Stihl FR 460 TC-M Instruction Manual [de, fr, nl]

STIHL FR 460 TC-M
{
Handleiding Notice d’emploi Gebrauchsanleitung
n Handleiding
1 - 45
F Notice d’emploi
D Gebrauchsanleitung
92 - 136
Inhoudsopgave
Nederlands
Met betrekking tot deze handleiding 2 Veiligheidsaanwijzingen en
werktechniek 2 Vrijgegeven combinaties van
snijgarnituren, beschermkap en handgreep 12
Vrijgegeven aanbouwgereedschappen 13
Apparaat completeren 13
Originele handleidingGedrukt op chloorvrij gebleekt papier.
Gaskabel afstellen 15 Beschermkap monteren 16 Snijgarnituur monteren 17 Brandstof 19 Tanken 21 Draagstel 22 Motor starten/afzetten 23 Apparaat vervoeren 26 Gebruiksvoorschriften 28 Luchtfilter 29 M-Tronic 30 Gebruik in de winter 30 Bougie 32
Drukinkten bevatten plantaardige olie, papier is recyclebaar.
Motorkarakteristiek 33 Aandrijfmechanisme smeren 33 Flexibele as smeren 34 Apparaat opslaan 35 Metalen snijgarnituren slijpen 35 Onderhoud maaikop 36 Onderhouds- en
reinigingsvoorschriften 38 Slijtage minimaliseren en schade
voorkomen 40
Belangrijke componenten 41 Technische gegevens 43 Reparatierichtlijnen 44 Milieuverantwoord afvoeren 44 EU-conformiteitsverklaring 44
Geachte cliënt(e), Het doet ons veel genoegen dat u hebt
gekozen voor een kwaliteitsproduct van de firma STIHL.
Dit product werd met moderne productiemethoden en onder uitgebreide kwaliteitscontroles gefabriceerd. Er is ons alles aan gelegen dat u tevreden bent met dit apparaat en er probleemloos mee kunt werken.
Wendt u zich met vragen over uw apparaat tot uw dealer of de importeur.
Met vriendelijke groet,
Dr. Nikolas Stihl
{
© ANDREAS STIHL AG & Co. KG, 2017
0458-771-7621-D. VA0.M16.
0000007756_001_NL
FR 460 TC-M
Op deze handleiding rust auteursrecht. Alle rechten blijven voorbehouden, vooral het recht op verspreiding, vertaling en ver­werking met elektronische systemen.
1
Nederlands
Met betrekking tot deze handleiding
Symbolen
Symbolen die op het apparaat zijn aangebracht worden in deze handleiding toegelicht.
Afhankelijk van het apparaat en de uitrusting kunnen de volgende symbolen op het apparaat zijn aangebracht.
Benzinetank; brandstof­mengsel van benzine en motorolie
Hand-benzinepomp bedienen
Geleiding aanzuiglucht: zomerstand
Geleiding aanzuiglucht: winterstand
Codering van tekstblokken
WAARSCHUWING
Waarschuwing voor kans op ongevallen en letsel voor personen alsmede voor zwaarwegende materiële schade.
LET OP
Waarschuwing voor beschadiging van het apparaat of afzonderlijke componenten.
Technische doorontwikkeling
STIHL werkt continu aan de verdere ontwikkeling van alle machines en apparaten; wijzigingen in de leveringsomvang qua vorm, techniek en uitrusting behouden wij ons daarom ook voor.
Aan gegevens en afbeeldingen in deze handleiding kunnen dan ook geen aanspraken worden ontleend.
Veiligheidsaanwijzingen en werktechniek
Speciale veiligheidsmaat­regelen zijn nodig bij het werken met dit motorap­paraat, omdat er met een zeer hoog toerental van het snijgarnituur wordt gewerkt.
De gehele handleiding voor de eerste ingebruik­neming aandachtig doorlezen en voor later gebruik goed opbergen. Het niet in acht nemen van de handleiding kan levensgevaarlijk zijn.
De nationale veiligheidsvoorschriften, bijv. van beroepsgroepen, sociale instanties, arbeidsinspectie en andere in acht nemen.
Wie voor het eerst met het motorapparaat werkt: door de verkoper of door een andere deskundige laten uitleggen hoe men hiermee veilig kan werken – of deelnemen aan een cursus.
Minderjarigen mogen niet met het motorapparaat werken – behalve jongeren boven de 16 jaar, die onder toezicht leren met het apparaat te werken.
Kinderen, dieren en toeschouwers op afstand houden.
Als het motorapparaat niet wordt gebruikt, het apparaat zo neerleggen dat niemand in gevaar kan worden gebracht. Het motorapparaat zo opbergen dat onbevoegden er geen toegang toe hebben.
2
FR 460 TC-M
Nederlands
De gebruiker is verantwoordelijk voor ongevallen die andere personen of hun eigendommen overkomen, resp. voor de gevaren waaraan deze worden blootgesteld.
Het motorapparaat alleen meegeven of uitlenen aan personen die met dit model en het gebruik ervan vertrouwd zijn – altijd de handleiding meegeven.
Het gebruik van geluid producerende motorapparaten kan door nationale en ook plaatselijke, lokale voorschriften tijdelijk worden beperkt.
Wie met het motorapparaat werkt moet goed uitgerust, gezond zijn en een goede lichamelijke conditie hebben.
Wie zich om gezondheidsredenen niet mag inspannen, moet zijn arts raadplegen of het werken met een motorapparaat mogelijk is.
Alleen voor dragers van een pacemaker: het ontstekingsmechanisme van dit apparaat genereert een zeer gering elektromagnetisch veld. Beïnvloeding van enkele typen pacemakers kan niet geheel worden uitgesloten. Ter voorkoming van gezondheidsrisico's adviseert STIHL de behandelend arts en de fabrikant van de pacemaker te raadplegen.
Na gebruik van alcohol, medicijnen die het reactievermogen beïnvloeden of drugs mag niet met het motorapparaat worden gewerkt.
Het motorapparaat – afhankelijk van het gemonteerde snijgarnituur – alleen gebruiken voor het maaien van gras of het knippen van wildgroei, struiken, struikgewas, bosschages, kleine bomen of dergelijke.
Voor andere doeleinden mag het motorapparaat niet worden gebruikt – kans op ongelukken!
Alleen die snijgarnituren of toebehoren monteren die door STIHL voor dit motorapparaat zijn vrijgegeven of technisch gelijkwaardige onderdelen. Bij vragen hierover contact opnemen met een geautoriseerde dealer. Alleen hoogwaardig gereedschap of toebehoren monteren. Als dit wordt nagelaten is er kans op ongelukken of schade aan het motorapparaat.
STIHL adviseert origineel STIHL gereedschap en toebehoren te monteren. Deze zijn qua eigenschappen optimaal op het product en de eisen van de gebruiker afgestemd.
De beschermkap van het motorapparaat kan de gebruiker niet tegen alle voorwerpen (stenen, glas, draad enz.) beschermen die door het snijgarnituur worden weggeslingerd. Deze voorwerpen kunnen ergens afketsen en vervolgens de gebruiker treffen.
Geen wijzigingen aan het apparaat aanbrengen – uw veiligheid kan hierdoor in gevaar worden gebracht. Voor persoonlijke en materiële schade die door het gebruik van niet-vrijgegeven aanbouwapparaten wordt veroorzaakt is STIHL niet aansprakelijk.
Voor het reinigen van het apparaat geen hogedrukreiniger gebruiken. Door de harde waterstraal kunnen onderdelen van het apparaat worden beschadigd.
Kleding en uitrusting
De voorgeschreven kleding en uitrusting dragen.
De kleding moet doelma­tig zijn en mag tijdens het werk niet hinderen. Nauwsluitende kleding – combipak, geen stofjas.
Geen kleding dragen waarmee men aan takken, struiken of de bewegende delen van het apparaat kan blijven haken. Ook geen sjaal, das en sieraden dragen. Lang haar in een paardenstaart dragen en vastzetten (hoofddoek, muts, helm enz.).
Veiligheidslaarzen met een stroeve, slipvrije zool en stalen neus dragen.
Alleen bij gebruik van maaikoppen zijn als alternatief stevige schoenen met stroeve, slipvrije zool toegestaan.
WAARSCHUWING
Om de kans op oogletsel te reduceren een nauw aansluitende veiligheids­bril volgens de norm EN 166 dragen. Erop let­ten dat de veiligheidsbril goed zit.
Een vizier dragen en erop letten dat deze goed zit. Een vizier alleen biedt onvoldoende bescherming voor de ogen.
"Persoonlijke" gehoorbescherming dragen – zoals bijv. oorkappen.
Veiligheidshelm dragen bij het opschonen, in hoog struikgewas en bij gevaar door vallende takken.
FR 460 TC-M
3
Nederlands
271BA001 KN
Robuuste werkhand­schoenen van slijtvast materiaal dragen (bijv. leer).
STIHL biedt een omvangrijk programma aan persoonlijke beschermuitrusting aan.
Motorapparaat vervoeren
Bij vervoer over een langere afstand (meer dan ca. 50 m) bovendien de motor afzetten.
Het motorapparaat alleen in de werkhouding dragen: motorapparaat op de rug, linkerhand op de beugelhandgreep en rechterhand op de bedieningshandgreep – geldt ook voor linkshandigen – het snijgarnituur vlak boven de grond.
Metalen snijgarnituren met behulp van een transportbeschermkap tegen onbedoeld contact beveiligen, ook bij het vervoer over korte afstanden – zie ook "Apparaat vervoeren".
Hete machineonderde­len en de aandrijfkop niet aanraken – kans op brandwonden!
In auto's: het motorapparaat tegen omvallen, beschadiging en tegen het weglekken van benzine beveiligen.
Tanken
Benzine is bijzonder licht ontvlambaar – uit de buurt blijven van open vuur – geen benzine mor-
sen – niet roken. Voor het tanken de motor afzetten. Niet tanken zolang de motor nog heet is
– de benzine kan overstromen – brandgevaar!
Het apparaat met het draagstel
stevig op de grond plaatsen, tankopening is van het rugkussen af gericht, zie "Benzine bijvullen".
De tankdop voorzichtig losdraaien, zodat de heersende overdruk zich langzaam kan afbouwen en er geen benzine uit de tank kan spuiten.
Uitsluitend op een goed geventileerde plek tanken. Als er benzine werd gemorst, het motorapparaat direct schoonmaken – de kleding niet in aanraking laten komen met de benzine, anders direct andere kleding aantrekken.
De motorapparaten kunnen af fabriek zijn uitgerust met verschillende tankdoppen.
Na het tanken de tankdop
zo vast mogelijk
aandraaien.
Hierdoor wordt het risico verkleind dat de tankdop door de motortrillingen losloopt en er benzine wegstroomt.
Op lekkages letten – als er benzine naar buiten stroomt, de motor niet starten – levensgevaar door verbranding!
Voor het starten
Het motorapparaat op technisch goede staat controleren – het desbetreffende hoofdstuk in de handleiding in acht nemen:
Het brandstofsysteem op lekkage
controleren, vooral de zichtbare onderdelen zoals bijv. de tankdop, slangaansluitingen, hand­benzinepomp (alleen bij motorapparaten met hand­benzinepomp). Bij lekkages of beschadiging de motor niet starten – brandgevaar! Het apparaat voor de ingebruikneming door een geautoriseerde dealer laten repareren
De combinatie van snijgarnituur,
beschermkap en handgreep moet zijn vrijgegeven, alle onderdelen moeten correct zijn gemonteerd
De stopschakelaar/combischuif
moet gemakkelijk kunnen worden bediend
De chokeknop, de
gashendelblokkering en de gashendel moeten goed gangbaar zijn – de gashendel moet automatisch in de stationaire stand terugveren. Vanuit de stand } van
4
FR 460 TC-M
Nederlands
271BA003 KN
271BA002 KN
de chokeknop moet deze bij het gelijktijdig indrukken van de gashendelblokkering en de gashendel terugveren in de werkstand F
Bougiesteker op vastzitten
controleren – bij een loszittende steker kunnen vonken ontstaan, hierdoor kan het vrijkomende benzine-luchtmengsel ontbranden – brandgevaar!
Snijgarnituur of
aanbouwgereedschap: correcte montage, staat en vastzitten
Veiligheidsinrichtingen
(bijv. beschermkap voor snijgarnituur, draaischotel) op beschadigingen, resp. slijtage controleren. Beschadigde onderdelen vervangen. Het apparaat niet met een beschadigde beschermkap of een versleten draaischotel (als het opschrift en de pijlen niet meer duidelijk zichtbaar zijn) gebruiken
Geen wijzigingen aan de
bedieningselementen en de veiligheidsinrichtingen aanbrengen
De handgrepen moeten schoon en
droog, olie- en vuilvrij zijn – belangrijk voor een veilige bediening van het motorapparaat
De draagriemen en de
beugelhandgreep overeenkomstig de lichaamslengte instellen, zie "Draagstel omdoen".
De staat van het draagstel en de
draagriemen controleren – bij beschadiging of slijtage vervangen
Het motorapparaat mag alleen in technisch goede staat worden gebruikt – kans op ongelukken!
In geval van nood: het snel losmaken van de sluiting van de heupgordel, het losmaken van de schouderriem en het op de grond plaatsen van het apparaat oefenen. Tijdens het oefenen het apparaat niet op de grond gooien, om beschadigingen te voorkomen.
Motor starten
Minstens op 3 m van de plek waar werd getankt – niet in een afgesloten ruimte.
Alleen op een vlakke ondergrond, een stabiele en veilige houding aannemen, het motorapparaat goed vasthouden – het werktuig of het snijgarnituur en de beschermkap mogen geen voorwerpen en ook de grond niet raken, omdat deze tijdens het starten kunnen meedraaien. Beslist de aanwijzingen onder "Motor starten/afzetten" in acht nemen.
Het motorapparaat wordt slechts door één persoon bediend – geen andere personen binnen een straal van 15 m dulden – ook niet tijdens het starten – kans op letsel – door weggeslingerde voorwerpen!
Contact met het snijgarni­tuur voorkomen – kans op letsel!
De motor niet 'los uit de hand' starten – starten zoals in de handleiding staat beschreven.
Het snijgarnituur draait nog even door nadat de gashendel wordt losgela­ten – naloopeffect!
Licht ontvlambare materialen (bijv. houtspanen, boomschors, droog gras, benzine) uit de buurt van de hete uitlaatgassen en de hete uitlaatdemper houden – brandgevaar!
Apparaat vasthouden en bedienen
Altijd voor een stabiele en veilige houding zorgen.
De motorunit op de rug dragen – de motorunit pas op de rug plaatsen als het snijgarnituur na het starten niet meer beweegt – kans op ongelukken!
De steel/maaiboom altijd met beide handen op de handgrepen vasthouden – rechterhand op de bedieningshandgreep, linkerhand op de
FR 460 TC-M
5
Nederlands
15m (50ft)
beugelhandgreep – de steel/maaiboom altijd aan de rechterzijde van het lichaam houden – dit geldt ook voor linkshandigen.
Tijdens de werkzaamheden
Altijd voor een stabiele en veilige houding zorgen.
Bij dreigend gevaar, resp. in geval van nood, direct de motor afzetten – de stopschakelaar/combischuif richting 0 drukken.
Binnen een straal van 15 m mogen zich geen andere personen ophouden – kans op letsel door weggeslingerde voorwerpen!Deze afstand ook ten opzichte van andere objecten (auto's, ruiten) aanhouden – kans op materiële schade!
Op een correct stationair toerental letten, zodat het snijgarnituur na het loslaten van de gashendel niet meer draait. Regelmatig de instelling van het stationair toerental controleren, resp. corrigeren. Als het snijgarnituur bij stationair toerental toch meedraait, het stationair toerental door een geautoriseerde dealer laten repareren. STIHL adviseert de STIHL dealer.
Let op bij gladheid, regen, sneeuw, op hellingen, in oneffen terrein enz. – kans op uitglijden!
Op obstakels letten: boomstronken, wortels – struikelgevaar!
Nooit op een ladder of staande in de boom werken
Nooit met één hand werken. Bij gebruik van gehoorbeschermers
moet extra omzichtig en bedachtzaam worden gewerkt – omdat geluiden die op gevaar wijzen (schreeuwen, alarmsignalen e.d.) minder goed hoorbaar zijn.
Op tijd rustpauzes nemen om vermoeidheid en uitputting te voorkomen – kans op ongelukken!
Rustig en met overleg werken – alleen bij voldoende licht en goed zicht. Voorzichtig werken, anderen niet in gevaar brengen.
Het motorapparaat pro-
duceert giftige
uitlaatgassen zodra de
motor draait. Deze gas-
sen kunnen geurloos en
onzichtbaar zijn en
onverbrande koolwater-
stoffen en benzol
bevatten. Nooit in afge-
sloten of slecht
geventileerde ruimtes
met het motorapparaat
werken – ook niet met
apparaten voorzien van
katalysator. Bij het werken in greppels, slenken of op
plaatsen met weinig ruimte, steeds voor voldoende luchtventilatie zorgen. Levensgevaar door vergiftiging!
Bij misselijkheid, hoofdpijn, gezichtsstoornissen (bijv. kleiner wordend blikveld), gehoorverlies,
duizeligheid, afnemende concentratie, de werkzaamheden direct onderbreken – deze symptomen kunnen onder andere worden veroorzaakt door een te hoge uitlaatgasconcentratie – kans op ongelukken!
Geluidsoverlast en uitlaatgasemissie zo veel mogelijk beperken – de motor niet onnodig laten draaien, alleen gas geven tijdens het werk.
Niet roken tijdens het gebruik en in de directe omgeving van het motorapparaat – brandgevaar! Uit het brandstofsysteem kunnen ontvlambare benzinedampen ontsnappen.
Tijdens het werk vrijkomend(e) stof, rook en dampen kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid. Bij sterke stof- of rookontwikkeling een stofmasker dragen.
Als het motorapparaat niet volgens voorschrift (bijv. door geweld van buitenaf, door stoten of vallen) werd uitgeschakeld, voor het opnieuw in gebruik nemen beslist controleren of dit in goede staat verkeert – zie ook "Voor het starten".
Vooral op lekkage van het brandstofsysteem en de goede werking van de veiligheidsinrichtingen letten. Motorapparaten die niet meer bedrijfszeker zijn, in geen geval verder gebruiken. In geval van twijfel contact opnemen met een geautoriseerde dealer.
Niet in de startgasstand werken – het motortoerental is bij deze stand van de gashendel niet regelbaar.
6
FR 460 TC-M
Nederlands
Nooit zonder de op het apparaat en het snijgarnituur afgestemde beschermkap wer­ken – kans op letsel door wegge­slingerde voorwerpen!
Terrein controleren: vaste voorwerpen – stenen, metalen delen of iets der­gelijks kunnen worden weggeslingerd – kans op letsel! – En deze kunnen het snijgarnituur als­mede objecten (zoals bijv. geparkeerde auto's, ruiten) beschadigen (materiële schade).
In onoverzichtelijk, dicht begroeid terrein bijzonder voorzichtig te werk gaan.
Bij het maaien van hoog struikgewas, onder bosschages en heggen: werkhoogte met het snijgarnituur minimaal 15 cm – dieren niet in gevaar brengen.
Voor het achterlaten van het apparaat: motor afzetten.
Het snijgarnituur regelmatig, met korte tussenpozen en bij merkbare wijzigingen direct controleren:
De motor afzetten, het apparaat
stevig vasthouden, het snijgarnituur tot stilstand laten komen
Op goede staat en vastzitten
controleren, op scheurvorming letten
Scherpte controleren Beschadigde of botte snijgarnituren
direct vervangen, ook bij zeer kleine haarscheurtjes
Gras en takkenresten op de koppeling voor het snijgarnituur regelmatig verwijderen – verstoppingen ter hoogte van het snijgarnituur of de beschermkap verwijderen.
Voor het vervangen van het snijgarnituur de motor afzetten – kans op letsel!
Het aandrijfmechanisme
(aandrijfkop) wordt tij-
dens het gebruik heet.
Het aandrijfkophuis niet
aanraken – kans op
verbranding!
Gebruik van maaikoppen
Beschermkap snijgarnituur met de in de handleiding aangegeven aanbouwdelen aanvullen.
Alleen een beschermkap met volgens voorschrift gemonteerd mes monteren, zodat de maaidraden op de toegestane lengte worden afgesneden.
Voor het nastellen van de maaidraad bij met de hand nastelbare maaikoppen beslist de motor afzetten – kans op letsel!
Verkeerd gebruik, met een te lange maaidraad, reduceert het motortoerental. Dit leidt, door het constant slippen van de koppeling, tot oververhitting en tot beschadiging van belangrijke delen (bijv. koppeling, en delen van de kunststof behuizing) –
bijv. door het bij stationair toerental meedraaiende snijgarnituur – kans op letsel!
Gebruik van metalen snijgarnituren
STIHL adviseert originele metalen STIHL snijgarnituren te monteren. Deze zijn qua eigenschappen optimaal op het apparaat en de eisen van de gebruiker afgestemd.
Metalen snijgarnituren draaien zeer snel. Hierbij ontstaan krachten die op het apparaat, het gereedschap zelf en op het maaigoed werken.
Metalen snijgarnituren moeten regelmatig volgens voorschrift worden geslepen.
Ongelijkmatig geslepen metalen snijgarnituren veroorzaken een onbalans die voor extreme belasting van het apparaat kan zorgen – kans op breuk!
Botte of verkeerd geslepen snijkanten kunnen leiden tot een hogere belasting van het metalen snijgarnituur – kans op letsel door gescheurde of gebroken delen!
Metalen snijgarnituren na ieder contact met harde voorwerpen (bijv. stenen, rotsblokken, metalen voorwerpen) controleren (bijv. op scheurtjes en vervorming). Bramen en andere zichtbare materiaalopeenhopingen moeten worden verwijderd, omdat zij bij verder gebruik op elk moment los zouden kunnen laten en worden weggeslingerd – kans op letsel!
Als een roterend metalen snijgarnituur contact maakt met een steen of een ander hard voorwerp, kan dit leiden tot
FR 460 TC-M
7
Nederlands
vonkvorming, waardoor onder bepaalde omstandigheden licht ontvlambare stoffen vlam zouden kunnen vatten. Ook droge planten en struikgewas zijn licht ontvlambaar, vooral bij zeer warme en droge weersomstandigheden. Als er kans op brand aanwezig is, het metalen snijgarnituur niet in de buurt van licht ontvlambare stoffen, droge planten of struikgewas gebruiken. Uitdrukkelijk aan de voor het bosbeheer verantwoordelijke persoon vragen of er brandgevaar bestaat.
Beschadigde of gescheurde snijgarnituren niet meer gebruiken en niet repareren – bijv. door lassen of richten – wijziging van de vorm (onbalans).
Deeltjes of breukstukken kunnen loskomen en met hoge snelheid de gebruiker of derden treffen – ernstig letsel!
Voor het reduceren van de genoemde, tijdens het gebruik van metalen snijgarnituren optredende gevaren, mag het gebruikte metalen snijgarnituur in geen geval qua diameter te groot zijn. Het mag ook niet te zwaar zijn. Het moet van een kwalitatief goed materiaal zijn vervaardigd en een juiste geometrie (vorm, dikte) hebben.
Een niet door STIHL geproduceerd metalen snijgarnituur mag niet zwaarder, niet dikker zijn, geen andere vorm hebben en qua diameter niet groter zijn dan het grootste, voor dit motorapparaat vrijgegeven metalen STIHL snijgarnituur – kans op letsel!
Trillingen
Langdurig gebruik van het motorapparaat kan leiden tot door trillingen veroorzaakte doorbloedingsstoornissen aan de handen ("witte vingers").
Een algemeen geldende gebruiksduur kan niet worden vastgesteld, omdat deze van meerdere factoren afhankelijk is.
De gebruiksduur wordt verlengd door: – Bescherming van de handen
(warme handschoenen) – Rustpauzes De gebruiksduur wordt verkort door: – Bijzondere persoonlijke aanleg voor
slechte doorbloeding (kenmerk:
vaak koude vingers, kriebelen)
Lage buitentemperaturen De mate van kracht uitgeoefend
door de handen (stevig beetpakken
beïnvloedt de doorbloeding nadelig) Bij regelmatig, langdurig gebruik van het
apparaat en bij het herhaald optreden van de betreffende symptomen (bijv. vingers kriebelen) wordt een medisch onderzoek geadviseerd.
Onderhoud en reparaties
Het motorapparaat regelmatig onderhouden. Alleen die onderhouds­en reparatiewerkzaamheden uitvoeren die in de handleiding staan beschreven. Alle andere werkzaamheden laten uitvoeren door een geautoriseerde dealer.
STIHL adviseert onderhouds- en reparatiewerkzaamheden alleen door de STIHL dealer te laten uitvoeren. De STIHL dealers nemen regelmatig deel aan scholingen en ontvangen Technische informaties.
Alleen hoogwaardige onderdelen monteren. Als dit wordt nagelaten is er kans op ongelukken of schade aan het apparaat. Bij vragen contact opnemen met een geautoriseerde dealer.
STIHL adviseert originele STIHL onderdelen te monteren. Deze zijn qua eigenschappen optimaal op het apparaat en de eisen van de gebruiker afgestemd.
Bij reparatie-, onderhouds- en reinigingswerkzaamheden altijd de motor afzetten en de bougiesteker lostrekken – kans op letsel door het onbedoeld starten van de motor! – Uitzondering: afstelling carburateur en stationair toerental.
De motor mag bij een losgetrokken bougiesteker of bij een losgedraaide bougie niet met behulp van het startmechanisme worden getornd – brandgevaar door ontstekingsvonken buiten de cilinder!
Het motorapparaat niet in de nabijheid van open vuur onderhouden en opslaan – brandgevaar door de brandstof!
De tankdop regelmatig op lekkage controleren.
Alleen in goede staat verkerende, door STIHL vrijgegeven bougies – zie "Technische gegevens" – monteren.
Bougiekabel controleren (goede isolatie, vaste aansluiting).
8
FR 460 TC-M
Nederlands
002BA331 KN
Controleer of de uitlaatdemper in een goede staat verkeert.
Niet met een defecte of zonder uitlaatdemper werken – brandgevaar! – Gehoorschade!
De hete uitlaatdemper niet aanraken – gevaar voor brandwonden!
De staat van de antivibratie-elementen beïnvloedt het trillingsgedrag – de antivibratie-elementen regelmatig controleren.
Symbolen op de beschermkappen
Een pijl op de beschermkap voor het snijgarnituur geeft de draairichting van het snijgarnituur aan.
Enkele van de volgende symbolen zijn aangebracht op de buitenzijde van de beschermkap en verwijzen naar de vrijgegeven combinatie snijgarnituur/beschermkap.
De beschermkap mag samen met maaikoppen worden gebruikt.
De beschermkap mag niet in combinatie met maaikoppen worden gebruikt.
De beschermkap mag samen met grassnijbla­den worden gebruikt.
De beschermkap mag niet in combinatie met grassnijbladen worden gebruikt.
De beschermkap mag samen met slagmessen worden gebruikt.
De beschermkap mag niet in combinatie met slagmessen worden gebruikt.
De beschermkap mag niet in combinatie met hakselmessen worden gebruikt.
De beschermkap mag niet in combinatie met cir­kelzaagbladen worden gebruikt.
Maaikop met maaidraad
Voor soepel 'maaigedrag' – voor nauwkeurig maaien, zelfs van onregelmatige grasranden rondom bomen, heiningpalen etc. – geringe beschadiging van de boomschors.
Tot de leveringsomvang van de maaikop behoort een bijlage. De maaikop alleen volgens de gegevens in de bijlage uitrusten met maaidraden.
WAARSCHUWING
De maaidraden niet vervangen door metaaldraad of andere soorten draden – kans op letsel!
FR 460 TC-M
9
Nederlands
002BA049 KN
002BA135 KN
002BA222 KN
Maaikop met kunststof messen – STIHL PolyCut
Voor het maaien van niet-afgezette grasvelden (zonder palen, omheiningen, bomen en vergelijkbare obstakels).
Op de slijtage-indicatoren letten!
Als van de maaikop PolyCut een van de markeringen aan de onderzijde is doorgebroken (pijl): de maaikop niet meer gebruiken en vervangen door een nieuwe! Kans op letsel door contact met de weggeslingerde gereedschapdelen!
Beslist de onderhoudsvoorschriften voor de maaikop PolyCut in acht nemen!
In plaats van met kunststof messen kan de maaikop PolyCut ook worden uitgerust met maaidraden.
Tot de leveringsomvang van de maaikop behoren de bijlagen. De maaikop alleen volgens de gegevens in de bijlagen uitrusten met kunststof messen of maaidraden.
Kans op terugslag bij metalen snijgarnituren
WAARSCHUWING
Bij gebruik van metalen snijgarnituren bestaat de kans op terugslag als het snijgarnituur een vast obstakel (boomstam, tak, boomstronk, steen of iets dergelijks) raakt. Het apparaat wordt hierbij teruggeslingerd – tegen de draairichting van het snijgarnituur in.
Er is een hogere kans op terugslag als het snijgarnituur in de zwarte sector een obstakel raakt.
grassnijblad
Alleen voor gras en onkruid – met het apparaat net als met een zeis werken.
WAARSCHUWING
Bij onjuist gebruik kan het grassnijblad worden beschadigd – kans op letsel door weggeslingerde onderdelen!
Het grassnijblad, als het merkbaar bot is geworden volgens voorschrift slijpen.
Slagmessen
WAARSCHUWING
In plaats van de maaidraad geen metaaldraad of ander draad gebruiken – kans op letsel!
10
Voor het maaien van vervilt gras, het snoeien van wildgroei en struikgewas en het opschonen van jonge aanplant met een maximale stamdiameter van 2 cm – geen dikkere stammen zagen – kans op ongevallen!
FR 460 TC-M
Bij het maaien van gras en het
002BA355 KN
002BA509 KN
opschonen van jonge aanplant met het apparaat net als met een zeis, vlak boven de grond, werken.
Voor het snoeien van wildgroei en struikgewas het slagmes van bovenaf in de plant 'steken' – het snijgoed wordt verhakseld – hierbij het snijgarnituur niet boven heuphoogte houden.
Bij deze werktechniek moet uiterst voorzichtig te werk worden gegaan. Hoe groter de afstand van het snijgarnituur ten opzichte van de grond, des te groter is het risico dat er materiaal opzij wordt geslingerd – kans op letsel!
Attentie! Bij onjuist gebruik kan het slagmes worden beschadigd – kans op letsel door weggeslingerde delen!
Nederlands
Om de kans op ongelukken te reduceren, het volgende beslist in acht nemen:
Contact met stenen, metalen
voorwerpen en dergelijke
voorkomen – Geen hout of struikgewas met een
diameter van meer dan 2 cm
doorsnijden (zagen) – voor grotere
diameters gebruikmaken van een
cirkelzaagblad – Het slagmes regelmatig op
beschadigingen controleren – een
beschadigd slagmes niet verder
gebruiken – Het slagmes regelmatig en als het
merkbaar bot is geworden volgens
voorschrift slijpen en – indien nodig
– balanceren (STIHL adviseert dit
door de STIHL dealer te laten
uitvoeren)
FR 460 TC-M
11
Nederlands
Vrijgegeven combinaties van snijgarnituren, beschermkap en handgreep
Snijgarnituur Beschermkap Handgreep
1
4
2
5
7 8 9
10
12
13
14
Vrijgegeven combinaties
Afhankelijk van het snijgarnituur de juiste combinatie uit de tabel kiezen!
WAARSCHUWING
Om veiligheidsredenen mogen alleen snijgarnituren, beschermkappen en handgrepen uit dezelfde tabelregel
3
6
17
11
19
15
worden gecombineerd. Andere combinaties zijn niet toegestaan – kans op ongelukken!
Snijgarnituren
Maaikoppen 1 STIHL SuperCut 20-2
2 STIHL AutoCut 25-2
16
20
18
21
21
3 STIHL AutoCut C 25-2 4 STIHL AutoCut C 26-2 5 STIHL AutoCut 30-2 6 STIHL AutoCut 36-2 7 STIHL TrimCut 31-2 8 STIHL DuroCut 20-2 9 STIHL PolyCut 20-3
22
22
22
0000-GXX-0274-A4
12
FR 460 TC-M
Nederlands
228BA032 KN
BF
0812BA002 KN
1
2
4
3
0812BA003 KN
1
2
Metalen snijgarnituren 10 Grassnijblad 230-2
(Ø 230 mm)
11 Grassnijblad 260-2
(Ø 260 mm)
12 Grassnijblad 230-4
(Ø 230 mm)
13 Grassnijblad 230-8
(Ø 230 mm)
14 Grassnijblad 250-40 Spezial
(Ø 250 mm)
15 Slagmes 250-3
(Ø 250 mm)
WAARSCHUWING
Grassnijbladen en slagmessen van andere materialen dan metaal zijn niet toegestaan.
Beschermkappen
16 Beschermkap voor maaikoppen 17 Beschermkap met 18 Schort en mes voor maaikoppen 19 Beschermkap zonder schort en
mes voor metalen snijgarnituren
Handgreep
20 Beugelhandgreep (niet in alle
landen vrijgegeven) 21 Beugelhandgreep met 22 Beugel (loopbegrenzer)
Vrijgegeven aanbouwgereedschappen
Het volgende STIHL aanbouwgereedschap mag op het basismotorapparaat worden gemonteerd:
Aanbouwgereed­schap Toepassing
BF grondfrees
Apparaat completeren
Draagstel monteren
N Transportbeveiliging (plakband)
lostrekken
N Bout (1) M10x20 en ring (2) uit het
draagstel nemen
N Draagstel (3) met bout (1) en
ring (2) op de motorunit (4) bevestigen – bout met zeskantkop slw 17, aanhaalmoment 20 Nm (177 lbf. inch)
FR 460 TC-M
13
Nederlands
2
1
0812BA068 KN
0812BA069 KN
3
4
2
0812BA005 KN
1
1
5
4
0812BA058 KN
2
3
6
7
7
2
3
0812BA059 KN
7
4
7
1
6 5
6
5
Steel/maaiboom monteren
N Nok (1) op de steel/maaiboom tot
aan de aanslag in de groef (2) van
de koppelingsmof schuiven
Correct hierin geschoven moet de rode lijn (3 = punt van de pijl) gelijkliggen met de koppelingsmof.
N Sterbout (4) vast draaien
Beugelhandgreep met beugel monteren
N Vierkante moeren (1) met de bolle
zijde naar boven gericht in de beugel (2) plaatsen – de boringen in lijn brengen
N Bouten (7) in de boringen steken –
en in de beugel draaien tot ze aanliggen
N De overige onderdelen bewaren N Verder bij "Beugelhandgreep
bevestigen"
Beugelhandgreep zonder beugel monteren (niet in alle landen vrijgegeven)
14
N Klem (3) in de beugelhandgreep (4)
plaatsen en samen op de steel/maaiboom (5) aanbrengen
N Klem (6) aanbrengen N Beugel (2) aanbrengen – op de
montagestand letten!
N Boringen met elkaar in lijn brengen
N Klem (1) in de beugelhandgreep (2)
plaatsen en samen op de steel/maaiboom (3) aanbrengen
N Klem (4) aanbrengen N Boringen met elkaar in lijn brengen N Ring (5) op de bout (6) plaatsen en
deze weer in de boring steken, hierop de vierkante moer (7) draaien – tot deze aanligt
FR 460 TC-M
Nederlands
1
2
0812BA060 KN
A
1
2
A
1
3
B
0812BA009 KN
002BA655 KN
N De overige onderdelen bewaren N Verder bij "Beugelhandgreep
bevestigen"
Beugelhandgreep bevestigen
N Beugelhandgreep (1) op een
afstand van (A) is ca. 20 cm (8 inch)
voor de bedieningshandgreep (2)
bevestigen
N Beugelhandgreep uitlijnen N Bouten vastdraaien – hierbij
eventueel de moeren tegenhouden
Gaskabelbevestiging controleren
N Gaskabel (1) in de kabelklem (2) op
een afstand van (A) is ca. 20 cm (8 inch) ten opzichte van de motor drukken
N Gaskabel (1) in de kabelklem (3) op
een afstand van (B) is ca. 15 cm (6 inch) voor het asuiteinde drukken
Verder, zie "Gaskabel afstellen".
Gaskabel afstellen
Na de montage van het apparaat of na een langere gebruiksduur kan het nodig zijn de gaskabelafstelling te corrigeren.
De gaskabel alleen afstellen bij een compleet gemonteerd apparaat.
N Gashendel in de volgasstand
plaatsen
N De bout in de gashendel tot aan de
eerste weerstand in de richting van de pijl draaien. Daarna nogmaals een halve slag verder indraaien
De gaskabel moet over de gehele lengte evenwijdig aan de flexibele as worden gemonteerd.
Als dit niet het geval is moet als volgt te werk worden gegaan.
FR 460 TC-M
15
Nederlands
002BA636 KN
2
1
3
3
002BA637 KN
1.
2.
002BA646 KN
002BA638 KN
Beschermkap monteren
Beschermkap monteren
1 Beschermkap voor maaigarnituren 2 Beschermkap voor maaikoppen
De beschermkappen (1) en (2) worden op dezelfde wijze op de aandrijfkop bevestigd.
N Beschermkap op de maaikop
N Bouten (3) aanbrengen en
leggen
vastdraaien
Schort en mes monteren
WAARSCHUWING
Kans op letsel door weggeslingerde voorwerpen en contact met het snijgarnituur. Het schort en het mes moeten bij het gebruik van maaikoppen altijd in de beschermkap (1) worden gemonteerd.
Schort monteren
N De geleidegroef van het schort
zover op de lijst van de beschermkap schuiven tot deze vastklikt
Schort verwijderen
N Met de doorslag in de boring van het
schort drukken en gelijktijdig met de doorslag het schort iets naar links schuiven
N Het schort naar beneden toe geheel
van de beschermkap trekken
Mes monteren
N Mes in de geleidegroef van het
schort schuiven
N Bout aanbrengen en vastdraaien
16
FR 460 TC-M
Nederlands
002BA134 KN
2
002BA164 KN
1
3
4
5
2
002BA266 KN
6
7
2
002BA330 KN
6
Snijgarnituur monteren
Motorapparaat neerleggen
N Motor afzetten N Het motorapparaat zo neerleggen
dat de koppeling voor het
snijgarnituur naar boven is gericht
Bevestigingsonderdelen voor snijgarnituren
Afhankelijk van het snijgarnituur waarmee uw apparaat werd uitgeleverd, kan ook de leveringsomvang van bevestigingsonderdelen voor het snijgarnituur verschillend zijn.
Leveringsomvang met bevestigingsonderdelen
Er kunnen maaikoppen en metalen snijgarnituren worden gemonteerd.
Hiervoor zijn, afhankelijk van de uitvoering van het snijgarnituur, een extra moer (3), draaischotel (4) en drukring (5) nodig.
De onderdelen maken deel uit van de onderdelenset die samen met het apparaat wordt geleverd en zijn als speciaal toebehoren leverbaar.
Transportbeveiliging verwijderen N Slang (1) van de as (2) trekken
Leveringsomvang zonder bevestigingsonderdelen
Er kunnen alleen maaikoppen worden gemonteerd die direct op de as (2) worden bevestigd.
As blokkeren
Voor het monteren en demonteren van snijgarnituren moet de as (2) met behulp van de blokkeerpen (6) of de haakse schroevendraaier (6) worden geblokkeerd. De onderdelen maken deel uit van de leveringsomvang en zijn als speciaal toebehoren leverbaar.
N Blokkeerpen (6) of de haakse
schroevendraaier (6) tot aan de aanslag in de boring (7) van het aandrijfmechanisme (aandrijfkop) schuiven – iets aandrukken
N As, moer of snijgarnituur verdraaien
tot de blokkeerpen in de boring valt en de as wordt geblokkeerd
FR 460 TC-M
17
Nederlands
3
4
2
271BA057 KN
1
5
1
002BA385 KN
Bevestigingsonderdelen verwijderen
N As blokkeren N Met behulp van de combisleutel (1)
de moer (2) rechtsom (linkse
schroefdraad) losdraaien en
wegnemen N Drukschotel (3) van de as (4)
trekken, de drukschotel (5) niet
wegnemen
Maaikop met schroefdraadaansluiting monteren
De bijlage voor de maaikop goed bewaren.
N De maaikop linksom tot aan de
aanslag op de as (1) schroeven
N As blokkeren N Maaikop vastdraaien
Metalen snijgarnituur monteren
Het bijlageblad en de verpakking voor het metalen snijgarnituur goed bewaren.
WAARSCHUWING
Veiligheidshandschoenen aantrekken – kans op letsel door de scherpe snijkanten.
Altijd slechts één metalen snijgarnituur monteren!
Snijgarnituur op de juiste wijze aanbrengen
1
3
2
4
5 6
Snijgarnituur monteren
WAARSCHUWING
De bij het snijgarnituur passende beschermkap monteren – zie "Beschermkap monteren".
18
LET OP
Het gereedschap voor het blokkeren van de as weer lostrekken.
Maaikop verwijderen
N As blokkeren N De maaikop rechtsom draaien
681BA312 KN
De snijgarnituren (1, 2, 3 en 4) kunnen in een willekeurige richting wijzen – deze snijgarnituren regelmatig omkeren om eenzijdige slijtage te voorkomen.
De snijkanten van de grassnijbladen (5 en 6) moeten naar rechts zijn gericht.
FR 460 TC-M
Nederlands
WAARSCHUWING
Op de pijl voor de draairichting aan de binnenzijde van de beschermkap letten.
N Snijgarnituur (6) op de
drukschotel (7) leggen
WAARSCHUWING
De kraag (pijl) moet in de boring van het snijgarnituur vallen.
Snijgarnituur bevestigen N Drukring (8) aanbrengen – bolle
zijde naar boven gericht
N Draaischotel (9) aanbrengen N As (10) blokkeren N Moer (11) met behulp van de
combisleutel (12) linksom op de as
draaien en vastdraaien
WAARSCHUWING
Een te gemakkelijk draaiende moer vervangen.
LET OP
Het gereedschap voor het blokkeren van de as weer lostrekken.
Metalen snijgarnituur demonteren
WAARSCHUWING
Veiligheidshandschoenen aantrekken – kans op letsel door de scherpe snijkanten.
N As blokkeren N De moer rechtsom losdraaien N Het snijgarnituur en de
bevestigingsonderdelen hiervan van de aandrijfkop trekken – hierbij de drukschotel (7) niet wegnemen
Brandstof
De motor draait op een brandstofmengsel van benzine en motorolie.
WAARSCHUWING
Direct huidcontact met benzine en het inademen van benzinedampen voorkomen.
STIHL MotoMix
STIHL adviseert het gebruik van STIHL MotoMix. Dit kant-en-klare brandstofmengsel bevat geen benzol, is loodvrij, kenmerkt zich door een hoog octaangetal en biedt altijd de juiste mengverhouding.
STIHL MotoMix is voor de langst mogelijke levensduur van de motor gemengd met STIHL tweetaktmotorolie HP Ultra.
MotoMix is niet in alle exportlanden leverbaar.
Brandstof mengen
LET OP
Brandstoffen die niet geschikt zijn of met een afwijkende mengverhouding kunnen leiden tot ernstige schade aan de motor. Benzine of motorolie van een mindere kwaliteit kunnen de motor, keerringen, leidingen en benzinetank beschadigen.
FR 460 TC-M
19
Nederlands
Benzine Alleen benzine van een gerenommeerd
merk met een octaangetal van minimaal 90 RON tanken – loodvrij of loodhoudend.
Machines met uitlaatgaskatalysator moeten worden getankt met loodvrije benzine.
LET OP
Bij het meerdere malen tanken met loodhoudende benzine kan de werking van de katalysator duidelijk teruglopen.
Benzine met een alcoholpercentage van meer dan 10% kan bij motoren met handmatig instelbare carburateurs storingen veroorzaken, daarom mag deze benzine voor deze motoren niet worden gebruikt.
Motoren met M-Tronic leveren met benzine met een alcoholpercentage tot 25% (E25) het volle motorvermogen.
Motorolie Alleen kwaliteits-tweetaktmotorolie
gebruiken – bij voorkeur STIHL tweetaktmotorolie HP, HP Super of HP Ultra, deze zijn optimaal afgestemd op STIHL motoren. HP Ultra garandeert het allerhoogste vermogen en de langste motorlevensduur.
De motoroliën zijn niet in alle exportlanden leverbaar.
Bij motorapparaten met uitlaatgaskatalysator mag voor het gebruik van het brandstofmengsel alleen STIHL tweetaktmotorolie 1:50 worden gebruikt.
Mengverhouding Bij STIHL tweetaktmotorolie 1:50;
1:50 = 1 deel olie + 50 delen benzine
Voorbeelden
Hoeveelheid benzine
Liter Liter (ml) 10,02(20) 5 0,10 (100) 10 0,20 (200) 15 0,30 (300) 20 0,40 (400) 25 0,50 (500)
N In een voor benzine vrijgegeven
jerrycan eerst motorolie bijvullen en vervolgens benzine en goed mengen
Brandstofmengsel opslaan
Benzine alleen bewaren in voor benzine vrijgegeven jerrycans op een veilige, droge en koele plaats, beschermd tegen licht en zonnestralen.
Het brandstofmengsel veroudert – alleen de hoeveelheid die nodig is voor enkele weken mengen. Het brandstofmengsel niet langer dan 30 dagen bewaren. Door de inwerking van licht, zon, lage of hoge temperaturen kan het brandstofmengsel sneller onbruikbaar worden.
STIHL MotoMix kan echter tot zo'n 2 jaar probleemloos worden bewaard.
N De jerrycan met brandstofmengsel
voor het tanken goed schudden
STIHL tweetaktolie 1:50
WAARSCHUWING
In de jerrycan kan zich druk opbouwen – de dop voorzichtig losdraaien.
N De benzinetank en de jerrycan
regelmatig grondig reinigen
De restbrandstof en de voor de reiniging gebruikte vloeistof volgens voorschrift en milieubewust opslaan en afvoeren!
20
FR 460 TC-M
Nederlands
0812BA024 KN
0812BA072 KN
002BA447 KN
002BA448 KN
Tanken
Apparaat voorbereiden
N Motor zo draaien dat de tankdop
van de rugplaat af is gericht
Tankdop opendraaien
Tanken
Bij het tanken geen benzine morsen en de tank niet tot aan de rand vullen.
STIHL adviseert het STIHL vulsysteem voor brandstof (speciaal toebehoren).
N Tanken
Tankdop dichtdraaien
N Tankdop aanbrengen N Tankdop tot aan de aanslag
rechtsom draaien en met de hand zo vast mogelijk aandraaien
N De tankdop en de omgeving ervan
voor het tanken reinigen zodat er
geen vuil in de tank valt N Het apparaat zo neerleggen dat de
tankdop naar boven is gericht
FR 460 TC-M
N Tankdop linksom draaien tot deze
van de tankopening kan worden genomen
N Tankdop wegnemen
21
Nederlands
A
B
271BA047 KN
C
D
271BA048 KN
0812BA025 KN
1
2
3
2
3
Draagstel
Riemen afstellen
A Riemuiteinden aantrekken, de
riemen worden strak getrokken B De schuifklem opwippen, de riemen
worden gelost
C Snelsluiting door deze in elkaar te
schuiven vergrendelen
NL Snelsluiting door het samendrukken
van de haken openen
Draagstel omdoen
N Heupriem (1) vergrendelen en zo
afstellen, dat de riem optimaal tegen de heup ligt
N Draagriemen (2) op de juiste lengte
afstellen
N Draagriemstand (3) met de riemen
fixeren (aanpassing aan de lichaamsgrootte)
Het rugkussen moet stevig en goed tegen de rug van de gebruiker liggen.
Draagstel afdoen
N De snelsluiting op de heupriem
openmaken
N De draagriemen door het oplichten
van de klemschuif iets lossen en het draagstel afdoen
22
FR 460 TC-M
Nederlands
3
1
2
681BA308 KN
0812BA064 KN
4
0812BA027 KN
Snel afdoen
WAARSCHUWING
Bij naderend gevaar moet het apparaat samen met het draagstel snel worden afgenomen. Voor het afnemen moet de heupriem worden losgemaakt!
Tasje voor toebehoren
Voor het meenemen van gereedschap, maaikop, maaidraden en dergelijke.
De ritssluiting van het tasje met toebehoren moet tijdens de werkzaamheden altijd zijn dichtgetrokken.
WAARSCHUWING
Geen brandbare vloeistoffen in het tasje met toebehoren meenemen en geen voorwerpen uit het tasje met toebehoren laten steken – kans op ongelukken.
Motor starten/afzetten
Bedieningshandgreep
Bedieningselementen
1 Gashendelblokkering 2 Gashendel 3 Stopschakelaar – met de werkstand
en stopstand. Voor het uitschakelen van het contact moet de stopschakelaar () worden ingedrukt – zie "Werking van de stopschakelaar en het contact"
Werking van de stopschakelaar en het contact
De niet ingedrukte stopschakelaar staat in de werkstand: het contct is ingeschakeld – de motor is startklaar en kan worden gestart. Als de stopschakelaar wordt ingedrukt, wordt het contact uitgeschakeld. Nadat de motor is afgeslagen, wordt het contact automatisch weer ingeschakeld.
Symbolen op de chokeknop
Werkstand F – in deze stand wordt de warme motor gestart of draait de motor.
Start } – in deze stand wordt de koude motor gestart.
Motor starten
N Balg (4) van de hand-benzinepomp
ten minste 5-maal indrukken – ook als de balg met benzine is gevuld
De chokeknop staat in de werkstand F.
FR 460 TC-M
23
Nederlands
5
1BA001 KN
5
0812BA028 KN
271BA051 KN
0812BA029 KN
N Als de motor koud is: chokeknop (5)
bij de rand (pijlen) indrukken en in
de startstand } draaien
Starten
WAARSCHUWING
De gaskabel moet langs en evenwijdig aan de flexibele as lopen en mag hier niet omheen zijn geslingerd.
N Indien gemonteerd: de
transportbeschermkap op het snijgarnituur verwijderen
N Het apparaat met het draagstel
veilig op de grond plaatsen N De flexibele as rechttrekken – de
beschermkap op de
bedieningshandgreep op de grond
plaatsen
24
N De beschermkap voor het
snijgarnituur op de grond plaatsen
WAARSCHUWING
Het snijgarnituur mag noch de grond noch enig ander voorwerp raken – kans op ongevallen!
N Een veilige houding aannemen –
mogelijkheden: staand, gebukt of knielend
N Het apparaat met de linkerhand bij
de kap vasthouden en één voet op het draagframe plaatsen
N Met de rechterhand de
starthandgreep vastpakken
N De starthandgreep langzaam tot
aan de eerst voelbare aanslag uittrekken en vervolgens snel en krachtig doortrekken
LET OP
Het koord niet tot aan het koorduiteinde uit de boring trekken – kans op breuk!
FR 460 TC-M
Nederlands
681BA307 KN
N De starthandgreep niet terug laten
schieten – maar laten vieren zodat
het startkoord correct kan worden
opgerold
N Verder starten N Als de motor nog niet aanslaat: de
chokeknop in de startstand }
draaien en het apparaat opnieuw
proberen te starten
Apparaat gebruiken Als het apparaat voor de eerste maal in
gebruik wordt genomen op de aanwijzingen voor de "Eerste ingebruikneming" in de paragraaf "Overige aanwijzingen met betrekking tot het starten" letten.
N Als de motor in de startstand }
werd gestart: gashendelblokkering
en gashendel gelijktijdig even
indrukken, de chokeknop springt in
de werkstand F en de motor gaat
stationair draaien Het apparaat is klaar voor gebruik.
WAARSCHUWING
In de werkstand F en bij een gelijkmatig stationair toerental mag het snijgarnituur niet meedraaien!
Als het snijgarnituur bij stationair toerental draait, op de aanwijzingen in hoofdstuk "Gaskabel afstellen" letten of het apparaat door een geautoriseerde dealer laten repareren. STIHL adviseert de STIHL dealer.
N Apparaat op de rug plaatsen N Apparaat gebruiken
Motor afzetten
N De stopschakelaar indrukken – de
motor stopt – de stopschakelaar loslaten – de stopschakelaar veert terug
Verdere aanwijzingen met betrekking tot het starten
Eerste ingebruikneming N Gashendel indrukken – hierbij de
gashendelblokkering niet indrukken
Als het motortoerental oploopt, resp. als het snijgarnituur meedraait:
N Verder met paragraaf "Motor
afzetten"
N Verder met hoofdstuk "Gaskabel
afstellen"
Als het toerental niet oploopt is het apparaat klaar voor gebruik.
Bij zeer lage temperaturen N Indien nodig overschakelen naar de
winterstand, zie "Winterstand"
N Bij een sterk afgekoelde motor
(rijpvorming) na het starten de motor in de startstand } laten warmdraaien en op
bedrijfstemperatuur laten komen. Attentie: het snijgarnituur draait mee!
De motor slaat niet aan N Controleren of alle
bedieningselementen correct zijn afgesteld
N Controleren of de tank met benzine
is gevuld, zo nodig tanken
N Controleren of de bougiesteker
stevig op de bougie is gedrukt
N Startprocedure herhalen De motor is "verzopen" N De chokeknop in stand F plaatsen –
verder starten tot de motor draait
Alle benzine werd verbruikt N Na het tanken de balg van de hand-
benzinepomp ten minste 5-maal indrukken – ook als de balg met benzine is gevuld
N Motor opnieuw starten
FR 460 TC-M
25
Nederlands
3
2
0812BA070 KN
1
4
470BA009 KN
1
2
0812BA071 KN
2
1
0812BA068 KN
0812BA069 KN
3
4
Apparaat vervoeren
STIHL motorapparaten met de letter T in de benaming zijn voorzien van een deelbare steel/maaiboom zodat deze tijdens het vervoer weinig ruimte innemen.
Delen van de steel/maaiboom van elkaar losmaken
N Het apparaat met het draagstel
veilig op de grond plaatsen N Steel/maaiboom op de grond
leggen
N Sterbout (1) losdraaien – niet uit de
boring draaien N Het voorste deel van de
steel/maaiboom (2) uit de
koppelingsmof (3) trekken
N Kap (4) op het uiteinde van de
voorste steel/maaiboom schuiven
LET OP
Let erop dat de uiteinden van de steel/maaiboom niet met vuil in aanraking komen!
De stomp van de steel/maaiboom op het draagstel bevestigen
N De stomp van de steel/maaiboom
bij de bedieningshandgreep (1) met de riem (2) op het tasje met toebehoren fixeren
Delen van de steel/maaiboom op elkaar aansluiten
N Het apparaat met het draagstel
veilig op de grond plaatsen
N Stomp van de steel/maaiboom op
de grond leggen
N De kap van het voorste deel van de
steel/maaiboom trekken – en bewaren
N De uiteinden van de
steel/maaiboom op vasthechtend vuil controleren en dit indien nodig verwijderen
N Nok (1) op de steel/maaiboom tot
aan de aanslag in de groef (2) van de koppelingsmof schuiven
Correct hierin geschoven moet de rode lijn (3 = punt van de pijl) gelijkliggen met
26
de koppelingsmof. N Sterbout (4) vast draaien
FR 460 TC-M
Transportbeschermkap monteren
681BA268 KN
681BA269 KN
681BA270 KN
681BA272 KN
681BA268 KN
681BA269 KN
681BA271 KN
681BA272 KN
Het type transportbeschermkap is afhankelijk van het type metalen snijgarnituur dat behoort tot de leveringsomvang van het motorapparaat. Transportbeschermkappen zijn ook als speciaal toebehoren leverbaar.
Grassnijbladen 230 mm
Nederlands
Slagmessen 250 mm
FR 460 TC-M
27
Nederlands
681BA301 KN
681BA275 KN
1.
2.
681BA305 KN
2.
681BA311 KN
Grassnijbladen bis 260 mm
N Spanbeugel op de
transportbeschermkap loshaken
N Spanbeugel naar buiten draaien
N Transportbeschermkap vanaf de
onderzijde op het snijgarnituur plaatsen
Gebruiksvoorschriften
Gedurende de eerste bedrijfsuren
Het nieuwe apparaat tot aan de derde tankvulling niet onbelast met hoge toerentallen laten draaien, om te voorkomen dat er tijdens de inloopfase extra belasting optreedt. Gedurende de inloopfase moeten de bewegende delen op elkaar inlopen – in de motor heerst een verhoogde wrijvingsweerstand. De motor levert zijn maximale vermogen pas na 5 tot 15 tankvullingen.
Tijdens de werkzaamheden
De motor nog even stationair laten draaien als hij voordien lange tijd onder vollast heeft gedraaid, tot de meeste warmte door de koelluchtstroom is afgevoerd. Dit om te voorkomen dat de componenten op de motor (ontstekingssysteem, carburateur) door warmteophoping te zwaar worden belast.
28
N Spanbeugel naar binnen draaien N Spanbeugel op de
transportbeschermkap vasthaken
Na het werk
Als het werk even wordt onderbroken: de motor laten afkoelen. Het apparaat met lege benzinetank op een droge plaats, niet in de buurt van ontstekingsbronnen, opbergen tot het moment dat het apparaat weer wordt gebruikt. Bij langdurige stilstand – zie "Apparaat opslaan".
FR 460 TC-M
Loading...
+ 110 hidden pages