AEG LAVAMAT 48580 aqua alarm User Manual [nl]

Page 1
LAVAMAT 48580 aqua alarm
De wasautomaat die het milieu ontziet
Informatie voor de gebruiker
PERFEKT IN FORM UND FUNKTION
Page 2
Geachte klant,
Lees deze gebruiksaanwijzing a.u.b. zorgvuldig door en bewaar deze voor naslag op een later tijdstip.
De volgen symbolen worden in de tekst gebruikt : Veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing! Voorschriften die voor uw eigen veiligheid dienen. Let op! Voorschriften die ter voorkoming van schade aan het apparaat dienen.
Instructies en praktische tips Milieu-informatie
2
Page 3
Informatie voor de gebruiker
INHOUD
Geachte klant, ..............................................................................................2
Waarschuwingen ........................................................................................5
Gebruik ...........................................................................................................5
Voorzorgsmaatregelen tegen vorst .......................................................6
Afdanken .......................................................................................................6
Milieubescherming .....................................................................................7
Beschrijving van het apparaat ................................................................8
Bedieningspaneel ........................................................................................8
Indicaties in het display ............................................................................8
Voor de eerste ingebruikname ................................................................9
Het eerste in gebruik nemen - taalkeuze instellen ..........................9
Timer instellen .............................................................................................9
Reiniging vóór het in gebruik nemen uitvoeren ........................... 10
Het wasgoed voorbereiden en sorteren ............................................ 10
Wasgoed voorbereiden .......................................................................... 10
Wasgoed sorteren ....................................................................................10
Wasprogramma uitvoeren .................................................................... 11
Wasgoed in de machine doen .............................................................. 11
Wasmiddel doseren ................................................................................. 11
Apparaat inschakelen/programma kiezen ....................................... 12
Temperatuur wijzigen ............................................................................. 12
Centrifugetoerental veranderen / spoelstop kiezen ..................... 12
Opties instellen ......................................................................................... 13
Voorwas, Behoedzaam, Vlekken, Nachtprogramma ...................... 14
Tijden instellen .......................................................................................... 15
Tijd besparen : KORT of EXTRA KORT ............................................... 15
Starttijdkeuze .......................................................................................... 15
Tijd besparen : KORT of EXTRA KORT ................................................. 15
Starttijdkeuze ............................................................................................ 16
Programma starten ................................................................................. 17
Verloop van het programma ................................................................ 17
Programma onderbreken / wasgoed toevoegen ............................17
Einde van het programma / wasgoed uit de machine nemen ..18
Extra’s .......................................................................................................... 19
Geheugen 1, 2, 3 ...................................................................................... 19
Geluidsvolume .......................................................................................... 20
Extra spoelen ............................................................................................. 21
3
Page 4
Informatie voor de gebruiker
Taalkeuze .................................................................................................... 21
Tijd ................................................................................................................ 22
Contrast en helderheid .......................................................................... 22
Voordat u gaat wassen ..........................................................................23
Wasgoed sorterne en voorbereiden ................................................... 23
Hoeveelheid wagoed ............................................................................... 23
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen ..................................... 24
Internationale behandelingsetiketten ............................................... 25
Programmatabel ...................................................................................... 26
Wassen ........................................................................................................ 26
Spoelen ....................................................................................................... 27
Centrifugeren ............................................................................................ 27
Technische gegevens ............................................................................... 28
Verbruikswaarden en tijdsduur voor gekozen programma’s ..... 28
Onderhoud en reiniging ........................................................................ 29
Machine ontkalken .................................................................................. 29
Buitenkant ................................................................................................. 29
Wasmiddelbakje ....................................................................................... 29
Afvoerfilter ................................................................................................ 30
Hulp bij storingen ....................................................................................31
Opstel-en aansluitaanwijzing .............................................................. 35
Waarschuwingen ..................................................................................... 35
Afmetingen van het apparaat ............................................................. 36
Installatie .................................................................................................... 37
Garantievoorwaarden ............................................................................. 42
Adres klantenservice ............................................................................... 45
Klantenservice ........................................................................................... 46
4
Page 5
Informatie voor de gebruiker
Waarschuwingen
Houd deze gebruiksaanwijzing bij uw wasautomaat. Als u het apparaat verkoopt of weggeeft, zorg er dan voor dat de gebruiksaanwijzing bij de machine zit. De nieuwe gebruiker beschikt dan over de aanwijzingen m.b.t. gebruik en de waarschuwingen.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig voordat u het apparaat installeert en in gebruik neemt. Wij danken u voor uw aandacht.
Gebruik
• De machine zo snel mogelijk na ontvangst uitpakken en op schade controleren. Een beschadigd apparaat in geen geval aansluiten.
• Dit apparaat is ontworpen voor het gebruik door volwassenen. Zorg ervoor dat kinderen het apparaat niet aanraken of als speelgoed gebruiken.
• Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of de eigenschappen daarvan te veranderen.
• Deze wasautomaat is bedoeld voor normaal huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet voor commerciële of industriële doeleinden of voor andere doeleinden dan waarvoor het ontworpen is: wassen, spoelen en centrifugeren.
• Na het gebruik altijd de stekker uit het stopcontact trekken en de waterkraan dichtdraaien.
• Was alleen artikelen die voor machinaal wassen geschikt zijn. Raadpleeg het behandelingsetiket.
• Was geen ondergoed met baleinen, kledingstukken zonder zoom of gescheurde kledingstukken in de machine.
• Verwijder alle munten, veiligheidsspelden, naalden, spijkers, schroeven enz. voordat u het wasgoed in de machine doet. Dergelijke voorwerpen kunnen aanzienlijke schade veroorzaken als ze in het wasgoed achterblijven.
5
Page 6
Informatie voor de gebruiker
• Het wasgoed mag geen oplosmiddelen, alcohol, vlekoplossers enz. bevatten. Wacht totdat het middel verdampt is voordat u het wasgoed in de trommel doet.
• Doe kleine artikelen zoals sokken, stofceintuurs, enz. in een wasnetje of kussensloop.
• Gebruik de hoeveelheid wasmiddel die wordt aanbevolen in "Wasmiddel doseren".
• Trek altijd de stekker uit het stopcontact voordat u de wasautomaat gaat schoonmaken.
Voorzorgsmaatregelen tegen vorst
Als de wasautomaat wordt blootgesteld aan temperaturen beneden 0°C, dient u de volgende maatregelen te nemen:
• Waterkraan dichtdraaien en toevoerslang loskoppelen.
• Uiteinde van de toevoerslang en van de afvoer-slang in een bak op de vloer leggen.
• Programma POMPEN kiezen en helemaal laten afwerken.
• Wasautomaat uitschakelen door de program-makiezer op de uit-
*
stand
te draaien of door de aan/uit-toets* in te drukken.
• Stekker uit het stopcontact trekken.
• Toevoerslang en afvoerslang weer aanbrengen.
Restwater in de slangen wordt dan verwijderd. Zo wordt voorkomen dat zich ijs vormt waardoor de machine kan worden beschadigd. De volgende keer dat u de wasautomaat wilt gebruiken, dient u te controleren of de temperatuur in de ruimte boven 0°C is.
Afdanken
Alle materialen met het symbool zijn geschikt voor recycling. Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden voor afvalverwerking in uw woonplaats. Als u het apparaat afdankt, maak het dan onbruikbaar: trek de stekker
*afhankelijk van model
6
Page 7
Informatie voor de gebruiker
uit het stopcontact, maak het deurslot onbruikbaar, snijd het aansluitsnoer af en gooi stekker en snoer weg.
Milieubescherming
U wast zo zuinig en milieuvriendelijk mogelijk, als u de volgende tips opvolgt:
• Was zo veel mogelijk met het maximale vulgewicht van het betreffende programma (doe de trommel echter niet te vol).
• Voorwassen en inweken alleen bij erg vuil wasgoed.
• Doseer wasmiddel aan de hand van waterhardheid, mate van verontreiniging en hoeveelheid wasgoed.
7
Page 8
Gebrauchsanweisung
Beschrijving van het apparaat
Deksel
Greep om het deksel te openen
Filterdeurtje
Stelschroeven
Bedieningspaneel
Hendel om de machine te verplaatsen
Bedieningspaneel
Display
Functietoetsen
Indicaties in het display
Het display geeft de actuele instellingen aan
KOOKWAS 12.45 Einde progr. om 15.05
Temperatuur
95°C
900
Centrifugetoerental/
Spoelstop
Opties Tijden
Programmakeuzeknop en
Aan-/Uit-schakelaar
Actuele tijd
Programma­einde
8
Page 9
Informatie voor de gebruiker
Voor de eerste ingebruikname
Het eerste in gebruik nemen - taalkeuze instellen
Belangrijk! In het geval dat het display na het inschakelen van de wasautomaat niet het menu voor de taalkeuze weergeeft, werd de wasautomaat reeds eerder ingeschakeld. Zie in dit geval a.u.b. het hoofdstuk «Extra’s/Taalkeuze». Voor het inschakelen van de wasautomaat kunt u de programmakeuzeknop op een gewenst programma draaien , bijv. KOOKWAS. Het display licht op en behoort er als de hiernaast weergegeven afbeelding uit te zien.
Als u deze taal wilt behouden:
Druk op de toets OK.
Als u de taal wilt wijzigen:
1. Zo vaak op de toets OPTIES
drukken tot de gewenste taal in het display verschijnt, bijv. ENGLISH
2. Druk op de toets OK.
De indicatie ENGLISH knippert een aantal keren en het display moet er vervolgens als de hiernaast weergegeven afbeelding uitzien.
3. Om een programma uit te
schakelen, draait u de programmakeuzeknop op UIT.
Taal:
NEDERLANDS
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
Language:
ENGLISH
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
Timer instellen
Opdat de tijd en het einde van het progrtamma op de juiiste wijze worden aangegeven, adviseren wij u de indicatie in het display te controleren en indien nodig de actuele tijd in te stellen. Zie in dat geval a.u.b. het hoofdstuk «Extra’s/Tijd».
9
Page 10
Informatie voor de gebruiker
Reiniging vóór het in gebruik nemen uitvoeren
Om eventuele restanten van de fabricage te verwijderen uit de trommel en het sopreservoir, moet de eerste wasgang zonder wasgoed worden uitgevoerd. Programma : KATOEN/SYNTHETISCH 60°C, extra functie TIJD BESPAREN: EXTRA KORT, ca 1/4 maatbeker waspoeder toevoegen.
Het wasgoed voorbereiden en sorteren
Wasgoed voorbereiden
• Zakken leegmaken. Vreemde voorwerpen (bijv. muntstukken, paperclips, spijkers, enz.) verwijderen.
• Ritssluitingen sluiten, overtrekken dichtknopen, dit om schade aan wasgoed te voorkomen.
• Gordijnmechanismen wervijderen of in een net/waszak plaatsen.
• Kwetsbare delen en klein wasgoed in een net/kussensloop wassen, bijv. vitrage, nylonkousen, kousjes, zakdoeken, bh’s.
Let op! Bh’s en ander wasgoed met beugels uitsluitend in een net wassen. Beugels kunnen losraken en het apparaat beschadigen.
Wasgoed sorteren
• Op kleur: wit en gekleurd wasgoed separaat wassen. Wasgoed kan kleurstof afgeven.
• Op temperatuur, soort wasgoed en behandelingsetiket.
Let op! Wasgoed met het behandelingsetiket in de wasautomaat wassen.
10
(= niet wassen!) niet
Page 11
Informatie voor de gebruiker
Wasprogramma uitvoeren
Wasgoed in de machine doen
• Machinedeksel openen.
• Trommel openen door grendeltoets A in te drukken; de twee klep­pen gaan vanzelf uit elkaar.
• Wasgoed in de machine doen, trommel sluiten en machinedeksel sluiten.
Waarschuwing: voordat u het machinedeksel sluit, dient u te controleren of de trommel goed gesloten is:
•de twee kleppen goed gesloten,
•grendeltoets A niet ingedrukt.
A
3.1. Wasmiddel doseren
U kunt de door de fabrikanten van wasmiddel aanbevolen hoeveelheid reduceren door gebruik te maken van het wasproces dat waterverbruik en wasmiddelverbruik reduceert.
Doseer wasmiddel in vak en voorwasmiddel / inweekmiddel of ontharder of vlekkenzout in vak als u wilt voorwassen. Doseer
indien gewenst wasverzachter in vak . Als u een ander type wasmiddel gebruikt lees dan "Wasmiddelen en
nabehandelingsmiddelen".
11
Page 12
Informatie voor de gebruiker
Apparaat inschakelen/programma kiezen
Het programma met de program­makeuzeknop kiezen, bijv. KATOEN/SYNTHETISCH. Als u een programma kiest, schakelt u hiermee tevens het apparaat in. –
Het display licht op en geeft het
ingestelde programma, de actuele tijd evenals het verwachte einde van het programma aan. –
Afhankelijk van het programma stelt de wasautomaat de
temperatuur en het centrifugetoerental voor. Deze voorstellen kunt u wijzigen. –
De verlichting van het display schakelt automatisch aan het eind van
het programma uit of als er geen instelling van een programma werd gekozen schakelt het automatisch na 10 min. uit. Om de verlichting weer in te schakelen kan op een willekeurige toets worden gedrukt of kan aan de programmakeuzeknop worden gedraaid.
Temperatuur wijzigen
Druk net zo vaak op de toets TEMP. tot de gewenste temperatuur wordt aangegeven.
KAOTEN/SYNTH
Einde progr. om
50°C 1000
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
Centrifugetoerental veranderen / spoelstop kiezen
Druk net zo vaak op de toets TPM/ MIN. tot het gewenste centrifugetoerental of SPOELSTOP verschijnt.
• Bij het centrifugetoerental «0» wordt aan het einde van het programma het laatste spoelwater weggepompt, maar wordt het wasgoed niet gecentrifugeerd.
12
KAOTEN/SYNTH
Einde progr. om
50°C 1000
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
12.45
14.37
12.45
14.37
Page 13
Informatie voor de gebruiker
• Bij SPOELSTOP blijft het wasgoed in het laatste spoelwater liggen. Aan het einde van het programma wordt niet gecentrifugeerd, er wordt wel tussendoor gecentrifugeerd. Het tussendoor centrifugeren is afhankelijk van het programma en kan niet worden gewijzigd.
Opties instellen
Opties kunnen aan een vooraf geselecteerd wasprogramma worden toegekend. Druk op de toets OPTIES. Het display geeft de symbolen voor de opties aan.
Voorwas
Voorwassen bij ca. 30°C voor de automatisch volgende hoofdwasgang.
Behoedzaam
Verbeterde spoelwerking door extra spoelgang bij een gelijktijdig geringere trommelbeweging (weefsels worden ontzien). Ideaal wanneer er vaak moet worden gewassen, bijvoorbeeld bij een overgevoelige huid. Een extra spoelgang kan tevens als vaste instelling worden gekozen (zie hoofdstuk «Extra’s»).
Vlekken
Voor sterk vervuilde of bevlekte was. Het vlekkenmiddel wordt op het optimale tijdstip tijdens het verloop van het programma in de machine gespoeld.
Nachtprogramma
De was blijft in het laatste spoelwater staan. Aan het einde van het programma wordt niet gecentrifugeerd en er wordt niet tussendoor gecentrifugeerd. Het programma verloopt daarom zeer geruisloos. NACHTPROGRAMMA is daarom uiterst geschikt als u tijdens de nacht de wasautomaat wenst te gebruiken.
Extra’s
De onder Extra’s instelbare speciale functies blijven voortdurend in de
13
Page 14
Informatie voor de gebruiker
wasautomaat opgeslagen, bijv. tijd, taalkeuze, enz. (zie hoofdstuk «Extra’s»), tot deze functies gewijzigd of uitgeschakeld worden.
Er worden steeds alleen die opties in het display aangegeven die met het vooraf gekozen programma te comineren zijn.
Voorwas, Behoedzaam, Vlekken, Nachtprogramma
1. Zo vaak op de toets OPTIES
drukken tot het gewenste symbool in het display verschijnt, bijv.
VOORWAS.
(ledere keer nadat op de toets is gedrukt, knippert het volgende symbool - kijkend van links naar rechts)
2. Druk op de toets OK. Het
symbool stopt met knipperen. Onder het symbool verschijnt een zwarte balk. De extra functie is ingesteld. De indicatie wisselt naar de volgende optie. Om de extra functie uit te schakelen moet u zo vaak de toets OPTIES indrukken, tot het symbool van de extra functie knippert en moet u vervolgens de toets OK indrukken. De zwarte balk onder het symbool
verdwijnt.
Als er nog meer extra functies gekozen moeten worden: Zo vaak op de
toets OPTIES drukken to het gewenste symbool knippert. Steeds met de
toets OK bevestigen.
3. Druk net zo vaak op de toets
OPTIES tot de indicatie voor het uitschakelen verschijnt. Het display geeft het symbool van de gekozen extra functie aan.
KAOTEN/SYNTH
Voorwas
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
KAOTEN/SYNTH
Behoedzaam
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
KAOTEN/SYNTH
Einde progr. om
50°C 800
TEMP.C° T/MIN OPTIES OK TIJD
12.45
14.37
12.45
14.56
12.45
14.56
14
Page 15
Informatie voor de gebruiker
Tijden instellen
Verkorte programma’s en het uitstellen van de starttijd kunnen voor een vooraf gekozen wasprogramma worden ingesteld. Druk op de toets TIJD. Het display geeft de symbolen voor het tijd besparen en de starttijdkeuze aan.
Tijd besparen : KORT of EXTRA KORT
Verkort wasprogramma voor licht vervuilde was. – KORT: alleen mogelijk bij het programma KOOKWAS, KATOEN/ SYNTHETISCH en STRIJKVRIJ – EXTRA KORT: alleen mogelijk bij het programma KOOKWAS, KATOEN/SYNTHETISCH, STRIJKVRIJ en FIJNE WAS.
Starttijdkeuze
Om het starten van een programma van 30 minuten tot max. 20 uur uit te stellen.
Tijd besparen : KORT of EXTRA KORT
1. Druk net zo vaak op de toets
TIJD tot het symbool TIJD BESPAREN knippert.
Tijd besparen
NORMAAL
2. Druk op de toets OK.
3. Druk op de toets TIJD. Onder
het symbool verschijnt een
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
zwarte balk, in het display verschijnt KORT of EXTRA KORT.
4. Om van KORT naar EXTRA
KORT te wisselen, moet
Tijd besparen
EXTRA KORT
nogmaals op de toets TIJD worden gedrukt.
Met de toets TIJD kan tussen
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
NORMAAL, KORT en EXTRA KORT worden gewisseld.
5. Druk op de toets OK om de keuze te bevestigen. De indicatie wisselt
naar het symbool voor de starttijdkeuze, d.w.z. de starettijdkeuze kan nu worden ingesteld.
12.45
14.37
12.45
14.12
15
Page 16
Informatie voor de gebruiker
6. Druk op de toets TIJD, als er geen starttijdkeuze ingesteld hoeft te
worden. Het display geeft het symbool TIJD BESPAREN evenals de tijd van het einde van het programma aan.
Starttijdkeuze
1. Druk net zo vaak op de toets TIJD tot het symbool STARTUITSTEL
knippert.
2. Druk op de toets OK. In het display wordt «Start over 0 min.»
aangegeven.
3. Zo vaak op de toets TIJD
drukken tot het display de gewenste startuitstelling aangeetf bijv. «Start over 4 h» (=4 uur). Onder het symbool verschijnt een zwarte balk.
Als 20 h wordt aangegeven en
u drukt nogmaals op de toets, dan is de starttijdkeuze weer opgeheven.
4. Druk op de toets OK . Het display
geeft het symbool STARTUITSTEL evenals de tijd van het einde van het programma aan (uitstellen van het starten).
5. Druk voor het activeren van de
starttijdkeuze op de toets START/ PAUZE. Het display geeft nu bijv. «Start over 4.00» (= 4 uur) aan. De indicatie van de resterende tijd tot het programma start, verlaagt per 30 minuten (bijv. 4.00, 3.30, 3.00,...
0.30,0).
startuitstel
Start over 4h
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
KATOEN/SYNTH
Start over
50°C 800
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
12.45
12.45
4.00
16
Page 17
Informatie voor de gebruiker
Programma starten
1. Controleer of de waterkraan is geopend.
2. Toets START/PAUZE indrukken.
Het programma wordt gestart resp. start na afloop van de ingestelde starttijdkeuze.
Als na het drukken op de toets START/PAUZE het display «Deur
open» aangeeft, dan is de vuldeur niet goed gesloten. Druk de deur goed dicht en druk de toets START/PAUZE opnieuw in.
Verloop van het programma
De display van het programma­verloop geeft de programmastap aan die momenteel wordt uitgevoerd, evenals het tijdstip van het einde van het programma.
Het tijdstip van het einde van
het programma kan tijdens het wassen wijzigen. Dit wordt veroorzaakt doordat het wasprogramma zich bij het wassen aan verschillende omstandigheden aanpast (bij­voorbeeld soort en hoeveelheid wasgoed, onbalansherkenning bij het centrifugeren, speciale spoelgang, enzovoort).
KATOEN/SYNTH
Wassen
50°C 800
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
12.45
14.37
Programma onderbreken / wasgoed toevoegen
Programma onderbreken
• Met toets START/PAUZE kunt u het programma op elk moment onderbreken. Wanneer u toets START/PAUZE nog een keer indrukt, gaat de wasautomaat weer door met het programma.
• Om een programma voortijdig te stoppen draait u de programmakeuzeknop naar UIT. Let op! Houd rekening met het feit dat er zich water in het apparaat kan bevinden!
17
Page 18
Informatie voor de gebruiker
Wasgoed toevoegen
1. Op de toets START/PAUZE drukken.
• Als het display afwisselend “Deur gesloten” en “Pauze” aangeeft, is het niet meer mogelijk om wasgoed toe te voegen, bijv. bij een te hoge waterstand.
• Geeft het display afwisselend “Deur open” en “Pauze”aan, kunt u nog wasgoed toevoegen:
2. Machine- en trommeldeksel openen.
3. Wasgoed in de machine doen en trommel- en machinedeksel goed
sluiten.
4. Druk opnieuw op de toets START/PAUZE. Het programma gaat door.
Einde van het programma / wasgoed uit de machine nemen
Aan het einde van het programma klinkt 3x een lange zoemtoon (bij de instelling SIGNAALVOLUME NORMAAL of LAAG) en in de display verschijnt de indicatie “Einde” en “Deur te openen”.
1. Machine- en trommeldeksel openen en was uit de machine nemen.
2. Programmakeuzeknop op UIT zetten.
3. Na het wassen het machinedeksel een tijd open laten staat zodat de
wasautomaat kan luchten.
Wanner u SPOELSTOP gekozen :
Na een spoelstop af na het einde van een programma met NACHTPROGRAMMA knippert de indicatie START/PAUZE. In het display verschijnt afwisselend “Einde” en “Deur gesloten”. Eerst moet het water worden weggepompt:
• De programmakeuzeknop naar UIT en vervolgens naar POMPEN draaien en de toets START/PAUZE indrukken (het water wordt zonder centrifugeren weggepompt). of
• de programmakeuzeknop naar UIT draaien en vervolgens naar CENTRIFUGEREN. Indien gewenst het toerental aanpassen en de toets START/PAUZE indrukken (het water wordt weggepompt en aansluitend wordt gecentrifugeerd).
18
of NACHTPROGRAMMA hebt
Page 19
Informatie voor de gebruiker
Extra’s
De onder Extra’s instelbare speciale functies blijven onafhankelijk van het gekozen wasprogramma opgeslagen, ook na het uitschakelen van de wasautomaat en het uitnemen van de stekker uit het stopcontact.
Geheugen 1, 2, 3
Op de stand GEHEUGEN 1, GEHEUGEN 2, GEHEUGEN 3 kunnen programmacombinaties worden opgeslagen en vervolgens direct met de programmakeuzeknop worden gekozen. Daarvoor wordt allereerst de gewenste programmacombinatie samengesteld en aansluitend opgeslagen.
Het geheugen instellen :
Voorbeeld: Aan de stand van het programma GEHEUGEN 1 moet de volgende programma­combinatie worden toegekend:
KATOEN/SYNTH
Einde progr. om
40°C 800
KATOEN / SYNTHETISCH 40°C, 800T/MIN, met optie VOORWAS.
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
1. Programmakeuzeknop op
KATOEN/SYNTHETISCH zetten.
2. Druk net zo vaak op de toets TEMP. tot 40°C in het display
verschijnt.
3. Druk net zo vaak op de toets T/MIN tot 800 in het display verschijnt.
4. Met de toets OPTIES de functie
toets OK drukken. Onder het symbool
VOORWAS instellen en op de
VOORWAS verschijnt een
zwarte balk.
5. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot het symbool
knippert.
6. Druk op de toets OK. Het
display wisselt naar het niveau voor de speciale functies. Als
Geheugen 1
Progr. opslaan?
eerste wordt de program­maopslag GEHEUGEN 1 aan­geboden.
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
Druk op OPTIES om naar een andere geheugen- of opslagplaats te wisselen;
12.45
14.37
EXTRA’S
19
Page 20
Informatie voor de gebruiker
7. Druk op de toets OK. De programmacombinatie is nu in de stand GEHEUGEN 1 van de programmakeuzeknop opgeslagen en kan voortaan direct met de programmakeuzeknop worden gekozen.
Het geheugen kan op ieder gewenst moment met een nieuwe programmacombinatie overschreven worden (zie “Geheugen wijzigen”), maar niet worden verwijderd.
Geheugen wijzigen
1. Nieuwe programmacombinaties naar keuze samenstellen (Zie voor voorbeelden “Geheugen instellen”, stap 1 tot 4).
2. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot het symbool knippert.
3. Druk op de toets OK.
4. Met de toets OPTIES de te wijzigen programmaplaats kiezen, bijv. GEHEUGEN 1.
5. Met de toets OK, nieuwe programmacombinaties opslaan.
Geluidsvolume
Het geluidsvolume van de zoemer kan worden gekozen.
1. De programmakeuzeknop op het gewenste programma draaien en zo vaak op de toets OPTIES drukken tot het symbool
2. Druk op de toets OK.
3. Zo vaak op de toets OPTIES drukken, tot op het display SIGNAALVOLUME verschijnt.
4. Druk op de toets OK.
5. Zo vaak op de toets OPTIES
Signaalvolume
NORMAAL
drukken, tot het gewenste geluidsvolume (NORMAAL, LAAG, UIT) in het display wordt aangegeven.
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
6. Druk op de toets OK om de instelling te bevestigen. De indicatie wisselt naar de volgende speciale functie.
7. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot de indicatie voor het uitschakelen verschijnt.
20
EXTRA’S knippert.
EXTRA’S
Page 21
Informatie voor de gebruiker
Extra spoelen
1. De programmakeuzeknop op het gewenste programma draaien en zo vaak op de toets OPTIES drukken tot het symbool
EXTRA’S
knippert.
2. Druk op de toets OK.
3. Zo vaak op de toets OPTIES drukken, tot op het display EXTRA
Extra spoelen
UIT
SPOELEN wordt aangegeven.
4. Druk op de toets OK. Het symbool EXTRA SPOELEN verschijnt. De indicatie wisselt
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
naar de volgende speciale functie.
5. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot de indicatie voor het uitschakelen verschijnt.
Taalkeuze
1. De programmakeuzeknop op het gewenste programma draaien en zo vaak op de toets OPTIES drukken tot het symbool knippert.
2. Druk op de toets OK.
3. Zo vaak op de toets OPTIES drukken, tot op het display
Language
ENGLISH
TAALKEUZE verschijnt.
4. Druk op de toets OK.
5. Zo vaak op de toets OPTIES drukken tot de gewenste
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
taalkeuze in het display verschijnt, bijv. ENGLISH.
6. Druk op de toets OK. De indicatie wisselt naar de volgende speciale functie.
7. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot de indicatie voor het uitschakelen verschijnt.
EXTRA’S
21
Page 22
Informatie voor de gebruiker
Tijd
1. De programmakeuzeknop op het gewenste programma draaien en zo vaak op de toets OPTIES drukken tot het symbool
EXTRA’S knippert.
2. Druk op de toets OK.
3. Zo vaak op de toets OPTIES drukken, tot op het display TIJD wordt aangegeven.
4. Druk op de toets OK.
5. Met de toets OPTIES de gewenste tijd instellen. Ledere keer
Klok
Tijd instellen
dat op de toets wordt gedrukt, telt de indicatie per minuut door. Bij een ingedrukte toets wisselt de
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
indicatie in stappen van 10 minuten.
6. Druk op de toets OK . De indicatie wisselt naar de volgende speciale functie.
7. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot de indicatie voor het uitschakelen verschijnt.
Contrast en helderheid
1. De programmakeuzeknop op het gewenste programma draaien zn zo vaak op de toets OPTIES drukken tot het symbool
2. Druk op de toets OK.
3. Zo vaak op de toets OPTIES drukken, tot op het display CONTRAST of HELDERHEID verschijnt.
4. Druk op de toets OK.
5. Met de toets OPTIES de gewenste instelling kiezen. Ledere keer nadat
Contrast
I----->------I
op een toets is gedrukt of terwijl een toets is ingedrukt, verplaatst de zwarte driehoek in het schema
TEMP. C° T/MIN OPTIES OK TIJD
voor meer contrast of helderheid, verder naar rechts. Als de driehoek aan het rechtereinde van het schema komt, start het weer aan de linkerzijde.
6. Druk op de toets OK. Het display wisselt naar de volgende speciale functie of terug naar de indicatie voor het uitschakelen.
7. Druk net zo vaak op de toets OPTIES tot de indicatie voor het uitschakelen verschijnt.
22
EXTRA’S knippert.
11.17
Page 23
Informatie voor de gebruiker
Voordat u gaat wassen
Wasgoed sorterne en voorbereiden
• Wasgoed volgens soort en behandelingsetiket sorteren : normale
was voor sterk wasgoed dat krachtig wassen en centrifugeren kan
verdragen; fijne was voor teer wasgoed dat voorzichtiger moet
worden behandeld. Kies voor gemengde ladingen programma en
temperatuur passend bij het teerste textiel.
• Wit en gekleurd wasgoed apart wassen. Anders kan het witte
goed verkleuren resp. vergrauwen.
• Nieuw wasgoed geeft vaak af. Zulke stukken daar-om de eerste
keer liever apart wassen. Houd u aan de aanwijzingen "apart was-
sen" en "enkele keren apart wassen" op het behandelingsetiket.
• Zakken leegmaken en het wasgoed uit elkaar vouwen.
• Alle losse knopen, haken en ogen verwijderen. Ritsen sluiten, een
knoop leggen in veters en riempjes.
• Kleding die uit meer lagen bestaat (slaapzakken, anoraks enz.),
gebreid gekleurd textiel en wol en textiel met applicaties bin-
nenste buiten keren.
• Kleine en tere stukken wasgoed (sokken, panty's, beha's enz.) in
een wasnetje wassen.
• Vitrages bijzonder voorzichtig behandelen. Haken verwijderen en
de vitrages in een net of zak binden
Hoeveelheid wagoed
De hoeveelheid wasgoed die u in de trommel doet mag het maximale vulgewicht van de wasautomaat niet overschrijden. Dit vulgewicht hangt af van het soort wasgoed. Doe minder wasgoed in de machine als het erg vuil is. Niet alle textielsoorten hebben hetzelfde volume en hetzelfde opnemend vermogen. Daarom moet de trommel in het algemeen als volgt gevuld worden:
• vol, maar niet overvol voor katoen en linnen,
• halfvol voor weefsels gemengd met katoen en synthetische weef-
sels,
• voor een derde gevuld voor tere artikelen zoals vitrages en wol. Bij een gemengde was het vulgewicht van het teerste materiaal aanhouden.
23
Page 24
Informatie voor de gebruiker
Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen die geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat. Lees de aanwijzingen van de fabrikant. Wasmiddelen in poedervorm kunnen zonder beperkingen worden gebruikt. Vloeibaar wasmiddel doseert u in de doseerbol direct in de trommel of in het wasmiddelbakje; in dat geval moet u direct een programma starten. Wasmiddelen in tabletvorm legt u in het vakje voor hoofdwasmiddel. De hoeveelheid wasmiddel hangt af van de hoeveelheid wasgoed, de waterhardheid en de mate van ver-ontreiniging van het wasgoed. Als het water zacht is, kunt u wat minder doseren. Doseer wat meer als het water hard is (of gebruik liever een waterontharder) of als het wasgoed erg vuil of gevlekt is. Informatie over de waterhardheid in uw woonplaats kunt u bij het waterleidingbedrijf krijgen.
24
Page 25
Informatie voor de gebruiker
Internationale behandelingsetiketten
25
Page 26
Informatie voor de gebruiker
Programmatabel
Wassen
Hier vindt u een overzicht van niet alle mogelijke, maar alleen de in het dagelijks gebruik zinvolle instellingen.
Soort
wasgoed
Max.
vulgewicht
(droog
Programmakiezer
Temperatuur
(°C)
wasgoed)
Witte was 5 kg KOOKWAS
0° - 95°
Energiespaarprog. :
***
ECO
Bonte was 5 kg KATOEN/
SYNTHETISCH 0° - 60°
4,5 kg 40 - 60 MIX
1 kg STRIJKVRIJ
40°
Fijne was 2,5 kg FIJNE WAS
0° - 40°
Wol/ Handwas
1,0 kg WOL /
Koud - 40°
Mogelijke
extra
programma’s
NACHTPROGRAMMA TIJD BESPAREN
*
VOORWAS VLEKKEN
**
BEHOEDZAAM
NACHTPROGRAMMA TIJD BESPAREN* VOORWAS VLEKKEN** BEHOEDZAAM
****
ZIJDE /
Alle 2,5 kg 30 MIN
30°
*Kan niet gekozen worden bij instelling ECO en 40-60 MIX. **Kan niet gekozen worden bij temperaturen beneden 40°C. ***Dit 60°C-programma is het referentieprogramma voor de gegevens op het energielabel. ****Kan niet gekozen worden bij instelling STRIJKVRIJ en FIJNE WAS.
26
Page 27
Spoelen
Informatie voor de gebruiker
Soort wasgoed Max. vulgewicht
(droog wasgoed)
Witte was / Bonte was 5,0 kg
Kreukherstellend 2,5 kg
Fijne was 2,5 kg
Wol / Handwas 1,0 kg
Centrifugeren
Soort wasgoed Max. vulgewicht
(droog wasgoed)
Witte was / Bonte was 5,0 kg
Kreukherstellend 2,5 kg
Fijne was 2,5 kg
Wol / Handwas 1,0 kg
Programmakiezer
FIJN SPOELEN
Programmakiezer
CENTRIFUGEREN
27
Page 28
Notice d’utilisation
Technische gegevens
Hoogte x breedte x diepte 850 x 400 x 600 mm
NETSPANNING / FREQUENTIE AANSLUITWWAARDE
230 V / 50 Hz 2300 W
WATERDRUK Minimaal 0,05 MPa (0,5 bar)
Maximaal 0,8 MPa (8 bars)
Aansluiting aan waternet Type 20x27
Charge maximum 5,0 kg
Centrifugeren 1500 t/min
Dit apparaat voldoet aan EG-richtlijn 89-336 (EMC­richtlijn) en EG-richtlijn 73-23EG (laagspanningsrichtlijn)
Verbruikswaarden en tijdsduur voor geko­zen programma’s (richtlijnen)
.
Programmakiezer / Temperatuur
KOOKWAS 95°
*
ECO
Wasgoed
in
kg
5,0 61 2,00 155-170
5,0 39 0,85 140-155
Water
in
liter
Stroom
in
kWh
Tijd in
minuten
KATOEN / SYNTHETISCH 60°
STRIJKVRIJ 40°
FIJNE WAS 40°
WOL / Handwas
*Dit 60°C-programma is het referentieprogramma voor de gegevens op het energielabel, volgens richtlijn 92/75/EG..
28
40°
2,5 39 0,85 85-100
2,5 48 0,40 75-90
2,5 38 0,55 55-70
1,0 45 0,50 55-70
Page 29
Informatie voor de gebruiker
Onderhoud en reiniging
Voordat u de machine gaat reinigen altijd eerst de stekker uit het stopcontact trekken.
Machine ontkalken
Als u op de juiste wijze wasmiddel doseert, is ontkalken niet nodig. Als ontkalken toch noodzakelijk is, gebruik dan een in de handel verkrijgbaar niet-bijtend product dat speciaal voor wasautomaten is bedoeld. Volg de aanwijzingen m.b.t. dosering op de verpakking op.
Buitenkant
Maak de buitenkant van de machine schoon met lauw water en een mild schoonmaakmiddel. Nooit alcohol, oplosmiddelen of dergelijke producten gebruiken.
Wasmiddelbakje
Demonteren :
Druk op de lipjes aan weerskanten van het wasmiddelbakje en trek het omhoog.
Maak het bakje onder stromend water schoon en gebruik een borstel of doekje. Controleer of de hevels aan de achterkant van het bakje niet geblokkeerd worden.
Monteren :
Zet het wasmiddelbakje in de openingen en klik het vast.
29
Page 30
Informatie voor de gebruiker
Afvoerfilter
Maak het filter aan de onderzijde van de machine regelmatig schoon. Lampje FILTER filter onmiddellijk schoonmaken. Als u erg pluizig wasgoed wast, het filter in elk geval schoonmaken.
Open het deurtje met bijvoorbeeld een schroevendraaier :
Restwater weg laten lopen:
*
gaat branden als het filter verstopt is. In dt geval het
Zet een bak onder de afvoer. Draai de dop tegen de wijzers van de klok in tot hij verticaal staat en het restwater weg-loopt.
Filter verwijderen :
Dop helemaal losdraaien. Goed onder stromend water schoonmaken. Dop weer aanbrengen en met de wijzers van de klok mee vastdraaien.
Als u het filter heeft schoongemaakt, sluit dan het pompdeurtje. Het pompdeurtje moet altijd dicht zijn als de machine aan staat.
30
* afhankelijk van model
Page 31
Informatie voor de gebruiker
Hulp bij storingen
Als u tijdens de werking 3x een korte zoemer klinkt en een van de volgende indicaties in het display verschijnt:
• «Geen watertoevoer / Controle kraan»,
• «Pomp niet: check/Afvoerslng/filter» of «Pomp geblokkeerd»,
• «Deur open», raadpleeg dan de volgende tabel. Nadat de fout opgelost is, de toets START/PAUZE indrukken. Bij de indicatie van de «Foutcode: E en een cijfer of letter» : apparaat uitschakelen en vervolgens weer inschakelen. Programma opnieuw instellen. Op de toets START/PAUZE drukken. Als de foutcode opnieuw wordt weergegeven, dient u contact op te nemen met de klantenservice om de foutcode door de geven.
Probleem Oorzaak
De machine start niet of er wordt geen water toegevoerd:
Er wordt water toegevoerd, maar meteen weer weggepompt:
• de machine is niet correct aangesloten, de elektrische installatie werkt niet,
• het machinedeksel en de trommelkleppen zijn niet goed gesloten (Deur open/Con­troleren a.u.b.),
• u hebt het programma niet goed gestart,
• er is een stroomstoring,
• de watertoevoer is afgesloten (Geen watertoevoer/Controle kraan),
• de waterkraan is dicht (Geen watertoe­voer/Controle kraan),
• de watertoevoer is geblokkeerd (Geen watertoevoer/Controle kraan).
• de afvoerslang hangt te laag (zie hoofds­tuk Installatie).
31
Page 32
Informatie voor de gebruiker
Probleem Oorzaak
De machine centrifugeert niet of pompt niet:
Er ligt water op de vloer rond de wasautomaat:
Wasresultaten zijn niet tevredenstellend:
• de afvoerslang is verstopt of gedraaid, (Pomp niet:check/Afvoerslng/filter)
• het afvoerfilter is verstopt (Pomp niet:check/Afvoerslng/filter)
• de onbalansherkenning is in werking getreden; slechte verdeling van het was­goed in de trommel,
• u hebt programma pompen of functie "Nachtprogramma"* gekozen,
• de afvoerslang hangt niet op de juiste hoogte.
• te veel wasmiddel heeft te veel schuim gevormd en dat is overstroomd (Overdose­ring)
• het wasmiddel is niet geschikt voor machi­naal wassen,
• de afvoerslang hangt niet goed,
• het afvoerfilter is niet op z'n plek gezet,
• de watertoevoerslang lekt.
• het wasmiddel is niet geschikt voor machi­naal wassen,
• er zit te veel wasgoed in de trommel,
• u hebt niet het juiste programma gekozen,
• u hebt niet voldoende wasmiddel gedoseerd.
De machine vibreert of staat onrustig:
32
• niet alle verpakking is verwijderd (zie hoofdstuk Installatie),
• de machine staat niet waterpas of is niet goed gevuld,
• de machine staat te dicht tegen de muur of meubilair,
• het wasgoed is niet goed in de trommel verdeeld,
• er zit erg weinig wasgoed in de trommel.
Page 33
Informatie voor de gebruiker
Probleem Oorzaak
Het programma duurt te lang: • de watertoevoer is geblokkeerd (Geen
watertoevoer/Controle kraan)
• er is een stroomstoring geweest of het water is afgesloten,
• de oververhittingsbeveiliging van de motor is in werking getreden,
• de temperatuur van het leidingwater is lager dan normaal,
• het schuimherkenningssysteem is in wer­king getreden (te veel wasmiddel) en de machine heeft het schuim verwijderd,
• de onbalansherkenning is in werking getreden, een extra fase is toegevoegd om het wasgoed beter in de trommel te verde­len.
De machine stopt tijdens een programma:
Het machinedeksel kan tijdens een programma niet geopend worden:
Display geeft aan : «Deur open/Controleren a.u.b.:
Display geeft aan : «Pomp niet: check/Afvoerslng/filter»:
Display geeft aan : «Geen watertoevoer/Controle kraan»:
Display geeft aan : «Overdosering»:
• er is een water- of stroomstoring,
• u hebt spoelstop ingesteld.
• de temperatuur van het sop is te hoog,
• o het deksel kan pas 1 tot 2 minuten na beëindiging van het programma geopend
*
worden
.
• het machinedeksel en de trommelkleppen zijn niet goed gesloten.
• het afvoerfilter is verstopt,
• de afvoerslang is verstopt of gedraaid,
• de afvoerslang ligt te hoog (zie hoofdstuk Installatie),
• de afvoerpomp is verstopt,
• de installatiesifon is verstopt.
• de waterkraan is dicht,
• de watertoevoer in de woning is afgeslo­ten.
• u hebt niet de juiste hoeveelheid gedoseerd,
33
Page 34
Informatie voor de gebruiker
Probleem Oorzaak
Wasverzachter komt tijdens het doseren uit de overloop:
Display geeft aan : «Pomp geblokkeerd»:
Display geeft aan : «Foutcode: EA6 - Zie instructies Gebruik­saanwyzing»:
Display geeft aan «Foutcode EF3» en afvoerpomp blijft voort-durend lopen - ook wanneer het apparaat is uitgeschakeld:
Display geeft aan : «Foutcode: E - Zie instructies Gebruik­saanwyzing»:
*Afhankelijk van model.
• u hebt niet de juiste hoeveelheid gedoseerd,
• de hevels aan de achterkant van het was­middelbakje zijn verstopt.
• Afvoerpomp is verstopt.
De trommelkleppen zijn niet goed geslo-
ten.
• De beveiliging tegen wateroverlast, aqua­control, is in werking getreden :
- waterkraan dichtdraaien,
- vervolgens de stekker uit het stopcontact
trekken,
- contact met de service-afdeling opnemen.
• vervolgens de stekker uit het stopcontact trekken en contact met de service-afde­ling opnemen.
34
Page 35
Informatie voor de gebruiker
Opstel-en aansluitaanwijzing
Waarschuwingen
• Deze wasautomaat is zwaar. Voorzichtig bij het verplaatsen ervan.
• Voor het in gebruik nemen moet de verpakking van de wasautomaat worden verwijderd. Als niet de gehele transportbeveiliging wordt verwijderd, kan dat tot schade aan de wasautomaat of omringende meubelen leiden. De stekker mag tijdens het uitpakken niet in het stopcontact zitten.
• De wateraansluiting mag alleen door een erkend installateur worden uitgevoerd.
• De machine moet aan een stopcontact met rand-aarde worden aangesloten.
• Een eventuele wijziging in de elektrische huisinstallatie mag alleen door een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd.
• Lees de aanwijzingen in paragraaf 3.7 aandachtig, voordat u de machine gaat aansluiten.
• Controleer na het installeren of de machine niet op het aansluitsnoer staat.
• Als de machine op vaste vloerbedekking wordt geïnstalleerd, mogen de ventilatie-openingen aan de onderkant van de machine niet door het tapijt worden afgedekt.
• Het aansluitsnoer mag alleen door onze service-afdeling vervangen worden.
• Als de machine niet volgens de voorschriften is geïnstalleerd, wordt eventuele schade niet door de garantiebepalingen gedekt.
35
Page 36
Informatie voor de gebruiker
Afmetingen van het apparaat
36
Page 37
Installatie
Uitpakken
Verpakkingsmateriaal dat is gebruikt om interne onderdelen van de machine tijdens het transport te beschermen moet verwijderd worden voordat de machine voor de eerste keer in gebruik wordt genomen.
Informatie voor de gebruiker
Verwijder al het verpakkingsmateriaal van de machine. Kantel de machine naar opzij, verwijder dan de verpakking onder de motor en zet de machine weer rechtop.
Kantel de machine naar achteren en draai hem een kwart slag op één van de hoeken om de transportbodem te verwijderen.
Open het machinedeksel en verwijder de transportbeveiliging en het plastic. Sluit het deksel.
37
Page 38
Informatie voor de gebruiker
Gebruik een 10 mm moersleutel om de twee schroeven en afstandhouders achterop te ver­wijderen.
U kunt nu de openingen zien die moeten worden afgesloten met de meegeleverde dopjes; vergeet niet de dopjes te sluiten.
Controleer of u al deze onderdelen uit de machine hebt verwijderd en bewaar ze zodat u ze indien nodig in de toekomst weer kunt gebruiken.
38
Als u het apparaat weer gaat verpakken, dient u alle transportbeveiligingen weer te gebruiken. Bij het vastschroeven van de afstandshouders moet de veer worden samengedrukt tot een lengte van ca. 21 - 24 mm.
Als u wilt dat de wasautomaat op één lijn staat met de keukenmeubelen ernaast, kunt u de slanghouder achterop de wasautomaat afsnijden. Laat de twee plaatjes op hun plek.
Page 39
Informatie voor de gebruiker
Opstellen
Zet de wasautomaat op een vlakke harde vloer in een goed geventileerde ruimte. Zorg ervoor dat de machine niet in aanraking komt met de muur of meubelen.
Machine verplaatsen
Als u de machine wilt verplaatsen, tilt u hem op z'n rollers door de hendel onderaan de machine helemaal naar links te trekken. Als de machine op de gewenste plek staat, zet u de hendel weer in z'n oorspronkelijke stand terug.
Waterplas stellen
Als de machine waterpas staat voorkomt dat trillen, geluid en beweging tijdens het gebruik.
Zet de machine waterpas door de stelschroef die te kort is aan te passen. Draai de ring los (til de machine indien nodig op).
Als de machine stabiel staat, draai dan de ring zo ver mogelijk vast.
39
Page 40
Informatie voor de gebruiker
Watertoever
Deze biedt optimale bescherming tegen waterschade. In geval van een storing blokkeert het systeem de watertoevoer naar het apparaat. De storing wordt aangegeven doordat een rode markering in het venstertje verschijnt. Neem dan contact op met onze service-afdeling.
Schroef de slangkoppeling aan de waterkraan (20x27 mm). Draai de waterkraan open. De toevoerslang mag niet verlengd worden. Als de slang te kort is, dient u een langere toevoerslang te kopen.
Waterafvoer
De afvoerslang kan worden aangesloten op een afvoerpijp of sifon of in een wastafel, gootsteen of badkuip worden gehangen.
Waterafvoer via een sifon
U hangt de afvoerslang zodanig in het meegeleverde kunststof bochtstuk, dat alleen de rubber tuit er uitsteekt. Dit uiteinde hangt u in de afvoerpijp of sifon. Het bochtstuk kunt u m.b.v. de gaten eventueel aan bijv. de muur vastmaken. De afvoerslang mag niet ingekort worden!
Als de afvoerslang te lang is, laat hem dan in een ruime bocht achter de machine hangen; de slang mag niet knikken! Als de afvoerslang iets te kort is, verplaats dan de afvoerpijp. De hoogte van de afvoerpijp moet zich tussen 70 en 100 cm vanaf de onderzijde van de machine bevinden. De verbindingsplaats buis / sifon met een slangklem vastzetten.
Elektrische aansluiting
Vaste aansluiting aan het elektriciteitsnet mag alleen door een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd.
40
Page 41
Informatie voor de gebruiker
Bij het aansluiten moet aan de algemeen en plaatselijk geldende voorschriften van het elektriciteitsbedrijf strikt de hand worden gehouden. Controleer vóór het in gebruik nemen of de op het typeplaatje aangegeven netspanning en stroomsoort over-eenkomen met netspanning en stroomsoort op de plaats van opstelling. Op het typeplaatje vindt u ook de vereiste waarde van de installatieautomaat of smeltveiligheid in uw groepenkast. De machine mag niet d.m.v. een verlengsnoer worden aangesloten.
41
Page 42
Informatie voor de gebruiker
Garantievoorwaarden
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief beïnvloed. Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet. Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast. Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden:
8. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor tweedehands producten geldt eveneens een termijn van 12 maanden.
9. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom.
10.Het gebrek moet terstond gemeld worden om moge-lijke verdere schade te voorkomen. De garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
11. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop­en/of leveringsdatum te worden overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander overtuigend bewijs te worden overlegd.
12.De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onder­delen, zoals (vitrokera-misch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik.
13.De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de ges­telde kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het pro­duct onbeduidend zijn.
14.De garantie geldt evenmin voor schade veroor-zaakt door:
• chemische en elektrochemische inwerking van water,
• abnormale milieuomstandigheden in het algemeen,
• voor het product oneigenlijke bedrijfsomstan-digheden,
• contact met agressieve stoffen.
42
Page 43
Informatie voor de gebruiker
15. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaan-wijzingen.
16. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het product voorzien werd van toebeho­ren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
17. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde pro­ducten.
18. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehan­gen of geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die onts­taat door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
19. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiks­periode.
20. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantieter­mijn noch aanvang van een nieuwe garantietermijn tot gevolg.
21. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
22. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het product, zijn uitgesloten voor zover een aanspra­kelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
23. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het product niet overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een product naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de technische voorwaarden (o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstan-digheden) in het betreffende land. Voor in het
43
Page 44
Informatie voor de gebruiker
buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht. Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter beschikking. Adres Servicedienst: Electrolux Service Vennootsweg 1 2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
44
Page 45
Informatie voor de gebruiker
Adres klantenservice
AEG fabrieksservice Postbus 120 2400 AC Alphen aan den Rijn
Consumentenbelangen tel. (0172)-468 172 (voor algemene, product- fax (0172)-468 470 of gebruiksinformatie)
Storingen/reparaties tel. (0172)-468 300 (voor bezoek servicetechnicus) fax (0172)-468 255
Onderdelen tel. (0172)-468 400
fax (0172)-468 376
www.aeg-huishoudelijk.nl
45
Page 46
Informatie voor de gebruiker
Klantenservice
Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft, kunt u contact opnemen met AEG: zie "Adres Klantenservice".
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd het E/PNC- en F/S-nummer van uw apparaat bij de hand. Deze nummers vindt u op het typeplaatje (op het deurtje voor het pluizenfilter.) en kunt u het beste hieronder en voorop deze gebruiksaanwijzing noteren.
Modelaanduiding............................
E/PNC-Nr............................................
F/S-Nr..................................................
Geef onze service-afdeling ook het volgende op:
• Hoe doet de storing zich voor?
• Onder welke omstandigheden treedt de storing op?
• Geeft het multidisplay een foutcode aan?
Aan de hand van deze nummers kan onze service-afdeling de juiste voorbereidingen treffen, zodat de machine bij het eerste bezoek van de servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u slechts één maal thuis te blijven. Als u toch voor één van de in deze gebruiksaanwijzing vermelde storingen of vanwege foutieve bediening de AEG service-afdeling inschakelt, wordt dit bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door onze garantiebepalingen gedekt. Elektrische apparaten van AEG voldoen aan de betreffende veiligheidsbepalingen. Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker leiden. Wend u daarom altijd tot de AEG service-afdeling. Voor reparaties uitgevoerd door anderen kan AEG geen aansprakelijkheid aanvaarden. Alleen originele AEG-onderdelen voldoen aan alle eisen! Onze service-afdeling voert reparaties uit overeenkomstig de voorwaarden die tussen de Consumentenbond en de VLEHAN (Vereniging Leveranciers Elektrotechnische Huishoudelijke Apparaten Nederland) zijn overeengekomen.
46
Page 47
AEG Hausgeräte GmbH Postfach 1036 D-90327 Nürnberg
http: //www.aeg.hausgeraete.de
Copyright by AEG
146 6107 00 - 03/04
Loading...