voor multibewoners ...................................................................... 62
Onze welgemeende dank voor de aankoop van dit product.
De instructies worden oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen van de oorspronkelijke instructies.
LEES ZORGVULDIG DEZE INSTRUCTIES VOORALEER
TOT DE INSTALLATIE OVER TE GAAN. ZIJ LEGGEN U
UIT HOE DE UNIT GOED TE INSTALLEREN EN HOE
DEZE GOED TE CONFIGUREREN. BEWAAR DEZE
HANDLEIDING OP EEN PLAATS WAAR U ZE KUNT
TERUGVINDEN VOOR LATERE NASLAG.
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Montagehandleiding
1
1. DEFINITIES
2.ALGEMENEVEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Montagehandleiding:
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het
configureren en het onderhouden van een bepaald product of een
bepaalde toepassing.
Gevaar:
Aanduiding van een dreigende gevaarlijke situatie die, indien deze
niet vermeden wordt, ernstige verwondingen of zelfs de dood zal
veroorzaken.
Waarschuwing:
Aanduiding van een mogelijke gevaarlijke situatie die, indien deze
niet vermeden wordt, tot ernstige verwondingen of zelfs de dood kan
leiden.
Opgelet:
Aanduiding van een mogelijke gevaarlijke situatie die, indien deze
niet vermeden wordt, tot lichte tot matige verwondingen kan leiden.
Deze aanduiding kan tevens gebruikt worden als waarschuwing
tegen onveilige handelingen.
Opmerking:
Aanduiding van situaties die enkel de apparatuur of eigendommen
kan beschadigen.
Verdeler:
De verdeler die de in deze handleiding besproken producten
verkoopt.
Installateur:
Een technische, vakbekwame persoon, bevoegd om de in deze
handleiding besproken producten te installeren.
Onderhoudsagent:
Persoon bevoegd om onderhoudswerkzaamheden op de unit uit te
voeren of om de nodige onderhoudswerkzaamheden voor de unit te
coördineren.
Wetgeving:
Alle geldende internationale, Europese, nationale en lokale
richtlijnen, wetten, reglementen en/of voorschriften betreffende een
bepaald product of domein.
Toebehoren:
Samen met de unit geleverde apparatuur die volgens de instructies in
de handleiding geïnstalleerd moet worden.
Optionele apparatuur:
Apparatuur die optioneel met de producten gecombineerd kan
worden zoals beschreven in deze handleiding.
Ter plaatse te voorzien:
Niet door Daikin geleverde apparatuur die geïnstalleerd dient te
worden volgens de richtlijnen in deze handleiding.
Alle in deze handleiding beschreven activiteiten dienen door een
installateur uitgevoerd te worden.
Draag steeds aangepaste persoonlijke veiligheidsuitrustingen
(veiligheidshandschoenen, veiligheidsbril,...) tijdens het installeren of
het onderhouden van de unit.
Neem bij twijfel over de installatieprocedures of de bediening van de
unit steeds contact op met uw plaatselijke verdeler voor advies en
informatie.
Een verkeerde installatie of bevestiging van apparatuur of
toebehoren kan leiden tot elektrische schokken, kortsluitingen,
lekken, brand of andere schade aan de apparatuur. Gebruik
uitsluitend accessoires, optionele uitrusting en reserveonderdelen
van Daikin die specifiek ontworpen zijn voor gebruik met de
producten die het onderwerp zijn van deze handleiding en laat ze
installeren door een installateur.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik door expert of opgeleide
gebruikers in winkels, lichte industrie en op boerderijen, of voor
commercieel en huishoudelijk gebruik door niet-deskundigen.
GEVAAR: ELEKTRISCHE SCHOK
Schakel alle elektrische voedingen uit alvorens het
schakelbord van de schakelkast te verwijderen of
vooraleer aansluitingen te doen of elektrische onderdelen
aan te raken.
Om elektrische schokken te vermijden, koppel steeds de
elektrische voeding los 1 minuut (of langer) alvorens
onderhoudswerkzaamheden op elektrische onderdelen uit
te voeren. Meet steeds, zelfs na 1 minuut, de spanning op
de klemmen van de condensatoren of elektrische
onderdelen van de hoofdkring en vergewis u dat deze
spanningen hoogstens 50 V gelijkstroom gedragen
vooraleer ze aan te raken.
Wanneer bedieningsborden verwijderd zijn, kunnen
onderdelen onder spanning gemakkelijk per ongeluk
aangeraakt worden. Laat de unit nooit onbewaakt achter
tijdens een installatie of onderhoudswerkzaamheden
wanneer het bedieningsbord verwijderd is.
GEVAAR: RAAK GEEN LEIDINGEN OF INTERNE
ONDERDELEN AAN
Raak geen koelmiddelleiding, waterleiding of interne
onderdelen aan wanneer de unit in bedrijf is of net erna.
De leidingen en interne onderdelen kunnen warm of koud
zijn naargelang de werking van de unit.
U kunt uw handen verbranden of bevriezen wanneer
u leidingen of interne onderdelen zou aanraken. Om u niet
te verwonden, laat de leidingen en interne onderdelen op
een normale temperatuur komen of, indien u ze toch moet
aanraken, draag dan zeker veiligheidshandschoenen.
Montagehandleiding
2
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
3.INLEIDING
3.1. Algemene informatie
Deze montagehandleiding betreft Daikin Altherma lucht-waterinverterwarmtepompunits van de Daikin EKHVMRD en EKHVMYD
reeksen.
Deze units zijn bedoeld om binnenshuis in appartementsgebouwen
of gebouwen met meerdere gebruikers geïnstalleerd te worden.
De unit is ontworpen als verwarmingstoestel op de vloer. De
EKHVMYD-units kunnen tevens koelen. De uit de binnenruimten
onttrokken warmte tijdens het koelen kan in de tank voor huishoudelijke warmwater opgeslagen worden (= warmteterugwinning).
De EKHVMRD-units kunnen enkel verwarmen.
De EKHVMRD-units hebben een verwarmingscapaciteit van 5,6 kW
en 9 kW.
De EKHVMYD-units hebben een verwarmingscapaciteit van 5,6 kW
en 9 kW en een koelcapaciteit van 5 kW en 8 kW.
De binnenunits zijn ontworpen om te verwarmen en te koelen bij
binnentemperaturen van 5°C tot 30°C.
Tijdens het verwarmen kan de unit het water tot temperaturen van
25°C tot 80°C opwarmen.
Tijdens het koelen (enkel voor EKHVMYD) kan de unit het water tot
temperaturen van 5°C tot 20°C koelen.
3.2. Combinaties en opties
De EKHVMRD- en EKHVMYD-units kunnen enkel met een EMRQbuitenunit gecombineerd worden.
Tijdens het verwarmen kan de unit met ruimteverwarmingsradiatoren
(ter plaatse te voorzien), ventilatorconvectoren (optie of ter plaatse te
voorzien) of vloerverwarming (ter plaatse te voorzien) gecombineerd
worden.
Tijdens het koelen kan de unit met ventilatorconvectoren (optie of ter
plaatse te voorzien) gecombineerd worden.
Bij deze unit wordt standaard een afstandsbediening met kamerthermostaatregeling geleverd om uw installatie te bedienen.
Tank voor huishoudelijk warm water (optie)
Een optionele EKHTS* of EKHWP* tank voor warm water voor
huishoudelijk gebruik kan op de binnenunit worden aangesloten. De
EKHTS* tank voor warm water voor huishoudelijk gebruik is
beschikbaar in twee capaciteiten: 200 and 260 liter; de EKHWP* tank
voor warm water voor huishoudelijk gebruik is beschikbaar in twee
capaciteiten: 300 en 500 liter.
Zie de montagehandleiding van de tank voor warm water voor
huishoudelijk gebruik voor meer informatie.
Warmtepompconvector (optie)
Een in optie verkrijgbare FWXV-convector om te verwarmen of te
koelen kan op deze binnenunit aangesloten worden.
Zie de montagehandleiding van de warmtepompconvector voor meer
informatie.
Afstandsbediening (optie)
Een in optie verkrijgbare tweede EKRUAHT-afstandsbediening (met
kamerthermostaatregeling) kan op de binnenunit worden
aangesloten. Het voordeel hiervan is dat de standaard
afstandsbediening in de nabijheid van de unit kan worden
geïnstalleerd (om onderhoudsredenen) en een tweede
afstandsbediening elders (bijv. in de woonkamer) om uw installatie te
bedienen.
Zie "De afstandsbediening installeren en aansluiten" op pagina 32
voor meer informatie.
Kamerthermostaat (optie)
Een in optie verkrijgbare EKRTR- of EKRTW-kamerthermostaat kan
op de binnenunit worden aangesloten.
Zie de montagehandleiding van de kamerthermostaat voor meer
informatie.
Als deze optie geïnstalleerd is, kan de thermostaatfunctie
van de afstandsbediening niet worden gebruikt.
Verwarmingskit (optie)
Een optionele verwarmingskit EKBUH kan met de binnenunit worden
gecombineerd. De bedoeling hiervan is bij koude buitentemperaturen
een bijkomende verwarmingscapaciteit te bieden. De verwarmingskit
heeft een verwarmingscapaciteit van 6 kW, en is zowel voor 1-fasige
als 3-fasige voedingen beschikbaar. Bij gebruik van deze
verwarmingskit moet de optionele vraag-printplaat ook worden
geïnstalleerd.
Zie de montagehandleiding van de verwarmingskit voor meer
informatie.
P
H
2
3
1
T
A
1Capaciteit warmtepomp
2Vereiste verwarmingscapaciteit (plaatsafhankelijk)
3Bijkomende verwarmingscapaciteit geleverd door de
verwarmingskit
T
Buitentemperatuur
A
P
Verwarmingscapaciteit
H
Digitale I/O-printplaat (optie)
Een optionele digitale I/O-EKRP1HBAA-printplaat kan op de
binnenunit worden aangesloten en worden gebruikt om uw systeem
op afstand te monitoren. Deze adreskaart biedt 2 uitgangen zonder
spanning en 1 uitgang met hoge spanning (230 V wisselstroom).
Zie de gebruiksaanwijzing van de binnenunit en de montagehandleiding van de digitale I/O-printplaat voor meer informatie.
Zie het bedradingsschema of aansluitschema voor de aansluiting van
deze printplaat op de unit.
Vraag-printplaat (optie)
Een optionele EKRP1AHTA-vraag-printplaat kan op de binnenunit
worden aangesloten. Deze printplaat is vereist wanneer de optionele
verwarmingskit EKBUH of Daikin-kamerthermostaat EKRTR of
EKRTW geïnstalleerd is of wanneer besturing met meerdere
instelpunten wordt gebruikt, en zorgt voor communicatie met de
binnenunit.
Zie de montagehandleiding van de vraag-printplaat voor meer
informatie.
Zie het bedradingsschema of aansluitschema voor de aansluiting van
deze printplaat op de unit.
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Montagehandleiding
3
Systeem voor individuele facturering (ter plaatse te voorzien)
Het Daikin Altherma-systeem gebruikt een gemeenschappelijke
buitenunit voor de verschillende binnenunits. Afhankelijk van de
plaatselijke reglementering kan de klant de manier van toewijzen van
de kosten voor het gemeenschappelijk elektrisch verbruik vrij kiezen.
Daikin adviseert het aandeel van deze kosten toe te wijzen op basis
van het gemeten warmteverbruik van elke binnenunit. Met andere
woorden: het aandeel in energie opgenomen door de buitenunit
wordt aangerekend volgens de energie geleverd door een
binnenunit. Een berekeningsmiddel voor een systeem met
individuele facturering kan op aanvraag geleverd worden. Neem
contact op met uw plaatselijke verdeler.
Zie "6. De waterkring ontwerpen" op pagina 12 voor meer informatie.
Uitgang voor koeling (ter plaatse te voorzien) (enkel voor EKHVMYD)
Dit betreft een uitgang met 230 V wisselstroom (maximum 0,3 A) die
tijdens het koelen operationeel is. Deze uitgang kan gebruikt worden
om er een klep op aan te sluiten die radiatoren uitschakelt om niet te
zweten tijdens het koelen. Zie "6.4. Voorbeelden van toepassingen
voor omkeerbare units" op pagina 16.
3.3. Bestek van de handleiding
Deze handleiding bevat GEEN selectieprocedure, noch een
werkwijze om de waterinstallatie te ontwerpen. In een apart
hoofdstuk van deze handleiding worden wel enkele voorzorgsmaatregelen en adviezen omtrent de waterkring gegeven. Dit apart
hoofdstuk bevat tevens de richtlijnen betreffende het installeren van
meters voor factureringsdoeleinden.
Eens een keuze gemaakt en de waterinstallatie ontworpen, beschrijft
deze handleiding de werkwijzen om de EKHVMYD- en EKHVMRDunits te hanteren, te installeren en aan te sluiten. Deze handleiding
werd zo opgesteld om de unit op de juiste manier te kunnen
onderhouden; deze handleiding verschaft tevens hulp indien er zich
een probleem zou voordoen.
OPMERKING
Raadpleeg de montagehandleiding van de buitenunit
voor delen die niet in deze handleiding beschreven
worden.
Het gebruik van de binnenunit wordt beschreven in de
gebruiksaanwijzing van de binnenunit.
3.4. Modelidentificatie
EKHVMR/YD50ABV1
1N~, 220-240 V, 50 Hz
Reeks
Identificatie van de capaciteit van de unit
RD = Unit met verwarming alleen
YD = Omkeerbare unit
Multi
Hydrobox
Europese Kit
4.TOEBEHOREN
4.1. Met de unit meegeleverde toebehoren
De volgende toebehoren kunnen deel uitmaken van de unit.
9Pakking (groot)
10Isolatie bovenplaat
11Kit om de unit op te hijsen
12Flexibele wateruitlaatleiding
13Flexibele waterinlaatleiding (met manometer)
14Steunplaat
15Leiding
16Afsluiters
15
6x
16
3x
1x6x1x1x1x1x
8x74x
13
1x121x
85
Montagehandleiding
4
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
5.OVERZICHTVANDEUNIT
5.1. Openen van de unit
Om toegang tot de unit te hebben dienen de bovenplaat, de
druipplaten en de frontplaat geopend te worden.
1
2
2
5
4
4
5
3
1Bovenplaat
2Druipplaat
3Frontplaat
4Geluidsabsorberende plaat
5Zijplaat
De hoofdcomponenten kunnen bereikt worden eens de unit geopend
is.
De schakelkast dient geopend te worden om aan de elektrische
componenten te kunnen:
4x
GEVAAR: ELEKTRISCHE SCHOK
Zie "2. Algemene veiligheidsvoorschriften" op pagina 2.
GEVAAR: RAAK GEEN LEIDINGEN OF INTERNE
ONDERDELEN AAN
Zie "2. Algemene veiligheidsvoorschriften" op pagina 2.
1Koelmiddelzijde17Afsluiter
2Buitenunit (EMRQ)18Wateruitlaat
3Optie tank voor warm water voor huishoudelijk gebruik19Waterinlaat
4Geluidsdemper20Afblaas
5Terugslagklep21Veiligheidsklep
6Filter22Manometer
7Lokale leiding Ø12,7AMonteer de 3-wegskraan in geval van tank voor huishoudelijk
8Lokale leiding Ø9,52
Hoofdklemmenblok voor gemakkelijke aansluiting van lokale
bedrading voor de voeding.
10. Klemmenblok X2M
Klemmenblok lokale bedrading voor
hoogspanningsaansluitingen.
11. Klemmenblok X3M
Klemmenblok lokale bedrading voor
laagspanningsaansluitingen.
12. Gelijkstroomconnector X1Y/X4Y
13. Wisselstroomconnector X3Y
14. Pompconnector X2Y
15. Bevestigingen voor kabelbinders
Met de bevestigingen voor kabelbinders kan de lokale bedrading
met kabelbinders aan de schakelkast worden bevestigd voor
trekontlasting.
16. Inlaat voedingsbedrading
17. Inlaat lokale hoogspanningsbedrading
18. Inlaat lokale laagspanningsbedrading
19. Inlaat compressorkabel
20. Interfacerelais K1A
21. Interfacerelais K2A
22. Interfacerelais K3A
23. Bedradingsbruggen
15
9
23
5
3
Dit hoofdstuk verschaft richtlijnen voor het ontwerpen van de
waterkring.
Dit hoofdstuk bevat tevens voorzorgsmaatregelen en richtlijnen die
de in deze handleiding beschreven unit beïnvloeden.
Hoofdstuk "7.6. Waterleidingen" op pagina 27 bevat de handelingen
die tijdens het installeren van de in deze handleiding beschreven unit
uitgevoerd dienen te worden.
WAARSCHUWING
Het is ten zeerste aangewezen om een bijkomende filter
op de waterkring van de verwarming te monteren. Om
daarbij stukjes metaal afkomstig uit de lokale
verwarmingsleidingen te verwijderen, wordt geadviseerd
een magneet- of cycloonfilter te gebruiken om fijne deeltjes
te verwijderen. Kleine deeltjes kunnen de unit beschadigen
en worden niet door de standaardfilter van de
warmtepomp verwijderd.
6.1. Het type warmtegeneratoren selecteren
Het selecteren van de warmtegeneratoren wordt aan de eindgebruiker overgelaten. De keuze van de warmtegeneratoren zal de
nodige watertemperatuur bepalen die de unit dan moet genereren.
Voor de verwarming
De volgende bereiken kunnen bepaald worden op basis van de voor
de warmtegeneratoren nodige watertemperatuur:
1.Lage temperatuur (temperatuur uittredend water van 25°C
tot 40°C).
Typisch voorbeeld: vloerverwarming.
2.Gemiddelde temperatuur (temperatuur uittredend water van
40°C tot 55°C).
Typisch voorbeeld: lagetemperatuursradiatoren en -convectoren.
3.Hoge temperatuur (temperatuur uittredend water van 55°C
tot 75°C).
Typisch voorbeeld: radiatoren.
Voor de koeling
Als warmtegenerator worden ventilatorconvectoren geadviseerd.
OPMERKING
De hierboven vermelde warmtegeneratoren mogen in een huis
gecombineerd worden.
Na de keuze van de warmtegeneratoren dient de capaciteit van deze
warmtegeneratoren bepaald te worden en hieruit, hun maten voor de
verschillende kamers, evenals waar ze in de verschillende kamers
geplaatst zullen worden.
Een belangrijke parameter voor de warmtegeneratoren is het
temperatuurverschil tussen het instromend water en het uittredend
water.
Dit verschil bepaalt het waterdebiet in de installatie.
Tot slot dient het plan van de leidingen vanuit de warmtebron tot de
verschillende warmtegeneratoren getekend te worden.
■Indien vloerkoeling gebruikt wordt, is de
installateur verantwoordelijk voor het nemen van
de nodige voorzorgen om te beletten dat de vloer
zou zweten.
■De installateurs zijn tevens verantwoordelijk voor
het ledigen van de ventilatorconvectoren.
■Indien radiatoren gebruikt worden, dient een
afsluiter gemonteerd te worden om te beletten
dat de radiatoren zouden zweten. (Zie
"6.3. Voorbeelden van toepassingen voor units
enkel voor verwarming" op pagina 14).
Montagehandleiding
12
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Dit plan zal uiteindelijk de volgende belangrijke parameters bepalen:
1Lucht-water-pompsysteem
2Nivelleringsreservoir
3Pomp met hoge externe statische druk
4Systeem met hoge externe statische druk
■het minimumvolume voor het water in het systeem;
■het maximumvolume voor het water in het systeem;
■het minimum- en maximumdebiet van het water in het systeem;
■het maximumdrukverschil in het systeem.
OPMERKING
In geval van vernieuwingen of renovaties zal het
watersysteem reeds bepaald zijn. Het is uiterst
belangrijk voor dit soort installaties om de
bovenvermelde parameters te kennen.
6.2. Algemene voorzorgsmaatregelen betreffende de
waterkring
Controleer de volgende punten vooraleer de montage van de unit
verder te zetten:
■De maximum waterdruk is 4 bar.
■De maximum watertemperatuur is 80°C.
■Voorzie toereikende veiligheidsapparaten in de waterkring om
zeker te zijn dat de waterdruk nooit hoger wordt dan de
maximum toegestane druk in bedrijf (4 bar).
■De afsluiters voor soepele slangen die met de unit geleverd
worden, dienen zo gemonteerd te worden dat een normaal
onderhoud uitgevoerd kan worden zonder het systeem te
moeten aflaten.
■Alle lage punten van het systeem moeten worden voorzien van
aflaatstoppen om het circuit bij het onderhoud of eventuele
reparaties volledig te kunnen laten leeglopen. Een aflaatkraan is
voorzien in de unit om het water uit het watersysteem van de
unit af te laten.
■Voorzie een goede afvoer voor de drukveiligheidsklep om te
voorkomen dat water in contact komt met elektrische onderdelen.
■Voorzie ontluchtingspunten op alle hoge punten in het systeem.
De ontluchtingspunten dienen zich op gemakkelijk bereikbare
punten te bevinden. De binnenunit is voorzien van een
automatische ontluchting. Controleer of deze ontluchtingsklep
niet te strak is vastgedraaid zodat automatische ontluchting van
het watercircuit mogelijk blijft.
■Zorg ervoor dat de componenten in de lokale leiding bestand
zijn tegen de waterdruk en -temperatuur.
■Gebruik altijd materialen die compatibel zijn met het water van
het systeem en met de materialen van de unit.
■Selecteer de diameter van de leidingen in functie van het nodige
waterdebiet en de beschikbare ESP (externe statische druk) van
de pomp.
Let bij het ontwerpen van het hydraulisch systeem altijd op de
beschikbare statische druk van de binnenunit.
OPMERKING
■De ESP-curven zijn de maximum ESP-curven
voor verschillende soorten ∆T (pomptoerental=
4000 voor ∆T=5°C; pomptoerental=3600 voor
∆T=10°C). De pomp van de binnenmodule is
invertergestuurd en zorgt voor een vaste ∆T
tussen de temperatuur van het retourwater en de
temperatuur van het uittredend water.
■Wanneer een tank voor huishoudelijk warm water
gemonteerd wordt, is er een additioneel
drukverlies over de 3-wegskraan (meegeleverd als
toebehoren met de tank).
OPMERKING
Wanneer u een oude gas- of stookolieketel vervangt
door een lucht-water-pompsysteem:
■controleer altijd de specificaties van de pomp van
de oude unit;
■als de externe statische druk van die pomp hoger
is dan de externe statische druk van het luchtwater-pompsysteem, installeer dan een extra
pomp met een hogere externe statische druk
gecombineerd met een nivelleringsreservoir.
3421
Controleer of het totale watervolume in de installatie, met
uitzondering van het interne watervolume van de unit, minimum 20 l
bedraagt.
WAARSCHUWING
Dit minimale watervolume zal een goed resultaat
produceren voor de meeste toepassingen.
Maar voor kritieke processen of in ruimten met een grote
warmtebelasting kan een extra watervolume vereist zijn.
100
90
80
50
50
70
60
80
50
40
ESP [kPa]
30
20
10
0
5 7 9 11131517192123252729
Flow [l/min]
ESP (kPa)Externe statische druk (kPa)
flow (l/min)Debiet (l/min)
Zonder 3-wegskraan
Met 3-wegskraan
Maximum externe statische druk indien ∆T=10°C (verwarming)
Maximum externe statische druk indien ∆T=5°C (verwarming)
Maximum externe statische druk indien ∆T=5°C (koeling)
50/80Identificatie van de capaciteit van de unit
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
50
80
∆T=5°C
80
∆T=10°C
Montagehandleiding
13
Wanneer de circulatie in elke ruimteverwarmingslus/
radiatorlus geregeld wordt door op afstand bediende
kleppen, is het belangrijk dat dit minimale watervolume
behouden blijft, zelfs wanneer alle kleppen dichtgedraaid
zijn.
Voorbeeld (zie "6.3. Voorbeelden van toepassingen voor
units enkel voor verwarming" op pagina 14.)
A B
1112
1Buitenunit10Radiator (lokale levering)
2Binnenunit11Elektronische
3Warmtewisselaar
koelmiddel12Koelmiddelafsluiter
4WaterwarmtewisselaarC1Afstandsbediening
5CompressorM1...M3 Individuele
6Pomp
7Afsluiter
8Verdeelstuk
(lokale levering)
9Omloopklep
(lokale levering)
C1
11
512
T1...T3Individuele
AInstallatieruimte
BWoonkamer
7 843291610
M3
M2
M1
expansieklep
binnenunit
gemotoriseerde klep
voor het regelen van
lusradiatoren
(lokale levering)
kamerthermostaat
(lokale levering)
T3
T2
T1
6.3. Voorbeelden van toepassingen voor units enkel
voor verwarming
17Radiator (lokale levering)
18Mengklep (ter plaatse te
voorzien)
te voorzien)
C1Afstandsbediening
TRD1 Temperatuurverlagingsapp
araat 1 (ter plaatse te
voorzien)
TRD2 Temperatuurverlagingsapp
araat 2 (ter plaatse te
voorzien)
17
1919
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Zie hoofdstuk "9.8. Besturing met meerdere instelpunten" op
pagina 48 voor meer informatie over de configuratie van uw systeem.
Montagehandleiding
15
6.4. Voorbeelden van toepassingen voor
omkeerbare units
C1
1
2
3
3
4912
6
10
8
7
3
11
5
OPMERKING
In te verhinderen dat radiatoren zouden zweten tijdens
het koelproces dient een afsluiter (20) gemonteerd te
worden. Deze afsluiter kan vanaf de binnenunit
gestuurd worden door deze klep aan te sluiten op X2M
14
punten 17 en 18 (raadpleeg het bedradingschema voor
meer informatie).
6.5. Meters selecteren voor factureringsdoeleinden
Daikin adviseert het aandeel van deze kosten toe te wijzen op basis
13
20
17
van het gemeten warmteverbruik van elke binnenunit. De volgende
metingen zijn vereist:
■het energieverbruik van de buitenunit: met een meter van het
elektrische verbruik;
■het energieverbruik van de binnenunit:
■ EKHVMYD met een warmte en koelingsmeter;
■ EKHVMRD met een warmtemeter;
■het energieverbruik van de binnenunit tijdens het opwarmen en
gebruiken van het huishoudelijk warm water (indien
gemonteerd): met een warmtemeter.
Het selecteren van de meters voor factureringsdoeleinden wordt aan
de eindgebruiker overgelaten.
Raadpleeg de catalogus voor de specificaties nodig om meters te
kiezen.
M2
M1
15
1620
17
19
M2
FCU2
19
M1
FCU1
21 16
1Buitenunit14Tank voor warm water voor
2Binnenunit
3Koelmiddelafsluiters
klep voor het regelen van de
lus (ter plaatse te voorzien)133-wegskraan koelen/
T1...T2 Individuele
kamerthermostaat
(lokale levering)
T2
T1
T2
T1
18
WAARSCHUWING
Meters selecteren en plaatsen dient te gebeuren volgens
de geldende wetgeving.
18
Raadpleeg de documentatie van de leveranciers van meters voor de
gedetailleerde richtlijnen om deze meters te plaatsen. Controleer de
volgende punten vooraleer de meters te plaatsen:
■plaats een afzonderlijke watt-uur-meter voor elke buitenunit;
■alle warmtemeters in het appartement dienen door de zelfde
leverancier geleverd te worden;
■de warmtemeters dienen goed toegankelijk geplaatst te worden
om ze gemakkelijk te kunnen aflezen en onderhouden. Kies een
montageplaats met voldoende ruimte om de gegevens te
kunnen lezen;
■plaats de meters best niet binnen de ruimte voor het
onderhouden van de binnenunit om de binnenunit ongehinderd
te kunnen onderhouden;
■alle warmtemeters en verwarmings- en koelingsmeters in het
appartementsgebouw dienen op identieke leidingafstand van de
binnenunit geplaatst te worden.
Montagehandleiding
16
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Voorbeelden van factureringstoepassingen
EKHVMYD – Tankwarmtemeter tussen tank en binnenunitEKHVMYD – Tankwarmtemeter op aftakzijde
44
1
56 723
8
9132019
1
44
56 723
8
9131312
M
3
7
10
4
17
201913 12
M
18
15
16
1Buitenunit14Debietmeter van de
2Binnenunit
3Koelmiddelafsluiters
binnenunit
4Elektronische
expansieklep
5Warmtewisselaar
koelmiddel
6Warmtewisselaar
verwarming
7Pomp183-wegskraan koelen/
8Gemotoriseerde
3-wegskraan (optie)
9Tank voor warm water
voor huishoudelijk
gebruik (optie)
10Compressor
11Afsluiter
12Debietmeter van de
warmtemeter
(ter plaatse te voorzien)
13Temperatuursensoren
warmtemeter
(ter plaatse te voorzien)
1111
14
ruimteverwarmings- en
koelingsmeter (ter plaatse
te voorzien)
15Temperatuursensor
ruimtewarmte- en koelingsmeter (ter plaatse te
voorzien)
16Ruimteverwarmings- en
koelingstoepassingen
17Warmtewisselaar koeling
verwarmen
19Lokale leiding
20Tankfactureringskit (optie)
in het geval de tank voor
huishoudelijk warm water
bovenop de binnenunit
gemonteerd wordt
OF
Kit voor vloergemonteerde
tank (optie) in het geval de
tank voor huishoudelijk warm
water op de vloer naast de
binnenunit gemonteerd wordt
M
3
10
4
17
7
M
18
15
16
1Buitenunit13Temperatuursensoren
2Binnenunit
3Koelmiddelafsluiters
binnenunit
4Elektronische
expansieklep
5Warmtewisselaar
koelmiddel
6Warmtewisselaar
verwarming
7Pomp16Ruimteverwarmings- en
8Gemotoriseerde
3-wegskraan
(optie)
9Tank voor warm water
voor huishoudelijk
gebruik (optie)
10Compressor
11Afsluiter
12Debietmeter van de
warmtemeter (ter
plaatse te voorzien)
1111
14
warmtemeter (ter plaatse
te voorzien)
14Debietmeter van de
ruimteverwarmings- en
koelingsmeter (ter plaatse
te voorzien)
15Temperatuursensor
ruimtewarmte- en
koelingsmeter (ter
plaatse te voorzien)
koelingstoepassingen
17Warmtewisselaar koeling
183-wegskraan koelen/
verwarmen
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Montagehandleiding
17
EKHVMRD – Tankwarmtemeter tussen tank en binnenunitEKHVMRD – Tankwarmtemeter op aftakzijde
4456 79131817
1
23
8
M
3
10
15
1111
16
1Buitenunit14Debietmeter van de
2Binnenunit
3Koelmiddelafsluiters
binnenunit
4Elektronische
expansieklep
5Warmtewisselaar
koelmiddel
6Warmtewisselaar
verwarming
7Pomp
8Gemotoriseerde
3-wegskraan (optie)
9Tank voor warm water
voor huishoudelijk
gebruik (optie)
10Compressor
11Afsluiter
12Debietmeter van de
warmtemeter
(ter plaatse te voorzien)
13Temperatuursensoren
warmtemeter
(ter plaatse te voorzien)
15Temperatuursensor
16Toepassingen van
17Lokale leiding
18Tankfactureringskit (optie)
1817
13 12
14
ruimtewarmtemeter
(ter plaatse te voorzien)
ruimtewarmtemeter
(ter plaatse te voorzien)
ruimteverwarming
in het geval de tank voor
huishoudelijk warm water
bovenop de binnenunit
gemonteerd wordt
OF
Kit voor vloergemonteerde
tank (optie) in het geval de
tank voor huishoudelijk warm
water op de vloer naast de
binnenunit gemonteerd wordt
1
4456 7913131223
8
M
3
10
15
16
1Buitenunit11Afsluiter
2Binnenunit12Debietmeter van de
3Koelmiddelafsluiters
binnenunit
4Elektronische
expansieklep
5Warmtewisselaar
koelmiddel
6Warmtewisselaar
verwarming
7Pomp16Toepassingen van
8Gemotoriseerde
3-wegskraan (optie)
9Tank voor warm water
voor huishoudelijk gebruik
(optie)
10Compressor
1111
14
warmtemeter (ter plaatse
te voorzien)
13Temperatuursensoren warmte-
meter (ter plaatse te voorzien)
14Debietmeter van de ruimte-
warmtemeter (ter plaatse te
voorzien)
15Temperatuursensor ruimte-
warmtemeter (ter plaatse te
voorzien)
ruimteverwarming
Montagehandleiding
18
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
7.DEUNITMONTEREN
7.1. Keuze van de installatieplaats
WAARSCHUWING
Neem de gepaste maatregelen om te voorkomen dat
kleine dieren gaan schuilen of nestelen in de unit.
Kleine dieren die in contact komen met elektrische
onderdelen kunnen storingen, rook of brand veroorzaken.
Gelieve de klant te zeggen de ruimte rond de unit schoon
en vrij te houden.
Algemene voorzorgen op de montageplaats
Selecteer een montageplaats die aan de volgende vereisten voldoet:
■De fundering moet stevig genoeg zijn om het gewicht van de unit
te dragen. De vloer is vlak om trillingen en lawaai te voorkomen
en om voldoende stabiliteit te bieden.
Dit is vooral belangrijk wanneer de optionele tank voor warm
water voor huishoudelijk gebruik bovenop de unit wordt
geïnstalleerd.
■Voldoende vrije ruimte rond de unit voor onderhoud (raadpleeg
"Ruimte voor onderhoud van de unit" op pagina 22).
■Voldoende ruimte rond de unit voor luchtcirculatie.
■Er kan geen brand ontstaan als gevolg van lekkage van licht
ontvlambare gassen.
■De apparatuur is niet bedoeld voor gebruik in een omgeving met
ontploffingsgevaar.
■Kies de plaats van de unit zodat het door de unit geproduceerd
lawaai niemand stoort; deze plaats dient tevens gekozen te
worden in respect van de geldende wetgeving.
Als het lawaai wordt gemeten in de reële installatieomstandigheden, zal de gemeten waarde groter zijn dan het
geluidsdrukniveau vermeld in "13. Unitspecificaties" op
pagina 62 en dit door omgevingsgeluiden en reflecteren van het
geluid.
Kies de installatieplaats zorgvuldig en installeer de unit niet in een
geluidsgevoelige omgeving (bijv. woonkamer, slaapkamer,...).
■Alle lengten en afstanden van de leidingen zijn nageleefd (voor
de vereisten betreffende de lengte van de koelmiddelleidingen,
raadpleeg de montagehandleiding van de buitenunit).
Vereiste Waarde
Maximaal toegestane afstand tussen de tank voor
warm water voor huishoudelijk gebruik en de
binnenunit (alleen voor installaties met tank voor
warm water voor huishoudelijk gebruik).
10 m
■Klim, zit of sta niet op de unit.
■Plaats geen voorwerpen of uitrusting bovenop de unit
(bovenplaat).
■Installeer de unit niet op een plaats die vaak als werkplaats
wordt gebruikt. De unit dient afgedekt te worden wanneer
stofverwekkende bouwwerkzaamheden uitgevoerd moeten
worden.
■Installeer de unit niet in een omgeving met een hoge
vochtigheidsgraad (bijv. een badkamer) (maximum vochtigheid
(RV)=85%).
OPMERKING
Als de installatie uitgerust is met een tank voor warm
water voor huishoudelijk gebruik (optie), zie de
installatiehandleiding van de tank voor warm water
voor huishoudelijk gebruik.
■Zorg ervoor dat ingeval van een waterlek, het water geen
schade kan berokkenen aan de installatieruimte en
de omgeving.
■De installatieplaats is vorstvrij.
■Neem voldoende voorzorgsmaatregelen in overeenstemming
met de geldende wetgeving, voor het geval van een
koelmiddellek.
■Wanneer de unit in een kleine kamer wordt geïnstalleerd, neem
dan de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de
concentratie van het koelmiddel niet de toegestane
veiligheidslimieten kan overtreffen zou het koelmiddel beginnen
lekken.
Te grote concentraties koelmiddel in een kleine kamer kan
leiden tot zuurstoftekort.
EKHVMRD50+80ABV1 + EKHVMYD50+80ABV1
Daikin Altherma binnenunit
4P404420-3 – 2015.04
Montagehandleiding
19
Loading...
+ 47 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.