Wij danken u voor het vertrouwen dat u heeft getoond door de aankoop van ons apparaat.
Wij wensen u veel plezier bij het gebruik.
De koel-vrieskast (hierna het apparaat genoemd) bestaat uit twee delen, het bovenste deel is een
koelkast en het onderste deel is een vrieskast – vriezer.
De koelkast is bestemd voor huishoudelijk gebruik voor het bewaren van verse levensmiddelen bij
een temperatuur van boven 0°C.
De vriezer is bestemd voor huishoudelijk gebruik voor het invriezen van verse levensmiddelen en
langdurig bewaren van diepvriesproducten (tot één jaar, afhankelijk van de soort levensmiddelen).
224866
Voor het eerste gebruik ............................................... 3
Beschrijving van het apparaat ...................................5
Plaatsing en aansluiting .............................................6
Verandering van de draairichting van de deur .........8
Informatie over het geluid van het apparaat ........... 24
2
Page 3
Voor het eerste gebruik
• Het apparaat is vervaardigd in overeenstemming met alle geldende veiligheidsnormen; het is echter
raadzaam om mensen met lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperkingen of mensen met
onvoldoende ervaring of kennis het apparaat niet zonder toezicht te laten gebruiken. Deze aanbeveling
geldt ook voor kinderen.
• Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig alvorens het apparaat aan te sluiten. De gebruiksaanwijzing
beschrijft het apparaat en hoe u het juist en veilig moet gebruiken. Hij is aangepast aan verschillende
types/modellen apparaten. Daarom kunnen ook functies en uitrusting beschreven zijn, die uw apparaat
niet heeft.
• De gebruiksaanwijzing bevat ook een versie voor de NO FROST uitvoering van de vriezer, met
ingebouwde ventilator en automatisch ontdooien.
• Verwijder de verpakking die het apparaat beschermt tijdens het transport.
• Voor de verpakking gebruiken we milieuvriendelijke materialen, die zonder gevaar voor het milieu
gerecycleerd, gedeponeerd of vernietigd kunnen worden.
• Op de deurhoeken (bij vrijstaande apparatuur) of de behuizing (bij inbouwapparatuur) zijn afstandhouders geplaatst. Verwijder deze en vervang ze door de meegeleverde afstandsdoppen.
• Laat het apparaat ongeveer twee uur rechtop staan alvorens het op het elektriciteitsnet aan te sluiten. Dit
verkleint de mogelijkheid van storingen in de werking door invloed van het transport op het koelsysteem.
• De aansluiting op het elektriciteitsnet en de aarding van het apparaat moeten worden uitgevoerd volgens
de geldende normen en voorschriften.
• Het apparaat mag niet buiten in de open lucht worden gebruikt en mag niet aan weersinvloeden worden
blootgesteld.
• Verbreek altijd de stroomverbinding (trek de aansluitkabel uit het stopcontact) voordat u het apparaat
schoonmaakt en het lampje vervangt.
• Als de aansluitkabel beschadigd is, moet hij door een onderhoudsmonteur of een vakman worden
vervangen.
• Als u het apparaat langere tijd niet zult gebruiken, schakel het dan eerst uit met de knop en verbreek de
stroomtoevoer naar het apparaat. Ruim het apparaat leeg, reinig het en laat de deur op een kier.
• Denk aan het milieu en lever het afgedankte apparaat in bij een erkend inzamelpunt voor oude
huishoudelijke apparaten.
• Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.
• Het zelfsluitende deurscharnier trekt de deur vlak voor het sluiten naar de koelkast en voorkomt hiermee
dat de deur onbedoeld open zou blijven staan. Tegelijkertijd beperkt het de openingshoek van de deur en
verkleint zo de kans op schade aan elementen naast de koelkast.
• Het typeplaatje met de basisgegevens van het apparaat bevindt zich aan de binnenkant van het
apparaat. Als de sticker niet in de gewenste taal is, kunt u de bijgeleverde sticker eroverheen plakken.
• Waarschuwing: Ventilatieopeningen van het apparaat of inbouwelement dienen altijd schoon en vrij te
worden gehouden.
• Waarschuwing: Gebruik geen mechanische middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve dan
die door de fabrikant zijn aanbevolen.
• Waarschuwing: Pas bij het plaatsen, reinigen en verwijderen van het apparaat op dat u de isolatie en
de delen van het koelsysteem niet beschadigd. Zo kunt u milieuvervuiling voorkomen.
• Waarschuwing: Gebruik geen elektrische apparaten in de koel-vrieskast, tenzij deze uitdrukkelijk zijn
aanbevolen door de fabrikant.
224866
3
Page 4
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden
gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen
in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het
recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de gemeentelijke
instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de
winkel waar u het product hebt gekocht.
Beschrijving van het apparaat
De inrichting van het apparaat kan per model verschillen.
224866
4
Page 5
Plaatsing en aansluiting
A Koelkast
1 Ventilator
2 Lampje voor de verlichting van de innenkant
9 Vershoudlade COOL’N’FRESH
10 Fruit- en groentelade
11 Deurvakken van de koelkast (uitvoeringen:
diep, ondiep; met of zonder deksel)
12 Flessenhouder met beveiliging
B Vriezer
13 Bewaarlade
14 Invrieslade
15 Voetjes
Keuze van de ruimteKeuze van de ruimte
Plaatsen van het
Plaatsen van het
apparaat
apparaat
• Plaats het apparaat in een droge en goed geventileerde
ruimte. Het apparaat functioneert het beste bij
omgevingstemperaturen zoals weergegeven in de
onderstaande tabel. De klasse staat vermeld op het
typeplaatje met de basisgegevens van het apparaat.
KlasseOmgevingstemperatuur
SN (subnormaal) van +10°C tot +32°C
N (normaal)van +16°C tot +32°C
ST (subtropisch)van +16°C tot +38°C
T (tropisch)van +16°C tot +43°C
Het plaatsen van het apparaat moet door twee personen
worden gedaan om lichamelijk letsel of beschadigingen aan het
apparaat te voorkomen.
• Het apparaat moet vlak en stabiel op een stevige ondergrond
staan. Het heeft verstelbare voetjes aan de voorkant, waarmee
u het apparaat kunt bijstellen (alleen bij bepaalde modellen).
• Stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht en plaats het
niet naast warmtebronnen. Als dit niet vermeden kan worden,
gebruik dan een isoleerplaat.
5
224866
Page 6
• Het apparaat kan vrij staan of worden ingebouwd. Laat in ieder
geval voldoende ruimte vrij voor afkoeling van de condensator
(afstand tot de muur of een opening van
2
200 cm
). Het keukenelement boven het apparaat moet zich
ten minste 5 cm hoger bevinden.
Na de installatie moet de stekker toegankelijk blijven!
Aansluiten van het
Aansluiten van het
apparaat
apparaat
224866
6
• Het apparaat wordt geleverd met twee afstandhouders die
boven de condensator moeten worden aangebracht, om te
voorkomen dat het apparaat te dicht tegen de muur wordt
geschoven. De afstandhouders zijn universeel. Houd er echter
bij het aanbrengen rekening mee dat de afstand tussen de
condensator en het apparaat per model verschilt.
• Sluit het apparaat aan op het stroomnet met de aansluitkabel.
Het stopcontact in de wand moet geaard zijn (veiligheidsstopc
ontact). De voorgeschreven nominale spanning en frequentie
staan vermeld op het typeplaatje met de basisgegevens van
het apparaat.
• De aansluiting op het stroomnet en de aarding van
het apparaat moeten volgens de geldende normen en
voorschriften zijn uitgevoerd.
Het apparaat kan kortdurende spanningsafwijkingen verdragen,
maar niet meer dan van -6% tot +6%.
Page 7
Verandering van de draairichting van de deur
Vrijstaand apparaat
Kantel het apparaat om het onderste scharnier los te schroeven en demonteer de delen zoals
aangegeven in fi guur 3. Plaats de delen vervolgens aan de andere kant terug. Gebruik hiervoor de
meegeleverde scharnierhouders.
Dek de oude scharniergaten af met de afdekplaatjes van de andere kant. Controleer de
deurafdichting. Als deze niet goed zit, haalt u hem los en plaats u hem 180° gedraaid terug.
Benodigd gereedschap: steeksleutel 8 mm, Torxschroevendraaier T25
224866
7
Page 8
Bedieningspaneel – Apparaten met elektronische
regeling
BEDIENINGSPANEEL I
BEDIENINGSPANEEL II
Apparaat met NO FROST systeem
A Digitale temperatuuraanduiding (alleen bij bepaalde modellen) geeft de actuele temperatuur
van de koelkast aan van +1°C tot +9°C.
B AAN/UIT- en thermostaatknop
C Oranje lampje: brandt als de ventilator aan staat (toets D).
D Toets voor snelkoelfunctie
In-/uitschakelen van het
In-/uitschakelen van het
apparaat
apparaat
224866
U schakelt het apparaat in door de knop (B) in de richting
van Max te draaien. U schakelt het apparaat uit door de pijl
(driehoekje) op de knop bij het AAN/UIT-teken
apparaat staat nog steeds onder stroom).
te zetten (het
8
Page 9
Temperatuur van de
Temperatuur van de
koelkast instellen
koelkast instellen
(Bedieningspaneel I)(Bedieningspaneel I)
• U stelt de gewenste temperatuur in de koelkast in met knop
(B). U stelt de temperatuur in tussen Min. en Max.
• De aanbevolen instelling van de thermostaatknop is de stand
Eco.
• Als de temperatuur van de omgeving van het apparaat lager
is dan 16°C, is de stand Max. de aanbevolen instelling van de
thermostaatknop.
• Als de omgevingstemperatuur hoger is dan normaal, wordt
geadviseerd de snelvriesfunctie met ventilator in te schakelen door
toets (D) in te drukken - alleen bij modellen met Bedieningspaneel I.
SF/SC-stand
- SF staat voor Super Frost en geeft de snelvriesstand aan
(alleen bepaalde modellen).
- SC staat voor Super Cool en geeft de snelkoelstand aan
(alleen bepaalde modellen).
• Bij apparaten met een digitale temperatuuraanduiding knippert het
display tijdens het instellen en klinkt er een piepsignaal telkens als
u de instelling wijzigt. Als het display ophoudt te knipperen, wordt
de laatste instelling in het geheugen opgeslagen.
• Bij het instellen van het apparaat knippert het digitale display (A)
enkele seconden en geeft de ingestelde waarde weer. Dan verschijnt
de actuele of de maximale waarde, die op het display te zien blijft
totdat de temperatuur in het koelgedeelte voldoende is gezakt.
Snelkoelen met
Snelkoelen met
ventilator
ventilator
(Bedieningspaneel I)
(Bedieningspaneel I)
SnelvriezenSnelvriezen
U schakelt snelkoelen met ventilator in met de toets (D).
Het oranje lampje brandt. De ventilator zorgt voor een
gelijkmatigere temperatuur in de vakken en vermindert
condensatie op de legplateaus en de laden.
De ventilator werkt alleen als de deur van de koelkast gesloten
is.
U schakelt de snelvriesfunctie in door het pijltje op knop (B) in de
stand SF/SC te zetten.
Als u de functie niet met de hand uitschakelt, gebeurt dit
automatisch (na ongeveer twee dagen).
• De snelvriesfunctie schakelt automatisch uit. Hierna werkt het
apparaat op de stand Max. U dient de knop (B) dus terug te
zetten op de gewenste stand.
224866
9
Page 10
Ventilator (hebben
Ventilator (hebben
sommige modellen)
sommige modellen)
• Gebruik de snelvriesfunctie als u het apparaat voor de
eerste keer inschakelt, voor het reinigen en als u er grote
hoeveelheden levensmiddelen in plaatst.
• Om de snelvriesfunctie nogmaals te gebruiken moet u eerst de
knop (B) vanuit de stand SF/SC naar de stand Eco draaien en
vervolgens weer naar SF/SC!
• De ventilator draagt bij aan een gelijkmatige verdeling van de
temperatuur, een snellere afkoeling en vermindert neerslag op
de platen. Hij werkt alleen als de compressor aan staat.
• Aangeraden wordt om de ventilator gedurende korte tijd in te
schakelen als extra functie:
- bij een verhoogde temperatuur in de ruimte (boven 30°C),
- bij een verhoogde luchtvochtigheid (in de zomer),
- als u grotere hoeveelheden levensmiddelen in de koelkast
plaatst (snelkoeling).
• Ventilator aan/uit
Alarm als de deur van
Alarm als de deur van
de koelkast open staat
de koelkast open staat
(Bedieningspaneel I)
(Bedieningspaneel I)
224866
aan =
Als de ventilator aan staat, is op de schakelaar een rode
punt zichtbaar.
Waarschuwing:
Als de ventilator is ingeschakeld, neemt het energieverbruik toe.
De temperatuur in de vriezer kan enigszins stijgen.
Het geluidsalarm klinkt als de deur van de koelkast langer dan
één minuut open staat. Als de deur weer wordt gesloten, schakelt
het geluidsalarm uit.
uit = 0
10
Page 11
BEDIENINGSPANEEL III
Apparaat met dooiwaterafvoer en NO FROST systeem
A Toets om de temperatuur van de vriezer in
te stellen
B Digitale temperatuuraanduiding van de
vriezer: geeft de temperatuur aan tussen 16°C
en -24°C.
C Snelvriezen AAN/UIT
D Oranje lampje: geeft aan dat de
snelvriesfunctie ingeschakeld is
E Hoofdschakelaar (koelkast en vriezer)
F Groen lampje: brandt als de vriezer
ingeschakeld is
G Alarm UIT-toets en kinderbeveiliging AAN/
UIT-toets
In-/uitschakelen van het
In-/uitschakelen van het
apparaat
apparaat
Doe eerst de stekker van de aansluitkabel in het stopcontact. Het
LCD-display licht op en er verschijnen streepjes. Dit betekent dat
zowel de koelkast als de vriezer uit staan.
• Zet het apparaat aan/uit door toets (E) gedurende 3 seconden
ingedrukt te houden. De koelkast en de vriezer zijn beide
ingeschakeld en de groene lampjes (F) en (J) branden. U kunt
nu alleen de koelkast uitschakelen door de knop (I) gedurende
3 seconden ingedrukt te houden – het groen lampje (J) gaat
uit.
• Het display geeft een koelkasttemperatuur van +9°C en een
vriezertemperatuur van 0°C aan. Deze waarden worden
weergegeven tot de temperaturen in de twee compartimenten
onder deze waarden vallen.
• Het apparaat is in de fabriek ingesteld op een
koelkasttemperatuur van +5°C en een vriezertemperatuur van
-18°C (aanbevolen waarden).
H Rood lampje: brandt in geval van alarm
I Koelkast AAN/UIT-toets
J Groen lampje: brandt als de koelkast
ingeschakeld is
K Snelkoelen AAN/UIT
L Oranje lampje: geeft aan dat snelkoelfunctie
ingeschakeld is
M Digitale temperatuuraanduiding koelkast:
geeft de temperatuur aan tussen +1°C en
+9°C.
N Toets om de temperatuur van de koelkast in
te stellen
11
224866
Page 12
Instellen van de
Instellen van de
temperatuur
temperatuur
Instelbereik van de koelkast:tussen +1°C tot +9°C
Instelbereik van de vriezer:
• Druk op de toets (A) om de temperatuur van de vriezer in te
stellen en op de toets (N) om de temperatuur van de koelkast
in te stellen.
• Als u op een van de temperatuurtoetsen drukt, begint het
digitale display te knipperen en geeft de laatst gekozen
temperatuur aan.
• U wijzigt de temperatuur door de toets telkens kort in te
drukken. De temperatuuraanduiding verspringt in stappen
van 1°C. Tijdens het instellen kunnen de andere toetsen niet
worden gebruikt.
• Ongeveer 5 seconden na het loslaten van de toets verschijnt
in het display automatisch de actuele temperatuur in de
koelkast en de vriezer.
tussen -16°C tot -24°C
+ snelvriezen
Overige instellingenOverige instellingen
224866
Aanhoudend geluidssignaal – Alarm als de deur van de
koelkast open staat
Als de deur van de koelkast langer dan één minuut open staat,
klinkt het geluidssignaal (aanhoudende pieptoon) en gaat het
rode lampje (H) branden. Het alarm gaat uit door de deur te
sluiten of op de toets Alarm UIT (G) te drukken.
Onderbroken geluidssignaal – Alarm bij een te hoge
temperatuur in de koelkast/vriezer
Bij een te hoge temperatuur in het apparaat wordt het
geluidsalarm ingeschakeld (onderbroken pieptoon) en knippert
de temperatuur in het display.
• U schakelt het alarm uit met de toets Alarm UIT (G). Het
rode lampje en de knipperende temperatuuraanduiding gaan
vanzelf uit als de koelkast/vriezer voldoende is afgekoeld en
er geen gevaar meer bestaat dat de levensmiddelen zullen
bederven.
• Als de vriezer 24 uur na het uitschakelen van het alarm niet
de vereiste temperatuur heeft bereikt, wordt het geluidsalarm
weer ingeschakeld. Het alarm gaat automatisch uit zodra
de vriezer voldoende is afgekoeld en er geen gevaar
meer bestaat dat de levensmiddelen zullen bederven. Als
u het apparaat voor de eerste keer inschakelt, heeft het
12
Page 13
temperatuuralarm een vertraging van 24 uur, om te voorkomen
dat het alarm onnodig in werking treedt.
Als door stroomuitval de temperatuur in de koelkast of de vriezer
te hoog wordt, wordt het geluidssignaal geactiveerd (onderbroken
pieptoon), gaat het rode lampje branden en knippert de hoogste
bereikte temperatuur op het display (voor de koelkast max. 9°C).
Snelkoelen
Door op de toets (K) te drukken activeert u de snelkoelfunctie
van de koelkast. Het oranje lampje (L) gaat branden.
In dit geval werkt de ventilator ook, maar alleen als de deur van
de koelkast gesloten is.
Na 6 uur schakelt de functie automatisch uit en keert de
temperatuur van de koelkast terug naar de eerdere instelling.
Deze functie is bestemd om grote hoeveelheden verse
levensmiddelen tegelijk snel te laten afkoelen in de koelkast.
Snelvriezen
Door op de toets (C) te drukken activeert u de snelvriesfunctie.
Het oranje lampje (D) gaat branden en de intensieve vriesfunctie
treedt in werking.
Als u de functie niet met de hand uitschakelt, gebeurt dit
automatisch na ongeveer twee dagen. De functie is bestemd om
grote hoeveelheden levensmiddelen tegelijk snel in te vriezen.
Bij stroomuitval wordt de snelvriesprocedure herhaald.
U gebruikt de functie als u het apparaat voor het eerst
aanschakelt, voor de reiniging en voordat u er grotere
hoeveelheden levensmiddelen in plaatst.
Kinderbeveiliging
De ingebouwde kinderbeveiliging beschermt het apparaat tegen
ongewenste wijzigingen van de ingestelde temperatuur of zelfs
het uitschakelen van het apparaat. U zet de beveiliging aan/uit
door Alarm-toets (G) gedurende 3 seconden ingedrukt te houden
(de letters ‘LL’ en ‘L’ knipperen op de displays). Als de beveiliging
is ingeschakeld, is alleen de Alarm-toets actief. Bij het drukken
op een willekeurige andere toets verschijnt de tekst ‘LL’ en ‘L’.
13
224866
Page 14
Bedieningspaneel – Apparaten met mechanische
regeling
In-/uitschakelen van het
In-/uitschakelen van het
apparaat
apparaat
Ventilator (hebben
Ventilator (hebben
sommige modellen)
sommige modellen)
U regelt de werking van de koelkast met de thermostaatknop (zie
afbeelding). U schakelt het apparaat in door de thermostaatknop
op een stand tussen 1 en 7 te zetten. Zet hem op STOP (0) om
het apparaat uit te schakelen.
Instellen van de temperatuur
• Hoe hoger de stand van de thermostaat (richting 7) hoe lager
de temperatuur in de koelkast. De temperatuur in de koelkast
kan zelfs dalen tot onder 0°C. Zet de thermostaat alleen in een
hoge stand als een lage koeltemperatuur aanbevolen is of als
de omgevingstemperatuur lager is dan 16°C. Bij een normale
omgevingstemperatuur raden wij een gemiddelde stand aan.
• Verandering in de omgevingstemperatuur is van invloed op de
temperatuur van het apparaat. Pas de stand van de thermostaat
hieraan aan.
• In de stand STOP (0) is het koelsysteem uitgeschakeld, maar
het apparaat staat nog steeds onder stroom (het lampje van de
koelkast brandt als u de deur opent).
• Ventilator contribueert voor een meer gelijkmatige verdeling
van temperatuur, sneller afkoeling en vermindert de dauw
op verplaatsinge vlakken. Het werkt alleen wanneer de deur
gesloten zijn.
• We advizieren het aanzetten van de ventilator als een extra
functie, namelijk:
- bij verhoogde temperatuur in het ruimte (boven 30 ° C),
- bij een verhoogde vochtigheid (tijdens de zomertijd),
- bij stellen van grote hoeveelheden voedingsmiddelen (snelle
afkoeling).
• Aanzetten/uitzetten van de ventilator
aanzetten=
uitzetten= 0
224866
Waarschuwing: Wanneer de ventilator aangezetten is, verhoogt
zich het energieverbruik en de temperatuur van de koelkast
vermindeert zich.
Daarom advizieren wij opnieuwe instellen van de temperatuur in het
apparat.
• Aanbevelenswaardige instellingen:
- Bij de aangezettene ventilator: positie 1-4,
- Zonder ventilator: positie 4-7.
Regelen van de temperatuur in de koelkast heeft indirekte invloed op
de temperatuur van de vriezer.
14
Page 15
Inrichting van de koelkast
(De inrichting is afhankelijk van het model)
Plateaus Plateaus
Tweedelig uittrekbaar
Tweedelig uittrekbaar
glasplateau
glasplateau
Horizontaal fl essenrekHorizontaal fl essenrek
Fruit- en groenteladeFruit- en groentelade
• U kunt de plateaus naar wens indelen op de geleiders in de
koelkast. Om een plateau uit de koelkast te nemen moet u het
zo ver mogelijk naar voren trekken, een beetje optillen en eruit
trekken. Bewaar bederfelijke levensmiddelen op het achterste
deel van het plateau, waar het het koudste is.
Om hogere voorwerpen (fl essen, potten, kannen) in de koelkast te
plaatsen, kunt u het voorste deel van het plateau wegnemen en op
een lager niveau plaatsen om zo de gewenste ruimte te krijgen.
Het is beveiligd tegen uittrekken. U kunt het er alleen uittrekken
als het leeg is door het achterste deel op te tillen en naar u toe te
trekken. Zorg dat grote fl essen in het rek het sluiten van de deur
niet hinderen.
De maximale belasting van het rek is 9 fl essen met een inhoud
van 0,75 l of een totaal gewicht van 13 kg (zie de sticker aan de
rechterkant in het apparaat).
• De lade op de bodem van de koelkast onder de glazen plaat
dient voor het bewaren van fruit en groente. Hij zorgt voor het
juiste vochtgehalte en voorkomt uitdroging.
Enkele ladeEnkele lade
• Het uittrekken van de koellade:
- Trek de koellade naar u toe (in de richting van pijltje 1) – tot
de deurbegrenzing. Blijf aan de andere kant van de deur
trekken (in de richting van pijltje 2- roteren) en til de lade
tegelijkertijd een beetje omhoog (in de richting van pijltje 3).
224866
15
Page 16
Binnenkant van de
Binnenkant van de
koelkastdeur
koelkastdeur
• De binnenkant van de deur van de koelkast is uitgerust met
plankjes of bakjes, die plaats bieden aan kaas, boter, eieren,
yoghurt en andere kleine verpakte levensmiddelen, blikjes e.d.
In het onderste deel van de deur kunt u fl essen plaatsen.
VentilatorVentilator
Uitneembare snackladeUitneembare snacklade
Aanbevolen indeling van
Aanbevolen indeling van
de levensmiddelen in het
de levensmiddelen in het
apparaat
apparaat
• De ventilator - onder de bovenwand of verborgen achter de
achterwand in de koelkast of verborgen in het vriesgedeelte
- zorgt voor een gelijkmatigere verdeling van de temperatuur
en vermindert condensatie op de plateaus.
De lade is vooral handig voor vleeswaren, kaas e.d.
Om de lade uit te nemen tilt u het voorste deel een beetje op en
trekt u de lade naar buiten. De handgreep kan met de lade opzij
worden geschoven.
- invriezen, bewaren van bevroren levensmiddelen
(zie hoofdstuk Invriezen en bewaren van bevroren
levensmiddelen).
16
Page 17
Bewaren van levensmiddelen in de koelkast
Belangrijke
Belangrijke
raadgevingen voor
raadgevingen voor
het bewaren van
het bewaren van
levensmiddelen
levensmiddelen
Bewaartijd van
Bewaartijd van
levensmiddelen
levensmiddelen
• Juist gebruik van het apparaat, goed verpakt voedsel, een
juiste temperatuur en hygiënische voorzorgsmaatregelen zijn
van beslissende invloed op de kwaliteit van de bewaarde
levensmiddelen.
• Let op de houdbaarheidsdatum van de levensmiddelen, die op
de verpakking van het product is vermeld.
• Levensmiddelen die u in de koelkast bewaart moeten in
gesloten dozen zitten of goed zijn verpakt, zodat ze geen
vocht en luchtjes afgeven of opnemen.
• Bewaar geen ontvlambare, vluchtige of ontplofbare stoffen.
• Flessen drank met een hoog alcoholpercentage moeten goed
gesloten zijn en rechtop staan.
• Sommige organische oplosmiddelen zoals etherische oliën in
de schil van citroenen en sinaasappels, boterzuur e.d. kunnen
bij langdurig contact met kunststof materialen of dichtingen
leiden tot beschadiging en voortijdige veroudering daarvan.
• Een onaangename geur in de koelkast duidt erop dat het
apparaat niet schoon is of dat de inhoud bedorven is (zie het
hoofdstuk Reiniging van het apparaat).
• Verwijder bederfelijke levensmiddelen uit de koelkast als u
langere tijd van huis gaat.
Bewaren van levensmiddelen in de vershoudlade
COOL’N’FRESH
In de vershoudlade COOL’N’FRESH kan een breed assortiment
verse levensmiddelen langer bewaard worden dan in een
gewone koelkast. De levensmiddelen blijven langer vers en
behouden hun smaak en voedingswaarde. De kwaliteit van
groente en fruit gaat minder snel achteruit, waardoor ze verser
smaken en er frisser uitzien. Voor een optimale werking moet de
lade volledig gesloten zijn.
• Het vochtgehalte in de lade is afhankelijk van het vochtgehalte
van de bewaarde levensmiddelen en de frequentie waarmee
de lade geopend wordt.
• Controleer bij aankoop van levensmiddelen of deze vers zijn,
omdat de kwaliteit en de houdbaarheid hiervan afhankelijk zijn.
• Onverpakte levensmiddelen van dierlijke of plantaardige
oorsprong moet u gescheiden bewaren of verpakken. Voorkom
dat verschillende soorten vlees met elkaar in aanraking
komen. Ze dienen gescheiden te worden verpakt en bewaard,
zodat bacteriën van bedorven vlees zich niet verder kunnen
verspreiden.
• Neem levensmiddelen ongeveer 30-60 minuten voor
gebruik uit de lade, zodat het aroma en de smaak zich bij
kamertemperatuur kunnen ontwikkelen.
• De vershoudlade COOL’N’FRESH is niet geschikt voor
levensmiddelen die gevoelig zijn voor lage temperaturen:
ananas, avocado, bananen, olijven, aardappelen, aubergines,
komkommers, sperziebonen, paprika, meloen, pompoenen…
• Het uittrekken van de koellade:
- Open de deur van de koellade (1), pak hem in het midden
vast (zoals op de afbeelding) en trek hem tegelijkertijd
omhoog en naar u toe.
- Trek de koellade er uit tot de stand die de afbeelding laat zien
(detail A), draai hem naar beneden en trek hem eruit.
224866
18
Page 19
Invriezen en bewaren van bevroren levensmiddelen
De invriesprocedureDe invriesprocedure
• Activeer de snelvriesfunctie 24 uur voor het invriezen van
levensmiddelen:
- upravljalna enota 1 in 2: z gumbom B, položaj SF/SC;
- bedieningspaneel 3: druk op toets C,
- mechanische regeling: zet de thermostaatknop tussen
4 en 6.
Leg hierna de verse levensmiddelen in de invrieslade. Laat
reeds ingevroren verpakkingen niet in aanraking komen met de
verse levensmiddelen.
Bij NO FROST vriezers moet onder de bovenwand voldoende
ruimte zijn voor de circulatie van koude lucht. Daarom mag u de
levensmiddelen niet boven de gemarkeerde rand opstapelen (zie
afbeelding).
• Na 24 uur kunt u de levensmiddelen naar de bewaarlade
verplaatsen en kunt u de invriesprocedure met andere
levensmiddelen herhalen. U kunt u de lades ook uitnemen en
de levensmiddelen direct op de koelplateaus leggen.
• Voor het invriezen van kleinere hoeveelheden verse
levensmiddelen (1-2 kg) hoeft u de snelvriesfunctie niet in te
schakelen.
Belangrijke
Belangrijke
raadgevingen voor het
raadgevingen voor het
invriezen van verse
invriezen van verse
levensmiddelen
levensmiddelen
• Vries alleen levensmiddelen in die hiervoor geschikt zijn
en goed lage temperaturen verdragen. De levensmiddelen
moeten van goede kwaliteit en vers zijn.
• Kies een verpakking die geschikt is voor het levensmiddel en
verpak het goed.
• De verpakking mag geen lucht en vocht doorlaten, anders
kunnen uitdroging en vitamineverlies van de inhoud optreden.
• Schrijf de volgende gegevens op de verpakking: de soort en
de hoeveelheid van het levensmiddel en de invriesdatum.
• Het is vooral belangrijk dat de levensmiddelen zo snel mogelijk
bevriezen. Daarom wordt aanbevolen de pakjes niet te groot
te maken en de levensmiddelen te koelen voordat u ze in de
vriezer legt.
• De hoeveelheid verse levensmiddelen die u in één keer in
de vriezer mag leggen, staat vermeld op de sticker met de
basisgegevens van het apparaat. Bij grotere hoeveelheden is
de invrieskwaliteit minder en neemt ook de kwaliteit van de al
bevroren levensmiddelen af.
19
224866
Page 20
Het bewaren
Het bewaren
van industriële
van industriële
diepvriesproducten
diepvriesproducten
Bewaartijd van bevroren
Bewaartijd van bevroren
levensmiddelen
levensmiddelen
Op de verpakking van industriële diepvriesproducten staan de
houdbaarheid en de temperatuur waarbij ze bewaard moeten worden
vermeld. Neem bij het bewaren en het gebruik de aanwijzingen van
de fabrikant in acht. Kies alleen goed verpakte levensmiddelen,
waarop alle gegevens staan en die in vriezers met een temperatuur
van minstens -18°C bewaard zijn. Koop geen levensmiddelen waar
rijp op zit omdat deze al meerdere malen een beetje ontdooid zijn.
Zorg ervoor dat de levensmiddelen onderweg naar huis niet
ontdooien. Een stijging van de temperatuur verkort de bewaartijd
en vermindert de kwaliteit ervan.
Aanbevolen bewaartijd in de vriezer
LevensmiddelBewaartijd
fruit, rundvlees10 tot 12 maanden
groente, kalfsvlees, gevogelte8 tot 10 maanden
wild6 tot 8 maanden
varkensvlees4 tot 6 maanden
gehakt vlees4 maanden
brood, gebak, kant-en-klaarmaaltijden,
magere vis
ingewanden2 maanden
rookworst, vette vis1 maand
3 maanden
Het ontdooien
Het ontdooien
van bevroren
van bevroren
levensmiddelen
levensmiddelen
Gebruik ontdooide of deels ontdooide levensmiddelen zo snel
mogelijk. Koude conserveert het levensmiddel namelijk wel, maar
vernietigt niet de micro-organismen die na het ontdooien snel actief
worden en voor bederf van het levensmiddel zorgen. Gedeeltelijk
ontdooien vermindert de voedingswaarde van levensmiddelen,
vooral van fruit en groente en van kant-en-klare gerechten.
Ontdooien van het apparaat
Automatisch ontdooien
Automatisch ontdooien
van de koelkast
van de koelkast
224866
Ontdooien van de
Ontdooien van de
conventionele vriezer
conventionele vriezer
20
U hoeft de koelkast niet te ontdooien, omdat het ijs op de
achterwand automatisch ontdooit. Het ijs dat op de achterwand
ontstaat als de compressor in werking is, dooit als de compressor
niet in werking is. Het loopt in druppeltjes naar beneden en
stroomt daarna via de opening in de achterwand van de koelkast
in het bakje boven de compressor, waar het verdampt. Schakel
de koelkast uit en ontdooi hem met de hand als zich op de
achterwand in de koelkast een te dikke ijslaag vormt (3-5 mm).
• Ontdooi de vriezer als er ongeveer 3-5 mm rijp of ijs gevormd is.
• Schakel 24 uur voor het ontdooien de snelvriesfunctie in (zie
Page 21
het hoofdstuk over de bediening van de verschillende modellen
van het apparaat - snelvriesfunctie), zodat de levensmiddelen
extra afkoelen. Neem hierna de bevroren levensmiddelen uit de
vriezer en zorg ervoor dat ze niet beginnen te ontdooien.
• Schakel het apparaat uit (zie het hoofdstuk over de bediening
van het apparaat - AAN/UIT) en trek de stekker van de
aansluitkabel uit het stopcontact.
• Leg een dweil onder het apparaat om het dooiwater op te
vangen en vervang deze regelmatig.
• Ontdooi de vriezer nooit met elektrische apparaten (haardroger
e.d.) - LEVENSGEVAARLIJK!
• Gebruik bij het ontdooien geen ontdooispray. Door het gebruik
hiervan kunnen plastic delen smelten en ze zijn schadelijk voor
de gezondheid.
• Reinig en droog de binnenkant van het apparaat (zie hoofdstuk
Reiniging van het apparaat).
• Schakel het apparaat in voordat u de levenmiddelen erin
terugplaatst.
Ontdooien van de NO
Ontdooien van de NO
FROST vriezer
FROST vriezer
• De NO FROST vriezer ontdooit automatisch. De rijplaag die van
tijd tot tijd ontstaat, verdwijnt vanzelf.
Reiniging van het apparaat
Verbreek de verbinding met het elektriciteitsnet alvorens het
apparaat te reinigen (zie het hoofdstuk over de bediening van het
apparaat - AAN/UIT) en trek de stekker van de aansluitkabel uit het
stopcontact. De speciale antibacteriële bescherming in de bovenlaag
van de wanden in het apparaat voorkomt de vermenigvuldiging van
bacteriën, zodat het apparaat dus schoner blijft.
Let er bij het schoonmaken op dat u alle resten van
reinigingsmiddelen verwijdert.
• Reinig de buitenkant van het apparaat met water en een vloeibaar
schoonmaakmiddel.
• Gebruik geen schurende of agressieve reinigingsmiddelen (zoals
reinigingsmiddelen voor roestvrij staal) voor plastic, gelakte en
aluminium delen, omdat deze het oppervlak kunnen beschadigen.
• Maak gelakte en aluminium oppervlakken schoon met een
zachte doek en een reinigingsmiddel op basis van alcohol
(bijvoorbeeld een glasreiniger).
• Reinig de binnenkant van het apparaat en de inrichting met
lauw water en vloeibaar schoonmaakmiddel, waaraan u een
scheutje azijn toevoegt.
• Bakjes, plateaus en lades met een decoratieve metalen rand zijn
niet vaatwasmachinebestendig! Ze mogen alleen worden gereinigd
21
224866
Page 22
met een verdund vloeibaar schoonmaakmiddel en een zachte
doek, zonder hard te wrijven!
• Het dooiwater verzamelt zich in het gootje met afvoer onder de
koelplaat tegen de achterwand. Het gootje en de afvoer mogen
niet verstopt raken (bijvoorbeeld met voedselresten). Controleer
ze regelmatig en reinig ze indien nodig (gebruik een rietje om de
afvoer vrij te maken).
• De condensator aan de achterwand moet altijd schoon zijn,
stofvrij en zonder neerslag van keukendampen. Verwijder het stof
van tijd tot tijd met een niet-metalen borsteltje of stofzuiger.
• Reinig ook het opvangbakje boven de compressor. Mocht u het
bakje verwijderen, plaats het dan na het schoonmaken op dezelfde
plaats terug. Let op dat het horizontaal staat!
• Rijp- of ijsafzetting met een dikte van 3-5 mm verhogen het
stroomverbruik, daarom moet u dit regelmatig verwijderen (geldt
niet voor NO FROST vriezers). Gebruik geen scherpe voorwerpen,
oplosmiddelen of sprays.
• Schakel na het reinigen het apparaat in en plaats de
levensmiddelen terug.
Storingen verhelpen
Storing:Oorzaak / oplossing
Het apparaat werkt niet
na aansluiting op het
elektriciteitsnet:
Het koelsysteem werkt al
langere tijd ononderbroken:
224866
22
• Controleer of er spanning op het stopcontact staat en of het
apparaat is ingeschakeld.
• De omgevingstemperatuur is te hoog.
• De deur wordt te vaak geopend of blijft te lang open staan.
• De deur is niet goed gesloten (er zit misschien iets tussen de
deur, de deur hangt, controleer de dichting enz.).
• U heeft te veel verse levensmiddelen tegelijk in het apparaat
geplaatst.
• De sensor in de koelkast (A) is afgedekt door verse
levensmiddelen. Zorg ervoor, dat de lucht rond de sensor vrij kan
circuleren (alleen bepaalde modellen).
• Controleer de luchtcirculatie achter het apparaat als de
compressor niet voldoende koelt, en reinig de condensator.
Page 23
Storing:Oorzaak / oplossing
Overmatige ijsafzetting op de
achterwand van de vriezer:
• De deur wordt te vaak geopend of blijft te lang open staan.
• Het plaatsen van warme gerechten in de koelkast.
• Het voedsel of de schaal raakt de achterwand in de koelkast.
• Slechte dichting van de deur.
• Als de dichting vuil of beschadigd is, moet u hem reinigen of
vervangen.
Er druppelt water uit het
apparaat:
• De afvoeropening is verstopt, het dooiwater druppelt langs het
verzamelgootje.
• Reinig de verstopte opening met een rietje.
• Ontdooi dikke ijslagen met de hand (zie hoofdstuk Ontdooien van
het apparaat).
Rood lampje knippert:
(alleen vriezer)
• De deur wordt te vaak geopend of blijft te lang open staan.
• De deur is niet goed gesloten (er zit misschien iets tussen de
deur, de deur hangt, de dichting is beschadigd enz.).
• Stroomuitval gedurende lange tijd.
• U heeft te veel verse levensmiddelen tegelijk in het apparaat
geplaatst.
De deur gaat moeilijk open: •Als u de deur van de vriezer wilt openen nadat deze kort geleden
gesloten is, kan het gebeuren dat dit moeilijk gaat. Tijdens het
openen van de deur ontsnapt er namelijk een beetje koude lucht
uit het apparaat, dat wordt vervangen door warme lucht uit de
omgeving. Bij het koelen van deze lucht ontstaat onderdruk die het
openen van de deur bemoeilijkt. Na 5 tot 10 minuten is de toestand
weer normaal en kunt u de deur zonder problemen openen.
Vervangen van het lampje:
• Verbreek altijd de stroomtoevoer naar het apparaat (trek de
stekker van de aansluitkabel uit het stopcontact) voordat u het
lampje vervangt.
A – Gebruik een schroevendraaier om de vergrendeling in te
drukken (in de richting van de pijl) en haal het kapje los.
B – Steek een schroevendraaier in de opening, breng het kapje
omhoog en haal het los.
Vervang het lampje door een nieuw lampje (E 14, met hetzelfde
vermogen als het originele lampje) en plaats het kapje terug.
• Gooi het oude lampje niet bij het organisch afval.
• Het lampje is verbruiksmateriaal en valt niet onder onze garantie!
Nuttige wenken bij het
verhelpen van storingen
• Mocht het bovenstaande niet baten, verbreek dan de verbinding
tussen het apparaat en het stroomnet (zie het hoofdstuk over de
bediening van het apparaat - AAN/UIT), trek de stekker van de
aansluitkabel uit het stopcontact, wacht 10 minuten en sluit het
apparaat weer aan.
Als de storing aanhoudt, neem dan contact op met de
dichtstbijzijnde reparatiedienst en vermeld het type, model
serienummer zoals aangegeven op het typeplaatje in het apparaat.
23
224866
Page 24
Informatie over het geluid van het apparaat
De koel-vriescombinatie wordt gekoeld door een koelsysteem met een compressor (bij sommige
apparaten ook een ventilator). Dit veroorzaakt een zeker geluid. De sterkte van het geluid is
afhankelijk van de opstelling, het juiste gebruik en de ouderdom van het apparaat.
• Na het inschakelen van apparaat kunnen de werking van de compressor en het stromen van
de koelvloeistof enigszins luider zijn. Dit is geen teken dat er iets mis is en heeft geen invloed op
de levensduur van het apparaat. Als het apparaat enige tijd in werking is, worden deze geluiden
minder.
• Soms treden er tijdens de werking van het apparaat ongewone of hardere geluiden op, die
ongewoon zijn voor het apparaat en meestal het gevolg zijn van een onjuiste plaatsing:
- Het apparaat moet horizontaal en stabiel op een stevige ondergrond staan.
- Het mag de wanden van de elementen ernaast niet raken.
- Controleer of de inrichting in de koelkast goed op zijn plaats zit of dat er misschien blikjes,
fl essen of andere schalen rammelen of rinkelen omdat ze elkaar raken.
WIJ BEHOUDEN ONS HET RECHT VOOR TOT WIJZIGINGEN
DIE DE FUNCTIE VAN HET APPARAAT NIET BEÏNVLOEDEN.
COMBI 54224866/nl (03-10)
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.