De elektronische
producten van Yamaha zijn voorzien van labels, zoals hieronder
afgebeeld, of gegoten, gestempelde of gestanste afbeeldingen met
deze aanduidingen. De uitleg van deze aanduidingen wordt op deze
bladzijde beschreven. Neem nota van alle hier genoemde
waarschuwingen alsook van de waarschuwingen in het veiligheidsinstructiegedeelte.
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
CAUTION: TO REDUCE THE RISK OF ELECTRIC SHOCK.
DO NOT REMOVE COVER (OR BACK).
NO USER-SERVICEABLE PARTS INSIDE.
REFER SERVICING TO QUALIFIED SERVICE PERSONNEL.
Het uitroepteken in de gelijkzijdige driehoek is
bedoeld om u te wijzen op de aanwezigheid van
belangrijke bedienings- en onderhoudsinstructies in de handleiding van het product.
MILIEU ZAKEN:
Yamaha streeft ernaar om producten te maken die
zowel veilig als milieuvriendelijk zijn. Wij menen oprecht dat onze
producten en de gebruikte productiemethodes aan deze
doelstellingen voldoen. Om ons zowel aan de letter als de geest van
de wet te houden, willen we dat u zich bewust bent van de volgende
zaken:
Kennisgeving batterij:
Dit product KAN een kleine, niet-oplaad-
bare batterij bevatten, die (indien van toepassing) vastgesoldeerd is.
De gemiddelde levensduur van zo’n batterij is ongeveer vijf jaar. Als
vervanging noodzakelijk wordt, neem dan contact op met gekwalificeerd servicepersoneel om de vervanging uit te voeren.
Waarschuwing:
Probeer deze batterij niet op te laden, te demon-
teren of te verbranden. Houd alle batterijen bij kinderen vandaan.
Gooi gebruikte batterijen meteen en volgens de plaatselijke wettelijke bepalingen weg. Opmerking: In sommige landen bent u volgens de wet verplicht defecte onderdelen te retourneren. U kunt de
dealer vragen om deze onderdelen voor u weg te gooien.
Opmerking over verwijdering:
Als u dit product weg wilt doen
omdat het kapot is en niet meer gemaakt kan worden of omdat het
apparaat om een of andere reden aan het eind van zijn bruikbare
levensduur is, vergewis u er dan van wat de wettelijke regelingen op
dat moment zijn voor het verwijderen van producten die lood,
batterijen, plastics, etc. bevatten.
De bliksemschicht met pijlpunt, in de gelijkzijdige driehoek, is bedoeld om de gebruiker te
waarschuwen voor de aanwezigheid van ongeisoleerde gevaarlijke spanningen in de behuizing van het product, die voldoende groot kunnen zijn om een gevaar voor een elektrische
schok te vormen.
BELANGRIJKE MEDEDELING:
Alle elektronische producten van
Yamaha zijn getest en goedbevonden door een onafhankelijk laboratorium om er zeker van te zijn dat, als het product op de juiste wijze geïnstalleerd is en gebruikt wordt, er geen voorspelbare risico’s
zullen zijn. Modificeer het instrument NIET en vraag ook anderen
niet om het instrument te modificeren wanneer Yamaha zelf hier niet
de toestemming voor heeft gegeven. Hierdoor kan de kwaliteits- en/
of veiligheidsstandaard van het product verlaagd worden. Als er
aanspraak wordt gemaakt op de garantie, kan dit geweigerd worden
indien het product toch gemodificeerd is. Dit kan ook van invloed zijn
op andere garanties.
SPECIFICATIES ONDERHEVIG AAN WIJZIGINGEN:
Wij menen
dat de informatie die deze handleiding bevat juist is op het moment
van drukken. Yamaha houdt zich echter het recht voor de specificaties te veranderen of aan te passen, zonder kennisgeving en zonder
de verplichting reeds bestaande modellen daaraan aan te passen.
OPMERKING:
Servicekosten die te wijten zijn aan gebrek aan ken-
nis betreffende een functie of een effect (mits het apparaat werkt
zoals het hoort) vallen niet onder de aankoopgarantie en zijn derhalve uw eigen verantwoordelijkheid. Bestudeer deze handleiding
zorgvuldig en raadpleeg uw dealer voordat u om service verzoekt.
POSITIE NAAMPLAATJE:
De illustratie hieronder geeft de locatie
van het naamplaatje aan. U vindt hierop het modelnummer, serienummer, vereisten voor de spanningsvoorziening, etc. Het is verstandig om het modelnummer, het serienummer en de aankoopdatum in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren. Bewaar ook
uw officiële aankoopbon, aangezien dat uw garantiebewijs is.
POWER
ON/ OFF
AC INLET
THRU OUT IN
GREEN
3
MIDI
YELLOW
2
Plug-in SLOT
ORANGE
1
R R L/MONOPHONES
L
A/D INPUT12
GAIN
ASSIGNABLE
BREATH
SUSTAIN
ASSIGNABLE
OUTPUT OUTPUT
FOOT CONTROLLER
FOOT SWITCH
3.3V
CARD
USB
Model
Serienummer
Aankoopdatum
92-469-1(achter)
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
INFORMATIE MET BETREKKING TOT PERSOONLIJK LETSEL, ELEKTRISCHE SCHOK,
EN BRAND MAKEN ONDERDEEL UIT VAN DIT OVERZICHT.
8.
WAARSCHUWING-
tronisch product gebruikt, moeten altijd de basisvoorzorgsmaatregelen in acht genomen worden. De maatregelen houden in, maar zijn
niet beperkt tot:
Lees alle Veiligheidsinstructies, Installatie-instructies, Speciale
1.
Mededelingenitems en alle Assemblage Instructies die in deze
handleiding staan VOORDAT u enige aansluiting maakt, inclusief
aansluitingen naar de spanningsvoorziening.
Voer zelf geen onderhoudswerkzaamheden uit, behalve die
2.
beschreven staan in de onderhoudsvoorschriften. Alle overige
werkzaamheden dienen verricht te worden door gekwalificeerd
servicepersoneel.
3.
Spanningsvoorzieningsverificatie: Yamaha producten zijn speciaal gefabriceerd voor de spanningsvoorziening in het gebied waar
de producten worden verkocht. Als u gaat verhuizen, of als er enige
twijfel is over de spanningsvoorziening in uw gebied, neem dan
alstublieft contact op met uw leverancier om de spanningsvoorziening te verifiëren en voor (indien van toepassing) instructies. De
vereiste netspanning staat op het naamplaatje. Kijk voor de positie
van het naamplaatje alstublieft naar de illustratie in de sectie
SPECIALE MEDEDELINGEN van deze handleiding.
4.
GEVAAR- Aardingsinstructies: Dit product moet worden geaard
en is daarom uitgerust met een randaardestekker. Mocht dit product
niet naar behoren functioneren, dan voorziet de aarde-aansluiting in
een weg met een lage weerstand voor de elektrische stroom waardoor het risico van een elektrische schok wordt verkleind. Indien u
geen geaard stopcontact heeft, neem dan contact op met een elektricien om dit te laten vervangen in overeenstemming met de plaatselijke elektriciteitsnormen. Modificeer de stekker NIET en vervang
hem niet door een ander type!
5.
WAARSCHUWING: Plaats het netsnoer niet in de buurt van
warmtebronnen zoals kachels of radiatoren. Verbuig of beschadig
het netsnoer of de aansluitsnoeren niet, plaats er geen zware voorwerpen op en leg ze niet op een plaats waar mensen er over kunnen
struikelen of er voorwerpen over kunnen rollen. Het gebruik van een
verlengsnoer wordt niet aanbevolen! Als u toch een verlengsnoer
moet gebruiken, dan is de minimum draaddoorsnede voor een snoer
van 8 meter (of minder) 18 AWG. OPMERKING: Des te lager het
AWG-nummer, des te groter het stroomdoorlatendvermogen.
Raadpleeg voor langere verlengsnoeren een plaatselijke elektricien.
6.
Ventilatie: Elektronische producten zouden, tenzij ze speciaal ontworpen zijn voor een afgesloten installatie, moeten worden geplaatst
op lokaties die een goede ventilatie niet belemmeren. Als er geen instructies zijn over de installatie in gesloten ruimten, moet worden aangenomen dat een onbelemmerde ventilatie een vereiste is.
Als u een willekeurig elektrisch of elek-
Dit product is niet ontworpen voor gebruik in natte/vochtige lokaties en dient niet te dicht bij water te worden gebruikt of aan regen of
sneeuw te worden blootgesteld. Voorbeelden van natte, vochtige
lokaties zijn: bij een zwembad, bron, vat, gootsteen of een vochtige
kelder.
Dit product zou alleen gebruikt mogen worden met de bijgele-
9.
verde componenten of een kar, rek of standaard die speciaal wordt
aanbevolen door de fabrikant. Als een kar, of iets dergelijks, wordt
gebruikt, neem dan alstublieft alle veiligheidsmarkeringen en instructies die het product vergezellen, in acht.
Het netsnoer (de stekker) moet uit het stopcontact worden ge-
10.
haald als elektronische producten langere tijd niet gebruikt worden.
Netsnoeren zouden ook losgehaald moeten worden als er een grote
kans is op onweer en/of een elektrische storm.
11.
Zorg ervoor dat er geen voorwerpen in enige opening vallen en
ook dat daarin geen vloeistoffen worden gemorst.
12.
Elektrische/elektronische producten dienen te worden nageke-
ken door gekwalificeerd servicepersoneel als:
a. het netsnoer is beschadigd; of
b. er voorwerpen of vloeistoffen door de openingen in de
behuizing van het apparaat zijn gevallen; of
c. het product aan regen blootgesteld is geweest; of
d.het product niet werkt, of opvallend anders functio-
neert; of
e.het product is gevallen of de behuizing v an het product
is beschadigd.
13.
Dit product, alleen of in combinatie met een versterker en
hoofdtelefoon of luidspreker(s), kan in staat zijn geluidsniveaus v oort
te brengen die tot permanente gehoorbeschadiging kunnen leiden.
Gebruik het instrument NIET te lang met een hoog volume of op een
oncomfortabel geluidsniveau. Mocht u gehoorbeschadiging of oorsuizen ervaren, dan kunt u het beste contact opnemen met een
KNO-arts of gehoordeskundige.
BELANGRIJK: Des te harder het geluid, des te korter de tijd die
nodig is om tot gehoorbeschadiging te leiden.
14.
Sommige Yamaha producten zijn voorzien van banken en/of
accessoirebevestigingsmontagebeugels die of zijn bijgeleverd of als
een onderdeel van een optionele accessoire leverbaar zijn.
Sommige hiervan zijn zo ontworpen dat ze door de dealer moeten
worden gemonteerd of geïnstalleerd. Zorg er alstublieft voor dat banken stabiel zijn en eventuele optionele bevestigingen (waar toepasbaar) goed bevestigd zijn VOOR gebruik. Door Yamaha geleverde
banken zijn uitsluitend ontworpen om op te zitten. Ander gebruik
wordt afgeraden.
Temperatuur: Elektronische producten dienen niet op een plaats
7.
gezet te worden die sterk bijdraagt tot hun oververhitting. Plaatsing
van dit product in de nabijheid van warmtebronnen zoals radiators,
kachels, enz., moet vermeden worden.
BEWAAR DEZE HANDLEIDING ALSTUBLIEFT
92-469-3
VOORZORGSMAATREGELEN
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDER GAAT
* Bewaar deze handleiding op een veilige plaats voor eventuele latere bestudering.
W
AARSCHUWING
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als
gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren. De maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Spanningsvoorziening/Netsnoer
• Gebruik uitsluitend de spanning die als juist wordt aangegeven
voor het instrument. Het vereiste voltage wordt genoemd op het
naamplaatje van het instrument.
• Controleer zo nu en dan de stekker en verwijder stof en vuil dat
zich erop verzameld heeft.
• Gebruik alleen het/de bijgeleverde netsnoer/stekker.
• Plaats het netsnoer niet in de buurt van warmtebronnen zoals kachels of radiatoren. V erb uig of beschadig het snoer niet, plaats er
geen zware voorwerpen op en leg het niet op een plaats waar mensen er over kunnen struikelen of er voorwerpen ov er kunnen rollen.
Niet openen
• Dit instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Open het apparaat niet, haal de interne onderdelen niet uit
elkaar en modificeer het apparaat niet.
AS OP
P
Waarschuwing tegen water
• Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het niet in de
buurt van water of onder natte of vochtige omstandigheden en
plaats geen voorwerpen op het apparaat die vloeistoffen bevatten
die in de openingen kunnen vallen.
• Haal nooit een stekker uit het stopcontact met natte handen.
Waarschuwing tegen brand
• Plaats geen brandende voorw erpen, zoals kandelaars, op het instrument. Een brandend v oorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
Als u onregelmatigheden opmerkt
• Als het netsnoer of de stekker beschadigd is of stuk gaat, als er plotseling geluidsverlies optreedt in het instrument, of als er plotseling
een geur of rook uit het instrument komt, moet u het instrument onmiddellijk uitzetten, de stekker uit het stopcontact halen en het in
ment na laten kijken door gekwalificeerd Yamaha servicepersoneel.
stru-
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u of iemand anders gewond
raakt of dat het instrument of andere eigendommen beschadigd raken. De maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
Spanningsvoorziening/Netsnoer
• Sluit de driepolige stekker altijd aan op een op juiste wijze geaarde spanningsbron. (Zie blz. 14 voor meer informatie over de
spanningsvoorziening.)
• Als u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u altijd aan de
stekker trekken, nooit aan het snoer. Aan het snoer trekken kan
het beschadigen.
• Haal de stekker uit het stopcontact als u het instrument lange tijd
niet gebruikt, of tijdens elektrische stormen, zoals onweer.
• Sluit het apparaat niet aan op een stopcontact met een stopcontactverdeelstekker Dit kan resulteren in een verminderde geluidskwaliteit en het stopcontact oververhitten.
Locatie
• Stel het instrument niet bloot aan extreme schokken of stof, extreem koude of warme omstandigheden (zoals in direct zonlicht,
bij de verwarming, of in de auto) om vervorming van het paneel of
schade aan de interne elektronica te voorkomen.
• Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een TV, radio, stereo-installatie, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten.
Anders kan het instrument, de TV of radio bijgeluiden opwekken.
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het kan
omvallen.
• Verwijder alle aangesloten kabels alvorens het instrument te verplaatsen.
• Gebruik uitsluitend de standaard die voor uw instrument wordt
aanbevolen. Als u het instrument vastmaakt aan de standaard of
het rek gebruik dan uitsluitend de bijgeleverde schroeven. Anders
kan dit leiden tot beschadiging van de interne componenten of het
vallen van het instrument.
• Plaats geen voorwerpen voor de ventilatie-openingen van het
instrument, aangezien dit kan een adequate ventilatie van de
interne componenten kan belemmeren en dit mogelijk tot oververhitting van het instrument kan leiden.
(2)-8
1/2
Aansluitingen
• Voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten moet u alle betreffende apparatuur uitzetten. Voordat u
alle betreffende apparatuur aanzet moet u alle volumes op het
minimum zetten. Voer de volumes van alle componenten, na het
aanzetten, geleidelijk op tot het gewenste luisterniveau.
Onderhoud
• Gebruik bij het schoonmaken een zachte droge doek. Gebruik
geen verfverdunners, oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of
chemisch geïmpregneerde schoonmaakdoekjes.
Zorgvuldig behandelen
• Steek geen vinger of hand in de openingen van het instrument.
• Steek of laat nooit papier, metaal of andere voorwerpen in de
openingen op het paneel of het toetsenbord vallen. Als dit gebeurt, zet dan onmiddellijk het instrument uit en trek de stekker uit
het stopcontact. Laat vervolgens uw instrument nakijken door gekwalificeerd Y amaha servicepersoneel.
• Plaats geen vinylen, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, aangezien dit het paneel of het toetsenbord kan verkleuren.
• Leun niet op en plaats geen zware voorwerpen op het instrument,
ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument niet te lang op een oncomfortabel geluidsniveau aangezien dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u geruis in uw oren of gehoorverlies constateert.
Data wegschrijven
Wegschrijven en back-up van uw data
• DRAM-data (zie blz. 27) gaan verloren als u het instrument uitzet.
Sla data op naar de Flash ROM (USER geheugen; zie blz. 73).
Opgeslagen data kunnen verloren raken ten gevolge van een
storing of foutieve handelingen. Sla belangrijke data op op een
Memory Card (SmartMedia).
Zet nooit het instrument uit als er data naar Flash ROM worden geschreven (terwijl er een “Executing...” of “Please keep
power on” boodschap wordt weergegeven). Het instrument
uitzetten in deze situatie heeft het verliezen van alle userdata tot gevolg en kan er voorzorgen dat het systeem vastloopt(ten gevolgen van corrupte data de Flash ROM).
Als u de Utilitymode of Favorites Categoriefunctie verlaat,
wordt de parameter die u in de display gewijzigd heeft automatisch opgeslagen. Deze data gaan echter v erloren als u
instrument uitzet zonder eerst netjes de display te verlaten.
het
Back-ups maken van de Memory Card (SmartMedia)/
externe media
• Om verlies van data door beschadiging van media te voorkomen,
bevelen wij u aan om belangrijk data op twee Memory Cards
(SmartMedia)/externe media op te slaan.
Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade veroorzaakt door oneigenlijk gebruik of modificaties aan het instrument, of data
die verloren zijn gegaan of gewist.
Zet het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
(2)-8
2/2
Introductie
Dank u voor de aanschaf van de Yamaha S90 Muziek Synthesizer. Om het meeste uit uw nieuwe S90 te halen en om de geavanceerde functies te kunnen gebruiken, raden we u aan om deze handleiding aandachtig door te lezen. Bewaar het ook
op een veilige, gemakkelijke plaats, zodat u het regelmatig, wanneer maar ook, kunt raadplegen.
Verpakkingsinhoud
• AC Netsnoer• CD-ROM x 2• Installation Guide
• Handleiding• Data List• Owner’s Manual Set
Over de meegeleverde CD-ROM
Applicatie software voor uw S90 is meegeleverd op deze CD-ROM. Met de Voice Editor kunt u de voices van de S90 bewerken met een zeer intuïtieve grafische interface, en een File Utility, waarmee u gemakkelijk data tussen de Memory Card en
een computer kunt uitwisselen. Met de meegeleverde Sequence-software (alleen Windows), kunt u gemakkelijk uw eigen
originele songs op uw computer creëren en bewerken. Zie voor details de aparte installation Guide of de on-line handleiding
die bij de software is meegeleverd.
Speel de CD-ROM nooit af op een audio-CD-speler. Als u dit wel doet kan dit uw gehoor en tevens uw CD-speler/
luidsprekers beschadigen.
Belangrijke eigenschappen
• Groot bereik aan dynamische en authentieke voices — meer dan 512 in totaal, met 49 drumkits (blz. 25). Gebruik de
category searchfunctie om snel de geluiden die u wilt gebruiken op te roepen, gebaseerd op hun instrumenttype (blz. 38).
• In de performancemode kunt u vier verschillende voices tegelijkertijd gebruiken — in een layer of met een toetsenbordsplit (blz. 25).
• Uitgebreide effectprocessing, met reverb (12 types), chorus (25 types), twee aparte insertie-secties (totaal 104 types),
een variatiesectie (25 types) en een master 5-bands EQ (blz. 67).
• Uitgebreide real-time besturing met vier schuiven — waarmee u filter, niveaus, effecten, EG en nog veel meer kunt aanpassen terwijl u speelt (blz. 53).
• Met de ingebouwde arpeggiofunctie heeft u niet alleen een schat aan hippe ritmische sequences tot uw beschikking, maar
ook speciale “menselijke” patterns — zoals gitaargetokkel en trilklanken van blaasinstrumenten (blz. 45).
• Een mastermode waarmee u de S90 als een masterkeyboard kunt gebruiken (met onafhankelijke zones), en het instrument kunt herconfigureren tussen voice/performance play-mode en sequence play-mode tijdens live optredens (blz. 48).
• Bijzonder eenvoudige en gemakkelijk te begrijpen interface met twee rijen bedieningsknoppen: [F1] - [F6] en [SF1] [SF5](blz. 32)
• Remote Control — voor het bedienen van uw favoriete sequence-software via de paneelregelaars van de S90. Tracks
muten, het transport regelen (spelen, stoppen, enz.), zowel MIDI- als audiotracks mixen (maximaal 16) met de CSschuiven van de S90, de tracks pannen, de EQ regelen en de effectverzending bijstellen — en dit alles zonder de muis te
gebruiken (blz. 57).
• Met drie Modular Synthesis Plug-in Systemslots kunt u de S90 upgraden met een complete nieuwe synthesizer- of
geluidsprocessing unit. Deze plug-inboards geven u meer voices, meer effecten, meer polyfonie en meer instrumentparts. Teven zijn er al speciale plug-in voices in de S90 geprogrammeerd en opgeslagen, die u meteen kunt afspelen als u
het juiste board heeft geïnstalleerd (blz. 25).
• Uitgebeide I/O aansluitingen — inclusief toewijsbare uitgangen, audio-ingangen, MIDI, USB voor multipoortaansluitingen op een computer, en een SmartMedia Card voor data-opslag.
• Uitbreidingsslot voor los verkrijgbare mLAN — met Yamaha’s nieuwe mLAN interface technologie kunt u al uw
digitale audio- en MIDI data via één breedbandkabel versturen.
• Een 88-toets gebalanceerde hamereffecttoetsenbord dat op een natuurlijke wijze reageert (met aftertouch), waarmee u
uw ervaring en expertise in uw pianospel kunt vergroten.
6
Over deze handleiding
Deze handleiding bestaat uit de volgende secties.
■
Basissectie (blz. 12)
Deze sectie geeft u een overzicht van de hoofdfuncties en -eigenschappen van de S90 en geeft u een introductie in
de basisbedieningsafspraken.
■
Snelgids (blz. 36)
Deze sectie legt u uit hoe u de basisfuncties moet uitvoeren.
■
Referentie (blz. 98)
De encyclopedie van de S90. Deze sectie legt u alle functies en parameters uit.
■
Appendix (blz. 114)
Deze sectie bevat gedetailleerde informatie over de S90, zoals MIDI, instructies over het installeren van los
verkrijgbare apparatuur, displayboodschappen, problemen oplossen en specificaties.
■
Installation Guide (apart Engelstalig boekje)
Raadpleeg dit voor instructies voor het installeren van de meegeleverde softwareprogramma’s (op de CD-ROM) op
uw computer.
■
Data List (apart Engelstalig boekje)
Dit bevat verschillende belangrijke overzichten, zoals het voice-overzicht, het wave-overzicht, het performanceoverzicht en het MIDI implementatie-overzicht.
Over de referentienummers
Behalve de reguliere bladzijdenreferenties, bevat deze handleiding ook speciale referentienummers (zoals Ref.nr. 15).
Hiermee kunt u gemakkelijk en snel een verwijzing vinden van de corresponderende parameters in de parametertabel
op blz. 93. (Zie, voor meer informatie, ook blz. 96.)
●
Het kopiëren van commerciele beschikbare muzieksequencedata en/of digitale audiobestanden is ten strengste
verboden, met uitzondering van kopiëren voor eigen gebruik door de koper.
●
Dit product bevat computerprogramma’s en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten bezit of waarvan het
over de licenties beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijke auteursrechten vallen, zonder enige beperkingen, alle computersoftware, stijlfiles, MIDI-files, WAVE-data en geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van dergelijke programma’s en inhoud buiten het persoonlijk gebruik
van de koper, is volgems de betreffende wettelijke bepalingen niet toegestaan. Elke schending van auteursrechten
heeft wettelijke consequenties. MAAK GEEN KOPIEËN EN DISTRIBUEER OF GEBRUIK GEEN ILLEGALE
KOPIEËN.
●
De afbeeldingen en LCD schermen zoals die in deze handleiding getoond worden, zijn uitsluitend bedoeld voor
instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins afwijken van die op uw instrument.
●
De naam “mLAN” en zijn logo zijn handelsmerken of Yamaha Corporation.
●
De bedrijfsnamen en productnamen in deze handleiding zijn de handelsmerken of geregistreerde handelsmerken
van hun respectieve bedrijven.
7
→
Toepassingsindex
Deze handige, gemakkelijk te gebruiken index is in algemene categorieën verdeeld om u te helpen bij het zoeken naar
informatie over een bepaald onderwerp of bepaalde functie.
■
Luisteren/afspelen/bespelen
• Naar demosongs luisteren
• De voices bespelen..................................................................................................................................................................................... (blz. 36)
• Voices in een gewenste instrumentgroep oproepen............................................................... De Category Searchfunctie gebruiken (blz. 38)
• Songs afspelen vanaf Memory Cards...................................................................................................................................................... (blz. 75)
•
Standaard MIDI bestand converteren van format 1 naar format 0
• Als masterkeyboard gebruiken................................................................................................................................................................ (blz. 48)
• Het toetsenbord splitsen — Hogere en lagere bereiken instellen voor de voices
· In de mastermode
· In de performancemode ........................................................................................................................................................................ (blz. 42)
· In de voicemode................................................................................................................................................................... Nootlimiet (blz. 62)
• Voices stapelen/layeren (parts samenvoegen)
· In de mastermode
· In de performancemode ........................................................................................................................................................................ (blz. 42)
• Veranderen van het part dat via het toetsenbord bespeeld wordt
In de mastermode
In de sequence playmode............................................................................................................................................Songtrack selectie (blz. 76)
• De aanslaggevoeligheid selecteren (globale instellingen).................................................................................................................... (blz. 87)
• De volumerespons afstemmen op uw speelsterkte — een hoog volume verkrijgen bij zacht spelen of een zacht volume bij
· Performance-/mixinstelling.............................................Uitgangsschakelaar (performance/mixing common edit [F3]
• Het tempo van de arpeggio wijzigen (in vergelijking met het tempo van de song)...................................................................................
................................................................................................Unit Multiply (voice/performance/mixing common edit [F3]
............................................................................................................................. TransCh (master zone edit [F1] Ref. nr.25)
velocity depth/velocity offset (performance/mixing part edit [F1]
[SF5] Ref. nr.39, nr.40)
→
[SF2] Ref. nr.86)
→
→
[SF4] Ref. nr.86)
[SF3] Ref. nr.83)
→
■
Regelaars gebruiken
• Regelaars aansluiten
• Het pitchbendbereik instellen.......................PB Upper/Lower (voice common edit, performance/mixing part edit [F1]
• Een voetpedaal/voetschakelaar gebruiken om parameters te regelen ............................................................................................... (blz. 54)
• Een voetschakelaar gebruiken om de sequencer te starten/stoppen......................................................FS (utility [F4]
• Een voetschakelaar gebruiken om door geavanceerde voice/performance/master programma’s te lopen
• Een voetschakelaar gebruiken om de arpeggio te starten/stoppen
• De Remote Controlfunctie gebruiken voor een externe sequencer.................................................................................................... (blz. 57)
• De toestand/positie van de regelaar behouden als u tussen voices schakelt....................Controller Reset (utility [F1]
• De regelaars instellen................................................................................................................................................................................ (blz. 55)
• Voice effect-/arpeggio-instellingen kopiëren naar de performancemode
• Performancepartparameterinstellingen kopiëren naar parts in de mixingmode ............................................. Performance copy (blz. 72)
• Element-/toetsparameterinstellingen van een voice kopiëren naar een ander element/toets ........................................................(blz. 71)
• Partparameterinstellingen van de performance/mix naar een andere part kopiëren.......................................................................(blz. 71)
■
Het geluid veranderen
• Een voice bewerken
• Effectstructuur en signaalbaan................................................................................................................................Effecten gebruiken (blz. 67)
• De effectinstellingen bewerken.................................................................................................................. Effectsinstellingsvoorbeeld (blz. 67)
• De voicesustain aanpassen.......................................................................................................................................... AEG REL TIME (blz. 66)
• Een helderder geluid verkrijgen................................................................................................................................................... Cutoff (blz. 63)
• Een uitdrukkelijker effect verkrijgen.................................................................................................................................. Resonantie (blz. 63)
• De stereo-panpositie instellen......................................................................................................................................................Pan (Ref. nr.44)
• Het element/de part wijzigen die afhankelijk van de aanslag klinkt........................................................................................ Aanslaglimiet
In de voicemode......................................................................................................................................................................................... (blz. 62)
In de performance-/mixingmode ................................................................................(performance/mixing part edit [F1]
• Een een geleidelijke overgang tussen de toonhoogte van een toets naar de volgende toets verkrijgen....................................................
..................................... PORTA Switch/Time (voice/performance common edit, performance/mixing part edit [F1]
• De LFO met het tempo van de arpeggio of sequencer synchroniseren........... Tempo Sync (voice common edit [F5]
• De resonantie overeenkomstig de LFO-instellingen moduleren.................... LFO Dest (voice common edit [F5]
• Voices bewerken met een computer.............................................................. Zie de afzonderlijke Installation Guide en Voice Editor for S90 (PDF)
• De user-LFO instellen........................................................................COMMON LFO (Zie de afzonderlijke Installation Guide en Voice Editor for S90)
■
De panpositie wijzigen
• De panpositie beurtelings verplaatsen, elke keer dat er een toets bespeeld wordt
• De panpositie willekeurig verplaatsen, elke keer dat er een toets bespeeld wordt
• De panpositie volgens de toetspositie verplaatsen
• De panpositie volgens de LFO-instellingen moduleren.................................. LFO Dest (voice common edit [F5]
■
De toonhoogte wijzigen
• Het geluid transponeren/de toonhoogte wijzigen (toongenerator instellingen)
• Het globale volume aanpassen.............................................................................................................. Volume (utility [F1]
• Het performancevolume aanpassen (heeft invloed op alle parts)........................................Volume (common edit [F2]
• Het volume per part aanpassen.........................................................................................................Volume (part edit [F2]
• Het volume van de voice aanpassen (heeft invloed op alle elementen)...........................................Volume (common edit [F2] Ref. nr.43)
• Het volume van elk element/elke toets aanpassen............................................................ Level (element/key edit [F4]
• Het volume met de CS-schuiven aanpassen .......................................................................................................................................... (blz. 53)
• De uitgangsgain van de OUTPUT-aansluitingen aanpassen............ L & R Gain, Assign L/R Gain (utility [F2]
■
Het geluid van een drumvoice instellen
• De drumtoets voor onafhankelijke open en gesloten hi-hat geluiden instellen
• De respons van de toets instellen als deze wordt losgelaten: Het geluid op natuurlijke wijze laten afsterven (decay) als een toets
wordt losgelaten, of het geluid afkappen (cut off) als een toets wordt losgelaten ........
■
Geluiden selectief uitschakelen
• Het geluid van bepaalde elementen tijdelijk uitschakelen tijdens het bewerken
• Het geluid van bepaalde elementen/parts uitschakelen
• Het geluid van bepaalde performanceparts tijdelijk uitschakelen
• Het geluid van bepaalde songparts tijdelijk uitschakelen....................................................................Songtrack aan-/uitzetten (blz. 30, 76)
• Het geluid van bepaalde songparts uitschakelen ...................................................................................................................... RcvCh (blz. 80)
■
Gemakkelijke bewerkingsfuncties
• Een complete nieuwe voice/performance vanaf het begin creëren
• Luisteren naar het verschil tussen de gewijzigde voice/performance instellingen en
• Zet de voice/performance terug met uw laatste bewerkingen intact...................................................................................... Recall (blz. 71)
• De bewerkte data naar het interne (USER) geheugen van de S90 opslaan
• De instellingen van de S90 op een Memory Card opslaan.................................................................................................................. (blz. 82)
• De instellingen van de S90 opslaan naar een extern apparaat, zoals een computer,.....................................................Bulkdump (blz. 72)
• Lokale besturing aan-/uitzetten .......................................................................................................Local control (blz. 18, utility [F5]
• De S90 als een multitimbrale toongenerator gebruiken...................................................................................................................... (blz. 80)
• Voices bewerken met een computer............................................................ Zie de afzonderlijke Installation Guide en Voice Editor for S90 (PDF)
• De meegeleverde sequencer software gebruiken (alleen Windows)....... De aparte Installatin Guide en de on-line help van de applicatie
• De S90 zo instellen dat het programmawijzigingen vanaf een extern apparaat ontvangt of negeert
· Voice-instellingen
· Performance-/mixinginstellingen.......................................................................RCV SW (performance/mixing part edit [F5] Ref. nr.175)
• Bepalen of de S90 wel of geen programmawijzigingen naar een extern apparaat verstuurd
· Voice-instellingen
· Master-instellingen .......................................................................................................................... TXSW (master zone edit [F3] Ref. nr.89)
• Bepalen of een externe sequencer wel of niet moet starten/stoppen als de sequencer van de S90 gestart/gestopt wordt .....................
..................................................................................................................................... Aansluiten op een PC (blz. 17)
• Een Memory Card formatteren............................................................................................................................................................... (blz. 82)
• De S90 terugzetten naar zijn standaardinstellingen (resetten).............Factory Set (standaard fabrieksinstellingen terugzetten) (blz. 72)
■
Optionele hardware installeren en gebruiken
• Het plug-inboard installeren
• Twee of drie identieke plug-inboards als één board gebruiken om de polyfonie te vergroten..................................................................
• De mLAN8E installeren......................................................................................................................................................................... (blz. 126)
■
Snelle oplossingen en referentiemateriaal
• Globale functies van het functieoverzicht
• S90 parameterstructuur en de referentienummers.................................................................................................... Parametertabel (blz. 92)
• Referentienummers (Ref.nrs) en de bijbehorende bladzijdenreferenties ......................................................................................... (blz. 96)
• Geheugenstructuur – geeft aan waar verschillende instellingen worden opgeslagen........................................................... (blz. 25 en 27)
• Overzicht van voices, performances, waves, arpeggiotypes, effecttypes, enz................................................................. De aparte Data List
• Filetypes die gebruikt kunnen worden................................................................................................................................................... (blz. 83)
• Betekenis van de displayboodschappen........................................................................................................... Displayboodschappen (blz. 116)
USB
USB is een afkorting voor Universal Serial Bus.
Het betreft een seriële interface om een computer op
randapparatuur aan te sluiten.
Het maakt “hot swapping” mogelijk (het aansluiten van
randapparatuur terwijl de computer aanstaat).
mLAN
“mLAN” betreft een digitaal netwerk, ontworpen voor
muzikale toepassingen. Het maakt gebruik van de IEEE
1394 industrie standaard uitstekend presterende seriële
bus en breidt deze standaard uit.
Zie voor details het “Guide Book” van de mLAN8E.
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Zet het instrument nooit uit terwijl er data weggeschreven
worden naar Flash ROM (als er een “Executing...” of
“Please keep power on” boodschap getoond wordt). Als het
instrument in deze status wordt uitgezet, dan verliest u alle
userdata en kan het systeem vastlopen (vanwege corrupte
data in de Flash ROM).
De Regelaars & Aansluitingen
13
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
AC INLET
POWER
ON/ OFF
Opstellen
Spanningsvoorziening
AC INLET-aansluiting
Netsnoer
(meegeleverd)
1
Controleer of de [POWER]-schakelaar uitstaat.
2 Sluit het meegeleverde netsnoer aan op de AC INLET-
aansluiting op het achterpaneel van het instrument.
3 Sluit het andere uiteinde van het netsnoer aan op een
stopcontact. Controleer of uw S90 geschikt is voor het
voltage van het land of de regio waarin het instrument
wordt gebruikt.
Controleer of uw S90 geschikt is voor het voltage van het gebied of land waar u het instrument gaat gebruiken (meer informatie vindt u op het achterpaneel). Als u het apparaat
aansluit op een verkeerde spanningsbron kan dit ernstige
schade toebrengen aan het instrument en kan zelfs een
schok veroorzaken!
Gebruik alleen het bij de S90 meegeleverde netsnoer. Neem
contact op met uw Yamaha-leverancier als het meegeleverde
netsnoer is zoekgeraakt of beschadigd en dient te worden
vervangen. Het gebruik van een ongeschikt netsnoer kan
brand of een schok veroorzaken!
Het soort netsnoer dat is meegeleverd bij de S90 kan per
land waarin het apparaat is gekocht verschillen (soms is de
stekker uitgerust met een derde pootje voor aarding). Het
verkeerd aansluiten van de aarde verhoogt het risico op een
elektrische schok.
Modificeer de bij de S90 geleverde stekker NOOIT. Laat een
gekwalificeerde elektricien een goed stopcontact installeren
indien de stekker niet in het stopcontact past. Gebruik geen
adapter, aangezien deze de aarding ongedaan maakt.
Bij het gebruik van de S90 als MIDIontvangstapparaat:
POWER
ON!
MIDI master (versturend apparaat)
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
S90 als MIDI slave (MIDI ontvangend apparaat)
12345678910111213141516LR
Geluidsapparatuur (eerst mengpaneel, dan versterker)
De S90 aanzetten
Zet eerst, alvorens u uw S90 aan- of uitzet, het volume van
de aangesloten apparaten uit.
1 Druk op de [POWER]-schakelaar.
Aanzetprocedure
Controleer, als alle nodige aansluitingen (blz. 15) tussen
uw S90 en andere apparatuur zijn gemaakt, of alle volumeinstellingen op nul zijn gezet. Zet vervolgens ieder apparaat in uw systeem aan in de volgende volgorde: MIDImasters (zenders), MIDI-slaves (ontvangers), en daarna
de audio-apparatuur (mengpanelen, versterkers, luidsprekers, enzovoorts). Dit verzekert u van een juiste signaalbaan vanaf het eerste tot het laatste apparaat (eerst MIDI,
vervolgens audio). Als u het systeem wilt uitzetten, moet
u eerst het volume van de audio-apparatuur uitzetten, en
vervolgens ieder apparaat in omgekeerde volgorde uitzetten (eerst de audio-apparatuur, vervolgens MIDI).
14
Opstellen
Een ogenblik later verschijnt het standaard aanzetmodescherm (zoals deze is ingesteld in de Utility
parameter, Power On Mode Display).
OPM.
n Stel het displaycontrast bij als de LCD moeilijk te lezen
is. Stel het contrast bij met de LCD-contrastregelaar (blz.
12).
2 Zet het volume van het geluidssysteem op een aange-
naam niveau.
3 Verhoog, terwijl u op het toetsenbord speelt, geleidelijk
het volume met de MASTER VOLUME-knop om het
gewenste geluidsniveau in te stellen.
Aansluitingen
Zet, voordat u de S90 aansluit op andere elektronische componenten, eerst alle betreffende componenten uit. Zet, voordat u alle componenten aan-of uitzet, eerst alle volumeniveaus op minimum (0). Anders kunnen de componenten getroffen worden door een elektrische
schok of beschadigd raken.
Aansluiten op externe
audio-apparatuur
Aangezien de S90 niet is voorzien van ingebouwde luidsprekers, heeft u een extern audiosysteem of een hoofdtelefoon nodig om de S90 te kunnen beluisteren. De volgende illustraties tonen u verscheidene aansluitmogelijkheden; kies de variant die het best past bij de door u gewenste opstelling.
Stereo-luidsprekers met ingebouwde
versterker aansluiten
Een stel luidsprekers met ingebouwde versterkers kan accuraat de rijke geluiden van het instrument met de eigen
pan- en effectinstellingen produceren. Sluit uw luidsprekers aan op de OUTPUT L /MONO en R uitgangen op
het achterpaneel.
A/D input
■ Een microfoon of andere audio-apparatuur
(analoge ingang) aansluiten
U kunt externe geluiden importeren (blz. 44). Als u vanaf een externe audiobron importeert, dan moet u een microfoon of de audiobron aansluiten op de A/D INPUTaansluiting.
Audio Apparaat (intern samengevoegd tot mono)
L/MONO
A/D INPUT
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Luidspreker met
ingebouwde versterker
(Links)
INPUT
OUTPUT L/MONOOUTPUT R
OPM.
n Als u slechts één luidspreker met ingebouwde versterker
Luidspreker met
ingebouwde versterker
(Rechts)
INPUT
S90
Hoofdtelefoon
PHONES
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
gebruikt, dan moet u deze op de OUTPUT L/MONO
uitgang op het achterpaneel aansluiten.
Aansluiten op een mengpaneel
Naast de OUTPUT (L/MONO en R) uitgangen is de S90
voorzien van extra audio-uitgangen. Sluit deze uitgangen
aan op een mengpaneel om de uitgangen van maximaal
vier performancemodeparts individueel af te regelen (blz.
29, 41).
Mengpaneel
OUTPUT L
LR
R
Luidspreker
Versterker
S90
Mic (MONO)
A/D INPUT
OPM.
n Als de bovenstaande aansluitingen gemaakt zijn, dan
Pas effecten toe op het microfoongeluid
door gebruik te maken van het Vocal
Harmony Plug-in Board (PLG100-VH).
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
S90
kunt u beginnen met importeren. Als u begint met importeren, dan zult u misschien de inputgain van de
audiobron moeten bijstellen, door de GAIN-knop te
gebruiken.
■ Aansluiten op mLAN-compatibele audio-
apparatuur (Als de los verkrijgbare
mLAN8E is geïnstalleerd)
mLAN audio apparaat
12345678910111213141516LR
ASSIGNABLE
OUTPUT
LRR
OUTPUT
L/MONO
S90
PHONES
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
Hoofdtelefoon
mLAN aansluitingen
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
S90
OPM.
n Het geluid kan zowel via de mLAN aansluitingen als de
A/D INPUT aansluitingen worden ontvangen. In de
Utility Mode ([F2]→[SF1] A/DSource Ref.nr. 53) kunt
u bepalen welke aansluitingen u wilt gebruiken.
Aansluitingen
15
Aansluiten van externe
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
MIDI-apparatuur
U kunt middels een standaard MIDI-kabel (los verkrijgbaar) een extern MIDI-apparaat aansluiten en deze besturen vanaf de S90. Evenzo kunt u met een extern MIDI
apparaat (zoals een keyboard of een sequencer) de geluiden van de S90 besturen. Hieronder staan verschillende
MIDI-aansluitmogelijkheden; kies de variant die het best
past bij de door u gewenste opstelling.
■
Besturing vanaf een extern MIDI toetsenbord
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=MIDI
MIDI IN
■ Besturing van een ander MIDI-apparaat via
MIDI THRU
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=MIDI
Externe MIDI-sequencer
MIDI OUT
MIDI IN
MIDI OUT
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
Externe MIDI-synthesizer 1
MIDI IN
MIDI THRU
S90
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
S90
MIDI OUT
Extern MIDI-toetsenbord of -synthesizer
■
Besturen van een extern MIDI-toetsenbord
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=MIDI
MUSIC SYNTHESIZER
MIDI OUT
S90
MUSIC
SYNTHESIZER
PRODUCTION
Sequencer
Sampling
Integrated
Real-timeExternalControl
Surface
Modular
SynthesisPlug-in
System
MIDI IN
Extern MIDI-toetsenbord of -synthesizer
■
Opnemen en afspelen met een externe MIDI-
Modular Synthesis Plug-in System
sequencer
MIDI IN
Externe MIDI-synthesizer 2
In bovenstaande opstelling kan synthesizer 2 worden bespeeld vanaf de S90 (via MIDI OUT), terwijl de externe
sequencer synthesizer 1 bespeelt (via MIDI THRU).
OPM.
n De MIDI kabel mag niet langer zijn dan 15 meter, en er
kunnen niet meer dan drie apparaten in een MIDI-keten
(in serie, via de MIDI THRU van ieder apparaat) worden aangesloten. Gebruik, om meerdere apparaten op
elkaar aan te sluiten, een MIDI Thru Box voor parallelle
aansluitingen. Er kunnen fouten optreden als de MIDIkabels te lang zijn of als er teveel apparaten in de keten
via de MIDI THRU aansluitingen op elkaar zijn aangesloten.
■ Gebruik van een mLAN-interface (als de los
verkrijgbare mLAN8E is geïnstalleerd)
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=mLAN
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
S90
IEEE1394 (mLAN) kabel
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=MIDI
MIDI OUT
MIDI IN
16
Aansluitingen
Externe MIDI sequencer
MIDI IN
MIDI OUT
S90
Versturen & Ontvangen
mLAN-toetsenbord
OPM.
n Elk van de volgende interfaces kan worden gebruikt om
MIDI-data te versturen/ontvangen: de MIDI-aansluitingen, de mLAN-terminalaansluiting, of de USB-aansluiting. Ze kunnen echter niet tegelijkertijd worden gebruikt. Selecteer in de Utility Mode ([F2]→[SF1] AD/
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
Source Ref.nr. 53) welke aansluiting moet worden
gebruikt voor het versturen van de MIDI-data.
Aansluiten op een PC
Als u een computer aansluit, kunt u MIDI data tussen de
S90 en de computer versturen en met de computer de S90
besturen, en data van de S90 bewerken en verzamelen. U
kunt bijvoorbeeld met het bijgeleverde Voice Editor-programma de voices van de S90 bewerken. Er is tevens een
speciaal File Utility-programma waarmee u met de computer files kunt beheren op de Memory Card die in de S90
CARD-sleuf is gestoken.
■ Met een USB-interface
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=USB
USB-kabel
USB-aansluiting
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
Computer met
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
een USB-interface
USB-kabel
Computer met
een USB-interface
S90
OPM.
n Als u middels de remote controlfunctie handelingen op
een computer sequencer wilt verrichten, dan raden we u
aan om gebruik te maken van een USB-kabel.
OPM.
n De USB-aansluiting kan alleen worden gebruikt voor het
versturen van MIDI-data. Er kunnen geen audiodata via
USB worden verstuurd.
Data versturen/ontvangen
S90
MIDI IN
MIDI OUT
USB-aansluiting
MIDI OUT
MIDI-kabel
MIDI IN
Externe MIDI-synthesizer
Over de USB-aansluiting
USB-kabels hebben aan beide uiteinden verschillende aansluitingen: het A-type en het B-type. Sluit, bij
gebruik van de USB-aansluiting, het A-type aan op
uw computer en het B-type op de S90.
Het loskoppelen/aansluiten van de USB-kabel of het
aan/uitzetten van het instrument kan de computer
laten vastlopen of kan er de oorzaak van zijn dat de
S90 niet meer correct functioneert. Let er op dat u de
USB-kabel NOOIT verwijdert en dat u het instrument niet aan-/uitzet tijdens de volgende
handelingen:
• Als de S90 bezig is met het identificeren van het
apparaat of tijdens het laden van de driver.
• Bij het opstarten of afsluiten van het besturingssysteem.
• Als computerhandelingen tijdelijk worden gestaakt (met energiebesparingsfuncties, zoals de
“sluimerstand”).
• Bij het opstarten van een MIDI-programma.
De computer kan ook vastlopen en/of de functies
van de S90 kunnen er mee ophouden als het volgende gebeurt:
• Als het apparaat te vaak aan-/uit wordt gezet, of als
de kabels te vaak worden aangesloten/losgekoppeld.
• Als de computer in de sluimerstand gaat, terwijl er
MIDI-data worden verstuurd, en u de handeling voortzet.
• Als u de kabel loskoppelt/aansluit, terwijl de S90 aanstaat.
• Als u de S90 aan-/uitzet, de computer start, of
driversoftware installeert terwijl er een grote
hoeveelheid data wordt verstuurd.
■ Met een IEEE1394 interface (als de los
verkrijgbare mLAN8E is geïnstalleerd)
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Externe MIDI-sequencer
OPM.
n Zie, voor details over de signaalbaan van deze instelling,
blz. 113 (*67).
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=mLAN
IEEE1394 kabel
S90
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
Aansluitingen
Computer met
een IEEE1394
interface
17
■ Met een MIDI-interface
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Met de MIDI-interface van de computer
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=MIDI
S90
Met een externe MIDI-interface
UTILITY [F5]→→→→[SF4] MIDI IN/OUT=MIDI
S90
MIDI-kabel
MIDI OUTMIDI IN
MIDI-interface
MIDI OUT
MIDI IN
MIDI OUTMIDI IN
MUSIC SYNTHESIZER
Modular Synthesis Plug-in System
Modular Synthesis Plug-in System
MIDI OUT
MIDI IN
MUSIC SYNTHESIZER
Seriële poort
(modem- of printerpoort)
of USB-poort
Computer met
MIDI-interface
Computer
Zet als de MIDI “echo”-functie uitstaat in de software/
computer, de S90 localfunctie aan.
Computer met
Applicatie Software
OUTUSB
Toon-
generator
Local Aan
S90 Local Schakelaar=aan
OPM.
n Hoewel dit niet staat aangegeven in de hierboven ge-
Toetsen-
bord
IN
Echo Back “Off”
toonde illustratie, ontvangt en reageert de S90 daadwerkelijk op MIDI-data van het computerprogramma
(sequencer), ongeacht de instelling van de localfunctie-instelling van de S90.
* MIDI “Echo” is een functie van sequencers die alle
via de MIDI IN ontvangen data door “echoot” (of
de data doorstuurt precies zoals deze zijn) via de
MIDI OUT. In sommige software wordt deze
functie “MIDI Thru” genoemd.
OPM.
n Zie de handleiding van de desbetreffende software
voor specifieke instructies.
Gebruik de juiste MIDI-interface voor uw computer.
OPM.
n Als u een computer gebruikt met een USB-interface,
dan kunt u de computer op de S90 aansluiten middels
USB. (De snelheid waarmee de data worden verstuurd is
sneller dan MIDI en u heeft toegang tot meerdere MIDIpoorten.)
Local aan/uit - Bij aansluiting op een computer
(UTILITY [F5]→→→→[SF2])
Als u de S90 op een computer aansluit, dan worden de
data die worden gegenereerd door het spelen op het toetsenbord over het algemeen verstuurd naar de computer,
en vervolgens teruggestuurd van de computer om de toongenerator of de geluidsbron te bespelen. Als de localfunctie aanstaat, dan kan dit resulteren in een “dubbel” geluid,
aangezien de toongenerator performancedata ontvangt
van zowel het toetsenbord als de computer. Gebruik
onderstaande opstellingssuggesties als leidraad; specifieke
instructies kunnen verschillen, dit is afhankelijk van uw
computer en de gebruikte software.
Zet, als de MIDI “Echo” functie aanstaat in de
software/computer, de S90 localfunctie uit.
Computer met
USB
OUTIN
Applicatiesoftware
Verschillende regelaars
aansluiten
De S90 is voorzien van verschillende ingangen op het
achterpaneel waar regelaars op kunnen worden aangesloten — waarmee u allerlei aspecten van het geluid en
een groot aantal functies onafhankelijk kunt besturen met
behulp van allerlei los verkrijgbare regelaars (blz. 53).
BC3
BREATH
FC4 of FC5
ASSIGNABLE
FOOT SWITCH
SUSTAIN
FC7
12
FOOT CONTROLLER
Toon-
generator
OPM.
n Bij het versturen of ontvangen van systeem exclusieve
Local “uit”
S90 Local-functie =uit
Toetsen-
bord
OUT
IN
Echo Back “On”
data (zoals die van de bulkdumpfunctie), moet u de
voorbeeldinstelling die hieronder staat gebruiken, en
er voor zorgen dat de MIDI “echo” in de computersoftware uitstaat.
18
Aansluitingen
Demo Afspelen
De S90 is voorzien van een verscheidenheid aan demosongs, die zijn dynamisch geluid en geavanceerde functies laten
horen.
OPM.
n Controleer of de synthesizer klaar staat om af te spelen. Details worden in de sectie “Opstellen” gegeven op blz. 14.
VOICE
PERFORM
MASTER
UTILITY
CARD
DEC/NOINC/YES
SF1SF2SF3SF4SF5
F1F2F3F4F5F6
INFORMATION
EXITENTER
2
(34)
1 Druk op de [SEQ PLAY] knop om het CHAIN scherm op te roepen.
2 Druk op de [SF5] (DEMO) knop om de Demodata op te roepen.
OPM.
n U kunt het eerste nummer voor afspelen selecteren met de [▲/▼]-knoppen
EXECUTE
COMPARE
ARPEGGIO
JOBEDIT
EFFECT
BYPASS
SEQ PLAY
STORE
PLAY/
STOP
345
1
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
3 Druk op de [PLAY/STOP] (of [SF5]) knop om het afspelen van de Demosong te starten.
OPM.
n U kunt het tempo of de positie van de song instellen. De handelingen zijn identiek aan die in de SEQ PLAY mode (blz. 76).
4
Met de [PLAY/STOP] (of [SF5]) knop kunt u het afspelen pauzeren en vervolgens opnieuw vanaf hetzelfde punt in de
song starten.
5 Stop, om de Demomode te verlaten, het afspelen, en druk vervolgens op één van de [MODE] knoppen of de [EXIT]
knop.
OPM.
n Het afspelen van de Demosong blijft voor onbepaalde tijd doorgaan totdat het wordt gestopt.
Demo Afspelen
19
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Overzicht van de S90
De S90 biedt een grote verscheidenheid aan geavanceerde en gemakkelijke functies. Dit hoofdstuk geeft u een overzicht
van deze functies. De volgende illustratie toont de verschillende componentsecties of “blokken” van de S90.
Besturing
MIDI OUT
Uitvoer
Memory Card
Song
(SMF)
S90 Data
File
Load
(laden)
Save
(op-
slaan)
Sequencer
(Afspelen)
Toetsenbord
Toongenerator
AWM2
Plug-inboard
Arpeggiator
Regelaars
Reverb
Variatie
Chorus
Effect
Insertie 1
Insertie 2
Master Equalizer
Besturing
Dit blok bestaat uit het toetsenbord, de pitchbend- en modulatiewielen, CS-schuiven, enzovoorts (blz. 53).
Het toetsenbord zelf genereert geen geluiden, maar verstuurt in plaats daarvan noot-, aanslagsnelheids- en andere
informatie naar het toongeneratorgedeelte van de S90 voor de noten die u speelt. De regelaars versturen ook niet-noot
performancedata. Informatie van het toetsenbord en de regelaars kan worden verstuurd naar andere externe MIDIapparaten via de MIDI OUT-aansluiting.
Toongenerator
Dit blok speelt geluiden volgens de informatie die het van het toetsenbord en de regelaars ontvangt. Het volgende voorbeeld
illustreert de signaalbaan van een element in de voicemode (blz. 26).
Bestuurt de toonhoogte van elk element
dat door het OSC gedeelte wordt verstuurd.
Toongenerator
OSC
(Oscillator)
Verstuurt de golfvorm van elk element.
Elke voice bestaat uit maximaal vier
elementen.
PITCH
Bestuurt het uitgangsniveau (amplitude)
van elk element dat door het FILTER
gedeelte wordt verstuurd. De signalen
worden vervolgens op dit niveau naar het
effectapparaat gestuurd.
FILTER
Wijzigt de klankkleur van elk element
dat door het PITCH gedeelte wordt
verstuurd.
AMP
(Amplitude)
Naar effectapparaten
20
Overzicht van de S90
Interne AWM2 toongenerator en los verkrijgbare Plug-inboards
Het toongeneratorblok in de S90 bestaat uit de ingebouwde AWM2 toongenerator en los verkrijgbare plug-inboards.
Plug-inboards (los verkrijgbaar)
Interne AWM2
Toongenerator
● AWM2 (Advanced Wave Memory 2) & golfvorm
AWM2 (Advanced Wave Memory 2) is een synthese gebaseerd op gesamplede golfvormen (geluidsmateriaal), hetgeen in
veel Yamaha synthesizers wordt gebruikt. Om het geluid zo realistisch mogelijk te maken is iedere AWM2-voice voorzien
van meerdere samples van echte instrumenten. Bovendien kan de basisgolfvorm bewerkt worden met een groot aantal
envelope generator-, filter-, modulatie-, en andere parameters.
OPM.
n AWM2 is niet beperkt tot algemene muziekinstrumenten (normale voices). Het instrument kan ook percussiegeluiden (drumvoices)
voortbrengen. Zie blz. 27 voor details over normale voices en drumvoices.
● Plug-boards
Plug-inboards bieden u een enorme hoeveelheid extra klankmogelijkheden. Na het installeren werken ze naadloos en
transparant samen met de ingebouwde klanken van de S90 — hetgeen inhoudt dat u de geluiden en functies op de boards
kunt gebruiken alsof ze reeds in de fabriek in de S90 waren ingebouwd.
Er kunnen maximaal drie plug-inboards in de S90 worden geïnstalleerd (zie het onderstaande kader voor beschikbare
boards). Deze boards zijn niet slechts een bron van meer voices; ze vormen tevens toongenerators op zichzelf en vergroten
de systeemniveauspecificaties zoals de maximum polyfonie. Bovendien beschikt u dankzij de boards - behalve over AWM2
- ook over andere synthesesystemen. U kunt de plug-invoices net als gewone interne voices bespelen en ze als parts in een
performance gebruiken (blz. 25).
De S90 is compatibel met het “Modular Synthese Plug-in System”. Er zijn drie soorten modulaire synthesesysteemcompatibele plug-inboards: het Single Part-, Multi Part- en Effect-plug-inboard. Met het gebruik hiervan kunt u uw eigen systeem
bouwen, gebaseerd op de geluiden die u nodig heeft.
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Plug-inboard opsomming
● Single Part Plug-in boards
Middels enkele part plug-inboards kunt u een compleet andere synthesizer of toongenerator toevoegen en de voices ervan
bespelen met één part van de S90.
• Analog Physical Modeling Plug-inboard (PLG150-AN)
Bij analoge fysieke modellering (AN) synthese maakt u gebruik van de allerlaatste digitale technologie om het geluid van analoge synthesizers accuraat weer te geven. Als dit board is geïnstalleerd, heeft u realtime controle over het bespelen van zowel
gedateerde synthesizer geluiden als de allernieuwste geluiden in het clubcircuit.
• Piano Plug-inboard (PLG150-PF)
Een omvangrijk golfvormgeheugen dat is toegewijd aan het voortbrengen van pianogeluiden. Dit board biedt 136 stereogeluiden, inclusief een aantal akoestische en elektrische piano’s, en is 64-stemmig polyfoon. U kunt zelfs drie van deze boards installeren om de polyfonie te verdrievoudigen naar 192 stemmen.
• Advanced DX/TX Plug-inboard (PLG150-DX)
Op dit plug-inboard zijn de geluiden van de DX7 beschikbaar. Anders dan bij de op PCM-gebaseerde toongenerators, maakt dit
board gebruik van het krachtige FM Synthesesysteem — dezelfde als die op DX-serie synthesizers is te vinden — voor buitengewoon veelzijdige en dynamische geluidscreatie. De geluiden zijn compatibel met die van de DX7 en het board kan zelfs DX7data ontvangen via MIDI-bulkdump.
• Virtual Acoustic Plug-inboard (PLG150-VL)
Bij virtueel akoestische (VA) synthese worden de geluiden van echte instrumenten in realtime vormgegeven (gesimuleerd),
waardoor het een mate van realisme krijgt die niet kan worden bereikt met de conventionele op PCM-gebaseerde synthesetechnieken. Als u deze geluiden bovendien bestuurt met een los verkrijgbare MIDI Wind Controller (WX5), dan lijkt het net
alsof u met echte blazers werkt.
Bevat de alom gewaardeerde AWM2 klankopwekking die speciaal is toegewijd aan de reproductie van drum-/percussiegeluiden. Dit board heeft ook zijn eigen toegewijde effecten. Dit betekent dat u reverb- en insertie-effecten op de voice kunt toepassen, waardoor u alle effecten op het “moeder”-apparaat kunt gebruiken voor de andere parts.
Overzicht van de S90
21
●
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Effect Plug-inboards
• Vocal Harmony Plug-inboard (PLG100-VH)
Na het installeren van dit board kunt u harmonieën aan geselecteerde parts toevoegen met vier soorten effecten.
Koorgedeelten voor vocalen kunnen automatisch worden gecreëerd met voorbereide akkoorden en opgeslagen als MIDI-data. U
kunt tevens de S90 als een vocoder gebruiken door gebruik te maken van een aangesloten microfoon tijdens het bespelen van
het toetsenbord.
●
Multi Part Plug-inboards
Met Multi Part plug-inboards kunt u het aantal stemmen (polyfonie) van de S90 uitbreiden met 16 onafhankelijke instrument
parts. Als u de geluiden op dit board gebruikt voor het afspelen van de sequencertracks, dan kunt u alle beschikbare stemmen in
de S90 voor het bespelen van het toetsenbord reserveren.
• XG Plug-inboard (PLG100-XG)
Dit plug-inboard is een 16-parts XG toongenerator. U kunt XG/GM-songfiles afspelen met gebruik van de vele geluiden en
effecten van dit board.
Over het MODULAIRE SYNTHESE PLUG-INSYSTEEM
Het Yamaha modulaire synthese plug-insysteem biedt krachtige uitbreidings- en opwaarderingsmogelijkheden voor modulaire
synthese plug-incompatibele synthesizers, toongenerators, geluidskaarten en boards. Met deze technologie heeft u op gemakkelijke
wijze effectief profijt van de laatste en meest geavanceerde synthesizers en effecten, waardoor u gelijke tred kunt houden met de
snelle en veelzijdige ontwikkelingen in de hedendaagse muziekproductie-industrie.
Maximum polyfonie
De maximum sonische AWM2 polyfonie is 64, plus de polyfonie van de plug-in kaart(en) (indien geïnstalleerd). Het daadwerkelijke aantal beschikbare stemmen hangt af van het soort gebruikte toongenerator, het aantal elementen in de voice,
en het aantal stemmen van het plug-inboard.
In het geval van AWM2 voices wordt het aantal polyfonische stemmen van 62 gedeeld door het aantal elementen in de
voice.
Partstructuur van het toongeneratorblok
De S90 speelt zijn geluiden (via het toongeneratorblok) af in reactie op MIDI-data, die worden ontvangen van het besturingsblok of het sequencerblok. MIDI-data worden toegewezen aan één van de zestien kanalen, en de S90 is in staat om de
zestien aparte parts tegelijkertijd af te spelen, via zestien MIDI-kanalen. We kunnen de grens van zestien kanalen echter
overschrijden door het gebruik van aparte MIDI-“poorten”, welke ieder zestien kanalen ondersteunen. De verschillende
geluidsbronnen van de S90 (interne toongenerator en plug-inboards) maken gebruik van de 3 MIDI-poorten waarvan het
instrument is voorzien.
Toongeneratorblok
Part voor voicemode
Poort 1
part 1
part 2
part 14
part 15
part 16
Poort 2
part 17
part 18
part 30
part 31
part 32
Poort 3
part 33
part 34
part 46
part 47
part 48
Deze parts worden in
andere modes dan de
voicemode gebruikt.
Zoals in bovenstaande illustratie wordt getoond, kunnen er 48 parts worden toegewezen in de modes (behalve de voicemode).
Het maximale aantal parts dat er echter daadwerkelijk gebruikt kan worden is 34 in de sequencer playmode, zoals we later
in enkele voorbeelden zullen zien.
OPM.
n Zie blz. 29 voor details over de modes.
OPM.
n De USB-kabel ondersteunt maar liefst acht aparte MIDI-poorten. Het toongeneratorblok van de S90 ondersteunt drie aparte poorten,
zoals hierboven wordt getoond, en de MIDI Thru-functie van de S90 ondersteunt acht aparte MIDI-poorten.
OPM.
n De MIDI-kabel en IEEE-kabel (als de mLAN8E is geïnstalleerd) kan geen MIDI-poortdata verwerken.
n In de voicemode wordt gebruik gemaakt van MIDI-poortnummer 1.
OPM.
n Het multipart plug-inboard kan niet worden gebruikt in de voicemode. Andere plug-inboards kunnen wel worden gebruikt.
(intern/plug-in)
part 17
part 18
part 30
part 31
part 32
Knoppen
part 33
part 34
part 46
part 47
part 48
Het sequencerblok is niet
beschikbaar in de voicemode.
Parts 1-48 worden niet gebruikt.
Uitvoer
●Performancemode
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Besturingsblok
Toetsenbord
Er kunnen maximaal vier parts worden gebruikt van parts 1-4 en 14-16.
De parts die worden gebruikt zijn de parts die zijn aangezet in de performanceplaymode.
Toongeneratorblok (intern / plug-in)
Poort 1Poort 2Poort 3
Part 1
PLG3 part
PLG2 part
PLG1 part
OPM.
n In de performancemode wordt gebruik gemaakt van MIDI-poortnummer 1.
OPM.
n Het multipart plug-inboard kan niet worden gebruikt in de performancemode. Andere plug-inboards kunnen wel worden gebruikt.
Part 2
Part 3
Part 4
Part 5
Part 14
Part 15
Part 16
Knoppen
Part 17
Part 18
Part 30
Part 31
Part 32
Part 33
Part 34
Part 46
Part 47
Part 48
Het sequencerblok is niet
beschikbaar in de
performancemode.
Parts 5-13 en 17-48
worden niet gebruikt.
Uitvoer
Overzicht van de S90
23
●Sequenceplaymode
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Externe sequencer
Individuele MIDI-kabels kunnen geen data van
meerdere poorten verwerken. Als er data worden
verstuurd vanaf een externe sequencer via een
MIDI-kabel, dan worden alleen de poort 1-parts
gebruikt. Gebruik een USB-kabel om profijt te
hebben van de meerdere poorten van de S90.
Besturingsblok
MIDI-sequencedata
Track 1
Track 2
Track 3
Track 4
Track 15
Track 16
Besturingsblok
Toetsenbord
In de sequenceplay mixingmode zijn de enige hoorbare parts de
huidig geselecteerde (bewerkte) parts, en parts die hetzelfde
ontvangstkanaal hebben als de geselecteerd part.
Knoppen
Toongeneratorblok (voorbeeld)
Als de multipart plug-inboards twee single part plug-inboards zijn geïnstalleerd:
Poort 1Poort 2
Part 1
Part 2
Part 3
Part 4
Part 15
Part 16
(Multi-Part Plug-in-
board)
Part 17
Part 18
Part 30
Part 31
Part 32
Poort 3
(Single Part Plug-in-
board)
Part 33
Part 34
Part 46
Part 47
Part 48
Parts 33-46
worden niet
gebruikt.
Iedere track met muziek (MIDI) data laat een corresponderende part op de S90 horen, volgens de MIDI-kanaal-/
poortinstellingen.
(Het/de ontvangstkanaal/poort van de verschillende parts
moet overeenstemmen met het zendkanaal van de
verschillende tracks.)
Deze poortinstellingen zijn beschikbaar in de Utilitymode (PORT NO. [F6] -> [SF2] Ref.nr. 207)
PLG1 part
PLG2 part
Effecten
Dit blok op de S90 past effecten toe en verwerkt en verrijkt het geluid met geavanceerde DSP (digitaal signaalsverwerking)
technologie.
OPM.
n Zie, voor meer details over effecten, blz. 67.
Carddrive/Sequencer
Met behulp van de carddrive kunt u data versturen naar/laden vanaf een Memory Card (blz. 82).
Het sequencerblok kan worden gebruikt om standaard MIDI-files, die zich op een Memory Card bevinden, af te spelen (blz.
75).
24
Overzicht van de S90
Voices & Performance
Bank (geheugen) structuur
Een voice is het geluid van één enkel instrument, dat middels de elementen en het instellen van verscheidene parameters
wordt gecreëerd. U kunt, in de voice playmode (blz. 36), elk van deze voices selecteren en afspelen. Performances, aan de
andere kant, combineren voices op verschillende manieren. U kunt, in de performance playmode (blz. 41), elk van deze
performances selecteren en afspelen.
Preset 1
(128 normale voices)
Groep A~H
Nummer 1~16
Voice
GM Presetvoice
(128 normale voices + 1 drumvoice)
GM preset
(128 normale voices)
Groep A~H
Nummer 1~16
Voice
Voices
(384 normale voices + 48 drumvoices)
Preset 2
(128 normale voices)
Groep A~H
Nummer 1~16
Voice
GM preset
(1 drumvoice)
Voice
Presetvoice
Preset 3
(128 normale voices)
Groep A~H
Nummer 1~16
Voice
(128 normale voices + 16 drumvoices)
User
(128 normale voices)
Groep A~H
Nummer 1~16
Voice
Uservoice
Preset 1
(48 drumvoices)
Groep A~C
Nummer 1~16
Voice
User
(16 drumvoices)
Groep A
Nummer 1~16
Voice
Performance
User
(128)
Groep A~H
Nummer 1~16
Performance
Geeft de aparte “banken”
van voices/performances
aan.
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
PLG1
Preset
(AN/PF/DX/DR/PC board:
64 voices
VL board: 192 voices)
Nummer 1~16
Voice
User
(64 voices)
Groep A~D
Nummer 1~16
Voice
(Het maximale aantal preset- en userbanken is drie, afhankelijk van
het aantal plug-inboards dat is geïnstalleerd.)
PLG2PLG3
Plug-invoice
Preset
(AN/PF/DX/DR/PC board:
64 voices
VL board: 192 voices)
Nummer 1~16
Voice
User
(64 voices)
Groep A~D
Nummer 1~16
Voice
(AN/PF/DX/DR/PC board:
VL board: 192 voices)
Preset
64 voices
Nummer 1~16
Voice
User
(64 voices)
Groep A~D
Nummer 1~16
Voice
Voices & Performance
25
Overzicht van voice/element/performance
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Elke voice kan uit maximaal vier elementen bestaan. Elk element zelf is een golfvorm of een instrumentgeluid van hoge
kwaliteit.
Voice & element
Elke voice kan uit maximaal vier elementen bestaan. Elementen worden van golfvormen gemaakt, en de kwaliteit van de
elementen is hoog genoeg, zodat elk element zelf als een voice gebruikt kan worden. Er zijn, aangezien u maximaal vier
elementen kunt samenvoegen in een voice, zeer expressieve en volle geluidsstructuren mogelijk. U kunt ook verschillende
instrumentgeluiden over het toetsenbord uitsplitsen zodat u deze geluiden apart met uw linker- en rechterhand kunt
spelen — zonder daarvoor speciaal een performanceprogramma te hoeven opstellen (Voice Element Edit [F1]→[SF3]
NoteLimit Ref.nr. 32).
Performance
Een performance bestaat uit maximaal vier parts, waarvan elke part een normale voice of drumvoice part kan afspelen. U
kunt, door verschillende voices aan elke part toe te wijzen, deze vier parts tegelijkertijd vanaf het toetsenbord spelen — in
stapelingen van verschillende voices, of door speciale toetssplitsingen waarbij uw rechter- en linkerhand afzonderlijke
voices kunnen spelen (blz. 42).
Één V oice
Maximaal vier elementen
Element 1~4
Common Edit-parameters
+
Één Element
Element Edit-parameters
Oscillator
Wave (A WM2
)
Pitch Envelope
PITCH
PEG
Generator
Voice
LFO
laagfrequente
oscillator
FILTER
FEG
Filter Envelope
Generator
EG
Één Performance
Maximaal vier parts
Één Part
Voice
Part Edit-parameters
+
+
Common Edit-parameters
Één Mix (Template) (Kan.1-16)
Maximaal 16 parts (maximaal 34 parts als de los verkrijgbare
Multi Part plug-inboard & Single Part plug-in-boards zijn
geïnstalleerd)
Één Part
Part Edit-parameters
+
Kan.1
+
Common Edit-parameters
Sequencer
Songfiles
(SMF Format 0)
afspelen
AMP
(Amplitude)
AEG
Amplitude Envelope
Generator
MIDI Kan. 1~16
SMF
Format1→0
Voice Editor
Kan.16
MIDI/USB MIDI afspelen
Sequencer
(afspelen/
opnemen)
Verschillende voice
voor elke part
Elk part kan aan een ander
MIDI-kanaal worden toegewezen
Verschillende voice
voor elke part
Songfiles via
Computer
26
Voices & Performance
C-2G8
Element 1
Element 2
Element 3
Element 4
Voice Edit
Meegeleverde CD-ROM
Sequencersoftware
(Windows)
Voice Editor
File Utility
Normale voices & drumvoices
Intern zijn er twee soorten voices: normale voices en drumvoices. Normale voices zijn voornamelijk chromatisch gestemde
muziekinstrumentgeluiden die in een bepaald bereik op het toetsenbord kunnen worden bespeeld. Drumvoices zijn voornamelijk percussie-/drumgeluiden die zijn toegewezen aan individuele toetsen op het toetsenbord. Een verzameling toegewezen percussie-/drumwaves of normale voices noemen we een drumkit.
Normale voiceDrumvoice
Voice
Element 1-4
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Toets 1Toets 2Toets 3Toets 4Toets
5
Toets 76
GM voices
GM is een wereldwijde standaard voor voices en MIDI-functies van synthesizers en toongenerators. Het is voornamelijk
ontworpen om ervoor te zorgen dat alle songdata, gecreëerd met het ene GM-apparaat, hetzelfde zou klinken op het andere
GM-apparaat — ongeacht de fabrikant of het model. De GM-voicebank op de S90 is ontworpen om GM-songdata op juiste
wijze af te spelen. U moet er wel rekening mee houden dat de klanken soms enigszins af kunnen wijken van de klanken
van de originele toongenerator.
Intern geheugen en filebeheer
In dit hoofdstuk leert u hoe u de verschillende soorten data kunt opslaan en de geheugenmedia hiervoor kunt gebruiken.
De onderstaande illustratie laat het verband zien tussen de functies van de S90 en het interne geheugen en de Memory
Card.
Intern geheugen van de S90
Recall-buffer (DRAM)
* alleen voice/performance
Presetdata (ROM)
• Voice
• Plug-invoice
• Voorgeprogrammeerde Arpeggio
• Demo
MIDI bulk
U kunt met bulkdata versturen geen data
versturen van userarpeggio’s en van een deel van
de systeem instellingen.
Extern MIDI apparaat
Editbuffer
(DRAM)
• Voice Edit
• Plug-invoice Edit
• Performance Edit
•
Master
Edit
• Mix Edit
Put (save)
Computer
Voor het bewerken
(edit) van plug-invoices
Flash ROM
• Uservoice
(Normaal 128, Drum 16)
• Userplug-invoice
(64 Voices x 3 boards)
• Userperformance (128)
Store
• Usermaster (128)
• Keten
• Userarpeggio (128)
• Systeem-instelling
(utility-instelling)
Usergeheugen
(alleen laden)
Memory Card
File-extensies “.W4V
File-extensies
“.W4C
”
File-extensies
“.W2G”
File-extensies “.W4A”
”
Load/Save (laden/opslaan)
Plug-inboard
Personal System/V
PS/V
Personal System/V
IBM
(DRAM)
• Plug-in alles bulk
File-extensies
“.W2B”
Intern geheugen en filebeheer
27
Het interne geheugen
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
● ROM en RAM
ROM (Read Only Memory) is geheugen dat speciaal is ontwikkeld om data uit te lezen en als zodanig kunnen er dan ook
geen data naar toe geschreven worden. Dit is de locatie waar de presetdata van het instrument permanent zijn opgeslagen.
In RAM (Random Access Memory) geheugen kunnen echter zowel data uitgelezen worden als data in op worden geslagen.
Dit is de locatie van de Editbufferdata.
● Flash ROM en DRAM
U kunt de data, die zich in het Flash ROM-geheugen bevinden, zo vaak als u wilt uitlezen, herschrijven en bewaren, zelfs
als de synthesizer uit is. Dit is de locatie waar de data die door bewerking (edit) zijn gecreëerd worden opgeslagen. Aan de
andere kant verliest u de data die zich in het DRAM-geheugen bevinden, als u de synthesizer uitzet. Daarom moet u altijd
uw data, die zich in het DRAM-geheugen bevinden, naar het Flash ROM-geheugen of naar een Memory Card wegschrijven, voordat u de synthesizer uitzet.
Zet het instrument nooit uit terwijl er data worden weggeschreven naar het Flash ROM-geheugen (als er een “Executing...” of “Please
keep power on” boodschap getoond wordt). Als het instrument in deze situatie wordt uitgezet, dan verliest u alle userdata en kan het
systeem vastlopen (vanwege corrupte data in de Flash ROM).
Editbuffer (DRAM) en Recallbuffer (DRAM)
● Editbuffer en usergeheugen
De editbuffer is de geheugenlocatie voor de volgende typen bewerkte data: voice, performance en master. Data die worden
bewerkt in deze locatie worden vervolgens opgeslagen in het usergeheugen.
Als u een andere voice, performance, master, of mixopstelling selecteert, dan wordt de gehele inhoud van de editbuffer
overschreven door de nieuw geselecteerde voice-/performance-/master/mixingopstelling. Sla belangrijke data dus op
alvorens u een andere voice, enzovoorts, selecteert.
● Editbuffer en Recallbuffer
U kunt uw laatste originele bewerkingen (edit) toch terugroepen, nadat u een andere voice of performance hebt geselecteerd zonder dat u deze heeft opgeslagen, aangezien de inhoud van de editbuffer wordt opgeslagen in het back-upgeheugen.
U moet er echter wel rekening mee houden dat de recallbuffer alleen beschikbaar is in de voice- of performancemode.
Memory Card
Om er zeker van te zijn dat uw data, die zijn opgeslagen in het usergeheugen, goed bewaard blijven, is het verstandig om
belangrijke data op te slaan op een memory card, zodat u een kopie hebt van de data voor onbepaalde tijd (blz. 82).
Er zijn twee verschillende manieren om data, die zijn gecreëerd op de S90, op te slaan op een memory card:
• Door alle data op te slaan in het usergeheugen als één file (met de extensie “.W4A”).
• Door de files individueel op te slaan volgens hun specifieke functies (met de corresponderende
individuele soorten extensies).
28
Intern geheugen en filebeheer
Basisbediening
In dit hoofdstuk zult u kennis opdoen van de structuur van de modes van de S90, de aanwijzingen in de display van het
paneel en de basis handelingen.
Modes
De S90 bestaat uit verschillende modes en elke mode bevat verschillende handelingen en functies.
VOICE (LED licht op)blz. 36blz. 60blz. 70blz. 73Play/Edit/Save de voice.
PERFORMANCE (LED licht op)blz. 41blz. 98blz. 70blz. 73Play/Edit/Save de performance.
MASTER (LED licht op)blz. 48blz. 51blz. 70blz. 73
SEQ PLAY (LED licht op)blz. 75
SEQ PLAY MIXING (weergegeven)
UTILITY (LED licht op)
CARD (LED licht op)
EDIT (LED licht op.
Bij vergelijking
knippert LED.)
blz. 79blz. 70
JOB (weergegeven)
blz. 72
STORE
(weergegeven)
Relevante functie
Registreer/Recall de vaak gebruikte
instellingen in de voice, performance en
sequence playmode naar User Master.
Maak/Registreer instellingen voor de
Masterkeyboardfunctie.
Song afspelen (vanaf memory card).
Stel de toongeneratorparameters in voor
elke part in de sequence playmode
(blz. 77).
Globale instellingen voor het gehele
systeem (blz. 98).
Save/Load de data van de S90 (blz. 82).
OPM.
n U dient eerst voice/performance/master te selecteren, alvorens u de editmode activeert. Alle parameters kunnen per voice/
performance/master worden ingesteld.
OPM.
n Utility mode is een sub-mode van de voice/performance/sequence playmode. Als u bijvoorbeeld op de [UTILITY]-knop drukt, terwijl
u in de performancemode bent, dan betreedt u de utility-mode als een sub-mode van de performancemode — waardoor u
performances kunt selecteren en spelen, terwijl u in de utility-mode bent.
Parameters zijn verdeeld in twee basisgroepen: 1) functies die gerelateerd zijn aan elke voice, performance enzovoorts, en
2) functies die alle voices, performances enzovoorts beïnvloeden. De eerstgenoemden worden in de editmode ingesteld en
de laatstgenoemden in de utilitymode. Utilitymode-instellingen kunnen samen met de voices en performances op een
memory card worden opgeslagen.
Basisbediening
29
Een mode selecteren
BasissectieSnelgidsReferentieAppendix
Er zijn aparte playmodes voor performances/voices en
een sequence playmode. Gebruik, om elk van deze modes
binnen te gaan, de juiste MODE knop.
De sequence playmode bevat een mixingmode. Druk, terwijl u de sequence playmode selecteert, op de [F6]-knop,
om de mixingmode te activeren.
Druk op de [MASTER]-knop om de mastermode binnen
te gaan. Afhankelijk van het masterprogramma, zal de
indicator van de VOICE/PERFORMANCE/SEQ PLAY
oplichten.
Er zijn ook aparte edit- en jobmodes voor performances,
voices, masters en mixopstellingen. Druk, terwijl u in de
edit- of jobmode bent, eenvoudig op de [EDIT]- of [JOB]knop om de respectievelijke mode binnen te gaan.
Op vergelijkbare wijze kunt u de storemode binnengaan
door in de voice-, performance- of mastermode op de
[STORE]-knop te drukken, waardoor u performances,
voices of masters kunt opslaan.
Behalve de bovengenoemde modes, is er ook een utilitymode, waarmee u globale instellingen voor het instrument
en de cardmode, die cardgerelateerde instellingen bevat,
kunt maken.
OPM.
n U dient er rekening mee te houden dat de bepaalde
displays en parameters in de utilitymode kunnen
verschillen en afhankelijk zijn van welke hoofdmode
actief was, voordat de submode opgeroepen werd.
OPM.
n Denk eraan dat de mixinstellingen met de “Put”-functie
worden bewaard (en niet met “Store”) (blz. 79).
Druk, om de huidige mode te verlaten en naar een andere
mode te gaan, op de respectievelijke knop voor die mode,
of de [EXIT] knop.
Display-indicaties
Hier leggen we uit hoe de display-aanwijzingen moeten
worden gelezen.
Voice playmode
1
2
3
6
Voice playmode (Quick Edit)
1
9
Voice editmode
@
1
9
8
7
Performance playmode
4
5
243@
)
9)
2!43
)
45
)
9
Functies van de NUMMER [1] - [16]-knoppen
Het gebruik van deze knoppen verschilt en is afhankelijk van de aan/uit status van de [TRACK
SELECT] en [MUTE] knoppen.
Als [TRACK
SELECT] aan is
Voice playmode Instelling van het
Voice editmode Elementselectie (1 - 4) en element mute-
Performance
playmode
Performance
editmode
Master playmode Zoneselectie
Master editmode Zoneselectie
Sequence
playmode
mixingmode
zendkanaal van het
toetsenbord
instelling (9 - 12)
Instelling van het
zendkanaal van het
toetsenbord
Performance partselectie (1 - 4)
(1 - 4)
(1 - 4)
Mixing partselectie Mixingpart mute-
Als [MUTE]
—Voiceselectie
Performancepart
mute-instelling
(1 - 4)
—Masterselectie, volgens
Zonemuteinstelling (1 - 4)
instelling
aan is
Als zowel
[TRACK SELECT]
als [MUTE] aan is
volgens de groepen
A - H
—
Performance- of voiceselectie (als de cursor
op de voicenaam staat),
volgens de groepen
A - H
de groepen
A - H
—
—
1
2
3
6
7
Performance playmode (Quick Edit)
243@
1
Performance editmode
)
2!43@
1
9
8
7
99)
)
)
9
30
Basisbediening
Loading...
+ 107 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.