Daikin FXDQ20PBVE, FXDQ25PBVE, FXDQ32PBVE, FXDQ40NBVE, FXDQ50NBVE Installation manuals [nl]

...
INSTALLATION MANUAL
SYSTEM Inverter Air Conditioners
English
Deutsch
MODELS
Ceiling-mounted duct type low static pressure unit
FXDQ20PBVE FXDQ25PBVE FXDQ32PBVE FXDQ40NBVE FXDQ50NBVE FXDQ63NBVE
FXDQ20PBVET FXDQ25PBVET FXDQ32PBVET FXDQ40NBVET FXDQ50NBVET FXDQ63NBVET
READ THESE INSTRUCTIONS CAREFULLY BEFORE INSTALLATION. KEEP THIS MANUAL IN A HANDY PLACE FOR FUTURE REFERENCE.
LESEN SIE DIESE ANWEISUNGEN VOR DER INSTALLATION SORGFÄLTIG DURCH. BEWAHREN SIE DIESE ANLEITUNG FÜR SPÄTERE BEZUGNAHME GRIFFBEREIT AUF.
LIRE SOIGNEUSEMENT CES INSTRUCTIONS AVANT L’INSTALLATION. CONSERVER CE MANUEL A PORTEE DE MAIN POUR REFERENCE ULTERIEURE.
LEA CUIDADOSAMENTE ESTAS INSTRUCCIONES ANTES DE INSTALAR. GUARDE ESTE MANUAL EN UN LUGAR A MANO PARA LEER EN CASO DE TENER ALGUNA DUDA.
PRIMA DELL’INSTALLAZIONE LEGGERE ATTENTAMENTE QUESTE ISTRUZIONI. TENERE QUESTO MANUALE A PORTATA DI MANO PER RIFERIMENTI FUTURI.
ÄΙΑΒΑΣΤΕ ΠΡΟΣΕΚΤΙΚΑ ΑΥΤΕΣ ΤΙΣ ΟÄΗΓΙΕΣ ΠΡΙΝ ΑΠΟ ΤΗΝ ΕΓΚΑΤΑΣΤΑΣΗ ΕΧΕΤΕ ΑΥΤΟ ΤΟ ΕΓΧΕΙΡΙÄΙΟ ΕΥΚΑΙΡΟ ΓΙΑ ΝΑ ΤΟ ΣΥΜΒΟΥΛΕΥΕΣΤΕ ΣΤΟ ΜΕΛΛΟΝ.
Français
Español
Italiano
Nederlands
Portugues
Русский
LEES DEZE INSTRUCTIES ZORGVULDIG DOOR VOOR INSTALLATIE. BEWAAR DEZE HAN­DLEINDING WAAR U HEM KUNT TERUGVINDEN VOOR LATERE NASLAG.
LEIA COM ATENÇÃO ESTAS INSTRUÇÕES ANTES DE REALIZAR A INSTALAÇÃO. MANTENHA ESTE MANUAL AO SEU ALCANCE PARA FUTURAS CONSULTAS.
ПЕРЕД НАЧАЛОМ МОНТАЖА ВНИМАТЕЛЬНО ОЗНАКОМЬТЕСЬ С ДАННЫМИ ИНСТРУКЦИЯМИ. СОХРАНИТЕ ДАННОЕ РУКОВОДСТВО В МЕСТЕ, УДОБНОМ ДЛЯ ОБРАЩЕНИЯ В БУДУЩЕМ.
MONTAJDAN ÖNCE BU TALÝMATLARI DÝKKATLÝ BÝR BÝÇÝMDE OKUYUN. GELECEKTE BAÞVURMAK ÜZERE BU ELKÝTABINI KOLAY ULAÞABÝLECEÐÝNÝZ BÝR YERDE MUHAFAZA EDÝN.
DAIKIN.TCF.022
TÜV
0305020101
Umeda Center Bldg., 2-4-12, Nakazaki-Nishi,
Kita-ku, Osaka, 530-8323 Japan
FXDQ20NAVEF, FXDQ25NAVEF, FXDQ32NAVEF
FXDQ20PVE, FXDQ25PVE, FXDQ32PVE
FXDQ20PVET, FXDQ25PVET, FXDQ32PVET
FXD20PVE, FXD25PVE, FXD32PVE
FXD20PVET, FXD25PVET, FXD32PVET
FXDQ20PBVE, FXDQ25PBVE, FXDQ32PBVE, FXDQ40NBVE, FXDQ50NBVE, FXDQ63NBVE
FXDQ20PBVET, FXDQ25PBVET, FXDQ32PBVET, FXDQ40NBVET, FXDQ50NBVET, FXDQ63NBVET
Low Voltage 2006/95/EC
Machinery Safety 98/37/EC
Electromagnetic Compatibility 2004/108/EC
Noboru Murata
Manager Quality Control Department
1st of February 2008
DAIKIN INDUSTRIES, LTD.
FXDQ20NVE, FXDQ25NVE, FXDQ32NVE, FXDQ40NVE, FXDQ50NVE, FXDQ63NVE
FXDQ20NAVE, FXDQ25NAVE, FXDQ32NAVE, FXDQ40NAVE, FXDQ50NAVE, FXDQ63NAVE
FXDQ20NVET, FXDQ25NVET, FXDQ32NVET, FXDQ40NVET, FXDQ50NVET, FXDQ63NVET
FXD20MVE, FXD25MVE, FXD32MVE, FXD40MVE, FXD50MVE, FXD63MVE
FXD20MVET, FXD25MVET, FXD32MVET, FXD40MVET, FXD50MVET, FXD63MVET
FXF25LVE, FXF32LVE, FXF40LVE, FXF50LVE, FXF63LVE, FXF80LVE, FXF100LVE, FXF125LVE
FXFQ25MVE, FXFQ32MVE, FXFQ40MVE, FXFQ50MVE, FXFQ63MVE, FXFQ80MVE,
FXFQ100MVE, FXFQ125MVE
EN60335-2-40,
3PN06757-1B
Inverter airconditioner voor VRV-SYSTEEM Installatiehandleiding
INHOUD
1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN ....................................... 1
2. VOOR INSTALLATIE ....................................................... 2
3. HET SELECTEREN VAN DE PLAATS ............................ 3
4. VOORBEREIDINGEN VOOR INSTALLATIE ................... 4
5. INSTALLATIE VAN DE BINNENUNIT.............................. 5
6. AANLEGGEN VAN DE KOELSTOFLEIDING.................. 5
7. HET AANLEGGEN VAN DE AFVOERBUIZEN ............... 7
8. HET KANAAL INSTALLEREN......................................... 9
9. ELEKTRISCHE BEDRADING ....................................... 10
10. VOORBEELD VAN BEDRADING.................................. 11
11. LOKALE INSTELLING EN WERKINGSTEST............... 13
12. BEDRADINGSSCHEMA ............................................... 15
1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Lees deze “VEILIGHEIDSMAATREGELEN” zorgvuldig door voordat u de airconditioner installeert en zorg ervoor dat u het toestel op de juiste wijze installeert. Laat na het voltooien van de installatie het apparaat proefdraaien om op fouten te controleren en instrueer de cliënt in het gebruik en onderhoud van de airconditioner aan de hand van de bedieningshandleiding. Vraag de cliënt de installatie­handleiding en de bedieningshandleiding bij elkaar te bewaren, zodat deze later opnieuw kunnen worden nagelezen.
Deze airconditioner valt onder de term “apparaten niet toe­gankelijk voor het algemeen publiek”.
Dit apparaat is een klasse A product. In een huishoudelijke omgeving kan dit apparaat radiostoring veroorzaken in welk geval de gebruiker genoodzaakt kan zijn passende maatregelen te nemen. Betekenis van de WAARSCHUWING en VOORZORGS­MAATREGELEN mededelingen
WAARSCHUWING................. Het niet correct opvolgen
van deze instructies kan ernstig lichamelijk letsel of een dodelijk ongeval vero­orzaken.
VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING
Laat de installatie door uw dealer of door vakbekwaam per­soneel uitvoeren. Probeer de airconditioner niet zelf te installeren. Fouten bij installatie kunnen waterlekkage, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
Installeer de airconditioner conform de instructies van deze installatiehandleiding. Fouten bij installatie kunnen waterlekkage, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
Neem contact op met uw plaatselijke dealer over wat te doen in het geval van koelmiddellekkage. Wanneer de aircondi­tioner in een kleine kamer wordt geïnstalleerd, is het noodza­kelijk de juiste maatregelen te nemen zodat in het geval van koelmiddellekkage de hoeveelheid weggelekt koelmiddel de concentratielimiet niet overschrijdt. Anders kan dit een ongeval als gevolg van zuurstofgebrek veroorzaken.
..... Het niet correct opvolgen
van deze instructies kan schade aan eigendommen of lichamelijk letsel tot gev­olg hebben, dat ernstig kan zijn al naar gelang de omstandigheden.
Gebruik uitsluitend de voorgeschreven accessoires en onderdelen om het toestel te installeren. Het niet gebruiken van de voorgeschreven onderdelen tijdens installatie kan het omvallen van de unit, waterlekkage, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
Installeer de airconditioner op een fundering die sterk genoeg is om het gewicht van de unit te kunnen hebben. Op een te zwakke fundering kan de unit omvallen en licha­melijk letsel veroorzaken.
Houd bij het installeren van de unit rekening met nat­uurkrachten, zoals harde wind, stormen of aardbevingen, waar van toepassing. Wanneer hiermee tijdens de installatie geen rekening wordt gehouden, kan dit tot gevolg hebben dat de unit omvalt en ongevallen veroorzaakt worden.
Zorg ervoor dat de unit wordt voorzien van een gescheiden voedingssystem en dat al het werk aan elektrische bedrad­ing wordt uitgevoerd door erkende elektriciens en comform de landelijik geldende voorschriften en de instructies van deze installatiehandleiding. Onvoldoende capacititeit van de voeding en fouten in de bedrading kunnen elektrische schrokken en brand tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat alle bekabeling stevig is vastgezet, het juiste type kabel wordt gebruikt en dat er op de aansluitpunten of kabels geen druk wordt uitgeoefend. Verkeerd aangesloten of bevestigde kabels kunnen abnor­male warmteontwikkeling of brand veroorzaken.
Leid, wanneer de voedingskabel, de bekabeling naar de afstandsbediening en de bekabeling tussen de binnen- en buitenunits verbonden worden, de kabels zodanig dat het deksel van het aansluitingencompartiment goed bevestigd kan worden. Als het deksel van de besturingskast niet correct bevestigd wordt, kan gevaar voor elektrische schokken, brand of over­verhitting van de aansluitingen ontstaan.
Als er tijdens installatie koelmiddelgas ontsnapt, dient de ruimte onmiddellijk goed gelucht te worden. Als het koelmiddel tot ontbranding komt, kunnen er giftige gassen vrijkomen.
Controleer na het voltooien van de installatie of er geen lekk­age van koelmiddelgas is. Er kunnen giftige gassen vrijkomen als koelmiddelgas weglekt en dit in contact komt met warmtebronnen, zoals gasfornuizen, kookplaten of verwarmingstoestellen met warmtespiralen.
Schakel de unit uit alvorens elektrische onderdelen aan te raken.
Raak de schakelaar niet aan met natte handen. Wanneer u de schakelaar met natte handen aanraakt, kan gevaar voor elektrische schokken ontstaan.
De airconditioning moet geaard worden. Aard de unit niet aan een gas- of waterpijp, bliksemafleider of telefoon-aardkabel. Onvoldoende aarding kan elektrische schokken of brand veroorzaken. Een plotselinge schok van inslaande bliksem of iets anders kan de airconditioner beschadigen.
Plaats een aardlekschakelaar. Het niet plaatsen van een aardlekschakelaar kan gevaar voor elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
Nederlands 1
VOORZORGSMAATREGELEN
Installeer volgens de aanwijzingen van deze installatiehan­dleiding afvoerleidingen om voor goede afvoer te zorgen en isoleer leidingen om condensvorming te voorkomen. Het op verkeerde wijze aanleggen van de afvoer kan water­lekkage binnenshuis en schade aan eigendommen tot gev­olg hebben.
Installeer de binnen- en buitenunits, de voedingskabel en de tussenliggende bedrading op tenminste 1 meter afstand van televisietoestellen of radio’s om beeldstoring en bijgeluiden te voorkomen. (Een afstand van 1 meter kan afhankelijk van de ontvangen signaalsterkte niet voldoende zijn om de storing te elimi­neren.)
Het bereik van de (draadloze) afstandsbediening kan in kam­ers met TL-verlichting (vooral bij typen met omzetter of snel­starter) korter zijn dan verwacht. Installeer de binnenunit zover uit de buurt van TL-verlichting als mogelijk.
Installeer de airconditioner niet in de volgende plaatsen:
1. Waar er een hoge concentratie is van minerale olie­spray of stoom (zoals bijv. in een keuken). Plastic onderdelen kunnen worden aangetast, onder­delen kunnen losraken en er kan waterlekkage ont­staan.
2. Waar bijtende gassen voorkomen, zoals zwavelzuur­gas. Aantasting van koperen leidingen of gesoldeerde verbindingen kan lekkage van koelmiddel tot gevolg hebben.
3. In de buurt van machines die elektromagnetische stral­ing opwekken. Elektromagnetische straling kan de werking van het bestur­ingssysteem beïnvloeden en storingen in de unit veroorza­ken.
4.
Waar ontvlambare gassen vrijkomen, waar koolstofvezel of ontvlambare stoffen in de lucht hangen, of waar licht ontvlambare materialen voorkomen, zoals verfverdunner of benzine. Het gebruik van de unit onder dergelijke omstandighe­den kan brand tot gevolg hebben.
Raak de koelribben van de warmtewisselaar niet aan. Onoordeelkundige verwerking kan leiden tot gevaar voor let­sel.
Transporteer het apparaat altijd met de nodige voorzichtig­heid. Voor de verpakking van sommige producten wordt poly­porpyleenband gebruikt. Gebruik nooit polypropyleenband om het apparaat te verplaatsen. Dit is gevaarlijk.
Voer de verpakkingsmaterialen op de voorgeschreven manier af. Verpakkingsmaterialen, zoals spijkers en andere metalen of houten onderdelen, kunnen scherp zijn of andere persoon­lijke gevaren opleveren. Scheur plastic verpakkingszakken kapot en voer ze zo af dat kinderen er niet mee kunnen gaan spelen. Plastic zakken kunnen, in de handen van kinderen, gevaar voor verstikking opleveren.
Schakel de voeding onmiddellijk uit nadat u de installatie heeft uitgeschakeld. Wacht altijd ten minste 5 minuten voordat u de voeding uitschakelt. Als u dat niet doet kan gevaar voor waterlekkage ontstaan.
Bij huishoudelijk gebruik kan dit product de ontvangst van radiosignalen verstoren, waardoor de gebruiker genoodzaakt zal zijn om passende maatregelen te treffen.
2. VOOR INSTALLATIE
Bewaar de voor de installatie benodigde hulpmiddelen tot alle installatiewerkzaamheden voltooid zijn. Gooi ze niet weg!
1. Kies een transportmethode.
2. Laat de unit in de verpakking totdat deze op de plaats van installatie is aangekomen. Gebruik een draagriem van zacht materiaal of touw met beschermde platen wanneer het onvermijdelijk is dat de unit moet worden verplaatst nadat de verpakking verwijderd is.
Houdt het apparaat vast aan de ophangbeugels wanneer u het apparaat bij of achter de opening wilt verplaatsen. Trek niet aan of druk niet op de koelmiddelleiding, de afvoer­leiding of de kunststof componenten.
Controleer, voordat u begint met de installatiewerkzaamhe­den, of het te gebruiken koelmiddel R410A is. (Wanneer het verkeerde koelmiddel wordt gebruikt, zal het apparaat niet normaal werken.)
Zie voor de installatie van een buitenunit, de installatiehan­dleiding bij de buitenunit.
2-1 VOORZORGSMAATREGELEN
Vergeet niet om de klant te demonstreren hoe deze de unit op de juiste manier bedient (de werking van de verschillende functies en het instellen van de temperatuur) en de klant deze handelingen zelf uit te laten voeren met de bedienings­handleiding als leidraad.
Installeer de airconditioner niet in locaties waar de lucht een hoge concentratie zout bevat, zoals in de buurt van de zee of waar de netspanning fluctueert, zoals bijvoorbeeld in fab­rieken, in voertuigen of schepen.
2-2 ACCESSOIRES
Controleer of de volgende accessoires met de unit zijn mee­geleverd.
Naam
Hoeveel-
heid
Vor m
Naam
Hoeveel-
heid
Vor m
Metalen klem (1)
1 stuks 1 stuks 1 elk 1 elk
Schroeven voor de kraag van de lucht­koker (7)
1 setje 8 stuks 1 setje 4 stuks
26 stuks
Afvoers­lang (2)
Carros­seriering voor hang­beugel (8)
Fittingisolatie
voor vloeistofbuizen
(3)
voor gasbuizen (4)
Klem
Groot (9)
8 stuks
Klein (10)
4 stuks
Afdichtmid­del
Groot (5)
Midden (6)
Montage­hulp voor borgring (11)
Hanteer bij het uitvoeren van installatiewerkzaamheden altijd de ter plaatse geldende voorschriften en normen.
2 Nederlands
Naam
Hoeveel-
heid
Vor m
Afdichtmateriaal
(12)
2 stuks 1 stuks
Luchtfilter (13)
(Overigen)
• Bedieningshan­dleiding
• Productkwaliteitcer­tificaat
• Installatiehan­dleiding (dit handboek)
c. Items die uitleg behoeven
De items in de bedieningshandleiding die zijn gemarkeerd met
WAARSCHUWING en VOORZORGSMAATEREGELEN hebben betrekking op situaties waaruit lichamelijk letsel en materiële schade kan voortvioeien. Bovendien bevat de bedien­ingshandleiding instructies vooe het normale gebruik van het systeem. Het is van balang dat u de cliënt een volledinge beschr­ijving geeft van de werking van het systeem en beveel de cliënt aan om de bedieningshandleiding goed te lezen.
2-3 OPTIONELE ACCESSOIRES
Voor de bediening van deze binnenunit is een van de hieronder vermelde afstandsbedieningen noodzakelijk.
Afstandsbediening
Met draad BRC1C61
Draadloos (Enkel warmtepomp/ alleen-koelen mode type)
BRC4C65/BRC4C66
BESTEED TIJDENS INSTALLATIE EXTRA AAN­DACHT AAN DE VOLGENDE PUNTEN EN INSPECT­EER NA INSTALLATIE.
a. Inspectiepunt na voltooiing van installatie
Inspectiepunt
Zijn de binnen- en buitenunit stevig gemonteerd?
Is de gaslektest goed uitgev­oerd?
Is de unit goed geïsoleerd? Er kan condensaat lekken.
Stroomt de afvoer goed door?
Komt de voedingsspanning overeen met de spanning die op de kenplaat staat?
Zjin de bedrading en de bui­zen goed aangelegd?
Is de unit goed geaard?
Voldoet de bedrading aan de specificaties?
Worden de luchtinlaat of de luchtuitlaat van binnen- of buitennuit geblokkeerd?
Is de lengte van de koel­leidingen en de lading van het aanvullende koelmiddel genoteerd?
Wat kan gebeuren als het niet goed is uitgevoerd
De unit kan vallen, trillen of bijgeluiden proceduren.
Er kan onvoldoende gekoeld worden.
Er kan condensaat lekken.
Er kunnen storingen optre­den ofcomponenten door­branden.
Er kunnen storingen optre­den of componenten door­branden.
Door een slechte aarding kan gevaar voor elektrische schokken ontstaan.
Er kunnen storingen optre­den of componenten door­branden.
Er kan onvoldoende gekoeld worden.
De lading van het koelmiddel in het systeem kan niet goed bepaald worden.
Lees ook de paragraaf “VEILIGHEIDSMAATREGELEN”.
b. Inspectiepunt op moment van oplevering
Inspectiepunt
Heeft u de cliënt de werking van het systeem uitgelegd en de bedieningshandleiding laten zien?
Hebt u de bedieningshandleiding en de garantiekaart aan de klant gegeven?
Hebt u aan de klant uitgelegd hoe de vervangingsartikelen (luchtfilter, grille (zowel de luchtuitlaat als de luchtinlaatgrille) enzovoort.) gereinigd, c.q. vervangen moeten worden?
Hebt u de handleidingen bij de vervangingsartikelen (indien meegeleverd) aan de klant overhandigd?
Inspec-
tiepunt
Inspec-
tiepunt
3. HET SELECTEREN VAN DE PLAATS
VOORZORGSMAATREGELEN
Til het apparaat, wanneer het tijdens of na het uitpakken ver­plaatst moet worden, altijd alleen op aan de hijsogen. Belast nooit andere onderdelen, met name de koelmiddelleidingen, de afvoerleidingen en de flenzen.
Als u verwacht dat de temperatuur en de luchtvochtigheid in het plafond hoger kan worden dan 30°C, resp. RV 80%, moet de isolatiemantel om de unit worden aangepast. Gebruik glaswol of polyethyleenschuim als isolatie, maar zorg ervoor dat het materiaal nooit dikker is dan 10 mm en in de plafondopening past.
(1)
Kies een plaats die aan de volgende voorwaarden vol­doet en de goedkeuring van de cliënt heeft.
Waar de lucht optimaal kan circuleren.
Waar de luchtdoorgangen niet geblokkeerd worden.
Waar condens goed kan worden afgevoerd.
Waar het plafond sterk genoeg is om het gewicht van de binnenunit te dragen.
Waar het valse plafond niet duidelijk overhelt.
Waar geen gevaar voor lekkage van gevaarlijke gassen bestaat.
Waar voldoende ruimte voor installatie en onderhoud gerealiseerd kan worden. (Zie Afb. 1)
Waar het buizenwerk tussen de binnen- en buitenunits binnen de voorgeschreven limiet blijft. (Zie de installatiehandleiding van de buitenunit.)
*300
of meer
Onder­houdsruimte
De afmeting *H1 duidt op de minimum hoogte van het
Besturingskast
*H2=20 of meer
Afb. 1
apparaat.
Kies de maat *H1, *H2 zodanig dat een aflopende hell­ingshoek van ten minste 1/100 bereikt wordt, zoals ook is weergegeven is in de paragraaf “7. HET AANLEGGEN
VAN DE AFVOERBUIZEN”.
De onderhoudsruimte gemarkeerd met “*” is noodzakelijk wanneer de (niet standaard meegeleverde) installatieset voor de adapterprintplaat (KRP1BA101) wordt gebruikt.
Onder­houdsruimte
Plafond
300 of meer
200
*H1=
240 of meer
2500
of meer
Vloeroppervlak
(lengte : mm)
Nederlands 3
[ VOORZORGSMAATREGELEN ]
Zorg ervoor dat de afstand tussen buitenunits, voedingska­bel en besturingskabels en televisies en radio’s minimaal 1 m bedraagt, om vervorming van het beeld en interferentie te voorkomen
. (Bij sommige radiofrequenties kan een afstand van 1 m in voorkomende gevallen onvoldoende blijken te zijn om vervorming van het radiosignaal te voorkomen.)
Wanneer een draadloze afstandsbediening wordt gebruikt in een ruimte waar fluorescentieverlichting (met inverter of snelstarter), kan de afstand waarover de afstandsbediening werkt korter worden. Installeer binnenunits zo ver mogelijk verwijderd van fluorescentieverlichting.
(2)
Gebruik ophangbouten voor installatie. Controleer of het plafond stevig genoeg is om het gewicht van de unit te dragen. In geval van twijfel dient het plafond vóór installatie te worden versterkt.
(De hartafstand vindt u op de verpakking. Houd de mal tegen het plafond om vast te stellen waar het plafond ver­sterkt moet worden.)
4. VOORBEREIDINGEN VOOR INSTALLATIE
(1)
Controleer of de positie van de ophangbouten overeen­komt met de positie van de haken aan de unit. (Zie Afb. 2)
Maak de inspectieopening aan de kant van de besturing­skast zodat onderhoud en inspectie van de besturingskast en afvoerpomp gemakkelijk kan worden uitgevoerd. Maak de inspectieopening ook in het onderste deel van het apparaat.
620
500
Afstand tussen ophangpunten
Luchtuitlaat
Afvoerpomp
(lengte : mm)
Luchtinlaat
Besturingskast
B
A
(lengte : mm)
Model A B
20 · 25 · 32 type 700 740
40 · 50 type 900 940
63 type 1100 1140
(2)
Controleer of het bereik van de externe statische druk van het apparaat niet te klein is voor de omstandighe­den ter plaatse.
(Meer informatie over het instellen van de externe statische druk vindt u in de technische documentatie.)
(3)
Maak de installatieopening. (Voorgemonteerde plafonds)
Steek, zodra de installatieopening op de juiste plaats in het plafond gemaakt is, de koelmiddelleidingen, de afvo­erleidingen, de besturingskabel en de bekabeling voor de afstandsbediening (niet nodig als een draadloze afstandsbediening toegepast wordt) door de betreffende doorvoeropeningen van het apparaat. Zie de paragrafen “6. AANLEGGEN VAN DE KOEL-
STOFLEIDING”, “7. HET AANLEGGEN VAN DE AFVO- ERBUIZEN” en “10. VOORBEELD VAN BEDRADING”.
Maak, nadat de installatieopening gemaakt is, indien nodig de randen ervan waterpas. Mogelijk moet het plafond verstevigd worden om meetrillen te voorkomen. Raadpleeg de (documentatie van de) fabrikant of lever­ancier van het plafond voor meer informatie.
(4)
Monteer de ophangbouten.
(Gebruik ophangbouten W3/8 of M10.) Gebruik keilbouten voor een bestaand plafond en keil­pluggen of een solide ander ankerproduct (niet mee­geleverd) voor een nieuw plafond zodat het plafond het gewicht van het apparaat veilig kan dragen. (Zie Afb. 3)
Plafondsteen
Ankerbout
Lange moer of spanschroef
Ophangbout
450×450
(Afmeting van de inspectieopening)
Plafond
RUIMTE VOOR ONDERHOUD
620
A
Zie aanzicht
Inspectieluik
(Plafondopening)
(Afstand tussen ophangpunten)
Opmerking: Alle hierboven weergegeven materialen
(5)
Voor onderzijde intake, het kamerdeksel en het bes­chermingsnet vervangen in de procedure aangegeven in Afb. 4.
(1) Verwijder het beschermingsnet.
(2) Montere het kamerdeksel opnieuw op de manier zoals
(3) Monteer het luchtfilter (accessoire) op de manier zoals
Afb. 2
Binnenunit
worden niet meegeleverd.
Afb. 3
(6 schroeven)···Enkel type PBVE(T) Verwijder het kamerdeksel. (7 schroeven)
is weergegeven in de Afb. 4. (7 schroeven) Bevestig het verwijderde beschermingsnet in de rich­ting aangegeven in Afb. 4. (6 schroeven)···Enkel type PBVE(T)
is weergegeven in de tekening. Plak de vier gaten die niet door het luchtfilter afgedejt worden, dicht met tape.
4 Nederlands
Loading...
+ 13 hidden pages