• Wanneer de Digitale Piano op batterijen wordt gebruikt, is het mogelijk dat de noten vervormd klinken wanneer een
uitvoering of een melodie op maximaal volume wordt weergegeven. Dit wordt veroorzaakt door het verschil in vermogen bij
gebruik van de netadapter of de batterijen en duidt niet op een defect van de Digitale Piano. Als u merkt dat er vervorming
optreedt, schakel dan over op stroomvoorziening via de netadapter of verlaag het volumeniveau.
Omslag
Voorbereidingen
Klaarmaken van de voedingIn- en uitschakelen van de
Spelen op de Digitale Piano
Selecteren van één enkele
toon
Twee tonen gelaagd laten
Veranderen van de toonhoogte
stroom
klinken
Gebruik van een pedaalGebruik van een hoofdtelefoon
Splitsen van het toetsenbord
tussen twee tonen
Gebruik van de metronoom
Toevoegen van diepte
aan de noten
Specificeren van het tempoVeranderen van de
Veranderen van de
nagalm en sfeer van het
geluid
Gebruik van de
geluidsmoduseffecten
(Zaalsimulator en Surround)
toonhoogte in stappen van een
halve toon (Transponeren)
Luisteren met
automatische weergave
Luisteren naar melodieën
(Muziekbibliotheek)
Fijnstemmen van een
toonhoogte (Stemming)
Opnemen van
uitvoeringen terwijl deze
plaatsvinden
Opnemen en weergeven van
uitvoeringen (MIDI-recorder)
Gebruik van zweving
Aansluiten van een
smartapparaat
Koppelen aan een
smartapparaat (APP-functie)
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires
• Het gedeeltelijk of in zijn geheel kopiëren van de inhoud van deze handleiding is verboden. Met uitzondering van uw eigen
persoonlijke gebruik, is het aanwenden van de inhoud van deze handleiding voor niet-bedoelde doeleinden zonder de
uitdrukkelijke toestemming van CASIO verboden onder de wetgeving inzake auteursrechten.
• IN GEEN GEVAL ZAL CASIO AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR SCHADE IN ENIGE VORM (INCLUSIEF EN ZONDER
BEPERKINGEN DE SCHADE DOOR HET VERLIES VAN WINSTEN, ONDERBREKINGEN VAN ZAKELIJKE
BELANGEN, VERLIES VAN INFORMATIE) DIE VOORTKOMT UIT HET GEBRUIK VAN OF DE ONMOGELIJKHEID TOT
HET GEBRUIK VAN DEZE HANDLEIDING OF DIT PRODUCT, ZELFS ALS CASIO EROP ATTENT GEMAAKT IS DAT
DE MOGELIJKHEID OP DERGELIJKE SCHADE BESTAAT.
• De inhoud van deze handleiding is onder voorbehoud.
• Het product kan er in werkelijkheid anders uitzien dan zoals is aangegeven in de afbeeldingen van deze
gebruiksaanwijzing.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden gebruikt, kunnen geregistreerde handelsmerken van
derden zijn.
Gebruik enkel accessoires die gespecificeerd zijn voor gebruik met deze Digitale Piano.
Het gebruik van niet erkende accessoires kan resulteren in brand, een elektrische schok of persoonlijk letsel.
• U kunt informatie betreffende de accessoires die los verkrijgbaar zijn krijgen uit de CASIO-catalogus die beschikbaar is bij
uw winkelier en op de CASIO-website die toegankelijk is via het onderstaande webadres of QR-code.
U kunt muziekpartituurgegevens als een PDF-bestand downloaden van de CASIO-website die toegankelijk is via het
onderstaande webadres of QR-code. Daarna kunt u de muziekpartituur op uw smartapparaat bekijken. U kunt rechtstreeks vanaf
de inhoudsopgave van het PDF-bestand naar de gewenste muziekpartituur springen en u kunt de muziekpartituur ook uitprinten.
De toetsen 3 t/m 9 zijn tiptoetsen waarvan de lampjes
gaan branden wanneer de stroom wordt ingeschakeld.
6 a toets
7 0 (opname) toets
8 Vleugeltoets (GRAND PIANO)
9 Elektrische pianotoets (ELEC. PIANO)
bk Hoofdtelefoonaansluitingen (PHONES)
*2 Namen van toetsenbordnoten en toonhoogten
De namen van de toetsenbordnoten en de toonhoogten die in
deze handleiding worden gebruikt, volgen de internationale
standaard. Midden C is C4, de laagste C is C1 en de hoogste
C is C8. De onderstaande afbeelding toont de nootnamen van
de klaviertoetsen van C4 t/m C5.
Uw Digitale Piano maakt gebruik van een netadapter voor de
voeding.
• Hoewel deze Digitale Piano ook op batterijen kan worden
gebruikt, verdient het toch aanbeveling om het instrument
met de netadapter te gebruiken.
■ Gebruik van de netadapter
Let erop dat u alleen de netadapter gebruikt die voor deze
Digitale Piano wordt voorgeschreven. Het gebruik van een
ander type netadapter kan problemen veroorzaken.
Voorgeschreven netadapter: AD-A12150LW
(JEITA standaardstekker)
• Gebruik nooit de netadapter (JEITA standaard, met een
uniforme polariteitsstekker) die met deze Digitale Piano
meegeleverd wordt om een ander toestel aan te sluiten
dan deze Digitale Piano. Dit kan namelijk resulteren in
een defect.
• Zorg ervoor dat u de stroom van de Digitale Piano
uitschakelt voordat u de aansluiting van de netadapter
tot stand brengt of verbreekt.
• De netadapter wordt warm na langdurig gebruik. Dit is
normaal en duidt niet op een defect.
• Neem de onderstaande belangrijke
voorzorgsmaatregelen in acht om schade aan het
netsnoer te voorkomen.
● Tijdens het gebruik
• Trek nooit met geweld aan het snoer.
• Trek nooit herhaaldelijk aan het snoer.
• Draai het snoer nooit rond vlakbij de stekker of de
aansluiting.
● Wanneer het toestel wordt verplaatst
• Vergeet nooit de netadapter uit het stopcontact te
trekken voordat u de Digitale Piano verplaatst.
● Tijdens opslag
• Maak lussen in en een bundeltje van het netsnoer maar
wind het snoer nooit om de netadapter.
• Steek nooit metaal, potloden of andere voorwerpen in
de 12 V gelijkstroomaansluiting (DC 12V) van dit
product. Dit kan namelijk een ongeluk veroorzaken.
• Gebruik het netsnoer dat bij dit product wordt geleverd
niet met een ander toestel.
• Sluit de netadapter op een stopcontact aan dat zich
dicht in de buurt van de Digitale Piano bevindt. U kunt
de stekker dan meteen uit het stopcontact trekken als
er een probleem optreedt.
• De netadapter is enkel bedoeld voor gebruik
binnenshuis. Zet de netadapter niet op een plaats waar
deze nat kan worden. Plaats ook nooit een vaas of een
andere bak met vloeistof op de netadapter.
• Dek de netadapter niet af met een krant, tafelkleed,
gordijn of een of andere doek.
• Als u de Digitale Piano voor langere tijd niet denkt te
gebruiken, dient u de stekker uit het stopcontact te
trekken.
• De netadapter kan niet gerepareerd worden. Als de
netadapter defect is of beschadigd raakt, moet u een
nieuwe aanschaffen.
• Werkingsomgeving van de netadapter
Temperatuur: 0 t/m 40°C
Vochtigheid: 10% tot 90% RV
• Uitgangspolariteit: &
NL-5
Overzicht en instellingen
Lipjes
■ Gebruik op batterijen
• Zorg ervoor de stroom uit te schakelen voordat u de
batterijen inlegt.
• Het wordt aan u overgelaten om zes los verkrijgbare
alkalibatterijen aan te schaffen.
• Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht
wanneer de Digitale Piano ondersteboven wordt
gedraaid om de batterijen te plaatsen.
− Wees voorzichtig dat uw vingers niet onder de
Digitale Pi ano klem komen te zitten waardoor u letsel
oploopt.
− Let op dat de Digitale Piano niet valt of op andere
wijze aan een harde schok wordt blootgesteld.
Door een harde schok kunnen de volumeknop en de
klaviertoetsen worden beschadigd.
1.
Open het batterijdeksel aan de onderkant van
de Digitale Piano.
2.
Leg zes AA-formaat batterijen in het
batterijcompartiment.
Let erop dat de positieve + en negatieve - kanten van
de batterijen in de richting wijzen aangegeven op de
Digitale Piano.
3.
Steek de lipjes van het batterijdeksel in de
gaten aan de kant van het batterijcompartiment
en sluit vervolgens het deksel.
In- en uitschakelen van de stroom
1.
Voordat u de stroom inschakelt, moet u de 2
volumeknop zo ver mogelijk in de richting
draaien aangegeven in de onderstaande
afbeelding.
2.
Druk op de 1P (aan/uit) toets om de stroom
in te schakelen.
Bij het inschakelen van de stroom lichten de lampjes van
de tiptoetsen op het voorpaneel van links naar rechts op
(3 FUNCTION t/m 9 ELEC. PIANO). De Digitale
Piano is klaar voor gebruik wanneer de lampjes van alle
tiptoetsen branden.
• Nadat u op 1P (aan/uit) heeft gedrukt om de stroom
in te schakelen, mag u niet op een pedaal trappen
totdat de Digitale Piano klaar is voor gebruik (de
lampjes van alle tiptoetsen branden).
• Het is mogelijk dat de stroom niet wordt ingeschakeld
wanneer u de 1P (aan/uit) toets te licht indrukt.
Dit duidt niet op een defect. Als dit gebeurt, moet u de
1P (aan/uit) toets steviger indrukken.
3.
Gebruik de 2 volumeknop om het volume in
te stellen.
■ Aanduiding voor lege batterijen
De batterijspanning is laag wanneer de lampjes van alle
tiptoetsen (behalve 3 FUNCTION) beginnen te knipperen.
Vervang de batterijen in dat geval.
• Wanneer u de Digitale Piano gebruikt terwijl de
batterijen bijna leeg zijn, kan het instrument plotseling
worden uitgeschakeld. Hierdoor kunnen de gegevens
die het geheugen van de Digitale Piano zijn
opgeslagen, beschadigd raken of verloren gaan.
NL-6
4.
Om de stroom uit te schakelen, houdt u de
1P (aan/uit) toets ingedrukt totdat alle
lampjes van de tiptoetsen uit zijn.
• Wanneer de 1P (aan/uit) toets wordt ingedrukt om de
stroom uit te schakelen, komt de Digitale Piano op standby
te staan. Er blijft nog kleine hoeveelheid stroom in de
Digitale Piano lopen wanneer deze in de standby-toestand
staat. Als u de Digitale Piano voor langere tijd niet gebruikt
of als er onweer in de buurt is, dient u de stekker uit het
stopcontact te trekken.
• Als de stroom wordt uitgeschakeld, keren het toonnummer
en de andere instellingen gewoonlijk terug naar de
oorspronkelijke standaardinstellingen. U kunt Automatisch
hervatten (pagina NL-34) inschakelen waardoor de meeste
instellingen bewaard blijven wanneer de stroom wordt
uitgeschakeld.
• Als Automatisch hervatten is uitgeschakeld, komen bij het
uitschakelen van de stroom alle instellingen op de
standaardinstellingen te staan, met uitzondering van de
instellingen voor de stemming (pagina NL-14) en de
helderheid van de tiptoetsen (pagina NL-34).
Wanneer de Digitale Piano bij gebruik met de netadapter
ongeveer zes minuten niet wordt bediend, zal de stroom-aan
waarschuwingsfunctie in werking treden en gaan de lampjes
van de tiptoetsen achter elkaar aan en uit om u eraan te
herinneren dat de stroom is ingeschakeld. De lampjes van de
toetsen keren terug naar de normale toestand (d.w.z. alle
lampjes branden) als u een toets aanraakt, iets op het
toetsenbord speelt of een andere bediening uitvoert.
Om de stroom uit te schakelen, houdt u de 1P (aan/uit)
toets ingedrukt totdat alle lampjes van de tiptoetsen uit zijn.
• U kunt de stroom-aan waarschuwingsfunctie naar wens inof uitschakelen. Zie “Overige instellingen” (pagina NL-34).
• Als u de Digitale Piano op batterijen gebruikt, zal de stroom
automatisch na ongeveer zes minuten worden
uitgeschakeld wanneer het instrument niet wordt bediend.
Zie “Automatische stroomonderbreker” (pagina NL-7).
■ Terugzetten op de oorspronkelijke standaardfabrieksinstellingen
U kunt de fabrieksresetfunctie (initialisatie) gebruiken om de
opgeslagen gegevens en instellingen van de Digitale Piano
terug te zetten op de oorspronkelijke standaardfabrieksinstellingen. Zie “Fabrieksreset (Initialisatie)” (pagina
NL-36) voor verdere informatie.
Automatische stroomonderbreker
Deze Digitale Piano is ontworpen om automatisch
uitgeschakeld te worden om te voorkomen dat stroom wordt
verspild wanneer gedurende een vooringestelde tijd geen
bediening wordt uitgevoerd. De activeringstijd voor de
automatische stroomonderbreker is ongeveer vier uur bij
gebruik op netspanning of zes minuten bij gebruik op
batterijen.
• U kunt de automatische stroomonderbreker uitschakelen
om ervoor te zorgen dat de stroom niet ineens wordt
uitgeschakeld tijdens een concert enz. Volg de
onderstaande procedure om de automatische
stroomonderbreker uit te schakelen.
■ In- of uitschakelen van de automatische
stroomonderbreker
1.
Houd 3 FUNCTION ingedrukt en druk dan op
de B}0 klaviertoets.
Gebruik van een pedaal
Sluit het meegeleverde pedaal (SP-3) aan op de
bm DAMPER PEDAL aansluiting.
Achterkant
Dit pedaal functioneert als een demppedaal bij gebruik van de
standaardinstellingen van de Digitale Piano. Zie “Veranderen
van de pedaalfuncties” (pagina NL-33) om over te schakelen
naar een andere functie (zacht, sostenuto enz.).
■ PEDAL UNIT-aansluiting
U kunt de los verkrijgbare 3-pedalen eenheid (SP-34)
aansluiten op de bn PEDAL UNIT aansluiting aan de
achterkant van de Digitale Piano. U kunt de pedalen dan
gebruiken voor expressie die lijkt op die beschikbaar is op een
akoestische piano.
SP-34 Pedaalfuncties
● Demppedaal
Door het demppedaal in te trappen tijdens het spelen zullen
de noten die u aanslaat blijven nagalmen. Het SP-34 pedaal
ondersteunt ook half intrappen, dus wanneer het pedaal tot
halverwege wordt ingetrapt, wordt ook maar een gedeeltelijk
dempeffect uitgeoefend.
● Zacht pedaal
Door op dit pedaal te trappen worden de op het toetsenbord
aangeslagen noten onderdrukt na het intrappen van het
pedaal waardoor de noten zachter klinken.
● Sostenuto pedaal
Alleen de noten van de toetsen die aangeslagen zijn op het
moment van het intrappen van dit pedaal worden
aangehouden, totdat het pedaal wordt losgelaten. Dit geldt
ook wanneer de klaviertoetsen worden losgelaten.
• Bij meermalen indrukken van de B}0 klaviertoets klinkt
er telkens een meldtoon en wordt de automatische
stroomonderbreker beurtelings in- en uitgeschakeld.
Zie “Meldtonen” (pagina NL-9) voor verdere informatie.
2.
Laat 3 FUNCTION los nadat de gewenste
instelling is gemaakt.
• Een afzonderlijk verkrijgbare pedaaleenheid kan gelijktijdig
met het meegeleverde pedaal worden gebruikt.
NL-7
Gebruik van een hoofdtelefoon
bk PHONES aansluitingen
(stereo mini-aansluiting (3,5 mm))
Door een hoofdtelefoon te gebruiken wordt het geluid van de
ingebouwde luidsprekers uitgeschakeld wat betekent dat u
zelfs ’s avonds laat kunt oefenen zonder anderen te storen.
• Zorg ervoor altijd het volume laag in te stellen voordat u de
hoofdtelefoon aansluit.
• Er wordt geen hoofdtelefoon meegeleverd met de Digitale
Piano.
• Gebruik een los verkrijgbare hoofdtelefoon. Zie pagina
NL-1 voor informatie over de verkrijgbare opties.
Gemeenschappelijke
bediening voor alle functies
• Tenzij anders aangegeven, wordt bij alle procedures in
deze handleiding verondersteld dat de Digitale Piano in
de begintoestand staat (d.w.z. de toestand meteen na
het inschakelen van de stroom). Als u problemen
ondervindt bij het uitvoeren van een procedure,
schakelt u de stroom van de Digitale Piano uit en dan
weer in, en daarna probeert u de procedure opnieuw uit
te voeren.
• Houd er rekening mee dat wanneer de Digitale Piano
tijdens een procedure wordt uitgeschakeld, eventuele
niet opgeslagen gegevens verloren gaan.
Bediening van de tiptoetsen
Bij het inschakelen van de Digitale Piano gaan de lampjes van
alle tiptoetsen op het voorpaneel branden.
• Luister niet voor lange tijd met een hoog volume via de
hoofdtelefoon. Dit kan namelijk resulteren in
gehoorschade.
• Gebruikt u een hoofdtelefoon waarbij een
verloopstekker nodig is, let er dan op dat de
verloopstekker niet ingestoken blijft als u de
aansluiting van de hoofdtelefoon verbreekt. Mocht de
stekker ingestoken blijven, dan zal er geen geluid te
horen zijn via de luidsprekers.
■ Geluid weergeven via de luidsprekers terwijl een
hoofdtelefoon is aangesloten
Schakel de instelling “Luidsprekerweergave” onder “Overige
instellingen” (pagina NL-34) in om geluid via de luidsprekers
weer te geven terwijl er een stekker in een van de PHONESaansluitingen is gestoken.
• Om een tiptoets te bedienen, moet u deze stevig met
een blote vinger aantippen. De tiptoetsen reageren niet
als u deze aanraakt terwijl u een handschoen draagt.
• Als een tiptoets niet reageert, voert u de onderstaande
stappen uit om de gevoeligheid van de tiptoetsen te
verhogen.
(1) Schakel de Digitale Piano uit.
(2) Houd de C8 klaviertoets ingedrukt (de toets
helemaal rechts) en druk dan op de 1P (aan/uit)
toets.
• Blijf de C8 klaviertoets ingedrukt houden totdat
de tiptoetsen achter elkaar van links naar rechts
gaan branden (van 3 FUNCTION t/m 9 ELEC. PIANO). U hoeft de 1P (aan/uit) toets niet
ingedrukt te blijven houden.
■ Automatische uitschakelfunctie voor de
tiptoetslampjes (Paneellampjes-instelling)
Om stroom te besparen, kunt u instellen dat alle toetslampjes
worden uitgeschakeld, met uitzondering van het lampje van
3 FUNCTION, wanneer het instrument een bepaalde tijd
niet wordt bediend. U kunt de tijd dat het instrument niet wordt
bediend en waarna de lampjes worden uitgeschakeld zelf
instellen, of u kunt instellen dat de lampjes altijd moeten
blijven branden (oorspronkelijke standaardinstelling wanneer
de netadapter is aangesloten). Zie “Veranderen van de
instelling voor de paneellampjes” (pagina NL-35) voor
informatie over het maken van deze instellingen.
NL-8
■ Beschikbare functies bij bediening van alleen de
tiptoetsen
Wanneer een tiptoets stevig wordt aangetipt en dan meteen
wordt losgelaten, wordt de functie uitgevoerd die aan de
tiptoets is toegewezen.
Bijvoorbeeld, bij aantippen van 9 ELEC. PIANO wordt de
ELEC.PIANO toon geselecteerd en bij aantippen van
5 METRONOME start (of stopt) de metronoom.
Gemeenschappelijke bediening voor alle functies
C1A0C2C3C4C5C6C7C8
B1
C
C
■ Combinaties van tiptoets + klaviertoets
Er kunnen diverse instellingen voor de Digitale Piano worden
gemaakt door gebruik van een tiptoets (behalve de 70
(opname) toets) in combinatie met een klaviertoets.
Als voorbeeld wordt in de onderstaande procedure getoond
hoe de JAZZ ORGAN toon kan worden geselecteerd.
1.
Houd 8 GRAND PIANO ingedrukt.
• Totdat u 8 GRAND PIANO loslaat in stap 3
hieronder, kunt u de klaviertoetsen gebruiken om
tonen te selecteren en andere instellingen te maken.
Voor informatie over welke functies beschikbaar zijn
terwijl 8 GRAND PIANO wordt ingedrukt, kunt u de
afzonderlijke “Toetsenbordfunctielijst” raadplegen.
2.
Druk op de B1 klaviertoets.
De JAZZ ORGAN toon wordt geselecteerd en de
bevestigingstoon klinkt waarbij gebruik wordt gemaakt
van de JAZZ ORGAN toon.
3.
Laat 8 GRAND PIANO los.
• U kunt nu op het toetsenbord spelen met de JAZZ
ORGAN toon.
Meldtonen
Wanneer u een gecombineerde bediening van een tiptoets en
een klaviertoets uitvoert (pagina NL-9), klinkt er een meldtoon
op het moment dat u op de klaviertoets drukt om u het
resultaat van de bediening te laten weten. Hieronder worden
de diverse typen meldtonen beschreven.
■ Typen meldtonen
Dit type toon
klinkt:
Ontvangsttoon
Ongeldig-toon U heeft op de verkeerde klaviertoets
Bovengrens,
ondergrenstoon
Initialisatietoon
Optie-toonEen instellingsoptie wordt veranderd door
Uit-toonEen instelling wordt uitgeschakeld (afgezet).
Referentietoon
Einde-toonDe laatste klaviertoets wordt ingedrukt bij de
Wanneer dit gebeurt:
De bediening van een klaviertoets is
ontvangen en wordt toegepast. Deze toon
klinkt als een instelling wordt ingeschakeld
(aangezet) wanneer u op de klaviertoets
drukt waarmee de instelling kan worden
ingeschakeld en uitgeschakeld.
gedrukt. Deze toon laat u weten dat de
bediening ongeldig is.
U drukt op een klaviertoets waardoor de
instelling hoger wordt dan de bovengrens of
lager dan de ondergrens.
De instellingen zijn teruggezet op de
oorspronkelijke standaardwaarden.
Deze toon klinkt wanneer u de plus (+) en
min (–) klaviertoetsen tegelijk indrukt, enz.
indrukken van een klaviertoets waarmee de
opties worden doorlopen. Het aantal keren
dat de toon klinkt hangt af van de optie die
wordt geselecteerd.
Wanneer u de plus (+) en min (–)
klaviertoetsen gebruikt om een instelwaarde
te veranderen, klinkt er een referentietoon
om aan te geven dat de bediening van de
klaviertoetsen resulteert in de instelling van
bepaalde typen waarden. In geval van een
geheel getal (geen decimalen) klinkt de
referentietoon wanneer de instelling een
waarde wordt die een veelvoud is van 10
(10, 20 enz.). In geval van een getal met
decimalen (zoals 440,2) klinkt de
referentietoon wanneer de instelling een
waarde wordt die een geheel getal is (440,
441 enz.).
bediening voor een instelling die het
indrukken van meerdere klaviertoetsen
vereiste. Bijvoorbeeld, bij het invoeren van
een driecijferige tempo-instelling klinkt deze
toon wanneer u de klaviertoets voor het
derde cijfer indrukt.
■ Meldtonensets
Uw Digitale Piano heeft drie verschillende meldtonensets
waaruit u kunt kiezen. Indien gewenst kunt u de meldtonen
ook uitschakelen. Zie “Overige instellingen” (pagina NL-34)
voor informatie over het veranderen van de meldtonenset.
NL-9
Gebruik van de Digitale
B}0
B0
C1 - B5
C1A0C2C3C4C5C6C7C8C1A0C2C3C4C5C6C7C8
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
A0 - C{2
Piano
Luisteren naar
demonstratieweergave
1.
Houd 3 FUNCTION ingedrukt.
Het DEMO lampje begint te knipperen en het
4 SOUND MODE lampje gaat branden (de lampjes
van de andere toetsen gaan uit).
2.
Tip 4 SOUND MODE aan.
De 6 a en DEMO lampjes branden continu en de
weergave van de demonstratiemelodie begint (en de
lampjes van de toetsen, met uitzondering van 6 a,
gaan uit). Nadat de demonstratiemelodie is
weergegeven, wordt er doorgegaan met de weergave
van de melodieën uit de muziekbibliotheek (pagina
NL-24).
• Tijdens demonstratieweergave is de onderstaande
bediening mogelijk.
Selecteren van een toon
Uw Digitale Piano is voorzien van 17 tonen waaronder drie
vleugeltonen die aan het volledige toetsenbordbereik worden
toegewezen plus één bastoon die alleen aan het lage bereik
kan worden toegewezen. In aanvulling op het toewijzen van
één enkele toon aan het toetsenbord, kunt u ook twee
verschillende tonen gelaagd weergeven en het toetsenbord
kan worden gesplitst in een linker- en rechterzijde met
verschillende tonen voor beide zijden.
Selecteren van één enkele toon
■ Selecteren van een toon met de klaviertoetsen
1.
Houd 8 GRAND PIANO ingedrukt en druk
dan op een klaviertoets van A0 t/m C{2.
• Bijvoorbeeld, bij indrukken van de F{1 klaviertoets
wordt de HARPSICHORD toon geselecteerd en zal de
bevestigingstoon klinken waarbij gebruik wordt
gemaakt van de HARPSICHORD toon.
•Zie “Toonlijst” (pagina NL-42) voor informatie over de
toon die aan elke klaviertoets is toegewezen.
Om dit te doen:Voer deze bediening uit:
Doorgaan naar de volgende
melodie
Teruggaan naar de vorige
melodie
Naar een specifieke
melodie springen
Teruggaan naar de eerste
melodie
(demonstratiemelodie)
* Zie de “Muziekbibliotheeklijst” (pagina NL-43) voor
informatie over het melodienummer dat aan elke
klaviertoets is toegewezen.
3.
Tip 6 a aan om de demonstratieweergave
Houd 6 a ingedrukt en
druk dan op de B0
klaviertoets.
Houd 6 a ingedrukt en
druk dan op de B}0
klaviertoets.
Houd 6 a ingedrukt en
druk dan op een klaviertoets
van C1 t/m B5.*
Houd 6 a ingedrukt en
druk dan de B}0 en B0
klaviertoetsen tegelijk in.
te stoppen.
De toetslampjes die in de bovenstaande procedure zijn
uitgegaan, gaan weer branden.
• Als de automatische stroomonderbreker is ingeschakeld,
wordt de stroom automatisch na de ingestelde tijdsduur
uitgeschakeld, ook wanneer er demonstratieweergave
plaatsvindt. Om dit te voorkomen, kunt u de procedure
onder “In- of uitschakelen van de automatische
stroomonderbreker” (pagina NL-7) gebruiken om de
automatische stroomonderbreker uit te schakelen.
2.
Laat 8 GRAND PIANO los.
■ Selecteren van een toon met de tiptoetsen
1.
Tip een toets aan zoals hieronder is
beschreven om de gewenste toon te
selecteren.
Om deze toon te selecteren: Aantippen:
GRAND PIANO CONCERT8 GRAND PIANO
ELEC.PIANO9 ELEC. PIANO
• Als tonen op het moment gelaagd zijn (pagina NL-11)
of als het toetsenbord is verdeeld in twee tonen
(pagina NL-12), zullen bij het uitvoeren van de
bovenstaande procedure om een toon te selecteren,
de laag- en splitsinstellingen komen te vervallen.
■ Vleugeltonen
De eigenschappen van elk van de drie vleugeltonen worden
in de onderstaande tabel beschreven.
ToonnaamBeschrijving
CONCERTEen volwaardige
concertvleugeltoon voor
dynamische en natuurlijke
veranderingen in de toon.
BRIGHTEen helder en duidelijk pianogeluid.
MELLOWEen warm, ingetogen pianogeluid.
NL-10
Twee tonen gelaagd laten klinken
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
A0 - C{2
C1A0C2C3C4C5C6C7C8
C7
Met de lagenfunctie kunt u twee verschillende tonen
gelijktijdig laten klinken. De toon die op een andere toon wordt
gelaagd, is de “toon van het Upper2 gedeelte” en wordt in
deze handleiding de “Upper2 toon” genoemd. De toon waarop
de Upper2 toon wordt gelaagd, is de “toon van het Upper1
gedeelte” en wordt de “Upper1 toon” genoemd.
■ Twee tonen gelaagd weergeven
Gebruik van de Digitale Piano
• U kunt het volume van het Upper2 gedeelte instellen en
andere instellingen voor het Upper2 gedeelte maken.
Zie “Maken van de instellingen voor het Upper2 gedeelte
en het Lower gedeelte” (pagina NL-30) voor verdere
informatie.
•Zie “Instellen van het volume van het Upper1 gedeelte”
(pagina NL-29) voor informatie over het instellen van het
volume van het Upper1 gedeelte.
1.
Gebruik de procedure onder “Selecteren van
één enkele toon” (pagina NL-10) om de Upper1
toon te selecteren.
2.
Selecteer de Upper2 toon.
(1) Houd 9 ELEC. PIANO en druk dan op een
klaviertoets van A0 t/m C{2.
• Bijvoorbeeld, bij indrukken van de A}1 klaviertoets
wordt STRINGS 1 als de Upper2 toon
geselecteerd en zal de bevestigingstoon klinken
waarbij gebruik wordt gemaakt van de STRINGS 1
toon.
• Zie “ELEC.PIANO toets + klaviertoets” in de
afzonderlijke “Toetsenbordfunctielijst” voor
informatie over de toon die aan elke klaviertoets is
toegewezen.
(2) Laat 9 ELEC. PIANO los.
3.
Schakel de lagenfunctie in.
(1) Houd 9 ELEC. PIANO ingedrukt en druk dan op
de C7 klaviertoets.
■ Uitschakelen van de lagenfunctie
Gebruik een van de onderstaande twee methoden om de
lagenfunctie van het toetsenbord uit te schakelen.
• Houd 9 ELEC. PIANO ingedrukt en druk dan op de C7
klaviertoets.
Bij meermalen indrukken van C7 wordt de lagenfunctie
beurtelings in- en uitgeschakeld. Nadat de meldtoon heeft
geklonken (pagina NL-9) die aangeeft dat de lagenfunctie
is uitgeschakeld, laat u 9 ELEC. PIANO los.
•Tip 8 GRAND PIANO of 9 ELEC. PIANO aan.
De lagenfunctie van het toetsenbord wordt uitgeschakeld
en de toon die correspondeert met de toets die u heeft
aangetipt wordt geselecteerd.
• Bij meermalen indrukken van C7 wordt de
lagenfunctie beurtelings in- en uitgeschakeld. Er
klinkt een meldtoon (pagina NL-9) om u te laten
weten of de lagenfunctie is ingeschakeld of
uitgeschakeld.
(2) Laat 9 ELEC. PIANO los.
• Wanneer nu op een klaviertoets wordt gedrukt om
te spelen, klinken de twee tonen (Upper1 en
Upper2) die u heeft geselecteerd gelijktijdig.
• Schakel de lagenfunctie uit om weer terug te keren
naar het spelen met alleen de Upper1 toon.
NL-11
Gebruik van de Digitale Piano
BASSGRAND PIANO CONCERT
Splitspunt
Hoog bereikLaag bereik
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
D2
Splitsen van het toetsenbord tussen twee
tonen
U kunt het lage bereik van het toetsenbord gebruiken om een
bastoon te laten klinken. Wanneer het toetsenbord in een
linker en rechter bereik wordt gesplitst, is de toon die aan het
lage bereik (linkerzijde) wordt toegewezen de “toon van het
Lower gedeelte” en deze wordt in deze handleiding de “Lower
toon” genoemd. De toon die aan het hoge bereik
(rechterzijde) wordt toegewezen, is de “toon van het Upper1
gedeelte” en deze wordt de “Upper1 toon” genoemd.
Elk van de 17 niet-bastonen kan aan het hoge bereik worden
toegewezen.
■ Gebruik van de splitsfunctie voor het spelen van
basnoten in het lage bereik
1.
Gebruik de procedure onder “Selecteren van
één enkele toon” (pagina NL-10) om de toon
van het hoge bereik (Upper1) te selecteren.
Veranderen van het
aanslagvolume naar de
aanslagdruk (Aanslagvolume)
Het aanslagvolume verandert het toonvolume
overeenkomstig de aanslagdruk (snelheid). Dit geeft u
hetzelfde uitdrukkingsvermogen als bij een akoestische piano.
Sneller aanslaan geeft
luidere noten.
Langzamer aanslaan
geeft zachtere noten.
Probeer niet al te veel
druk uit te oefenen.
2.
Houd 9 ELEC. PIANO ingedrukt en druk dan
op de D2 klaviertoets.
De bastoon wordt aan het lage bereik toegewezen.
3.
Laat 9 ELEC. PIANO los.
• U kunt het volume van het Lower gedeelte instellen en
andere instellingen voor het Lower gedeelte maken.
Zie “Maken van de instellingen voor het Upper2 gedeelte
en het Lower gedeelte” (pagina NL-30) voor verdere
informatie.
■ Uitschakelen van de splitsfunctie
Gebruik een van de onderstaande twee methoden om de
splitsfunctie van het toetsenbord uit te schakelen.
• Houd 9 ELEC. PIANO ingedrukt en druk dan op een
klaviertoets van A0 t/m C{2. De splitsfunctie van het
toetsenbord wordt uitgeschakeld en de toon die is
toegewezen aan de klaviertoets die u indrukt wordt de
Upper2 toon (pagina NL-11).
•Tip 8 GRAND PIANO of 9 ELEC. PIANO aan.
De splitsfunctie van het toetsenbord wordt uitgeschakeld en
de toon die correspondeert met de toets die u heeft
aangetipt wordt geselecteerd.
NL-12
Gebruik van de Digitale Piano
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
F{7 - B7
C1A0C2C3C4C5C6C7C8
E7F7
■ Veranderen van de aanslagvolumegevoeligheid
1.
Houd 8 GRAND PIANO ingedrukt en druk
dan op een klaviertoets van F{7 t/m B7.
• De onderstaande tabel toont de instelling voor de
aanslagvolumegevoeligheid die aan elke klaviertoets
is toegewezen.
Indrukken
van deze
toets:
F{7UitAanslagvolume is
G71: LichtHet is gemakkelijker om een
A}72: Medium-
A73: NormaalDe gevoeligheid is normaal.
B}74: Medium-
B75: Zwaar
2.
Laat 8 GRAND PIANO los.
Selecteert
deze
instelling:
licht
zwaar
Wat het volgende betekent:
uitgeschakeld.
Het geluidsvolume ligt vast
ongeacht de snelheid van het
aanslaan van de
klaviertoetsen.
luider geluid te produceren,
dus de aanslag voelt lichter
dan bij “Normaal”.
Het is moeilijker om een
luider geluid te produceren,
dus de aanslag voelt
zwaarder dan bij “Normaal”.
Veranderen van de toonhoogte in
stappen van een halve toon
(Transponeren)
De transponeerfunctie laat u de algehele toonhoogte van de
Digitale Piano verhogen of verlagen in stappen van een halve
toon.
U kunt deze functie gebruiken om de toon van het
toetsenbord te verhogen of verlagen en een stuk te spelen in
een toonaard die voor u meer geschikt is of om de toonaard
aan te passen aan de zanger enz.
■ Veranderen van de transponeerinstelling
1.
Houd 8 GRAND PIANO ingedrukt en druk
dan op de E7 of F7 klaviertoets.
Indrukken van deze
toets:
E7Verlaagt de toonhoogte met één
F7Verhoogt de toonhoogte met één
E7 + F7Zet de toonhoogte terug op de
• U kunt de toonhoogte van het toetsenbord veranderen
binnen het bereik van –12 t/m +12 halve tonen.
Doet dit:
halve toon.
halve toon.
oorspronkelijke standaardinstelling.
2.
Laat 8 GRAND PIANO los nadat de gewenste
instelling is gemaakt.
NL-13
Gebruik van de Digitale Piano
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
A4C5
B}4B4
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
D7E}7
C1
A0
C2C3C4C5C6C7
C8
E7E}7
Fijnstemmen van een toonhoogte
(Stemming)
Gebruik de stemmingsfunctie wanneer u de toonhoogte ietwat
wilt veranderen voor samenspel met een ander
muziekinstrument.
• De stemmingsfunctie specificeert de frequentie van de A4
noot. U kunt de frequentie instellen in het bereik van
415,5 Hz t/m 465,9 Hz. De oorspronkelijke
standaardinstelling is 440,0 Hz.
• U kunt de frequentie veranderen in stappen van 0,1 Hz.
■ Veranderen van de stemmingsinstelling
1.
Houd 3 FUNCTION ingedrukt.
• Laat 3 FUNCTION niet los tot aan de onderstaande
stap 3.
2.
Gebruik de onderstaande klaviertoetsen om de
stemming af te stellen.
Indrukken van
deze toets:
A4Stelt de A4 frequentie in op 440,0 Hz.
B}4Stelt de A4 frequentie in op 442,0 Hz.
B4Verlaagt de A4 frequentie met 0,1 Hz.*
C5Verhoogt de A4 frequentie met 0,1 Hz.*
* Er klinkt een referentietoon (pagina NL-9) wanneer de
instelwaarde een integer wordt (een geheel getal) zoals
440, 441 enz.
3.
Laat 3 FUNCTION los nadat de gewenste
stemming is geselecteerd.
• De ingestelde stemming blijft bewaard ook wanneer de
stroom wordt uitgeschakeld.
Doet dit:
Veranderen van de toonhoogte in
eenheden van een octaaf
(Octaafverschuiving)
Met octaafverschuiving kunt u de toonhoogten van het
Upper1 gedeelte en het Upper2 gedeelte afzonderlijk, in
eenheden van een octaaf, verhogen of verlagen.
■ Veranderen van de toonhoogte van het Upper1
gedeelte in eenheden van een octaaf
1.
Houd 8 GRAND PIANO ingedrukt en druk
dan op de D7 of E}7 klaviertoets.
Indrukken van
deze toets:
D7Verlaagt de toonhoogte van het
E}7Verhoogt de toonhoogte van het
D7+ E}7Zet de toonhoogte van het Upper1
• U kunt de octaaf verschuiven binnen het bereik van –2
t/m +2.
2.
Laat 8 GRAND PIANO los nadat de gewenste
Upper1 gedeelte met één octaaf.
Upper1 gedeelte met één octaaf.
gedeelte terug op de oorspronkelijke
standaardinstelling.
instelling is gemaakt.
■ Veranderen van de toonhoogte van het Upper2
gedeelte in eenheden van een octaaf
1.
Houd 9 ELEC. PIANO ingedrukt en druk dan
op de E}7 of E7 klaviertoets.
Doet dit:
Indrukken van
deze toets:
E}7Verlaagt de toonhoogte van het
E7Verhoogt de toonhoogte van het
E}7 + E7Zet de toonhoogte van het Upper2
• U kunt de octaaf verschuiven binnen het bereik van –2
t/m +2.
2.
Laat 9 ELEC. PIANO los nadat de gewenste
Doet dit:
Upper2 gedeelte met één octaaf.
Upper2 gedeelte met één octaaf.
gedeelte terug op de oorspronkelijke
standaardinstelling.
instelling is gemaakt.
NL-14
Loading...
+ 32 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.