Aeg 44010 VIL User Manual

FAVORIT 44010 VIL
Gebruiksaanwijzing Afwasmachine Notice d'utilisation Lave-vaisselle Benutzerinformation Geschirrspüler
Inhoud
2
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Inhoud
Bedieningsinstructies 3
Veiligheidsinformatie 3
Correct gebruik 3 Algemene veiligheid 3 De veiligheid van kinderen 4 Installatie 4
Beschrijving van het product 5 Bedieningspaneel 6
Instelling 6 Geluidssignalen 7
Het eerste gebruik 7 De waterontharder instellen 8
Handmatig instellen 8 Elektronisch instellen 9
Gebruik van zout voor de vaatwasser 9 Gebruik van glansspoelmiddel 10
De glansmiddeldosering instellen 11
Dagelijks gebruik 11 De vaatwasser inruimen 12
Het onderrek 13 De bestekmand 13 Bovenrek 14 Het bovenrek in de hogere / lagere stand zetten 15
Gebruik van vaatwasmiddelen 15
Afwasmiddel doseren 16
De Multitabfunctie 17
In- of uitschakelen van de Multitab-functie
Wasprogramma's 18 Een wasprogramma selecteren en starten
De vaatwasser uitruimen 20 Onderhoud en reiniging 20
De filters reinigen 20 De sproeiarmen reinigen 21 Buitenkant reinigen 21 De binnenkant van de machine reinigen
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt 22 Voorzorgsmaatregelen bij vorst 22 De machine verplaatsen 22
Problemen oplossen 22 Technische gegevens 24
Montage-instructies 25
Montage 25
Bevestigen aan de aangrenzende keukenmeubelen 25 Waterpas installatie 25
Aansluiting aan de waterleiding 25
Wateraansluitingen 25 Watertoevoerslang met veiligheidsklep
Aansluiting waterafvoerslang 26
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 28 Milieubescherming 28
17
Verpakkingsmateriaal 28
19
21
26
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
Bedieningsinstructies
Veiligheidsinformatie
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze ge­bruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk te waarborgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheids­voorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Correct gebruik
• Deze afwasmachine is uitsluitend bedoeld voor het reinigen van huishoudelijke ge­bruiksvoorwerpen die geschikt zijn voor reiniging in een afwasmachine.
• Doe geen oplosmiddelen in de afwasmachine. Dit kan een explosie veroorzaken.
• Messen en andere voorwerpen met scherpe punten moeten met de punt naar beneden in de bestekmand worden geplaatst of horizontaal in het bovenrek worden gelegd.
• Gebruik alleen producten (afwasmiddel, zout en glansmiddel) die geschikt zijn voor af­wasmachines.
• Open de deur niet als het apparaat in werking is; er kan hete stoom ontsnappen.
• Neem geen serviesgoed uit de afwasmachine voordat het afwasprogramma is afgelopen.
• Trek na het gebruik de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een daartoe bevoegde servicemonteur en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
• Onder geen voorwaarde moet u proberen de afwasmachine zelf te repareren. Reparaties die worden uitgevoerd door onervaren personen veroorzaken letsel of storingen. Raad­pleeg ELECTROLUX Service. Sta te allen tijde op het gebruik van originele reserveonder­delen.
3
Algemene veiligheid
• Mensen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstan­delijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis mogen dit apparaat niet gebruiken. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Afwasmiddelen kunnen chemische brandwonden veroorzaken aan de ogen, de mond en de keel. Deze kunnen levensbedreigend zijn! Houd u aan de veiligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant.
• Het water in uw afwasmachine is geen drinkwater. Resten van afwasmiddel kunnen nog in de machine aanwezig zijn.
• Zorg ervoor dat de deur van de afwasmachine altijd gesloten is als het apparaat niet wordt in- of uitgeruimd. Zo voorkomt u dat iemand over de open deur struikelt en zich bezeert.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
Veiligheidsinformatie
4
De veiligheid van kinderen
• Dit apparaat is bestemd voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen de afwasmachine niet zonder toezicht gebruiken.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen.
• Houd kinderen uit de buurt van de afwasmachine als de deur open staat.
Installatie
• Controleer uw afwasmachine op eventuele transportschade. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Neem contact op met uw leverancier als de machine beschadigd is.
• Alle verpakkingsmaterialen moeten verwijderd worden voordat u het apparaat in gebruik neemt.
• Alle elektrische en loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van dit apparaat moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en competent persoon.
• Om veiligheidsredenen is het gevaarlijk wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren.
• Gebruik de afwasmachine nooit als het aansluitsnoer of de waterslangen beschadigd zijn; of als het bedieningspaneel, het werkblad of de plint zodanig beschadigd zijn dat het inwendige van de machine vrij toegankelijk is. Raadpleeg ELECTROLUX Service om gevaarlijke situaties te voorkomen.
• In de behuizing van de afwasmachine mogen geen gaten worden geboord ter voorko­ming van schade aan hydraulische en elektrische onderdelen.
WAARSCHUWING!
Voor de aansluiting van elektriciteit en water dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd.
Beschrijving van het product
1 Bovenrek 2 Aanpassen van de instelling van de waterhardheid 3 Zoutreservoir 4 Afwasmiddeldoseerbakje 5 Glansmiddeldoseerbakje 6 Typeplaatje 7 Filters 8 Onderste sproeiarm 9 Bovenste sproeiarm
Beschrijving van het product
5
Bedieningspaneel
6
Bedieningspaneel
1 Programmakeuzetoetsen 2 MULTITAB toets 3 Toets uitgestelde start 4 Controlelampjes 5 AAN/UIT toets 6 Functietoetsen
Zout
Controlelampjes
Gaat branden als het speciale zout op is.
1)
Glansmiddel
Einde programma Gaat branden als een afwasprogramma is afgelopen. Heeft ook an-
1) De controlelampjes voor zout en glansmiddel branden nooit als een afwasprogramma bezig is, zelfs niet als
bijvullen van zout en/of glansmiddel noodzakelijk is.
Gaat branden als het glansmiddel op is.
dere visuele signaleringsfuncties zoals:
- het instellen van de waterontharder
- geluidssignalen inschakelen/uitschakelen
- melding van een alarm als gevolg van storing van de machine
1)
Functietoetsen
In aanvulling op de programmakeuze, kunnen
• het instellen van de waterontharder
• activeren/deactiveren van de glansmiddeldosering
• het in- of uitschakelen van de geluidssignalen
eveneens met behulp van deze toetsen worden ingesteld.
Instelling
Het apparaat staat in instelmodus als alle programmalampjes branden.
Het eerste gebruik
Vergeet nooit dat bij het uitvoeren van handelingen zoals:
• het selecteren van een afwasprogramma
• het instellen van de waterontharder
• het in-/uitschakelen van de glansmiddeldosering
• het in- of uitschakelen van de geluidssignalen
het apparaat in de instelmodus MOET staan.
Als een lampje van de programmatoetsen gaat branden, is het laatst uitgevoerde pro­gramma nog steeds ingesteld. Om in dit geval terug te keren naar de instelmodus moet het programma worden gean­nuleerd. Een ingesteld programma of een lopend programma annuleren : Houd tegelijkertijd de beide programmatoetsen boven het woord RESET ingedrukt, totdat alle lampjes van de programmatoetsen branden. Het programma is geannuleerd en de machine bevindt zich nu in de instelmodus.
Geluidssignalen
De geluidssignalen zijn bedoeld om aan te geven welke handelingen het apparaat aan het uitvoeren is:
• het instellen van de waterontharder
• einde van het afwasprogramma
• melden van een alarm als gevolg van een storing.
Fabrieksinstelling: geluidssignalen ingeschakeld. De geluidssignalen kunnen worden uitgeschakeld, met behulp van de functietoetsen.
7
In- en uitschakelen van de geluidssignalen
1.
Druk op de Aan-/uit -toets. Het apparaat moet in de instelmodus staan.
2.
Houd de toetsen B en C ingedrukt tot de lampjes van de toetsen A , B en C beginnen te knipperen.
3.
Druk op toets C , de lampjes van de toetsen A en B gaan uit terwijl het lampje van toets C blijft knipperen. Tegelijkertijd gaat het controlelampje Einde programma branden om aan te geven dat de geluidssignalen actief zijn.
4.
Om de geluidssignalen uit te schakelen nogmaals op toets C drukken: het lampje Einde programma gaat uit om aan te geven dat de geluidssignalen uitgeschakeld zijn.
5. Om de handeling in het geheugen op te slaan, de afwasmachine uitschakelen.
6. Om de geluidssignalen weer in te schakelen hoeft u alleen maar de bovenstaande in-
structies op te volgen totdat het indicatielampje Einde programma gaat branden.
Het eerste gebruik
Voordat u uw afwasmachine in gebruik neemt:
• Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de in­stallatie-instructies
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen uit de binnenkant van het apparaat
• De waterontharder instellen
• Giet 1 liter water in het zoutreservoir en vul het reservoir vervolgens met regenereerzout
• Vul het glansmiddeldoseerbakje
De waterontharder instellen
8
Als u gebruik wilt maken van gecombineerde afwasmiddelblokjes zoals: "3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" enz... dient u deMultitab-functie in te stellen (zie "Multitab-functie").
De waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een waterontharder die is ontworpen om mineralen en zouten uit het leidingwater te verwijderen die een schadelijk of negatief effect zouden hebben op de werking van het apparaat. Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en zouten is, des te harder is het water. De hardheid van water wordt gemeten in equivalente eenheden, Duitse hardheid (°dH), Franse hardheid (°TH) en mmol/l (millimol per liter - internationale eenheid voor de hardheid van water). De ontharder moet worden ingesteld in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving. Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats. De waterontharder moet op beide manieren worden ingesteld: handmatig, met behulp van de waterhardheidstoets en elektronisch.
Waterhardheid Aanpassen van de waterhard-
°dH °TH mmol/l handmatig elektronisch
51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 2 niveau 10 ja 43 - 50 76 - 90 7,6 - 8,9 2 niveau 9 ja 37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 2 niveau 8 ja 29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 2 niveau 7 ja 23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 2 niveau 6 ja 19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 2 niveau 5 ja 15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 1 niveau 4 ja 11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 1 niveau 3 ja
4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 1 niveau 2 ja
< 4 < 7 < 0,7 1 niveau 1 nee
heidsinstelling
Gebruik van
zout
Handmatig instellen
De afwasmachine wordt in de fabriek ingesteld op stand 2.
Gebruik van zout voor de vaatwasser
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem het onderrek uit de afwasmachine.
3. Zet de waterhardheidstoets in stand 1 of 2 (zie tabel).
4. Plaats het onderrek terug.
Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5.
1. Druk op de Aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
2.
Druk tegelijkertijd op de toetsen B en C en houd deze ingedrukt totdat de lampjes van de toetsen A , B en C beginnen te knipperen.
3.
Druk op toets A , de controlelampjes van toets B en C gaan uit terwijl het controlelampje van toets A blijft knipperen. Tegelijkertijd begint het controlelampje Einde program- ma te knipperen en klinkt er een reeks onderbroken geluidssignalen. Het huidige niveau wordt aangegeven door het aantal keren dat het controlelampje Einde programma (zie figuur) knippert, samen met een serie onderbroken geluidssignalen en een onder­breking van enkele seconden.
Voorbeelden:
5 knipperingen / 5 onderbroken geluidssignalen, onderbreking, 5 knipperingen / 5 on­derbroken geluidssignalen, onderbreking = niveau 5
4.
Om het niveau te wijzigen dient u de toets A in te drukken. Elke keer dat deze toets wordt ingedrukt, wordt het niveau gewijzigd. (Zie de tabel voor de selectie van het nieuwe niveau).
Voorbeelden: Als het huidige niveau 5 is, wordt door toets A één keer in te drukken, niveau 6 geselecteerd. Als het huidige niveau 10 is, wordt door toets A één keer in te drukken, niveau 1 geselecteerd.
5. Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan/uit toets te drukken.
9
Gebruik van zout voor de vaatwasser
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen zout dat specifiek is bestemd voor gebruik in afwasmachines. Alle andere soorten zout die niet specifiek zijn ontwikkeld voor gebruik in een afwasmachine, in het bijzonder tafelzout, zullen schade toebrengen aan de waterontharder. Vul alleen zout bij vlak voordat u een van de volledige afwasprogramma's gaat starten. Hiermee wordt voor­komen dat gemorste zoutkorrels of zout water enige tijd op de bodem van de machine achterblijven, hetgeen corrosie kan veroorzaken.
Vullen:
Gebruik van glansspoelmiddel
10
1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine en schroef het deksel van het zout­reservoir los door het tegen de wijzers van de klok in te draaien.
2.
Giet 1 liter water in het reservoir (dit is alleen nodig als de machine de eerste keer met zout wordt gevuld).
3. Giet met behulp van de bijgeleverde trechter zout in het reservoir totdat het vol is.
4. Plaats het deksel terug en zorg er voor dat er geen zoutresten achterblijven op de schroefdraad of op de pakking.
5. Draai het deksel goed vast door het met de klok mee te draaien tot de aanslag (u hoort een klik).
Maak u geen zorgen als er bij het vullen met zout water uit de vulopening stroomt, dit is heel normaal.
Het zoutcontrolelampje op het bedieningspaneel kan 2-6 uur blijven branden nadat het zout is bijgevuld, ervan uitgaande dat de afwasmachine ingeschakeld blijft. Als u gebruik maakt van zout dat minder snel oplost, kan dit nog langer duren. De werking van de machine wordt hierdoor niet beïnvloed.
Gebruik van glansspoelmiddel
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen merkglansmiddelen voor afwasmachines. Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen (bijv. afwasmachinereinigings­middel, vloeibaar afwasmiddel). Dit zou het apparaat beschadigen.
Glansmiddel zorgt ervoor dat het serviesgoed grondig wordt gespoeld en vrij van vlekken en strepen opdroogt. Glansmiddel wordt tijdens de laatste keer spoelen automatisch gedoseerd.
1. Open het reservoir door op de ontgren­delknop (A) te drukken.
Dagelijks gebruik
2. Giet glansmiddel in het reservoir. Het maximale vulniveau wordt aangegeven door "max".
Het doseerbakje bevat ongeveer 110 ml glansmiddel, voldoende voor tussen de 16 en 40 afwascycli, afhankelijk van de inge­stelde dosering.
3. Zorg ervoor dat het deksel na het vullen goed wordt gesloten.
Neem eventueel bij het vullen gemorst glans­middel op met een absorberende doek om de volgende keer als u een programma draait bui­tensporige schuimvorming te voorkomen.
De glansmiddeldosering instellen
Stel de dosering van het glansmiddel in overeenstemming met de bereikte eind- en droog­resultaten in met behulp van de 6-standenschakelaar (stand 1 = minimumdosering, stand 6 = maximumdosering). De dosering wordt in de fabriek ingesteld op stand 4.
Verhoog de dosering als er na afloop van het pro­gramma waterdruppels of kalkvlekken op het ser­viesgoed achterblijven. Verlaag de dosering als er kleverige witachtige strepen op het serviesgoed achterblijven of een blauwzweem op glaswerk of op de lemmeten van messen.
11
Dagelijks gebruik
• Controleer of het nodig is regenereerzout of glansmiddel bij te vullen.
• Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine.
• Afwasmiddel doseren.
• Selecteer een programma dat geschikt is voor het bestek en het serviesgoed.
• Start het afwasprogramma.
De vaatwasser inruimen
12
De vaatwasser inruimen
Sponzen, huishoudtextiel en voorwerpen die water kunnen absorberen mogen niet in de afwasmachine worden gereinigd.
• Voordat u het serviesgoed in de machine plaatst, dient u:
– alle etensresten en vuil te verwijderen. – Laat aangebakken etensresten in pannen eerst inweken
• Let bij het plaatsen van serviesgoed en bestek op de volgende punten:
– Borden en bestek mogen de draaibeweging van de sproeiarmen niet belemmeren. – Plaats holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz. met de opening naar be-
neden zodat ze niet vol water lopen. – Borden en bestek mogen niet in elkaar liggen of elkaar bedekken. – Zorg er ter voorkoming van schade aan glaswerk voor dat glazen elkaar niet raken. – Leg kleine voorwerpen in de bestekmand.
• Voorwerpen van kunststof en pannen met teflon hebben de neiging waterdruppels vast te houden; deze voorwerpen drogen niet zo goed als voorwerpen van porselein en staal.
• Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.) moeten in het bovenrek worden geplaatst en zo worden neergezet dat ze niet kunnen bewegen.
Het volgende serviesgoed en bestek is voor reiniging in de afwasmachine
niet geschikt: in beperkte mate geschikt:
• bestek met houten, hoornen, porseleinen of parelmoeren handgrepen.
• voorwerpen van kunststof die niet hittebe­stendig zijn.
• ouder bestek met gelijmde onderdelen die niet hittebestendig zijn.
• gelijmd bestek of gelijmde borden.
• tinnen of koperen voorwerpen.
• glaswerk van loodkristal.
• gemakkelijk roestende stalen voorwerpen.
•houten schotels.
• voorwerpen gemaakt van synthetische vezels.
Open de deur en schuif de rekken naar buiten om het serviesgoed te plaatsen.
• Reinig aardewerk alleen in de afwasmachine als het door de fabrikant specifiek wordt ge­kenmerkt als afwasmachinebestendig.
• Geglazuurde dessins kunnen vervagen als ze vaak in de afwasmachine gewassen worden.
• Zilveren en aluminium hebben de neiging om tijdens het reinigen te verkleuren: etensres­ten, bijv. eiwit, eidooier en mosterd, veroor­zaken op zilver vaak verkleuring en vlekken. Verwijder etensresten dan ook onmiddellijk van zilver, als dit niet meteen na gebruik wordt afgewassen.
Het onderrek
Plaats groter en sterk vervuild serviesgoed in het onderrek.
Om het plaatsen van grote borden makkelijker te maken, kunnen de 2 rechter bordenrekken in het onderrek neergeklapt worden.
De vaatwasser inruimen
13
De bestekmand
WAARSCHUWING!
Rechtop geplaatste lange messen zijn een potentieel gevaar. Lang en/of scherp snijgereed­schap zoals bijvoorbeeld vleesmessen moeten horizontaal in het bovenrek worden gelegd. Pas op bij het plaatsen of uitnemen van scherpe voorwerpen zoals messen.
Opdat alle bestekdelen in de bestekmand door water worden omspoeld, moet u:
De vaatwasser inruimen
14
1. de roosterinzet op de bestekmand plaat­sen.
2. vorken en lepels met de greep naar onder­en in de bestekmand plaatsen.
Voor groter kookgerei, zoals gardes, een helft van het bestekrooster weghalen.
Bovenrek
Plaats klein, teer serviesgoed of lange, puntige be­stekdelen in het bovenrek.
• Plaats serviesgoed op en onder de neergeklapte
kopjesrekken, zodanig dat ze elkaar niet raken en het water alle voorwerpen kan bereiken.
Gebruik van vaatwasmiddelen
• De kopjesrekken kunnen worden opgeklapt
zodat er plaats is voor hoge serviesdelen.
• Leg of hang wijn- en cognacglazen in de
gleuven in de kopjesrekken.
Het bovenrek in de hogere / lagere stand zetten
Maximale hoogte van borden in:
het bovenrek het onderrek
Met bovenrek in hoogste stand 23 cm 34 cm Met bovenrek in laagste stand 25 cm 32 cm
De hoogte van het bovenrek kan ook versteld worden als het rek gevuld is.
Hoger/lager plaatsen van het bovenrek:
1. Trek het bovenrek helemaal naar buiten.
2. Houd het bovenrek vast bij de handgreep, trek het zo ver mogelijk naar boven en laat het dan verticaal naar beneden zakken.
Het bovenrek klikt in de onderste of bo­venste stand vast.
WAARSCHUWING!
Sluit na het vullen van de machine altijd de deur, want een open deur kan gevaarlijk zijn.
15
Controleer alvorens de deur te sluiten of de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
Gebruik van vaatwasmiddelen
Gebruik uitsluitend afwasmiddelen die specifiek zijn bedoeld voor gebruik in afwasmachi­nes. Neem de aanbevelingen van de fabrikant voor dosering en bewaren op de verpakking van het afwasmiddel in acht.
Het gebruik van niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel draagt bij aan minder milieuverontreiniging.
Gebruik van vaatwasmiddelen
16
Afwasmiddel doseren
1. Open het deksel.
2. Vul het afwasmiddelbakje (1) met afwas­middel. De markering geeft de doseerni­veaus aan:
20 = ca. 20 g afwasmiddel 30 = ca. 30 g afwasmiddel.
3. Alle programma's met voorwas hebben een extra dosering afwasmiddel nodig (5/10 g) dat in het afwasmiddelbakje voor de voorwas (2) moet worden gedaan.
Deze dosering wordt gebruikt tijdens de voorwasfase.
4. Bij gebruik van afwasmiddeltabletten, het tablet in vakje (1) leggen
5. Sluit het deksel en druk totdat het op zijn plaats klikt.
Afwasmiddeltabletten
Afwasmiddeltabletten van verschillende fabri­kanten lossen niet allemaal even snel op. Daar­om bereiken bepaalde afwasmiddeltabletten tijdens korte programma's niet hun volledige reinigingswerking. Kies daarom bij het gebruik van afwasmiddeltabletten lange programma's, om ervoor te zorgen dat tabletresten volledig worden verwijderd.
De Multitabfunctie
De Multitabfunctie
Dit apparaat is uitgerust met de "Multitab-functie", die het gebruik van combitabletten "Multitab" mogelijk maakt. Dit zijn producten met een gecombineerde reinigings-, glans- en zoutfunctie. Ook kunnen zij verschillende andere middelen bevatten afhankelijk van de soort tabletten die u kiest ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc...). Controleer of deze producten geschikt zijn voor uw waterhardheid. Zie de instructies van de fabrikant. Deze functie kan worden geselecteerd in combinatie met alle programma's. Met de selectie van deze functie wordt de toevoer van glansmiddel en zout vanuit de desbetreffende re­servoirs automatisch stopgezet en ook de controlelampjes voor zout en glansmiddel worden gedeactiveerd. Selecteer de "Multitab-functie" alvorens een afwasprogramma te starten. Als deze functie is geselecteerd (controlelampje brandt) blijft hij ook actief gedurende de volgende afwasprogramma's. Bij gebruik van de "Multitab-functie" kan de duur van de cyclus veranderen. Als het programma eenmaal draait, kan de "-functie" Multitab NIET meer veranderd worden. Als u de "Multitab -functie" wilt uitschakelen, moet u eerst het ingestelde programma annuleren en vervolgens de "Multitab -functie" deactiveren. In dat geval moet u opnieuw een programma (inclusief gewenste opties) instellen.
In- of uitschakelen van de Multitab-functie
Druk op de Multitabtoets: het bijbehorende controlelampje brandt. Dit betekent dat de functie actief is. Om de functie uit te schakelen nogmaals de Multitab toets indrukken: het controlelampje gaat uit.
Als u niet tevreden bent over het droogresultaat adviseren wij u:
1. het glansmiddeldoseerbakje te vullen met glansmiddel.
2. de glansmiddeldosering te activeren.
3. de dosering van het glansmiddel in te stellen op stand 2.
• Het glansmiddeldosering kan alleen worden geactiveerd/gedeactiveerd als de "Multitab-
functie" is ingeschakeld.
17
Activering/deactivering van de glansmiddeldosering
1. Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
2.
Druk tegelijkertijd op toetsen B en C , totdat de lampjes van toetsen A , B , en C beginnen te knipperen.
3.
Druk op toets B , de lampjes van toetsen A en C gaan uit terwijl het lampje van toets B blijft knipperen: het controlelampje einde programma gaat branden, waarmee aan­gegeven wordt dat het glansmiddeldoseerbakje is geactiveerd.
4.
Om de instelling te wijzigen nogmaals op toets B drukken, tot het controlelampje einde programma uit gaat.
5. Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken.
Wasprogramma's
18
Als u besluit weer over te gaan op het gebruik van de standaardafwasmiddelen adviseren wij u:
1. Deactiveer de Multitab-functie.
2. het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje opnieuw te vullen.
3. Stel de waterhardheid in op de hoogste stand en laat 1 normaal afwasprogramma, zonder serviesgoed, draaien.
4. de waterhardheid in te stellen in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving.
5. De glansmiddeldosering in te stellen.
Wasprogramma's
Programma Mate van
vervuiling
INTENSIV CARE 70°
Sterk ver­vuild
Soort ser-
viesgoed
Servies­goed, be­stek, pot­ten en pan-
Beschrijving programma Verbruikswaarden
1)
Voorwas
Hoofdwas
Tussentijdse spoelgang
Laatste spoelgang
Drogen
Duur (minuten)
Energie (kWh)
1,5 -1,7
140 - 150
Water (liter)
16 - 18
nen
AUTO
2)
Gemengd normaal en sterk ver­vuild
Servies­goed, be­stek, pot­ten en pan-
1/2x
90 - 130
1,1 - 1,7
12 - 23
nen
30 MIN
3)
Licht ver­vuild
Servies­goed en
30
0,9
9
bestek
4)
ECO 50°
Normaal vervuild
1) De verbruikswaarden zijn bedoeld als richtlijn en zijn afhankelijk van de druk en de temperatuur van het water,
maar ook van de variaties in de netspanning en de hoeveelheid serviesgoed.
2) Tijdens het afwasprogramma "Auto" wordt de hoeveelheid vuil op het serviesgoed bepaald door de troebelheid
van het water. De programmaduur en het water- en energieverbruik kunnen variëren; dit hangt af van het feit of het apparaat geheel of gedeeltelijk is gevuld en of het servies licht of sterk is vervuild. De temperatuur van het water wordt automatisch ingesteld tussen 45 °C en 70 °C.
3) Ideaal voor gebruik bij een gedeeltelijk gevulde afwasmachine. Dit is het perfecte dagelijkse programma, speciaal
bedoeld voor een gezin bestaande uit 4 personen om alleen het serviesgoed van het ontbijt en het avondeten af te wassen.
4) Testprogramma voor testinstanties.
Servies­goed en bestek
150 - 160
1,0 - 1,1
12 - 13
Een wasprogramma selecteren en starten
Een wasprogramma selecteren en starten
Selecteer het afwasprogramma en de uitgestelde start met de deur enigszins geopend. De start van het programma of het aftellen voor de uitgestelde start begint pas nadat de deur is gesloten. Tot dat moment kunnen de instellingen nog worden gewijzigd.
1. Controleer of de rekken juist zijn geladen en of de sproeiarmen vrij kunnen draaien .
2. Controleer of de waterkraan is geopend.
3. Druk op de aan-/uit-toets: alle programmalampjes gaan branden (instelmodus).
4. Druk op de toets die correspondeert met het gewenste programma (zie tabel "afwas­programma's"). Het controlelampje dat correspondeert met het geselecteerde pro­gramma gaat branden.
Sluit de deur van de afwasmachine, het programma start automatisch.
Het programma instellen en starten met "uitgestelde start"
1. Druk na het kiezen van het programma de toets uitgestelde start in, tot het overeen­komstige controlelampje van het gewenste aantal uren (3u, 6u of 9u) begint te knip­peren.
2. Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
3. Het aftellen vindt plaats in stappen van 3 uur.
4. Het openen van de deur onderbreekt het aftelproces.
5. Als de uitgestelde start is verstreken, start het programma automatisch.
De "uitgestelde start" en / of een afwasprogramma annuleren
• Om een lopend startuitstel te annuleren moet u de afwasmachine opnieuw instellen.
• Bij het annuleren van een uitgestelde start wordt ook het ingestelde afwasprogramma
geannuleerd. In dit geval moet u het afwasprogramma opnieuw instellen. Als er een nieuw afwasprogramma moet worden gekozen, controleer dan of er afwasmiddel in het doseerbakje zit.
WAARSCHUWING!
Onderbreek of annuleer een lopend afwasprogramma ALLEEN als het absoluut noodzakelijk is. Let op! Als de deur wordt geopend kan hete stoom vrijkomen. Open de deur voorzichtig.
19
Een lopend afwasprogramma onderbreken:
• Open de deur van de afwasmachine; het programma stopt. Sluit de deur; het programma
gaat verder waar het was onderbroken.
• Druk op de aan-/uit-toets, alle lampjes gaan uit. Druk opnieuw op de aan-/uit-toets; het
programma gaat verder waar het was onderbroken.
Einde van het afwasprogramma
• De afwasmachine stopt automatisch.
• Het geluidssignaal laat u weten dat het programma is beëindigd.
• Als het afwasprogramma is beëindigd, gaat het optische signaal op de vloer, onder de
deur van de afwasmachine, uit.
• Open de deur van de afwasmachine.
• Het controlelampje einde programma gaat branden.
1. Schakel de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken.
2. Open de deur van de afwasmachine, laat hem op een kier staan en wacht een paar minuten voordat u het serviesgoed uit de machine haalt; dit zal dan al enigszins zijn afgekoeld en ook beter zijn gedroogd.
De vaatwasser uitruimen
20
De vaatwasser uitruimen
• Hete borden zijn gevoelig voor stoten.
Het is daarom raadzaam het serviesgoed eerst te laten afkoelen alvorens de machine uit te ruimen.
• Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit; hiermee voorkomt u dat er water van
het bovenrek op het serviesgoed in het onderrek druppelt.
• Er kan water op de zijkanten en de deur van de afwasmachine ontstaan omdat roestvrij
staal uiteindelijk koeler zal worden dan het serviesgoed.
LET OP!
Als het afwasprogramma is afgelopen is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
Onderhoud en reiniging
De filters reinigen
De filters moeten van tijd tot tijd worden gecontroleerd en gereinigd. Vuile filters beïn­vloeden het afwasresultaat negatief.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de machine is uitgeschakeld voordat de filters worden schoongemaakt.
1. Open de deur, neem het onderrek uit de machine.
2. Het filtersysteem van de afwasmachine omvat een grof filter ( A ), een microfilter ( B ) en een platte filter. Ontgrendel het filtersysteem met behulp van de hendel op het microfilter en neem het filter uit het filtersysteem.
Onderhoud en reiniging
3. Draai de greep ongeveer een kwartslag naar links en verwijder het filtersysteem.
4.
Pak het grof filter ( A ) beet bij de greep en verwijder het microfilter ( B ).
5. Maak alle filters onder stromend water grondig schoon.
6. Verwijder het platte filter uit de bodem van het afwascompartiment en reinig het filter grondig aan beide kanten.
7. Plaats het platte filter terug in de bodem van het afwascompartiment en controleer of het filter goed op zijn plaats zit.
8.
Plaats het grof filter ( A ) in het microfilter ( B ) en druk ze tegen elkaar.
9. Breng de filtercombinatie terug op zijn plaats en vergrendel het geheel door de hendel tot de aanslag met de wijzers van de klok mee te draaien. Let er bij deze pro­cedure op dat het platte filter niet boven de bodem van het afwascompartiment uitsteekt.
WAARSCHUWING!
Gebruik de afwasmachine NOOIT zonder filters. Een onjuiste terugplaatsing en bevestiging van de filters heeft slechtere afwasresultaten tot gevolg en kan resulteren in schade aan het apparaat.
21
De sproeiarmen reinigen
Probeer NOOIT de sproeiarmen te verwijderen.
Als etensresten de openingen in de sproeiarmen hebben verstopt, verwijder deze dan met een cocktailprikker.
Buitenkant reinigen
Reinig de buitenoppervlakken van de machine en het bedieningspaneel met een vochtige zachte doek. Gebruik - indien nodig - alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik nooit schurende producten, schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, trichloorethyleen, enz.).
De binnenkant van de machine reinigen
Zorg ervoor dat de afdichtingsrubbers rondom de deur en het afwasmiddelbakje en glans­middeldoseerbakje regelmatig met een vochtige doek worden gereinigd.
Problemen oplossen
22
Wij adviseren eenmaal per 3 maanden een afwasprogramma voor ernstig vervuild servies­goed te draaien met afwasmiddel, maar zonder serviesgoed.
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt
Als u de afwasmachine gedurende langere tijd niet gebruikt, adviseren wij u:
1. de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
2. de deur op een kier te zetten om de vorming van onaangename geurtjes te voorkomen.
3. het inwendige van de machine leeg en schoon te houden.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Zet de machine niet op een plaats waar de temperatuur lager is dan 0 °C. Als het toch niet anders kan, maak de machine leeg, sluit de deur, ontkoppel de watertoevoerleiding en laat deze leeglopen.
De machine verplaatsen
Als u de machine moet verplaatsen (bij verhuizing, enz.):
1. trek de stekker uit het stopcontact.
2. draai de waterkraan dicht.
3. verwijder de watertoevoer- en -afvoerslang.
4. trek de machine samen met de slangen naar voren.
Vermijd kantelen van de machine tijdens het vervoer.
Problemen oplossen
De afwasmachine start niet of stopt als hij bezig is. Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of onoplettendheid en kunnen zonder de inschake­ling van een monteur worden opgelost met behulp van de in de tabel hieronder beschreven aanwijzingen. Zet de afwasmachine uit en voer de volgende voorgestelde corrigerende handelingen uit.
Storingscode en storing Mogelijke oorzaak en oplossing
• Voortdurend knipperen van het controle­lampje programma bezig,
• 1 onderbroken geluidssignaal
1 keer knipperen van het controlelampje ein- de programma ,
De afwasmachine wordt niet gevuld met water.
• De waterkraan is verstopt of aangezet met kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
• De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open.
• Het filter (indien aanwezig) in de schroeffit­ting van de slang bij de waterinlaatklep is ver­stopt.
Reinig het filter in de schroeffitting.
• De watertoevoerslang is niet juist geplaatst of is gebogen of geknikt.
Controleer de aansluiting van de wateraf­voerslang.
Problemen oplossen
Storingscode en storing Mogelijke oorzaak en oplossing
• Voortdurend knipperen van het controle­lampje programma bezig,
• 2 intermitterende geluidssignalen
2 keer knipperen van het controlelampje ein- de programma ,
Het afwaswater wordt niet afgevoerd.
• Voortdurend knipperen van het controle­lampje programma bezig,
• 3 intermitterende geluidssignalen
3 keer knipperen van het controlelampje ein- de programma ,
Anti-overstromingsinrichting is geactiveerd. Het programma begint niet. • De deur van de afwasmachine is niet goed
• De gootsteenafvoer is geblokkeerd. Ontstop de gootsteenafvoer.
• De waterafvoerslang is niet juist geplaatst of is gebogen of geknikt.
Controleer de aansluiting van de wateraf­voerslang.
• Draai de waterkraan dicht en neem contact op met onze service-afdeling.
gesloten. Sluit de deur.
• De stekker zit niet in het stopcontact. Steek de stekker in het stopcontact.
• De zekering in de meterkast is doorgebrand. Vervang de zekering.
• Uitgestelde start is ingesteld. Annuleer de uitgestelde start als het servies-
goed direct moet worden afgewassen.
23
Nadat u deze controles hebt uitgevoerd, schakelt u het apparaat in: Het programma gaat verder op het punt waar het was onderbroken. Als de storing of storingscode zich opnieuw voordoet, dient u contact op te nemen met onze service-afdeling. Voor andere, niet in de bovenstaande tabel beschreven storingscodes dient u ook contact op te nemen met onze service-afdeling, onder vermelding van het model (Mod.), product­nummer (PNC) en serienummer (S.N.). Deze informatie is te vinden op het typeplaatje aan de zijkant van de deur van de afwas­machine. Wij adviseren u deze nummers hier te noteren zodat u ze altijd bij de hand hebt:
Model : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Productnummer :. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Serienummer : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens
24
Het afwasresultaat is niet bevredigend
De borden zijn niet schoon • Het verkeerde afwasprogramma is geselec-
Het serviesgoed is nat en dof • Er is geen glansmiddel gebruikt.
De glazen en borden vertonen strepen, melk­achtige vlekken of een blauwzweem
Opgedroogde waterdruppels op glazen en bor­den
teerd.
• Het serviesgoed is zo geplaatst dat het water niet alle delen van het oppervlak kan bereiken. De rekken moeten niet te vol worden geladen.
• De sproeiarmen kunnen niet vrij draaien als gevolg van een onjuiste plaatsing van het ser­viesgoed.
• De filters in de bodem van het afwascompar­timent zijn vuil of onjuist geplaatst.
• Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt.
• Als er kalkresten op het serviesgoed achter­blijven; het zoutreservoir is leeg of de water­ontharder is op het onjuiste niveau ingesteld.
• De afvoerslang is niet correct aangesloten.
• Het deksel van het zoutreservoir is niet goed gesloten.
• Het glansmiddeldoseerbakje is leeg.
• Verlaag de dosering van het glansmiddel.
• Verhoog de dosering van het glansmiddel.
• Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Neem contact op met de consumentenlijn van de afwasmiddellenfabrikant.
Als het probleem na al deze controles aanhoudt, neem dan contact op met onze service­afdeling.
Technische gegevens
Afmetingen Breedte x Hoogte x Diepte (cm) 59,6 x 85,8-93,8 x 55 Elektrische aansluiting - Volta-
ge - Totale vermogen - Zeke­ring
Leidingwaterdruk Minimaal - Maximaal (MPa) 0,05 - 0,8 Capaciteit Couverts 12
Informatie over de elektrische aansluiting is te vinden op het ty­peplaatje op de binnenrand van de deur van de afwasmachine
Montage
Montage-instructies
Montage
WAARSCHUWING!
Alle elektrotechnische en/of loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van het apparaat dienen te worden uitgevoerd door een erkend installateur.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen alvorens de machine te plaatsen. Plaats de machine indien mogelijk naast een waterkraan en een afvoer. Deze afwasmachine is ontworpen voor installatie onder een keukenblad of werkoppervlak. Let op! Volg nauwgezet de instructies op de bijgeleverde mal voor de inbouw van de af­wasmachine en plaatsing van het meubelpaneel. Er zijn geen verdere openingen voor de ontluchting van de afwasmachine vereist, maar alleen om de watertoevoer- en afvoerslang en het aansluitsnoer door te laten. De afwasmachine is voorzien van stelvoetjes voor het instellen van de hoogte. Tijdens alle werkzaamheden waarbij interne onderdelen toegankelijk zijn, dient de stekker uit het stopcontact te worden getrokken. Zorg er bij het op zijn plaats schuiven van de machine voor dat de watertoevoerslang, de afvoerslang en het aansluitsnoer niet zijn geknikt of worden platgedrukt.
Bevestigen aan de aangrenzende keukenmeubelen
De afwasmachine moet beveiligd worden tegen kantelen. Zorg er daarom voor dat het aanrecht waaronder de machine geplaatst wordt, stevig be­vestigd is aan een vaste structuur (aangrenzende keukenunits, kasten, muur).
25
Waterpas installatie
Een machine die goed waterpas staat is essentieel voor een goede sluiting en afdichting van de deur. Als het apparaat goed waterpas staat, raakt de deur aan geen van de kanten de behuizing. Als de deur niet goed sluit, draai dan de stelvoetjes in of uit totdat de machine perfect waterpas staat.
Aansluiting aan de waterleiding
Wateraansluitingen
Dit apparaat kan worden aangesloten aan een heet (max. 60°) of koud water kraan. Als de aansluiting is gemaakt op een heetwaterkraan, vermindert het energieverbruik aan­zienlijk. Dit hangt echter af van hoe het hete water geproduceerd wordt. (We raden alter­natieve energiebronnen aan die milieuvriendelijker zijn zoals bijv. zonne- en fotovoltaïsche panelen en eolische panelen). Voor het tot stand brengen van de aansluiting zelf is de wartelmoer die aan de waterslang van de machine is bevestigd, geschikt voor montage op een leidinguiteinde van 3/4" gas­draad of op een speciale kraan met snelkoppeling zoals de Press-block.
Aansluiting aan de waterleiding
26
De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden zoals vermeld in de "Technische spe­cificaties". Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de gemiddelde leidingwaterdruk in uw omgeving. De watertoevoerslang mag tijdens het aansluiten niet zijn geknikt, worden platgedrukt of in de knoop zitten. De afwasmachine is voorzien van een vul- en afvoerslang die afhankelijk van de installatie door middel van de sluitmoer naar links of naar rechts kunnen worden gedraaid.
De sluitmoer moet goed worden bevestigd om waterlekkage te voorkomen.
(Let op! NIET alle modellen afwasmachines hebben vul- en afvoerslangen die zijn uitgerust met een sluitmoer. In dat geval is de genoemde voorziening niet mogelijk). Als de machine wordt aangesloten op nieuwe leidingen of op leidingen die lang niet zijn gebruikt, dient u het water enkele minuten te laten doorlopen alvorens de toevoerslang aan te sluiten.
Gebruik GEEN aansluitslangen die eerder voor een oude machine zijn gebruikt.
Dit apparaat is uitgerust met veiligheidsvoorzieningen die voorkomen dat het in de machine gebruikte water terugkeert in het drinkwatersysteem. Dit apparaat voldoet aan de van toepassing zijnde regelgeving voor loodgieterswerk.
Watertoevoerslang met veiligheidsklep
Na aansluiting van de dubbelwandige watertoevoerslang bevindt de veiligheidsklep zich bij de kraan. Daarom bevindt de watertoevoerslang zich alleen onder druk als het water loopt. Als de watertoevoerslang dan begint te lekken, sluit de veiligheidsklep het stromende water af. Pas op als u de watertoevoerslang installeert:
• de elektriciteitskabel voor de veiligheidsklep bevindt zich in de dubbelwandige water­toevoerslang. Dompel de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in water.
• Ais de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd raken, trek dan direct de stekker uit het stopcontact.
• Een watertoevoerslang met veiligheidsklep mag alleen worden vervangen door een spe­cialist of door ELECTROLUX Service.
WAARSCHUWING!
Waarschuwing! Gevaarlijke spanning.
Aansluiting waterafvoerslang
Het uiteinde van de afvoerslang kan op de volgende manieren worden aangesloten:
Loading...
+ 58 hidden pages