AEG SCE819E5TS User Manual [nl]

USER MANUAL
SCE819E5TS
NL Gebruiksaanwijzing 2
Koel-vriescombinatie
FR Notice d'utilisation 25
Réfrigérateur/congélateur
DE Benutzerinformation 49
Kühl - Gefrierschrank
www.aeg.com2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE................................................................................. 2
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN........................................................................ 5
3. INSTALLATIE........................................................................................................7
4. BEDIENINGSPANEEL..........................................................................................9
5. DAGELIJKS GEBRUIK....................................................................................... 12
6. AANWIJZINGEN EN TIPS..................................................................................15
7. ONDERHOUD EN REINIGING...........................................................................18
8. PROBLEEMOPLOSSING...................................................................................19
9. GELUIDEN..........................................................................................................23
10. TECHNISCHE GEGEVENS..............................................................................23
11. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN....................................................23
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, onderhouds- en reparatie-informatie:
www.aeg.com/support
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: Model, productnummer, serienummer. De informatie staat op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu‑informatie
Wijzigingen voorbehouden.

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die
NEDERLANDS 3
voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen in de leeftijd van 3 tot 8 jaar mogen het
apparaat laden en lossen op voorwaarde dat ze goed zijn geïnstrueerd.
Dit apparaat mag worden gebruikt door personen met
zware en complexe beperkingen, indien ze duidelijk zijn geïnstrueerd.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te worden gehouden.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.

1.2 Algemene veiligheid

Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke
en soortgelijke toepassingen, zoals:
boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen;
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen.
Neem de volgende instructies in acht om besmetting
van voedsel te voorkomen:
www.aeg.com4
open de deur niet gedurende lange perioden;reinig regelmatig oppervlakken die in contact
kunnen komen met voedsel en toegankelijke afwateringssystemen;
bewaar rauw vlees en vis in geschikte recipiënten in
de koelkast, zodat het niet in contact komt met of druppelt op andere levensmiddelen.
WAARSCHUWING: Houd de ventilatieopeningen altijd
vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als
ingebouwde modellen.
WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische of
andere middelen om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de fabrikant zijn
aanbevolen.
WAARSCHUWING: Let op dat u het koelcircuit niet
beschadigt.
WAARSCHUWING: Gebruik geen elektrische
apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant
worden aanbevolen.
Gebruik geen waterstralen en stoom om het apparaat
te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Als het apparaat lange tijd leeg is, schakel het dan uit,
ontdooi, reinig en droog het en laat de deur open om
te voorkomen dat er schimmel in het apparaat
ontstaat.
Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen
met een ontvlambaar drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

NEDERLANDS 5

2.1 Installatie

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Gebruik het apparaat niet voordat u het in de ingebouwde structuur installeert omwille van veiligheidsredenen.
• Volg de installatie-instructies die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren.
• Bij de eerste installatie of na het omdraaien van de deur moet u minstens 4 uur wachten voordat u het apparaat op de stroom aansluit. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen.
• Trek de stekker uit het stopcontact voordat u handelingen aan het apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien van de deur).
• Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiatoren, fornuizen, ovens of kookplaten.
• Stel het apparaat niet bloot aan regen.
• Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht.
• Installeer dit apparaat niet in ruimtes die te vochtig of te koud zijn.
• Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen.
• Het apparaat bevat een zakje droogmiddel. Dit is geen speelgoed. Dit is geen levensmiddel. Gooi het onmiddellijk weg.

2.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet

WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
WAARSCHUWING!
Zorg er bij het plaatsen van het apparaat voor dat het stroomsnoer niet klem zit of wordt beschadigd.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact.
• Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact met de erkende servicedienst of een elektricien om de elektrische onderdelen te wijzigen.
• De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken.
Het apparaat bevat ontvlambaar
gas, isobutaan (R600a), een aardgas
www.aeg.com6
met een hoge ecologische compatibiliteit. Zorg ervoor dat u het koelcircuit dat isobutaan bevat, niet beschadigt.
• De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
• Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant.
• Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Lucht de ruimte indien dit gebeurt.
• Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat.
• Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles veroorzaken.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet.
• Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige handen items uit het vriesvak verwijderd of aanraakt.
• Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in.
• Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op de verpakking.
• Wikkel het voedsel in eender welk contactmateriaal voor voedsel alvorens het in het vriesvak te plaatsen.

2.4 Binnenverlichting

WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken.
• Met betrekking tot de lamp(en) in dit product en reservelampen die afzonderlijk worden verkocht: Deze lampen zijn bedoeld om bestand te zijn tegen extreme fysieke omstandigheden in huishoudelijke apparaten, zoals temperatuur, trillingen, vochtigheid, of zijn bedoeld om informatie te geven over de
operationele status van het apparaat. Ze zijn niet bedoeld voor gebruik in andere toepassingen en zijn niet geschikt voor verlichting in huishoudelijke ruimten.

2.5 Onderhoud en reiniging

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen.
• Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.

2.6 Service

• Neem contact op met de erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.
• Houd er rekening mee dat zelfreparatie of niet-professionele reparatie gevolgen kan hebben voor de veiligheid en de garantie kan doen vervallen.
• De volgende reserveonderdelen zijn beschikbaar gedurende 7 jaar nadat het model is stopgezet: thermostaten, temperatuursensoren, printplaten, lichtbronnen, deurklinken, deurscharnieren, trays en manden. Houd er rekening mee dat sommige van deze reserveonderdelen alleen beschikbaar zijn voor professionele reparateurs en dat niet alle reserveonderdelen relevant zijn voor alle modellen.
• Deurpakkingen zijn beschikbaar tot 10 jaar nadat het model is stopgezet.

2.7 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
B
A
H1
W1
D1
W2
D2
W3
D3
90°
NEDERLANDS 7
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
• Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat.
• Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk.

3. INSTALLATIE

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg het installatie­instructiedocument om uw apparaat te installeren.

3.1 Afmetingen

• Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt.
WAARSCHUWING!
Zet het apparaat vast in overeenstemming met de installatie-instructies om een risico op instabiliteit van het apparaat te voorkomen.
www.aeg.com8
Totale afnmetingen ¹
H1 mm 1884
W1 mm 548
D1 mm 549
¹ de hoogte, breedte en diepte van het apparaat zonder de handgreep en de voeten
Benodigde ruimte in gebruik ²
H2 (A+B) mm 1936
W2 mm 548
D2 mm 551
A mm 1894
B mm 36
² de hoogte, breedte en diepte van het apparaat inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is voor de vrije circulatie van de koellucht
Totale benodigde ruimte in gebruik ³
H3 (A+B) mm 1936
W3 mm 548
D3 mm 1071
³ de hoogte, breedte en diepte van het apparaat inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is voor de vrije circulatie van de koellucht, plus de ruimte die nodig is om de deur te openen tot de minimale hoek waardoor alle interne apparatuur kan worden verwijderd

3.2 Locatie

Installeer het apparaat niet in de buurt van een warmtebron (oven, kachels, radiatoren, fornuizen of kookplaten) of op een plek met direct zonlicht om de beste functionaliteit van het apparaat te garanderen. Zorg ervoor dat lucht vrij kan circuleren rond de achterkant van de kast.

3.3 Positionering

Dit apparaat moet in een droge, goed geventileerde positie binnenshuis worden geïnstalleerd.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij een omgevingstemperatuur variërend van 10°C tot 43°C.
De juiste werking van het apparaat kan enkel gegarandeerd worden als het opgegeven temperatuurbereik wordt gerespecteerd.
Als u twijfels hebt over waar het apparaat te installeren, raadpleeg dan de verkoper, de klantenservice of de dichstsbijzijnde erkende servicedienst.
Het moet mogelijk zijn het apparaat van de hoofdstroomtoevoer af te halen. De stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn.

3.4 Elektrische aansluiting

• Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels. Raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien.
• De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden.
• Dit apparaat voldoet aan de EEG ­richtlijnen.
5 cm
min. 200 cm
2
min. 200 cm
2
5
1
678 4 3 2
Off
min
A B C D E F G
I HJKL
NEDERLANDS 9

3.5 Ventilatievereisten

De luchtcirculatie achter het apparaat moet voldoende zijn.

4. BEDIENINGSPANEEL

LET OP!
Raadpleeg de installatie­instructies voor de installatie.

3.6 Omkeerbaarheid van de deur

Raadpleeg het afzonderlijke document met instructies voor installatie en omdraaien van de deur.
LET OP!
Bedek tijdens iedere fase van het omdraaien van de deur de vloer met een duurzaam materiaal om krassen te voorkomen.
Display
1
Toets om de temperatuur van de
2
vriezer hoger te zetten Toets om de temperatuur van de
3
vriezer lager te zetten OK
4
Mode
5
Toets om de temperatuur van de
6
koelkast hoger te zetten

4.1 Display

Toets om de temperatuur van de
7
koelkast lager te zetten ON/OFF
8
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde geluid van toetsen te wijzigen door de Mode-toets en de toets om de temperatuur kouder te zetten, tegelijkertijd gedurende enkele seconden in te drukken. U kunt deze wijziging ongedaan maken.
A. Indicatielampje koelvak B. Indicatielampje timer
/Indicatielampje temperatuur C. ON/OFF -lampje D. Coolmatic -functie E. Holiday -modus F. Frostmatic -functie G. Indicatielampje temperatuur H. Indicatie vriesvak I. Alarmlampje
www.aeg.com10
J. ChildLock -functie K. DrinksChill -functie

4.2 Inschakelen

1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk op de ON/OFF-toets van het apparaat als het display uit is. Het temperatuurlampje toont de ingestelde standaardtemperatuur.
Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
Zie als "dEMo" op het display verschijnt het hoofdstuk 'Problemen oplossen'.

4.3 Uitschakelen

1. Druk de ON/OFF-toets van het apparaat gedurende 3 seconden in.
Het display wordt uitgeschakeld.
2. Trek de stekker uit het stopcontact.

4.4 Temperatuurregeling

Stel de temperatuur van het apparaat in door op de temperatuurregelaren te drukken. Standaard aanbevolen ingestelde temperatuur is:
• +4°C voor de koelkast
• -18°C voor de vriezer
Het temperatuurbereik kan variëren tussen -15°C en -24°C voor de vriezer en tussen 2°C en 8°C voor de koelkast.
De temperatuurweergave toont de ingestelde temperatuur.
De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt. Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.

4.5 De koelkast inschakelen

Om de koelkast aan te zetten, drukt u gewoon op de temperatuurregelaar van de koelkast. Om de koelkast op de andere manier in te schakelen:
1. Druk op Mode tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het lampje OFF van de koelkast knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
L. DYNAMICAIR -functie
Het lampje OFF van de koelkast gaat uit en het lampje van het koelvak wordt uitgeschakeld.
Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.

4.6 De koelkast uitschakelen

Het is mogelijk om alleen het koelvak uit te schakelen en de vriezer ingeschakeld te houden.
1. Druk op Mode totdat de indicator van het koelvak verschijnt.
Het lampje OFF van de koelkast en het lampje van het koelvak knipperen. Het temperatuurlampje van de koelkast toont streepjes.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het lampje OFF van de koelkast en het lampje van het koelvak zijn uitgeschakeld.

4.7 Coolmatic -functie

Als u een grote hoeveelheid warm voedsel, bijvoorbeeld na het doen van de boodschappen, in de koelkast wilt plaatsen, adviseren wij u de Coolmatic in te schakelen om deze producten sneller te koelen en om te voorkomen dat voedsel dat al in de koelkast ligt, warm wordt.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Coolmatic-lampje knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het Coolmatic-lampje wordt getoond. De ventilator wordt automatisch geactiveerd voor de functieduur. Deze functie stopt automatisch na ongeveer 6 uur.
U kunt de functie Coolmatic uitschakelen voordat deze automatisch wordt beëindigd door de procedure te herhalen of door een andere ingestelde koelkasttemperatuur te selecteren.
NEDERLANDS 11

4.8 Holiday -modus

In deze modus kunt u het koelvak leeg houden tijdens een lange vakantieperiode, waardoor er minder vieze luchtjes ontstaan, terwijl het vriesvak normaal kan werken.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Holiday-lampje knippert. Het temperatuurlampje toont de ingestelde temperatuur.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het Holiday-lampje wordt getoond.
Deze stand schakelt uit na een andere temperatuur te hebben gekozen.

4.9 Frostmatic -functie

De Frostmatic wordt gebruikt voor het voorvriezen en snel invriezen in volgorde van het vriesvak. Deze functie versnelt het invriezen van vers voedsel en beschermt voedsel dat reeds is geconserveerd tegen ongewenste opwarming.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de Frostmatic­functie ten minste 24 uur voordat u het voedsel erin plaatst om het voorvriezen te voltooien.
1. Druk om deze functie aan te zetten op de knop Mode tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Frostmatic-lampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het Frostmatic-lampje wordt getoond. Deze functie stopt automatisch na 52 uur.
U kunt de functie Frostmatic uitschakelen voordat deze automatisch wordt beëindigd door de procedure te herhalen totdat het Frostmatic-lampje uit gaat of door een andere ingestelde temperatuur te selecteren.

4.10 DYNAMICAIR -functie

Het koelvak is voorzien van een apparaat dat snelle koeling van voedsel
mogelijk maakt en zorgt voor een gelijkmatigere temperatuur in het vak.
Dit apparaat wordt automatisch geactiveerd wanneer dat nodig is of wordt handmatig geactiveerd.
Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt. Het DYNAMICAIR-lampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen. Het DYNAMICAIR-lampje wordt getoond.
Om de functie uit te schakelen, herhaalt u de procedure totdat het bijbehorende pictogram DYNAMICAIR uit gaat.
Als de functie automatisch wordt geactiveerd, wordt het DYNAMICAIR­indicatielampje niet weergegeven (zie "Dagelijks gebruik"). Het activeren van de functie DYNAMICAIR verhoogt het energieverbruik.
Het dynamisch luchtapparaat stopt als de deur open is en start onmiddellijk opnieuw nadat de deur is gesloten.

4.11 ChildLock -functie

Activeer de functie ChildLock om de bediening van de knoppen te vergrendelen tegen onbedoelde bediening.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het ChildLock-lampje knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het ChildLock-lampje wordt getoond. Om de functie ChildLock uit te schakelen, herhaalt u de procedure totdat het bijbehorende lampje ChildLock uit gaat.

4.12 DrinksChill -functie

De DrinksChill-functie moet worden gebruikt om een geluidsalarm op de gewenste tijd in te stellen. Dit is bijvoorbeeld handig als in een recept
www.aeg.com12
staat dat producten een bepaalde tijd moet afkoelen.
Deze functie is ook handig als u eraan moet worden herinnerd dat u flessen of blikken in de vriezer hebt gelegd om snel af te koelen.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het DrinksChill-lampje knippert. De Timer toont gedurende enkele seconden de ingestelde waarde (30 minuten).
2. Druk op de timertoets om de waarde van de timer te wijzigen van 1 tot 90 minuten.
3. Druk op OK om te bevestigen.
Het DrinksChill-lampje wordt getoond. De timer begint (min) te knipperen. Op het einde van de aftelling knippert het lampje "0 min" en klinkt een alarm. Druk op de OK om het geluid uit te schakelen en de functie te beëindigen.
Om de functie uit te schakelen, herhaalt u de procedure totdat DrinksChill uit gaat.
Het is mogelijk om te allen tijde tijdens het aftellen en voor het einde van de ingestelde tijd, de tijd te veranderen door op de toets voor het lager zetten van de temperatuur en op de toets voor het hoger zetten van de temperatuur te drukken.
4.13 Alarm bij hoge
temperatuur
Bij een temperatuurstijging in het vriesvak (bijvoorbeeld door een eerdere
stroomstoring) knipperen de alarm- en vriestemperatuurindicatoren en gaat het geluid aan. Om het alarm uit te schakelen:
1. Druk op een willekeurige toets.
Het geluid wordt uitgeschakeld.
2. De temperatuurweergave van de vriezer toont de hoogste temperatuur gedurende een aantal seconden en vervolgens geeft het display de ingestelde temperatuur opnieuw weer.
Het alarmindicatielampje blijft knipperen totdat de normale omstandigheden zijn hersteld. Als u geen knop indrukt, schakelt het geluid na ongeveer een uur automatisch uit om storingen te voorkomen.

4.14 Alarm bij open deur

Als de deur van de koelkast gedurende ongeveer 5 minuten open blijft staan, klinkt er een geluid en gaat het alarm­controlelampje knipperen.
Het alarm stop als de deur wordt gesloten. Tijdens het alarm kan het geluid worden gedempt door op een willekeurige knop te drukken.
Als u geen knop indrukt, schakelt het geluid na ongeveer een uur automatisch uit om storingen te voorkomen.

5. DAGELIJKS GEBRUIK

5.1 Plaatsen van deurschappen

De deur van dit apparaat is uitgerust met groeven zodat schappen/doosjes naar eigen voorkeur kunnen worden geordend.
Plaatsen van de deurschappen/-doosjes:
1. Trek het schap/doosje geleidelijk in de richting van de pijlen totdat het los komt.
2. Plaats het schap/doosje op de gewenste positie en steek het voorzichtig in de groef.
1
1
2

5.2 Verplaatsbare schappen

1
2
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal glijschoenen zodat de schappen op de gewenste plaats gezet kunnen worden.
Dit apparaat is ook uitgerust met een legrek dat uit twee delen bestaat. De voorste helft van het legrek kan onder de andere helft worden geplaatst om de ruimte beter te kunnen gebruiken.
Inklappen van het legrek:
1. Neem het halve deel er voorzichtig uit.
2. Schuif het in de onderliggende geleider en onder de andere helft.
NEDERLANDS 13
1. Trek de lade eruit en til hem op.
2. Duw de rails in de kast om schade aan het apparaat te voorkomen bij het sluiten van de deur.
Om weer in elkaar te zetten:
1. Trek de rails eruit.
Verwijder de glasplaat boven de groentelade niet om een goede luchtcirculatie te garanderen.

5.3 Groentelade

De lade is geschikt voor het opbergen van fruit en groente.
Verwijder de lade (bijv. om schoon te maken):
2
1
OK
OK
A
B
www.aeg.com14
2. Plaats het achterste deel van de lade (1) op de rails.
3. Houd de voorkant van de lade (2) omhoog terwijl u de lade naar binnen duwt.
4. Druk het voorste deel van de lade naar beneden.
Trek de lade er weer uit en controleer of deze correct op zowel de achterste als de voorste haken is geplaatst.

5.5 DYNAMICAIR

Het koelvak is voorzien van een apparaat dat snelle koeling van voedsel mogelijk maakt en zorgt voor een gelijkmatigere temperatuur in het vak.
Dit apparaat wordt automatisch geactiveerd wanneer dat nodig is.
Het is ook mogelijk om het apparaat handmatig in te schakelen indien nodig (zie “DYNAMICAIR functie”).
De ventilator werkt alleen als de deur gesloten is.
5.4 Indicatielampje
temperatuur
Voor de juiste bewaring van het voedsel is de koelkast uitgerust met een temperatuurlampje. Het symbool op de zijkant van het apparaat duidt het koudste deel van de koelkast aan.
Als OK wordt weergegeven (A), breng dan vers voedsel naar een zone die is aangegeven met een symbool, zo niet (B), wacht dan ten minste 12 uur en controleer of het OK is (A).
Als het nog steeds niet OK is (B), stelt u de instellingsregeling in op een koudere stand.

5.6 Vers voedsel invriezen

Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de Frostmatic-functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt.
Bewaar het verse voedsel gelijkmatig verdeeld in het derde vak of de derde lade vanaf de bovenkant.
De maximale hoeveelheid levensmiddelen die kunnen worden ingevroren zonder andere verse levensmiddelen toe te voegen, gedurende 24 uur, staat aangegeven op het typeplaatje (een label dat zich aan de binnenkant van het apparaat bevindt).
Wanneer het invriesproces is voltooid, keert het apparaat automatisch terug naar de vorige temperatuurinstelling (zie "Frostmatic-functie").
NEDERLANDS 15

5.7 Het bewaren van ingevroren voedsel

Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet is gebruikt inschakelt, dient u voordat u de producten in het vak legt het apparaat minstens 3 uur te laten werken met de Frostmatic-functie ingeschakeld.
De vriesladen zorgen ervoor dat u het voedselpakket dat u wenst, snel en makkelijk kan vinden. Indien grote hoeveelheden voedsel moeten worden bewaard, verwijder dan alle lades behalve de onderste lade die nodig is voor een goede luchtcirculatie.
Leg het voedsel op minstens 15 mm afstand van de deur.
LET OP!
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op het typeplaatje "tijdsduur" is vermeld, moeten ontdooide etenswaren snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden, afgekoeld en opnieuw worden ingevroren. Zie 'Alarm hoge temperatuur'.

5.8 Ontdooien

Diepgevroren of gevroren voedsel kan, voordat het wordt geconsumeerd, worden ontdooid in de koelkast of in een plastic zak onder koud water.
Deze handeling is afhankelijk van de beschikbare tijd en het soort voedsel. Kleine stukjes kunnen zelfs nog bevroren gekookt worden.

5.9 Het maken van ijsblokjes

Dit apparaat is uitgerust met een of meer bladen voor het maken van ijsblokjes.
Gebruik geen metalen instrumenten om de laden uit de vriezer te halen.
1. Vul de bakjes met water.
2. Zet de ijsbakjes in het vriesvak.

5.10 Koude-accumulatoren

De vriezer beschikt over koude­accumulatoren die de opslagduur verlengen in het geval van een defect of stroomstoring.
Om een optimale werking van de accumulatoren te waarborgen, plaats u deze in het voorste bovenste gedeelte van het apparaat.

6. AANWIJZINGEN EN TIPS

6.1 Tips voor energiebesparing

• Vriezer: De interne configuratie van het apparaat zorgt voor het meest efficiënte energiegebruik.
• Koelkast: Het meest efficiënte gebruik van energie is verzekerd in de configuratie met de lades in het onderste deel van het apparaat en met de rekken gelijkmatig verdeeld. De positie van de deurbakken heeft geen invloed op het energieverbruik.
• Verwijder de koelelementen niet uit de vriesmand.
• De deur niet vaker openen of open laten staan dan noodzakelijk.
• Vriezer: Hoe kouder de temperatuurinstelling, hoe hoger het energieverbruik.
• Koelkast: Stel de temperatuur niet te hoog in om energie te besparen, tenzij de kenmerken van het voedsel dit vereisen.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de temperatuurregeling op een lage temperatuur staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Stel in dit geval de temperatuurregeling in op een hogere temperatuur om automatisch ontdooien mogelijk te maken en zo energie te besparen.
• Zorg voor een goede ventilatie. Dek de ventilatieroosters of -gaten niet af.
• Zorg ervoor dat voedingsmiddelen in het apparaat lucht door speciale
www.aeg.com16
gaten in de achterzijde van het apparaat laten circuleren.

6.2 Tips voor het invriezen

• Activeer de Frostmatic-functie ten minste 24 uur voordat u het voedsel in het vriesvak legt.
• Vóór het invriezen verpakken en verzegelen van vers voedsel in: aluminiumfolie, plastic folie of zakken, luchtdichte containers met deksel.
• Verdeel voor efficiënter invriezen en ontdooien het voedsel in kleine porties.
• Het wordt aanbevolen om etiketten en datums op al uw diepvriesproducten te plakken. Dit zal helpen voedingsmiddelen te identificeren en te weten wanneer ze moeten worden gebruikt voordat ze bederven.
• Het voedsel moet vers zijn wanneer het wordt ingevroren om een goede kwaliteit te behouden. Vooral groenten en fruit moeten na de oogst worden ingevroren om al hun voedingsstoffen te behouden.
• Flessen of blikken met vloeistoffen niet invriezen, in het bijzonder dranken die kooldioxide bevatten - ze kunnen exploderen tijdens het invriezen.
• Plaats geen warm voedsel in het koelvak. Koel het af bij kamertemperatuur voordat u het in het vak plaatst.
• Om te voorkomen dat de temperatuur van al ingevroren voedsel toeneemt, dient u vers voedsel hier niet direct naast te plaatsen. Plaats voedsel op kamertemperatuur in het deel van het vriesvak waar geen bevroren voedsel is.
• IJsblokjes, ingevroren water of waterijsjes niet meteen nadat ze uit de vriezer zijn gehaald opeten. Gevaar voor bevriezing.
• Ontdooid voedsel niet opnieuw invriezen. Als het voedsel ontdooid is, kook het dan, koel het af en vries het dan in.

6.3 Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel

• Een goede temperatuurinstelling die de conservering van ingevroren voedsel garandeert is een temperatuur lager dan of gelijk aan
-18°C. Een hogere temperatuurinstelling in het apparaat kan leiden tot een kortere houdbaarheid.
• Het hele vriesvak is geschikt voor de opslag van diepvriesproducten.
• Laat voldoende ruimte rond het voedsel om de lucht vrij te laten circuleren.
• Raadpleeg voor adequate opslag het etiket van de voedselverpakking om de houdbaarheid van voedsel te bekijken.
• Het is belangrijk om het voedsel zodanig in te pakken dat er geen water, vocht of condensatie in kan komen.

6.4 Winkeltips

Na het boodschappen doen:
• Zorg ervoor dat de verpakking niet beschadigd is - het voedsel kan bedorven zijn. Als de verpakking gezwollen of nat is, is deze mogelijk niet in de optimale omstandigheden opgeslagen en is het ontdooien mogelijk al begonnen.
• Om het ontdooiproces te beperken, koopt u diepvriesproducten aan het einde van uw boodschappen en vervoert u ze in een thermische en geïsoleerde koeltas.
• Plaats de diepvriesproducten onmiddellijk na terugkomst uit de winkel in de vriezer.
• Als voedsel zelfs gedeeltelijk ontdooid is, mag u het niet opnieuw invriezen. Consumeer het zo snel mogelijk.
• Respecteer de vervaldatum en de bewaarinformatie op de verpakking.
NEDERLANDS 17

6.5 Houdbaarheid voor vriesvak

Soort gerecht Houdbaarheid (maan‐
den)
Brood 3
Fruit (met uitzondering van citrusvruchten) 6 - 12
Groenten 8 - 10
Restjes zonder vlees 1 - 2
Zuivelproducten:
Boter Zachte kaas (bijv. mozzarella) Harde kaas (bijv. parmezaanse kaas, cheddar)
Vis/Zeevruchten:
Vette vis (bv. zalm, makreel) Magere vis (bv. kabeljauw, bot) Garnalen Schelpdieren en mosselen Gekookte vis
Vlees:
Gevogelte Rundvlees Varkensvlees Lamsvlees Worst Ham Restjes met vlees
6 - 9 3 - 4 6
2 - 3 4 - 6 12 3 - 4 1 - 2
9 - 12 6 - 12 4 - 6 6 - 9 1 - 2 1 - 2 2 - 3

6.6 Tips voor het koelen van vers voedsel

• Een goede temperatuurinstelling die de conservering van vers voedsel garandeert is een temperatuur lager dan of gelijk aan +4°C. Een hogere temperatuurinstelling in het apparaat kan leiden tot een kortere houdbaarheid van voedsel.
• Bedek het voedsel met een verpakking om de versheid en het aroma te behouden.
• Gebruik altijd gesloten containers voor vloeistoffen en voor voedsel, om smaken of geuren in het vak te voorkomen.
• Om kruisbesmetting tussen gekookt en rauw voedsel te voorkomen,
bedekt u het gekookte voedsel en scheidt u het van het rauwe.
• Het wordt aanbevolen om het voedsel in de koelkast te ontdooien.
• Plaats geen warm voedsel in het apparaat. Zorg ervoor dat het is afgekoeld bij kamertemperatuur voordat u het in het apparaat plaatst.
• Om voedselverspilling te voorkomen moet de nieuwe voorraad voedsel altijd achter de oude worden geplaatst.
6.7 Tips voor het koelen van
voedsel
• Vlees (alle soorten): in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar vlees maximaal 1-2 dagen.
www.aeg.com18
• Groenten en fruit: grondig reinigen (grond verwijderen) en in een speciale lade (groentelade) plaatsen.
• Het is raadzaam om exotische vruchten zoals bananen, mango's, papaja's, etc. niet in de koelkast te bewaren.
• Groenten zoals tomaten, aardappelen, uien en knoflook mogen niet in de koelkast worden bewaard.
• Boter en kaas: in een luchtdicht bakje leggen of in aluminiumfolie of plastic zakjes wikkelen om zoveel mogelijk lucht uit te sluiten.

7. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
7.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP!
Gebruik geen reinigingsmiddelen, schuurpoeders, chloor of reinigers op oliebasis. Deze beschadigen de afwerking.
LET OP!
De toebehoren en onderdelen van het apparaat zijn niet geschikt om in een afwasmachine gewassen te worden.
• Flessen: afsluiten met een dop en in de deur plaatsen of (indien beschikbaar) in het flessenrek.
• Om de koeling van de goederen te versnellen, is het raadzaam om de ventilator aan te zetten. De activering van dynamische lucht maakt een grotere homogenisatie van de interne temperaturen mogelijk.
• Raadpleeg altijd de vervaldatum van de producten om te weten hoelang ze bewaard kunnen worden.
ervan te verzekeren dat ze schoon en vrij van resten zijn.
3. Afspoelen en goed afdrogen.
7.3 Het ontdooien van de
koelkast
Rijp wordt tijdens normaal gebruik automatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een gootje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen.
Gebruik hiervoor de buisreiniger die werd meegeleverd met het apparaat.

7.2 Periodieke reiniging

Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u
NEDERLANDS 19

7.4 De vriezer ontdooien

Het vriesvak is vorstvrij. Dit betekent dat er geen rijp gevormd wordt als het vriesvak werkt, noch op de binnenwanden, noch op het voedsel.

7.5 Periode dat het apparaat niet gebruikt wordt

Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:

8. PROBLEEMOPLOSSING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

8.1 Wat te doen in de volgende gevallen...

Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgescha‐
keld.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Er is een hoorbaar of zicht‐ baar alarm.
De compressor werkt conti‐ nu.
Er worden veel producten te‐
De kamertemperatuur is te
De kast recent is ingescha‐ keld.
De temperatuur in het appa‐ raat is te hoog.
De deur is open gelaten. Sluit de deur.
De temperatuur is fout inge‐ steld.
gelijk geplaatst.
hoog.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel
3. Maak het apparaat en alle toebehoren schoon.
4. Laat de deuren open staan om onaangename luchtjes te voorkomen.
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcontact aan. Bel een gekwalificeerd elektricien.
Controleer of het apparaat stabiel staat.
Zie "Deur open alarm" of "Alarm hoge temperatuur".
Zie "Deur open alarm" of "Alarm hoge temperatuur".
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedieningspaneel'.
Wacht een paar uur en con‐ troleer dan nogmaals de temperatuur.
Raadpleeg het hoofdstuk “Installatie”.
www.aeg.com20
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het voedsel dat in het appa‐
raat werd geplaatst, was te warm.
De deur is niet goed geslo‐
ten.
De functie Frostmatic is in‐ geschakeld.
De functie Coolmatic is inge‐ schakeld.
De compressor start niet on‐ middellijk na het drukken op
De compressor start na eni‐
ge tijd. "Frostmatic" of "Coolmatic", of na het veranderen van de temperatuur.
De deur is verkeerd uitge‐ lijnd of komt tegen het venti‐
Het apparaat staat niet wa‐
terpas. latierooster aan.
Deur gaat niet makkelijk open.
U probeerde de deur na het
sluiten meteen weer te ope‐
nen.
De lamp werkt niet. Het lampje staat in de stand-
by-stand.
Het lampje is stuk. Neem contact op met de
Er is te veel vorst en ijs. De deur is niet goed geslo‐
ten.
De pakking is vervormd of
vuil.
De producten zijn niet op de
juiste wijze verpakt.
De temperatuur is fout inge‐
steld.
Apparaat is volledig geladen
en is ingesteld op de laagste
temperatuur.
De ingestelde temperatuur in
het apparaat is te laag en de
omgevingstemperatuur is te
hoog.
Laat voedsel afkoelen tot ka‐ mertemperatuur voordat u het opslaat.
Zie de rubriek over 'De deur sluiten'.
Zie de rubriek over "Frost‐ matic-functie".
Zie de rubriek over "Coolma‐ tic-functie".
Dit is normaal, er is geen storing.
Raadpleeg 'Installatie-in‐ structies'.
Wacht een paar seconden tussen het sluiten en weer openen van de deur.
Sluit en open de deur.
dichtsbijzijnde klantenservi‐ ce.
Zie de rubriek over 'De deur sluiten'.
Zie de rubriek over 'De deur sluiten'.
Pak de producten beter in.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedieningspaneel'.
Stel een hogere temperatuur in. Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedieningspaneel'.
Stel een hogere temperatuur in. Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedieningspaneel'.
NEDERLANDS 21
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er loopt water over de ach‐ terkant van de koelkast.
Tijdens het automatische ontdooiproces, ontdooit de
Dat is juist.
rijp tegen de achterwand.
Er bevindt zich teveel con‐ denswater op de achterwand
De deur is te vaak geopend. Open de deur alleen als het
nodig is.
van de koelkast.
De deur is niet volledig ge‐
sloten.
Het bewaarde voedsel was
niet ingepakt.
Zorg ervoor dat de deur vol‐ ledig gesloten is.
Verpak voedsel in geschikt materiaal voordat u het in het apparaat plaatst.
Er loopt water in de koelkast. Producten verhinderen dat
het water in de waterop‐ vangbak loopt.
Zorg ervoor dat de produc‐ ten de achterwand niet ra‐ ken.
De waterafvoer is verstopt. Reinig de waterafvoer.
Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet
aangesloten op de verdam‐
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak. perbak boven de compres‐ sor.
De temperatuur kan niet worden ingesteld.
De "Frostmatic-functie" of"Coolmatic-functie" is inge‐ schakeld.
Schakel "Frostmatic-functie"
of"Coolmatic-functie" hand‐
matig uit of wacht tot de
functie automatisch deacti‐
veert om de temperatuur in
te stellen. Raadpleeg de ru‐
briek over "Frostmatic-func‐
tie" of"Coolmatic-functie".
De temperatuur in het appa‐ raat is te laag/hoog.
De deur is niet goed geslo‐
De temperatuur van het
De temperatuur is niet goed ingesteld.
ten.
voedsel is te hoog.
Stel een hogere/lagere tem‐
peratuur in.
Zie de rubriek over 'De deur
sluiten'.
Laat het voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het conserveert.
Er worden veel producten te‐
gelijk bewaard.
Conserveer minder produc‐
ten tegelijk.
De deur is te vaak geopend. Open de deur alleen als het
nodig is.
De functie Frostmatic is in‐ geschakeld.
Zie de rubriek over "Frost‐
matic-functie".
www.aeg.com22
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De functie Coolmatic is inge‐ schakeld.
Er is geen koude luchtcircu‐ latie in het apparaat aanwe‐ zig.
DEMO verschijnt op het dis‐ play.
Er verschijnt een of of
-symbool in plaats van getallen op het temperatuur‐ display.
Het apparaat staat in de‐ monstratiemodus.
Probleem met de tempera‐ tuur van de sensor.
Zie de rubriek over "Coolma‐ tic-functie".
Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het appa‐ raat is. Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'.
Houd de OK -toets ongeveer 10 seconden ingedrukt tot een lang geluid klinkt en het display even uitschakelt.
Neem contact op met de dichtsbijzijnde klantenservi‐ ce (het koelsysteem blijft werken om uw levensmidde‐ len koud te houden, maar de temperatuur kan niet aange‐ past worden).
Bel, wanneer het advies niet tot resultaten leidt, de dichtstbijzijnde klantenservice voor dit merk.

8.2 Het lampje vervangen

Het apparaat is uitgerust met een ledbinnenlampje dat een lange levensduur heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met de klantenservice.

8.3 De deur sluiten

1. Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg 'Installatie-instructies'.
3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact op met een erkend servicecentrum.

9. GELUIDEN

SSSRRR!
CLICK!
HISSS!
BRRR!
BLUBB!
NEDERLANDS 23

10. TECHNISCHE GEGEVENS

De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat en op het energielabel.
De QR-code op het energielabel dat bij het apparaat wordt geleverd, biedt een weblink naar de informatie gerelateerd aan de prestaties van het apparaat in de EU-EPREL-database. Bewaar het energielabel ter referentie samen met de gebruikershandleiding en alle andere documenten die bij dit apparaat worden geleverd.
Het is ook mogelijk om dezelfde informatie in EPREL te vinden via de link
https://eprel.ec.europa.eu
modelnaam en het productnummer die u vindt op het typeplaatje van het apparaat.
Zie de link gedetailleerde informatie over het energielabel.
www.theenergylabel.eu

11. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN

De installatie en voorbereiding van het toestel voor elke EcoDesign-verificatie moet in overeenstemming zijn met EN
62552. De ventilatievoorschriften, de afmetingen van de uitsparingen en de minimale open afstanden aan de
achterzijde moeten voldoen aan de voorschriften van deze gebruikershandleiding in hoofdstuk 3. Neem contact op met de fabrikant voor verdere informatie, inclusief laadplannen.
en de
voor
Loading...
+ 53 hidden pages