V erv eelvoudiging v an dit document op welke wijze dan ook zonder de schriftelijke toestemming van
Dell Inc. is strikt verboden.
Handelsmerken in dit document: Dell, het DELL-logo, XPS, DellConnect en YOURS IS HERE zijn
handelsmerken van Dell Inc.; Intel en Core zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken v an
Intel Corporation in de V erenigde Staten en andere landen; Microsoft, Windows, Windows V ista en het
logo op de startknop van W indows V ista zijn merken o f gedeponeerde merken v an Microsoft Corporation
in de Verenigde Staten en/of andere landen; Bluetooth is een gedeponeerd merk dat het eigendom is
van Bluetooth SIG, Inc. en op basis van een licentie door Dell wordt gebruikt.
Andere merken en handelsnamen die mogelijk in dit document worden gebruikt, dienen ter aanduiding
van de rechthebbenden met betrekking tot de merken en namen of ter aanduid ing v an hun producten.
Dell Inc. claimt op geen enkele wijze enig eigendomsrecht ten aanzien van andere merken of handelsnamen
dan haar eigen merken en handelsnamen.
OPMERKING: Sommige functies of media kunnen optioneel zijn en niet bij uw
computer zijn geleverd. Sommige functies of media zijn in bepaalde landen niet
beschikbaar.
OPMERKING: Mogelijk is er bij uw computer additionele informatie meegeleverd.
Document/Media/LabelInhoud
Servicetag/code voor express-service
De servicetag of de code voor expressservice bevindt zich op uw computer.
Drivers and Utilities media
De Drivers and Utilities media is een
cd of dvd die mogelijk bij uw computer
is meegeleverd.
Operating System media
De Operating System media is een cd of
dvd die mogelijk bij de computer is geleverd.
• Gebruik de servicetag om de computer
te identificeren als u gebruik maakt van
support.dell.com of contact opneemt
met Technical Support.
• Voer de code voor express-service in zodat
uw telefonische verzoek naar de juiste
supportmedewerker wordt doorgeleid.
• Een diagnostisch programma voor de
computer.
• Stuurprogramma's voor uw computer.
OPMERKING: Updates van de
stuurprogramma's en documentatie
kunt u vinden op support.dell.com.
• Desktop System Software (DSS).
• Leesmij-bestanden.
OPMERKING: Op uw media kunnen
leesmij-bestanden zijn opgenomen met
daarin de laatste updates over technische
wijzigingen aan de computer of geavanceerde
technisch naslaginformatie voor
computertechnici en ervaren gebruikers.
• U installeert het besturingssysteem
opnieuw.
1
Informatie zoeken7
Document/Media/Label
(vervolg)
Onderhoudshandleiding
U vindt de Onderhoudshandleiding voor
uw computer op support.dell.com.
Technologiehandleiding van Dell
De Te c h n o l o g i e h a n d l eiding van Dell is
beschikbaar op support.dell.com.
Inhoud
• Onderdelen verwijderen en vervangen.
• Systeeminstellingen configureren.
• Problemen vaststellen en oplossen.
• Meer over uw besturingssysteem.
• Het gebruik en onderhoud van
randapparatuur.
• Meer over technologieën als RAID,
internet, Bluetooth
®
, e-mail, netwerken
en nog veel meer.
Microsoft® Windows®-licentielabel
Uw licentie voor Microsoft Windows
bevindt zich op uw computer.
Informatie over productveiligheid en
garantie is ook op papier beschikbaar bij
uw computer.
Raadpleeg voor aanvullende informatie
over regelgeving en veiligheidsinformatie
de startpagina over naleving van de wet
op www.dell.com:
www.dell.com/regulatory_compliance.
• Geeft de productsleutel voor het
besturingssysteem.
• Garantie-informatie
• Algemene Voorwaarden en Policies
(alleen V.S.)
• Veiligheidsinstructies
• Informatie over regelgeving
• Informatie over ergonomie
• Gebruiksrechtovereenkomst
8Informatie zoeken
De computer installeren
Voor- en achteraanzicht van de computer
Vooraanzicht
5
6
4
3
2
2
1
De computer installeren9
7
8
9
10
1LED's op het
voorpaneel (3)
2I/O-
connectoren,
voorzijde
33,5-inch
stationscompartimenten (2)
45,25-inch
stationscompartimenten (4)
5LED's op het
voorpaneel (4)
6uitwerpknoppen
voor de lade van
het optische
station (4)
7LED's op het
voorpaneel (3)
8aan/uit-knopDruk hierop om de computer in te schakelen.
Aan de voorzijde van de computer bevinden zich
gekleurde LED's.
Sluit seriële, USB- en andere apparaten aan op
de overeenkomstige aansluitingen (zie "I/Oconnectoren aan voorzijde" op pagina 12).
Voor optionele apparaten zoals een mediakaartlezer.
OPMERKING: De servicetag en de code voor
express-service bevinden zich op een etiket aan de
binnenzijde van de klep van dit compartiment.
Voor optische of SATA-schijf in een 5,25-inch
stationscompartimenthouder.
OPMERKING: De vasteschijfhouder is uitsluitend bestemd
voor gebruik in de 5,25-inch stationscompartimenten.
De houders voor diskettestation en mediakaartlezer en
de houders voor vaste schijven zijn niet uitwisselbaar.
Aan de voorzijde van de computer bevinden zich
gekleurde LED's.
Hiermee kunt u de lade van een station voor
optische schijven uitwerpen.
OPMERKING: De uitwerpknop voor het optische
station is geen handvat. De automatische kleppen
gaan vanzelf open wanneer u op de uitwerpknop drukt,
waarna de stationslade naar buiten schuift.
Aan de voorzijde van de computer bevinden zich
gekleurde LED's.
VOORZICHTIG: Ter voorkoming van
gegevensverlies moet u de computer niet met
de aan/uit-knop uitschakelen. Sluit de computer
in plaats daarvan af via het besturingssysteem.
OPMERKING: De aan/uit-knop kan ook worden
gebruikt om het systeem uit de slaapstand te halen of
in energiebesparende stand te zetten.
10De computer installeren
9LED voor
activiteit van
de vaste schijf
10computer-
standaard
Het lampje van de vaste schijf brandt wanneer de
computer gegevens leest van of schrijft naar de vaste
schijf. Het lampje brandt soms ook wanneer een
apparaat zoals een cd-speler is ingeschakeld.
Met de computerstandaard geeft u het systeem extra
stabiliteit.
WAARSCHUWING: De computerstandaard
moet worden geïnstalleerd, en de voetjes
moeten te allen tijde in de open stand staan
voor optimale stabiliteit van het systeem.
Installeert u de standaard niet, dan kan de
computer omvallen en dat kan leiden tot
persoonlijk letsel of schade aan de computer.
De computer installeren11
I/O-connectoren aan voorzijde
4213
1 IEEE 1394-
aansluiting
2 microfoon-
aansluiting
3 hoofdtelefoon-
connector
4 USB 2.0-
connectoren (2)
Gebruik de optionele IEEE 1394-connector voor apparaten
met hoge gegevenssnelheden, zoals digitale videocamera's
en externe opslagapparaten.
Op de microfoonaansluiting kunt u een pc-microfoon
aansluiten voor spraak- of muziekregistratie bij gebruik
van een programma voor geluid of telefonie.
Gebruik de hoofdtelefoonconnector om hoofdtelefoons aan
te sluiten.
OPMERKING: Wanneer u op deze aansluiting een hoofdtelefoon
aansluit, worden audio-uitvoerpoorten op de achterzijde
mogelijk uitgeschakeld.
Gebruik de USB-aansluitingen aan de voorzijde voor apparaten
die u zo nu en dan aansluit, zoals flashgeheugensticks,
camera's of opstartbare USB-apparaten.
Het is raadzaam om de USB-aansluitingen aan de achterzijde
te gebruiken voor apparaten die normaal gesproken altijd
aangesloten zijn, zoals printers en toetsenborden.
12De computer installeren
Achteraanzicht
2
1
3
4
5
7
1 netsnoeraansluiting Sluit het netsnoer aan. Deze aansluiting kan er iets anders
uitzien dan de afbeelding.
2 LED voor
ingebouwde
zelftest (Built in
Self Test, BIST)
3 BIST-schakelaarMet deze knop kunt u de voedingseenheid testen.
Dit lampje geeft de beschikbare stroom voor de voedingseenheid
aan.
• Groen lampje — Geeft aan dat er stroom beschikbaar is
voor de voedingseenheid.
• Geen lampje — Geeft aan dat er geen stroom beschikbaar
is voor de voedingseenheid of dat de voedingseenheid niet
werkt.
De computer installeren13
6
4 LED's op het
achterpaneel
5 kaartsleuvenToegang tot ingangen voor geïnstalleerde PCI- of PCI
De kaartsleuven aan de achterzijde van de computer zijn
voorzien van gekleurde LED's.
Express (PCIe)-kaarten.
OPMERKING: Sommige connectorsleuven zijn geschikt voor
lange kaarten.
6 I/O-connectoren,
achterzijde
7 I/O LED-kaart,
achterzijde
Sluit seriële, USB- en andere apparaten aan op de
overeenkomstige aansluitingen (zie "I/O-connectoren
aan achterzijde" op pagina 14).
Het I/O-paneel aan de achterzijde van de computer is
voorzien van gekleurde LED's.
I/O-connectoren aan achterzijde
muisconnector U kunt een standaard PS/2-muis op de groene
muisconnector aansluiten. Als u een USB-muis hebt,
sluit u deze aan op een USB-aansluiting.
toetsenbordconnector
RCA S/PDIFconnector
optische
S/PDIFconnector
IEEE 1394aansluiting
Sluit een standaard PS/2-toetsenbord aan op de paarse
toetsenbordconnector. Als u een USB-toetsenbord hebt,
sluit u dit aan op een USB-aansluiting.
U kunt de RCA S/PDIF-connector gebruiken voor het
doorgeven van digitaal geluid zonder dat dit eerst wordt
omgezet naar een analoog signaal.
U kunt de optische S/PDIF-connector gebruiken voor het
doorgeven van digitaal geluid zonder dat dit eerst wordt
omgezet naar een analoog signaal.
Gebruik de optionele IEEE 1394-connector voor
apparaten met hoge gegevenssnelheden, zoals digitale
videocamera's en externe opslagapparaten.
14De computer installeren
surround out,
achterzijde
Op de (zwarte) connector voor surroundgeluid kunt u
multichannel-luidsprekers aansluiten.
surround out,
midden/LFE
Op de (oranje) subwoofer-connector kunt u één
subwoofer aansluiten.
OPMERKING: Het LFE-geluidskanaal (Low Frequency Effects),
dat deel uitmaakt van digitaal surroundgeluid, worden
alleen signalen doorgegeven met een lage frequentie (80 Hz
en lager). Het LFE-kanaal drijft de subwoofer aan en zorgt
voor een diep basgeluid. Bij systemen zonder subwoofers
kan de LFE-informatie worden omgeleid naar de
hoofdluidsprekers in de surroundinstallatie.
lijningangGebruik de (blauwe) lijningang om een opname-
/afspeelapparaat aan te sluiten, zoals een cassette-,
cd- of videospeler.
Gebruik op computers met een geluidskaart de connector
op de kaart.
lijnuitgang/
hoofdtelefoonaansluiting
microfoonaansluiting
Op de groene lijnuitgang kunt u een hoofdtelefoon en
speakers met geïntegreerde versterkers aansluiten.
Gebruik op computers met een geluidskaart de connector
op de kaart.
Gebruik de (roze) microfoonconnector voor het
aansluiten van een pc-microfoon om gesproken tekst of
muziek in te voeren in een audio- of telefonieprogramma.
connector sidesurroundgeluid
Op de (zilverkleurige) side-surroundconnector kunt u
extra luidsprekers aansluiten.
De computer installeren15
1
2
netwerkadapterconnectoren
(2)
Gebruik de netwerkadapterconnector voor het aansluiten
van de computer op een netwerk of breedbandapparaat.
Sluit het ene uiteinde van de netwerkkabel aan op de
netwerkaansluiting op de wand of op een netwerk- of
breedbandapparaat en sluit vervolgens het andere uiteinde
aan op de connector voor de netwerkadapter op de computer.
Een klikgeluid geeft aan dat de netwerkkabel goed vastzit.
OPMERKING: U wordt aangeraden om Category 5-bedrading
en -connectoren voor uw netwerk te gebruiken. Als u toch
gebruikmaakt van Category 3-bedrading, moet u de
netwerksnelheid verhogen tot 10 Mbps om een betrouwbare
werking te garanderen.
1 - LED voor
netwerkactiviteit
2 - LED voor
verbindingsintegriteit
Een geel lampje knippert op het moment dat de computer
netwerkgegevens verzendt of ontvangt. Bij intensief
netwerkverkeer kan het lijken alsof deze LED voortdurend
brandt.
• Groen — Er is een goede verbinding tussen een
10-Mbps netwerk en de computer.
• Oranje — Er is een goede verbinding tussen een
100-Mbps netwerk en de computer.
• Geel — Er is een goede verbinding tussen een
1000-Mbps (1-Gbps) netwerk en de computer.
• Uit (er brandt geen lampje) — De computer detecteert
geen fysieke verbinding tussen de computer en het netwerk.
USB 2.0aansluitingen
(6)
Gebruik de USB-aansluitingen aan de achterzijde voor
apparaten die normaal gesproken altijd aangesloten zijn,
zoals printers en toetsenborden.
OPMERKING: Gebruik de USB-aansluitingen aan de voorzijde
voor apparaten die u af en toe aansluit, zoals sleutels met
flashgeheugen, camera's, of opstartbare USB-apparaten.
eSATAconnector
Hiermee kunt u extra opslagapparatuur aansluiten.
16De computer installeren
De computer instellen
De computer wordt geleverd met een reeds geïnstalleerde computerstandaard.
Til de achterzijde van de computer voorzichtig op terwijl de computer rechtop
staat, en trek de stabilisatievoetjes in de open stand. De open voetjes zorgen
voor optimale stabiliteit van het systeem.
De computer installeren17
De computer in een kast installeren
Wanneer u de computer installeert in een kast, kan de computer oververhit
raken waardoor de prestaties achteruitgaan. Dit komt door onvoldoende ventilatie.
Het is niet raadzaam om de computer in een kast te installeren. Als u de computer
echter toch in een kast moet installeren, houd u dan aan onderstaande richtlijnen:
VOORZICHTIG: De specificaties voor temperaturen waarbij de computer kan
werken, verwijzen naar de maximale omgevingstemperatuur. De kamertemperatuur
moet in overweging worden genomen wanneer u de computer installeert in een
kast. Als de kamertemperatuur bijvoorbeeld 25 °C bedraagt, hebt u, afhankelijk
van de specificaties van uw computer, een marge van slechts 5 tot 10 °C voordat u
de maximale temperatuur bereikt waarbij de computer nog kan werken. Raadpleeg
"Specificaties" op pagina 67 voor meer informatie over de specificaties van uw
computer.
•Laat een ruimte vrij van minimaal 10,2 cm (4 inch) aan alle zijden van de
computer met luchtgaten, zodat er genoeg luchtstroom is voor een goede
ventilatie.
•Als de kast deuren bevat, moeten deze ten minste 30% luchtstroom door
de ruimte toelaten (voor- en achterzijde).
18De computer installeren
•Als uw computer op een hoek van het bureau of onder het bureau komt te
staan, laat u minstens 5,1 centimeter (2 inches) vrij tussen de achterzijde
van de computer en de muur, zodat er voldoende luchtstroming kan zijn
voor de juiste ventilatie.
•Plaats de computer niet in een besloten ruimte zonder luchtstroom.
onvoldoende luchtstroom gaan de computerprestaties achteruit en kan
de computer oververhit raken.
De computer installeren19
Bij
Aansluiten op een netwerk
Het systeem aansluiten op een netwerk:
1
Sluit één uiteinde van een netwerkkabel aan op uw netwerkapparaat
(router, netwerkschakelaar, kabelmodem/DSL).
2
Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op een van de
netwerkadapteringangen op de achterkant van de computer.
Een klikgeluid geeft aan dat de netwerkkabel goed vastzit.
OPMERKING: De computer is geconfigureerd met twee geïntegreerde ingangen
voor netwerkadapters. Deze ingangen zijn geschikt voor geavanceerde configuratieopties.
Zie het gedeelte "Geavanceerde netwerkfuncties" op pagina 21.
Als u een uitbreidingsnetwerkadapter hebt (PCI, PCIe), sluit u de netwerkkabel
aan op die adapter.
OPMERKING: U wordt aangeraden om Category 5-bedrading en -connectoren
voor uw netwerk te gebruiken. Als u toch gebruikmaakt van Category 3-bedrading,
moet u de netwerksnelheid verhogen tot 10 Mbps om een betrouwbare werking te
garanderen.
20De computer installeren
3
Systeemconfiguratie
OPMERKING: Sommige functies die hieronder staan vermeld zijn mogelijk niet
beschikbaar of verschillen op een Dell™ XPS™ 730X-computer. Ga voor meer
informatie naar de Dell Support-website op support.dell.com.
De computer wordt voor verzending door Dell geconfigureerd. In deze sectie
krijgt u instructies voor het geval u de systeemconfiguratie opnieuw moet
uitvoeren of moet wijzigen.
Netwerkconfiguratie (alleen XPS 730)
Geavanceerde netwerkfuncties
Het NVIDIA Control Panel biedt twee hulpmiddelen waarmee u uw netwerkverkeer
kunt wijzigen: NVIDIA FirstPacket
U krijgt toegang tot deze hulpmiddelen via het NVIDIA Control Panel dat te
vinden is in het Configuratiescherm van Windows
NVIDIA FirstPacket
Met NVIDIA FirstPacket kunt u het verkeer op uw systeem beheren voor
betere prestaties van netwerkgames en andere toepassingen die gevoelig zijn
voor netwerkvertraging (latency), zoals Voice-over-IP (VoIP).
Met NVIDIA FirstPacket wordt een extra verzendwachtrij gemaakt, zodat
netwerktoepassingen een beperkte resource kunnen delen. Op basis van
gebruikersvoorkeur kunt u met NVIDIA FirstPacket de verzending voor door
de gebruiker goedgekeurde netwerktoepassingen versnellen.
en TCP/IP Acceleration.
®
.
Systeemconfiguratie21
TCP/IP Acceleration
OPMERKING: Met TCP/IP-versnelling worden uw netwerkprestaties verbeterd
maar bestaat de kans dat uw netwerkverkeer de firewall omzeilt, omdat alle
processen worden verplaatst naar de hardware.
TCP/IP Acceleration-technologie is een netwerkoplossing waarmee de verwerking
van TCP/IP-netwerkverkeer wordt verplaatst van de CPU van uw computer
naar de betreffende nForce-hardware, waardoor de systeemprestaties aanzienlijk
worden verbeterd.
Grafische configuratie
WAARSCHUWING: Voordat u een van de procedures in dit gedeelte uitvoert,
dient u de veiligheidsinstructies te volgen die met de computer zijn meegeleverd.
Dell heeft uw grafische subsysteem geconfigureerd voor een breed scala aan
toepassingen.
U kunt de grafische configuratie en prestaties aanpassen aan uw persoonlijke
behoeften. Dit houdt onder meer in dat u meerdere monitoren, SLI-technologie
van NVIDIA of Crossfire-technologie van ATI, en andere geavanceerde functies
kunt gebruiken.
Meerdere beeldschermen
Afhankelijk van de aangeschafte video-oplossing kunt u eventueel ondersteuning
activeren voor twee of meer beeldschermen. Wanneer u ondersteuning voor
meerdere beeldschermen wilt activeren, moet u onder meer de extra schermen
aansluiten en de videostuurprogramma's of het configuratiescherm zo configureren
dat de schermen worden ondersteund.
WAARSCHUWING: Voordat u een van de procedures in dit gedeelte uitvoert,
dient u de veiligheidsinstructies te volgen die met de computer zijn meegeleverd.
Een extra beeldscherm aansluiten:
1
Controleer of de computer en alle daaraan gekoppelde apparaten uit staan.
2
Sluit het nieuwe scherm of de nieuwe schermen aan op de betreffende poort
op de videokaart(en).
OPMERKING: Configuraties met meerdere grafische kaarten worden vanuit de
fabriek verzonden met een kunststof afdekkapje op de videopoorten van de secundaire
kaart. Deze kapjes kunt u verwijderen om toegang te krijgen tot de extra videopoorten.
22Systeemconfiguratie
De monitorinstellingen veranderen voor ondersteuning van twee of meer beeldschermen
Wanneer u de extra beeldschermen hebt aangesloten, moet u het benodigde
videostuurprogramma activeren. Hoe dit precies in zijn werk gaat, varieert per
videokaart en per versie van het geïnstalleerde stuurprogramma; in de meeste
gevallen kan dit worden gedaan via de applet in het Configuratiescherm van
de videokaart (NVIDIA Control Panel of ATI Catalyst Control Center). Raadpleeg
de helpbestanden bij deze applets voor volledige instructies en opties.
OPMERKING: Wanneer u extra beeldschermen aansluit op een video-oplossing
met meerdere videokaarten, blijven de toegevoegde beeldschermen leeg totdat de
multi-GPU-weergavetechnologie (NVIDIA SLI of ATI Crossfire) is uitgeschakeld.
NVIDIA SLI en ATI Crossfire
De computer ondersteunt maximaal drie PCIe grafische kaarten. Er kunnen
twee of meer identieke grafische kaarten worden geconfigureerd voor activering
van NVIDIA SLI-technologie (Scalable Link Interface) of ATI Crossfiretechnologie. Zo kunt u de prestaties bij games en 3D-toepassingen verbeteren.
Gedetailleerde informatie over de voordelen van deze technologieën is te
vinden op de websites van, respectievelijk, NVIDIA en ATI.
Als u bij aanschaf een configuratie met meerdere kaarten hebt geselecteerd,
bevat uw computer alle hardware die u nodig hebt om NVIDIA SLI- of ATI
Crossfire-technologie te kunnen activeren.
Als u een uitbreiding uitvoert om een configuratie met één kaart te upgraden
naar twee kaarten, dient u de juiste hardwarebrug aan te schaffen om de
kaarten te koppelen. Als u een configuratie met dubbele kaart uitbreidt naar
een driedubbele, moet u de bestaande dubbele-kaartbrug vervangen door een
brug die geschikt is voor drie kaarten om deze kaarten te koppelen.
NVIDIA SLI-technologie activeren (alleen XPS 730)
Voor SLI-ondersteuning hebt u twee of meer identieke grafische kaarten voor
NVIDIA SLI nodig, een SLI-brug en de meest recente versie van het stuurprogramma.
U activeert de NVIDIA SLI-technologie via de applet NVIDIA Control Panel
die te vinden is in het configuratiescherm van Windows. Wanneer u de applet
hebt geopend, selecteert u de optie Set SLI Configuration (SLI-configuratie
instellen). Kies de optie Enable SLI technology (SLI-technologie activeren)
om SLI te activeren.
OPMERKING: SLI-configuraties ondersteunen slechts één beeldscherm. Wanneer
u SLI-technologie activeert, worden extra beeldschermen uitgeschakeld.
Systeemconfiguratie23
ATI Crossfire-technologie activeren
Voor ondersteuning van Crossfire-technologie hebt u twee of meer compatibele
grafische ATI Crossfire-kaarten nodig, een Crossfire-brug (voor optimale prestaties)
en de meest recente versie van het stuurprogramma.
Activeren van ATI Crossfire-technologie wordt gedaan via de applet ATI Catalyst
Control Center, die te vinden is in het Configuratiescherm van Windows.
Wanneer u de applet hebt geopend, selecteert u de optie Crossfire. Klik op de
optie Enable Crossfire (Crossfire activeren) om Crossfire te activeren.
OPMERKING: Crossfire-configuraties ondersteunen slechts één beeldscherm.
Wanneer u Crossfire-technologie activeert, worden extra beeldschermen uitgeschakeld.
24Systeemconfiguratie
Loading...
+ 56 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.