CANON A1200 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
• Lees voordat u de camera gebruikt eerst deze handleiding door, met name het gedeelte "Veiligheidsmaatregelen".
• Zo leert u de camera juist te gebruiken.
• Bewaar de handleiding goed, zodat u deze later nog kunt raadplegen.
NEDERLANDS

De inhoud van de verpakking controleren

Camera
Interfacekabel
IFC-400PCU
Introductiehandleiding
Cd DIGITAL CAMERA
Solution Disk
AA-alkalinebatterijen
(x2)
Polsriem
WS-800
Canon
garantiesysteemboekje
De handleidingen gebruiken
Raadpleeg ook de handleidingen op de cd DIGITAL CAMERA Manuals Disk.
Gebruikershandleiding (deze handleiding)
Zodra u de basishandelingen onder de knie hebt, kunt u de vele functies van de camera gebruiken om foto's met geavanceerdere instellingen te maken.
Softwarehandleiding
Lees deze wanneer u de meegeleverde software wilt gebruiken.
Een geheugenkaart is niet bijgesloten.
U hebt Adobe Reader nodig om de PDF handleidingen te openen. U kunt
de Word-handleidingen raadplegen met Microsoft Word/Word Viewer (alleen noodzakelijk voor handleidingen voor het Midden-Oosten).
2

Lees dit eerst

Proefopnamen en disclaimer
Maak enkele proefopnamen en speel deze af om te controleren of de beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet kan worden gelezen door apparaten.
Schending van het auteursrecht
De beelden die met deze camera worden opgenomen, zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik. Neem geen beelden op die inbreuk doen op het auteursrecht zonder voorafgaande toestemming van de houder van het auteursrecht. In sommige gevallen kan het kopiëren van beelden van voorstellingen, tentoonstellingen of commerciële eigendommen met behulp van een camera of ander apparaat in strijd zijn met het auteursrecht of andere wettelijke bepalingen, ook al is de opname gemaakt voor persoonlijk gebruik.
Garantiebeperkingen
Voor meer informatie over de garantie voor uw camera kunt u het Canon garantiesysteemboekje raadplegen dat bij uw camera wordt geleverd. Raadpleeg het Canon garantiesysteemboekje voor contactinformatie van Canon Klantenservice.
LCD-monitor (scherm)
Voor het vervaardigen van de LCD-monitor zijn speciale hoge-
precisietechnieken gebruikt. Meer dan 99,99% van de pixels werkt naar behoren, maar soms verschijnen er niet-werkende pixels in de vorm van heldere of donkere stippen. Dit duidt niet op een defect en heeft geen invloed op het beeld dat wordt vastgelegd.
Er zit mogelijk een dunne plastic laag over de LCD-monitor om deze te
beschermen tegen krassen tijdens het vervoer. Verwijder deze laag voordat u de camera gaat gebruiken.
Temperatuur van de camerabehuizing
Wees voorzichtig als u de camera lange tijd continu gebruikt. De camerabehuizing kan dan warm worden. Dit is niet het gevolg van een storing.
3

Wat wilt u doen?

Opnamen maken
z Opnamen maken en de instellingen aan de camera overlaten....23
z Gewoon foto’s maken (modus Easy) ...........................................28
Mooie opnamen maken van mensen
4
IwP
Portretten
(p. 64)
Diverse andere opnamen maken
J
Landschap
(p. 65)
Opnamen maken met speciale effecten
Fisheye-effect
(p. 69)
Monochroom
(p. 72)
z Opnamen maken in modus Discreet............................................68
z Afbeeldingsinstellingen aanpassen bij het maken van opnamen
(Directe effecten)..........................................................................67
z Scherpstellen op gezichten ..............................................23, 64, 94
z Opnamen maken op plaatsen waar de flitser niet kan worden
gebruikt (de flitser uitschakelen) ..................................................54
z Foto’s maken met de zelfontspanner ...............................58, 60, 76
z De datum en tijd aan de opnamen toevoegen .............................57
V
Kinderen en
dieren (p. 65)
Donkere omgeving
(p. 65)
Miniatuureffect
(p. 70)
Extra levendige
kleuren (p. 69)
Op het strand
(p. 65)
O
Flora
(p. 65)
In de sneeuw
(p. 66)
t
Vuurwerk
(p. 66)
Speels effect
(p. 71)
Poster-effect
(p. 69)
4
Wat wilt u doen?
E
Weergeven
z Foto's bekijken .............................................................................26
z Eenvoudig weergeven (modus Easy) ..........................................28
z Foto's automatisch afspelen (diavoorstelling) ............................112
z Foto's bekijken op een tv ...........................................................116
z Foto's bekijken op een computer. ................................................32
z Snel foto's zoeken..............................................................110, 111
z Foto's wissen .......................................................................27, 120
Films opnemen en bekijken
z Films opnemen.............................................................................29
z Films bekijken ..............................................................................31
Print
z Snel en gemakkelijk foto's afdrukken .........................................132
Opslaan
z Beelden opslaan op een computer ..............................................32
1
2
Overige
z Geluid uitzetten ............................................................................47
z De camera gebruiken in het buitenland ...............................37, 149
z Begrijpen wat op het scherm wordt weergegeven .....................163
3
5

Inhoudsopgave

In hoofdstuk 1 tot en met 3 worden het basisgebruik en de veelgebruikte functies van deze camera beschreven. Vanaf hoofdstuk 4 worden de geavanceerde functies beschreven, waarbij u in elk volgend hoofdstuk meer leert.
De inhoud van de verpakking
controleren.......................................2
Lees dit eerst .....................................3
Wat wilt u doen? ................................4
Inhoudsopgave ..................................6
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt...............................9
Veiligheidsmaatregelen ...................10
1 Aan de slag ........................ 13
Compatibele geheugenkaarten
(afzonderlijk verkrijgbaar) ..............14
De batterijen en geheugenkaart
plaatsen .........................................14
De datum en tijd instellen ................18
De taal van het scherm instellen......20
Geheugenkaarten formatteren.........21
De ontspanknop indrukken ..............22
Foto's maken (Smart Auto) ..............23
Beelden bekijken .............................26
Beelden wissen................................27
Opnamen maken of bekijken
in de modus Easy ..........................28
Films opnemen ................................29
Films bekijken ..................................31
Beelden downloaden naar een
computer om te bekijken ...............32
Accessoires .....................................36
Afzonderlijk verkrijgbare
accessoires....................................37
2 Meer informatie ................. 39
Overzicht van de onderdelen...........40
Schermweergave .............................43
Lampjes ...........................................44
6
Menu FUNC. –
Basishandelingen.......................... 45
MENU – Basishandelingen ............. 46
De geluidsinstellingen wijzigen .......47
De helderheid van het scherm
aanpassen ....................................49
De standaardinstellingen van
de camera herstellen .................... 50
De functie spaarstand
(Automatisch Uit) .......................... 51
Klokfuncties ..................................... 51
3 Veelgebruikte functies
voor opnamen ...................53
De flitser uitzetten ........................... 54
Nader inzoomen op het onderwerp
(Digitale Zoom) ............................. 55
Datum en tijd aan de opname
toevoegen ..................................... 57
De zelfontspanner gebruiken .......... 58
De resolutie wijzigen
(beeldgrootte)................................61
De compressieverhouding wijzigen
(beeldkwaliteit).............................. 61
4 Effecten toevoegen en
opnamen maken in diverse
omstandigheden ...............63
Opnamen maken in diverse
omstandigheden ...........................64
Helderheid en kleur eenvoudig
aanpassen bij het maken van
opnamen (Directe effecten) .......... 67
Opnamen maken in modus
Discreet......................................... 68
Inhoudsopgave
Effecten toevoegen aan de opname
(Creatieve filters) .......................... 68
Een gezicht detecteren en opnemen
(Smart Shutter) ............................. 73
Opnamen met lange sluitertijd
maken ........................................... 77
5 Zelf instellingen
selecteren ..........................79
Opnamen maken in Programma
automatische belichting ................ 80
De helderheid aanpassen
(Belichtingscompensatie).............. 81
De flitser inschakelen...................... 81
De witbalans aanpassen................. 82
De ISO-waarde wijzigen ................. 83
De helderheid corrigeren en opnamen
maken (i-Contrast) ........................ 84
Continu-opnamen maken................ 85
De kleurtoon van een foto wijzigen
(My Colors) ................................... 86
Close-ups maken (Macro)............... 87
Objecten op grote afstand fotograferen
(Oneindig) ..................................... 87
De modus AF Frame wijzigen......... 88
Het onderwerp selecteren waarop
u wilt scherpstellen
(AF Tracking) ................................ 90
Het autofocuskader vergroten......... 91
Opnamen maken met
AF-vergrendeling .......................... 92
Opnamen maken met Servo AF ..... 93
De persoon selecteren
op wie u wilt scherpstellen
(Gezichtsselectie) ......................... 94
De meetmethode wijzigen............... 95
Opnamen maken met de
AE-vergrendeling.......................... 96
Opnamen maken met de
FE-vergrendeling...........................96
Opnamen maken met Slow sync.....97
Rode-ogen correctie ........................ 98
Controleren op gesloten ogen......... 99
Opnamen maken met behulp van
de zoeker .................................... 100
Opnamen maken via een tv .......... 100
6 Diverse functies voor het
opnemen van films ......... 101
De filmmodus wijzigen................... 102
Films opnemen die op een
miniatuurmodel lijken
(Miniatuureffect) .......................... 102
De beeldkwaliteit wijzigen ............. 104
AE-vergrendeling/belichting .......... 105
Overige opnamefuncties ............... 106
Bewerken ...................................... 107
7 Diverse functies gebruiken
voor afspelen en
bewerken ......................... 109
Snel naar beelden zoeken.............110
Naar beelden zoeken in de
springweergave ........................... 111
Diavoorstellingen bekijken.............112
De focus controleren ..................... 113
Beelden vergroten ......................... 114
Diverse beelden weergeven
(Smart Shuffle) ............................ 114
Beeldovergangen wijzigen ............ 115
Beelden bekijken op een tv ........... 116
Beelden beveiligen........................ 117
Alle beelden wissen.......................120
Beelden markeren als favoriet.......122
Beelden indelen in categorieën
(My Category) .............................123
7
Inhoudsopgave
Beelden roteren .............................125
Het formaat van beelden
wijzigen........................................126
Trimmen.........................................127
De helderheid corrigeren
(i-Contrast)...................................129
Het rode-ogeneffect corrigeren......130
8 Afdrukken ........................ 131
Beelden afdrukken.........................132
Beelden selecteren voor afdrukken
(DPOF) ........................................139
9 De camera-instellingen
aanpassen ....................... 143
De camera-instellingen wijzigen ....144
Instellingen voor opnamefuncties
wijzigen........................................151
Instellingen voor afspeelfuncties
wijzigen........................................154
10 Nuttige informatie ...........155
De datum/tijd-batterij vervangen ... 156
Aansluiten op het lichtnet.............. 157
Problemen oplossen ..................... 158
Lijst met berichten die
op het scherm verschijnen ..........161
Informatieweergave
op het scherm ............................. 163
Voorzorgsmaatregelen.................. 167
Beschikbare functies per
opnamemodus ............................ 168
Menu's........................................... 172
Specificaties .................................. 178
Index ............................................. 181
8

Conventies die in deze handleiding worden gebruikt

In de tekst worden pictogrammen gebruikt die de knoppen van de camera
voorstellen.
Tekst op het scherm wordt weergegeven binnen vierkante haken [ ].
De knoppen die een richting aangeven en de knop FUNC./SET worden
aangeduid met de volgende pictogrammen.
Knop FUNC./SETKnop Omhoog
Knop Links
: Zaken waarmee u voorzichtig moet zijn
: Tips voor het oplossen van problemen
: Suggesties waarmee u meer uit uw camera kunt halen
: Aanvullende informatie
(p. xx): Referentiepagina's ("xx" geeft het paginanummer aan)
In deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat alle functies de
standaardinstellingen hebben.
De diverse soorten geheugenkaarten die in deze camera kunnen worden
gebruikt, worden in deze handleiding aangeduid met de overkoepelende term geheugenkaarten.
Knop Rechts
Knop Omlaag
9

Veiligheidsmaatregelen

Lees de volgende veiligheidsmaatregelen goed door voordat u het product gebruikt.
Gebruik het product altijd op de juiste wijze.
De veiligheidsmaatregelen op de volgende pagina's zijn bedoeld om letsel bij uzelf of
bij andere personen, of schade aan de apparatuur te voorkomen.
Lees ook altijd de handleidingen van alle afzonderlijk aangeschafte accessoires die
u gebruikt.
Waarschuwing
Gebruik de flitser niet dicht bij de ogen van mensen.
Blootstelling aan het sterke licht van de flitser kan het gezichtsvermogen aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste één meter afstand wanneer u de flitser gebruikt.
Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Riem: het plaatsen van de riem om de nek van een kind kan leiden tot verstikking. Datum/tijd-batterij: gevaarlijk indien deze wordt ingeslikt. Neem in dat geval onmiddellijk contact op met uw huisarts.
Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor stroomvoorziening.
Probeer het product niet te demonteren, wijzigen of op te warmen.
Laat het product niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
Raak om letsel te voorkomen de binnenkant van het product niet aan als dit is
gevallen of op een andere wijze is beschadigd.
Stop onmiddellijk met het gebruik van het product als dit rook of een vreemde
geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine of thinner
om de apparatuur schoon te maken.
Laat het product niet in contact komen met water (bijvoorbeeld zeewater) of
andere vloeistoffen.
Voorkom dat vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand. Als er vloeistoffen of vreemde objecten in de camera komen, schakelt u de camera onmiddellijk uit en verwijdert u de batterijen.
Kijk niet door de zoeker van de camera naar een sterke lichtbron (zoals de zon op
een heldere dag).
Dit kan uw gezichtsvermogen aantasten.
Gebruik alleen de aanbevolen batterijen.
Plaats de batterijeniet in de buurt van of in open vuur.
De batterijen kunnen exploderen of gaan lekken, wat kan leiden tot een elektrische schok of brand. Dit kan persoonlijk letsel en schade aan de omgeving veroorzaken. In het geval dat een batterij lekt en uw ogen, mond, huid of kleding met de batterijvloeistof in aanraking komen, moet u deze onmiddellijk afspoelen met water.
Zet de camera uit op plaatsen waar het gebruik van een camera niet is toegestaan.
De elektromagnetische golven uit de camera hinderen de werking van elektronische instrumenten en andere apparatuur. Denk goed na voordat u de camera gebruikt op plaatsen waar het gebruik van elektronische apparatuur verboden is, zoals in vliegtuigen en medische instellingen.
Hiermee wordt gewezen op het risico van ernstig letsel of levensgevaar.
10
Veiligheidsmaatregelen
Speel de meegeleverde cd-rom(s) met gegevens alleen af in een cd-speler die
hiervoor geschikt is.
Uw gehoor kan beschadigd raken als u een koptelefoon draagt terwijl u de harde geluiden van een cd-rom via een muziekspeler afspeelt. Daarnaast kunt u de luidsprekers beschadigen als u de cd-rom(s) afspeelt in een gewone cd-speler voor muziek-cd's.
Voorzichtig
Zorg dat de camera niet tegen voorwerpen stoot of wordt blootgesteld aan
schokken en stoten wanneer u deze aan de polsriem draagt.
Zorg dat u niet tegen de lens stoot of drukt.
Dit kan verwondingen veroorzaken of de camera beschadigen.
Zorg dat u de flitser niet per ongeluk met uw vingers of een kledingstuk bedekt
wanneer u een foto maakt.
Dit kan brandwonden of schade aan de flitser tot gevolg hebben.
Gebruik, plaats of bewaar het product niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan sterk zonlicht blootstaan;
- plaatsen die blootstaan aan temperaturen boven 40 °C;
- vochtige of stoffige plaatsen.
Hierdoor kan lekkage of oververhitting ontstaan of de batterijen kunnen ontploffen, wat kan leiden tot elektrische schokken, brand, brandwonden of ander letsel.
De overgangseffecten in de diavoorstellingen kunnen onprettig zijn wanneer
iemand hier lang naar kijkt.
Voorzichtig
Richt de camera niet direct op een sterke lichtbron (zoals de zon op een
heldere dag).
Dit kan de beeldsensor beschadigen.
Als u de camera gebruikt op een strand of op een winderige plek, moet u erop
letten dat er geen zand of stof in het apparaat terechtkomt.
Dit kan de werking van het product negatief beïnvloeden.
Bij normaal gebruik kan er soms een beetje rook uit de flitser komen.
Dit komt door de hoge intensiteit van de flitser, waardoor er stofdeeltjes verbranden die vastzitten aan de voorkant van het apparaat. Gebruik een wattenstaafje om vuil, stof of ander materiaal van de flitser te verwijderen. Zo kunt u oververhitting en schade aan het apparaat voorkomen.
Verwijder de batterijen en sla deze op wanneer u de camera niet gebruikt.
Als de batterijen in de camera worden gelaten, kunnen deze gaan lekken.
Breng voordat u de batterijen weggooit, tape of ander isolatiemateriaal aan over
de polen van de batterijen.
Contact met andere metalen kan leiden tot brand of een explosie.
Hiermee wordt gewezen op het risico van letsel.
Hiermee wordt gewezen op het risico van schade aan de apparatuur.
11
Veiligheidsmaatregelen
U mag batterijen van uiteenlopende typen niet tegelijk opladen, of oude batterijen
samen met nieuwe batterijen gebruiken.
Let er bij het plaatsen van de batterijen op dat u de + en - polen niet verwisselt.
Dit kan de werking van het product negatief beïnvloeden.
Ga niet zitten terwijl u de camera in uw zak hebt.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
Let erop dat harde voorwerpen niet in contact komen met het scherm als u de
camera in uw tas stopt.
Bevestig geen harde voorwerpen aan de camera.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
12
1

Aan de slag

Dit hoofdstuk beschrijft het voorbereiden van de opnamen, het maken van
A
opnamen in de modus
foto's. In het laatste gedeelte van dit hoofdstuk wordt het maken en
bekijken van opnamen in de modus Easy, het maken en bekijken van
films en het downloaden van beelden naar een computer behandeld.
De riem bevestigen/de camera vasthouden
Bevestig de meegeleverde riem en wikkel deze om uw pols om te
voorkomen dat de camera valt tijdens het gebruik.
Houd uw armen tegen uw lichaam gedrukt en houd de camera bij het
maken van opnamen stevig aan weerszijden vast. Zorg dat uw vingers de flitser niet blokkeren.
en het bekijken en wissen van de gemaakte
Riem
13

Compatibele geheugenkaarten (afzonderlijk verkrijgbaar)

De hieronder vermelde kaarten kunnen zonder beperking worden gebruikt.
SD-geheugenkaarten*
SDHC-geheugenkaarten*
SDXC-geheugenkaarten*
MultiMediaCard-geheugenkaarten
MMCplus-geheugenkaarten
HC MMCplus-geheugenkaarten
* Deze geheugenkaart voldoet aan de SD-normen. Afhankelijk van het merk werken
sommige kaarten mogelijk niet goed.
Afhankelijk van de besturingssysteemversie van uw computer worden SDXC­geheugenkaarten mogelijk zelfs niet herkend als u een kaartlezer gebruikt. Controleer van tevoren of uw besturingssysteem SDXC-geheugenkaarten ondersteunt.

De batterijen en geheugenkaart plaatsen

Plaats de meegeleverde batterijen en een geheugenkaart (afzonderlijk verkrijgbaar).
Controleer het schuifje voor schrijfbeveiliging van de kaart.
z Als de geheugenkaart een schuifje voor
schrijfbeveiliging heeft, kunt u geen opnamen maken als het schuifje is ingesteld op vergrendeld. Duw het schuifje omhoog totdat u een klik hoort.
Open het klepje.
z Verschuif de vergrendeling van het klepje
en houd dit vast ( ), schuif vervolgens het klepje open ( ) zoals afgebeeld.
14
De batterijen en geheugenkaart plaatsen
Plaats de batterijen.
z
Plaats de batterijen met de polen (+) en (-) in de juiste positie.
Plaats de geheugenkaart.
z Plaats de geheugenkaart op de
afgebeelde wijze totdat deze vastklikt.
z Plaats de geheugenkaart in de juiste
richting. Als u de geheugenkaart in de verkeerde richting probeert te plaatsen,
Label
kunt u de camera beschadigen.
Sluit het klepje.
z Sluit het klepje ( ) en duw het lichtjes aan
terwijl u het naar binnen schuift, totdat het vastklikt ( ).
Wat als [Geheugenkaart op slot] op het scherm verschijnt?
SD-, SDHC- en SDXC-geheugenkaarten hebben een schuifje voor schrijfbeveiliging. Als dit schuifje in de vergrendelstand staat, verschijnt op het scherm [Geheugenkaart op slot]. U kunt dan geen beelden opnemen of wissen.
De geheugenkaart verwijderen
z
Duw de geheugenkaart naar binnen tot u een klik hoort en laat de kaart langzaam los.
X De geheugenkaart wipt nu omhoog.
15
De batterijen en geheugenkaart plaatsen
Geschat aantal opnamen
Voedingsbron
Aantal
opnamen
* Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, is gebaseerd op metingen volgens de
CIPA-norm (Camera & Imaging Products Association).
Onder bepaalde omstandigheden is het aantal opnamen dat gemaakt kan worden,
kleiner dan hierboven is aangegeven.
Afhankelijk van het merk alkalinebatterijen kan het aantal opnamen dat gemaakt kan
worden, aanzienlijk variëren.
De waarden voor NiMH-batterijen zijn gebaseerd op volledig opgeladen batterijen.
LCD-monitor aan* Ongeveer 200 Ongeveer 450
LCD-monitor uit Ongeveer 650 Ongeveer 1100
Afspeeltijd
Alkalinebatterijen
(meegeleverd)
Ongeveer 8 uur Ongeveer 11 uur
NiMH-batterijen
(afzonderlijk verkrijgbaar)
Compatibele batterijen
Alkalinebatterijen van AA-formaat en NiMH-batterijen van AA-formaat van Canon (afzonderlijk verkrijgbaar) (p. 37).
Kan ik andere batterijen gebruiken?
Het wordt niet aanbevolen om andere batterijen te gebruiken dan de hierboven vermelde batterijen, omdat de prestaties heel erg kunnen variëren.
Waarom NiMH-batterijen?
NiMH-batterijen gaan veel langer mee dan alkalinebatterijen, vooral bij lage temperaturen.
Batterij-oplaadlampje
Wanneer de batterij leeg raakt, verschijnen op het scherm een pictogram en een bericht. Als de batterijen zijn opgeladen, verschijnen dit pictogram en bericht niet.
Weergave Betekenis
Bijna leeg. Houd nieuwe batterijen bij de hand.
"Vervang de batterijen" Leeg. Vervang de batterijen.
Aantal opnamen per geheugenkaart
Geheugenkaart
Aantal opnamen
Deze waarden zijn gebaseerd op de standaardinstellingen.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt, varieert al naar gelang de camera-
instellingen, het onderwerp en de geheugenkaart die u gebruikt.
4 GB 16 GB
Ongeveer 1231 Ongeveer 5042
16
De batterijen en geheugenkaart plaatsen
Wilt u kijken hoeveel opnamen u nog kunt maken?
U kunt zien hoeveel opnamen u nog kunt maken als de camera in de opnamemodus is ingesteld (p. 23).
Aantal opnamen dat kan worden gemaakt
17

De datum en tijd instellen

Het scherm voor datum/tijd-instellingen verschijnt wanneer de camera voor het eerst wordt ingeschakeld. Aangezien de datum en tijd die aan uw opnamen worden toegevoegd op deze instellingen worden gebaseerd, is het belangrijk dat u deze instelt.
Schakel de camera in.
z Druk op de knop ON/OFF.
X Het scherm Datum/Tijd verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
z Druk op de knoppen qr om een optie te
selecteren.
z Druk op de knoppen op om een waarde
in te stellen.
Voltooi de instelling.
z Druk op de knop m.
X Nadat u de datum en tijd hebt ingesteld,
wordt het scherm Datum/Tijd gesloten.
z Als u op de ON/OFF-knop drukt, wordt
de camera uitgeschakeld.
Het scherm Datum/Tijd komt steeds terug
Stel de juiste datum en tijd in. Als u de datum en tijd niet goed hebt ingesteld, verschijnt het scherm Datum/Tijd elke keer als u de camera inschakelt.
Zomertijd instellen
Als u bij stap 2 selecteert en met behulp van de knoppen op de instelling
kiest, wordt de zomertijd (normale tijd plus 1 uur) ingesteld.
18
De datum en tijd instellen
Datum en tijd wijzigen
U kunt de huidige instellingen voor de datum en tijd wijzigen.
Open het menu.
z Druk op de knop n.
Selecteer [Datum/Tijd] op het tabblad 3.
z Beweeg de zoomknop om het tabblad 3
te selecteren.
z Druk op de knoppen op oom [Datum/
Tijd] te selecteren en druk vervolgens op knop m.
Wijzig de datum en/of de tijd.
z Volg stap 2 en 3 op p. 18 om de instelling
te wijzigen.
z Druk op de knop n om het menu te
sluiten.
Datum/tijd-batterij
Als het scherm Datum/Tijd zelfs verschijnt wanneer de datum en tijd correct zijn ingesteld, moet u een nieuwe datum/tijd-batterij plaatsen (p. 156).
19

De taal van het scherm instellen

U kunt de taal wijzigen die op het scherm wordt weergegeven.
Selecteer de afspeelmodus.
z Druk op de knop 1.
Open het instellingenscherm.
z Houd de knop m ingedrukt terwijl u direct
op de knop n drukt.
Stel de taal van het LCD-scherm in.
z Druk op de knoppen opqr om een taal
te selecteren en druk vervolgens op de knop m.
X Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het instellingenscherm gesloten.
Wat als de klok verschijnt als ik op m druk?
De klok verschijnt als er te veel tijd zit tussen het indrukken van de knop m en de knop n in stap 2. Als de klok verschijnt, drukt u op de knop m om de klok te sluiten en herhaalt u stap 2.
U kunt de taal van het LCD-scherm ook wijzigen door op n te drukken en [Taal] te selecteren op het tabblad 3.
20

Geheugenkaarten formatteren

Voordat u een nieuwe geheugenkaart of een geheugenkaart die is geformatteerd in een ander apparaat gaat gebruiken, moet u de kaart formatteren met deze camera. Door het formatteren (initialiseren) van een geheugenkaart worden alle gegevens op de kaart gewist. Aangezien u de gewiste gegevens niet kunt herstellen, moet u uiterst voorzichtig zijn als u een geheugenkaart gaat formatteren.
Open het menu.
z Druk op de knop n.
Selecteer [Formateren].
z Beweeg de zoomknop om het tabblad 3
te selecteren.
z Druk op de knoppen op om [Formateren]
te selecteren en druk vervolgens op de knop m.
Kies [OK].
z Druk op de knoppen qr om [OK] te
selecteren en druk vervolgens op de knop m.
Formatteer de geheugenkaart.
z Druk op de knoppen op om [OK] te
selecteren en druk vervolgens op de knop m.
X De geheugenkaart wordt geformatteerd.
21

De ontspanknop indrukken

Voltooi het formatteren.
X Als het formatteren is voltooid, verschijnt
op het scherm de melding [Geheugenkaart is geformatteerd].
z Druk op de knop m.
Door het formatteren van de geheugenkaart of het wissen van de gegevens op de geheugenkaart wordt alleen de bestandsbeheerinformatie op de kaart gewijzigd. Hiermee wordt niet gegarandeerd dat de volledige inhoud wordt gewist. Wees voorzichtig bij het downloaden of weggooien van een geheugenkaart. Tref voorzorgsmaatregelen, zoals het fysiek vernietigen van de kaart, wanneer u een geheugenkaart weggooit, om te voorkomen dat persoonlijke informatie wordt verspreid.
De totale capaciteit van de geheugenkaart die bij het formatteren wordt weergegeven op het scherm, kan minder zijn dan wordt aangegeven op de geheugenkaart.
Voer een Low Level Format (p. 145) van de geheugenkaart uit als de camera niet goed werkt, als de opname-/leessnelheid van een geheugenkaart is afgenomen, als het maken van continu-opnamen langzamer gaat of als het opnemen van een film plotseling wordt afgebroken.
De ontspanknop indrukken
Druk de ontspanknop altijd eerst half in om de focus in te stellen en druk de knop daarna volledig in om de foto te maken.
Druk de knop half in (Druk lichtjes
om de focus in te stellen).
z
Druk lichtjes totdat u tweemaal een piepgeluid hoort en er AF-kaders verschijnen waarop de camera scherpstelt.
Druk de knop volledig in
(Druk volledig in om de foto te maken).
U hoort het geluid van de sluiter als de
X
opname wordt gemaakt.
Als u de ontspanknop meteen helemaal indrukt zonder halverwege te pauzeren, is het beeld wellicht onscherp.
22

Foto's maken (Smart Auto)

De camera kan het onderwerp en de opnameomstandigheden bepalen, zodat u de camera automatisch de beste instellingen voor de compositie kunt laten selecteren en u alleen nog maar de foto hoeft te maken. De camera kan ook gezichten detecteren en hierop automatisch scherpstellen, waarna de kleur en helderheid optimaal worden ingesteld.
Schakel de camera in.
z Druk op de knop ON/OFF.
X Het opstartscherm verschijnt.
Selecteer de modus A.
z Stel het programmakeuzewiel in op A. z Als u de camera op het onderwerp richt,
maakt de camera geluid omdat deze de compositie bepaalt.
X
Het pictogram voor de ingestelde compositie wordt weergegeven rechts boven in het scherm.
X De camera stelt scherp op gedetecteerde
gezichten en geeft kaders weer rond deze gezichten.
Kies de compositie.
z Als u de zoomknop naar i (telelens)
duwt, zoomt u in op het onderwerp zodat dit groter lijkt. Als u de zoomknop naar j (groothoek) duwt, zoomt u uit op het onderwerp zodat dit kleiner lijkt. (De zoombalk, die de zoompositie aangeeft, verschijnt op het scherm.)
Stel scherp.
z Druk de ontspanknop half in om scherp
te stellen.
23
Foto's maken (Smart Auto)
X
Wanneer de camera scherpstelt, hoort u tweemaal een piepgeluid en verschijnen er AF-kaders waarop de camera scherpstelt. Als de camera op meerdere punten scherpstelt, verschijnen er meerdere AF-kaders.
AF-kader
Maak de opname.
z Druk de ontspanknop helemaal in om de
opname te maken.
X Het sluitergeluid klinkt terwijl het beeld
wordt vastgelegd. Als er weinig licht is, wordt de flitser automatisch geactiveerd.
X De foto verschijnt ongeveer twee
seconden op het scherm.
z Terwijl de foto nog op het scherm staat,
kunt u al op de ontspanknop drukken om een volgende foto te maken.
Wat als...
Wat als de kleur en helderheid van de opnamen niet worden weergegeven
zoals verwacht?
Het weergegeven compositiepictogram (p. 164) past niet bij de werkelijke compositie. Probeer in dat geval opnamen te maken in de modus G (p. 79).
Wat als het scherm uitgeschakeld blijft, ook als de camera is ingeschakeld?
Druk op de knop l om het scherm in te schakelen.
Wat als er witte en grijze kaders verschijnen wanneer u de camera op een
onderwerp richt?
Er verschijnt een wit kader rond het gezicht van het hoofdonderwerp, terwijl rond de andere herkende gezichten een grijs kader verschijnt. De kaders volgen de onderwerpen binnen een bepaald bereik (p. 88). Als het onderwerp echter beweegt, verdwijnen de grijze kaders en blijft alleen het witte kader zichtbaar.
Wat als een kader niet verschijnt rond het onderwerp dat u wilt opnemen?
De onderwerp is niet herkend en er kunnen kaders op de achtergrond verschijnen. Probeer in dat geval opnamen te maken in de modus G (p. 79).
24
Foto's maken (Smart Auto)
Wat als er een blauw kader verschijnt wanneer u de ontspanknop half indrukt?
Er verschijnt een blauw kader wanneer een bewegend onderwerp wordt gedetecteerd. De scherpstelling en belichting worden voortdurend aangepast (Servo AF).
Wat als er een knipperende verschijnt?
Bevestig de camera op een statief, zodat de camera niet kan bewegen en daardoor het beeld onscherp maken.
Wat als de camera geen enkel geluid maakt?
Als u op de knop l drukt terwijl u de camera inschakelt, worden alle camerageluiden uitgeschakeld. Om het geluid in te schakelen, drukt u op de knop n, selecteert u [mute] op het tabblad 3 en drukt u vervolgens op de knoppen qr om [Uit] te selecteren.
Wat als het beeld donker is terwijl toch de flitser is gebruikt bij de opname?
Het onderwerp valt buiten het bereik van de flitser. Het effectieve flitsbereik is ongeveer 30 cm – 4,0 m b ij maximale groothoek ( bij maximale telelens (
Wat als de camera één keer piept wanneer de ontspanknop half wordt
ingedrukt?
Het onderwerp is wellicht te dichtbij. Loop, als de camera in de maximale groothoekinstelling (j) staat, ongeveer 3 cm of meer weg van uw onderwerp en maak de opname. Loop ongeveer 80 cm of meer weg als de camera in de maximale telelensinstelling (i) staat.
Wat als het lampje gaat branden wanneer de ontspanknop half wordt
ingedrukt?
Om rode ogen te corrigeren en om het scherpstellen te vergemakkelijken, kan het lampje gaan branden bij opnamen in een donkere omgeving.
Wat als het scherm wordt uitgeschakeld wanneer u probeert een foto te
maken?
Wanneer de flitser opnieuw wordt opgeladen, schakelt het scherm uit. Het scherm wordt weer ingeschakeld wanneer de flitser volledig is opgeladen.
i
).
j
), en ongeveer 50 cm – 2,0 m
Wat als er rechts boven in het scherm een pictogram verschijnt?
Het pictogram voor de ingestelde compositie wordt weergegeven rechts boven in het scherm. Zie “Compositiepictogrammen” (p. 164) voor meer informatie over de pictogrammen die verschijnen.
Het onderwerp selecteren waarop u wilt scherpstellen (AF Tracking)
Nadat u op de knop o hebt gedrukt en wordt weergegeven, richt u de camera zo dat op het onderwerp staat waarop u wilt scherpstellen. Houd de ontspanknop half ingedrukt totdat er een blauw kader wordt weergegeven waarin de scherpstelling en de belichting blijven behouden (Servo AF). Druk de ontspanknop helemaal in om de opname te maken.
25

Beelden bekijken

U kunt de foto’s die u hebt gemaakt op het scherm bekijken.
Selecteer de afspeelmodus.
z Druk op de knop 1.
X De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer een beeld.
z Als u op de knop q drukt, doorloopt u de
beelden van het nieuwste beeld naar het oudste.
z Als u op de knop r drukt, doorloopt u de
beelden van het nieuwste beeld naar het oudste.
z Als u de knoppen qr ingedrukt houdt,
worden beelden achter elkaar weergegeven, zodat u ze snel kunt doorzoeken. Als u op de knop m drukt, keert u terug naar de enkelvoudige weergave (p. 110).
z Na ongeveer 1 minuut wordt de lens weer
ingetrokken.
z Als u nogmaals op de knop 1 drukt terwijl
de lens wordt ingetrokken, wordt de camera uitgeschakeld.
Overschakelen naar de opnamemodus
Als u de ontspanknop half indrukt of aan het programmakeuzewiel draait in de afspeelmodus, gaat de camera terug naar de opnamemodus.
26

Beelden wissen

U kunt de beelden één voor één selecteren en wissen. Gewiste beelden kunnen niet worden hersteld. Denk goed na voordat u beelden wist.
Selecteer de afspeelmodus.
z Druk op de knop 1.
X De laatst gemaakte opname verschijnt.
Selecteer het beeld dat u wilt wissen.
z Druk op de knoppen qr om een beeld
weer te geven dat u wilt wissen.
Wis het beeld.
z
Druk op de knop p.
X
[Wissen ?] verschijnt op het scherm.
z
Druk op de knop qr om [Wissen] te selecteren. Druk vervolgens op de knopm.
X
Het getoonde beeld wordt gewist.
z
Als u het beeld niet wilt wissen, drukt u op de knoppen qr om [Stop] te selecteren. Daarna drukt u op de knop m.
27

Opnamen maken of bekijken in de modus Easy

In de modus Easy worden bedieningsinstructies weergegeven op het scherm en de camera is zo ingesteld dat alleen de knoppen en de zoomknop die op deze pagina worden uitgelegd, werkzaam zijn. Hiermee wordt verkeerd gebruik van de camera voorkomen, zodat zelfs beginners zorgeloos foto's kunnen maken.
Opnamen maken
z Stel het programmakeuzewiel in op 9. z Voer stap 3–5 op p. 2324 uit om
opnamen te maken (zonder geluid).
z Druk op de knop r om de flitser uit te
schakelen. ! verschijnt op het scherm. Als u nogmaals op de knop r drukt, wordt de flitser ingeschakeld en verschijnt op het scherm. Als er weinig licht is, wordt de flitser automatisch geactiveerd.
Bekijken
z Druk op de knop 1 en vervolgens op de
knoppen qr om te schakelen tussen beelden.
z Druk op de knop 1 en druk vervolgens
op de knop m, zodat alle foto’s die u hebt gemaakt gedurende 3 seconden worden weergegeven. Druk nogmaals op de knop m om de diavoorstelling te beëindigen.
z Als u beelden wilt wissen, volgt u de
stappen op p. 27.
28

Films opnemen

De camera kan automatisch alle instellingen selecteren, zodat u alleen nog op de ontspanknop hoeft te drukken om te filmen.
Selecteer de modus E.
z Stel het programmakeuzewiel in op E.
Resterende tijd
Kies de compositie.
z
Als u de zoomknop naar i duwt, zoomt u in op het onderwerp zodat dit groter lijkt. Als u de zoomknop naar j duwt, zoomt u uit op het onderwerp zodat dit kleiner lijkt.
Stel scherp.
z Druk de ontspanknop half in om scherp te
stellen.
X Als de camera scherpstelt, hoort
u tweemaal een pieptoon.
Maak de opname.
z Druk de ontspanknop helemaal in.
29
Films opnemen
Verstreken tijd
X De camera begint, en [ REC] en de
verstreken tijd worden op het scherm weergegeven.
z Als de opname is begonnen, haalt u uw
vinger van de ontspanknop.
z Als u tijdens de opname de compositie
wijzigt, blijft de focus hetzelfde maar worden de helderheid en de kleurtoon automatisch aangepast.
z Raak de microfoon niet aan tijdens de
opname.
z Gebruik tijdens de opname geen andere
knoppen dan de ontspanknop. Het geluid van de knoppen wordt in de film
Microfoon
opgenomen.
Stop de opname.
z
Druk de ontspanknop opnieuw helemaal in.
X De camera geeft één pieptoon en stopt
met opnemen.
X De film wordt naar de geheugenkaart
weggeschreven.
X De opname stopt automatisch wanneer
de geheugenkaart vol is.
In- en uitzoomen tijdens de opname.
Als u tijdens de opname op de zoomknop drukt, zoomt u in of uit op het onderwerp. Films die zijn gemaakt met een blauwe zoomfactor, zijn echter grof. De bedieningsgeluiden worden opgenomen.
Opnametijd
Geheugenkaart
Opnametijd
De opnametijden zijn gebaseerd op de standaardinstellingen.
De maximale cliplengte is ongeveer 10 minuten.
Bij sommige geheugenkaarten kan de opname ook worden gestopt als de maximale
cliplengte nog niet is bereikt. U kunt het beste SD Speed Class 4-geheugenkaarten of hoger gebruiken.
Ongeveer 26 min. 48 sec. Ongeveer 1 uur 49 min. 48 sec.
4GB 16GB
30
Loading...
+ 154 hidden pages