11. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN..........................................................23
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet
hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, onderhouds- en
reparatie-informatie:
www.aeg.com/support
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: Model, productnummer, serienummer.
De informatie staat op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu‑informatie
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
1.
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die
NEDERLANDS
voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste
gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige,
toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Kinderen in de leeftijd van 3 tot 8 jaar mogen het
apparaat laden en lossen op voorwaarde dat ze goed
zijn geïnstrueerd.
• Dit apparaat mag worden gebruikt door personen
met zware en complexe beperkingen, indien ze
duidelijk zijn geïnstrueerd.
• Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit
de buurt te worden gehouden.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
• Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
3
Algemene veiligheid
1.2
• Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke
en soortgelijke toepassingen, zoals:
– boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen;
– Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen.
• Neem de volgende instructies in acht om besmetting
van voedsel te voorkomen:
– open de deur niet gedurende lange perioden;
www.aeg.com4
– reinig regelmatig oppervlakken die in contact
kunnen komen met voedsel en toegankelijke
afwateringssystemen;
– bewaar rauw vlees en vis in geschikte recipiënten in
de koelkast, zodat het niet in contact komt met of
druppelt op andere levensmiddelen.
• WAARSCHUWING: Houd de ventilatieopeningen
altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor
losstaande als ingebouwde modellen.
• WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische of
andere middelen om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de fabrikant zijn
aanbevolen.
• WAARSCHUWING: Let op dat u het koelcircuit niet
beschadigt.
• WAARSCHUWING: Gebruik geen elektrische
apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant
worden aanbevolen.
• Gebruik geen waterstralen en stoom om het apparaat
te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Als het apparaat lange tijd leeg is, schakel het dan uit,
ontdooi, reinig en droog het en laat de deur open om
te voorkomen dat er schimmel in het apparaat
ontstaat.
• Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen met
een ontvlambaar drijfgas in dit apparaat.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
NEDERLANDS
5
2.1 Installatie
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
• Gebruik het apparaat niet voordat u
het in de ingebouwde structuur
installeert omwille van
veiligheidsredenen.
• Volg de installatie-instructies die zijn
meegeleverd met het apparaat.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
• Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht kan circuleren.
• Bij de eerste installatie of na het
omdraaien van de deur moet u
minstens 4 uur wachten voordat u het
apparaat op de stroom aansluit.
Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
• Trek de stekker uit het stopcontact
voordat u handelingen aan het
apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien
van de deur).
• Installeer het apparaat niet in de
nabijheid van radiatoren, fornuizen,
ovens of kookplaten.
• Stel het apparaat niet bloot aan
regen.
• Installeer het apparaat niet op een
plaats met direct zonlicht.
• Installeer dit apparaat niet in ruimtes
die te vochtig of te koud zijn.
• Til de voorkant van het apparaat op
als u hem wilt verplaatsen, om krassen
op de vloer te voorkomen.
• Het apparaat bevat een zakje
droogmiddel. Dit is geen speelgoed.
Dit is geen levensmiddel. Gooi het
onmiddellijk weg.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
WAARSCHUWING!
Zorg er bij het plaatsen van
het apparaat voor dat het
stroomsnoer niet klem zit of
wordt beschadigd.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen
meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
• Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
• Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
• Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor) niet
beschadigt. Neem contact met de
erkende servicedienst of een
elektricien om de elektrische
onderdelen te wijzigen.
• De stroomkabel moet lager blijven
dan het niveau van de stopcontact.
• Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
Het apparaat bevat ontvlambaar
gas, isobutaan (R600a), een aardgas met
een hoge ecologische compatibiliteit.
Zorg ervoor dat u het koelcircuit dat
isobutaan bevat, niet beschadigt.
• De specificatie van dit apparaat niet
wijzigen.
• Plaats geen elektrische apparaten
(bijv. ijsmachines) in het apparaat
tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard
door de fabrikant.
6
www.aeg.com
• Als er schade aan het koelcircuit
optreedt, zorg er dan voor dat er zich
geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer
bevinden. Lucht de ruimte indien dit
gebeurt.
• Zet geen hete items op de
kunststofonderdelen van het
apparaat.
• Plaats geen koolzuurhoudende
dranken in het vriesvak. Dit zal extra
druk in de drankfles veroorzaken.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
• Raak de compressor of condensator
niet aan. Ze zijn heet.
• Zorg ervoor dat u nooit met natte of
vochtige handen items uit het vriesvak
verwijderd of aanraakt.
• Vries ontdooide voedingswaren nooit
opnieuw in.
• Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
• Wikkel het voedsel in eender welk
contactmateriaal voor voedsel
alvorens het in het vriesvak te
plaatsen.
2.4 Binnenverlichting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken.
• De soort lamp die in dit apparaat
gebruikt wordt, is uitsluitend geschikt
voor huishoudelijke apparaten.
Gebruik het niet voor de verlichting in
huis.
2.5 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade
aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
• Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde
personen mogen de eenheid
onderhouden en herladen.
• Controleer regelmatig de afvoer van
het apparaat en reinig het indien
nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal
er water op de bodem van het
apparaat liggen.
2.6 Service
• Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat. Gebruik uitsluitend
originele reserveonderdelen.
• Houd er rekening mee dat
zelfreparatie of niet-professionele
reparatie gevolgen kan hebben voor
de veiligheid en de garantie kan doen
vervallen.
• De volgende reserveonderdelen zijn
beschikbaar gedurende 7 jaar nadat
het model is stopgezet: thermostaten,
temperatuursensoren, printplaten,
lichtbronnen, deurklinken,
deurscharnieren, trays en manden.
Houd er rekening mee dat sommige
van deze reserveonderdelen alleen
beschikbaar zijn voor professionele
reparateurs en dat niet alle
reserveonderdelen relevant zijn voor
alle modellen.
• Deurpakkingen zijn beschikbaar tot 10
jaar nadat het model is stopgezet.
2.7 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
• Verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren
opgesloten raken in het apparaat.
• Het koelcircuit en de
isolatiematerialen van dit apparaat
zijn ozonvriendelijk.
• Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
3. INSTALLATIE
B
A
H1
W1
D1
W2
D2
W3
D3
90°
NEDERLANDS7
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg het installatieinstructiedocument om uw
apparaat te installeren.
3.1 Afmetingen
WAARSCHUWING!
Zet het apparaat vast in
overeenstemming met de
installatie-instructies om een
risico op instabiliteit van het
apparaat te voorkomen.
Totale afmetingen
1)
H1mm1772
W1mm548
D1mm549
1)
de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
zonder de handgreep en de voeten
Benodigde ruimte in gebruik
1)
H2 (A+B)mm1816
W2mm548
D2mm551
Amm1780
5 cm
min.
200 cm
2
min.
200 cm
2
www.aeg.com8
Benodigde ruimte in gebruik
Bmm36
1)
de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig
is voor de vrije circulatie van de koellucht
Totale ruimte die nodig is bij gebruik
H3 (A+B)mm1816
W3mm548
D3mm1071
1)
de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig
is voor de vrije circulatie van de koellucht, plus de
ruimte die nodig is om de deur te openen tot de
minimale hoek waardoor alle interne apparatuur
kan worden verwijderd
1)
3.2 Locatie
Installeer het apparaat niet in de buurt
van een warmtebron (oven, kachels,
radiatoren, fornuizen of kookplaten) of
op een plek met direct zonlicht om de
beste functionaliteit van het apparaat te
garanderen. Zorg ervoor dat lucht vrij
kan circuleren rond de achterkant van de
kast.
3.3 Positionering
Dit apparaat moet in een droge, goed
geventileerde positie binnenshuis
worden geïnstalleerd.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij
een omgevingstemperatuur variërend
van 10°C tot 43°C.
Als u twijfels hebt over waar
het apparaat te installeren,
raadpleeg dan de verkoper,
de klantenservice of de
dichstsbijzijnde erkende
servicedienst.
Het moet mogelijk zijn het
apparaat van de
hoofdstroomtoevoer af te
halen. De stekker moet
daarom na installatie
gemakkelijk toegankelijk
zijn.
3.4 Elektrische aansluiting
1)
• Zorg er vóór het aansluiten voor dat
het voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de
stroomtoevoer in uw huis.
• Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact. De netsnoerstekker is
voorzien van een contact voor dit
doel. Als het stopcontact niet geaard
is, sluit het apparaat dan aan op een
afzonderlijk aardepunt, in
overeenstemming met de geldende
regels. Raadpleeg hiervoor een
gekwalificeerd elektricien.
• De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet
opgevolgd worden.
• Dit apparaat voldoet aan de EEG richtlijnen.
3.5 Ventilatievereisten
De luchtcirculatie achter het apparaat
moet voldoende zijn.
LET OP!
Raadpleeg de installatieinstructies voor de
installatie.
5
1
678432
Off
min
ABCD E FG
IHJKL
NEDERLANDS9
3.6 Omkeerbaarheid van de
deur
Raadpleeg het afzonderlijke document
met instructies voor installatie en
omdraaien van de deur.
4. BEDIENINGSPANEEL
Display
1
Toets om de temperatuur van de
2
vriezer hoger te zetten
Toets om de temperatuur van de
3
vriezer lager te zetten
OK
4
Mode
5
Toets om de temperatuur van de
6
koelkast hoger te zetten
LET OP!
Bedek tijdens iedere fase
van het omdraaien van de
deur de vloer met een
duurzaam materiaal om
krassen te voorkomen.
Toets om de temperatuur van de
7
koelkast lager te zetten
ON/OFF
8
Het is mogelijk om het vooraf ingestelde
geluid van toetsen te wijzigen door de
Mode-toets en de toets om de
temperatuur kouder te zetten,
tegelijkertijd gedurende enkele
seconden in te drukken. U kunt deze
wijziging ongedaan maken.
4.1 Display
4.2 Inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Druk op de ON/OFF-toets van het
apparaat als het display uit is. Het
temperatuurlampje toont de
ingestelde standaardtemperatuur.
A. Indicatielampje koelvak
B. Indicatielampje timer
/Indicatielampje temperatuur
C. ON/OFF -lampje
D. Coolmatic -functie
E. Holiday -modus
F. Frostmatic -functie
G. Indicatielampje temperatuur
H. Indicatie vriesvak
I. Alarmlampje
J. ChildLock -functie
K. DrinksChill -functie
L. DYNAMICAIR -functie
Zie 'Temperatuurregeling' om een
andere temperatuur in te stellen.
Zie als "dEMo" op het display verschijnt
het hoofdstuk 'Problemen oplossen'.
www.aeg.com10
4.3 Uitschakelen
1. Druk de ON/OFF-toets van het
apparaat gedurende 3 seconden in.
Het display wordt uitgeschakeld.
2. Trek de stekker uit het stopcontact.
4.4 Temperatuurregeling
Stel de temperatuur van het apparaat in
door op de temperatuurregelaren te
drukken.
Standaard aanbevolen ingestelde
temperatuur is:
• +4°C voor de koelkast
• -18°C voor de vriezer
Het temperatuurbereik kan variëren
tussen -15°C en -24°C voor de vriezer en
tussen 2°C en 8°C voor de koelkast.
De temperatuurweergave toont de
ingestelde temperatuur.
De ingestelde temperatuur
zal binnen 24 uur worden
bereikt.
Na een stroomonderbreking
blijft de ingestelde
temperatuur opgeslagen.
4.5 De koelkast inschakelen
Om de koelkast aan te zetten, drukt u
gewoon op de temperatuurregelaar van
de koelkast. Om de koelkast op de
andere manier in te schakelen:
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
Het lampje OFF van de koelkast
knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het lampje OFF van de koelkast gaat uit
en het lampje van het koelvak wordt
uitgeschakeld.
Zie 'Temperatuurregeling'
om een andere temperatuur
in te stellen.
4.6 De koelkast uitschakelen
Het is mogelijk om alleen het koelvak uit
te schakelen en de vriezer ingeschakeld
te houden.
1. Druk op Mode totdat de indicator
van het koelvak verschijnt.
Het lampje OFF van de koelkast en het
lampje van het koelvak knipperen.
Het temperatuurlampje van de koelkast
toont streepjes.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het lampje OFF van de koelkast en het
lampje van het koelvak zijn
uitgeschakeld.
4.7 Coolmatic -functie
Als u een grote hoeveelheid warm
voedsel, bijvoorbeeld na het doen van
de boodschappen, in de koelkast wilt
plaatsen, adviseren wij u de Coolmatic in
te schakelen om deze producten sneller
te koelen en om te voorkomen dat
voedsel dat al in de koelkast ligt, warm
wordt.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
Het Coolmatic-lampje knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het Coolmatic-lampje wordt getoond.
De ventilator wordt automatisch
geactiveerd voor de functieduur.
Deze functie stopt automatisch na
ongeveer 6 uur.
U kunt de functie Coolmatic uitschakelen
voordat deze automatisch wordt
beëindigd door de procedure te
herhalen of door een andere ingestelde
koelkasttemperatuur te selecteren.
4.8 Holiday -modus
In deze modus kunt u het koelvak leeg
houden tijdens een lange
vakantieperiode, waardoor er minder
vieze luchtjes ontstaan, terwijl het
vriesvak normaal kan werken.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
Het Holiday-lampje knippert. Het
temperatuurlampje toont de ingestelde
temperatuur.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het Holiday-lampje wordt getoond.
Deze stand schakelt uit na
een andere temperatuur te
hebben gekozen.
NEDERLANDS
11
4.9 Frostmatic -functie
De Frostmatic wordt gebruikt voor het
voorvriezen en snel invriezen in volgorde
van het vriesvak. Deze functie versnelt
het invriezen van vers voedsel en
beschermt voedsel dat reeds is
geconserveerd tegen ongewenste
opwarming.
Activeer om vers voedsel in
te vriezen de Frostmaticfunctie ten minste 24 uur
voordat u het voedsel erin
plaatst om het voorvriezen
te voltooien.
1. Druk om deze functie aan te zetten
op de knop Mode tot het
bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Frostmatic-lampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te
bevestigen.
Het Frostmatic-lampje wordt getoond.
Deze functie stopt automatisch na 52 uur.
U kunt de functie Frostmatic uitschakelen
voordat deze automatisch wordt
beëindigd door de procedure te
herhalen totdat het Frostmatic-lampje uit
gaat of door een andere ingestelde
temperatuur te selecteren.
4.10 DYNAMICAIR -functie
Het koelvak is voorzien van een apparaat
dat snelle koeling van voedsel mogelijk
maakt en zorgt voor een gelijkmatigere
temperatuur in het vak.
Dit apparaat wordt automatisch
geactiveerd wanneer dat nodig is of
wordt handmatig geactiveerd.
Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het
bijbehorende pictogram verschijnt.
Het DYNAMICAIR-lampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te
bevestigen.
Het DYNAMICAIR-lampje wordt
getoond.
Om de functie uit te schakelen, herhaalt
u de procedure totdat het bijbehorende
pictogram DYNAMICAIR uit gaat.
Als de functie automatisch
wordt geactiveerd, wordt het
DYNAMICAIRindicatielampje niet
weergegeven (zie "Dagelijks
gebruik").
Het activeren van de functie
DYNAMICAIR verhoogt het
energieverbruik.
Het dynamisch luchtapparaat stopt als
de deur open is en start onmiddellijk
opnieuw nadat de deur is gesloten.
4.11 ChildLock -functie
Activeer de functie ChildLock om de
bediening van de knoppen te
vergrendelen tegen onbedoelde
bediening.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
Het ChildLock-lampje knippert.
2. Druk op OK om te bevestigen.
Het ChildLock-lampje wordt getoond.
Om de functie ChildLock uit te
schakelen, herhaalt u de procedure
totdat het bijbehorende lampje
ChildLock uit gaat.
4.12 DrinksChill -functie
De DrinksChill-functie moet worden
gebruikt om een geluidsalarm op de
gewenste tijd in te stellen. Dit is
bijvoorbeeld handig als in een recept
staat dat producten een bepaalde tijd
moet afkoelen.
Deze functie is ook handig als u eraan
moet worden herinnerd dat u flessen of
blikken in de vriezer hebt gelegd om snel
af te koelen.
1. Druk op Mode tot het bijbehorende
pictogram verschijnt.
Het DrinksChill-lampje knippert.
De Timer toont gedurende enkele
seconden de ingestelde waarde (30
minuten).
2. Druk op de timertoets om de waarde
van de timer te wijzigen van 1 tot 90
minuten.
3. Druk op OK om te bevestigen.
Het DrinksChill-lampje wordt getoond.
De timer begint (min) te knipperen.
www.aeg.com12
Op het einde van de aftelling knippert
het lampje "0 min" en klinkt een alarm.
Druk op de OK om het geluid uit te
schakelen en de functie te beëindigen.
Om de functie uit te schakelen, herhaalt
u de procedure totdat DrinksChill uit
gaat.
Het is mogelijk om te allen
tijde tijdens het aftellen en
voor het einde van de
ingestelde tijd, de tijd te
veranderen door op de toets
voor het lager zetten van de
temperatuur en op de toets
voor het hoger zetten van de
temperatuur te drukken.
4.13 Alarm bij hoge
temperatuur
Bij een temperatuurstijging in het
vriesvak (bijvoorbeeld door een eerdere
stroomstoring) knipperen de alarm- en
vriestemperatuurindicatoren en gaat het
geluid aan.
Om het alarm uit te schakelen:
1. Druk op een willekeurige toets.
Het geluid wordt uitgeschakeld.
2. De temperatuurweergave van de
vriezer toont de hoogste
temperatuur gedurende een aantal
seconden en vervolgens geeft het
display de ingestelde temperatuur
opnieuw weer.
Het alarmindicatielampje
blijft knipperen totdat de
normale omstandigheden
zijn hersteld.
Als u geen knop indrukt,
schakelt het geluid na
ongeveer een uur
automatisch uit om
storingen te voorkomen.
4.14 Alarm bij open deur
Als de deur van de koelkast gedurende
ongeveer 5 minuten open blijft staan,
klinkt er een geluid en gaat het alarmcontrolelampje knipperen.
Het alarm stop als de deur wordt
gesloten. Tijdens het alarm kan het
geluid worden gedempt door op een
willekeurige knop te drukken.
Als u geen knop indrukt,
schakelt het geluid na
ongeveer een uur
automatisch uit om
storingen te voorkomen.
5. DAGELIJKS GEBRUIK
5.1 Het plaatsen van de
deurschappen
Om het bewaren van
voedselverpakkingen van verschillende
afmetingen mogelijk te maken, kunnen
de schappen op verschillende hoogtes
worden geplaatst.
1. Trek het schap enigszins omhoog
totdat het loskomt.
2. Opnieuw plaatsen zoals gewenst.
Het model is voorzien van een
1
2
variabel bewaarvak dat naar de
zijkant kan worden geschoven.
NEDERLANDS13
Verwijder de glasplaat boven
de groentelade niet om een
goede luchtcirculatie te
garanderen.
5.3 Groentelades
In het onderste deel van het apparaat
bevinden zich speciale lades die geschikt
zijn voor de opslag van groenten en fruit.
5.2 Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien
van een aantal glijschoenen zodat de
schappen op de gewenste plaats gezet
kunnen worden.
Dit apparaat is ook uitgerust met een
legrek dat uit twee delen bestaat. De
voorste helft van het legrek kan onder de
andere helft worden geplaatst om de
ruimte beter te kunnen gebruiken.
Inklappen van het legrek:
1. Neem het halve deel er voorzichtig
uit.
2. Schuif het in de onderliggende
geleider en onder de andere helft.
5.4 DYNAMICAIR
Het koelvak is voorzien van een apparaat
dat snelle koeling van voedsel mogelijk
maakt en zorgt voor een gelijkmatigere
temperatuur in het vak.
Dit apparaat wordt automatisch
geactiveerd wanneer dat nodig is.
Het is ook mogelijk om het apparaat
handmatig in te schakelen indien nodig
(zie “DYNAMICAIR functie”).
De ventilator werkt alleen als
de deur gesloten is.
www.aeg.com14
5.5 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het
invriezen van vers voedsel en om
diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de
Frostmatic-functie ten minste 24 uur
voordat u het in te vriezen voedsel in het
vriesvak legt.
Bewaar het verse voedsel gelijkmatig
verdeeld in het derde vak of de derde
lade vanaf de bovenkant.
De maximale hoeveelheid
levensmiddelen die kunnen worden
ingevroren zonder andere verse
levensmiddelen toe te voegen,
gedurende 24 uur, staat aangegeven op
het typeplaatje (een label dat zich aan de
binnenkant van het apparaat bevindt).
Wanneer het invriesproces is voltooid,
keert het apparaat automatisch terug
naar de vorige temperatuurinstelling (zie
"Frostmatic-functie").
5.6 Het bewaren van
ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet is gebruikt
inschakelt, dient u voordat u de
producten in het vak legt het apparaat
minstens 3 uur te laten werken met de
Frostmatic-functie ingeschakeld.
De vriesladen zorgen ervoor dat u het
voedselpakket dat u wenst, snel en
makkelijk kan vinden. Indien grote
hoeveelheden voedsel moeten worden
bewaard, verwijder dan alle lades
behalve de onderste lade die nodig is
voor een goede luchtcirculatie.
Leg het voedsel op minstens 15 mm
afstand van de deur.
LET OP!
In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als
de stroom langer is
uitgevallen dan de duur die
op het typeplaatje
"tijdsduur" is vermeld,
moeten ontdooide
etenswaren snel
geconsumeerd worden of
onmiddellijk bereid worden,
afgekoeld en opnieuw
worden ingevroren. Zie
'Alarm hoge temperatuur'.
5.7 Ontdooien
Diepgevroren of gevroren voedsel kan,
voordat het wordt geconsumeerd,
worden ontdooid in de koelkast of in een
plastic zak onder koud water.
Deze handeling is afhankelijk van de
beschikbare tijd en het soort voedsel.
Kleine stukjes kunnen zelfs nog bevroren
gekookt worden.
5.8 Het maken van ijsblokjes
Dit apparaat is uitgerust met een of meer
bladen voor het maken van ijsblokjes.
Gebruik geen metalen
instrumenten om de laden
uit de vriezer te halen.
1. Vul de bakjes met water.
2. Zet de ijsbakjes in het vriesvak.
6.
AANWIJZINGEN EN TIPS
6.1 Tips voor
energiebesparing
• Vriezer: De interne configuratie van
het apparaat zorgt voor het meest
efficiënte energiegebruik.
• Koelkast: Het meest efficiënte gebruik
van energie is verzekerd in de
configuratie met de lades in het
onderste deel van het apparaat en
met de rekken gelijkmatig verdeeld.
De positie van de deurbakken heeft
geen invloed op het energieverbruik.
• De deur niet vaker openen of open
laten staan dan noodzakelijk.
• Vriezer: Hoe kouder de
temperatuurinstelling, hoe hoger het
energieverbruik.
• Koelkast: Stel de temperatuur niet te
hoog in om energie te besparen,
NEDERLANDS
15
tenzij de kenmerken van het voedsel
dit vereisen.
• Als de omgevingstemperatuur hoog
is, de temperatuurregeling op een
lage temperatuur staat en het
apparaat volledig gevuld is, kan de
compressor continu aan staan
waardoor er ijs op de verdamper
ontstaat. Stel in dit geval de
temperatuurregeling in op een
hogere temperatuur om automatisch
ontdooien mogelijk te maken en zo
energie te besparen.
• Zorg voor een goede ventilatie. Dek
de ventilatieroosters of -gaten niet af.
6.2 Tips voor het invriezen
• Activeer de Frostmatic-functie ten
minste 24 uur voordat u het voedsel in
het vriesvak legt.
• Vóór het invriezen verpakken en
verzegelen van vers voedsel in:
aluminiumfolie, plastic folie of zakken,
luchtdichte containers met deksel.
• Verdeel voor efficiënter invriezen en
ontdooien het voedsel in kleine
porties.
• Het wordt aanbevolen om etiketten
en datums op al uw
diepvriesproducten te plakken. Dit zal
helpen voedingsmiddelen te
identificeren en te weten wanneer ze
moeten worden gebruikt voordat ze
bederven.
• Het voedsel moet vers zijn wanneer
het wordt ingevroren om een goede
kwaliteit te behouden. Vooral
groenten en fruit moeten na de oogst
worden ingevroren om al hun
voedingsstoffen te behouden.
• Flessen of blikken met vloeistoffen
niet invriezen, in het bijzonder
dranken die kooldioxide bevatten - ze
kunnen exploderen tijdens het
invriezen.
• Plaats geen warm voedsel in het
koelvak. Koel het af bij
kamertemperatuur voordat u het in
het vak plaatst.
• Om te voorkomen dat de
temperatuur van al ingevroren
voedsel toeneemt, dient u vers
voedsel hier niet direct naast te
plaatsen. Plaats voedsel op
kamertemperatuur in het deel van het
vriesvak waar geen bevroren voedsel
is.
• IJsblokjes, ingevroren water of
waterijsjes niet meteen nadat ze uit
de vriezer zijn gehaald opeten.
Gevaar voor bevriezing.
• Ontdooid voedsel niet opnieuw
invriezen. Als het voedsel ontdooid is,
kook het dan, koel het af en vries het
dan in.
6.3 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
• Een goede temperatuurinstelling die
de conservering van ingevroren
voedsel garandeert is een
temperatuur lager dan of gelijk aan
-18°C.
Een hogere temperatuurinstelling in
het apparaat kan leiden tot een
kortere houdbaarheid.
• Het hele vriesvak is geschikt voor de
opslag van diepvriesproducten.
• Laat voldoende ruimte rond het
voedsel om de lucht vrij te laten
circuleren.
• Raadpleeg voor adequate opslag het
etiket van de voedselverpakking om
de houdbaarheid van voedsel te
bekijken.
• Het is belangrijk om het voedsel
zodanig in te pakken dat er geen
water, vocht of condensatie in kan
komen.
6.4 Winkeltips
Na het boodschappen doen:
• Zorg ervoor dat de verpakking niet
beschadigd is - het voedsel kan
bedorven zijn. Als de verpakking
gezwollen of nat is, is deze mogelijk
niet in de optimale omstandigheden
opgeslagen en is het ontdooien
mogelijk al begonnen.
• Om het ontdooiproces te beperken,
koopt u diepvriesproducten aan het
einde van uw boodschappen en
vervoert u ze in een thermische en
geïsoleerde koeltas.
• Plaats de diepvriesproducten
onmiddellijk na terugkomst uit de
winkel in de vriezer.
• Als voedsel zelfs gedeeltelijk
ontdooid is, mag u het niet opnieuw
www.aeg.com16
invriezen. Consumeer het zo snel
mogelijk.
• Respecteer de vervaldatum en de
bewaarinformatie op de verpakking.
Vette vis (bv. zalm, makreel)
Magere vis (bv. kabeljauw, bot)
Garnalen
Schelpdieren en mosselen
Gekookte vis
Vlees:
Gevogelte
Rundvlees
Varkensvlees
Lamsvlees
Worst
Ham
Restjes met vlees
6 - 9
3 - 4
6
2 - 3
4 - 6
12
3 - 4
1 - 2
9 - 12
6 - 12
4 - 6
6 - 9
1 - 2
1 - 2
2 - 3
6.6 Tips voor het koelen van
vers voedsel
• Een goede temperatuurinstelling die
de conservering van vers voedsel
garandeert is een temperatuur lager
dan of gelijk aan +4°C.
Een hogere temperatuurinstelling in
het apparaat kan leiden tot een
kortere houdbaarheid van voedsel.
• Bedek het voedsel met een
verpakking om de versheid en het
aroma te behouden.
• Gebruik altijd gesloten containers
voor vloeistoffen en voor voedsel, om
smaken of geuren in het vak te
voorkomen.
• Om kruisbesmetting tussen gekookt
en rauw voedsel te voorkomen,
bedekt u het gekookte voedsel en
scheidt u het van het rauwe.
• Het wordt aanbevolen om het
voedsel in de koelkast te ontdooien.
• Plaats geen warm voedsel in het
apparaat. Zorg ervoor dat het is
afgekoeld bij kamertemperatuur
voordat u het in het apparaat plaatst.
• Om voedselverspilling te voorkomen
moet de nieuwe voorraad voedsel
altijd achter de oude worden
geplaatst.
NEDERLANDS
17
6.7 Tips voor het koelen van
voedsel
• Vlees (alle soorten): in plastic zakken
verpakken en op het glazen schap
leggen, boven de groentelade.
Bewaar vlees maximaal 1-2 dagen.
• Groenten en fruit: grondig reinigen
(grond verwijderen) en in een speciale
lade (groentelade) plaatsen.
• Het is raadzaam om exotische
vruchten zoals bananen, mango's,
papaja's, etc. niet in de koelkast te
bewaren.
• Groenten zoals tomaten,
aardappelen, uien en knoflook mogen
niet in de koelkast worden bewaard.
7. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en
de interne accessoires met lauwwarm
water en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product
weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP!
Gebruik geen
reinigingsmiddelen,
schuurpoeders, chloor of
reinigers op oliebasis. Deze
beschadigen de afwerking.
LET OP!
De toebehoren en
onderdelen van het
apparaat zijn niet geschikt
om in een afwasmachine
gewassen te worden.
• Boter en kaas: in een luchtdicht bakje
leggen of in aluminiumfolie of plastic
zakjes wikkelen om zoveel mogelijk
lucht uit te sluiten.
• Flessen: afsluiten met een dop en in
de deur plaatsen of (indien
beschikbaar) in het flessenrek.
• Om de koeling van de goederen te
versnellen, is het raadzaam om de
ventilator aan te zetten. De activering
van dynamische lucht maakt een
grotere homogenisatie van de interne
temperaturen mogelijk.
• Raadpleeg altijd de vervaldatum van
de producten om te weten hoelang
ze bewaard kunnen worden.
1. Maak de binnenkant en de
accessoires schoon met lauw water
en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen
regelmatig en wrijf ze schoon om u
ervan te verzekeren dat ze schoon en
vrij van resten zijn.
3. Afspoelen en goed afdrogen.
7.3 Het ontdooien van de
koelkast
Rijp wordt tijdens normaal gebruik
automatisch van de verdamper van het
koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt
via een gootje in een speciale
opvangbak aan de achterkant van het
apparaat, boven de compressormotor,
waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van
het dooiwater in het midden van het
koelvak regelmatig schoon te maken om
te voorkomen dat het water overloopt en
op het voedsel in de koelkast gaat
druppelen.
Gebruik hiervoor de buisreiniger die
werd meegeleverd met het apparaat.
7.2 Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
www.aeg.com18
7.4 De vriezer ontdooien
LET OP!
Gebruik nooit scherpe
metalen hulpmiddelen om
de rijp van de verdamper te
krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen mechanische
of andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die
door de fabrikant zijn
aanbevolen.
Stel ongeveer 12 uur voordat
u gaat ontdooien een lagere
temperatuur in om
voldoende koudereserve op
te bouwen in geval van
onderbrekingen tijdens de
werking.
LET OP!
Een temperatuurstijging
tijdens het ontdooien
van de ingevroren
levensmiddelen, kan de
veilige bewaartijd
verkorten.
Raak ingevroren voedsel
niet met natte handen
aan. Uw handen kunnen
hieraan vastvriezen.
3. Laat de deur open staan. Bescherm
de vloer tegen het ontdooiwater met
bijv. een doek of een platte
opvangbak.
4. Om het ontdooiproces te versnellen
kunt u een bak warm water in het
vriesvak zetten. Verwijder bovendien
stukken ijs die afbreken voordat het
ontdooien voltooid is.
5. Na afloop van het ontdooien, de
binnenkant grondig droog maken.
6. Zet het apparaat aan en doe de deur
dicht.
7. Zet de thermostaatknop op de
maximale koude en laat het apparaat
minstens drie uur in deze instelling
werken.
Pas na deze tijd plaatst u het eten terug
in het vriesvak.
7.5 Periode dat het apparaat
niet gebruikt wordt
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd
vormen op de schappen van de vriezer
en rond het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag
een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt
heeft.
1. Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel
en leg het op een koele plaats.
PROBLEEMOPLOSSING
8.
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen als het apparaat
gedurende lange tijd niet gebruikt
wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel
3. Ontdooi het apparaat.
4. Maak het apparaat en alle
toebehoren schoon.
5. Laat de deuren open staan om
onaangename luchtjes te
voorkomen.
8.1 Wat te doen in de volgende gevallen...
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Het apparaat werkt niet.Het apparaat is uitgescha-
keld.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Het apparaat maakt lawaai.Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Er is een hoorbaar of zichtbaar alarm.
De compressor werkt continu.
Er worden veel producten
De kamertemperatuur is te
Het voedsel dat in het appa-
De deur is niet goed geslo-
De compressor start niet onmiddellijk na het drukken op
"Frostmatic" of "Coolmatic", of na het veranderen
van de temperatuur.
De kast recent is ingeschakeld.
De temperatuur in het apparaat is te hoog.
De deur is open gelaten.Sluit de deur.
De temperatuur is fout ingesteld.
tegelijk geplaatst.
hoog.
raat werd geplaatst, was te
warm.
ten.
De functie Frostmatic is ingeschakeld.
De functie Coolmatic is ingeschakeld.
De compressor start na enige tijd.
Schakel het apparaat in.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcontact
aan. Bel een gekwalificeerd
elektricien.
Controleer of het apparaat
stabiel staat.
Zie "Deur open alarm" of
"Alarm hoge temperatuur".
Zie "Deur open alarm" of
"Alarm hoge temperatuur".
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Wacht een paar uur en controleer dan nogmaals de
temperatuur.
Raadpleeg het hoofdstuk
“Installatie”.
Laat voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u
het opslaat.
Zie de rubriek over 'De deur
sluiten'.
Zie de rubriek over "Frostmatic-functie".
Zie de rubriek over "Coolmatic-functie".
Dit is normaal, er is geen
storing.
NEDERLANDS19
www.aeg.com20
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De deur is verkeerd uitgelijnd of komt tegen het ven-
Het apparaat staat niet waterpas.
tilatierooster aan.
Deur gaat niet makkelijk
open.
U probeerde de deur na het
sluiten meteen weer te openen.
Het lampje werkt niet.Het lampje staat in de stand-
by-stand.
Het lampje is stuk.Neem contact op met de
Er is te veel vorst en ijs.De deur is niet goed geslo-
ten.
De pakking is vervormd of
vuil.
De producten zijn niet op de
juiste wijze verpakt.
De temperatuur is fout inge-
steld.
Apparaat is volledig geladen
en is ingesteld op de laagste
temperatuur.
De ingestelde temperatuur
in het apparaat is te laag en
de omgevingstemperatuur is
te hoog.
Er loopt water over de achterkant van de koelkast.
Tijdens het automatische
ontdooiproces, ontdooit de
rijp tegen de achterwand.
Er bevindt zich teveel con-
De deur is te vaak geopend. Open de deur alleen als het
denswater op de achterwand van de koelkast.
De deur is niet volledig ge-
sloten.
Het bewaarde voedsel was
niet ingepakt.
Er loopt water in de koelkast.
Producten verhinderen dat
het water in de waterop-
vangbak loopt.
Raadpleeg 'Installatie-instructies'.
Wacht een paar seconden
tussen het sluiten en weer
openen van de deur.
Sluit en open de deur.
dichtsbijzijnde klantenservice.
Zie de rubriek over 'De deur
sluiten'.
Zie de rubriek over 'De deur
sluiten'.
Pak de producten beter in.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Stel een hogere temperatuur
in. Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Stel een hogere temperatuur
in. Raadpleeg het hoofdstuk
'Bedieningspaneel'.
Dat is juist.
nodig is.
Zorg ervoor dat de deur volledig gesloten is.
Verpak voedsel in geschikt
materiaal voordat u het in
het apparaat plaatst.
Zorg ervoor dat de producten de achterwand niet raken.
NEDERLANDS21
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
De waterafvoer is verstopt.Reinig de waterafvoer.
Er ligt water op de vloer.De dooiwaterafvoer is niet
aangesloten op de verdam-
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak.
perbak boven de compressor.
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De "Frostmatic-functie"
of"Coolmatic-functie" is ingeschakeld.
Schakel "Frostmatic-functie"
of"Coolmatic-functie" hand-
matig uit of wacht tot de
functie automatisch deacti-
veert om de temperatuur in
te stellen. Raadpleeg de ru-
briek over "Frostmatic-func-
tie" of"Coolmatic-functie".
De temperatuur in het apparaat is te laag/hoog.
De deur is niet goed geslo-
De temperatuur van het
De temperatuur is niet goed
ingesteld.
ten.
voedsel is te hoog.
Stel een hogere/lagere tem-
peratuur in.
Zie de rubriek over 'De deur
sluiten'.
Laat het voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het conserveert.
Er worden veel producten
tegelijk bewaard.
De dikte van de rijp is meer
Conserveer minder produc-
ten tegelijk.
Ontdooi het apparaat.
dan 4-5 mm.
De deur is te vaak geopend. Open de deur alleen als het
nodig is.
De functie Frostmatic is ingeschakeld.
De functie Coolmatic is ingeschakeld.
Er is geen koude luchtcirculatie in het apparaat aanwezig.
Zie de rubriek over "Frost-
matic-functie".
Zie de rubriek over "Cool-
matic-functie".
Zorg ervoor dat er koude
luchtcirculatie in het appa-
raat is. Zie het hoofdstuk
'Nuttige aanwijzingen en
tips'.
DEMO verschijnt op het display.
Het apparaat staat in demonstratiemodus.
Houd de OK -toets onge-
veer 10 seconden ingedrukt
tot een lang geluid klinkt en
het display even uitschakelt.
SSSRRR!
CLICK!
HISSS!
BRRR!
BLUBB!
www.aeg.com22
ProbleemMogelijke oorzaakOplossing
Er verschijnt een of of
-symbool in plaats van
getallen op het temperatuurdisplay.
Probleem met de temperatuur van de sensor.
Neem contact op met de
dichtsbijzijnde klantenservice (het koelsysteem blijft
werken om uw levensmiddelen koud te houden, maar de
temperatuur kan niet aangepast worden).
Bel, wanneer het advies niet
tot resultaten leidt, de
dichtstbijzijnde
klantenservice voor dit merk.
8.2 Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een
ledbinnenlampje dat een lange
levensduur heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de
verlichting vervangen. Neem contact op
met de klantenservice.
9. GELUIDEN
8.3 De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af.
Raadpleeg 'Installatie-instructies'.
3. Vervang, indien nodig, de defecte
deurafdichtingen. Neem contact op
met een erkend servicecentrum.
Loading...
+ 50 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.