Yamaha AN200 User Manual [nl]

Nederlandstalige
Handleiding
NEDERLAND / THE NETHERLANDS
• Dit apparaat bevat een lithium batterij voor geheugen back-up.
• This apparatus contains a lithium battery for memory back-up.
• Raadpleeg uw leverancier over de verwijdering van de batterij op het moment dat u het apparaat aan het einde van de levensduur afdankt of de volgende Yamaha Service Afdeling:
Yamaha Music Nederland Service Afdeling Clarissenhof 5b, 4133 AB VIANEN
• For the removal of the battery at the moment of the disposal at the end of the service life
• Gooi de batterij niet weg, maar lever hem in als KCA.
• Do not throw away the battery. Instead, hand it in as small chemical waste.
Tel. 0347-358040
please consult your retailer or Yamaha Service Center as follows:
Yamaha Music Nederland Service Center Address : Clarissenhof 5b, 4133 AB VIANEN Tel : 0347-358040
(lithium disposal)
2
SPECIALE MEDEDELINGEN
Dit product heeft batterijen of een externe spanningsvoorziening nodig (adapter). Sluit dit product NIET aan op een andere spanningsvoorziening of adapter dan in de handleiding wordt beschreven, dan op het naamplaatje staat of die speciaal wordt aanbevolen door Yamaha.
WAARSCHUWING:
iemand over het netsnoer of aangesloten kabels kan lopen, erop kan stappen of er iets overheen kan rollen. Het gebruik van een verlengsnoer wordt niet aanbevolen! ALS u toch een verlengsnoer moet gebruiken, dan is de minimum draaddoorsnede voor een snoer van 8 meter (of minder ) 18 AWG. OPMERKING: Des te lager het AWG nummer, des te groter het stroomdoorlatend vermogen. Raadpleeg voor langere verlengsnoeren een plaatselijke elektriciën.
Dit product mag alleen gebruikt worden met de bijgeleverde componenten of een kar, rek of standaard die speciaal wordt aanbevolen door Yamaha. Als een kar, of iets dergelijks, wordt gebruikt, neem dan alstublieft alle veiligheidsmarkeringen en instructies die het product vergezellen, in acht.
Plaats dit product niet op een plaats waar
SPECIFICA TIES ONDERHEVIG AAN WIJZIGINGEN:
Wij menen dat de informatie die deze handleiding bevat juist is op het moment van drukken. Yamaha houdt zich echter het recht voor de specificaties te veranderen of aan te passen, zonder kennisgeving en zonder de verplichting reeds bestaande modellen daar aan aan te passen.
Dit product, alleen of in combinatie met een versterker en hoofdtelefoon of luidsprekers, kan in staat zijn geluidsniveaus v oort te brengen die tot permanente gehoorbeschadiging kunnen leiden. Gebruik GEEN hoge of onaangename volumeniveaus gedurende een langere tijd. Mocht u gehoorbeschadiging of oorsuizen ervaren, dan kunt u het best contact opnemen met een KNO-arts of gehoordeskundige. BELANGRIJK: Des te harder het geluid, des te korter de tijd die nodig is om tot gehoorbeschadiging te leiden.
Sommige Yamaha producten zijn voorzien van banken en/of accessoire bevestigings montagebeugels die of zijn bijgele v erd of als optionele accessoire leverbaar zijn. Sommige hiervan zijn zo ontworpen dat ze door de dealer moeten worden gemonteerd of geïnstalleerd. Zorg er alstublieft voor dat banken stabiel zijn en e v entuele optionele bevestigingen (waar toepasbaar) goed be vestigd zijn V OOR gebruik. Door Yamaha geleverde banken zijn uitsluiten ontworpen om op te zitten. Ander gebruik wordt afgeraden.
MERK OP:
Servicekosten die worden gemaakt vanwege een gebrek aan kennis over de werking van een functie of effect (als het apparaat op de daarvoor ontworpen wijze werkt) vallen niet onder de fabrieksgarantie en komen derhalve v oor rekening van de gebruiker. Bestudeer daarom deze handleiding zorgvuldig en raadpleeg uw dealer voordat u om service verzoekt.
Kennisgeving batterij:
Dit product KAN een kleine niet oplaadbare batterij bevatten die (indien van toepassing) vastgesoldeerd zit. De gemiddelde levensduur van zo’n batterij is ongeveer vijf jaar. Als vervanging noodzakelijk wordt, neem dan contact op met gekwalificeerd service personeel om de vervanging uit te voeren.
Dit product kan ook werken met een normaal gangbaar type batterij. Enkele daarvan kunnen oplaadbaar zijn. V erge wis u ervan dat de op te laden batterij inderdaad oplaadbaar is en dat de oplader geschikt is voor het desbetreffende type batterij.
Als u batterijen plaatst, gebruik dan nooit oude en nieuwe batterijen en verschillende soorten batterijen door elkaar. De batterijen MOETEN juist worden geplaatst. Niet overeenkomende soorten of foutieve plaatsing kunnen leiden tot oververhitting en scheuren van de batterijbehuizing.
Waarschuwing:
Probeer geen enkele batterij uit elkaar te halen of te doorboren. Houd alle batterijen bij kinderen vandaan. Zorg dat lege batterijen niet bij het normale afval komen, maar zorg dat ze zo spoedig moge­lijk als Klein Chemisch Afval worden ingeleverd. Opmerking: Informeer bij een willekeurige leverancier van batterijen in uw omge­ving naar informatie over de verwijderingsvoorschriften voor batterijen.
Opmerking over verwijdering:
Als u dit product weg wilt doen omdat het kapot is en niet meer gemaakt kan worden of omdat het apparaat aan het eind van zijn bruikbare levensduur is, vergewis u er dan van wat de wettelijke regelingen op dat moment zijn voor het verwijderen van producten die lood, batterijen, plastics, etc. be vatten. Als uw le verancier u daar­mee niet kan helpen, neem dan alstublieft direct contact op met Yamaha.
POSITIE NAAMPLAATJE:
Het naamplaatje bevindt zich aan de onderzijde van het product. Het modelnummer, serienummer, vereisten voor de spanningsvoorziening, enz., bevinden zich op dit plaatje. Het is verstandig om het modelnummer, het serienummer en de aankoopdatum in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren en deze handleiding als een permanente aantekening van uw aankoop te bewaren.
Model
Serienummer
MILIEU ZAKEN:
Yamaha streeft ernaar om producten te maken die zowel veilig als milieuvriendelijk zijn. Wij menen oprecht dat onze producten en de gebruikte productiemethodes aan deze doelstellingen voldoen. Om ons zowel aan de letter als de geest van de wet te houden, willen wij dat u zich bewust bent van de volgende zaken:
Aankoopdatum
BEWAAR DEZE HANDLEIDING ALSTUBLIEFT
(onderkant)
92-BP
3
VOORZORGSMAATREGELEN
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDER GAAT
* Bewaar deze voorzorgsmaatregelen op een veilige plaats voor eventuele latere bestudering.
WAARSCHUWING
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat u gewond raakt of zelfs sterft als gevolg van elektrische schokken, kortsluiting, schade, brand of andere gevaren. De maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot het volgende:
• Open het instrument niet, haal de interne onderdelen niet uit elkaar en modificeer het instrument niet. Het instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Als het instrument stuk schijnt te zijn, stop dan meteen met het gebruiken van het instrument en laat het nakijken door gekwalificeerd Yamaha service personeel.
• Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het niet in de buurt van water of onder natte of vochtige omstandigheden en plaats geen voorwerpen op het instrument die vloeistoffen bevatten die in de openingen kunnen vallen.
• Als het snoer van de adapter beschadigd is of stuk gaat, of als er plotseling geluidsverlies in het instrument optreedt, of als er plotseling een ongewone geur of rook uit het instrument komt, moet u het instrument
onmiddellijk uitzetten, de stekker uit het stopcontact halen en het instrument na laten kijken door gekwalificeerd Yamaha service personeel.
• Gebruik alleen de aanbevolen adapter (PA-3B of een gelijkwaardige door Yamaha aanbevolen). Gebruik van een verkeerde adapter kan oververhitting of defecten aan het instrument veroorzaken.
• Haal altijd de stekker uit het stopcontact voordat u het instrument schoonmaakt. Haal/steek nooit een stekker uit/in het stopcontact met natte handen.
• Controleer de stroomstekker regelmatig en verwijder stof en vuil dat zich erop verzameld heeft.
PAS OP :
Volg altijd de algemene voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om eventuele lichamelijke verwondingen aan u of anderen te voorkomen, of beschadiging aan andere instrumenten of bezittingen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot het volgende:
• Plaats de adapterkabel niet in de buurt van warmtebronnen zoals kachels of radiatoren. Verbuig of beschadig het snoer niet, plaats er geen zware voorwerpen op en leg het niet op een plaats waar mensen er over kunnen struikelen of er voorwerpen over kunnen rollen.
• Als u de stekker uit het instrument of het stopcontact haalt, moet u altijd aan de stekker trekken, nooit aan het snoer.
• Sluit het instrument niet aan op een stopcontact via een verdeelstekker. Dit kan resulteren in een verminderde geluidskwaliteit of oververhitting van het stopcontact.
• Haal de adapter uit het stopcontact als u het instrument niet gebruikt, of gedurende een elektrische storm (b.v. onweer).
• Voordat u het instrument aansluit op andere elektronische componenten moet u alle betreffende apparatuur uitzetten. Voordat u alle betreffende apparatuur aan- of uitzet, moet u alle volumes op het minimum zetten. Voer de volumes van alle componenten, na het aanzetten, geleidelijk op tot het gewenste luisterniveau.
• Stel het instrument niet bloot aan extreme schokken of stof, extreme kou of hitte (zoals in direct zonlicht, bij de verwarming, of in de auto gedurende de dag) om vervorming van het paneel of schade aan de interne elektronica te voorkomen.
• Gebruik het instrument niet in de buurt van andere elektrische producten zoals televisies, radio’s of luidsprekers, aangezien dit interferentie kan veroorzaken die de prestaties van de andere apparatuur kan beïnvloeden.
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het per ongeluk kan omvallen.
• Haal, voordat u het instrument verplaatst, alle kabels en de adapter los.
• Gebruik bij het schoonmaken van het instrument een zachte droge doek. Gebruik bij het schoonmaken geen verfverdunners (b.v. thinner), oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemische schoonmaakdoekjes. Plaats ook geen vinylen, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, want dit kan verkleuring veroorzaken.
• Leun niet op en plaats geen zware voorwerpen op het instrument, ga voor­zichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument niet te lang op een hoog of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan veroorzaken. Als u gehoorbeschadiging of suizen in uw oor constateert, neem dan con­tact op met een KNO-arts of gehoordeskundige.
DE BACKUP BATTERIJ VERVANGEN
• Dit instrument bevat een niet oplaadbare interne backup batterij die ervoor zorgt dat, zelfs als de stroom uit is, de interne gegevens opgeslagen blij­ven. Als de backup batterij vervangen moet worden, dan zal de boodschap "Err1" in het display verschijnen. Sla, als dit gebeurt, onmiddellijk uw gegevens op (met gebruikmaking van een extern apparaat, zoals de diskette-gebaseerde Yamaha MIDI Data Filer MDF3), en laat vervolgens gekwalificeerd Yamaha service personeel de backup batterij vervangen.
• Probeer niet zelf de backup batterij te vervangen, om zodoende mogelijke ernstige ongelukken te voorkomen. Laat de backup batterij altijd door gekwalificeerd Yamaha service personeel vervangen.
• Leg de backup batterij nooit op een plek waar een kind bij kan komen, aan­gezien een kind de batterij per ongeluk kan inslikken. Raadpleeg direct een arts als dit gebeurt.
GEBRUIKERS GEGEVENS OPSLAAN
• Bewaar alle gegevens op een extern apparaat, zoals de Yamaha MIDI Data Filer MDF3, om verlies van belangrijke gegevens, door een niet goede werking of een gebruikersfout, te voorkomen.
Yamaha kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade, veroor­zaakt door oneigenlijk gebruik of modificaties aan het instrument, of gegevens die verloren zijn gegaan.
Zet het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
(3)-6
4
Gefeliciteerd en bedankt voor de aankoop van de Yamaha AN200 Desktop
Control Synthesizer!
De AN200 is een gecombineerde toongenerator en sequencer met een enorme hoeveelheid sonische kracht en real-time performance besturing in een exceptioneel compacte en gemakkelijk te gebrui­ken “desktop” verpakking. Het is, als één van de instrumenten van de Loopfactory groep, een gereedschap van verbazingwekkend hoge kwaliteit en veelzijdigheid voor loop-gebaseerde muziek productie. Gebruik het op uw gigs, als deel van uw DJ setup — of als uw geheime wapen in uw studio arsenaal.
Met achttien knoppen en een heleboel schakelaars, waarvan er vele “dedicated” zijn — dit betekent dat een regelaar specifiek is en ALLEEN dat doet wat zijn naam aangeeft — is de AN200 een droom voor elke synthesizer freak.
Het Analog Physical Modeling synthese systeem geeft de ongelofelijk rijke en kolossale analoog-lijkende Voices van de AN200 kracht. Het bevat niet alleen dezelfde vertrouwde oscillator, filter en andere geluid-vormende regelaars die op traditionele analoge synthesizers gevonden wordt— het geeft u het gehele spectrum van warme, vette, en pittige geluiden waardoor die legendarische instrumenten beroemd werden.
Bespeel de hoge kwaliteit analoge-stijl Voices van de AN200 met volledige 5-noot polyfonie — via het ingebouwde toetsenbord of via een MIDI apparaat. Gebruik de ingebouwde 16-staps sequencer om uw eigen synth en ritme sequences te creëren. En verhoog de kracht van de alle-eigenschappen bevattende AN200 Editor op uw computer — om gebruik te maken van ALLE verbazingwekkende sonische kracht die de AN200 te bieden heeft.
Er bevindt zich een heleboel belangrijke, nuttige informatie op deze bladzijden. Lees dus zorg­vuldig deze handleiding door — en maak optimaal gebruik van uw geavanceerde nieuwe AN200.
Paklijst
De volgende items zijn met uw AN200 meegeleverd. Controleer of u alles heeft ontvangen wat hier is opgesomd.
• Gebruikers Handleiding
• CD-ROM
• Netadapter*
*Advies over de spanningsvoorziening kan van land tot land variëren. Neem voor ver-
dere details alstublieft contact op met uw dichtsbijzijnde Yamaha dealer.
* De bedrijfsnamen en productnamen in deze Nederlandstalige handleiding zijn de handelsmerken of
geregistreerde handelsmerken van hun respectievelijke bedrijven.
* De in deze handleiding getoonde schermen zijn uitsluitend ter instructie bedoeld en kunnen afwijken van die
op uw instrument.
Deze handleiding is uitsluitend bedoeld om u te helpen zich de bediening van het instrument eigen te maken. Er kunnen derhalve geen rechten aan ontleend worden.
5
Inhoud
Inhoud
Inhoud................................................................ 6
Hoe deze handleiding te gebruiken ................ 8
Paneelregelaars ................................................9
Quick Start Guide ........................................... 11
Parameter Structuur....................................... 12
Toongeneratorsignaalstroom
& effectblokdiagram......... 13
Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 8
Pattern afspelen .....................35
Tip 25 De Gate Time aanpassen....................................35
Tip 26 De toonsoort transponeren.................................36
Tip 27 Swing.................................................................37
Tip 28 Tracks uitschakelen............................................37
Tip 29 Noten tijdens het afspelen uitschakelen.............38
Tip 30 Mixer regelaars — Pan en Volume....................39
Tip 31 Patterns aan de toetsenbord knoppen toewijzen 40
Pattern Basis.......................... 15
Tip 1 Een Pattern spelen............................................. 15
Tip 2 Andere Patterns verkennen ...............................15
Tip 3 Patterns ter plekke verwisselen.........................16
Tip 4 Achterwaarts afspelen.......................................17
Tip 5 De bpm wijzigen............................................... 17
Tip 6 Met de beat rommelen....................................... 18
Tip 7 Dubbele tijd, halve tijd...................................... 18
Hoofdstuk 2
Een song afspelen................... 19
Tip 8 Een song afspelen.............................................. 19
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 9
LFO Modulatie ......................... 41
Tip 32 Het volume moduleren.......................................41
Tip 33 Het filter moduleren...........................................42
Tip 34 De toonhoogte moduleren..................................42
Tip 35 De golfvorm van de LFO wijzigen....................43
Hoofdstuk 10
EG Basis ................................. 46
Tip 36 Het geluid vormgeven met EG ..........................46
Tip 37 Het filter regelen met EG (FEG)........................49
Tip 38 Meer over FEG Depth........................................50
Tip 39 Een negatief gebruik maken — van FEG Depth.51
Het toetsenbord .....................20
Tip 9 Het toetsenbord bespelen .................................. 20
Tip 10 Octaven wijzigen............................................... 20
Tip 11 De ritme track afspelen ..................................... 21
Tip 12 Aanslaggevoeligheid (Velocity)........................ 21
Hoofdstuk 4
Scene Basis ............................22
Tip 13 Scenes verwisselen............................................ 22
Tip 14 Morphing........................................................... 22
Hoofdstuk 5
Effecten.................................. 23
Tip 15 Wat is een Effect? ............................................. 23
Tip 16 Met de effecten spelen ......................................24
Tip 17 Distortion (vervorming).................................... 26
Hoofdstuk 11
Geavanceerde geluidvormende
regelaars ............................... 52
Tip 40 Portamento — het beroemde glijdende
toonhoogte effect. ..............................................52
Tip 41 Metalige geluiden en meer — met FM Depth...53 Tip 42 De golfvormen in evenwicht brengen — VCO 1
en 2.....................................................................54
Tip 43 Noise Level........................................................55
Tip 44 Golfvormen maken — VCO 1 en VCO 2..........55
Tip 45 Vet, vetter en vetst!............................................57
Tip 46 Sync Mode en Sync Pitch..................................58
Tip 47 Uw eigen originele scenes creëren —
en ze opslaan......................................................59
Hoofdstuk 12
Free EG .................................. 60
Hoofdstuk 6
Filter (VCF) .............................. 27
Tip 18 Cutoff en Resonantie......................................... 27
Tip 19 Wilde, wilde filter sweeps — VCF typen.........28
Tip 20 FEG Depth ........................................................30
Hoofdstuk 7
Grondbeginselen ..................... 31
Tip 21 Show Value.......................................................31
Tip 22 Original Value................................................... 32
Tip 23 Paniek! (of “Eh-oh...Wat moet ik nu doen?”)... 33
Tip 24 Factory Reset..................................................... 34
6
Tip 48 Free EG..............................................................60
Tip 49 De lengte van uw Free EG tracks wijzigen........62
Hoofdstuk 13
Pattern Power Tips................. 63
Tip 50 Raak het begin van het Pattern!.........................63
Tip 51 Schud door elkaar, Retrigger en Roll!...............64
Tip 52 Selecteer een voice (Copy Voice)......................65
Tip 53 Een Pattern starten met een andere noot............65
Tip 54 De toonhoogte van een Pattern transponeren ....66
Tip 55 Een Pattern kopiëren (Sequence).......................67
Inhoud
Hoofdstuk 14
Pattern Opname ......................68
Tip 56 Een Pattern wissen — en helemaal opnieuw
beginnen............................................................68
Tip 57 De lead-in (inleiding) van de metronoom instellen. 69
Tip 58 Een Pattern in real time opnemen ..................... 70
Tip 59 Step Opname.....................................................72
Tip 60 Uw nieuwe Pattern opslaan............................... 79
Hoofdstuk 15
Song opname .......................... 81
Tip 61 Een song wissen — en helemaal opnieuw beginnen 81
Tip 62 Een song creëren............................................... 82
Tip 63 Stel de BPM (tempo) in voor uw nieuwe song... 84
Tip 64 Meer song bewerkings-eigenschappen ............. 85
Tip 65 Patterns bij uw song tussenvoegen — Insert Pattern 87 Tip 66 Patterns uit uw song verwijderen —
Delete Pattern.................................................... 88
Tip 67 Uw nieuwe song opslaan................................... 89
Hoofdstuk 16
Snelheidstips voor power users 90
Tip 68 De [DATA] knop met [SHIFT] —
voor grote sprongen!......................................... 90
Tip 69 Gebruik [SHIFT] om een instelling
“vast te houden”................................................91
Tip 70 Gang-bewerking van een groep stappen........... 91
Hoofdstuk 17
Praktische Tips .......................92
Tip 71 De gate tijd aanpassen met de [DATA] knop ... 92 Tip 72 De toonhoogte aanpassen met de [DATA] knop 92
Tip 73 De toonhoogte met het toetsenbord wijzigen....93
Tip 74 Stotter fill-in 1................................................... 94
Tip 75 Stotter fill-in 2................................................... 94
Tip 76 Stotter fill-in 3................................................... 95
Tip 77 Patterns toewijzen voor uw gig......................... 95
Tip 78 Akkoordprogressies met behulp van Pattern
Assign................................................................ 95
Hoofdstuk 19
Master Class 2 — Geavanceerde muziek productie 103
Tip 86 De AN200 bespelen als een synthesizer..........103
Tip 87 Naar een sequencer opnemen ..........................104
Tip 88 AN200 knop bewegingen naar een sequencer
opnemen...........................................................105
Tip 89 De AN200 vanaf een computer bewerken.......106
Tip 90 MIDI sequencerbesturing —
Start, Continue, Stop........................................107
Tip 91 Patterns en songs opslaan naar een MIDI data
filer...................................................................108
Tip 92 Uw opgeslagen Patterns en Songs terug laden 109
Appendix
Functie Index .................................................110
Over de bijgeleverde CD-ROM .....................112
Specificaties...................................................114
Foutmeldingen...............................................114
Problemen oplossen.....................................115
Analog Physical Modeling Synthese
en de AN200............................................116
MIDI Data Format....................................118AH*
MIDI Implementatie tabel .......................139AH*
Ritme Track Instrumenten Lijst.............140AH*
Pattern Overzicht....................................141AH*
Hoofdstuk 18
Master Class 1 — Op het podium 96
Tip 79 Sync de AN200 met uw sequencer ................... 96
Tip 80 De MIDI kanalen wijzigen................................97
Tip 81 Loopfactory setup — met de SU200................. 98
Tip 82 Loopfactory sync systeem — met de DX200... 99
Tip 83 Loopfactory sampling ..................................... 100
Tip 84 Volledig DJ systeem — met draaitafel en al! . 101
Tip 85 Loopfactory megasetup — met MIDI Thru.... 101
AH* Pagina verwijzingen met AH* verwijzen naar de
pagina’s in de originele engelse
gebruikershandleiding, die met het product
wordt meegeleverd.
7
Hoe deze handleiding te gebruiken
Hoe deze handleiding te gebruiken
Hoe u een handleiding moet GEBRUIKEN? Klinkt nogal voor de hand, geven we toe. (“Open het en lees het.”) Hier gaat ie dan:
1 Ga direct naar de Quick Start Guide.
Deze vertelt u eenvoudig en duidelijk hoe u uw nieuwe AN200 moet instellen en er geluid uit kunt krijgen.
2 Werk de 92 tips door.
Dit zijn praktische, no-nonsens toepassingen die u in staat stellen de machine werkelijk te GEBRUIKEN.
Zet, als dit uw eerste toongenerator of synthesizer is, de AN200 aan, open de handleiding bij Tip 1, en ga daar verder. Zie het als een spel — hoe meer tips u doorwerkt, hoe beter u de machine zult kennen, en hoe sneller u uw doel zult bereiken om een echte synth wizard te worden. Besteed speciale aandacht aan de Power Hints die overal te vinden zijn — ze zijn fantastisch voor verder onderzoek.
Als u vele jaren ervaring heeft met analoge synthesizers, en alles weet over cutoff frequentie, resonantie, pulsgolfvormen, amplitude modulatie, LFOs, VCOs, EGs, en MIDI — en zelfs als u hexadecimaal droomt — kijk de tips toch maar vluchtig door. Er is ongetwijfeld interessant en nuttig materiaal aanwezig, ongeacht het niveau van uw deskundigheid. Zie de Tech Talk kaders, als u snel toepasselijke info nodig heeft.
3 Zie de Appendix, indien nodig.
Ook een heleboel nuttige, en geschikte informatie in deze sectie. Ga, als iets niet volgens verwachting werkt, naar van de synthesizer van de AN200, u niet zeker weet waar u voor hulp moet zoeken maar een sleutelwoord in gedachten heeft, de (blz. 6) of bekijk de
Problemen oplossen (blz. 115). Zie, als u een helder, en beknopte uitleg wilt over de werking
Analog Physical Modeling Synthese en de AN200 (blz. 116). Zie, als
Inhoud
Functie Index (blz. 110).
Veel plezier!
8
Paneelregelaars
Paneelregelaars
Hoofd Voice
Besturing Toetsenbord
Hier volgt een sneller manier om vertrouwd te raken met uw AN200! Het voor (of boven) paneel van de AN200 kan ruwweg in vier secties worden onderverdeeld: Hoofd, Besturing, Voice, en Toetsenbord. Neem de regelaars hier door en controleer de respectievelijke Tips voor meer informatie.
OPMERKING
De Tip verwijzingen van elke regelaar hebben niet de intentie uitgebreid te zijn. Ze geven of de eerste (of voornaamste) Tip waar de regelaar betrekking op heeft, of de groep van Tips die het meest aan elkaar gerelateerd zijn.
9
10
Paneelregelaars
Hoofd
Dit zijn de basis regelaars van de AN200 — voor het ver­anderen van modes, het wijzigen van waarden, het verla­ten van functies, enzovoorts.
Display en indicators
[SONG] .................................. Tips 8, 62
[PATTERN].....................................Tip 1
[DATA] knop ............................ Tips 2, 68
[SHOW VALUE] ....................... Tips 21, 22
[STORE]........................... Tips 47, 60, 67
[EXIT]......................................... Tip 23
Voice
Deze regelaars zijn bedoeld voor het bewerken en wijzigen van het geluid van de Voices.
[SCENE] ................................Tips 13, 14
[FREE EG] ..............................Tips 48, 49
[VOLUME]
[LFO]................................... Tips 32 - 35
[EG] .................................... Tips 36 - 39
[DIST].........................................Tip 17
[COMMON]...................................Tip 45
[VCO 1] .......................................Tip 44
[SYNC]........................................Tip 46
[VCO 2] .......................................Tip 44
[EFFECT/MIXER] ................. Tips 15, 16, 30
[PORTAMENTO] .............................Tip 40
[FM DEPTH] ................................. Tip 41
[NOISE LEVEL] ..............................Tip 43
[VCF]................................... Tips 18 - 20
Besturing
Deze knoppen zijn hoofdzakelijk aan de Patterns gerelateerd — vooral voor het besturen van opname- en afspeel-handelingen.
Start/Stop ......................................Tip 1
[TAP] ...........................................Tip 5
Record ....................... Tips 48, 50, 58, 59
[SWING] ................................ Tips 6, 27
[REVERSE].............................. Tips 4, 25
[SHIFT]................................. Tips 68, 69
[OCT <<] ............................... Tips 10, 62
[OCT >>] ............................... Tips 10, 62
[KEYBOARD] ........................... Tips 9, 26
[PATTERN SELECT]........... Tips 3, 31, 77, 78
[SYNTH TRACK]............................. Tip 28
[RHYTHM TRACK] .......................... Tip 28
Toetsenbord
De toetsenbord sectie heeft verscheidene hoofd functies:
• De voices afspelen .................. Tips 9, 86
• Patterns selecteren..... Tips 2, 3, 31, 77, 78
• De sequence stappen besturen
..................................... Tips 29, 58, 59
• Functies en handelingen selecteren
. Tips 28, 51 – 57, 59, 61, 65, 66, 79, 80, 85, 90 – 92
Quick Start Guide
Quick Start Guide
Als u eenmaal de AN200 uit de doos heeft uitgepakt en gecontroleerd heeft of alle meegeleverde items inder­daad aanwezig zijn, dan is het de tijd om alles in te stellen en te gaan spelen.
1 Draai de VOLUME regelaar helemaal naar beneden naar het minimum.
2 Sluit de OUTPUT aansluitingen (L/MONO en R) aan op de ingangen van
uw recorder/mixer/versterker.
Gebruik, als u een mono systeem gebruikt, alleen de L/MONO aansluiting. Als u een hoofdtelefoon gebruikt, dan kunt u deze aansluiten op de PHONES aansluiting.
AN200
Stopcontact
Recorder
DC IN OUTPUT
PHONES
Net
Adapter
Hoofdtelefoon
Mixer
Versterker
of
of
3 Sluit de meegeleverde netadapter aan — eerst, één uiteinde in de DC IN
aansluiting, vervolgens het andere in een stopcontact.
4 Zet de stroom aan met behulp van de spanningsschakelaar op het
achterpaneel. Zet vervolgens de stroom van uw recorder/mixer/ versterker aan.
OPMERKING
De AN200 heeft een korte tijd nodig om “op te warmen” na te zijn aangezet – ongeveer 20 seconden. Uw AN200 is, na beëindiging van de opstart routine, speelklaar.
5 Druk op de Start/Stop knop op de AN200 om een Pattern te starten en
draai langzaam de VOLUME regelaar omhoog, tot een geschikt niveau.
Druk, om het Pattern te stoppen, eenvoudig nogmaals op de Start/Stop knop.
En klaar is kees. Ga nu naar de Tips en begin met spelen!
11
Parameter Structuur
Parameter Structuur
Dit diagram laat de structuur en hiërarchie zien van de Songs, Patterns en Voices van de AN200. Raadpleeg, als u met de AN200 werkt en zijn verscheidene functies en eigenschappen ontdekt, dit diagram opnieuw om te zien hoe alle stukjes van de puzzel in elkaar passen.
Pattern Selectie Setup
User Pattern 128
Preset Pattern 1
Sequence
Synth Track
Step
Synth Voice
Pan Wet Vol
16
1
LFO EG enz.
Free EG
Rhythm Track 1
Step
16
1
Rhythm Voice 1
Cutoff Resonance
Rhythm Track 2
Step
16
1
Rhythm Voice 2
Cutoff Resonance
Rhythm Track 3
Step
16
1
Rhythm Voice 3
Cutoff Resonance
BPM Beat Swing
Effect
Type Param
256 Preset Patterns
128 User Patterns
Systeem
Gate Time Reverse
12
Song 10
Song 1
Maat 1
Pattern Nr. Pitch Offset
Beat Swing Gate Time Reverse Track Mute
Maat 2
Pattern Nr. Pitch Offset
Beat Swing Gate Time Reverse Track Mute
10 User Songs
Maat 256
Pattern Nr. Pitch Offset
Beat Swing Gate Time Reverse Track Mute
Toongeneratorsignaalstroom & effectblokdiagram
Toongeneratorsignaalstroom & effectblokdiagram
Effect sectie
Out
Synth track Distortion EQ
Rhythm track 1
Rhythm track 2
Rhythm track 3
OPMERKING
De EQ bewerking is slechts toegankelijk via de Editor software van de AN200.
13
Dit is GEEN gebruiksaanwijzing!
Dit is GEEN gebruiksaanwijzing!
Tenminste, geen gewone. Maar, de AN200 is ook weer geen gewoon
Tenminste, geen gewone. Maar, de AN200 is ook weer geen gewoon
instrument. Het zit vol met spannende, krachtige, en toch gemakkelijk te
instrument. Het zit vol met spannende, krachtige, en toch gemakkelijk te
gebruiken eigenschappen die u complete, praktische sonische besturing bie-
gebruiken eigenschappen die u complete, praktische sonische besturing bie-
den — plus duizenden dynamische real-time functies die uw live
den — plus duizenden dynamische real-time functies die uw live
uitvoeringen een extra dimensie geven!
uitvoeringen een extra dimensie geven!
Met alle digitale kracht onder deze kleine motorkap, is de AN200 een
Met alle digitale kracht onder deze kleine motorkap, is de AN200 een
verbluffend nieuw instrument voor de toekomst. Toch biedt het u ook het
verbluffend nieuw instrument voor de toekomst. Toch biedt het u ook het
beste van de oude analoge wereld — kijk maar naar al die knoppen om
beste van de oude analoge wereld — kijk maar naar al die knoppen om
effecten aan uw geluid toe te voegen en uw geluid te tweaken!
effecten aan uw geluid toe te voegen en uw geluid te tweaken!
We weten dat u niet van het lezen van manuals houdt. Maar u bent het aan
We weten dat u niet van het lezen van manuals houdt. Maar u bent het aan
uzelf verplicht om een kijkje te nemen in de collectie aan te gekke tips. Ze
uzelf verplicht om een kijkje te nemen in de collectie aan te gekke tips. Ze
laten u zien hoe u in de kortst mogelijke tijd het meest uit uw nieuwe AN200
laten u zien hoe u in de kortst mogelijke tijd het meest uit uw nieuwe AN200
kunt halen.
kunt halen.
Het is alsof een ervaren programmeur u bij de hand neemt en u wegwijs
Het is alsof een ervaren programmeur u bij de hand neemt en u wegwijs
maakt, waarbij hij u alle truuks en technieken laat zien, zodat u zelf een
maakt, waarbij hij u alle truuks en technieken laat zien, zodat u zelf een
meester van het instrument kunt worden. Deze tips leiden u van de kale
meester van het instrument kunt worden. Deze tips leiden u van de kale
basis, naar de geavanceerde krachtige tips die u in staat stellen vette gelui-
basis, naar de geavanceerde krachtige tips die u in staat stellen vette gelui-
den en trendy tracks ter plekke naar buiten te pompen — in geen geval saai!
den en trendy tracks ter plekke naar buiten te pompen — in geen geval saai!
Dus aan de slag …
Dus aan de slag …
14
Hoofdstuk 1
Pattern Basis
Start hier uw synthesizer leerschool. U zult in deze sectie leren hoe u Patterns moet spelen, en hoe u enkele van de krachtige gereedschappen van de AN200 kunt gebruiken om het geluid tijdens het afspelen te wijzigen.
1
Hier begint alle lol — met de voor-geprogrammeerde Patterns.
Druk slechts op de Start/Stop knop, en luister naar het spelen van het Pattern. Het Pattern herhaalt zich (loopt) totdat u nogmaals op de knop drukt om het te stoppen.
Wat zijn Patterns precies?
De Patterns zijn de basis muzikale bouwblokken van de AN200 — ze bieden een instrumentaal geluid (ook wel een “Voice” genoemd), plus een zich herhalende (looping) frase die deze Voice gebruikt.
Deze vooraf-opgenomen Patterns geven u de ritmische en melodische fundering die u nodig heeft voor het samenstellen van tracks — in uw eigen opname of in een opvoering. Houd in gedachte dat u ook uw eigen Patterns kunt creëren. (Zie blz. 68.)
Een Pattern spelen
Pattern Mode
Selecteer de Pattern mode door op de [PATTERN] knop te drukken. De letter “P” in het display geeft de Pattern mode aan.
2
De AN200 biedt in totaal 256 speciaal voor-geprogrammeerde Patterns. Probeer enkele hiervan nu uit. Gebruik de [DATA] knop om een andere Pattern te selecteren. Merk op hoe het Pattern nummer in het
display wijzigt. Druk vervolgens op de Start/Stop knop om het Pattern af te spelen.
U kunt Patterns ook tijdens het afspelen wijzigen! Draai aan de [DATA] knop terwijl het Pattern speelt — het nieuwe Pattern begint onmiddellijk te spelen nadat de voorgaande beëindigd is.
Andere patterns verkennen
Houd in gedachte dat u Voices niet zonder de Patterns kunt selecteren. Selecteer, als u een bepaalde Voice wilt beluisteren, het Pattern dat die Voice bevat. U kunt die Voice naar een andere Pattern kopiëren; zie Tip 52.
15
Hoofdstuk 1 Pattern Basis
3
Probeer het nu op te bouwen. De AN200 stelt u in staat Patterns zo gemakkelijk te wijzigen als het drukken op een knop...
Dankzij de Pattern Select functie, kunt u Patterns in real time, vanaf het toetsenbord, aan elkaar koppelen— terwijl u speelt.
Selecteer een Pattern, en druk vervolgens op [PATTERN SELECT].
Start het Pattern. Druk, terwijl het Pattern speelt, op één van de knoppen op het toetsenbord (behalve 1, 4, en 8).
Patterns ter plekke verwisselen
De knop licht op.
Vermijd deze toetsen — ze zullen het Pattern niet wijzigen.
Merk op hoe een nieuw Pattern begint te spelen, zodra het voorgaande beëindigd is. Dit is een fantastische manier om verscheidene Patterns in een live opvoering aan elkaar te rijgen — en uw eigen songs ter plekke te creëren. U kunt ook, als u het wilt, de toetsen gebruiken om een Pattern te selecteren, voordat het afspelen gestart is.
• Herhalingen
Druk niet, tenzij u hetzelfde Pattern meerdere malen wilt herhalen, meer dan één keer op een knop op het toetsenbord. U kunt, anderzijds, snel de Pattern sequence voor een gehele song programmeren als u dat wilt, zonder te hoeven wachten op het afspelen van elke Pattern. De AN200 onthoudt alle knoppen die u indrukt en hoe vaak u ze indrukt, en speelt de Patterns automatisch af, zoals u ze geprogrammeerd heeft — met herhalingen en al.
• Andere octaven, meer Patterns
Gebruik, vóór het starten van het Pattern, de [OCT <<]/[OCT >>] knoppen om het octaaf-bereik van de toetsen te wijzigen. Hierdoor kunt u andere Patterns selecteren!
• Wijs ze aan uzelf toe
De Pattern-aan-toets toewijzingen zijn voor u gemaakt. U kunt, echter, uw eigen toewijzingen maken, en de Patterns die u wilt gebruiken dicht bij elkaar zetten voor een gemakkelijke toegang. (Zie blz. 40.)
16
17
Hoofdstuk 1 Pattern Basis
4
De Reverse (Achteruit) functie stelt u in staat het Pattern compleet om te draaien, en alle noten achterwaarts af te spelen.
Druk, voordat u het Pattern start (of tijdens het afspelen, als u dat wilt), eenvoudig op de [REVERSE] knop.
5
Probeer, nu dat u een Pattern afspeelt, zijn snelheid te wijzigen. (Dit wordt ook wel “bpm” genoemd — beats per minute.) De AN200 biedt u twee manieren aan om dit te doen — de snelheid handmatig intikken, of de [DATA] knop gebruiken om het aan te passen.
Achterwaarts afspelen
De bpm wijzigen
1 Tik drie of vier keer op de [TAP] knop met de gewenste snelheid.
1
2
3
De nieuwe bpm wordt in het display getoond. De [TAP] knop en het BPM lampje knipperen in de maat.
2 Pas, als u dat wilt, de BPM aan door aan de [DATA]
knop te draaien.
BPM
3 Druk op de Start/Stop knop om het Pattern met de
nieuwe bpm te starten.
U kunt de bpm ook wijzigen terwijl het pattern speelt. Start, om dit te doen, eenvoudig het Pattern vóór stap 1 hiervoor.
Bepaalt de snelheid of het tempo van een Pattern.
Werking
Gebruik de [TAP] knop om het tempo in te tikken; pas dit dan aan met de [DATA] knop. Of houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [TAP/BPM]; gebruik vervolgens de [DATA] knop.
Bereik
20,0 — 300,0 bpm
Hoofdstuk 1 Pattern Basis
6
Er is meer dan één manier om met het ritme te rommelen. De AN200 geeft u in feite een vrachtauto vol met manieren waarop u uw beats kunt verstoren en ontleden. Één van deze is de (toepasselijk genaamde) Beat functie.
U komt deze regelaar opnieuw tegen als u uw eigen Patterns opneemt. Maar laten wij eens zien hoe u het nu kunt gebruiken om de feel van een Pattern te wijzigen, terwijl het daadwerkelijk speelt...
1 Selecteer een Pattern en start het door op de Start/Stop knop te drukken.
2 Houd, terwijl het Pattern speelt, [SHIFT] ingedrukt en druk op [SWING] (BEAT).
De Beat is nu opgeroepen en klaar voor gebruik, dus draai aan de [DATA] knop om de instelling te wijzigen.
U kunt, aan de hand van het aantal oplichtende knopjes, bepalen hoe het Pattern beïnvloed wordt. Als het is ingesteld op “16 stap knopjes op en alle 16 stappen worden normaal afgespeeld. Wijzig de instelling naar “12 Pattern niet alleen langzamer speelt maar ook anders “aanvoelt”. Wijzig Beat in “8 helft van het originele Pattern van 16 stappen, en het speelt, natuurlijk, met de helft van de snelheid.
Met de beat rommelen
,” dan lichten alle 16
,” en de stappen 13 - 16 vallen uit. Merk op dat het
,” en alleen de stappen 1 - 8 zullen afgespeeld worden. Dat is de
Beat
Bepaalt het aantal stappen in het geselecteerde Pattern voor afspelen: 16, 12, of 8. Houd, om dit in te stellen, [SHIFT] ingedrukt en druk op [SWING], en gebruik vervolgens de [DATA] knop.
Bereik
16, 12, 8 stappen
18
7
Hier volgt een indrukwekkende manier om direct de snelheid van een Pattern te verdubbelen — of met de helft te vertragen.
Houd eenvoudig [SHIFT] ingedrukt en druk op de [OCT <<] knop — net voordat het Pattern begint — om de bpm met 1/2 te verlagen. De eerste helft van het Pattern speelt met de nieuwe snelheid, voordat het naar de originele snelheid terugkeert.
Houd, om de bpm te verdubbelen, [SHIFT] ingedrukt en druk op de [OCT >>] knop, net vóór het begin van het Pattern. Het Pattern speelt tweemaal af met de nieuwe snelheid, en keert dan naar de normale snelheid terug.
Dubbele tijd, halve tijd
Hoofdstuk 2
De letter S geeft de Song mode aan.
Een song afspelen
De Patterns zijn, zoals reeds eerder gezegd, de basis bouwblokken van de AN200. Maar, wat kunt u ermee bouwen?
Songs! Ons team van expert programmeurs heeft een aantal Songs gecreëerd met de
verscheidene Patterns van de AN200. Probeer ze uit en beluister hoe krachtig en veelzijdig de AN200 kan zijn voor opname van uw eigen materiaal.
8
Laten wij nu eens een Song selecteren en het afspelen.
1 Druk op de [SONG] knop.
2 Selecteer de gewenste Song door aan de [DATA] knop te draaien.
Een song afspelen
3 Druk op de Start/Stop knop om de Song af te spe-
len.
Zie, voor verdere details over Songs, en hoe uw eigen songs te creëren, blz. 81.
Song Mode
Door op de [SONG] knop te drukken wordt de SONG mode geselecteerd.
19
Hoofdstuk 3
Het toetsenbord
De AN200 biedt, klein en compact als het is, ook een toetsenbord van één octaaf voor het spelen en opnemen van de geluiden van het instrument.
9
Het ingebouwde toetsenbord is klein — slechts één octaaf — maar het stelt u in staat alle eigenschappen van de AN200 te gebruiken, zonder een apart toetsenbord te hoeven aansluiten. Probeer het nu uit.
1 Druk op [KEYBOARD].
2 Bespeel het toetsenbord.
De knoppen bieden u een vol octaaf, van C tot C. Houd in gedachte dat de knoppen 1, 4 en 8 hier geen geluid maken — ze maken geen deel uit van de toonladder.
Het toetsenbord bespelen
De knop licht op.
Db (C#) Eb (D#) Gb (F#) Ab (G#) Bb (A#)
C D E F G A B C
10
Natuurlijk is het zo dat één octaaf niet een hoop biedt. Daarom hebben wij gemakkelijke Octaaf knoppen opgenomen, zodat u het octaaf bereik van het toetsenbord desgewenst naar boven of naar beneden kunt verschuiven — snel en gemakkelijk.
1 Druk op [OCT >>], terwijl de [KEYBOARD] knop aan is.
Het display laat “C4 ” zien, waardoor het octaaf aangegeven wordt. (“C
” is normaal.) Bespeel het toetsenbord en luister naar het geluid. Druk,
3
om enkele andere octaaf instellingen uit te proberen, desgewenst op [OCT <<] en [OCT >>] , om het octaaf te verschuiven.
Octaven wijzigen
Octaaf
Bepaalt het octaaf bereik van het ingebouwde toetsenbord. Druk op [OCT <<] of [OCT >>] om dit te wijzigen. (De [DATA] knop kan ook gebruikt worden na het drukken op één van deze knoppen.) Druk tegelijkertijd op beide knoppen om het normale bereik terug te zet­ten. Het kan zijn dat sommige noten niet maximaal zullen klinken.
Bereik
C-2 — C3 (normaal) — C8
20
21
Hoofdstuk 3 Het toetsenbord
11
De AN200 heeft ook een speciaal Ritme track (in feite zijn het er drie.) waarmee u drum, percussie, bas en andere geluiden kunt spelen en opnemen — waardoor u het vermogen krijgt om gemakkelijk uw eigen ultra­hippe beats te creëren. Natuurlijk kunt u al deze geluiden direct spelen vanaf het ingebouwde toetsenbord...
De ritme track afspelen
1 Druk, als de [KEYBOARD] knop brandt, op [RHYTHM TRACK].
De knop licht op.
Druk herhaaldelijk op de knop om tussen de drie Ritme tracks te wisselen: 1, 2 en 3.
2 Bespeel het toetsenbord.
Onthoud — dat u de [OCT <<]/[OCT >>] knoppen kunt gebruiken om het bereik te wijzigen, en een geheel nieuwe set aan verschillende geluiden kunt oproepen. Zie, voor meer details over het gebruik van de Ritme tracks, blz. 140.
12
Alle toetsen van het ingebouwde toetsenbord spelen met een vast ingesteld volume — ongeacht hoe hard of hoe zacht u ze speelt. U kunt echter, dit vast ingestelde volume zelf instellen, en het geluid zo zacht of zo hard maken als u zelf wilt.
Deze aanslaggevoeligheids-instelling bepaalt ook hoe hard de geluiden klinken, als u uw eigen Patterns opneemt tijdens Real-time opname (blz. 70).
Aanslaggevoeligheid (Velocity)
1 Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op knop [16], indien
nodig herhaaldelijk, totdat “<EL” in het display verschijnt.
Aanslaggevoeligheid
Bepaalt de standaard aanslaggevoeligheids­instelling voor het ingebouwde toetsenbord van de AN200. Dit heeft invloed op de luidheid (loudness) van de Synth en Ritme track geluiden, als ze vanaf het toetsenbord gespeeld worden. Het heeft ook invloed op de luidheid van Real-time opgenomen tracks, als het ingebouwde toetsenbord wordt gebruikt om noten op te nemen.
Aanslaggevoeligheid wordt ingesteld in de Utility parameters. Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op knop [16], indien nodig herhaaldelijk, totdat “<EL” in het display verschijnt. Gebruik de [DATA] knop om de waarde te wijzigen.
2 Gebruik de [DATA] knop om de waarde te wijzigen.
Zorg ervoor dat de [KEYBOARD] knop brandt, en probeer verschillende instellingen uit.
Bereik
1 — 127
Hoofdstuk 4
13 Scenes verwisselen
Hier zullen we tussen Scenes wisselen, bijvoorbeeld geluidswijzigingen.
Scene Basis
Scene is één van de meest krachtige en boeiende eigenschappen van de AN200. Het stelt u in staat om twee totaal verschillende geluiden te “morphen” (in elkaar laten overvloeien) — in real time, terwijl het Pattern speelt.
Selecteer en start een Pattern. Druk, terwijl het speelt, op de SCENE [2] knop. Hoort u hoe het geluid verandert? Druk op SCENE [1] om naar het eerste geluid terug te gaan. Probeer dit op de tel te doen, waar­door u ritmisch tussen de twee wisselt.
14 Morphing
Laten we nu eens iets subtieler proberen! Draai, terwijl een Pattern afgespeeld wordt, langzaam vooruit en achteruit aan de [SCENE] knop.
Merk op hoe het geluid geleidelijk aan “morpht” (in elkaar overvloeit) tussen 1 en 2 — in real time terwijl u met de knop werkt! Doe dit synchroon met het ritme en creëer uw eigen verschoven motieven!
Zie, voor meer details over Scene, blz. 59.
22
Hoofdstuk 5
15 Wat is een Effect?
De effecten zijn het laatste element in de geluidsketen — ze zijn het laatste stukje bewerking van het geluid voordat u het hoort.
Deze real-time Effecten — Delay, Flanger, Phaser, Overdrive/Amp — laten u het geluid op wilde en boeiende manieren “verminken”. Ofschoon het niet in de Effect sectie aanwezig is, is er ook een Distortion effect dat u in staat stelt alles, van een warm grommen tot een volop metalige aanslag, toe te voegen.
De Effect regelaars zijn uitzonderlijk eenvoudig en gemakkelijk in gebruik. Het drukken op de [TYPE] knop wijzigt het Effect type, terwijl de [PARAM] en [WET] knoppen u het geluid en de diepte van het Effect laten aanpassen.
Effecten
De effecten van de AN200 zijn meer dan slechts franje — het zijn krachtige middelen waarmee u het geluid kunt omvormen, en uw tracks ov er de top heen kunt tillen.
Wijzigt het Effect type (Delay, Flanger, Phaser, Overdrive/ Amp).
Wijzigt de diepte of de trap van het Effect. Als het op de minimum stand is ingesteld (helemaal naar links), dan kun je het Effect geluid niet horen.
Wijzigt het geluid van het Effect. (Bij elk effect kunt u een andere toetsparameter regelen.)
[WET] knop
Bereik
0 — 127 (Hetzelfde voor alle Effect typen.)
23
Hoofdstuk 5 Effecten
16 Met de effecten spelen
Laten we eens naar elk van de Effecten kijken, en ze proberen toe te passen op het geluid. Stel, voordat u begint, de [WET] knop in op ongeveer 2:00 of 3:00. In het algemeen moet u de knop in deze positie houden. Dit zorgt ervoor dat u
het Effect goed kunt horen. (Tweak het desgewenst op een later tijdstip om de Effect balans aan te passen.)
Probeer nu elk Effect uit, en gebruik dezelfde procedure:
1 Selecteer het Effect type.
Druk op de [TYPE] knop, en gebruik vervolgens de [DATA] knop. Er zijn dertien verschillende typen beschikbaar.
2 De Effect diepte
aanpassen.
Gebruik de [PARAM] knop.
Delay
(Delay 1 — 3)
Delay is een populair effect dat het geluid ritmisch herhaald. Speel een Pattern en selecteer Delay 1 (dLY1). Probeer de [PARAM] knop in te stellen op ongeveer 3:00. Luister hoe het Delay geluid met het originele geluid pulseert om zo een verschillende, complexere en toch “ruimere” feel te creëren. Probeer de andere Delay typen ook uit.
De sleutel tot een effectief gebruik van Delay (zonder woordspelingen) is om synchroon te blijven met het Pattern. Dit is een beetje lastig en vereist enige oefening. Werk langzaam met de [PARAM] knop en luister aandachtig naar de wijzigingen in het ritme. Bedenk dat we het hier niet over “slechte” of “goede” instellin­gen hebben — gebruik uw oren om instellingen te maken die een goed gevoel geven.
Reverb
Reverb (nagalm) (r<rb) is een “verborgen” type binnen de Delay categorie en stelt u in staat om een omringend vernis aan reflecties toe te passen op het geluid. Gebruikt het subtiel, het kan uw tracks warmer maken en natuurlijker laten klinken — alsof ze in een concerthal gespeeld worden. Extremere instellingen kunnen het geluid in reverb drenken en produceren spacy, andere wereldlijke effecten.
24
Probeer dit uit op één van de Patterns. Selecteer en speel het Pattern, en tweak vervolgens de [PARAM] en [WET] knoppen, waardoor u verschillende instellingen uitprobeert, en hoort hoe ze het geluid veranderen. Lagere instellingen resulteren in een kortere reverb tijd alsook een totaal helderder geluid. Hogere instellin­gen produceren een langere reverb tijd en temperen de hoge frequenties ook voor een zachter, gedempter geluid.
Houd in gedachte dat Reverb — net als alle Effecten — op alle tracks, Synth en Ritme 1 - 3 wordt toegepast.
Hoofdstuk 5 Effecten
Flanger
(Flanger 1, 2)
Dit modulatie effect geeft een “zwiepend” of “tunnelachtig” geluid. Speel een Pattern en selecteer Flanger 1 (FLG1).
Draai de [PARAM] knop van minimum naar maximum, en merk op hoe het geluid groeit van een subtiel vegend, metalig geluid — alsof er een straaljager opstijgt — naar een virtuele sonische meltdown zonder toonhoogte.
Chorus
Chorus is een ander modulatie effect (“verborgen” binnen de Flanger categorie) dat een subtiele warmte en diepte aan het geluid toevoegt — ofschoon u ook enkele extreme effecten kunt toepassen.
Probeer Chorus (CHor) uit op een Pattern. Speel wat met de [PARAM] knop, probeer verschillende instel­lingen uit — en luister naar de veranderingen.
Begin met een [PARAM] instelling van 7:00 (minimum). Dit is helemaal geen Chorus modulatie. Verhoog het nu langzaam naar 8:00, en dan naar ongeveer 9:00. Hoort u hoe de modulatie werkt? Klinkt het geluid niet levendiger? Zelfs vetter?
Probeer ook hogere instellingen uit — tot 12:00, en dan weer langzaam terug naar 3:00 en verder. Merk op hoe de toonhoogte op vreemde manieren schommelt — en luister hoe het geluid zelfs opfleurt bij de hoog­ste waarden.
Phaser
(Phaser 1 - 3)
Een ander modulatie Effect, Phaser is vergelijkbaar met Flanger, maar veel subtieler. Phaser is geschikt voor het toevoegen van wat leven, warmte en beweging aan het geluid.
Speel een Pattern en selecteer (PHS1). Stel de [PARAM] knop in op het minimum (0) en draai het geleidelijk omhoog — en luister hoe de modulatie het geluid verbetert. Ga ook naar de andere Phaser typen, voor meer sonische variaties.
Overdrive/Amp
(Amp 1 - 3)
Dit Effect simuleert het overstuurde geluid van een gitaarversterker, en stelt u in staat verscheidene maten van vervorming op het geluid toe te passen. Start een Pattern en probeer Amp 1 (AmP1), en tweak de [PARAM] knop. Merk op hoe de minimum waarden een warm, scherp “knarsend” geluid produceren, terwijl de maximum waarden een vol, heavy metal aanval opleveren.
Probeer alle drie Overdrive/Amp typen uit — de verschillen zijn misschien niet dramatisch, maar ze geven u een verscheidenheid aan warme en krakende effecten om mee te werken. Enkele van de Patterns klinken in het bijzonder goed met een beetje gegrom...
Effect
Effect Type
Maakt het u mogelijk om één van de dertien Effect typen te selecteren voor de verwerking van het geluid van de tracks (Synth en Ritme 1 - 3). Druk op de [TYPE] knop, en gebruik vervolgens de [DATA] knop.
Instellingen
Delay 1 - 3, Reverb, Flanger 1 en 2, Chorus, Phaser 1 - 3, Overdrive/Amp 1 - 3
Parameter (PARAM)
In het algemeen stelt dit u in staat om de diepte van het Effect te regelen. (De daadwerkelijke parameter verschilt, afhanke­lijk van het geselecteerde effect type.) Gebruik de [PARAM] knop om aan te passen.
Bereik
0 — 127
Wet
Stelt u in staat het volume van het Effect te regelen — met andere woorden, de wet/dry balans. Gebruik de [WET] knop om aan te passen.
Bereik
0 — 127
25
Hoofdstuk 5 Effecten
17 Distortion
De laatste tip liet u kennis maken met een distortion (vervorming) effect, de Overdrive/Amp typen. Hier volgt een andere manier om het geluid vuil te maken — Distortion.
Ofschoon het niet expliciet deel uitmaakt van de Effect sectie, is Distortion op zichzelf een sterk effect. Vergeleken met de warme Overdrive/Amp Effect Typen, heeft het meer scherpte en knarsen. Als het op de vele Voices van de AN200 wordt toegepast, dan is het in staat erg overtuigende gitaar-achtige distortion effecten te creëren.
1 Druk op de DIST [SWITCH] knop. (Het lampje gaat aan.)
2 Pas de balans aan met de [DATA] knop.
Hierdoor kunt u het “dry” geluid zonder Distortion mixen met het “wet” geluid met alleen Distortion. Probeer verschillende instellingen uit en luis­ter hoe ze het geluid veranderen. Merk op hoe een volle wet “U63” in een erg broos, scherp geluid resulteert.
Distortion
Stelt u in staat een distortion effect toe te passen op de Synth track. (Merk op dat dit op geen van de Ritme tracks invloed heeft.) Druk op de DIST [SWITCH] knop om Distortion aan te zetten, en gebruik vervol­gens de [DATA] knop om de dry/wet balans aan te passen. Een waarde van “d63” bevat alleen het originele, niet verwerkte geluid, ter­wijl een waarde van “U63” alleen het Distortion-verwerkte geluid bevat.
Bereik
d63 (dry) — d=U (dry = wet) — U63 (wet)
26
Hoofdstuk 6
Frequentie (toonhoogte)
Volume
Resonantie
Filter (VCF)
De VCF of Filter sectie is één van de meest krachtige en dynamische van het hele instrument. Als het op de juiste wijze wordt ge bruikt, dan kunnen de VCF regelaars steriele, saaie geluiden transformeren in echt iets dynamisch en boeiends. Probeer de volgende Tips uit en zie wat we bedoelen...
18 Cutoff en Resonantie
Het is, voor uw Filter onderzoekingen, hier de beste plaats om te beginnen. Deze twee Filter regelaars werken onderling afhankelijk van elkaar — één ervan veranderen beïnvloedt het geluid van de andere. Draai [CUTOFF] linksom en het geluid wordt donkerder of “gedempt.” Draai het rechtsom, en het geluid
wordt helderder. Draai [RESONANCE] rechtsom en de piek van het Filter wordt scherper en nadrukkelijker. Draai het linksom en luister hoe het Filter uitvlakt.
Donkerder Helderder Vlakker Uitdrukkelijker
Houd ook in gedachte dat het totale effect van Cutoff en Resonantie door FEG Depth wordt geregeld (Tip 20 hieronder). Als FEG Depth te hoog of te laag is ingesteld, dan zou het kunnen zijn dat u geen of weinig ver­andering in het geluid hoort — ongeacht hoe verwoed u aan de [CUTOFF] en [RESONANCE] knoppen draait.
Cutoff
Bepaalt de frequentie waarmee het Filter effect begint. Hoe hoger de waarde, des te hoger de frequentie.
Resonantie
Bepaalt de nadruk van de piek van de resonantie van het Filter (bij de Cutoff frequentie).
Volume
Bereik
0 — 127
Cutoff (afsnij) frequentie
Frequentie(toonhoogte)
Bereik
Synth track : -12 — 102 Ritme track 1-3 : -64 — 63
27
Hoofdstuk 6 Filter (VCF)
19 Wilde, wilde filter sweeps — VCF Typen
De enorme kracht en veelzijdigheid van de Filter sectie gaat verder met de VCF Typen. Deze verborgen variaties leggen echt ijzersterk sonisch vuurwerk in uw vingertoppen — precies datgene wat u nodig heeft om het publiek weg te blazen.
Kijk of deze instellingen u liggen...
1 Roep een Pattern op en druk op de Start/Stop knop. Stel, om te begin-
nen, zowel [RESONANCE] als [FEG DEPTH] in op ongeveer 1:00.
2 Houd tegelijkertijd [SHIFT] ingedrukt en draai aan de [CUTOFF] knop.
Houd uw ogen op het display als u dit doet — de instelling zal veranderen! Selecteer, in het geval van beginnelingen, “12db” — wat rond de 11:00 zal liggen.
In deze shift stand, fungeert de [CUTOFF] knop als de VCF Type keuzeschakelaar. (Daarom wordt “TYPE” zwart afgedrukt onderaan de knop.)
3 Laat de [SHIFT] knop nu los, en de knop neemt zijn oorspronkelijke iden-
titeit weer aan als de Cutoff regelaar.
Draai het heel langzaam — vooral tussen 8:00 en 1:00 — terwijl u naar de geleidelijke veranderingen in het geluid luistert.
4 Niet wild genoeg voor u? Laten we dan eens naar een ander type gaan...
Houd [SHIFT] weer ingedrukt en draai de [CUTOFF] knop naar ongeveer 12:00, zodat “bPF” in het display wordt opgeroepen.
Is dat iets wilder? Nog te flauw? Laat [SHIFT] los en probeer de [CUTOFF] knop te tweaken tussen 8:00 en 2:00.
5 Laten we eens nog één proberen. Houd [SHIFT] ingedrukt en stel de
[CUTOFF] knop in op ongeveer 2:00, zodat het “HPF” type geselecteerd is.
Soms is het hier ook een gekkenhuis. Tweak de [CUTOFF] knop nog iets meer — vooral tussen 12:00 en 3:00 — en luister wat voor een maffe dingen u kunt genereren.
28
Vergeet de [RESONANCE] en [FEG DEPTH] knoppen niet! Werk ook met ze als u de [CUTOFF] knop tweakt. Er wordt een hoop sonische variatie geboden door slechts deze drie regelaars.
VCF Type
Doorlaatbereik
Frequentie
Level
Cutoff bereik
Cutoff frequentie
Cutoff bereik
Frequentie
Niveau
Doorlaatbereik Doorlaatbereik
Middenfrequentie
Hoofdstuk 6 Filter (VCF)
Bepaalt het filter type dat gebruikt wordt voor de VCF sectie. Het filter geeft slechts een gespecificeerd bereik aan frequenties door en snijdt de rest af. Er zijn vele totaal verschillende typen, alsook een verscheidenheid aan filter hellingen (zie hieronder).
Instellingen
24db (Low Pass Filter 24dB/octaaf), 18db (LPF 18dB/octaaf), 12db (LPF 12dB/octaaf), bPF (Band Pass Filter), HPF (High Pass Filter), bEF (Band Eliminate Filter)
24db, 18db, 12db
De Low Pass Filter geeft slechts die frequenties door die onder het gespecificeerde cutoff-punt liggen. Er kunnen cutoff-krommen van 24dB/octaaf, 18dB/octaaf en 12dB/octaaf geselecteerd worden.
Niveau
Cutoff frequentie
Cutoff bereik
12dB/oct 18dB/oct 24dB/oct
Frequentie
BPF
De Band Pass Filter geeft slechts de frequenties binnen het gespecificeerde bereik door, met een cutoff kromme van 12dB/octaaf.
Niveau
Cutoff bereik Cutoff bereik
Doorlaatbereik
HPF
De High Pass Filter geeft slechts de frequenties boven het gespecificeerde cutoff punt door, met een cutoff kromme van 12dB/ octaaf.
BEF
De Band Eliminate Filter geeft slechts de frequenties buiten het gespecificeerde frequentie bereik door. De Resonantie instelling (zie blz.
27) bepaalt het eliminatie-bereik.
Middenfrequentie
Frequentie
29
Hoofdstuk 6 Filter (VCF)
20 FEG Depth
Technisch gesproken, regelt de FEG Depth de werking van het Filter in de tijd. Dit wordt zelfs voor u op het paneel getoond:
Geeft een dip aan in het lter, net aan het begin van
elke noot.
Draai, met de [CUTOFF] en [RESONANCE] knoppen respectievelijk ingesteld op 9:00 en 3:00 (zie hiervoor), langzaam aan de [FEG DEPTH] knop.
Afhankelijk van het geselecteerde Pattern, kunnen negatieve instellingen (als de knop links van 12:00 is ingesteld) in weinig of geen geluid resulteren. Maar als u eenmaal de knop voorbij het middelpunt (12:00) gedraaid heeft, zult u horen hoe het filter “zich opent.” Draai langzaam aan de knop voor geleidelijke zwiepende effecten van het filter. Probeer ook in de maat van het ritme met de knop te werken voor dynamische “wah” effecten.
Geeft een piek van het lter aan, net aan het begin van de noot.
FEG Depth
Bepaalt de mate of diepte van het filter effect in de tijd. Positieve waarden resulteren in een normale EG; negatieve waarden gebrui­ken een “tegengestelde” EG — waardoor er een zwiepend effect van het filter geproduceerd wordt dat, in plaats van te pieken en dan naar beneden te duiken, eerst naar beneden duikt en vervolgens piekt.
Bereik
-128 — 127
30
Loading...
+ 90 hidden pages