Casio PX-7 Owner's Manual [nl]

PX730/7D1A
D
GEBRUIKSAANWIJZING
Bewaar a.u.b. alle informatie voor eventueel latere naslag.
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
Zorg er voor eerst aandachtig de “Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid” te lezen voordat u de piano probeert te gebruiken.
Belangrijk!
Merk a.u.b. de volgende belangrijke informatie op alvorens dit product te gebruiken.
• Voordat u de los verkrijgbare AD-A12150LW netadapter in gebruik neemt dient u eerst te controleren dat hij niet beschadigd is. Check het netsnoer zorgvuldig op breuken, barsten, ontblootte bedrading en andere ernstige beschadigingen. Laat kinderen nooit een netadapter gebruiken die ernstig beschadigd is.
• Dit product is niet bedoeld voor kinderen onder drie jaar.
• Gebruik enkel de CASIO AD-A12150LW netadapter.
• De netadapter is geen stuk speelgoed.
• Haal de netadapter altijd uit het stopcontact voordat u dit product schoon maakt.
Dit merkteken is alleen van toepassing in de landen binnen de EU.
Manufacturer: CASIO COMPUTER CO.,LTD. 6-2, Hon-machi 1-chome, Shibuya-ku, Tokyo 151-8543, Japan
Responsible within the European Union: CASIO EUROPE GmbH Casio-Platz 1, 22848 Norderstedt, Germany
Inhoudsopgave
Merk- en productnamen die in deze gebruiksaanwijzing worden gebruikt kunnen geregistreerde handelsmerken van anderen zijn.
Monteren van de standaard ......................................................................................D-27
Uitpakken.................................................................. D-27
Monteren van de standaard ...................................... D-27
Aansluiten van het snoer...........................................D-32
Installeren van de bladmuziekstandaard...................D-32
Algemene gids .................................. D-2
Functietoets (FUNCTION) .......................................... D-3
Het opslaan van instellingen en het gebruiken
van de bedieningsvergrendeling.................................D-3
Stopcontact ....................................... D-4
Gebruiken van een netadapter ................................... D-4
Aansluitingen .................................... D-5
Aansluiten van de hoofdtelefoon ................................ D-5
Aansluiten van geluidsapparatuur of
een versterker............................................................. D-5
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires........... D-5
Spelen met verschillende tonen...... D-6
Selecteren en spelen van een toon ............................ D-6
Bijstellen van de helderheid van een toon .................. D-7
Lagen van twee tonen aanbrengen ............................D-8
Gebruiken van effecten............................................... D-9
Gebruiken van de pedalen van de digitale piano........ D-9
Gebruiken van de metronoom .................................. D-10
Spelen van een pianoduet ........................................ D-11
Nagalm ..................................................................D-20
Zweving .................................................................D-20
Toonselectie ..........................................................D-20
Helderheid (BRILLIANCE) .....................................D-20
Balans tussen lagen ..............................................D-20
Tempo (TEMPO) ...................................................D-20
Melodie selecteren (SONG SELECT)....................D-20
Volume van de melodie (SONG VOLUME)...........D-20
Volume van de metronoom
(METRONOME VOLUME) ....................................D-20
Maatslag van de metronoom
(METRONOME BEAT) ..........................................D-20
Klaviertoets (Transponeren) ..................................D-21
Stemmen van het keyboard (Stemmen)................D-21
Octaafverschuiving ................................................D-21
Temperament (toonschaal) (TEMPERAMENT)..... D-21
Temperament selectie
(TEMPERAMENT SELECT)..................................D-21
Temperament basnoot (BASE NOTE)...................D-21
Aanslagvolume (TOUCH RESPONSE) ................. D-21
USB apparaat modus (USB DEVICE MODE) .......D-22
Zendkanaal ............................................................D-22
Lokale besturing ....................................................D-22
Bedieningspieptoon ...............................................D-22
Terug .....................................................................D-22
Bedieningsvergrendeling .......................................D-22
Weergeven van ingebouwde
melodieën........................................ D-12
Weergeven van alle ingebouwde melodieën ............ D-12
Weergeven van een specifieke melodie in de
muziekbibliotheek ..................................................... D-12
Oefenen met een melodie uit de
muziekbibliotheek ..................................................... D-13
Opnemen en weergeven ................ D-14
Sporen ...................................................................... D-14
Opnemen op een specifiek spoor van
een melodie .............................................................. D-15
Opnemen op een spoor terwijl u naar de
weergave luistert van het andere spoor.................... D-16
Weergeven van het geheugen van de
digitale piano............................................................. D-16
Wissen van opgenomen data ................................... D-17
Configureren van instellingen
met het toetsenbord ....................... D-18
Instellingen configureren met het toetsenbord.......... D-18
Klaviertoetsen die gebruikt worden voor
het configureren van instellingen .............................. D-19
Parameterlijst............................................................ D-20
Aansluiting op een computer ........D-23
Minimale computersysteemvereisten........................D-23
Aansluiting van de digitale piano op uw computer ....D-23
Gebruiken van MIDI ..................................................D-24
Oversturen van melodie data met een computer ......D-24
Referentie ........................................D-33
Oplossen van moeilijkheden .....................................D-33
Technische gegevens ...............................................D-34
Bedieningsvoorzorgsmaatregelen.............................D-35
Appendix............................................ A-1
Toonlijst....................................................................... A-1
Melodielijst .................................................................. A-1
MIDI Implementation Chart
D-1
Algemene gids
bn
5
6
8
7
bl
bk
9
bm
bo
12 3 4
Voorkant
Onderkant
Achterkant
D-2
Algemene gids
OPMERKING
OPMERKING
Pedaalaansluiting
USB poort
12V gelijkstroomaansluiting (DC 12V)
Hoofdtelefoonaansluiting (PHONES)
Volumeregelaar (VOLUME)
Functietoets (FUNCTION)
 Melodietoets a (SONG a)
 Recordertoets (L) (RECORDER (L))
 Metronoomtoets (R) (METRONOME (R))
 Moderne vleugeltoets (GRAND PIANO (MODERN))
 Klassieke vleugeltoets (GRAND PIANO (CLASSIC))
 Elektronische piano toets (ELEC PIANO)
 Spanningsindicator
 Spanningstoets (POWER)
*LET OP
• Let er op dat het deksel volledig open staat wanneer u op het toetsenbord speelt. Als het deksel gedeeltelijk open staat kan het onverwacht dichtklappen waardoor u uw vingers kunt bezeren.
• De hier aangegeven namen worden altijd vetgedrukt weergegeven wanneer ze in de tekst van deze gebruiksaanwijzing verschijnen.
Functietoets (FUNCTION)
De FUNCTION toets wordt gebruikt bij het configureren van een aantal verschillende instellingen van de digitale piano. Hieronder volgen de basisbedieningen van de FUNCTION toets.
Houd om een instelling te veranderen de FUNCTION toets ingedrukt
terwijl u op de klaviertoets drukt waaraan de instelling die u wilt selecteren toegewezen is. Er is een bedieningsbevestigingstoon te horen telkens wanneer u een klaviertoets aanslaat om een instelling te configureren.
Voorbeeld: “Selecteren van een toon” op pagina D-6
• Zie “Configureren van instellingen met het toetsenbord” op pagina D-18 voor details aangaande de bediening en de instellingen.
De volgende tabel toont u hoe het indrukken van de FUNCTION toets de werking van bepaalde toetsen
verandert.
Deze toets: Doet dit wanneer de FUNCTION toets ingedrukt is: SONG a Start en stopt de weergave van de demonstratiemelodie. RECORDER Selecteert het linker hand gedeelte. METRONOME Selecteert het rechter hand gedeelte. MODERN (modern) Schakelt over tussen nagalm aan (toetsindicator aan) en uit (indicator uit). CLASSIC (klassiek) Schakelt over tussen zweving (chorus) aan (toetsindicator aan) en uit (indicator uit). ELEC PIANO (elektr. piano) Schakelt over tussen Duet aan (toetsindicator aan) en uit (indicator uit).
Het opslaan van instellingen en het gebruiken van de bedieningsvergrendeling
Uw digitale piano stelt u in staat om de huidige instellingen op te slaan en de toetsen te vergrendelen ter bescherming tegen bedieningsfouten. Zie “Parameterlijst” op pagina’s D-20 - D-22 voor details.
D-3
Stopcontact
BELANGRIJK!
Stopcontact
Netsnoer
12V gelijkstroomaansluiting (DC 12V)
Netadapter
Uw digitale piano werkt op de spanning van het lichtnet. Vergeet niet de spanning uit te schakelen wanneer u de digitale piano niet gebruikt.
Gebruiken van een netadapter
Gebruik enkel de netadapter (JEITA standaard, met een uniforme polariteitsstekker) die meegeleverd is met deze digitale piano. De digitale piano kan defect raken als een ander type netadapter gebruikt wordt.
Gespecificeerde netadapter: AD-A12150LW
• Gebruik het meegeleverde netsnoer om de netadapter aan te sluiten zoals aangegeven in de onderstaande afbeelding.
• Sluit de netadapter (JEITA standard met uniforme polariteitsstekker) die met deze digitale piano meegeleverd wordt, nooit aan op een ander toestel dan deze piano. Dit brengt namelijk het risico op defecten met zich mee.
• Vergeet niet de digitale piano uit te schakelen voordat u de netadapter in het stopcontact steekt of hem er uit trekt.
• De netadapter wordt warm na langdurig gebruik. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
Merk de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen op om schade aan het netsnoer te voorkomen.
Tijdens het gebruik
• Trek nooit met geweld aan het snoer.
• Trek nooit herhaaldelijk aan het snoer.
• Draai het snoer nooit rond vlakbij de stekker of de aansluiting.
• Het netsnoer mag tijdens het gebruik niet strak gespannen staan.
Wanneer de digitale piano wordt verplaatst
• Vergeet nooit de netadapter uit het stopcontact te trekken voordat u de digitale piano verplaatst.
Tijdens opslag
• Maak lussen in en een bundeltje van het netsnoer maar wind het snoer nooit om de netadapter.
D-4
B
Aansluitingen
BELANGRIJK!
OPMERKING
Stereo standaard stekker
Hoofdtelefoonaansluitingen (PHONES)
Onderkant
INPUT 1
INPUT 2
AUX IN aansluiting, enz. van de geluidsversterker
Gitaarversterker
Keyboardversterker, enz.
Penstekker
Penaansluiting Standaard stekker
RIGHT (rechts-rood)
Naar één van beide PHONES aansluitingen van de digitale piano
Stereo standaard stekker
Penstekker (rood)
Penstekker (wit)
LEFT (links-wit)
• Stel het volume altijd in op een laag niveau d.m.v. de VOLUME regelaar telkens wanneer u iets aan gaat sluiten op de digitale piano. Stel het volume in op het gewenste niveau nadat u de aansluiting tot stand gebracht heeft.
Aansluiten van de hoofdtelefoon
Door een hoofdtelefoon aan te sluiten op één van beide
PHONES
luidsprekers uitgeschakeld wat betekent dat u zelfs midden in de nacht kunt oefenen zonder de buren wakker te houden. Om uw gehoor te beschermen moet u er op letten dat het volumeniveau niet te hoog staat wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt.
aansluitingen wordt de weergave van de
Aansluiten van geluidsapparatuur (Afbeelding )
Breng de aansluitingen m.b.v. in de handel verkrijgbare aansluitsnoeren (standaardstekker × 1, penstekker × 2) tot stand zoals aangegeven in Afbeelding . Ler er op dat het uiteinde van het snoer dat u aansluit op de de digitale piano een standaard stereostekker is. Bij het gebruik van een standaard monostekker wordt slechts één van de twee stereo kanalen afgegeven. Gewoonlijk dient u de ingangskeuzeschakelaar van de geluidsapparatuur in te stellen op de aansluiting waarop de digitale piano aangesloten is (AUX IN, enz.). Stel het volume in d.m.v. de VOLUME regelaar van de digitale piano.
Aansluiten van een geluidsversterker (Afbeelding )
• Let er op dat u de stekker van een hoofdtelefoon zover mogelijk in één van de PHONES aansluitingen steekt. Als u dat niet doet, kunt u het geluid mogelijk van slechts één van beide kanten van de hoofdtelefoon horen.
• Mocht een hoofdtelefoon die u gebruikt niet passen bij één van de PHONES aansluitingen gebruik dan een passende adapterstekker die u zich apart in de winkel kunt aanschaffen.
• Gebruikt u een hoofdtelefoon waarbij een adapterstekker nodig is, let er dan op dat de adapter niet ingestoken blijft als u de aansluiting van de hoofdtelefoon verbreekt. Mocht dit het geval zijn dan zal er geen geluid te horen zijn via de luidsprekers.
Aansluiten van geluidsapparatuur of een versterker
U kunt geluidsapparatuur of een versterker aansluiten op de digitale piano en het geluid dan via externe luidsprekers weergeven om een krachtiger geluid van een betere kwaliteit te verkrijgen.
B
Sluit het aansluitsnoer* aan op één van de types versterkers die weergegeven wordt in Afbeelding . Stel het volume in d.m.v. de VOLUME regelaar van de digitale piano.
* Digitale Piano: Stereo standaard stekker
Versterker : Voert de signalen in voor het linker-
en het rechterkanaal. Door één van beide stekkers niet aan te sluiten wordt slechts één van de twee stereo kanalen afgegeven.
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires
Gebruik enkel accessoires die gespecificeerd zijn voor het gebruik met deze digitale piano. Het gebruik van niet erkende accessoires kan het gevaar op brand, elektrische schok en persoonlijk letsel met zich meebrengen.
OPMERKING
• U kunt informatie betreffende de accessoires die los verkrijgbaar zijn krijgen van de CASIO catalogus die beschikbaar is bij uw winkelier en van de CASIO website bij de volgende URL.
http://world.casio.com/
D-5
Spelen met verschillende tonen
BELANGRIJK!
POWER
GRAND PIANO
ELEC PIANO
FUNCTION
METRONOME
SONG a
VOLUME
Selecteren van GRAND PIANO (MODERN of
CLASSIC) of ELEC PIANO
• Druk op één van de GRAND PIANO toetsen (MODERN of CLASSIC) of de ELEC PIANO toets om de gewenste toon te selecteren.
• De toetsindicator van de geselecteerde toon gaat branden.
Selecteren van één van de andere tonen
• Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk op de klaviertoets die correspondeert aan de toon die u wilt selecteren.
Selecteren en spelen van een toon
De piano wordt met 16 ingebouwde tonen.
* De namen van de tonen zijn gemarkeerd boven de klaviertoetsen waaraan ze zijn toegewezen.
Selecteren van een toon
1.
Druk op de POWER toets.
• Bij inschakelen van de digital piano wordt de stroom aan bewerking uitgevoerd om het system te initialiseren. Tijdens de systeeminitialisering gaan de toontoetsindicators in volgorde aan en uit gedurende ongeveer 7 seconden om u te laten weten dat systeeminitialisering plaats vindt.
2.
Selecteer de gewenste toon.
D-6
3.
OPMERKING
OPMERKING
Splitspunt
Laag bereik Hoog bereik
BASS 1 (bas 1) PIPE ORGAN (pijporgel)
(Momenteel geselecteerde toon.)
Stel het volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME regelaar.
• GRAND PIANO tonen (MODERN, CLASSIC) Uw digitale piano heeft in het totaal 16 ingebouwde tonen. De MODERN en CLASSIC tonen zijn in stereo bemonsterde tonen (sampling tonen) die geselecteerd kunnen worden d.m.v. de GRAND PIANO toetsen. Probeer de GRAND PIANO tonen eens te gebruiken om bekend te raken met de gedistingeerde klanken en karakteristieken.
Toonnaam Karakteristieken
MODERN (modern)
CLASSIC (klassiek)
Deze toon voorziet in heldere vleugelklanken. Het volume en de klankkleur van deze toon reageert onmiddellijk op verschillen in de druk op de klaviertoetsen en heeft een relatief sterke nagalm. Deze toon is een goede keus voor een dynamisch en levendig spel.
Dit is een natuurlijke pianotoon die goed lijkt op het geluid van een akoestische vleugel. Nagalm en de andere effecten zijn tot een minimum gehouden om de invloed van de pianopedalen (akoestische resonantie) groter te maken, voor een fijngevoeligere muzikale expressie. Deze toon is een goede keus voor lessen en oefensessies.
• GRAND PIANO toon (VARIATION) is het beste voor meespelen met een begeleiding.
Bastonen (BASS 1, BASS 2)
Spelen met verschillende tonen
Bijstellen van de helderheid van een toon
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en stel tegelijkertijd de helderheidswaarde in d.m.v. de BRILLIANCE toetsen binnen het bereik lopend van –3 tot 0 tot 3.
Voor dit type geluid:
Milder en teder
Helderder en scherper
OPMERKING
• Druk tegelijkertijd op en om de toon terug te stellen op de oorspronkelijke instelling “0”.
Druk op deze klaviertoets:
Door één van de twee BASS (LOWER) tonen (1 of 2) in stap 2 van de bovenstaande procedure te selecteren, wordt de geselecteerde bastoon toegewezen aan het lage bereik (linker kant) van het keyboard. Aan het hoge bereik (rechter kant) wordt de toon toegewezen die geselecteerd was toen u op de BASS 1 of BASS 2 toets drukte.
• BASS 1 en BASS 2 laten u het toetsenbord in twee stukken splitsen met twee verschillende tonen.
• Selecteer een andere toon dan BASS 1 of BASS 2 om opnieuw een enkele toon te verkrijgen bij het toetsenbord.
• U kunt BASS 1 of BASS 2 niet selecteren bij het opnemen naar Spoor 2.
D-7
Spelen met verschillende tonen
OPMERKING
HARPSICHORD (clavecimbel)
STRINGS 1
Oorspronkelijke instelling (default) (midden)
Volume van de gelaagde toon (Tweede toon die u selecteerde)
Volume van de hoofdtoon
(Eerste toon die u
selecteerde)
Lagen van twee tonen aanbrengen
Volg de volgende procedure om lagen van twee tonen aan te brengen zodat die op hetzelfde moment klinken. Bij het specificeren van twee tonen voor het maken van lagen, wordt de eerste toon die u selecteert de hoofdtoon terwijl de tweede toon de gelaagde toon wordt.
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en houd tegelijkertijd de klaviertoets voor de hoofdtoets ingedrukt terwijl u op de klaviertoets drukt voor de gelaagde toon.
Voorbeeld: Om lagen te maken met HARPSICHORD en
STRINGS 1
Instellen van de volumebalans tussen twee gelaagde tonen
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en gebruik de hieronder getoonde klaviertoetsen om het volume in te stellen van de gelaagde tonen.
C1 C2 C3 C4 C5 C6 C7 C8
• Houd om terug te gaan naar de oorspronkelijke instelling van het volume, de FUNCTION toets ingedrukt en druk tegelijkertijd op beide toetsen.
2.
Om de lagen van het toetsenbord ongedaan te maken, selecteer een andere toon door op de GRAND PIANO toets te drukken of door de procedure onder “Selecteren en spelen van een toon” (pagina D-6) te volgen.
• U kunt ook lagen aanbrengen bij pianotonen door één van de GRAND PIANO toetsen (MODERN of
CLASSIC) ingedrukt te houden terwijl u op de ELEC PIANO toets drukt.
• U kunt met de BASS 1 of BASS 2 toon geen lagen maken met een andere toon.
• U kunt de bewerking voor het maken van lagen niet uitvoeren bij het opnemen naar Spoor 2.
D-8
A
Gebruiken van effecten
ZwevingNagalm
Zacht pedaal
Demppedaal
Sostenuto pedaal
Nagalm (reverb) : Laat uw noten resoneren. Zweving (chorus): Voegt meer ruimtelijkheid toe aan
uw noten.
In- en uitschakelen van nagalm (reverb)
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk op de MODERN toets om de nagalm (reverb) in (indicator aan) en uit te schakelen (indicator uit).
Spelen met verschillende tonen
• Zwevingwaarde
Om dit te doen: Selecteer deze instelling:
Zweving inschakelen
1:Lichte zweving (Light Chorus) 2:Middelmatige zweving
(Medium Chorus) 3:Diepe zweving (Deep Chorus) 4:Flanger (suisend effect)
Betreffende DSP
Met DSP kunt u complexe akoestische effecten digitaal produceren. DSP is toegewezen aan elke toon telkens wanneer de spanning van de digitale piano ingeschakeld is.
In- en uitschakelen van zweving (chorus)
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk op de CLASSIC toets om zweving (chorus) in (indicator aan) en uit te schakelen (indicator uit).
Configureren van de instellingen van de nagalm- en zwevingeffecten
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk op één van de Nagalm of Zweving klaviertoetsen.
123 41234
Gebruiken van de pedalen van de digitale piano
Uw digitale piano is uitgevoerd met drie pedalen: demppedaal, zacht pedaal en sostenuto pedaal
Pedaalfuncties
Demppedaal
Door het demppedaal in te trappen tijdens het spelen zullen de noten die u aanslaat voor een bijzonder lange tijd blijven nagalmen.
• Door dit pedaal tijdens de GRAND PIANO toon (MODERN, CLASSIC, VARIATION) in te trappen zullen de noten nagalmen (met akoestische resonantie) op dezelfde wijze als het demppedaal van een akoestische vleugel. Het halverwege intrappen (gedeeltelijk intrappen) van het pedaal wordt ook ondersteund.
Voorbeeld: Selecteren van Nagalm 4
• Nagalmwaarde
Om dit te doen: Selecteer deze instelling:
Nagalm inschakelen
1: Kamer (room) 2: Kleine zaal (Small Hall) 3: Grote zaal (Large Hall) 4: Stadium
Zacht pedaal
Door op dit pedaal te trappen tijdens het spelen worden de op het toetsenbord aangeslagen noten onderdrukt na het intrappen van het pedaal waardoor de noten zachter klinken.
Sostenuto pedaal
Alleen de noten van de toetsen die aangeslagen zijn op het moment van het intrappen van dit pedaal worden aangehouden totdat het pedaal wordt losgelaten.
D-9
Spelen met verschillende tonen
Gebruiken van de metronoom
1.
Druk op de METRONOME toets.
• Hierdoor start de metronoom.
• De indicator boven de SONG a toets knippert in het tempo van de maatslag van de metronoom.
2.
Houd om de maatslag te veranderen de FUNCTION toets ingedrukt terwijl u op de METRONOME BEAT toetsen drukt om een instelling te selecteren voor de maatslag.
• U kunt de waarde van het aantal maatslagen instellen als 0, 2, 3, 4, 5 of 6. Als 0 ingesteld wordt, wordt een klikgeluid weergegeven zonder klokkenspel. Met deze instelling kunt u oefenen met een vaste maatslag.
3.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en gebruik de TEMPO toetsen om een tempowaarde te specificeren binnen het bereik lopende van 20 tot en met 255 maatslagen per minuut.
4.
Druk op de METRONOME toets of op de SONG a toets om de metronoom uit te
schakelen.
OPMERKING
• Druk in stap 3 tegelijkertijd op de + en – toetsen om de instelling voor het tempo terug te stellen op het oorspronkelijke tempo van de momenteel geselecteerde melodie van de muziekbibliotheek. Door tegelijkertijd op + en – te drukken wordt de waarde van het tempo teruggesteld op 120.
Om het metronoomvolume in te stellen
OPMERKING
• U kunt de volgende procedure op elk moment uitvoeren ongeacht of de metronoom klinkt of niet.
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en stel tegelijkertijd d.m.v. de METRONOME VOLUME toetsen een volumewaarde in binnen het bereik lopende van 0 tot en met
42.
• Zie “Klaviertoetsen die gebruikt worden voor het configureren van instellingen” op pagina D-19 voor details aangaande het gebruiken van de klaviertoetsen voor het maken van instellingen.
• Telkens bij indrukken van de of toets wordt de waarde van het metronoomvolume met 1 verhoogd of verlaagd.
OPMERKING
• Druk tegelijkertijd op en om terug te gaan naar de oorspronkelijke instelling.
• Telkens bij indrukken van de + of – toets wordt de tempowaarde met 1 verhoogd of verlaagd.
• U kunt een specifieke waarde van drie cijfers invoeren d.m.v. de waarde invoertoetsen (0 tot en met 9). Zorg er voor de drie cijfers allemaal in te voeren.
Voorbeeld: Druk op de toetsen 0, 9 en 6 om “96” in te
voeren.
D-10
Spelen met verschillende tonen
OPMERKING
BELANGRIJK!
Toetsenbord
Splitspunt
Linker toetsenbord Rechter toetsenbord
(midden C)(midden C)
Pedalen
Linker demppedaal
Linker en rechter demppedaal
Rechter demppedaal
Linker toetsenbord Rechter toetsenbord
(Ingedrukte klaviertoets)
1 octaaf hoger dan de
oorspronkelijke instelling
Onveranderd
Spelen van een pianoduet
U kunt de duetfunctie gebruiken om het toetsenbord van de piano in het midden te splitsen zodat twee personen een duet kunnen spelen.
C3 C4 C5 C6 C3 C4 C5 C6
Het linker en het rechter toetsenbord hebben vrijwel hetzelfde bereik. Het linker pedaal werkt als het demppedaal voor het linker toetsenbord terwijl het rechter pedaal fungeert als het demppedaal voor het rechter toetsenbord.
Veranderen van de octaven van de duet toetsenborden
U kunt de bereiken van de linker en rechter toetsenborden veranderen van hun oorspronkelijke instellingen in eenheden van een octaaf. Dit is bijvoorbeeld handig als het oorspronkelijke bereik niet genoeg is wanneer een persoon het gedeelte voor de linker hand en de andere persoon het gedeelte voor de rechter hand aan het spelen is.
1.
Houd de FUNCTION en ELEC PIANO toetsen ingedrukt en druk op de C klaviertoets die u wilt plaatsen op C4 (midden C) van het linker toetsenbord.
De duetfunctie is de perfecte manier om les te geven waarbij de leraar aan de linkerkant zit en de leerling dezelfde melodie speelt op het rechter toetsenbord.
• Alleen het demppedaal voor het rechter toetsenbord ondersteunt half-pedaal bewerkingen.
1.
Selecteer de pianotoon die u wilt gebruiken voor het duet.
Voorbeeld: GRAND PIANO (MODERN)
2.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk op de ELEC PIANO toets om duet in (indicator aan) en uit te schakelen (indicator uit).
• U kunt de duetfunctie niet gebruiken tijdens het opnemen (pagina D-14).
Voorbeeld: Door op de klaviertoets van de meest linkse
C (C4) te drukken wordt het hier onder gegeven bereik toegewezen.
C4 C5 C6 C7 C3 C4 C5 C6
2.
Houd de FUNCTION en ELEC PIANO toetsen ingedrukt en druk op de C klaviertoets die u wilt plaatsen op C4 (midden C) van het rechter toetsenbord.
OPMERKING
• U kunt de toetsenborden terugstellen op hun oorspronkelijke bereiken door de duetfunctie eerst uit te schakelen en vervolgens weer in te schakelen.
D-11
Loading...
+ 28 hidden pages