TOSHIBA Qosmio G20 Draagbare personal computer
Gebruikershandleiding
Eerste druk februari 2005
Het auteursrecht voor muziek, films, computerprogramma's, databases en
ander auteursrechtelijk beschermd intellectueel eigendom berust bij de
maker of de copyrighthouder. Auteursrechtelijk beschermd materiaal kan
uitsluitend voor privé- of huiselijk gebruik worden verveelvoudigd. Andere
toepassingen dan hierboven zijn vermeld (met inbegrip van conversie naar
digitale indeling, verandering, overdracht van gekopieerd materiaal en
distributie via een netwerk) zonder toestemming van de copyrighthouder
vormen schendingen van het auteursrecht en kunnen strafrechtelijk of
middels een actie tot schadevergoeding worden vervolgd. Houd u aan de
auteurswetten wanneer u deze handleiding of delen ervan verveelvoudigt.
Eigendom en auteursrecht van muziek, video, computerprogramma's,
databases en dergelijke worden beschermd door de auteurswetten.
Deze auteursrechtelijk beschermde materialen mogen uitsluitend worden
gekopieerd voor persoonlijk gebruik thuis. Als u deze materialen,
afgezien van de bovenstaande beperking, toch kopieert (ook om
gegevensindelingen om te zetten) of wijzigt, overdraagt of verspreidt via
internet zonder toestemming van de houders van het auteursrecht, kunt u
gerechtelijk worden vervolgd voor schadevergoeding en/of gerechtelijke
straffen ondergaan vanwege inbreuk op het auteursrecht of persoonlijke
rechten. Houd u daarom aan de auteurswetten wanneer u dit product
gebruikt om auteursrechtelijk beschermde werken te kopiëren of andere
bewerkingen uit te voeren.
Houd er rekening mee dat u de auteursrechtelijk beschermde rechten van
de eigenaar kunt schenden als u de functies voor het schakelen tussen
beeldschermmodi (zoals breedbeeld of zoomen) van dit product gebruikt
om beelden/video vergroot weer te geven in een café of hotel met als doel
winst te maken of deze beelden aan het publiek aan te bieden.
Afwijzing van aansprakelijkheid
Deze handleiding is zorgvuldig gevalideerd en nagekeken. De aanwijzingen
en beschrijvingen waren correct voor de draagbare TOSHIBA Qosmio G20
personal computer op het tijdstip waarop deze handleiding ter perse ging.
Navolgende computers en handleidingen kunnen echter zonder
kennisgeving worden gewijzigd. TOSHIBA aanvaardt dientengevolge geen
aansprakelijkheid voor schade die direct of indirect voortvloeit uit fouten of
omissies in de handleiding, of uit discrepanties tussen computer en
handleiding. De prestaties van de grafische processor kunnen aanzienlijk
afwijken van de specificaties als gevolg van de ontwerpconfiguratie.
iiGebruikershandleiding
Handelsmerken
IBM is een gedeponeerd handelsmerk, en IBM PC is een handelsmerk van
International Business Machines Corporation.
Intel, Intel SpeedStep, Centrino en Pentium zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van Intel Corporation.
Windows en Microsoft zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
Photo CD is een handelsmerk van Eastman Kodak.
Bluetooth is een handelsmerk in eigendom van de eigenaar en wordt door
TOSHIBA onder licentie gebruikt.
Memory Stick is gedeponeerd handelsmerk en i.LINK is een handelsmerk
van Sony Corporation.
TruSurround XT, WOW XT, SRS en het symbool zijn handelsmerken
van SRS Labs, Inc.
De technologieën TruSurround XT, WOW XT, TruBass, SRS 3D en FOCUS
worden gebruikt onder licentie van SRS Labs, Inc.
InterVideo en WinDVD zijn geregistreerde handelsmerken van InterVideo
Inc. WinDVR en WinDVD Creator zijn handelsmerken van InterVideo Inc.,
vervaardigd onder licentie van Dolby Laboratories.
"Dolby" en het dubbel-D-symbool zijn handelsmerken van Dolby
Laboratories.
In deze handleiding wordt mogelijk verwezen naar andere handelsmerken
en gedeponeerde handelsmerken die hierboven niet zijn genoemd.
Gebruikershandleiding
Macrovision-licentie
Dit product is uitgerust met technologie ter bescherming van het
auteursrecht en intellectueel eigendom die zijn gepatenteerd in de VS en
andere landen. Deze patenten zijn eigendom van Macrovision Corporation.
Het gebruik van materiaal waarop copyright berust, dient te worden
goedgekeurd door Macrovision Corporation. Het is bedoeld voor gebruik
thuis en overig beperkt gebruik, tenzij Macrovision Corporation uitdrukkelijk
toestemming heeft verleend. Alle vormen van terugwerkend construeren of
demonteren zijn verboden.
EU-verklaring van overeenstemming
Dit product draagt het CE-keurmerk in overeenkomst met de relevante
Europese richtlijnen. De verantwoording voor de toewijzing van
CE-keurmerken ligt bij TOSHIBA Europe GmbH, Hammfelddamm 8,
41460 Neuss, Duitsland.
De volledige en officiële EU-verklaring van overeenstemming is te vinden
op de TOSHIBA-website http://epps.toshiba-te
Gebruikershandleidingiii
g.com op het Internet.
Gebruikershandleiding
Modemwaarschuwing
Verklaring van overeenstemming
De apparatuur is goedgekeurd (conform Commissiebesluit “CTR21”) voor
aansluiting van één toestel op het PSTN (Public Switched Telephone
Network: openbaar geschakeld telefoonnetwerk) in alle Europese landen.
Als gevolg van variaties tussen de individuele PSTN’s in verschillende
landen biedt deze goedkeuring niet per se een garantie voor storingsvrije
werking op elke telefoonaansluiting.
Wend u in het geval van problemen in eerste instantie tot uw leverancier.
Netwerkcompatibiliteit
Dit product is ontworpen voor gebruik met de volgende netwerken en is
compatibel met deze netwerken. Het is getest en voldoet aan de
aanvullende voorschriften in EG 201 121.
DuitslandATAAB AN005,AN006,AN007,AN009,AN010
Griekenland ATAAB AN005,AN006 en GR01,02,03,04
Portugal ATAAB AN001,005,006,007,011 en
Spanje ATAAB AN005,007,012 en ES01
Zwitserland ATAAB AN002
Alle overige landen/regio's ATAAB AN003,004
Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke
softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante gedeelten van de
gebruikershandleiding voor nadere informatie.
De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale
goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale
voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken
kan niet worden gegarandeerd.
en DE03,04,05,08,09,12,14,17
P03,04,08,10
ivGebruikershandleiding
Gebruikershandleiding
Veiligheidsinstructies voor optische schijfstations
Vergeet niet de internationale voorzorgsmaatregelen aan het einde van
deze paragraaf te lezen.
Panasonic
DVD Super Multi met dubbellaagse recorder UJ-845
■ Het DVD Super Multi-station met dubbellaagse recorder maakt gebruik
van een lasersysteem. Om te zorgen dat dit product correct wordt
gebruikt, dient u deze handleiding zorgvuldig te lezen en ter referentie
bij de hand te houden. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd,
neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
■ Het gebruik van regelaars, instellingen of procedures die hier niet zijn
vermeld, kan resulteren in blootstelling aan gevaarlijke straling.
■ Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico
van directe blootstelling aan de laserstraal.
Gebruikershandleidingv
Gebruikershandleiding
Internationale voorzorgsmaatregelen
LET OP: Dit apparaat bevat een
lasersysteem en is geclassificeerd als
een laserproduct van klasse 1. Om te
zorgen dat u dit product correct gebruikt,
dient u de gebruiksaanwijzingen
zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de
hand te houden. Wend u in geval van
problemen met dit model tot het
dichtstbijzijnde Authorized Toshiba
Service Center. Probeer niet de kast te
openen. Doet u dit wel, dan loopt u het
risico van directe blootstelling aan de
laserstraal.
CLASS 1 LASER PRODUCT
LASERSCHUTZKLASSE 1
PRODUKT
TOEN60825
ADVERSEL: USYNLIG
LASERSTRÅLING VED
ÅBNING, NÅR
SIKKERHEDSAF-BRYDER
ER UDE AF FUNKTION.
UNDGÅ UDSÆTTSLSE
FOR STRÅLING
VORSICHT: Dieses Gerät enthält ein
Laser-System und ist als
“LASERSCHUTZKLASSE 1 PRODUKT”
klassifiziert. Für den richtigen Gebrauch
dieses Modells lesen Sie bitte die
Bedienungsanleitung sorgfältig durch
und bewahren diese bitte als Referenz
auf. Falls Probleme mit diesem Modell
auftreten, benachrichtigen Sie bitte die
nächste “autorisierte Service-Vertretung”.
Um einen direkten Kontakt mit dem
Laserstrahl zu vermeiden darf das Gerät
nicht geöffnet werden.
ADVARSEL: Denne mærking er anbragt
udvendigt på apparatet og indikerer, at
apparatet arbejder med laserstråler af
klasse 1, hviket betyder, at der anvendes
laserstrlier af svageste klasse, og at man
ikke på apparatets yderside kan bilve
udsat for utilladellg kraftig stråling.
APPARATET BOR KUN ÅBNES AF
FAGFOLK MED SÆRLIGT KENDSKAB
TIL APPARATER MED
LASERSTRÅLER!
Indvendigt i apparatet er anbragt den her
gengivne advarselsmækning, som
advarer imod at foretage sådanne
indgreb i apparatet, at man kan komme til
at udsatte sig for laserstråling.
viGebruikershandleiding
Gebruikershandleiding
OBS! Apparaten innehåller
laserkomponent som avger laserstråining
överstigande gränsen för laserklass 1.
VAROITUS. Suojakoteloa si saa avata.
Laite sisältää laserdiodin, joka lähetää
näkymätöntä silmilie vaarallista
lasersäteilyä.
LET OP: HET GEBRUIK VAN
REGELAARS, INSTELLINGEN OF
PROCEDURES DIE NIET IN DE
GEBRUIKERSHANDLEIDING ZIJN
VERMELD, KAN RESULTEREN IN
BLOOTSTELLING AAN GEVAARLIJKE
STRALING.
VORSICHT: DIE VERWENDUNG VON
ANDEREN STEURUNGEN ODER
EINSTELLUNGEN ODER DAS
DURCHFÜHREN VON ANDEREN
VORGÄNGEN ALS IN DER
BEDIENUNGSANLEITUNG
BESCHRIEBEN KÖNNEN
GEFÄHRLICHE
STRAHLENEXPOSITIONEN ZUR
FOLGE HABEN.
U bent nu in het bezit van een Qosmio G20-computer. Deze krachtige,
hoogpresterende notebook staat garant voor jarenlang betrouwbaar
computergebruik en biedt uitstekende uitbreidingsmogelijkheden,
bijvoorbeeld voor multimedia-apparaten.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw Qosmio G20-computer
gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat. Verder wordt
gedetailleerde informatie gegeven over het configureren van de computer,
elementaire bewerkingen en onderhoud, het gebruik van optionele
apparaten en probleemoplossing.
Als u nog nooit een computer hebt gebruikt of nog nooit met een portable
hebt gewerkt, leest u eerst de hoofdstukken Inleiding en Rondleiding om
uzelf vertrouwd te maken met de voorzieningen, onderdelen en
accessoires van de computer. Vervolgens leest u Voor u begint voor
stapsgewijze instructies voor het gebruiksklaar maken van de computer.
Bent u een ervaren computergebruiker, dan leest u dit voorwoord verder
door om inzicht te krijgen in de indeling van deze handleiding, waarna u de
handleiding kunt doorbladeren om ermee vertrouwd te raken. Besteed met
name aandacht aan de paragraaf Speciale voorzieningen van de Inleiding
om kennis te maken met de voorzieningen die bijzonder of uniek zijn voor
de computers, en lees aandachtig HW Setup.
Als u PC-kaarten gaat installeren of externe apparaten zoals een monitor
gaat aansluiten, dient u hoofdstuk 9, Optionele apparaten te lezen.
Inhoud handleiding
Deze handleiding bestaat uit de volgende tien hoofdstukken, acht bijlagen,
een woordenlijst en een index.
Hoofdstuk 1, Inleiding, is een overzicht van de voorzieningen,
mogelijkheden en opties van de computer.
In hoofdstuk 2, Rondleiding, worden de onderdelen van de computer
geïdentificeerd en kort toegelicht.
In hoofdstuk 3, Voor u begint, wordt beknopt uitgelegd hoe u met de
computer aan de slag gaat en worden tips gegeven over veiligheid en het
inrichten van uw werkplek.
Gebruikershandleidingxvii
Voorwoord
Hoofdstuk 4, Grondbeginselen, bevat aanwijzingen voor het gebruik van
de volgende apparaten: touchpad, optioneel USB-diskettestation, optionele
tv-tuner, geluidssysteem, modem, draadloze communicatie, LAN. U krijgt ook
tips voor het onderhoud van de computer en het omgaan met diskettes en
CD's/DVD’s.
Hoofdstuk 5, Het toetsenbord, beschrijft speciale toetsenbordfuncties zoals
de geïntegreerde numerieke toetsen en de sneltoetsen.
Hoofdstuk 6, Voeding, verschaft details over de voedingsbronnen en
energiebesparingsmodi van de computer.
In hoofdstuk 7, HW Setup, wordt uitgelegd hoe u de computer configureert
met het programma HW Setup.
In hoofdstuk 8, De afstandsbediening, het voorste bedieningspaneel en
QosmioPlayer gebruiken, wordt uitgelegd hoe u de afstandsbediening kunt
gebruiken voor de modellen met TV-tuner, en wordt informatie verschaft over
QosmioPlayer.
Hoofdstuk 9, Optionele apparaten, beschrijft welke optionele hardware
beschikbaar is.
Hoofdstuk 10, Probleemoplossing, verschaft nuttige informatie over het
uitvoeren van diagnostische tests en suggesties voor de beste handelwijze
als de computer niet correct lijkt te werken.
De Bijlagen verschaffen technische informatie over de computer.
De Woordenlijst bevat definities van algemene computertermen en
acroniemen die in de tekst worden gebruikt.
Met behulp van de Index kunt u snel informatie in deze handleiding
opzoeken.
Conventies
In deze handleiding worden de volgende notatieconventies gebruikt voor het
beschrijven, identificeren en markeren van termen en bedieningsprocedures.
Afkortingen
Wanneer een afkorting voor het eerst wordt gebruikt, wordt deze gevolgd
door een verklaring (al dan niet tussen haakjes). Bijvoorbeeld: ROM (Read
Only Memory). Acroniemen worden tevens gedefinieerd in de Woordenlijst.
Pictogrammen
Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de
computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen ter
aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft.
Toetsen
De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een
aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te
zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. Enter duidt bijvoorbeeld de
Enter-toets aan.
xviiiGebruikershandleiding
Gebruik van toetsen
Voor sommige bewerkingen moet u tegelijkertijd twee of meer toetsen
indrukken. Dergelijke bewerkingen worden aangeduid door een plusteken
(+) tussen de toetsopschriften. Zo betekent Ctrl + C dat u op C moet
drukken terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. Als er drie toetsen worden gebruikt,
houdt u de eerste twee ingedrukt en drukt u tegelijkertijd op de derde.
Voorwoord
ABC
Als in procedures een actie moet worden
uitgevoerd, zoals het klikken op een pictogram
of het invoeren van tekst, wordt de naam van het
pictogram of wordt de tekst die moet worden
ingevoerd, weergegeven in het lettertype dat hier
links is afgebeeld.
Beeldscherm
S
ABC
De namen van vensters en pictogrammen,
en door de computer gegenereerde tekst die op
het beeldscherm verschijnt, worden in het links
weergegeven lettertype gedrukt.
Mededelingen
Mededelingen worden in deze handleiding gebruikt om u attent te maken
op belangrijke informatie. Elk type mededeling wordt aangeduid zoals
hieronder wordt geïllustreerd.
Attentie! In dit soort mededelingen wordt u gewaarschuwd dat incorrect
gebruik van apparatuur of het negeren van instructies kan resulteren in
gegevensverlies of beschadiging van de apparatuur.
Opmerking. Een opmerking is een tip of aanwijzing die u helpt de
apparatuur optimaal te gebruiken.
Duidt op een potentieel gevaarlijke situatie die bij veronachtzaming van de
instructies kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel.
Gebruikershandleidingxix
Voorwoord
xxGebruikershandleiding
Qosmio G20
Algemene voorzorgsmaatregelen
TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal
gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap
voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen
nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer
verder te beperken.
Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen
die in de handleiding worden gegeven.
Blessures door overbelasting
Lees de Instructiegids voor veiligheid en comfort zorgvuldig. Hierin wordt
toegelicht hoe u hand- en polsblessures als gevolg van langdurig
toetsenbordgebruik kunt voorkomen. Hoofdstuk 3, Voor u begint,
bevat eveneens informatie over het inrichten van de werkplek, de
lichaamshouding en de verlichting, met behulp waarvan u lichamelijke
overbelasting kunt reduceren.
Verhitting van computeroppervlakken
■ Vermijd langdurig lichamelijk contact met de computer. Indien de
computer gedurende een langere periode is gebruikt, kan het oppervlak
zeer heet worden. Zelfs als de computer niet heet aanvoelt, kan
langdurig lichamelijk contact (bijvoorbeeld wanneer u de computer op
uw schoot of uw handen op de polssteun laat rusten) resulteren in rode
plekken op de huid.
■ De metalen plaat die de I/O-poorten ondersteunt, kan heet worden.
Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat na langdurig
computergebruik. Vermijd daarom rechtstreeks contact met deze plaat
na langdurig computergebruik.
■ Het oppervlak van de netadapter kan heet worden wanneer deze wordt
gebruikt. Dit is normaal. Als u de netadapter wilt vervoeren, koppelt u
deze los en laat u deze eerst afkoelen.
■ Plaats de netadapter niet op materiaal dat hittegevoelig is.
Het materiaal kan beschadigd raken.
Schade door druk of stoten
Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde
stoten. Door extreme druk of stoten kunnen computeronderdelen
beschadigd raken of kunnen er storingen ontstaan.
Gebruikershandleidingxxi
Algemene voorzorgsmaatregelen
Oververhitting van PC-kaarten
Sommige PC-kaarten kunnen bij langdurig gebruik heet worden.
Oververhitting van een PC-kaart kan resulteren in fouten of onstabiele
werking van de PC-kaart. Ga ook voorzichtig te werk bij het verwijderen
van een PC-kaart die langdurig is gebruikt.
Mobiele telefoons
Het gebruik van mobiele telefoons kan storing veroorzaken in het
audiosysteem. Hoewel de werking van de computer hierdoor niet wordt
beïnvloed, verdient het aanbeveling om tijdens telefoongesprekken een
afstand van minimaal 30 cm te handhaven tussen de computer en de
mobiele telefoon.
Vrijwaringsverklaringen
LCD
Na verloop van tijd en afhankelijk van het gebruik van de computer, neemt
de helderheid van het LCD-scherm af. Dit is een bekend kenmerk van de
LCD-technologie.
Maximale helderheid is alleen beschikbaar wanneer de computer op
netvoeding wordt gebruikt. Het beeldscherm wordt gedimd wanneer
computer op accu-energie wordt gebruikt. Het is niet mogelijk de
helderheid van het scherm te vergroten.
CPU
Vrijwaringsverklaring met betrekking tot CPU-prestaties
De prestaties van de CPU (Central Processing Unit ofwel Centrale
Verwerkingseenheid) in uw computer kunnen afwijken van de specificaties,
onder invloed van de volgende factoren:
■ gebruik van bepaalde externe randapparaten;
■ gebruik van accuvoeding in plaats van netvoeding;
■ gebruik van bepaalde multimedia, door de computer gegenereerde
afbeeldingen of videotoepassingen;
■ gebruik van standaardtelefoonlijnen of langzame netwerkverbindingen;
■ gebruik van complexe ontwerpsoftware, bijvoorbeeld geavanceerde
CAD-toepassingen;
■ gelijktijdig gebruik van verschillende toepassingen of functies;
■ gebruik van de computer in gebieden met lage luchtdruk (grote
hoogte >1000 meter boven zeeniveau);
■ gebruik van de computer bij temperaturen onder 5°C of boven 30°C,
of boven 25°C op grote hoogte (deze temperatuurlimieten zijn niet
nauwkeurig en kunnen per model verschillen).
De CPU-prestaties kunnen bovendien afwijken van de specificaties als
gevolg van de ontwerpconfiguratie.
xxiiGebruikershandleiding
Algemene voorzorgsmaatregelen
In bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de computer wordt
uitgeschakeld. Dit is een normale beschermende maatregel ter voorkoming
van gegevensverlies of beschadiging van het product bij gebruik buiten de
aanbevolen omstandigheden. Vermijd het risico van gegevensverlies door
altijd back-ups van gegevens te maken. Dit doet u door de gegevens van
tijd tot tijd op een extern opslagmedium op te slaan. Voor optimale
prestaties dient u uw computer alleen onder de aanbevolen
omstandigheden te gebruiken. Raadpleeg Werkomgeving in bijlage A voor
informatie over andere beperkingen.
Kopieerbeveiliging
Technologie ter bescherming van het auteursrecht in sommige media
verhindert mogelijk het weergeven en opnemen van die media.
Capaciteit van vaste schijf
1 Gigabyte (GB) betekent 1000 × 1000 × 1000 = 1.000.000.000 bytes met
machten van 10. Echter, het besturingssysteem van de computer vermeldt
de opslagcapaciteit van de computer met machten van 2 voor de definitie
van 1 GB = 1024 × 1024 × 1024 = 1.073.741.824 bytes, en kan daarom
een lagere opslagcapaciteit weergeven. De beschikbare opslagcapaciteit is
minder als er op het product een of meer besturingssystemen zijn
voorgeïnstalleerd, zoals Microsoft Windows, en/of een of meer
toepassingen zijn voorgeïnstalleerd. De werkelijke capaciteit na
formatteren kan per model verschillen.
Niet-toepasselijke pictogrammen
Bepaalde notebookchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties
voor een volledige productserie te huisvesten. Uw geselecteerde model
heeft mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen
met de pictogrammen of schakelaars op het notebookchassis, tenzij u al
deze voorzieningen hebt geselecteerd.
Draadloos LAN/Atheros
De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van
draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische
omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van accesspoints,
clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie.
[(xx Mbit/s) is de theoretische maximumsnelheid volgens de IEEE802.11standaard (a/b/g).] De werkelijke verzendsnelheid zal lager zijn dan de
theoretische maximumsnelheid.
TM
U kunt de Atheros-functie SuperAG
client en accesspoint de corresponderende voorziening ondersteunen. De
werking van deze functies kan variëren afhankelijk van de indeling van de
verzonden gegevens.
Gebruikershandleidingxxiii
of SuperGTM alleen gebruiken als uw
Algemene voorzorgsmaatregelen
SRS
SRS TruSurround XT is alleen beschikbaar bij het gebruik van
WinDVD-toepassingen. SRS WOW is alleen beschikbaar bij het gebruik
van Windows Media Player 10 in de standaardinterface van Windows.
TV-tuner
De TV-tuner werkt alleen in het land waarin de computer is gekocht.
Afbeeldingen
Alle afbeeldingen zijn gesimuleerd voor illustratiedoeleinden.
Qosmio
De QosmioTM Player is geen Windows-toepassing. De levensduur van
de accu is korter dan wanneer u soortgelijke toepassingen van het
Windows-besturingssysteem gebruikt.
TM
Player
LCD-helderheid en vermoeide ogen
Het LCD-scherm heeft een helderheid die overeenkomt met die van een tv.
Het verdient aanbeveling de helderheid van het LCD-scherm aan uw eigen
voorkeur aan te passen om te voorkomen dat uw ogen vermoeid raken.
Veilig gebruik van de TV-tuner
Als u tijdens onweer met de computer werkt en de TV-tuner op een
externe antenne hebt aangesloten, dient u de computer op netvoeding te
gebruiken. De netadapter biedt enige bescherming tegen (maar kan dit niet
helemaal voorkomen) mogelijke elektrische schokken als gevolg van
onweer. Volledige bescherming ontstaat als u de computer tijdens onweer
niet gebruikt.
xxivGebruikershandleiding
Algemene voorzorgsmaatregelen
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van een Qosmio
G20 series-computer
1. Stof verwijderen uit de luchtopening van de computer
Wanneer u de computer in een stoffige ruimte gebruikt, kan zich in de
luchtopening aan de onderkant van de computer stof verzamelen.
Door het opgehoopte stof kan de computer oververhit raken.
Verwijder het stof met een stofzuiger.
2. Luchtopening aan de onderkant van de computer
Luchtopeningen
Luchtopeningen
Luchtopeningen
Luchtopeningen
Zorg dat de luchtopening van de ventilator niet wordt geblokkeerd:
hierdoor kan de CPU oververhit raken. De ventilator trekt lucht naar binnen
door een vacuüm te creëren. Als de luchtaanzuigopening van de ventilator
wordt geblokkeerd, kan het gebeuren dat de CPU langzamer gaat werken
of dat de computer wordt uitgeschakeld. Losse voorwerpen zoals
notitieblaadjes, papieren zakdoekjes, plastic wikkels en andere
soortgelijke materialen kunnen de luchtopening blokkeren, waardoor geen
lucht bij de CPU kan komen. Mogelijke gevolgen zijn dat de CPU
langzamer gaat werken of dat de computer wordt uitgeschakeld.
Gebruik de computer niet op oppervlakken met voorwerpen die door de
ventilator aangezogen kunnen worden.
Gebruikershandleidingxxv
Algemene voorzorgsmaatregelen
xxviGebruikershandleiding
Qosmio G20
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat een controlelijst van de apparatuur en beschrijft de
voorzieningen, opties en accessoires van de computer.
Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht,
functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat
niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd.
Controlelijst van apparatuur
Verwijder de computer voorzichtig uit de verpakking. Berg de doos en het
verpakkingsmateriaal op voor toekomstig gebruik.
Hardware
Controleer of u de volgende items hebt:
■ draagbare Qosmio G20-PC
■ netadapter en netsnoer
■ modemkabel (optioneel)
■ monitor-in-kabel (alleen voor modellen met TV-tuner)
■ afstandsbediening (alleen voor modellen met TV-tuner)
■ ontvanger voor afstandsbediening
(alleen modellen Windows XP Media Center Edition)
■ infraroodzenderkabel (alleen model Windows XP Media Center Edition)
■ adapterkabel voor antenne (optioneel)
Hoofdstuk 1
Gebruikershandleiding1-1
Inleiding
Software
Microsoft®Windows XP Home Edition
■ De volgende software is vooraf geïnstalleerd:
®
■ Microsoft
■ TOSHIBA Hulpprogramma’s
■ DVD-videospeler
■ TOSHIBA Power Saver
■ TOSHIBA ConfigFree
■ TOSHIBA Assist
■ TOSHIBA Controls
■ TOSHIBA PC-diagnoseprogramma
■ TOSHIBA Aanraken en starten
■ TOSHIBA-hulpprogramma Touchpad aan/uit
■ TOSHIBA-hulpprogramma Zoom
■ TOSHIBA Picture Enhancement
■ InterVideo WinDVR (alleen voor modellen met TV-tuner)
■ TOSHIBA SD-geheugenkaart formatteren
■ TOSHIBA Acoustic Silencer
■ TOSHIBA Virtual Sound
■ TOSHIBA-sneltoetsprogramma voor beeldschermen
■ TOSHIBA Display Device Change
■ TOSHIBA-wachtwoordhulpprogramma
■ TOSHIBA-hulpprogramma RAID
■ Wireless Hotkey (sneltoets voor draadloze communicatie)
■ on line handleiding
■ DVD-ROM Productherstel
Windows XP Home Edition
1-2Gebruikershandleiding
Microsoft®Windows XP Media Center Edition
■ De volgende software is vooraf geïnstalleerd:
®
■ Microsoft
■ TOSHIBA Hulpprogramma’s
■ DVD-videospeler
■ TOSHIBA Power Saver
■ TOSHIBA Assist
■ TOSHIBA Controls
■ TOSHIBA PC-diagnoseprogramma
■ TOSHIBA Aanraken en starten
■ TOSHIBA-hulpprogramma Touchpad aan/uit
■ TOSHIBA-hulpprogramma Zoom
■ TOSHIBA Picture Enhancement
■ TOSHIBA ConfigFree
■ TOSHIBA SD-geheugenkaart formatteren
■ TOSHIBA Acoustic Silencer
■ TOSHIBA Virtual Sound
■ TOSHIBA-sneltoetsprogramma voor beeldschermen
■ TOSHIBA Display Device Change
■ TOSHIBA-wachtwoordhulpprogramma
■ TOSHIBA-hulpprogramma RAID
■ Wireless Hotkey (sneltoets voor draadloze communicatie)
■ on line handleiding
■ DVD-ROM Productherstel
Windows XP Media Center Edition
Inleiding
Documentatie
■ Gebruikershandleiding voor draagbare Qosmio G20-PC
■ Qosmio G20 Aan de slag
■ Instructiegids voor veiligheid en comfort
■ Licentieovereenkomst voor QosmioPlayer-software
■ Garantie-informatie
Als een of meer items ontbreken of beschadigd zijn, neemt u onmiddellijk
contact op met uw dealer.
Gebruikershandleiding1-3
Inleiding
Voorzieningen
Dankzij de geavanceerde LSI- en CMOS-technologie (Large Scale
Integration- en Complementary Metal-Oxide Semiconductor-technologie)
van TOSHIBA is de computer compact, licht van gewicht, uiterst
betrouwbaar en energiezuinig. Deze computer biedt de volgende
voorzieningen en voordelen:
Processor
Ingebouwd
De computer is uitgerust met een Intel
Pentium
®
M-processor, die is voorzien van een
®
level 2-cachegeheugen van 2 MB. De processor
ondersteunt Enhanced Intel® SpeedStepTM
technologie.
Sommige modellen in deze serie zijn voorzien van de Intel® Centrino™technologie, die is gebaseerd op drie afzonderlijke technologieën:
de Intel® Pentium® M, Intel® PRO/Wireless Network Connection en
®
Intel
915 Chipset Family. Intel® 915 Chipset Family is een model waarbij
de Intel® Pentium® M-processor is geïnstalleerd.
Geheugen
Sleuvenkunnen geheugenmodules van 256, 512 of
1.024 MB in de twee sleuven worden
geïnstalleerd voor een systeemgeheugen van
maximaal 2.048 GB.
Video-RAM64 of 128 MB RAM is beschikbaar voor
videoweergave.
Voeding
Accu-eenheidDe computer wordt van stroom voorzien door
RTC-batterijDe computer heeft een interne batterij voor de
één oplaadbare lithium-ion accu-eenheid.
interne RTC (Real Time Clock) en kalender.
1-4Gebruikershandleiding
Inleiding
NetadapterDe netadapter voorziet het systeem van stroom
en laadt de accu’s op wanneer deze opraken.
De adapter wordt geleverd met een
verwisselbaar netsnoer.
Aangezien de netadapter universeel is,
ondersteunt hij netspanningen tussen 100 en 240
volt; de uitgangsstroom varieert echter al naar
gelang het model. Gebruik van het verkeerde
model netadapter kan resulteren in beschadiging
van de computer. Raadpleeg de paragraaf
Netadapter in hoofdstuk 2, Rondleiding.
Stations/schijven
Vaste schijfVerkrijgbaar in de volgende grootten.
■ 55,88 GB (60,0 miljard bytes)
■ 74,52 GB (80,0 miljard bytes)
■ 93,16 GB (100,0 miljard bytes)
Afhankelijk van de configuratie is uw computer
uitgerust met een of twee vaste schijven.
Wellicht komen in de toekomst andere vaste
schijven beschikbaar.
DVD Super
Multi-station met
Double Layer
(UJ-845)
Uw computer is uitgerust met een DVD Super
Multi-stationsmodule van volledige grootte
waarmee u zonder adapter gegevens op
herschrijfbare CD's/DVD's kunt vastleggen en
CD’s/DVD's van 12 cm (4,72 inch) kunt lezen.
De maximale leessnelheid is 8-speed voor
DVD-ROM’s en 24-speed voor CD-ROM’s.
De maximale schrijfsnelheid is 24-speed voor
CD-R's, 10-speed voor CD-RW's, 8-speed voor
DVD-R's en DVD+R's, 2,4-speed voor DVD+R
DL, 4-speed voor DVD-RW's en DVD+RW's en
5-speed voor DVD-RAM's.
Beeldscherm
Het LCD-scherm van de computer ondersteunt videoafbeeldingen met
hoge resolutie. Het scherm kan in diverse standen worden gezet voor
maximaal comfort en optimale leesbaarheid.
Ingebouwd17-inch TFT-scherm, 16 miljoen kleuren, met een
resolutie van 1440 horizontale × 900 verticale
pixels WXGA+.
Grafische controllerGrafische controller voor optimale
Gebruikershandleiding1-5
beeldschermprestaties. Raadpleeg bijlage B,
Beeldschermcontroller en videomodi, voor
nadere informatie.
Inleiding
Toetsenbord
Ingebouwd
®
-compatibel uitgebreid toetsenbord met 85
IBM
of 86 toetsen, geïntegreerde numerieke toetsen,
vaste cursorbesturingstoetsen, en de toetsen
en . Zie hoofdstuk 5, Het toetsenbord,
voor meer informatie.
Aanwijsapparaat
Ingebouwd touchpad Met het touchpad en de besturingsknoppen
in de polssteun kunt u de schermaanwijzer
verplaatsen en door de inhoud van vensters
schuiven.
Poorten
Externe monitorDe analoge VGA-poort ondersteunt VESA
De USB 2.0-compatibele poorten ondersteunen
gegevensoverdrachtsnelheden die 40 maal
hoger zijn dan met de USB 1.1-norm
(USB 1.1 wordt eveneens ondersteund).
gegevensoverdracht vanaf externe apparaten
zoals digitale videocamera’s.
Sleuven
PC-kaartDe PC-kaartsleuf biedt ruimte voor een PC-kaart
ExpressCardDe ExpressCard-sleuf biedt ruimte voor een
Bridge-mediaIn deze sleuf kunt u een SD-kaart, Memory Stick
1-6Gebruikershandleiding
van 5 mm (Type II).
ExpressCard.
Raadpleeg de paragraaf Express-kaart in
hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
(Pro), xD-Picture Card en MultiMediaCard
plaatsen. Raadpleeg hoofdstuk 9, Optionele
omvat interne luidsprekers en een interne
microfoon evenals aansluitingen voor een
externe microfoon en koptelefoon.
Inleiding
Monitor-in-poortU kunt deze poort gebruiken voor videoweergave
van een digitale camcorder of een videorecorder
op het interne LCD-scherm.
U kunt de poort ook worden gebruikt als line-inpoort en voor aansluiting van een stereoapparaat
voor audio-invoer. Raadpleeg de paragraaf
Monitor-in in hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
TV-antennepoortDeze poort is alleen aanwezig in configuraties
met een ingebouwde TV-tuner.
Sluit de antenneadapter aan op deze poort om
TV-programma's op de computer te kijken of op
te nemen.
S-Video-in-poortVia een S-Video-in-kabel (optioneel) voor het
importeren van videogegevens kan er een
camcorder of een ander opnameapparaat op
de computer worden aangesloten. Sluit de
kabel op deze poort aan. Raadpleeg de
paragraaf S-Video-in in hoofdstuk 9, Optionele
apparaten.
S-Video-uit-poortVia de S-Video-uit-poort kunt u NTSC- of
PAL-gegevens overbrengen naar externe
apparaten. Raadpleeg de paragraaf Tv in
hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
D-Video-uit-poortMet de D-Video-uit-poort kunt u 525i- (480i),
525p- (480p), 1125i- (1080i) of 750p-gegevens
(720p) overbrengen naar externe apparaten.
Raadpleeg de paragraaf Tv in hoofdstuk 9,
Optionele apparaten.
Hoofdtelefoonbus
(S/P DIF)
Op deze bus kunt u digitale luidsprekers of een
stereohoofdtelefoon (minimaal 16 ohm)
aansluiten. Wanneer u een hoofdtelefoon of
externe luidsprekers aansluit, worden de interne
luidsprekers automatisch uitgeschakeld.
Deze bus kan ook worden gebruikt als S/P
DIF-bus en voor aansluiting van optische digitale
apparatuur.
MicrofoonbusOp de 3,5-mm mini-microfoonbus kan een
drie-aderige miniplug voor niet-stereofonische
microfooninvoer worden aangesloten.
Gebruikershandleiding1-7
Inleiding
Ingebouwde
TV-tuner
Sommige modellen in deze serie hebben een
ingebouwde TV-tuner.
Windows XP Home Edition:
Gebruik WinDVR om TV-programma’s op te
nemen en op het ingebouwde LCD-scherm weer
te geven. Het is ook mogelijk om opgenomen
programma's te bewerken en deze op een DVD
op te slaan.
Windows XP Media Center Edition: Start Media
Center en selecteer My TV.
Infraroodontvangstvenster
Dit is een sensorvenster dat signalen ontvangt
van de afstandsbediening die bij de computer is
geleverd.
Niet ondersteund door Windows XP Media
Center Edition.
AfstandsbedieningGebruik dit apparaat om te navigeren tijdens tv
kijken of het afspelen van CD’s/DVD’s. Het type
en de bediening kunnen afhangen van het model
van uw computer.
Afstandsbedieningontvanger
Dit is een sensorapparaat dat signalen ontvangt
van de afstandsbediening die bij de computer is
geleverd. Deze ontvanger wordt alleen
ondersteund door Windows XP Media Center
Edition.
Communicatie
ModemHet ingebouwde modem voorziet in gegevens-
en faxcommunicatie. Raadpleeg bijlage E.
De snelheid van gegevens- en faxverzending is
afhankelijk van analogetelefoonlijnomstandigheden. Het modem heeft
een modempoort voor aansluiting op een
telefoonlijn. V.90 en V.92 worden beide
ondersteund in de VS, Canada, Australië,
Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk.
In andere gebieden is alleen V.90 beschikbaar.
LANDe computer heeft ingebouwde ondersteuning
voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde,
10BASE-T) en Fast Ethernet LAN (100 megabits
per seconde, 100BASE-TX).
1-8Gebruikershandleiding
Inleiding
Draadloos LANSommige computers in deze serie zijn uitgerust
met een mini-PCI-kaart voor draadloos LAN.
Deze kaart is compatibel met andere
LAN-systemen die zijn gebaseerd op
DSSS-/OFDM-radiotechnologie (Direct
Sequence Spread Spectrum/Orthogonal
Frequency Division Multiplexing) en die voldoen
aan de IEEE 802.11-norm (Revisie A, B of G) en
de turbomodus.
■ Theoretische maximumsnelheid:
54 Mbps (IEEE 802.11a, 802.11g)
■ Theoretische maximumsnelheid:
11 Mbps (IEEE 802.11b)
■ Theoretische maximumsnelheid:
108 Mbps (turbomodus; Atheros-moduletype)
■ Frequentiebandselectie
(5 GHz: Revisie A / 2,4 GHz: Revisie B/G)
■ Zwerven (roaming) over meerdere kanalen
■ Kaartenergiebeheer
TM
■ Atheros Super G
- of Super AGTM-
technologie (Atheros-moduletype).
■ WEP-gegevenscodering (WEP = Wired
Equivalent Privacy), gebaseerd op het
152-bits coderingsalgoritme (Atherosmoduletype).
■ WEP-gegevenscodering (WEP = Wired
Equivalent Privacy), gebaseerd op het
128-bits coderingsalgoritme (Intelmoduletype).
■ AES-gegevenscodering (AES = Advanced
Encryption Standard), gebaseerd op het
256-bits coderingsalgoritme (Atherosmoduletype).
■ Wi-Fi Protected Access (WPA).
Gebruikershandleiding1-9
Inleiding
■ De numerieke waarden voor weergave zijn de theoretische maxima
voor draadloze LAN-normen. De feitelijke waarden kunnen anders zijn.
■ De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van
draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische
omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van accesspoints,
clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. De
overdrachtssnelheid (bij X Mbit/s) is de theoretische maximumsnelheid
volgens de IEEE802.11-standaard (a/b/g). De werkelijke
verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
Als u de Atheros SuperAG™-functie wilt gebruiken, dienen uw client en
toegangspunt deze functie te ondersteunen. De werking van deze
functies kan variëren afhankelijk van de indeling van de verzonden
gegevens.
BluetoothSommige computers in deze serie hebben
Draadloze-communicatieschakelaar
Beveiliging
Sleuf
beveiligingsslot
Speciale voorzieningen
De volgende voorzieningen zijn uniek voor TOSHIBA-computers of zijn
geavanceerde voorzieningen die het gebruik van de computer
vergemakkelijken.
SneltoetsenDoor middel van deze toetsencombinaties kunt u
de systeemconfiguratie snel wijzigen zonder een
systeemconfiguratieprogramma te hoeven
gebruiken.
De sneltoetsfuncties worden alleen ondersteund door Windows, niet door
QosmioPlayer.
Bluetooth-functies. De draadloze Bluetoothtechnologie maakt kabels tussen elektronische
apparaten zoals computer en printers overbodig.
Bluetooth zorgt voor snelle, betrouwbare en
veilige draadloze communicatie in een kleine
ruimte.
Met deze schakelaar zet u de Wireless LAN- en
Bluetooth-functies aan en uit.
Hiermee kan de computer door middel van een
optioneel beveiligingsslot aan een bureau of
ander groot voorwerp worden verankerd.
1-10Gebruikershandleiding
Inleiding
Beeldscherm
automatisch
uitschakelen
Vaste schijf
automatisch
uitschakelen
Systeem op
stand-by/in
slaapstand
Geïntegreerde
numerieke toetsen
Met deze functie wordt de stroom naar het
interne beeldscherm automatisch stopgezet als
het toetsenbord of aanwijsapparaat een bepaalde
tijd niet is gebruikt. De stroomvoorziening wordt
hersteld zodra een toets wordt ingedrukt of het
aanwijsapparaat wordt gebruikt. U kunt de
tijdlimiet opgeven met de optie Monitor uit in het
tabblad Basisinstellingen van TOSHIBA Power
Saver.
Met deze functie wordt de stroom naar de vaste
schijf automatisch stopgezet als een bepaalde
tijd lang geen vaste-schijfactiviteit heeft
plaatsgevonden. De stroomvoorziening wordt
hersteld zodra de vaste schijf wordt gebruikt.
U kunt de tijdlimiet opgeven met de optie Vaste schijf uit in het tabblad Basisinstellingen van
TOSHIBA Power Saver.
Met deze functie wordt het systeem automatisch
op stand-by of in de slaapstand gezet als een
bepaalde tijd lang geen invoer of
hardwareactiviteit heeft plaatsgevonden.
U kunt de tijdlimiet opgeven met de optie
Systeem op stand-by of Systeem in slaapstand in
het tabblad Basisinstellingen van TOSHIBA
Power Saver.
Het toetsenbord heeft tien geïntegreerde
numerieke toetsen. Raadpleeg de paragraaf
Geïntegreerde numerieke toetsen in hoofdstuk 5,
Het toetsenbord, voor informatie over het gebruik
van deze toetsen.
Wachtwoord voor
opstarten
Er zijn twee niveaus van wachtwoordbeveiliging:
supervisor en gebruiker. Hierdoor kunt u
voorkomen dat onbevoegden uw computer
gebruiken.
Directe beveiligingMet een sneltoets kunt u het scherm leegmaken
en de computer blokkeren; deze functie dient
voor gegevensbeveiliging.
Gebruikershandleiding1-11
Inleiding
Intelligente
stroomvoorziening
Energiebesparingsmodus
In-/uitschakelen via
LCD
Automatische
slaapstand bij lage
acculading
Een microprocessor in de intelligente
stroomvoorziening van de computer detecteert
de acculading en berekent de resterende
accucapaciteit. De microprocessor beschermt de
elektronische onderdelen tevens tegen
abnormale omstandigheden, zoals extreme
spanningspieken vanuit een voedingsbron.
U kunt de resterende accucapaciteit controleren.
Gebruik de optie Battery remaining in TOSHIBA
Power Saver.
Met deze voorziening kunt u accu-energie
besparen. U kunt de energiebesparingsmodus
opgeven via het item Profiel in TOSHIBA Power
Saver.
Met deze functie wordt de stroom naar de
computer uitgeschakeld wanneer de LCD wordt
gesloten, en weer ingeschakeld zodra de LCD
wordt geopend. U kunt de instelling opgeven met
de optie Als ik het scherm sluit in het tabblad
Actie instellen van TOSHIBA Power Saver.
Als de acculading zover is gedaald dat u de
computer niet meer kunt gebruiken, wordt
automatisch de slaapstand geactiveerd en wordt
het systeem afgesloten. U kunt de instelling
opgeven in het tabblad Actie instellen van
TOSHIBA Power Saver.
WarmteverspreidingDe CPU heeft een interne temperatuursensor ter
bescherming tegen oververhitting. Als de interne
temperatuur van de computer een bepaald
niveau bereikt, wordt de ventilator aangezet of
wordt de CPU-verwerkingssnelheid verlaagd.
Gebruik de optie Koelmethode in het tabblad Basisinstellingen van TOSHIBA Power Saver.
■ Maximale
prestaties
Eerst wordt de ventilator
ingeschakeld en vervolgens
wordt zo nodig de CPUverwerkingssnelheid verlaagd.
■ PrestatiesCombinatie van inschakelen
van ventilator en verlaging van
de processorsnelheid.
■ Optimaal
accugebruik
Eerst de processorsnelheid
verlagen en dan zonodig de
koelmethode aanzetten.
1-12Gebruikershandleiding
Inleiding
SlaapstandMet deze functie kunt u de stroom uitschakelen
Stand-byAls u uw werk moet onderbreken, kunt u de
TOSHIBA RAIDRAID (Redundant Array of Independent Disks)
Hulpprogramma's
In dit gedeelte worden vooraf geïnstalleerde hulpprogramma’s beschreven
en wordt toegelicht hoe u de programma’s start. Raadpleeg de on line
handleiding, Help of readme-bestanden bij elk hulpprogramma voor
informatie over bewerkingen.
zonder de software te hoeven sluiten. De inhoud
van het hoofdgeheugen wordt op de vaste schijf
opgeslagen, en wanneer u de computer weer
aanzet, kunt u uw werk hervatten op de plaats
waar u was opgehouden. Raadpleeg het
gedeelte De computer uitschakelen in hoofdstuk
3, Voor u begint, voor details.
computer uitschakelen zonder de software te
hoeven sluiten: de gegevens worden in het
hoofdgeheugen van de computer bewaard.
Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw
werk hervatten op de plaats waar u was
opgehouden.
zorgt voor hoge prestaties (striping = RAID0) of
fouttolerantie (striping = RAID1), die worden
geconfigureerd door meerdere onafhankelijke
schijfstations in een array onder te brengen.
TOSHIBA Power
Saver
HW SetupMet dit programma kunt u uw hardware-
Gebruikershandleiding1-13
Klik als u dit energiebeheerprogramma wilt
starten op Start, vervolgens op
Configuratiescherm, daarna op Prestaties en
onderhoud en selecteer het pictogram
TOSHIBA Power Saver.
instellingen aanpassen aan uw werkwijzen en de
randapparaten die u gebruikt. U start het
hulpprogramma door te klikken op Start en op
Configuratiescherm. Vervolgens selecteert u
het pictogram TOSHIBA HW Setup.
Inleiding
TOSHIBA ControlsDit hulpprogramma heeft drie secties, waarmee u
de volgende bewerkingen kunt uitvoeren:
■ Buttons:
Hiermee kunt u toepassingen toewijzen aan
de knoppen REC, Brightness, Monitor-in, en
TV-out.
■ Media Apps: Hiermee stelt u de modus in
voor de audio/video-bedieningsknoppen.
Selecteer de toepassing voor het afspelen
van audio en video. (Alleen weergegeven in
Windows XP Home Edition.)
■ TOSHIBA Remote Control: Hiermee schakelt
u de TOSHIBA-afstandsbedieningsfunctie in
of uit. (Wordt alleen weergegeven op
modellen met een TV-tuner waarop Windows
XP Home Edition is geïnstalleerd.)
DVD-videospelerDe DVD-videospeler heeft een scherminterface
en -functies voor het afspelen van DVD-video’s.
Klik op Start, wijs Programma’s aan, wijs
InterVideo WinDVD aan en klik erop. Klik op
Start, wijs Alle programma's en InterVideo
WinDVD aan en klik op InterVideo WinDVD.
TOSHIBA Picture
Enhancement
Met dit hulpprogramma kunt u de beeldkwaliteit
aanpassen aan de omgevingscondities en de
instellingen selecteren voor de externe invoer
van videocamera's, games, enz.
TOSHIBA ConfigFree TOSHIBA ConfigFree bestaat uit een reeks
hulpprogramma's waarmee u verbindingen met
communicatieapparaten en netwerken beheert.
Met TOSHIBA ConfigFree kunt u tevens
communicatieproblemen opsporen en profielen
maken, waarmee u eenvoudig schakelt tussen
locaties en communicatienetwerken. Als u
ConfigFree wilt starten, klikt u op Start, wijst u
achtereenvolgens naar Alle Programma’s,
TOSHIBA en Netwerk en klikt u op ConfigFree.
TOSHIBA AssistTOSHIBA Assist is een grafische
gebruikersinterface waarmee u gemakkelijk
toegang tot Help en services kunt verkrijgen.
Dit is de functie die standaard met de TOSHIBA
Assist-knop wordt geactiveerd.
TOSHIBAhulpprogramma
Zoom
1-14Gebruikershandleiding
Met dit hulpprogramma kunt u de pictogrammen
op het bureaublad of in het toepassingsvenster
vergroten of verkleinen.
Inleiding
RecordNow!
Basic for TOSHIBA
U kunt CD's/DVD's in verschillende indelingen
maken: audio-CD's die op een gewone
stereo-CD-speler kunnen worden afgespeeld,
en data-CD's/-DVD's voor het opslaan van de
bestanden en mappen op uw vaste schijf.
DLA voor TOSHIBADLA (Drive Letter Access ofwel
stationslettertoegang) is het
pakketschrijfprogramma waarmee bestanden
en/of mappen via een stationsletter naar
DVD+RW-, DVD-RW- en CD-RW-schijven
kunnen worden geschreven, op dezelfde manier
als met een diskette of andere verwisselbare
schijven.
TOSHIBA PCdiagnoseprogramma
TOSHIBA PC-diagnoseprogramma toont de
basisgegevens van de PC en biedt de
mogelijkheid om ingebouwde apparaten te
testen. U start het TOSHIBA PCdiagnoseprogramma door te klikken op Start.
Wijs vervolgens Alle programma’s,
TOSHIBA en Hulpprogramma aan en klik op
PC-diagnoseprogramma.
Bluetooth TOSHIBA
Stack
Door middel van deze software kunnen de
computer en remote Bluetooth-apparaten
draadloos met elkaar communiceren.
Bluetooth kan niet worden gebruikt in modellen waarin geen Bluetoothmodule is geïnstalleerd.
Gebruikershandleiding1-15
Inleiding
TOSHIBA Aanraken
en starten
TOSHIBAhulpprogramma
Touchpad aan/uit
TOSHIBA RAID
Console
TOSHIBAwachtwoordhulpprogramma
Het hulpprogramma TOSHIBA Aanraken en
starten vergemakkelijkt diverse touchpadtaken.
TOSHIBA Aanraken en starten komt van pas in
de volgende situaties.
■ voor het openen van een bestand waarvan
het bureaubladpictogram achter een venster
schuilgaat;
■ voor het openen van een pagina in het menu
Favorieten van Internet Explorer;
■ voor het weergeven van een lijst met actieve
vensters en het activeren van een ander
venster.
TOSHIBA Aanraken en starten biedt tevens de
volgende functies door aanpassing van de
instellingen.
■ een bestand openen dat in een vooraf
gedefinieerde map is opgeslagen;
■ snel uw veelgebruikte toepassingen starten.
De functie van dit hulpprogramma is als volgt:
Het touchpad kan worden in- of uitgeschakeld
met de toetsen Fn + F9.
Gebruik de TOSHIBA RAID Console om een
RAID-array te maken of beheren.
Als u het hulpprogramma wilt starten, klikt u op
Start, wijst u achtereenvolgens Alle
Programma’s, TOSHIBA en RAID aan en klikt u
op RAID Console.
Het is mogelijk op RAID1 (mirroring) over te
stappen vanuit een niet-RAID-configuratie.
Als u op RAID0 (striping) wilt overstappen, dient
u de vooraf geïnstalleerde software te herstellen
met de DVD-ROM Productherstel. Raadpleeg
voor meer informatie in hoofdstuk 3, Aan de slag,
de paragraaf De vooraf geïnstalleerde software
herstellen.
Let op: Wanneer RAID0 of RAID1 is ingesteld,
kunt u de instelling alleen wijzigen door de vooraf
geïnstalleerde software volledig te herstellen.
We raden u nadrukkelijk aan de Help voor
TOSHIBA RAID te lezen voordat u de
instellingen wijzigt.
Met dit hulpprogramma kunt u een wachtwoord
instellen waarmee de toegang tot de computer
wordt beperkt.
1-16Gebruikershandleiding
Opties
Inleiding
U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door
een aantal opties toe te voegen. De volgende opties zijn beschikbaar:
Geheugenuitbreiding U kunt gemakkelijk een 256-MB, 512-MB of
1.024-MB geheugenmodule (DDR2) in de
computer installeren.
Accu-eenheidU kunt een extra accu-eenheid bij uw TOSHIBA-
NetadapterAls u de computer regelmatig op verschillende
USB-diskettestationHet USB-diskettestation ondersteunt 1,44-MB en
AccuopladerMet de accuoplader kunt u extra accu’s buiten de
dealer kopen. U kunt deze als reserveexemplaar of ter vervanging gebruiken.
locaties gebruikt, is het wellicht een goed idee
om voor elke locatie een extra netadapter te
kopen: u hoeft de adapter dan niet telkens mee
te nemen.
720-KB diskettes en wordt aangesloten op een
USB-poort. (In Windows XP kunt u 720-KB
diskettes niet formatteren, maar u kunt wel
eerder geformatteerde diskettes gebruiken.)
computer opladen.
Gebruikershandleiding1-17
Inleiding
1-18Gebruikershandleiding
Qosmio G20
Hoofdstuk 2
Rondleiding
In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer
geïdentificeerd. Maak uzelf vertrouwd met elk onderdeel voordat u met de
computer aan de slag gaat.
Bepaalde notebookchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties
voor een volledige productserie te huisvesten. Uw geselecteerde model
heeft mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen
met de pictogrammen of schakelaars op het notebookchassis, tenzij u al
deze voorzieningen hebt geselecteerd.
Voorkant met gesloten beeldscherm
De volgende afbeelding illustreert de voorkant van de computer met het
beeldscherm gesloten.
Station voor optische media
Voorkant van de computer met gesloten beeldscherm
Station voor
optische media
Beeldschermvergren
deling
Gebruikershandleiding2-1
Beeldschermvergrendeling
Infraroodontvangstvenster
De computer is geconfigureerd met een DVD
Super Multi-station.
Deze vergrendelingsschuif zet het LCD-scherm
vast wanneer dit gesloten is. Duw de
vergrendelingsschuif opzij om het beeldscherm
te openen.
Lampjes (1)
Rondleiding
Lampjes (1)Aan de hand van drie statuslampjes kunt u zien
Infraroodontvangstv
enster
Linkerkant
De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer.
Modempoort
of de netadapter is aangesloten, of de computer
aan is, en wat de status van de accu is. U vindt
meer informatie in de paragraaf Lampjes.
Sommige modellen zijn met een
infraroodontvangstvenster uitgerust.
Dit is een sensorvenster dat signalen van de
afstandsbediening ontvangt die bij de computer
is geleverd.
Het wordt niet ondersteund door Windows XP
Media Center Edition.
Microfoonbus
Hoofdtelefoonbus
USB-poorten
Linkerkant van de computer
Draadlozecommunicatieschakelaar
Modempoort
Met de modempoort kunt u het modem via een
modemkabel rechtstreeks op een telefoonlijn
aansluiten.
■ Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
■ Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Bij aansluiting op
een digitale lijn zal het modem schade oplopen.
Universal
Serial Bus
(USB 2.0)-poorten
Er bevinden zich twee USB-poorten aan de
linkerkant. De poorten zijn compatibel met
de USB 2.0-norm en ondersteunt
gegevensoverdrachtsnelheden die 40 maal
hoger zijn dan de USB 1.1-norm (USB 1.1 wordt
eveneens ondersteund).
2-2Gebruikershandleiding
Rondleiding
Zorg dat er geen voorwerpen in de USB-connectoren terechtkomen.
Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van de computer
beschadigen.
Niet alle functies van alle USB-apparaten zijn getest. Het is mogelijk dat
sommige functies niet correct werken.
Schakelaar voor
draadloze
communicatie
Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer het
lampje voor draadloze communicatie. De LED brandt niet wanneer de
functie voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.
Microfoonbus
Hoofdtelefoonbus
(S/P DIF)
Rechterkant
De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer.
ExpressCard-sleuf
Met deze schakelaar zet u de Wireless LAN- en
Bluetooth-functies aan en uit.
Sommige modellen zijn geschikt voor Bluetooth.
Op de 3,5-mm mini-microfoonbus kan een
drie-aderige miniplug voor niet-stereofonische
microfooninvoer worden aangesloten.
Op deze bus kunt u digitale luidsprekers of een
stereohoofdtelefoon (minimaal 16 ohm)
aansluiten. Wanneer u een hoofdtelefoon of
externe luidsprekers aansluit, worden de interne
luidsprekers automatisch uitgeschakeld.
Deze bus kan ook worden gebruikt als S/P
DIF-bus en voor aansluiting van optische digitale
apparatuur.
ExpressCard
uitwerpen-knop
Lampje van sleuf
voor Bridge-media
Sleuf voor
Bridge-media
PC-kaartsleuf
Gebruikershandleiding2-3
Uitwerpknop voor de
PC-kaart
Rechterkant van de computer
i.LINK-poort
(IEEE 1394)
Rondleiding
Sleuf voor
Bridge-media
In deze sleuf kunt u een SD-kaart, Memory Stick
(Pro), xD-Picture Card en MultiMediaCard
plaatsen. Raadpleeg hoofdstuk 9, Optionele
apparaten.
Zorg ervoor dat er geen voorwerpen in de sleuf voor Bridge-media
terechtkomen. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van
de computer beschadigen.
Lampje van sleuf
voor Bridge-media
Het statuslampje voor de Bridge-media brandt
blauw wanneer de computer toegang tot de sleuf
heeft.
ExpressCard-sleufDe ExpressCard-sleuf biedt ruimte voor een
ExpressCard.
ExpressCard
uitwerpen-knop
Druk op deze knop om een ExpressCard uit de
ExpressCard-sleuf te verwijderen.
Zorg dat er geen voorwerpen in de ExpressCard- en PC-kaartsleuf
terechtkomen. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van
de computer beschadigen.
PC-kaartsleufDeze sleuf is geschikt voor een Type II-kaart van
5 mm. De sleuf ondersteunt 16-bits PC-kaarten
en CardBus-PC-kaarten.
Uitwerpknop voor de
PC-kaart
i.LINK-poort
(IEEE 1394)
Gebruik deze knop om een PC-kaart te
verwijderen uit de PC-kaartsleuf.
Koppel een extern apparaat zoals een digitale
videocamera aan deze poort voor snelle
gegevensoverdracht.
2-4Gebruikershandleiding
Achterkant
De volgende afbeelding illustreert de achterkant van de computer.
Rondleiding
Gelijkstroomingang (15 V)
Sleuf
beveiligingsslot
TVantennepoort
S-Video-uit-poort
Sleuf
beveiligingsslot
D-Video-uit-poort
Luchtopeningen
Poort externe monitor
De achterkant van de computer
Aan deze sleuf kan een beveiligingskabel
worden bevestigd. De optionele
LAN-actief-lampje (oranje)
USB-poorten
Luchtopeningen
Aansluitingslampje (groen)
Monitor-in-poort
LAN-poort
S-Video-in-poort
beveiligingskabel verankert de computer aan een
bureau of ander groot voorwerp ter bescherming
tegen diefstal.
TV-antennepoortDe TV-antennepoort is alleen beschikbaar op
modellen met een TV-tuner.
Sluit de antenneadapter aan op deze poort om
TV-programma's op de computer te kijken of op
te nemen.
Gelijkstroomingang
(15 V)
Hierop wordt de netadapter aangesloten.
Gebruik alleen het model netadapter dat bij de
computer is geleverd. Gebruik van de verkeerde
adapter kan resulteren in beschadiging van de
computer.
Luchtopeningen
De luchtopeningen dienen om de CPU te
beschermen tegen oververhitting.
U mag de luchtopeningen niet blokkeren. Zorg dat er geen voorwerpen in
terechtkomen. Een speld of soortgelijk voorwerp kan de schakelingen van
de computer beschadigen.
Gebruikershandleiding2-5
Rondleiding
S-Video-uit-poortVia deze S-Video-uit-poort kunt u NTSC- of
PAL-gegevens overbrengen naar externe
apparaten. Raadpleeg de paragraaf Tv in
hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
D-Video-uit-poortMet deze D-Video-uit-poort kunt u 525i- (480i),
525p- (480p), 1125i- (1080i) of 750p-gegevens
(720p) overbrengen naar externe apparaten.
Raadpleeg de paragraaf Tv in hoofdstuk 9,
Optionele apparaten.
Poort externe
monitor
Universal
Serial Bus
(USB 2.0)-poorten
Op deze poort kunt u een extern beeldscherm
aansluiten.
Op de achterkant bevinden zich twee
USB-poorten. Raadpleeg de paragraaf
Linkerkant voor meer informatie.
Deze poorten bevinden zich vlak bij de luchtopeningen. De temperatuur
kan daar erg hoog oplopen. Controleer de gegarandeerde
werktemperaturen van uw USB-apparaat als u dat dicht bij deze
luchtopeningen plaatst of gebruik een langere USB-kabel.
LAN-poort
Via deze poort kunt u de computer op een LAN
aansluiten. De adapter ondersteunt Ethernet
LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T) en
Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde,
100BASE-TX). Het LAN heeft twee lampjes. Zie
hoofdstuk 4, Grondbeginselen, voor meer
informatie.
■ Op de LAN-poort mogen alleen LAN-kabels worden aangesloten. Als u
dit doet, kunnen schade of storingen optreden.
■ Koppel de LAN-kabel niet aan een voedingsbron. Als u dit doet,
kunnen schade of storingen optreden.
Aansluitingslampje
(groen)
LAN-actieflampje (oranje)
2-6Gebruikershandleiding
Dit lampje brandt groen wanneer de computer op
een LAN is aangesloten en het LAN correct
functioneert.
Dit lampje brandt oranje tijdens
gegevensoverdracht tussen de computer en het
LAN.
Rondleiding
S-Video-in-poortVia een S-Video-in-kabel voor het importeren
Monitor-in-poortVoor videoweergave van een digitale camcorder
Onderkant
De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg dat
het beeldscherm gesloten is voordat u de computer ondersteboven zet.
Accuvergrendeling
van videogegevens kan er een camcorder of een
ander opnameapparaat op de computer worden
aangesloten. Raadpleeg de paragraaf S-Video-in
in hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
of een videorecorder op het interne LCD-scherm.
Deze poort kan ook worden gebruikt als line-in-
poort en voor aansluiting van een stereoapparaat
voor audio-invoer. Raadpleeg de paragraaf
Monitor-in in hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
Afdekplaatje geheugensleuven
Vaste schijf 2
Accu-eenheid
Afdekplaatje
geheugensleuven
Accuvergrendelingsschuif
De onderkant van de computer
Vaste schijf 1
Deze behuizing beschermt de sleuven waarin
geheugenmodules kunnen worden geplaatst.
Raadpleeg de paragraaf Geheugenuitbreiding in
hoofdstuk 9, Optionele apparaten.
Accuvergrendeling
Schuif de accuvergrendeling in de ontgrendelde
stand om de accuvergrendelingsschuif te kunnen
bewegen.
Gebruikershandleiding2-7
Rondleiding
Accu-eenheid
Accuvergrendelingsschuif
Vaste schijf 1
Vaste schijf 2
De accu-eenheid voorziet de computer van
stroom wanneer de netadapter niet is
aangesloten. Raadpleeg hoofdstuk 6,
Voeding voor gedetailleerde informatie over
de accu-eenheid.
Duw deze schuif opzij en houd de schuif vast om
de accu-eenheid vrij te geven.
Raadpleeg hoofdstuk 6, Voeding voor
gedetailleerde informatie over het verwijderen
van accu-eenheden.
Onder deze deksel zit een vaste-schijfeenheid,
die u kunt verwijderen en opnieuw installeren.
Raadpleeg hoofdstuk 9, Optionele apparaten
voor meer informatie over het verwijderen of
opnieuw installeren van de Vaste-schijfeenheid.
Als uw model twee vaste schijven heeft, zit
onder deze deksel een tweede vasteschijfeenheid. U kunt de tweede eenheid
verwijderen en opnieuw installeren. Raadpleeg
hoofdstuk 9, Optionele apparaten voor meer
informatie over het verwijderen of opnieuw
installeren van de Vaste-schijfeenheid.
2-8Gebruikershandleiding
Voorkant met geopend beeldscherm
Deze paragraaf beschrijft de voorkant van de computer met geopend
beeldscherm. Raadpleeg de desbetreffende illustratie voor details. Om het
beeldscherm te openen duwt u de vergrendelingsschuif op de voorkant van
het beeldscherm naar rechts en kantelt u het scherm omhoog. Zet het
scherm in een stand waar u er goed zicht op hebt.
LCD-sensorschakelaar
(niet zichtbaar)
Beeldscherm
scharnierVolumeregelaar
Stereo
luidspreker
(links)
Rondleiding
Beeldscherm
Beeldschermscharnier
Stereo luidspreker
(rechts)
Aan/uit-knop
Voorste bedieningspaneel
(elf knoppen)
De voorkant van het touchpad-model met geopend beeldscherm
Beeldschermscharnieren
Beeldscherm
Touchpadbesturingsknoppen
Microfoon
Lampjes (2)
De beeldschermscharnieren zorgen dat het
scherm in de gewenste stand blijft staan.
De LCD toont contrastrijke tekst en afbeeldingen.
Touchpad
Het WXGA-scherm van de computer bestaat uit
1440 × 900 pixels. Raadpleeg de bijlage B,
Beeldschermcontroller en videomodi.
Als de computer door de accu wordt gevoed, ziet
het scherm er niet zo helder uit als bij gebruik
van de netadapter. Het lagere helderheidsniveau
dient om accu-energie te besparen.
Gebruikershandleiding2-9
Rondleiding
Microfoon
Met de ingebouwde microfoon kunt u geluid aan
uw toepassingen toevoegen. Raadpleeg de
paragraaf Geluidssysteem in hoofdstuk 4,
Grondbeginselen.
Stereoluidsprekers
Via de luidsprekers kunt u het geluid horen dat
door uw software wordt gegenereerd, en de
geluidssignalen die door het systeem worden
gegenereerd.
Zorg dat er geen voorwerpen in terechtkomen. Een speld of soortgelijk
voorwerp kan de schakelingen van de computer beschadigen.
Lampjes (2)
Met deze lampjes kunt u de status van de vaste
schijf, het optische station, SD/SM en de
draadloze communicatie bewaken. U vindt meer
informatie in de paragraaf Lampjes.
Voo rste
bedieningspaneel
(elf knoppen)
Er zijn elf knoppen beschikbaar:
Modellen met een TV-tuner:
Modellen zonder TV-tuner
Internet, CD/DVD, Afspelen/Pauze, Stop, Vorige,
Volgende, TV-uit, Helderheid omhoog,
Helderheid omlaag, Zoom uit (-), Zoom in (+).
Met deze knoppen kunt u audio- en videofuncties
beheren, toepassingen uitvoeren en toegang
krijgen tot hulpprogramma's.
Raadpleeg hiervoor de paragraaf Functies van
het voorste bedieningspaneel in hoofdstuk 8,
Gebruik van de afstandsbediening, het voorste
bedieningspaneel en QosmioPlayer voor meer
informatie.
Aan/uit-knop
Druk op de aan/uit-knop om de computer in en
uit te schakelen.
Als u de functie Dempen hebt ingeschakeld,
is deze knop oranje.
Touchpad
Met het touchpad in de polssteun kunt u de
schermaanwijzer verplaatsen. Raadpleeg de
paragraaf Het touchpad gebruiken in hoofdstuk
4, Grondbeginselen.
2-10Gebruikershandleiding
Rondleiding
Touchpadbesturingsknoppen
Met de besturingsknoppen onder het touchpad
kunt u menuopties selecteren en bewerkingen
uitvoeren op tekst en afbeeldingen die u met de
schermaanwijzer hebt geselecteerd.
LCDsensorschakelaar
Deze schakelaar detecteert wanneer het
LCD-scherm wordt gesloten of geopend en
activeert de functie In-/uitschakelen via LCD.
Wanneer u het scherm sluit, wordt de computer
in de slaapstand gezet en uitgeschakeld.
Wanneer u het scherm opent, wordt de computer
in de slaapstand gestart. Gebruik het
hulpprogramma TOSHIBA Power Saver om deze
functie in of uit te schakelen. Standaard is de
functie ingeschakeld. Raadpleeg de gedeelten
over TOSHIBA Power Saver en In-/uitschakelen
via LCD in hoofdstuk 1, Inleiding, voor informatie
over instellingen.
Plaats geen magnetische voorwerpen in de buurt van de schakelaar. Als u
dit wel doet, wordt de computer automatisch in de slaapstand gezet en
uitgeschakeld, zelfs als de functie In-/uitschakelen via LCD uitgeschakeld
is.
VolumeregelaarGebruik deze regelaar om het volume van de
stereoluidsprekers of de stereohoofdtelefoon af
te stemmen.
Wanneer u de regelaar linksom draait, neemt het
volume toe. Wanneer u hem rechtsom draait,
neemt het volume af.
De lampjes naast de volumeregelaar geven het
volumeniveau aan. Zie de paragrafen over de
lampjes voor meer informatie.
Dempen
Als u de functie Dempen hebt ingeschakeld,
is deze knop oranje.
Gebruikershandleiding2-11
Rondleiding
Lampjes
Systeemlampjes
In deze paragraaf worden de lampjes beschreven.
De volgende statuslampjes aan de voorkant van de computer kunnen ook
worden bekeken als het scherm is gesloten.
DC IN
Voeding
Systeemlampjes (1)
Accu
DC IN
Het DC IN-lampje brandt blauw als via de
netadapter gelijkstroom (DC) wordt geleverd. Als
er problemen zijn met de uitgangsspanning van
de adapter of met de stroomvoorziening, knippert
dit lampje oranje.
Voe ding
Het aan/uit-lampje brandt blauw als de computer
aan is. Als u Stand-by selecteert in het venster
Windows afsluiten, knippert dit lampje
oranje (één seconde aan, twee seconden uit)
terwijl de computer wordt uitgezet.
Accu
Het Accu-lampje toont het ladingsniveau van de
accu: blauw betekent volledig opgeladen, oranje
dat de accu wordt opgeladen en knipperend
oranje dat de accu bijna leeg is. Raadpleeg
hoofdstuk 6, Voeding.
de computer toegang tot de geïntegreerde vaste
schijf heeft.
Station voor
optische media
Het Optisch-station-lampje brandt blauw
wanneer de computer toegang zoekt tot een
schijf in het DVD Super Multi-station.
Sleuf voor Bridgemedia
Het statuslampje voor de Bridge-media brandt
blauw wanneer de computer toegang tot de sleuf
heeft.
Draadloze
communicatie
Het lampje voor draadloze communicatie
brandt wanneer de functies voor Bluetooth en
Draadloze communicatie zijn ingeschakeld met
de draadloze-communicatieschakelaar.
Sommige modellen zijn geschikt voor Bluetooth.
Gebruikershandleiding2-13
Rondleiding
Toetsenbordlampjes
In de volgende afbeeldingen ziet u waar de lampjes van de geïntegreerde
numerieke toetsen en het Caps Lock-lampje zich bevinden.
Het volgende lampje geeft de status aan van een lettertoets (ingedrukt of
losgelaten).
Caps LockHet CapsLock-lampje brandt groen wanneer bij
De volgende lampjes geven de status van het toetsenbord weer.
Caps Lock-lampje
Caps Lock-lampje
het indrukken van een lettertoets een hoofdletter
wordt weergegeven.
Numerieke
Lampje voor
cursormodus
Cursormodus
Lampjes van de geïntegreerde numerieke toetsen
Als het lampje van de cursormodus groen
modus-lampje
brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke
toetsen (de toetsen met de grijze opschriften) als
cursortoetsen gebruiken. Raadpleeg de
paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in
hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
Numerieke modus
Als het lampje van de numerieke modus groen
brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke
toetsen (de toetsen met de grijze opschriften)
gebruiken om cijfers in te voeren. Raadpleeg de
paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in
hoofdstuk 5, Het toetsenbord.
2-14Gebruikershandleiding
Volumeregelaar
Het lampje geeft in zes niveaus aan wat het geluidsvolume is. U kunt de
lampjes in- en uitschakelen door aan de volumeregelaar te draaien. Als u
het volume wilt verhogen, draait u de regelaar linksom en knipperen de zes
niveaus achtereenvolgens. Als u het volume wilt verlagen draait u de
regelaar rechtsom en gaan de lampjes uit.
Volumeregelaar
USB-diskettestation (optioneel)
Dit optionele USB-station ondersteunt 1,44-MB en 720-kB diskettes. Het
station wordt aangesloten op een USB-poort.
Rondleiding
USB-connector
Disketteactiviteitslampje
USB-connector
Diskettesleuf
USB-diskettestation
Plaats deze connector in de USB-poort van de
Ejectknop
computer.
DisketteactiviteitsLED lampje
Dit lampje gaat branden wanneer gegevens van
de diskette worden gelezen of ernaar worden
geschreven.
Diskettesleuf
Ejectknop
Plaats een diskette in deze sleuf.
Wanneer een diskette volledig in het station is
ingebracht, komt de ejectknop omhoog. Om een
diskette te verwijderen drukt u op de ejectknop;
de diskette wordt een stukje uitgeschoven en kan
worden verwijderd.
Gebruikershandleiding2-15
Rondleiding
Controleer het lampje voor disketteactiviteit wanneer u het
diskettestation gebruikt. U dient niet op de ejectknop te drukken of de
computer uit te schakelen terwijl het lampje brandt. Doet u dit wel, dan
loopt u het risico van gegevensverlies en beschadiging van de diskette of
het station.
■ Gebruik het externe diskettestation op een plat, horizontaal oppervlak.
Plaats het station tijdens gebruik niet op een vlak dat meer dan 20°
helt.
■ Plaats geen voorwerpen op het diskettestation.
Station voor optische media
De computer heeft een DVD Super Multi-station. Voor het aansturen van
CD-/DVD-ROM’s wordt een ATAPI-interfacecontroller gebruikt. Zodra de
computer toegang verkrijgt tot een CD/DVD, gaat het lampje op het station
branden.
Regiocodes voor DVD-stations en -media
DVD Super Multi-stations en -media worden vervaardigd conform de
specificaties van zes verkoopgebieden. Om problemen bij het afspelen van
DVD-video's te voorkomen dient u bij de aanschaf van DVD-video-schijven
te controleren of de schijven geschikt zijn voor uw station.
Code
1
2
3
4
5
6
Regio
Canada, Verenigde Staten
Japan, Europa, Zuid-Afrika, Midden-Oosten
Zuidoost-Azië, Oost-Azië
Australië, Nieuw Zeeland, Stille-Oceaaneilanden,
Midden-Amerika, Zuid-Amerika, Caribisch
gebied
In deze paragraaf worden de verschillende soorten beschrijfbare CD's en
DVD's beschreven. Controleer in de specificaties voor uw station welke
schijftypen kunnen worden beschreven. Gebruik RecordNow! voor het
beschrijven van CD's. Raadpleeg hoofdstuk 4, Grondbeginselen.
2-16Gebruikershandleiding
CD's
■ Beschrijfbare CD's (CD-R's) kunnen slechts één keer worden
beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of
veranderd.
■ CD-RW-schijven zoals multispeed CD-RW’s, high-speed CD-RW’s en
ultra-speed CD-RW’s, kunnen meer dan een keer worden beschreven.
DVD's
■ DVD-R's en DVD+R's kunnen slechts één keer worden beschreven.
De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd.
■ DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals
worden beschreven.
Indelingen
De stations ondersteunen de volgende indelingen:
Rondleiding
■ DVD-ROM
■ CD-DA
TM
■ Photo CD
■ CD-ROM XA Mode 2
(Form1, Form2)
■ DVD-video
(single/multi-sessie)
■ CD-Text
■ CD-ROM Mode 1, Mode 2
■ Enhanced CD (CD-EXTRA)
■ Adresseringsmethode 2
DVD Super Multi-station met Double Layer (UJ845)
In de DVD Super-Multi-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder
adapter gegevens op herschrijfbare CD's vastleggen en CD’s/DVD’s van
12 cm (4,72 inch) lezen.
In het midden van een schijf is de leessnelheid lager dan aan de rand.
De netadapter kan zich automatisch aanpassen aan elke spanning tussen
100 en 240 volt en aan een frequentie van 50 of 60 hertz, waardoor u de
computer in praktisch elk land of gebied kunt gebruiken. De netadapter zet
wisselstroom om in gelijkstroom en reduceert de spanning die aan de
computer wordt geleverd.
Om de accu op te laden sluit u de netadapter eenvoudig aan op een
voedingsbron en op de computer. Zie hoofdstuk 6, Voeding, voor meer
informatie.
■ De universele netadapter en het netsnoer die met dit product worden
■ Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en -
De netadapter
meegeleverd, kunnen per productmodel verschillen. Afhankelijk van
het model kan de kabel een 2-pins stekker bevatten.
voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag niet
buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik in andere regio's dient
u een netsnoer aan te schaffen dat voldoet aan de veiligheidsregels en
-voorschriften in die regio.
Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd of een
equivalente optionele adapter. Gebruik van een andere adapter kan
resulteren in beschadiging van de computer.
In dergelijke gevallen aanvaardt TOSHIBA geen aansprakelijkheid voor
schade.
Gebruik alleen de netadapter die als accessoire is geleverd. Andere
netadapters hebben een ander voltage en andere uitgangspolariteit, en
kunnen heet worden, rook produceren of zelfs beschadigd raken of brand
veroorzaken.
2-18Gebruikershandleiding
Qosmio G20
Voor u begint
Dit hoofdstuk verschaft basisinformatie aan de hand waarvan u met uw
computer aan de slag kunt. De volgende onderwerpen worden behandeld:
■ Uw werkplek inrichten — met het oog op uw gezondheid en veiligheid
Raadpleeg ook de handleiding Veiligheidsinstructies. In deze gids wordt
productaansprakelijkheid toegelicht.
■ De netadapter aansluiten
■ Het beeldscherm openen
■ De computer inschakelen
■ Voor het eerst opstarten
■ De computer uitschakelen
■ Computer opnieuw opstarten
■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Hoofdstuk 3
Lees in elk geval de paragraaf Voor het eerst opstarten.
Uw werkplek inrichten
Het is voor uzelf en voor de computer belangrijk om een comfortabele
werkplek in te richten. Een slechte werkomgeving of ongunstige
werkgewoonten kunnen resulteren in ongemak of ernstige RSI-blessures
aan handen of polsen of andere gewrichten. Ook voor het functioneren van
de computer is het van belang dat de omgeving in orde is. In dit gedeelte
komen de volgende onderwerpen aan de orde:
■ Algemene omstandigheden
■ Plaatsing van de computer
■ Stoel en werkhouding
■ Verlichting
■ Werkgewoonten
Gebruikershandleiding3-1
Voor u begint
Algemene omstandigheden
Een werkomgeving waarin u zich prettig voelt, is in het algemeen ook
geschikt voor de computer. Lees echter het volgende om te controleren of
uw werkplek aan de eisen voldoet.
■ Zorg voor voldoende ventilatie door genoeg ruimte vrij te laten rond de
computer.
■ Zorg dat het netsnoer is aangesloten op een gemakkelijk toegankelijk
stopcontact dicht bij de computer.
■ De omgevingstemperatuur moet tussen 5 en 35° C liggen en de
relatieve vochtigheid tussen 20 en 80 procent.
■ Vermijd plaatsen waar plotselinge of extreme temperatuurs- of
vochtigheidsveranderingen kunnen optreden.
■ Houd de computer stof- en vochtvrij en vermijd blootstelling aan direct
zonlicht.
■ Houd de computer uit de buurt van warmtebronnen, bijvoorbeeld
elektrische kachels.
■ Houd vloeistoffen of bijtende chemische stoffen uit de buurt van de
computer.
■ Plaats de computer niet in de buurt van voorwerpen die sterke
■ Sommige interne computeronderdelen en gegevensopslagmedia
kunnen door magneten worden beschadigd. Houd de computer uit de
buurt van magnetische voorwerpen. Wees voorzichtig met voorwerpen
die sterke magnetische velden genereren, bijvoorbeeld
stereoluidsprekers. Wees tevens voorzichtig met metalen voorwerpen
(bijvoorbeeld armbanden): dergelijke voorwerpen kunnen per ongeluk
worden gemagnetiseerd.
■ Houd mobiele telefoons uit de buurt van de computer.
■ Laat genoeg ventilatieruimte vrij. Blokkeer de luchtopeningen niet.
■ Het LCD-scherm heeft een helderheid die overeenkomt met die van
een tv. Het verdient aanbeveling de helderheid van het LCD-scherm
aan uw eigen voorkeur aan te passen om te voorkomen dat uw ogen
vermoeid raken.
3-2Gebruikershandleiding
Plaatsing van de computer
Plaats de computer en randapparaten zodanig dat comfort en veiligheid
gewaarborgd zijn.
■ Plaats de computer op een vlak oppervlak, op een hoogte en afstand
die voor u comfortabel zijn. Het beeldscherm mag niet hoger zijn dan op
oogniveau, om vermoeide ogen te voorkomen.
■ Plaats de computer zodanig dat deze direct vóór u staat wanneer u
werkt en zorg dat u voldoende ruimte hebt om eventuele andere
apparaten te bedienen.
■ Zorg voor voldoende ruimte achter de computer, zodat u de stand van
het beeldscherm naar wens kunt bijstellen. Het scherm moet zo staan
dat u er optimaal zicht op hebt, met minimale reflectie.
■ Als u een papierstandaard gebruikt, dient u deze op ongeveer dezelfde
hoogte en afstand te zetten als de computer.
Stoel en werkhouding
De hoogte van uw stoel in verhouding tot de computer en het toetsenbord,
en de steun die de stoel biedt, zijn belangrijke factoren bij het verminderen
van de werkbelasting. Hanteer de volgende richtlijnen.
Onder ooghoogte
Voor u begint
hoeken van 90°
Voetsteun
Werkhouding en plaatsing van de computer
■ Plaats uw stoel zodanig dat het toetsenbord zich ter hoogte van uw
ellebogen of iets lager bevindt. U moet gemakkelijk kunnen typen met
uw schouders ontspannen.
■ Uw knieën moeten iets hoger zijn dan uw heupen. Gebruik zo nodig
een voetsteun om uw knieën omhoog te brengen en de druk op de
achterkant van uw dijen te verminderen.
■ Zorg dat de rugleuning uw onderrug steunt.
■ Zit rechtop, zodat uw knieën, heupen en ellebogen een hoek van
ongeveer 90 graden vormen wanneer u werkt. Buig niet te ver voorover
en leun niet te ver naar achteren.
Gebruikershandleiding3-3
Voor u begint
Verlichting
Werkgewoonten
Juiste verlichting kan de leesbaarheid van de monitor verbeteren en
vermoeidheid van de ogen verminderen.
■ Plaats de computer op een positie waar het scherm geen zonlicht of fel
kunstlicht kan weerkaatsen. Gebruik vensters van getint glas,
jaloezieën of zonneschermen om schel zonlicht te weren.
■ Plaats de computer niet vóór een fel licht dat direct in uw ogen kan
schijnen.
■ Gebruik zo mogelijk zachte, indirecte verlichting op uw werkplek.
Gebruik een lamp om uw documenten of bureau te verlichten, maar
zorg dat het licht niet in uw ogen schijnt of door het scherm wordt
weerkaatst.
Om ongemak of spierblessures te voorkomen is het van essentieel belang
dat u uw werkzaamheden afwisselt. Probeer uw werkdag zodanig in te
delen dat u een aantal verschillende taken hebt te verrichten. Als u lange
periodes achter de computer moet zitten, kunt u overbelasting voorkomen
en uw efficiëntie verbeteren door uw dagelijkse routine te doorbreken.
■ Zit in een ontspannen houding. Goede plaatsing van uw stoel en
apparatuur (zie de aanwijzingen eerder in dit hoofdstuk) kan
spierklachten in schouders en nek verminderen en rugpijn helpen
voorkomen.
■ Verander regelmatig van houding.
■ Sta nu en dan op en strek uw spieren of doe een paar oefeningen.
■ Oefen en strek een aantal maal per dag uw handen en polsen.
■ Kijk regelmatig weg van de computer en richt uw ogen een aantal
seconden (bijvoorbeeld 30 seconden per kwartier) op een voorwerp in
de verte.
■ Neem regelmatig korte pauzes in plaats van een of twee lange pauzes,
bijvoorbeeld twee of drie minuten per half uur.
■ Laat uw ogen regelmatig testen en ga direct naar een dokter als u
vermoedt dat u last hebt van een RSI-blessure.
Er is een aantal boeken verkrijgbaar over ergonomie en RSI (Repetitive
Strain Injuries) of RSS (Repetitive Stress Syndrome). Voor nadere
informatie over deze onderwerpen of over oefeningen voor RSI-gevoelige
lichaamsdelen zoals handen en polsen kunt u terecht bij uw bibliotheek of
boekhandel. Raadpleeg ook de Instructiegids voor veiligheid en comfort bij
de computer.
3-4Gebruikershandleiding
De netadapter aansluiten
Sluit de netadapter aan wanneer u de accu moet opladen of via de
netvoeding wilt werken. Dit is tevens de snelste manier om met de
computer aan de slag te gaan, omdat de accu-eenheid eerst moet worden
opgeladen voordat u de computer hiermee van stroom kunt voorzien.
De netadapter kan worden aangesloten op elk stopcontact dat tussen
100 en 240 volt, en 50 of 60 hertz levert. Raadpleeg hoofdstuk 6, Voeding,
voor informatie over het opladen van de accu-eenheid met de netadapter.
Gebruik alleen de netadapter die als accessoire is geleverd. Andere
netadapters hebben een ander voltage en andere uitgangspolariteit, en
kunnen heet worden, rook produceren of zelfs beschadigd raken of brand
veroorzaken.
■ Gebruik alleen de netadapter die bij de computer is geleverd, of een
equivalente, compatibele netadapter. Gebruik van een incompatibele
adapter kan resulteren in beschadiging van de computer. TOSHIBA
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door
het gebruik van een incompatibele adapter.
■ Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en -
voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag niet
buiten deze regio worden gebruikt. Voor gebruik in andere regio's dient
u een netsnoer aan te schaffen dat voldoet aan de veiligheidsregels en
-voorschriften in die regio.
■ Wanneer u de netadapter op de computer aansluit, dient u de stappen
precies in de hier beschreven volgorde uit te voeren. Het aansluiten
van het netsnoer op een stopcontact moet de laatste stap zijn.
Als u deze handeling in een eerder stadium verricht, kan de
gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter onder stroom komen te
staan, waardoor u het risico van een elektrische schok of persoonlijk
letsel loopt. Raak voor de veiligheid geen metalen onderdelen aan.
Voor u begint
1. Sluit het netsnoer op de netadapter aan.
Het netsnoer op de netadapter aansluiten
De universele netadapter en het netsnoer die met dit product worden
meegeleverd, kunnen per productmodel verschillen.
Gebruikershandleiding3-5
Voor u begint
2. Koppel de gelijkstroomuitgangsstekker van de netadapter aan de
gelijkstroomingang (DC IN 15V) op de achterkant van de computer.
De adapter op de computer aansluiten
3. Sluit het netsnoer op een wandcontactdoos aan. Het acculampje en het
DC IN-lampje op de voorkant van de computer gaan branden.
Het beeldscherm openen
Het LCD-scherm kan in een aantal standen worden gezet voor optimaal
kijkgemak.
1. Druk op de schermvergrendeling op de voorkant van de computer om
het beeldscherm te ontgrendelen.
2. Houd de polssteun met één hand naar beneden, zodat het
hoofdgedeelte niet wordt opgetild. Til het scherm nu langzaam omhoog.
Pas de hoek van het scherm aan voor een optimale helderheid.
Gelijkstroomingang
(15 V)
Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het beeldscherm. Als u het
te ruw opent of dichtklapt, bestaat het risico dat u de computer beschadigt.
Beeldschermvergrendeling
Het beeldscherm openen
3-6Gebruikershandleiding
De computer inschakelen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer inschakelt.
■ Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem
niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd.
Raadpleeg de paragraaf Voor het eerst opstarten.
■ Als het USB- diskettestation is aangesloten, controleert u of dit leeg is.
Als het station een diskette bevat, drukt u op de ejectknop en verwijdert
u de diskette.
1. Open het LCD-scherm van de computer.
2. Houd de aan/uit-knop van de computer twee à drie seconden ingedrukt.
Aan/uit-knop
Voor u begint
De computer inschakelen
Voor het eerst opstarten
Wanneer u de computer voor het eerst inschakelt, bestaat het eerste
scherm uit het uit het opstartlogo van Microsoft Windows XP. Volg de
aanwijzingen op elk scherm. Tijdens de configuratie kunt u op de knop
Terug klikken om terug te keren naar het vorige scherm.
Lees zorgvuldig de licentie-overeenkomst.
Gebruikershandleiding3-7
Voor u begint
De computer uitschakelen
U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende modi:
afsluitmodus (ofwel opstartmodus), slaapstand of Stand-by-modus.
Afsluitmodus (opstartmodus)
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen
gegevens opgeslagen; bij het opstarten van de computer wordt het
hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, dient u deze op de vaste schijf of een
diskette op te slaan.
2. Controleer of er geen schijfactiviteit meer plaatsvindt en verwijder
vervolgens eventuele schijfmedia (CD/DVD, diskette).
Controleer of het vaste-schijf-lampje uit is. Als u de computer uitzet terwijl
er nog schijfactiviteit plaatsvindt, loopt u het risico dat gegevens verloren
gaan of de schijf beschadigd raakt.
3. Klik op Start en vervolgens op Computer uitschakelen. Klik in het
venster Computer uitschakelen op Uitschakelen.
4. Schakel eventuele randapparaten uit.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even
tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Slaapstand
De slaapstand (ook wel winterslaap genoemd) zorgt ervoor dat de
inhoud van het geheugen wordt opgeslagen wanneer de computer wordt
uitgeschakeld. De volgende keer dat de computer wordt aangezet, wordt
de vorige toestand hersteld. De status van randapparaten wordt niet door
de slaapfunctie opgeslagen.
■ Sla uw gegevens op. Wanneer de slaapstand wordt geactiveerd,
wordt de inhoud van het geheugen op de vaste schijf opgeslagen.
U kunt uw gegevens voor de zekerheid echter het beste handmatig
opslaan.
■ Als u de accu verwijdert of de netadapter ontkoppelt voordat het
opslagproces is voltooid, gaan gegevens verloren. Wacht tot het
vaste-schijf lampje uitgaat.
■ Wanneer de computer in de slaapstand is, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch,
dan gaan gegevens verloren.
3-8Gebruikershandleiding
Voor u begint
Voordelen van de slaapstand
De voordelen van de slaapstand zijn:
■ Wanneer de computer automatisch wordt afgesloten omdat de accu
bijna leeg is, worden gegevens op de vaste schijf opgeslagen.
Om de computer te kunnen afsluiten in de slaapstand, moet u de
slaapstandfunctie op twee plaatsen activeren: In het tabblad Slaapstand
van Energiebeheer en in het tabblad Actie instellen van TOSHIBA Power
Saver.
Anders wordt de computer in de Stand-by modus afgesloten wanneer de
accu bijna leeg is. Als de accu leeg raakt, gaan de gegevens die in de
Stand-by-modus zijn opgeslagen, verloren.
■ Na het inschakelen van de computer kunt u direct naar uw vorige
werkomgeving terugkeren.
■ De functie bespaart stroom door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer
ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem in
slaapstand.
■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Slaapstand activeren
U kunt de slaapstand ook activeren door op Fn + F4 te drukken.
Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
Voer de volgende stappen uit om de slaapstand in te schakelen:
1. Klik op Start.
2. Selecteer Computer uitschakelen.
3. Open het dialoogvenster Computer uitschakelen. Slaapstand wordt
niet weergegeven.
4. Druk op de Shift-toets. De optie Stand-by verandert in Slaapstand.
5. Selecteer Slaapstand.
Automatische slaapstand
Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het beeldscherm sluit, wordt de
computer automatisch in de slaapstand gezet. Eerst dient u echter de juiste
instellingen te definiëren door de volgende stappen uit te voeren.
1. Klik op Start en open het Configuratiescherm.
2. Open Prestaties en onderhoud en vervolgens Energiebeheer.
3. Open het tabblad Slaapstand in het dialoogvenster Energiebeheer
Eigenschappen, schakel het selectievakje Slaapstand inschakelen
in en klik op de knop Toepassen.
4. Open TOSHIBA Power Saver.
5. Selecteer het tabblad Actie instellen.
Gebruikershandleiding3-9
Voor u begint
Stand-by-modus
6. Activeer de gewenste slaapstandinstelling voor Als ik op de
aan/uit-knop druk en Als ik het scherm sluit.
7. Klik op OK.
Gegevensopslag in de slaapstand
Zodra u de computer in de slaapstand afsluit, worden de gegevens uit het
geheugen op de vaste schijf opgeslagen, wat enkele ogenblikken zal
duren. Gedurende deze periode brandt het vaste-schijf-lampje.
Nadat u de computer hebt uitgeschakeld en de geheugeninhoud op de
vaste schijf is opgeslagen, dient u eventuele randapparaten uit te
schakelen.
Schakel de computer of randapparaten niet meteen weer in. Wacht even
tot alle condensatoren volledig zijn ontladen.
Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de computer uitschakelen zonder
de software te hoeven sluiten: de gegevens worden in het hoofdgeheugen
van de computer bewaard. Wanneer u de computer weer aanzet, kunt u uw
werk hervatten op de plaats waar u was opgehouden.
■ Wanneer de netadapter is aangesloten, wordt de computer op stand-by
gezet conform de instellingen in het hulpprogramma TOSHIBA Power
Saver.
■ Als u de computer uit de Stand-by-modus wilt halen, drukt u op de
aan/uit-knop of op een willekeurige toets. De laatste methode werkt
alleen als Activering op toetsenbord is ingeschakeld in HW Setup.
■ Als de computer automatisch op stand-by wordt gezet terwijl een
netwerktoepassing actief is, wordt deze toepassing mogelijk niet
hersteld wanneer de computer uit de Stand-by-modus wordt gehaald.
■ Als u wilt voorkomen dat de computer automatisch op stand-by wordt
gezet, schakelt u Stand-by uit in TOSHIBA Power Saver. Hierna is de
computer echter niet langer compatibel met de Energy Star-richtlijnen.
■ Vergeet niet uw gegevens op te slaan alvorens de computer op
stand-by te zetten.
■ Wanneer de computer in de Stand-by-modus staat, dient u geen
geheugenmodule te installeren of te verwijderen. Doet u dit toch,
dan bestaat het risico dat de computer of de module schade oploopt.
■ Verwijder de accu-eenheid niet terwijl de computer in de Stand-by-
modus is (tenzij de computer op een stopcontact is aangesloten).
Doet u dit toch, dan gaan de gegevens in het geheugen verloren.
■ Als u de computer meeneemt aan boord van een vliegtuig of in een
ziekenhuis, dient u de computer af te sluiten in de slaapstand of
afsluitmodus om verstoring van radiosignalen te voorkomen.
3-10Gebruikershandleiding
Voor u begint
Voordelen van Stand-by
De voordelen van de Stand-by-functie zijn als volgt.
■ De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de slaapstand.
■ De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer
geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer
ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Systeem
stand-by.
■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken.
Stand-by activeren
U kunt Stand-by ook activeren door op Fn + F3 te drukken. Raadpleeg
hoofdstuk 5, Het toetsenbord, voor meer informatie.
U kunt de Stand-by-modus op een van de volgende drie manieren
activeren:
1. Klik op Start, vervolgens op Computer uitschakelen en ten slotte op
Stand-by.
2. Sluit het beeldscherm. Deze functie moet ingeschakeld zijn. Raadpleeg
het tabblad Actie instellen in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver in het Configuratiescherm.
Open Prestaties en onderhoud en vervolgens TOSHIBA Power
Saver.
3. Druk op de aan/uit-knop. Deze functie moet ingeschakeld zijn.
Raadpleeg het tabblad Actie instellen in het hulpprogramma TOSHIBA Power Saver in het Configuratiescherm.
Open Prestaties en onderhoud en vervolgens TOSHIBA Power
Saver.
Wanneer u de computer weer inschakelt, kunt u uw werk hervatten op het
punt waar u was opgehouden toen u de computer afsloot.
■ Wanneer de computer in de Stand-by-modus wordt afgesloten, gaat
het aan/uit-lampje oranje knipperen.
■ Als u de computer via de accu gebruikt, kunt u de bedrijfstijd verlengen
door in de slaapstand af te sluiten. De Stand-by-modus gebruikt meer
energie.
Beperkingen van de Stand-by-modus
In de volgende omstandigheden werkt Stand-by niet:
■ De computer wordt onmiddellijk na het afsluitproces weer aangezet.
■ Geheugenschakelingen zijn blootgesteld aan statische elektriciteit of
elektrische ruis.
Gebruikershandleiding3-11
Voor u begint
De computer opnieuw opstarten
In bepaalde gevallen dient u het systeem opnieuw op te starten.
Bijvoorbeeld:
■ als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd;
■ als er een fout optreedt en de computer niet reageert op
toetsenbordopdrachten.
Er zijn drie manieren om de computer opnieuw in te stellen:
1. Klik op Start en vervolgens op Computer uitschakelen. Klik in het
venster Computer uitschakelen op Opnieuw starten.
2. Druk op Ctrl + Alt + Del om Windows Taakbeheer te openen en
selecteer vervolgens Afsluiten en Opnieuw starten.
3. Druk op de aan/uit-knop en houd deze knop circa 5 seconden
ingedrukt. Wacht 10 à 15 seconden en schakel de computer vervolgens
weer in door op de aan/uit-knop te drukken.
De vooraf geïnstalleerde software herstellen
Als vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, gebruikt u de schijf
Productherstel om de bestanden te herstellen. Voer de volgende stappen
uit om het besturingssysteem en alle vooraf geïnstalleerde software te
herstellen.
Het Windows-besturingssysteem herstellen
Wanneer u het Windows-besturingssysteem opnieuw installeert, wordt de
vaste schijf opnieuw geformatteerd, waardoor alle gegevens erop verloren
gaan.
1. Plaats de productherstel-DVD-ROM in het optische station en schakel
de computer uit.
2. Houd de toets F12 ingedrukt en zet de computer aan. Laat F12 los
wanneer Qosmio wordt weergegeven.
3. Gebruik de pijltoets links of rechts om het pictogram van het optische station te selecteren in het menu Opstartapparaten. Raadpleeg de
paragraaf Opstartprioriteit in hoofdstuk 7, HW Setup voor meer
informatie.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
5. Als de computer is geleverd met extra software geïnstalleerd, kan deze
software niet worden hersteld met de productherstel-DVD-ROM.
Installeer deze toepassingen (bijvoorbeeld Works Suite, DVD-speler of
spelletjes) zo nodig apart vanaf andere media.
3-12Gebruikershandleiding
Voor u begint
QosmioPlayer herstellen
Ga als volgt te werk om QosmioPlayer te herstellen.
1. Plaats de productherstel-CD van QosmioPlayer in het optische station
en schakel de computer uit.
2. Houd de toets F12 ingedrukt en zet de computer aan. Laat F12 los
wanneer Qosmio wordt weergegeven.
3. Gebruik de pijltoets links of rechts om het pictogram van het
CD-/DVD-ROM-station te selecteren in het menu
Opstartapparaten. Raadpleeg de paragraaf Opstartprioriteit in
hoofdstuk 7, HW Setup voor meer informatie.
4. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Uw computer kan een of twee vaste schijven bevatten. Zijn er twee vaste
schijven geïnstalleerd, dan worden de gegevens hersteld op de
ingebouwde vaste schijf 1, ongeacht de prioriteiteninstelling van de vaste
schijven.
Gebruikershandleiding3-13
Voor u begint
3-14Gebruikershandleiding
Qosmio G20
Grondbeginselen
In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik
toegelicht; zo wordt ingegaan op het gebruik van het touchpad, het
USB-diskettestation (optioneel), de optische mediastations (optioneel),
TV-tuner (optioneel), het geluidssysteem, de modem, de fruncties vor
draadloze communicatie en het LAN. U krijgt ook tips voor het onderhoud
van de computer en het omgaan met diskettes en CD's/DVD’s.
Het touchpad gebruiken
Om het touchpad te gebruiken plaatst u uw vingertop eenvoudig op het
touchpad en schuift u deze in de richting waarin u de schermaanwijzer wilt
verplaatsen.
Hoofdstuk 4
Touchpad
Touchpadbesturingsknoppen
Touchpad en touchpadbesturingsknoppen
De twee knoppen onder het toetsenbord worden op dezelfde wijze gebruikt
als de knoppen op een muis. Druk op de linkerknop om een menuoptie te
selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer
hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie
weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software.
Gebruikershandleiding4-1
Grondbeginselen
U kunt de functies die doorgaans met de linkerknop worden uitgevoerd,
ook activeren door zachtjes op het touchpad te tikken.
Klikken: één keer tikken
Dubbelklikken: twee keer tikken
Slepen en neerzetten: Tik om het te verplaatsen materiaal te
selecteren. Laat uw vinger na de tweede tik op het touchpad en
verplaats het materiaal.
Het USB-diskettestation gebruiken (optioneel)
Op de USB-poort van de computer kan een USB-diskettestation worden
aangesloten. Dit station ondersteunt 1,44-MB en 720-KB diskettes.
Raadpleeg hoofdstuk 2, Rondleiding, voor nadere informatie.
Het USB-diskettestation aansluiten
Als u het station wilt aansluiten, dient u de USB-connector van het
diskettestation in een van de USB-poorten van de computer te steken.
Bepaal wat de boven- en onderkant van de connector is en steek de
connector recht in de stationsconnector. Wees voorzichtig dat u de
verbindingspennen niet beschadigt door de aansluiting te forceren.
USB-poort
USB-connector
Het USB-diskettestation aansluiten
Als u het diskettestation aansluit nadat u de computer hebt ingeschakeld,
duurt het circa 10 seconden voordat de computer het station herkent. Als
de computer het station na 10 seconden nog niet herkent, ontkoppelt u het
station en sluit u het opnieuw aan.
4-2Gebruikershandleiding
Het USB-diskettestation ontkoppelen
Voer na gebruik van het diskettestation de volgende stappen uit om het
station te ontkoppelen:
1. Wacht tot het lampje uitgaat en u zeker weet dat er geen
disketteactiviteit meer plaatsvindt.
Als u het diskettestation ontkoppelt of de stroom uitschakelt terwijl de
computer het station gebruikt, loopt u het risico dat gegevens verloren
gaan of dat de diskette of het station beschadigd raakt.
2. Klik op het pictogram Hardware veilig verwijderen op de taakbalk.
3. Klik op het diskettestation dat u wilt verwijderen.
4. Trek de USB-connector van het diskettestation uit de USB-poort van de
computer.
TV-tuner (optioneel)
Sommige modellen in deze serie zijn uitgerust met een TV-tuner. Hiermee
kunt u naar TV-programma's kijken op de ingebouwde LCD en deze
programma's opnemen.
Als Windows XP Home Edition op uw computer is geïnstalleerd, kunt u
TV-programma’s met WinDVR opnemen en weergeven op de ingebouwde
LCD. Het is ook mogelijk om opgenomen programma's te bewerken en
deze op een DVD op te slaan.
Als Windows XP Media Center Edition op uw computer is geïnstalleerd,
kunt u in Media Center de functie My TV gebruiken.
Grondbeginselen
In verband met wettelijke voorschriften is het niet toegestaan om een
PAL/SECAM TV-tuner in Korea in te voeren.
De TV-tuner gebruiken
Antenne
■ De kwaliteit van beeld en geluid is sterk afhankelijk van de
voortplanting van radiogolven.
■ Als u de computer gebruikt in gebieden met zwakke radiogolven en
de ontvangst is slecht, neem dan contact op met de leverancier van
de computer of gebruik een in de handel verkrijgbare
antenneversterker. Raadpleeg de handleiding bij de
antenneversterker voor meer informatie.
Gebruikershandleiding4-3
Grondbeginselen
De kabel aansluiten
Gebruik de meegeleverde antenneadapter om de antenne aan te sluiten op
de computer.
De antenneadapter aansluiten
Bij onweer dient u de antennekabel niet aan te raken. Als u dit toch doet,
kan dit een elektrische schok veroorzaken.
Als u tijdens onweer met de computer werkt en de TV-tuner op een
externe antenne hebt aangesloten, dient u de computer op netvoeding te
gebruiken. De netadapter biedt enige bescherming tegen mogelijke
elektrische schokken als gevolg van onweer (maar kan deze niet helemaal
voorkomen). Volledige bescherming ontstaat als u de computer tijdens
onweer niet gebruikt.
1. Sla uw werk op, sluit Windows af en schakel de computer uit.
2. Sluit de antenneadapter aan op de TV-antennepoort van de computer.
TV-antennepoort
Antenneadapter
De antenneadapter aansluiten
3. Sluit de antennekabel aan op het andere uiteinde van de
antenneadapter.
Antenneadapter
Antennekabel
De antennekabel aansluiten
Als u een descrambler hebt gebruikt om de programma's via kabel-TV of
satelliet te ontvangen, dient u de descrambler aan te sluiten op de
antennekabel.
4-4Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van WinDVR.
Raadpleeg de on line Help van WinDVR voor meer informatie.
■ TV-programma's en andere visuele bronmaterialen die met WinDVR
zijn opgenomen mogen uitsluitend voor persoonlijk gebruik worden
aangewend.
■ Nooit de schermresolutie of de kleurinstellingen wijzigen terwijl
WinDVR actief is.
■ Alvorens beelden of geluid die belangrijk voor u zijn op te nemen of te
bewerken is het aan te raden een testsessie te houden om te zien of
alles goed functioneert.
■ Het maken van voorgeprogrammeerde video-opnames is niet mogelijk
als de computer is uitgeschakeld.
■ Als er beveiligingssoftware voor Internet actief is, zoals Norton Internet
Security, verschijnt er bij aanvang van een geprogrammeerde opname
een beveiligingsbericht dat de opname kan voorkomen. Controleer of
geprogrammeerde opname mogelijk is.
■ Controleer bij het programmeren van een opname de maximaal
beschikbare opnametijd.
■ Zorg ervoor dat de netadapter op de computer is aangesloten zodat
deze op netvoeding werkt. Is dit niet het geval, dan kan een opname
mislukken vanwege een lage acculading.
■ Het is soms mogelijk dat videobeelden niet vloeiend worden
weergegeven. Dit is afhankelijk van de omstandigheden of de af te
spelen beelden.
■ Als de processor tijdens het opnemen of afspelen extra wordt belast,
kan er een vertraging tussen beeld en geluid optreden. In deze
gevallen dient u WinDVR en alle andere toepassingen af te sluiten en
WinDVR opnieuw te starten.
■ Het beeld kan overslaan of haperen als de computer tijdens het
opnemen of afspelen een schok of trillingen te verduren krijgt.
■ Met dit product kunt u videogegevens opnemen van de band in een
videorecorder. Als de band oud is en veel ruis afgeeft, kan de
kopieerbeveiliging in werking treden met incorrecte werking tot gevolg.
■ Om CATV-programma's te ontvangen dient u zich voor elk apparaat
dat u gebruikt te abonneren bij een CATV-provider. Als u
betaalprogramma's wilt bekijken of opnemen, dient u misschien een
decoder te gebruiken. Raadpleeg de handleiding bij de decoder of
neem contact op met het CATV-bedrijf voor meer informatie.
■ Materiaal dat auteursrechtelijk is beschermd mag niet met WinDVR
worden opgenomen of bekeken.
Gebruikershandleiding4-5
Grondbeginselen
■ De automatische kanaalscanfunctie kan soms een kanaal niet goed
opsporen, ook al wordt dit kanaal wel goed doorgegeven.. In dat geval
kunt u de instelling aanpassen met de fijnafstemmingsfunctie.
■ Als de processor tijdens het opnemen of afspelen extra wordt belast,
kan er schokkerig beeld of een vertraging tussen beeld en geluid
ontstaan. Gebruik daarom geen andere toepassingen terwijl WinDVR
actief is.
■ Het maken van voorgeprogrammeerde opnames is niet mogelijk als u
bent afgemeld.
■ WinDVR moet worden geïnstalleerd met beheerdersrechten.
■ Als er twee aaneensluitende opnames zijn geprogrammeerd,
zal de eerste opname ongeveer twee minuten vóór de opgegeven
stoptijd worden gestaakt. De tweede opname heeft namelijk enige
tijd nodig ter voorbereiding. Voorbeeld: zijn er twee opnames
geprogrammeerd, van 13:00-14:00 en van 14:00-15:00, dan wordt de
opname van 13:00-14:00 zo'n twee minuten eerder gestaakt,
dus om ongeveer 13:58).
■ Als u een wachtwoord voor het gebruikersaccount hebt geïnstalleerd,
kan een voorgeprogrammeerde opname niet meer worden uitgevoerd
als de stand-bymodus actief wordt.
■ Als u op de knop Stop Auto Scan klikt, is het mogelijk dat het scannen
vanwege de verwerkingstiming nog niet wordt gestaakt. Klik in dat
geval nog enkele malen op de knop.
■ Als u WinDVR binnen één minuut voor aanvang van een
voorgeprogrammeerde opname afsluit, is het mogelijk dat de opname
niet goed wordt uitgevoerd. Sluit daarom WinDVR niet af binnen een
periode van één minuut voor aanvang van een voorgeprogrammeerde
opname.
■ Als er beeld wordt opgenomen van een videorecorder of een ander
apparaat, kan er onder of boven in het scherm ruis ontstaan. Dit is
geen storing maar heeft te maken met de zogenaamde verticale
beeldonderbrekingintervallen
4-6Gebruikershandleiding
Geluidssysteem
De microfoon gebruiken
De computer heeft een ingebouwde microfoon waarmee u monogeluid
voor uw toepassingen kunt opnemen. U kunt de microfoon ook gebruiken
om opdrachten in te spreken voor toepassingen die daarvoor geschikt zijn.
Aangezien de computer een ingebouwde microfoon en luidsprekers heeft,
kan in bepaalde omstandigheden akoestische terugkoppeling
("rondzingen") optreden. Rondzingen ontstaat als geluid van de luidspreker
opgevangen wordt door de microfoon en via de luidspreker versterkt wordt,
waarna het weer in versterkte vorm de microfoon bereikt.
Deze terugkoppeling treedt herhaalde malen op en veroorzaakt een harde,
hoge toon. Dit is een veelvoorkomend verschijnsel dat zich voordoet in elk
geluidssysteem wanneer het in de microfoon ingesproken geluid naar de
luidspreker wordt doorgegeven en de luidspreker te hard staat of zich te
dicht bij de microfoon bevindt. U kunt dit probleem voorkomen door de
luidspreker zachter te zetten of de functie Dempen te gebruiken.
Als u het volume wilt bijstellen of dempen, klikt u op Start, wijst u
achtereenvolgens Alle programma's, Bureau-accessoires en
Entertainment aan en klikt u op Volumeregeling. In het venster
Hoofdvolume kunt u met de schuifregelaars het volume aanpassen of
onderaan in het venster op Dempen klikken.
SoundMAX-regelpaneel
Met het SoundMAX-regelpaneel kunt u extra functies voor
microfoonoptimalisering en audio-energiebeheer opgeven. Voer de
volgende stappen uit om het SoundMAX-regelpaneel te starten.
1. Klik op Start en vervolgens op Configuratiescherm.
2. Als het Configuratiescherm in de categorieweergave is geopend,
klikt u op Klassieke weergave.
3. Dubbelklik op het SoundMAX-pictogram.
Via Microphone Setup kunt u de microfooninvoerinstellingen voor uw
specifieke configuratie optimaliseren. Kies Standard Microphone als u
een gewone bureaubladmicrofoon hebt. Kies Headset als uw microfoon
aan de hoofdtelefoon is bevestigd.
U kunt vanuit het Configuratiescherm de setupwizard starten om
automatisch de juiste microfooninvoervolumes in te stellen en te zorgen dat
uw invoerbronnen voor spraak correct werken. Wanneer u in de microfoon
spreekt, geeft de geluidsmeter het door de PC ontvangen audiosignaal
aan.
Met de functie Microfoonoptimalisering kunt u omgevingsgeluid
uitfilteren, zodat toepassingen een zuiver, duidelijk signaal ontvangen.
Deze functie kan met elke microfoon worden gebruikt.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding4-7
Grondbeginselen
Virtual Sound
De audiocontroller kan worden uitgeschakeld wanneer de audiofunctie niet
actief is. Voer de volgende stappen uit om audio-energiebeheer te
activeren:
1. Klik op het tabblad Energiebeheer.
2. Selecteer Normale energiebesparing in de vervolgkeuzelijst
Energiemodus.
Als u de optie Geen energiebeheer inschakelt, is de audiocontroller
continu actief.
Als u een effectievere vorm van energiebeheer wilt, kiest u de modus Hoge
energiebesparing. In deze modus wordt meer energie bespaard dan in de
modus Normal Power Savings. Voer de volgende stappen uit om deze
modus te selecteren.
1. Klik op het tabblad Energiebeheer.
2. Selecteer High Power Savings (Hoge energiebesparing) in de
vervolgkeuzelijst Power Mode.
3. Voer in het vak Power Save Delay (Seconds) de time-out voor
activering van de energiebesparingsmodus in.
Als u High Power Saving selecteert, moet u eenmaal een audiobestand
afspelen voordat u een microfoon gebruikt of een audio-CD afspeelt via de
analoge CD-audio.
TOSHIBA Virtual Sound werkt als een audiofilter dat de functies SRS
WOW XT en SRS TruSurround XT gebruikt van SRS Labs, Inc. in de
Verenigde Staten. Het audiofilter verbetert de geluids- en muziekkwaliteit
van uw computer. Raadpleeg de Help-functie voor meer informatie over het
gebruik van TOSHIBA Virtual Sound.
CD's/DVD's beschrijven met het DVD Super
Multi-station
Met het DVD Super Multi-station kunt u gegevens schrijven naar
CD-R-/CD-RW-schijven en naar DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RWen DVD-RAM-schijven. De volgende schrijftoepassingen zijn vooraf
geïnstalleerd. RecordNow! en DLA onder licentie van Sonic Solutions.
Belangrijk bericht
Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van CD-R-/CD-RW-,
DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- of DVD-RAM-schijven grondig
door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen. Doet u dit niet,
dan kan het gebeuren dat het DVD Super Multi-station niet correct werkt en
krijgt u mogelijk te maken met schrijf- of herschrijffouten, gegevensverlies
of materiële schade.
4-8Gebruikershandleiding
Afwijzing van aansprakelijkheid
TOSHIBA is niet aansprakelijk voor:
■ beschadiging van CD-R-/CD-RW-, DVD-R-/DVD-RW- of
DVD+R-/DVD+RW-/DVD-RAM-schijven als gevolg van het schrijf- of
herschrijfproces;
■ wijziging of verlies van de opgenomen inhoud van CD-R-/CD-RW-
schijven, DVD-R-/DVD-RW-schijven of DVD+R-/DVD+RW-/DVD-RAMschijven als gevolg van het schrijf- of herschrijfproces, of hieruit
voortvloeiende winstderving of bedrijfsonderbreking;
■ schade die is veroorzaakt door het gebruik van hardware of software
van andere leveranciers.
Hedendaagse optische stations zijn onderhevig aan dusdanige
technologische beperkingen dat er onverwachte schijf- of herschrijffouten
kunnen optreden als gevolg van de schijfkwaliteit of problemen met de
gebruikte apparaten. Het is dan ook raadzaam om ten minste twee kopieën
te maken van belangrijke gegevens, voor het geval de opgenomen inhoud
onverhoopt wordt veranderd of verloren gaat.
Vóór schrijven of herschrijven
■ Op grond van TOSHIBA’s beperkte compatibiliteitstests worden de
volgende fabrikanten van CD-R-/CD-RW-schijven en
DVD-R-/DVD-RW-, DVD+R-/DVD+RW- en DVD-RAM-schijven
aanbevolen. TOSHIBA staat echter niet in voor de werking,
kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven. De schijfkwaliteit kan
het schrijf- of herschrijfproces beïnvloeden.
DVD-specificaties voor beschrijfbare schijven voor algemeen
gebruik, Versie 2.0
TAIYO YUDEN CO., LTD.
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
Gebruikershandleiding4-9
Grondbeginselen
DVD+R:
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
DVD+R DL: (alleen station met dubbellaagse recorder):
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
DVD-RW:
DVD-specificaties voor herschrijfbare schijven voor versie 1.1 of
versie 1.2
VICTOR COMPANY OF JAPAN.LIMITED
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
DVD+RW:
MITSUBISHI CHEMICAL CORPORATION
RICOH Co., Ltd.
DVD-RAM: alleen DVD Super Multi-station)
DVD-specificaties voor DVD-RAM-schijven, Versie 2.0 of Versie 2.1
Matsushita Electric Industrial Co., Ltd.
Hitachi Maxell Ltd.
Dit station is niet geschikt voor schijven die schrijfsnelheden van 8-speed
of hoger (DVD-R, DVD+R), schrijfsnelheden van 4-speed (DVD-RW,
DVD+RW) of schrijfsnelheden van 5-speed (DVD-RAM) ondersteunen.
■ Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd
zijn. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het
schrijf- of herschrijfproces.
■ Hoe vaak een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM kan worden
beschreven, is afhankelijk van de schijfkwaliteit en de manier waarop
de schijf wordt gebruikt.
■ Er zijn twee soorten DVD-R-schijven: “authoring”-schijven
(voor auteursgebruik) en schijven voor algemeen gebruik (ofwel
General-schijven). Gebruik geen authoring-schijven. Alleen schijven
voor algemeen gebruik kunnen met een computerstation worden
beschreven.
■ U kunt gebruik maken van DVD-RAM-schijven die uit een cassette
kunnen worden verwijderd, en
DVD-RAM-schijven die zonder cassette zijn ontworpen.
■ DVD-R-/DVD-RW-schijven en DVD+R-/DVD+RW-schijven kunnen
wellicht niet worden gelezen op andere DVD-spelers of andere
DVD-ROM-stations voor computers.
■ Gegevens die naar een CD-R, DVD-R of DVD+R zijn geschreven,
kunnen niet gedeeltelijk of volledig worden verwijderd.
4-10Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
■ Gegevens die van een CD-RW, DVD-RW, DVD+RW of DVD-RAM zijn
gewist, kunnen niet worden teruggehaald. Controleer de inhoud van
een schijf zorgvuldig voordat u deze verwijdert. Als er meerdere
stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven kunnen schrijven,
dient u op te letten dat u niet de gegevens van het verkeerde station
verwijdert.
■ Bij het schrijven naar een DVD-R/DVD-RW, DVD+R/DVD+RW of
DVD-RAM is schijfruimte nodig voor bestandsbeheer, wat inhoudt dat
schijven mogelijk niet tot de maximale capaciteit kunnen worden
beschreven.
■ De schijf functioneert volgens de DVD-norm en wordt mogelijk
opgevuld met dummygegevens als er gegevens naar worden
geschreven die minder dan 1 GB in beslag nemen. Zelfs als u een
kleine hoeveelheid gegevens schrijft, kan het even duren om de schijf
met dummygegevens te vullen.
■ Een DVD-RAM die met FAT32 is geformatteerd, kan onder Windows
2000 alleen met een DVD-RAM-stuurprogramma worden gelezen.
■ Als er meerdere stations zijn aangesloten die gegevens naar schijven
kunnen schrijven, dient u op te letten dat u niet naar het verkeerde
station schrijft.
■ Vergeet niet de netadapter aan te sluiten voordat u begint met schrijven
of herschrijven.
■ Als u wilt overschakelen naar stand-by of de slaapstand, moet u eerst
controleren of het schrijven naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven is
voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen.
■ Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware.
■ Voer geen programma's uit die de CPU belasten, bijvoorbeeld
schermbeveiligingsprogramma's.
■ Zorg dat de computer op volledige energie werkt. Gebruik geen
energiebesparingsfuncties.
■ Schrijf niet terwijl anti-virussoftware actief is. Wacht tot de viruscontrole
is beëindigd en schakel vervolgens de anti-virussoftware (en eventuele
op de achtergrond uitgevoerde bestandscontroleprogramma's) uit.
■ Gebruik geen vaste-schijfprogramma's, met inbegrip van
hulpprogramma's voor snelle schijftoegang. Doet u dit toch, dan loopt u
het risico van storingen en gegevensverlies.
■ CD-RW (Ultra Speed +)-media zijn niet beschikbaar. Bij gebruik kunnen
er gegevens verloren of beschadigd raken.
■ Schrijf vanaf de vaste schijf van de computer naar de CD/DVD. Probeer
niet te schrijven vanaf gedeelde apparaten zoals een LAN-server of
andere netwerkapparaten.
■ Het gebruik van andere schrijfsoftware dan RecordNow! en InterVideo
WinDVD Creator Platinum wordt niet aanbevolen.
Gebruikershandleiding4-11
Grondbeginselen
Tijdens schrijven of herschrijven
Neem de volgende punten in acht wanneer u CD-R-/CD-RW-schijven,
DVD-R-/DVD-RW-/DVD-RAM-schijven of DVD+R-/DVD+RW-schijven
beschrijft of herschrijft.
■ Vermijd de volgende handelingen tijdens het schrijf-/herschrijfproces:
■ het wisselen van gebruikers in het besturingssysteem Windows XP;
■ gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat en het sluiten/openen van het LCD-scherm;
■ het starten van communicatietoepassingen (bijvoorbeeld een
modemprogramma);
■ handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen;
■ het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
■ gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te
reproduceren.
■ het openen van het optische station.
■ Gebruik tijdens het (her)schrijven niet de afsluit-/afmeldprocedure en de
stand-by-modus/slaapstand.
■ Zorg ervoor dat het schrijven of herschrijven is voltooid voordat u
overschakelt naar de Stand-by-modus of de slaapstand. Het
schrijfproces is voltooid als u de lade van het DVD Super Multi-station
kunt openen.
■ Plaats de computer op een egaal, horizontaal oppervlak en vermijd
plaatsen waar trillingen waarneembaar zijn, bijvoorbeeld auto's, treinen
en vliegtuigen. Gebruik geen instabiele plekken zoals een wankele
tafel.
■ Houd mobiele telefoons en andere draadloze-communicatieapparaten
uit de buurt van de computer.
■ Kopieer gegevens altijd vanaf de vaste schijf naar de DVD-RAM.
Gebruik geen functies voor knippen en plakken. In het geval van
schrijffouten gaan de originele gegevens verloren.
4-12Gebruikershandleiding
RecordNow! Basic for TOSHIBA
Wanneer u RecordNow! gebruikt, dient u rekening te houden met de
volgende beperkingen:
■ RecordNow! kan niet worden gebruikt voor het maken van DVD-video.
■ RecordNow! kan niet worden gebruikt voor het maken van DVD-audio.
■ U kunt de functie “Audio CD for Car or Home CD Player” van
RecordNow! niet gebruiken voor het opnemen van muziek op
DVD-R-/DVD-RW- of DVD+R-/DVD+RW-schijven.
■ Gebruik de functie “Exact Copy” van RecordNow! niet voor het kopiëren
van auteursrechtelijk beschermde DVD-video's en DVD-ROM's.
■ U kunt geen back-up maken van DVD-RAM-schijven met de functie
“Exact Copy” van RecordNow!.
■ U kunt de inhoud van een CD-ROM of CD-R/RW niet naar een
DVD-R/DVD-RW of DVD+R/DVD+RW kopiëren met de functie
“Exact Copy” van RecordNow!.
■ U kunt de inhoud van een DVD-ROM, DVD-video, DVD-R/DVD-RW of
DVD+R/DVD+RW niet naar een CD-R/CD-RW kopiëren met de functie
“Exact Copy” van RecordNow!.
■ RecordNow! kan niet in pakketindeling opnemen.
■ Met de functie “Exact Copy” van RecordNow! kunt u wellicht geen back-
up maken van een DVD-R-/DVD-RW of DVD+R/DVD+RW die met
andere software op een andere DVD-R/-RW of DVD+R/+RW-recorder
is gemaakt.
■ Als u gegevens toevoegt aan een DVD-R of DVD+R waarop reeds
gegevens zijn opgenomen, kunnen de toegevoegde gegevens in
bepaalde omstandigheden niet worden gelezen. Zo kunnen de
gegevens niet worden gelezen in 16-bits besturingssystemen zoals
Windows 98SE en Windows Me. In Windows NT4 hebt u Service Pack
6 of hoger nodig om toegevoegde gegevens te kunnen lezen. In
Windows 2000 hebt u Service Pack 2 of hoger nodig om de gegevens
te kunnen lezen. In bepaalde DVD-ROM-stations en DVD-ROM- &
CD-R/RW-stations kunnen toegevoegde gegevens überhaupt niet
worden gelezen, ongeacht het besturingssysteem.
■ Opname op DVD-RAM-schijven wordt niet ondersteund door
RecordNow!. Als u op een DVD-RAM wilt opnemen, dient u Verkenner
te gebruiken.
■ Controleer alvorens een back-up van een DVD te maken of het
bronstation ondersteuning biedt voor opnemen op DVD-R-/DVD-RW- of
DVD+R-/DVD+RW-schijven. Is dit niet het geval, dan wordt de DVD
mogelijk niet correct gekopieerd.
■ Wanneer u een back-up maakt van een DVD-R, DVD-RW, DVD+R of
DVD+RW, dient u hetzelfde type schijf te gebruiken.
■ Gegevens die naar een CD-RW, DVD-RW of DVD+RW zijn
geschreven, kunnen niet gedeeltelijk worden verwijderd.
Grondbeginselen
Gebruikershandleiding4-13
Grondbeginselen
Gegevenscontrole
Om te controleren of het schrijf-/herschrijfproces correct verloopt, voert u
de volgende stappen uit voordat u gegevens naar een data-CD of -DVD
schrijft.
1. Klik op de knop Opties ( ) in het bedieningspaneel van de
2. Selecteer de gegevens in het menu aan de linkerkant.
3. Activeer het selectievakje “Verify data written to the disc after burning”
4. Klik op OK.
DLA voor TOSHIBA
Wanneer u DLA gebruikt, dient u rekening te houden met de volgende
beperkingen:
■ Deze software ondersteunt uitsluitend herschrijfbare schijven
■ Het formatteren en beschrijven van DVD-RAM-schijven wordt niet
■ Gebruik geen schijven die zijn geformatteerd met andere
■ Pas de functies voor knippen en plakken niet toe op bestanden en
■ Wanneer u de Setup-bestanden voor het programma naar een met DLA
RecordNow! Console om de optiepanelen te openen.
(Gegevens controleren die na het branden aan de schijf zijn
toegevoegd) in Data Options (Gegevensopties).
(DVD+RW, DVD-RW en CD-RW). Niet-herschrijfbare schijven zoals
DVD+R's, DVD-R's en CD-R's worden niet ondersteund.
ondersteund door DLA. Deze functies worden uitgevoerd door het
DVD-RAM-stuurprogramma. Als het DLA-formatteringsmenu verschijnt
wanneer u een DVD-RAM-schijf in het station plaatst en in Windows
Verkenner rechtsklikt op het stationspictogram, gebruikt u DVDForm
om deze schijf te formatteren. U kunt DVDForm uitvoeren door op de
knop Start in de taakbalk te klikken en in het menu Start
achtereenvolgens Alle programma's, DVD-RAM, DVD-RAM Driver en
DVDForm te selecteren.
pakketschrijfsoftware dan DLA. Gebruik schijven die met DLA zijn
geformatteerd, niet met met andere pakketschrijfsoftware. Formatteer
schijven waarmee u niet bekend bent vóór gebruik met de optie
“Full Format”.
mappen. Een geknipt bestand of geknipte map kan verloren gaan als
het schrijven mislukt door een schijffout.
geformatteerde schijf schrijft en Setup vanaf deze schijf start, kan er
een fout optreden. Kopieer de bestanden in dat geval naar de vaste
schijf en start Setup.
4-14Gebruikershandleiding
Bij gebruik van WinDVD Creator Platinum
Met WinDVD Creator Platinum kunt u via i.LINK (IEEE1394) video op uw
digitale camcorder opnemen. Bij het afspelen van de video kan het geluid
echter schokkerig klinken.
1. Klik op Start en selecteer het Configuratiescherm.
2. Klik in het Configuratiescherm op het pictogram Prestaties en
onderhoud.
3. Klik in het venster Prestaties en onderhoud op het pictogram Systeem.
4. Klik in het venster Systeemeigenschappen op de tab Geavanceerd.
5. Klik op het pictogram Instellingen in de sectie Prestaties.
6. Klik in het venster Instellingen voor prestaties op de tab Geavanceerd.
7. Klik op het pictogram Wijzigen in de sectie Virtueel geheugen.
8. Selecteer de knop Aangepaste grootte in het venster Virtueel
geheugen.
9. Geef veel hogere waarden op voor Begingrootte en Maximale grootte.
10. Klik op de knop Instellen in het venster Virtueel geheugen.
11. Kli k o p OK in het venster Virtueel geheugen.
Een DVD-video maken
Vereenvoudigde stappen om een DVD-video te maken van videogegevens
die zijn vastgelegd met een DV-camera:
1. Klik op [Start]-[Alle programma's] - [InterVideo WinDVD Creator2]-
[InterVideo WinDVD Creator] om WinDVD Creator te starten.
2. Klik op de knop Capture en neem de videogegevens via IEEE1394 over
van de DV-camcorder.
3. Klik op de knop [Edit] en sleep de videoclips van het tabblad
[Video Library] naar de edit-strook.
4. Klik op de knop [Make Movie] bovenaan.
5. Dubbelklik op de pijlknop rechts, in het midden van de rechterkant.
6. Plaats een lege DVD-R/+R of een gewiste DVD-RW/+RW in het station.
7. Klik op [Start] om te beginnen met opnemen.
8. De lade gaat open zodra de opname is voltooid.
Grondbeginselen
Meer informatie over InterVideo WinDVD Creator
Raadpleeg de on line Help voor mee informatie over InterVideo WinDVD
Creator.
Gebruikershandleiding4-15
Grondbeginselen
Belangrijke informatie over het gebruik
Houd rekening met de volgende beperkingen wanneer u video schrijft naar
DVD:
1. Digitale video bewerken
■ Meld u aan met beheerdersrechten om WinDVD Creator te kunnen
gebruiken.
■ Zorg dat de computer op de netadapter werkt wanneer u WinDVD
Creator gebruikt.
■ Zorg dat de computer met een volledige stroomvoorziening werkt.
Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
■ U kunt een voorbeeld weergeven terwijl u een DVD bewerkt.
Als echter een andere toepassing actief is, worden voorbeelden
mogelijk niet correct weergegeven.
■ WinDVD Creator kan video niet op de externe monitor weergeven
als u het LCD-scherm en de monitor tegelijk gebruikt.
■ Met WinDVD Creator kunt u geen auteursrechtelijk beschermde
inhoud bewerken of afspelen.
■ Wijzig de beeldscherminstellingen niet terwijl u WinDVD Creator
gebruikt.
■ Schakel de stand-by-modus/slaapstand niet in terwijl u WinDVD
Creator gebruikt.
■ Gebruik WinDVD Creator niet direct nadat u de computer hebt
aangezet. Wacht tot alle schijfactiviteit is geëindigd.
■ Als u opneemt naar een DV-camera, laat de camera dan gedurende
enkele seconden opnemen voor u de daadwerkelijke gegevens
opneemt om ervoor te zorgen dat alle gegevens worden vastgelegd.
■ Deze versie ondersteunt geen CD-recorder-, JPEG-, DVD-audio-,
mini-DVD- en video-CD-functies.
■ Sluit alle andere programma’s terwijl u video opneemt op DVD of
videoband.
■ Voer geen programma's uit die de CPU belasten, zoals een
schermbeveiliging.
■ Voer geen communicatietoepassingen uit, zoals die voor een
modem of een LAN.
4-16Gebruikershandleiding
Grondbeginselen
2. Voor u de video opneemt op DVD
■ Als u opneemt op DVD, gebruik dan alleen schijven die worden
aanbevolen door de fabrikant van het station.
■ Stel de werkschijf niet in op een traag apparaat, zoals een vaste
schijf met USB 1.1, omdat anders geen DVD’s geschreven kunnen
worden.
■ Vermijd de volgende handelingen:
■ gebruik van de computer zoals het hanteren van het
aanwijsapparaat (muis of touchpad) en het sluiten/openen van
het LCD-scherm;
■ handelingen waardoor de computer wordt blootgesteld aan
schokken of trillingen;
■ gebruik van de modusschakelaar en audio-/
videobedieningsknoppen om muziek of spraak te reproduceren;
■ het openen van het optische station.
■ het installeren, verwijderen of aansluiten van externe apparaten
■ Controleer de schijf nadat u belangrijke gegevens hebt opgenomen.
■ Een DVD-R/+R/-RW kan niet in VR-indeling worden beschreven.
■ U kunt maximaal 2 uur aan videogegevens in de DVD-video-
indeling naar een DVD-R/+R/-RW/+RW schrijven.
■ WinDVD Creator kan niet exporteren naar DVD-Audio, Video-CD of
miniDVD.
■ WinDVD Creator kan DVD-RAM/+RW-schijven in de VR-indeling
schrijven, maar de schijf kan alleen worden afgespeeld op uw
computer.
■ Als u een DVD beschrijft, vereist WinDVD Creator 2 GB of meer
schijfruimte voor één uur video.
■ Als u een DVD helemaal vol maakt, worden de hoofdstukken
mogelijk niet in de juiste volgorde afgespeeld.
3. Over Disc Manager
■ WinDVD Creator kan één afspeellijst op een schijf bewerken.
■ In WinDVD Creator wordt mogelijk een andere miniatuur
weergegeven dan u oorspronkelijk op de CE
(consumentenelektronica) DVD-RAM-recorder hebt ingesteld.
■ Met Disc Manager kunt u gegevens in de DVD-VR-indeling op
DVD-ROM, gegevens in de DVD+VR-indeling op DVD+RW en
gegevens in de DVD-video-indeling op DVD-RW bewerken.
Gebruikershandleiding4-17
Grondbeginselen
4. Over opgenomen DVD’s
■ Sommige DVD-ROM-stations voor computers of andere
DVD-spelers kunnen mogelijk geen DVD-R/+R/-RW/+RW/-RAM's
lezen.
■ Als u een opgenomen schijf afspeelt op uw computer, gebruik dan
de toepassing WinDVD.
■ Als u een vaak gebruikte herschrijfbare schijf gebruikt, is een
volledige formattering wellicht niet mogelijk. Gebruik een nieuwe
schijf.
Behandeling van schijven
Deze paragraaf bevat tips voor het beschermen van de gegevens die u op
CD's, DVD's of diskettes hebt opgeslagen.
Ga voorzichtig om met schijven. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in
acht te nemen kunt u de levensduur van uw media verlengen en de erop
opgeslagen gegevens beschermen:
CD’s/DVD’s
1. Bewaar uw CD's/DVD's in hun originele houders om ze te beschermen
en schoon te houden.
2. Buig een CD/DVD niet.
3. Beschadig het oppervlak van een CD/DVD niet door er bijvoorbeeld
een etiket op te plakken of erop te schrijven.
4. Houd een CD/DVD bij de rand of bij het gat in het midden vast.
Vingerafdrukken op het oppervlak van een CD/DVD kunnen de schijf
onleesbaar maken.
5. Stel de discs niet bloot aan direct zonlicht, extreme hitte of extreme
koude. Plaats geen zware voorwerpen op uw CD's/DVD's.
6. Als uw CD's/DVD's stoffig of vuil raken, kunt u ze afvegen met een
schone, droge doek. Veeg vanuit het midden naar buiten (niet in een
cirkel). Gebruik zo nodig een doek die is bevochtigd met water of een
neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen benzeen,
verdunningsmiddel of soortgelijke schoonmaakmiddelen.
Diskettes
1. Bewaar diskettes in hun originele houders om ze te beschermen en
schoon te houden. Maak een vuile diskette schoon met een zachte
doek die is bevochtigd met water. Gebruik geen schoonmaakmiddelen.
2. Duw het metalen schuifje van een diskette niet opzij en raak het
magnetische oppervlak niet aan. Vingerafdrukken kunnen een diskette
onleesbaar maken.
3. Buig diskettes niet en stel ze niet bloot aan direct zonlicht of extreme
temperaturen; als u dit voorschrift niet in acht neemt, kunnen gegevens
verloren gaan.
4. Plaats geen zware voorwerpen op uw diskettes.
4-18Gebruikershandleiding
Modem
Regioselectie
Grondbeginselen
5. Eet, rook of gum niet in de nabijheid van uw diskettes. Vreemde
deeltjes kunnen het magnetische oppervlak van de diskette
beschadigen.
6. Magnetische energie kan de gegevens op diskettes vernietigen.
Houd uw diskettes daarom uit de buurt van voorwerpen die
magnetische velden genereren, zoals luidsprekers, radio’s en tv’s.
In deze paragraaf wordt beschreven hoe u het interne modem aan een
telefoonaansluiting koppelt en ervan ontkoppelt.
Het interne modem ondersteunt geen spraakfuncties. De data- en
faxfuncties worden wel ondersteund.
■ Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
■ Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan.
Bij aansluiting op een digitale lijn zal het modem schade oplopen.
Telecommunicatievoorschriften variëren per regio, en u moet er dus voor
zorgen dat de modeminstellingen correct zijn voor de regio waarin u het
modem gaat gebruiken.
Voer de volgende stappen uit om een regio te selecteren.
1. Klik op Start, wijs Alle programma’s, TOSHIBA en Netwerken aan en
klik op Selectie van modemregio.
Als in het hulpprogramma Modeminstallatie van het Configuratiescherm
een functie voor regio-/landselectie beschikbaar is, dient u deze niet te
gebruiken. Als u het land/de regio in het Configuratiescherm wijzigt, wordt
deze wijziging mogelijk niet doorgevoerd.
2. Het pictogram Regioselectie wordt weergegeven in de
Windows-taakbalk.
Klik met de primaire knop op het pictogram om een lijst van
ondersteunde regio's weer te geven. U ziet tevens een submenu met
telefoonlocatie-informatie. Naast de geselecteerde regio en de
geselecteerde telefoonlocatie staat een kruisje.
3. Selecteer een regio uit het regiomenu of een telefoonlocatie uit het
submenu.
■ Wanneer u op een regio klikt, wordt dit de regioselectie van het
modem en wordt automatisch de nieuwe telefoonlocatie ingesteld.
■ Wanneer u een telefoonlocatie selecteert, wordt automatisch de
corresponderende regio geselecteerd en wordt dit de huidige
regio-instelling van het modem.
Gebruikershandleiding4-19
Grondbeginselen
Menu Eigenschappen
Klik met de secundaire knop op het pictogram om het eigenschappenmenu
op het scherm weer te geven.
Instelling
U kunt de volgende instellingen in- of uitschakelen:
Automatisch uitvoeren
Het hulpprogramma voor regioselectie wordt automatisch gestart wanneer
u het besturingssysteem start.
Dialoogvenster Keuze-opties openen na selectie van de regio
Het dialoogvenster Keuze-opties wordt automatisch geopend nadat u de
regio hebt geselecteerd.
Locatielijst voor regioselectie
Er verschijnt een submenu met informatie over telefoonlocaties.
Dialoogvenster openen als modem en huidige telefoonlocatie
niet overeenkomen
Er verschijnt een waarschuwingsvenster als de huidige instellingen voor
het regionummer en de telefoonlocatie incorrect zijn.
Modemselectie
Als de computer het interne modem niet herkend, wordt er een
dialoogvenster weergegeven. Selecteer de COM-poort die u voor de
modem wilt gebruiken.
Keuze-opties
Als u deze optie selecteert, worden de keuze-opties weergegeven.
Als u de computer in Japan gebruikt, bent u wettelijk verplicht Japan als
regio te selecteren. Het is in strijd met de wet om het modem in Japan met
een andere regioselectie te gebruiken.
4-20Gebruikershandleiding
Aansluiten
Voer de volgende stappen uit om de modemkabel aan te sluiten.
Voor het aansluiten van een modem moet gebruik worden gemaakt van de
bij de computer geleverde modemkabel. Koppel het kabeluiteinde met de
kern aan de computer.
■ Bij onweer dient u de modemkabel uit de telefoonaansluiting te
verwijderen.
■ Sluit de modem niet op een digitale telefoonlijn aan. Hierdoor zal het
modem schade oplopen.
1. Sluit één uiteinde van de modemkabel aan op de modemaansluiting
van de computer.
2. Koppel het andere uiteinde van de modemkabel aan een
telefoonaansluiting.
Telefoonaansluiting
Modempoort
Grondbeginselen
Het interne modem aansluiten
U dient niet aan de kabel te trekken of de computer te verplaatsen terwijl
de kabel is aangesloten.
Als u gebruik maakt van een opslagapparaat (bijvoorbeeld een optisch
station of een vaste schijf) dat aan een 16-bits PC-kaart is gekoppeld,
kunt u te maken krijgen met de volgende modemproblemen:
■ de modemsnelheid is laag of de communicatie wordt onderbroken;
■ geluidsstoringen.
Ontkoppelen
Voer de volgende stappen uit om de modemkabel los te koppelen.
1. Knijp het palletje op de connector in de telefoonaansluiting in en trek de
connector eruit.
2. Verwijder de kabel op dezelfde manier uit de modemaansluiting van de
computer.
Gebruikershandleiding4-21
Grondbeginselen
Draadloze communicatie
De functie voor draadloze communicatie van de computer ondersteunt
zowel Wireless LAN- als Bluetooth-apparaten.
Sommige modellen zijn met Bluetooth uitgerust.
Draadloos LAN
Het draadloos LAN is compatibel met andere LAN-systemen die zijn
gebaseerd op DSSS-/OFDM-radiotechnologie (Direct Sequence Spread
Spectrum/Orthogonal Frequency Division Multiplexing) en die voldoen aan
de IEEE 802.11-norm voor draadloos LAN
(Revisie A, B of G) en de turbomodus.
Ondersteunde functies. Het ondersteunt de volgende voorzieningen:
gebaseerd op het 256-bits coderingsalgoritme (Atheros-moduletype).
■ Wi-Fi Protected Access (WPA).
- of Super AGTM-technologie (Atheros-moduletype).
■ De numerieke waarden voor weergave zijn de theoretische maxima
voor draadloze LAN-normen. De feitelijke waarden kunnen anders zijn.
■ De verzendsnelheid via het draadloos LAN en het maximale bereik van
draadloos LAN kunnen variëren al naar gelang de elektromagnetische
omgeving, obstakels, ontwerp en configuratie van accesspoints,
clientontwerp en software-/hardwareconfiguratie. De
overdrachtssnelheid (bij X Mbit/s) is de theoretische maximumsnelheid
volgens de IEEE802.11-standaard (a/b/g). De werkelijke
verzendsnelheid zal lager zijn dan de theoretische maximumsnelheid.
Als u de Atheros SuperA
TM
-functie wilt gebruiken, dienen uw client en
toegangspunt deze functie te ondersteunen. De werking van deze
functies kan variëren afhankelijk van de indeling van de verzonden
gegevens.
4-22Gebruikershandleiding
Beveiliging
■ Schakel de functie WEP (codering) in. Doet u dat niet, dan is uw
computer via het draadloos LAN toegankelijk voor buitenstaanders,
wat kan leiden tot onwettige binnendringing, afluisterpraktijken en
verlies of vernietiging van opgeslagen gegevens. TOSHIBA raadt u
daarom met klem aan de WEP-functie in te schakelen.
■ TOSHIBA is niet verantwoordelijk voor onrechtmatige toegang tot
gegevens via het draadloos LAN of voor beschadiging van die
gegevens.
Bluetooth-technologie
Bluetooth-technologie ondersteunt draadloze communicatie tussen
elektronische apparaten zoals desktopcomputers, printers en mobiele
telefoons.
De kenmerken van Bluetooth-technologie zijn als volgt:
Wereldwijde toepasbaarheid
De Bluetooth-radiozender en -ontvanger werkt in de band 2,45 GHz;
deze band, waarvoor geen vergunning nodig is, is compatibel met
radiosystemen in de meeste landen.
Radioverbindingen
U kunt gemakkelijk verbindingen tussen twee of meer apparaten tot stand
brengen. De verbinding wordt gehandhaafd zelfs als een apparaat buiten
het gezichtsveld ligt.
Grondbeginselen
Beveiliging
Twee geavanceerde beveiligingsmechanismen zorgen voor optimale
beveiliging:
■ Verificatie voorkomt dat onbevoegden toegang tot kritieke gegevens
verkrijgen en maakt het onmogelijk de oorsprong van een bericht te
vervalsen.
■ Codering biedt bescherming tegen afluisteren en waarborgt de privacy
van verbindingen.
Bluetooth™ Stack voor Windows® van TOSHIBA
Denk eraan dat deze software speciaal ontworpen is voor de volgende
besturingssystemen:
®
■ Microsoft
■ Microsoft
U vindt hieronder gedetailleerde informatie over het gebruik met deze
besturingssystemen. Raadpleeg ook de elektronische informatie die bij
deze software is inbegrepen.
Gebruikershandleiding4-23
Windows® 2000 Professional
®
Windows® XP
Grondbeginselen
BluetoothTM Stack is gebaseerd op de norm Bluetooth
TOSHIBA kan de compatibiliteit tussen PC-producten en/of andere
elektronische apparaten met Bluetooth
TM
alleen garanderen voor mobiele
TM
Versie 1.1/1.2.
PC’s van Toshiba.
Release-informatie voor de Bluetooth
®
Windows
1. Installatie:
Onder Windows2000 of Windows XP heeft Bluetooth
Windows
van TOSHIBA
®
van TOSHIBA geen handtekening nodig.
TM
Stack voor
TM
Stack voor
2. Faxtoepassingen:
Sommige faxtoepassingen kunnen niet met deze BluetoothTM Stack
worden gebruikt.
3. Meerdere gebruikers:
Onder Windows XP wordt de functie Meerdere gebruikers niet
ondersteund.
Wanneer u Bluetooth gebruikt, kunt u Bluetooth niet gebruiken om een
andere gebruiker aan te melden.
Productondersteuning:
De laatste informatie over de ondersteuning van
besturingssystemen, taalondersteuning of beschikbare upgrades
vindt u op onze website in Europa
(http://www.toshiba-europe.com/computers/tnt/bluetooth.htm) of de
Verenigde Staten (www.pcsupport.toshiba.com).
Schakelaar voor draadloze communicatie
U kunt de Wireless LAN- en Bluetooth-functie in- of uitschakelen met de
draadloze-communicatieschakelaar. Als de schakelaar op uit staat, kunnen
geen gegevens worden verzonden of ontvangen. Schuif de schakelaar
naar rechts (naar de voorkant van de computer) om de functie voor
draadloze communicatie in te schakelen en naar links (naar de achterkant
van de computer) om de functie uit te schakelen.
■ Zet de schakelaar in vliegtuigen en ziekenhuizen op uit. Controleer de
LED. De LED brandt niet wanneer de functie voor draadloze
communicatie is uitgeschakeld.
■ Schakel de computer uit als u een vliegtuig betreedt. Lees de regels
van de vliegmaatschappij voordat u aan boord uw computer gebruikt.
4-24Gebruikershandleiding
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.