voor het openklappen van het afneembaar bedieningspaneel (Flip-ReleasePanel).
2NEXT-toets
Selectie van de FM-geheugenniveaus
resp. omschakelen tussen de golfgebieden MW en LW bij radioweergave.
Omschakelen tussen MP3-display,
MP3-browse-modus en MP3-afspeellijst-modus bij MP3-weergave.
Omschakelen tussen CD-overzicht en
CD-wisselaar-display bij weergave van
CD-wisselaar.
Bladeren in menu's met meerdere pagina's.
3 Aan-/uit-toets
Kort indrukken: inschakelen van het
apparaat. In bedrijf: geluidsonderdrukking (Mute) van het apparaat.
Lang indrukken: uitschakelen van het
apparaat.
4SOURCE-toets
Bron kiezen tussen radio en CD en (indien aangesloten resp. ingeschakeld)
CD-wisselaar, AUX en FRONT AUX.
5 Volumeregelaar
6 tot ; Sneltoetsen
Voor het kiezen van functies en menupunten in de verschillende weergavesoorten (Radio, CD, MP3, CD-wisselaar) en in het menu voor de basisinstellingen. De betreffende werking van een
sneltoets wordt naast de sneltoets in het
display weergegeven. Lees daarvoor
ook de paragraaf "Displayelementen"
op de volgende pagina.
< Front-AUX-IN-bus
= Display (informatie over de afzonder-
lijke displayelementen kunt u vinden op
de volgende pagina)
> Pijltjestoetsen
of
?BAND-toets
Oproepen van het Tuner-menu bij radioweergave.
@ Pijltjestoetsen
of
AMENU-toets
Oproepen van het menu voor de basisen audio-instellingen.
BOK-toets
Kort indrukken: bevestigen van menuinstellingen. Afsluiten van de scanfunctie.
Lang indrukken: starten van de scanfunctie.
- toets (Eject)
C
voor het verwijderen van de CD uit het
apparaat.
216
Displayelementen
Het display bij radioweergave:
A
BD
C
1
2
Radio Sun
3
F
Madonna in concert tonight
16:13
H
A TMC-symbool
B "File"-symbool
bij voorrang voor verkeersberichten
C Hoofdregel
RDS-zendernaam resp. frequentie
D Tijd
E Niveau-indicatie
Geheugenniveau (bijv. FM1, FM2, FMT)
F Geheugenpositie voor radiozenders,
die u met de zes sneltoetsen
kunt selecteren
G Inforegel 1
Frequentie van de zender
H Inforegel 2
Frequentie-eenheid (MHz of KHz)
I Inforegel 3
Radiotekst, voor zover door de zender
ondersteunt
Opmerking:
Het TMC-symbool verschijnt alleen,
wanneer u een extern navigatiesysteem
aansluit en deze het zoeken naar TMCzenders start.
E
FMTTMC
92,8
MHz
GJ
6 tot ;
F
4
5
6
Het display bij CD, CD-wisselaaren MP3-weergave:
A
BD
C
16:13
TRACK 06
SONG: Bob Marley - No woman no cry
F
Opmerking:
De fi guur toont het CD-display. De functies en informatie van de CD-wisselaaren de MP3-displays kunnen hiervan
afwijken.
A TMC-symbool
B "File"-symbool
bij voorrang voor verkeersberichten
C Hoofdregel
Titelnummer/ ID3- of bestandsnaam
D Tijd
E Niveau-indicatie
Audiobron (CD, CDC, MP3)
F Functies welke u met de sneltoetsen
6 tot ; kunt selecteren
G Inforegel 1
Speeltijd
H Inforegel 2
Geactiveerde audiofuncties
I Inforegel 3
CD-tekst/ CD-naam/ Titelinformatie
H
E
CDTMC
02:19
Mix CD
GJ
F
NEDERLANDS
217
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Het display bij radioweergave: ....... 217
Het display bij CD,
CD-wisselaar- en MP3-weergave: ... 217
Deze handleiding bevat belangrijke informatie voor het eenvoudig en veilig inbouwen en bedienen van het apparaat.
Lees deze handleiding zorgvuldig en
•
volledig door, voordat u het apparaat
gebruikt.
•
Bewaar deze handleiding zodanig, dat
deze te allen tijde voor alle gebruikers
toegankelijk is.
•
Geef het apparaat altijd samen met
deze handleiding aan derden door.
Houd u tevens de handleidingen van de apparaten aan die in combinatie met dit apparaat worden gebruikt.
Gebruikte symbolen
In deze handleiding worden de volgende
symbolen gebruikt:
GEVAAR!
Waarschuwt voor letselgevaar
VOORZICHTIG!
Waarschuwt voor laserstraal
VOORZICHTIG!
Waarschuwt voor beschadiging
van de CD-speler
Correct gebruik
Dit apparaat is voor inbouw en gebruik in
een voertuig met 12 V boordspanning ontworpen en moet in een DIN-opening worden
ingebouwd. Let op de vermogensgrenzen in
de technische gegevens. Laat reparaties en
eventueel de inbouw door een vakman uitvoeren.
Conformiteitsverklaring
Hiermee verklaart Blaupunkt GmbH dat
het apparaat Seattle MP57 in overeenstemming is met de vereisten en de andere relevante voorschriften van de richtlijn
89/336/EWG.
Het CE-teken bevestigt dat de
EU-richtlijnen zijn aangehouden.
Geeft een handeling aan
쏅
Geeft een opsomming aan
•
220
Voor uw veiligheid
Het apparaat werd
stand van de techniek en de erkende veiligheidstechnische regels gefabriceerd. Toch
kunnen er gevaren ontstaan wanneer u de
veiligheidsinstructies in deze handleiding
niet aanhoudt.
Wanneer u het apparaat zelf
inbouwt
U mag het apparaat alleen inbouwen, wanneer u ervaring heeft met de inbouw van
autoradio's en bekend bent met het elektrische systeem van het voertuig. Houdt u
daarom de Inbouwhandleiding aan het einde van deze handleiding aan.
Dat moet u aanhouden!
VOORZICHTIG
In dit apparaat bevindt zich een
klasse-1-laser welke letsel aan uw ogen kan
veroorzaken.
Open het apparaat niet en voer geen wijzigingen uit aan het apparaat.
conform de huidige
Voor uw veiligheid
Bedieningsdeel alleen bij stilstaand
•
voertuig verwijderen of bevestigen.
Om uw gehoor te beschermen, moet u
•
altijd een gematigd volume gebruiken.
Tijdens geluidsonderdrukking (bijv. bij
het wisselen van audiobron of van CD in
de CD-wisselaar en Travelstore) is het
veranderen van het volume niet hoorbaar. Verhoog niet het volume tijdens
deze geluidsonderdrukking.
Luister altijd met matig volume, zodat
•
u akoestische waarschuwingssignalen
(bijv. politie) altijd kunt horen.
Na bedrijf
Het apparaat zonder bedieningspaneel
•
is waardeloos voor het dievengilde.
Verwijder altijd het bedieningspaneel
wanneer u het voertuig verlaat.
Transporteer het bedieningspaneel zo
•
dat het tegen stoten is beschermd en
de contacten niet vuil kunnen worden.
NEDERLANDS
In bedrijf
Gebruik voor de front-AUX-IN-bus uit-
•
sluitend de haakse tulpstekker van
Blaupunkt (7 607 001 535). Alle uitstekende delen, o.a. rechte stekker of
adapter, kunnen leiden tot een letselrisico in geval van een ongeval.
Bedien het apparaat uitsluitend wan-
•
neer de verkeerssituatie dit toelaat.
Stop op een geschikte plaats om uitgebreidere instellingen uit te voeren.
221
Voor uw veiligheid Leveringsomvang
Schoonmaakinstructies
Oplos-, reinigings- en schuurmiddelen alsmede cockpit-spray en kunststofonderhoudsmiddelen kunnen stoffen bevatten
welke het oppervlak van het apparaat aantasten.
Gebruik voor de reiniging van het apparaat uitsluitend een droge, of licht vochtige
doek.
Afdanken apparaat
Voer uw afgedankte apparaat niet af
met het huisvuil!
Gebruik voor het afvoeren van het oude apparaat de beschikbare retour- en verzamelsystemen.
Leveringsomvang
In de leveringsomvang zijn inbegrepen:
1 Autoradio
1 Etui voor het bedieningspaneel
1 Frame
2 Demontagebeugel
1 Geleidingsbouten
1 Gebruiksaanwijzing
Speciale toebehoren
(niet meegeleverd)
Gebruik alleen door Blaupunkt toegelaten
speciale toebehoren.
Afstandsbediening
Met de stuur- en/of handafstandsbediening
kunt u de basisfuncties van uw autoradio
veilig en comfortabel bedienen.
In-/uitschakelen via de afstandsbediening
is niet mogelijk.
Welke afstandsbedieningen op uw autoradio kunnen worden gebruikt, kan uw
Blaupunkt-dealer u vertellen of u vindt dit
onder www.blaupunkt.com.
222
Versterker (Amplifi er)
Alle Blaupunkt- en Velocity-versterkers
(Amplifi er) kunnen worden gebruikt.
CD-wisselaar (Changer)
De volgende Blaupunkt-CD-wisselaars kunnen worden aangesloten:
CDC A 03, CDC A 08 en IDC A 09.
Garantie Service
Garantie
Voor onze producten die binnen de
Europese Unie gekocht zijn, bieden wij een
fabrieksgarantie. Voor apparaten die buiten
de Europese Unie zijn aangeschaft gelden
de garantiebepalingen zoals uitgegeven
door onze desbetreffende nationale vertegenwoordigingen.
De garantievoorwaarden kunt u raadplegen
op www.blaupunkt.com of direct opvragen
bij:
Blaupunkt GmbH
Hotline
Robert-Bosch-Str. 200
D-31139 Hildesheim
Service
In enkele landen biedt Blaupunkt een reparatie- en afhaalservice aan.
Op www.blaupunkt.com kunt u nagaan of
deze service ook in uw land beschikbaar is.
Mocht u van deze dienst gebruik willen maken, dan kunt u via het internet het afhalen
van uw apparaat aanvragen.
NEDERLANDS
223
Afneembaar bedieningspaneel
Afneembaar
bedieningspaneel
Diefstalbeveiliging
Uw radio is ter bescherming tegen diefstal
uitgerust met een afneembaar bedieningspaneel (Flip Release Panel). Zonder dit
bedieningspaneel is het apparaat voor een
dief waardeloos.
Bescherm het apparaat tegen diefstal en
neem het bedieningspaneel telkens mee
wanneer u de auto verlaat. Laat het bedieningspaneel niet in de auto liggen, ook niet
op een verborgen plek.
Opmerkingen:
•
Laat het bedieningspaneel niet vallen.
•
Stel het bedieningspaneel niet aan direct zonlicht of andere warmtebronnen bloot.
•
Voorkom directe aanraking van de
contacten van het bedieningspaneel
met de huid. Maak de contacten indien nodig schoon met een pluisvrije
doek die in reinigingsalcohol is gedrenkt.
Bedieningspaneel afnemen
Druk op toets 1.
쏅
Het bedieningspaneel klapt naar onderen.
Pak het bedieningspaneel aan de rech-
쏅
terkant vast en trek het in een rechte
lijn uit de houder.
224
Opmerkingen:
Het apparaat wordt na een door u
•
ingestelde tijd uitgeschakeld. Lees
daarvoor de paragraaf "Uitschakeltijd
(Off Timer)" in dit hoofdstuk.
Het apparaat onthoudt de laatst be-
•
luisterde audiobron voor de volgende
keer inschakelen.
Een geplaatste CD blijft achter in het
•
apparaat.
Bedieningspaneel plaatsen
2.
1.
Houd het bedieningspaneel ongeveer
쏅
in een rechte hoek t.o.v. het apparaat.
(zie fi guur, 1e stap)
Schuif het bedieningspaneel in de ge-
쏅
leiding aan de onderste rand van de
behuizing.
Duw het bedieningspaneel voorzichtig
쏅
in de houder totdat het vergrendelt.
Klap het bedieningspaneel naar boven
쏅
in de sleuf en druk deze voorzichtig aan
totdat deze vergrendeld. (zie fi guur 2e
stap.)
Wanneer het apparaat bij het verwijderen
van het bedieningspaneel was ingeschakeld, schakelt het zichzelf na het plaatsen
automatisch met de laatste instelling (radio,
CD, MP3, CD-wisselaar of AUX) weer in.
Afneembaar bedieningspaneel In-/uitschakelen
Uitschakeltijd (Off Timer)
Nadat u het bedieningspaneel heeft geopend, wordt het apparaat binnen een instelbare tijd uitgeschakeld. U kunt deze tijd
instellen tussen 15 en 30 seconden.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Various Settings"
9.
Het menu "Various" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Off Timer" 6.
De actuele uitschakeltijd wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets
of >, om de uitschakeltijd in te
stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
Time-out-functie
De radio beschikt over een time-out functie
(tijdvenster).
Wanneer u bijvoorbeeld de toets MENU ;
indrukt en een menupunt kiest, dan schakelt de radio ca. 18 seconden na de laatste
toetsbediening weer terug naar de weergave van de audiobron. De uitgevoerde instellingen worden opgeslagen.
In-/uitschakelen
Om het apparaat in of uit te schakelen hebt
u de volgende mogelijkheden:
In-/uitschakelen met de aan-/
uit-toets
Voor het inschakelen drukt u op de
쏅
aan-/uit-toets 3.
Het apparaat wordt ingeschakeld.
Om het apparaat uit te schakelen houdt
쏅
u aan-/uit-toets 3 langer dan twee seconden ingedrukt.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
Opmerking:
Ter beveiliging van de autoaccu wordt
het apparaat bij uitgeschakeld contact
automatisch na een uur uitgeschakeld.
In-/uitschakelen via het
contactslot van de auto
Wanneer het apparaat conform de inbouwhandleiding, met het contactslot van de
auto is verbonden en niet met aan-/uit-toets
3 is uitgeschakeld, wordt het met het contact in- en uitgeschakeld.
Uitschakelen met het
afneembare bedieningspaneel
Verwijder het bedieningspaneel.
쏅
Het apparaat schakelt zich na de in het
menu ingestelde tijd uit. Lees daarvoor de
paragraaf "Uitschakeltijd (Off Timer)" in
het hoofdstuk "Afneembaar bedieningspaneel".
NEDERLANDS
225
In-/uitschakelen
Demo-modus in-/uitschakelen
Het apparaat wordt af fabriek met ingeschakelde demomodus uitgeleverd. In de demomodus wordt in het display een animatie
afgespeeld, welke de belangrijkste functies
van het apparaat toont.
De animatie wordt ca. 16 seconden nadat
de laatste toets is ingedrukt op het display
weergegeven. Door op een willekeurige
toets te drukken kunt u de animatie onderbreken en terugkeren naar de weergave van
de actuele audiobron.
Om de demo-modus in- resp. uit te schakelen,
쏅
drukt u langer dan 4 seconden op de
toets MENUA.
Begroetingstekst in-/uitschakelen en wijzigen
(Turn On Text)
Wanneer u het apparaat inschakelt, verschijnt een animatie, gevolgd door een begroetingstekst. Af fabriek luidt de begroetingstekst "The advantage in your car".
U kunt de weergave van deze begroetingstekst in- resp. uitschakelen en een eigen begroetingstekst van max. 35 tekens invoeren.
Begroetingstekst in-/uitschakelen
Om de begroetingstekst in- resp. uit te
schakelen,
drukt u op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Display Settings"
쏅
7.
Het menu "Display" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Turn On Text" ::
쏅
: de begroetingstekst is ingescha-
•
keld.
: de begroetingstekst is uitgescha-
•
keld.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Begroetingstekst veranderen
Om de begroetingstekst te veranderen,
쏅
drukt u op de toets MENU A.
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Various Settings"
9.
Het menu "Various" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Turn On Text"
8.
De 35-positie tekstinvoer wordt weergegeven. De eerste positie is gemarkeerd.
Om tussen de invoerposities te wisselen,
쏅
drukt u op de toets
Om op een invoerpositie een teken te selecteren,
쏅
drukt u op de toets
Om de ingevoerde naam op te slaan en de
tekstinvoer te verlaten,
drukt u op de toets OK B.
쏅
of >.
of @.
226
Volume
Volume instellen
Het volume kan in stappen van 0 (uit) tot 66
(maximaal) worden ingesteld.
Om het volume te vergroten,
draait u de volumeregelaar 5 naar
쏅
rechts.
Om het volume te verkleinen,
draait u de volumeregelaar 5 naar
쏅
links.
Inschakelvolume instellen
(On Volume)
Het inschakelvolume is instelbaar. Om een
bepaald inschakelvolume in te stellen,
drukt u op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Volume Settings"
쏅
8.
Het menu "Volume" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "On Volume" ;.
쏅
Het actuele inschakelvolume wordt weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of >, om het inschakelvolume
tussen 1 en 66 in te stellen.
Om het instellen te vereenvoudigen wordt
het volume in overeenstemming met uw instellingen vergroot resp. verkleind.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
Alternatief kunt u in het menu "Volume"
de instelling "Last Volume" kiezen door op
sneltoets : te drukken. Daardoor wordt
bij het inschakelen van het apparaat het
volume, dat u voor het uitschakelen heeft
gehoord opnieuw geactiveerd.
Opmerkingen:
•
Om het gehoor te beschermen is het
inschakelvolume bij de instelling "Last
Volume" begrensd op de waarde "38".
Wanneer het volume voor het uitschakelen hoger was, dan wordt bij het
inschakelen automatisch de waarde
"38" ingesteld. Daardoor wordt een
onbedoeld en onverwacht hoog volume bij het inschakelen van het apparaat voorkomen.
•
Om de instelling "Last Volume" weer
ongedaan te maken drukt u in het
menu "Volume" op de sneltoets "On
Volume" ;. Het laatst ingestelde
inschakelvolume wordt weergegeven
en is weer actief. U kunt nu het menu
door het drukken op de toets OK B
verlaten of direct een ander inschakelvolume instellen.
Volume snel reduceren (Mute)
U kunt het volume snel naar een door u ingestelde waarde reduceren.
Druk kort op de aan/uit-toets 3.
쏅
Op het display verschijnt "MUTE".
NEDERLANDS
227
Volume
Mute opheffen
Om het eerder beluisterde volume weer te
activeren,
drukt u opnieuw kort op de aan-/uit-
쏅
toets 3.
Onderdrukkingsvolume instellen
(Mute Volume)
Het onderdrukkingsvolume is instelbaar.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Volume Settings"
쏅
8.
Het menu "Volume" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Mute Volume"
8.
De actuele instelling wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets
of >, om het volume tussen 1 en
66 in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
Telefoon-audio/navigatie-audio
Geluidsonderdrukking tijdens
telefoneren
Wanneer uw autoradio is verbonden met
een mobiele telefoon of een navigatiesysteem, wordt bij het opnemen van een telefoongesprek of bij een gesproken mededeling van de navigatie het geluid van de
autoradio onderdrukt. het gesprek of de
gesproken mededeling wordt via de auto-
radioluidspreker weergegeven. Hiervoor
moet de telefoon of het navigatiesysteem
op de in de inbouwhandleiding beschreven
manier op de autoradio zijn aangesloten.
Welke navigatiesystemen op uw autoradio kunnen worden aangesloten, kan uw
Blaupunkt-dealer u vertellen.
Wanneer een gesprek wordt aangenomen
of er is een gesproken mededeling van
het navigatiesysteem, wordt in het display
"Phone call" weergegeven.
Volume voor Telefoon-audio/Navigatieaudio instellen (Phone Volume)
Tijdens een telefoongesprek resp. een gesproken mededeling van de navigatie wordt
geen verkeersinformatie doorgegeven. Het
verkeersbericht wordt niet geregistreerd!
Het volume van telefoongesprekken of gesproken mededelingen van de navigatie is
instelbaar.
쏅
Druk op de toets MENU A.
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Volume Settings"
8.
Het menu "Volume" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Phone Volume"
7.
De actuele instelling wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets
of >, om het volume tussen 1 en
66 in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
228
Volume Radioweergave
Opmerking:
U kunt het volume voor telefoongesprekken en gesproken mededelingen
tijdens de weergave direct instellen
met de volumeregelaar 5.
Bevestigingstoon in-/
uitschakelen (Beep)
Wanneer een toets bij bepaalde functies
langer dan twee seconden ingedrukt moet
worden gehouden, bv. bij het opslaan van
een zender onder een voorkeuzetoets, is
een bevestigingstoon (pieptoon) te horen.
U kunt de pieptoon uit- resp. inschakelen.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Volume Settings"
8.
Het menu "Volume" wordt weergegeven.
Om de bevestigingstoon in- resp. uit te
schakelen,
쏅
drukt u op de sneltoets "Beep" 9:
: de bevestigingstoon is ingescha-
•
keld.
: de bevestigingstoon is uitgescha-
•
keld.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Radioweergave
Dit apparaat is uitgerust met een RDS-radio-ontvanger. Veel van de FM-zenders die
ontvangen kunnen worden zenden een signaal uit dat naast het programma ook informatie bevat zoals de naam van de zender en
het programmatype (PTY).
De naam van de zender wordt, zodra deze
wordt ontvangen, op het display weergegeven.
Tuner instellen
Om optimaal functioneren van het radioontvangstdeel te waarborgen, moet het
apparaat worden ingesteld op de regio,
waarin het wordt gebruikt. U kunt kiezen
tussen Europa "EUROPE", Amerika "USA"
en Thailand "THAILAND". De tuner is af fabriek ingesteld op de regio, waar het apparaat wordt uitgeleverd. Bij problemen met
de radio-ontvangst moet u deze instelling
controleren.
Opmerking:
De in deze gebruiksaanwijzing beschreven radiofuncties hebben betrekking op
de tuner-instelling Europa (EUROPE).
Zet het apparaat uit met de aan-/uit-
쏅
toets 3.
Houd de sneltoetsen 8 en ; tege-
쏅
lijkertijd ingedrukt en schakel daarbij
het apparaat met de aan-/uit-toets 3
weer in.
Het menu "Area" met de beschikbare regio's
"EUROPE", "USA" en "THAILAND" alsmede
de actuele instelling wordt getoond.
Kies uw tuner-regio met de betreffende
쏅
sneltoets "USA" 6, "EUROPE" 7 of
"THAILAND" 8.
NEDERLANDS
229
Radioweergave
Om de instelling op te slaan,
drukt u op de toets OK B. De radio start
쏅
met de laatst gekozen instelling (Radio,
CD, MP3, CD-wisselaar of AUX).
Radioweergave inschakelen
Wanneer u zich in de weergavesoorten CD,
MP3, CD-wisselaar of AUX bevindt,
drukt u op de toets BAND ?
쏅
of
drukt u net zo vaak op de toets SOURCE
쏅
4 totdat "TUNER" in het display wordt
weergegeven.
RDS-comfortfunctie (AF, REG)
De RDS-comfortfuncties AF (alternatieve
frequentie) en REGIONAL vergroten het
prestatiespectrum van uw autoradio.
AF: wanneer de RDS-comfortfunctie
•
geactiveerd is, zoekt het apparaat op
de achtergrond automatisch naar de
als beste te ontvangen frequentie van
de ingestelde zender.
REGIONAL: sommige zenders verdelen
•
hun programma op bepaalde tijden in
regionale programma's met verschillende inhoud. Met de REG-functie wordt
voorkomen dat de autoradio overschakelt op alternatieve frequenties met
een andere programma-inhoud.
Opmerking:
REGIONAL moet apart in het menu
"Tuner" worden geactiveerd/gedeactiveerd.
230
REGIONAL in-/uitschakelen
쏅
Druk op de toets BAND ?.
Het menu "Tuner" wordt getoond.
Om REGIONAL in- resp. uit te schakelen,
쏅
drukt u op de sneltoets "Regional" 8:
: REGIONAL is ingeschakeld.
•
: REGIONAL is uitgeschakeld.
•
Om de instelling op te slaan,
drukt u op de toets OK B.
쏅
RDS-comfortfunctie in- resp
uitschakelen (RDS)
Druk op de toets BAND ?.
쏅
Het menu "Tuner" wordt getoond.
Om de RDS-comfortfuncties AF en
REGIONAL in resp. uit te schakelen,
drukt u op de sneltoets "RDS" :.
쏅
: RDS is ingeschakeld.
•
: RDS is uitgeschakeld.
•
Om de instelling op te slaan,
drukt u op de toets OK B.
쏅
Golfgebied ( Band)/
Geheugenniveau kiezen
Met dit apparaat kunt u zenders van de frequentiebanden FM, MW en LW (AM) ontvangen. Voor het golfgebied FM zijn drie
geheugenniveaus (FM1, FM2 en FMT) en
voor de golfgebieden MW en LW elk één geheugenniveau beschikbaar.
Op elk geheugenniveau kunnen 6 zenders
worden geprogrammeerd.
Om tussen de golfgebieden FM, MW en LW
om te schakelen,
drukt u op de toets BAND ?.
쏅
Het menu "Tuner" wordt getoond.
Druk op de sneltoets "Band" 7 in UKW-
쏅
weergave resp. 6 in AM-weergave.
Het menu "Band" voor de keuze van het
golfgebied wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "FM" 6, "MW"
쏅
7 of "LW" ;.
De radio schakelt naar het gekozen golfgebied.
Om in het golfgebied FM tussen de geheugenniveaus FM1, FM2 en FMT resp. in het
golfgebied AM tussen MW en LW om te
schakelen,
쏅
drukt u op de toets NEXT 2.
Zenders instellen
U hebt verschillende mogelijkheden om
zenders in te stellen.
Automatische zoekafstemming
Druk op de toets of @.
쏅
De eerstvolgende ontvangbare zender
wordt ingesteld.
Opmerking:
Wanneer de voorrang voor verkeersinformatie is ingeschakeld (op het display wordt het fi lesymbool B weergegeven), wordt de eerstvolgende verkeersinformatiezender ingesteld.
Handmatig afstemmen op zenders
U kunt ook handmatig zenders instellen.
Opmerking:
Er kunnen alleen met de hand zenders
worden ingesteld wanneer de RDScomfortfunctie gedeactiveerd is.
Radioweergave
Om de ingestelde frequentie in kleine stappen te veranderen,
쏅
drukt u kort op de toets
Om de ingestelde frequentie snel te veranderen,
houdt u de toets
쏅
gedrukt.
Bladeren in zenderketens (alleen FM)
Wanneer een zender meerdere programma's biedt, kunt u bladeren in deze zgn.
"zenderketen".
Opmerking:
Om deze functie te kunnen gebruiken,
moet de RDS-comfortfunctie geactiveerd zijn.
쏅
Druk op toets
volgende zender van de zenderketen
over te schakelen.
Opmerking:
U kunt zo alleen wisselen tussen zenders die u al eerder ontvangen hebt.
Gebruik hiervoor de scan- of de
Travelstore-functie.
of >, om naar de
of >.
of > langer in-
Gevoeligheid van de
zoekafstemming instellen
(Sensitivity)
U kunt kiezen of er alleen sterke of ook
zwakke zenders worden ingesteld. De gevoeligheid kan van 1 (laag) tot 6 (hoog)
worden ingesteld.
Druk op de toets BAND ?.
쏅
De eerste pagina van het menu "Tuner"
wordt weergegeven.
NEDERLANDS
231
Radioweergave
Druk op de toets NEXT 2, om op de
쏅
tweede pagina van het menu "Tuner" te
komen.
Druk net zo vaak op de sneltoets
쏅
"Sensitivity" 8 dat het gewenste gevoeligheidsniveau achter "Sensitivity"
wordt weergegeven.
Wanneer het instellen voltooid is,
쏅
drukt u op de toets OK B.
Opmerking:
Het apparaat slaat de, in het betreffende golfgebied UKW (FM) en MW/LW
(AM), ingestelde gevoeligheidswaarde
op.
Zenders opslaan
Zenders handmatig programmeren
Kies het geheugenniveau FM1, FM2,
쏅
FMT of een van de golfgebieden MW
en LW.
Stel de gewenste zender in.
쏅
Druk kort op één van de sneltoetsen
쏅
6 tot ;.
De bezetting van alle zes geheugenplaatsen
wordt weergegeven.
Houd een van de sneltoetsen 6 t/m
쏅
;, waaronder de zender moet worden opgeslagen langer dan 2 seconden
ingedrukt.
Opmerking:
Eerder op dit niveau geprogrammeerde
zenders worden hierbij gewist.
쏅
Druk u op de toets BAND ?.
Het menu "Tuner" wordt getoond.
쏅
Druk op de sneltoets "Travel Store" 9.
Het programmeren begint. Op het display wordt "Travel Store" weergegeven.
Wanneer het programmeren voltooid is,
wordt de zender op geheugenpositie 1 van
geheugenniveau FMT weergegeven.
Opmerking:
Wanneer de voorrang voor verkeersinformatie is ingeschakeld (op het display
wordt het fi lesymbool weergegeven),
worden alleen verkeersinformatiezenders opgeslagen.
Geprogrammeerde zenders
oproepen
Kies het geheugenniveau resp. het golf-
쏅
gebied.
쏅
Druk kort op één van de sneltoetsen
6 tot ;.
De bezetting van alle zes geheugenplaatsen
wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets 6 tot ;, waaronder de gewenste zender is opgeslagen.
De opgeslagen zender wordt afgespeeld,
mits deze kan worden ontvangen.
Zender automatisch opslaan
( Travel Store)
U kunt de zes sterkste zenders uit de regio
automatisch programmeren (alleen FM).
De zenders worden opgeslagen op het geheugenniveau FMT.
232
Ontvangbare zenders kort
weergeven ( Scan)
Met de scanfunctie kunt u alle ontvangbare
zenders kort laten weergeven. De duur van
het fragment kan in het menu worden ingesteld tussen 5 en 30 seconden.
Radioweergave
Scan starten
Houd toets OK B langer dan 2 secon-
쏅
den ingedrukt.
De eerstvolgende ontvangbare zender
wordt kort weergegeven. Op het display
worden afwisselend "SCAN" en de actuele
frequentie resp. de zendernaam weergegeven.
Scan beëindigen, zender verder
beluisteren
Druk op op de toets OK B.
쏅
Het scannen wordt beëindigd, de als laatste
ingestelde zender blijft actief.
Duur van het fragment instellen
(Scan Time)
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Various Settings"
쏅
9.
Het menu "Various" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Scan Time" :.
쏅
De actuele instelling wordt weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of >, om de gewenste tijdsduur
van het fragment in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Opmerking:
De ingestelde duur van het fragment
geldt ook voor het scannen bij CD- en
CD-wisselaar- en ook bij MP3-weergave.
of @ of de toets
Programmatype (PTY)
Naast de naam van de zender geven sommige FM-zenders ook informatie door over
de inhoud van hun programma's. Deze informatie kan door uw autoradio worden
ontvangen en weergegeven.
Zulke programmatypes kunnen bv. zijn:
CULTUUR REIZEN JAZZ
SPORT SERVICE POP
ROCK WISSEN KINDER
Met de PTY-functie kunt u gericht zenders
met een bepaald programmatype kiezen.
PTY-EON
Wanneer het programmatype gekozen en
de zoekdoorloop gestart is, schakelt het
apparaat van de actuele zender over op een
zender met het gekozen programmatype.
Opmerkingen:
Wanneer er geen zender met het ge-
•
kozen programmatype wordt gevonden, is een pieptoon te horen en verschijnt op het display kort "NO PTY".
De laatst ontvangen zender wordt opnieuw ingesteld.
Wanneer de ingestelde zender of een
•
andere zender uit de zenderketen op
een later tijdstip het gewenste programmatype uitzendt, schakelt het
apparaat automatisch van de actuele
zender, resp. vanuit de weergave van
CD of CD-wisselaar, over op de zender
met het gekozen programmatype.
Wanneer u deze PTY-EON-omschake-
•
ling niet wilt gebruiken, dan schakelt
u PTY uit. Schakel eerst met de toets
SOURCE4 of BAND? naar de ra-
dioweergave.In CD- of CD-wisselaar
233
NEDERLANDS
Radioweergave
weergave is het benodigde menu niet
beschikbaar.
PTY in-/uitschakelen (programmatype)
Om PTY in te schakelen, kiest u een programmatype uit. Lees daarvoor de paragraaf "Programmatype selecteren en zoekdoorloop starten" in dit hoofdstuk.
Om PTY uit te schakelen,
drukt u op de toets BAND ?.
쏅
De eerste pagina van het menu "Tuner"
wordt weergegeven.
Druk op de toets NEXT 2, om op de
쏅
tweede pagina van het menu "Tuner" te
komen.
Druk op de sneltoets "Programmatype"
쏅
;.
Het menu "PTY" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "PTY OFF" 6.
쏅
Wanneer het instellen voltooid is,
drukt u op de toets OK B.
쏅
PTY-taal selecteren (Program Lang)
U kunt de taal waarin de programmatypen worden getoond kiezen. Ter beschikking staan "DEUTSCH", "ENGLISH" en
"FRANÇAIS".
Druk op de toets BAND ?.
쏅
De eerste pagina van het menu "Tuner"
wordt weergegeven.
Druk op de toets NEXT 2, om op de
쏅
tweede pagina van het menu "Tuner" te
komen.
Druk op de sneltoets "Program Lang"
쏅
9.
Het menu "PTY LANG" wordt weergegeven.
234
Om een taal te kiezen,
쏅
drukt u op de sneltoets "English" 6,
"Francais" 8 of "Deutsch" ;.
Wanneer het instellen voltooid is,
쏅
drukt u op de toets OK B.
Programmatype selecteren en
zoekdoorloop starten (Program Type)
쏅
Druk op de toets BAND ?.
De eerste pagina van het menu "Tuner"
wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets NEXT 2, om op de
tweede pagina van het menu "Tuner" te
komen.
쏅
Druk op de sneltoets "Programmatype"
;.
Het menu "PTY" wordt weergegeven.
Wanneer een gewenst programmatype niet
in het actuele overzicht voorkomt,
쏅
blader dan met de toets NEXT 2 door
het "PTY"-menu.
Om een programmatype te selecteren,
쏅
drukt u op de overeenkomstige sneltoets 7 tot ;.
쏅
Druk op de toets
of @, om de
zoekdoorloop te starten.
De eerstvolgende zender met het gekozen
programmatype wordt ingesteld.
Opmerking:
U kunt het "PTY"-menu na selectie van
een programmatype ook met de toets
OKB verlaten, zonder de zoekdoor-
loop te starten. Zolang een programmatype is geselecteerd, kunt u de
PTY-zoekdoorloop ook bij normale radioweergave met de toets
of @
starten.
Verkeersinformatie
Verkeersinformatie
Dit apparaat is uitgerust met een RDS-EONontvanger. EON (Enhanced Other Network)
zorgt ervoor dat in geval van verkeersinformatie (TA), binnen een zenderketen automatisch van een niet-verkeersinformatiezender naar de betreffende verkeersinformatiezender van de zenderketen wordt
omgeschakeld.
Na het verkeersbericht wordt het eerder beluisterde programma weer ingeschakeld.
Voorrang voor verkeersinformatie in-/uitschakelen
De voorrang voor verkeersinformatie is
geactiveerd wanneer het fi lesymbool B
wordt weergegeven
Opmerkingen:
U hoort na ca. 16 seconden een waarschuwingstoon,
wanneer u bij het beluisteren van een
•
zender met verkeersinformatie het
uitzendgebied daarvan verlaat.
wanneer u bij de weergave van een
•
CD of de CD-wisselaar het uitzendgebied van de ingestelde verkeersinformatiezender verlaat en de daarop
volgende automatische zoekdoorloop geen nieuwe verkeersinformatiezender vindt.
wanneer u van een zender met ver-
•
keersinformatie wisselt naar een zender zonder verkeersinformatie.
Schakel dan ofwel de voorrang voor verkeersinformatie uit of stel een zender met
verkeersinformatie in.
Bij radioweergave de voorrang voor
verkeersinformatie in-/uitschakelen
(Traffi c)
Om bij de radioweergave de voorrang voor
verkeersinformatie in- uit te schakelen,
쏅
drukt u op de toets BAND ?.
De eerste pagina van het menu "Tuner"
wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Traffi c" 6, om
de voorrang voor verkeersinformatie
in- resp. uit te schakelen:
: de voorrang voor verkeersinfor-
•
matie is ingeschakeld.
: de voorrang voor verkeersinfor-
•
matie is uitgeschakeld.
Wanneer het instellen voltooid is,
drukt u op de toets OK B.
쏅
Bij CD-, CD-wisselaar- en MP3-weergave
de voorrang voor verkeersinformatie
in-/uitschakelen (TA)
Om bij CD-, CD-wisselaar- en MP3-weergave de voorrang voor verkeersinformatie
in-/uitschakelen,
쏅
drukt u op de sneltoets "TA" 8.
Volume voor verkeersinformatie
instellen (Traffi c Volume)
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Volume Settings"
쏅
8.
Het menu "Volume" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Traffi c Volume"
쏅
6.
De actuele instelling wordt weergegeven.
NEDERLANDS
235
Verkeersinformatie CD-weergave
Druk op de toets of @ of de toets
쏅
of >, om het volume tussen 1 en
66 in te stellen.
Om het instellen te vereenvoudigen wordt
het volume in overeenstemming met uw instelling vergroot resp. verkleind.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Opmerkingen:
U kunt tijdens het verkeersbericht
•
het volume voor de duur van het verkeersbericht ook instellen met de volumeregelaar 5.
•
Tijdens verkeersberichten kunt u
de klankkleur en de volumeverdeling voor verkeersinformatie instellen. Lees hiervoor het hoofdstuk
"Sound".
CD-weergave
Met dit apparaat kunt u normaal in de handel verkrijgbare audio-CD's, CD-r's en CDrw's met een doorsnede van 12 cm afspelen.
Gevaar voor vernieling
van de CD-speler!
Single-CD's met een doorsnede van
8 cm en CD's met contouren ("shape
CD's") mogen niet worden gebruikt.
Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid
voor beschadigingen aan de CD-speler
door ongeschikte CD's.
Voor optimaal functioneren moet u alleen
CD's gebruiken met het Compact-Disc-logo.
Er kunnen afspeelmoeilijkheden ontstaan
bij CD's met kopieerbeveiliging. Blaupunkt
kan het goed functioneren van CD's met kopieerbeveiliging niet garanderen.
Naast audio-CD's kunt u met dit apparaat
ook CD's met MP3-/WMA/muziekbestanden afspelen. Lees hiervoor het hoofdstuk
"MP3-/WMA-weergave".
236
CD-weergave starten
Wanneer er geen CD in de speler zit,
drukt u op de toets
쏅
Het bedieningspaneel wordt geopend.
Schuif de CD met de bedrukte zijde
쏅
naar boven zonder forceren in de CDopening totdat u een weerstand voelt.
De CD wordt automatisch naar binnen in de
CD-speler getransporteerd.
Het transport van de CD mag niet worden
gehinderd of geholpen.
1.
Sluit het bedieningspaneel met lichte
쏅
druk totdat het merkbaar vergrendelt.
De CD-weergave begint en in het display
wordt "CD" weergegeven.
Opmerking:
Wanneer het voertuigcontact voor het
plaatsen van de CD is uitgeschakeld,
dan moet u het apparaat eerst met de
aan-/uit-toets 3 inschakelen, waarna
de weergave begint.
Wanneer er reeds een CD in de speler zit,
쏅
drukt u zo vaak op de toets SOURCE 4, tot "CD" op het display verschijnt.
De weergave start op de plaats waar deze
werd onderbroken.
Titel kiezen
Druk op een pijltjestoets > of @, om
쏅
de volgende, resp. vorige titel te kiezen.
Door één keer drukken op de toets
@ wordt de actuele titel opnieuw ge-
of
start.
>
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar)
Voor een snelle zoekdoorloop achterwaarts
resp. voorwaarts,
houdt u een pijltjestoets > of @ in-
쏅
gedrukt totdat de snelle zoekdoorloop
achteruit resp. voorruit begint.
CD-weergave
Willekeurige weergave van de
titels (MIX)
Druk op de sneltoets "MIX" 6.
쏅
"MIX ALL" verschijnt kort in het Display, in
inforegel 2 H wordt "Mix All" continu weergegeven. De volgende, willekeurig gekozen
titel wordt afgespeeld.
MIX beëindigen
Druk opnieuw op de sneltoets "MIX" 6.
쏅
"MIX OFF" verschijnt kort in het display, in
inforegel 2 H wordt "Mix All" niet langer
weergegeven.
Titels kort weergeven ( Scan)
U kunt de titels van de CD kort laten weergeven.
Druk langer dan 2 seconden op de
쏅
toets OKB.
De eerstvolgende titel wordt kort weergegeven. "SCAN" en het actuele titelnummer
worden afwisselend op het display weergegeven.
Opmerking:
De duur van het fragment is instelbaar.
Lees voor de instelling van de duur van
het fragment het gedeelte "Duur van
het fragment instellen" in het hoofdstuk
"Radioweergave".
Scan beëindigen, titel verder
beluisteren
Voor beëindigen van de scan-mode,
drukt u op de toets OK B.
쏅
De actueel weergegeven titel wordt verder
afgespeeld.
NEDERLANDS
237
CD-weergave
Titel herhalen (RPT)
Wanneer u een titel wilt herhalen,
druk dan op de sneltoets "RPT" 7.
쏅
"REPEAT TRACK" verschijnt kort in het
Display, in inforegel 2 H wordt "Rpt Trk"
continu weergegeven. De titel wordt herhaald totdat Repeat wordt gedeactiveerd.
Repeat beëindigen
Wanneer u de repeat-functie wilt beëindigen,
drukt u opnieuw op de sneltoets "RPT"
쏅
7.
"REPEAT OFF" verschijnt kort in het Display,
in inforegel 2 H wordt "Rpt Trk" niet langer
weergegeven. De weergave wordt normaal
voortgezet.
CD-tekst tonen
Sommige CD's zijn voorzien van zogenaamde CD-tekst. De CD-tekst kan de naam van
de artiest en het album bevatten.
De CD-tekst wordt als lichtkrant op het display weergegeven.
CD-tekst in-/uitschakelen (TXT, SCL)
Druk op de sneltoets "TXT" ;.
쏅
Wordt de CD-tekst in- resp. uitgeschakeld,
dan verschijnt "CD Text On" resp. "CD Text
Off" kort in het display.
Wanneer de CD CD-tekst bevat en wanneer
CD-tekst is ingeschakeld, dan wordt de CDtekst in inforegel 3 J weergegeven.
Opmerking:
Wanneer de CD-tekst te lang is om in
zijn geheel te worden weergegeven,
dan kunt u met de sneltoets "SCL" :
de CD-tekst als lichtkrant laten weergeven.
CD verwijderen
Druk op toets 1.
쏅
Het bedieningspaneel klapt naar onderen.
Druk op de toets
쏅
CD-opening.
De CD wordt naar buiten geschoven.
Verwijder de CD en sluit het bedie-
쏅
ningspaneel.
Opmerkingen:
Een naar buiten geschoven CD wordt
•
na ca. tien seconden automatisch
weer naar binnen getransporteerd.
U kunt ook CD's naar buiten laten
•
schuiven wanneer het apparaat is
uitgeschakeld of er een andere audiobron actief is.
C naast de
238
MP3-/WMA-weergave
MP3-/WMA-weergave
U kunt met deze autoradio ook CD-r's en
CD-rw's met MP3-muziekbestanden afspelen. Bovendien kunt u WMA-bestanden
afspelen. Dit hoofdstuk behandelt alleen
het afspelen van MP3-bestanden, omdat
de bediening bij MP3- en WMA-bestanden identiek is.
Opmerkingen:
WMA-bestanden met Digital Rights
•
Management (DRM) uit online-musicshops kunnen met dit apparaat
niet worden afgespeeld.
WMA-bestanden kunnen alleen be-
•
trouwbaar worden afgespeeld, wanneer deze met Windows Media-Player
vanaf versie 8 zijn aangemaakt.
Voorbereiding van een MP3-CD
Door de combinatie van CD-writer, CDschrijfsoftware en onbeschreven CD kunnen problemen optreden bij de weergave
van de CD's. Wanneer er problemen optreden met zelfgebrande CD's, dient u over te
schakelen op een ander merk of een andere
kleur basis-CD's. Om problemen bij het afspelen te voorkomen mag u zelf gemaakte
CD's niet sneller branden dan 16-speed.
De opmaak van de CD moet ISO 9660 level
1, level 2 of Joliet zijn. Alle andere soorten
kunnen niet betrouwbaar worden afgespeeld.
Bij het aanmaken (coderen) van de MP3-/
WMA-bestanden uit de audiobestanden
moet u bitrates van 32 tot 320 kbps voor
MP3-bestanden resp. van 32 tot 192 kbps
voor WMA-bestanden gebruiken.
MP3-titels kunnen extra informatie bevatten, zoals uitvoerende, titelnaam en album
(ID3-tag). Dit apparaat kan ID3-tags van
versie 1 en versie 2 op het display weergeven.
Dit apparaat ondersteunt max. 999 titels in
99 mappen. De mappen en titels op de CD
kunnen afzonderlijk worden gekozen.
U kunt elke map met de PC een naam geven.
De naam van de map kan op het display van
het apparaat worden weergegeven. Geef
de mappen en titels/bestanden namen volgens de werkwijze van uw CD-schrijfsoftware. Opmerkingen daarvoor vindt u in de
handleiding van de software.
NEDERLANDS
239
MP3-/WMA-weergave
Opmerkingen:
Gebruik bij de naamgeving van de be-
•
standen (map en titel) geen umlauten
en speciale tekens.
Gebruik van bestandsnamen van
•
meer dan 16 tekens (incl. ".MP3"
resp. ".WMA"), vermindert het maximale aantal titels en mappen.
Wanneer u waarde hecht aan een bepaalde
volgorde van uw bestanden: sla de bestanden op de datadrager op in de volgorde
waarin deze later worden afgespeeld. Het
apparaat speelt de bestanden af in de volgorde, waarin deze fysisch op de datadrager
zijn opgeslagen.
Voor het afspelen van de bestanden in dit
apparaat moeten de MP3-bestanden de extensie ".MP3" resp. de WMA-bestanden de
extensie ".WMA" hebben.
Opmerkingen:
Om ongestoorde weergave te garanderen,
probeer niet om andere bestanden
•
dan MP3-bestanden te voorzien van
de extensie ".MP3" en deze vervolgens af te spelen! Deze ongeldige bestanden worden tijdens de weergave
genegeerd.
gebruik geen gemengde CD's met
•
MP3-bestanden en niet-MP3-bestanden (het apparaat leest tijdens MP3weergave alleen MP3-bestanden).
gebruik geen mix-mode-CD's met
•
audiotitels en MP3-titels. Als u probeert een mix-mode-CD af te spelen,
worden alleen de CD-audiotitels afgespeeld.
MP3-weergave starten
Bij een MP3-CD wordt de MP3-weergave
gestart zoals de normale CD-weergave.
Lees hiervoor het gedeelte "CD-weergave
starten" in het hoofdstuk "CD-weergave".
Weergave instellen
(INF, ALL, SCL)
U kunt in inforegel 3 J van het display diverse informatie over de actuele titel laten
weergeven:
Bestandsnaam
•
Naam van de map
•
Titelnaam
•
Naam interpret
•
Naam album
•
Om te kiezen tussen de weergavemogelijkheden,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "INF" 9, tot de gewenste
weergave in het display verschijnt.
Om alle beschikbare informatie eenmaal als
lichtkrant weer te laten geven,
drukt u op de sneltoets "ALL" ;.
쏅
Opmerkingen:
Wanneer de informatie bijvoorbeeld
•
te lang is om in zijn geheel te worden
weergegeven, dan kunt u met de sneltoets "SCL" : de informatie als lichtkrant laten weergeven.
Interpret en Albumnaam zijn onder-
•
deel van de MP3- ID3-tag versie 1 en
versie 2 en kunnen alleen worden
weergegeven wanneer deze met de
MP3-bestanden werden opgeslagen. Lees daarvoor ook de handlei-
240
MP3-/WMA-weergave
ding van uw PC-MP3-software resp.
schrijfsoftware.
Map kiezen
Om op- of neerwaarts naar een andere map
te gaan,
drukt u eenmaal of vaker op de toets
쏅
@.
of
Opmerkingen:
Alle mappen die geen MP3-bestan-
•
den bevatten worden overgeslagen
en niet weergegeven.
Het apparaat behandelt alle mappen
•
en submappen alsof deze op één niveau liggen. Door herhaaldelijk indrukken van toets
ook in alle submappen.
of @ komt u
Titels/bestanden kiezen
Om op- of neerwaarts naar een andere titel/
bestand in de actuele map te gaan,
drukt u eenmaal of vaker op de toets
쏅
of >.
Wanneer de toets eenmaal wordt ingedrukt
> wordt de actuele titel opnieuw opge-
start.
Mappen en titels im
MP3-browse-modus kiezen
In MP3-browse-modus worden de titels en
mappen van de MP3-CD zo weergegeven
als ze fysiek op de CD in mappen en submappen zijn opgeslagen. Daarom wordt in
de MP3-browse-modus een vierregelig display weergegeven. In dit display worden alle
titels en submappen van de actuele map als
lijst weergegeven. U kunt in deze lijst een
titel selecteren en weergeven of een submap selecteren en openen. Daarnaast kunt
u naar de bovenliggende map gaan, wanneer u zich op dit moment in een submap
bevindt.
De MP3-browse-modus kiezen en
verlaten
Om van het MP3-display in de MP3-browsemodus te komen,
drukt u op de toets NEXT 2.
쏅
Het "BROWSE"-menu met een lijst van de
submappen en titels van de actuele mappen wordt weergegeven. De actuele titel is
in de lijst weergegeven.
Om de MP3-browse-modus weer te verlaten,
drukt u op de toets NEXT 2.
쏅
Het MP3-display wordt weergegeven.
Opmerkingen:
Indien er op de CD ook MP3- of WMA-
•
afspeellijsten zijn opgeslagen, dan
komt u uit de MP3-browse-modus
door op de toets NEXT 2 te druk-
ken en in de afspeellijst-modus (zie
paragraaf "Afspeellijsten en titels in
MP3-afspeellijst-modus kiezen" in
dit hoofdstuk). Druk in dit geval nogmaals op de knop NEXT 2, om weer
in het MP3-display te komen.
De functies van het MP3-displays
•
(bijv. Mix en herhalen) zijn in de MP3browse-modus niet beschikbaar.
NEDERLANDS
241
MP3-/WMA-weergave
Een titel of een submap selecteren
Om in de lijst naar boven of naar beneden
naar de gewenste titel of submap te gaan,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoetsen ; of 9 of de toets
@.
of
Opmerking:
Wanneer de lijst meer dan 4 titels en
submappen bevat, dan wordt de lijst
automatisch naar onderen en boven
gebladerd wanneer u de lijst doorloopt.
Wanneer u het begin of einde van de
lijst heeft bereikt, dan worden de pijlen
van de sneltoetsen ; resp. 9 alleen
nog als omtrek weergegeven.
Om de gekozen titel af te spelen resp. de gekozen submap te openen,
쏅
drukt u op de sneltoets : of de toets OKB.
De weergave van de gekozen titel begint
resp. de inhoud van de gekozen submap
wordt weergegeven.
Naar de bovenliggende map gaan
Om van de actuele naar de bovenliggende
map te gaan,
쏅
drukt u op de toets
Opmerking:
Wordt na het drukken op de toets
geen volgende hogere map weergegeven, dan bevindt u zich op het hoogste
niveau van een CD.
>.
>
Afspeellijsten en titels in
MP3-afspeellijst-modus kiezen
Indien er op de MP3-CD afspeellijsten zijn
opgeslagen, dan kunt u deze afspeellijsten
in de afspeellijst-modus selecteren en afspelen. Daarvoor wordt in de Afspeellijstmodus een vierregelig display weergegeven. In dit Display worden alle afspeellijsten
als lijst weergegeven. U kunt in deze lijst een
afspeellijst selecteren en openen en vervolgens een titel uit de afspeellijst selecteren
en afspelen.
Opmerkingen:
Met dit apparaat kunnen afspeellijs-
•
ten in de formaten M3U, PLS, WPL,
ASX en RMP worden afgespeeld.
De afspeellijsten moeten op het hoog-
•
ste niveau (Root-map) van de CD zijn
opgeslagen.
De MP3-afspeellijstmodus kiezen en
verlaten
Om van het MP3-display in de MP3-afspeellijstmodus te komen,
drukt u tweemaal op de toets NEXT
쏅
2.
Het "BROWSE"-menu met een lijst van beschikbare afspeellijsten wordt weergegeven.
Om de MP3-afspeellijstmodus weer te verlaten,
drukt u op de toets NEXT 2.
쏅
Het MP3-display wordt weergegeven.
242
MP3-/WMA-weergave
Opmerkingen:
De functies van het MP3-displays
•
(bijv. Mix en (Repeat) herhalen) zijn
in de MP3-browse-modus niet beschikbaar.
•
De MP3-afspeellijstmodus is alleen
dan beschikbaar wanneer de MP3CD afspeellijsten bevat.
Een titel uit een afspeellijst selecteren
Om in de lijst naar boven of beneden naar
de gewenste afspeellijst te gaan,
쏅
drukt u eenmaal of meerdere malen op
de sneltoetsen ; of 9 of de toets
@.
of
Opmerking:
Wanneer de lijst meer dan 4 afspeellijsten bevat, dan wordt de lijst automatisch naar onderen en boven gebladerd
wanneer u de lijst doorloopt. Wanneer
u het begin of einde van de lijst heeft
bereikt, dan worden de pijlen van de
sneltoetsen ; resp. 9 alleen nog als
omtrek weergegeven.
Om de gewenste afspeellijst te openen,
쏅
drukt u op de sneltoets : of de toets
OK B.
Opmerking
Om de geopende afspeellijst weer te
verlaten, drukt u op de toets
De titels van de gekozen afspeellijst worden
als lijsten weergegeven. Om een titel uit te
kiezen,
쏅
drukt u eenmaal of meerdere malen op
de sneltoetsen ; of 9 of de toets
@.
of
>.
Om de gekozen titel af te spelen,
drukt u op de sneltoets : of de toets
쏅
OK B.
Opmerking
Het apparaat behandelt de afspeellijsten als mappen. Om een afspeellijst
volledig af te laten spelen, kiest u de
eerste titel van de afspeellijst en speelt
u deze af. Vervolgens worden alle andere titels van de afspeellijst automatisch
afgespeeld.
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar)
Voor een snelle zoekdoorloop achterwaarts
resp. voorwaarts,
houdt u de toets
쏅
tot de snelle zoekdoorloop achteruit
resp. vooruit begint.
of > ingedrukt,
Titels in willekeurige volgorde
weergeven (MIX)
Om de titels van de actuele map in willekeurige volgorde te laten weergeven,
drukt u eenmaal of meermaal op de
쏅
sneltoets "MIX" 6, tot "MIX DIR" in het
display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Mix Dir" continu
weergegeven.
Om de titels van alle mappen van de MP3datadrager in willekeurige volgorde te laten
weergeven,
drukt u eenmaal of meermaal op de
쏅
sneltoets "MIX" 6, tot "MIX ALL" in het
display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Mix All" continu
weergegeven.
NEDERLANDS
243
MP3-/WMA-weergave
MIX beëindigen
Om MIX te beëindigen,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "MIX" 6, tot "MIX OFF" in
het display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Mix Dir" resp. "Mix
All" niet langer weergegeven.
Titels kort weergeven ( Scan)
U kunt alle titels van de MP3-datadrager
kort laten weergeven.
Druk langer dan 2 seconden op de
쏅
toets OKB.
De eerstvolgende titel wordt kort weergegeven. "SCAN" en de actuele titelnaam
worden afwisselend op het display weergegeven.
Opmerking:
De duur van het fragment is instelbaar.
Lees voor de instelling van de duur van
het fragment het gedeelte "Duur van
het fragment instellen" in het hoofdstuk
"Radioweergave".
Scan beëindigen, titel verder
beluisteren
Druk kort op toets OK B.
쏅
De actueel weergegeven titel wordt verder
afgespeeld.
Afzonderlijke titels of hele
mappen herhaald afspelen (RPT)
Om de actuele titel herhaald af te spelen,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "RPT" 7, tot "REPEAT
TRACK" in het display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Rpt Trk" continu
weergegeven.
Om de hele map herhaald te laten afspelen,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "RPT" 7, tot "REPEAT
DIR" in het display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Rpt Dir" continu
weergegeven.
Repeat beëindigen
Om het herhalen van de actuele titel resp.
de actuele map te beëindigen,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "RPT" 7, tot "REPEAT
OFF" in het display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Rpt Trk" resp. "Rpt
Dir" niet langer weergegeven.
244
Weergave van CD-wisselaar
Weergave van CD-wisselaar
Opmerking:
Informatie over de behandeling van
CD's, het plaatsen van CD's en voor de
bediening van de CD-wisselaar vindt u
in de gebruiksaanwijzing van uw CDwisselaar.
Weergave van CD-wisselaar
starten
Druk net zo vaak op de toets SOURCE
쏅
4 totdat in het display "CDC" verschijnt.
Het CD-overzicht wordt weergegeven. De
weergave begint met de eerste CD die de
CD-wisselaar herkent.
Displayweergave instellen
Bij weergave van CD-wisselaar kunt u met
de toets NEXT 2 tussen het CD-overzicht
en het CD-wisselaar-display wisselen.
CD-overzicht
Het CD-overzicht wordt weergegeven, zodra u het weergave van CD-wisselaar start.
In het CD-overzicht worden alle beschikbare CD's in de CD-wisselaar weergegeven.
Met de sneltoetsen 6, 7, 8, : en ;
kunt u direct een CD selecteren. Elk van
deze sneltoetsen toont
of het CD-nummer (bij. "Disc 01", wan-
•
neer de CD zich op de 1e positie in het
magazijn bevindt)
of de naam van de CD (hoe u een naam
•
kunt invoeren voor een CD kunt u lezen
in de paragraaf "CD benoemen" in dit
hoofdstuk.)
of een lege plek, wanneer de betref-
•
fende positie in het CD-magazijn geen
CD bevat.
Wanneer er zich CD's in de posities 6 t/m
10 van het CD-magazijn bevinden, dan
worden deze op de tweede pagina van het
CD-overzicht weergegeven. Om tussen de
eerste en tweede pagina van het CD-overzicht om te schakelen,
쏅
drukt u op de sneltoets "Next" resp.
"Previous" 9.
CD-wisselaar-display
In het CD-wisselaar-display wordt informatie over de actuele CD en actuele titel weergegeven. Daarnaast staan in het CD-wisselaar-display andere functies, zoals bijv.
Repeat en Mix ter beschikking. Lees daarvoor ook het hoofdstuk "Het display in CD-,
CD-wisselaar- en MP3-weergave".
CD kiezen
Om op- of neerwaarts naar een andere CD
te gaan,
drukt u eenmaal of vaker op de toets
쏅
@.
of
Opmerking:
Vrije CD-vakken in de wisselaar en
CD-vakken met ongeldige CD's worden
hierbij overgeslagen.
Om direct naar een bepaalde CD over te
schakelen,
schakelt u eventueel met de toets NEXT
쏅
2 naar het CD-overzicht.
Druk op de sneltoets van de gewenste
쏅
CD.
245
NEDERLANDS
Weergave van CD-wisselaar
Titel kiezen
Om op- of neerwaarts naar een andere titel
van de actuele CD te gaan,
drukt u eenmaal of vaker op de toets
쏅
of >.
Snelle zoekdoorloop (hoorbaar)
Voor een snelle zoekdoorloop achterwaarts
resp. voorwaarts,
houd u
쏅
de snelle zoekdoorloop achterwaarts
resp. voorwaarts begint.
of > ingedrukt totdat
Afzonderlijke titels of hele CD's
herhaald afspelen (RPT)
Schakel eventueel met de toets NEXT
쏅
2 naar het CD-wisselaar-display.
Om de actuele titel te herhalen,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "RPT" 7, tot "REPEAT
TRACK" in het display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Rpt Trk" continu
weergegeven.
Om de actuele CD te herhalen,
drukt u een- of meermaals op de snel-
쏅
toets "RPT" 7, tot "REPEAT CD" in het
display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Rpt CD" continu
weergegeven.
Op inforegel 2 H wordt "Rpt Trk" resp. "Rpt
CD" niet langer weergegeven.
Titels in willekeurige volgorde
weergeven (MIX)
Schakel eventueel met de toets NEXT
쏅
2 naar het CD-wisselaar-display.
Om de titels van de actuele CD in willekeurige volgorde weer te geven,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
sneltoets "MIX" 6, totdat "MIX CD" in
het display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Mix CD" continu
weergegeven.
Om de titels van alle geplaatste CD's in willekeurige volgorde weer te geven,
drukt u eenmaal of meermaal op de
쏅
sneltoets "MIX" 6, tot "MIX ALL" in het
display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Mix All" continu
weergegeven.
MIX beëindigen
Druk eenmaal of meerdere malen op de
쏅
sneltoets "MIX" 6, tot "MIX OFF" in het
display verschijnt.
Op inforegel 2 H wordt "Mix CD" resp. "Mix
All" niet langer weergegeven.
Repeat beëindigen
Om het herhalen van de actuele CD te beeindigen,
drukt u eenmaal of meerdere malen op
쏅
de sneltoets "RPT" 7, tot "REPEAT
OFF" in het display verschijnt.
246
Weergave van CD-wisselaar
Alle titels van alle CD's kort
weergeven ( Scan)
Om alle titels van alle geplaatste CD's in oplopende volgorde kort weer te geven,
drukt u langer dan 2 seconden op de
쏅
toets OKB.
De eerstvolgende titel wordt kort weergegeven. "SCAN" en het actuele titelnummer
worden afwisselend op het display weergegeven.
Opmerking:
De duur van het fragment is instelbaar.
Lees voor de instelling van de duur van
het fragment het gedeelte "Duur van
het fragment instellen" in het hoofdstuk
"Radioweergave".
Scan beëindigen
Om de korte weergave te beëindigen,
drukt u kort op toets OK B.
쏅
De actueel afgespeelde titel wordt verder
afgespeeld.
CD benoemen (CDN)
U heeft de mogelijkheid om afzonderlijke
CD's in de CD-wisselaar voor een gemakkelijkere identifi cering benoemen. Daarnaast
kunt u de naam van een CD weer wijzigen of
wissen. Het apparaat kan namen voor maximaal 30 CD's opslaan.
CD benoemen of naam wijzigen
(Edit CD Name)
Schakel eventueel met de toets NEXT
쏅
2 naar het CD-wisselaar-display.
Druk op de sneltoets "CDN" ;.
쏅
Het menu voor de bewerking van CD-namen
wordt weergegeven.
Om de actuele CD te benoemen, of de naam
van de CD te veranderen,
drukt u op de sneltoets "Edit CD Name"
쏅
6.
De 7-positie tekstinvoer wordt weergegeven. De eerste positie is gemarkeerd.
Om tussen de invoerposities te wisselen,
drukt u op de toets
쏅
Om op een invoerpositie een teken te selecteren,
drukt u op de toets
쏅
Om de ingevoerde naam op te slaan en de
tekstinvoer te verlaten,
drukt u op de toets OK B.
쏅
CD-naam wissen
(Clear CD Name/ Clear All Names)
Schakel eventueel met de toets NEXT
쏅
2 naar het CD-wisselaar-display.
Druk op de sneltoets "CDN" ;.
쏅
Het menu voor de bewerking van CD-namen
wordt weergegeven.
Om de naam van de actuele CD te wissen,
drukt u langer dan 2 seconden op de
쏅
sneltoets "Clear CD Name" ;.
Om de namen van alle CD's te wissen,
drukt u langer dan 2 seconden op de
쏅
sneltoets "Clear All Names" :.
Het wissen van alle namen wordt kort door
het weergeven van "Clearing" bevestigd en
het menu wordt verlaten.
of >.
of @.
247
NEDERLANDS
Clock – Kloktijd
Clock – Kloktijd
Kloktijd instellen (Time Setting)
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Clock Settings"
쏅
;.
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Time Setting"
6.
Het menu "Time Set" met de actueel ingestelde tijd wordt weergegeven. De uren zijn
geaccentueerd.
Om tussen uren en minuten om te schakelen,
쏅
drukt u op de toets
Om de uren resp. minuten in te stellen,
drukt u op de toets
쏅
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Klokmodus 12/24-uurs
weergave kiezen (24 H Mode)
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Clock Settings"
쏅
;.
Het menu "Clock" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "24 H Mode" :,
om de 24-uurs modus te activeren of te
deactiveren:
: de tijd wordt in 24-uurs modus
•
weergegeven.
248
of >.
of @.
: de tijd wordt in 12-uurs modus
•
weergegeven.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Tijd bij uitgeschakeld apparaat
en een ingeschakeld contact
continu laten weergeven
(Off Clock)
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Clock Settings"
쏅
;.
Het menu "Clock" wordt weergegeven.
Om de kloktijd te laten weergeven wanneer
het apparaat is uitgeschakeld en het contact is ingeschakeld,
drukt u op de sneltoets "Off Clock" ::
쏅
: de tijd wordt weergegeven.
•
: de tijd wordt niet weergegeven.
•
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Opmerking:
U kunt de af fabriek gekozen achtergrond
van de tijdweergave vervangen door
een eigen achtergrond. Lees daarvoor
de paragraaf "Achtergrondafbeelding
van het display wijzigen" in hoofdstuk
"Display instellen".
Sound
Sound
U kunt de instellingen voor de klankkleur
(lage, midden- en hoge tonen) voor alle audiobronnen (radio, CD, CD-wisselaar, AUX,
verkeersinformatie en telefoon/navigatie)
apart instellen. De instellingen voor de volumeverdeling (Balance en Fader) en X-BASS
worden voor alle audiobronnen behalve
voor verkeersinformatie en telefoon/navigatie gemeenschappelijk uitgevoerd. Voor
verkeersinformatie en telefoon/navigatie
kunt u de volumeverdeling apart instellen.
Opmerking:
De instellingen voor de klankkleur voor
verkeersinformatie en telefoon/navigatie kunnen alleen tijdens een verkeersinformatie resp. een telefoongesprek/
een gesproken mededeling worden
uitgevoerd.
Dit apparaat beschikt over een 3-bands
equalizer. Deze equalizer maakt het u mogelijk, voor de lage tonen (Bass), hoge tonen (Treble) en middentonen (Middle) telkens een frequentie te kiezen en voor de
gekozen frequentie het niveau tussen -7 en
+7 in te stellen. Bovendien kunt u voor de
lage tonen en de middentonen een kwaliteitsfactor instellen.
De kwaliteitsfactor Q (Quality Factor) bepaalt de fi lterkwaliteit van de equalizer, dus
de fl anksteilheid en de fi lterbandbreedte
afhankelijk van de karakteristieke frequentie. Een lagere kwaliteitsfactor betekent
een geringe fl anksteilheid en een hoge fi lterbandbreedte; een hoge kwaliteitsfactor
betekent een hoge fl anksteilheid en een geringe fi lterbandbreedte.
De volgende tabel geeft een overzicht van
de instelmogelijkheden:
Lage
tonen
(Bass)
Niveau
(G)
Frequentie
(Freq)
Kwaliteitsfactor (Q)
Hoge
Midden-
tonen
(Treble)
XX X
XX X
X– X
tonen
(Middle)
Om te zorgen dat u het niveau van de lage
en hoge tonen eenvoudig en snel kunt instellen, vindt u deze instellingen "Bass" en
"Treble" direct in het menu "Audio":
Audio
BassTreble
NiveauXXG
FrequentieFreqFreqFreq
Kwaliteitsfactor
Q– Q
Voor de instelling van het niveau van de lage
en hoge tonen zie hoofdstuk "Niveau lage
tonen (Bass) instellen" en "Niveau hoge tonen (Treble) instellen".
Voor een volledig gebruik van de equalizerfuncties, kunt u de uitgebreide instellingen
in het submenu Enhanced Audio van het
Audio-menu uitvoeren. In de submenu's
"E-Bass", "E-Treble" en "Middle" kunt u
de instellingen "Freq" (Frequentie) en "Q"
(Kwaliteitsfactor, alleen voor lage tonen en
middentonen) alsmede "G" (Niveau, alleen
voor de middentonen) uitvoeren:
NEDERLANDS
249
Sound
Audio
BassTreble
NiveauXX G
FrequentieFreqFreqFreq
Kwaliteitsfactor
Q– Q
E-BassE-TrebleMiddle
Enhanced Audio
Audio
Lees voor de uitgebreide instellingen het
hoofdstuk "Uitgebreide basinstellingen
(Enhanced Bass) uitvoeren", "Uitgebreide
hoge tonen instellingen (Enhanced Treble)
uitvoeren" en "Middentooninstellingen
(Middle) uitvoeren".
Niveau lage tonen (Bass)
instellen
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Bass" ;.
Het actueel ingestelde lage tonen niveau
wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets
of >, om het niveau in te stellen
tussen -7 en +7.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
250
of @ of de toets
Niveau hoge tonen (Treble)
instellen
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Treble" 6.
쏅
Het actueel ingestelde hoge tonen niveau
wordt weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of @ of de toets
of >, om het niveau in te stellen
tussen -7 en +7.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Volumeverdeling links/rechts
(Balance) instellen
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Balance" 7.
쏅
De actuele balans wordt weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of >, om de volumeverdeling in te
stellen tussen -9 en +9.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
Sound
Volumeverdeling voor/achter
(Fader) instellen
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Fader" 8.
쏅
De actueel ingestelde volumeverdeling
voor/achter wordt weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of >, om de volumeverdeling in te
stellen tussen -9 en +9.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
U kunt een van de 4 hoge frequenties
(10 kHz, 12,5 kHz, 15 kHz, 17,5 kHz) kiezen.
Opmerking:
Voor de instelling van de hoge tonen
zie de paragraaf "Niveau hoge tonen
(Treble) instellen" in dit hoofdstuk.
NEDERLANDS
251
Sound
Hoge frequenties instellen
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Enhanced" 9.
쏅
Het menu "Enhanced Audio" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Enhanced Treble"
쏅
7.
De actuele instelling voor de hoge tonen
wordt weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of >, om de hoge tonen in te stel-
len.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
Middentooninstellingen (Middle)
uitvoeren
U kunt uit 4 middenfrequenties (500 Hz,
1000 Hz, 1500 kHz, 2500 Hz) er één uitkiezen en voor de gekozen frequentie het
niveau tussen -7 en +7 instellen. Daarnaast
kunt u één van de 4 kwaliteitsfactoren (0.5,
0.75, 1.0, 1.25) selecteren.
Middenfrequentie, niveau en
kwaliteitsfactor instellen
쏅
Druk op de toets MENU A.
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Enhanced" 9.
Het menu "Enhanced Audio" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Middle" ;.
De actuele Instellingen voor middenfrequentie, niveau en kwaliteitsfactor worden
weergegeven.
쏅
Druk op de toets
de instelmogelijkheden "Freq" (middenfrequentie), "G" (Niveau) en "Q"
(Kwaliteitsfactor) te schakelen.
Stel de middenfrequentie, het niveau
쏅
en de kwaliteitsfactor in met de toets
of @.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of >, om tussen
252
Voorversterkeruitgang
(Preamp-Out/Sub-Out)
U kunt via de voorversterkeraansluiting
(Preamp-Out) van de autoradio externe
versterkers aansluiten. Bovendien kunt
u op het geïntegreerde dynamische laagdoorlaatfi lter van het apparaat (niveau en
grensfrequentie zijn instelbaar) een versterker voor gebruik van een subwoofer
aansluiten.
Daarvoor moeten de versterkers worden
aangesloten zoals beschreven staat in de
gebruiksaanwijzing.
Sub-Out-Pegel en Sub-Outgrensfrequentie instellen
(Subout)
U kunt het Sub-Out-niveau in 8 stappen
(0 t/m +7) instellen. Daarnaast kunt u kiezen uit 3 grensfrequenties: 80 Hz, 120 Hz
en 160 Hz.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Enhanced" 9.
쏅
Het menu "Enhanced Audio" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Subout" :.
쏅
De actuele instellingen voor het Subout-niveau en de grensfrequentie worden weergegeven.
Voorversterkeruitgang
Druk op de toets of >, om de
쏅
grensfrequentie te kiezen.
Druk op de toets of @, om voor
쏅
de gekozen grensfrequentie de versterking in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
NEDERLANDS
253
X-Bass
X-Bass
Met X-Bass kunt u de lage tonen bij laag volume versterken.
De gekozen X-Bass instelling werkt voor alle
audiobronnen (radio, CD, CD-wisselaar of
AUX).
Voor X-Bass staan de basisfunctie X-Bassversterking of of de uitgebreide X-Bass instellingen (Enhanced X-Bass) ter beschikking. De basisfunctie maakt het mogelijk,
de X-Bass-versterking in te stellen. De uitgebreide X-Bass instellingen maken het bovendien mogelijk, een X-Bass-frequentie te
kiezen.
X-Bass-versterking (X-Bass)
instellen
De X-Bass-versterking kan in trappen van 0
tot 3 worden ingesteld.
"0" betekent dat de X-Bass-functie is uitgeschakeld.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "X-Bass" :.
De actueel ingestelde X-Bass-versterking
wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets
of >, om de X-Bass-versterking in
te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
U kunt voor de X-Bass een versterking tussen 0 (X-Bass functie uit) en 3 instellen.
Daarbij kunt u selecteren of de versterking op het totale X-Bass frequentiebereik
(instelling "Flat") of gericht op een van
de 3 X-Bass frequenties (50 Hz, 100 Hz,
200 Hz) moet werken.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Enhanced" 9.
Het menu "Enhanced Audio" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Enhanced
X-Bass" 8.
De actuele instellingen voor X-Bass frequentie en versterking worden weergegeven.
쏅
Druk op de toets
stelling "Flat" of een bepaalde X-Bass
frequentie te kiezen.
Druk op de toets
쏅
de instelling "Flat" resp. de geselecteerde X-Bass frequentie de versterking in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of >, om de in-
of @, om voor
Equalizer-voorinstellingen Display
Equalizer-voorinstellingen
(Presets)
Dit apparaat beschikt over een equalizer,
waarin de instellingen voor de muzieksoorten "POP", "ROCK" en "CLASSIC" al zijn geprogrammeerd.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Audio Settings"
쏅
6.
Het "Audio" menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Enhanced" 9.
쏅
Het menu "Enhanced Audio" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Presets" 9.
쏅
De Equalizer-voorinstellingen worden weergegeven.
Druk op de sneltoets "POP" 7, "ROCK"
쏅
8 of "CLASSIC" :, om de betreffende voorinstelling te kiezen, of kies
"P-EQ Off" 9, om geen voorinstelling
te activeren.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Display instellen
Displayhelderheid instellen
(Brightness)
Wanneer uw autoradio is aangesloten zoals
staat beschreven in de handleiding en uw
voertuig beschikt over de betreffende aansluiting, dan volgt de omschakeling van de
displayhelderheid voor dag en nacht tegelijk met het in- en uitschakelen van de voertuigverlichting. U kunt de displayhelderheid
afzonderlijk voor dag en nacht instellen in
stappen van 1 - 16.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Display Settings"
쏅
7.
Het menu "Display" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Brightness" 6.
쏅
De actuele instellingen van de displayhelderheid voor de nacht ("Night") en dag
("Day") worden weergegeven.
Druk op de toets
쏅
of "Day" te kiezen.
Druk op de toets
쏅
playhelderheid voor de nacht resp. dag
in te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of >, om "Night"
of @, om de dis-
NEDERLANDS
255
Display
Display-kijkhoek aanpassen
(Angle)
De hoek, waarmee u als bestuurder op
het display kijkt, is o.a. afhankelijk van de
inbouwpositie van het apparaat, uw zitpositie en lichaamslengte. U kunt het display contrast verhogen of reduceren, om het
display vanuit uw kijkhoek optimaal af te
kunnen lezen.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Display Settings"
7.
Het menu "Display" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Angle" 9.
De actuele instelling van het displaycontrast wordt weergegeven.
쏅
Druk op de toets
of >, om het displaycontrast in
te stellen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
of @ of de toets
Screen-saver in-/uitschakelen
(Screen Saver)
De screen-saver is een afbeelding die automatisch na ca. 16 seconden na de laatste
keer dat een toets is ingedrukt op het display wordt weergegeven. In het beeld wordt
ook de belangrijkste informatie van de actuele audiobron (bijv. naam resp. frequentie van de ingestelde radiozender bij radioweergave) weergegeven.
Door op een willekeurige toets te drukken
kunt u van de screen-saver terugkeren naar
de weergave van de actuele audiobron.
Opmerkingen:
De screen-saver wordt onderbroken
•
bijv. bij een verkeersbericht of inkomend telefoongesprek.
Zolang u zich in een menu bevindt,
•
wordt de screen-saver niet weergegeven.
Wanneer het apparaat zich in de de-
•
momodus bevindt, dan wordt de
screen-saver niet weergegeven.
U kunt de af fabriek gekozen af-
•
beelding van de screen-saver vervangen door een eigen achtergrond. Lees daarvoor de paragraaf
"Achtergrondafbeelding van het display wijzigen" in dit hoofdstuk.
Om de screen-saver in- resp. uit te schakelen,
drukt u op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Display Settings"
쏅
7.
Het menu "Display" wordt weergegeven.
256
Druk op de sneltoets "Screen Saver"
쏅
6:
: de screen-saver is ingeschakeld.
•
: de screen-saver is uitgeschakeld.
•
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Achtergrondafbeelding van het
display wijzigen
U kunt de volgende af fabriek gekozen achtergrondafbeelding van het display door eigen afbeeldingen vervangen:
Het achtergrondbeeld dat verschijnt
•
wanneer "AUX" als audiobron is gekozen.
De achtergrondafbeelding die ver-
•
schijnt wanneer bij uitgeschakelde radio en ingeschakeld voertuigcontact de
tijd wordt weergegeven (lees daarvoor
de paragraaf "Tijd bij uitgeschakeld
apparaat en een ingeschakeld contact
continu laten weergeven" in hoofdstuk
"Clock – Kloktijd").
De afbeelding van de screen-saver (lees
•
daarvoor de paragraaf "Screen-saver
in-/uitschakelen" in dit hoofdstuk.).
Om te waarborgen dat uw beelden kunnen
worden weergegeven, moeten deze in het
formaat BMP worden opgeslagen. Om te
zorgen dat de beelden goed worden weergegeven, moeten deze in het ideale geval
een grootte van 270 x 96 pixels hebben.
De afbeeldingen moeten als bestand op CD
aanwezig zijn en deze CD moet zich in de
speler van het apparaat bevinden.
Display
쏅
Druk op de toets MENU A.
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Display Settings"
7.
Het menu "Display" wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "CD-Browser"
8.
De CD-Browser verschijnt en de mappen en
bestanden van de CD worden als lijst weergegeven.
Opmerking:
Wanneer zich het apparaat bij de start
van de CD-Browser in CD- of MP3/
WMA-weergave, dan schakelt deze
automatisch om naar radioweergave
omdat de CD-browser de ingelegde CD
doorzoekt op afbeeldingsbestanden en
tegelijkertijd geen muziekbestanden
afgespeeld kunnen worden.
Om in de lijst naar boven of naar beneden
naar het gewenste afbeeldingsbestand of
submap te gaan,
쏅
drukt u eenmaal of meerdere malen op
de sneltoetsen ; of 9 of de toets
@.
of
Opmerking:
Wanneer de lijst meer dan 4 bestanden
en submappen bevat, dan wordt de lijst
automatisch naar onderen en boven gebladerd wanneer u de lijst doorloopt.
Wanneer u het begin of einde van de
lijst heeft bereikt, dan worden de pijlen
van de sneltoetsen ; of 9 alleen nog
als omtrek weergegeven.
NEDERLANDS
257
Display
Om het gemarkeerde afbeeldingsbestand
te selecteren resp. de gemarkeerde submap te openen,
drukt u op de sneltoets : of de toets
쏅
OKB.
Om van de actuele naar de bovenliggende
map te gaan,
drukt u op de toets
쏅
>.
Heeft u een beeldbestand geselecteerd,
dan wordt het menu "Picture Download"
weergegeven.
Om met het geselecteerde afbeeldingsbestand de achtergrondafbeelding van de
tijdweergave te vervangen,
drukt u op de sneltoets "Clock" 6.
쏅
Om met het geselecteerde afbeeldingsbestand de achtergrondafbeelding van de audiobron "Aux" te vervangen,
drukt u op de sneltoets "Aux" 7.
쏅
Om met het geselecteerde afbeeldingsbestand de achtergrondafbeelding van de
screen-saver te vervangen,
druk dan op de sneltoets "Screen
쏅
Saver" ;.
De download begint en het verloop ervan wordt weergegeven. Na afl oop van de
download of bij een download-fout komt u
terug in de CD-Browser. Bij een succesvolle
download wordt de standaard achtergrond
direct door het gekozen afbeeldingsbestand vervangen.
Wanneer het instellen voltooid is,
druk dan net zo vaak op de toets OK B
쏅
totdat u het gewenste menuniveau voor
verdere instellingen heeft bereikt of het
menu volledig verlaat.
Opmerking:
U vervangt uw eigen achtergrondafbeeldingen weer door de standaard
afbeeldingen wanneer u de fabrieksinstellingen van het apparaat weer
hersteld. Lees hiervoor het hoofdstuk
"Fabrieksinstellingen herstellen (Norm
Set)".
258
Externe audiobronnen
Externe audiobronnen
Externe audiobronnen
aansluiten
Externe audiobronnen zoals bijv. draagbare
CD-spelers, MiniDisc-spelers of MP3-spelers kunnen op 2 manieren op het apparaat
worden aangesloten:
Via de AUX-ingang op de achterzijde
1.
(wanneer er geen CD-wisselaar op het
apparaat is aangesloten).
Opmerkingen:
Voor het aansluiten van een externe
•
audiobron via de AUX-ingang op de
achterzijde heeft u een adapterkabel nodig. Deze kabel (Blaupunkt-nr.
7 607 897 093) is verkrijgbaar bij uw
Blaupunkt-vakhandel.
•
Zodra de AUX-ingang aan de achterzijde is ingeschakeld, kan deze met
de toets SOURCE 4 worden geselecteerd (Lees voor het inschakelen
van de AUX-ingang a.u.b. de volgende
paragraaf.). In het display verschijnt
dan "AUXILIARY 1".
2. Via de front-AUX-IN-bus.
GEVAAR!
Verhoogd letselgevaar door
stekker.
In geval van een ongeluk kan de uitstekende
stekker in de front-AUX-IN-bus letsel veroorzaken. Het gebruik van rechte stekkers
of adapters kan een verhoogd risico op letsel tot gevolg hebben.
Daarom verdient gebruik van haakse stekkers aanbeveling, bijv. de Blaupunkt toebehorenkabel (7 607 001 535).
Opmerking:
Zodra de Front-AUX-IN-bus in de instellingen is ingeschakeld en een externe
audiobron is aangesloten, dan kan
deze met de toets SOURCE 4 worden
gekozen (lees voor het inschakelen van
de Front-AUX-IN-bus a.u.b. de volgende paragraaf.). In het display verschijnt
dan "AUXILIARY 2".
AUX-ingang aan de achterkant
en Front-AUX-IN-bus inschakelen
(Auxiliary)
Om er voor te zorgen dat externe audiobronnen via de AUX-ingang aan de achterzijde
en de Front-AUX-IN-bus kunnen worden
weergegeven, moeten deze in de instellingen worden ingeschakeld.
쏅
Druk op de toets MENU A.
Het menu wordt weergegeven.
쏅
Druk op de sneltoets "Aux Settings"
:.
Het "Aux" menu wordt weergegeven.
Om de AUX-ingang aan de achterzijde in-
resp. uit te schakelen,
쏅
drukt u op de sneltoets "Auxiliary 1"
;.
•
: de AUX-ingang is ingeschakeld.
: de AUX-ingang aan de achterzij-
•
de is uitgeschakeld.
NEDERLANDS
259
Externe audiobronnen
Om de front-AUX-IN-bus in- resp. uit te
schakelen,
drukt u op de sneltoets "Auxiliary 2"
쏅
6.
: de AUX-ingang is ingeschakeld.
•
: de AUX-ingang aan de achterzij-
•
de is uitgeschakeld.
Opmerking:
U kunt de af fabriek ingestelde achtergrondafbeelding, welke in het display
voor de audiobron AUX wordt weergegeven, door een eigen afbeelding vervangen. Lees daarvoor de paragraaf
"Achtergrondafbeelding van het display wijzigen" in hoofdstuk "Display
instellen".
Externe audiobronnen
benoemen (Edit Auxiliary)
U kunt de AUX-ingang aan de achterzijde
en de Front-AUX-IN-bus benoemen. Een externe audiobron, welke via de AUX-ingang
aan de achterzijde of de Front-AUX-IN-bus
is aangesloten, verschijnt dan onder de gewenste naam in het display.
Om de Front-AUX-IN-bus te benoemen,
drukt u op de sneltoets "Edit Auxilary
쏅
2" 7.
De 16-positie tekstinvoer wordt weergegeven. De eerste positie is gemarkeerd.
Om tussen de invoerposities te wisselen,
drukt u op de toets
쏅
Om op een invoerpositie een teken te selecteren,
쏅
drukt u op de toets
Om de ingevoerde naam op te slaan en de
tekstinvoer te verlaten,
drukt u op de toets OK B.
쏅
of >.
of @.
Druk op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Aux Settings"
쏅
:.
Het "Aux" menu wordt weergegeven.
Om de AUX-ingang aan de achterzijde te be-
noemen,
drukt u op de sneltoets "Edit Auxilary 1"
쏅
:.
260
Fabrieksinstellingen
Fabrieksinstellingen
herstellen ( Norm Set)
U heeft de mogelijkheid, de oorspronkelijke fabrieksinstellingen van het apparaat
te herstellen.
Opmerking:
Wanneer u de oorspronkelijke fabrieksinstellingen van het apparaat hersteld,
gaan uw persoonlijke instellingen, zoals
bijvoorbeeld de displayhelderheid, het
volume en de klankkleurinstellingen,
de namen van externe audiobronnen
en de begroetingstekst verloren.
Om de fabrieksinstellingen te herstellen,
drukt u op de toets MENU A.
쏅
Het menu wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Various Settings"
쏅
9.
Het menu "Various" wordt weergegeven.
Druk op de sneltoets "Norm Set" ;.
쏅
Bevestig dat u de fabrieksinstellingen
쏅
daadwerkelijk wilt herstellen, door de
sneltoets ; opnieuw gedurende langer dan 2 seconden ingedrukt te houden. Anders drukt u op de toets OK B, om naar het menu "Various" terug
te keren.
Bij het herstellen van de fabrieksinstellingen
wordt "NORMSET ON" kort in het display
weergegeven. Vervolgens schakelt het apparaat uit en direct weer in. Alle Instellingen
zijn naar de fabrieksinstellingen gereset.
Uitgangsvermogen conform DIN 45324: 4 x 26 W sinus
max. vermogen:4 x 45 W
Voorversterker uitgang (Preamp Out):
4 kanalen:3 V
Ingangsgevoeligheid
AUX-ingang aan achterzijde:2 V / 6 kΩ
Front-AUX-IN-bus:500 mV / 6 kΩ
Tel-/Navi-ingang:10 V / 1 kΩ
Tuner
Golfgebied FM (UKW):87,5 – 108 MHz
Golfgebied MW:531 – 1 602 kHz
Golfgebied LW:153 – 279 kHz
Frequentiebereik FM:35 – 16 000 Hz
CD-speler
Frequentiebereik:20 – 20 000 Hz
Technische wijzigingen voorbehouden
262
Woordenlijst
Woordenlijst
AF – alternatieve frequentie
De reikwijdte van FM-zenders is beperkt.
Daarom worden FM-radioprogramma's
over verschillende frequenties verdeeld.
De RDS-dienst AF maakt deze frequenties kenbaar aan de tuner. Wanneer de ontvangst slecht wordt, omdat het voertuig het
ontvangstbereik van een frequentie verlaat,
dan kan de tuner automatisch overgaan
naar de best te ontvangen frequentie.
Browser, browse-modus
Een speciaal display dat het u mogelijk
maakt door de mapstructuur van een datadrager te bladeren en bestanden (bijvoorbeeld muziektitels, afspeellijsten, achtergrondafbeeldingen) te selecteren.
EON – Enhanced Other Network
In geval van verkeersbericht wordt door
een zender zonder verkeersinformatie naar
een verkeersinformatiezender van dezelfde zenderketen omgeschakeld. Na het verkeersbericht wordt het eerder beluisterde
programma weer ingeschakeld.
Kwaliteitsfactor Q
Bepaalt de fi lterkwaliteit van de equalizer,
dus de fl anksteilheid en fi lterbandbreedte,
afhankelijk van de kenfrequentie.
ID3-tags
ID3-tags bevatten extra informatie over
MP3-bestanden (bijv. artiest, titel, album,
genre, jaar).
MP3, WMA
MP3 en WMA zijn audio-dataformaten, die
een hoge compressie bij gering kwaliteitsverlies mogelijk maken.
Playlist
Weergavelijst voor MP3- of WMA-bestanden. In afspeellijsten wordt de volgorde bepaald, waarin bepaalde titels worden afgespeeld. Deze worden met een MP3-manager, zoals bijv. WinAmp of Windows Media
Player, aangemaakt.
PTY – programmatype
Het apparaat zoekt doelgericht naar zenders met vooraf gekozen programma-inhoud
(bijv. nieuws, rock, pomp, sport, e.d.).
Radiotekst
Tekstberichten die door een RDS-zender
naast de muziek en spraak worden uitgezonden.
RDS – Radio Data System
RDS is een service van de radiobedrijven.
Naast de standaard muziek- en gesproken
bijdragen wordt extra informatie in de vorm
van een versleuteld digitaal signaal verzonden, die door het apparaat kan worden verwerkt (bijv. de zendernaam). De RDS-diensten worden niet door alle radiobedrijven
ondersteund.
REG – Regionaal
Sommige radiozenders verdelen hun programma op bepaalde tijden in regionale programma's met verschillende inhoud.
Met de RDS-functie Regionaal schakelt de
tuner alleen naar alternatieve frequenties
van de gekozen zender welke hetzelfde regionale programma uitzenden.
NEDERLANDS
263
Woordenlijst
Root-map
Hoofdmap van een datadrager. In de Rootmap bevinden zich alle andere mappen.
Shape-CD's
Een shape-CD is een CD waarvan de vorm
niet de gangbare cirkelvorm is. Deze kan
hoekig zijn of een andere vorm. Door de
niet ronde vorm kan het apparaat de CD
in de speler niet goed centreren en lezen.
Daardoor raakt de CD-speler beschadigd.
Zenderketen
Een zenderketen is het aanbod van meerdere zenders met verschillende programma's
van een omroeporganisatie.
Subwoofer, Subout
Afzonderlijke subwoofer-luidspreker. Het
apparaat heeft een subout-voorversterkeruitgang. Hier kunt u een actieve subwoofer
aansluiten of een separate eindversterker
met subwoofer.
TA – Traffi c Announcement
De autoradio geeft verkeersberichten in
een vooringesteld volume door, ook wanneer u naar een andere audiobron (bijv. CD,
AUX) luistert of wanneer de radio is onderdrukt.
Travelstore
Automatisch zoeken en opslaan van de zes
best te ontvangen radiozenders in de regio.
Tuner
Ontvangstdeel van de radio.
X-BA SS
X-Bass betekent de versterking van de lage
tonen bij een gering volume. Daardoor klinkt
het geluid ook bij laag volume voller.
264
Trefwoordenregister
Trefwoordenregister
Opmerking:
In het trefwoordenregister vindt u ook menu-opties en de verschillende betekenissen
van de sneltoetsen. Deze worden in hoofdletters weergegeven.
Bitte den ausgefüllten Gerätepass sicher aufbewahren!
Please keep the fi lled-in radio pass in a safe place!
Prière de conserver soigneusement la carte d’autoradio remplie !
Tenete per favore il libretto di apparecchio, debitamente riempito, in un
posto sicuro!
Bewaar de ingevulde apparaatpas op een veilige plaats!
Vänligen förvara ifyllt apparatpass på säker plats!