Deze gebruiksaanwijzing is een integraal onderdeel van dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in betreffende de ingebruikneming en het gebruik.
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door! Bij schades, die ontstaan door het
niet opvolgen van de handleiding, vervalt het recht op garantie. Voor volgschades,
die hieruit ontstaan zijn wij niet aansprakelijk.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig!
Introductie
Geachte klant,
Met dit Voltcraft® - product heeft u een zeer goede beslissing genomen,
waarvoor wij u willen bedanken.
U heeft hiermede een uitstekend kwaliteitsproduct uit een merkenfamilie
aangeschaft, die zich op het gebied van meet-, laad-, en netwerktechniek
onderscheidt door bijzondere competentie en permanente innovatie.
Met Voltcraft® kunt u als veeleisende doe-het-zelver maar ook als professionele
gebruiker de moeilijkste opdrachten uitvoeren. Voltcraft® biedt u betrouwbare
technologie tegen een zeer gunstige prijs/ prestatieverhouding.
Wij weten het zeker: uw start met Voltcraft is tegelijkertijd het begin van een lange en
goede samenwerking.
Inhoudsopgave Pagina
Introductie 2
Correcte toepassing 3
Veiligheidsaanwijzingen 4
Omvang levering 6
Bedieningselementen 7
Doorvoeren van metingen 8
Onderhoud en verzorging 12
Vervangen van de batterij 14
Afvalverwijdering van gebruikte batterijen 14
Verhelpen van storingen 15
Verwijdering 15
Technische gegevens en meettoleranties 16
2
Correcte toepassing
De pentype-multimeter is een digitale meter met een vloeibaar kristal display (LCD).
Dankzij de penvorm is een aflezing van de meetwaarde mogelijk, waarbij de meting
met beide handen uitgevoerd kan worden.
De Auto-Range-multimeter bezit volgende meetfuncties:
•
Meten van gelijk- en wisselspanningen tot maximaal 250 V
• Meten van gelijk- en wisselstromen tot maximaal 400 mA (alleen VC-86)
• Meten van weerstanden tot 40 MOhm (VC-82 tot 20 MOhm)
•
Doorgangstest (<35 Ohm akoestisch) en diodetest.
De meetimpedantie kan voor het onderdrukken van fantoomspanningen kortstondig
onderdrukt worden (!) (alleen VC-86).
De meter mag nooit in geopende toestand gebruikt worden, bijv. als het batterijvak
geopend of behuizingonderdelen niet gemonteerd zijn.
Het meten in vochtige ruimtes of buitenshuis resp. onder ongunstige omgevingscondities is niet toegestaan.
Ongunstige omgevingsomstandigheden zijn:
- natheid of te hoge luchtvochtigheid
- stof en brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen
- onweer resp. onweerachtige omstandigheden zoals sterke elektrostatische
velden
De pentype-multimeter mag alleen in de bereiken van de overspanningscategorie
CATII tot 250 V en CATIII tot 250 V toegepast worden.
Een andere toepassing dan hierboven beschreven, leidt tot beschadiging van de
meter, bovendien zijn hieraan gevaren verbonden, zoals bijv. kortsluiting, brand,
elektrische schok, enz.
Het totale product mag niet veranderd, resp. omgebouwd worden!
U dient zich beslist te houden aan de veiligheidsaanwijzingen!
3
Veiligheidsaanwijzingen
Lees voor gebruik eerst de gebruiksaanwijzing volledig door. Er staan
belangrijke aanwijzingen in betreffende de ingebruikneming en het gebruik.
Bij schades die ontstaan door het niet opvolgen van deze gebruiks-
aanwijzing, vervalt het recht op garantie! Wij zijn niet aansprakelijk voor
schades die hiervan het gevolg zijn!
Bij materiële schade of persoonlijk letsel, die/ dat veroorzaakt wordt door het niet in
acht nemen van de veiligheidsbepalingen, zijn wij niet aansprakelijk. In dergelijke
gevallen vervalt elk recht op garantie.
Dit apparaat heeft de fabriek in veiligheidstechnisch perfecte staat verlaten.
Om dit zo te houden en zeker te zijn van gebruik zonder gevaar, dient u zich als
gebruiker te houden aan de veiligheidsbepalingen en waarschuwingen, die in deze
gebruiksaanwijzing staan. Volgende symbolen dienen in acht worden genomen:
Aanwijzing! Lees de gebruiksaanwijzing!
Het uitroepteken in de driehoek wijst de gebruiker op belangrijke aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing die u beslist moet opvolgen.
Dit apparaat is CE-getest en voldoet daarom aan de eisen van de EMCrichtlijn 89/336/EWG en de laagspanningsrichtlijn 73/23/EWG.
Beschermingklasse 2 (dubbele isolatie)
CAT II Overspanningscategorie 2 voor metingen aan huishoudelijk elektrische
apparaten.
CATIII Overspanningscategorie 3 voor metingen aan installaties in gebouwen.
Aardpotentiaal
Het bliksemsymbool in de driehoek wijst de gebruiker op het gevaar voor
letsel. Let beslist op de aanwijzingen!
Het handsymbool is te vinden, als er bijzondere tips en aanwijzingen voor de
bediening gegeven worden.
Om redenen van veiligheids- en toelatingseisen (CE) is het eigenmachtig
ombouwen en/of veranderen van het apparaat verboden.
Wendt u tot een vakman, als u twijfelt aan de werkwijze, de veiligheid of de
aansluiting van het apparaat.
4
Meetapparatuur en toebehoren zijn geen speelgoed en horen niet in kinderhanden!
In industriële omgevingen dienen de ARBO-voorschriften ter voorkoming van
ongevallen met betrekking tot elektrische installaties en bedrijfsmiddelen te
worden opgevolgd.
In scholen, opleidingscentra, hobbyruimten en doe-het-zelf-werkplaatsen
moet door geschoold personeel voldoende toezicht worden gehouden op de
bediening van meetapparatuur.
Overtuig u ervan, dat voor iedere spanningsmeting de meter zich niet in het
stroommeetbereik bevindt.
De spanning tussen de twee meetcontacten van de meter en aarde mag niet
hoger komen dan 250 V DC/AC in de overspanningscategorie III resp. 250 V
DC/AC in de overspanningscategorie II.
Voor elke wisseling van het meetbereik dient u de meetpunten van het te
meten object te verwijderen.
Wees bijzonder voorzichtig bij het omgaan met spanningen >25 V wisselspanning (AC) resp. >35 V gelijkspanning (DC)! Reeds bij deze spanningen
kunt u bij aanraking van elektrische geleider een levensgevaarlijke schok
krijgen.
Controleer voor iedere meting uw meter resp. de meetsnoeren op
beschadiging(en). Voer beslist geen metingen uit indien het isolatiemateriaal
beschadigd (ingescheurd, verwijdert enz.) is.
Om een elektrische schok te vermijden, dient u er op te letten dat u de
meetpunten en de te meten aansluitingen / meetplekken tijdens de meting
niet aanraakt, ook niet indirect.
Gebruik de meter nooit kort voor, tijdens of kort na een onweer (blikseminslag! / energierijke overspanningen!). Let er op, dat uw handen, schoenen,
kleding, de grond, de meter resp. de meetsnoeren, schakelingen en schakeldelen enz. beslist droog zijn.
Werk met de meter niet in ruimtes of bij ongunstige omgevingscondities,
waarin/-bij brandbare gassen, dampen of stoffen aanwezig (zouden) kunnen
zijn. Vermijdt het gebruik in de directe nabijheid van:
- sterke magnetische velden of elektromagnetische velden
- zendantennes of HF-generatoren
Dit kan de meetwaarde vervalsen.
5
Als er aangenomen kan worden dat gebruik zonder gevaar niet meer mogelijk is, dient u de meter buiten werking te stellen en te beschermen tegen het
per ongeluk in werking stellen door derden. U kunt aannemen dat gebruik
zonder gevaar niet meer mogelijk is, als:
- het apparaat zichtbaar beschadigd is
- het apparaat niet meer werkt
- na langdurige opslag onder ongunstige omstandigheden
- na transport onder moeilijke omstandigheden.
Schakel de meter nooit direct in, als deze van een koude naar een warme
ruimte gebracht wordt. Het condenswater dat hierbij ontstaat kan onder omstandigheden uw apparaat vernielen. Laat het apparaat oningeschakeld op
kamertemperatuur komen.
Laat verpakkingsmateriaal niet achteloos rondslingeren. Plastic folie/ -zakken, piepschuim enz. zouden voor kinderen gevaarlijk speelgoed kunnen
zijn.
Voor het openen van het apparaat dient dit losgekoppeld te worden van alle
spanningsbronnen. Condensatoren in het apparaat kunnen nog geladen zijn,
zelfs als het apparaat van alle spanningsbronnen losgekoppeld is.
Let ook op de veiligheidsaanwijzingen in de afzonderlijke hoofdstukken.
Omvang levering
Pentype-multimeter met batterijen
2 reserve knoopcellen
1 reserve zekering (alleen VC 86)
1 extra meetpunt 70 mm lang
1 krokodilklem (schroefbaar)
Draagtas
Gebruiksaanwijzing
6
Bedieningselementen
1 Testpunt schroefbaar (pluspool
+ bij DC-meting
2 Voorste afdekkap met
greepbeschermkraag
3 Data-Hold-toets
4 Range-Hold-toets
5 Select-toets
6 Vloeibaar kristal display (LCD)
7 Lo-Impedance-toets (bij VC-82
MAX-toets)
8 Achterste afdekkap
(batterijvak)
9 Verbindingskabel
10 Bedrijfsschakelaar
11 Houder voor testpunt-
beschermkap
12
Testpunt (minuspool - bij DCmeting)
7
Display symbolen
AC Wisselgrootte voor spanning en stroom
DC Gelijkgrootte voor spanning en stroom
Actuele meetbereik wordt vastgehouden; geen "automatische keuze
meetbereik"
H staat voor Data-Hold; de meetwaarde wordt vastgehouden (b.v. voor
het maken van een protocol) tot de "DH"-toets opnieuw ingedrukt of de
meter uitgeschakeld wordt.
OL
staat voor Overload = overloop; boven het meetbereik
Symbool voor het vervangen van de batterij; a.u.b. direct de batterijen
vervangen om meetfouten te voorkomen!
Symbool voor diodetest
Symbool voor akoestische doorgangstest
Aanduiding van de meetwaarde als analoge balkweergave (alleen VC-
86)
Doorvoeren van metingen
Overschrijd in geen geval de max. toegelaten ingangsgroottes in de
overspanningscategorie II resp. III (huis- en commercieel bereik).
De frequentie van de wisselgroottes mag nooit hoger komen dan 400
Hz!
Raak geen schakelingen of delen van schakelingen aan, als u
spanningen boven de 25 V ACrms of 35 V DC daarin meet!
Levensgevaarlijk!
8
Controleer voor het meten de meetsnoeren op beschadigingen, bijv.
op scheuren, barsten of deuken.
Defecte meetsnoeren mogen niet meer gebruikt worden! Levensgevaarlijk!
Ter bescherming tegen letsel door het meetpunt aan de pentypemeter is een beschermkap aanwezig. Deze kan na het afhalen
bewaard worden in de hiervoor bedoelde opening (11) aan de
voorzijde.
Keuze van het meetpunt
Het meetpunt van de pentype-multimeter kan eenvoudig vervangen worden door het
meegeleverde 70 mm lange punt. Deze is geschikt voor het meten van dieper
gelegen meetplekken.
Schroef hiertoe het meetpunt tegen de wijzers van de klok in er af en plaats het
langere meetpunt.
De meegeleverde krokodilklem kan aan het zwarte meetsnoer geschroefd worden.
Let bij het vervangen van de meetpunten er op, dat alle spanningsbronnen van de meter afgekoppeld zijn.
Spanningsmeting
Voor het meten van gelijkspanningen (DC) handelt u als volgt:
- Zet de bedrijfsschakelaar (10) op positie "V".
- Verbind beide meetpunten met het te meten object (batterij, schakeling enz.).
- De overeenkomstige polariteit van de meetwaarde wordt gelijktijdig met de
momenteel gemeten waarde op het display (6) weergegeven.
Voor de meting van wisselspanningen (AC) drukt u op de toets "S" (5) om te wisselen
naar het AC-bereik. Opnieuw op deze toets drukken en u schakelt terug naar het DCmeetbereik.
Het spanningsbereik "V" heeft een ingangsweerstand van ca. 10 MOhm. Zodra bij de
gelijkspanning een minteken "-" voor de meetwaarde verschijnt, is de gemeten
spanning negatief (of de meetpunten zijn verwisselt).
9
"LI" Low Impedance 400 k
Deze functie mag alleen bij spanningen tot max. 250 V en alleen max.
3 seconden toegepast worden!
Met deze meetfunctie kan de meetimpedantie van 10 MΩ naar 400 kΩ verlaagd
worden. Door het verlagen van de meetimpedantie worden mogelijke
fantoomspanningen onderdrukt die het meetresultaat eventueel zouden vervalsen.
Druk tijdens de spanningsmeting (max. 250V!) voor max. 3 seconden op de toets "LI"
(7). Na het loslaten van de toets heeft de multimeter weer zijn normale meetimpedantie van 10 MΩ.
(alleen VC-86)
ΩΩΩΩ
Weerstandsmeting / doorgangstest
Overtuig u ervan, dat alle te meten schakelingen, onderdelen van
schakelingen en componenten alsmede te meten objecten beslist
spanningsloos zijn.
Voor een weerstandsmeting en akoestische doorgangstest handelt u als volgt:
- Zet de bereikskeuzeschakelaar (10) op positie Ω.
- Controleer de meetsnoeren op doorgang, verbind hiertoe beide meetpunten met
elkaar. Vervolgens moet zich een meetwaarde van ca. 0 Ohm instellen.
- Verbind nu beide meetpunten met het meetobject.
De meetwaarde wordt, mits het meetobject niet hoogohmig of onderbroken is, op het
display (6) weergegeven.
Als u een weerstandsmeting doorvoert, dient u er op te letten dat de
meetposities die u met de meetpunten voor het meten aanraakt, vrij zijn van
vuil, olie, soldeerlak of dergelijke. Dergelijke omstandigheden kunnen de
meetwaarde vervalsen.
Voor de doorgangstest drukt u op de toets "S" (5), tot het symbool op het display
verschijnt. Nog een keer drukken en u schakelt over naar het volgende meetbereik
(diodetest, weerstand, doorgang....).
Zodra "OL" (voor Overflow = overloop) op het display verschijnt, heeft u het meetbereik overschreden resp. is het meetcircuit onderbroken.
10
Diodetest
Voor een meting handelt u als volgt:
- Zet de bereikskeuzeschakelaar (10) op positie Ω.
- Druk tweemaal op de toets "S" (5) om te schakelen naar het diodetestbereik.
Op het display verschijnt het diodesymbool .
- Verbind nu beide meetpunten met het meetobject (diode). De doorlaatspanning
wordt weergegeven.
Als u een diode in doorlaatrichting test (rood meetpunt aan anode = diodezijde
zonder ringmarkering), wordt een spanning vanaf ca. 0,6 V (siliciumdiode)
gemeten, mits het diodetraject niet defect is.
Meet u daarentegen (rode meetsnoer aan kathode = diodezijde met ringmarkering) dan verschijnt "OL" op het display.
Wordt daarentegen een "Spanningswaarde" getoond, zo heeft u het meetobject verkeerd aangesloten of deze is defect.
Stroommeting (alleen VC-86)
In het stroommeetbereik kunnen stromen tot 400 mA gemeten worden. Het stroommeetbereik is beveiligd en daarom beschermd tegen overbelasting.
Voor het meten van gelijkstromen handelt u als volgt:
- Zet de bereikskeuzeschakelaar (10) op positie "A".
- Verbind nu beide meetpunten in serie met het meetobject (batterij, schakeling
enz.); de overeenkomstige polariteit van de meetwaarde wordt samen met de
momentele meetwaarde op het display (6) weergegeven.
11
Voor het meten van wisselstromen handelt u als volgt:
- Druk in het stroommeetbereik op de toets "S" (5) om naar het AC-bereik te
wisselen; opnieuw op deze toets drukken en u gaat terug naar het DC-bereik.
- Verbind nu beide meetpunten in serie met het meetobject (generator, schakeling
enz.); de meetwaarde wordt nu op het display (6) weergegeven.
Meet in het mA-bereik beslist nooit stromen boven 400 mA.
Max- Hold-functie (alleen VC-82)
Het type VC-82 is uitgerust met een MAX-Hold-functie. Indien tijdens het meten op
de MAX-toets (7) gedrukt wordt, zal automatisch de volgend hoger gemeten waarde
op het display (6) aangeduid worden. Voor het deactiveren van de MAX-toets (7)
drukt u opnieuw op deze toets.
Auto-Power-OFF-functie
Om de levensduur van de batterij niet onnodig te verkorten, werd een automatische
uitschakeling ingebouwd. De meter schakelt uit, indien binnen 10 minuten geen toets
of schuifschakelaar bediend wordt. Door het drukken op een willekeurige toets
(behalve "LI") wordt de meter weer ingeschakeld.
Onderhoud en verzorging
Afgezien van het vervangen van de batterij resp. van de zekering is de pentypemultimeter onderhoudsvrij. Voor het schoonmaken van het apparaat gebruikt u een
schoon, niet pluizend, antistatisch en droog doek, zonder schurende en chemische
oplos-/ reinigingsmiddelen.
12
Vervangen van de zekering (alleen VC-86)
Indien in het stroommeetbereik geen meetwaarde meer toont, kan eventueel de
zekering defect zijn.
Voor het vervangen van de zekering
handelt u als volgt:
- Schakel de meter uit en koppel hem los
van het meetcircuit.
- Draai het rode meetpunt aan de geribbelde kunststofring los, tegen de wijzers van
de klok in, en verwijder het punt.
- Trek de lichtgrijze afdekking voor voren er af.
- Vervang de defecte zekering door een nieuwe fijne zekering (5x20 mm) van het-
zelfde type en nominale stroomsterkte (400 mA 250 V).
- Monteer daarna de onderdelen zorgvuldig in omgekeerde volgorde terug op de
multimeter.
U dient er voor te zorgen, dat er alleen zekeringen van het opgegeven
type en van de opgegeven nominale stroomsterkte ter vervanging
gebruikt worden. Het gebruik van gerepareerde zekeringen of het
overbruggen van de zekeringhouder is niet toegestaan.
Gebruik de meter nooit in geopende toestand.! LEVENSGEVAARLIJK !
13
Vervangen van de batterij
Indien op het display het batterijsymbool verschijnt, moeten de batterijen
onmiddellijk vervangen worden, om foutieve metingen te voorkomen.
Voor het vervangen van de batterijen
handelt u als volgt:
- Schakel de meter uit en koppel hem los van het meetcircuit.
- Draai de grijze geribbelde kunststofring aan de achterkant los, tegen de wijzers
van de klok in, en verwijder deze.
- Trek de lichtgrijze afdekking naar achteren weg.
- Vervang de lege batterijen door nieuwe van hetzelfde type (2xLR44). De
batterijen kunt u met het meetpunt of een puntig voorwerp uit de houder halen.
- Monteer daarna de onderdelen zorgvuldig, in omgekeerde volgorde, terug op de
pentype-multimeter.
Gebruik de meter nooit in geopende toestand. ! LEVENSGEVAARLIJK!
Laat geen lege batterijen in de meter zitten, omdat zelfs tegen uitlopen beschermde
batterijen kunnen corroderen en er daardoor chemicaliën vrij kunnen komen, die
schadelijk zijn voor uw gezondheid resp. het apparaat kunnen vernielen.
Aan de behuizing bevindt zich aan de zijkant een uitsparing voor
reservebatterijen. Deze worden door de lichtgrijze afdekking veilig afgedekt.
Zodoende heeft u steeds extra batterijen bij de hand.
Verwijdering van gebruikte batterijen / accu's
De eindverbruiker is wettelijk verplicht alle lege batterijen en accu's (van knoopcel tot
loodaccu) in te leveren. Het meegeven met het huisvuil is verboden.
Batterijen en accu’s die schadelijke stoffen bevatten zijn gekenmerkt
met een "doorgestreepte afvalcontainer" en met een van de
chemische symbolen, die wijzen op het verbod ze via het huisvuil weg
te doen. De symbolen voor de daarvoor verantwoordelijke zware
metalen zijn: Cd = cadmium, Hg = kwik, Pb = lood. U kunt verbruikte
accu’s en batterijen inleveren in winkels waar batterijen verkocht
worden, of bij het gemeentelijk inzamelpunt voor klein chemisch afval.
14
Verhelpen van storingen
Met dit apparaat heeft u een product aangeschaft, dat volgens de laatste ontwikkelingen in de techniek vervaardigd werd en veilig voor gebruik is.
Toch kunnen zich problemen of storingen voordoen.
Daarom wordt hieronder beschreven, hoe u een aantal van deze storingen relatief
gemakkelijk zelf kunt verhelpen:
Let beslist op de veiligheidsaanwijzingen!
Fout Mogelijke oorzaak
De multimeter functioneert
niet
Geen stroommeting
mogelijk (alleen VC-86)
Geen meetwaardeverandering
Andere reparaties dan hiervoor beschreven mogen uitsluitend door
een erkend vakman uitgevoerd worden.
Zijn de batterijen leeg?
Controleer de batterijen.
Is de zekering voor het stroommeetbereik defect?
Controleer de zekering (zekering vervangen)
Is de HOLD-functie actief?
Druk op de toets "DH".
Verwijdering
Als de multimeter niet meer functioneert dient hij volgens de geldende
wettelijke voorschriften verwijderd te worden.
Rel. luchtvochtigheid : <75%, niet condenserend, van 0 tot 30°C
Werkhoogte : tot max. 2.000 m boven NN
Temperatuur voor
gegarandeerde nauwkeurigheid: : +18 °C tot +28°C
Gewicht : ca. 140 g
Afmetingen (lxbxh) : 230 x 35 x 20 mm
16
Meettoleranties
Aanduiding van de nauwkeurigheid ± (% van de aflezing (= reading = rdg) + aantal
foutposities in digits (= dgt = aantal kleinste posities)). De nauwkeurigheid is geldig
voor een jaar bij een temperatuur van +23°C ± 5°C, bij een rel. luchtvochtigheid van
minder dan 75%, niet condenserend.