De auteursrechtelijke bescherming waarop aanspraak wordt gemaakt, geldt voor alle materialen en vormen van informatie die
momenteel wettelijk zijn erkend als vallend onder het auteursrecht of die in het navolgende als zodanig worden aangemerkt,
inclusief, maar niet beperkt tot materiaal dat wordt gegenereerd door softwareprogramma's die op het scherm worden
weergegeven, zoals stijlen, sjablonen, pictogrammen, schermweergaven, enzovoort.
®
XEROX
PhaserSMART
PhaserMatch
Adobe
Quake
IntelliSelect
, The Document Company®, de gestileerde X®, CentreWare®, infoSMART®, Made For Each Other®, Phaser®,
®
en het TekColor®-pictogram zijn gedeponeerde handelsmerken van Xerox Corporation. PhaserCal™,
™
, PhaserPort™, PhaserTools™ en de naam TekColor™ zijn handelsmerken van Xerox Corporation.
*Hiervoor is een upgrade naar Phaser 7750DN vereist.
†
Hiervoor is een upgrade van de invoerlade vereist.
Alle configuraties ondersteunen twee geheugenslots. De maximale hoeveelheid geheugen is 1 gigabyte (GB).
Optioneel
†
Optioneel
Optioneel
†
OptioneelJa
†
JaJa
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-3
Page 12
Vooraanzicht
1
2
3
4
Achteraanzicht
1
5
6
7
8
9
7750-082
Printerintroductie
1. Bovenste uitvoerlade
2. Voorklep
3. Lade 1 (MPT) (linkerzijde van de printer)
4. Hoge-capaciteitsinvoerlade voor 2500 vel
(Ladecompartiment voor 1500 vel is niet
weergegeven)
5. Aan/uit-schakelaar
6. Ontgrendeling voor de bovenklep (H) van de
afwerkeenheid
7. Uitvoerlade van de afwerkeenheid
8. Klep J van de afwerkeenheid
9. Rechterontgrendeling voor de voorklep
(de linkerontgrendeling is niet weergegeven)
1. USB-aansluiting
2. Ethernet 10/100 Base-T-aansluiting
3. Resetknop voor de aardlekbeveiliging
4. Netsnoeraansluiting
5
5. Hendel voor het openen van linkerklep A
6. Lade 1 (MPT) in gesloten positie
2
3
4
Interne onderdelen
1
2
3
6
7750-120
1. Fuser
4
5
7
7750-083
2. Overdrachtroller
3. Afvalcassette
6
4. Tonercassettes
5. Accumulatorband
6. Accumulatorbandreiniger
7. Eenheden voor vastleggen beeld
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-4
Page 13
Printerintroductie
Opties, upgrades en accessoires voor de printer
Er zijn opties, upgrades en een accessoire beschikbaar voor de Phaser 7750-kleurenprinter.
Opties
■Geheugenkaart voor 128 MB RAM
■Geheugenkaart voor 256 MB RAM
■Geheugenkaart voor 512 MB RAM
■Ladecompartiment voor 1500 vel
■Hoge-capaciteitsinvoerlade voor 2500 vel
■Uitvoerlade en nietmachine voor de afwerkeenheid
■Cd-rom met PhaserMatch-software
Upgrades
■Pakket voor upgrade van Phaser 7750B naar Phaser 7750DN
Ga naar www.xerox.com/office/7750supplies voor meer informatie over opties en upgrades
voor de printer.
Accessoire
■Printerkar (voor de configuraties 7750B en 7750DN)
Kleur
Xerox Phaser-kleurenprinters zijn gebaseerd op 20 jaar ervaring op het gebied van afdrukken.
De diverse modellen zijn weliswaar geoptimaliseerd voor specifieke taken zoals snel en
gebruikersvriendelijk afdrukken op kantoor of afdrukken op complexe, grote papierformaten
voor grafisch gebruik. Alle Phaser-kleurenprinters hebben echter dezelfde belangrijke
eigenschappen waaraan Xerox haar reputatie op het terrein van hoogwaardige
kleurenafdrukken te danken heeft.
Uitzonderlijke kleurenkwaliteit begint bij de controller. Xerox ontwerpt en bouwt zelf de
Phaser-printercontroller. In combinatie met geavanceerde stuurprogramma's biedt uw printer
voorzieningen zoals aangepaste kleurentabellen voor de nauwkeurige reproductie van kleuren.
TekColor Correction van Xerox selecteert de beste kleurcorrectiemodus voor elk element op
een pagina. Hierdoor zijn heldere, levendige kleuren in volledig gevulde gebieden, duidelijke
details op foto's en haarscherpe lettertekens mogelijk.
Uw printer maakt ook gebruik van Adobe PostScript 3 voor de meest nauwkeurige
paginarendering en beeldkwaliteit. Al deze voorzieningen samen bieden u altijd dezelfde
resultaten van hoge kwaliteit voor een uitgebreid gamma van toepassingen.
Ga naar Documentatie/Afdrukken/Kleuren gebruiken op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over het gebruik van kleur en uw printer.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-5
Page 14
Printerintroductie
Bronnen
Raadpleeg de volgende bronnen voor informatie over uw printer en de voorzieningen van uw
printer:
GegevensBron
Installatiehandleiding
Snelzoekgids
Garantie
Overzicht van verbruiksartikelen
ReferentiehandleidingGeleverd bij de printer.
Printer Management Tools (Hulpprogramma's
voor printerbeheer)
■Geeft de werkingsstatus van de printer weer (bijvoorbeeld Bezig met afdrukken, Gereed
voor afdrukken, printerfouten en waarschuwingen).
■Geeft aan wanneer u papier moet laden, verbruiksartikelen moet vervangen en storingen
moet oplossen.
■Biedt toegang tot hulpmiddelen en gegevenspagina's waarmee u problemen kunt oplossen.
■Biedt toegang tot functies voor het wijzigen van printer- en netwerkinstellingen.
Ga naar Documentatie/Functies/Printerinstellingen op de Cd-rom met gebruikersdocumentatie
voor meer informatie over de instellingen van het voorpaneel.
Opmerking
Via het voorpaneel wordt gevraagd de papiersoort te selecteren wanneer een lade wordt
verwijderd en opnieuw in de printer wordt geschoven.
Indeling van het voorpaneel
Het voorpaneel van de printer bestaat uit drie delen:
Heavy Plain Paper
Phaser Series-25 Premium
Transparency
Exit
1
Phaser 7750
2
3
5
Groen, knipperend = Printer is bezig of in de
energiebesparende modus
Groen, brandend = Gereed voor afdrukken
Geel, knipperend = Waarschuwing
Rood, knipperend = Fout
1. Statusindicator (LED):
4
687
7750-086
Rood, brandend = Opstartsequentie
2. Het grafische scherm bevat statusberichten en
menu's.
3. Knop Annuleren
Hiermee annuleert u de huidige afdruktaak.
4. Knop Teru g
Hiermee keert u terug naar het vorige menuitem.
5. Knop Pijl-omhoog
Hiermee schuift u omhoog door de menu's.
6. Knop Pijl-omlaag
Hiermee schuift u omlaag door de menu's.
7. Knop OK
Hiermee accepteert u de geselecteerde
instelling.
8. Knop Informatie (i)
Hiermee geeft u een helptekst met informatie
weer over de printer, zoals de printerstatus,
foutmeldingen en onderhoudsgegevens.
Het grafische scherm bestaat uit twee delen:
■In het bovenste deel worden statusberichten over de printer weergegeven.
■Het onderste deel bevat de menu’s van het voorpaneel.
Foutberichten en waarschuwingen
Als er een probleem is met de printer, wordt op het voorpaneel (1) een foutbericht of
waarschuwing weergegeven. Druk op de i
of de waarschuwing en manieren om het probleem op te lossen.
-knop (2) voor meer informatie over het foutbericht
Phaser 7750
Tray 2 Paper Type
Plain Paper
Heavy Plain Paper
Phaser Series-25 Premium
Transparency
Exit
1
2
7750-156
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-8
Page 17
Voorpaneel
Afdrukpictogram
Er zijn verschillende gegevenspagina’s beschikbaar via het voorpaneel.
Wanneer het afdrukpictogram vóór een titel op het voorpaneel verschijnt,
drukt u op de knop OK om de overeenkomstige pagina af te drukken.
Menuschema
Menuschema is een visuele weergave van de voorpaneelinstellingen en de gegevenspagina’s.
Ga als volgt te werk om Menuschema af te drukken:
1. Selecteer Gegevens op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Menuschema en druk op de knop OK om af te drukken.
Gegevenspagina's
De printer wordt geleverd met een reeks gegevenspagina’s als hulp bij het oplossen van
afdrukproblemen en voor de beste afdrukresultaten. Geef deze pagina’s weer op het
voorpaneel van de printer.
Ga als volgt te werk om gegevenspagina’s af te drukken:
1. Selecteer Gegevens op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Gegevenspagina’s en druk op de knop OK.
3. Selecteer de gewenste gegevenspagina en druk op de knop OK om af te drukken.
Opmerking
Druk Menuschema af om de overige gegevenspagina’s weer te geven die beschikbaar zijn
voor afdrukken.
Voorbeeldpagina's
Bij de printer wordt een verzameling voorbeeldpagina's geleverd waarop verschillende
printerfuncties worden gedemonstreerd.
Ga als volgt te werk om voorbeeldpagina's af te drukken:
1. Selecteer Gegevens op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Voorbeeldpagina's en druk op de knop OK.
3. Selecteer de gewenste voorbeeldpagina en druk op de knop OK om af te drukken.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-9
Page 18
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Printerstuurprogramma's
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Beschikbare printerstuurprogramma's' op pagina 1-10
■'Functies van printerstuurprogramma's' op pagina 1-11
Printerstuurprogramma's zorgen dat uw computer en printer met elkaar kunnen communiceren
en bieden toegang tot de functies van de printer. De Walk-Up-technologie van Xerox maakt de
installatie van stuurprogramma's heel eenvoudig. Bekijk de video op
drivers voor meer informatie over printerstuurprogramma's.
Beschikbare printerstuurprogramma's
Xerox biedt stuurprogramma's voor verschillende PDL's (Page Description Language) en
besturingssystemen. De volgende stuurprogramma's zijn beschikbaar:
* U vindt de hierboven vermelde printerstuurprogramma's op de Cd-rom met
printerinstallatieprogramma en hulpprogramma's die bij de printer is geleverd en op
office/drivers.
Cd-rom en
website
Alleen websiteMet dit stuurprogramma kunt u vanaf een pc
website
Alleen websiteMet dit stuurprogramma kunt u afdrukken
Het PostScript-stuurprogramma wordt
aanbevolen om volledig te kunnen profiteren
van de aangepaste functies van de printer en
het authentieke Adobe® PostScript®.
(standaardstuurprogramma)
Language) kan worden gebruikt voor
toepassingen waarvoor PCL nodig is.
NoteNoteOpmerking
Alleen voor Windows 2000 en
Windows XP
afdrukken op alle Xerox PostScript-printers.
Dit is bijzonder praktisch voor mensen met
beroepen waarbij verschillende locaties
moeten worden bezocht en die op
verschillende printers moeten afdrukken.
Met dit stuurprogramma kunt u afdrukken
vanaf een Macintosh met OS 9.x of OS X,
versie 10.1 of hoger.
vanaf een UNIX-besturingssysteem.
www.xerox.com/
Zie voor meer informatie over de functies van stuurprogramma's Documentatie/Afdrukken/
De volgende tabel bevat de functies van de Xerox-stuurprogramma's die beschikbaar zijn voor
specifieke besturingssystemen.
Windows
Functie
Dubbelzijdig afdrukken■■■■■
Windows
98, ME
Windows
NT 4
2000, XP,
Server
2003
Macintosh
OS 9.x
Macintosh
OS 10.x
x op één
Brochure■■■
Dekbladen
Deelpagina's
Negatieven van afbeeldingen
Spiegelafbeeldingen
Schalen
Watermerken
Afbeelding afvlakken
Bericht 'Taak voltooid'
Beveiligd afdrukken■■■■■
Testafdruk■■■■■
Opgeslagen afdruk■■■■■
● = Ondersteunde functie
❍ = Alleen beschikbaar als de printer via een netwerk is aangesloten op de computer
●●●●●
●●●●●
●●●●●
●●●
●●●●
●●●
●●
●●●●●
❍❍
■= Alleen beschikbaar met een Phaser 7750DN, 7750GX of 7750DXF.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-11
Page 20
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
De printer beheren
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Het IP-adres van de printer' op pagina 1-12
■'CentreWare Internet Services (IS)' op pagina 1-12
■'PhaserSMART' op pagina 1-13
■'PrintingScout' op pagina 1-13
Er zijn verschillende bronnen beschikbaar met Help-informatie over hoe u de beste kwaliteit
behaalt bij het afdrukken met uw printer.
Opmerking
De informatie in deze sectie is alleen van toepassing op netwerkprinters.
Het IP-adres van de printer
Als u de printerinstellingen wilt wijzigen via CentreWare IS, hebt u het IP-adres van de printer
nodig. Ga als volgt te werk om het IP-adres van de printer te identificeren:
1. Selecteer Gegevens op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Printeridentificatie en druk op de knop OK.
CentreWare Internet Services (IS)
CentreWare IS is een hulpprogramma voor printerbeheer dat gebruikers en beheerders helpt
bij het uitvoeren van een groot aantal taken. Het is beschikbaar op alle printers die via de
netwerkverbinding zijn aangesloten. Met CentreWare
■Printers van verschillende merken configureren en beheren
■Diagnosticeren op afstand en informatie opvragen voor het oplossen van printerproblemen
■De status van de printer en de toevoer controleren
■De software bijwerken en technische ondersteuning opvragen
CentreWare IS gebruikt TCP/IP (het IP-adres van uw printer) voor rechtstreekse
communicatie met een webserver die op de printer is geïntegreerd. CentreWare
gebruikt op een willekeurige computer waarop TCP/IP is ingeschakeld en een webbrowser is
geïnstalleerd.
2. Geef het IP-adres van de printer in de browser op in het veld Adres
(http://xxx.xxx.xxx.xxx).
3. Klik op HELP in de rechterbovenhoek van het CentreWare IS-scherm voor meer
informatie over CentreWare IS-software.
Ga naar Documentatie/Verbindingen en netwerken/Hulpprogramma’s voor printerbeheer
op
de Cd-rom met gebruikersdocumentatie voor meer informatie over CentreWare IS.
PhaserSMART
Technische help PhaserSMART is een automatisch systeem voor ondersteuning via het
Internet. Gebruik uw standaardwebbrowser om diagnostische informatie van de printer
naar
onze website te verzenden voor analyse. Technische help PhaserSMART bekijkt de
informatie, identificeert het probleem en suggereert een oplossing. Als het probleem niet
opgelost nadat u de gesuggereerde procedure hebt uitgevoerd, assisteert Technische
is
help
PhaserSMART u bij het openen van een serviceverzoek bij de klantenondersteuning
Xerox.
van
PhaserSMART starten vanuit CentreWare IS
Ga als volgt te werk om Technische help PhaserSMART te openen via CentreWare IS:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Support (Ondersteuning).
4. Klik op de koppeling PhaserSMART Diagnostic Tool (Diagnostisch hulpprogramma)
voor toegang tot Technische help PhaserSMART.
PrintingScout
PrintingScout, dat met het printerstuurprogramma wordt geïnstalleerd en alleen beschikbaar is
in Windows, controleert automatisch de printerstatus en verzendt onmiddellijk berichten naar
uw computer wanneer er iets met de printer moet gebeuren.
Als de printer uw document niet kan afdrukken, verstuurt de printer automatisch een bericht
naar het scherm met praktische tekst en afbeeldingen waarin wordt aangegeven hoe het
probleem kan worden opgelost.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-13
Page 22
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Printerinstellingen
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Het afdrukken van de opstartpagina in-/uitschakelen' op pagina 1-14
■'Energiebesparing activeren' op pagina 1-15
■'Intelligent Ready-modus activeren' op pagina 1-15
■'Toegang tot de instellingen op het voorpaneel verhinderen' op pagina 1-17
■'Time-out papier laden wijzigen' op pagina 1-17
■'Lade-instellingen wijzigen' op pagina 1-18
■'Uitvoeropties selecteren' op pagina 1-21
■'De helderheid van het voorpaneel aanpassen' op pagina 1-22
■'Het contrast op het voorpaneel aanpassen' op pagina 1-22
■'Het geluid van het voorpaneel aanpassen' op pagina 1-22
■'De taal op het voorpaneel wijzigen' op pagina 1-23
Het afdrukken van de opstartpagina in-/uitschakelen
De printer drukt een opstartpagina af telkens wanneer u de printer inschakelt of opnieuw
instelt. De standaardwaarde is Uit. U kunt het automatisch afdrukken van de opstartpagina
inschakelen of de pagina afdrukken via het menu Gegevenspagina's.
U kunt de opstartpagina in- en uitschakelen:
■via het voorpaneel van de printer
■via CentreWare IS
Via het voorpaneel van de printer
Ga als volgt te werk om de opstartpagina in of uit te schakelen:
1. Selecteer Printerinstellingen en druk op de knop OK.
2. Selecteer Printerbesturing en druk op de knop OK.
De opstartpagina wordt gemarkeerd. Aan het einde van de regel wordt de instelling
(Aan of Uit) weergegeven.
3. Druk op de knop OK om de instelling te wijzigen.
Via CentreWare IS
Automatisch afdrukken van de opstartpagina in- of uitschakelen:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map General (algemeen) op de linkerzijbalk.
6. Selecteer Off (Uit) of On (Aan) in de vervolgkeuzelijst Printer Startup Page
(Opstartpagina printer) om de instelling te wijzigen.
7. Klik onder aan de pagina op Save Changes (Wijzigingen opslaan).
De opstartpagina afdrukken
Ga als volgt te werk om de Opstartpagina af te drukken:
1. Selecteer Gegevens en druk op de knop OK.
2. Selecteer Gegevenspagina’s en druk op de knop OK.
3. Selecteer Opstartpagina en druk op de knop OK om af te drukken.
Energiebesparing activeren
Om energie te besparen wordt op de printer een energiebesparingsstand ingeschakeld als de
printer gedurende een vooraf ingestelde tijdsperiode niet meer actief is geweest. In deze stand
worden de meeste elektrische systemen van de printer uitgeschakeld. Wanneer de printer een
afdruktaak ontvangt, wordt de stand Opwarmen ingeschakeld. U kunt de printer ook
opwarmen door op de knop OK op het voorpaneel te drukken.
Als u vindt dat de energiebesparingsstand van de printer te vaak wordt ingeschakeld en u niet
steeds wilt wachten totdat de printer weer is geactiveerd, stelt u een langere tijdsperiode in
voordat de energiebesparingsstand wordt ingeschakeld. Ga als volgt te werk om de timeoutwaarde te wijzigen:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Printerinstellingen en druk op de knop OK.
3. Selecteer Time-out energiebesparing en druk op de knop OK.
4. Druk op de pijl-omlaag of pijl-omhoog om naar een geselecteerde time-outwaarde voor
de energiebesparingsstand te bladeren. Selecteer een grotere waarde als u de tijdsperiode
wilt verlengen voordat de energiebesparingsstand van de printer wordt ingeschakeld.
5. Druk op de knop OK.
Intelligent Ready-modus activeren
De Intelligent Ready-modus is een automatisch systeem dat:
■Het gebruik van de printer controleert.
■De printer opwarmt voordat u deze wellicht gaat gebruiken (op basis van uw
gebruikspatroon).
■De energiebesparingsstand van de printer activeert nadat een time-out is verstreken.
U kunt de Intelligent Ready-modus in- en uitschakelen:
■via het voorpaneel van de printer
■via CentreWare IS
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-15
Page 24
Printerinstellingen
Via het voorpaneel van de printer
Ga als volgt te werk om de Intelligent Ready-modus in of uit te schakelen:
1. Selecteer Printerinstellingen en druk op de knop OK.
2. Selecteer Printerbesturing en druk op de knop OK.
3. Selecteer Intelligent Ready.
4. Druk op de knop OK om Intelligent Ready in of uit te schakelen.
5. Selecteer Afsluiten en druk op de knop OK om naar het hoofdmenu terug te keren.
Via CentreWare IS
Ga als volgt te werk om de Intelligent Ready-modus te selecteren, of instellingen voor
opwarmen of stand-by te configureren:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map General (algemeen) op de linkerzijbalk.
in de vervolgkeuzelijst Warmup Mode (Opwarmmodus) om de instelling te wijzigen.
7. Als u in stap 5 Scheduled hebt geselecteerd, maakt u voor elke dag keuzen voor de
instellingen voor het opwarmen en het activeren van de energiebesparingsstand.
8. Klik onder aan het scherm op Save Changes (Wijzigingen opslaan).
Opmerking
Via het voorpaneel kunt u de Intelligent Ready-modus alleen in- of uitschakelen. Met
CentreWare IS kunt u echter specifieke opwarmstanden en -instellingen opgeven.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-16
Page 25
Printerinstellingen
Toegang tot de instellingen op het voorpaneel verhinderen
Als u de toegang tot de instellingen op het voorpaneel wilt verhinderen, kunt
u deze instellingen vergrendelen in CentreWare
slotpictogram naast de items in het voorpaneel die zijn vergrendeld voor
gebruikers.
Via CentreWare IS
Ga als volgt te werk om voorkeuren voor de menu's op het voorpaneel in te stellen:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map General (algemeen) op de linkerzijbalk.
6. Selecteer On (Aan) of Off (Uit) in de vervolgkeuzelijst Front Panel Menu (Menu van
voorpaneel).
■Selecteer On om toegang tot alle menu's te hebben.
■Selecteer Off om het aantal printerinstellingen te beperken.
7. Klik onder aan de pagina op Save Changes (Wijzigingen opslaan).
IS. Er verschijnt een
Time-out papier laden wijzigen
Als de afdruktaak is opgemaakt voor een bepaalde papiersoort of een bepaald papierformaat
dat niet in de printer aanwezig is, verschijnt er een bericht op het voorpaneel met het verzoek
het juiste papier in een lade te plaatsen. Met de time-out voor het laden van papier wordt
bepaald hoe lang de printer wacht voordat er wordt afgedrukt op een andere papiersoort of
ander papierformaat.
U kunt de time-out voor het laden van papier wijzigen:
■via het voorpaneel van de printer
■via CentreWare IS
Via het voorpaneel van de printer
Ga als volgt te werk om de time-out voor het laden van papier te wijzigen:
1. Selecteer Printerinstellingen en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen papierverwerking en druk op de knop OK.
3. Selecteer Load Paper Timeout (Time-out papier laden) en druk op de knop OK.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-17
Page 26
Printerinstellingen
4. Schuif naar de gewenste time-outwaarde. De waarden None (Geen), 1, 3, 5 of 10
minuten, 1 of 24 uur) geven de tijdsperiode aan die de printer moet wachten voordat het
afdrukken wordt hervat, zodat u tijd hebt om papier te laden. Als u de waarde None
selecteert, wacht de printer niet totdat er papier is geladen en wordt meteen het papier uit
de standaardlade gebruikt.
5. Druk op de knop OK om de wijziging op te slaan.
Via CentreWare IS
Ga als volgt te werk om de time-out voor het laden van papier te wijzigen:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map General (algemeen) op de linkerzijbalk.
6. Blader naar de gewenste waarde voor Load Paper Timeout (Time-out papier laden) in
Timeout Settings (Time-outinstellingen). De waarden None (Geen), 1, 3, 5 of 10
minuten, 1 of 24 uur) geven de tijdsperiode aan die de printer moet wachten voordat het
afdrukken wordt hervat, zodat u tijd hebt om papier te laden. Als u de waarde None
selecteert, wacht de printer niet totdat er papier is geladen en wordt meteen het papier uit
de standaardlade gebruikt.
7. Klik onder aan het scherm op Save Changes (Wijzigingen opslaan).
Lade-instellingen wijzigen
Schakelen tussen laden
Als een lade leegraakt tijdens het afdrukken, kan de printer door te schakelen tussen laden een
andere lade gebruiken als deze dezelfde papiersoort en hetzelfde papierformaat bevat. U
schakelt tussen laden via het printerstuurprogramma, het voorpaneel of CentreWare
een specifieke lade is geselecteerd, kunt u niet tussen laden schakelen. Selecteer de optie De printer de lade laten selecteren van waaruit wordt afgedrukt in het printerstuurprogramma
als u de printer wilt laten selecteren uit welke lade papier wordt onttrokken.
Opmerking
Als u het printerstuurprogramma gebruikt om een specifieke lade voor uw afdruktaak te
selecteren, kunt u niet tussen laden schakelen voor de desbetreffende taak. Als de lade
leegraakt tijdens het afdrukken, wordt op het voorpaneel gemeld dat u papier moet laden,
zelfs als een andere lade de juiste papiersoort en het juiste papierformaat voor de taak
bevat.
Lade 1 (MPT) en 2 (een aanpasbare invoerlade voor 500 vel) worden standaard geleverd bij
Phaser 7750-printers. U kunt desgewenst extra papierinvoerladen aanschaffen:
■Ladecompartiment voor 1500 vel (laden 3, 4 en 5)
■Hoge-capaciteitsinvoerlade voor 2500 vel (laden 3, 4 en 5)
IS. Als
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-18
Page 27
Printerinstellingen
Instellingen voor schakelen tussen laden
■Als schakelen tussen laden is geactiveerd en een lade leegraakt tijdens het afdrukken,
selecteert de printer een andere lade met dezelfde papiersoort, hetzelfde papierformaat en
dezelfde afdrukstand zodat het afdrukken van de taak automatisch kan worden hervat.
■Als schakelen tussen laden is uitgeschakeld en een lade leegraakt tijdens het afdrukken,
wordt op het voorpaneel gemeld dat de lade leeg is en moet worden gevuld.
Ladevolgorde
U kunt de volgorde opgeven waarin de laden met de juiste papiersoort en het juiste
papierformaat voor een afdruktaak moeten worden geselecteerd. Als een lade met het juiste
papier leegraakt tijdens het afdrukken, selecteert de printer de volgende lade met de juiste
papiersoort en het juiste papierformaat uit de reeks zodat het afdrukken van de taak
automatisch kan worden hervat.
Een voorbeeld: u stelt de ladevolgorde 4-3-2 in. De printer selecteert dan papier in lade 4 om
de taak af te drukken. Als lade vier niet het gewenste papier bevat of leegraakt tijdens het
afdrukken, selecteert de printer lade 3. Als lade 4 en lade 3 geen van beide het gewenste papier
bevatten of leeg zijn, wordt lade 2 geselecteerd.
U kunt de ladevolgorde op twee manieren instellen:
■via het voorpaneel van de printer
■via CentreWare IS
Via het voorpaneel
Ga als volgt te werk om de ladevolgorde in te stellen:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen papierverwerking en druk op de knop OK.
3. Selecteer Ladevolgorde en druk op de knop OK.
4. Schuif naar de gewenste ladevolgorde. (Als u het schakelen tussen laden wilt uitschakelen,
selecteert u Uit.)
5. Druk op de knop OK om de wijzigingen op te slaan.
Via CentreWare IS
Ga als volgt te werk om de ladevolgorde in te stellen:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer in de browser op in het veld
Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx).
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map General (Algemeen) op de linkerzijbalk.
6. Selecteer de gewenste ladevolgorde in de vervolgkeuzelijst Tray Sequence
(Ladevolgorde). (Als u het schakelen tussen laden wilt uitschakelen, selecteert u Off
(Uit).)
7. Klik onder aan het scherm op Save Changes (Wijzigingen opslaan).
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-19
Page 28
Printerinstellingen
De standaardlade selecteren
Als u niet tussen laden wilt schakelen, kunt u een standaardlade voor het afdrukken van taken
selecteren. Deze standaardlade bevat de juiste papiersoort en het juiste papierformaat voor
afdruktaken. Wanneer de standaardlade leeg is of een andere papiersoort bevat, wordt u
gevraagd de juiste papiersoort in de lade te laden, zelfs als een andere lade de juiste
papiersoort en het juiste papierformaat voor de taak bevat.
U kunt de standaardlade op twee manieren selecteren:
■via het voorpaneel van de printer
■via CentreWare IS
Via het voorpaneel
Ga als volgt te werk om een standaardlade te selecteren:
1. Selecteer Printerinstellingen en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen papierverwerking en druk op de knop OK.
3. Selecteer Papierbron en druk op de knop OK.
4. Schuif naar de lade die u als standaardlade wilt instellen. (Als u het schakelen tussen laden
wilt inschakelen, selecteert u Automatische selectie.)
5. Druk op de knop OK om de wijziging op te slaan.
Opmerking
In plaats van de instellingen voor ladeselectie op het voorpaneel en in CentreWare IS
worden de instellingen van het stuurprogramma gebruikt.
Via CentreWare IS
Ga als volgt te werk om een standaardlade te selecteren:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map General (algemeen) op de linkerzijbalk.
6. Blader naar Print Mode Settings (Instellingen afdrukmodus) en selecteer de gewenste
lade in de vervolgkeuzelijst Paper Source (Papierbron).
7. Klik onder aan het scherm op Save Changes (Wijzigingen opslaan).
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-20
Page 29
Printerinstellingen
Uitvoeropties selecteren
De Phaser 7750 heeft twee uitvoerladen:
■Bovenste uitvoerlade: met deze optie worden afdrukken naar de uitvoerlade gestuurd die
zich boven op de printer bevindt.
■Uitvoerlade van de afwerkeenheid (alleen voor de configuraties 7750DN, 7750GX en
7750DXF): met deze optie worden afdrukken naar de uitvoerlade van de afwerkeenheid
(rechts op de printer) gestuurd. Deze lade is alleen beschikbaar wanneer de printer is
uitgerust met de optionele afwerkeenheid.
Ga als volgt te werk om een uitvoerlade te selecteren:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer, selecteer Instellingen
papierverwerking en selecteer vervolgens Papierbestemming.
2. Selecteer Bovenste uitvoerlade of Uitvoerlade van de afwerkeenheid en druk op
de knop OK.
Opmerking
Als de instellingen in het stuurprogramma en op het voorpaneel van de printer niet met
elkaar overeenkomen, worden de instellingen van het stuurprogramma gebruikt.
Onderscheid maken tussen verschillende taken
In de uitvoerlade van de afwerkeenheid en de bovenste uitvoerlade kunnen vellen in
verschillende posities worden geplaatst, waardoor u verschillende taken van elkaar kunt
onderscheiden. Dit wordt taak-offset genoemd. U kunt taken op verschillende manieren
scheiden:
■Geen: taken worden niet gescheiden en de uitvoerpositie wordt niet gewijzigd voor de
geselecteerde uitvoerlade.
■Bij het beëindigen van de taak: de uitvoerpositie wordt gewijzigd nadat het laatste vel
van de afdruktaak is afgedrukt. De volgende afdruktaak wordt verschoven, waardoor deze
wordt gescheiden van de vorige afdruktaak.
■Bij het beëindigen van de set
■Met Sorteren uitgeschakeld: de uitvoerpositie wordt gewijzigd nadat alle exemplaren
van een vel (één pagina bij eenzijdig afdrukken, twee pagina's bij dubbelzijdig
afdrukken) zijn afgedrukt.
■Met Sorteren ingeschakeld: de uitvoerpositie wordt gewijzigd nadat alle exemplaren
van alle vellen in de taak is afgedrukt.
Opmerking
Wanneer de nietmachine is ingeschakeld voor afdruktaken, is taakscheiding geactiveerd.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-21
Page 30
Printerinstellingen
Ga als volgt te werk om de optie Taak-offset te selecteren:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen papierverwerking en druk op de knop OK.
3. Selecteer Taak-offset en druk op de knop OK.
4. Selecteer Aan of Uit en druk op de knop OK.
De helderheid van het voorpaneel aanpassen
Ga als volgt te werk om de helderheid van de achtergrondverlichting voor het voorpaneel
te passen:
aan
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen voorpaneel en druk op de knop OK.
3. Selecteer Helderheid voorpaneel en druk op de knop OK.
4. Druk op de knop pijl-omlaag of pijl-omhoog om de helderheid van het voorpaneel
te verhogen of te verlagen. De waarden voor de helderheid lopen van 0 (geen
achtergrondverlichting) tot en met 10 (de helderste achtergrondverlichting).
5. Druk op de knop OK om uw wijziging op te slaan.
Het contrast op het voorpaneel aanpassen
Ga als volgt te werk om het contrast tussen tekst en achtergrond aan te passen, zodat de tekst
op het voorpaneel beter leesbaar wordt:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen voorpaneel en druk op de knop OK.
3. Selecteer Contrast voorpaneel en druk op de knop OK.
4. Druk op de knop pijl-omlaag of pijl-omhoog om het contrast van het voorpaneel te
verhogen of te verlagen. De waarden voor het contrast lopen van 1 (de helderste
achtergrondverlichting) tot en met 10 (geen achtergrondverlichting).
5. Druk op de knop OK om uw wijziging op te slaan.
Het geluid van het voorpaneel aanpassen
Als er een bericht op het voorpaneel wordt weergegeven, klinkt er een geluidssignaal. U moet
dan bijvoorbeeld controleren of het juiste papier is geladen in een papierlade. Ga als volgt te
werk om het volume van dit geluidssignaal te wijzigen:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen voorpaneel en druk op de knop OK.
3. Selecteer Geluid voorpaneel en druk op de knop OK.
4. Druk op de knop pijl-omlaag of pijl-omhoog om het geluid harder of zachter te zetten. U
kunt kiezen uit waarden van 0 (geen) tot 4 (hard).
5. Druk op de knop OK om uw keuze op te slaan.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-22
Page 31
Printerinstellingen
De taal op het voorpaneel wijzigen
Ga als volgt te werk om de taal van de tekst op het voorpaneel, CentreWare IS en bepaalde
gegevenspagina’s te wijzigen:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Instellingen voorpaneel en druk op de knop OK.
3. Selecteer Taal voorpaneel en druk op de knop OK.
4. Selecteer de gewenste taal en druk op de knop OK.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-23
Page 32
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Lettertypen
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Residente printerlettertypen' op pagina 1-24
■'Een overzicht van residente lettertypen bekijken' op pagina 1-24
■'Een voorbeeld van residente lettertypen afdrukken' op pagina 1-25
■'Lettertypen downloaden' op pagina 1-26
Soorten lettertypen
De printer gebruikt de volgende lettertypen:
■Residente lettertypen.
■Lettertypen die in het geheugen van de printer zijn geladen.
■Lettertypen van de toepassing die samen met de afdruktaak zijn gedownload.
Met ATM-software (Adobe Type Manager) worden deze lettertypen op het beeldscherm van
uw computer weergegeven zoals ze op de afdrukken verschijnen.
Als ATM niet op uw computer is geïnstalleerd:
1. installeert u ATM vanaf de Cd-rom met printerinstallatieprogramma en
hulpprogramma's.
2. installeert u de schermlettertypen van de printer voor uw computer vanuit de ATM-map.
Residente printerlettertypen
Voor het afdrukken zijn de residente PostScript- en PCL-lettertypen op de printer altijd
beschikbaar. In landen waar Japanse lettertypen worden gebruikt, zijn deze met een speciale
licentie verkrijgbaar. Voor deze landen zijn schermversies van de Japanse lettertypen
beschikbaar.
Een overzicht van residente lettertypen bekijken
Een lijst van residente PCL- of PostScript-lettertypen weergeven met CentreWare IS:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map Web s erver (Webserver) op de linkerzijbalk.
U kunt een lijst van residente PostScript- of PCL-lettertypen afdrukken:
■via het voorpaneel van de printer
■via CentreWare IS
■via het printerstuurprogramma
Via het voorpaneel van de printer
Via het voorpaneel een lijst van PostScript- of PCL-lettertypen afdrukken:
1. Selecteer Gegevens en druk op de knop OK.
2. Selecteer Gegevenspagina's en druk op de knop OK.
3. Selecteer PCL-lettertypenlijst of PostScript-lettertypenlijst en druk op de knop
OK om af te drukken.
Via CentreWare IS
Vanuit CentreWare IS een lijst van PostScript- of PCL-lettertypen afdrukken:
1. Start uw webbrowser.
2. Geef het IP-adres van de printer op in het veld Adres (http://xxx.xxx.xxx.xxx) in de
browser.
3. Selecteer Properties (Eigenschappen).
4. Selecteer de map Web s erver (Webserver) op de linkerzijbalk.
5. Selecteer Font Files (Lettertypebestanden).
6. Klik op het printer pictogram om de lijst met lettertypen af te drukken.
Via een pc-printerstuurprogramma
Vanuit het printerstuurprogramma een lijst van PostScript- of PCL-lettertypen afdrukken:
1. Selecteer Start, Instellingen en Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op de printer 7750 en kies Eigenschappen.
3. Selecteer het tabblad Probleemoplossing.
4. Klik op de pijl naast de vervolgkeuzelijst Printergegevens om de lijst met opties weer te
geven.
5. Selecteer PostScript-lettertypenlijst of PCL-lettertypenlijst in de vervolgkeuzelijst.
6. Klik op Afdrukken.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-25
Page 34
Lettertypen
Een overzicht van lettertypen weergeven op een Mac
Gebruik het Apple-printerhulpprogramma om de lettertypen weer te geven die beschikbaar
zijn op de printer.
1. Als het Apple-printerhulpprogramma niet op uw computer staat, installeert u het vanaf de
Cd-rom met printerinstallatieprogramma en hulpprogramma's.
2. Dubbelklik op het pictogram Apple Printer Utility (in de map PhaserTools op de vaste
schijf van uw computer) om het hulpprogramma te starten.
3. Ga als volgt te werk in het dialoogvenster Printer Selector:
a. Selecteer onder AppleTalk-zones de zone van de printer.
b. Selecteer uw printer onder Printers.
c. Klik op Printer openen.
4. Selecteer Lettertypevoorbeelden afdrukken in het menu Bestand.
Lettertypen downloaden
Om de residente lettertypen (die altijd beschikbaar zijn voor het afdrukken) aan te vullen,
kunnen er laadbare lettertypen van de computer naar de printer worden verzonden en in het
geheugen van de printer of op de vaste schijf van de printer worden opgeslagen.
Opmerking
Als u de printer uitschakelt, worden de lettertypen die u naar het geheugen hebt
gedownload, gewist. U moet deze lettertypen opnieuw downloaden wanneer u de
printer inschakelt.
Voordat u afdrukt, moet u controleren of de lettertypen die in het document worden gebruikt,
op de printer zijn geïnstalleerd of zo zijn ingesteld dat ze op de juiste manier kunnen worden
gedownload. Als uw document een lettertype bevat dat niet in de printer is geladen of niet
wordt geladen met de afdruktaak, wordt een ander lettertype gebruikt.
De printer gebruikt de volgende laadbare lettertypen:
■PCL
■Type 1
■Type 3
■TrueType (schaalbaar tot elke puntgrootte en ziet er op het scherm net zo uit als op
papier).
Lettertypen downloaden van CentreWare Font Management Utility
CentreWare Font Management Utility (FMU) is een Windows-toepassing waarmee u
lettertypen, macro's en formulieren kunt beheren op de vaste schijf van een printer. Door
lettertypen op een printer te downloaden kunt u de afdrukprestaties verbeteren en de omvang
van het netwerkverkeer terugbrengen. Met dit lettertypebeheerprogramma kunt u een
overzicht krijgen van PostScript- en PCL-lettertypen, deze lettertypen afdrukken en
downloaden. U kunt Font Management Utility downloaden vanaf de website van Xerox:
www.xerox.com/office/drivers. Gebruik het trefwoord FMU.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-26
Page 35
Lettertypen
Lettertypen downloaden vanaf een Mac (alleen 9.x)
Gebruik het Apple-printerhulpprogramma om lettertypen naar de printer te downloaden.
Opmerking
Als het Apple-printerhulpprogramma niet op uw computer staat, installeert u het vanaf
de Cd-rom met printerinstallatieprogramma en hulpprogramma's.
1. Dubbelklik op het pictogram Apple Printer Utility (in de map PhaserTools op de vaste
schijf van uw computer) om het hulpprogramma te starten.
2. Ga als volgt te werk in het dialoogvenster Printer Selector:
a. Selecteer onder AppleTalk-zones de zone van de printer.
b. Selecteer uw printer onder Printers.
c. Klik op Printer openen.
3. Klik op de pijl naast Printervoorkeuren.
4. Klik op de pijl naast Lettertypen om de lijst met geïnstalleerde lettertypen en hun locatie
weer te geven. Klik vervolgens op Vo e g t oe .
5. Selecteer de map met het lettertype dat u wilt downloaden, selecteer het lettertype en klik
op Voe g t oe . Het lettertype kan nu worden gedownload.
Opmerking
Als u alle lettertypen in de map wilt toevoegen aan de lijst met lettertypen die u wilt
downloaden, klikt u op de knop Voeg alles toe. Als u een bepaald lettertype niet wilt
downloaden, selecteert u het lettertype in de lijst met lettertypen die u wilt
downloaden en klikt u op Ver wi jd er.
6. Selecteer het printergeheugen of de vaste schijf onder Bestemming.
7. Klik op Verzend om de lettertypen in de lijst te downloaden.
Opmerking
Als u gedownloade lettertypen uit de printer wilt verwijderen, neemt u stap 2 tot en met 4.
Klik op de vervolgkeuzelijst Lettertypen, selecteer het lettertype dat u wilt verwijderen
en klik op Ve rw ij de r.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
1-27
Page 36
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Uw printer registreren
Registratie van uw printer is snel en eenvoudig. U kunt de printer op een van de volgende
manieren registreren:
■met de registratiekaart die bij de printer is geleverd
■via het on line formulier op www.xerox.com/office/7750support
■via de webkoppeling op de Cd-rom met printerinstallatieprogramma en hulpprogramma's
Door uw printer te registreren hebt u toegang tot Color Connection, een belangrijke bron voor
de meest recente aanwijzingen en tips voor beter afdrukken, en nieuwe ideeën om uw bedrijf
te promoten. Color Connection biedt u alle mogelijkheden om te imponeren met uw
afdrukken.
Door uw printer te registreren, hebt u ook toegang tot updates en nieuws over uw printer.
De papierladen kunnen worden aangepast aan de meeste soorten en formaten papier,
transparanten of andere speciale media. Voor het beste resultaat gebruikt u uitsluitend Xerox Phaser Color Printing-media die voor deze printer zijn vermeld. Deze media verzekeren u
van uitstekende resultaten op uw Phaser 7750-printer, aangezien voor de Phaser 7750 en
Phaser-media geldt: Made for Each Other. Zie het onderwerp Eenvoudige afdruktaken
verderop in deze sectie voor instructies over het plaatsen van papier in de laden.
Let op
Als u de papiersoort of het papierformaat in een lade wijzigt, moet u de soort en het
formaat op het voorpaneel aanpassen aan het papier dat u hebt geladen. Doet u dit niet,
dan kunnen er problemen met de afdrukkwaliteit of papierstoringen optreden en
kan de fuser beschadigd raken.
Richtlijnen
Nadat u een lade hebt geladen en de papiergeleiders hebt aangepast, gebruikt u het voorpaneel
van de printer om de juiste papiersoort en het juiste papierformaat in te stellen.
■Leg niet te veel papier in de lade. Zie het label van de lade voor de vullijn.
■Waaier het papier, de transparanten of andere speciale media uit voordat u ze in de
papierlade plaatst.
■Als het papier regelmatig vastloopt, gebruikt u een nieuw pak papier, transparanten of
andere speciale media.
Let op
Beschadigingen die het gevolg zijn van het gebruik van niet-toegestane papiersoorten,
transparanten en andere speciale media, vallen niet onder de garantie,
serviceovereenkomst of volle-tevredenheidsgarantie van Xerox. De volletevredenheidsgarantie van Xerox is beschikbaar in de Verenigde Staten en Canada. Buiten
de VS en Canada kunnen andere garantievoorwaarden gelden. Neem voor meer informatie
contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger.
Opmerking
Voor optimale afdrukkwaliteit en -snelheid gebruikt u het voorpaneel van de printer om de
juiste papiersoort in te stellen nadat u papier in een van de laden hebt geplaatst. Als u
papier plaatst in lade 1 (MPT) of 2, moet u ook het juiste papierformaat instellen.
Plaats papier met de lange of de korte zijde eerst in de lade. Zie de tabellen met ondersteunde
soorten papier, transparanten en overige speciale media op de volgende pagina's voor
informatie over de invoerrichting voor de diverse papierformaten en papierladen.
Lade 1 (MPT): lange zijde eerst Lade 1 (MPT): korte zijde eerst
7750-151
MAX
7750-150
7750-152
Laden 2-5: lange zijde eerstLaden 2-5: korte zijde eerst
Opmerking
Laad het papier niet boven de vullijn in de lade.
2. Wanneer u via het voorpaneel wordt gevraagd de geladen papiersoort en het papierformaat
te bevestigen of te wijzigen, selecteert u een van de volgende opties:
Lade 1 (MPT) en 2
:
■Druk op de knop OK om de papiersoort en het papierformaat te bevestigen.
■Selecteer Wijzigen en druk op de knop OK. Druk op de knop pijl-omhoog of pijl-
omlaag om de juiste papiersoort te selecteren en druk op de knop OK. Druk op de
knop pijl-omhoog of pijl-omlaag om het juiste papierformaat te selecteren en druk op
de knop OK.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-3
Page 40
De papiersoort wijzigen
Phaser 7750
Confirm Tray 1 (MPT) Paper
OK: Letter (8.5 x 11.0 in.) Plain
Paper
Change
7750-154
Phaser 7750
Confirm Tray 2 Paper
OK: Letter (8.5 x 11.0 in.) Plain
Paper
Change
7750-170
Laden 3-5
■Druk op de knop OK om de papiersoort te bevestigen.
■Druk op de knop pijl-omhoog of pijl-omlaag om een andere papiersoort te selecteren
en druk op de knop OK.
Phaser 7750
Confirm Tray N Paper
Plain Paper
Heavy Plain Paper
Thin Card Stock
Letterhead
Exit
7750-153
Ga voor informatie over on line ondersteuning naar de website van Xerox www.xerox.com/
office/infoSMART.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-4
Page 41
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Ondersteund papier
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Richtlijnen voor het gebruik van papier' op pagina 2-5
■'Richtlijnen voor papieropslag' op pagina 2-10
■'Papier dat de printer kan beschadigen' op pagina 2-11
Neem de richtlijnen uit deze tabellen in acht voor de hoogste afdrukkwaliteit en om vastlopen
van het papier te vermijden. Voor het beste resultaat gebruikt u alleen Xerox Phaser Color
Printing-media die voor deze printer zijn vermeld. Deze media verzekeren u van uitstekende
resultaten op uw Phaser
Richtlijnen voor het gebruik van papier
■Gebruik geen papier voor inkjetprinters, omdat dit de fuser kan beschadigen.
■Leg niet te veel papier in de lade. Zie de indicator voor de maximale vulhoogte op het
label in de lade.
■Waaier het papier, de transparanten of andere speciale media uit voordat u ze in de
papierlade plaatst.
■Als het papier regelmatig vastloopt, gebruikt u een nieuw pak papier, transparanten of
andere speciale media.
■Gebruik alleen transparante film uit de Phaser
kwaliteitsproblemen veroorzaken of de fuser beschadigen.
■Gebruik alleen papieren enveloppen. Gebruik geen enveloppen met plastic vensters of
Neem de richtlijnen uit deze tabellen in acht voor de hoogste afdrukkwaliteit en om vastlopen
van het papier te vermijden. Voor het beste resultaat gebruikt u alleen Xerox Phaser Color
Printing-media die voor deze printer zijn vermeld. Deze media verzekeren u van uitstekende
resultaten op uw Phaser
Amerikaanse standaardformaten: ondersteund papier, transparanten en andere
speciale media
film uit de Phaser® 45-serie. Andere
transparanten kunnen de printer
beschadigen.
Lade
Lade 1 (MPT)
Lade 2 voor 500 vel
Ladecompartiment voor
1500
vel, laden 3-5
Hoge-capaciteitsinvoerlade
voor 2500 vel, lade 3
Hoge-capaciteitsinvoerlade
voor 2500 vel, lade 4-5
Lade 1 (MPT)
Lade 1 (MPT)
Lade 1 (MPT)
Lade 1 (MPT)
Lade 2 voor 500 vel
Statement (5,5 x 8,5 inch)
Executive (7,25 x 10,5 inch)
Letter (8,5 x 11 inch)
US Folio (8,5 x 13 inch)
Legal (8,5 x 14 inch)
Tabloid (11 x 17 inch)
Tabloid Extra (12 x 18 in.) ††
Aangepast**
●
● ●
▲
●
▲
●
▲
●
●
●●●▲ ▲▲▲● ▲
●●▲
●●▲
●
●
▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲●●▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲
▲
●●▲
▲
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-6
Page 43
Amerikaanse standaardformaten: ondersteund papier, transparanten en andere
speciale media (vervolg)
Ondersteund papier
=
=
Lange zijde eerst *
Korte zijde eerst *
Phaser 7750-printer
Papiersoort
Envelop
gebruik alleen papieren
Let op:
enveloppen. Gebruik geen
enveloppen met vensters of metalen
klemmen. Laad enveloppen altijd met
de bovenkant naar beneden in
lade 1 (MPT), zodat de flap is
gesloten en als eerste in de printer
wordt gevoerd.
Lade
Lade 1 (MPT)
Statement (5,5 x 8,5 inch)
Executive (7,25 x 10,5 inch)
Letter (8,5 x 11 inch)
US Folio (8,5 x 13 inch)
●●Envelop nr. 10 (4,12 x 9,5 inch)
A7 (5,25 x 7,25 inch)
* Raadpleeg de labels op de printerlade of ga naar Documentatie/Afdrukken op de Cd-rom
met gebruikersdocumentatie voor meer informatie over invoeren met de lange of korte
zijde eerst.
** Ga naar Documentatie/Afdrukken/Aangepaste formaten op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over papier met een aangepast formaat.
† Papier met de markering † kan worden gebruikt voor automatisch dubbelzijdig afdrukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken kan alleen vanuit de laden 2-5 op media van
2
65-105 g/m
.
†† Tabloid Extra kunt u alleen gebruiken op de configuraties 7750DN, 7750GX en 7750DXF.
Legal (8,5 x 14 inch)
Tabloid (11 x 17 inch)
Tabloid Extra (12 x 18 in.) ††
Aangepast**
Europese formaten: ondersteund papier, transparanten en andere speciale media
transparante film uit de
Phaser® 45-serie. Andere
transparanten kunnen de
printer beschadigen.
Envelop
Lade 1 (MPT)
Lade 1 (MPT)
Lade 1 (MPT)
Lade 1 (MPT)
Lade 2 voor 500 vel
Lade 1 (MPT)
Let op: gebruik alleen
papieren enveloppen. Gebruik
geen enveloppen met
vensters of metalen klemmen.
Laad enveloppen altijd met de
bovenkant naar beneden in
lade 1 (MPT), zodat de flap is
gesloten en als eerste in de
printer wordt gevoerd.
A6 (105 x 148 mm)
A5 (148 x 210 mm)
A4 (210 x 297 mm)
A3 (297 x 420 mm)
B5 JIS (182 x 257 mm)
● ▲ ●▲ ●▲ ▲ ● ▲ ●
●● ▲
●● ▲
●
●
▲
●
DL-envelop (110 x 220 mm)
●
B5-envelop (176 x 250 mm)
●
C6-envelop (114 x 162 mm)
●
C5-envelop (162 x 229 mm)
▲
C4-envelop (229 x 324 mm)
* Raadpleeg de labels op de printerlade of ga naar Documentatie/Afdrukken op de Cd-rom
met gebruikersdocumentatie voor meer informatie over invoeren met de lange of korte
zijde eerst.
** Ga naar Documentatie/Afdrukken/Aangepaste formaten op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over papier met een aangepast formaat.
† Papier met de markering † kan worden gebruikt voor automatisch dubbelzijdig afdrukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken kan alleen vanuit de laden 2-5 op media van
2
65-105 g/m
.
†† SRA3 kunt u alleen gebruiken op de configuraties 7750DN, 7750GX en 7750DXF.
B4 JIS (257 x 364 mm)
SRA3 (320 x 450 mm) ††
Aangepast**
ISO B5(176 x 250 mm)
●●▲
▲
Neem voor het bestellen van Phaser Color Printing-media contact op met uw plaatselijke
leverancier, of ga naar
www.xerox.com/office/7750supplies.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-8
Page 45
.
Phaser Color Printing-media
Ondersteund papier
Papiersoort Phaser
Phaser-mediaFormaatArtikelnummer
7750-printer
Normaal papierPhaser Premium Color Printing-papier,
Phaser Premium-gecoat omslagpapier
(glanzend), 50 vel
216 g/m2 (omslagpapier 80 lb.)
Phaser Premium-briefkaarten, 100 vel
176 g/m2 (omslagpapier 65 lb.)
Phaser-driebladige brochures, 150 vel
176 g/m2 (omslagpapier 65 lb.)
Ta bl o id
Tabloid Extra
A3
SRA3
Tabloid Extra
SRA3
Letter
A4
Letter
A4
103R01049
103R01051
103R01050
103R01005
016-1958-00
016-1959-00
103R01016
103R01017
103R01018
103R01019
EtikettenPhaser Color Printing-etiketten, 30/vel, 100 velLetter016-1812-00
Phaser Color Printing-etiketten, 14/vel, 100 velA4016-1814-00
Phaser Color Printing-etiketten, 6/vel, 100 velLetter016-1813-00
Phaser Color Printing-etiketten, 8/vel, 100 velA4016-1815-00
Phaser-fotopapierPhaser-papier voor digitale foto's, 25 vel
163 g/m2 (omslagpapier 60 lb.)
Letter
A4
016-2009-00
016-2010-00
Ga voor informatie over on line ondersteuning naar de website van Xerox www.xerox.com/
office/infoSMART.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-9
Page 46
Ondersteund papier
Richtlijnen voor papieropslag
Voor optimale afdrukkwaliteit is het belangrijk dat u voor een goede omgeving voor het papier
zorgt, het papier op de juiste manier gebruikt en het op de juiste wijze bewaart.
■Bewaar papier in een donkere, koele en relatief droge ruimte. De meeste papiermaterialen
kunnen beschadigd raken door ultraviolet (UV) en zichtbaar licht. Vooral UV-straling, die
wordt gegenereerd door de zon en tl-lampen, is heel schadelijk voor papier. Beperk de
intensiteit en de duur van blootstelling aan zichtbaar licht zoveel mogelijk.
■U wordt aangeraden de temperatuur en relatieve luchtvochtigheid constant te houden.
■Zorg dat er geen licht, hitte en vocht is.
■Bewaar papier niet op zolder, in de keuken, in de garage of in de kelder. Binnenmuren zijn
droger dan buitenmuren, waar vochtophoping mogelijk is.
■Leg uw papiervoorraad op een effen oppervlak, bijvoorbeeld op pallets, karton, planken of
in kasten.
■Bewaar geen voedsel of drank in de opslag-/verwerkingsruimte van het papier.
■Open verzegelde papierpakken pas wanneer u deze in de printer wilt laden. Laat het papier
in de oorspronkelijke verpakking en haal een pak pas uit de doos wanneer u het wilt
gebruiken. De verpakking van de meeste commerciële standaardformaten is aan de
binnenkant voorzien van een beschermlaag tegen vochtverlies of -toename.
Phaser-media worden verkocht in een aangepaste verpakking die transportproblemen
voorkomt en optimale afdrukresultaten garandeert. Laat de media in de verpakking totdat u ze
gaat gebruiken. Plaats ongebruikte media weer in de oorspronkelijke verpakking en sluit deze
goed.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-10
Page 47
Ondersteund papier
Papier dat de printer kan beschadigen
Uw printer is ontworpen voor gebruik met verschillende papiersoorten. Ga naar
Documentatie/Afdrukken/Ondersteunde papiersoorten op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over ondersteunde papiersoorten.
Niet-ondersteunde mediasoorten kunnen de afdrukkwaliteit verminderen, het papier laten
vastlopen en/of de printer beschadigen.
Dit zijn voorbeelden van papier dat niet mag worden gebruikt:
■Ruwe of poreuze media.
■Gefotokopieerd papier.
■Formulieren die uit meerdere delen bestaan.
■Papier met uitgeknipte delen of perforaties.
■Papier met nietjes.
■Papier met deklaag, reliëfpapier of papier met briefhoofd met een hittebestendigheid van
minder dan 210°C (322°F).
■Media die smelten, verschuiven of verkleuren wanneer ze 0,2 seconden worden
blootgesteld aan een temperatuur van minder dan 210°C (322°F).
Phaser-papier heeft een betere snijkwaliteit, waardoor minder stof op het papier komt en
mogelijke vervuiling wordt voorkomen. Door papier in perfecte staat te gebruiken, verlengt
de levensduur van de onderdelen en verbetert u de afdrukkwaliteit. Papier met een betere
u
snijkwaliteit vermindert ook het vastlopen of verkeerd invoeren van papier.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-11
Page 48
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Eenvoudige afdruktaken
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Papier plaatsen in lade 1 (MPT)' op pagina 2-12
■'Papier plaatsen in de laden 2-5' op pagina 2-17
■'De nietmachine gebruiken' op pagina 2-25
■'Factoren die de prestaties van de printer beïnvloeden' op pagina 2-31
Ga als volgt te werk om afdruktaken uit te voeren:
1. Leg papier in de lade.
2. Schuif de geleiders in de lade tegen het papier.
3. Als het voorpaneel dit aangeeft, bevestigt of wijzigt u de papiersoort en/of het
papierformaat.
4. Selecteer Bestand/Afdrukken om de afdrukopties in het printerstuurprogramma aan te
passen. Zie voor meer informatie: Documentatie/Afdrukken/Afdrukopties aanpassen op
de Cd-rom met gebruikersdocumentatie.
5. Stuur de taak naar de printer vanuit het dialoogvenster Afdrukken van de toepassing.
Papier plaatsen in lade 1 (MPT)
Alle papiersoorten kunnen worden gebruikt in lade 1 (MPT).
Let op
Als u de papiersoort in een lade wijzigt,
moet u de papiersoort op het voorpaneel
aanpassen aan de soort die u hebt
geladen. Doet u dit niet, dan kunnen er
problemen met de afdrukkwaliteit
optreden en kan de fuser beschadigd
raken.
Ga naar Documentatie/Afdrukken/Ondersteunde papiersoorten op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over papiersoorten, -gewichten en -grootten.
2. Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
De pijl op de breedtegeleider (zie de volgende afbeelding) moet op een lijn staan met een
van de drie posities op het etiket naast de breedtegeleider. Druk stevig op de
breedtegeleider om deze te verplaatsen zodat de pijl naar de juiste positie wijst voor het
papierformaat dat u gebruikt:
■SRA3 (weergegeven in een zwart veld): gebruik deze instelling niet voor het
afdrukken op aangepaste papierformaten.
■12” (weergegeven in een grijs veld): gebruik deze instelling voor papier met een
breedte van 298 mm tot 305 mm (11,75 - 12 inch).
■Alle ander formaten (aangeduid door een zwarte pijl)
7750-167
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-13
Page 50
Eenvoudige afdruktaken
3. Waaier het papier uit om bladen die aan elkaar geplakt zitten, los te maken.
7750-087
4. Plaats het papier of de transparanten met de lange of de korte zijde eerst in de lade. Pas
indien nodig de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
Lange zijde eerst
MAX
7750-149
■Plaats papier met de formaten Letter, A4, A6, B5 JIS, Statement en Executive met de
lange zijde eerst in lade 1 (MPT). Laad het papier niet boven de vullijn.
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats geperforeerd papier zo dat de gaatjes het laatst de printer in worden gevoerd.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) richting de voorkant van de
printer.
7750-102
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-14
Page 51
Eenvoudige afdruktaken
Korte zijde eerst
MAX
7750-150
■Plaats papier met de formaten Legal, Tabloid, Tabloid Extra, A3, A5, US Folio, B4
JIS en SRA3 met de korte zijde eerst in lade 1 (MPT). Laad het papier niet boven de
vullijn.
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de achterzijde van de printer.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) zo dat deze zijde het laatst de
printer in wordt gevoerd.
Opmerking
Laad het papier niet boven de vullijn in de lade.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-15
7750-101
Page 52
Eenvoudige afdruktaken
Instellingen van het voorpaneel selecteren
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel de papiersoort als het formaat juist is. Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als de geselecteerde papiersoort of het geselecteerde formaat niet
juist is en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer de papiersoort en druk op de knop OK.
3. Selecteer het papierformaat en druk op de knop OK om de keuze op te slaan.
4. Selecteer de papiersoort of Lade 1 (MPT) als de papierbron in het
printerstuurprogramma.
Papierpad lade 1 (MPT)
In de volgende afbeelding ziet u het papierpad van de printer:
7750-121
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-16
Page 53
Eenvoudige afdruktaken
Papier plaatsen in de laden 2-5
Ga naar Documentatie/Afdrukken/Ondersteunde papiersoorten op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over papiersoorten, -gewichten en -grootten.
Let op
Als u de papiersoort in een lade wijzigt,
moet u de papiersoort op het voorpaneel
aanpassen aan de soort die u hebt
geladen. Doet u dit niet, dan kunnen er
problemen met de afdrukkwaliteit
optreden en kan de fuser beschadigd
raken.
1. Trek de lade uit de printer.
Phaser 7750
7750-037
7750-035
2. Als u papier met een andere breedte of lengte plaatst, past u de breedte- en lengtegeleiders
aan.
7750-106
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-17
Page 54
Eenvoudige afdruktaken
3. Waaier het papier uit om bladen die aan elkaar geplakt zitten, los te maken.
7750-087
4. Plaats het papier of de transparanten met de lange of de korte zijde eerst in de lade.
MAX
7750-044
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-18
Page 55
Eenvoudige afdruktaken
Lange zijde eerst
7750-151
■Plaats papier met de formaten Letter, A4 en B5 JIS met de lange zijde eerst.
■Plaats de vellen met de zijde waarop moet worden afgedrukt naar boven.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de rechterzijde van de lade.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) richting de voorkant van de
lade.
7750-119
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-19
Page 56
Eenvoudige afdruktaken
Korte zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Legal, Tabloid, A3, A5, B4 JIS, US Folio en Statement
met de korte zijde eerst in lade 1 (MPT).
■Plaats de vellen met de zijde waarop moet worden afgedrukt naar boven.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de voorzijde van de lade.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) richting de linkerzijde van de
lade.
7750-091
Opmerking
Laad het papier niet boven de vullijn in de lade.
5. Pas indien nodig de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
Pas de papiergeleiders aan naar gelang het papierformaat en de afdrukstand (lange of korte
zijde eerst). U vindt extra informatie voor het laden van papier naar gelang het formaat en
de afdrukstand op labels in de papierlade.
7750-092
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-20
Page 57
Eenvoudige afdruktaken
6. Duw de lade helemaal in de printer.
7750-014
Instellingen van het voorpaneel selecteren voor lade 2
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel de papiersoort als het formaat juist is. Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als de geselecteerde papiersoort of het geselecteerde formaat niet
juist is en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer de papiersoort en druk op de knop OK.
3. Selecteer een van de volgende opties voor het papierformaat:
■Het weergegeven papierformaat of het formaat dat wordt aangeduid met
Automatisch gevonden
■Aangepast: hiervoor moet u waarden opgeven voor de breedte en de hoogte.
Opmerking
Ga naar Documentatie/Afdrukken/Aangepast papierformaat op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over papier met een aangepast formaat.
4. Selecteer de papiersoort of Lade 2 in het printerstuurprogramma.
Instellingen van het voorpaneel selecteren voor de laden 3-5
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als de papiersoort juist is.
■Selecteer de juiste papiersoort en druk op de knop OK.
2. Selecteer de papiersoort of Lade 3, 4 of 5 in het printerstuurprogramma.
Opmerking
Voor meer informatie over afdrukopties en andere selecties klikt u op de knop Help op het
tabblad van het printerstuurprogramma om de on line Help-functie te activeren.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-21
Page 58
Eenvoudige afdruktaken
Papierpad voor de laden 2-5
In de volgende afbeelding ziet u het papierpad van de printer:
7750-124
Lade 2 tot en met 5 gebruiken voor automatisch dubbelzijdig afdrukken
1. Plaats papier in lade 2, 3, 4 of 5.
Lange zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Letter, A4 en B5 JIS met de lange zijde eerst.
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de linkerzijde van de lade.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) richting de voorkant van de
lade.
7750-141
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-22
Page 59
Eenvoudige afdruktaken
Korte zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Legal, Tabloid, A3, A5, B4 JIS, US Folio en Statement
met de korte zijde eerst in lade 1 (MPT).
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de voorzijde van de lade.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) richting de rechterzijde van de
lade.
7750-142
2. Pas indien nodig de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
7750-016
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-23
Page 60
Eenvoudige afdruktaken
3. Duw de lade helemaal in de printer.
7750-014
Instellingen van het voorpaneel selecteren
Lade 2
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel de papiersoort als het formaat juist is. Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als de geselecteerde papiersoort of het geselecteerde formaat niet
juist is en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer de papiersoort en druk op de knop OK.
3. Selecteer een van de volgende opties voor het papierformaat:
■Het weergegeven papierformaat of het formaat dat wordt aangeduid met
Automatisch gevonden
■Aangepast: hiervoor moet u waarden opgeven voor de breedte en de hoogte.
Opmerking
Ga naar Documentatie/Afdrukken/Aangepast papierformaat op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie over papier met een aangepast formaat.
4. Selecteer de papiersoort of Lade 2 in het printerstuurprogramma.
Laden 3-5
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als de papiersoort juist is.
■Selecteer de juiste papiersoort en druk op de knop OK.
2. Selecteer de papiersoort of Lade 3, 4 of 5 in het printerstuurprogramma.
Opmerking
Voor meer informatie over afdrukopties en andere selecties klikt u op de knop Help op het
tabblad van het printerstuurprogramma om de on line Help-functie te activeren.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-24
Page 61
Eenvoudige afdruktaken
Papierpad voor de laden 2-5 bij dubbelzijdig afdrukken
In de volgende afbeelding ziet u het papierpad van de printer bij dubbelzijdig afdrukken:
7750-125
De nietmachine gebruiken
De optionele afwerkeenheid kan maximaal 50 vellen papier nieten. Als de afdruktaak is
geniet, wordt deze naar de uitvoerlade van de afwerkeenheid gestuurd. De nietmachine kan
5000 nietjes bevatten.
Opmerking
De printer kan geen papier nieten dat wordt ingevoerd via lade 1 (MPT).
■Als er meer dan 50 uitvoervellen naar de nietmachine worden gezonden, worden de vellen
naar de uitvoerlade van de afwerkeenheid doorgezonden zonder te worden geniet.
Vervolgens worden resterende vellen niet naar de nieteenheid gezonden, maar rechtstreeks
naar de uitvoerlade van de afwerkeenheid.
■Als de papiersoort tijdens het zenden van uitvoervellen naar de nietmachine verandert in
een niet-ondersteunde papiersoort, wordt het nieten uitgeschakeld en worden de
resterende vellen in de nietmachine naar de uitvoerlade van de afwerkeenheid gezonden.
Vervolgens worden niet-ondersteunde vellen niet naar de nieteenheid gezonden, maar
rechtstreeks naar de bovenste uitvoerlade.
■Als nieten is ingeschakeld en u meerdere kopieën afdrukt, dient u het vakje Sorteren aan
te kruisen. Als u dit niet doet, worden alle kopieën van één pagina geniet in plaats van elke
set kopieën.
■Wanneer de nietmachine leeg is, wordt op het voorpaneel aangegeven dat de nietcassette
leeg is of ontbreekt. Het afdrukken wordt voortgezet en de pagina's worden uitgevoerd
naar de uitvoerlade van de afwerkeenheid zonder te zijn geniet.
■Als u nieten hebt geselecteerd in het printerstuurprogramma, wordt de uitvoer altijd naar
de uitvoerlade van de afwerkeenheid gestuurd, ook als u de bovenste uitvoerlade hebt
geselecteerd als bestemming.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-25
Page 62
Eenvoudige afdruktaken
Nietopties
Er zijn verschillende nietopties beschikbaar:
■Geen: dit is de standaardoptie. Hiermee worden afdrukken niet geniet.
■Voorzijde: er wordt één nietje aangebracht in elke set kopieën. (Zie de volgende tabel.)
■Achterzijde: er wordt één nietje aangebracht in elke set kopieën. (Zie de volgende tabel.)
■Dubbel: er worden twee nietjes aangebracht in elke set kopieën. (Zie de volgende tabel.)
Ga als volgt te werk als u een nietoptie wilt selecteren in een ondersteund stuurprogramma:
■Windows 98, Windows Me, Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003,
Windows NT-PostScript-stuurprogramma:
Selecteer op het tabblad Uitvoeropties een optie in de vervolgkeuzelijst Nieten en
selecteer de optie Uitvoerlade van de afwerkeenheid in de vervolgkeuzelijst
Papierbestemming.
■Mac OS 9-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de optie Afwerkopties in de vervolgkeuzelijst
en selecteer een van de weergegeven nietopties.
■Mac OS X (versie 10.1 en hoger)-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de optie Afwerkopties in de vervolgkeuzelijst
en selecteer een nietoptie in de vervolgkeuzelijst Nieten.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-26
Page 63
Gebruik de volgende tabel om de positie van de nietjes te bepalen:
Eenvoudige afdruktaken
NietenAfdrukstand
VoorzijdeStaand
Liggend
AchterzijdeStaand
Liggend
Richting van papierinvoer
Lange zijde eerstKorte zijde eerst
A
A
A
A
A
A
A
A
Dubbel *Staand
A
Liggend
A
* Het papierformaat moet Letter, A4, B4 JIS, B5 JIS, A3 of Tabloid zijn.
A
A
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-27
Page 64
Nietjes toevoegen
1. Open klep J van de afwerkeenheid.
7750-067
2. Trek de nietcassette naar de voorzijde van de afwerkeenheid.
Eenvoudige afdruktaken
7750-068
3. Verwijder de nietcassette door het gouden handvat op te tillen.
7750-069
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-28
Page 65
Eenvoudige afdruktaken
4. Druk de zijkanten van de nietcassette naar elkaar toe waar u het woord 'Push' ziet en til het
gedeelte van de nietcassette op dat is ontgrendeld.
PUSH
PUSH
7750-070
5. Verwijder de lege cassette uit de nietcassette.
PUSH
7750-112
6. Schuif een nieuwe set nietjes in de cassette en trek aan het lipje om de verpakking los te
trekken.
7750-071
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-29
Page 66
Eenvoudige afdruktaken
7. Druk de bovenzijde van de nietcassette naar beneden tot u een klik hoort.
PUSH
7750-072a
8. Plaats de nietcassette terug in de printer.
9. Sluit klep J van de afwerkeenheid.
7750-073
7750-074
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-30
Page 67
Eenvoudige afdruktaken
Factoren die de prestaties van de printer beïnvloeden
Een afdruktaak wordt beïnvloed door een groot aantal factoren, zoals de afdruksnelheid
(uitgedrukt in aantal pagina’s per minuut), de gebruikte media, de downloadtijd en de
verwerkingstijd van de printer.
De downloadtijd van de computer en de verwerkingstijd van de printer zijn afhankelijk van
verschillende factoren, zoals:
■printergeheugen
■verbindingstype (netwerk of USB)
■netwerkbesturingssysteem
■printerconfiguratie
■bestandsgrootte en afbeeldingstype
■computersnelheid
Opmerking
Het toevoegen van extra printergeheugen (RAM) kan de algemene printersnelheid
verhogen, maar heeft geen invloed op het aantal pagina’s per minuut (ppm) dat door de
printer kan worden afgedrukt.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-31
Page 68
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Afdrukopties aanpassen
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Afdrukopties instellen' op pagina 2-32
■'Afdrukkwaliteit selecteren' op pagina 2-35
■'Afdrukken in zwart-wit' op pagina 2-36
Afdrukopties instellen
Het Xerox-printerstuurprogramma biedt vele afdrukopties.
Afdrukvoorkeuren selecteren in Windows
Printervoorkeuren zijn van toepassing op alle taken, tenzij u deze specifiek voor een taak
overschrijft. Als u bijvoorbeeld automatisch dubbelzijdig afdrukken wilt gebruiken voor de
meeste afdruktaken, stelt u deze optie in bij de printerinstellingen.
1. Klik op Start, selecteer Instellingen en klik vervolgens op Printers.
2. Klik in de map Printers met de rechtermuisknop op het pictogram voor uw printer.
3. Kies Printervoorkeuren of Eigenschappen in het snelmenu.
4. Selecteer de gewenste opties op de tabbladen van het stuurprogramma. Zie de tabel
Afdrukopties voor Windows-besturingssystemen voor specifieke afdrukopties.
5. Klik op OK om uw selecties op te slaan.
Eigenschappen selecteren voor een specifieke taak (Windows)
Als u voor een specifieke taak speciale instellingen wilt gebruiken, moet u de instellingen van
het stuurprogramma wijzigen voordat u de taak naar de printer zendt. Als u bijvoorbeeld een
bepaalde afbeelding wilt afdrukken met de kwaliteit Foto, moet u deze instelling in het
stuurprogramma selecteren voordat u de taak afdrukt.
1. Open het document of de afbeelding in de overeenkomstige toepassing en open het
dialoogvenster Afdrukken.
2. Selecteer de Phaser 7750-printer en klik op de knop Eigenschappen om het
printerstuurprogramma te openen.
3. Selecteer de gewenste opties op de tabbladen van het stuurprogramma. Raadpleeg de
Ta bb l ad Indeling
Windows XP of
Windows Server 2003
Ta bb l ad Papier/
kwaliteit
Ta bb l ad Uitvoeropties
Ta bb l ad TekColor
Ta bb l ad
Probleemoplossing
Windows NTTa b bl a d Pagina-
instelling
Afdrukopties
■ Afdrukstand
■ Afdrukken op beide zijden (duplex)
■ Pagina's per vel
■ Papierformaat, Papiersoort of Ladeselectie
■ Afdrukkwaliteit
■ Dekbladen
■ Nieten
■ Papierbestemming
■ Walk-Up-functies (Beveiligde afdrukken,
Testafdrukken en Opgeslagen afdrukken)
■ Deelpagina's
■ Kleurcorrectie
■ Zwart-wit
■ PrintingScout
■ Pagina's printergegevens
■ Nuttige webkoppelingen
■ Afdrukstand
■ Afdrukken op beide zijden (dubbelzijdig
afdrukken)
Ta bb l ad Papier/
kwaliteit
Ta bb l ad Uitvoeropties
Ta bb l ad TekColor
Ta bb l ad
Probleemoplossing
■ Papierformaat, Papiersoort of Ladeselectie
■ Afdrukkwaliteit
■ Dekbladen
■ Nieten
■ Papierbestemming
■ Walk-Up-functies (Beveiligde afdrukken,
Testafdrukken en Opgeslagen afdrukken)
■ Deelpagina's
■ Kleurcorrectie
■ Zwart-wit
■ PrintingScout
■ Pagina's printergegevens
■ Nuttige webkoppelingen
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-33
Page 70
Afdrukopties voor Windows-besturingssystemen (vervolg)
Afdrukopties aanpassen
Besturingssysteem
Windows 98 of
Windows ME
Tabb l a d i n
stuurprogramma
Afdrukopties
Ta bb l ad Instelling■ Papierformaat, Papiersoort of Ladeselectie
■ Afdrukstand
■ Afdrukken op één zijde of Afdrukken op
twee zijden
■ Afdrukkwaliteit
Ta bb l ad Uitvoeropties
■ Nieten
■ Papierbestemming
■ Deelpagina's
■ Dekbladen
■ Beveiligde afdrukken, Testafdrukken en
Opgeslagen afdrukken
Ta bb l ad TekColor
Ta bb l ad
Probleemoplossing
■ Kleurcorrectie
■ Zwart-wit
■ PrintingScout
■ Pagina's printergegevens
■ Nuttige webkoppelingen
Opmerking
Voor meer informatie over afdrukopties en andere selecties klikt u op de knop Help op het
tabblad van het printerstuurprogramma om de on line Help-functie te activeren.
Eigenschappen selecteren voor een specifieke taak (Mac)
Als u instellingen wilt selecteren voor een specifieke afdruktaak, moet u de instellingen van
het stuurprogramma wijzigen voordat u de taak naar de printer zendt.
1. Open het document in uw toepassing en kies Print in het menu Archief.
2. Selecteer de gewenste afdrukopties in de menu’s en vervolgkeuzelijsten.
Opmerking
In Macintosh OS X klikt u op Presets opslaan in het scherm van het menu Print om
de huidige printerinstellingen op te slaan. U kunt meerdere presets maken en elke
preset opslaan met een unieke naam en printerinstellingen. Als u taken wilt afdrukken
met specifieke printerinstellingen, klikt u op de overeenkomstige opgeslagen preset in
de lijst Presets.
3. Klik op Print om de taak af te drukken.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-34
Page 71
Afdrukopties aanpassen
Afdrukkwaliteit selecteren
Ga als volgt te werk om de modus voor de afdrukkwaliteit op te geven in een ondersteund
stuurprogramma:
■Windows 98 of Windows ME PostScript-stuurprogramma:
Selecteer op het tabblad Instelling een modus voor de afdrukkwaliteit.
■Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003 of Windows NT PostScript-
stuurprogramma:
Selecteer op het tabblad Papier/kwaliteit een modus voor de afdrukkwaliteit.
■Mac OS 9-stuurprogramma:
Klik in het dialoogvenster Print op Algemeen, selecteer Afdrukkwaliteit in de
vervolgkeuzelijst en selecteer vervolgens de gewenste modus bij Kwaliteit.
■Mac OS X (versie 10.1 en hoger)-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de optie Afdrukkwaliteit in de
vervolgkeuzelijst en selecteer een modus voor de afdrukkwaliteit in de vervolgkeuzelijst
Afdrukkwaliteit.
AfdrukkwaliteitmodusBeschrijving
StandaardAlgemene modus voor het maken van scherpe, heldere kleurenafdrukken.
Aanbevolen voor de meeste kantoortoepassingen en snelle afdrukken.
UitgebreidModus voor hoge kwaliteit voor fijne lijnen en scherpe tekst. Aanbevolen
voor afdrukken met veel details.
FotoModus met de hoogste kwaliteit voor vloeiende kleurovergangen.
Aanbevolen voor het afdrukken van foto's of wanneer gebruik wordt
gemaakt van grafische toepassingen en het resultaat moet lijken op dat van
een drukpers.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-35
Page 72
Afdrukopties aanpassen
Afdrukken in zwart-wit
Selecteer de optie Zwart-wit in het printerstuurprogramma als u pagina's monochroom wilt
afdrukken.
Ga als volgt te werk om Zwart-wit te selecteren in een ondersteund stuurprogramma:
■Windows 98 of Windows ME PostScript-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken achtereenvolgens Eigenschappen, TekColor
en Zwart-wit.
■Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003 of Windows NT PostScript-
stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken achtereenvolgens Eigenschappen, TekColor
en Zwart-wit.
■Mac OS 9-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Print achtereenvolgens Algemeen, Tek Co lo r in de
vervolgkeuzelijst en vervolgens Zwart-wit.
■Mac OS X (versie 10.1 en hoger)-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de optie Afdrukkwaliteit in de
vervolgkeuzelijst en selecteer Zwart-wit in de vervolgkeuzelijst Kleurcorrectie.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-36
Page 73
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Kleuren gebruiken
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Printers en CMYK' op pagina 2-37
■'Monitoren en RGB' op pagina 2-37
■'Beeldverwerking' op pagina 2-38
■'Kleuren aanpassen met TekColor Correction' op pagina 2-38
■'Kleuren kalibreren' op pagina 2-39
■'Papier kalibreren' op pagina 2-40
■'Kleurenvoorbeeldpagina's' op pagina 2-40
Printers en CMYK
Uw printer en monitor gebruiken verschillende methoden voor het genereren van kleuren. De
printer genereert een reeks van punten in drie hoofdkleuren: cyaan, magenta en geel. Als
gelijke hoeveelheden van deze drie kleuren op elkaar worden geplaatst, is het resultaat de
kleur zwart.
De printer kan twee kleuren op elkaar plaatsen om een derde kleur te genereren. Magenta en
geel vormen rood. Het resultaat van cyaan en magenta is blauw. Voor minder verzadigde
kleuren gebruikt de printer 'wit' door niet af te drukken op bepaalde punten. Als magenta
wordt gemengd met niet-bedrukte punten, is het resultaat roze.
Door twee of meer hoofdkleuren op elkaar te plaatsen, genereert de printer een palet van acht
kleuren. Gelijke delen van de drie hoofdkleuren genereren weliswaar zwart, maar de printer
bevat een aparte cassette met zwarte toner voor het afdrukken van volledig zwarte gebieden in
afbeeldingen met een grote hoeveelheid zwarte tekst of zwarte achtergronden. Deze vier
kleuren (cyaan, magenta, geel en zwart) vormen het kleursysteem CMYK.
Monitoren en RGB
De monitor projecteert kleur op het scherm. De drie hoofdkleuren die door de monitor worden
geprojecteerd, zijn rood, groen en blauw. Als gelijke hoeveelheden van deze drie kleuren
worden geprojecteerd, is het resultaat de kleur wit. Deze drie kleuren vormen het kleursysteem
RGB.
Het oppervlak van uw monitor bestaat uit duizenden fosforpuntjes. Om rood te genereren,
projecteert de monitor rode fosfordeeltjes. Voor minder verzadigde rode tinten (roze) activeert
de monitor twee van de drie rode fosfordeeltjes. Printers voegen niet-bedrukte witte puntjes
toe om minder verzadigde kleuren te genereren. Voor hetzelfde effect activeren monitoren
minder fosfordeeltjes.
Een ander belangrijk verschil tussen een printer en monitor is de manier waarop licht wordt
omgezet. Papier reflecteert licht, monitoren stralen licht uit. Vanwege deze verschillende
methoden hebben printers en monitoren niet hetzelfde kleurbereik.
Het afgedrukte document ziet er mogelijk anders uit dan op het scherm, omdat de printer en de
monitor verschillende methoden gebruiken voor het genereren van kleuren. Om deze
verschillen weg te werken, gebruikt de printer beeldverwerking om de kleuren te converteren.
Beeldverwerking is de procedure waarbij het computerbestand wordt omgezet in printertoner.
Uw printer gebruikt TekColor Correction om de computerkleuren correct om te zetten in
printerkleuren.
Kleuren aanpassen met TekColor Correction
De opties van TekColor Correction bieden simulaties van verschillende kleurenapparaten.
Automatisch is de standaardcorrectie voor algemene beeldverwerking. Zie de volgende tabel
om te bepalen welke optie u wilt gebruiken.
CategorieTekColor CorrectionBeschrijving
AutomatischPast de beste kleurcorrectie toe op elk grafisch
element: tekst, afbeeldingen en foto's.
KantoorkleursRGB-weergaveBenadert de kleuren op een computerscherm.
sRGB levendigProduceert heldere, meer verzadigde kleuren dan
sRGB-weergave.
Komt overeen met
drukpers
GeenPast geen kleurcorrectie toe. Gebruik dit bij andere
Zwart-witHiermee converteert u alle kleuren naar grijstinten.
Instelling op
voorpaneel van
printer gebruiken
SWOP-afdrukKomt overeen met Specifications for Web Offset
Publications (specificaties voor weboffsetpublicaties)
EuroscaleKomt overeen met de specificatie voor FOGRA
glanzend papier.
CommercieelBenadert de Amerikaanse doelwaarde voor
commerciële afdrukken.
SNAP-afdrukKomt overeen met de specificaties voor de productie
van krantenadvertenties.
Japan ColorKomt overeen met de Japan Color 2001-specificatie.
Aangepaste kleurenGebruikt een aangepaste kleurcorrectie die voor uw
printer is ontwikkeld met PhaserMatch-software.
kleurbeheerhulpmiddelen zoals ICC-profielen
(International Color Consortium), ColorSync of de
Phaser 7750 PANTONE-kleurenkaart.
De kleurcorrectie die is ingesteld in de printer
gebruiken. De kleurcorrectie kan worden ingesteld in
de printer met behulp van het voorpaneel of met de
CentreWare-software (indien beschikbaar).
Meer informatie over kleuraanpassing en ICC-profielen vindt u op de website van Xerox:
www.xerox.com/office/infoSMART.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-38
Page 75
Kleuren gebruiken
Ga als volgt te werk om de kleurcorrectie op te geven in een ondersteund stuurprogramma:
■Windows 98 of Windows ME PostScript-stuurprogramma:
Selecteer de gewenste kleurcorrectie op het tabblad Tek Co lo r. Sommige opties voor
kleurcorrectie zijn gegroepeerd onder Kantoorkleur of Komt overeen met drukpers.
■Windows 2000, Windows XP, Windows Server 2003 of Windows NT PostScript-
stuurprogramma:
Selecteer de gewenste kleurcorrectie op het tabblad Tek Co lo r. Sommige opties voor
kleurcorrectie zijn gegroepeerd onder Kantoorkleur of Komt overeen met drukpers.
■Mac OS 9-stuurprogramma:
Klik in het dialoogvenster Print op Algemeen, selecteer Tek Co lo r in de
vervolgkeuzelijst en selecteer vervolgens de gewenste correctie bij Kleur.
■Mac OS X (versie 10.1 en hoger)-stuurprogramma:
Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken de optie Afdrukkwaliteit in de
vervolgkeuzelijst en selecteer de gewenste optie voor kleurcorrectie in de
vervolgkeuzelijst Kleurcorrectie.
Kleuren kalibreren
Overzicht
Met kleurenkalibratie kunt u voor optimale uitvoer van kleuren zorgen. Mogelijk moeten de
kleurinstellingen worden aangepast tijdens de initiële instelling van de printer of na het
vervangen van toners en eenheden voor het vastleggen van het beeld. Er zijn twee procedures:
Kleuren balanceren en Kleuren lichter / donkerder maken. Voor een fijnere aanpassing van de
hoofdkleuren (cyaan, magenta en geel) voert u de procedure Kleuren balanceren uit. Als de
globale afbeelding te licht of te donker is, gebruikt u de procedure Kleuren lichter / donkerder
maken. Druk via het voorpaneel van de printer de gegevenspagina Kleurenkalibratie af voor
meer informatie over kleurenkalibratie.
Druk de gegevenspagina 'Kleurenkalibratie' af via het voorpaneel van de printer voor meer
informatie over kleurenkalibratie.
Ga als volgt te werk om de pagina Kleurenkalibratie af te drukken:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Kalibratie-instellingen en druk op de knop OK.
3. Selecteer Kleuren kalibreren en druk op de knop OK.
4. Selecteer een optie voor kleurenkalibratie uit de lijst en druk op de knop OK.
5. Volg de instructies op het voorpaneel om de kalibratieprocedure uit te voeren.
Opmerking
Ga naar www.xerox.com/office/infoSMART
en ICC-profielen (International Color Consortium).
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-39
voor meer informatie over kleuraanpassing
Page 76
Kleuren gebruiken
Papier kalibreren
Met papierkalibratie past u de printer aan voor verschillende papiersoorten en
omgevingsfactoren. Als u een ander merk of soort papier gaat gebruiken of als de temperatuur
of vochtigheid significant wijzigt, moet u de printer mogelijk opnieuw aanpassen.
Druk de gegevenspagina 'Voor papier kalibreren' af via het voorpaneel van de printer voor
meer informatie over papierkalibratie.
Ga als volgt te werk om de pagina 'Voor papier kalibreren' af te drukken:
1. Selecteer Printerinstellingen op het voorpaneel van de printer en druk op de knop OK.
2. Selecteer Kalibratie-instellingen en druk op de knop OK.
3. Selecteer Voor papier kalibreren en druk op de knop OK.
4. Selecteer Pagina's voor papier kalibreren en druk op de knop OK.
5. Volg de instructies voor het aanpassen van de tonerinstellingen op het voorpaneel van de
printer.
Kleurenvoorbeeldpagina's
Voorbeeldpagina's voor CMYK- en RGB-kleuren kunnen worden afgedrukt via het
voorpaneel van de printer. Voordat u de voorbeeldpagina's afdrukt, stemt u de instellingen van
het voorpaneel af op de instellingen van het printerstuurprogramma. Zo weet u zeker dat de
kleuren op de afgedrukte voorbeeldpagina's correct zijn.
Ga als volgt te werk als u de afdrukkwaliteit en TekColor Correction-instellingen wilt instellen
op het voorpaneel van de printer:
1. Selecteer Printerinstellingen en druk op de knop OK.
2. Selecteer PostScript-instellingen en druk op de knop OK.
3. Selecteer Afdrukkwaliteitmodus en selecteer een optie uit de weergegeven lijst.
4. Selecteer TekColor Correction en selecteer een optie uit de weergegeven lijst.
De voorbeeldpagina's CMYK-voorbeeld of RGB-voorbeeld afdrukken:
1. Selecteer Gegevens en druk op de knop OK.
2. Selecteer Voorbeeldpagina's en druk op de knop OK.
3. Selecteer Voorbeeldpagina's CMYK of Voorbeeldpagina's RGB en druk op de
knop OK om af te drukken.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-40
Page 77
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Dubbelzijdig afdrukken
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Automatisch dubbelzijdig afdrukken' op pagina 2-41
■'Bindvoorkeuren' op pagina 2-43
■'Handmatig dubbelzijdig afdrukken' op pagina 2-46
Automatisch dubbelzijdig afdrukken
U moet beschikken over een Phaser 7750DN, 7750GX of 7750DXF als u automatisch
dubbelzijdig wilt afdrukken. U kunt automatisch dubbelzijdig afdrukken vanuit de laden 2-5.
Opmerking
U kunt niet automatisch dubbelzijdig afdrukken vanuit lade 1 (MPT).
Er zijn video-opnamen beschikbaar met instructies voor dubbelzijdig afdrukken. U
vindt deze op de Cd-rom met gebruikersdocumentatie en op www.xerox.com/
office/7750support.
Richtlijnen
U kunt automatisch dubbelzijdig afdrukken op papier met een gewicht van 65 tot 105 g/m2.
Als u een dubbelzijdig document wilt afdrukken, moet het papiergewicht zich binnen het
volgende bereik bevinden:
Papierpad voor de laden 2-5 bij dubbelzijdig afdrukken
In de volgende afbeelding ziet u het papierpad van de printer bij dubbelzijdig afdrukken.
7750-125
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-42
Page 79
Dubbelzijdig afdrukken
Bindvoorkeuren
Gebruik het printerstuurprogramma om de afdrukstand Staand of Liggend te selecteren voor
de afbeeldingen op de pagina. Als u taken dubbelzijdig afdrukt, geeft u op hoe de pagina’s
moeten worden ingebonden om te bepalen hoe deze worden omgedraaid.
Staand
Binden aan zijrand
Over lange papierzijde
spiegelen
Binden aan bovenrand
Over korte papierzijde
Staand
spiegelen
Liggend
Binden aan zijrand
Over korte papierzijde
spiegelen
Liggend
Binden aan bovenrand
Over lange papierzijde
spiegelen
Ga als volgt te werk om automatisch dubbelzijdig af te drukken:
1. Leg papier in de lade.
Lange zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Letter, A4 en B5 JIS met de lange zijde eerst in de lade.
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt (te beginnen met oneven genummerde
pagina's) naar beneden.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de voorkant van de
lade.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de linkerzijde van de lade.
7750-141
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-43
Page 80
Dubbelzijdig afdrukken
Korte zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Legal, Tabloid, A3, A5, B4 JIS, US Folio en Statement
met de korte zijde eerst in lade 1 (MPT).
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt (te beginnen met oneven genummerde
pagina's) naar beneden.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de rechterzijde van de
lade.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de voorzijde van de lade.
7750-142
Let op
Als u het papiertype in een lade wijzigt, moet u het papiertype op het voorpaneel
aanpassen aan het type dat u hebt geladen. Doet u dit niet, dan kunnen er
problemen met de afdrukkwaliteit optreden en kan de fuser beschadigd raken.
2. Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
3. Ga in het printerstuurprogramma als volgt te werk:
■Selecteer de afdrukstand.
■Selecteer Dubbelzijdig afdrukken, zoals in de volgende tabel wordt beschreven.
4. Klik op OK om de instellingen van het printerstuurprogramma te accepteren en klik
nogmaals op OK om het afdrukken te starten.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-44
Page 81
BesturingssysteemProcedure
Dubbelzijdig afdrukken
Windows 98 of
Windows ME
Windows 2000,
Windows XP of
Windows Server 2003
Windows NT1. Selecteer eerst Bestand en vervolgens Afdrukken.
Mac OS 91. Selecteer eerst Archief en vervolgens Print.
Mac OS X versie 10.1
(of hoger)
1. Selecteer eerst Bestand en vervolgens Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen.
3. Selecteer eerst Instelling en vervolgens Afdrukken op twee zijden.
4. Selecteer Binden aan bovenrand of hef de selectie van deze optie op.
1. Selecteer eerst Bestand en vervolgens Afdrukken.
2. Klik op Eigenschappen.
3. Selecteer Over lange zijde spiegelen of Over korte zijde spiegelen
onder Afdrukken op beide zijden (duplex) op het tabblad Indeling.
2. Klik op Eigenschappen.
3. Selecteer Lange zijde of Korte zijde onder Afdrukken op beide
zijden (dubbelzijdig afdrukken) op het tabblad Pagina-instelling.
2. Selecteer Lay-out.
3. Selecteer Afdrukken op beide zijden.
4. Klik op het bindpictogram voor de zijde die u wilt binden.
1. Selecteer eerst Archief en vervolgens Print.
2. Selecteer Duplex.
3. Selecteer Afdrukken op beide zijden.
4. Klik op het bindpictogram voor de zijde die u wilt binden.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-45
Page 82
Dubbelzijdig afdrukken
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
Richtlijnen
Als de printer niet automatisch dubbelzijdig kan afdrukken of als u een papiersoort wilt
gebruiken waarop niet automatisch dubbelzijdig kan worden afgedrukt, volgt u de procedures
in deze sectie om handmatig af te drukken op beide zijden van het papier.
■Gebruik een willekeurige lade voor handmatig dubbelzijdig afdrukken.
■Voor optimale ondoorzichtigheid en om problemen met de papiertoevoer te voorkomen,
2
gebruikt u het best normaal papier met een gewicht van 90 g/m
meer.
■Druk eerst alle oneven pagina's af. Plaats deze terug in dezelfde lade en druk vervolgens
de even pagina's af.
■Gebruik geen zware tonerdekking op de eerste zijde van een handmatige dubbelzijdige
afdruk.
■Dubbelzijdig afdrukken op speciaal papier kan de levensduur van printeronderdelen
verkorten.
(schrijfpapier 24 lb.) of
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-46
Page 83
Dubbelzijdig afdrukken
Handmatig dubbelzijdig afdrukken via lade 1 (MPT)
Zijde 1 afdrukken
1. Plaats papier in lade 1 (MPT). Zie het onderwerp 'Eenvoudige afdruktaken' in deze sectie
voor meer informatie.
Lange zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Letter, A4, A6, B5 JIS, Statement en Executive met de
lange zijde eerst in lade 1 (MPT).
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats geperforeerd papier zo dat de gaatjes het laatst de printer in worden gevoerd.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de voorkant van de
printer.
7750-102
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-47
Page 84
Dubbelzijdig afdrukken
Korte zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Legal, Tabloid, Tabloid Extra, A3, A5, US Folio, B4
JIS en SRA3 met de korte zijde eerst in lade 1 (MPT).
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de achterzijde van de printer.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) zo dat deze zijde het laatst de
printer in wordt gevoerd.
7750-101
Let op
Als u het papiertype in een lade wijzigt, moet u het papiertype op het voorpaneel
aanpassen aan het type dat u hebt geladen. Doet u dit niet, dan kunnen er
problemen met de afdrukkwaliteit optreden en kan de fuser beschadigd raken.
2. Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
3. Selecteer Lade 1 (MPT) in het printerstuurprogramma.
4. Stuur de taak naar de printer, zodat de oneven pagina's (zijde 1) kunnen worden afgedrukt.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-48
Page 85
Dubbelzijdig afdrukken
XEROX
Zijde 2 afdrukken
1. Plaats het afgedrukte papier in lade 1 (MPT).
Lange zijde eerst
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden (de afgedrukte zijde
omhoog).
■Plaats geperforeerd papier zo dat de gaatjes het eerst de printer in worden gevoerd.
■Plaats het briefhoofd (of de bovenkant van de pagina) richting de voorkant van de
printer.
7750-166
Korte zijde eerst
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden (de afgedrukte zijde
omhoog).
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de voorzijde van de printer.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) zo dat deze zijde het laatst de
printer in wordt gevoerd.
XEROX
XEROX
7750-107
2. Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
3. Selecteer de papierbron Lade 1 (MPT) in het printerstuurprogramma.
4. Stuur de taak naar de printer, zodat de even pagina's (zijde 2) kunnen worden afgedrukt.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-49
Page 86
Dubbelzijdig afdrukken
Lade 2 tot en met 5 gebruiken voor handmatig dubbelzijdig afdrukken
Zijde 1 afdrukken
1. Leg papier in de lade. Zie het onderwerp 'Eenvoudige afdruktaken' in deze sectie voor
meer informatie.
Lange zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Letter, A4 en B5 JIS met de lange zijde eerst in lade 2,
3, 4 of 5.
■Plaats de vellen met de zijde waarop moet worden afgedrukt naar boven.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de rechterzijde van de lade.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de voorkant van de
lade.
7750-119
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-50
Page 87
Dubbelzijdig afdrukken
Korte zijde eerst
■Plaats papier met de formaten Legal, Tabloid, A3, A5, B4 JIS, US Folio en Statement
met de korte zijde eerst in lade 2, 3, 4 of 5.
■Plaats de vellen met de zijde waarop moet worden afgedrukt naar boven.
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de voorzijde van de lade.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de linkerzijde van de
lade.
7750-091
2. Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
3. Selecteer in het printerstuurprogramma de lade die het papier bevat.
4. Stuur de taak naar de printer, zodat de oneven pagina's (zijde 1) kunnen worden afgedrukt.
Zijde 2 afdrukken
1. Leg papier in de lade.
Lange zijde eerst
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar boven (de afgedrukte zijde
omlaag).
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de linkerzijde van de lade.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de voorkant van de
lade.
7750-088
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-51
Page 88
Dubbelzijdig afdrukken
Korte zijde eerst
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar boven (de afgedrukte zijde
omlaag).
■Plaats geperforeerd papier met de gaatjes richting de voorzijde van de lade.
■Plaats de bovenkant van de pagina (of het briefhoofd) richting de rechterzijde van de
lade.
7750-089
2. Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
3. Selecteer in het printerstuurprogramma de lade die het papier bevat.
4. Stuur de taak naar de printer, zodat de even pagina's (zijde 2) kunnen worden afgedrukt.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-52
Page 89
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Transparanten
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Richtlijnen' op pagina 2-53
■'Afdrukken op transparanten vanuit lade 1 (MPT)' op pagina 2-54
■'Afdrukken op transparanten vanuit lade 2' op pagina 2-55
Transparanten kunnen worden afgedrukt vanuit lade 1 (MPT) of lade 2. Pak transparanten vast
aan de randen met beide handen om vingerafdrukken en vouwen te voorkomen omdat die de
afdrukkwaliteit kunnen verlagen.
Er zijn video's beschikbaar met instructies voor het laden van transparanten. U
vindt deze op de Cd-rom met gebruikersdocumentatie en op
www.xerox.com/office/7750support.
Richtlijnen
■Xerox raadt u aan alleen transparante film uit de Xerox Phaser 45-serie te gebruiken, die
speciaal is ontworpen voor dit type printerfuser.
■Plaats maximaal 150 transparanten tegelijk in de lade.
Voor het bestellen van verbruiksartikelen kunt u contact opnemen met de plaatselijke
leverancier of gaat u naar
www.xerox.com/office/7750supplies.
Let op
Beschadigingen die het gevolg zijn van het gebruik van niet-toegestane papiersoorten,
transparanten en andere speciale media, vallen niet onder de garantie,
serviceovereenkomst of volle-tevredenheidsgarantie van Xerox. De volletevredenheidsgarantie van Xerox is beschikbaar in de Verenigde Staten en Canada. Buiten
de VS en Canada kunnen andere garantievoorwaarden gelden. Neem voor meer informatie
contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger.
1. Waaier de transparanten uit om bladen die aan elkaar geplakt zitten, los te maken.
7750-097
2. Plaats de transparanten met de lange zijde eerst in lade 1 (MPT).
MAX
7750-157
Opmerking
Laad het papier niet boven de vullijn in de lade.
3. Pas de papiergeleiders aan het formaat van de transparanten aan.
Instellingen van het voorpaneel selecteren voor het afdrukken op transparanten
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel Phaser 45-transparant als het juiste formaat is
geselecteerd. Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als er een andere papiersoort of een onjuist papierformaat is
geselecteerd en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer Phaser 45-transparant en druk op de knop OK.
3. Selecteer het papierformaat en druk op de knop OK om de keuze op te slaan.
4. Selecteer de papiersoort of Lade 1 (MPT) als de papierbron in het
printerstuurprogramma.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-54
Page 91
Transparanten
Afdrukken op transparanten vanuit lade 2
1. Waaier de transparanten uit om bladen die aan elkaar geplakt zitten, los te maken.
7750-097
2. Plaats de transparanten met de lange zijde eerst in lade 2.
7750-158
Opmerking
Laad het papier niet boven de vullijn in de lade.
3. Pas de papiergeleiders aan het formaat van de transparanten aan.
Instellingen van het voorpaneel selecteren voor het afdrukken op transparanten
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel Phaser 45-transparant als het juiste formaat is
geselecteerd. Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als er een andere papiersoort of een onjuist papierformaat is
geselecteerd en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer Phaser 45-transparant en druk op de knop OK.
3. Selecteer een van de volgende opties voor het papierformaat:
■Het weergegeven papierformaat of het formaat dat wordt aangeduid met
Automatisch gevonden
■Aangepast: hiervoor moet u waarden opgeven voor de breedte en de hoogte.
4. Selecteer de papiersoort of Lade 2 als de papierbron in het printerstuurprogramma.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-55
Page 92
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Enveloppen
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Richtlijnen' op pagina 2-56
■'Afdrukken op enveloppen' op pagina 2-57
Richtlijnen
Enveloppen aanschaffen en bewaren
■Gebruik alleen papieren enveloppen die zijn opgegeven in de tabel Ondersteund papier.
Correct afdrukken op enveloppen is vooral afhankelijk van de kwaliteit en constructie van
de enveloppen. Gebruik enveloppen die specifiek voor laserprinters zijn gemaakt.
■U wordt aangeraden de temperatuur en relatieve luchtvochtigheid constant te houden.
■Bewaar ongebruikte enveloppen altijd in hun oorspronkelijke verpakking om te
voorkomen dat ze te droog of vochtig worden. Als dat toch gebeurt, kan het de
afdrukkwaliteit negatief beïnvloeden of ertoe leiden dat de enveloppen kreuken.
Als enveloppen te vochtig worden, kunnen ze aan elkaar blijven plakken vóór of
tijdens het afdrukken.
■Gebruik geen gewatteerde enveloppen. Koop enveloppen die plat liggen op een oppervlak.
■Leg een zwaar boek op de enveloppen om “belletjes” uit de enveloppen te verwijderen
voordat u ze in de printer plaatst.
■Als de enveloppen kreuken of in reliëf worden bedrukt, moet u een merk gebruiken dat
specifiek voor laserprinters is gemaakt.
■Ga naar Documentatie/Afdrukken/Ondersteunde papiersoorten op de Cd-rom met
gebruikersdocumentatie voor meer informatie.
Het afdrukken voorbereiden
Volg de onderstaande richtlijnen om kreuken te voorkomen:
■Gebruik alleen lade 1 (MPT) om op enveloppen af te drukken.
■Druk alleen op de voorzijde van de envelop af.
■Neem de volgende stappen als u een toepassing gebruikt met een functie voor het maken
van een envelopdocument:
■Selecteer Bedrukte zijde onder.
■Selecteer de invoermethode met de afbeelding gecentreerd.
■Schakel Rechtsom draaien uit.
■Laad maximaal 10 enveloppen per keer. Deze printer is niet ontworpen voor het afdrukken
van grote aantallen enveloppen.
■Druk niet af op het gebied waar de envelopnaden elkaar raken.
■Als u commerciële klepenveloppen met rechte (in plaats van diagonale) naden gebruikt,
moet u nagaan of de rechte naden helemaal tot in de hoek van de envelop zijn gesneden.
Gebruik nooit enveloppen met vensters of metalen klemmen. Deze kunnen de printer
beschadigen. Schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van niet-Xerox enveloppen
vallen niet onder de garantie, serviceovereenkomst of volle-tevredenheidsgarantie van
Xerox. De volle-tevredenheidsgarantie van Xerox is beschikbaar in de Verenigde Staten
en Canada. Buiten de VS en Canada kunnen andere garantievoorwaarden gelden. Neem
voor meer informatie contact op met uw plaatselijke vertegenwoordiger.
Afdrukken op enveloppen
1. Plaats de enveloppen in lade 1 (MPT).
■Plaats C4-enveloppen met de korte zijde eerst in de lade.
■Plaats enveloppen met de formaten nr. 10, A7, B5, C6 en DL met de lange zijde eerst
in de lade.
■Plaats de zijde waarop moet worden afgedrukt naar beneden.
■Plaats de envelop zo dat de flap het eerst de printer in worden gevoerd.
7750-161
2. Pas de papiergeleiders aan het formaat van de enveloppen aan.
Instellingen van het voorpaneel selecteren voor het afdrukken op enveloppen
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel Enveloppen als het juiste formaat is geselecteerd.
Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als er een andere papiersoort of een onjuist formaat is
geselecteerd en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer Envelop en druk op de knop OK.
3. Selecteer het juiste formaat en druk op de knop OK om de keuze op te slaan.
4. Selecteer in het printerstuurprogramma Enveloppen als de papiersoort of Lade 1 (MPT)
als de papierbron.
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-57
Page 94
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Etiketten
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Richtlijnen' op pagina 2-58
■'Afdrukken op etiketten' op pagina 2-58
Etiketten kunnen alleen worden bedrukt vanuit lade 1 (MPT). U kunt maximaal 30 vellen in
lade 1 (MPT) plaatsen.
Voor het bestellen van verbruiksartikelen kunt u contact opnemen met de plaatselijke
leverancier of gaat u naar
Richtlijnen
■Gebruik geen vellen waarvan etiketten ontbreken. Zulke vellen kunnen de printer
beschadigen.
■Bewaar niet-gebruikte etiketten liggend in de originele verpakking. Laat de vellen met
etiketten in de oorspronkelijke verpakking totdat u ze gaat gebruiken. Plaats ongebruikte
vellen met etiketten weer in de oorspronkelijke verpakking en sluit deze goed.
■Bewaar etiketten niet in zeer droge of vochtige, of extreem warme of koude omgevingen.
Als u ze in extreme omstandigheden bewaart, kunnen ze kwaliteitsproblemen veroorzaken
of de printer laten vastlopen.
■Koop regelmatig nieuwe media. Als etiketten erg lang zijn opgeslagen onder extreme
omstandigheden, kunnen ze omkrullen en vastlopen in de printer.
■Druk slechts op één zijde van een vel met etiketten af.
www.xerox.com/office/7750supplies.
Afdrukken op etiketten
Als uw toepassing een instelling heeft voor etiketten, gebruikt u deze als sjabloon.
1. Plaats de vellen met etiketten met de lange zijde eerst en met de bovenkant naar
beneden in lade 1 (MPT). Plaats de bovenkant van de pagina richting de voorkant van
de printer.
7750-099
2. Pas de papiergeleiders aan het formaat van de vellen met etiketten aan.
Instellingen van het voorpaneel selecteren voor het afdrukken op etiketten
1. Ga als volgt te werk op het voorpaneel van de printer:
■Druk op de knop OK als zowel Etiketten als het juiste papierformaat is geselecteerd.
Ga naar stap 4.
■Selecteer Wijzigen als er een andere papiersoort of een onjuist papierformaat is
geselecteerd en druk op de knop OK. Ga naar stap 2.
2. Selecteer Etiketten en druk op de knop OK.
3. Selecteer het papierformaat en druk op de knop OK om de keuze op te slaan.
4. Selecteer de papiersoort of Lade 1 (MPT) als de papierbron in het
printerstuurprogramma.
Etiketten
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
2-59
Page 96
Phaser® 7750-kleurenlaserprinter
Speciaal papier
In dit onderwerp wordt het volgende besproken:
■'Afdrukken op glanspapier' op pagina 2-60
■'Afdrukken op papier voor digitale foto's' op pagina 2-65
■'Afdrukken op briefkaarten en driebladige brochures' op pagina 2-67
■'Afdrukken op weerbestendig papier' op pagina 2-70
Afdrukken op glanspapier
U kunt glanspapier in iedere lade plaatsen. Neem voor het bestellen van Phaser Glossy
Coated-papier of andere verbruiksmiddelen contact op met uw plaatselijke leverancier, of ga
naar de website van Xerox:
Richtlijnen
■Gebruik alleen glanspapier dat is ontworpen voor kleurenlaserprinters en dat een gewicht
heeft van
2
106–169 g/m
Dun glanspapier kan schade aan de fuser veroorzaken.
■Open verzegelde papierpakken pas wanneer u deze in de printer wilt laden. Laat het papier
in de oorspronkelijke verpakking en haal een pak pas uit de doos wanneer u het wilt
gebruiken.
■Verwijder al het overige papier uit de lade voordat u glanspapier plaatst.
■Plaats alleen het aantal vellen dat u wilt gebruiken. Plaats ongebruikt papier terug in de
oorspronkelijke verpakking en sluit deze goed. Koop regelmatig nieuw papier.
■Voor het beste resultaat gebruikt u Phaser Glossy Coated-papier. Dit papier is specifiek