ATAG KD85178CDC User guide

Page 1
Gebruiksaanwijzing
Vriezer
KD85178CD KD85178CDC KD84178CDC
Page 2
INHOUDSOPGAVE
Uw vriezer
Inleiding 4
5
Installeren en aansluiten
De keuze van de ruimte 11
Toestel aansluiten 12
Draairichting deur wijzigen / toestel inbouwen in een kast 13
Voor het eerste gebruik
Voordat u het toestel de eerste keer gebruikt 14
Advies om energie te besparen 14
Toestelbeschrijving
Toestel 15
Bedieningspaneel 17
Bediening van het toestel
NL 2
De vriezer inschakelen en de temperatuur instellen 18
De vriezer uitschakelen 18
Intensief vriezen (FastFreeze) 18
ECO-functie 19
Kinderslot 20
Alarm bij open deur 20
Alarm bij te hoge temperatuur 20
Alarm bij een stroomstoring 21
Page 3
INHOUDSOPGAVE
Voedsel bewaren en invriezen
Aanbevolen indeling 22
Voorkom het bederven van voedsel 22
Invriezen en bewaren van voedsel in de vriezer 23
Bevroren voedsel ontdooien 24
Onderhoud
Het toestel ontdooien 25
Het toestel reinigen 25
Storingen
Storingstabel 27
Milieuaspecten
Verpakking en toestel afdanken 29
Gebruikte pictogrammen
Belangrijk om te weten
Tip
Waarschuwing; Brandgevaar / ontvlambare materialen
NL 3
Page 4
UW VRIEZER
Inleiding
Gefeliciteerd met uw keuze voor deze vriezer van Atag. In het ontwerp van dit product heeft
eenvoudige bediening en optimale gebruiksvriendelijkheid centraal gestaan.
In deze handleiding leest u hoe u dit toestel het best kunt gebruiken. Naast informatie over de
bediening, vindt u hier ook achtergrondinformatie die u tijdens het gebruik van het toestel van
pas kan komen.
Lees eerst de veiligheidsvoorschriften voordat u het toestel gebruikt!
Lees deze handleiding door voordat u het toestel in gebruik neemt, en berg de handleiding
daarna veilig op voor toekomstig gebruik.
Een deel van de installatie-instructies wordt afzonderlijk meegeleverd.
NL 4
Page 5
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen
(waaronder kinderen) met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperking of personen met te weinig kennis en ervaring, tenzij iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid toezicht houdt of hun instructies heeft gegeven over het gebruik van het apparaat.
Houd toezicht op kinderen om ervoor te zorgen dat ze niet met
het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd zonder toezicht.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
Alleen voor Europese markten
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder, mensen met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperking of mensen die weinig ervaring met en kennis van het apparaat hebben, mits zij onder toezicht staan of zijn geïnstrueerd hoe zij het apparaat veilig moeten gebruiken en zij de mogelijke gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd als er geen toezicht is.
Kinderen van 3 tot 8 jaar mogen producten in toestellen met
een koelfunctie leggen en ook eruit halen.
Vertaling van originele instructie
NL 5
Page 6
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Algemene veiligheid
De lamp in dit huishoudelijke apparaat is uitsluitend bedoeld
voor verlichting van dit apparaat. De lamp is niet geschikt voor de verlichting van een huishoudelijke ruimte.
WAARSCHUWING! Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk of daarmee vergelijkbaar gebruik, zoals: – in personeelskeukens in winkels, kantoren en andere
werkomgevingen;
– voor gasten in gastboerderijen, hotels, motels en andere
overnachtings gelegenheden; – in bed & breakfast-achtige omgevingen; – voor catering en vergelijkbare niet-zakelijke doeleinden.
WAARSCHUWING! Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor vrijstaande als ingebouwde modellen.
WAARSCHUWING! Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen.
WAARSCHUWING! Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
WAARSCHUWING! Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
WAARSCHUWING! Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.
WAARSCHUWING! Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
WAARSCHUWING! Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen met drijfgas in dit apparaat.
WAARSCHUWING! Als het netsnoer beschadigd is, moet het vervangen worden door de fabrikant, een servicemedewerker of personen met vergelijkbare kwalificaties om gevaarlijke situaties te voorkomen.
NL 6
Page 7
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Installatie
WAARSCHUWING! Dit apparaat mag uitsluitend door een
erkende monteur worden geïnstalleerd.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Controleer het apparaat op transportschade. Sluit het apparaat niet aan als het beschadigd is.
• Volg altijd de installatie-instructies in de bijgeleverde installatiehandleiding.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
• Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren.
• Wacht ten minste 4 uur alvorens het apparaat aan de netstroom aan te sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen.
• Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiators, fornuizen, ovens of kookplaten.
• Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht.
• Gebruik dit apparaat niet in gebieden die te vochtig of te koud zijn, zoals bijgebouwen, garages of kelders.
• Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen.
WAARSCHUWING! Zorg er bij het plaatsen van het apparaat voor dat het netsnoer niet bekneld of beschadigd raakt.
NL 7
Page 8
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik niet meerdere stekkers of verlengsnoeren.
• Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact met de Servicedienst of een elektrotechnicus om de elektrische onderdelen te wijzigen.
• De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Pak altijd de stekker vast als u de kabel uit het stopcontact wilt halen. Trek nooit aan de voedingskabel.
WAARSCHUWING! Plaats geen meervoudige stekkerdozen of draagbare voedingen aan de achterkant van het apparaat.
• Als een vast opgesteld apparaat niet is voorzien van een netsnoer en een stekker, of van een andere manier om de verbinding met het elektriciteitsnet te verbreken, waarbij er sprake is van een contactverbreking in alle polen die
NL 8
Page 9
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
volledige contactverbreking biedt in situaties die onder overspanningscategorie III vallen, moet er in het vaste bedrading van het elektriciteitsnet naar het apparaat een schakelaar worden aangebracht volgens de geldende richtlijnen. Dit is ook van toepassing op apparaten met een netsnoer en stekker waarbij de stekker niet toegankelijk is na installatie van het apparaat. Door het toepassen van een meerpolige schakelaar met een contactafstand van ten minste 3 mm in de vaste bedrading van het elektriciteitsnet naar het apparaat wordt aan deze eis voldaan.
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel, brandwonden,
elektrische schokken of brand.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant.
• Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet beschadigt. Het bevat isobutaan (R600a), aardgas met een hoge ecologische compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar.
• Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Ventileer de kamer goed.
• Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet.
NL 9
Page 10
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het
apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen.
• Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
• Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat.
• Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk.
• Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt.
NL 10
Page 11
INSTALLEREN EN AANSLUITEN
De keuze van de ruimte
• Plaats het toestel in een droge en regelmatig geventileerde ruimte. De toegestane
temperatuur van de omgeving voor de juiste werking van het toestel is afhankelijk van de
uitvoering (klasse) van het toestel, die op het typeplaatje van het toestel vermeld is.
/
/
/
/
/
• Plaats het toestel niet in de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld een gasfornuis,
verwarming, boiler enz. en stel het niet bloot aan directe zonnestraling.
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur Relatieve vochtigheid
SN (subnormaal) +10 °C tot +32 °C
N (normaal) +16 °C tot +32 °C
ST (subtropisch) +16 °C tot +38 °C
T (tropisch) +16 °C tot +43 °C
75%
Plaats het toestel niet in een ruimte waar de temperatuur kan dalen tot onder 5 °C, want
dit kan een onjuiste werking of een storing veroorzaken!
Het toestel is niet geschikt voor buitengebruik en het mag niet bloot worden gesteld aan
regen.
• Het toestel moet tenminste 5 cm van het elektrisch of gasfornuis respectievelijk 30 cm
van de verwarming of kachel worden geïnstalleerd. Bij kleinere afstanden moet er een
isolatieplaat worden gebruikt.
NL 11
Page 12
INSTALLEREN EN AANSLUITEN
• De afstand tot de muur, achter en aan de zijkanten van de kast, moet ongeveer 5 cm
te bedragen. Een keukenkastje boven de koelkast moet aan de achterzijde een ruimte
van tenminste 5 cm hebben. Daardoor wordt een voldoende koeling van de condensor
gewaarborgd.
• Na installatie moet de stekker toegankelijk zijn!
Plaats het toestel in een ruimte die groot genoeg is. Er moet ten minste 1 m3 ruimte per
8 gram koelmiddel zijn. De hoeveelheid koelmiddel is aangegeven op het typeplaatje aan
de binnenzijde van het toestel.
• Voor goede luchtcirculatie moet aan de onderkant van de keukeneenheid voor inbouw van
het geïntegreerde toestel ten minste 200 cm2 vrije ruimte zijn.
• De luchtuitlaat van het toestel bevindt zich bovenaan aan het toestel; voorkom blokkering
van de luchtstroom. Door blokkering kan het toestel beschadigd raken.
Waarschuwing:
Bij installatie van inbouwapparatuur naast elkaar in een kast of ombouw, moet
vooraf een accessoire ter voorkoming van condensatie worden geïnstalleerd. Om
veiligheidsredenen mag deze installatie alleen door een erkende installateur worden
gedaan!
Toestel aansluiten
• Sluit het toestel met het netsnoer aan op het elektriciteitsnet. Het stopcontact moet geaard
zijn. De nominale spanning en de frequentie van het toestel vindt u op het typeplaatje/label
met basisinformatie op het toestel.
• Het toestel moet in overeenstemming met de geldende normen en regels op het
elektriciteitsnet worden aangesloten en geaard. Het toestel is bestand tegen kortstondige
afwijkingen in de nominale spanning, echter niet meer dan +/- 6%.
Wanneer u het toestel langere tijd niet gebruikt, schakelt u het uit met de daarvoor
bestemde toets en koppelt u het los van de stroomvoorziening. Maak het toestel leeg,
ontdooi het, maak het schoon en laat de deur op een kier staan.
NL 12
Page 13
INSTALLEREN EN AANSLUITEN
Gevaar van bevriezing
Steek bevroren voedsel nooit in uw mond en voorkom aanraking van bevroren voedsel,
omdat dit bevriezing kan veroorzaken.
Open het vriescompartiment niet als er een fout is opgetreden of de stroomvoorziening is
uitgevallen, tenzij het toestel langer buiten werking is dan de uren die staan aangegeven
op het typeplaatje (temperatuurstijgingstijd). Na die periode moet u het ingevroren
voedsel gebruiken of zorgen voor voldoende koeling (in een vervangend toestel).
Draairichting deur wijzigen / toestel inbouwen in een kast
Het proces voor aanpassing van de draairichting van de deur en inbouw van het toestel wordt
beschreven in een afzonderlijk installatievoorschrift.
NL 13
Page 14
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Voordat u het toestel de eerste keer gebruikt
Sluit het toestel pas aan op het elektriciteitsnet nadat u de aanwijzingen over een correct en
veilig gebruik van het toestel zorgvuldig hebt doorgelezen. De aanwijzingen zijn van toepassing
op verschillende types en modellen; dat betekent dat de gebruiksaanwijzing instellingen of
onderdelen kan bevatten die niet beschikbaar zijn op uw toestel. We raden u aan om deze
instructies te bewaren voor toekomstig gebruik en deze bij het toestel te voegen wanneer dit in
de toekomst wordt verkocht.
Controleer het toestel op beschadigingen of onregelmatigheden. Wanneer het toestel beschadigd
is, stelt u de winkel waar u het toestel hebt gekocht hiervan op de hoogte.
Laat het toestel minimaal 4 uur in verticale positie stilstaan, voordat u het toestel op het
elektriciteitsnet aansluit. Dit verkleint de kans op storingen als gevolg van de invloed van het
transport op het koelsysteem.
Voordat u het toestel voor de eerste keer gaat gebruiken, moeten de binnenzijde en alle
accessoires schoongemaakt worden met lauw water met een neutraal reinigingsmiddel. Neem
na het reinigen de delen af met schoon water en droog ze zorgvuldig.
Als u het toestel voor de eerste keer gaat gebruiken, plaats dan geen voedsel in het toestel
voordat de temperatuur tot de gekozen instelling is gedaald.
Advies om energie te besparen
• Installeer het toestel zoals in de gebruiksaanwijzing aangegeven.
• Open de deur niet vaker dan noodzakelijk.
• Houd de ventilatieluchtopeningen altijd vrij.
• Wanneer het deurrubber is beschadigd of niet meer volledig afsluit, moet deze zo snel
mogelijk worden vervangen.
• Bewaar voedsel in goed sluitende bakjes of een geschikte verpakking.
• Laat voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het in het toestel plaatst.
• Ontdooi een conventionele vriezer wanneer zich een laag rijp of ijs van ongeveer 2 tot
3 millimeter aan de binnenzijde heeft gevormd.
• Hoe lager de temperatuur wordt ingesteld, hoe hoger het energieverbruik zal zijn.
NL 14
Page 15
TOESTELBESCHRIJVING
Toestel
1. Bedieningspaneel
2. LED binnenverlichting
3. NoFrost vries-unit
4. Vriesvak
5. Vriesladen
Beste locatie voor het invriezen
van vers voedsel.
NoFrost
Met het NoFrost systeem hoeft u de vriezer nooit meer te ontdooien.
1 2
3
4
5
Deursluiting
De deur sluit uit zichzelf als de openingshoek kleiner dan 20° is. Met de soft-close deursluiting
sluit de deur zachtjes.
LED binnenverlichting
Op diverse plaatsen is het toestel voorzien van LED verlichting.
NL 15
Page 16
TOESTELBESCHRIJVING
Laden
1
Een aantal laden zijn geplaatst op volledig uittrekbare telescooprails en
voorzien van een soft-close systeem.
2
3
5
3
6
click
4
click
Om de lade van de rails af te nemen, trekt u eerst de lade op de rails zo
ver mogelijk naar buiten. Til de achterkant van de lade omhoog (1). Trek
de lade naar u toe (2) en haal de lade van de rails.
Om de lade op de rails te plaatsen, trekt u eerst beide rails zo ver
mogelijk naar buiten. Plaats de lade op de rails (3). Druk links en rechts
aan de voorzijde de lade en de rails naar elkaar toe totdat u een “click”
4
hoort (4). Druk, indien nodig, de achterkant van de lade omlaag (5). Duw
tot slot de lade op de rails geheel naar binnen toe (6).
IJsblokjeshouder (IceTray)
Om ijsblokjes te maken, vult u het bakje met water en plaatst u het in
een horizontale positie in de vriezer.
NL 16
Page 17
TOESTELBESCHRIJVING
Bedieningspaneel
Raak voor de beste werking de toetsen aan met een groot deel van de vingertop.
B
A D EC
A
A. Alarmtoets / WiFi-toets (zie ‘Atag Connect Life’)
B. Insteltoetsen temperatuur
C. Weergave ingestelde temperatuur
D. FastFreeze toets (intensieve vriesfunctie)
E. ECO-/Kinderslottoets
F. Aan-/uittoets
F
Atag Connect Life
Sommige toestellen kunnen op afstand worden bediend met behulp van een smart phone of
tablet. Deze toestellen zijn voorzien van een WiFi-toets. Instructies om de verbinding tot stand te
brengen staan beschreven in een separate gebruiksaanwijzing (Atag Connect Life).
Overal waar in deze handleiding wordt aangegeven dat de alarmtoets gaat knipperen, is
dat niet van toepassing op de WiFi-toets.
NL 17
Page 18
BEDIENING VAN HET TOESTEL
De vriezer inschakelen en de temperatuur instellen
1. Raak de aan-/uittoets aan.
De vriezer schakelt in.
2. Gebruik de insteltoetsen om de temperatuur in te stellen.
De temperatuur kan worden ingesteld van -24 °C t/m -16 °C. De aanbevolen temperatuur
is -18 °C (fabrieksinstelling).
Nadat u het toestel hebt ingeschakeld, duurt het enkele uren voordat de ingestelde
temperatuur is bereikt. Plaats geen voedsel in het toestel voordat de temperatuur tot de
gekozen instelling is gedaald.
De ingestelde temperatuur wordt in het bedieningspaneel knipperend weergegeven
bij aanraking van de insteltoetsen. Drie seconden nadat er voor de laatste keer op de
toetsen is gedrukt, wordt de gekozen temperatuurinstelling opgeslagen.
De vriezer uitschakelen
1. Raak gedurende drie seconden de aan-/uittoets aan.
De vriezer schakelt uit.
Intensief vriezen (FastFreeze)
Dit toestel beschikt over een intensieve vriesfunctie. Deze functie zorgt ervoor dat de temperatuur
in het vriescompartiment zo snel mogelijk daalt. Schakel deze functie 24 uur van tevoren in
voordat u een grote hoeveelheid vers voedsel in het toestel legt.
Als de intensieve vriesfunctie actief is, werkt het toestel met maximaal vermogen.
Mogelijk is er dan tijdelijk iets meer geluid te horen.
NL 18
Page 19
BEDIENING VAN HET TOESTEL
1. Raak de Fast Freeze toets aan.
In de display verschijnt ‘FF’; de Fast Freeze functie is
ingeschakeld.
2. Raak de Fast Freeze toets nogmaals aan om de functie uit te
schakelen.
In de display verschijnt weer de ingestelde temperatuur.
Wanneer u een andere temperatuur instelt voor het vriescompartiment terwijl de
intensieve vriesfunctie actief is, wordt intensief vriezen onmiddellijk uitgeschakeld.
Wanneer u de ECO-functie kiest terwijl de intensieve vriesfunctie actief is, wordt intensief
vriezen onmiddellijk uitgeschakeld.
Als de intensieve vriesfunctie niet handmatig wordt uitgeschakeld, wordt de functie (na
ongeveer twee dagen) automatisch uitgeschakeld. De temperatuur keert dan terug naar
de meest recent ingestelde waarde.
Wanneer er een stroomstoring optreedt terwijl de functie actief is, wordt de functie
opnieuw actief op het moment dat de stroomvoorziening is hersteld.
ECO-functie
Dit toestel beschikt over een ECO-functie. Als deze functie actief is, werkt het toestel met
optimale instellingen. De ECO-functie heeft geen tijdslimiet en blijft actief totdat de functie wordt
uitgeschakeld.
De ECO-functie in-/uitschakelen
1. Raak de ECO-/Kinderslottoets aan.
De toets wordt verlicht; de functie is ingeschakeld.
2. Raak de ECO-/Kinderslottoets nogmaals aan.
De functie is uitgeschakeld.
Let op!
Het inschakelen van de ECO-functie schakelt de functie FastFreeze uit.
Wanneer er een stroomstoring optreedt terwijl de ECO-functie actief is, wordt de functie
opnieuw actief op het moment dat de stroomvoorziening is hersteld.
NL 19
Page 20
BEDIENING VAN HET TOESTEL
Kinderslot
Gebruik deze functie om onbedoelde wijzigingen in de instellingen van het toestel te voorkomen.
Alle toetsen worden vergrendeld, met uitzondering van de ECO-/Kinderslottoets.
Kinderslot in-/uitschakelen
1. Raak gedurende drie seconden de ECO-/Kinderslottoets aan.
In de display verschijnt ‘LL’; het kinderslot is ingeschakeld.
2. Raak gedurende drie seconden nogmaals de ECO-/Kinderslottoets
aan.
De functie is uitgeschakeld.
Alarm bij open deur
Als de deur te lang open staat, hoort u een geluidssignaal. De alarmtoets knippert in de display.
Na enkele minuten gaat de verlichting knipperen.
Het alarm uitschakelen
1. Sluit de deur.
Het geluidssignaal stopt.
Indien na 10 minuten de deur nog niet gesloten is, schakelt het toestel in de veilige
modus. De LED verlichting gaat uit. In de display verschijnt foutcode E9 (zie hoofdstuk
‘Storingen’).
Als u alleen het alarm uitschakelt door een willekeurige toets aan te raken, zal na enige
tijd het alarm weer inschakelen omdat de deur nog open is.
Alarm bij te hoge temperatuur
Als de temperatuur in het toestel te hoog is, hoort u een geluidssignaal. De alarmtoets en de
ingestelde temperatuur in de display knipperen. De te hoge temperatuur kan verschillende
oorzaken hebben:
• De deur is te lang of te vaak geopend.
• De deur sluit niet goed.
• Er is te veel vers voedsel tegelijk toegevoegd.
NL 20
Page 21
BEDIENING VAN HET TOESTEL
Elke keer als het toestel opnieuw wordt ingeschakeld, duurt het een tijdje totdat de juiste
temperatuur wordt bereikt. Om onnodige activering van het alarm te voorkomen, wordt
het alarm daarom de eerste 24 uur niet ingeschakeld.
Het alarm uitschakelen
1. Raak een willekeurige toets aan om het alarm uit te schakelen.
Het geluidssignaal stopt.
De alarmtoets en de ingestelde temperatuur in de display blijven knipperen zolang de
temperatuur nog te hoog is.
Als het alarm niet handmatig wordt uitgeschakeld en de temperatuur te hoog blijft, klinkt
het geluidssignaal de eerste minuten van elk half uur en bij het openen van de deur.
Alarm bij een stroomstoring
Tijdens een stroomstoring kan het toestel niet koelen/vriezen. Is de
stroomstoring verholpen, dan wordt de temperatuur in het toestel
gemeten. Als de temperatuur in het toestel te hoog is, hoort u een
geluidssignaal. De alarmtoets knippert en ‘PF’ (Power Failure) knippert
in de display.
Controleer bij deze melding ‘PF’ altijd het voedsel in het toestel! Door een te hoge
temperatuur kan voedsel bederven.
Het alarm uitschakelen
1. Raak een willekeurige toets aan om het alarm uit te schakelen.
Het geluidssignaal stopt.
De ingestelde temperatuur verschijnt weer in de display.
De alarmtoets en de ingestelde temperatuur in de display blijven knipperen zolang de
temperatuur nog te hoog is.
Als het alarm niet handmatig wordt uitgeschakeld, klinkt het geluidssignaal de eerste
minuten van elk half uur en bij het openen van de deur.
NL 21
Page 22
VOEDSEL BEWAREN EN INVRIEZEN
Aanbevolen indeling
De beste locatie voor het invriezen van vers voedsel is gemarkeerd met
een .
Bewaar sla, eieren, appels, peren, druiven, perziken, yoghurt, karnemelk, zure room en
mayonaise niet in de vriezer.
Voorkom het bederven van voedsel
Volg de onderstaande instructies om het bederven van voedsel te voorkomen:
• Als u de deur gedurende lange tijd opent, kan de temperatuur in de compartimenten van het
toestel aanzienlijk stijgen.
• Als het toestel met koelfunctie gedurende een lange periode leeg blijft, schakelt u het
uit. Ontdooi het toestel, maak het schoon en laat het drogen. Laat de deur open om
schimmelvorming in het toestel te voorkomen.
NL 22
Page 23
VOEDSEL BEWAREN EN INVRIEZEN
Invriezen en bewaren van voedsel in de vriezer
Belangrijke aanwijzingen bij het invriezen van vers voedsel
• De maximale hoeveelheid vers voedsel die u in een keer in de vriezer kunt plaatsen, is op
het typeplaatje aangegeven. Wanneer de hoeveelheid in te vriezen voedsel groter is dan
de aangegeven hoeveelheid, neemt de kwaliteit van het invriezen af. Daarnaast zal ook de
kwaliteit van het reeds ingevroren voedsel dalen.
• Gebruik alleen vers voedsel van een goede kwaliteit dat geschikt is om in te vriezen.
• Laat warm voedsel eerst afkoelen naar kamertemperatuur.
• Het is belangrijk om het voedsel snel in te vriezen. Daarom wordt gebruik van kleine
verpakkingen aanbevolen.
• Gebruik een lucht- en waterdichte verpakking, zodat het voedsel niet uitdroogt en zijn
vitamines verliest.
• Noteer het soort voedsel, de hoeveelheid en de invriesdatum op de verpakking.
• Laat vers voedsel niet in contact komt met voedsel dat al ingevroren is.
• U mag alle laden verwijderen om het totale volume van het vriescompartiment te gebruiken.
Plaats het voedsel direct op een plateau en op de bodem van de vriezer.
Invriezen van kleine hoeveelheden vers voedsel / ijsblokjes maken
Zie hoofdstuk ‘Aanbevolen indeling’ voor de beste locatie voor het invriezen van vers voedsel
(1 à 2 kilo) en het maken van ijsblokjes.
Invriezen van grote hoeveelheden vers voedsel
• Activeer de intensieve vriesfunctie 24 uur voordat u voedsel gaat invriezen.
• Verdeel het verse voedsel evenredig over alle laden in het vriescompartiment.
• Na 24 uur kunt u het voedsel verplaatsen naar een ander vak in de vriezer en kunt u ander
voedsel gaan invriezen.
Belangrijke aanwijzingen bij het bewaren van bevroren voedsel
• Houdt u bij het bewaren of gebruik van ingevroren voedsel aan de instructies van de
fabrikant. Let op de aanbevolen bewaartemperatuur en de houdbaarheidsdatum op de
verpakking.
• Gebruik alleen voedsel waarvan de verpakking onbeschadigd is en dat bewaard wordt bij
een temperatuur van -18 °C of lager.
• Koop geen voedsel dat bedekt is met rijp. Dat betekent namelijk dat het voedsel meerdere
keren gedeeltelijk is ontdooid en daarom van inferieure kwaliteit is.
• Voorkom dat het voedsel tijdens het vervoer ontdooit. Bij een toename van de temperatuur
wordt de bewaartijd korter en neemt de kwaliteit af.
NL 23
Page 24
VOEDSEL BEWAREN EN INVRIEZEN
Aanbevolen bewaartijd van ingevroren voedsel in de vriezer
Soort voedsel Bewaartijd
Fruit, rundvlees 10 tot 12 maanden
Groenten, kalfsvlees, gevogelte 8 tot 10 maanden
Hert 6 tot 8 maanden
Varkensvlees 4 tot 6 maanden
Fijngesneden of gemalen vlees 4 maanden
Brood, deegwaren, gekookte gerechten, magere vis 3 maanden
Ingewanden 2 maanden
Gerookte worst, vette vis 1 maand
Bevroren voedsel ontdooien
• Ontdooien is een belangrijke stap in het bewaren van voedsel door bevriezing. Het is van
belang dat het voedsel op de juiste manier wordt ontdooid.
• Geschikte manieren om voedsel te ontdooien:
in de koelkast;
in koud water;
in een magnetron of oven met een geschikt ontdooiprogramma.
• Sommige bevroren producten kunnen bereid worden zonder het eerst te ontdooien. Dit is
aangegeven door de fabrikant op de verpakking.
• Het is belangrijk dat het voedsel is verpakt in kleine porties. Op deze manier gaat het
ontdooien een stuk sneller.
• Gebruik gedeeltelijk of geheel ontdooid voedsel zo snel mogelijk. Nadat het voedsel is
ontdooid, worden bacteriën weer actief en bederft voedsel snel. Dat geldt met name voor
fruit, groenten en kant-en-klaar voedsel.
• Vries gedeeltelijk of geheel ontdooid voedsel niet meer in.
NL 24
Page 25
ONDERHOUD
Het toestel ontdooien
Ontdooien van de NoFrost vriezer
Ontdooien van de NoFrost vriezer gaat automatisch. Rijp dat zich af en toe afzet zal vanzelf
verdwijnen.
Als er toch ijs of rijpafzetting in de vriesruimte aanwezig is, kan dat het gevolg zijn van een
ongewoon gebruik van het toestel (te vaak en te lang de deur openen, slechte sluiting van de
deur, etc.). Ontdooi in dit geval de vriezer handmatig.
Handmatig ontdooien van de NoFrost vriezer
1. Raak gedurende een aantal seconden gelijktijdig de rechter
insteltoets en de ECO-/Kinderslottoets aan.
In de display verschijnt ‘CL’; het ontdooiproces begint.
Als de temperatuur weer in de display verschijnt, is het
ontdooiproces klaar.
Zet bij extreme ijsvorming het toestel uit. Neem de etenswaren uit de vriezer en bescherm
ze zodat ze niet (deels) kunnen ontdooien. Reinig en droog het interieur van de vriezer.
Zet, voordat u de etenswaren in de vriezer doet, het toestel aan en kies de gewenste
instelling.
Het toestel reinigen
Schakel het toestel uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u het gaat
schoonmaken.
Gebruik geen reinigingsmiddelen die schurende bestanddelen bevatten; hierdoor kan het
oppervlak beschadigd raken.
Activeer de intensieve vriesfunctie 24 uur voordat u de vriezer gaat schoonmaken.
• Maak regelmatig de binnenzijde van het toestel schoon met lauw water met eventueel
een neutraal reinigingsmiddel of speciale koelkastreiniger. Maak alle oppervlakken schoon
met een zachte doek. Neem na het reinigen de delen af met schoon water en droog ze
zorgvuldig.
NL 25
Page 26
ONDERHOUD
• Plaats geen onderdelen van het toestel in de vaatwasser; hierdoor zouden ze beschadigd
kunnen raken.
Wanneer u het toestel langere tijd niet gebruikt, schakelt u het uit met de daarvoor
bestemde toets en koppelt u het los van de stroomvoorziening. Maak het toestel leeg,
ontdooi het, maak het schoon en laat de deur op een kier staan.
NL 26
Page 27
STORINGEN
Storingstabel
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw toestel betekent dit niet automatisch dat er een
defect is. Controleer in elk geval de volgende punten in onderstaande tabel.
Probleem Oorzaak/Oplossing
Het toestel is
aangesloten op de
stroomvoorziening,
maar werkt niet.
Het toestel koelt
continu gedurende
een lange tijd.
Er is veel
ijsvorming in de
vriezer.
De alarmtoets
en/of temperatuur-
weergave knippert.
De deur gaat
moeilijk open.
Controleer of er spanning op het stopcontact staat en of het toestel is
ingeschakeld.
Dit komt door de langdurige werking van de compressor op een laag
vermogen (laag energieverbruik / hoog rendement). Dit is het meest
efficiënt. Onderstaande factoren kunnen tevens de werking beïnvloeden:
• De omgevingstemperatuur is te hoog.
• De deur is te lang of te vaak geopend.
• De deur is niet goed gesloten.
• De deur sluit niet goed (vervuiling op de afdichting, de deur zit scheef,
de afdichting is beschadigd, etc.).
• Te veel vers voedsel tegelijk toegevoegd.
• Onvoldoende luchtcirculatie van compressor en condensor. Controleer
of er voldoende ventilatie rondom het toestel is (zie het separate
installatievoorschrift).
• De deur is te lang of te vaak geopend.
• De deur is niet goed gesloten.
• De deur sluit niet goed (vervuiling op de afdichting, de deur zit scheef,
de afdichting is beschadigd, etc.).
• De deur is te lang of te vaak geopend.
• De deur sluit niet goed (vervuiling op de afdichting, de deur zit scheef,
de afdichting is beschadigd, etc.).
• Te veel vers voedsel tegelijk toegevoegd.
U probeert een deur van het toestel te openen nadat u de deur net
hebt gesloten. Het openen gaat dan moeilijk. Wanneer u de deur opent,
ontsnapt er koele lucht uit het toestel, die wordt vervangen door warme
omgevingslucht. Tijdens het koelen van deze lucht ontstaat er negatieve
druk, waardoor de deur moeilijk opengaat. Na een paar minuten is de
situatie weer normaal en gaat de deur gemakkelijk open.
NL 27
Page 28
STORINGEN
Probleem Oorzaak/Oplossing
(Een deel van) de
LED verlichting
werkt niet.
Het toestel maakt
geluid.
Code ‘LL’ in de
display.
Code ‘PF’ in de
display.
Foutcode E0 in de
display.
Foutcode E1, E2 of
E3 in de display.
Foutcode E9 in de
display.
Wanneer de LED verlichting niet werkt, raadpleegt u een servicemonteur.
U mag niet zelf LED verlichting repareren.
• Voor de koeling van het toestel wordt een koelsysteem gebruikt dat
ook een compressor (en bij sommige modellen ook een ventilator)
bevat, die geluid maakt. De hoeveelheid geluid is afhankelijk van de
installatie, correct gebruik en de leeftijd van het toestel.
• Nadat u het toestel aan de stroomvoorziening hebt gekoppeld, is
het geluid van de compressor of van stromende vloeistof mogelijk
iets luider. Dat is geen teken dat er een storing is en heeft ook geen
invloed op de levensduur van het toestel. Na verloop van tijd worden
de geluiden van het toestel minder.
• Het toestel kan tijdelijk meer geluid maken als de deur vaak of lang
wordt geopend, wanneer veel vers voedsel in het toestel wordt
geplaatst of wanneer de functie voor intensief vriezen is geactiveerd.
Het kinderslot is ingeschakeld. Zie hoofdstuk ‘Kinderslot’.
Langdurige stroomonderbreking. Zie hoofdstuk ‘Alarm bij een
stroomstoring’.
De aanraaktoetsen reageren niet. Bel het servicecentrum voor reparatie.
Zolang het toestel nog niet is gerepareerd, staat het in de veilige
modus. Het toestel houdt de meest geschikte temperatuur voor elk
compartiment aan.
Een temperatuursensor is defect. Bel het servicecentrum voor reparatie.
Zolang het toestel nog niet is gerepareerd, staat het in de veilige
modus. Het toestel houdt de meest geschikte temperatuur voor elk
compartiment aan.
• Er staat een deur te lang open; sluit de deur.
• Als tevens de verlichting in het compartiment niet meer werkt, is de
deursensor defect. Bel het servicecentrum voor reparatie. Zolang het
toestel nog niet is gerepareerd, staat het in de veilige modus. Het
toestel houdt de meest geschikte temperatuur voor elk compartiment
aan.
Wanneer het probleem blijft bestaan, neemt u contact op met het servicecentrum en geeft u het
type, model en het serienummer door die op het typeplaatje of het label aan de binnenzijde van
het toestel worden vermeld.
NL 28
Page 29
MILIEUASPECTEN
Verpakking en toestel afdanken
Dit toestel is gemaakt van duurzame materialen. Het toestel moet aan het einde van zijn
levensduur op verantwoorde wijze worden afgedankt. Informeer bij de plaatselijke autoriteiten
hoe u dit kunt doen.
Zie ook het hoofdstuk ‘Verwijdering’ in de veiligheidsvoorschriften.
De verpakking van het toestel is recyclebaar. Mogelijk zijn de volgende materialen gebruikt:
• Karton.
• Polyethyleenfolie (PE).
• CFC-vrij polystyreen (hard PS-schuim).
Deze materialen moeten op verantwoorde wijze en conform de overheidsvoorschriften worden
afgedankt.
Het toestel is gemarkeerd met een vuilnisbaksymbool met een kruis
erdoor om u erop te wijzen dat elektrische huishoudelijke apparaten
afzonderlijk moeten worden afgedankt. Dit houdt in dat het toestel
aan het einde van zijn levensduur niet met het gewone huisvuil mag
worden meegegeven. Het toestel moet naar een speciale gemeentelijke
afvalverwerkingslocatie voor gescheiden afval worden gebracht of naar
een dealer die deze service verleent.
Negatieve gevolgen voor mens en milieu worden voorkomen door
huishoudelijke apparaten apart in te zamelen en op de juiste wijze af
te danken. Dit zorgt ervoor dat de materialen waaruit het apparaat
bestaat, kunnen worden teruggewonnen en aanzienlijke besparingen op
energie en grondstoffen kunnen worden gerealiseerd.
Verklaring van conformiteit
Wij verklaren dat onze producten voldoen aan de van toepassing zijnde
Europese richtlijnen, verordeningen en voorschriften, evenals aan de
eisen die staan beschreven in de normen waarnaar wordt verwezen.
NL 29
Page 30
NL 30
Page 31
NL 31
Page 32
De gebruiksaanwijzing is ook te vinden op onze website:
www.atag.nl
www.atag.be
*613825*
613825
613825 / VER 4 / 16-07-2019
Loading...