TOMTOM GO 530 User Manual [nl]

TomTom GO
Wat zit er in de doos1.
A
B
C D
E
F
G
H
J
K
I

Wat zit er in de doos

a Jouw TomTom GO
A Microfoon B Oplaadlampje
C Aan/Uit knop D Lichtsensor
E Reset-knop F Luidspreker G Sleuf voor geheugenkaart
(exclusief SD-kaart) voor optionele extra kaarten
H USB-aansluiting I TomTom-connector / RDS-
TMC-connector
J Externe antenneconnector K Audio-out-connector
b Auto-oplader*
c Zuignap voor de voorruit d Documentatiepakket
e Dockingstation voor thuis (GO
f USB-kabel (GO 630)
530, 730, 930)
* Voor de TomTom GO x30 HD Traffic wordt dit vervangen door de TomTom HD Traffic Receiver.
2

Inbegrepen bij de TomTom GO x30T

A
B
g RDS-TMC-ontvanger voor verkeersinfo

Wordt geleverd bij de TomTom GO 930 en 930T

h Afstandsbediening

Inbegrepen bij de TomTom GO x30 HD Traffic

i TomTom HD Traffic Receiver
A Aan/uit-lampje - Rood licht B HD Traffic Receiver-lampje - Blauw licht
3
Voordat je begint...2.

Voordat je begint...

De TomTom in- en uitschakelen

Houd de Aan/Uit knop even ingedrukt om de TomTom GO in of uit te schakelen. Wanneer je het navigatiesysteem voor de eerste keer inschakelt, kan het enige tijd duren voordat het navigatiesysteem start.
Opmerking: heel soms start de GO niet goed. Druk in dat geval op de reset­knop en schakel het navigatiesysteem vervolgens weer in.

Installatie

Als je de TomTom GO instelt, moet je enkele vragen beantwoorden door het scherm aan te raken.
Belangrijk: zorg dat je de juiste taal selecteert, want deze wordt gebruikt voor
alle menu's en schriftelijke instructies.

Opmerkingen over de batterij

We raden je aan je TomTom GO volledig op te laden wanneer je deze voor de eerste keer aansluit op je computer Het duurt ongeveer twee uur voordat de batterij volledig is opgeladen.
Wanneer je de GO in het dockingstation voor thuis plaatst of de USB-kabel gebruikt om het systeem aan te sluiten op de computer, wordt je gevraagd of je verbinding wilt maken met de computer. Als je Nee selecteert en het scherm gedurende drie minuten niet aanraakt, wordt het navigatiesysteem automatisch uitgeschakeld. Zodoende kan de batterij sneller worden opgeladen.
Zie TomTom HOME gebruiken op pagina 107 voor meer informatie over het aansluiten op de computer.
Opmerking: je TomTom GO gebruikt een kleine hoeveelheid batterijvoeding om te onthouden welk scherm als laatste werd weergegeven bij de laatste sessie.
Echter, als je de GO gedurende lange tijd niet oplaadt, wordt het standaard­beginscherm weergegeven wanneer je de GO de volgende keer opstart. Alle overige apparaatinstellingen blijven ongewijzigd.
4

Ontvangst verbeteren

Als het langer dan vijf minuten duurt voordat de TomTom GO je huidige positie vindt, ga dan met het navigatiesysteem naar een open ruimte zonder hoge gebouwen, bomen en dergelijke.
Wanneer je de TomTom GO aansluit op de computer, kun je vanaf TomTom HOME gegevens downloaden over de positie van GPS-satellieten gedurende de komende zeven dagen. Zodoende kan de GO sneller je positie bepalen.
Belangrijk: sommige auto's hebben een warmtereflecterend paneel in de
voorruit. Daardoor kan de GO mogelijk je huidige positie niet bepalen.
Met de externe antenne van TomTom (verkrijgbaar als accessoire) heb je een betere ontvangst.

Zuignap voor de voorruit

Met de zuignap voor de voorruit kun je de TomTom GO in je auto monteren.
Om de zuignap te bevestigen, druk je deze stevig tegen de voorruit van je auto op een plaats waar het glas zo vlak mogelijk is.
Zorg ervoor dat zowel de zuignap als de voorruit schoon en droog zijn voordat je de zuignap bevestigt. Plaats de zuignap zodanig op de voorruit dat je zicht op de weg niet wordt belemmerd.

Dockingstation voor thuis / USB-kabel

Het dockingstation voor thuis en de USB-kabel worden gebruikt om je TomTom GO buiten de auto op te laden en om je GO aan te sluiten op je computer.
Wanneer de GO is aangesloten op je computer, kun je TomTom HOME gebruiken om het navigatiesysteem te beheren. Zie voor informatie over TomTom HOME het gedeelte TomTom HOME gebruiken op pagina 107.

Zorg goed voor je TomTom GO

Laat de TomTom GO of de accessoires nooit in het zicht liggen wanneer je uit je auto stapt. Ze zijn anders een gemakkelijke prooi voor dieven.
Je kunt een wachtwoord instellen voor de TomTom GO. Je moet dit altijd invoeren wanneer je de GO start. Zie het gedeelte TomTom HOME gebruiken op pagina 107 voor meer informatie.
Het is belangrijk dat je zorgvuldig omgaat met de GO.
• De GO is niet ontworpen voor gebruik bij extreme temperatuur omdat hierdoor het navigatiesysteem permanent kan beschadigen.
• Open onder geen enkele voorwaarde de behuizing van je GO. Dit kan gevaarlijk zijn en hierdoor vervalt je aanspraak op garantie.
• Veeg het scherm van de GO af of droog met een zachte doek. Gebruik geen vloeibare schoonmaakmiddelen.
5
Rijweergave3.

Rijweergave

Wanneer je de TomTom GO start, worden de rijweergave en gedetailleerde informatie over je huidige locatie weergegeven.
Raak het midden van het scherm aan als je het hoofdmenu wilt openen.
Opmerking: de rijweergave wordt in zwart-wit weergegeven totdat je GO je huidige positie heeft bepaald.
A Raak + en - aan om in en uit te zoomen.
B Je huidige GPS-positie.
C De naam van de volgende hoofdweg of verkeersbordgegevens, indien van
toepassing.
D Navigatie-instructie voor het volgende deel van de route.
Raak dit gedeelte aan om de laatste gesproken instructie te herhalen en om het volume te wijzigen.
E De naam van de volgende straat die je moet inslaan.
F Informatie over je reis, zoals reistijd, resterende tijd en aankomsttijd.
Om te selecteren wat er wordt getoond, raak je Statusbalk-voorkeuren aan in het menu Voorkeuren.
G Sterkte van het GPS-signaal.
H Verkeersinfo-balk
Om Verkeersinfo in te stellen, raak je de Verkeersinfo-balk aan om het menu Verkeersinfo te openen of raak je TomTom Verkeersinfo aan in het hoofdmenu.
I Snelmenu - zie de volledige versie van de handleiding voor meer
informatie.
6
Enhanced Positioning Technology4.

Enhanced Positioning Technology

Opmerking: Enhanced Positioning Technology is beschikbaar op de TomTom GO 930 en 930T.
Enhanced Positioning Technology of EPT maakt een schatting van je positie wanneer de GPS-ontvangst slecht is, bijvoorbeeld wanneer je tussen hoge gebouwen door rijdt.
Je GO gebruikt locatiesensoren om je snelheid en rijrichting te bepalen en maakt aan de hand hiervan een schatting van je huidige locatie.
EPT kan alleen een schatting van de locatie van je GO maken. Je precieze locatie kan alleen worden berekend wanneer je GO een krachtig GPS-signaal ontvangt.
Wanneer je GO gebruikmaakt van EPT om je locatie in te schatten, wordt het EPT-pictogram op de statusbalk weergegeven.
Je GO zorgt voor automatische kalibratie van EPT. Indien het kalibreren niet is voltooid wanneer je GO de GPS-ontvangst verliest, kan EPT niet worden gebruikt en wordt het scherm grijs. Dit kan het geval zijn wanneer er bij aanvang van de rit geen GPS-ontvangst is.

Kalibratie

A EPT-pictogram.
B Je huidige GPS-positie.
De kalibratie wordt automatisch uitgevoerd: hiervoor hoef je niets te doen. Het is wel handig om te weten hoe het kalibratieproces ongeveer in zijn werk gaat.
Elke keer dat je navigatiesysteem wordt ingeschakeld, stelt je TomTom GO de locatiesensoren opnieuw in. Om te zorgen dat je locatie zo nauwkeurig mogelijk wordt geschat, kalibreert je GO de sensoren gedurende de hele reis.
Voor een geslaagde kalibratie moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan:
• Je GO ontvangt een krachtig GPS-signaal.
7
• Je auto heeft minstens vijf seconden stilgestaan en heeft daarna minstens een minuut lang op een recht en vlak stuk weg gereden.
8
Je eerste reis5.

Je eerste reis

Met de TomTom GO kun je eenvoudig een route plannen. Volg de onderstaande stappen om de eerste route te plannen.
Belangrijk: plan je route altijd voordat je op weg gaat. Het is gevaarlijk om een
route te plannen terwijl je aan het rijden bent.
1. Raak het touchscreen aan om het hoofdmenu weer te geven.
Opmerking: de knoppen op je GO worden volledig in kleur weergegeven, tenzij een knop op dat moment niet beschikbaar is. Zo is de knop Zoek alternatief... in het hoofdmenu alleen beschikbaar als je een route hebt gepland.
2. Raak Navigeer naar... aan.
3. Raak Adres aan.
Voor het invoeren van een adres heb je de keuze uit de volgende opties:
Stadscentrum - raak deze knop aan om het centrum van een plaats als
bestemming in te stellen.
Straat en huisnummer - raak deze knop aan om een exact adres als
bestemming in te stellen.
Postcode - raak deze knop aan om een postcode als bestemming in te
stellen.
Opmerking: je kunt een postcode voor elk willekeurig land invoeren. In het Verenigd Koninkrijk en Nederland zijn de postcodes gedetailleerd genoeg om de ligging van een huis te bepalen. In andere landen kun je een postcode
9
invoeren om de ligging van een stad of gebied te bepalen. Je moet dan ook een straat en huisnummer invoeren.
Kruising - raak deze knop aan om het punt waar twee straten
samenkomen als bestemming in te stellen.
Gesproken adres - raak deze knop aan om je bestemming aan je GO te
dicteren. Zie het gedeelte Gesproken adresinvoer op pagina 22 voor meer informatie.
Voor je eerste reis zullen we een specifiek adres invoeren.
4. Raak Straat en huisnummer aan.
Opmerking: wanneer je voor de eerste keer een route plant, vraagt je GO je om een land te kiezen. Je keuze wordt opgeslagen en voor alle te plannen routes gebruikt.
Je kunt deze instelling altijd wijzigen door de vlag van het land aan te raken.
5. Begin met het typen van de naam van de plaats van bestemming.
Terwijl je typt, worden de plaatsnamen weergegeven die dezelfde beginletters hebben. Wanneer je bestemming in de lijst wordt weergegeven, raak je de naam van de plaats aan om deze in te stellen als je bestemming.
Tip: in plaats van de naam te typen, raak je deze knop aan om het
adres op je GO in te spreken.
Zie voor meer informatie Gesproken adresinvoer op pagina 22
6. Begin met het typen van de straatnaam. Zodra de naam in de lijst verschijnt, raak je deze aan.
Net als met de plaatsnaam, worden alle straatnamen met dezelfde beginletters weergegeven. Wanneer je bestemming in de lijst wordt weergegeven, raak je de naam van de straat aan om deze in te stellen als je bestemming.
7. Voer nu het huisnummer van je bestemming in en raak OK aan.
10
8. Je GO vraagt of je op een bepaalde tijd wilt aankomen. Raak voor deze
9. Nadat de route is berekend, raak je OK aan.
Je GO leidt je direct naar je bestemming aan de hand van gesproken instructies en aanwijzingen op het scherm.

Aankomsttijden

Wanneer je een route plant, vraagt de TomTom GO of je op een bepaald tijdstip moet aankomen.
Raak JA aan om een gewenste aankomsttijd in te voeren.
oefening NEE aan.
De route wordt nu berekend door de GO. IQ Routes
TM
wordt gebruikt om de best mogelijke route te plannen aan de hand van historische informatie over verkeerssnelheden op de wegen.
De GO berekent je aankomsttijd en laat zien of je op tijd aankomt.
Je kunt deze informatie ook gebruiken om te berekenen wanneer je moet vertrekken. Als je GO aangeeft dat je 30 minuten te vroeg zult aankomen, kun je wachten en pas over 30 minuten vertrekken in plaats van te vroeg aan te komen.
Je aankomsttijd wordt tijdens je reis voortdurend bijgewerkt. De statusbalk geeft aan of je op tijd zult aankomen of dat je te laat komt, zoals je hierna kunt zien:
Je komt 55 minuten voor de ingevoerde aankomsttijd aan.
Indien de geschatte aankomsttijd meer dan vijf minuten voor de ingevoerde tijd valt, wordt dit in het groen weergegeven.
Je komt 3 minuten voor de ingevoerde aankomsttijd aan.
Indien de geschatte aankomsttijd minder dan 5 minuten voor de ingevoerde tijd valt, wordt dit in het geel weergegeven.
Je komt 19 minuten te laat aan.
Indien de geschatte aankomsttijd later valt dan de ingevoerde tijd, wordt dit in het rood weergegeven.
11
Raak Statusbalk-voorkeuren aan in het voorkeurenmenu zodat je meldingen voor de aankomsttijd kunt in- of uitschakelen.
Statusbalk­voorkeuren
Selecteer de vereiste opties in het eerste menuscherm en raak vervolgens OK aan.
Als je meldingen voor de aankomsttijd wilt inschakelen, selecteer je Toon speling tot aankomsttijd.
Als je meldingen voor de aankomsttijd wilt uitschakelen, hef je de selectie
Toon speling tot aankomsttijd op.

Welke andere navigatieopties zijn er?

Als je Navigeer naar... aanraakt, kun je op verschillende manieren je bestemming opgeven, niet alleen door het adres in te voeren. De andere opties vind je hieronder:
Raak deze knop aan om naar je thuislocatie te navigeren.
Deze knop zul je waarschijnlijk het vaakst gebruiken.
Thuis
Voor informatie over het instellen van je thuislocatie ga je naar Wijzig thuislocatie op pagina 53.
Raak deze knop aan om een Favoriet als je bestemming te selecteren.
Zie voor meer informatie over Favorieten: Favorieten op pagina 33.
Favoriet
3
2
2
1
Adres
Recente
bestemming
Nuttige
Plaats
Mijn locatie
Raak deze knop aan om een adres in te voeren als je bestemming.
Raak deze knop aan om je bestemming te selecteren uit een lijst van locaties die je onlangs als bestemming hebt gebruikt.
Raak deze knop aan om naar een Nuttige Plaats (NP) te navigeren.
Voor meer informatie over NP's en het navigeren naar een NP ga je naar Nuttige Plaatsen op pagina 39.
Raak deze knop aan om je GPS-positie te selecteren als je bestemming.
Zie Global Positioning System (GPS) op pagina 106 voor meer informatie over GPS.
Locatie op de
kaart
Raak deze knop aan om een locatie op de kaart als je bestemming te kiezen met behulp van de kaartbrowser.
Zie Rijweergave op pagina 6 voor meer informatie over de kaartbrowser.
12
Lengte- en
breedtegraad
Raak deze knop aan om je bestemming in te stellen door de breedte- en lengtegraad in te voeren.
Raak deze knop aan om naar de huidige positie van een TomTom Buddy te navigeren. Let wel dat de Buddy op een andere locatie kan zijn voor je haar/ hem bereikt hebt.
TomTom
Buddy
Meer informatie over TomTom Buddies vind je in TomTom-services op pagina 69.
Raak deze knop aan om je laatste vastgelegde positie te selecteren als je bestemming.
Positie van
laatste stop
Zie Global Positioning System (GPS) op pagina 106 voor meer informatie over GPS.

Gesproken adres

Voortaan hoef je geen adressen in te typen, maar kun je een adres invoeren door dit aan je GO te dicteren.
Opmerking: de functie voor spraakherkenning is momenteel alleen beschikbaar om adressen in te voeren en om te reageren op speciale meldingen.
In het hoofdmenu raak je Navigeer naar... aan en vervolgens Adres, gevolgd door Gesproken adres of Gesproken adres (dialoog) en spreek je het adres in wanneer hierom wordt gevraagd.
Gesproken
adres (dialoog)
Zie voor meer informatie Gesproken adresinvoer op pagina 22
Gesproken
adres

Een route van tevoren plannen

Je kunt de GO ook gebruiken om reizen vooraf te plannen door zowel het vertrekpunt als de bestemming te selecteren. Je kunt bijvoorbeeld het volgende doen:
• Voor vertrek uitozkeen hoelang de reis gaat duren.
• De route bekijken van de reis die je wilt plannen.
• De reisroute bestuderen voor iemand die jou komt bezoeken, zodat je de route kunt uitleggen aan deze persoon.
Om een route vooraf te plannen, doe je het volgende:
1. Raak het touchscreen aan om het hoofdmenu weer te geven.
2. Raak de pijlknop aan om naar het volgende menuscherm te gaan en selecteer Maak route aan.
13
Maak route
3. Selecteer het vertrekpunt van je reis op dezelfde wijze waarop je je bestemming selecteert.
4. Stel de bestemming voor je reis in.
5. Kies het soort route dat je wilt plannen.
Snelste route - de route die de minste tijd kost.
Kortste route - de kortste afstand tussen de ingestelde locaties. Dit is niet
altijd de snelste route, vooral niet wanneer de kortste route door een dorp of stad loopt.
Vermijd snelwegen - een route waarbij snelwegen worden vermeden.
Wandelroute - een route wanneer je te voet bent.
Fietsroute - een route wanneer je met de fiets bent.
Beperkte snelheid - een route voor een voertuig dat niet harder dan een
bepaalde snelheid kan. Je moet hier de maximumsnelheid opgeven.
6. De TomTom GO plant de route tussen de twee locaties die je hebt opgegeven..

Zie voor meer informatie over een route:

Voor de route die je het laatst hebt gepland, kun je toegang tot deze opties krijgen door Toon route aan te raken in het hoofdmenu.
Voor meer details over je route, raak je de knop Details aan op het scherm van de routesamenvatting.
Toon als tekst
Toon als
afbeeldingen
Toon
routekaart
Toon samen-
vatting
Je kunt dan uit de volgende opties kiezen:
Raak deze knop aan voor een lijst van alle afslaginstructies onderweg.
Deze functie is zeer handig als je de route aan iemand anders moet uitleggen.
Raak deze knop aan om alle afslagen onderweg te zien. Raak de pijlen naar links en naar rechts aan om door de route heen en weer te bewegen.
Raak het scherm aan om de 3D-weergave uit te zetten en de kaart van bovenaf te bekijken.
Raak deze knop aan om een overzicht van de route te zien met behulp van de kaartbrowser.
Zie Rijweergave op pagina 6 voor meer informatie over de kaartbrowser.
Raak deze knop aan om het scherm van de routesamenvatting te zien.
14
Alternatieve routes zoeken6.

Alternatieve routes zoeken

Als je eenmaal een route hebt gepland, kan het zijn dat je iets aan die route wilt veranderen, zonder de bestemming te wijzigen.

Waarom zou ik de route veranderen?

Dit zou kunnen om een van de volgende redenen:
• Je ziet bijvoorbeeld dat een weg is afgesloten of dat er verderop een verkeersopstopping is.
• Je wilt via een bepaalde locatie reizen om iemand op te halen, ergens te lunchen of benzine te tanken.
• Je wilt een moeilijke kruising of een weg die je niet prettig vindt, vermijden.
Raak Zoek alternatief... aan in het hoofdmenu aan om de huidige geplande route te wijzigen.
Zoek alterna-
tief...
Bereken
alternatief
Raak vervolgens een van de onderstaande opties aan.
Raak deze knop aan om een alternatief te berekenen voor een route die al is gepland.
Je GO gaat op zoek naar een andere route vanaf je huidige locatie naar je bestemming.
Vermijd
obstructie
Mocht je besluiten toch liever de oorspronkelijke route te gebruiken, dan raak je Herbereken origineel aan.
In welke gevallen is dit nodig?
Naast de wegen in de nabijheid van je locatie en bestemming, zal de nieuwe route gebruikmaken van geheel afwijkende wegen om je bestemming te bereiken. Dit is een eenvoudige manier om een geheel afwijkende route te berekenen.
Raak deze knop aan als je een obstructie of verkeersopstopping in de verte ziet. Vervolgens moet je kiezen welk gedeelte van de route je wilt vermijden.
Kies uit de verschillende opties: 100 m, 500 m, 2000 m, 5000 m. Je GO herberekent de route waarbij een deel van de route wordt vermeden over de door jou geselecteerde afstand.
Houd er rekening mee, dat als de nieuwe route eenmaal is berekend, je de weg waarop je rijdt mogelijk snel moet verlaten.
Als de obstructie opeens is verholpen, raak je Herbereken origineel aan om naar de oorspronkelijke route terug te gaan.
15
Raak deze knop aan om je route te wijzigen zodat je langs een bepaalde locatie komt, bijvoorbeeld om iemand onderweg op te halen.
Reis via...
Herbereken
origineel
Vermijd deel
van route
Beperk ver-
tragingen
Je kiest de locatie waar je langs wilt op dezelfde manier als je een bestemming kiest. Je kunt dus uit dezelfde opties kiezen, zoals Adres, Favoriet, Nuttige plaats en Locatie op de kaart.
Je GO berekent een nieuwe route naar je bestemming die je langs de gewenste locatie voert.
Met deze knop kun je slechts via één locatie reizen. Als je via meer dan één locatie wilt reizen, gebruik je een reisplan. Zie het gedeelte Reisplanner op pagina 44 voor meer informatie.
Raak deze knop aan om terug te keren naar de oorspronkelijke route, zonder omwegen in verband met wegafzettingen en zonder via bepaalde locaties te moeten rijden.
Raak deze knop aan om een deel van de route te vermijden. Gebruik deze knop als je kunt zien dat je route een weg of knooppunt bevat die je niet aanstaat, of als de route bekend staat om zijn verkeersproblemen.
In dat geval selecteer je de weg die je wilt vermijden uit een lijst met wegen op je route.
Raak deze knop aan om je route te herberekenen en verkeersproblemen zoveel mogelijk te vermijden. Je GO gaat na of er verkeersproblemen voorkomen op je route en berekent dan de beste route om die problemen te vermijden.
Voor meer informatie over het gebruik van TomTom Verkeersinfo zie TomTom Verkeersinfo op pagina 79.
16
Geluiden en stemmen7.

Geluiden en stemme n

Het geluid op je TomTom GO wordt gebruikt voor functies zoals:
• Gesproken instructies
• Handsfree-gesprekken
•Waarschuwingen
•Muziek
Zie het gedeelte Handsfree bellen op pagina 47 voor informatie over handsfree bellen op je GO.
Voor informatie over het afspelen van muziek op je GO, zie Muziek en media op pagina 26

Hoe wijzig ik het volumeniveau?

Je kunt het volume op drie manieren wijzigen:
• Raak de linkerbenedenhoek van de rijweergave aan. De laatste gesproken instructie wordt herhaald en het volumeniveau wordt getoond.
Beweeg de volumeregelaar om het volume te regelen.
• In het hoofdmenu raak je Wijzig voorkeuren aan en vervolgens Wijzig volume.
Raak Test aan om je wijzigingen te controleren.
• Je kunt je GO zodanig instellen dat het volume automatisch wordt aangepast aan het lawaai in de auto.

Automatisch het volume wijzigen

Je TomTom GO kan het volume automatisch aanpassen.
1. In het hoofdmenu raak je Wijzig voorkeuren aan.
Wijzig volume
2. Raak Wijzig volume aan.
3. Selecteer Koppel volume aan omgevingsgeluidniveau.
4. Raak OK aan.
17

Een stem kiezen

Als je de stem op je TomTom GO wilt wijzigen, raak je Spraak-voorkeuren aan in het voorkeurenmenu, gevolgd door Wijzig stem. Kies een stem uit de lijst.
Spraak-
voorkeuren
Je TomTom GO bevat twee soorten stemmen:
• Computerstemmen
Deze worden gegenereerd door je GO. De stemmen geven gesproken instructies terwijl je rijdt en kunnen straatnamen uitspreken en berichten, verkeersrapporten, weerberichten, tips en trainingsmateriaal voorlezen.
• Menselijke stemmen
Deze zijn opgenomen door acteurs.
Opmerking: menselijke stemmen geven alleen gesproken instructies.

Hoe werken computerstemmen?

Je TomTom GO maakt gebruik van tekst-naar-spraaktechnologie om computerstemmen te genereren. Een tekst-naar-spraakprogramma zet geschreven tekst, bijvoorbeeld een instructie als 'rechts afslaan', om in het geluid van een menselijke stem.
Het tekst-naar-spraakprogramma neemt de hele zin in beschouwing, zodat het geluid dat je te horen krijgt zo echt mogelijk klinkt. Het programma kan ook buitenlandse plaats- en straatnamen herkennen en volledig correct uitspreken. Zo kan een Engelse stem bijvoorbeeld Franse straatnamen oplezen.
Opmerking: als je een menselijke stem selecteert, kan deze alleen opdrachten voorlezen, maar geen straatnamen. Als je wilt dat straatnamen ook worden voorgelezen, moet je een computerstem selecteren.

Interne en externe luidsprekers

Je TomTom GO bevat een luidspreker van uitstekende kwaliteit. Deze wordt gebruikt om alle geluiden op je GO af te spelen, tenzij je het navigatiesysteem aansluit op externe luidsprekers.
Je kunt op de volgende manieren externe luidsprekers aansluiten op je GO:
• Met een audiokabel.
Opmerking: als je autoradio een line-in connector heeft, kun je geluid van je GO afspelen via de luidsprekers van je auto.
• Met een Bluetooth®-hifiheadset of -hifiluidsprekers.
• Door de F M-zend er in je GO af te stemmen voor gebruik van de luidsprekers van je autoradio.
Opmerking: de FM-zender is beschikbaar in de GO 530, 730 en 930.
18

FM-zender

De GO 530, 730, 930 bevatten een FM-zender die werkt als een radiostation. Dit betekent dat je de instructies van je GO en je mp3-nummers via de luidsprekers van je autoradio kunt beluisteren.

Installatie

• In het hoofdmenu raak je Wijzig voorkeuren aan en vervolgens Luidspreker-voorkeuren.
• Zet je autoradio aan.
• Zoek op de autoradio een frequentie die niet wordt gebruikt door een radiozender.
• Raak Wijzigen aan en stel je GO in op de frequentie van je autoradio.
Als je rijdt in een gebied waar een radiozender uitzendt op dezelfde frequentie als de frequentie die je gebruikt voor de FM-zender, moet je mogelijk een andere frequentie kiezen.
Opmerking: de FM-zender is beschikbaar in de GO 530, 730 en 930.

Meer dan één luidspreker gebruiken

Je kunt verschillende luidsprekers selecteren die je voor verschillende situaties gebruikt, bijvoorbeeld de interne luidspreker voor instructies van je TomTom GO en externe luidsprekers voor het voeren van handsfree telefoongesprekken en het luisteren naar muziek.
• Interne luidspreker
• Bluetooth-hifiapparaat
• Line out (audiokabel)
• FM naar autoradio
Opmerking: de FM-zender is beschikbaar in de GO 530, 730 en 930.

Kan ik de gesproken instructies wel horen wanneer de muziek aanstaat?

Wanneer je een Bluetooth®-hifiapparaat selecteert voor muziek en gesproken instructies, wordt je gevraagd of je de muziek wilt pauzeren wanneer gesproken instructies worden voorgelezen. De muziek wordt standaard altijd onderbroken voor gesproken instructies.
Wanneer je een handsfree telefoontje ontvangt, wordt de muziek altijd onderbroken en worden er geen gesproken instructies gegeven.
Zie het gedeelte Handsfree bellen op pagina 47 voor informatie over handsfree bellen op je GO.

De audiokabel gebruiken

Om geluid via je autoradio of externe luidspreker af te spelen met gebruik van de audiokabel, doe je het volgende:
1. Sluit de audiokabel aan op de line-out connector van je GO.
2. Steek de audiokabel in de line-in connector van je autoradio of andere externe luidspreker.
19
Luidspreker-
voorkeuren
Opmerking: niet alle autoradio's hebben een line-in connector. Raadpleeg de handleiding van je autoradio voor specifieke informatie.
3. Als je de autoradio gebruikt, selecteer je de line-in connector van de autoradio als ingangsbron.
4. Op je GO raak je Luidspreker-voorkeuren aan in het voorkeurenmenu.
Raak deze knop aan om de luidsprekerinstellingen te wijzigen.
5. Selecteer de luidspreker die je GO moet gebruiken voor het voorlezen van instructies.
Interne luidspreker
Bluetooth-hifiapparaat
Line out (audiokabel)
FM naar autoradio
6. Selecteer de luidspreker die je GO moet gebruiken voor het afspelen van muziek.
Interne luidspreker
Bluetooth-hifiapparaat
Line out (audiokabel)
FM naar autoradio
Opmerking: de FM-zender is beschikbaar in de GO 530, 730 en 930.
7. Raak OK aan.
8. Je GO vraagt je of je een externe Bluetooth®-hifiluidspreker- wilt gebruiken. Raak NEE aan.
Je GO bevestigt dat wanneer het navigatiesysteem is verbonden, het geselecteerde geluid wordt afgespeeld via de audiokabel.
Opmerking: je kunt niet naar de autoradio luisteren en gelijktijdig de audiokabel gebruiken om via de autoradio naar je GO te luisteren.
Zie het gedeelte Muziek en media op pagina 26 voor informatie over het luisteren naar muziek via je GO.

Bluetooth®-hifiluidsprekers- gebruiken

Je GO kan geluid afspelen via Bluetooth®-hifiluidsprekers-, zoals een Bluetooth®-hifiheadset- of een autoradio met Bluetooth®-functie.
Als je geluid wilt afspelen via Bluetooth®-hifiluidsprekers-, ga je als volgt te werk:
1. Raak Luidspreker-voorkeuren aan in het voorkeurenmenu.
20
Luidspreker-
voorkeuren
Raak deze knop aan om de luidsprekerinstellingen te wijzigen.
2. Selecteer de luidspreker die je GO moet gebruiken voor het voorlezen van instructies.
• Interne luidspreker
Bluetooth-hifiapparaat
Line out (audiokabel)
FM naar autoradio
3. Selecteer de luidspreker die je GO moet gebruiken voor het afspelen van muziek.
Interne luidspreker
Bluetooth-hifiapparaat
Line out (audiokabel)
FM naar autoradio
Opmerking: de FM-zender is beschikbaar in de GO 530, 730 en 930.
4. Raak OK aan.
5. Je GO vraagt je om te bevestigen dat je een externe Bluetooth®­hifiluidspreker- wilt gebruiken. Raak JA aan.
Je GO begint te zoeken naar Bluetooth®-hifiapparaten-.
6. Selecteer je Bluetooth®--hifiapparaat uit de lijst met apparaten die door je GO zijn gevonden.
Je GO probeert een Bluetooth®-verbinding tot stand te brengen met je navigatiesysteem.
Mogelijk moet je een wachtwoord invoeren op je GO voordat er een Bluetooth®-verbinding tot stand kan worden gebracht. Raadpleeg de documentatie van je Bluetooth®-hifiapparaat voor meer informatie.
Als de verbinding eenmaal tot stand is gebracht, wordt het geluid afgespeeld via het externe Bluetooth®-hifiapparaat-.
Als je GO geen Bluetooth®-verbinding tot stand kan brengen, wordt al het geluid afgespeeld via de interne luidspreker of via de audiokabel, als deze is verbonden met een extern audioapparaat met luidsprekers.
21
Gesproken adresinvoer8.

Gesproken adresinvoer

Gesproken adres (dia-
loogvenster)
Belangrijk: plan je route altijd voordat je op weg gaat. Het is gevaarlijk om een
route te plannen terwijl je aan het rijden bent.
Wanneer je een route plant op je TomTom GO, kun je ook gesproken adresinvoer gebruiken om het adres in te spreken in plaats van het adres op het scherm in te typen.
Raak deze knop aan om een adres in te voeren met gebruik van spraak. Via deze optie kun je GO het volgende herkennen:
• Instructies: Ja, Nee, Terug, Klaar, OK, Kruising.
• Straatnamen.
• Plaatsnamen.
• Nummers: nummers moeten als afzonderlijke cijfers worden uitgesproken. Voor het getal 35 zeg je bijvoorbeeld eerst "drie" en vervolgens "vijf".
Met Gesproken adres (dialoogvenster) kun je informatie invoeren zonder het scherm aan te raken.
Raak deze knop aan als je niet alleen via spraak een adres wilt invoeren maar ook het scherm wilt aanraken. Via deze optie kun je GO het volgende herkennen:
Gesproken
adres
• Straatnamen.
• Plaatsnamen.
Gesproken adres werkt over het algemeen sneller dan Gesproken adres (dialoogvenster).
Wanneer deze knop op je toetsenbord wordt weergegeven, kun je informatie via spraak invoeren en hoef je deze niet in te typen. Raak deze knop aan om informatie in te voeren met behulp van gesproken adresinvoer.
Tip: wanneer deze knop grijs wordt weergegeven, kun je de functie spraak
niet gebruiken om een adres in te voeren.
Je GO herkent plaats- en straatnamen die volgens de lokale taal en uitspraak worden ingesproken.
Het invoeren van plaats- en straatnamen via gesproken adresinvoer is niet in alle landen mogelijk.
22

Een reis plannen met behulp van gesproken adresinvoer

Belangrijk: plan je route altijd voordat je op weg gaat. Het is gevaarlijk om een
route te plannen terwijl je aan het rijden bent.
Om een route te plannen via de functie spraakherkenning, doe je het volgende:
1. Raak Navigeer naar... aan in het hoofdmenu.
2. Raak Adres aan.
In dit voorbeeld navigeren we naar een bestemming door het adres via spraak in te voeren.
3. Raak Gesproken adres (dialoogvenster) aan.
4. Spreek de plaatsnaam in.
Wanneer je de plaatsnaam inspreekt, krijg je een lijst met zes namen te zien die overeenkomen met wat je hebt gezegd.
23
Je GO leest de naam bovenaan de lijst voor. Als deze naam correct is, zeg je "Klaar", OK", "Ja" of "Eén" of raak je de naam aan.
Als de opgelezen plaatsnaam niet correct is, maar je de goede naam wel in de lijst ziet staan, spreek je het nummer in dat naast deze naam staat of raak je deze naam aan.
Als de juiste naam bijvoorbeeld Rotterdam is en deze onder nummer twee op de lijst staat, dan zeg je "Twee" of raak je de naam Rotterdam aan.
Als de plaatsnaam niet in de lijst voorkomt, zeg je ”Terug” of ” Nee” of raak je de knop Terug aan om naar het vorige scherm terug te keren. Spreek de plaatsnaam vervolgens nogmaals in.
Opmerking: getallen moeten in dezelfde taal worden ingesproken als op de menuknoppen wordt gebruikt.
5. Spreek de straatnaam in.
Net als bij de plaatsnaam, krijg je een lijst met zes namen te zien die nauw overeenkomen met wat je hebt gezegd.
Je GO leest de naam bovenaan de lijst voor. Als deze naam correct is, zeg je "Klaar", OK", "Ja" of "Eén" of raak je de naam aan.
Opmerking: verschillende locaties kunnen vergelijkbare namen hebben, zoals een weg met verschillende postcodelocaties. In dat geval worden al deze locaties in de lijst weergegeven en moet je naar het scherm kijken om de juiste locatie te kiezen.
Als de opgelezen straatnaam niet correct is, maar je de goede naam wel in de lijst ziet staan, spreek je het nummer in dat naast deze naam staat of raak je deze naam aan.
Als de juiste naam bijvoorbeeld Rembrandtplein is en deze onder nummer drie op de lijst staat, dan zeg je "drie" of raak je de naam Rembrandtplein aan.
Als je bijvoorbeeld naar deze lijst kijkt en de juiste naam Rembrandtplein is, dan zeg je "twee" of raak je de naam Rembrandtplein aan.
Als de straatnaam niet in de lijst voorkomt, zeg je ”Terug” of ”Nee” of raak je Terug aan om naar het vorige scherm terug te keren. Spreek de straatnaam vervolgens nogmaals in.
6. Spreek het huisnummer in.
Getallen moeten normaal worden uitgesproken. Zo zou je het getal 357 als één doorlopende zin oplezen, "Driehonderdzevenenvijftig."
Als het getal niet juist wordt weergegeven, zeg je "Terug" of "Nee" of raak je de Backspace-toets aan. Spreek het getal vervolgens nogmaals in.
24
Tip: als je "Terug" zegt wanneer er geen getallen op het scherm worden
weergegeven, gaat je GO terug naar het vorige scherm.
Wanneer het correcte nummer wordt weergegeven, zeg je "Klaar" of "OK." Je kunt het nummer ook invoeren door het scherm aan te raken.
Om een kruising als locatie te selecteren, zeg je "Kruising".
Opmerking: getallen moeten in dezelfde taal worden ingesproken als op de menuknoppen wordt gebruikt.
7. Je GO vraagt of je op een bepaalde tijd wilt aankomen. Raak voor deze oefening NEE aan.
De route wordt nu door de GO berekend.
8. Nadat de route is berekend, raak je OK aan.

Nog meer manieren om tegen je TomTom GO te praten

Er zijn verschillende manieren om een adres in te voeren via spraak.
Om de beschikbare opties te zien, raak je Navigeer naar... aan in het hoofdmenu en vervolgens Adres.
Opmerking: adresinvoer op postcode is niet mogelijk via spraak.
Stadscentrum - om het centrum van een stad of dorp in te spreken, raak je eerst deze knop aan en vervolgens de spraakknop onder aan het toetsenbord van het volgende scherm.
Straat en huisnummer - om een adres in te spreken, raak je eerst deze knop aan en vervolgens de spraakknop onder aan het toetsenbord op het volgende scherm.
Kruising - om een kruising van twee wegen in te spreken, raak je eerst deze knop aan en vervolgens de spraakknop onder aan het toetsenbord van het volgende scherm.
Gesproken adres - raak deze knop aan om een adres in te voeren via spraak en door het scherm aan te raken.
Gesproken adres (dialoogvenster) - raak deze knop aan om uitsluitend via spraak een adres in te voeren. Als je wilt, kun je het scherm nog steeds aanraken voor bepaalde gegevens.
25
Muziek en media9.

Muziek en media

Belangrijk: selecteer alleen muziek en media wanneer je stilstaat. Het is
gevaarlijk om nummers te kiezen en instellingen te wijzigen terwijl je rijdt.
Je kunt op de TomTom GO mp3-bestanden en Audible®-luisterboeken afspelen en documenten en foto's weergeven.
Opmerking: mp3-bestanden en luisterboeken kunnen worden opgeslagen en afgespeeld op de GO 530, 730 en 930.

Muziek en foto's op je GO zetten

Breng muziekbestanden en foto's van je computer over op de TomTom GO met behulp van TomTom HOME.
Zie voor meer informatie over het gebruik van TomTom HOME het gedeelte
TomTom HOME gebruiken op pagina 107

Muziek en luisterboeken afspelen

1. Raak Muziek en media aan in het hoofdmenu.
2. Raak TomTom Jukebox aan om de Jukebox te starten.
Opmerking: je kunt afspeellijsten maken met een applicatie van derden, zoals iTunes, Musicmatch of Winamp.
Afspeellijst - raak deze knop aan om een afspeellijst te selecteren.
Artiest - raak deze knop aan om een nummer van een bepaalde zanger of groep te selecteren.
Album - raak deze knop aan om een keuze te maken uit een lijst met alle albums op je GO.
Nummer - raak deze knop aan om een keuze te maken uit alle nummers op je GO.
Genre - raak deze knop aan om een bepaalde muziekstijl te selecteren.
Luisterboeken - raak deze knop aan om een luisterboek te selecteren.
Opmerking: niet alle mp3-bestanden bevatten gegevens over het nummer, zoals de artiest of het genre. Als het bestand geen gegevens bevat, wordt de bestandsnaam gebruikt als de naam van het nummer.
26

Tijdens het afspelen

Zodra je een nummer of een luisterboek hebt gekozen, begint de TomTom GO met het afspelen van dat nummer, gevolgd door de rest van de nummers op die lijst.
A Informatie over het nummer.
B Volume - wijzig het volume door de volumeregelaar te bewegen.
C De knop Opties. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen nummers te herhalen
of te shuffelen. Je kunt deze opties wijzigen:
Shuffle nummers - het volgende nummer wordt willekeurig
geselecteerd.
Herhaal nummer - het huidige nummer wordt herhaald.
Minder helder - de helderheid in het afspeelscherm wordt verminderd.
Toon muziekknop in rijweergave - hiermee heb je snel toegang tot je
muziek.
Schakel automatisch naar rijweergave - hiermee wordt automatisch de
rijweergave getoond wanneer het afspelen van een nummer wordt gestart.
Diavoorstelling - je foto's worden getoond terwijl je muziek wordt
afgespeeld.

FM-zender

D Naar het vorige of volgende nummer gaan.
E Het geselecteerde nummer afspelen of pauzeren.
F Raak de knop Terug aan om terug te gaan naar de TomTom Jukebox. Het
afspelen van de muziek gaat door, tenzij je de knop Speelt af... in de Jukebox aanraakt om de muziek te stoppen.
Wanneer je naar luisterboeken luistert, zijn er ook knoppen om naar het volgende of vorige hoofdstuk te gaan. Wanneer je stopt met het luisteren naar een luisterboek, onthoudt de GO waar je gestopt bent.
Zie het winkelgedeelte in TomTom HOME voor meer informatie over luisterboeken.
Je GO bevat een FM-zender die werkt als een radiostation. Dit betekent dat je de instructies van je GO en je mp3-nummers via de luidsprekers van je autoradio kunt beluisteren.
Opmerking: de FM-zender is beschikbaar in de 530, 730 en 930.

Aan de slag

• In het hoofdmenu raak je Wijzig voorkeuren aan en vervolgens Luidspreker-voorkeuren.
27
• Zet je autoradio aan.
• Zoek op de autoradio een frequentie die niet wordt gebruikt door een radiozender.
• Raak Wijzigen aan en stel je GO in op de frequentie van je autoradio.
Als je rijdt in een gebied waar een radiozender uitzendt op dezelfde frequentie als de frequentie die je gebruikt voor de FM-zender, moet je mogelijk een andere frequentie kiezen.

Je iPod® gebruiken met de TomTom GO

Je kunt je iPod aansluiten op de GO met behulp van de TomTom iPod­aansluitkabel, die verkrijgbaar is als accessoire.
Je kunt de iPod dan bedienen via de GO. Het geluid van de iPod loopt via de interne luidspreker in de GO, of via een externe luidspreker indien die geselecteerd is.
Zie Interne en externe luidsprekers op pagina 18 voor meer informatie over het gebruik van verschillende luidsprekers.
Om de iPod te gebruiken met je GO, doe je het volgende:
1. Steek de iPod-aansluitkabel in de iPod en in de voorruitdock.
2. In het hoofdmenu raak je Muziek en media aan en vervolgens iPod-beheer.

Foto's bekijken

3. Volg de instructies op het scherm om de verbinding tot stand te brengen.
Je kunt de iPod nu via de GO bedienen. Om muzieknummers te selecteren, gebruik je dezelfde knoppen die hierboven zijn beschreven in het gedeelte Muziek en luisterboeken afspelen.
1. Raak Muziek en media aan in het hoofdmenu.
2. Raak Fotogalerij aan.
De Fotogalerij wordt gestart met de miniaturen van alle foto's op jouw GO.
Raak de pijlen aan om omhoog en omlaag te bewegen op de pagina met miniaturen.
Raak Diavoorstelling aan om een diavoorstelling te starten.
Raak de miniatuur van een foto aan om een grotere weergave van die foto te zien.
A Knoppen om in en uit te zoomen op de foto.
B Knoppen om naar de volgende of de vorige foto te gaan.
28
C Raak Diavoorstelling aan om een diavoorstelling te starten.
D Raak Verwijder aan om een foto te verwijderen.
29
Help mij!10.

Help mij!

Help mij! biedt een makkelijke manier om hulpdiensten en andere gespecialiseerde diensten te vinden en hiermee contact op te nemen.
Als je bijvoorbeeld betrokken bent bij een auto-ongeluk, kun je met Help mij! naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis bellen en je exacte locatie doorgeven.
Tip: als je de knop Help mij! niet ziet in het hoofdmenu, raak je Toon ALLE
menu-opties aan in het voorkeurenmenu.

Hoe gebruik ik Help mij! om een lokale dienst te bellen?

Je kunt Help mij! gebruiken om een hulpdienst te zoeken en hiermee contact op te nemen.
Wanneer je een hulpdienst selecteert, worden je huidige locatie en het telefoonnummer van de NP getoond.
Als je telefoon is verbonden met je GO, worden je huidige locatie en het telefoonnummer van de hulpdienst getoond, en treft je TomTom GO automatisch voorbereidingen voor het voeren van een telefoongesprek. Het telefoonnummer wordt alleen gekozen als je Bel... kiest.
Als je telefoon niet is verbonden, worden je huidige locatie en het telefoonnummer van de hulpdienst getoond, maar treft je TomTom GO geen voorbereidingen voor het voeren van een telefoongesprek.
Als je Help mij! wilt gebruiken om een hulpdienst te vinden, telefonisch contact op te nemen en van je huidige locatie naar de dienst te navigeren, ga je als volgt te werk:
1. Raak het scherm aan om het hoofdmenu weer te geven.
2. Raak Help mij! aan.
3. Raak Bel om hulp aan.
4. Selecteer het type dienst dat je nodig hebt, bijvoorbeeld Dichtstbijzijnd ziekenhuis.
5. Selecteer een dienst in de lijst; de dichtstbijzijnde dienst wordt bovenaan in de lijst getoond.
Je GO toont de locatie op de kaart en de contactgegevens van de hulpdienst.
6. Als je te voet naar de dienst wilt navigeren, raak je Wandel daarheen aan.
Je GO begeleidt je naar je bestemming.
30
Loading...
+ 89 hidden pages