contact droogt de huis uit.
Verschillende huidziektes kunnen het gevolg zijn.
Daarnaast zijn ook allergische reacties bekend.
Oogcontact met brandstoffen leidt tot irritaties.
Bij oogcontact het betreffende oog onmiddellijk
met helder water spoelen. Vermindert de irritatie
daarna niet, dan dient u onmiddellijk een arts op
te zoeken!
De door de carburateur benodigde brandstof wordt via het vilt
van de zuigkop (2) gelterd. Verharde of vervuilde viltlters
moeten vervangen worden, anders bestaat het gevaar dat er te
weinig brandstof getransporteerd en zo het maximaal toegestane
toerental van de motor overschreden wordt.
U hebt hiervoor een draadhaak nodig.
Materiaal: viltlter
1 Tankdop (
2 Zuigkop (
3 Viltlter controleren en evt. vervangen.
4 Zuigkop opnieuw in de tank brengen.
5 Tankdop opnieuw opschroeven.
1) afschroeven.
2) met een draadhaak door de tankdop trekken.
23
Page 24
24
Service na 50 tankvullingen
Na telkens 50 tankvullingen moet de motorzeis in een
DOLMAR-servicewerkplaats grondig onderhouden en gecontroleerd worden.
Onderhoudsoverzicht
Om een lange levensduur van uw motorzeis en
de goede werking van de veiligheidsinrichtingen
te garanderen en schade te vermijden, moeten de
hierna beschreven onderhoudswerkzaamheden
regelmatig en zoals voorgeschreven uitgevoerd
worden. Bij niet-naleving bestaat gevaar voor
ongevallen!
Algemeen
Telkens na het tanken
Dagelijks
Wekelijks
Driemaandelijks
Voor langer niet-gebruik
Jaarlijks
Na 200 bedrijfsuren
• Complete motorzeis
• Schroeven en moeren
• Gashendel
• Veiligheidssperknop
• Start-stop-schakelaar
• Luchtlter
• Koelluchtgeleiding
• Snijgereedschap
• Stationairloop
• Motorolie
• Benzineslangen
• Bougie
• Geluidsdemper
• Zuigkop
• Benzinetank
• Brandstoftank
• Carburateur
Complete motorzeis
• Benzineslangen
• Ventielspeling
• op beschadiging en dichtheid controleren
• op werking en vastheid controleren
• op werking controleren
• op werking controleren
• op werking controleren
• reinigen
• reinigen
• op beschadiging en scherpte controleren
• controleren (snijgereedschap mag niet meelopen)
• oliepeil controleren, evt. olie bijvullen
• op dichtheid controleren, evt. door DOLMAR-servicewerkplaats
laten vervangen
• controleren, evt. vervangen
• uitlaat controleren, evt. reinigen
• viltlter vervangen
• reinigen
• legen
• leegdraaien
door DOLMAR-servicewerkplaats laten controleren
• door DOLMAR-servicewerkplaats laten vervangen
• door DOLMAR-servicewerkplaats laten instellen
Page 25
Buiten bedrijf stellen en opbergen
Wordt de motorzeis langer dan zes weken niet gebruikt, neem
dan de volgende aanwijzingen in acht:
• Brandstoftank volledig legen en carburateur leegdraaien,
omdat brandstoffen slechts beperkt bewaard kunnen worden
en er zich afzettingen in de tank of de carburator kunnen
vormen.
• Brandstofresten in reservejerrycans voor andere motoren
gebruiken of reglementair afvoeren.
• Metalen snijgereedschap reinigen en lichtjes inoliën.
• Voor een nieuwe inbedrijfstelling verse brandstof tanken.
Werkplaatsservice, reservedelen en
garantie
Onderhoud en reparaties
Onderhoud en reparatie van moderne motorzeisen evenals de
veiligheidsgevoelige hoofdonderdelen vereisen een gekwa-
liceerde vakopleiding en een van speciaal gereedschap en
DOLMAR adviseert daarom alle niet in deze gebruiksaanwijzing
omschreven werkzaamheden door een DOLMAR service-werkplaats uit te laten voeren. De vakman beschikt over de noodzakelijke opleiding, ervaring en uitrusting om u steeds met zo weinig mogelijk kosten een oplossing te bieden en helpt u met raad en daad.
Een lijst met DOLMAR-dealers vindt u onder:
www.dolmar.com
Reserveonderdelen
Betrouwbaarheid, levensduur en veiligheid van uw machine is
ook afhankelijk van de kwaliteit van de gebruikte reserveonderdelen. Alleen originele DOLMAR-reserveonderdelen gebruiken,
die door het teken zijn gekenmerkt.
Alleen originele onderdelen stammen uit de productie van het
apparaat en zijn derhalve de garantie voor de bestmogelijke
kwaliteit van materiaal, maatvastheid, werking and veiligheid.
Originele reserveonderdelen en accessoires zijn verkrijgbaar
bij uw vakhandelaar. Deze beschikt over de noodzakelijke
reserveonderdelenlijsten en wordt doorlopend op de hoogte
gehouden van verbeteringen en veranderingen in het aanbod
van reserveonderdelen.
Houdt u ook rekening met het feit dat, bij gebruik van niet-originele DOLMAR onderdelen, het verlenen van garantie door
de DOLMAR-organisatie niet mogelijk is.
Garantie
DOLMAR garandeert een uitstekende kwaliteit en vergoedt de
kosten van verbeteringen door vervanging van de beschadigde
onderdelen in geval van materiaal- of fabricagefouten die binnen
de garantie na de datum van aankoop optreden.
Houdt u er rekening mee dat in sommige landen specieke
garantievoorwaarden gelden. Vraagt u dit na bij de verkoper in
geval van twijfel. Deze is als verkoper van het product verantwoordelijk voor de garantie.
De volgende schadeoorzaken vallen buiten de garantie. Wij
vragen hiervoor uw begrip:
• Niet opvolgen van de gebruiksaanwijzing.
• Achterwege laten van noodzakelijke onderhouds- en reini
gingswerkzaamheden.
• Overschrijden van het maximale toegestane motortoerental
als gevolg van foutieve vergasserafstelling.
• Schade als gevolg van een onjuiste vergasserinstelling.
• Normale slijtage.
• Duidelijke overbelasting door aanhoudende overschrijding
van de maximaal toegestane belasting.
• Gebruik van geweld, onoordeelkundige behandeling, misbruik
of ongevallen.
• Schade door oververhitting door vervuilde koelluchttoe
voer.
• Ingrepen door ondeskundige personen of ondeskundige
reparatiepogingen.
• Gebruik van ongeschikte reserveonderdelen, resp. niet-origi
nele DOLMAR onderdelen, voorzover deze schade kunnen
veroorzaken.
• Gebruik van ongeschikte of te lang opgeslagen brandstof
fen.
• Schade die terug te voeren is tot voorwaarden bij verhuur.
• Schade veroorzaakt door het niet tijdig aandraaien van
uitwendige schroef-verbindingen.
Reinigings-, onderhouds- en afstelwerkzaamheden vallen niet
onder de garantie. Alle voorkomende garantiewerkzaamheden
moeten worden uitgevoerd door een DOLMAR vakhandelaar.
-
-
-
-
25
Page 26
Storingzoeken
Storing
Motor start niet of slechts
heel slecht
Problemen bij warme
start
Systeem
• Ontstekings
-
systeem
• Brandstoftoevoer
• Compressiesysteem
• Mechanische
fout
Constatering
• Ontstekingsvonk voor
handen
• Geen ontstekingsvonk
• Brandstoftank is gevuld
• Binnen het toestel
• Buiten het toestel
• Starter grijpt niet in
Brandstof in de tank en ontstekingsvonk voorhanden
Oorzaak/oplossing
-
• Fout in de brandstoftoevoer, Compressiesysteem, mechanische fout (service-geval)
• Start-stop-schakelaar op STOP
• Fout of kortsluiting in de bekabeling (servicegeval)
• Bougiestekker of ontstekingsmodule defect
(servicegeval)
• Bougie defect (zie hoofdstuk "Onderhoud")
• Choke-hendel in verkeerde positie
• Carburateur defect (servicegeval)
•
Zuigkop vervuild (zie hoofdstuk "Onderhoud")
• Brandstoeiding geknikt of onderbroken (servicegeval)
• Bougie dicht niet af (zie hoofdstuk "Onderhoud")
• Veer in de starter gebroken, gebroken delen
binnen de motor (servicegeval)
Carburateur vervuild (servicegeval)
-
Motor springt aan, maar
valt onmiddellijk opnieuw
uit
Brandstoftoevoer
Brandstof in de tank
• Stationairloopinstelling niet correct (zie hoofdstuk "Gebruik")
• Zuigkop vervuild (hoofdstuk "Onderhoud")
• Carburateur vervuild (servicegeval)
• Tankontluchting defect, brandstoeiding
onderbroken, kabel of start-stop-schakelaar
defect (servicegeval)
Ontbrekend vermogen
Meerdere systemen kunnen
tegelijk betroffen
zijn
Toestel loopt stationair
• Luchtlter vervuild (hoofdstuk "Onderhoud")
• Carburateur vervuild, geluidsdemper aangekoekt, uitlaatkanaal in de cilinder aangekoekt
(servicegeval)
Uittreksel uit de reserveonderdelenlijst
Alleen originele DOLMAR-reserveonderdelen gebruiken. Voor reparaties en vervanging
van andere onderdelen is uw DOLMAR-servicewerkplaats verantwoordelijk.
Pos. DOLMAR-nr. Aantal Benaming
1 367 010 995 1 Bougie NGK-CMR 6A
2 365 604 700 1 Bevestigingsmoer
3 365 224 010 1 2-snoersnijkop compleet
4 369 224 070 1 Maaisnoer ø 2,4 mm x 15 meter
5 369 224 072 1 Maaisnoer ø 2,4 mm x 120 meter