Welkom bij MiraScan 5.0.7
Controleer de volgende punten voordat u aan de slag gaat:7
Een origineel op scannen voorbereiden8
MiraScan 5.0 openen9
Naar bestand scannen10
Naar e-mail scannen11
Naar printer scannen13
Naar fax scannen14
Een foto scannen8
Een foto uit een boek of tijdschrift scannen8
Naar OCR scannen16
Naar PDA scannen19
Naar web scannen21
Naar toepassingen scannen23
Scannen naar achtergrondafbeelding24
MiraScan 5.0 sluiten25
Overige bewerkingen26
2
2
Overzicht27
Inleiding op MiraScan 5.027
Wat is er nieuw in MiraScan 5.0?27
De algemene opbouw van MiraScan 5.029
De gebruikersinterfaces van MiraScan 5.030
De Knop-modus30
De Console-modus33
Controlevenster34
Voorbeeldvenster36
Het venster Taaklijst39
Snel aan de slag41
Een scan maken in Knop-modus41
Een scan maken in Console-modus45
Een scan maken in TWAIN-modus46
Meer over MiraScan 5.047
De Knop-modus47
Functieknoppen48
Knoppen voor de scancategorieën49
De categorie Office-assistent (OA)49
Naar bestand scannen49
Naar fax scannen49
Naar e-mail scannen50
Naar printer scannen50
3
3
De Categorie Documenten50
De Categorie Web en extern51
Naar ClubPhoto/iMira scannen51
Naar PDA scannen51
Naar webbrowser/editor scannen51
De categorie Grafische toepassingen52
De categorie Achtergrondafbeeldingen52
Enkele muis- en cursorbewerkingen52
Instellingen voor de Knop-modus opgeven54
Het tabblad Algemeen54
Het tabblad Office-assistent55
Het tabblad Documenten58
Het tabblad Grafische toepassingen59
Het tabblad Web en extern60
Het tabblad Achtergrondafbeeldingen63
Het tabblad Druktoetsinstellingen (wordt alleen getoond
als de scanner is uitgerust met druktoetsen)64
De on line Help openen65
De Console-modus66
Het Controlevenster67
De macro voor scaninstellingen69
Macro’s voor ondoorzichtig materiaal69
Macro’s voor doorzichtig materiaal70
Macro voor negatieve film70
Geavanceerde instellingen in de Console-modus71
Het tabblad Macro71
Het tabblad Advanced (Geavanceerd)73
4
4
Het voorbeeldvenster75
De werking van de liniaal76
Kadergereedschappen76
Het venster Beeldaanpassing79
De modus Color Wizard (Kleurenwizard)80
Het tabblad Dichtheid81
Het tabblad Belichting82
Het tabblad Contrast83
Het tabblad Scherpte84
Het tabblad Intensiteit85
Het tabblad Film Wizard (Filmwizard)86
De modus Color Matching (Kleuraanpassing)87
De modus Standard (Standaard)90
Het tabblad Weergave91
Het tabblad Helderheid en contrast93
Het tabblad Tint en intensiteit94
Het tabblad Kleurbalans96
Het tabblad Kromme98
Het tabblad Niveau101
Het tabblad Drempelwaarde104
Het venster Taaklijst106
De TWAIN-modus111
Sneltoetsen111
5
5
Problemen en oplossingen112
Problemen met het installeren en verwijderen van
MiraScan 5.0112
Installatieproblemen112
Problemen met het verwijderen van MiraScan 5.0114
Problemen met het starten van MiraScan 5.0115
Gebruiksproblemen117
Extra tips om de afbeeldingskwaliteit te verbeteren120
Service-informatie122
Technische ondersteuning122
Inpakinstructies122
Appendix123
Copyright123
Aansprakelijkheid123
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR HET
GEBRUIK VAN DE SCANNER123
FCC-INFORMATIE125
6
6
Welkom bij MiraScan 5.0.
In het gedeelte “Een origineel op scannen voorbereiden” vindt u stapsgewijze
instructies om uw eerste scan te maken. U hoeft vrijwel niets van scanners en digitale
beeldverwerking te weten. U hoeft alleen maar de stapsgewijze instructies in dit
gedeelte te volgen om afbeeldingen te scannen en in bestanden op te slaan, ze met
faxsoftware of per e-mail te versturen, ze op een webpagina te plaatsen, enzovoort.
Controleer de volgende punten voordat u aan de slag gaat:
• Controleer of de scanner juist geïnstalleerd en op uw computer aangesloten is.
Raadpleeg voor meer informatie de bijgeleverde installatieposter.
• Zorg dat de juiste softwareprogramma’s zijn geïnstalleerd als u de functies “Naar fax
scannen”, “Naar e-mail scannen”, “Naar OCR scannen” en “Naar PDA scannen” wilt
gebruiken.
• Controleer of de printer juist is geïnstalleerd en aan staat voordat u de functie “Naar
printer scannen” gebruikt.
Klik op de knop om naar de volgende pagina te gaan, en op de knop
om naar de vorige pagina te gaan.
Klik op de knop om naar de inhoudsopgave te gaan.
7
7
Een origineel op scannen voorbereiden
Een foto scannen
Plaats de foto op de glasplaat van de scanner.
Zorg dat de foto tegen de rand van de scanner
ligt met de te scannen zijde omlaag. Plaats de
foto zodanig dat deze in de juiste richting wordt
gescand.
Sluit het scannerdeksel.
Een foto uit een boek of tijdschrift scannen
Open het boek op de juiste pagina en plaats het
op de scanner met de foto tegen de glasplaat.
Plaats het boek zodanig dat de foto in de juiste
richting wordt gescand.
Sluit het scannerdeksel.
8
8
MiraScan 5.0 openen
Dubbelklik op het bureaublad op het pictogram MiraScan om
MiraScan 5.0 te openen.
Via het geopende scherm kunt u de functies “Scannen naar” gebruiken. Klik op een
knop links op deze pagina om naar een hoofdstukje met uitleg over de betreffende
functie te gaan.
9
9
Snelindex
Bestand
E-mail
Printer
Naar bestand scannen
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Fax
OCR
PDA
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
Klik op deze knop
De scanner scant het origineel. Na afloop wordt het bestand met de
gescande afbeelding opgeslagen in de map “Mijn documenten”
(Windows 98/Me/NT) of “Persoonlijk” (Windows 2000).
10
10
Snelindex
Bestand
E-mail
Printer
Naar e-mail scannen
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Klik op de driehoek
Fax
OCR
PDA
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
op deze knop.
Er wordt links van de knop een knoppenbalk weergegeven. Klik in de
knoppenbalk op de knop .
Klik op deze knop
11
11
Snelindex
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
MiraScan 5.0 scant het origineel en voegt het bestand met de gescande
afbeelding als bijlage toe aan een nieuwe e-mailbericht.
PDA
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
12
12
Snelindex
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
Naar printer scannen
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Klik op de driehoek
op deze knop.
PDA
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
Er wordt links van de knop een knoppenbalk weergegeven. Klik in de
knoppenbalk op de knop.
Klik op deze knop
MiraScan 5.0 scant het origineel en drukt de gescande afbeelding
vervolgens op uw printer af.
13
13
Snelindex
Bestand
E-mail
Naar fax scannen
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Printer
Fax
OCR
PDA
Web
Toepassingen
Klik op de driehoek
op deze knop.
Er wordt links van de knop een knoppenbalk weergegeven. Klik in de
knoppenbalk op de knop.
Klik op deze knop
MiraScan 5.0 scant het origineel en stuurt de gescande afbeelding
Achtergrondafbeelding
vervolgens door naar de compatibele faxsoftware die op uw computer is
geïnstalleerd.
14
14
Snelindex
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
De wizard Fax versturen (als u WinFax gebruikt) wordt geopend. Volg de
instructies om de gescande afbeelding per fax te versturen.
PDA
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
15
15
Snelindex
Bestand
Naar OCR scannen
De functie “Naar OCR scannen” dient om documenten te scannen en het
gescande documentbeeld vervolgens in een bewerkbaar tekstbestand om
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
Web
te zetten. Dit werkt tijdbesparend, omdat u de tekst niet meer hoeft over
te typen.
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Klik op deze knop
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
16
16
Snelindex
MiraScan 5.0 scant de afbeelding. Het dialoogvenster “Opslaan als” wordt
geopend. Geef een naam en locatie op voor het uitgevoerde tekstbestand
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
en klik op “Opslaan”.
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
17
17
Snelindex
De OCR-software (in het voorbeeld hieronder is dat FineReader 4.0 Sprint)
analyseert de gescande afbeelding en slaat het resultaat op in het bij stap
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
2 opgegeven bestand.
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
18
18
Snelindex
Naar PDA scannen
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
Deze functie dient om foto’s naar Palm-compatibele PDA’s (Personal
Digital Assistant) te scannen.
Controleer de volgende punten voordat u aan de slag gaat:
• U hebt de bij de PDA bijgeleverde hulpprogramma’s (bv. Palm Desktop)
op uw computer geïnstalleerd.
• U hebt de “Album ToGo”-software geïnstalleerd. (U vindt deze op de
cd-rom met scannersoftware in de map “AlbumToGo”.)
• U hebt de PDA in de houder geplaatst en juist op de computer
aangesloten.
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
Klik op de driehoek
op deze knop.
19
19
Snelindex
Bestand
Er wordt links van de knop een knoppenbalk weergegeven. Klik in de
knoppenbalk op de knop .
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
Web
Klik op deze knop
MiraScan 5.0 scant het origineel. Druk na afloop op de Sync-knop van de
PDA-houder om de gescande afbeelding naar de PDA over te dragen.
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
20
20
Snelindex
Bestand
E-mail
Printer
Fax
Naar web scannen
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Klik op de driehoek
OCR
PDA
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
op deze knop.
Er wordt links van de knop een knoppenbalk weergegeven. Klik in de
knoppenbalk op de knop .
Klik op deze knop
21
21
Snelindex
Bestand
MiraScan 5.0 scant het origineel. Na afloop wordt het volgende
dialoogvenster geopend.
Geef uw
e-mailadres op
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
Web
Geef uw eigen
wachtwoord op
U moet u vervolgens aanmelden bij de website waarop u uw foto’s deelt,
en uw eigen albumpagina maken. Breng een verbinding met het internet
tot stand. Geef in het dialoogvenster uw e-mailadres en wachtwoord op.
Klik vervolgens op “OK”.
Het onderstaande dialoogvenster wordt geopend en toont de voortgang
van de uploadprocedure. Na afloop van de uploadprocedure wordt uw
internetbrowser geopend (bv. Microsoft Explorer) en de gescande
afbeelding op uw eigen albumpagina weergegeven. Klik in uw browser op
de knop “Vernieuwen” als u de afbeelding niet ziet.
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
22
22
Snelindex
Naar toepassingen scannen
Bestand
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
Deze functie dient om afbeeldingen te scannen en vervolgens over te
dragen naar door u geïnstalleerde toepassingen die met MiraScan 5.0
compatibel zijn.
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Klik op de driehoek
op deze knop.
Web
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
Er verschijnt een knoppenbalk met de pictogrammen van diverse
toepassingen.
Klik in de knoppenbalk op een pictogram. MiraScan 5.0 scant het origineel
en draagt de gescande afbeelding vervolgens over naar de gewenste
toepassing.
23
23
Snelindex
Bestand
Scannen naar achtergrondafbeelding
Deze functie dient om een afbeelding te scannen en vervolgens uw
huidige Windows achtergrondafbeelding door de gescande afbeelding te
E-mail
Printer
Fax
OCR
PDA
Web
vervangen.
Klik op de hieronder aangegeven knop.
Klik op deze knop
Toepassingen
Achtergrondafbeelding
MiraScan 5.0 scant het origineel en vervangt vervolgens uw huidige
achtergrondafbeelding door de gescande afbeelding.
24
24
MiraScan 5.0 sluiten
Om MiraScan 5.0 te sluiten, klikt u op de knop .
Klik op deze knop
25
25
Overige bewerkingen
Klik op deze knop om de on line Help te openen
Klik op deze knop om MiraScan 5.0 te minimaliseren
Klik op deze knop om naar de geavanceerde
instelopties te gaan
Klik op deze knop om over te schakelen naar de
Console-modus
Klik op deze knop om alle knoppenbalken te verbergen
Klik op deze knop om alle knoppenbalken weer te geven
26
26
Overzicht
Inleiding op MiraScan 5.0
MiraScan 5.0 is een geavanceerde, volledig nieuw opgezette toepassing met een handige interface en
gebruiksvriendelijke functies. MiraScan 5.0 is daarmee een uiterst innovatief product.
Wat is er nieuw in MiraScan 5.0?
Versie 5.0 biedt de volgende geavanceerde functies om de software optimaal aan uw wensen aan te
passen:
Knop-modus --- Zowel nieuwe als ervaren gebruikers van MiraScan 5.0 zullen zo snel mogelijk willen
profiteren van de talrijke voordelen die deze modus te bieden heeft. De interface is gebruiksvriendelijk
en oogt fraai. In de Knop-modus zorgen de eenvoudig herkenbare knoppen voor een optimaal gebruiksgemak van MiraScan 5.0. U kunt daardoor snel de juiste knop voor een bepaalde ondergeschikte taak
vinden en begrijpt beter wat het verband is tussen de bewerkingen die MiraScan 5.0 ondersteunt.
Er is geen enkele kennis vereist van scannen of afbeeldingsindelingen. MiraScan 5.0 zorgt ervoor dat u
met één muisklik naar verschillende bestemmingen kunt scannen. We hebben alle bewerkingen ruwweg
in vijf categorieën ingedeeld. Deze categorieën zijn: Scannen naar Office-assistent (OA), Scannen naar
document, Scannen naar web en extern, Scannen naar grafische toepassing en Scannen naar achtergrondafbeelding. Als u op een categorie klikt, worden er verdere keuzemogelijkheden getoond. Binnen
elke categorie zijn enkele standaardtoepassingen voorzien. U kunt met slepen en neerzetten of via het
instellingenvenster een nieuwe toepassing toevoegen. Om de toepassingen intuïtiever te maken, worden
alle verzoeken in een berichtvenster getoond. U kunt bovendien vrijwel alle instellingen en macro’s
wijzigen op de insteltabbladen. Alles wat u hoeft te doen, is op een knop klikken. Eenvoudiger kan het
niet!
Console-modus --- Schakel over naar de Console-modus als de Knop-modus u niet bevalt of als u meer
geavanceerde bewerkingen wilt uitvoeren. In deze modus hebt u een volledige en efficiënte controle
over alle bewerkingen. U kunt bewerkingen naar eigen inzicht uitvoeren in een apart venster of wisselen
tussen deelvensters en andere vereiste vensters. In de Console-modus kunt u uw geavanceerde kennis
27
27
volledig benutten. We hebben gezorgd voor gebruiksvriendelijke instellingen, parameters, macro’s en
bewerkingen. Zoals in andere veelgebruikte beeldverwerkingstoepassingen het geval is, wordt het
gebruiksgemak verhoogd met verplaatsbare en aanpasbare deelvensters. De indrukwekkend veelzijdige
functies van deze toepassing staan borg voor een professionele output. U hoeft echter niet bang te zijn
dat u niet over de gewenste ervaring beschikt. De toepassing biedt voldoende steun om u snel tot een
expert te laten uitgroeien.
Wisselen tussen Knop-modus en Console-modus --- Zodra u met beide modi vertrouwd bent, zult u
al naar gelang de vereiste output regelmatig van de ene naar de andere modus willen overschakelen. Dat
is eenvoudig mogelijk. Het systeem slaat de laatst gebruikte instellingen van de Console-modus op.
Scantaken-venster --- In het nieuwe venster Scantaken kunt u de volgorde van scantaken opgeven. De
Taaklijst bevat een overzicht van uw werkprogramma. Alle informatie over browsen, scannen, variabelen,
werking, enz. is in dit venster te vinden. U kunt de eigenschappen van diverse onderdelen wijzigen en
optimaal aan uw voorkeuren aanpassen.
TWAIN-modus --- Naast de twee bedieningsmodi wordt de TWAIN-modus in de toepassing gebruikt als
afbeeldingsinvoerbron. Hoewel de prestaties van deze modus vergelijkbaar zijn met die van de Consolemodus, is het even eenvoudig als in de Console-modus gescand materiaal vooraf weer te geven en de
eigenschappen ervan aan te passen. Na aanpassing wordt de gescande afbeelding automatisch voor
verdere bewerking naar de gewenste toepassing doorgestuurd. U bent zo optimaal op alles voorbereid.
28
28
De algemene opbouw van MiraScan 5.0
Raadpleeg de onderstaande afbeelding om de algemene structuur en gebruiksmodi van MiraScan 5.0
beter te begrijpen.
De Knop-modus
MiraScan 5.0
De Console-modus
De TWAIN-modus
29
29
Type origineel
Categorie Office-assistent
(OA)
Categorie
Documenten
De gebruikersinterfaces van MiraScan 5.0
De Knop-modus
Berichtvenster
Help
Categorie Web en
extern
Categorie Grafische
toepassingen
Categorie
Achtergrondafbeeldingen
Uitbreiden/Sluiten
Sluiten
Minimaliseren
Instellingen
Wisselen
30
30
Wisselen
Als u op deze knop klikt, wisselt u van Knop-modus naar Console-modus.
Instellingen
Hier kunt u de standaardinstellingen van de Knop-modus wijzigen, macro’s aanpassen, enz. Als u op deze
knop klikt, wordt er een nieuw dialoogvenster geopend. Zie “Instellingen voor de Knop-modus opgeven”
op pagina 54.
Minimaliseren
Als u op deze knop klikt, wordt de gebruikersinterface geminimaliseerd tot een pictogram in de
Systeemwerkbalk (als u dit bij Instellingen hebt opgegeven) of Taakbalk (standaard).
Afsluiten
Klik op deze knop om MiraScan 5.0 te sluiten en alle huidige instellingen op te slaan. Zie “De Knopmodus” op pagina 47 voor meer informatie.
Help
Klik op deze knop om de on line Help te openen.
Uitbreiden/Sluiten
Als u op deze knop klikt worden alle geopende knoppenbalken gesloten en omgekeerd. Er zijn vijf
categorieën knoppenbalken: Office-assistent, Documenten, Web en extern, Grafische toepassing en
Achtergrondafbeeldingen.
Type origineel
Hier kunt u met behulp van een knoppenbalk opgeven welk type materiaal u scant. U kunt kiezen uit
Doorzichtig origineel, Negatieve film en Ondoorzichtig origineel. Deze knop is alleen beschikbaar als de
scanner van een TPO (om transparant materiaal te scannen) is voorzien.
Categorie Office-assistent (knop)
Klik op deze knop om een knoppenbalk te openen waarin u diverse bewerkingen kunt toewijzen aan de
categorie Office-assistent. Zie “De categorie Office-assistent (OA)” op pagina 49 voor meer informatie.
31
31
Categorie Documenten (knop)
Klik op deze knop om een knoppenbalk te openen met OCR-toepassingen (voor optische tekenherkenning) en tekstverwerkingstoepassingen. Zie “De Categorie Documenten” op pagina 50 voor meer
informatie.
Categorie Web en extern (knop)
Klik op deze knop om een knoppenbalk te openen met koppelingen naar websites of programma’s om
webpagina’s te bewerken. Zie “De Categorie Web en extern” op pagina 51 voor meer informatie.
Categorie Grafische toepassingen (knop)
Klik op deze knop om een knoppenbalk te openen met grafische toepassingen. Zie “De categorie
Grafische toepassingen” op pagina 52 voor meer informatie.
Categorie Achtergrondafbeeldingen (knop)
Klik op deze knop om een knoppenbalk te openen waarmee u leuke bureaubladachtergronden kunt
maken. Zie “De categorie Achtergrondafbeeldingen” op pagina 52 voor meer informatie.
32
32
De Console-modus
Controlevenster
Voorbeeldvenster
33
33
ONTROLEVENSTER
C
Voorbeeld
Type origineel
Automatische functies
Type origineel
Hier kunt u met behulp van een knoppenbalk opgeven welk type materiaal u scant. U kunt kiezen uit
Positieve film , Negatieve film en Ondoorzichtig origineel . Deze knop is alleen beschikbaar
als de scanner van een TPO (om transparant materiaal te scannen) is voorzien.
Automatische functies
Doel
Taaklijst
Macro’sScannen
Beeldaanpassing
Modusoverschakeling
Help
Sluiten
Minimaliseren
Instellingen
Hiermee kunt u de automatische functies in- en uitschakelen.
Voorbeeld
Met deze knop kunt u een voorbeeld van gescand materiaal weergeven. Het resultaat wordt in het
voorbeeldvenster weergegeven.
Doel
Als u op deze knop klikt, verschijnt er een vervolgkeuzemenu waarin u een doelbestemming voor de scan
kunt opgeven.
34
34
Macro’s
Als u op deze knop klikt, kunt u een vooraf gedefinieerde of aangepaste macro selecteren om de
scaninstellingen te wijzigen. Zie “De macro voor scaninstellingen” op pagina 69 voor meer informatie.
Taaklijst
Hiermee opent en sluit u het venster Taaklijst. Zie “Het venster Taaklijst” op pagina 106 voor meer
informatie.
Beeldaanpassing
Met deze knop opent en sluit u het venster Beeldaanpassing. Als u het venster Beeldaanpassing voor het
eerst opent, wordt het in de modus Color Wizard (Kleurenwizard) weergegeven. Zie “De modus Color
Wizard (Kleurenwizard)” op pagina 80 voor meer informatie.
Scannen
Klik op deze knop om een scantaak te starten.
Wisselen
Klik op deze knop om tussen de Console-modus en de Knop-modus te wisselen.
Help
Klik op deze knop om de on line Help te openen.
Afsluiten
Klik op deze knop om MiraScan 5.0 af te sluiten en alle huidige instellingen op te slaan.
Instellingen
Klik op deze knop om de standaardinstellingen van de Console-modus (enigszins anders dan de Knopmodus) te wijzigen of macro’s aan te passen. Zie “De macro voor scaninstellingen” op pagina 69.
Minimaliseren
Klik op deze knop om de gebruikersinterface te minimaliseren tot een pictogram in de Taakbalk
(standaard) of de Systeemwerkbalk (als u dit bij Instellingen hebt opgegeven).
35
35
Knoppen in de
werkbalk Kader
OORBEELDVENSTER
V
Maximaliseren/herstellen
Liniaal
Voorbeeldgebied
Greep om vensterformaat te wijzigen
36
36
Knoppen in de werkbalk Kader
Selecteren
Klik op deze knop om een of meer kaders te selecteren. Zie “Kadergereedschappen” op pagina 76 voor
meer informatie.
Toevoegen
Klik op deze knop om een nieuw kader in het voorbeeldvenster te tekenen.
Kader dupliceren
Klik op deze knop om het kader te dupliceren.
Eerste kader
Klik op deze knop om het eerste kader te activeren.
Vorig kader
Klik op deze knop om het vorige kader te activeren.
Volgend kader
Klik op deze knop om het volgende kader te activeren.
Laatste kader
Klik op deze knop om het laatste kader te activeren.
Spiegelen
Klik op deze knop om een afbeelding horizontaal om te draaien. U kunt een afbeelding ook verticaal
spiegelen door op deze knop te klikken en tegelijkertijd de “Shift”-toets op uw toetsenbord ingedrukt te
houden.
Draaien
Klik op deze knop om een afbeelding 90º rechtsom te draaien. Als u een afbeelding 90º linksom wilt
draaien, houdt u de “Shift”-toets ingedrukt.
Zoomen
Klik op deze knop als u een afbeelding wilt in- of uitzoomen.
37
37
Zoom geselecteerd
Klik op deze knop om de actieve kaders maximaal te vergroten.
Afbeelding maximaliseren
Klik op deze knop om de voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk weer te geven, ongeacht of Inzoomen
op scan wordt gebruikt.
Met maximale breedte tonen
Klik op deze knop om de voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk in de breedte weer te geven.
Met maximale hoogte tonen
Klik op deze knop om de voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk in de hoogte weer te geven.
Inzoomen op scan
Klik op deze knop om in te zoomen op het actieve kader, dit in het voorbeeldvenster in te passen en het
met de hoogst mogelijke resolutie weer te geven.
Hand
Klik op deze knop om een handvormige cursor weer te geven waarmee u een afbeelding kunt verslepen
als deze niet volledig in het voorbeeldvenster past.
Prullenbak
Klik op deze knop om het actieve kader te verwijderen. Het kader wordt verwijderd als u het programma
afsluit.
Liniaalopties
Zie “De werking van de liniaal” op pagina 76 voor meer informatie.
Linialen
Gebruik de horizontale liniaal om de precieze locatie van een afbeelding te bepalen en de afmetingen
ervan te berekenen. De maateenheden op de liniaal worden automatisch aangepast als u deze bij
Liniaalinstellingen wijzigt.
Voorbeeldgebied
In dit gebied kunt u de resultaten van uw scaninstellingen bekijken voordat u een scantaak
daadwerkelijk uitvoert.
38
38
ET VENSTER TAAKLIJST
H
Het venster Taaklijst wordt geopend als u in het controlevenster op de knop Taaklijst klikt.
Taakblad
Kopiëren
Plakken
Laden
Opslaan
Resetten
Toevoegen
Verwijderen Sluiten
Statusweergavegebied
39
39
Kopiëren
Klik op deze knop om de oorspronkelijke taak of alle parameters naar het Klembord te kopiëren.
Plakken
Klik op deze knop om de parameters van het Klembord naar een geselecteerde taak of opslagcel te
kopiëren.
Laden
Klik op deze knop om de scanparameters vanuit een bestand te laden.
Opslaan
Klik op deze knop om de geselecteerde of alle parameters in een bestand op te slaan. Als u het
keuzerondje inschakelt, kunt u de parameters als een nieuwe macro opslaan. Als u de “Shift”-toets
ingedrukt houdt, kunt u de parameters rechtstreeks als een nieuwe macro opslaan.
Resetten
Klik op deze knop om de standaardwaarden van alle parameters te herstellen.
Toevoegen
Klik op deze knop om een nieuwe scantaak aan het Taakblad toe te voegen.
Verwijderen
Klik op deze knop om de geselecteerde taken te verwijderen.
Taakblad
Hier kunt u de parameters van verschillende taken bewerken. Zie Taakblad voor meer informatie.
Statusweergavegebied
Toont de huidige scan- en systeemstatus, inclusief beschikbare vrije ruimte op de vaste schijf,
volgnummers van scantaken en totale taakomvang.
40
40
Snel aan de slag
Een scan maken in Knop-modus
Volg de onderstaande stappen om snel met MiraScan 5.0 aan de slag te gaan.
Stap 1: Controleer of de scanner in goede staat verkeert en sluit bij voorkeur alle toepassingen die u
momenteel niet gebruikt. Als u MiraScan 5.0 wilt openen, klikt u in de Taakbalk van Windows
op “Start” > “Programma’s” > “MiraScan V5.0” > “MiraScan V5.0”, of dubbelklikt u op het
bureaublad op het pictogram .
Stap 2: Plaats het origineel op de glasplaat van de scanner. Raadpleeg de afbeeldingen hieronder om te
zien hoe u het origineel op de glasplaat van de scanner plaatst.
Opmerking: De hier getoonde scanner verschilt mogelijk van de scanner die u hebt gekocht.
Ondoorzichtige originelen scannen
Ondoorzichtige originelen scannen
De manier waarop u het origineel op de scanner plaatst, is echter dezelfde.
Leg het origineel in de juiste
richting op de glasplaat
Plaats het origineel op de glasplaat van de
scanner met de te scannen zijde omlaag. Plaats
het origineel zodanig dat de afbeelding in de
juiste richting wordt gescand.
41
41
Doorzichtige originelen scannen
Opmerking: De scanner moet zijn uitgerust met een TPO om doorzichtige originelen te
scannen. Verwijder het deksel van de TPO voordat u met scannen begint.
Het deksel van de TPO verwijderen:
Open het deksel van de scanner en zoek de hendel van het
TPO-deksel. Trek de hendel omlaag om het TPO-deksel van de
TPO los te maken.
Draai het TPO-deksel omlaag totdat het verticaal op de TPO
ligt.
Verwijder het deksel van de TPO.
42
42
Plaats het origineel in een passende houder. Plaats de houder vervolgens op de glasplaat van de scanner.
Zorg hierbij dat het kalibratiegebied in de juiste richting wijst (naar de voorzijde van de scanner).
Blokkeer het kalibratiegebied niet, omdat de scanner anders niet goed functioneert.
Zorg dat het
kalibratiegebied in de
juiste richting wijst
Kalibratiegebied
Filmhouder
Films scannen
Breng de film aan
met de emulsiezijde
omlaag
Positieve-filmhouder
Plaats de positieve film in
de houder
43
43
Ingeraamde dia’s scannen
Diahouder
Filmstrookjes scannen
Filmstrookhouder
Plaats het filmstrookje in de houder
44
44
Stap 3: Als u MiraScan 5.0 voor het eerst opent, wordt de Knop-modus automatisch geactiveerd. In de
Knop-modus kunt u gescand materiaal automatisch doorsturen naar andere toepassingen voor
verdere verwerking. Als u bijvoorbeeld een scan in een bestand wilt opslaan, kunt u op de knop
“Naar bestand scannen” klikken.
Stap 4: MiraScan 5.0 begint automatisch met scannen en geeft een voorbeeld weer. Er wordt een
voortgangsvenster op het scherm weergegeven. Vervolgens wordt er een dialoogvenster “Save
File” (Bestand opslaan) geopend, waarin u een naam, indeling en locatie voor het bestand kunt
opgeven. Er worden voor elke doelbestemming standaardinstellingen opgegeven. U kunt deze
desgewenst wijzigen. Zie “Instellingen voor de Knop-modus opgeven” op pagina 54 voor meer
informatie over het wijzigen van deze instellingen.
Een scan maken in Console-modus
Stap 1: Plaats het origineel op de glasplaat van de scanner.
Stap 2: Als u MiraScan 5.0 wilt openen, klikt u in de Taakbalk van Windows op “Start” > “Programma’s”
> “MiraScan V5.0” > “MiraScan V5.0”, of dubbelklikt u op het bureaublad op het pictogram
. Als de Knop-modus geactiveerd is, klikt u op de knop om naar de Console-modus te
gaan. MiraScan 5.0 wordt gestart, bouwt een voorbeeldafbeelding van het origineel op en
geeft de voorbeeldafbeelding vervolgens in het voorbeeldvenster weer.
Stap 3: Als de Console-modus al geactiveerd is, klikt u in het Controlevenster op de knop om een
voorbeeld van het origineel weer te geven.
Stap 4: Klik in het Controlevenster op de knop om het juiste type origineel te kiezen uit de
weergegeven mogelijkheden . Als u negatieve film kiest, wordt het dialoogvenster
Film Type (Filmsoort) geopend. Selecteer in het dialoogvenster de soort film die u wilt scannen.
Stap 5: U kunt nu de scaninstellingen als volgt aanpassen:
• Gebruik de kadergereedschappen in het voorbeeldvenster om naar een ander kader van een scantaak
te gaan, kaders toe te voegen of te dupliceren (zie “Kadergereedschappen” op pagina 76).
45
45
• Klik in het Controlevenster op de knop om de vooraf ingestelde scanmacro’s te gebruiken (zie “De
macro voor scaninstellingen” op pagina 69).
• Klik in het Controlevenster op de knop om het venster Taaklijst te openen en de instellingen van
scantaken te wijzigen (zie “Het venster Taaklijst” op pagina 106).
• Klik in het Controlevenster op de knop om het venster Beeldaanpassing te openen om een
afbeelding nauwkeurig aan uw wensen aan te passen (zie “Het venster Beeldaanpassing” op
pagina 79).
• Kies een doelbestemming voor de gescande afbeelding door in het Controlevenster op de knop te
klikken en in de weergegeven lijst een toepassing of apparaat te kiezen.
Stap 6: Klik op de knop om het origineel te scannen. Zodra de afbeeldingen gescand zijn, worden
deze op de aangegeven doelbestemming afgeleverd.
Een scan maken in TWAIN-modus
Stap 1: Open een TWAIN-compatibele toepassing.
Stap 2: Als u voor het eerst een scan maakt, moet u in uw toepassing wellicht de TWAIN-bron selecteren
door het menu “File” (Bestand) te openen, op “Select source” (Bron selecteren) te klikken en
vervolgens “MiraScan 5.0” te kiezen. (Tenzij u de toepassing opnieuw installeert, hoeft u dit
maar één keer te doen.) De manier waarop u de TWAIN-bron selecteert, is afhankelijk van de
gebruikte toepassing. Raadpleeg voor meer informatie de documentatie van uw toepassing.
Stap 3: MiraScan 5.0 wordt weergegeven met de Console-modus. Klik in het Controlevenster op de
knop om het origineel weer te geven.
Stap 4: Volg stappen 3 en 4 van het gedeelte “Een scan maken in Console-modus”.
Stap 5: Klik op de knop om het origineel te scannen. Zodra dat gebeurd is, worden de gescande
afbeeldingen in de toepassing geïmporteerd.
46
46
Meer over MiraScan 5.0
MiraScan 5.0 biedt drie gebruiksmodi: de Knop-modus, de Console-modus en de TWAIN-modus. Deze
gebruiksmodi zijn bedoeld om u onder alle omstandigheden zo efficiënt mogelijk te laten werken.
• De Knop-modus: gebruik deze modus als u snel een scan wilt maken.
• De Console-modus: gebruik deze modus als u de scaninstellingen nauwkeurig wilt instellen om een
optimaal scanresultaat te behalen.
• De TWAIN-modus: gebruik deze modus als u met een TWAIN-compatibele toepassing werkt en
afbeeldingen wilt scannen.
De Knop-modus
Als u eerder programma’s hebt gebruikt waarin functies met één muisklik toegankelijk zijn, weet u hoe
handig dat is. Als u niet weet waar de knoppen voor dienen, kunt u een gedetailleerde beschrijving van
de werking ervan weergeven.
Als u MiraScan 5.0 start of vanuit de Console-modus naar de Knop-modus gaat, wordt de Knop-modus als
volgt getoond:
47
47
In het hoofdgebied ziet u knoppen voor scancategorieën alsmede een paar functieknoppen. Als u een
knop met de cursor aanwijst, wordt er in het berichtvenster een omschrijving van de knop weergegeven.
Raadpleeg het onderstaande overzicht voor meer informatie over elk van de knoppen.
Functieknoppen
Type origineel
Hier kunt u opgeven welk type materiaal u scant, bv. positieve films , negatieve films of
ondoorzichtig materiaal. Deze knop is alleen beschikbaar als de scanner van een TPO (om
transparant materiaal te scannen) is voorzien.
Alles uitbreiden/Alles samenvouwen
Breidt alle categorieknoppen uit en toont de volledige knoppenbalk voor elke categorie en omgekeerd.
Minimaliseren
Minimaliseert de gebruikersinterface tot een pictogram in de Taakbalk of de Systeemwerkbalk. Het
pictogram wordt standaard in de Taakbalk weergegeven, tenzij u dit in het dialoogvenster Instellingen
wijzigt.
Afsluiten
Toont een bevestigingsvenster voordat de toepassing wordt afgesloten. Het selectievakje "Don't ask me
again!" (Deze vraag niet opnieuw stellen) is standaard uitgeschakeld en het keuzerondje “Yes” (Ja) is
standaard ingeschakeld. Als u op dit rondje klikt op MiraScan 5.0 af te sluiten, wordt de huidige instelling
voor de volgende keer opgeslagen. Als echter sommige parameters van de huidige scanner anders zijn
dan de vorige keer, weigert MiraScan 5.0 deze parameters en worden de standaardparameters gebruikt.
Overschakelen naar de Console-modus
Als u op deze knop klikt, schakelt MiraScan 5.0 onmiddellijk over naar de Console-modus en worden de
functies uitgevoerd die u de laatste keer bij Instellingen van de Console-modus hebt opgegeven.
48
48
Instellingen
Hier kunt u de standaardinstellingen van de Knop-modus wijzigen of macro’s aanpassen. Als u op deze
knop klikt, wordt er een nieuw dialoogvenster geopend. Zie “Instellingen voor de Knop-modus opgeven”
op pagina 54.
Help
Klik op deze knop om de on line Help te openen.
Knoppen voor de scancategorieën
De categorie Office-assistent (OA)
De categorie OA dient om materiaal naar randapparaten of bepaalde software te scannen. De
standaardbestemmingen zijn Naar bestand scannen, Naar fax scannen, Naar e-mail scannen en Naar
printer scannen. U kunt ook andere doelbestemmingen toevoegen.
N
AAR BESTAND SCANNEN
Als u op deze knop klikt, slaat MiraScan 5.0 de gescande afbeelding na het scannen in een bestand op.
Deze versie van MiraScan ondersteunt bestandsindelingen zoals tiff, jpg, gif, bmp, pcx, tga en png (het
standaardtype is bmp). Het bestand wordt standaard opgeslagen in de map “Mijn documenten”
(Windows 95/98) of “Persoonlijk” (Windows 2000/Me).
De standaardinstelling:
Resolutie: 150 dpi.
Automatische functies: Automatisch type kiezen, automatisch bijsnijden, automatisch draaien,
automatisch ontrasteren.
N
AAR FAX SCANNEN
Als u op deze knop klikt, stuurt MiraScan 5.0 de gescande afbeelding naar een compatibele
faxtoepassing.
49
49
De standaardinstelling:
Resolutie: 200 dpi.
Automatische functies: Automatisch type kiezen (Grijstinten, Zeer fijn), automatisch bijsnijden,
automatisch draaien, automatisch ontrasteren.
N
AAR E-MAIL SCANNEN
Als u op deze knop klikt, stuurt MiraScan 5.0 de gescande afbeelding via een systeemhulpmiddel naar
een compatibele e-mailtoepassing. Als het om een rtf-bestand gaat, zet MiraScan 5.0 het tijdelijke
afbeeldingsbestand via een OCR-toepassing om in een uitvoerbestand, dat als bijlage aan een nieuw
e-mailbericht wordt toegevoegd.
De standaardinstelling is:
Resolutie: 150 dpi (afbeeldingsbestand) of 300 dpi (rtf-bestand)
Automatische functies: Automatisch type kiezen, automatisch bijsnijden, automatisch draaien (voor
grijstinten en kleur), automatisch ontrasteren (voor afbeeldingsbestanden).
N
AAR PRINTER SCANNEN
Als u op deze knop klikt, stuurt MiraScan 5.0 de gescande afbeelding naar een printer. De resolutie en
het afbeeldingstype zijn van de printer afhankelijk. Als u de eigenschappen van de printer in het
dialoogvenster Instellingen wijzigt, wordt de gewijzigde instellingen toegepast.
De standaardinstelling:
De resolutie en het afbeeldingstype zijn gelijk aan die van de printer.
Automatische functies: Automatisch bijsnijden, automatisch draaien (voor grijstinten en kleur),
automatisch ontrasteren (voor grijstinten en kleur).
De Categorie Documenten
Binnen de categorie Documenten kunt u materiaal scannen naar OCR-toepassingen (voor optische
tekenherkenning) of naar tekstverwerkingsprogramma’s. (Als het om een OCR-toepassing gaat, worden
de afbeeldingsgegevens erheen gestuurd.) Als er tekstverwerkers zoals Word op uw computer zijn
geïnstalleerd, worden deze automatisch door MiraScan 5.0 gedetecteerd en aan deze categorie
toegevoegd.
50
50
De Categorie Web en extern
Binnen de categorie Web en extern kunt u materiaal naar het web of een externe site scannen. U kunt
kiezen uit Naar ClubPhoto scannen (standaardinstelling), Naar iMira scannen, Naar PDA scannen, Naar
webbrowser scannen en Naar webpagina-editor scannen
N
AAR CLUBPHOTO/IMIRA SCANNEN
Als u op deze knop klikt, scant MiraScan 5.0 de afbeelding en wordt deze geüpload naar een
ClubPhoto/iMira-website om foto’s te delen
De standaardinstelling:
Resolutie: 72 dpi.
Automatische functies: Automatisch type kiezen (grijstinten, kleur), automatisch bijsnijden,
Stuurt de afbeelding naar een generator van Palm-afbeeldingen. MiraScan 5.0 scant de afbeelding en
stuurt deze naar een generator van Palm-afbeeldingen. Nadat MiraScan 5.0 is gesloten, drukt u op de
HotSync-knop op de cradle. De gescande afbeelding wordt naar uw PDA-apparaat overgedragen.
De scanresolutie is op het geselecteerde gebied gebaseerd. De grootste afmeting is 256 x 256 pixel.
De standaardinstelling:
Resolutie: 72 dpi.
Automatische functies: Automatisch type kiezen (grijstinten, kleur), automatisch bijsnijden,
Genereert automatisch een HTML-bestand met alle geselecteerde gebieden, en maakt na het scannen
een indexframe in een HTML-bestand.
De standaardinstelling:
Resolutie: 150 dpi.
PDA
AAR
AAR WEBBROWSER/EDITOR SCANNEN
SCANNEN
51
51
De categorie Grafische toepassingen
Binnen deze categorie kunt u een gescande afbeelding naar een grafische toepassing sturen.
Standaard-scaninstelling:
Resolutie: 150 dpi.
Automatische functies: Automatisch type kiezen, automatisch bijsnijden, automatisch draaien en
automatisch ontrasteren.
De categorie Achtergrondafbeeldingen
Binnen deze categorie kunt u een gescande afbeelding in een bestand opslaan en uw huidige
bureaubladachtergrond onmiddellijk door de gescande afbeelding vervangen. De minimumgrootte is
800 x 600 pixels, en de maximumgrootte is 1600 x 1200 pixels. De kleurendiepte van een bitmapbestand is
gebaseerd op de kleurenmodus van de monitor.
Enkele muis- en cursorbewerkingen
• Als u met de cursor een knop aanwijst, wordt er in het berichtvenster een korte beschrijving van de
knop weergegeven.
• Klik met de linkermuisknop op een categorie of categoriebalk om de gewenste standaardbewerking uit
te voeren.
• Als u met de linkermuisknop op een categorie of categoriebalk klikt en tegelijkertijd de “Shift”-toets
ingedrukt houdt, wordt het pictogram waarop u hebt geklikt als de standaardselectie voor de
betreffende categorie ingesteld.
• Als u een knop uit een geopende knoppenbalk wegsleept, wordt de knop uit de balk verwijderd. Er
wordt een berichtvenster geopend met het verzoek dit te bevestigen.
• Sleep een snelkoppeling of een uitvoerbaar bestand van de Verkenner of het bureaublad naar een
bepaalde categorie om deze aan die categorie toe te voegen. Het dialoogvenster Instellingen wordt
geopend met het gewenste tabblad, waarop u de scaninstelling kunt opgeven.
• Klik met de rechtermuisknop op een categorieknop om een menu met de volgende opdrachten te
openen.
52
52
Settings (Instellingen): Dient om het dialoogvenster Settings (Instellingen) te openen.
Delete/Hide (Verwijderen/Verbergen): Dient om zelf toegevoegde knoppen te verwijderen. De
standaardknop van MiraScan 5.0 kan alleen worden verborgen. Als u deze knop verwijdert, worden alle
ermee samenhangende instellingen door MiraScan 5.0 verwijderd. U kunt de knopstatus (zichtbaar/
verborgen) in het dialoogvenster Settings (Instellingen) wijzigen.
Set as default (Als standaard instellen): Dient om de momenteel geselecteerde knop als
standaardknop in te stellen. Als u tegelijkertijd de “Shift”-toets ingedrukt houdt, wordt de geselecteerde
knop als standaardknop in de balk geplaatst.
Add new program (Nieuw programma toevoegen): Dient om een dialoogvenster te openen waarin
u een uitvoerbaar bestand of snelkoppeling naar de gewenste toepassing kunt selecteren. Opent het
dialoogvenster Settings (Instellingen) met het juiste tabblad als de geselecteerde toepassing door
MiraScan 5.0 wordt ondersteund.
53
53
Instellingen voor de Knop-modus opgeven
Klik met de rechtermuisknop op een categorieknop en selecteer “Settings” (Instellingen). Er wordt een
venster geopend waarin u diverse instellingen kunt opgeven. Het venster heeft de volgende zes tabs:
Algemeen, Office-assistent, Documenten, Web en extern, Grafische toepassingen, Achtergrondafbeeldingen en Druktoetsinstellingen
Het tabblad Algemeen
Auto-crop (Automatisch bijsnijden)
Hiermee geeft u op hoe afbeeldingen na het scannen worden bijgesneden. “Crop max area of all image
objects” (Bijsnijden tot maximaal gebied met alle afbeeldingsobjecten) (standaardinstelling) snijdt de
gescande afbeelding maximaal bij tot een gebied dat alle afbeeldingsobjecten bevat, terwijl “Crop area
for each object” (Gebied voor elk object bijsnijden) elke afbeelding apart bijsnijdt.
54
54
Minimize to (Minimaliseren tot)
Bepaalt of MiraScan 5.0 wordt geminimaliseerd tot een pictogram op de Taakbalk (“Task Bar”)
(standaardinstelling) of op de Systeemwerkbalk (“System Tray”) nadat u op de knop (Minimaliseren)
hebt geklikt.
Exit (Afsluiten)
Als “Exit without hint” (Afsluiten zonder waarschuwing) is geselecteerd, wordt er geen
waarschuwingsvenster op het scherm getoond nadat u op de knop “Afsluiten” hebt geklikt. De
standaardinstelling is “Exit with hint” (Afsluiten met waarschuwing).
OCR Engine
De standaardinstelling is “ABBYY FineReader sprint 4.0”. Als u andere OCR-programma’s hebt
geïnstalleerd, kunt u deze in de vervolgkeuzelijst selecteren.
Het tabblad Office-assistent
Als u op een van de onderdelen op de linkerhelft van het tabblad klikt, worden de gerelateerde
subonderdelen op de rechterhelft van het tabblad weergegeven.
55
55
Opties voor “Naar de bestand scannen”
File type (Bestandstype)
Legt het type vast van het bestand waarin de gescande afbeelding wordt opgeslagen. De beschikbare
bestandstypen zijn:
Hier kunt u opgeven op welke locatie u het gescande bestand wilt opslaan. Het standaardpad is
“C:\My Documents” (C:\Mijn documenten). De knop “Browse” (Bladeren) dient om een nieuw pad te
selecteren.
Resolution (Resolutie)
Dient om de scanresolutie in te stellen. De standaardresolutie is 150 dpi. U kunt kiezen uit 72, 96, 100,
150, 200, 263, 300, 350, 600 en 1200, of een aangepaste resolutie opgeven.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Naar bestand scannen” niet op de betreffende
knoppenbalk weergegeven.
Auto Function (Automatische functies)
Bevat vijf selectievakjes: Auto Type (Automatisch type kiezen), Auto Descreen (Automatisch ontrasteren),
Auto Crop (Automatisch bijsnijden), Auto Density (Automatisch dichtheid kiezen) en Auto Rotate
(Automatisch draaien).
• Auto Type (Automatisch type kiezen): Als u dit vakje inschakelt, kiest MiraScan 5.0 automatisch het
juiste afbeeldingstype voor de scantaak. U kunt het vakje ook uitschakelen en een afbeeldingstype in
de vervolgkeuzelijst kiezen.
• Auto Descreen (Automatisch ontrasteren): Als u afbeeldingen uit tijdschriften, kranten of ander
drukwerk scant, is er soms fijn rasterpatroon op de gescande afbeelding zichtbaar. U kunt dit
rasterpatroon verwijderen met de opties in de vervolgkeuzelijst Descreen (Ontrasteren). Als u dit vakje
inschakelt, ontrastert MiraScan 5.0 de gescande afbeelding automatisch.
56
56
• Auto Crop (Automatisch bijsnijden): Als u dit vakje inschakelt, snijdt MiraScan 5.0 de gescande
afbeelding automatisch bij tot de juiste grootte.
• Auto Density (Automatisch dichtheid kiezen): Als u dit vakje inschakelt, stelt MiraScan 5.0 de dichtheid
van de gescande afbeelding automatisch in op een acceptabel niveau.
• Auto Rotate (Automatisch draaien): Als u dit vakje inschakelt, draait MiraScan 5.0 de gescande
afbeelding automatisch naar de juiste stand.
Opties voor “Naar fax scannen”
FAX driver (FAX-stuurprogramma)
De huidige faxtoepassing wordt in een apart vak getoond. Als u op de knop “Select” (Selecteren) klikt,
wordt er een keuzelijst met andere faxtoepassingen getoond.
Resolution (Resolutie)
Dient om de scanresolutie in te stellen. De standaardresolutie is 200 dpi. U kunt ook kiezen uit 150, 263,
300, 350, 600 en 1200, of een aangepaste resolutie opgeven.
Image Type (Afbeeldingstype)
Het standaardtype is Auto Type (Automatisch type kiezen). Gray (grijstinten) en Line-art (Zeer fijn) zijn
optioneel.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Naar fax scannen” niet op de betreffende knoppenbalk
weergegeven.
Auto Function (Automatische functies)
Hetzelfde als in “Opties voor Naar bestand scannen”.
57
57
Het tabblad Documenten
Application list (Lijst met toepassingen)
De lijst bevat de ondersteunde toepassingen. Als u in de lijst op een toepassing klikt, worden de
bijbehorende opties rechts op het tabblad weergegeven.
Document Type (Documenttype)
U kunt in de vervolgkeuzelijst een type kiezen voor het uitvoerbestand waarin een document wordt
opgeslagen. De inhoud wordt door de OCR-toepassing gegenereerd.
Resolution (Resolutie)
De standaardresolutie is 300 dpi. De scanner ondersteunt bovendien 300, 350, 600 en 1200 dpi, alsmede
aangepaste resoluties.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Toepassing” niet op de betreffende knoppenbalk
weergegeven.
Auto Function (Automatische functies)
Hetzelfde als in “Opties voor Naar bestand scannen”.
58
58
Het tabblad Grafische toepassingen
Application list (Lijst met toepassingen)
De lijst toont de ondersteunde grafische toepassingen. Als u in de lijst op een toepassing klikt, worden de
bijbehorende opties rechts op het tabblad weergegeven.
Document Type (Documenttype)
Het standaardtype is *.bmp, en de overige mogelijkheden zijn: BMP, JPEG. Dit onderdeel wordt
automatisch gewijzigd op grond van de gebruikte toepassing.
Resolution (Resolutie)
De standaardresolutie is 300 dpi. U kunt kiezen uit 72, 96, 100, 150, 263, 300, 350, 600 en 1200, of een
aangepaste resolutie opgeven.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje inschakelt, wordt het pictogram van de geselecteerde toepassing niet op de betreffende
knoppenbalk weergegeven.
59
59
Auto Function (Automatische functies)
Hetzelfde als in “Opties voor Naar bestand scannen”.
Het tabblad Web en extern
Als u in de lijst op een functie klikt, worden de bijbehorende opties rechts op het tabblad weergegeven.
60
60
Opties voor “ClubPhoto”
Resolution (Resolutie)
Dient om de scanresolutie in te stellen. De standaardresolutie is 72 dpi. U kunt kiezen uit 72, 96, 100, 150,
263, 300, 350, 600 en 1200, of een aangepaste resolutie opgeven. Denk eraan dat hogere resoluties
leiden tot grotere bestanden en de uploadtijd verlengen.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Naar ClubPhoto scannen” niet op de betreffende
knoppenbalk weergegeven.
Hyperlink naar de ClubPhoto-website
Als u op dit onderdeel klikt, wordt uw webbrowser gestart en de registratiepagina van de ClubPhotowebsite geopend.
Auto Function (Automatische functies)
Hetzelfde als in “Opties voor Naar bestand scannen”.
Opties voor “iMira”
Resolution (Resolutie)
De standaardresolutie is 72 dpi. U kunt kiezen uit 72, 96, 100, 150, 263, 300, 350, 600 en 1200, of een
aangepaste resolutie opgeven. Denk eraan dat hogere resoluties leiden tot grotere bestanden en de
uploadtijd verlengen.
User (Gebruiker)
U moet zich bij iMira registreren en uw gebruikersnaam hier invullen om de gescande afbeelding naar
iMira te uploaden.
Password (Wachtwoord)
U moet zich bij iMira registreren en uw wachtwoord hier invullen om de gescande afbeelding naar iMira
te uploaden.
61
61
Site
Koppeling naar de website van iMira.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Naar iMira scannen” niet op de betreffende
knoppenbalk weergegeven.
Hyperlink naar de iMira-website
Als u op dit onderdeel klikt, wordt uw webbrowser gestart en de registratiepagina van de iMira-website
geopend.
Auto Function (Automatische functies)
Hetzelfde als in “Opties voor Naar bestand scannen”.
Opties voor “PDA”
Auto re-scale selection area to 256 x 256 pixel (Selectiegebied automatisch herschalen tot
256 x 256 pixel)
Als u dit keuzerondje selecteert, wordt het selectiegebied tijdens het scannen automatisch herschaald tot
256 x 256 pixel. Dit is het formaat dat het beste past op het weergavescherm van een PDA.
Fixed selection area 256 x 256 pixel (Vast selectiegebied van 256 x 256 pixel)
Als u dit keuzerondje selecteert, wordt het selectiekader zonder formaatwijziging ingesteld op 256 x 256
pixel.
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Naar PDA scannen” niet op de betreffende
knoppenbalk weergegeven.
Auto Function (Automatische functies)
Hetzelfde als in “Opties voor Naar bestand scannen”.
62
62
Het tabblad Achtergrondafbeeldingen
Scan to wallpaper (Naar achtergrondafbeelding scannen)
Auto detection (Automatisch detecteren)
Als u op dit keuzerondje klikt, komt het afbeeldingstype met het scandoel overeen. Alleen grijstinten en
kleur worden ondersteund.
Customized settings (Aangepaste instellingen)
Als u op dit keuzerondje klikt, wordt het gebruikte afbeeldingstype gebaseerd op de instelling voor
afbeeldingstype in de keuzelijsten.
Image Type (Afbeeldingstype)
U kunt kiezen uit Color (Kleur) en Gray (Grijstinten).
Size (Afmetingen)
U kunt kiezen uit de volgende afmetingen: 800 x 600, 1024 x 768, 1152 x 864, 1280 x 1024 en 1600 x 1200.
63
63
Show item (Onderdeel tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt het pictogram “Naar achtergrondafbeelding scannen” niet op de
betreffende knoppenbalk weergegeven.
Het tabblad Druktoetsinstellingen (wordt alleen getoond als de scanner is
uitgerust met druktoetsen)
Default Mode (Standaardmodus)
Button mode (Knop-modus)
Als u op dit keuzerondje klikt, start MiraScan 5.0 in de Knop-modus wanneer u op de knop op de scanner
drukt.
Console mode (Console-modus)
Als u op dit keuzerondje klikt, start MiraScan 5.0 in de Console-modus wanneer u op de knop op de
scanner drukt.
64
64
Close Driver when finish push-button event (Stuurprogramma sluiten nadat de
druktoetsbewerking is uitgevoerd)
MiraScan 5.0 wordt gesloten (vakje ingeschakeld) of niet gesloten (vakje uitgeschakeld) nadat de met de
drukknop in gang gezette bewerking is uitgevoerd.
Scan after time counting down to 0 (Scannen nadat tot nul is afgeteld)
In het vak kunt u opgeven hoeveel tijd er moet verlopen tussen het moment waarop u op een
scannerknop drukt, en het uitvoeren van de feitelijke scantaak. Tijdens deze wachtperiode kunt u in de
Console-modus de voorbeeldafbeelding bekijken en beslissen of de feitelijke scan al dan niet moet
worden gemaakt.
Play sound (Waarschuwingstoon laten horen)
Als u deze optie activeert, brengt de scanner een waarschuwingstoon ten gehore.
De on line Help openen
Om beter te begrijpen hoe MiraScan 5.0 werkt, kunt u in de Knop-modus het Help-systeem raadplegen.
Klik op de knop Help om een submenu met de volgende onderdelen weer te geven.
Content (Inhoud): Laadt het Help-bestand en toont de Knop-modus-pagina van MiraScan 5.0. U kunt
ook op het toetsenbord op de “F1”-toets drukken.
What's this? (Wat is dit?): De muiscursor verandert in een vraagteken. Als u daarmee een object
aanwijst, wordt de betreffende Help-pagina getoond. U kunt ook op het toetsenbord op de “Shift”-toets
en de “F1”-toets drukken.
Scanner Information (Scannerinformatie): Toont een dialoogvenster met de volgende informatie
over de scanner: "Scanner Model" (Scannermodel), "Firmware version" (Firmwareversie), "Driver
version" (Stuurprogrammaversie), "Device Manager" (Apparaatbeheer), "USB Info" (USB-informatie),
"Max resolution" (Maximumresolutie) en "Max Scan area" (Maximumscangebied). U kunt het venster
sluiten met de knop "OK". Zorg dat u deze informatie bij de hand hebt voordat u de technische
ondersteuning belt.
Driver update (Stuurprogramma bijwerken): Gaat naar een webpagina waar u de meest recente
versie van het stuurprogramma kunt downloaden.
About (Info): Opent een berichtvenster met informatie over de stuurprogrammaversie en de licentie.
65
65
De Console-modus
Als u naar de Console-modus gaat, wordt deze als volgt weergegeven:
De Console-modus bestaat uit vier verschillende vensters: Het Controlevenster, het Voorbeeldvenster, het
venster Taaklijst (is standaard verborgen) en het venster Beeldaanpassing (is standaard verborgen). Zoals
uit de namen blijkt, kunt u via deze vensters de bediening van de scanner controleren, een voorbeeldafbeelding weergeven, taakinstellingen tonen en beeldinstellingen aanpassen.
Als u naar de Console-modus overschakelt, worden het Controlevenster en het Voorbeeldvenster
standaard geopend. U kunt in het Controlevenster op de knop klikken om het venster Taaklijst te
openen en op de knop om het venster Beeldaanpassing te openen.
66
66
Het Controlevenster
Het Controlevenster is het venster dat zich in de Console-modus aan de bovenzijde van het
standaardvenster bevindt.
Elke knop heeft een specifieke functie:
Type origineel
Er worden drie typen originelen ondersteund: positieve film , negatieve film en ondoorzichtig
materiaal .
Als u negatieve film kiest, wordt er een dialoogvenster geopend met het verzoek het gewenste filmtype
te kiezen.
Automatische functies instellen
U kunt kiezen of u de automatische functies wel of niet wilt gebruiken. De automatische functies worden
ingesteld in het venster Settings (Instellingen). (Zie “Automatische functies” op pagina 74.)
Voorbeeld-knop
Dient om een voorbeeldafbeelding weer te geven of te vernieuwen
Doel
U kunt in de geopende lijst een scandoelbestemming opgeven op grond van bestandstype, indeling,
doel, enz. MiraScan 5.0 verdeelt de doelbestemmingen vooraf in vijf categorieën.
Macro’s voor scaninstellingen
MiraScan 5.0 biedt de mogelijkheid om met macro’s instellingen voor verschillende scantaken snel op te
geven. We raden u ten zeerste aan hiervan gebruik te maken. Zie “De macro voor scaninstellingen” op
pagina 69 voor meer informatie.
67
67
Het venster Taaklijst openen
Klik op deze knop om het venster Taaklijst te openen (zie “Het venster Taaklijst” op pagina 106).
Het venster Beeldaanpassing openen
Klik op deze knop om het venster Beeldaanpassing te openen (zie “Het venster Beeldaanpassing” op
pagina 79).
Scannen
Klik op deze knop om een scantaak te starten.
Instellingen
Vergelijkbaar met Instellingen in de Knop-modus, zij het dat er twee extra instellingen worden geboden:
Macro voor scaninstellingen gebruiken en Geavanceerde instellingen.
Help
Klik op deze knop om het Help-systeem van MiraScan 5.0 te openen en informatie bij te werken.
Minimaliseren
Klik op deze knop om het venster te minimaliseren tot een pictogram op de Taakbalk of de
Systeemwerkbalk.
Afsluiten
Klik op deze knop om MiraScan 5.0 af te sluiten.
Overschakelen naar Knop-modus
Alle instellingen worden opgeslagen en het programma schakelt vervolgens naar de Knop-modus over.
68
68
De macro voor scaninstellingen
De macro voor scaninstellingen biedt diverse, veelgebruikte en vooraf gedefinieerde combinaties van
scaninstellingen waarmee u scantaken zodanig kunt uitvoeren dat het resultaat precies naar wens is.
Een macro voor scaninstellingen selecteren voor een scantaak:
6. Nadat u de voorbeeldafbeelding hebt bekeken, kiest u een scantaak in het voorbeeldvenster.
7. Klik op de knop Macro voor scaninstellingen . De werkbalk met de macro’s voor scaninstellingen
wordt weergegeven.
8. Al naar gelang het doel van de scantaak klikt u in de werkbalk op het pictogram van een macro voor
scaninstellingen.
9. Het pictogram van de geselecteerde macro wordt op de macroknop weergegeven. De macroinstellingen worden op de geselecteerde scantaak toegepast.
10. Als u meerdere scantaken wilt uitvoeren, herhaalt u stap 1-4.
11. De macro-instellingen worden op de scantaken toegepast zodra u met scannen begint.
U kunt ook uw eigen macro’s ontwikkelen. Zie “Het tabblad Macro” op pagina 71.
De volgende tabellen geven een overzicht van alle beschikbare, vooraf gedefinieerde macro’s.
M
ACRO’S VOOR ONDOORZICHTIG MATERIAAL
OnderdeelBetekenis
Alleen tekst voor
OCR
Tekst en foto voor
OCR
Lijntekeningen
analyseren
Lijntekeningen
voor Office
Dient om documenten met alleen tekst te scannen en een OCRscan te maken.
Dient om documenten met tekst en foto’s te scannen en een
OCR-scan te maken.
Dient om gescande afbeeldingen in vectorafbeeldingen om te
zetten voor gebruik in andere toepassingen.
Dient om lijntekeningen te scannen en deze in Officedocumenten aan te brengen.
69
69
Lijntekeningen
voor afdrukken
Foto voor webDient om foto’s te scannen voor gebruik op een webpagina.
Foto voor OfficeDient om foto’s te scannen voor gebruik in Office-documenten.
Dient om lijntekeningen te scannen en af te drukken.
Foto voor
afdrukken
ACRO’S VOOR DOORZICHTIG MATERIAAL
M
OnderdeelBetekenis
Dia 135Dient om 135-dia’s te scannen.
Positieve film 120Dient om positieve 120-films te scannen.
Positieve film 4 x 5Dient om positieve 4 x 5-films te scannen.
M
ACRO VOOR NEGATIEVE FILM
OnderdeelBetekenis (parameters)
Negatieve filmDient om negatieve films te scannen.
Dient om foto’s te scannen en af te drukken.
70
70
Geavanceerde instellingen in de Console-modus
Klik op de knop om het venster Settings (Instellingen) te openen. De meeste instellingen zijn gelijk
aan die van het venster Settings (Instellingen) in de Knop-modus. Het gedeelte Customized macro
settings (Aangepaste macro-instellingen) en het tabblad Advanced (Geavanceerd) zijn echter anders.
HET
TABBLAD MACRO
Het tabblad bevat de volgende opties:
Selectievakjes voor Show item (Onderdeel tonen)
Als u het vakje naast een item inschakelt, wordt de bijbehorende macro getoond op de macrowerkbalk
en omgekeerd.
Macrolijst
Toont alle macro’s. U kunt een macro selecteren door erop te klikken, en deze vervolgens verwijderen
door op de knop “Delete” (Verwijderen) te klikken.
71
71
Resolution (Resolutie)
Dient om een resolutie voor een aangepaste macro te kiezen.
Image Type (Afbeeldingstype)
Dient om een afbeeldingstype voor een aangepaste macro te kiezen.
Scan Mode (Scanmodus)
Dient om een scanmodus voor een aangepaste macro te kiezen.
More setting (Meer instellingen)
Dient om meer instelopties voor een aangepaste macro weer te geven.
Save as (Opslaan als)
Opent een dialoogvenster om de macro in op te slaan. Het bestand wordt opgeslagen met de
extensie .msf.
Load (Laden)
Opent een standaardvenster om de macro te laden. De filter is *.msf.
Add (Toevoegen)
Dupliceert de momenteel geselecteerde macro.
Delete (Verwijderen)
Verwijdert de momenteel geselecteerde macro.
Een macro voor scaninstellingen op maat maken
Een macro voor scaninstellingen op maat maken:
1. Selecteer de gewenste resolutie, het afbeeldingstype en de scanmodus in de vervolgkeuzelijsten
“Resolution” (Resolutie), “Image type” (Afbeeldingstype) en “Scan mode” (Scanmodus). Voor meer
instellingsopties kunt u ook op de knop “More” (Meer) klikken.
2. Klik op de knop “Save as” (Opslaan als). Er wordt een dialoogvenster geopend met het verzoek de
macro op te slaan. Geef een naam op voor de macro en sla de macro op.
72
72
Een op maat gemaakte macro laden
Een op maat gemaakte macro laden:
3. Klik op de knop “Load” (Laden) om naar de macrobestanden te gaan.
4. Selecteer de gewenste macro en klik vervolgens op “OK” om de macro te laden.
5. Zodra de macro is geladen, wordt er voor de geladen macro op de macrowerkbalk voor
scaninstellingen een pictogram weergegeven.
HET
TABBLAD ADVANCED
(G
EAVANCEERD
)
Het Controlevenster bevat de volgende geavanceerde instelmogelijkheden:
73
73
Automatische functies
Auto Preview (Automatisch voorbeeld)
Als u dit vakje inschakelt, toont MiraScan 5.0 een voorbeeldafbeelding wanneer u een andere modus
kiest.
Auto Type (Automatisch type kiezen)
Als u dit vakje inschakelt, kiest MiraScan 5.0 automatisch het juiste afbeeldingstype voor de scantaak. U
kunt het vakje ook uitschakelen en een afbeeldingstype in de vervolgkeuzelijst kiezen.
Auto-crop (Automatisch bijsnijden)
Als u dit vakje inschakelt, snijdt MiraScan 5.0 de gescande afbeelding automatisch bij tot de juiste
grootte.
Auto Rotate (Automatisch draaien)
Als u dit onderdeel inschakelt, draait MiraScan 5.0 de gescande afbeelding automatisch naar de juiste
stand.
Auto Descreen (Automatisch ontrasteren)
Als u afbeeldingen uit tijdschriften, kranten of ander drukwerk scant, is er soms fijn rasterpatroon op de
gescande afbeelding zichtbaar. U kunt dit rasterpatroon verwijderen met de opties in de vervolgkeuzelijst Descreen (Ontrasteren). Als u dit vakje inschakelt, ontrastert MiraScan 5.0 de gescande afbeelding
automatisch.
Preview Resolution (Resolutie van voorbeeldafbeelding)
U kunt de resolutie van de voorbeeldafbeelding wijzigen door in het invoervak een waarde in te typen of
door de schuifknop te verslepen.
Ruler (Liniaal)
Show ruler (Liniaal tonen)
Als u dit vakje uitschakelt, wordt de liniaal verborgen.
Show cross-axis on preview area (Dwars-as op voorbeeldgebied tonen)
Als u dit vakje inschakelt, wordt de dwars-as op de liniaal weergegeven.
Unit (Eenheid)
U kunt in de vervolgkeuzelijst een maateenheid voor de liniaal selecteren.
74
74
Het voorbeeldvenster
Maximaliseren/
Liniaal
Voorbeeldgebied
Kader-
gereedschappen
Greep om vensterformaat
te wijzigen
Het voorbeeldvenster wordt in de Console-modus onder het Controlevenster weergegeven.
herstellen (knop)
Voorbeeldgebied
Dient om een afbeelding weer te geven en bij te snijden.
Liniaal
Toont de locatie van de afbeelding.
Kadergereedschappen
Bevat de vereiste gereedschappen voor de scankaders in het voorbeeldgebied.
Maximaliseren/herstellen
Maximaliseert of herstelt het venster.
75
75
De werking van de liniaal
U kunt de eigenschappen van de liniaal hier wijzigen. Klik linksboven in de liniaal op de knop om een
keuzemenu te openen.
Show Cross Lines (Rasterlijnen tonen): Als u op dit item klikt en de cursor vervolgens binnen het
voorbeeldvenster verplaatst, kunt u de cursor met rasterlijnen voortaan nauwkeuriger positioneren.
Hide Ruler (Liniaal verbergen): Als u op dit item klikt, wordt de liniaal verborgen en het voorbeeldvenster dienovereenkomstig vergroot. Als u de liniaal weer zichtbaar wilt maken, klikt u in het
dialoogvenster Settings (Instellingen) op “Show Ruler” (Liniaal tonen). U kunt ook op de knop linksboven
in de liniaal klikken en vervolgens op de betreffende opdracht in het weergegeven menu klikken.
Unit (Eenheid): Dient om een maateenheid voor de liniaal te kiezen.
Kadergereedschappen
U kunt de kadergereedschappen gebruiken om scangebieden te definiëren en bewerken. Alleen het
gedeelte van een afbeelding dat binnen het scangebied valt, wordt gescand wanneer u op de scanknop
klikt. Scangebieden worden in het voorbeeldgebied afgebakend met gestippelde kaders. U kunt de
kaders bewerken met de volgende gereedschappen:
Kaderselectie
U hebt de volgende selectiemogelijkheden:
Eén kader: één kader verplaatsen, draaien, erop inzoomen en uitzoomen.
Meerdere kaders: alle kaders tegelijk verplaatsen.
Nieuw kader toevoegen
Klik op deze knop om een nieuw kader in het voorbeeldvenster te tekenen. Als u de “Shift”-toets
ingedrukt houdt, tekent u een vierkant.
Kader dupliceren
Selecteer eerst een kader door er in het voorbeeldgebied op te klikken, en klik vervolgens op deze knop
om het geselecteerde kader te dupliceren.
76
76
Naar eerste kader gaan
Klik op deze knop om van het actieve kader naar het eerste kader te gaan.
Naar vorig kader gaan
Klik op deze knop om van het actieve kader naar het vorige kader te gaan.
Naar volgende kader gaan
Klik op deze knop om van het actieve kader naar het volgende kader te gaan. (Is uitgeschakeld als er
meerdere kaders actief zijn.)
Naar laatste kader gaan
Klik op deze knop om van het actieve kader naar het laatste kader te gaan. (Is uitgeschakeld als er
meerdere kaders actief zijn.)
Afbeelding draaien
Klik op deze knop om een afbeelding 90º rechtsom te draaien. Als u de “Shift”-toets ingedrukt houdt,
wordt de afbeelding 90º linksom gedraaid.
Afbeelding spiegelen
Klik op deze knop om een afbeelding horizontaal om te draaien.
Vergrootglas
Klik met de linkermuisknop op een afbeelding om erop in te zoomen. U kunt uitzoomen door er met de
rechtermuisknop op te klikken.
Voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk
Klik op deze knop om de voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk weer te geven.
Maximaal inzoomen
Klik op deze knop om de geselecteerde kaders maximaal te vergroten.
Met maximale breedte tonen
Klik op deze knop om de voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk in de breedte weer te geven.
77
77
Met maximale hoogte tonen
Klik op deze knop om de voorbeeldafbeelding zo groot mogelijk in de hoogte weer te geven.
Hand-knop
Klik op deze knop om een handvormige cursor weer te geven waarmee u een afbeelding kunt verslepen
als deze niet volledig in het voorbeeldvenster past.
Inzoomen op scan
Klik op deze knop om in te zoomen op het actieve kader, dit in het voorbeeldvenster in te passen en het
met de hoogst mogelijke resolutie weer te geven.
Prullenbak
Selecteer een kader door erop te klikken en klik vervolgens op deze knop om het geselecteerde kader te
verwijderen.
78
78
Het venster Beeldaanpassing
Het venster Beeldaanpassing wordt geopend als u in het Controlevenster op de knop klikt. Er zijn
drie modi beschikbaar: Color Wizard (Kleurenwizard), Color Matching (Kleuraanpassing) en Standard
(Standaard). U kunt de gereedschappen van deze modi gebruiken om een afbeelding te bewerken voordat
u de uiteindelijke scan in een bestand opslaat of naar een toepassing doorstuurt.
Klik op de knop om de modus Color Wizard (Kleurenwizard) te activeren. (Deze modus is niet
beschikbaar als u het afbeeldingtype hebt ingesteld op lijntekeningen.)
Klik op de knop om de modus Color Matching (Kleuraanpassing) te activeren. (Deze modus is niet
beschikbaar als u negatieve films scant of het afbeeldingtype hebt ingesteld op lijntekeningen of grijstinten.)
Klik op de knop om de modus Standard (Standaard) te activeren.
79
79
De modus Color Wizard (Kleurenwizard)
Deze modus biedt twee vensters, vijf tabbladen en een paar knoppen. De inhoud van de tabbladen past
zich automatisch aan de door u geselecteerde onderdelen aan. Er zijn bovendien twee andere modi
beschikbaar: Color Matching (Kleuraanpassing) en Standard (Standaard).
Opmerking: De instellingen van de modus Color Wizard (Kleurenwizard) vervangen alle
instellingen van de modus Standard (Standaard).
In de modus Color Wizard (Kleurenwizard) geeft het venster Origineel de oorspronkelijke afbeelding
weer, terwijl het venster Effect het resultaat weergeeft van eventuele wijzigingen.
Klik op de knop om een bepaald effect toe te passen. Klik op de knop om de
oorspronkelijke afbeelding te herstellen. U kunt dit laatste ook bereiken door op de knop te
klikken.
80
80
ET TABBLAD DICHTHEID
H
Dit tabblad dient om de dichtheid van een gescande afbeelding aan te passen. De standaarddichtheid is
5. U kunt de dichtheid instellen op een niveau van 1 tot 10.
Als u een waarde in het invoervak invult, past MiraScan 5.0 de positie van de schuifknop aan en wordt de
inhoud van het venster Effect vernieuwd.
81
81
ET TABBLAD BELICHTING
H
Er zijn drie mogelijkheden om de belichting van de afbeelding aan te passen:
under (onder): maakt de afbeelding donkerder.
general (algemeen): verbetert het kleurniveau en maakt de afbeelding scherper.
over: maakt de afbeelding helderder.
82
82
ET TABBLAD CONTRAST
H
Dit tabblad dient om het contrast van de gescande afbeelding aan te passen. U kunt kiezen uit drie
mogelijkheden: "From a vague photo" (Van een onscherpe foto), "Keep color detail" (Kleurdetail
behouden) en "With sharp and keep color detail" (Scherpstellen en kleurdetail behouden).
83
83
ET TABBLAD SCHERPTE
H
Dit tabblad dient om de scherpte van een afbeelding met twee verschillende opties aan te passen.
84
84
ET TABBLAD INTENSITEIT
H
Op dit tabblad kunt u de kleurintensiteit van een afbeelding op vier verschillende niveaus instellen.
85
85
ET TABBLAD FILM WIZARD
H
De Filmwizard is een handig gereedschap om bij het scannen van films optimale resultaten te behalen. Er
zijn vier verschillende effecten beschikbaar, die in vier miniaturen worden weergegeven. U kunt een
miniatuur selecteren door erop te klikken. Een geselecteerde miniatuur wordt omgeven door een rood
kader.
(F
ILMWIZARD
)
86
86
De modus Color Matching (Kleuraanpassing)
U activeert de modus Color Matching (Kleuraanpassing) door op de knop te klikken. Deze modus
bestaat uit twee gedeelten en enkele knoppen. De twee gedeelten betreffen het invoerapparaat (de
modelnaam en de profielnaam) en het uitvoerapparaat.
Opmerking: De instellingen van de modus Color Matching (Kleuraanpassing) vervangen alle
instellingen van de modus Standard (Standaard).
87
87
Informatie over het uitvoerapparaat
sRGB Color Space (sRGB-kleurruimte)
Toont de betreffende profielnaam.
Current Monitor (Huidige monitor)
Zelfde als hierboven.
Current Printer (Huidige printer)
Zelfde als hierboven.
Other Device Profile (Ander apparaatprofiel)
Dient om de profielinstellingen te wijzigen.
Output Device Profile Info (Informatie over het profiel van het uitvoerapparaat)
Toont informatie over het momenteel geselecteerde profiel.
Output Intent (Uitvoer-intentie)
Picture Intent (Foto-intentie)
Picture Intent (Foto-intentie) zorgt ervoor dat het volledige gamut van de afbeelding wordt
gecomprimeerd of uitgebreid om het gamut van het doelapparaat zodanig op te vullen dat de
grijsbalans behouden blijft, maar de kleurmetrische precisie mogelijk wordt verminderd.
Dit betekent dat als bepaalde kleuren in een afbeelding buiten het kleurbereik vallen dat het
uitvoerapparaat kan weergeven, Foto-intentie ervoor zorgt dat alle kleuren in de afbeelding zodanig
worden aangepast dat elke kleur binnen het weergavebereik valt en de relatie tussen de kleuren zoveel
mogelijk behouden blijft.
De intentie is vooral geschikt voor foto’s en afbeeldingen en is meestal de standaardinstelling.
88
88
Graphic Intent (Grafiek-intentie)
Graphic Intent (Grafiek-intentie) zorgt ervoor dat de kleurintensiteit van een afbeelding behouden blijft.
Dit kan echter ten koste gaan van tint en helderheid.
De implementatie van deze intentie is nog enigszins problematisch en de ICC zoekt nog naar een
methode om de gewenste effecten te bereiken.
Deze intentie is vooral geschikt voor zakelijke grafieken en diagrammen, waarin levendige en sterk
contrasterende kleuren belangrijker zijn dan de exacte weergave van een specifieke kleur
Proof Intent (Afdruk-intentie)
Proof Intent (Afdruk-intentie) is zodanig gedefinieerd dat alle kleuren die buiten het bereik vallen dat
het uitvoerapparaat kan weergeven, worden bijgesteld tot de dichtstbijzijnde kleur die het apparaat kan
weergeven. Kleuren die binnen het bereik vallen blijven ongewijzigd.
Bij Proof Intent (Afdruk-intentie) blijft het witpunt niet behouden.
Het witste wit van papier is bijvoorbeeld geler dan dat van een computermonitor. Als een afbeelding met
een relatieve kleurmetrische intentie wordt geconverteerd naar het gamut van een printer, worden alle
kleuren in de afbeelding geler weergegeven. Het witpunt van de afbeelding wordt aangepast aan het
witpunt van de printer. Alle andere kleuren in de afbeelding behouden hun relatieve positie ten opzichte
van het witpunt. Hierdoor komt de op het scherm weergegeven afbeelding nauwkeuriger met de
afgedrukte afbeelding overeen. Het resultaat op het scherm kan echter op de gebruiker ontluisterend
overkomen.
Match Intent (Afstemmings-intentie)
Match Intent (Afstemmings-intentie) is zodanig gedefinieerd dat alle kleuren die buiten het bereik vallen
dat het uitvoerapparaat kan weergeven, worden bijgesteld tot de dichtstbijzijnde kleur die het apparaat
kan weergeven. Kleuren die binnen het bereik vallen blijven ongewijzigd.
Bij Match Intent (Afstemmings-intentie) blijft het witpunt behouden.
Het witste wit van papier is bijvoorbeeld geler dan dat van een computermonitor. Als een afbeelding met
Afstemmings-intentie naar het gamut van een printer wordt geconverteerd, worden alle kleuren
geconverteerd naar en aangepast aan het gamut van de printer. Het witpunt van de afbeelding wordt
niet aangepast aan het witpunt van de printer. De afstand van de kleuren tot het witpunt kan daarom
gewijzigd worden. Hoewel dit een schermafbeelding oplevert die voor de gebruiker minder
ontluisterend is, zal de afdruk minder precies zijn.
89
89
De modus Standard (Standaard)
De modus Standard (Standaard) heeft de volgende zeven tabbladen: Weergave, Helderheid en contrast,
Tint en intensiteit, Kleurbalans, Kromme, Niveau en Drempelwaarde.
Klik op de knop om de in deze modus opgegeven instellingen toe te passen. Klik op de knop
om alle instellingen toe te passen. Klik op de knop om de oorspronkelijke instellingen te
herstellen. U kunt dit laatste ook bereiken door op de knop te klikken.
Opmerking: Als u het afbeeldingstype op grijstinten hebt ingesteld, worden de tabbladen Tint
en intensiteit, Kleurbalans en Drempelwaarde niet weergegeven. Het tabblad
Drempelwaarde is alleen beschikbaar als het afbeeldingstype op lijntekening is
ingesteld.
90
90
ET TABBLAD WEERGAVE
H
Het tabblad bevat de volgende onderdelen:
Invert (Inverteren)
Als u op deze knop klikt, worden de kleuren van het huidige kader geïnverteerd. Dit betekent dat de
helderheidswaarde van elke pixel wordt omgezet in de tegenovergestelde waarde op de 256-staps
kleurwaardenschaal.
Mirror (Spiegelen)
Dit effect wordt niet in het voorbeeldgebied weergegeven en is alleen in de uiteindelijke scan zichtbaar.
Rotation Angle (Draaiingshoek)
U kunt een draaiingshoek in het invoervak typen of de schuifknop verslepen.
91
91
Blur/Sharp (Vaag/Scherp)
U kunt de schuifknop verslepen om de afbeelding vager of scherper te maken. Sleep de schuifknop naar
links om de afbeelding vager te maken, en naar rechts om deze scherper te maken.
Descreen (Ontrasteren)
Als u afbeeldingen uit tijdschriften, kranten of ander drukwerk scant, is er soms fijn rasterpatroon op de
gescande afbeelding zichtbaar. U kunt dit rasterpatroon verwijderen met de opties in de vervolgkeuzelijst Descreen (Ontrasteren). U kunt op grond van het origineel in de vervolgkeuzelijst een bepaalde optie
voor ontrasteren selecteren.
92
92
ET TABBLAD HELDERHEID EN CONTRAST
H
Dit tabblad dient om de helderheid en het contrast van een gescande afbeelding aan te passen.
U kunt in de respectievelijk invoervakken een waarde intypen tussen -127 en 127 (de standaardwaarde is 0).
U kunt ook de schuifknoppen naar links of rechts slepen om het effect groter of kleiner te maken. We
raden u aan op de knop “Auto” (Automatisch) te klikken, zodat de software het effect automatisch instelt.
93
93
ET TABBLAD TINT EN INTENSITEIT
H
Tint is een eigenschap waarmee de ene kleur zich van de andere onderscheidt, terwijl Intensiteit
bepalend is voor de intensiteit van een kleur.
Het kleurenwiel dient om de tint en intensiteit aan te passen van de kleur die u wilt
gebruiken. Plaats de muis in het kleurenwiel en klik erop. Sleep de muis over het
kleurenwiel om een tint te kiezen voor de kleur die u wilt gebruiken. De afstand tot het
middelpunt van het wiel is bepalend voor de intensiteit van de kleur: hoe verder u de
muis van het middelpunt van het kleurenwiel sleept, hoe intenser de kleur is.
U kunt de driehoek onder de helderheidsbalk verslepen om de helderheid aan te
passen van de gekozen kleur. Sleep de driehoek naar rechts om de helderheid te
vergroten. Of sleep de driehoek naar links om de helderheid te verminderen.
94
94
Als u de muis binnen het kleurenwiel versleept om de kleurtint en -intensiteit te
kiezen of de driehoek onder de helderheidsbalk versleept om de kleurhelderheid
aan te passen, worden de bijbehorende gegevens ook in de invoervakken
getoond. U kunt de gewenste waarden ook rechtstreeks in de vakken invullen.
Via het tabblad Kleurbalans kunt u de kleurmenging in een afbeelding wijzigen en bepaalde kleuren
krachtiger of zwakker maken.
Hier kunt u het kanaal kiezen dat u wilt bijstellen.
U kunt de driehoeken verslepen of zelf een waarde (van 0 tot 100) in
het vak opgeven.
96
96
Om de kleurbalans te wijzigen, selecteert u eerst het kanaal dat u wilt aanpassen en sleept u vervolgens
de driehoeken onder de drie kleurbalken. U kunt de kleurbalans ook aanpassen door de gewenste
waarden zelf op te geven in de drie vakken rechts van de kleurbalken.
Als bijvoorbeeld de kleur van het helderste gebied in het gescande origineel blauwig lijkt, kiest u eerst
het kanaal Highlight (Helderheid) en sleept u vervolgens de driehoek onder de balk Cyan-Red (CyaanRood) naar rechts of sleept u de driehoek onder de balk Yellow-Blue (Geel-Blauw) naar links om het
blauwige effect te verwijderen.
De parameterwaarden zijn als volgt:
OnderdeelBereikStandaardwaarde
KleurkanaalMiddentoon
Cyaan en rood-100~1000
Magenta en groen-100~1000
Geel en blauw-100~1000
97
97
ET TABBLAD KROMME
H
Via het tabblad Kromme kunt u de helderheidseigenschappen van de middentoonpixels in een
afbeelding aanpassen.
Selecteer in het vak Kleurkanaal het kleurkanaal dat u wilt bijstellen. U kunt vervolgens
de kromme-eigenschap van elk kleurkanaal instellen.
98
98
De X-as van de Toonkaart vertegenwoordigt het invoerhelderheidsniveau van de
pixels in een afbeelding. De Y-as vertegenwoordigt het uitvoerhelderheidsniveau
van de afbeelding. Door met klikken en slepen de vorm van de kromme te wijzigen,
kunt u het verschil tussen het invoer- en uitvoerhelderheidsniveau van een
afbeelding aanpassen zonder de donkere en lichte gebieden uitgebreid te hoeven
bewerken. Vergelijk bijvoorbeeld de volgende afbeeldingen en de bijbehorende
toonkaarten:
De oorspronkelijke afbeelding
en de bijbehorende toonkaart.
De kromme is recht en
diagonaal.
Sleep de kromme naar links
om het middentoongebied van
de afbeelding heldom het midaar links ddoh2j.120 ar links
99
99
Bewerkingen op het Taakblad
Taakinstellingen wijzigen
U kunt onder elke taak op een cel klikken om deze te selecteren. Als u vervolgens rechts in de cel klikt,
verandert de cel in een keuzerondje, een vervolgkeuzelijst of een invoervak.
Klik op een cel om deze te
markeren.
Klik rechts in de cel. Er wordt
een vervolgkeuzelijst geopend.
Selecteer een onderdeel in de
vervolgkeuzelijst.
108
108
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.