Dank u dat u Suunto t4c gekozen hebt als uw trainingsbegeleider. Suunto t4c is een
hartslagmeter met hoge precisie die is ontworpen om uw training zo nuttig en
aangenaam mogelijk te maken.
Suunto t4c heeft hartslagzone-training, meet precies de calorieën die u verbrandt en
houdt uw trainingsgeschiedenis bij. Het is een apparaat dat met u meegroeit terwijl
uw conditie verbetert.
Enkele van de belangrijkste functies zijn:
Suunto Coach, uw persoonlijke trainingsbegeleider
●
Training Effect, een verbeterd alternatief voor zonetraining
●
Logboek, waarin elke trainingsessie wordt opgeslagen
●
Functionele uitbreidingen via Suunto PODs (Peripheral Observation Devices)
●
(optioneel)
Trainingsanalyse met software van Suunto (optioneel)
●
nl
5
2 DE HOOFDINSTELLINGEN BEPALEN
Voordat u begint met trainen, moet u de instellingen in GENERAL(ALGEMEEN) en
PERSONAL(PERSOONLIJK) instellen. Dit verzekert u van accurate metingen en
berekeningen.
U wordt de eerste keer dat u het apparaat activeert (door een willekeurige knop in te
drukken) gevraagd om de hoofdinstellingen te bepalen. Als u meer te weten wilt komen
over deze instellingen en het aanpassen daarvan, lees dan verder. Anders kunt u
verdergaan met het volgende hoofdstuk.
2.1 Algemene instellingen
De instellingen in GENERAL(ALGEMEEN) bepalen de meeteenheden, de datum- en
tijdsindeling en de gebruikte knoptoon. U kunt dit instellen volgens uw eigen
voorkeuren.
BeschrijvingWaardeInstelling
Knoptonen: aan of uiton / offtones
bpm / %hr
6
Hartslageenheden: slagen per minuut (bpm) of
percentage van maximale hartslag
Gewichtseenheden: kilo's of pondenkg / Lbweight
Hoogte-eenheden: centimeter of voet (ft)cm / ftheight
BeschrijvingWaardeInstelling
Tijdsindeling: 12 uur of 24 uur12h / 24htime
Datumindeling: dag-maand of maand-dagdd.mm / mm.dddate
ask / allsave
Foot
Bike
Gps
De instellingen in GENERAL(ALGEMEEN) wijzigen:
1. Open het menu (SET[INSTELLEN]) vanuit een willekeurige modus en scroll met
[Lap +] totdat u GENERAL(ALGEMEEN) bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
km/h , /km , mph
, /mi
, /mi
, /mi
Logboek opslaan: vragen voor opslaan of alles
opslaan
Eenheden voor Foot POD: kilometer per uur, tempo
in minuten per kilometer, mijlen per uur of tempo
in minuten per mijl
Eenheden voor Bike POD: zelfde opties als Foot PODkm/h , /km , mph
Eenheden voor GPS POD: zelfde opties als Foot PODkm/h , /km , mph
nl
7
2.2 Persoonlijke instellingen
Via de instellingen in PERSONAL(PERSOONLIJK) kunt u uw Suunto hartslagmeter afstellen
aan de hand van uw fysieke eigenschappen en activiteit. Deze instellingen worden voor
veel berekeningen gebruikt, het is dus belangrijk dat u deze waarden zo nauwgezet
mogelijk bepaalt.
BeschrijvingWaardeInstelling
weight
66-439 lb
height
3''-7'11'' ft
birthday
day
Voor het wijzigen van de instellingen in PERSONAL(PERSOONLIJK), gaat u als volgt te
werk:
1. Ga naar het menu (SET[INSTELLEN]) in de modus TIME (tijd) en scroll met [Lap +]
totdat u PERSONAL(PERSOONLIJK) bereikt.
8
Gewicht in kilo's of ponden30-199 kg;
Hoogte in centimeter of voet (ft)90-230 cm;
Activity class (activiteitsklasse)1-10act class
Maximale hartslag: slagen per minuut100-230max hr
Geslacht: vrouwelijk of mannelijkfemale / malesex
Geboortedatum: jaar, maand en dagyear / month /
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -]. Houd
rekening met de eenheden die u in GENERAL(ALGEMEEN) bepaald hebt
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
TIP: Weeg uzelf regelmatig en werk de waarde in uw instellingen bij. Dit zorgt ervoor
dat uw trainingsberekeningen altijd kloppen.
2.2.1 Activity class (activiteitsklasse)
De activity class (activiteitsklasse) (ACT CLASS[ACT-KLASSE]) is een classificatie van uw
huidige activiteitenniveau. Gebruik de volgende classificaties om u te helpen om uw
activity class (activiteitsklasse) te bepalen.
Beginner
Als u niet regelmatig sport in uw vrije tijd of zware fysieke inspanningen verricht,
misschien gewoon wandelt of lichte oefeningen doet, gebruik dan 1.
Recreatief
Als u regelmatig recreatief sport of fysiek zwaar werk verricht en uw wekelijkse oefening
bestaat uit:
nl
9
minder dan 1 uur, gebruik dan 2.
●
meer dan 1 uur, gebruik dan 3.
●
Conditie
Als u regelmatig sport of fysiek zwaar werk verricht en u zwaar traint:
minder dan 30 minuten per week, gebruik dan 4.
●
30-60 minuten per week, gebruik dan 5.
●
1-3 uur per week, gebruik dan 6.
●
meer dan 3 uur per week, gebruik dan 7.
●
Uithoudingsvermogen of professional
Als u regelmatig traint of deelneemt aan competitieve sporten en uw wekelijkse oefening
bestaat uit:
5-7 uur per week, gebruik dan 7.5.
●
7-9 uur per week, gebruik dan 8.
●
9-11 uur per week, gebruik dan 8.5.
●
11-13 uur per week, gebruik dan 9.
●
13-15 uur per week, gebruik dan 9,5.
●
meer dan 15 uur per week, gebruik dan 10.
●
OPMERKING: Als u traint zonder uw Suunto hartslagmeter kan ACT CLASS(ACT-KLASSE)
verminderen, hoewel u getraind hebt op het aangegeven niveau. We raden u daarom aan
10
dat u traint met uw Suunto hartslagmeter om ervoor te zorgen dat deze u goed begrijpt en
begeleidt.
Uw Suunto hartslagmeter verhoogt of verlaagt ook uw activity class (activiteitsklasse)
aan de hand van uw trainingsgeschiedenis. In beide gevallen wordt u gevraagd om de
verandering te bevestigen voordat de instelling aangepast wordt.
2.2.2 Maximale hartslag
Nadat u uw geboortedatum ingevuld hebt, stelt uw apparaat automatisch de maximale
hartslag in (MAX HR) met behulp van de formule 210 - (0,65 x LEEFTIJD). Als u uw
werkelijke maximum weet, moet u deze waarde gebruiken.
11
nl
3 SUUNTO COACH GEBRUIKEN
Suunto Coach is uw persoonlijke trainingsadviseur. Het genereert een ideaal
trainingsprogramma voor de volgende vijf dagen met doelniveaus voor Training Effect
en duur van trainingsessies. De aanbevelingen zijn gebaseerd op uw huidige conditie
en uw opgenomen trainingsgeschiedenis.
Suunto Coach volgt de richtlijnen van het American College of Sport Medicine voor
het voorschrijven van oefeningen zodat uw training veilig en effectief is en u helpt bij
het bereiken van uw conditiedoelen.
3.1 Training Effect gebruiken
Training Effect (TE) is een unieke functie van uw Suunto hartslagmeter die het werkelijke
effect van een work-out op uw fysieke conditie meet. Met Training Effect kunt u ervan
verzekerd zijn dat uw work-outs het gewenste resultaat hebben.
Er is een aanzienlijk verschil tussen hartslagzone (tijdelijke trainingsintensiteit) en
Training Effect (totale zwaarte van een work-out). Bij zonetraining probeert u uw hartslag
12
op een bepaald niveau te houden gedurende de hele work-out. Met Training Effect
hoeft u het gewenste doel slechts eenmaal gedurende de training te bereiken.
BeschrijvingResultaatTraining Effect
Gematigd1.0-1.9
Handhaven2.0-2.9
Verbeteren3.0-3.9
4.0-4.9
OPMERKING: Het is belangrijk om op te merken dat de numerieke TE-waarden niet
betekenen dat een work-out met een lagere numerieke waarde op de een of andere manier
Grote
vooruitgang
Overbelasting5.0
Verbetert de herstelvaardigheid bij langere sessies
(meer dan een uur) en verbetert ook het
uithoudingsvermogen. Verbetert de aerobische
prestaties niet aanzienlijk.
Aerobische conditie handhaven. Bouwt aan de basis
voor zwaardere training in de toekomst.
Verbetert aerobische prestaties indien 2-4 maal per
week herhaald. Geen speciale herstelvereisten.
Snelle vooruitgang van aerobische prestaties indien
1-2 maal per week herhaald. Hiervoor zijn 2-3
herstelsessies (TE 1-2) per week vereist.
Extreem groot effect op aerobische prestaties als u
ruimte geeft voor adequaat herstel; mag niet vaak
gedaan worden
13
nl
minder belangrijk is dan een work-out met een hogere waarde. Beide zijn nodig bij een
gebalanceerde training.
TIP: Training Effect is een geavanceerde functie en kan u op veel manieren helpen. Meer
informatie over TE kan gevonden worden in de handleiding van Suunto Training die
gedownload kan worden op suunto.com/training.
Het TE-niveau wordt getoond als een weergave in de modus TRAINING (trainen). In deze
weergave kunt u ook zien hoeveel tijd over is (met uw huidige trainingsintensiteit) om
het volgende TE-niveau te halen. Deze timer wordt in real-time bijgewerkt met de
veranderingen in uw intensiteit.
U kunt het TE-niveau gewoon volgen, of een specifiek doelniveau instellen voordat u
uw trainingsessie begint.
Zo stelt u het doel van het Training Effect in:
1. Schakel over naar de weergave Training Effect in de modus TRAINING (TRAINEN).
2. Houdt [Light -] ingedrukt om de TE-waarde te verhogen tot uw doel.
3. Start de logboekrecorder.
OPMERKING: U kunt de knoppen niet vergrendelen als u in de weergave Training Effect
bent. Schakel over naar een andere weergave om ze te vergrendelen (en schakel dan
desgewenst over naar andere weergaven).
14
Training Effect, wordt geleverd en ondersteund door Firstbeat Technologies Ltd.
De technologie voor de analyse van hartslag, die gebruikt wordt voor het
3.2 Aan de slag met Coach
De enige informatie die Suunto Coach aan het begin moet weten is uw activity class
(activiteitsklasse) (ACT CLASS(ACT-KLASSE)). Zelfs als de instelling niet klopt, vindt Suunto
Coach het juiste niveau binnen enkele weken nadat u uw Suunto t4c begint te gebruiken.
Om het Suunto Coach-programma te bekijken, gaat u als volgt te werk:
1. In de modus TIME (tijd), drukt u op [Start Stop].
2. In de hoofdweergave van het logboek drukt u nogmaals op [Start Stop].
TIP: Sla al uw trainingsessies op. Suunto Coach heeft deze informatie nodig om de beste
begeleiding te geven.
3.3 Trainingsprogramma's en -sessies
Suunto Coach gebruikt acht trainingsprogrammaniveau's. Uw startniveau wordt
automatisch ingesteld op basis van uw activity class (activiteitsklasse). Van het
programmaniveau dat ingesteld is bij de start, verhoogt of verlaagt Suunto Coach het
niveau en past zich aan aan uw werkelijke (opgeslagen) trainingsgeschiedenis en uw
huidige activity class (activiteitsklasse).
15
nl
OPMERKING: Suunto t4c verhoogt of verlaagt ook uw activity class (activiteitsklasse)
5
4
3
2
1
5
4
3
2
1
aan de hand van uw trainingsgeschiedenis. In beide gevallen wordt u gevraagd om de
verandering te bevestigen voordat de instelling aangepast wordt.
Suunto Coach genereert een trainingsroutine voor de komende vijf dagen. Elke sessie
heeft een beoogd-Training Effect en een aanbevolen duur.
Gebruik [Lap +] en [Light -] om de aanbevelingen voor de komende dagen te
controleren.
Om de aanbeveling te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1. Scroll naar TODAY(VANDAAG).
2. Druk op [Mode]. Dit brengt u naar de modus TRAINING (TRAINEN).
3. Druk op [Start Stop] om de training te beginnen.
In de weergave van de modus TRAINING worden het beoogde TE-niveau en de
aanbevolen duur van de sessie getoond. Een kleine pijl naast de timer die omhoog of
omlaag wijst, geeft aan of u de intensiteit van uw training moet verhogen of verlagen
om te voldoen aan de aanbeveling.
16
Suunto Coach werkt de trainingsroutine automatisch bij om in te spelen op uw
daadwerkelijke training. Het merkt als het Training Effect van uw vorige work-outs
hoger of lager dan het doel was en past het doel van de volgende sessie in overeenkomst
daarmee aan.
OPMERKING: Onthoud dat voor het verbeteren van conditie geduld nodig is en dat de
aanbevelingen die gedaan worden door Suunto Coach geoptimaliseerd zijn voor vooruitgang
door te wisselen tussen zware en lichte trainingsessies.
U kunt trainen met een hogere of lagere intensiteit of langer of korter dan Suunto Coach
heeft aanbevolen om het doel van elke sessie te halen. Langere en zwaardere
trainingsessies dan aanbevolen, moeten voorkomen worden. Als u meer traint dan
aanbevolen, beveelt het apparaat langere rustperioden aan. Na rustperioden, raadt het
zwaardere training aan.
OPMERKING: De technologie voor de analyse van hartslag, die gebruikt wordt voor
het zichzelf aanpassende trainingsprogramma van Suunto Coach, wordt geleverd en
ondersteund door Firstbeat Technologies Ltd.
17
nl
4 DE MODUS TRAINING GEBRUIKEN
In de modus TRAINING (TRAINEN) worden alle metingen geregeld van al uw
trainingsaciviteiten.
OPMERKING: Hoewel de Suunto t4c en de hartslagband waterdicht zijn, kan het
radiosignaal niet door water worden overgedragen waardoor in het water geen
communicatie tussen de Suunto t4c en de band mogelijk is.
4.1 Uw hartslagband omdoen
Doe de band om zoals weergegeven en schakel over naar de modus TRAINING (TRAINEN)
om het meten van uw hartslag te beginnen. Maak beide contactoppervlakken (1) vochtig
met water of gel voordat u de band omdoet. Zorg dat de band gecentreerd is op uw
borstkas.
18
WAARSCHUWING: Als u een pacemaker, defibrillator of ander geïmplanteerd
elektronisch apparaat hebt, dan gebruikt u de hartslagband op uw eigen risico. Voordat u
dit gebruikt, raden we u aan om onder supervisie van een arts een inspanningstest te doen
met uw Suunto hartslagmeter en band. Aan inspanning zijn risico's verbonden, speciaal
voor diegenen die een tijd niet actief geweest zijn. We bevelen u sterk aan om met uw huisarts
te overleggen voordat u begint met regelmatig sporten.
4.2 Een trainingsessie beginnen
Als u de modus TRAINING (TRAINEN) opent, zoekt uw Suunto hartslagmeter automatisch
naar signalen van een hartslagband. Als die eenmaal gevonden is, wordt uw hartslag
op het scherm weergegeven. De eigenlijke trainingsessie begint als u de logboek
recorder start en eindigt als u deze stopt.
De logboekrecorder gebruiken
De logboek recorder wordt bovenaan het scherm weergegeven.
Om de logboek recorder te gebruiken, gaat u als volgt te werk:
1. Begin uw trainingsessie door op [Start Stop] te drukken.
Terwijl de timer loopt, kunt u rondes toevoegen door op [Lap +] te drukken.
2. Stop de timer door op [Start Stop] te drukken.
3. Ga verder met een andere getimede sessie (ronde) door op [Start Stop] te
drukken.
Om de timer te resetten en de sessie te wissen, drukt u op [Lap +] tot de sessie is gewist.
19
nl
OPMERKING: De logboek recorder moet worden gestopt voordat u deze kunt resetten.
Als uw hartslag hoger was dan de ingestelde maximale hartslag, vraagt uw Suunto
hartslagmeter u of u uw maximale hartslag wilt bijstellen als u de sessie wist.
4.3 Tijdens het trainen
Uw Suunto hartslagmeter heeft een aantal audiovisuele indicatoren om u te begeleiden
tijdens uw training. Deze informatie kan u helpen en stimuleren.
Dit zijn enkele ideeën over wat te doen tijdens de training:
Vergrendel de knoppen om het per ongeluk stoppen van uw logboekrecorder
●
te voorkomen.
Schakel over naar de gemiddelde hartslag om de intensiteit van uw training te
●
zien.
Schakel over naar de calorieweergave om te zien hoeveel calorieën u verbruikt.
●
U zult versteld staan hoe stimulerend dit kan zijn!
Schakel over naar de tijdsweergave als u bijvoorbeeld op een bepaalde tijd thuis
●
moet zijn.
OPMERKING: Als u in de modus SPEED AND DISTANCE bent en de weergave CHRONO
gebruikt, dan wordt de afstand bovenin weergegeven en de totale rondetijd (totale tijd van
uw trainingsessie) onderin het scherm. Als u overschakelt naar de volgende weergave,
LAPTIME(RONDETIJD), geeft de onderstaande weergave de huidige rondetijd weer.
20
4.4 Na het trainen
4.4.1 Trainingslogboeken bekijken
Uw hartslagmeter van Suunto kan elke trainingsessie opslaan in het logboek. De
volgende samengevatte informatie is beschikbaar per sessie die in het logboek is
opgeslagen:
Behaald Training Effect (TE)
●
Gemiddelde hartslag en piekhartslag
●
Verbrande calorieën
●
Rondetijden
●
Tijd binnen, boven en onder hartslaglimieten
●
Als een POD voor snelheid en afstand gebruikt wordt, wordt de volgende informatie
ook in het logboek opgeslagen:
Totale afstand
●
Gemiddelde cadans (Alleen bij Cadence POD)
●
Gemiddelde en maximale snelheid
●
Afstand per ronde
●
Gemiddelde snelheid per ronde
●
Om logboeken weer te geven, gaat u als volgt te werk:
1. Druk op [Start Stop] terwijl u in de modus TIME (TIJD) bent.
2. Scroll door de logboeken met [View Back] en [Mode].
nl
21
3. Scroll door de overzichten voor het logboek met [Lap +] en [Light -].
4. U sluit LOG(LOGBOEK) af door op [Start Stop] te drukken.
OPMERKING: U kunt tot 15 logboeken opslaan. Als het logboek vol is zal elk nieuw
logboek het oudste logboek vervangen. Het apparaat herinnert u eraan om uw logboeken
te bewaren in PC “LOGS TO PC reminder” voordat het geheugen de eerste keer vol is (PC
POD nodig).
4.4.2 Totale trainingswaarden bekijken
Uw Suunto hartslagmeter kan uw trainingsessies opslaan en de gegevens samenvatten
per week en maand.
De volgende tijdsperioden zijn beschikbaar:
THIS WEEK(DEZE WEEK): huidige week, maandag tot zondag
●
LAST WEEK(VORIGE WEEK): vorige periode van maandag tot zondag
●
Maand (naam van maand in het Engels): huidige en vorige vijf maanden
●
De volgende samengevatte informatie is per tijdsperiode beschikbaar:
Totale waarden van Training Effect
●
Aantal trainingsessies
●
Totale trainingstijd
●
Totale afstanden per soort POD
●
Totaal aantal verbrande calorieën
●
22
De totale trainingswaarden bekijken:
1. Druk op [Lap +] terwijl u in de modus TIME (tijd) bent.
2. Scroll door de tijdsperioden met [Lap +] en [Light -].
3. Scroll door het overzicht voor de tijdsperiode met [View Back] en MODE.
4. U sluit TOTALS(TOTALEN) af door op [Start Stop] te drukken.
4.5 Hartslaglimieten en -zones gebruiken
De instellingen voor hartslaglimiet en hartslagzone worden bepaald in de instellingen
van de modus TRAINING (TRAINEN).
4.5.1 Hartslaglimieten
Door een boven- en ondergrens in te stellen voor uw hartslag kunt u zorgen dat u met
de juiste intensiteit sport.
In het menu HR LIMITS(HARTSLAGLIMIETEN) kunt u de hartslaglimieten in- of uitschakelen,
de boven- en ondergrens bepalen en het hartslagalarm in- of uitschakelen.
BeschrijvingWaardeInstelling
Functie Hartslaglimieten: aan of uiton / offhr limits
bpm / %lower
Ondergrens hartslag: volgens de gekozen eenheden
in de instellingen in GENERAL(ALGEMEEN)
23
nl
BeschrijvingWaardeInstelling
bpm / %upper
Bovengrens hartslag volgens de gekozen eenheden
in de instellingen in GENERAL(ALGEMEEN)
Alarm voor buiten de limiet: aan of uiton / offalarm
De instellingen in HR LIMITS(HARTSLAGLIMIETEN) wijzigen:
1. Open het menu (SET[INSTELLEN]) en scroll met [Lap +] totdat u HR
LIMITS(HARTSLAGLIMIETEN) bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
OPMERKING: De hartslaglimieten worden, als de limieten ingeschakeld zijn,
weergegeven met streepjes aan de linker buitenrand van het beeldscherm.
Situatie zoals die in het echt zou kunnen gebeuren: Situatie zoals die in het echt
zou kunnen gebeuren: binnen de zone blijven
U wilt vandaag een goede, zware trainingsessie hebben, dus u stelt uw hartslaglimieten zo
in dat die gelijk zijn aan uw limieten van zone 3 en zet het hartslaglimietalarm aan. Uw
Suunto hartslagmeter geeft u een melding als u te langzaam of te hard gaat!
24
4.5.2 Hartslagzones
Hartslagzones worden bepaald aan de hand van percentages van uw maximale hartslag.
Zonetraining is een bewezen trainingsmethode, dus er zijn deze vooraf ingestelde
standaardwaarden:
Zone 1 (60-70%): conditiezone; verbetert basisconditie en is goed voor afvallen.
●
Zone 2 (70-80%): aerobe zone; verbetert aerobische conditie en is goed voor
●
training van het uithoudingsvermogen.
Zone 3 (80-90%): drempelzone; verbetert aerobische conditie en anaerobische
●
conditie en is goed voor verbeteren van piekprestaties.
Als u een persoonlijk trainingsprogramma volgt waarbij zonetraining gebruikt wordt,
vul dan de waarden uit het programma in.
OPMERKING: De standaard zonewaarden volgen de richtlijnen van het American
College of Sports Medicine voor het voorschijven van oefeningen.
In het menu HR ZONES(HS-ZONES) kunt u de zonefunctie inschakelen, zonelimieten
bepalen en tonen in- of uitschakelen. Als de functies zones en de tonen ingeschakeld
zijn, waarschuwt uw apparaat u met een pieptoon als u van de ene naar de andere zone
gaat.
BeschrijvingWaardeInstelling
Functie Hartslagzone: aan of uiton / offhr zones
25
nl
BeschrijvingWaardeInstelling
% - %z1
Zone 1: boven- en ondergrens in percentage van
maximale hartslag
Zone 2: bovengrens%z2
Zone 3: bovengrens%z3
Zonetoon: aan of uiton / offtone
De instellingen in HR ZONES(HS-ZONES) wijzigen:
1. Open het menu (SET[INSTELLEN]) en scroll met [Lap +] totdat u HR
ZONES(HS-ZONES) bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
TIP: Als uw hartslag behoorlijk verschilt tijdens de training omdat u bijvoorbeeld
hardloopt in een heuvelachtige omgeving is het volgen van uw daadwerkelijke gemiddelde
hartslag een betere richtlijn dan het volgen van zonelimieten.
26
4.6 Intervallen en warming-up gebruiken
Uw Suunto hartslagmeter ondersteunt intervaltraining: training met wisselende perioden
van hoge krachtsinspanning en herstel. Gebruik INT1, INT2 om verschillende intervaltijden
te bepalen. U kunt ook een tijd voor warming-up voor uzelf vastleggen. Dit kan gebruikt
worden met of zonder ingeschakelde intervallen.
Als u de intervallen en warming-up gebruikt, verandert de logboekrecorder weergave
optie in de modus TRAINING in een afteltimer. Gebruik deze weergave om bij te houden
hoeveel tijd resteert voor het huidige interval. Als u eenmaal begonnen bent met de
trainingsessie, herstart de afteltimer zichzelf telkens als een interval afgelopen is.
Als u met intervallen traint, wordt INT1, INT2 of WARM getoond voor de afteltimer om u
te vertellen op welk interval u zich bevindt. De ronde-indicator op het scherm vertelt
u hoeveel intervallen u in totaal gedaan hebt, bijvoorbeeld int (ronde1), int2 (ronde2),
int1 (ronde3), int2 (ronde4), enzovoort.
BeschrijvingWaardeInstelling
Interval 1: aan of uiton / offint1
Duur interval 1: minuten en seconden0'00int1
Interval 2: aan of uiton / offint2
Duur interval 2: minuten en seconden0'00int2
Warming-up: aan of uiton / offwarm
Duur van warming-up: minuten en seconden0'00warm
27
nl
De instellingen voor het interval en de warming-up tijden veranderen:
1. Ga naar het menu (SET[INSTELLEN]) in de modus TRAINING (trainen) en scroll met
[Lap +] totdat u INTERVAL bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
TIP: Als u intervallen wilt gebruiken met dezelfde tijd voor oefening en rusten, dan hoeft
u alleen interval één (INT1) te bepalen. Uw hartslagmeter gebruikt die tijd voor elke ronde
(interval).
28
5 DE MODUS SPEED AND DISTANCE (SNELHEID
EN AFSTAND) GEBRUIKEN
De modus SPEED AND DISTANCE (snelheid en afstand) wordt beschikbaar nadat u een
speed and distance POD gekoppeld hebt aan uw Suunto hartslagmeter.
5.1 Een POD koppelen
Om de modus SPEED AND DISTANCE (snelheid en afstand) te kunnen gebruiken, moet u
eerst uw Suunto hartslagmeter koppelen aan een Suunto POD.
Het koppelen van een POD:
1. Ga naar het menu (SET[INSTELLEN]) in de modus TRAINING (trainen) en scroll met
[Lap +] totdat u PAIR A POD(EEN POD KOPPELEN) bereikt.
2. Druk op [Mode] om naar de eerste instelling te gaan en het soort POD te kiezen
met [Lap +] en [Light -].
3. Druk op [Mode] om het koppelen in te schakelen.
4. Zet de POD aan terwijl het bericht TURN ON(AANZETTEN) weergegeven wordt.
Gebruik dezelfde procedure om uw hartslagband te koppelen.
OPMERKING: Voordat u uw POD of band (opnieuw) koppelen kunt, moet u eerst het
apparaat resetten door de batterij te verwijderen en die omgekeerd te plaatsen (positieve
kant naar onderen). Plaats de batterij daarna normaal.
29
nl
TIP: Als u een Cadence POD gekoppeld hebt, kunt u wisselen tussen snelheid en cadans
als hoofdweergave in de modus SPEED AND DISTANCE(snelheid en afstand) door de toets
[View Back] ingedrukt te houden.
5.2 Autolap(autoronde) en snelheidsgrenzen
Met de functie autolap(autoronde) kunt u rondes bepalen in afstand in plaats van in
tijd (intervaltraining). Als autolap(autoronde) is ingeschakeld ( en uw snelheids- en
afstands-POD geactiveerd is), toont uw Suunto hartslagmeter uw totale afstand,
gemiddelde rondesnelheid en rondetijd voor elke ronde.
OPMERKING: Bij het gebruik van deze autorondefunctie is het erg belangrijk om uw
POD voor snelheid en afstand goed te kalibreren.
BeschrijvingWaardeInstelling
Functie Autolap(autoronde): aan of uiton / offautolap
0000dist.
30
Afstand: rondeafstand volgens de
geselecteerde eenheden in ALGEMENE
instellingen
Het wijzigen van de instellingen voor autolap(autoronde):
1. Ga naar het menu (SET[INSTELLEN]) in de modus SPEED AND DISTANCE (snelheid
en afstand) en scroll met [Lap +] totdat u AUTOLAP(AUTORONDE) bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
Net als hartslaglimieten, kunt u de functie snelheidslimieten inschakelen en de bovenste
en onderste snelheidslimieten voor uzelf vaststellen.
TIP: Hier zit ook een autopause(autopauze) functie bij die, indien ingeschakeld, uw
sessie stopt als een erg langzame snelheid wordt gemeten tijdens het gebruik van uw Suunto
POD voor snelheid en afstand. De sessie wordt opnieuw ingeschakeld als u weer op gang
bent.
31
nl
Situatie zoals die in het echt zou kunnen gebeuren: Training in een stadsomgeving
Autopause(autopauze) is gemakkelijk als u fietst of rent in een stadsomgeving. U kunt de
tijd die u besteedt aan het wachten bij stoplichten met autopause(autopauze) uitsluiten uit
het logboek.
BeschrijvingWaardeInstelling
Functie Limieten: aan of uiton / offlimits
00.0lower
00.0upper
Het veranderen van de snelheidslimieten en pauze-instellingen:
1. Ga naar het menu (SET) in de modus SPEED AND DISTANCE (snelheid en afstand)
en scroll met [Lap +] totdat u SPEED(SNELHEID) bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
32
Ondergrens snelheid: volgens de gekozen
eenheden in ALGEMENE instellingen
Bovengrens snelheid: volgens de gekozen
eenheden in ALGEMENE instellingen
Functie Autopause(autopauze): aan / uiton / offpause
5.3 Uw POD kalibreren
Een Suunto POD die snelheden en afstand meet, moet gekalibreerd worden om u
accurate lezingen te kunnen geven. Het kalibratieproces verschilt voor elk soort POD
en u moet de gebruikershandleiding van de POD lezen voor uitgebreide instructies.
TIP: De GPS POD wordt in het menu CALIBRATE(KALIBREREN) weergegeven, maar de
kalibratie heeft op de GPS POD geen effect. Gebruik deze kalibratie-instelling als u,
bijvoorbeeld, twee Bike POD's hebt voor verschillende fietsen. U kunt een hiervan koppelen
als GPS POD en de kalibratie gebruiken op dezelfde manier als u normaalgesproken zou
doen met een Bike POD.
33
nl
6 DE MODUS TIME (TIJD) GEBRUIKEN
TIME (TIJD) -modus werkt met de tijd in twee tijdzones: hoofdtijd en dubbele tijd.
In het menu ALARM, TIME(TIJD) en DATE(DATUM) vindt u de volgende instellingen:
BeschrijvingWaardeInstelling
Alarmfunctie: aan of uiton / offalarm
Alarmtijd: uren en minuten00:00alarm
Hoofdtijd: uren, minuten en secondenuren / minuten / secondentijd
Dubbele tijd: uren en minutenuren / minutendubbele tijd
Huidige datum: jaar, maand en dagjaar / maand / dagdatum
6.1 Tijd en dubbele tijd instellen
Voor het wijzigen van de tijd en de dubbele tijd, gaat u als volgt te werk:
1. Ga naar het menu (SET[INSTELLEN]) in de modus TIME (tijd) en scroll met [Lap +]
totdat u TIME(TIJD) bereikt.
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 indien nodig.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
34
Situatie zoals die in het echt zou kunnen gebeuren: Situatie zoals die in het echt
zou kunnen gebeuren: de tijd op uw thuislocatie weten
U reist naar het buitenland en u stelt de dubbele tijd als de thuistijd in. De hoofdtijd is de tijd
van uw huidige locatie. U weet nu de lokale tijd en u kunt snel controleren hoe laat het thuis
is.
OPMERKING: Wij raden u aan de huidige tijd van uw huidige locatie als hoofdtijd in te
stellen omdat de wekker volgens de hoofdtijd afgaat.
6.2 Het alarm instellen
Het alarm instellen:
1. Ga naar het menu (SET) in de modus TIME (tijd) en scroll naar ALARM met [Light
-].
2. Open de instelling met [Mode] en stel de waarde in met [Lap +] en [Light -].
3. Door op [Mode] te drukken, accepteert u de wijzigingen en gaat u door naar de
volgende instelling.
4. Herhaal stappen 2 en 3 om de alarmtijd in te stellen.
5. Druk op [Start Stop] om het menu te verlaten.
35
nl
Alarm en snooze
Schakel het alarm uit door op [View Back] te drukken. Door op een andere knop te
drukken, wordt de snoozefunctie ingeschakeld. Elke snooze duurt 5 minuten. De
snoozefunctie kan 12 keer ingeschakeld worden.
36
7 ALGEMENE EIGENSCHAPPEN
7.1 Achtergrondverlichting
U kunt de achtergrondverlichting inschakelen door op de knop [Light - ] te drukken.
De achtergrondverlichting schakelt automatisch uit. Als u de achtergrondverlichting
wilt gebruiken bij het veranderen van instellingen, moet u dit activeren voordat u de
instellingen invult. De achtergrondverlichting wordt telkens als een toets ingedrukt
wordt, opnieuw ingeschakeld. Deze functie blijft geactiveerd tot u het menu met
instellingen verlaat.
OPMERKING: Veelvuldig gebruik van de achtergrondverlichting vermindert de
levensduur van de batterij aanzienlijk. De achtergrondverlichting werkt niet terwijl het
apparaat de hartslagriem zoekt.
7.2 Knopvergrendeling
U kunt knoppen vergrendelen en ontgrendelen in elke modus door de knop [Light -]
ingedrukt te houden.
nl
37
Als de knoppen vergrendeld zijn, kunt u nog steeds van weergave wisselen en de
achtergrondverlichting activeren.
TIP: Wij raden u bijvoorbeeld aan om de knoppen te vergrendelen nadat u een
trainingsessie begonnen bent of het apparaat opbergt in een reistas.
7.3 Sluimermodus
U kunt uw Suunto hartslagmeter in de sluimermodus zetten om de levensduur van de
batterij te verlengen of om de opgeslagen trainingsgeschiedenis te wissen. Persoonlijke
instellingen worden niet gewist.
1. Om over te schakelen naar de sluimermodus, houdt u [Start Stop], [Lap +], [Light
-] en [View Back] ingedrukt.
2. Uw kunt uw apparaat weer activeren door op een willekeurige knop te drukken.
OPMERKING: De basisinstellingen moeten elke keer dat het apparaat opnieuw
ingeschakeld wordt opnieuw ingesteld worden.
38
7.4 Verbinden met een PC (optioneel)
Als u een uitgebreidere analyse op langere termijn wilt uitvoeren, gebruik dan Training
Manager of Training Manager Lite van Suunto. Met deze software kunt u uitgebreide
berekeningen, statistieken en grafische afbeeldingen van uw trainingsessies bekijken.
Voor het downloaden van uw logboeken naar een computer moet u een Suunto PC
POD aanschaffen. Met de Suunto PC POD kunt u ook real-time hartslagmetingen
uitvoeren
39
nl
8 FOUTOPLOSSING
Uw Suunto hartslagmeter gebruikt een hoogfrequentie-transmissie om storingen te
voorkomen.
Als u het signaal verliest, probeer dan het volgende:
Verlaat de modus TRAINING en open deze opnieuw.
●
Controleer of u de band juist draagt.
●
Controleer of de elektroden van de band vochtig zijn.
●
Vervang de batterij (van de band en/of de polscomputer) als het probleem zich
●
blijft voordoen.
Uw hartslagband koppelen
Als u de batterij van de borstband vervangt, of problemen ondervindt met de ontvangst,
moet u misschien uw band opnieuw koppelen aan uw Suunto hartslagmeter.
Het opnieuw koppelen van de band:
1. Verwijder de batterij uit de band.
2. Reset de band door de (nieuwe) batterij te plaatsen met de positieve zijde naar
beneden.
3. Ga in uw Suunto hartslagmeter naar het menu PAIR A POD(EEN POD KOPPELEN)
en kies HR BELT(HS-BAND).
4. Plaats de batterij terug met de positieve kant omhoog en sluit het klepje.
40
Dezelfde procedure kan worden gebruikt als u problemen ondervindt met de ontvangst
van het signaal van een Suunto POD.
41
nl
9 ZORG EN ONDERHOUD
9.1 Algemene richtlijnen
Voor alle apparatuur van Suunto Training geldt het volgende:
Voer alleen de procedures uit die beschreven worden in Suunto handleidingen.
●
Maak uw apparaat niet zelf open en repareer het niet zelf.
●
Bescherm het apparaat tegen schokken, harde en scherpe voorwerpen, extreme
●
hitte en langdurige blootstelling aan direct zonlicht.
Bewaar uw apparaat op een schone, droge plek op kamertemperatuur.
●
Plaats het apparaat niet op een plaats waar het mogelijk krassen van harde
●
voorwerpen kan oplopen.
Krassen verwijderen
Gebruik Polywatch om kleine krasjes op het scherm te verwijderen. Dit is beschikbaar
bij erkende Suunto dealers, in de meeste horlogewinkels en in de Suunto Web Shop
(shop.suunto.com).
Reinigen en chemicaliën
Maak uw apparaat schoon met een vochtig doekje. Gebruik voor hardnekkige vlekken
een milde zeep. Gebruik geen benzine, oplosmiddelen, aceton, alcohol,
insectenverdelgers, verf of andere sterke chemicaliën op uw apparaat.
42
9.2 Bandlengte wijzigen
Als u een bandje hebt met een horlogesluiting, kunt u de bandlengte aanpassen door
de sluiting te verwijderen en het bandje te verkorten zoals hier weergegeven.
TIP: Verwijder één gedeelte per keer en test de nieuwe lengte om ervoor te zorgen dat
u niet teveel verwijdert.
9.3 Bandjes verwisselen
Er zijn veel verschillende bandjes beschikbaar voor uw Suunto hartslagmeter. Vraag
ernaar bij uw lokale detailhandelaar of bezoek de Suunto Web Shop (shop.suunto.com)
om te zien wat er beschikbaar is.
Neem een nieuw bandje in gebruik zoals hieronder weergegeven:
43
nl
9.4 De batterij van de polscomputer vervangen
Vervang de batterij met uitermate grote zorg om te verzekeren dat uw Suunto
hartslagmeter waterbestendig blijft. Door onzorgvuldig de batterij te vervangen, kan
de garantie vervallen.
Vervang de batterij zoals hier is weergegeven:
44
OPMERKING: Als de draden van het schroefdeksel beschadigd zijn, dient u uw apparaat
voor onderhoud naar een bevoegde Suunto-vertegenwoordiger te sturen.
9.5 De batterij van de band vervangen
Vervang de batterij zoals hier is weergegeven:
nl
45
OPMERKING: We bevelen u aan om het schroefdeksel en de O-ring tegelijkertijd met
de batterij te vervangen om ervoor te zorgen dat de hartslagmeter schoon en waterbestendig
blijft. Vervangingsschroefdeksels zijn beschikbaar bij de vervangingsbatterijen.
46
10 SPECIFICATIES
10.1 Technische gegevens
Algemeen
Werktemperatuur: -20°C tot +60°C / -5°F tot +140°F
●
Opslagtemperatuur: -30°C tot +60°C / -22°F tot +140°F
●
Gewicht (apparaat): 45 g / 50 g / 65 g (afhankelijk van het soort bandje)
●
Gewicht (band): max. 61 g (afhankelijk van het soort band)
●
Waterbestendigheid (apparaat): 30 m / 3,048.00 cm (ISO 2281)
●
Waterbestendigheid (band): 20 m / 66 ft (ISO 2281)
●
Transmissiefrequentie: 2.465 GHz Suunto ANT compatibel
●
Transmissiebereik: tot 10 m / 30 ft
●
Door gebruiker vervangbare batterij (apparaat / band) 3V CR2032
●
logboek recorder
Maximale rondetijd: 99 uur
●
Ronde-/splitsingstijden: 50 per sessie (logboek)
●
Resolutie: 0,1 seconde
●
Hartslag
Beeldscherm: 30 tot 240 slagen per minuut
●
nl
47
Limieten: 30 tot 230 slagen per minuut
●
Maximum voor percentage van beeldscherm: 240 slagen per minuut
●
10.2 Handelsmerk
Suunto en de productnamen, handelsnamen, handelsmerken en dienstmerken, zowel
geregistreerd als niet geregistreerd, worden beschermd door Suunto of andere
respectievelijke eigenaren. Alle rechten voorbehouden. Firstbeat & Analyzed by Firstbeat
zijn geregistreerde of niet geregistreerde handelsmerken van Firstbeat Technologies
Ltd. Alle rechten voorbehouden.
De inhoud van dit document kan op elk moment en zonder enige melding worden
gewijzigd. Suunto geeft geen expliciete of impliciete garanties, waaronder zonder
beperking dat deze informatie accuraat, volledig of zonder fouten is. De nieuwste versie
van deze informatie kan altijd van www.suunto.com worden gedownload.
48
10.4 CE
De CE-markering wordt gebruikt om de conformiteit met de EMC-richtlijnen 89/ 336/EEC
en 99/5/EEC van de Europese Unie aan te duiden
10.5 FCC
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-voorschriften voor digitale apparaten van
klasse B. Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze
uitstralen. Wanneer de apparatuur niet volgens de instructies geïnstalleerd en gebruikt
wordt, kan schadelijke interferentie ontstaan met radiocommunicatie. Er is geen garantie
dat er geen interferentie zal ontstaan in bepaalde gevallen. Als dit apparaat wel
schadelijke interferentie bij andere apparatuur veroorzaakt, probeer dan het probleem
op te lossen door de apparatuur te verplaatsen.
Vraag een erkende Suunto dealer of andere gekwalificeerde onderhoudstechnicus om
advies als u het probleem niet kunt verhelpen. Het gebruik is onderhevig aan de
volgende voorwaarden:
Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken.
●
Dit apparaat moet ongevoelig zijn voor eventuele ontvangen interferentie,
●
waaronder ook interferentie die onjuist functioneren kan veroorzaken
Reparaties moeten door erkend Suunto onderhoudspersoneel uitgevoerd worden.
Niet-erkende reparaties maken de garantie ongeldig.
Dit product is getest om te voldoen aan de FCC-standaarden en is bedoeld voor thuisen kantoorgebruik.
49
nl
WAARSCHUWING: FCC WAARSCHUWING: Wijzigingen of aanpassingen die niet expliciet
door Suunto Oy zijn goedgekeurd kunnen uw machtiging om dit apparaat onder de
FCC-regelgeving te gebruiken ongeldig maken.
10.6 Patentnotificatie
Dit product wordt beschermd door de volgende patenten, octrooiaanvragen en hun
overeenkomstige nationale rechten: US 11/432,380, US 11/181,836, US 11/169712, FI
20065147, US 11/154,444, US 10/523,156, US 10/515,170 en EU Design
000528005-0001/000528005-0010. Extra octrooiaanvragen zijn ingediend.
10.7 Verwijdering van het apparaat
Verwijder het apparaat op de juiste manier en behandel het als elektronisch
afval. Gooi het niet weg bij het huisvuil. U kunt desgewenst het apparaat
terugsturen naar uw dichtstbijzijnde Suunto vertegenwoordiger.
50
11 DISCLAIMERS
11.1 Verantwoordelijkheid van de gebruiker
Dit instrument is alleen voor recreatief gebruik. Hartslagmeters van Suunto mogen niet
gebruikt worden als vervanging van metingen waarvoor professionele precisie of
precisie van laboratoriumkwaliteit is vereist.
11.2 Waarschuwingen
Als u een pacemaker, defibrillator of ander geïmplanteerd elektronisch apparaat hebt,
dan gebruikt u de hartslagband op uw eigen risico. Voordat u dit gebruikt, raden we u
aan om onder supervisie van een arts een inspanningstest te doen met uw Suunto
hartslagmeter en band. Aan inspanning zijn risico's verbonden, speciaal voor diegenen
die een tijd niet actief geweest zijn. We bevelen u sterk aan om met uw huisarts te
overleggen voordat u begint met regelmatig sporten.
51
nl
52
Index
A
achtergrondverlichting, 37
activity class (activiteitsklasse), 9
alarm, 35