Xerox COPYCENTRE C128, WORKCENTRE PRO 128, WORKCENTRE M123, WORKCENTRE M128, WORKCENTRE C128 User Manual [nl]

...
CopyCentre WorkCentre WorkCentre Pro
Beknopte
referentiehandleiding
604P18043
Beknopte
referentiehandleiding
604P18043
Vergroot uw productiviteit...
... door alle functies op uw apparaat te benutten. De documentatie-cd die u bij uw apparaat heeft ontvangen bevat een handleiding voor de gebruiker met gedetailleerde instructies voor de optionele fax- en scannerfuncties. De handleiding voor de systeembeheerder bevat instructies voor aansluiting van het apparaat op het netwerk. Kopieer de cd naar de harde schijf van uw computer zodat u deze later kunt raadplegen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 1
Samengesteld en vertaald door:
Xerox
GKLS European Operations
Bessemer Road
Welwyn Garden City
Hertfordshire
AL7 1BU
ENGELAND
© 2005 Fuji Xerox Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.
De auteursrechtelijke bescherming waarop aanspraak wordt gemaakt, bevat alle vormen en zaken van auteursrechtelijk materiaal en informatie die thans of in de toekomst van rechtswege is toegestaan. Dit omvat, zonder enige beperking, materiaal dat wordt gegenereerd door de software en dat in het beeldvenster wordt weergegeven, zoals pictogrammen, uiterlijk en inhoud van de schermen, enzovoort.
®
Xerox
, de digitale X® en alle Xerox-producten die in deze publicatie worden vermeld, zijn handelsmerken van Xerox Corporation. Producten en handelsmerken van andere bedrijven worden ook erkend.
Zie de informatie over de licentie voor gedetailleerde informatie over producten onder licentie.
De informatie in dit document is correct bij het ter perse gaan. Xerox behoudt zich te allen tijde het recht voor de informatie zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Wijzigingen en technische updates worden in volgende uitgaven van de documentatie opgenomen. Voor de nieuwste informatie kunt u terecht op www.xerox.com
.
Producten onderworpen aan normale exportregelingen
De export van dit product is strikt beperkt volgens de wetten inzake ruil en handel met het buitenland van Japan en/of de exportregelingen van de Verenigde Staten. Indien u dit product wilt exporteren, dient u de betreffende exportlicentie te verkrijgen van de Japanse overheid of instantie en/of her-exporttoestemming van de Amerikaanse overheid of instantie.
Producten onderworpen aan aanvullende exportregelingen
De export van dit product is strikt beperkt volgens de wetten inzake ruil en handel met het buitenland van Japan en/of de exportregelingen van de Verenigde Staten. Indien u weet dat dit product zal worden gebruikt of werd gebruikt voor de ontwikkeling, productie of gebruik van massavernietigingswapens, waaronder kernwapens, chemische wapens of biologische wapens vanwege een handelsdocument zoals een rechtsgeldig contract of informatie van de importeur, dient u de betreffende exportielicentie te verkrijgen van de Japanse overheid of betreffende instantie en/of her-exporttoestemming van de Amerikaanse overheid of betreffende instantie.
2 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Inhoudsopgave

1 Alvorens het apparaat te gebruiken .....................................................7
Xerox Welcome Centre ............................................................................7
Talen weergegeven op het aanraakscherm.............................................8
Conventies ...............................................................................................8
Overige informatiebronnen.......................................................................8
Waarschuwingen en beperkingen............................................................8
Veiligheidsinformatie ................................................................................9
Inhoudsopgave
WAARSCHUWING - Informatie over elektrische veiligheid...............10
Veiligheidsinformatie over de laser....................................................11
Informatie voor veilig gebruik.............................................................11
Onderhoudsinformatie .......................................................................12
Veiligheidsinformatie over ozon.........................................................13
Voor verbruiksmaterialen ...................................................................13
Radiofrequentie-emissies ..................................................................13
Veiligheidscertificatie .........................................................................14
Informatie betreffende Europese regelgeving ........................................14
CE-merk.............................................................................................14
Voor FAX-functie ...............................................................................15
Regulatorische informatie voor RFID.................................................17
Milieubepalingen ....................................................................................18
V.S. ....................................................................................................18
Canada ..............................................................................................18
Europa ...............................................................................................19
Over de licentie ......................................................................................19
Illegale kopieën ......................................................................................22
V.S. ....................................................................................................22
Canada ..............................................................................................23
Andere landen ...................................................................................24
Recycling en weggooien van product.....................................................24
USA en Canada.................................................................................24
Europese Unie...................................................................................25
Overige landen ..................................................................................25
2 Productoverzicht..................................................................................27
Onderdelen van het apparaat.................................................................27
Systeembedieningstoetsen ....................................................................29
Services en toepassingen ......................................................................30
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128 Beknopte referentiehandleiding 3
Inhoudsopgave
Aan/uit ....................................................................................................32
Inschakelen ....................................................................................... 32
Uitschakelen ......................................................................................33
Aardlekschakelaar.................................................................................. 33
Energiebesparingsmodes ...................................................................... 34
Standaardtijdinstellingen wijzigen ..........................................................35
Modes .................................................................................................... 37
Alle diensten ......................................................................................37
Toepassingen....................................................................................38
Opdrachtstatus ..................................................................................38
Apparaatstatus ..................................................................................38
Opdracht onderbreken ...........................................................................38
Hergebruikt papier.................................................................................. 39
3 Kopiëren................................................................................................41
Kopiëren - procedure .............................................................................41
1. Plaats de documenten...................................................................41
2. Selecteer de toepassingen............................................................43
3. Voer het aantal in .......................................................................... 44
4. Start de kopieeropdracht ............................................................... 44
5. Bevestig de kopieeropdracht in de opdrachtstatus........................45
De kopieeropdracht stoppen .............................................................45
Kopiëren - Basis..................................................................................... 46
Verkleinen/vergroten .........................................................................46
Papierinvoer ...................................................................................... 48
2-zijdig ...............................................................................................50
Aflevering kopieën ............................................................................. 51
Afdrukkwaliteit - Kopiëren ...................................................................... 53
Origineelsoort ....................................................................................54
Lichter/donkerder............................................................................... 54
Scherpte ............................................................................................55
Auto-belichting................................................................................... 55
Scanopties - Kopiëren............................................................................55
Ingebonden originelen.......................................................................56
2-zijdig boek kopiëren........................................................................57
Origineelformaat ................................................................................58
Gemengde origineelformaten............................................................59
Kader wissen.....................................................................................59
Kantlijnverschuiving........................................................................... 60
4 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128 Beknopte referentiehandleiding
Inhoudsopgave
Beeldrotatie........................................................................................62
Spiegelbeeld/negatief beeld ..............................................................63
Origineelrichting.................................................................................63
Afdrukopmaak - Kopiëren.......................................................................64
Katern maken ....................................................................................65
Omslagen ..........................................................................................67
Scheidingsvellen transparanten.........................................................68
X-op-1 ................................................................................................69
Poster ................................................................................................69
Beeld herhalen...................................................................................70
Notities...............................................................................................71
Setnummering ...................................................................................72
Opdracht samenstellen ..........................................................................73
Opbouw-opdracht ..............................................................................74
4 Fax/internetfax......................................................................................77
Landcode voor faxoptie..........................................................................77
Fax-/internetfax-procedure .....................................................................78
1. Plaats de documenten...................................................................78
2. Selecteer de toepassingen ............................................................79
3. Geef de bestemming aan ..............................................................80
4. Start de fax-/internetfax-opdracht. .................................................80
5. Bevestig de fax-/internetfax-opdracht in de opdrachtstatus...........81
De fax-/internetfax-opdracht stoppen ................................................81
5 Scannen/e-mailen.................................................................................83
Scanprocedure.......................................................................................83
1. Plaats de documenten...................................................................84
2. Selecteer de toepassingen ............................................................84
3. Start de scanopdracht....................................................................85
4. Bevestig de scanopdracht in de opdrachtstatus ............................85
5. De gescande informatie opslaan ...................................................85
De scanopdracht stoppen..................................................................86
6 Afdrukken..............................................................................................87
Toepassingen voor de printerdriver........................................................89
7 Papier en ander afdrukmateriaal.........................................................91
Papier plaatsen ......................................................................................91
Papier voorbereiden om dit te plaatsen.............................................91
Papier in de laden plaatsen ...............................................................91
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128 Beknopte referentiehandleiding 5
Inhoudsopgave
Handmatige invoer (lade 5) ...............................................................93
Tandemlademodule (TLM) ................................................................94
Auto lade verwisselen........................................................................ 95
Papier opslaan en behandelen ..............................................................95
Ondersteunde papierformaten en -soorten ............................................95
Ondersteunde papierformaten...........................................................96
Ondersteunde papiersoorten.............................................................98
8 Onderhoud............................................................................................99
Verbruiksartikelen bestellen ................................................................... 99
Het apparaat reinigen.............................................................................99
Glasplaat en CVT-glas (Constant Velocity Transport).....................100
Bedieningspaneel en aanraakscherm .............................................100
AOD en opvangbakken ...................................................................100
De afdrukmodule vervangen................................................................ 100
De tonercassette vervangen ................................................................101
Nietjes plaatsen.................................................................................... 101
9 Problemen oplossen.......................................................................... 103
Problemen oplossen - procedure.........................................................103
Papierstoringen....................................................................................104
Papierstoringen bij deksel A............................................................ 106
Papierstoringen bij deksel B............................................................ 107
Papierstoringen bij deksel C............................................................108
Papierstoringen bij deksel E............................................................ 108
Papierstoringen in laden 1, 2 en 3, 4 (optioneel).............................109
Papierstoringen in de tandemlademodule (optioneel) .....................109
Papierstoringen in lade 5 (handmatige invoer)................................110
Papierstoringen bij deksel D van de 2-zijdige module (optioneel)...110
Papierstoringen in de afwerkeenheid (optioneel)............................111
Documentstoringen..............................................................................112
Storingsdiagnosetabellen.....................................................................113
Storingscodes ......................................................................................118
Afdrukkwaliteit ...................................................................................... 118
Xerox Welcome Centre ........................................................................ 118
10 Index....................................................................................................121
6 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128 Beknopte referentiehandleiding

1 Alvorens het apparaat te gebruiken

Welkom bij de Xerox-familie van CopyCentre/WorkCentre-producten.
Deze Handleiding voor de gebruiker voorziet in gedetailleerde informatie, technische specificaties en procedures voor gebruik bij de geïntegreerde toepassingen van het apparaat.

Xerox Welcome Centre

Indien u tijdens of na de installatie van het product hulp nodig heeft, kunt u op de website van Xerox terecht voor online oplossingen en ondersteuning.
http://www.xerox.com/
Indien u nog meer hulp nodig heeft, kunt u contact opnemen met onze experts van het Xerox Welcome Centre. Tijdens de installatie van het product kan het zijn dat u het telefoonnummer van een plaatselijke vertegenwoordiger ontvangt. U kunt dit telefoonnummer in onderstaande ruimte noteren voor toekomstig gebruik.
Telefoonnummer Xerox Welcome Centre of plaatselijke vertegenwoordiger:
#
Nederland: 020 6563620
België: 02 7131 453
Wanneer u contact opneemt met het Xerox Welcome Centre heeft u het serienummer van het apparaat nodig. Dit staat aan de linkerkant van het apparaat achter afdekking A, zoals in het schema wordt aangegeven.
U kunt het serienummer in de onderstaande ruimte noteren.
Serienummer:
Noteer de foutberichten. Deze informatie helpt ons problemen sneller op te lossen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 7
1 Alvorens het apparaat te gebruiken

Talen weergegeven op het aanraakscherm

U kunt de talen op de volgende twee manieren wijzigen. Als u de taal tijdelijk wilt wijzigen, klikt u op de knop <Taal> op het bedieningspaneel.
OPMERKING: De taalwijziging wordt weer ongedaan gemaakt als u de machine opnieuw opstart.
Als u de standaardtaal wilt wijzigen, activeer dan de mode Systeeminstellingen, selecteer [Gemeenschappelijke instellingen], en selecteer vervolgens [Standaardinstellingen scherm]. Selecteer op het scherm [Standaardinstellingen] de gewenste taal als [Standaardtaal]. Zie voor meer informatie "1. De mode Systeeminstellingen activeren" in hoofdstuk 11 van de Handleiding voor de gebruiker.

Conventies

De conventies die in deze handleiding worden gehanteerd worden beschreven in de handleiding voor de gebruiker op de documentatie-cd-rom of op de website: www.office.xerox.com/support.

Overige informatiebronnen

De volgende aanvullende informatiebronnen zijn beschikbaar voor het apparaat.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Snelstarthandleiding
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 System
Administration Guide
De online Help-systemen (printerdrivers en CentreWare-hulpprogramma's)
Documentatie bij de CentreWare-hulpprogramma's (HTML)
OPMERKING: De schermen die in deze Handleiding voor de gebruiker worden getoond, gelden voor een volledig geconfigureerd apparaat en zijn dus mogelijk niet van toepassing op uw configuratie.

Waarschuwingen en beperkingen

In dit gedeelte worden de waarschuwingen en beperkingen beschreven die u in acht dient te nemen bij het gebruik van dit apparaat.
Wanneer u het apparaat verplaatst, dient u het in het midden vast te houden, niet bij
het bedieningspaneel of de AOD. Als u grote druk uitoefent op de AOD, kan dit leiden tot apparaatstoringen.
8 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Veiligheidsinformatie

Lees deze veiligheidsinformatie zorgvuldig door alvorens dit product te gebruiken, zodat u de apparatuur op veilige wijze gebruikt.
Het Xerox/Fuji Xerox-product en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn ontworpen en getest om te voldoen aan strenge veiligheidseisen. Deze omvatten onder meer de goedkeuring van veiligheidsinstanties en het voldoen aan de geldende milieunormen. Lees onderstaande instructies aandachtig door voordat u met het product gaat werken en raadpleeg deze, indien nodig, opnieuw zodat het product altijd op een veilige manier wordt gebruikt.
De veiligheids- en milieutests en de prestaties van dit product zijn uitsluitend geverifieerd met Xerox-materialen.
WAARSCHUWING: Ongeoorloofde wijzigingen, zoals het toevoegen van nieuwe functies of de aansluiting van randapparaten, kunnen van invloed zijn op dit product. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met uw erkende serviceleverancier.
Veiligheidsinformatie
Waarschuwingsmerktekens
Alle waarschuwingsinstructries op het product of die hierbij zijn geleverd, moeten worden opgevolgd.
Waarschu wing
Waarschu wing
Elektrische voeding
Dit product dient te worden aangesloten op het type elektrische voeding dat op het informatie-etiket van het product staat aangegeven. Indien u niet zeker weet of uw elektrische voeding aan de vereisten voldoet, dan kunt u voor advies contact opnemen met uw plaatselijke elektriciteitsbedrijf.
WAARSCHUWING: Dit product dient op een geaard stopcontact te worden aangesloten.
Dit product wordt geleverd met een stekker met een beschermende aardingspen. Deze stekker past alleen op een geaard stopcontact. Dit is een veiligheidsmaatregel. Neem, om het risico voor een elektrische schok te vermijden, contact op met een erkende elektricien indien u niet over een geaard stopcontact beschikt. Gebruik nooit een verloopstekker of een verlengsnoer zonder randaarde om het apparaat aan te sluiten op een stopcontact zonder aardingsaansluitpunt.
Deze WAARSCHUWING vestigt de aandacht van de gebruiker op apparaatgebieden waar lichamelijk letsel kan worden opgelopen.
Deze WAARSCHUWING vestigt de aandacht van de gebruiker op apparaatgebieden met hete oppervlakken, die niet mogen worden aangeraakt.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 9
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
Toegankelijke gebieden voor gebruikers
Deze apparatuur is zo ontworpen dat gebruikers alleen toegang hebben tot veilige gebieden. Toegang tot gevaarlijke gebieden wordt beperkt door afdekkingen of afschermingen, die alleen met gereedschap kunnen worden verwijderd. Deze afdekkingen of afschermingen mogen nooit worden verwijderd.
Onderhoud
Onderhoudsprocedures die door gebruikers kunnen worden uitgevoerd, worden beschreven in de betreffende documentatie bij het product. Voer geen onderhoudsprocedures op dit product uit die niet in deze documentatie staan beschreven.
Het product reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact alvorens dit product te reinigen. Gebruik altijd materialen die bedoeld zijn voor dit product. Het gebruik van andere materialen kan leiden tot slechte prestaties en kan gevaarlijke situaties opleveren. Gebruik geen spuitbussen. Deze kunnen onder bepaalde voorwaarden ontplofbaar en brandbaar zijn.

WAARSCHUWING - Informatie over elektrische veiligheid

Z Gebruik alleen het netsnoer dat bij de apparatuur wordt geleverd. Z Sluit het netsnoer rechtstreeks op een gemakkelijk te bereiken en geaard
stopcontact aan. Gebruik geen verlengsnoer. Indien u niet weet of een stopcontact geaard is, neem dan contact op met een erkende elektricien.
Z Deze apparatuur moet worden gebruikt op een aftakcircuit met een grotere
capaciteit dan de nominale stroomsterkte en spanning van dit apparaat. De nominale stroomsterkte en spanning van deze apparatuur staan op het gegevensplaatje op het achterpaneel aangegeven. Indien het apparaat naar een andere locatie moet worden verplaatst, neem dan contact op met het Xerox Welcome Centre.
Z Een onjuiste aansluiting van de aardlekschakelaar kan een elektrische schok tot
gevolg hebben.
X Plaats deze apparatuur zodanig dat niemand op het netsnoer kan stappen of
hierover kan struikelen.
X Plaats geen voorwerpen op het netsnoer. X Elektrische of mechanische vergrendelingen mogen niet teniet worden gedaan of
onbruikbaar worden gemaakt.
X De ventilatie-openingen mogen niet worden geblokkeerd. X Duw nooit voorwerpen in gleuven of openingen in de apparatuur. Z Indien een van de volgende omstandigheden zich voordoet, schakel dan de voeding
naar het apparaat onmiddellijk uit en trek het netsnoer uit het stopcontact. Neem contact op met het Xerox Welcome Centre om het probleem te verhelpen.
– De apparatuur maakt vreemde geluiden of er komen vreemde geuren vrij.
– Het netsnoer is beschadigd of gerafeld.
10 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
– Een circuitonderbreker, zekering of andere beveiliging in de muurzekeringenkast
werd geactiveerd.
– Er is vloeistof op de apparatuur gemorst.
– De apparatuur is blootgesteld aan water.
– Een onderdeel van de apparatuur is beschadigd.
Ontkoppel het apparaat
Het netsnoer is de ontkoppeling voor dit apparaat. Deze is achterop het apparaat ingestoken. Voor het loskoppelen van alle elektrische voeding naar de apparatuur, moet het netsnoer uit het stopcontact worden getrokken.

Veiligheidsinformatie over de laser

VOORZICHTIG: Gebruik, aanpassing of uitvoering van procedures die afwijken van de procedures genoemd in deze handleiding, kan leiden tot een gevaarlijke blootstelling aan licht.
Met betrekking tot laserveiligheid voldoet de apparatuur aan de prestatienormen voor laserproducten, zoals die zijn vastgesteld door overheids-, nationale en internationale instanties voor een Klasse 1-laserproduct. Het apparaat straalt geen gevaarlijk licht uit; de lichtstraal is in elke bedieningsmode en bij de uitvoering van elke onderhoudstaak volledig afgeschermd.
Veiligheidsinformatie

Informatie voor veilig gebruik

Volg onderstaande veiligheidsrichtlijnen te allen tijde, zodat u weet dat u veilig omgaat met uw Xerox/Fuji Xerox-apparatuur.
Wel doen:
Sluit apparatuur altijd aan op een correct geaard stopcontact. Laat bij twijfel het
stopcontact door een erkende elektricien controleren.
Z Deze apparatuur dient op een geaard stopcontact te worden aangesloten.
Deze apparatuur wordt geleverd met een stekker met een beschermende aardingspen. Deze stekker past alleen op een geaard stopcontact. Dit is een veiligheidsmaatregel. Neem, om het risico voor een elektrische schok te vermijden, contact op met een erkende elektricien indien u niet over een geaard stopcontact beschikt. Gebruik nooit een verloopstekker of een verlengsnoer zonder randaarde om het apparaat aan te sluiten op een stopcontact.
Volg altijd alle waarschuwingen en instructies die op de apparatuur of in
bijgeleverde informatie staan aangegeven.
Ga bij het verplaatsen van apparatuur altijd voorzichtig te werk. Neem contact op
met het Xerox Welcom Centre indien het product naar een locatie buiten uw gebouw moet worden verplaatst.
Plaats de apparatuur altijd in een gebied met voldoende ventilatie en ruimte voor
servicewerkzaamheden. Zie de installatie-instructies voor minimumafmetingen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 11
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
Gebruik altijd materialen en verbruiksartikelen die speciaal voor uw Xerox/Fuji
Xerox-apparatuur zijn ontworpen. Indien ongeschikte materialen worden gebruikt, kan hierdoor de prestatie negatief worden beïnvloed.
Trek altijd de stekker uit het stopcontact alvorens te reinigen.
Niet doen:
Gebruik nooit een verloopstekker of een verlengsnoer zonder randaarde om het
apparaat aan te sluiten op een stopcontact.
Probeer nooit onderhoudsprocedures uit te voeren die niet in de
klantendocumentatie staan beschreven.
Deze apparatuur mag nooit worden ingebouwd tenzij er voor een goede ventilatie
wordt gezorgd. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met uw erkende serviceleverancier.
Verwijder nooit afdekkingen of afschermingen die met schroeven zijn bevestigd.
Achter deze afdekkingen en afschermingen bevinden zich geen gebieden die door de gebruiker kunnen worden onderhouden.
Plaats de apparatuur nooit in de buurt van een radiator of andere hittebron.
Duw nooit voorwerpen in de ventilatie-openingen.
Elektrische of mechanische vergrendelingen mogen nooit teniet worden gedaan of
onbruikbaar worden gemaakt.
Gebruik de apparatuur nooit indien u ongewone geluiden of geuren opmerkt. Trek
het netsnoer uit het stopcontact en neem onmiddellijk contact op met het Xerox Welcome Centre.

Onderhoudsinformatie

Probeer niet onderhoudsprocedures uit te voeren die niet in de klantendocumentatie bij uw apparaat staan beschreven.
Gebruik geen reinigingsmiddelen in spuitbussen. Het gebruik van niet-
goedgekeurde reinigingsmiddelen kan tot een slechte prestatie van de apparatuur leiden en kan een gevaarlijke situatie opleveren.
Gebruik verbruiksartikelen en reinigingsmiddelen alleen op de manier die in de
klantendocumentatie staat aangegeven. Houd reinigingsmiddelen altijd buiten het bereik van kinderen.
Verwijder geen afdekkingen of afschermingen die met schroeven zijn bevestigd.
Achter deze afdekkingen en afschermingen bevinden zich geen onderdelen waaraan u onderhoud kunt uitvoeren.
Voer onderhoudsprocedures alleen uit indien u daartoe de betreffende training heeft
ontvangen of indien de procedure in de klantendocumentatie wordt beschreven.
12 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Veiligheidsinformatie over ozon

Dit product produceert ozon tijdens normale bedrijfsomstandigheden. De geproduceerde ozon is zwaarder dan lucht, en is afhankelijk van het aantal kopieën dat wordt gemaakt. Door aan de correcte omgevingsvoorwaarden te voldoen, zoals aangegeven in de installatie-instructies, zal de ozonconcentratie binnen de veilige limieten blijven.
Indien u aanvullende informatie over ozon nodig heeft, kunt u de binnen de Verenigde Staten en Canada de Xerox-publicatie Ozon aanvragen op telefoonnummer 1-800­828-6571. In Nederland en België kunt u contact opnemen met het Xerox Welcome Centre.

Voor verbruiksmaterialen

Sla alle verbruiksmaterialen op in overeenstemming met de instructies op de verpakking.
Z Houd verbruiksmaterialen uit de buurt van kinderen. Z Gooi toner, tonercassettes en tonercontainers nooit in open vuur.
Veiligheidsinformatie

Radiofrequentie-emissies

Verenigde Staten, Canada, Europa, Australië/Nieuw-Zeeland
OPMERKING: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een klassa
A digitaal apparaat conform Part 15 van de FCC Rules. Deze beperkingen bieden een redelijke bescherming tegen schadelijke interferentie wanneer de apparatuur in een commerciële omgeving wordt gebruikt. Deze apparatuur wekt radiofrequentie-energie op, gebruikt deze en kan deze uitstralen. Indien het apparaat niet wordt geïnstalleerd en gebruikt volgens de aanwijzingen in de klantendocumentatie kan het storingen van radiocommunicatie veroorzaken. Indien deze apparatuur in een woonwijk wordt gebruikt, zal deze waarschijnlijk storingen veroorzaken. In dat geval zal de gebruiker op eigen kosten de storingen moeten verhelpen.
Door wijzigingen en modificaties aan deze apparatuur die niet uitdrukkelijk door Xerox/ Fuji Xerox zijn goedgekeurd, kan de toestemming voor het gebruik van deze apparatuur komen te vervallen.
Bij deze apparatuur moeten afgeschermde interfacekabels worden gebruikt om te voldoen aan de FCC-regelingen in de Verenigde Staten en de Radio Communications Act 1992 in Australië/Nieuw-Zeeland.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 13
1 Alvorens het apparaat te gebruiken

Veiligheidscertificatie

Dit product wordt gecertificeerd door de volgende instantie met de vermelde veiligheidsnormen.
Instantie Standaard
Underwriters Laboratories Inc. UL60950-1 1st (2003) (USA/Canada)
NEMKO IEC60950-1 Edition 1 (2001)
Dit product werd vervaardigd onder een geregistreerd ISO9001-kwaliteitssysteem.

Informatie betreffende Europese regelgeving

CE-merk

Het CE-merk op dit product symboliseert de conformiteitsverklaring van Xerox Limited met de volgende van toepassing zijnde richtlijnen van de Europese Unie vanaf de aangegeven datum:
1 januari 1995: Richtlijn 73/23/EEG van de Raad, gewijzigd met Richtlijn 93/68/EEG van de Raad, betreffende de wettelijke voorschriften der Lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik bij lage spanning.
1 januari 1996: Richtlijn 89/336/EEG van de Raad betreffende de wetgevingen van de Lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit.
9 maart 1999: Richtlijn 99/5/EG betreffende radioapparatuur en telecommunicatie­terminalapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun conformiteit.
Een volledige verklaring van conformiteit, met daarin de definities van de relevante richtlijnen en standaarden waarnaar wordt verwezen, kunt u bij het Xerox Welcome Centre opvragen.
WAARSCHUWING: Om deze apparatuur te laten werken in de nabijheid van industriële, wetenschappelijke en medische apparatuur, kan het zijn dat de externe straling van deze apparatuur moet worden beperkt of dat speciale stralingstemperende maatregelen moeten worden getroffen.
WAARSCHUWING: Dit is een klasse A-product. In een huiselijke omgeving kan dit product radiostoringen veroorzaken, in welk geval de gebruiker passende maatregelen zal moeten nemen.
WAARSCHUWING: Er moeten afgeschermde kabels bij deze apparatuur worden gebruikt om te blijven voldoen aan Richtlijn 89/336/EEG.
14 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Voor FAX-functie

V.S .
FAX Send Header Requirements:
The Telephone Consumer Protection Act of 1991 makes it unlawful for any person to use a computer or other electronic device, including a FAX machine, to send any message unless such message clearly contains in a margin at the top or bottom of each transmitted page or on the first page of the transmission, the date and time it is sent and an identification of the business or other entity, or other individual sending the message and the telephone number of the sending machine or such business, other entity or individual. The telephone number provided may not be a 900 number or any other number for which charges exceed local or long distance transmission charges.
In order to program this information into your machine, refer to customer documentation and follow the steps provided.
Data Coupler Information:
This equipment complies with Part 68 of the FCC rules and the requirements adopted by the Administrative Council for Terminal Attachments (ACTA). On the rear of this equipment is a label that contains, among other information, a product identifier in the format US:AAAEQ##TXXXX. If requested, this number must be provided to the Telephone Company.
Informatie betreffende Europese regelgeving
A plug and jack used to connect this equipment to the premises wiring and telephone network must comply with the applicable FCC Part 68 rules and requirements adopted by the ACTA. A compliant telephone cord and modular plug is provided with this product. It is designed to be connected to a compatible modular jack that is also compliant. See installation instructions for details.
You may safely connect the machine to the following standard modular jack: USOC RJ­11C using the compliant telephone line cord (with modular plugs) provided with the installation kit. See installation instructions for details.
The Ringer Equivalence Number (REN) is used to determine the number of devices that may be connected to a telephone line. Excessive RENs on a telephone line may result in the devices not ringing in response to an incoming call. In most but not all areas, the sum of RENs should not exceed five (5.0). To be certain of the number of devices that may be connected to a line, as determined by the total RENs, contact the local Telephone Company. For products approved after July 23, 2001, the REN for this product is part of the product identifier that has the format US:AAAEQ##TXXXX. The digits represented by ## are the REN without a decimal point (e.g., 03 is a REN of 0.3). For earlier products, the REN is separately shown on the label.
If this Xerox equipment causes harm to the telephone network, the Telephone Company will notify you in advance that temporary discontinuance of service may be required. But if advance notice is not practical, the Telephone Company will notify the customer as soon as possible. Also, you will be advised of your right to file a complaint with the FCC if you believe it is necessary.
The Telephone Company may make changes in its facilities, equipment, operations or procedures that could affect the operation of the equipment. If this happens, the
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 15
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
Telephone Company will provide advance notice in order for you to make necessary modifications to maintain uninterrupted service.
If trouble is experienced with this Xerox equipment, for repair or warranty information, please contact the appropriate service center; details of which are displayed either on the machine or contained within the User Guide. If the equipment is causing harm to the telephone network, the Telephone Company may request that you disconnect the equipment until the problem is resolved.
Repairs to the machine should be made only by a Xerox Service Representative or an authorized Xerox Service Provider. This applies at any time during or after the service warranty period. If unauthorized repair is performed, the remainder of the warranty period is null and void. This equipment must not be used on party lines. Connection to party line service is subject to state tariffs. Contact the state public utility commission, public service commission or corporation commission for information.
If your office has specially wired alarm equipment connected to the telephone line, make sure that the installation of this Xerox equipment does not disable your alarm equipment. If you have questions about what will disable alarm equipment, consult your Telephone Company or a qualified installer.
CANADA
OPMERKING: The Industry Canada label identifies certified equipment. This
certification means that the equipment meets certain telecommunications network protective, operational and safety requirements as prescribed in the appropriate Terminal Equipment Technical Requirements document(s). The Department does not guarantee the equipment will operate to the user’s satisfaction.
Before installing this equipment, users must make sure that it is permissible to be connected to the facilities of the local telecommunications company. The equipment must also be installed using an acceptable method of connection. The customer should be aware that compliance with the above conditions may not prevent degradation of service in some situations.
Repairs to certified equipment should be coordinated by a representative designated by the supplier. Any repairs or alterations made by the user to this equipment, or equipment malfunctions, may give the telecommunications company cause to request the user to disconnect the equipment.
Users should make sure for their own protection that the electrical ground connections of the power utility, telephone lines and internal metallic water pipe systems, if present, are connected together. This precaution may be particularly important in rural areas.
VOORZICHTIG: Users should not attempt to make such connections themselves, but should contact the appropriate electric inspection authority, or electrician, as appropriate.
OPMERKING: The Ringer Equivalence Number (REN) assigned to each terminal
device provides an indication of the maximum number of terminals allowed to be connected to a telephone interface. The termination on an interface may consist of any combination of devices subject only to the requirement that the sum of the Ringer Equivalent Numbers of all of the devices does not exceed 5. The Canadian REN value of this equipment is 0.1.
16 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
EUROPA
Informatie betreffende Europese regelgeving
Richtlijn inzake radio-apparatuur en telecommunicatieterminalapparatuur:
Dit Xerox-product is door Xerox zelf gecertificeerd voor pan-Europese enkelvoudige terminalaansluiting op het analoge openbare telefoonnetwerk (PSTN) in overeenstemming met Richtlijn 1999/5/EG. Het product werkt met de nationale PSTN's en compatibele PBX's van de volgende landen:
Oostenrijk Duitsland Luxemburg Zweden
België Griekenland Nederland Zwitserland
Denemarken IJsland Noorwegen Verenigd Koninkrijk
Frankrijk Ierland Portugal Finland
Italië Spanje
Indien zich een probleem voordoet, dient u in eerste instantie met de erkende plaatselijke dealer contact op te nemen. Dit product is getest volgens en voldoet aan TBR21, een technische specificatie voor terminalapparatuur op het analoge openbare telefoonnetwerk in de Europese Economische Ruimte. Dit product bevat een door de gebruiker instelbare landcode. Zie de Handleiding voor de gebruiker voor informatie over deze procedure. Landcodes dienen te worden ingesteld voordat het product op het netwerk wordt aangesloten.
OPMERKING: Hoewel bij dit product puls-signalen of DTMF-signalen (toon) kunenn worden gebruikt, wordt aangeraden de DTMF-instelling te gebruiken. DTMF-signalen geven een betrouwbare en snellere verbinding. Door wijzigingen aan dit product, aansluiting op externe besturingssoftware of op externe besturingsapparatuur, waarvoor door Xerox geen toestemming is verleend, wordt de certificering van dit product ongeldig.

Regulatorische informatie voor RFID

Dit product wekt 13,56 MHz op waarbij een Inductive Loop System (inductief lussysteem ) als identificatiesysteem voor de radiofrequentie (RFID) wordt gebruikt. Dit systeem is gecertificeerd in overeenstemming met Richtlijn 99/5/EG van de Europese raad en plaatselijke wetten en regelingen kunnen van toepassing zijn.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 17
1 Alvorens het apparaat te gebruiken

Milieubepalingen

V.S.

Energy Star
Als ENERGY STAR-partner heeft Xerox Corporation/Fuji Xerox vastgesteld dat de basisconfiguratie van dit product voldoet aan de ENERGY STAR-richtlijnen voor efficiënt energieverbruik.
De ENERGY STAR ENERGY STAR MARK zijn gedeponeerde handelsmerken in de Verenigde Staten.
Het ENERGY STAR Office Equipment Program is een samenwerkingsverband tussen de overheden van de VS, de Europese Unie en Japan en de kantoorapparatuurindustrie met als doel het promoten van zuinige kopieerapparaten, printers, faxen, multifunctie-apparaten, pc's en monitors. Door het energieverbruik van apparatuur te verlagen, worden smog, zure regen en wijzigingen op lange termijn in het klimaat bestreden, doordat de emissies die ontstaan bij het opwekken van elektriciteit worden verminderd.
De Xerox ENERGY STAR-apparatuur wordt af fabriek ingesteld om na een bepaalde gebruiksperiode een energiespaarstand in te schakelen of volledig uit te schakelen. Deze energiebesparende toepassingen kunnen het stroomverbruik met de helft verminderen in vergelijking met een conventioneel apparaat.
Opstarttijden vanuit een energiespaarstand:12 s
Aanbevolen soorten gerecycled papier: Type 3R91165

Canada

Environmental Choice
Terra Choice Environmental Services, Inc. of Canada has verified that this product conforms to all applicable Environmental Choice minimized impact to the environment.
As a participant in the Environmental Choice determined that this product meets the Environmental Choice efficiency.
Environment Canada established the Environmental Choice consumers identify environmentally responsible products and services. Copier, printer, digital press and fax products must meet energy efficiency and emissions criteria, and exhibit compatibility with recycled supplies. Currently, Environmental Choice more than 1600 approved products and 140 licenses. Xerox has been a leader in offering EcoLogo
M
M
EcoLogoM requirements for
M
M
approved products.
program, Xerox Corporation has
M
guidelines for energy
M
program in 1988 to help
M
has
18 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Europa

Energie
Xerox Corporation heeft dit product ontworpen en getest om te voldoen aan de energiebeperkingen vereist door de Group for Energy Efficient Appliances (GEEA). De bevoegde registratie-instanties zijn hiervan in kennis gesteld.

Over de licentie

JPEG-code
Onze printersoftware gebruikt enkele van de codes die door de onafhankelijke JPEG­groep zijn gedefinieerd.
Heimdal
Copyright © 2000 Kungliga Tekniska Högskolan (Koninklijke Technische Hogeschool, Stockholm, Zweden). Alle rechten voorbehouden.
Over de licentie
Verspreiden en gebruik in bron- en binaire vormen, met of zonder modificatie, is toegestaan indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
1. Bij de verspreiding van de broncode moet de bovenstaande copyright-informatie
zijn opgenomen, deze lijst met voorwaarden en het volgende bewijs van afstand.
2. Bij verspreiding in binaire vorm moet de bovenstaande copyright-informatie zijn
opgenomen, deze lijst met voorwaarden en het volgende bewijs van afstand in de documentatie en/of andere materialen die bij de verspreiding worden geleverd.
3. Noch de naam van het instituut noch de namen van de bijdragers mogen worden
gebruikt om de producten die voorkomen uit deze software zonder voorafgaande schriftelijke toestemming te promoten of onderschrijven.
DEZE SOFTWARE WORDT DOOR HET INSTITUUT EN BIJDRAGERS AANGEBODEN IN DE FEITELIJKE STAAT WAARIN DEZE ZICH BEVINDT EN UITDRUKKELIJKE OF STILZWIJGENDE GARANTIES, WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE STILZWIJGENDE GARANTIES MET BETREKKING TOT VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN NIET ERKEND. ONDER GEEN ENKELE VOORWAARDE ZULLEN HET INSTITUUT OF BIJDRAGERS AANSPRAKELIJK KUNNEN WORDEN GESTELD VOOR DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, SPECIALE, EXEMPLARISCHE OF GEVOLGSCHADE (WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, AANKOOP VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF SERVICES; VERLIES VAN GEBRUIK, GEGEVENS OF WINST; OF ONDERBREKING VAN HANDEL) OP WELKE MANIER DAN OOK VEROORZAAKT EN VOLGENS WELKE AANSPRAKELIJKHEIDSTHEORIE DAN OOK, OP BASIS VAN EEN CONTRACT, BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID OF ONRECHTMATIGE DAAD (WAARONDER NALATIGHEID OF ANDERS) OP ENIGE WIJZE ONTSTAAN UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, ZELFS INDIEN IS GEWEZEN OP DE MOGELIJKHEID VAN EEN DERGELIJKE SCHADE.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 19
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
OpenSSL
Copyright © 1998–2003 The OpenSSL Project. Alle rechten voorbehouden.
Verspreiden en gebruik in bron- en binaire vormen, met of zonder modificatie, is toegestaan indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
1. Bij de verspreiding van de broncode moet de bovenstaande copyright-informatie
zijn opgenomen, deze lijst met voorwaarden en het volgende bewijs van afstand.
2. Bij verspreiding in binaire vorm moet de bovenstaande copyright-informatie zijn
opgenomen, deze lijst met voorwaarden en het volgende bewijs van afstand in de documentatie en/of andere materialen die bij de verspreiding worden geleverd.
3. In alle advertentiematerialen waarin toepassingen of het gebruik van deze
software wordt vermeld, moet de volgende erkenning worden getoond: "Dit product omvat software ontwikkeld door het OpenSSL Project voor gebruik in de OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/)."
4. De namen "OpenSSL Tookit" en "OpenSSL Project" moegen niet worden gebruikt
om producten die zijn afgeleid van deze software zonder voorafgaande schriftelijke toestemming te onderschrijven of promoten. Voor schriftelijke toestemming kunt u contact opnemen met openssl-core@openssl.org.
5. Producten die van deze software zijn afgeleid mogen niet "OpenSSL" worden
genoemd, noch mag "OpenSSL" in de namen worden opgenomen, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het OpenSSL Project.
6. De verspreiding in welke vorm dan ook moet de volgende erkenning bevatten:
"Dit product omvat software ontwikkeld door het OpenSSL Project voor gebruik in de OpenSSL Toolkit (http://www.openssl.org/)."
DEZE SOFTWARE WORDT DOOR HET OpenSSL PROJECT EN BIJDRAGERS AANGEBODEN IN DE FEITELIJKE STAAT WAARIN DEZE ZICH BEVINDT EN UITDRUKKELIJKE OF STILZWIJGENDE GARANTIES, WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE STILZWIJGENDE GARANTIES MET BETREKKING TOT VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN NIET ERKEND. ONDER GEEN ENKELE VOORWAARDE ZULLEN HET OpenSSL PROJECT OF BIJDRAGERS AANSPRAKELIJK KUNNEN WORDEN GESTELD VOOR DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, SPECIALE, MORELE OF GEVOLGSCHADE (WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, AANKOOP VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF SERVICES; VERLIES VAN GEBRUIK, GEGEVENS OF WINSTDERVING; OF ONDERBREKING VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN) OP WELKE MANIER DAN OOK VEROORZAAKT EN VOLGENS WELKE AANSPRAKELIJKHEIDSTHEORIE DAN OOK, OP BASIS VAN EEN CONTRACT, BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID OF ONRECHTMATIGE DAAD (WAARONDER NALATIGHEID OF ANDERS) OP ENIGE WIJZE ONTSTAAN UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, ZELFS INDIEN OMTRENT DE MOGELIJKHEID VAN EEN DERGELIJKE SCHADE WERD INGELICHT.
Dit product omvat cryptografische software geschreven door Eric Young (eay@cryptsoft.com). Dit product omvat software geschreven door Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com).
20 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Original SSLeay
Copyright © 1995–1998 Eric Young (eay@cryptsoft.com) Alle rechten voorbehouden.
Dit pakket is een SSL-implementatie geschreven door Eric Young (eay@cryptsoft.com).
De implementatie werd zo geschreven dat deze voldoet aan Netscape SSL.
Deze bibliotheek kan vrij worden gebruikt voor commerciële en niet-commerciële doeleinden zolang aan de volgende voorwaarden wordt voldaan. De volgende voorwaarden zijn van toepassing op alle codes in deze verspreiding, dus niet alleen op de SSL-code, maar ook op de RC4-, RSA-, lhash-, DES-codes, etc. De SSL­documentatie die in deze verspreiding is opgenomen, valt onder dezelfde copyright­voorwaarden, behalve dat de houder Tim Hudson is (tjh@cryptsoft.com).
Het copyright blijft aan Eric Young toebehoren, wat betekent dat copyright-informatie in de code niet mag worden verwijderd. Indien dit pakket in een product wordt gebruikt, dient Eric Young erkenning te worden gegeven als de auteur van de gebruikte bibliotheekdelen. Dit kan zijn in de vorm van een tekstbericht bij het opstarten van het programma of in de documentatie (online of als tekst) die bij het pakket wordt geleverd.
Verspreiden en gebruik in bron- en binaire vormen, met of zonder modificatie, is toegestaan indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Over de licentie
1. Bij de verspreiding van de broncode moet de copyright-informatie zijn opgenomen,
deze lijst met voorwaarden en het volgende bewijs van afstand.
2. Bij verspreiding in binaire vorm moet de bovenstaande copyright-informatie zijn
opgenomen, deze lijst met voorwaarden en het volgende bewijs van afstand in de documentatie en/of andere materialen die bij de verspreiding worden geleverd.
3. Alle advertentiematerialen waarin toepassingen of het gebruik van deze software
wordt vermeld, moeten de volgende erkenning worden getoond: "Dit product omvat cryptografische software geschreven door Eric Young (eay@cryptsoft.com)." Het woord 'cryptografisch' kan uit de routines van de bibliotheek worden weggelaten indien zij niet met cryptografie samenhangen.
4. Indien u een specifieke Windows-code gebruikt (of een afleiding daarvan) uit de
map "apps" (applicatiecode), dan moet u een erkenning opnemen. "Dit product omvat software geschreven door Tim Hudson (tjh@cryptsoft.com)."
DEZE SOFTWARE WORDT DOOR ERIC YOUNG AANGEBODEN IN DE FEITELIJKE STAAT WAARIN DEZE ZICH BEVINDT EN UITDRUKKELIJKE OF STILZWIJGENDE GARANTIES, WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, DE STILZWIJGENDE GARANTIES MET BETREKKING TOT VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL WORDEN NIET ERKEND. ONDER GEEN ENKELE VOORWAARDE ZAL DE AUTEUR AANSPRAKELIJK KUNNEN WORDEN GESTELD VOOR DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, SPECIALE, EXEMPLARISCHE OF GEVOLGSCHADE (WAARONDER, MAAR NIET BEPERKT TOT, AANKOOP VAN VERVANGENDE GOEDEREN OF SERVICES; VERLIES VAN GEBRUIK, GEGEVENS OF WINSTDERVING; OF ONDERBREKING VAN HANDEL) OP WELKE MANIER DAN OOK VEROORZAAKT EN VOLGENS WELKE AANSPRAKELIJKHEIDSTHEORIE DAN OOK, OP BASIS VAN EEN CONTRACT, BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID OF ONRECHTMATIGE DAAD
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 21
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
(WAARONDER NALATIGHEID OF ANDERS) OP ENIGE WIJZE ONTSTAAN UIT HET GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE, ZELFS INDIEN OMTRENT DE MOGELIJKHEID VAN EEN DERGELIJKE SCHADE WERD INGELICHT.
De licentie- en verspreidingsvoorwaarden voor een openlijk verkrijgbare versie of afleiding van deze code mogen niet worden gewijzigd, d.w.z. dat deze code niet simpelweg mag worden gekopieerd en onder een andere verspreidingslicentie opgenomen (waaronder de GNU Public License).

Illegale kopieën

V.S.

Het Congres heeft officieel de reproductie van de volgende zaken onder bepaalde omstandigheden verboden. Straffen in de vorm van geldboetes of gevangenisstraffen kunnen worden opgelegd aan degenen die schuldig worden bevonden aan het maken van dergelijke reproducties.
1. Obligations or Securities of the United States Government, such as:
Certificates of Indebtedness National Bank Currency
Coupons from Bonds Federal Reserve Bank Notes
Silver Certificates Gold Certificates
United States Bonds Treasury Notes
Federal Reserve Notes Fractional Notes
Certificates of Deposit Paper Money
Bonds and Obligations of certain agencies of the government, such as FHA, etc.
Bonds (U.S. Savings Bonds may be photographed only for publicity purposes in connection with the campaign for the sale of such bonds.)
Internal Revenue Stamps. If it is necessary to reproduce a legal document on which there is a canceled revenue stamp, this may be done provided the reproduction of the document is performed for lawful purposes.
Postage Stamps, canceled or uncanceled. For philatelic purposes, Postage Stamps may be photographed, provided the reproduction is in black and white and is less than 75% or more than 150% of the linear dimensions of the original.
Postal Money Orders.
Bills, Checks, or Draft of money drawn by or upon authorized officers of the United States.
Stamps and other representatives of value, of whatever denomination, which have been or may be issued under any Act of Congress.
2. Adjusted Compensation Certificates for Veterans of the World Wars.
3. Obligations or Securities of any Foreign Government, Bank, or Corporation.
22 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Illegale kopieën
4. Copyrighted materials, unless permission of the copyright owner has been
obtained or the reproduction falls within the “fair use” or library reproduction rights provisions of the copyright law. Further information of these provisions may be obtained from the Copyright Office, Library of Congress, Washington, D.C. 20559. Ask for Circular R21.
5. Certificates of Citizenship or Naturalization. Foreign Naturalization Certificates
may be photographed.
6. Passports. Foreign Passports may be photographed.
7. Immigration Papers.
8. Draft Registration Cards.
9. Selective Service Induction Papers that bear any of the following Registrant's
information:
Earnings or Income Dependency Status
Court Record Previous military service
Physical or mental condition
Exception: United States military discharge certificates may be photographed.

Canada

10. Badges, Identification Cards, Passes, or Insignia carried by military personnel, or
by members of the various Federal Departments, such as FBI, Treasury, etc. (unless photograph is ordered by the head of such department or bureau.)
Reproducing the following is also prohibited in certain states:
Automobile Licenses - Drivers’ Licenses - Automobile Certificates of Title.
The above list is not all inclusive, and no liability is assumed for its completeness or accuracy. In case of doubt, consult your attorney.
Parliament, by statute, has forbidden the reproduction of the following subjects under certain circumstances. Penalties of fine or imprisonment may be imposed on those guilty of making such reproductions.
1. Current bank notes or current paper money.
2. Obligations or securities of a government or bank.
3. Exchequer bill paper or revenue paper.
4. The public seal of Canada or of a province, or the seal of a public body or authority
in Canada, or of a court of law.
5. Proclamations, orders, regulations or appointments, or notices thereof (with intent
to falsely cause same to purport to have been printed by the Queen’s Printer for Canada, or the equivalent printer for a province).
6. Marks, brands, seals, wrappers or designs used by or on behalf of the Government
of Canada or of a province, the government of a state other than Canada or a department, board, Commission or agency established by the Government of Canada or of a province or of a government of a state other than Canada.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 23
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
7. Impressed or adhesive stamps used for the purpose of revenue by the Government
of Canada or of a province or by the government of a state other than Canada.
8. Documents, registers or records kept by public officials charged with the duty of
making or issuing certified copies thereof, where the copy falsely purports to be a certified copy thereof.
9. Copyrighted material or trademarks of any manner or kind without the consent of
the copyright or trademark owner.
The above list is provided for your convenience and assistance, but it is not all­inclusive, and no liability is assumed for its completeness or accuracy. In case of doubt, consult your solicitor.

Andere landen

Het kopiëren van bepaalde documenten kan in uw land illegaal zijn. Straffen in de vorm van geldboetes of gevangenisstraffen kunnen worden opgelegd aan degenen die schuldig worden bevonden aan het maken van dergelijke reproducties.
Bankbiljetten
Bankbiljetten en cheques
Obligaties en effecten (bank en overheid)
Paspoorten en identificatiekaarten
Auteursrechtelijk materiaal of handelsmerken zonder toestemming van de eigenaar
Postzegels en andere verhandelbare documenten
Deze lijst is niet allesomvattend en er wordt geen aansprakelijkheid aanvaard met betrekking tot volledigheid of nauwkeurigheid. Neem in geval van twijfel contact op met een rechtsadviseur.

Recycling en weggooien van product

Als u belast bent met de verwijdering en afvoer van producten van Xerox, denk er dan aan dat het product lood, kwik en andere materialen kan bevatten waarvoor milieubepalingen gelden met betrekking tot het weggooien. De aanwezigheid van lood en kwik strookt volledig met de wereldwijde regelingen die van toepassing waren toen dit product op de markt werd gebracht.

USA en Canada

Xerox heeft een programma voor het terugnemen en hergebruiken/recyclen van apparatuur. Bij het Xerox Welcome Centre kunt u navragen of dit Xerox-product deel uitmaakt van het programma. Voor meer informatie over de Xerox-milieuprogramma's kunt u terecht op www.xerox.com/environment.html plaatselijke overheidsinstanties. In de Verenigde Staten kunt u ook de website van de Electronic Industries Alliance raadplegen: www.eiae.org
of u neemt contact op met de
.
24 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Europese Unie

Als dit symbool op uw apparatuur is aangebracht, betekent dit dat u de apparatuur niet met het reguliere huishoudelijk afval mee kunt geven.
Op grond van Europese wetgeving moet elektrische en elektronische apparatuur die wordt afgedankt worden gescheiden van huishoudelijk afval.
Privé huishoudens in de lidstaten van de EU kunnen afgedankte elektrische en elektronische apparatuur gratis bij speciale verzamelpunten aanbieden. Neem contact op met de plaatselijke vuilnisophaaldienst voor meer informatie.
In sommige lidstaten dient de wederverkoper van nieuwe apparatuur gratis uw oude apparatuur terug te nemen. Vraag uw wederverkoper om informatie.
Recycling en weggooien van product

Overige landen

Neem contact op met met de plaatselijke vuilnisophaaldienst en vraag om advies voor de correcte afvoer van uw oude apparatuur.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 25
1 Alvorens het apparaat te gebruiken
26 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

2 Productoverzicht

)
Dit apparaat is geen conventioneel kopieerapparaat maar een digitaal apparaat, waarmee afhankelijk van de configuratie kan worden gekopieerd, gefaxt, afgedrukt en gescand.
De aanraakschermen in deze handleiding zijn afkomstig van een volledig geconfigureerd apparaat, zodat alle toepassingen worden behandeld.
De inhoud van de aanraakschermen kan enigszins variëren, afhankelijk van de instellingen voor de getrainde operateur en de apparaatconfiguratie. Ook de namen van de toetsen en pictogrammen op het bedieningspaneel kunnen per apparaatconfiguratie verschillen. Echter, de toepassingen op het apparaat zijn in alle gevallen hetzelfde.
Voor meer informatie over beschikbare opties die hier niet worden beschreven, kunt u terecht op de Xerox website of contact opnemen met het Xerox Welcome Centre.

Onderdelen van het apparaat

In onderstaande schema's worden de standaard en optionele onderdelen van het apparaat getoond. De configuratie kan per model verschillen.
Automatische originelendoorvoer (AOD)
Glasplaat (onder de AOD)
Bedieningspaneel
2-zijdige module (optie)
Lade 5 (handmatige
invoer)
Lade 1
Lade 2
Lade 3
Lade 4
Aanraakscherm
Aan/uit-schakelaar
Middelste opvangbak
Voorste afdekking
Module met twee laden (optie
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 27
2 Productoverzicht
OPMERKING: Afhankelijk van de configuratie is een glasplaatafdekklep in plaats van een AOD aangesloten. Er kunnen twee optionele papierladen worden aangesloten.
Afwerkopvang­bak
Afwerkeenheid (optie)
Lade 4
Lade 3
Tandemlademodule (optie)
TEL
Achterop het apparaat. Indien nodig, kan er een telefoon op deze aansluiting worden aangesloten.
LINE 1
Achterop het apparaat. Sluit een telefoonkabel op deze aansluiting aan. Sluit het andere uiteinde op de muuraansluiting aan.
Afwerkeenheid
Hiermee kunt u kopieën automatisch nieten of sorteren. In de afwerkopvangbak
2
kunnen 1000 vellen van 80 g/m
(20 lb bond) in Letter/A4-formaat of kleiner worden
afgeleverd.
2-zijdige module
Hiermee kunt u 2-zijdige kopieën maken. De 2-zijdige module kan worden gebruikt wanneer papier uit lade 1, 2, 3 of 4 wordt ingevoerd. Voor meer informatie, zie 2-zijdig
in het hoofdstuk Kopiëren op pagina 50.
Laden 3 en 4
Aan de onderkant van de machine zijn, afhankelijk van de configuratie, de volgende optionele laden te vinden.
Module met twee laden - kan aan de standaardconfiguratie van 2 laden worden
2
toegevoegd. In iedere lade kunnen 500 vellen van 80 g/m
28 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
(20 lb) worden geplaatst.

Systeembedieningstoetsen

Module met twee laden - kan aan de standaardconfiguratie met 2 laden worden
toegevoegd voor grote papiervolumes. In lade 3 kunnen 800 vellen 80 g/m bond) in Letter- of A4-formaat met de lange kant eerst worden geplaatst. In lade 4 kunnen 1200 vellen van 80 g/m De tandemlademodule wordt in deze handleiding "TLM" genoemd.
Systeembedieningstoetsen
In het volgende schema worden de namen en functies van de toetsen op het bedieningspaneel getoond.
13
12
2
(20 lb
2
(20 lb bond) in Letter/A4-formaat worden geplaatst.
1 2
3
4
5
6
7
8
91011
Toets Functie
1 <Aan-/afmelden> Het aanmeldscherm verschijnt voor het scherm [Menu
Systeembeheerder] of wanneer de verificatietoepassing is ingeschakeld. DRUK deze toets NIET nogmaals in nadat u zich heeft aangemeld, anders wordt u direct afgemeld.
2 <Help> Deze toets heeft op dit apparaat geen functie.
3 <Taal> Hiermee kan de taal op het aanraakscherm worden gewijzigd.
OPMERKING: Wanneer er van taal wordt gewisseld, kunnen
sommige tekens verkeerd worden voorgesteld.
4 <Energiebespar-
ing> (groen lam­pje)
5 <Alles Wissen> Stelt de standaardinstellingen weer in en toont het eerste scherm
6 <Onderbreken> Onderbreekt een opdracht tijdelijk, zodat een opdracht met
Geeft aan of het apparaat in de energiebesparingsstand staat. Hiermee worden de energiespaarstand en de slaapmode ook uitgeschakeld.
voor het huidige pad.
prioriteit kan worden geprogrammeerd.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 29
2 Productoverzicht
7 <Stop> Hiermee wordt een opdracht, afhankelijk van de opdrachtsoort,
8 <Start> Hiermee wordt een opdracht gestart of hervat.
9 <Snelkiezen> Hiermee worden snelkiesnummers ingevoerd.
10 <C> Hiermee wordt een getal of het laatst ingevoerde cijfer verwijderd
11 <Kiespauze> Hiermee wordt een pauze ingevoegd bij het kiezen van een
12 <* (sterretje)> Geeft het speciale teken aan in een faxnummer en duidt een
Toets Functie
tijdelijk stopgezet of geannuleerd. Wanneer er meerdere opdrachten worden verwerkt, worden alle opdrachten tijdelijk stopgezet of geannuleerd. Indien [Stop] in het scherm [Opdrachtstatus] wordt geselecteerd, wordt alleen de geselecteerde opdracht stopgezet.
en wordt de huidige waarde door een standaardwaarde vervangen. Hiermee worden ook alle tijdelijk gestopte opdrachten geannuleerd.
faxnummer.
groepscode aan. Hiermee kunt u een F-code of een toegangscode instellen.
13 <Alle diensten> Het scherm [Alle diensten] verschijnt met daarin alle beschikbare
De namen van toetsen en pictogrammen op het bedieningspaneel kunnen per land verschillen.

Services en toepassingen

Het apparaat beschikt over verschillende toepassingen en biedt waardevolle services. In de volgende beschrijving worden de toepassingen in het kort beschreven en worden de opties op het scherm <Alle diensten> uitgelegd.
OPMERKING: De opstelling van de pictogrammen voor de services en toepassingen op het scherm kan door de getrainde operateur worden gewijzigd.
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
2. Met de schuiftoetsen kunt u
tussen de schermen wisselen.
services op het apparaat.
30 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Services en toepassingen
3. Selecteer de gewenste service.
Kopiëren
Hiermee kunt u documenten op verschillende manieren kopiëren. U kunt bijvoorbeeld verkleiningen of vergrotingen maken, of twee of vier aparte documenten op een en hetzelfde vel kopiëren. Voor meer informatie, zie het hoofdstuk Kopiëren.
E-mail
Hiermee kunt u gescande documenten op verschillende manieren per e-mail versturen. U kunt bijvoorbeeld de densiteit voor scannen instellen of het bestandsformaat aangeven voor het opslaan van de documenten. Voor meer informatie, zie het hoofdstuk Scannen/e-mailen.
Fax/Internetfax
Hiermee kunt u documenten op verschillende manieren faxen. U kunt documenten bijvoorbeeld in een verkleind of een vergroot formaat versturen, of bestemmingen aangeven met behulp van het adresboek of de snelkiestoepassingen. Met Internetfax kunt u faxen via internet of intranet versturen en ontvangen. Met Internetfax worden de verzendingskosten in vergelijking met het gebruik van een conventionele telefoonleiding verlaagd. Nadat u documenten heeft gescand, kunt u deze per e-mail versturen. Ook kunt u gescande informatie in een e-mailbijlage ontvangen indien deze vanaf een Internetfax-apparaat is verstuurd. Voor meer informatie, zie het hoofdstuk
Fax/internetfax.
Netwerkscannen
Hiermee kunt u documenten scannen en deze als elektronische documenten op een bestandsserver binnen het netwerk opslaan door een opdrachtsjabloon te selecteren die verschillende toegewezen parameters bevat. U kunt de opgeslagen elektronische documenten vanaf een pc bij de bestandsserver ophalen. Voor meer informatie, zie
Opdrachtsjablonen - Netwerkscannen in het hoofdstuk Scannen/e-mailen en Services in het hoofdstuk CentreWare Internetservices.
Scannen naar mailbox
Hiermee wordt de vertrouwelijke mailbox of poltoepassing ingeschakeld doordat de gescande documenten in privé mailboxen worden opgeslagen. Voor meer informatie, zie Opslaan in: Scan naar mailbox in het hoofdstuk Scannen/e-mailen.
Scannen naar FTP/SMB
Hiermee kunt u documenten met het FTP- of SMB-protocol scannen en ze op de aangegeven bestemmingen opslaan. Voor meer informatie, zie Opslaan in: Scan naar
FTP/SMB in het hoofdstuk Scannen/e-mailen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 31
2 Productoverzicht
Mailbox controleren
Hiermee kunt u de documenten in een mailbox bevestigen, afdrukken en verwijderen. Hiermee kunt u ook de koppeling naar een opdrachtflowcharts wijzigen of vrijgeven en de gekoppelde opdrachtflowcharts uitvoeren. Voor meer informatie, zie het hoofdstuk
Mailbox controleren.
Opgeslagen programmering
Hiermee kunt u de programmering voor een opdracht naar een opdrachtnummer opslaan. Voor meer informatie,
Menu Instellingen
Hiermee kunt u de volgende toepassingen vanaf dit scherm instellen of wijzigen: Mailbox, Opgeslagen programmering, Opdrachtstroombestanden, Adresboek, Naar groep zenden, Opmerking en Papiersoort. Voor meer informatie, zie het hoofdstuk Instellingsprocedures. en het hoofdstuk Opgeslagen programmering.

Aan/uit

Inschakelen

Het apparaat moet op een geschikte voeding zijn aangesloten en de stekker moet stevig in het stopcontact zijn gestoken.
Het apparaat kan kopieën maken 12 seconden nadat dit is ingeschakeld (afhankelijk van de apparaatconfiguratie). Voor meer informatie, zie Specificaties van het apparaat in het
hoofdstuk Technische specificaties.
1. Zet de aan/uit-schakelaar in de
OPMERKING: Indien het apparaat niet start, controleer dan of de RESET-toets achterop het apparaat in de reset-stand staat.
stand <l>.
32 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Uitschakelen

Wanneer u het apparaat uitschakelt, en deze de optionele harde schijf bevat, dan blijft deze nog circa 10 seconden ingeschakeld terwijl hij bestanden opslaat en zich voorbereidt op het uitschakelen. Het apparaat schakelt vervolgens volledig uit.
OPMERKING: Wacht ten minste 20 seconden tussen het uit- en weer inschakelen van het systeem. Gebeurt dit niet, dan kan de harde schijf beschadigd raken.

Aardlekschakelaar

Indien er een storing in de voeding naar het apparaat wordt opgemerkt, schakelt een aardlekschakelaar op het apparaat automatisch alle voeding uit. Indien de stroom uitvalt, ga dan naar de RESET-toets achterop het apparaat. Indien de aardlekschakelaar werd ingeschakeld, staat de RESET-toets in de ingeschakelde stand. Druk op de RESET-toets om de voeding naar het apparaat weer in te schakelen.
Druk op de TEST-toets alvorens het apparaat te gebruiken. Indien de aardlekschakelaar goed werkt, moet de RESET-schakelaar naar buiten springen. Wanneer dat gebeurt, druk dan op de RESET-toets
Aardlekschakelaar
RESET-toets
TEST-toets
OPMERKING: Indien de RESET-toets terugspringt wanneer u deze indrukt en indien de voeding naar het apparaat niet is hersteld, neem dan contact op met het Xerox Welcome Centre.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 33
2 Productoverzicht

Energiebesparingsmodes

Het apparaat beschikt over energiebesparingstoepassingen, waarmee het energiever­bruik tijdens inactiviteit aanzienlijk wordt verminderd. De toets <Energiespaarstand> bevindt zich rechtsboven in het bedieningspaneel en licht op wanneer de energiespaarstand is ingeschakeld. De energiebesparingstoepassing heeft twee verschillende standen:
Energiespaarstand
Slaapstand
<Energiespaarstand> lampje/toets
Mode Energiespaarstand
Het apparaat schakelt na een bepaalde periode na de laatste kopieer-, fax-, scan- of afdrukbewerking automatisch over op de energiespaarstand. In deze mode wordt het aanraakscherm uitgeschakeld en brandt het energiebesparingslampje. De Energiespaarstand wordt opgeheven wanneer de toets <Energiebesparing> op het bedieningspaneel wordt ingedrukt of wanneer een fax- of afdrukopdracht door het apparaat wordt ontvangen. De standaardfabrieksinstelling van 15 minuten kan door de klant tussen 2 en 60 minuten worden ingesteld.
Voor meer informatie, zie Auto energiespaarstand in het hoofdstuk
Instellingsprocedures.
34 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Slaapstand
Het apparaat schakelt automatisch over naar de slaapstand nadat de energiespaarstand een bepaalde periode ingeschakeld is geweest. In de slaapstand verbruikt het apparaat minder stroom dan tijdens de energiespaarstand. In deze mode wordt het aanraakscherm uitgeschakeld en brandt het energiebesparingslampje. De slaapstand wordt opgeheven wanneer de toets <Energiebesparing> wordt ingedrukt of wanneer een fax- of afdrukopdracht door het apparaat wordt ontvangen. De standaardfabrieksinstelling van 2 minuten kan door de klant tussen 2 en 60 minuten worden ingesteld. De aangegeven tijd voor het inschakelen van de slaapstand begint op het moment waarop de energiespaarstand wordt ingeschakeld.
Voor meer informatie, zie Auto energiespaarstand in het hoofdstuk
Instellingsprocedures.
OPMERKING: Standaard slaat het apparaat de energiespaarstand over en schakelt na 15 minuten niet te zijn gebruikt, direct over op de slaapstand.

Standaardtijdinstellingen wijzigen

Standaardtijdi nstellingen wijzigen
In dit deel wordt beschreven hoe de standaardtijdinstellingen door de getrainde operateur kunnen worden gewijzigd. Indien u hulp of meer informatie nodig heeft, neem dan contact op met de getrainde operateur of zie Apparaatklok/-timers in het
hoofdstuk Instellingsprocedures.
1. Druk op de toets <Aan-/
afmelden> op het bedieningspaneel.
Toets <Aan-/afmelden>
2.
Voer de ID van de getrainde operateur in via de aantaltoetsen op het bedieningspaneel. Selecteer [Bevestigen] op het scherm [Systeembeheerdersaanmelding] .
OPMERKING: De standaard-ID van de getrainde operateur is "11111". Indien de verificatietoepassing is ingeschakeld, kan het zijn dat u een toegangscode moet invoeren. De standaardtoegangscode is "x-admin".
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 35
2 Productoverzicht
3. Selecteer [Systeeminstellingen]
4. Selecteer [Systeeminstellingen]
5. Selecteer [Gemeenschappelijke
op het scherm [Menu Systeembeheerder].
op het scherm [Systeeminstellingen].
instellingen] op het scherm [Systeeminstellingen].
6. Selecteer [Apparaatklok/-timers]
op het scherm [Gemeenschappelijke instellingen].
7. Selecteer de gewenste optie.
8. Selecteer [Instellingen wijzigen].
9. Wijzig de waarde met de
schuiftoetsen of selecteer de gewenste opties.
10. Selecteer [Opslaan].
36 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Modes

Modes
Met de toetsen kunt u de schermen openen waarop u toepassingen kunt selecteren, de status van opdrachten bekijken en informatie opvragen over het apparaat.
Er staan twee toetsen op het apparaat.
Alle diensten
Toepassingen
Opdrachtstatus
Apparaatstatus
OPMERKING: Deze toetsen reageren niet wanneer het apparaat in de mode Systeeminstellingen staat.
Toets <Alle diensten>
Toets <Toe­passingen>
Toets <Opdracht­status>

Alle diensten

Met deze toets heeft u toegang tot alle diensten op het apparaat.
OPMERKING: De opstelling van de servicepictogrammen op het scherm kan door de getrainde operateur worden gewijzigd.
1. Druk op de toets <Alle diensten>
2. Gebruik de schuiftoetsen om
Toets <Apparaatstatus>
op het bedieningspaneel.
tussen schermen te wisselen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 37
2 Productoverzicht

Toepassingen

Met deze toets kunt u één scherm teruggaan. Indien u het scherm [Opdrachtstatus] of [Apparaatstatus] gebruikt, druk dan op de toets <Toepassingen> om naar het vorige kopieer-, fax- en scanscherm terug te keren. Het kopieer-, fax- of scanscherm verandert niet, zelfs niet indien u deze toets indrukt terwijl u zich in een van deze schermen bevindt. In dit geval kunt u de toets <Alle diensten> gebruiken om de kopieer-, fax- of scantoepassing te selecteren.

Opdrachtstatus

Met deze toets kunt u de voortgang van een opdracht nagaan of het log en gedetailleerde informatie over voltooide opdrachten tonen. De nieuwste opdracht staat bovenaan de lijst. U kunt ook verschillende speciale afdrukken of de documenten in de openbare mailbox van het apparaat controleren, verwijderen of afdrukken. Voor meer informatie, zie de Handleiding voor de gebruiker.

Apparaatstatus

Met deze toets kan de apparaatstatus, de factureringsmeter en de status van de tonercassette worden gecontroleerd en kunnen verschillende overzichten worden afgedrukt. Voor meer informatie, zie de Handleiding voor de gebruiker.

Opdracht onderbreken

Met deze toepassing kan de huidige opdracht tijdelijk worden onderbroken, zodat een dringende opdracht kan worden gestart.
OPMERKING: Het apparaat zoekt een handige plaats waarop de huidige opdracht kan worden onderbroken.
1. Druk op de toets
<Onderbreken> op het bedieningspaneel.
2. Voer de vereiste opdrachten in
voor de nieuwe opdracht.
3. Druk op de toets <Start> op het
bedieningspaneel.
4. Druk nogmaals op de toets
<Onderbreken> en op de toets <Start> om de onderbroken opdracht weer op te starten.
Toets <Onderbreken>
OPMERKING: Aan onderbroken opdrachten kan geen voorrang worden gegeven, en ze kunnen niet worden vrijgegeven in of verwijderd uit de afdrukwachtrij.
38 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Hergebruikt papier

Het gebruik van hergebruikt papier in het apparaat biedt voordelen voor het milieu terwijl het de prestaties niet nadelig beïnvloedt. Xerox beveelt hergebruikt papier met 20% hergebruikt materiaal aan. Dit papier is verkrijgbaar via Xerox en andere leveranciers van kantoorbehoeften. Neem contact op met het Xerox Welcome Centre of ga naar www.xerox.com voor meer informatie over andere soorten hergebruikt papier.
Hergebruikt papier
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 39
2 Productoverzicht
40 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

3 Kopiëren

Dit hoofdstuk bevat informatie over de kopieerschermen en over de beschikbare toepassingen.
OPMERKING: Sommige van de toepassingen in dit hoofdstuk zijn optioneel en het kan zijn dat ze niet op uw apparaatconfiguratie van toepassing zijn.

Kopiëren - procedure

In dit deel wordt de basiskopieerprocedure beschreven. Voordat er kan worden begonnen met kopiëren, moet er worden vastgesteld wat er moet worden gekopieerd en hoeveel afdrukken er moeten worden gemaakt. Volg de onderstaande stappen.
1. Plaats de documenten – pagina 41
2. Selecteer de toepassingen – pagina 43
3. Voer het aantal in – pagina 44
4. Start de kopieeropdracht – pagina 44
5. Bevestig de kopieeropdracht in de opdrachtstatus – pagina 45 De kopieeropdracht stoppen – pagina 45
OPMERKING: Indien Verificatie is ingeschakeld, kan het zijn dat u een accountnummer nodig heeft voordat u het apparaat kunt gebruiken. Neem contact op met de getrainde operateur voor het accountnummer of voor meer informatie.

1. Plaats de documenten

De invoergebieden zijn als volgt.
Automatische originelendoorvoer (AOD) voor documenten die uit één of meerdere
pagina’s bestaan.
Glasplaat voor documenten die uit één pagina of uit gebonden originelen bestaan.
OPMERKING: De glasplaatafdekklep wordt aangebracht indien er geen AOD is.
OPMERKING: Het apparaat registreert standaarddocumentformaten automatisch.
Welke formaten kunnen worden geregistreerd, is afhankelijk van de papierformaattabel die door de getrainde operateur is aangegeven. Voor meer informatie over het instellen van de papierformaattabel, zie Papierformaatinstellingen in het hoofdstuk Instellingsprocedures. Indien het document een niet­standaardformaat heeft of niet wordt herkend als standaardformaat, vraagt het apparaat u het document te controleren of handmatig het documentformaat in te voeren. Voor informatie over het handmatig invoeren van een documentformaat, zie
Origineelformaat op pagina 58.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 41
3Kopiëren
Automatische originelendoorvoer (AOD)
In de AOD kunnen maximaal 50 vellen standaardpapier (38–128 g/m2 of 16–32 lb bond) worden geplaatst. Het document kan een breedte hebben tussen 140 en 297 mm en een lengte tussen 210 en 432 mm, met een standaardformaat tussen A5 en A3 KKE. De documenten moeten zich in goede staat bevinden; verwijder alle nietjes en paperclips alvorens de documenten te plaatsen. De AOD registreert standaardformaten of u kunt handmatig een formaat invoeren in het tabblad [Scanopties].
Voor informatie over het kopiëren van gemengde origineelformatie via de AOD, zie Gemengde origineelformaten op pagina 59.
OPMERKING: Om het risico van papierstoringen te verminderen, kunnen gevouwen of gekreukelde documenten het beste via de glasplaat worden gekopieerd. Vervang de gevouwen of gekreukelde documenten door de nieuwe.
Het apparaat kan gemengde originelen achter elkaar scannen via de AOD. Leg de documenten tegen de bovenhoek van de AOD.
Voor informatie over het kopiëren van gemengde origineelformaten via de AOD, zie Gemengde origineelformaten op pagina 59.
1. Verwijder alle nietjes en
paperclips alvorens de documenten in de AOD in te voeren.
2. Plaats de originelen netjes met
de beeldzijde naar boven in de AOD. Plaats de eerste pagina bovenop met de koppen naar de achterkant of de linkerkant van het apparaat.
3. Plaats de papierstapel in het midden van de geleiders en lijn de linkerrand uit met
de papierlade. Zet de geleiders tot net tegen de rand van de documenten.
Wanneer [Auto] is geselecteerd in [Papierinvoer], selecteert het apparaat automatisch de geschikte papierlade voor het documentformaat. De geselecteerde lade, papierformaat en richting in de geselecteerde lade worden op het scherm aangegeven.
OPMERKING: Deze toepassing is beschikbaar wanneer het apparaat een geschikte lade vindt. Indien er geen geschikte lade is, gebruikt u tijdelijk een handmatige selectie voor de lade of gebruikt u de handmatige invoer. Voor meer informatie over ladeselectie, zie Papierinvoer op pagina 48.
42 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Glasplaat
Kopiëren - procedure
De glasplaat wordt gebruikt voor documenten van één pagina of ingebonden documenten met een breedte tussen 15 en 297 mm en een lengte tussen 15 en 432 mm.
1. Til de AOD of de afdekklep op.
2. Plaats het origineel met de
beeldzijde naar beneden op de glasplaat, op gelijke hoogte met de punt van de registratiepijl, linksboven op de glasplaat.
3. Laat de AOD of de afdekklep
zakken.

2. Selecteer de toepassingen

De toepassingen op het scherm [Kopiëren - Basis] worden het meest gebruikt.
OPMERKING: Alleen die toepassingen die relevant zijn voor de apparaatconfiguratie zijn beschikbaar.
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
2. Selecteer [Kopiëren] op het
scherm [Alle services]. Het scherm [Kopiëren - Basis] moet worden weergegeven.
Toets <Alles wissen>Toets <Alle diensten>
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 43
3Kopiëren
OPMERKING: Indien Verificatie is ingeschakeld, kan het zijn dat u een gebruikers-ID en een toegangscode (indien deze is ingesteld) moet invoeren. Indien u hulp nodig heeft, neemt u contact op met de getrainde operateur.
3. Selecteer de toets voor de gewenste toepassing. Wanneer [Meer] wordt
geselecteerd, selecteert u [Opslaan] om de geselecteerde toepassing te bevestigen of [Annuleren] om terug te keren naar het vorige scherm.
Selecteer, indien nodig, een van de tabbladen en configureer de kopieerinstellingen. Zie hieronder voor meer informatie over ieder tabblad.
Kopiëren - Basis – pagina 46 Afdrukkwaliteit - Kopiëren – pagina 53 Scanopties - Kopiëren – pagina 55 Afdrukopmaak - Kopiëren – pagina 64 Opdracht samenstellen – pagina 73

3. Voer het aantal in

Het maximumaantal afdrukken is 999.
1. Voer het aantal afdrukken in via
de aantaltoetsen. Het ingevoerde aantal wordt in de rechterbovenhoek op het aanraakscherm weergegeven.
OPMERKING: Druk op de toets <C> in om een incorrecte invoer te annuleren. Voer het correcte aantal in.

4. Start de kopieeropdracht

1. Druk op de toets <Start>. Ieder
document wordt slechts eenmaal gescand. Het resterende aantal kopieën wordt in de rechterbovenhoek op het aanraakscherm weergegeven.
Toets <C>
Toets <Start>
Tijdens het kopiëren en indien de AOD of de glasplaat gereed is en het apparaat over een optionele harde schijf beschikt, kunt u het volgende document scannen of de volgende opdracht programmeren. Terwijl het apparaat opwarmt kunt u ook de volgende opdracht programmeren.
44 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

5. Bevestig de kopieeropdracht in de opdrachtstatus

1. Druk op de toets
<Opdrachtstatus> op het bedieningspaneel om het scherm [Opdrachtstatus] te laten verschijnen.
De kopieeropdracht in de wachtrij wordt getoond. Indien er geen opdracht op het aanraakscherm wordt getoond, kan het zijn dat deze al is verwerkt.
Voor meer informatie, zie Huidige opdrachten en wachtrijopdrachten in het hoofdstuk Opdrachtstatus in de Handleiding voor de gebruiker.

De kopieeropdracht stoppen

Kopiëren - procedure
Volg onderstaande stappen om de geactiveerde kopieeropdracht handmatig te annuleren.
1. Selecteer [Stop] op het
aanraakscherm of druk op de toets <Stop> op het bedieningspaneel om de huidige kopieeropdracht tijdelijk te stoppen.
OPMERKING: Selecteer de toets <Start> op het bedieningspaneel om de tijdelijk gestopte opdracht te hervatten.
Toets <Stop>
Toets <C>
2. Druk, indien nodig, op de toets
<Opdrachtstatus> om het scherm [Opdrachtstatus] op te roepen. Druk op de toets <Toepassingen> om het scherm [Opdrachtstatus] te verlaten.
3. Druk op de toets <C> op het
bedieningspaneel om de tijdelijk gestopte opdracht te verwijderen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 45
3Kopiëren

Kopiëren - Basis

In dit deel worden de basistoepassingen voor een kopieeropdracht op het scherm [Kopiëren - Basis] beschreven. Voor informatie over de beschikbare toepassingen, kunt u de volgende informatie raadplegen.
Verkleinen/vergroten – pagina 46 Papierinvoer – pagina 48 2-zijdig – pagina 50 Aflevering kopieën – pagina 51
1. Druk op de toets <Alle diensten>
op het bedieningspaneel.
2. Selecteer [Kopiëren] op het
aanraakscherm. Het scherm [Kopiëren - Basis] moet worden weergegeven.
3. Selecteer de gewenste optie.

Verkleinen/vergroten

Behalve het formaat 100% voor kopieën, kunnen er verkleinde en vergrote kopieën (25-400%) worden gemaakt door een van de opties van [Verkleinen/vergroten] te selecteren.
100%
De kopieën hebben hetzelfde formaat als het document.
Auto %
Verkleint/vergroot het beeld op het document automatisch tot een formaat dat op het geselecteerde papier past.
OPMERKING: Indien deze optie is ingeschakeld, kunt u [Auto] onder [Papierinvoer] niet selecteren, noch [Auto-formaatregistratie] voor [Papierformaat] in [Lade 5 (handmatige invoer)]. Lade 1 wordt automatisch geselecteerd, zelfs indien [Auto] is geselecteerd in [Papierinvoer]. Indien [Auto-formaatregistratie] is geselecteerd voor [Papierformaat] in [Lade 5 (handmatige invoer)], treedt er een fout op indien op de toets <Start> wordt gedrukt.
46 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Voorinstellingen
Hiermee kunt u een verkleinings-/vergrotingsverhouding selecteren uit de twee vaakst gebruikte voorinstellingen die door de getrainde operateur zijn ingesteld.
Meer
Het scherm [Verkleinen/vergroten] verschijnt.
Scherm [Verkleinen/vergroten]
Hiermee kunt u de verkleinings-/vergrotingsverhouding op dit scherm selecteren of aangeven.
1. Selecteer [Meer] voor de opties
[Verkleinen/vergroten] in het scherm [Kopiëren - Basis].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Voorinstelling %
Kopiëren - Basis
Voorinstellingen - Hiermee kunt u uit zeven vooringestelde vergrotings-/
verkleiningsverhoudingen kiezen. De voorinstellingen worden ingesteld door de getrainde operateur.
Alles kopiëren - Het beeld op de documenten wordt iets kleiner gemaakt dan de
geselecteerde vergrotings-/verkleiningsverhouding zodat het hele document op het papier wordt gekopieerd.
Variabel %
Hiermee kunt u in stappen van 1% een verkleinings-/vergrotingsverhouding aangeven via de schermtoetsen of de schuiftoetsen op het aanraakscherm binnen het bereik 25­400%.
Onafhankelijk X-Y %
Hiermee kunt u in stappen van 1% een verkleining/vergroting voor de lengte en breedte apart invoeren binnen het bereik van 25-400%.
Auto - Hiermee wordt de verkleining/vergroting apart voor de breedte en lengte
ingesteld, zodat de afbeelding op het papier past.
Auto (Alles kopiëren) - Hiermee wordt de toepassing [Auto] ingeschakeld en wordt
het beeld op het document een klein beetje kleiner gemaakt dan de ingestelde verkleinings-/vergrotingsverhouding, zodat het hele beeld op het papier wordt gekopieerd.
XY - Hiermee wordt tegelijkertijd dezelfde verhouding voor de breedte en de lengte
ingesteld.
OPMERKING: Wanneer [Auto %] is geselecteerd, wordt automatisch lade 1 geselecteerd, zelfs indien [Auto] is geselecteerd in [Papierinvoer].
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 47
3Kopiëren

Papierinvoer

De beschikbare papierladen worden op het aanraakscherm getoond, samen met het formaat van het afdrukmateriaal en de vooringestelde richting voor iedere lade.
Wanneer het formaat van of het soort afdrukmateriaal in de lade wordt gewijzigd, moet de getrainde operateur de lade dienovereenkomstig opnieuw programmeren. Neem voor meer informatie over het herprogrammeren van de lade contact op met de getrainde operateur.
Voor informatie over de papierformaten en -soorten die door het apparaat worden ondersteund, zie het hoofdstuk Papier en ander afdrukmateriaal.
Auto
Hiermee kunt u automatisch een geschikte lade selecteren op basis van het documentformaat, de ingestelde verkleining of vergroting en de instellingen van hiermee samenhangende toepassingen.
OPMERKING: Wanneer [Auto %] is geselecteerd in [Verkleinen/vergroten], wordt automatisch [100%] geselecteerd in [Verkleinen/vergroten], zelfs indien [Auto] is geselecteerd in [Papierinvoer].
Voorinstellingen
Hiermee kunt u een papierlade selecteren uit een van de drie door de getrainde operateur vooringestelde laden. Ook ladenummer, papierformaat en richting worden voor alle laden, behalve lade 5, getoond.
Meer
Het scherm [Papierinvoer] verschijnt.
Scherm [Papiertoevoer]
Hiermee kunt u een papierlade selecteren uit de vijf vooringestelde laden, waaronder de handmatige invoer.
1. Selecteer [Meer] voor de
toepassing [Papierinvoer] in het scherm [Kopiëren - Basis].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Auto
Zie ook de optie [Auto] die hierboven wordt uitgelegd.
48 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Voorinstellingen
Hiermee kunt u een papierlade selecteren uit vier voorinstellingen.
Handmatige invoer
Het scherm [Lade 5 (handmatige invoer)] verschijnt.
Scherm [Lade 5 (handmatige invoer)]
U kunt de handmatige invoer tijdelijk gebruiken voor papier dat zich niet in de vooraf geprogrammeerde laden bevindt. Er kan een papierstapel van 10 mm (0,4 inch) (circa 95 vellen van 80 g/m stappen om de handmatige invoer ten volle te benutten.
2
) in de handmatige invoer worden geplaatst. Volg onderstaande
1. Selecteer [Handmatige invoer]
op het scherm [Papierinvoer].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Kopiëren - Basis
Papierformaat
Auto-formaatregistratie - Het papierformaat vanuit de handmatige invoer wordt
automatisch geregistreerd.
Standaardformaat - De vooringestelde papierformaten worden op het
aanraakscherm getoond, waar u het gewenste papierformaat kunt selecteren. De voorinstellingen voor de papierformaten worden door de getrainde operateur ingesteld.
Niet-standaardformaat - Hiermee kunt u met de schuiftoetsen stappen van 1 mm
(0,1 inch) de breedte en lengte van het papier aangeven. Het toegestane bereik aan papierformaten ligt tussen 89 en 297 mm (3,5-11,7 inch) voor de breedte en 99-432 mm (3,9-17 inch) voor de lengte.
Papiersoort
Selecteer een papiersoort uit de voorinstellingen op het scherm. De voorinstellingen worden ingesteld door de getrainde operateur.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 49
3Kopiëren

2-zijdig

Met deze toepassing kunt u automatisch 2-zijdige kopieën maken van 1-zijdige of 2-zijdige documenten.
OPMERKING: Voordat u deze toepassing kunt gebruiken, moet de documentrichting worden ingesteld in [Origineelrichting] in het scherm [Scanopties].
OPMERKING: De 2-zijdige kopieeroptie kan niet met de volgende papiersoorten worden gebruikt: transparanten, licht papier, zwaar papier, etiketten, omslagen, en papier dat al aan één kant is bedrukt (d.w.z. oud papier).
1 J 1-zijdig
Een enkelzijdige kopie van een enkelzijdig document
1 J 2 (kop/kop)
Een 2-zijdige kopie van een enkelzijdig document
2 J 2 (kop/kop)
Een 2-zijdige kopie van een dubbelzijdig document
2 J 1 (kop/kop)
Een 1-zijdige kopie van een dubbelzijdig document
OPMERKING: Wanneer de glasplaat wordt gebruikt voor [1 J2 (kop/kop)] of [2 J2 (kop/kop)], verschijnt er een bericht wanneer het apparaat klaar is voor het scannen van het volgende document.
Meer
Het scherm [2-zijdig] verschijnt.
50 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Scherm [2-zijdig]
Hier kunt u de vorige optie selecteren en aangeven of zijde 2 kop/staart moet worden afgedrukt.
1. Selecteer [Meer] voor de
toepassing [2-zijdig] in het scherm [Kopiëren - Basis].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Zijde 2 roteren
Selecteer dit vakje om zijde 2 van de afdrukken kop/staart af te drukken.
OPMERKING: Deze optie is alleen beschikbaar voor [1 J 2 (kop/kop)] en [2 J 2 (kop/ kop)].

Aflevering kopieën

Met deze toepassing kunt u de afgeleverde kopieën sorteren. Indien de optionele afwerkeenheid is geïnstalleerd, kan er ook worden geniet. U kunt de nietpositie op de aflevering selecteren.
Kopiëren - Basis
OPMERKING: Welke toepassingen op het scherm worden getoond, hangt af van het feit of de afwerkeenheid is geïnstalleerd.
OPMERKING: Indien het apparaat geen papier van het juiste formaat bevat wanneer de niettoepassing op een kopieer- of afdrukopdracht wordt toegepast, kan er een papierformaatfout optreden tijdens de verwerking van de opdracht. Wanneer dit gebeurt, bevat de afwerkeenheid het papier dat tot dan toe is verwerkt, maar dat het verkeerde formaat heeft. Indien op het scherm het bericht "Het formaat/de richting van het papier dat op dit moment in lade 5 (handm. invoer) is geplaatst, komt niet overeen met de instelling:" of "Het formaat/de richting van het papier in lade X komt niet overeen met het geselecteerde formaat: xxx in de lade plaatsen" op het aanraakscherm verschijnt, opent u de bovenste afdekking van de afwerkeenheid en verwijdert u het papier met het verkeerde formaat, plaatst u papier van het juiste formaat in een lade en start u de opdracht opnieuw. Indien u alleen maar het papier in een lade vervangt en de opdracht hervat zonder het verwerkte papier uit de afwerkeenheid te halen, dan niet het apparaat het verkeerde papier dat zich nog in de afwerkeenheid bevindt aan het correcte papier uit de lade.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 51
3Kopiëren
Auto
Voor het sorteren van de afgeleverde kopieën wordt automatisch [Sets] of [Stapels] geselecteerd. De optie [Sets] wordt toegepast wanneer de AOD wordt gebruikt of wanneer u [Ingebonden originelen], [Omslagen], [Lege scheidingsvellen + N Sets], [Nieten], [Opbouw-opdracht], [Proefafdruk] of [Katern maken] heeft ingeschakeld. Bij alle andere opties wordt [Stapels] toegepast.
Linksboven
Er wordt een nietje in de linkerbovenhoek van de afdrukken geplaatst.
2 nietjes links
Er worden twee nietjes aan de linkerzijde van de afdrukken geplaatst.
Rechtsboven
Er wordt een nietje in de rechterbovenhoek van de afdrukken geplaatst.
Meer
Het scherm [Aflevering kopieën] verschijnt.
Scherm [Aflevering kopieën]
Hiermee kunt u de sorteermethode selecteren voor de aflevering en de opvangbak aangeven.
1. Selecteer [Meer] voor de
toepassing [Aflevering kopieën] in het scherm [Kopiëren ­Basis].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Nietpositie
Selecteer een van de vijf getoonde nietpositieopties.
Sets
Auto - Er wordt automatisch een sorteermethode toegepast op de afgeleverde
kopieën. Zie ook de optie [Auto] die hierboven wordt uitgelegd.
52 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Afdrukkwaliteit - Kopiëren

Sets - Het aangegeven aantal sets wordt in dezelfde volgorde als de documenten
afgeleverd. Bijvoorbeeld: twee kopieën van een document met drie pagina's worden afgeleverd in de volgorde 1-2-3, 1-2-3.
Stapels - De kopieën worden in stapels afgeleverd op basis van het aantal
benodigde kopieën van ieder document. Bijvoorbeeld: twee kopieën van een document met drie pagina's worden afgeleverd in de volgorde 1-1, 2-2, 3-3.
Afleveringsbestemming
Selecteer een opvangbak voor de kopieeropdracht uit [Middelste opvangbak] en [Afwerkopvangbak].
OPMERKING: De middelste opvangbak kan pas worden gebruikt als deze is ingeschakeld via de instelling Uitgebreide lademodule. Selecteer de soort uitgebreide lademodule. Als de optionele afwerkeenheid is geïnstalleerd, selecteert u [Staffelmodule] om de middelste opvangbak te kunnen gebruiken.
Afdrukkwaliteit - Kopiëren
In dit hoofdstuk worden de toepassingen beschreven voor het afstellen van de kwaliteit van de afdruk aan de hand van de afdrukkwaliteitsopties. Voor meer informatie over de beschikbare toepassingen, kunt u de volgende informatie raadplegen.
Origineelsoort – pagina 54 Lichter/donkerder – pagina 54 Scherpte – pagina 55 Auto-belichting – pagina 55
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 53
3Kopiëren
1. Druk op de toets <Alle
2. Selecteer [Kopiëren] op het
3. Selecteer het tabblad
4. Selecteer de gewenste optie.

Origineelsoort

Met deze toepassing kunt u met de optimale afdrukkwaliteit kopiëren door het type originelen te selecteren.
1. Selecteer [Origineelsoort] op het
2. Selecteer de gewenste optie.
diensten> op het bedieningspaneel.
aanraakscherm.
[Afdrukkwaliteit].
scherm [Afdrukkwaliteit].
3. Selecteer [Opslaan].
Tekst
Gebruik deze optie voor het kopiëren van documenten die alleen tekst bevatten. Selecteer deze optie wanneer tekst goed moet worden gekopieerd.
Tekst en foto
Gebruik deze optie voor het kopiëren van documenten die tekst en foto's bevatten. Tekst en foto's worden automatisch geïdentificeerd en wordt een geschikte kwaliteitsmode voor aparte gebieden geselecteerd.
Foto
Gebruik deze optie voor het kopiëren van documenten die alleen foto's bevatten.
Potloodtekst
Gebruik deze optie om documenten in potlood te kopiëren. Deze beelden zijn licht en moeilijk te zien en worden daarom donkerder afgedrukt.

Lichter/donkerder

Met deze toepassing kunt u de zwartheid voor het kopiëren van documenten selecteren.
54 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Scherpte

Scanopties - Kopiëren

1. Selecteer [Lichter/donkerder] op
het scherm [Afdrukkwaliteit].
2. Selecteer het zwartheidsniveau.
3. Selecteer [Opslaan].
Met deze toepassing kunt u het scherpteniveau voor fijne lijnen en randen verscherpen of verzwakken.
1. Selecteer [Scherpte] op het
scherm [Afdrukkwaliteit].
2. Selecteer het scherpteniveau.
3. Selecteer [Opslaan].

Auto-belichting

Met deze toepassing kunt u aangeven of de achtergrondkleur van de documenten tijdens het kopiëren moet worden onderdrukt.
OPMERKING: Deze toepassing wordt uitgeschakeld wanneer [Foto] op het scherm [Origineelsoort] wordt geselecteerd.
1. Selecteer [Auto-belichting] op
het scherm [Afdrukkwaliteit].
2. Selecteer [Aan] om de
toepassing in te schakelen.
3. Selecteer [Opslaan].
Scanopties - Kopiëren
In dit deel worden de [Scanopties] beschreven waarmee de opmaak wordt aangepast. Voor meer informatie over de beschikbare toepassingen, kunt u de volgende informatie raadplegen.
Ingebonden originelen – pagina 56 2-zijdig boek kopiëren – pagina 57 Origineelformaat – pagina 58 Gemengde origineelformaten – pagina 59 Kader wissen – pagina 59
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 55
3Kopiëren
Kantlijnverschuiving – pagina 60 Beeldrotatie – pagina 62 Spiegelbeeld/negatief beeld – pagina 63 Origineelrichting – pagina 63
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
2. Selecteer [Kopiëren] op het
aanraakscherm.
3. Selecteer het tabblad
[Scanopties]. Met de zijtabs kunt u tussen de schermen wisselen.
4. Selecteer de gewenste optie.

Ingebonden originelen

Met deze toepassing kunt u tegenoverliggende pagina's van een ingebonden document via de glasplaat kopiëren. De twee pagina's worden op twee losse vellen gekopieerd.
1. Selecteer [Ingebonden
originelen] op het scherm [Scanopties].
2. Voer de nodige handelingen uit.
3. Selecteer [Opslaan].
OPMERKING: De tegenover elkaar liggende pagina's van een ingebonden document moeten horizontaal op de glasplaat worden gelegd.
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Eerst links dan rechts
Kopieert beide pagina's van een open boek van links naar rechts.
Eerst rechts dan links
Kopieert beide pagina's van een open boek van rechts naar links.
56 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Scanopties - Kopiëren
Eerst boven dan onder
Kopieert beide pagina's van een open boek van boven naar beneden.
Beide pagina's
Kopieert beide pagina's van een open boek.
Alleen linkerpagina
Kopieert alleen de linkerpagina van een open boek.
Alleen rechterpagina
Kopieert alleen de rechterpagina van een open boek.
Alleen bovenpagina
Kopieert alleen het bovenste deel van een open boek.
Alleen onderpagina
Kopieert alleen het onderste deel van een open boek.
Midden wissen
Het bindruggebied van het boek, dat gewoonlijk donkerder is, wordt niet afgedrukt. Geef met de schuiftoetsen het te wissen gebied in het midden van een geopend boek aan binnen het bereik van 0-50 mm (0-2 inch) in stappen van 1 mm (0,1 inch).

2-zijdig boek kopiëren

Met deze toepassing kunt u via de glasplaat 2-zijdige kopieën maken van ingebonden documenten. Voor de eerste pagina wordt automatisch een leeg vel ingevoerd.
1. Selecteer [2-zijdig kopiëren
(boek)] op het scherm [Scanopties].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
OPMERKING: Deze toepassing en [Ingebonden originelen] kunnen niet tegelijkertijd worden geactiveerd.
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Eerst links dan rechts
Kopieert beide pagina's van een open boek van links naar rechts.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 57
3Kopiëren
Eerst rechts dan links
Kopieert beide pagina's van een open boek van rechts naar links.
Eerst boven dan onder
Kopieert beide pagina's van een open boek van boven naar beneden.
Beginpagina en eindpagina
Het scherm [2-zijdig boek kopiëren - Beginpagina en eindpagina] verschijnt. Hiermee wordt aangegeven of de voor- of achterkant van de pagina het eerste of het laatste moet worden gekopieerd. De aangegeven paginazijden moeten aan de hand van de ingebonden originelen worden geïdentificeerd.
Midden wissen
Het bindruggebied van het boek, dat gewoonlijk donkerder is, wordt niet afgedrukt. Geef met de schuiftoetsen het te wissen gebied in het midden van een geopend boek aan binnen het bereik van 0-50 mm (0-2 inch) in stappen van 1 mm (0,1 inch).

Origineelformaat

Met deze toepassing kan het formaat van het document automatisch worden geregistreerd, uit een lijst met voorinstellingen worden geselecteerd, of met de optie Keuze handmatig worden aangegeven. Indien Keuze wordt gebruikt, worden de documenten gekopieerd aan de hand van het aangegeven formaat, ongeacht hun werkelijke formaat.
1. Selecteer [Origineelformaat] op
het scherm [Scanopties].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Auto-formaatregistratie
Het formaat van documenten met een standaardformaat wordt automatisch herkend.
Voorinstellingen
Selecteer uit 11 vooringestelde standaardformaten in portret- of landschaprichtingen. De voorinstellingen worden ingesteld door de getrainde operateur.
Keuze
Geef het documentformaat handmatig aan met de schuiftoetsen binnen het bereik van 15-297 mm (0,6-11,7 inch) voor de breedte en 15-432 mm (0,6-17 inch) voor de lengte.
58 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Gemengde origineelformaten

Met deze toepassing kunt u documenten van verschillende formaten tegelijkertijd in de AOD plaatsen.
OPMERKING: Selecteer [Auto-formaatregistratie] in het scherm [Origineelformaat] om deze toepassing in te schakelen.
OPMERKING: Om deze toepassing te kunnen gebruiken, moet de documentrichting worden aangegeven bij [Origineelrichting] in het scherm [Afdrukopmaak].
OPMERKING: Als u originelen met een standaardformaat plaatst, wordt u mogelijk toch nog gevraagd om het originaalformaat handmatig in te voeren. Volg de aanwijzingen op om het formaat handmatig in te voeren. Plaats gemengde origineelformaten KKE.
1. Selecteer [Gemengde
origineelformaten] op het scherm [Scanopties].
2. Selecteer [Aan] om de
toepassing in te schakelen.
Scanopties - Kopiëren
3. Selecteer [Opslaan].
OPMERKING: Indien u deze toepassing uitschakelt en kopieën maakt van gemengde origineelformaten, worden alle kopieën op het formaat van de eerste pagina afgedrukt.

Kader wissen

Met deze toepassing kunt u zwarte schaduwen of ongewenste markeringen, zoals perforatiegaten, op iedere rand of het midden van de kopie verwijderen.
OPMERKING: Indien u deze toepassing niet gebruikt bij het kopiëren van ingebonden documenten of bij het kopiëren van documenten bij een geopende afdekklep, kunnen er zwarte schaduwen verschijnen rond de rand of in het midden van de kopieën.
OPMERKING: Om deze toepassing te kunnen gebruiken, moet de documentrichting worden aangegeven bij [Origineelrichting] in het scherm [Afdrukopmaak].
1. Selecteer [Kader wissen] op het
2. Voer de nodige handelingen uit.
3. Selecteer [Opslaan].
scherm [Scanopties].
Normaal
Gebruik de vooringestelde waarden om aan te geven hoeveel moet worden gewist van de rand of het midden van de documenten. De voorinstellingen worden ingesteld door de getrainde operateur. Indien u geen randen en/of deel van het midden wilt wissen, selecteer dan [Variabel wissen] en vervolgens 0,0 met de schuiftoetsen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 59
3Kopiëren
Variabel wissen
Hiermee kunt u aangeven hoeveel er moet worden gewist van de rand of het midden van de documenten. Voer de gewenste wishoeveelheid in voor de bovenkant, onderkant, links, rechts en het midden. De maximumwaarde die kan worden ingevoerd is 50 mm (2 inch).

Kantlijnverschuiving

Met deze toepassing kunt u de positie van het beeld op de aflevering wijzigen.
OPMERKING: Om deze toepassing te kunnen gebruiken, moet de documentrichting worden aangegeven bij [Origineelrichting] in het scherm [Afdrukopmaak].
OPMERKING: Hoeveel de kantlijn kan worden verschoven is afhankelijk van het geplaatste papier in het apparaat.
OPMERKING: Wanneer [Gemengde origineelformaten] is geselecteerd, wordt de verschuivingswaarde bepaald door de positie van het beeld op het eerste vel. Deze waarde wordt dan op alle volgende pagina's toegepast.
1. Selecteer [Kantlijnverschuiving]
op het scherm [Scanopties].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Geen verschuiving
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Auto-centreren
De beelden worden automatisch in het midden van het papier geplaatst.
Kantlijnverschuiving/variabele verschuiving
De beelden worden automatisch met de aangegeven afstand op het papier verschoven. Voor beide afmetingen kunt u maximaal 50 mm (2 inch) invoeren.
Indien met uw apparaat 2-zijdige kopieën kunnen worden gemaakt, kunt u een van onderstaande opties selecteren voor de voorpagina en de achterpagina.
Zijde 1 - Het scherm [Kantlijnverschuiving - Zijde 1] verschijnt.
Zijde 2 - Het scherm [Kantlijnverschuiving - Zijde 2] verschijnt.
60 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Scherm [Kantlijnverschuiving - zijde 1]
Gebruik deze toepassing om de beelden op zijde 1 te verplaatsen.
1. Selecteer [Kantlijnverschuiving/
variabele verschuiving] in het scherm [Kantlijnverschuiving].
2. Selecteer [Zijde 1] om het
scherm [Kantlijnverschuiving ­Zijde 1] te laten verschijnen.
3. Selecteer de gewenste optie.
4. Selecteer [Opslaan].
Geen verschuiving
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Auto-centreren
De beelden worden automatisch in het midden van het papier geplaatst.
Scanopties - Kopiëren
Hoekverschuiving
De beelden worden automatisch naar de hoek van het papier verplaatst. Selecteer een van de acht pijlen om de richting van de verplaatsing aan te geven.
Variabele verschuiving
De beelden worden met de aangegeven afstand op het papier verschoven. Voor beide richtingen kan met de schuiftoetsen een verschuiving van maximaal 50 mm (2 inch) worden ingegeven.
Scherm [Kantlijnverschuiving - zijde 2]
Met deze toepassing kunt u de beelden op zijde 2 verplaatsen.
1. Selecteer [Kantlijnverschuiving/
variabele verschuiving] in het scherm [Kantlijnverschuiving].
2. Selecteer [Zijde 2] om het
scherm [Kantlijnverschuiving ­Zijde 2] te laten verschijnen.
3. Selecteer de gewenste optie.
4. Selecteer [Opslaan].
Geen verschuiving
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Auto-centreren
De beelden worden automatisch in het midden van het papier geplaatst.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 61
3Kopiëren
Hoekverschuiving
De beelden worden automatisch naar de hoek van het papier verplaatst. Selecteer een van de acht pijlen om de richting van de verplaatsing aan te geven.
Variabele verschuiving
De beelden worden met de aangegeven afstand op het papier verschoven. Voor beide richtingen kan met de schuiftoetsen een verschuiving van maximaal 50 mm (2 inch) worden ingegeven.
Onafhankelijke verschuiving
Hiermee kunt u voor zijde 2 andere instellingen ingeven dan voor zijde 1.
Spiegelen
Hiermee wordt het beeld automatisch op zijde 2 geplaatst. De positie ervan komt overeen met het beeld op zijde 1.

Beeldrotatie

Met deze toepassing kunt u het beeld automatisch roteren, zodat de beeldrichting overeenkomt met de papierrichting in de lade.
1. Selecteer [Beeldrotatie] op het
scherm [Scanopties].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Altijd aan
Een beeld wordt iedere keer gedraaid.
Aan tijdens Auto
Een beeld wordt alleen geroteerd wanneer [Auto] is geselecteerd bij de toepassing [Papierinvoer] of [Verkleinen/vergroten].
Rotatierichting
Het scherm [Beeldrotatie - Rotatierichting] verschijnt.
62 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Scherm [Beeldrotatie - Rotatierichting]
Op dit scherm kunt de rand van het papier bepalen waar de bovenkant van het documentbeeld is uitgelijnd wanneer documenten in verschillende richtingen zijn geplaatst. De volgende opties zijn beschikbaar:
Nietpositie - Het beeld wordt geroteerd afhankelijk van de nietpositie. Deze optie is
alleen beschikbaar wanneer de afwerkeenheid op het apparaat is geïnstalleerd.
Portretorigineel - linkerrand – Het beeld wordt geroteerd, zodat de bovenzijde van
een landschapdocument wordt uitgelijnd met de linkerkant van een portretdocument.
Portretorigineel - rechterrand – Het beeld wordt geroteerd, zodat de bovenzijde van
een landschapdocument wordt uitgelijnd met de rechterkant van een portretdocument.
Scanopties - Kopiëren

Spiegelbeeld/negatief beeld

In dit scherm staan twee verschillende toepassingen: het beeld spiegelen of inverteren.
1. Selecteer [Spiegelbeeld/
negatief beeld] op het scherm [Scanopties].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Spiegelbeeld
Selecteer [Aan] om een spiegelbeeld van het document te maken.
Negatief beeld
Selecteer [Aan] om alle zwarte beelden op de pagina in witte en alle witte beelden in zwarte te veranderen.

Origineelrichting

Met deze toepassing kunt u de richting van de documenten aangeven. De documentrichting moet worden aangegeven voordat de volgende toepassingen worden gebruikt: Onafhankelijk X-Y%, 2-zijdig, Gemengde origineelformaten, Kader wissen, Kantlijnverschuiving, X-op-1, en Beeld herhalen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 63
3Kopiëren
1. Selecteer [Origineelrichting] op
het scherm [Scanopties].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Kop naar boven
Selecteer deze optie wanneer de bovenzijde van het document naar de achterkant van het apparaat is gericht.
Kop naar links
Selecteer deze optie wanneer de bovenzijde van het document naar de linkerkant van het apparaat is gericht.

Afdrukopmaak - Kopiëren

In dit deel worden de toepassingen beschreven waarmee het uiterlijk van een kopieeropdracht kan worden verbeterd. Voor meer informatie over de beschikbare toepassingen, kunt u de volgende informatie raadplegen.
Katern maken – pagina 65 Omslagen – pagina 67 Scheidingsvellen transparanten – pagina 68 X-op-1 – pagina 69 Poster – pagina 69 Beeld herhalen – pagina 70 Notities – pagina 71 Setnummering – pagina 72
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
2. Selecteer [Kopiëren] op het
aanraakscherm.
3. Selecteer het tabblad
[Afdrukopmaak]. Met de zijtabs kunt u tussen de schermen wisselen.
4. Selecteer de gewenste optie.
64 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Katern maken

Met deze toepassing kunt u beelden naast elkaar afdrukken, aan beide zijden van iedere pagina in de correcte volgorde, om een katern (boekje) te maken. Vouw de kopieën dubbel en niet ze in het midden om het katern te voltooien.
OPMERKING: Indien het aantal documentpagina's een veelvoud van vier is, bevat het katern geen blanco pagina's. Anders zullen de extra pagina's in het katern blanco zijn.
1. Selecteer [Katern maken] op het
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Afdrukopmaak - Kopiëren
scherm [Afdrukopmaak].
Links inbinden/boven inbinden
Maak een katern dat aan naar links of naar boven wordt geopend.
Rechts inbinden
Maak een boekje dat naar rechts wordt geopend.
Bindrug
Het scherm [Katern maken - Bindrug] verschijnt.
Omslagen
Het scherm [Katern maken - Omslagen] verschijnt.
Originelen
Het scherm [Katern maken - Originelen] verschijnt.
Scherm [Katern maken - Bindrug]
Hiermee kunt u met de schuiftoetsen de middenmarge aangeven in stappen van 1 mm (0,1 inch) tussen 0 en 50 mm (0-2 inch).
1. Selecteer [Katern maken -
Bindrug] op het scherm [Katern maken].
2. Voer de nodige handelingen uit.
3. Selecteer [Opslaan].
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 65
3Kopiëren
Scherm [Katern maken - Omslagen]
Hiermee kunt u de gewenste optie selecteren voor het toevoegen van een omslag aan het katern.
1. Selecteer [Katern maken -
Omslagen] op het scherm [Katern maken].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Uit
Maakt een katern zonder een omslag.
Aan
Uit de lade met omslagen wordt een omslag aan het katern toegevoegd. Wanneer Aan is geselecteerd, wordt de optie [Bedrukte omslagen] beschikbaar.
Bedrukte omslagen
Uit - Er wordt automatisch een blanco omslag aan het katern toegevoegd.
Aan - De eerste pagina van de documentset wordt op de omslag afgedrukt. U moet
blanco vellen aan de documentenset toevoegen wanneer u wilt dat alleen de vooromslag of alleen de achteromslag wordt bedrukt.
Papierlade-instellingen
Het scherm [Katern maken - Omslagen - Papierlade-instellingen] verschijnt. Selecteer een van de voorinstellingen om [Lade voor omslagen] en [Lade voor pagina's] aan te geven. Voor ieder zijn vijf voorinstellingen, waaronder de handmatige invoer, beschikbaar. Voor meer informatie over de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige invoer)] op pagina 49.
Scherm [Katern maken - Originelen]
Hiermee kunt u aangeven welke documentsoort wordt gebruikt voor het maken van katernen.
1. Selecteer [Katern maken -
Originelen] op het scherm [Katern maken].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
1-zijdig
Gebruik deze optie voor het kopiëren van 1-zijdige documenten.
66 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Omslagen

Afdrukopmaak - Kopiëren
2-zijdig
Gebruik deze optie voor het kopiëren van 2-zijdige documenten. Wanneer geselecteerd, wordt de optie [Originelen] beschikbaar.
Originelen
Kop/kop - Selecteer deze optie indien u de documenten kop/kop wilt afdrukken, met
de bindrug aan de linkerkant.
Kop/staart - Selecteer deze optie indien u de documenten kop/staart wilt afdrukken,
met de bindrug aan de bovenkant.
Met deze toepassing kunt u papieren of kartonnen omslagen aan een kopieeropdracht toevoegen.
OPMERKING: Indien het geheugen van het apparaat vol raakt tijdens het scannen van een document terwijl deze toepassing is ingeschakeld, volg dan de instructies op het scherm om de opdracht te annuleren. Verwijder de opgeslagen documenten of verminder het aantal pagina's om geheugen vrij te maken en probeer opnieuw te scannen.
1. Selecteer [Omslagen] in het
scherm [Afdrukopmaak].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Geen omslagen
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Vooromslag
De omslag wordt op een andere papiersoort afgedrukt dan de rest van het document.
Voor- en achteromslagen
De voor- en achteromslag wordt op een andere papiersoort afgedrukt dan de rest van het document.
Bedrukte omslagen
Uit - Er wordt automatisch een blanco omslag aan de documenten toegevoegd.
Aan - De eerste en laatste pagina van de documentset worden op de omslagen
afgedrukt. Indien alleen de voor- of de achteromslag blanco wilt laten, voeg dan een blanco vel toe aan het eerste of laatste document.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 67
3Kopiëren
Papierlade-instellingen
Het scherm [Omslagen - Papierlade-instellingen] verschijnt. Selecteer een van de voorinstellingen om [Lade voor omslagen] en [Lade voor pagina's] aan te geven. Het papier in de geselecteerde laden voor [Lade voor omslagen] en [Lade voor pagina's] moet van hetzelfde formaat zijn en in dezelfde richting liggen. Voor ieder zijn vijf voorinstellingen, waaronder [Handmatige invoer], beschikbaar. Voor meer informatie over de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige invoer)] op pagina 49.

Scheidingsvellen transparanten

Met deze toepassing kunt u op transparanten kopiëren, scheidingsvellen tussen de pagina's plaatsen en afdrukken maken voor handouts.
1. Selecteer [Scheidingsvellen
transparanten] in het scherm [Afdrukopmaak].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Blanco scheidingsvellen
Er wordt een blanco vel papier na iedere transparant geplaatst.
Blanco scheidingsvellen + N sets
Er wordt een set transparanten met blanco scheidingsvellen gekopieerd, samen met een papieren set voor handouts.
Geen scheidingsvellen + N sets
Er wordt een set transparanten zonder scheidingsvellen gekopieerd, samen met een papieren set voor handouts.
Papierlade-instellingen
Het scherm [Scheidingsvellen transparanten - Papierlade-instellingen] verschijnt. Selecteer een van de voorinstellingen om [Transparantenlade] en [Lade Scheidingsvellen/N sets] aan te geven. Voor ieder zijn vijf voorinstellingen, waaronder [Handmatige invoer], beschikbaar. Voor meer informatie over de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige invoer)] op pagina 49.
68 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

X-op-1

Afdrukopmaak - Kopiëren
Met deze toepassing kunt u twee, vier of acht losse documenten op één vel kopiëren. Het apparaat verkleint/vergroot de beelden automatisch om ze op één pagina af te drukken.
1. Selecteer [X-op-1] op het
scherm [Afdrukopmaak].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
1-op-1
De toepassing wordt uitgeschakeld.
2-op-1
Hiermee kunnen twee documenten op een vel worden afgedrukt.

Poster

4-op-1
Hiermee kunnen vier documenten op een vel worden afgedrukt.
8-op-1
Hiermee kunnen acht documenten op een vel worden afgedrukt.
Beeldvolgorde
Hiermee wordt ingesteld hoe de documenten op een pagina moeten worden geplaatst. Bij [2-op-1] kunt u kiezen uit [Links naar rechts / kop/staart] of [Rechts naar links / kop/ staart]. Bij [4-op-1] of [8-op-1] kunt u kiezen uit links horizontaal, rechts horizontaal, links verticaal en rechts verticaal kiezen.
Met deze toepassing kunt u een origineel opsplitsen en vergroten en ieder opgesplitst deel op een nieuw vel papier afdrukken. U kunt ze vervolgens allemaal aan elkaar plakken om een grote poster te maken.
1. Selecteer [Poster] in het scherm
[Afdrukopmaak].
2. Voer de nodige handelingen uit.
3. Selecteer [Opslaan].
OPMERKING: Het apparaat overlapt automatisch opgesplitste delen, zodat er kan worden geknipt en geplakt. De overlappingsbreedte is ingesteld op 10 mm (0,4 inch).
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 69
3Kopiëren
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Afdrukformaat
Hier geeft u het gewenste posterformaat aan door een van de voorinstellingen op het aanraakscherm te selecteren. Het apparaat berekent automatisch de vergroting en bepaalt hoeveel vellen er nodig zijn voor de opdracht.
Vergroting %
Voer met de schuiftoetsen in stappen van 1% binnen het bereik van 100-400% de vergrotingsverhoudingen in voor de lengte en de breedte van een document. Het apparaat beslist automatisch hoeveel vellen er nodig zijn voor de opdracht.
Papierlade-instellingen
Het scherm [Poster - Papierlade-instellingen] verschijnt. Selecteer een van de voorinstellingen op het scherm om de lade voor de opdracht aan te geven. Er zijn vijf voorinstellingen, waaronder [Lade 5 (handmatige invoer)], beschikbaar. Voor meer informatie over de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige invoer)] op pagina 49.

Beeld herhalen

Met deze toepassing kunt u een origineel beeld meerdere malen op hetzelfde vel papier afdrukken.
1. Selecteer [Beeld herhalen] in
het scherm [Afdrukopmaak].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Auto-herhalen
Het aantal keren dat een beeld verticaal of horizontaal wordt herhaald wordt automatisch berekend aan de hand van het documentformaat, het papierformaat en de vergroting.
Variabel herhalen
Met de schuiftoetsen kunt u aangeven hoe vaak het beeld verticaal of horizontaal moet worden herhaald: tussen 1 en 23 voor verticaal herhalen en tussen 1 en 33 voor horizontaal herhalen.
70 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Notities

Afdrukopmaak - Kopiëren
Beeldopmaak
Centreren - Kopieert de beelden op gelijke afstand van elkaar op het papier.
Opeenvolgend - De beelden worden zonder tussenruimte op het papier herhaald.
Deze toepassing gebruiken om de datum, paginanummers en een vooraf ingestelde opmerking op de kopieën af te drukken.
1. Selecteer [Notities] in het
scherm [Afdrukopmaak].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Stempel
Het scherm [Notities - Stempel] verschijnt. Op dit scherm kunt een vooraf ingestelde opmerking, zoals 'Vertrouwelijk', 'Concept', etc. invoeren die op de afdrukken moet verschijnen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan - De toepassing wordt ingeschakeld.
Tekst - Het scherm [Notities - Stempel - Tekst] verschijnt. Selecteer de vooraf
ingestelde opmerking die u op de kopieën wilt afdrukken.
Positie - Het scherm [Notities - Stempel - Positie] verschijnt. Selecteer waar het
stempel op iedere pagina moet verschijnen.
Afdrukken op - Het scherm [Notities - Stempel - Afdrukken op] verschijnt. Geef aan
op welke pagina's u wilt afdrukken; kies uit [Alleen eerste pagina] of [Alle pagina's].
Datum
Het scherm [Notities - Datum] verschijnt. Aan de hand van de gemaakte selecties wordt de huidige datum op de kopieën afgedrukt. De volgende opties zijn beschikbaar:
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan - De toepassing wordt ingeschakeld.
Afdrukken op - Het scherm [Notities - Datum - Afdrukken op] verschijnt. Geef aan op
welke pagina's u de datum wilt afdrukken; kies uit [Alleen eerste pagina] of [Alle pagina's].
Positie - Het scherm [Notities - Datum - Positie] verschijnt. Selecteer waar op de
pagina de datum moet verschijnen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 71
3Kopiëren
Paginanummer
Het scherm [Notities - Paginanummer] verschijnt. Op dit scherm kunt u aangeven dat er paginanummers moeten worden afgedrukt. De volgende opties zijn beschikbaar:
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan - De toepassing wordt ingeschakeld.
Stijl - Het scherm [Notities - Paginanummer - Stijl] verschijnt. Selecteer een stijl voor
het paginanummer. Indien u een optie [1/N, 2/N, 3/N] selecteert, verschijnt de optie [N: Totaal aantal pagina's]. Selecteer [Auto] zodat het apparaat automatisch het totale aantal pagina's telt of selecteer [Nummer invoeren] om zelf het aantal pagina's in te voeren. Het aantal wordt dan na ieder paginanummer afgedrukt.
Positie - Het scherm [Notities - Paginanummer - Positie] verschijnt. Selecteer waar
op de pagina het paginanummer moet verschijnen.
Afdrukken op - Het scherm [Notities - Paginanummer - Afdrukken op] verschijnt.
Geef de pagina's aan waarop het paginanummer moet worden afgedrukt en wat het eerste paginanummer is. De paginanummers kunnen worden geselecteerd van [Alle pagina's] en [Eerste paginanummer invoeren]. Wanneer u [Alle pagina's] selecteert, moet er een [Beginnummer] worden ingevoerd met de schuiftoetsen of de aantaltoetsen. Indien u [Eerste paginanummer invoeren] selecteert, voer dan [Beginpagina] en [Beginnummer] in. Selecteer [Incl. omslagen/scheidingsvell.] wanneer u het paginanummer op de omslag of het scheidingsvel wilt afdrukken.

Setnummering

Met deze toepassing kunt u informatie toevoegen, zoals een controlenummer, vooraf ingestelde tekst en het serienummer van het apparaat, om de aflevering te kopiëren.
1. Selecteer [Setnummering] in het
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Controlenummer
Nummert de documenten en drukt opeenvolgende nummers op de kopieën af. Het scherm [Setnummering - Controlenummer] verschijnt en er kan uit de volgende opties worden gekozen:
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan - De toepassing wordt ingeschakeld. U kunt maximaal 999 als het
beginnummer invoeren.
scherm [Afdrukopmaak].
72 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Opdracht samenstellen

Tekst
Een van de vooraf ingestelde teksten wordt op de kopieën afgedrukt. Het scherm [Setnummering - Tekst] verschijnt en er kan uit de volgende opties worden gekozen:
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan - De toepassing wordt ingeschakeld. Selecteer [Kopiëren verboden], [Kopiëren]
of [Dupliceren] voor de tekst.
Gebruikersaccountnummer
Het gebruikersaccountnummer wordt afgedrukt wanneer Verificatie of Auditronbeheer is ingeschakeld.
Datum en tijd
De datum en tijd dat de kopieeropdracht werd begonnen, wordt op ieder van de kopieën afgedrukt. Het scherm [Setnummering - Datum en tijd] verschijnt. Selecteer [Aan] om de toepassing in te schakelen.
Serienummer
Het serienummer van het apparaat wordt op de kopieën afgedrukt. Het scherm [Setnummering - Serienummer] verschijnt. Selecteer [Aan] om de toepassing in te schakelen.
Opdracht samenstellen
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de instellingen in de toepassing [Opbouw­opdracht] worden gemaakt. Voor meer informatie over de toepassing, kunt u de volgende informatie raadplegen.
Opbouw-opdracht – pagina 74
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
2. Selecteer [Kopiëren] op het
aanraakscherm.
3. Selecteer het tabblad [Opdracht
samenstellen].
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 73
3Kopiëren

Opbouw-opdracht

Met deze toepassing kunt u kopieën maken met verschillende instellingen voor enkele pagina's of groepen van pagina's, terwijl de opdracht nog steeds als een enkele opdracht wordt afgedrukt. Indien de opdracht bijvoorbeeld uit delen met tekst bestaat en andere delen met foto's, kunt u de betreffende instellingen selecteren voor ieder deel en ze dan allemaal tegelijkertijd afdrukken. U kunt ook eerst één set van de opdracht afdrukken en daarna het volledige benodigde aantal. Op deze manier kunt u eerst het afdrukresultaat controleren en daarna de instellingen aanpassen.
1. Selecteer [Opbouw-opdracht] op
het scherm [Opdracht samenstellen].
2. Selecteer de gewenste optie.
3. Selecteer [Opslaan].
Uit
De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan
De toepassing wordt ingeschakeld.
74 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Opdracht samenstellen
Proefafdruk
Er wordt één set van de opdracht afgedrukt, voordat het totale aantal sets wordt afgedrukt. Na de proefafdruk te hebben gecontroleerd, kunt u kiezen of u wel of niet meer sets van hetzelfde document wilt afdrukken.
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Aan - De toepassing wordt ingeschakeld. Nadat een set van de opdracht is
gekopieerd, wordt de opdracht tijdelijk onderbroken. Selecteer [Start] om de overige sets te kopiëren of [Stop] om de opdracht te stoppen.
OPMERKING: De kopieën die tijdens de [Proefafdruk] worden gemaakt, worden bij het totale aantal kopieën geteld.
Nadat ieder deel van het document is gescand, verschijnt het volgende scherm.
Hoofdstukindeling
Het scherm [Hoofdstukindeling/Scheidingsvellen] verschijnt. De volgende opties zijn beschikbaar:
Uit - De toepassing wordt uitgeschakeld.
Hoofdstukindeling - Hoofdstukken worden automatisch opgesplitst. Wanneer de 2-
zijdige kopieeroptie wordt gebruikt, wordt de eerste pagina van de volgende set op de voorkant van het papier gekopieerd. Dit betekent dat de achterkant van het laatste vel leeg blijft indien de laatste pagina van de vorige set een oneven getal heeft.
Scheidingsvellen - De set wordt automatisch in hoofdstukken onderverdeeld en er
wordt een scheidingsvel tussen de hoofdstukken geplaatst. Selecteer een van de vijf voorinstellingen voor [Lade voor scheidingsvellen], waaronder de handmatige invoer, om een lade voor de scheidingsvellen aan te geven. Voor meer informatie over de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige invoer)] op pagina 49.
Instellingen wijzigen
Hiermee kunt u de instellingen op het scherm [Instellingen wijzigen] veranderen, voordat het volgende deel wordt gescand. Druk op de toets <Start> op het bedieningspaneel om het scannen te beginnen.
Stop
De kopieeropdracht die door de toepassing [Opbouw-opdracht] wordt geregeld.
Laatste origineel
Selecteer deze opdracht om aan te geven dat u de hele opdracht hebt gescand.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 75
3Kopiëren
Volgende origineel
Selecteer deze optie om meer delen van de opdracht na elkaar te scannen.
Start
Het scannen van het volgende deel begint.
76 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

4 Fax/internetfax

Dit hoofdstuk bevat informatie over de faxschermen en de beschikbare faxtoepassingen. Behalve de conventionele faxtoepassingen, biedt het apparaat u tevens de toepassing Rechtstreeks faxen en Internetfax. Met Rechtstreeks faxen kunt u faxen rechtstreeks vanaf pc-clients versturen. Met Internetfax kunt u gescande beelden per e-mail via internet of intranet verzenden. Voor meer informatie over Rechtstreeks faxen kunt u terecht in de online Help over de faxdriver op de CentreWare cd-rom. Raadpleeg de System Administration Guide (alleen Engels) voor meer informatie over Internetfax.
OPMERKING: Sommige van de toepassingen in dit hoofdstuk zijn optioneel en het kan zijn dat ze niet op uw apparaatconfiguratie van toepassing zijn.
OPMERKING: Bij het instellen van de faxopties dienen gebruikers in Europa en Noord-Amerika mogelijk een landcode voor de lijn in te stellen. Specifeer de landcode zoals hieronder beschreven. Zie ook de Overige instellingen in de Instellingen e-mail/ internetfax in het hoofdstuk Instellingen van de Handleiding voor de gebruiker.

Landcode voor faxoptie

Tijdens het instellen van de Faxoptie kunnen gebruikers in de volgende landen wellicht gevraagd worden een landcode voor de lijn in te stellen.
Europese landen:
België
Bulgarije Griekenland Noorwegen Slovakije Zwitserland
Denemarken Hongarije Oostenrijk Spanje
Duitsland Ierland Polen Tsjechië
Finland Italië Portugal Ver. Koninkrijk
Noord-Amerikaanse landen:
Canada
Activeer de mode Systeeminstellingen, selecteer [Gemeenschappelijke instellingen], en vervolgens [Overige instellingen]. Schuif op het scherm [Overige instellingen] naar beneden en selecteer [Land]. Selecteer nu het gewenste land. Zie voor meer informatie "1. De mode Systeeminstellingen activeren" in hoofdstuk 11 van de Handleiding voor de gebruiker.
Frankrijk Nederland Roemenië Zweden
VS
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 77
4 Fax/internetfax
OPMERKING: Deze instelling is alleen beschikbaar bij de Faxoptie voor de landen die hierboven staan vermeld.

Fax-/internetfax-procedure

In dit hoofdstuk wordt de basisprocedure voor het versturen van faxen en internetfaxen beschreven. Volg onderstaande stappen.
1. Plaats de documenten – pagina 78
2. Selecteer de toepassingen – pagina 79
3. Geef de bestemming aan – pagina 80
4. Start de fax-/internetfax-opdracht. – pagina 80
5. Bevestig de fax-/internetfax-opdracht in de opdrachtstatus. – pagina 81 De fax-/internetfax-opdracht stoppen – pagina 81
OPMERKING: Indien Verificatie is ingeschakeld, kan het zijn dat u een accountnummer nodig heeft voordat u het apparaat kunt gebruiken. Neem contact op met de getrainde operateur voor het accountnummer of voor meer informatie.
OPMERKING: Voor meer informatie over Rechtstreeks faxen vanaf pc-clients, kunt u terecht in de online Help over de faxdriver op de CentreWare cd-rom.

1. Plaats de documenten

In onderstaande stappen wordt het plaatsen van documenten in de AOD beschreven. Bij het versturen van een fax kunt maximaal 600 mm in de lengte scannen (enkelzijdige mode). U kunt, indien nodig, documenten ook via de glasplaat verzenden.
Dit apparaat kan gemengde originelen via de AOD scannen. Lijn de documenten uit tegen de binnenste hoek van de AOD en schakel de toepassing Gemengde origineelformaten in. Voor meer informatie, zie Gemengde origineelformaten.
1. Plaats de documenten met de
beeldzijde naar boven in de AOD of met de beeldzijde naar beneden op de glasplaat.
OPMERKING: De scantoepassing voor lange faxdocumenten heeft de volgende beperkingen.
Alleen beschikbaar wanneer de AOD wordt gebruikt.
Hiermee kunt u documenten met een lengte van maximaal 600 mm (23,62 inch)
scannen.
78 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Niet beschikbaar in de dubbelzijdige mode.
OPMERKING: Bij zowel de enkelzijdige als de dubbelzijdige mode wordt aangeraden een document op het originele formaat of kleiner te scannen. Een vergroot beeld kan tijdens de transmissie worden afgesneden.

2. Selecteer de toepassingen

De toepassingen op het scherm [Basisfuncties] worden het meest gebruikt.
OPMERKING: Alleen die toepassingen die relevant zijn voor de apparaatconfiguratie zijn beschikbaar.
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
Fax-/internetfax-procedure
Toets <Alles wissen>Toets <Alle diensten>
2. Selecteer [Fax/internetfax] op
het aanraakscherm. Het scherm [Basistoepassingen] moet worden weergegeven.
OPMERKING: Indien Verificatie is ingeschakeld, kan het zijn dat u een gebruikers-ID en een toegangscode (indien deze is ingesteld) moet invoeren. Indien u hulp nodig heeft, neemt u contact op met de getrainde operateur.
3. Druk eenmaal op de toets <Alles wissen> op het bedieningspaneel om vorige
selecties te annuleren.
4. Selecteer de toets voor de gewenste toepassing. Wanneer [Meer] wordt
geselecteerd, selecteert u [Opslaan] om de geselecteerde toepassing te bevestigen of [Annuleren] om terug te keren naar het vorige scherm.
Selecteer, indien nodig, een van de tabbladen en configureer de fax-/internetfax­instellingen. Zie hieronder voor meer informatie over ieder tabblad.
Basisfuncties - Fax/internetfax Afdrukkwaliteit - Fax/internetfax Scanopties - Fax/internetfax Verzendopties - Fax/internetfax Hoorn op de haak/Overig - Fax
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 79
4 Fax/internetfax

3. Geef de bestemming aan

Hieronder wordt aangegeven hoe een bestemming wordt ingevoerd. Er kan op de volgende manieren een faxnummer of e-mailadres worden gekozen.
Met de toetsen op het bedieningspaneel
Met het [Adresboek] (zie Adresboek.)
Met [Snelkiezen] (zie Snelkiezen.)
(Voor internetfax) Het schermtoetsenbord op het aanraakscherm gebruiken (zie
Toetsenbord.)
1. Voer de bestemming in aan de
hand van een van de bovenstaande methoden.
U kunt een document in één bewerking naar meerdere bestemmingen sturen. Voor meer informatie, zie Volgende ontvanger.
Indien u een pauze in een faxnummer moet invoeren, bijvoorbeeld wanneer u een belkaart gebruikt, drukt u op de toets <Kiespauze>. Wanneer u met de hand een nummer kiest, is <Kiespauze> niet nodig. U kunt dan gewoon wachten op een stemprompt en de instructie opvolgen. Voor meer informatie, zie Speciale tekens.
Toets <Kiespauze>

4. Start de fax-/internetfax-opdracht.

1. Druk op de toets <Start> om de
documenten te versturen.
Tijdens de verwerking van de fax/ internetfax en indien de AOD of de glasplaat gereed is en het apparaat over een optionele harde schijf beschikt, kunt u het volgende document scannen of de volgende opdracht programmeren. Terwijl het apparaat opwarmt kunt u ook de volgende opdracht programmeren.
Toets <Start>
80 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Fax-/internetfax-procedure

5. Bevestig de fax-/internetfax-opdracht in de opdrachtstatus.

1. Druk op de toets
<Opdrachtstatus> op het bedieningspaneel om het scherm [Opdrachtstatus] te laten verschijnen.
De fax-/internetfax-opdracht in de wachtrij wordt getoond. Indien er geen opdracht op het scherm wordt getoond, kan het zijn dat deze al is verwerkt.
Voor meer informatie, zie Huidige opdrachten en wachtrijopdrachten in het hoofdstuk
Opdrachtstatus.

De fax-/internetfax-opdracht stoppen

Volg onderstaande stappen om de geactiveerde fax-/internetfax-opdracht handmatig te annuleren.
1. Selecteer [Stop] op het
aanraakscherm of druk op de toets <Stop> op het bedieningspaneel om de faxopdracht tijdelijk te stoppen terwijl het document wordt gescand.
Toets <Stop>
Toets <C>
2. Druk, indien nodig, op de toets
<Opdrachtstatus> op het bedieningspaneel om het scherm [Opdrachtstatus] te laten verschijnen. Druk op de toets <Toepassingen> om het scherm [Opdrachtstatus] te verlaten.
3. Druk op de toets <C> of <Alles wissen> op het bedieningspaneel om de tijdelijk
gestopte fax-/internetfax-opdracht die wordt gescand, te verwijderen. Selecteer [Start] op het aanraakscherm of de toets <Start> op het bedieningspaneel om de opdracht te hervatten.
OPMERKING: Wanneer de transmissie is gestart, kunt u de opdracht alleen stoppen door [Stop] op het aanraakscherm te selecteren. U kunt de geannuleerde opdracht niet hervatten nadat de transmissie is gestart.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 81
4 Fax/internetfax
82 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

5 Scannen/e-mailen

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de scantoepassingen worden gebruikt. Voor meer informatie over de specifieke scantypes, kunt u de volgende informatie raadplegen.
Voor het scannen en e-mailen van documenten
Nadat een document is gescand, worden de scangegevens automatisch als een e­mailbijlage naar de aangegeven bestemmingen gestuurd.
Voor het scannen en opslaan van documenten in de mailbox
Gescande documenten worden in een aangegeven mailbox op het apparaat opgeslagen.
Voor het scannen en verzenden van documenten met een opdrachtsjabloon
Afhankelijk van de instellingen in een geselecteerde scanopdrachtsjabloon, worden documenten gescand, verwerkt en naar een bepaalde server geüpload.
Voor het scannen en versturen van documenten met het FTP- of SMB-protocol
Nadat een document is gescand, worden de gescande gegevens automatisch naar een aangegeven bestemming verzonden met het FTP- of SMB-protocol.
OPMERKING: Om de scantoepassingen te gebruiken, moet het apparaat op een netwerk zijn ingesteld. Raadpleeg de Quick Network Guide en de System Administration Guide (alleen Engels) voor meer informatie.
OPMERKING: Sommige van de toepassingen in dit hoofdstuk zijn optioneel en het kan zijn dat ze niet op uw apparaatconfiguratie van toepassing zijn.

Scanprocedure

In dit deel wordt de basisscanprocedure beschreven. Volg de onderstaande stappen.
1. Plaats de documenten – pagina 84
2. Selecteer de toepassingen – pagina 84
3. Start de scanopdracht – pagina 85
4. Bevestig de scanopdracht in de opdrachtstatus – pagina 85
5. De gescande informatie opslaan – pagina 85 De scanopdracht stoppen – pagina 86
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 83
5 Scannen/e-mailen

1. Plaats de documenten

1. Plaats de documenten met de
bedrukte kant naar boven en de bovenste rand het eerste in de AOD, of met de bedrukte kant naar beneden op de glasplaat.

2. Selecteer de toepassingen

Ieder scantype heeft zijn eigen scherm. Selecteer [E-mail], [Netwerkscannen], [Scan naar mailbox], of [Scan naar FTP/SMB] op het aanraakscherm om naar het betreffende scherm te gaan.
Selecteer [E-mail] om documenten te scannen en e-mailen.
Selecteer [Netwerkscannen] om documenten volgens een scanopdrachtsjabloon te
scannen en versturen.
Selecteer [Scan naar mailbox] om documenten te scannen en in de mailbox op te
slaan.
Selecteer [Scan naar FTP/SMB] om documenten te scannen en versturen met het
FTP- of het SMB-protocol.
1. Druk op de toets <Alle
diensten> op het bedieningspaneel.
Toets <Alle diensten> Toets <Alles wissen>
2. Selecteer een scantype op het
aanraakscherm.
OPMERKING: Indien Verificatie is ingeschakeld, kan het zijn dat u een gebruikers-ID en een toegangscode (indien deze is ingesteld) moet invoeren. Indien u hulp nodig heeft, neemt u contact op met de getrainde operateur.
3. Druk eenmaal op de toets <Alles wissen> op het bedieningspaneel om vorige
selecties te annuleren.
84 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
4. Voer de nodige handelingen uit.
Selecteer, indien nodig, een van de tabbladen en configureer de scaninstellingen. Zie hieronder voor meer informatie over ieder tabblad.
E-mail Opslaan in: Scan naar mailbox Opdrachtsjablonen - Netwerkscannen Opslaan in: Scan naar FTP/SMB Scannen - Basis Afdrukkwaliteit Scanopties Afdrukopmaak

3. Start de scanopdracht

1. Druk op de toets <Start> om de
documenten te scannen.
OPMERKING: Indien Verificatie is ingeschakeld, kan het zijn dat u een gebruikers-ID en een toegangscode (indien deze is ingesteld) moet invoeren. Indien u hulp nodig heeft, neemt u contact op met de getrainde operateur.
Scanprocedure
Toets <Start>

4. Bevestig de scanopdracht in de opdrachtstatus

1. Druk op de toets
<Opdrachtstatus> op het bedieningspaneel om het scherm [Opdrachtstatus] te laten verschijnen.
De scanopdracht in de wachtrij wordt getoond. Indien er geen opdracht op het scherm wordt getoond, kan het zijn dat deze al is verwerkt.
Voor meer informatie, zie Huidige opdrachten en wachtrijopdrachten in het hoofdstuk Opdrachtstatus van de Handleiding voor de gebruiker.

5. De gescande informatie opslaan

Hieronder wordt een van de methoden beschreven voor het importeren van documenten in een computer. Met Mailbox Viewer2 kunt u op eenvoudige wijze documenten importeren vanuit een mailbox op het apparaat naar een computer. Mailbox Viewer2 is een applicatie op de CentreWare cd-rom die bij het apparaat wordt geleverd. Voor informatie over het installeren van Mailbox Viewer2 kunt u de CentreWare cd-rom raadplegen.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 85
5 Scannen/e-mailen
1. Klik op [Start] op de taakbalk, en selecteer vervolgens
2. Klik in de getoonde lijst op de naam van het apparaat en selecteer [Select
3. Voer het nummer van de gewenste mailbox in (001-200).
4. Voer de juiste toegangscode
5. Klik op [Open Mailbox].
Er verschijnt een lijst met documenten die in de mailbox zijn opgeslagen.
6. Selecteer het te importeren document en klik op [Import].
OPMERKING: U kunt ook meerdere documenten selecteren.
Voor andere functies in Mailbox Viewer2 kunt u informatie vinden in de online Help van Mailbox Viewer2.
[Programma's]>[Xerox]>[Hulpprogramma]>[Mailbox Viewer2].
Scanner].
in, indien nodig.

De scanopdracht stoppen

Volg onderstaande stappen om de geactiveerde scanopdracht handmatig te annuleren.
1. Selecteer [Stop] op het
aanraakscherm of druk op de toets <Stop> op het bedieningspaneel om de huidige scanopdracht tijdelijk te stoppen.
OPMERKING: Selecteer de toets <Start> op het bedieningspaneel om de tijdelijk gestopte opdracht te hervatten.
OPMERKING: Wanneer op de toets <Stop> op het bedieningspaneel wordt gedrukt, worden afdrukopdrachten tijdelijk gestopt.
2. Druk, indien nodig, op de toets
<Opdrachtstatus> om het scherm [Opdrachtstatus] op te roepen. Druk op de toets <Toepassingen> om het scherm [Opdrachtstatus] te verlaten.
Toets <Stop>
Toets <C>
3. Druk op de toets <C> op het
bedieningspaneel om de tijdelijk gestopte opdracht te verwijderen.
86 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

6 Afdrukken

Dit hoofdstuk bevat informatie over de optionele afdruktoepassing van het apparaat. Met deze toepassing kunt u afdrukopdrachten rechtstreeks van een pc naar het apparaat sturen.
OPMERKING: Sommige van de toepassingen in dit hoofdstuk zijn optioneel en het kan zijn dat ze niet op uw apparaatconfiguratie van toepassing zijn.
Bovendien kunnen de volgende speciale afdruktoepassingen beschikbaar zijn.
E-mailafdrukken
Met deze toepassing kunt u een e-mailbijlage afdrukken die naar het apparaat is gestuurd. Het afdrukformaat voor de e-mailbijlage kan door de emulatie-instellingen worden gewijzigd. Raadpleeg voor meer informatie Emulatie-instellingen in het hoofdstuk CentreWare Internetservices van de Handleiding voor de gebruiker.
OPMERKING: In het tekstgebied van de e-mail kan alleen platte tekst worden gebruikt. Platte tekst moet zijn geselecteerd als tekstformaat in het e-mailprogramma.
Direct printing (met ContentsBridge-hulpprogramma)
Met deze toepassing kunt u een PDF- of TIFF-bestand rechtstreeks naar het apparaat sturen, zodat dit met het ContentsBridge-hulpprogramma kan worden afgedrukt. Meer informatie is te vinden op de CentreWare cd-rom.
Afdruk met verificatie
Met deze toepassing kunt u afdrukopdrachten opslaan of annuleren waarvan de verificatie mislukte bij een ingeschakelde verificatietoepassing. Verificatie is vereist om de opgeslagen documenten te kunnen afdrukken. Voor meer informatie, zie Afdruk met verificatie in het hoofdstuk Opdrachtstatus van de Handleiding voor de gebruiker.
Beveiligde afdruk
Met deze toepassing kunt u een vertrouwelijk document afdrukken dat vanaf een pc werd verstuurd. Voor het afdrukken van dit document zijn een gebruikers-ID en een toegangscode nodig die vanaf de pc zijn gestuurd. Voor meer informatie, zie Beveiligde afdruk in het hoofdstuk Opdrachtstatus van de Handleiding voor de gebruiker.
Proefafdruk
Met deze toepassing kunt u één set van een document afdrukken alvorens de hele afdrukhoeveelheid af te drukken. U kunt kiezen of u wel of niet meer sets van hetzelfde document wilt afdrukken. Voor toegang tot het opgeslagen document zijn een gebruikers-ID en een toegangscode nodig, en het aantal sets kan op de pc worden aangegeven. Voor meer informatie, zie Proefafdruk in het hoofdstuk Opdrachtstatus van de Handleiding voor de gebruiker.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 87
6 Afdrukken
Uitgestelde afdruk
Met deze toepassing kunt u documenten op het aangegeven tijdstip maar binnen 24 uur afdrukken. De documenten worden automatisch op de aangegeven tijd afgedrukt. Voor meer informatie, zie Uitgestelde afdruk in het hoofdstuk Opdrachtstatus van de Handleiding voor de gebruiker.
•PCL-emulatie
Met deze toepassing kunt u documenten vanaf een pc afdrukken die niet door de bijgeleverde PCL-printerdriver worden ondersteund, volgens emulatieparameters (d.w.z. papierformaat) ingesteld op het apparaat. Voor informatie over het instellen van de parameters voor PCL-emulatie, zie Mode Afdrukken in het hoofdstuk Apparaatstatus van de Handleiding voor de gebruiker. Voor een lijst met parameters en hun waarden voor PCL-emulatie, raadpleegt u PCL-emulatie in de Handleiding voor de gebruiker.
PDF direct printing (rechtstreeks PDF-afdrukken)
Met deze toepassing kunt u de printerdriversoftware omzeilen en PDF-bestanden rechtstreeks naar het apparaat sturen om te worden afgedrukt volgens de emulatieparameters die op het apparaat zijn ingesteld. Voor informatie over het instellen van de parameters voor PDF direct printing (rechtstreeks PDF-afdrukken), zie Mode Afdrukken in het hoofdstuk Apparaatstatus van de Handleiding voor de gebruiker.
Logische printer
Met deze toepassing kunt u emulatieparameters registreren die op het apparaat als een logische printer zijn ingesteld, zodat u ze later vanaf uw pc kunt selecteren om documenten af te drukken. Logische printers kunnen met CentreWare Internetservices worden gemaakt voor PCL, TIFF en PostScript. Raadpleeg voor meer informatie Eigenschappen in het hoofdstuk CentreWare Internetservices van de Handleiding voor de gebruiker.
88 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Toepassingen voor de printerdriver

Wanneer u het apparaat als printer selecteert, verschijnt het betreffende afdrukscherm op de netwerkcomputer. Selecteer het menu [Afdrukken] in de werkbalk om het afdrukscherm op te roepen.
De volgende opties zijn verkrijgbaar in de online Help-informatie van de PCL-driver.
Opdrachttype
Normaal - Selecteer dit voor normaal afdrukken.
Beveiligd - Selecteer dit om de toepassing voor beveiligd afdrukken te gebruiken.
Voordat u kunt afdrukken, moet u een gebruikers-ID of een toegangscode invoeren.
Proefafdruk - Selecteer dit om de toepassing voor proefafdrukken te gebruiken.
Voordat u kunt afdrukken, moet u een gebruikers-ID invoeren.
Uitgesteld - Selecteer dit om de toepassing voor uitgesteld afdrukken te gebruiken.
Voer de begintijd voor het afdrukken in.
Fax - Selecteer dit om faxen vanaf uw pc via het apparaat te versturen.
Toepassingen voor de printerdriver
2-zijdig afdrukken
Hiermee kan op twee zijden worden afgedrukt wanneer de 2-zijdige module is geïnstalleerd. Beide papierzijden worden automatisch afgedrukt. U kunt [Omslaan via lange kant] selecteren voor uitlijning aan de lange kant van het papier of [Omslaan via korte kant] voor uitlijning aan de korte kant.
X-op-1
Hiermee kunnen meerdere documenten op een vel worden afgedrukt. Het apparaat verkleint/vergroot de beelden automatisch zodat ze op het vel passen.
Poster
Eén beeld wordt in delen verdeeld en vergroot en vervolgens over verschillende vellen afgedrukt. Wanneer de vellen tegen elkaar worden gelegd, ontstaat er één grote poster.
Mode Afdrukken
Hier wordt de resolutiewaarde voor afdrukken aangegeven. U kunt kiezen uit [Standaard] of [Hoge resolutie].
Hoe hoger de geselecteerde resolutie, hoe lager de afdruksnelheid.
Contrast
Hiermee wordt de helderheidverandering van wit naar zwart bij afdrukken ingesteld. De snelheid kan via het toetsenbord of de schuifbalk tussen -100 en +100 worden ingesteld. U kunt het resultaat van de gewijzigde instellingen controleren aan de hand van het afdrukbeeld aan de linkerkant van het venster.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 89
6 Afdrukken
Watermerken
Hiermee kunt u een watermerk instellen dat over een bestand wordt afgedrukt.
Blanco pagina's overslaan
Blanco pagina's worden niet afgedrukt bij het verwerken van documenten die blanco pagina's bevatten.
Conceptmode
Drukt de tekst en afbeeldingen in grijs i.p.v. zwart af, zodat er minder toner wordt gebruikt.
Opdrachteinde per e-mail doorgeven
Geeft aan of u per e-mail een bericht wilt ontvangen dat de afdrukopdracht is voltooid.
Opdrachteigenaar opgeven
Hiermee wordt geselecteerd hoe de opdrachteigenaar wordt aangegeven. Deze opdrachteigenaar wordt gebruikt wanneer de tabulatiefuncties voor afdrukopdrachten worden gebruikt.
90 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

7 Papier en ander afdrukmateriaal

Het apparaat is zo ontworpen dat hierin verschillende papiersoorten en andere afdrukmaterialen kunnen worden gebruikt. In dit hoofdstuk wordt informatie gegeven over het plaatsen van papier en andere afdrukmaterialen in het apparaat.

Papier plaatsen

Het apparaat kan met verschillende papierladen worden uitgerust. Dit hoofdstuk bevat informatie over het plaatsen van papier in iedere soort papierlade.
OPMERKING: De papiergeleiders aan de zijkant en achterkant van de laden moeten zo worden geplaatst dat deze overeenkomen met het geplaatste papier. Indien er ruimte is tussen de papierstapel en de geleiders, kan het zijn dat het papier niet correct in het apparaat wordt ingevoerd of dat er papierstoringen optreden.
Voor informatie over bruikbare papierformaten en afdrukmaterialen voor iedere lade, zie Ondersteunde papierformaten en -soorten op pagina 95.
Raadpleeg voor informatie over het acceptabele bereik aan papierformaten en de inhoud voor iedere lade, Papierinvoer in het hoofdstuk Specificaties van de Handleiding voor de gebruiker.

Papier voorbereiden om dit te plaatsen

Waaier het papier uit alvorens het in de papierladen te plaatsen. Op deze manier worden vellen die in de verpakking aan elkaar zijn gaan plakken, van elkaar losgemaakt. Hierdoor wordt de kans op papierstoringen kleiner.
OPMERKING: Haal papier pas uit de verpakking wanneer u dit nodig heeft; dit om papierstoringen en verkeerde invoer te voorkomen.

Papier in de laden plaatsen

Afhankelijk van de apparaatconfiguratie kunnen er, afgezien van de handmatige invoer, vier papierladen beschikbaar zijn.
OPMERKING: Open de actieve papierlade niet wanneer het apparaat een opdracht aan het verwerken is.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 91
7 Papier en ander afdrukmateriaal
1. Trek de papierlade naar buiten,
naar u toe.
OPMERKING: Plaats papier niet op de papierstapel die zich al in de lade bevindt. Dit om papierstoringen en verkeerde invoeren te voorkomen. Verwijder het papier en plaats het boven op het nieuwe afdrukmateriaal.
2. Verplaats, indien nodig, de
papierladegeleiders verder naar buiten om het nieuwe papier te plaatsen.
Stel de achter- en zijgeleiders af door de hendel op iedere geleider samen te knijpen en de geleiders in hun nieuwe positie te schuiven.
Laat de hendels los om de geleiders vast te zetten.
OPMERKING: Raadpleeg voor het wijzigen van het papierformaat of het afdrukmateriaal in de lade, Kenmerken papierlade in het hoofdstuk Instellingsprocedures van de Handleiding voor de gebruiker. Neem voor meer informatie over het herprogrammeren van de lade contact op met de getrainde operateur.
3. Plaats het papier netjes en
stevig tegen de linkerzijde van de lade.
OPMERKING: Maak de papierstapel niet hoger dan de maximumvullijn.
4. Indien de papiergeleiders zijn
verplaatst, plaats ze dan zo dat ze net tegen de rand van de papierstapel komen.
OPMERKING: Zet bij het plaatsen van papier met een standaardformaat de geleiders instellen op de inkepingen op de lade die overeenkomen met dat papierformaat. Het apparaat herkent 8K/16K-papier als standaardformaat, zelfs al hebben de papierladen geen inkepingen voor deze formaten.
92 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Papier plaatsen
5. Sluit de papierlade.
Het papier kan met de lange kant eerst of de korte kant eerst worden geplaatst.
6. Stel het apparaat in om het papierformaat automatisch te registreren of voer het
formaat zelf in. Raadpleeg voor meer informatie Papierformaat in het hoofdstuk Instellingsprocedures van de Handleiding voor de gebruiker.
OPMERKING: Welke papierformaten het apparaat registreert, is afhankelijk van de instellingen door de getrainde operateur. Raadpleeg voor meer informatie Papierformaatinstellingen in het hoofdstuk Instellingsprocedures van de Handleiding voor de gebruiker.

Handmatige invoer (lade 5)

In de handmatige invoer kunt u verschillende papiersoorten gebruiken. De handmatige invoer bevindt zich aan de linkerzijde van het apparaat. Voor grotere papierformaten is een ladeverlenging bijgevoegd. Nadat het afdrukmateriaal in de handmatige invoer is geplaatst, moeten de instellingen in de handmatige invoer op het aanraakscherm overeenkomen met het papierformaat en het type afdrukmateriaal. Indien deze niet met elkaar overeenkomen, moet er worden geherprogrammeerd. Voor meer informatie over het programmeren van de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige
invoer)] in het hoofdstuk Kopiëren op pagina 49.
OPMERKING: Om onnodige fuser- en papierstoringen te voorkomen, is het belangrijk dat het geprogrammeerde papierformaat en de papiersoort hetzelfde zijn als het geplaatste afdrukmateriaal.
Lange kant eerst (LKE)
Korte kant eerst (KKE)
1. Plaats het papier netjes in de
handmatige invoer en let erop dat de papierstapel in het midden van de lade ligt.
OPMERKING: Maak de papierstapel niet hoger dan de maximumvullijn.
OPMERKING: Plaats bij het enkelzijdig/tweezijdig kopiëren op geperforeerd papier eerst de niet-geperforeerde zijde van het papier. Als u de geperforeerde zijde eerst plaatst, kan dit mogelijk een papierstoring veroorzaken.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 93
7 Papier en ander afdrukmateriaal
OPMERKING: Wanneer u kopieën of afdrukken maakt op dik papier en het papier niet in het apparaat wordt gevoerd, maakt u een krulling in het papier, zoals aangegeven in de illustratie rechts. Let echter op dat er papierstoringen kunnen optreden als u het papier te sterk buigt of vouwt.
OPMERKING: Wanneer u enveloppen plaatst, let u er dan op dat de flappen van de enveloppen zijn gesloten, en dat de enveloppen met de flap eerst worden geplaatst. Als u C5 enveloppen plaatst, dient de lange kant met de flap juist als laatste geplaatst worden.
2. Schuif de zijgeleiders naar het papier toe tot ze de rand van de papierstapel net
raken.

Tandemlademodule (TLM)

Door de tandemlademodule kunt u grotere hoeveelheden papier plaatsen. Deze module bestaat uit twee laden.
OPMERKING: In de tandemlademodule kunt u geen papier met een keuzeformaat plaatsen.
1. Trek lade 3 of lade 4 van de
TLM uit.
De papierlift in de lade zakt naar beneden.
2. Plaats de papierstapel stevig
tegen de linker achterhoek van de lade.
OPMERKING: Maak de papierstapel niet hoger dan de maximumvullijn.
OPMERKING: Plaats het papier altijd in de lade in de richting die in de afbeelding wordt aangegeven.
3. Sluit de lade.
De papierlift komt omhoog om het papier in de positie voor gebruik te plaatsen.
94 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

Auto lade verwisselen

Het apparaat schakelt automatisch naar een andere lade over wanneer de volgende situaties zich voordoen:
Bij het afdrukken raakt het papier in de actieve lade op.
Wanneer het geregistreerde papierformaat verschilt van het eerder bepaalde
formaat.
Wanneer de papierinvoer start en de geselecteerde lade open is.
Wanneer de papierinvoer start en de geselecteerde lade een storing vertoont.
OPMERKING: De handmatige invoer kan niet worden gebruikt bij auto lade verwisselen.
OPMERKING: De getrainde operateur stelt de doelladen en prioriteiten in. Raadpleeg voor meer informatie Prioriteit papierlade en Prioriteit papiersoort in het hoofdstuk Instellingsprocedures van de Handleiding voor de gebruiker.
Indien de papierladen niet in gebruik zijn, kunnen ze worden geopend en kan er papier worden geplaatst terwijl er wordt afgedrukt. De actieve lade mag echter niet worden geopend. Gebeurt dat wel, dan stopt het apparaat de opdracht die wordt verwerkt.

Papier opslaan en behandelen

Papier opslaan en behandelen
Altijd papier van goede kwaliteit en bestemd voor kopieerapparaten gebruiken in het apparaat. Beschadigd, gekreukt of vochtig papier kan papierstoringen veroorzaken en leiden tot een verminderde afdrukkwaliteit. Volg de volgende eenvoudige regels bij de opslag van papier:
Sla papier in droge ruimten op uit de buurt van extreme warmte en kou, zoals een
radiator of open ramen.
Leg papier niet op de vloer, maar plat op een plank of pallet.
Haal papier pas uit de verpakking wanneer het moet worden gebruikt.
Leg overgebleven papier terug in de verpakking.
OPMERKING: Papier moet niet in de papierladen worden opgeslagen.

Ondersteunde papierformaten en -soorten

In dit hoofdstuk worden de formaten en soorten papier aangeschreven die in dit apparaat kunnen worden gebruikt.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 95
7 Papier en ander afdrukmateriaal

Ondersteunde papierformaten

In de volgende tabel staan de papierformaten die in iedere papierlade, 2-zijdige module en de afwerkeenheid kunnen worden gebruikt.
OPMERKING: Raadpleeg voor de inhoud van iedere lade het hoofdstuk Specificaties in de Handleiding voor de gebruiker.
Standaardformaten
OPMERKING: Welke standaardpapierformaten kunnen worden geregistreerd is
afhankelijk van de papierformaattabel die door de getrainde operateur is aangegeven. Raadpleeg voor informatie over het instellen van de papierformaattabel Papierformaatinstellingen in het hoofdstuk Instellingsprocedures van de Handleiding voor de gebruiker.
Papierfor-
maat
A6 105.0 148.0 LKE X X O X X
A5 148.0 210.0 KKE O X O O X
A4 210.0 297.0 KKE O X O O O
A3 297.0 420.0 KKE O X O O O
B6 128.5 182.0 KKE X X O O X
B5 182.0 257.0 KKE O X O O X
B4 257.0 364.0 KKE O X O O O
5.5 × 8.5” 139.7 215.9 KKE O X O O X
7.25 × 10.5” 184.2 266.7 KKE X X O O X
Afmetingen
(mm)
LKE/
KKE
LKE X X O O X
LKE O OOOO
LKE X X O O X
LKE O OOOO
LKE X X O O X
LKE O OOOO
Lade 1, 2/lade 3, 4
(Module met twee
laden)
Lade 3, 4
(TLM)
Lade 5 (hand­matige
invoer)
2-zijdige
module
Afwer-
keen-
heid
8 × 10” 203.2 254.0 KKE X X O O X
LKE X X O O X
8.5 × 11” 215.9 279.4 KKE O X O O O
LKE O OOOO
8.46 × 12.4” 215.0 315.0 KKE X X O O X
8.5 × 13” 215.9 330.2 KKE O X O O O
8.5 × 14” 215.9 355.6 KKE O X O O O
11 × 15” 279.0 381.0 KKE X X O O X
96 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Ondersteunde papierformaten en -soorten
Papierfor-
maat
11 × 17” 297.4 431.8 KKE O X O O O
A4-omslag 297.0 223.0 LKE X X O O X
9 × 11” 279.4 228.6 LKE X X O O X
16K 194.0 267.0 KKE X X O O X
8K 267.0 388.0 KKE O X O O O
Briefkaart 100.0 148.0 LKE X X O X X
Gefrankeerde briefkaart
4 × 6” 101.6 152.4 KKE X X O O X
Foto 2L 5 × 7”
Youkei 0 Envelop
Commercial 10 Envelop
Afmetingen
(mm)
148.0 200.0 KKE X X O X X
127.0 177.8 KKE X X O O X
120.0 235.0 LKE X X O X X
104.8 241.3 LKE X X O X X
LKE/ KKE
LKE O X O O O
LKE X X O X X
Lade 1, 2/lade 3, 4
(Module met twee
laden)
Lade 3, 4
(TLM)
Lade 5 (hand­matige invoer)
2-zijdige
module
Afwer-
keen-
heid
Monarch Envelop
DL Envelop 110.0 220.0 LKE X X O X X
C4 Envelop 229.0 324.0 KKE X X O X X
C5 Envelop 162.0 229.0 LKE X X O X X
98.4 190.5 LKE X X O X X
O: Beschikbaar
X: Niet beschikbaar
Niet-standaardformaten
Lade 1, 2/
Papierfor-
maat
lade 3, 4
(Module met twee
laden)
Breedte 140 tot 297 mm
Lengte 182 tot 432 mm
5,5 tot 11,7”
7,2 tot 17,0”
Lade 3, 4
(TLM)
Niet beschikbaar
Lade 5
(handma-
tige invoer)
89 tot 297 mm 5,5 tot 11,7”
99 tot 432 mm 3,9 tot 17,0”
2-zijdige module
89 tot 297 mm
127 tot 432 mm (voor lade 5 (handmatige invoer)) 182 tot 432 mm (voor lade 1 t/m 4)
Afwerkeen-
heid
Niet beschikbaar
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 97
7 Papier en ander afdrukmateriaal

Ondersteunde papiersoorten

In de volgende tabel staan de papiersoorten die in iedere papierlade, de 2-zijdige module en de afwerkeenheid kunnen worden gebruikt.
Papiersoort
Gewoon
Kringlooppapie r
Zijde 2 papier O O O X O
Transparanten O O O X X
Etiketten 60–105 O O O X X
Licht O O O X X
Zwaar 1 106–169 X O O X X
Zwaar 2 170–216 X O O X X
Gewicht (g/
2
m
)
60–105
Lade 1
OOOOO
OOOOO
Lade 2, 3, 4
(module met
twee laden /
TLM)
Lade 5
(handmatige
invoer)
2-zijdige
module
Afwerkeen-
heid
O:Beschikbaar
X:Niet beschikbaar
Gewoon: bij gebruik van Arjo Wiggins Conqueror High Speed Laser Laid CON90F
(64010283), selecteert u [Zwaar 1] in het scherm [Papiersoort].
Zijde 2 papier: verwijst naar papier waarvan één zijde al is bedrukt, d.w.z.
afvalpapier.
Transparanten: bij gebruik van Xerox transparanten met papieren schutvel
(3R3028) (voor V.S.) of 3M Type L Desktop Laser (3R91334) (voor EU) bij lage temperatuur en luchtvochtigheid (10
o
C, 15%) selecteert u [Zwaar 1] in het scherm
[Papiersoort].
Als u [Etiketten], [Zwaar 1] of [Zwaar 2] selecteert, plaats het papier dan met de
lange kant eerst. Als u papier met de korte kant eerst plaatst, kan het zijn dat de afdrukwaliteit minder is.
Licht: indien u [Licht] selecteert, verlaagt het apparaat de temperatuur van de
fusereenheid tijdens het afdrukken. Selecteer deze optie wanneer het papier krult of er zich andere afdrukproblemen voordoen door de hoge temperatuur in de fusereenheid wanneer deze toner op het papier zet.
Zwaar: afhankelijk van zwaar papier kan het apparaat mogelijk papier met de korte
kant eerst verwerken. Plaats in dat geval papier met de lange kant eerst.
Afhankelijk van de gebruikte papiersoort en de bedrijfsomgeving, kan het zijn dat
papier niet goed het apparaat wordt ingevoerd of de afdrukkwaliteit minder is.
98 Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding

8 Onderhoud

Op gezette tijden moet aan het apparaat onderhoud worden uitgevoerd. De informatie in dit hoofdstuk komt bij deze taken van pas.

Verbruiksartikelen bestellen

Er zijn verschillende verbruiksartikelen, zoals afdrukmodules en tonercassettes, reinigingsmiddelen, bewerkingsstiften en nietjes, verkrijgbaar voor het apparaat.
Neem voor bestellingen contact op met het Xerox Welcome Centre, waar u gevraagd wordt om de naam van uw bedrijf, het productnummer en het serienummer.
Hieronder kunt u het telefoonnummer noteren.
Telefoonnummer verbruiksartikelen:
OPMERKING: Indien u een andere afdrukmodule/tonercassette gebruikt dan door ons wordt aangeraden, kan het zijn dat het apparaat niet optimaal presteert. Gebruik de afdrukmodule/tonercassette die voor dit product wordt aangeraden.

Het apparaat reinigen

Zorgvuldig onderhoud is noodzakelijk voor een goede werking van apparatuur.
OPMERKING: Gebruik bij het reinigen van het apparaat geen organische of sterk chemische oplosmiddelen of spuitbussen. Giet vloeistoffen niet rechtstreeks op het apparaat. Gebruik geen verbruiksartikelen die niet in deze documentatie staan aangegeven als goedgekeurd. Deze artikelen kunnen de prestaties van het apparaat nadelig beïnvloeden en een gevaarlijke situatie veroorzaken. Gebruik verbruiksartikelen en reinigingsmiddelen alleen op de manier die in deze handleiding staat aangegeven. Houd reinigingsmiddelen altijd buiten het bereik van kinderen.
OPMERKING: Verwijder geen afdekkingen of beschermingen die met schroeven zijn vastgezet. Achter deze deksels of panelen bevinden zich geen onderdelen waaraan u zelf onderhoud kunt uitvoeren. Gebruik geen onderhoudsprocedure die niet in de documentatie bij het apparaat staat beschreven.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding 99
Loading...