5. Gebruik de radio niet in de omgeving van water.
6. Alleen schoonmaken met een droge doek.
7. Let er op dat de ventilatieopeningen niet worden afgesloten. Installeren volgens de instructie van de
fabrikant.
8. Niet plaatsen in de directe omgeving van verwarmingsradiatoren, verwarmingsbuizen, fornuizen of
andere apparaten (inclusief versterkers) die warmte produceren.
9. Maak gebruik van de veiligheidsfuncties van de randaardestekker. Een randaardestekker heeft twee
metalen strips aan de zijkanten voor de aardaansluiting. Deze zijn aangebracht voor uw veiligheid.
Wanneer de meegeleverde stekker niet in uw stopcontact past, dient u contact op te nemen met een
elektricien om het stopcontact te laten vervangen.
10. Zorg er voor dat er, in het bijzonder bij de stekker en op het punt waar de kabel uit de radio komt, niet
over de kabel kan worden gelopen.
11. Maak uitsluitend gebruik van randapparatuur of accessoires die door de fabrikant zijn goedgekeurd.
12. Gebruik uitsluitend een wagen, standaard, statief, beugel of tafel die door de fabrikant is
goedgekeurd. Wanneer u gebruik maakt van een wagen, dient u voorzichtig te zijn wanneer de radio
en de wagen gelijktijdig worden verplaatst om letsel te voorkomen wanneer de combinatie mocht
omvallen.
13. Neem de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of wanneer de radio gedurende een langere tijd niet
wordt gebruikt.
14. De radio mag niet worden blootgesteld aan waterdruppels of -stralen en er mogen geen objecten op de
radio worden geplaatst die zijn gevuld met water of een andere vloeistof zoals bv. een bloemenvaas.
15. De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan grote hitte zoals direct zonlicht, vuur e.d.
3
16. De netstekker wordt gebruikt om het apparaat los te koppelen van het lichtnet. Daarom moet de stekker
BETEKENIS VAN HET SYMBOOL "VUILNISBAK"…………………………………………………………………. 31
7
FRONTPANEEL
1 STANDBY: inschakelen of terugkeren uit de stand-by modus (geeft de datum en de tijd weer).
Schakelt de inslaapfunctie uit.
2 MENU: opent het menu voor de huidige modus. Opnieuw indrukken om terug te gaan naar het
scherm "Now playing".
3 ENTER: in de menumodus, bevestigen van de keuze. In de instelmodus, indrukken om de instellingen
te bevestigen.
4 INFO: indrukken om meer informatie weer te geven over het spelende nummer of het
ingestelde radiostation. Opnieuw indrukken om te schakelen naar verdere informatieschermen
en vervolgens terug te keren nar het normale scherm "Now playing".
5 PRESET: radiomodus: indrukken om te kiezen; ingedrukt houden om op te slaan. Er zijn elk tien
geheugenplaatsen voor resp. internetradio, DAB en FM.
6 DISPLAY SCREEN: geeft de statusinformatie weer.
7 SLEEP: indrukken om de inslaapfunctie in te stellen. Na afloop van de ingestelde periode schakelt de
radio in stand-by.
8 ALARM: indrukken om het menu te openen voor de alarminstellingen.
9 VOLUME KNOP: draaien om het volume in te stellen. Bij het wijzigen van het volume wordt op
de display het huidige volume of de status (geluid aan/uit) weergegeven.
10 SCAN: indrukken om in de FM-modus naar stations te zoeken.
11 SNOOZE: Wanneer het alarm klinkt, indrukken om de sluimermodus voor de ingestelde periode te
starten.
12 REMOTE CONTROL SENSOR: ontvanger voor het signaal van de afstandsbediening. Niet blokkeren.
13 ▲▼ (OMHOOG/OMLAAG): druk in de menumodus de ▲▼ knop in om de cursor omhoog of
omlaag te bewegen; Bij het instellen van de tijd, druk de ▲▼knop in om de instelling te
verhogen of verlagen.
14 ◄► (LINKS/RECHTS): druk in de menumodus de ◄► knop in om naar het voorgaande of vorige
menu te gaan; druk in de radiomodus de ◄► knop in om omhoog of omlaag te scannen.
8
15 FUNCTION: cyclisch omschakelen tussen de modi: internetradio, muziekspeler, DAB, FM.
ACHTERPANEEL
1 FM ANTENNE AANSLUITING: sluit de FM antenne aan op deze aansluiting.
2 LINE-OUT AANSLUITINGEN: sluit een standaard audiokabel aan op deze aansluitingen en verbind de
kabel met de LINE-IN of AV L en R aansluitingen van een geluidssysteem om uw radio via het
geluidssysteem te beluisteren.
3 USB AANSLUITING: aansluiting voor USB apparatuur.
4 LAN AANSLUITING: aansluiting voor het lokale netwerk.
5 WI-FI ANTENNE: aansluiting voor WLAN.
6 POWER SUPPLY INGANG (VOEDING): aansluiting voor de voedingskabel naar op het stopcontact.
7 POWER AAN-/UITSCHAKELAAR: zet deze schakelaar om, om de radio in of uit te schakelen.
8 COAX AANSLUITING: sluit hier een coaxiale kabel aan en verbind deze kabel met de OPTISCHE
INGANG op een geluidssysteem om de radio via het geluidssysteem te beluisteren.
9 OPTISCHE AANSLUITING: sluit hier een optische audiokabel aan en verbind deze kabel met de
OPTISCHE INGANG op een geluidssysteem om de radio via het geluidssysteem te beluisteren.
9
AFSTANDSBEDIENING
1 SLEEP: indrukken om de inslaapfunctie in te stellen. Na afloop van de ingestelde periode schakelt de radio
in stand-by.
2 MUTE: indrukken om het geluid uit te schakelen. Opnieuw indrukken om het geluid weer in te schakelen.
3 (VORIGE): kies het vorige nummer bij het afspelen van geluidsbestanden.
4 (VOLGENDE): lies het volgende nummer bij het afspelen van geluidsbestanden.
5 STOP: indrukken om te stoppen.
6 ENTER: in de menumodus, indrukken om de keuze te bevestigen. In de instelmodus, indrukken om de
instellingen te bevestigen.
7 MODE: cyclisch omschakelen tussen de modi: internetradio, muziekspeler, DAB, FM.
8 VOLUME +: indrukken om het volume te verhogen. Bij het wijzigen van het volume wordt op de display
het huidige volume of de status (geluid aan/uit) weergegeven.
9 P (PRESET): radiomodus: indrukken om te kiezen; ingedrukt houden om op te slaan. Er zijn elk tien
geheugenplaatsen voor resp. internetradio, DAB en FM.
10 SCAN: indrukken om in de FM-modus naar stations te zoeken.
11 CIJFERTOETSEN: druk een cijfertoets gedurende meer dan twee seconden in om het momenteel
spelende station op te slaan in het geheugen. Druk een cijfertoets in om naar een opgeslagen station
te gaan.
12 VOLUME -: indrukken om het volume te verlagen. Bij het wijzigen van het volume wordt op de display
het huidige volume of de status (geluid aan/uit) weergegeven.
13 MENU: opent het menu voor de huidige modus. Opnieuw indrukken om terug te gaan naar het scherm
"Now playing".
1
14 (OMHOOG, OMLAAG, LINKS, RECHTS) RICHTINGSKNOPPEN: in de menumodus, druk de
▲▼ knop in om de cursor omhoog of omlaag te bewegen; Bij het instellen van de tijd, druk de
▲▼knop in om de instelling te verhogen of verlagen. In de menumodus, druk de knop in om naar het
volgende menu te gaan. In de radiomodus, druk de ▲▼ knop in om omhoog of omlaag te scannen.
15 ►II PLAY/PAUSE: indrukken om te pauzeren.
16 (SNOOZE): Wanneer het alarm klinkt, indrukken om de sluimermodus voor de ingestelde periode te
starten.
17 INFO: indrukken om meer informatie weer te geven over het spelende nummer of het ingestelde
radiostation. Opnieuw indrukken om te schakelen naar verdere informatieschermen en vervolgens
terug te keren nar het normale scherm "Now playing".
18 STANDBY: inschakelen of terugkeren van de stand-by modus (geeft de datum en de tijd weer). Schakelt
de inslaapfunctie uit.
19 ALARM: indrukken om het menu te openen voor de alarminstellingen.
Een batterij in de afstandsbediening plaatsen.
1. Verwijder het klepje van het batterijvak.
2. Plaats een batterij van het type CR 2025 in het batterijvakje. Let er op dat het + symbool naar boven
wijst.
3. Breng het klepje weer aan.
WAARSCHUWING:
• Lekkage van accuzuur is schadelijk voor de gezondheid. Verwijder de batterij uit de afstandsbediening
zodra de batterij leeg is of wanneer de afstandsbediening gedurende een langere tijd niet wordt
gebruikt. Verwijder uitgelopen accuzuur met een doekje. Bij contact met de huid, onmiddellijk wassen.
Na inslikken, medische hulp zoeken. Bij contact met de ogen, wassen met veel water en medische hulp
zoeken.
• Stel de batterijen niet bloot aan hoge temperaturen of direct zonlicht. Gooi batterijen nooit in het vuur.
Er bestaat gevaar voor explosie!
• De batterijen mogen niet worden opgeladen, kortgesloten, opengesneden of begraven.
• Voorkom contact met metalen objecten (ringen, spijkers, schroeven etc.). Er bestaat gevaar voor
kortsluiting!
Bij kortsluiting kunnen batterijen heet worden of zelfs in brand raken. Hierdoor bestaat gevaar voor
brandwonden.
VOORZICHTIG:
• Batterijen mogen niet met het huisvuil worden afgevoerd. Voer de batterijen af via een erkend
inzamelpunt of bij uw handelaar.
• Door onjuiste installatie kunnen batterijen gaan lekken en kan er schade ontstaan door corrosie
1
waardoor de afstandsbediening onherstelbaar kan worden beschadigd.
LET OP:
• Verwijder de batterij wanneer de afstandsbediening gedurende langere tijd niet wordt gebruikt.
• Uitgeputte batterijen moeten onmiddellijk worden vervangen om beschadiging door corrosie te
voorkomen.
• Wanneer het bereik van de afstandsbediening minder wordt, moet de batterij worden vervangen door
een batterij van hetzelfde type (CR 2025).
Gebruik van de afstandsbediening
• Richt de afstandsbediening direct op de sensor van de radio.
• Het bereik van de afstandsbediening hangt af van de verlichtingssterkte in de kamer en de toestand van
de batterij.
• Er mag geen felle verlichting (kunst- of zonlicht) direct op de sensor van de afstandsbediening vallen.
Fel licht kan een negatieve invloed hebben op de werking van de afstandsbediening.
• Zorg er voor dat er zich geen obstakels bevinden tussen de afstandsbediening en de sensor.
1
AANSLUITEN VAN HET SYSTEEM
Aansluiten van de antennes
1. Sluit de FM antenne aan op de betreffende aansluiting op de achterzijde van de radio. Strek de
antennedraden volledig uit.
Voor de beste ontvangst moet de antenne mogelijk worden aangepast. (Afb. 1)
2. Sluit het netwerk of draadloze netwerk aan op de betreffende aansluiting op de achterzijde van de
radio. (Afb. 2)
Aansluiten van een geluidssysteem
De radio kan op een geluidssysteem worden aangesloten door gebruik te maken van een coaxiale, een
optische of een standaard audiokabel. Zorg er voor dat de radio en de geluidsinstallatie zijn uitgeschakeld
en de stekkers uit het stopcontact zijn verwijderd.
1. Aansluiten van een geluidssysteem met behulp van een coaxiale of optische audiokabel. Sluit een
coaxiale of optische audiokabel aan op de COAXIAL of OPTCIAL aansluiting op de achterzijde van de
radio.
2. Aansluiten van een geluidssysteem met behulp van een standaard audiokabel. Sluit een standaard
audiokabel aan op de LINE-OUT aansluiting op de achterzijde van de radio. (kies één van de L/R LINE
OUT aansluitingen)
10
LET OP:
1. Schakel zowel de speler als het geluidssysteem uit voordat de apparaten op het lichtnet worden
aangesloten.
2. Schakel de apparaten niet te snel achter elkaar aan en uit. Tussen in- en uitschakelen moet een
pauze van 3 seconden in acht worden genomen.
3. Sluit de digitale of coaxiale uitgang van de speler niet aan op de een analoge ingang voor
ontvangst.
4. Raadpleeg de bovenstaande afbeeldingen voor correcte aansluiting van uw geluidsapparatuur. Zorg
er voor dat alle kabels correct en stevig worden aangesloten. De voeding moet als laatste worden
aangesloten.
INLEIDING
Deze radio kent drie soorten menu's. Druk op de ENTER toets op het frontpaneel (of op de
afstandsbediening) om het menu te doorlopen en de opties te kiezen. Door middel van een schuifbalk
aan de rechterkant van het scherm wordt aangegeven dat er verdere
opties aanwezig zijn boven of onder de optie die op het scherm
wordt weergegeven.
Elke modus heeft een MODE MENU, met opties die specifiek
beschikbaar zijn voor die modus. Het FM mode menu heeft
bijvoorbeeld slechts twee opties: "Scan setting" en "Audio setting".
Daarnaast heeft elke mode menu twee afsluitende opties: SYSTEM
SETTINGS > en MAIN MENU >. De ‘ >’ geeft aan dat onder deze optie
een nieuw menu word geopend.
11
Het SYSTEM SETTINGS MENU geeft toegang tot de systeeminstellingen en informatie zoal netwerk,
tijd/datum, taal en software update.
Menu's met meer meerdere opties dan er op het scherm passen hebben schuifbalk aan de rechterkant.
12
Het MAIN MENU geeft toegang tot alle modi en de inslaap- en
timerfuncties.
Sommige menu's, bijvoorbeeld het SYSTEM SETTINGS MENU,
hebben verschillende submenu's.
Dialoogschermen
Dialoogschermen worden weergegeven om de gebruiker de
mogelijkheid te geven, de instellingen te wijzigen. De
complexiteit van de schermen loopt uiteen van eenvoudige
ja/nee keuzen tot en met het verschuifbare invoerscherm voor
het wachtwoord.
Net als bij de menu's wordt de gekozen optie weergegeven op een witte achtergrond. Op
dialoogschermen wordt de huidige instelling aangegeven met een sterretje (*).
Display schermen
Deze radio kent drie soorten display schermen:
Op het stand-by scherm worden de tijd, de datum en het actieve
alarm weergegeven.
Wanneer u met de MENU toets door de afspeelmodi bladert, geeft
de radio voor elke modus een opstartscherm weer. Na een
seconde schakelt de radio over naar de gekozen modus en
probeert het afspelen te beginnen met het laatste nummer dat in
die modus werd afgespeeld. Wanneer dit niet mogelijk is, zal
Jupiter 6 proberen om verbinding te maken met de gekozen bron
door te scannen naar radiostations, netwerken of de gebruiker
vragen om een bron op te geven.
Op het scherm NOW PLAYING wordt informatie weergegeven
over de geluidsbron en, indien beschikbaar, het nummer dat
momenteel wordt afgespeeld.
Daarnaast zijn er informatieschermen zoals volume, geluid uit en
foutmeldingen.
Loading...
+ 32 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.