CANON SX20 IS User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
NEDERLANDS
Lees voordat u de camera gebruikt eerst deze handleiding door.
Bewaar de handleiding, zodat u deze later nog kunt raadplegen.

De inhoud van de verpakking controleren

Controleer of de verpakking waarin de camera is verzonden, de volgende onderdelen bevat. Indien u merkt dat er iets ontbreekt, neem dan contact op met de leverancier van het product.
Camera
Stereo videokabel
STV-250N
Introductiehandleiding Cd DIGITAL CAMERA
Alkalinebatterijen van
AA-formaat (×4)
Draagriem NS-DC4
Solution Disk
Interfacekabel
IFC-400PCU
Lensdop Lenskap
Canon garantiesysteemboekje
LH-DC50
Raadpleeg ook de handleidingen op de CD DIGITAL CAMERA Manuals Disk.
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Als u het basisgebruik onder de knie hebt, kunt u de vele camerafuncties gebruiken om allerlei speciale foto's te maken.
Handleiding voor persoonlijk afdrukken
Lees deze handleiding wanneer u de camera wilt aansluiten op een (apart verkrijgbare) printer om foto's af te drukken.
Softwarehandleiding
Lees deze wanneer u de meegeleverde software wilt gebruiken.
Een geheugenkaart is niet bijgesloten.
U hebt Adobe Reader nodig om de PDF handleidingen te openen. U kunt de Word-handleidingen raadplegen met Microsoft Word/Word Viewer (alleen noodzakelijk voor handleidingen voor het Midden-Oosten).
2

Lees dit eerst

Proefopnamen
Maak enkele proefopnamen en speel deze af om te controleren of de beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet kan worden gelezen door apparaten.
Schending van het auteursrecht
De beelden die met deze camera worden opgenomen, zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik. Neem geen beelden op die inbreuk doen op het auteursrecht zonder voorafgaande toestemming van de auteursrechthouder. In sommige gevallen kan het kopiëren van beelden van voorstellingen, tentoonstellingen of commerciële eigendommen met behulp van een camera of ander apparaat in strijd zijn met het auteursrecht of andere wettelijke bepalingen, ook al is de opname gemaakt voor persoonlijk gebruik.
Garantiebeperkingen
Voor meer informatie over de garantie op deze camera raadpleegt u het Canon garantiesysteemboekje dat bij de camera is geleverd. Zie het garantiesysteemboekje voor contactinformatie van de Canon Klantenservice.
LCD-scherm
Voor het vervaardigen van het LCD-scherm en de zoeker worden uiterst geavanceerde technieken gebruikt. Meer dan 99,99% van de pixels werkt naar behoren, maar soms verschijnen er niet-werkende pixels in de vorm van heldere of donkere stippen. Dit duidt niet op een defect en heeft geen invloed op het beeld dat wordt vastgelegd.
Er zit mogelijk een dunne plastic laag over het LCD-scherm om dit te beschermen tegen krassen tijdens het vervoer. Verwijder deze laag voordat u de camera gaat gebruiken.
Temperatuur van de camerabehuizing
Wees voorzichtig als u de camera lange tijd continu gebruikt. De camerabehuizing kan dan warm worden. Dit is niet het gevolg van een storing.
Geheugenkaarten
De diverse soorten geheugenkaarten die in deze camera kunnen worden gebruikt, worden in deze handleiding aangeduid met de overkoepelende term geheugenkaarten.
3

Wat wilt u doen?

Opnamen maken
Opnamen maken en de instellingen aan de camera overlaten. . . 24
Opnamen maken die zijn aangepast aan speciale
omstandigheden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5861
Mooie opnamen maken van mensen
4
IF wP
Portretten
(p. 58)
Landschapsopnamen maken
J
Landschap
(p. 58)
Diverse andere opnamen maken
Sport
(p. 58)
Scherpstellen op gezichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24, 66, 82, 86
Opnamen maken op plaatsen waar niet geflitst
kan worden (flitser uitschakelen). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Foto's maken met de zelfontspanner . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65, 66
De datum en tijd aan de opnamen toevoegen . . . . . . . . . . . . . . 64
Close-ups maken van onderwerpen (macro-opnamen) . . . . . . . 72
Sepiakleurige of zwart-witfoto's maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
De grootte wijzigen van de opname (resolutie). . . . . . . . . . . . . . 70
Continu foto's maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75
Opnamen maken zonder dat de camera beweegt
(beeldstabilisatie)
Opnamen maken zonder dat de camera beweegt,
ook bij weinig licht (Hoge ISO Automatisch) . . . . . . . . . . . . . 61, 73
Scherpstellen op bewegende onderwerpen (Servo AF) . . . . . . . 85
Donkere onderwerpen lichter weergeven (i-Contrast) . . . . . . . . 96
4
Bij nacht
(p. 58)
Zonsondergangen
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 149
Binnen
(p. 59)
(p. 59)
t
Vuurwerk
(p. 60)
Op het strand
(p. 60)
,
Nacht Scene
(p. 60)
y
Aquarium
Tegen besneeuwde
achtergrond (p. 61)
(p. 60)
OU
Gebladerte
(p. 60)
Z
Weinig licht
(p. 61)
Wat wilt u doen?
E
Weergeven
De foto's bekijken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Foto's automatisch afspelen (Diavoorstelling) . . . . . . . . . . . . . 119
Foto's bekijken op een tv . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122
Snel foto's zoeken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116, 117
Foto's wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28, 127
Foto's beschermen tegen onbedoeld wissen . . . . . . . . . . . . . . 124
Films maken en bekijken
Films maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Films bekijken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Afdrukken
Snel en gemakkelijk foto's afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Opslaan
Foto's opslaan op een computer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Overige
Geluid uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
De camera gebruiken in het buitenland . . . . . . . . . . . . . . . . . . 143
1
2
3
5

Inhoudsopgave

De hoofdstukken 1 t/m 3 beschrijven het basisgebruik en de veelgebruikte functies van deze camera. De hoofdstukken 4 en volgende beschrijven de geavanceerde functies, waarbij u in elk volgend hoofdstuk meer leert.
De inhoud van de verpakking
controleren.........................................2
Lees dit eerst .....................................3
Wat wilt u doen? ................................4
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt .................................9
Veiligheidsvoorschriften...................10
1 Aan de slag .......................... 13
De batterijen plaatsen ......................14
De geheugenkaart plaatsen.............16
Het LCD-scherm openen.................18
De datum en tijd instellen ................19
De taal van het scherm instellen......21
Geheugenkaarten formatteren.........22
De sluiterknop indrukken .................23
Foto's maken ...................................24
Beelden bekijken .............................27
Beelden wissen................................28
Beelden afdrukken...........................29
Films opnemen ................................31
Films bekijken ..................................33
Beelden downloaden naar een
computer..........................................34
Accessoires .....................................38
Afzonderlijk verkrijgbare
accessoires......................................40
2 Meer informatie....................41
Overzicht van de onderdelen...........42
Informatieweergave op
het scherm .......................................44
Lampjes ...........................................47
Menu FUNC. - Basishandelingen ....48
FUNC. - Basishandelingen ..............49
6
De geluidsinstellingen wijzigen .......50
De helderheid van het scherm
wijzigen ........................................... 51
De standaardinstellingen van
de camera herstellen....................... 52
Low Level Format geheugenkaart... 53 De functie Spaarstand
(Automatisch Uit)............................. 54
Klokfuncties ..................................... 54
De zoeker instellen.......................... 55
De lenskap bevestigen .................... 55
3 Opnamen maken in speciale
omstandigheden en
veelgebruikte functies........ 57
Opnamen maken in diverse
omstandigheden..............................58
Speciale opnamen maken............... 59
Nader inzoomen op het onderwerp
(digitale zoom)................................. 62
Datum en tijd aan de opname
toevoegen ....................................... 64
De zelfontspanner gebruiken .......... 65
De gezicht-zelfontspanner
gebruiken ........................................ 66
4 Zelf instellingen
selecteren............................ 67
Opnamen maken met Programma
automatische belichting................... 68
De helderheid aanpassen
(belichtingscompensatie) ................ 69
De flitser inschakelen ...................... 69
De resolutie wijzigen
(beeldgrootte) .................................. 70
De compressieverhouding
(beeldkwaliteit) wijzigen .................. 70
Inhoudsopgave
Close-ups maken
(Macro/Super Macro) ...................... 72
De ISO-waarde wijzigen ................. 73
De witbalans aanpassen................. 74
Continu-opnamen maken................ 75
De kleurtoon van een foto
wijzigen (My Colors)........................ 76
Opnamen maken met de
2 seconden-zelfontspanner............. 77
De zelfontspanner aanpassen ........ 78
Opnamen maken via een tv............ 79
De compositie van de opname wijzigen met
de Focusvergrendeling ................... 79
5 Haal meer uit uw camera ... 81
De modus AF Frame wijzigen......... 82
Positie en grootte van het
AF-kader wijzigen ........................... 83
Het autofocuskader vergroten......... 84
Opnamen maken met AF lock ........ 85
Opnamen maken met Servo AF ..... 85
De persoon selecteren waarop u wilt
scherpstellen (Gezichts Selectie).... 86
De meetmethode wijzigen............... 87
Opnamen maken in de modus
Handmatig scherpstellen ................ 88
Focus Bracketing (modus
BKT-Focus)..................................... 89
Opnamen maken met AE Lock....... 90
Opnamen maken met
FE-vergrendeling ............................ 91
Auto Exposure Bracketing
(AEB-modus) .................................. 91
Opnamen maken met Slow sync .... 92
De sluitertijd instellen ...................... 93
De diafragmawaarde instellen ........ 94
Diafragmawaarde en sluitertijd
instellen........................................... 95
Helderheid corrigeren bij opnamen
(i-Contrast) ...................................... 96
Rode-ogencorrectie ......................... 97
Flitsbelichtingscompensatie
aanpassen....................................... 98
Flitsuitvoer aanpassen ....................99
Flitsertiming wijzigen ..................... 100
Controleren op gesloten ogen....... 101
Opname-instellingen vastleggen... 102 De kleur wijzigen en
opnamen maken............................ 103
Opnamen maken met
Stitch Hulp ..................................... 105
6 Diverse functies voor het
opnemen van films ........... 107
De beeldkwaliteit wijzigen ............. 108
Foto's maken tijdens een
filmopname.................................... 109
Geluidsinstellingen ........................110
AE Lock/belichting ......................... 111
Overige opnamefuncties ............... 111
Afspeelfuncties .............................. 112
Bewerken ...................................... 113
7 Afspeelfuncties en andere
functies gebruiken ............ 115
Snel naar beelden zoeken.............116
Beelden bekijken met de
filterweergave ................................ 117
Diavoorstellingen bekijken.............119
De focus controleren ..................... 120
Beelden vergroten ......................... 121
Beeldovergangen wijzigen ............121
Beelden weergeven op een tv.......122
Beelden bekijken op een
High-Definition TV ......................... 123
Opnamen beveiligen .....................124
7
Inhoudsopgave
Alle beelden wissen .......................127
Beelden indelen in categorieën
(My Category) ................................129
Beelden roteren .............................131
Het formaat van beelden
veranderen.....................................132
Trimmen.........................................133
Effecten toepassen met
de functie My Colors ......................134
Helderheid aanpassen
(i-Contrast).....................................135
Het rode-ogeneffect corrigeren......136
Afdrukken via de afdruklijst
(DPOF) ..........................................137
Beelden selecteren voor
afdrukken (DPOF)..........................138
8
De camera aanpassen
Functies aanpassen.......................142
Opnamefuncties aanpassen..........146
Veelgebruikte opnamemenu's
vastleggen .....................................150
De afspeelfuncties aanpassen.......151
Het opstartbeeld of -geluid
wijzigen..........................................152
.........141
9 Nuttige informatie ............. 155
De datum/tijd-batterij
vervangen ..................................... 156
Aansluiten op het lichtnet.............. 157
Een externe flitser gebruiken
(apart verkrijgbaar) ........................ 158
Problemen oplossen ..................... 161
Lijst met berichten die op het
scherm verschijnen ....................... 164
Beschikbare functies per
opnamemodus .............................. 166
Menu's........................................... 168
Voorzorgsmaatregelen.................. 172
Specificaties .................................. 173
Index ............................................. 176
8

Conventies die in deze handleiding worden gebruikt

In de tekst worden pictogrammen gebruikt die de knoppen en schakelaars
van de camera voorstellen.
Tekst op het scherm wordt weergegeven binnen vierkante haken [ ].
De knoppen die een richting aanduiden, het keuzewiel en de knop
FUNC./SET worden aangeduid met de volgende pictogrammen.
(Knop Omhoog)
(Knop FUNC./SET)
(Knop Rechts)
(Knop Links)
(Knop Omlaag)
(Keuzewiel)
: Tips voor het oplossen van problemen.
: Suggesties waarmee u meer uit uw camera kunt halen.
: Zaken waarmee u voorzichtig moet zijn.
: Aanvullende informatie.
(p. xx): Referentiepagina's. “xx” duidt het paginanummer aan.
In deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat alle functies
de standaardinstellingen hebben.
9

Veiligheidsvoorschriften

Lees de volgende veiligheidsvoorschriften goed door voordat u de camera gebruikt.
Bedien de camera altijd zoals wordt beschreven in de handleiding.
De veiligheidsvoorschriften op de volgende pagina's zijn bedoeld om letsel bij uzelf
of bij andere personen, of schade aan de apparatuur te voorkomen.
Lees ook altijd de handleidingen van alle afzonderlijk aangekochte accessoires die
u gebruikt.
Waarschuwing
Voorzichtig
Voorzichtig
Camera
Gebruik de flitser niet dicht bij de ogen van mensen.
Blootstelling aan het sterke licht van de flitser kan het gezichtsvermogen aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste één meter afstand wanneer u de flitser gebruikt.
Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Riem: het plaatsen van de riem om de nek van een kind kan leiden tot verstikking. Geheugenkaart, datum/tijd-batterij: gevaarlijk indien deze worden ingeslikt. Neem in dat geval onmiddellijk contact op met uw huisarts.
Probeer geen delen van de apparatuur te openen of te wijzigen als hiervoor
geen expliciete aanwijzingen zijn opgenomen in deze handleiding.
Raak om letsel te voorkomen de binnenkant van de camera niet aan als deze
is gevallen of op een andere wijze is beschadigd.
Stop onmiddellijk met het gebruik van de camera als deze rook of een vreemde
geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, benzine of verdunners
om de apparatuur schoon te maken.
Voorkom dat vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen.
Dit kan leiden tot brand of een elektrische schok. Als er vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen, schakelt u de camera direct uit en verwijdert u de batterijen.
Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor stroomvoorziening.
Gebruik van andere voedingsbronnen kan brand of elektrische schokken veroorzaken.
Hiermee wordt gewezen op het risico van ernstig letsel of levensgevaar.
Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel.
Hiermee wordt gewezen op het risico van schade aan de apparatuur.
Waarschuwing
10
Veiligheidsvoorschriften
Batterij
Gebruik alleen de aanbevolen batterijen.
Plaats de batterijen niet in of in de buurt van open vuur.
Laat de batterijen niet in contact komen met water (bijvoorbeeld zeewater)
of andere vloeistoffen.
Probeer de batterijen niet te demonteren, wijzigen of op te warmen.
Laat de batterijen niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
Dit kan leiden tot explosies of lekkages die brand, letsel en/of schade aan de omgeving kunnen veroorzaken. In het geval dat een batterij lekt en uw ogen, mond, huid of kleding met de batterijvloeistof in aanraking komen, moet u deze onmiddellijk afspoelen met water en medische hulp inschakelen.
Andere waarschuwingen
Speel de meegeleverde cd-rom(s) met gegevens alleen af in een cd-speler die
hiervoor geschikt is.
Als u de cd-rom(s) afspeelt in een gewone cd-speler voor muziek-cd's, kunt u de luidsprekers beschadigen. Ook kunt u uw gehoor beschadigen als u een koptelefoon draagt terwijl u de harde geluiden van een cd-rom via een muziekspeler afspeelt.
Voorzichtig
Zorg dat de camera niet tegen voorwerpen stoot of wordt blootgesteld aan
schokken en stoten wanneer u deze aan de polsriem draagt.
Zorg dat u niet tegen de lens stoot of drukt.
Dit kan de camera beschadigen of verwondingen veroorzaken.
Gebruik, plaats of bewaar de apparatuur niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan sterk zonlicht blootstaan.
- plaatsen die blootstaan aan temperaturen boven 40 °C.
- vochtige of stoffige plaatsen. Hierdoor kan lekkage of oververhitting ontstaan of de batterijen kunnen ontploffen, wat kan leiden tot elektrische schokken, brand, brandwonden of ander letsel. Hoge temperaturen kunnen ook de behuizing vervormen.
De overgangseffecten in de diavoorstellingen kunnen onprettig zijn wanneer
iemand hier lang naar kijkt.
Als u de flitser gebruikt, moet u erop letten dat deze niet wordt bedekt door
uw vingers of kleding.
Dit kan leiden tot brandwonden of schade aan de flitser.
11
Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
Richt de camera niet direct op een sterke lichtbron (zoals de zon).
Dit kan de beeldsensor beschadigen of de werking ervan negatief beïnvloeden.
Als u de camera gebruikt op een strand of op een winderige plek, moet u erop
letten dat er geen zand of stof in het apparaat terechtkomt.
Dit kan de werking van de camera negatief beïnvloeden.
Bij normaal gebruik kunnen kleine hoeveelheden rook ontsnappen uit de flitser.
Dit komt vanwege de hoge intensiteit van de flitser, waardoor stof en vuil op de voorkant van de eenheid verbranden. Verwijder met een wattenstaafje stof en vuil van de flitser zodat er geen hitteontwikkeling plaatsvindt waardoor de eenheid kan worden beschadigd.
Verwijder de batterijen en sla deze op wanneer u de camera niet gebruikt.
Als de batterijen in de camera worden gelaten, kunnen ze gaan lekken en schade veroorzaken aan de camera.
Breng voordat u de batterij weggooit, tape of ander isolatiemateriaal aan over
de polen van de batterij.
Contact met andere metalen in afvalcontainers kan leiden tot brand of een explosie.
Als u de camera meeneemt in uw tas, moet u het LCD-scherm inklappen zodat
er geen harde voorwerpen in contact kunnen komen met het scherm.
Als u dit niet doet, kan het LCD-scherm beschadigen of de werking ervan negatief beïnvloeden.
12
1

Aan de slag

Dit hoofdstuk beschrijft het voorbereiden van de opnamen, het maken van opnamen in de modus A en het bekijken, wissen en afdrukken
van de gemaakte foto's. Het laatste deel van het hoofdstuk behandelt
het maken en bekijken van films en het downloaden van beelden naar
een computer.
De riem bevestigen/De lensdop verwijderen
Bevestig de meegeleverde riem en draag deze om uw nek om te
voorkomen dat de camera valt tijdens het gebruik.
Verwijder de lensdop voordat u de camera inschakelt.
Als u de lensdop hebt verwijderd, bevestigt u deze aan de draagriem.
Plaats de lensdop weer voor de lens voordat u de camera opbergt.
13

De batterijen plaatsen

Open het klepje.
Schuif en houd het klepje open, en
schuif en houd het klepje open zoals weergegeven.
Plaats de batterijen.
Plaats de batterijen met de polen
(+) en (–) in de juiste positie.
Sluit het klepje.
Sluit het klepje en duw het lichtjes aan
terwijl u het naar binnen schuift, totdat het vastklikt op .
14
De batterijen plaatsen
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt (bij benadering)
Voedingsbron
Aantal
opnamen
* Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, is gebaseerd op metingen volgens
de CIPA-norm (Camera & Imaging Products Association).
Onder bepaalde omstandigheden is het aantal opnamen dat gemaakt kan worden
kleiner dan hierboven genoemd.
Afhankelijk van het merk alkalinebatterijen kan het aantal opnamen dat gemaakt
kan worden, aanzienlijk variëren.
De waarden voor NiMH-batterijen zijn gebaseerd op volledig opgeladen batterijen.
LCD-scherm Aan*
Zoeker Aan
Afspeeltijd (uren)
Alkalinebatterijen
(meegeleverd)
340 600
350 620
12 14
NiMH-batterijen
(afzonderlijk verkrijgbaar)
Compatibele batterijen
Alkalinebatterijen van AA-formaat en NiMH-batterijen van AA-formaat van Canon (afzonderlijk verkrijgbaar) (pp. 38, 40).
Kan ik andere batterijen gebruiken?
Het wordt niet aanbevolen om andere batterijen te gebruiken dan de hierboven vermelde batterijen, omdat de prestaties heel erg kunnen variëren.
Waarom NiMH-batterijen?
NiMH-batterijen gaan veel langer mee dan alkalinebatterijen, vooral bij lage temperaturen.
Batterij-oplaadlampje
Wanneer de batterij leeg raakt, verschijnt op het scherm een pictogram en een bericht. Als de batterijen zijn opgeladen, ziet u dit pictogram en bericht niet meer.
Weergave Betekenis
De batterij is bijna leeg. U moet binnenkort nieuwe batterijen plaatsen om de camera te kunnen gebruiken.
“Vervang de batterijen” De batterijen zijn leeg. Plaats nieuwe batterijen.
15

De geheugenkaart plaatsen

Controleer het schuifje voor schrijfbeveiliging van de kaart.
U kunt geen opnamen maken als de kaart
een schuifje voor schrijfbeveiliging bevat en dit schuifje dicht zit. Duw het schuifje omhoog totdat u een klik hoort.
Open het klepje.
Schuif het klepje open.
Plaats de geheugenkaart.
Plaats de geheugenkaart op de
afgebeelde wijze totdat deze vastklikt.
Plaats de geheugenkaart in de juiste
richting. Als u de geheugenkaart in de
Label
De geheugenkaart verwijderen
verkeerde richting probeert te plaatsen, kunt u de camera beschadigen.
Sluit het klepje.
Sluit het klepje en duw het lichtjes aan
terwijl u het naar binnen schuift, totdat het vastklikt op .
Duw de geheugenkaart naar binnen
tot u een klik hoort en laat de kaart langzaam los.
X De geheugenkaart wipt nu omhoog.
16
De geheugenkaart plaatsen
Aantal opnamen per geheugenkaart (bij benadering)
Geheugenkaart
Aantal opnamen
Deze waarden zijn gebaseerd op de standaardinstellingen.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, varieert al naar gelang
de camera-instellingen, het onderwerp en de geheugenkaart die u gebruikt.
2GB 8GB
626 2505
Wilt u kijken hoeveel opnamen u nog kunt maken?
U kunt zien hoeveel opnamen u nog kunt maken als de camera in de opnamemodus staat (p. 24).
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt
Compatibele geheugenkaarten
SD-geheugenkaarten
SDHC-geheugenkaarten
MultiMediaCards
MMCplus-geheugenkaarten
HC MMCplus-geheugenkaarten
Wat is een 'schuifje voor schrijfbeveiliging'?
SD- en SDHC-geheugenkaarten hebben een 'schuifje voor schrijfbeveiliging'. Als dit schuifje is ingesteld op vergrendeld, verschijnt op het scherm [Kaart op slot!]. U kunt dan geen beelden opnemen of wissen.
17

Het LCD-scherm openen

Met behulp van het LCD-scherm kunt u de compositie bepalen voordat u afdrukt, de menu's gebruiken of beelden afspelen.
Open het LCD-scherm.
Draai het LCD-scherm.
Draai het scherm 180° in de richting
van de lens (draai de bovenkant van het scherm van u af).
X
Het weergegeven beeld wordt automatisch omgekeerd (functie Beeldomkeren).
Ongeveer 180°
Ongeveer 90°
Ongeveer 170°
Als u de camera niet gebruikt, houdt u het LCD-scherm altijd gesloten met het scherm naar de camerabehuizing gekeerd. Als u het LCD-scherm dichtklikt, wordt het scherm automatisch uitgeschakeld en verschijnt het beeld in de zoeker.
Het LCD-scherm kan in diverse posities
worden gebruikt.
Sluit het LCD-scherm.
Sluit het LCD-scherm zodat het vastklikt.
Het beeld wordt normaal weergegeven
(niet omgekeerd).
Als u de functie Beeldomkeren wilt uitschakelen, drukt u op de knop n. Kies vervolgens [Beeldomkeren] op het tabblad 4 en druk op de knoppen qr om [Uit] te selecteren.
18

De datum en tijd instellen

Het scherm voor Datum/Tijd-instellingen verschijnt wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld. Aangezien de datum en tijd die aan uw opnamen worden toegevoegd op deze instellingen worden gebaseerd, is het belangrijk dat u deze instelt.
Schakel de camera in.
Druk op de ON/OFF-knop.
X Het scherm Datum/Tijd verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
Druk op de knoppen qr om een optie
te selecteren.
Gebruik de knoppen op of draai het
keuzewiel  om een waarde te selecteren.
Kies de instelling.
Druk op de knop m.
X Nadat u de datum en tijd hebt ingesteld,
wordt het scherm Datum/Tijd gesloten.
Druk op de ON/OFF-knop om de camera
uit te schakelen.
Het scherm Datum/Tijd komt steeds terug
Stel de juiste datum en tijd in. Als u de datum en tijd niet goed hebt ingesteld, verschijnt het scherm Datum/Tijd elke keer als u de camera inschakelt.
Zomertijd instellen
Als u bij stap 2 selecteert en met behulp van de knoppen op of het keuzewiel  de instelling kiest, wordt de zomertijd (normale tijd plus 1 uur) ingesteld.
19
De datum en tijd instellen
Datum en tijd wijzigen
U kunt de huidige instellingen voor de datum en tijd wijzigen.
Open de menulijst.
Druk op de knop n.
Selecteer [Datum/Tijd] op het tabblad 3.
Druk op de knoppen qr om het tabblad
3 te selecteren.
Druk op de knoppen op of draai aan het
keuzewiel  om [Datum/Tijd] te kiezen en druk vervolgens op m.
Wijzig de datum en/of de tijd.
Volg stap 2 en 3 op p. 19 om de instelling
te wijzigen.
Druk op de knop n om de menu's
te sluiten.
Datum/tijd-batterij
Als u de datum en tijd goed hebt ingesteld maar op het scherm nog steeds [Datum/Tijd] staat, plaatst u een nieuwe datum/tijd-batterij (p. 156).
20

De taal van het scherm instellen

U kunt de taal wijzigen van de menu's en berichten die op het LCD-scherm worden weergegeven.
Selecteer de afspeelmodus.
Druk op de knop 1.
Open het instellingenscherm.
Houd de knop
u op de knop n drukt.
Stel de taal van het LCD-scherm in.
Druk op de knoppen opqr of draai aan
het keuzewiel  om een taal te kiezen en druk vervolgens op m.
X Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het taalmenu gesloten.
Wat als de klok verschijnt als ik op m druk?
De klok verschijnt als er te veel tijd zit tussen het indrukken van de knop m en de knop n in stap 2. Als de klok verschijnt, drukt u op de knop m om de klok te sluiten en herhaalt u stap 2.
U kunt de taal van het LCD-scherm ook wijzigen door op n te drukken, het tabblad 3 te selecteren en vervolgens het menu-item [Taal] te selecteren.
m
ingedrukt terwijl
21

Geheugenkaarten formatteren

Voordat u een nieuwe geheugenkaart gaat gebruiken, of een geheugenkaart die al is gebruikt in een ander apparaat, moet u de kaart formatteren met deze camera. Door het formatteren (initialiseren) van een geheugenkaart worden alle gegevens op de kaart gewist. Aangezien u de gewiste gegevens niet kunt herstellen, moet u uiterst voorzichtig zijn als u een geheugenkaart gaat formatteren.
Open het menu.
Druk op de knop n.
Selecteer [Formateren].
Druk op de knoppen qr om het tabblad
3 te selecteren.
Druk op de knoppen op of draai aan
het keuzewiel  om [Formateren] te selecteren en druk vervolgens op m.
Formatteer de geheugenkaart.
Druk op de knoppen qr of draai aan het
keuzewiel  om [OK] te kiezen en druk vervolgens op m.
X De geheugenkaart wordt geformatteerd. X Als het formatteren is voltooid, verschijnt
het menuscherm weer.
Het formatteren van de geheugenkaart of het wissen van de gegevens op de geheugenkaart wijzigt enkel de bestandsbeheerinformatie op de kaart en garandeert niet dat de inhoud volledig wordt gewist. Wees voorzichtig bij het downloaden of weggooien van een geheugenkaart. Tref voorzorgsmaatregelen, zoals het fysiek vernietigen van de kaart, wanneer u een geheugenkaart weggooit, om te voorkomen dat persoonlijke informatie wordt verspreid.
De totale capaciteit van de geheugenkaart die bij het formatteren wordt weergegeven op het scherm, kan minder zijn dan wordt aangegeven op de geheugenkaart.
22

De sluiterknop indrukken

De sluiterknop heeft twee bedieningsfasen. Druk de sluiterknop altijd eerst half in om de focus in te stellen en maak daarna de foto.
Druk de sluiterknop half in (zachtjes drukken tot de eerste stop).
X De camera stelt automatisch de focus in
en selecteert de overige instellingen voor een opname, zoals de helderheid.
X Terwijl de camera wordt scherpgesteld,
hoort u tweemaal een piepgeluid.
Druk de sluiterknop helemaal in (tot de tweede stop).
X U hoort het geluid van de sluiter als
de opname wordt gemaakt.
Beweeg de camera niet terwijl u dit geluid
hoort, aangezien op dat moment de foto wordt gemaakt.
De camera vasthouden
Houd uw armen stevig tegen uw lichaam en houd de camera stevig aan weerszijden vast.
Kan het geluid van de sluiter langer duren?
Aangezien de opnameduur afhangt van de situatie, kan het geluid van de sluiter
korter of langer duren.
Als de camera of het onderwerp tijdens dit geluid beweegt, kan het opgenomen
beeld onscherp zijn.
Als u de sluiterknop meteen helemaal indrukt zonder halverwege te pauzeren, is het beeld wellicht onscherp.
23

Foto's maken

De camera kan de onderwerp- en opnameomstandigheden bepalen, zodat u de camera automatisch de beste instellingen voor de compositie kunt laten selecteren en u alleen nog maar de foto hoeft te maken. De camera kan ook gezichten detecteren en hierop automatisch scherpstellen, waarna de kleur en helderheid optimaal worden ingesteld.
Schakel de camera in.
Druk op de ON/OFF-knop.
X
Het opstartgeluid klinkt en het opstartscherm verschijnt.
Druk nogmaals op de ON/OFF-knop om de camera uit te schakelen.
Beeldgebied voor filmopnamen (p. 27)
Scherpstelbereik (ongeveer)
Zoombalk
Kies de modus
Stel het programmakeuzewiel in op A.
Als u de camera op het onderwerp richt, maakt de camera geluid omdat deze de compositie bepaalt.
X
De camera stelt scherp op het onderwerp dat als hoofdonderwerp wordt beschouwd en het pictogram voor de bepaalde compositie wordt weergegeven in de rechterbovenhoek van het scherm.
X
Als er gezichten worden herkend, verschijnt een wit kader rond het gezicht van het hoofdonderwerp. Rond de andere herkende gezichten verschijnt een grijs kader.
X
Als een herkend gezicht beweegt, wordt het gevolgd door een wit kader en verdwijnen de grijze kaders.
Kies de compositie.
Als u de zoomknop naar i draait, zoomt u in op het onderwerp zodat dit groter lijkt. Als u de zoomknop naar j draait, zoomt u uit op het onderwerp zodat dit kleiner lijkt.
Als u de zoomknop helemaal naar links of rechts draait, wordt de grootte snel gewijzigd. Als u de zoomknop slechts een beetje draait, wordt de grootte langzaam gewijzigd.
A
.
24
AF-kaders
Foto's maken
Stel scherp.
Druk de sluiterknop half in om scherp te stellen.
X
Terwijl de camera wordt scherpgesteld, hoort u tweemaal een piepgeluid.
X
Groene AF-kaders geven aan waarop de camera is scherpgesteld.
X
Als de camera op meerdere punten scherpstelt, verschijnen er meerdere AF-kaders.
X
Als de camera een bewegend gezicht herkent en u de sluiterknop half ingedrukt houdt, verschijnt een blauw AF-kader en worden de scherpstelling en belichting continu aangepast.
Als het bericht [Flitser Opklappen] verschijnt, wordt u aangeraden om de flitser te gebruiken bij de opname. Klap de flitser handmatig uit om de opname te maken. De flitser wordt automatisch geactiveerd. Als u de flitser niet meer gebruikt, klapt u deze weer dicht (de flitser wordt uitgeschakeld).
Maak de opname.
Druk de sluiterknop helemaal in.
X
Het sluitergeluid klinkt terwijl het beeld wordt vastgelegd.
X
Het lampje knippert rood terwijl het beeld wordt opgeslagen op de geheugenkaart.
X
De foto verschijnt gedurende enkele seconden op het scherm.
Terwijl de foto nog op het scherm staat, kunt u al op de sluiterknop drukken om een volgende foto te maken.
Wat als...
flikkert op het scherm?
Gebruik een statief zodat de camera niet kan bewegen en het beeld scherp blijft.
het scherm niet wordt geactiveerd als u de camera inschakelt?
De weergave is ingesteld op de zoeker. Druk enkele malen op de knop l om de weergave weer in te stellen op het scherm.
25
Foto's maken
de camera geen enkel geluid maakt?
Als u op de knop l drukt terwijl u de camera inschakelt, worden alle camerageluiden uitgeschakeld, behalve de waarschuwingsgeluiden. Om het geluid weer in te schakelen, drukt u op n. Dan selecteert u het tabblad 3 en vervolgens de optie [mute]. Druk op de knoppen qr om [Uit] selecteren.
het beeld donker is terwijl toch de flitser is gebruikt bij de opname?
Het onderwerp valt buiten het bereik van de flitser. Maak de opname binnen de werkzame flitsafstand van ongeveer 50 cm – 6,8 m met een maximale groothoekinstelling en ongeveer 1,0 – 3,7 m met een maximale telelens.
de camera een pieptoon geeft terwijl de sluiterknop half is ingedrukt?
Het onderwerp is te dichtbij. Als de camera op de maximale groothoek is ingesteld, zorgt u voor 10 cm of meer ruimte tussen uw onderwerp en de camera en maakt u de foto. Zorg voor 1 m of meer ruimte wanneer de camera is ingesteld op maximale telelens.
het lampje brandt terwijl de sluiterknop half is ingedrukt?
Om rode ogen te corrigeren en om het scherpstellen te vergemakkelijken, kan het lampje gaan branden bij opnamen in een donkere omgeving.
het pictogram h knippert als u probeert een opname te maken?
De flitser is aan het opladen. U kunt de foto maken als het opladen eindigt.
Compositiepictogrammen
De camera geeft automatisch een pictogram weer voor de bepaalde compositie en stelt vervolgens automatisch de focus in en selecteert de optimale instellingen voor de helderheid en kleur voor het onderwerp.
Achtergrond Helder
Onderwerp Tegenlicht Tegenlicht
Mensen
Inclusief blauwe
luchten
Zonsonder-
gangen
Donker
Met een
statief
*
In beweging
Landschappen/Niet­menselijke onderwerpen
Onderwerpen van dichtbij
Achtergrondkleur pictogram
* Wordt weergegeven wanneer de camera op een statief wordt geplaatst.
Grijs Lichtblauw Oranje Donkerblauw
––
26
*

Beelden bekijken

Onder bepaalde omstandigheden past het weergegeven pictogram niet bij de werkelijke compositie. Voornamelijk wanneer er een oranje of blauwe achtergrond is (bijvoorbeeld een muur), of het pictogram voor “Blauwe luchten” wordt weergegeven waardoor u geen foto's kunt maken met de juiste kleur. Als dit gebeurt, kunt u proberen opnamen te maken in de modus
G
(p. 68).
Wat betekent het rechthoekige grijze kader?
Dit is het gebied dat wordt opgenomen als u een film maakt. U kunt een film maken door gewoon op de filmknop te drukken, ongeacht de positie van het programmakeuzewiel (p. 31). Om het kader te verbergen kiest u [Custom Display] en vervolgens [Opname Info], en verwijdert u het vinkje (p. 148).
Beelden bekijken
U kunt uw opnamen op het scherm bekijken.
Selecteer de afspeelmodus.
Druk op de knop 1.
X
De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer een beeld.
Als u op q drukt, doorloopt u de beelden in de omgekeerde volgorde van opname.
Als u op r drukt, doorloopt u de beelden in de volgorde van opname.
De beelden volgen elkaar sneller op als u de knoppen qr ingedrukt houdt, maar ze worden grover weergegeven.
Als u het keuzewiel  naar links draait, verschijnen de beelden in de omgekeerde volgorde van opname. Als u naar rechts draait, verschijnen ze in de volgorde van opname.
Als u de sluiterknop half indrukt in de afspeelmodus, gaat de camera terug naar de opnamemodus.
Na ongeveer 1 minuut wordt de lens weer ingetrokken.
27

Beelden wissen

U kunt de beelden één voor één selecteren en wissen. Gewiste beelden kunnen niet worden hersteld. Denk goed na voordat u beelden wist.
Selecteer de afspeelmodus.
Druk op de knop 1.
X De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer het beeld dat u wilt wissen.
Druk op de knoppen qr of draai het
keuzewiel  om het te wissen beeld weer te geven.
Wis het beeld.
Druk op de knop a.
X [Wissen?] wordt weergegeven.
Druk op de knoppen qr of draai het
keuzewiel en druk vervolgens op m.
X Het getoonde beeld wordt gewist.
Als u het beeld niet wilt wissen, drukt
u op de knoppen qr of draait u aan het keuzewiel  om [Stop] te selecteren en drukt u vervolgens op m.
om [Wissen] te kiezen
Â
28

Beelden afdrukken

U kunt de gemaakte opnamen gemakkelijk afdrukken als u de camera aansluit op een printer die compatibel is met PictBridge (afzonderlijk verkrijgbaar).
Benodigdheden
Camera en PictBridge-printer (afzonderlijk verkrijgbaar)
Interfacekabel, meegeleverd bij de camera (p. 2)
Schakel de camera en de printer uit.
Sluit de camera aan op de printer.
Open het klepje en steek de kleine stekker
stevig in de aansluiting van de camera in de aangegeven richting.
Steek de grote kabelstekker in de printer.
Raadpleeg de handleiding van de printer voor meer informatie over de aansluiting.
Schakel de printer in.
Schakel de camera in.
Druk op 1 om de camera aan te zetten.
Selecteer het beeld dat u wilt afdrukken.
Druk op de knoppen qr of draai aan
het keuzewiel  om een beeld te kiezen.
29
Beelden afdrukken
Druk de beelden af.
Druk op de knop c.
X Het afdrukken wordt gestart.
Als u nog meer beelden wilt afdrukken,
herhaalt u stap 5 en 6 nadat het afdrukken is voltooid.
Wanneer u klaar bent met afdrukken,
schakelt u de camera en de printer uit en verwijdert u de interfacekabel.
Raadpleeg de Handleiding voor persoonlijk afdrukken voor meer
informatie over afdrukken.
Zie p. 39 voor Canon PictBridge-compatibele printers.
30
Loading...
+ 149 hidden pages