Smeg CLE300LF, CLE200LF User Manual [nl]

CLE200, CLE300
NL Gebruiksaanwijzing ES Instrucciones para el uso IT Manuale d’uso
CZ Návodkpoužití PL Instrukcjaobsługi RUS Инструкцияпоэксплуатации
NL
Bedankt dat u een nieuwe vriezer van Smeg gekozen heeft. NB: de gebruiksaanwijzing geldt voor alle vrieskisten in de CLE-serie. De afbeeldingen en uitrusting hoeven daarom niet met uw model overeen te komen.
Waarschuwing
Het koelmiddel dat in de kist gebruikt wordt, is een brandbaar gas (isobutaan R600a), en daarom moet u erop letten dat het circuit en de buizen tijdens het vervoer en de installatie niet beschadigd worden.
Als dit wel gebeurt, dient u vonken en open vuur te vermijden, goed door te luchten, als de stekker in het stopcontact zit, deze eruit te halen en uw leverancier te bellen.
De service mag uitsluitend door een erkende servicemonteur uitgevoerd worden.
Oude kasten
Oude koelkasten en vriezers zijn vaak voorzien van ingewikkelde sloten die kunnen dichtslaan en dan alleen van buiten af te openen zijn. Als u een dergelijk model bezit en ter vernietiging aanbiedt, moet u ervoor zorgen dat u het slot onklaar maakt. Hierdoor voorkomt u dat spelende kinderen zich erin kunnen opsluiten.
Voordat u begint
Voordat u uw nieuwe kist in gebruik neemt, dient u de gebruiksaanwijzing grondig door te nemen. De gebruiksaanwijzing bevat belangrijke informatie over veiligheid, installatie, werking en onderhoud. Bewaar de gebruiksaanwijzing. U kunt hem later misschien nog nodig hebben.
Controleer bij de ontvangst dat de vriezer niet beschadigd is. Transportbeschadigingen moeten aan de handelaar gemeld worden voordat de vriezer in gebruik genomen wordt.
Verwijder de verpakking. Maak de vriezer van binnen met een sopje van lauw water en een zacht en ongeparfumeerd afwasmiddel schoon. Met schoon water nawassen en grondig afdrogen (zie onder reiniging). Gebruik een zachte doek.
Indien de vriezer in een koude omgeving (kouder dan +5°C) opgeslagen is geweest, moet er een rustperiode van minstens 1 uur in acht genomen worden voordat de kist in gebruik genomen wordt.
Wanneer de vriezer met de smalle kant naar boven getransporteerd is, moet hij ca. 12 uur in de normale stand staan voordat hij mag worden aangesloten.
Inhoud
Uw vriezer leren kennen...................3
Installatie en ingebruikneming..........4
Aansluitspanning..............................5
Bediening en functie.........................6
Toepassing.......................................7
Ontdooien.........................................8
Reiniging en onderhoud...................9
Fouten opsporen............................10
Reservedelen en service................11
Verschroten.....................................12
NL
Uw vriezer leren kennen
Handgreep
Elektronisch bedieningspaneel
Verlichting
Afdichtstrip
Typeplaatje
Scheidswand/dooiwateropvang
Mand
Invriesruimte
Ventilatierooster
Dooiwaterafvoer
Voet
g. 1
NL
Plaatsing
De vriezer mag om veiligheidsredenen niet buiten geplaatst worden.
Zet de vrieskist op een egale, vlakke en stabiele onderlaag in een droge en goed geventileerde ruimte (max. 75% relatieve luchtvochtigheid).
Plaats de vriezer niet dicht bij verwarmingsbronnen als fornuizen of radiatoren, en vermijd dat hij in direct zonlicht of de warmte van een andere verwarmingsbron staat.
Ruimtemperatuur
De temperatuurklasse staat op het
typeplaatje (zie g. 1 blz. 3 en g. 10 blz.
12). Hiermee wordt aangegeven onder welke ruimtetemperaturen de vrieskist optimaal werkt.
Temperatuurklasse Toegestane
ruimtetemperatuur SN +10 ºC tot +32 ºC N +16 ºC tot +32 ºC ST +18 ºC tot +38 ºC T +18 ºC tot +43 ºC
Als de ruimtetemperatuur onder het vriespunt is, zal de vriezer niet normaal werken.
Ventilatie
Het is belangrijk dat de kist voldoende ventilatie heeft en dat er boven, onder en rondom de kist een vrije luchtcirculatie is. Fig. 2 laat zien hoe de benodigde circulatie rondom de vriezer bereikt wordt.
Installatie en ingebruikneming
100 mm
800 mm
20 mm
100 mm
Tussen de onderkant van de vriezer en de vloer moet een tussenruimte van 15 mm zijn.
BELANGRIJK! Het ventilatierooster moet
vrij toegankelijk zijn (g. 3).
g. 2
g. 3
NL
De vrieskist is gemaakt voor aansluiting op het wisselstroomnet. De aansluitwaarden voor spanning (V) en frequentie (Hz) staan op het typeplaatje achterop de vriezer aangegeven. De kist moet op een eigen stopcontact aangesloten worden.
Vervang de netkabel als deze beschadigd is door een overeenkomstig type dat de fabrikant of zijn servicemonteur levert.
Technische gegevens
Deze kist is in overeenstemming met de bepalingen, richtlijnen en normen voor het CE-merk. Richtlijn laagspanning 73/23/EEG
EMC richtlijn 89/336/EEG. Richtlijn energiekeurmerk 92/75 en latere toevoegingen 94/2 en 2003/66. Richtlijn energierendement 96/57 en latere toevoegingen.
Aansluitspanning
NL
De elektronische regeling heeft de volgende functies:
• Temperatuurinstelling
• Temperatuuraanduiding
• Supervries
• Akoestische en visuele alarmen
Inbedrijfstelling
De stroom aansluiten De elektroniek voert zelf een test uit terwijl het
temperatuurdisplay (g. 4) de verschillende
temperaturen kortstondig aangeeft. Het gele en rode lampje knipperen en er klinkt een akoestisch alarm. Het gele lampje gaat uit. Druk op en het akoestische alarm zal uitgaan.
De temperatuur is op de fabriek op –18°C ingesteld. Deze temperatuur is ideaal voor het langdurig en stroombesparend opslaan van diepvriesproducten. De temperatuur moet alleen lager ingesteld worden als er vaak diepvriesproducten ingelegd en uitgehaald worden en de omgevingstemperatuur hoog is.
Temperatuurinstelling
De temperatuur is instelbaar van -28°C tot -18°C. Druk op en de gekozen temperatuur verschijnt op het display. Druk totdat de gewenste temperatuur verschijnt. De laatst ingestelde waarde wordt automatisch opgeslagen.
Knop voor snel invriezen - Supervries
Knop voor temperatuur instellen
Knop die het alarm uitzet
Controlelampje
g. 4
Supervries
Aanbevolen wordt om Supervries te gebruiken bij het invriezen van grotere hoeveelheden.
Druk op de Supervries-knop waardoor het invriezen geactiveerd wordt. Een geel knipperende lichtdiode geeft aan dat de Supervriesfunctie ingeschakeld is. De vriezer werkt nu op de hoogste capaciteit (de compressor werkt onafgebroken).
De automatische temperatuurregeling (de thermostaat) is buiten werking wanneer Supervries geactiveerd is. De temperatuur daalt tot een lager niveau. Activeer Supervries max. 24 uur voordat de levensmiddelen in de vriezer gelegd worden. Na 26 uur slaat Supervries automatisch uit. Vergeet niet eerst Supervries uit te schakelen en weer te activeren wanneer de levensmiddelen in de vriezer geplaatst zijn.
Alarm bij te hoge temperatuur
Als de vriezer de ingestelde temperatuur met meer dan 4°C overschrijdt, zal het rode alarmlampje in het display gaan knipperen. Er zal ook een akoestisch alarm klinken. Als de temperatuur weer daalt, zullen het visuele en het akoestische alarm niet verdwijnen Druk op de alarmknop en het akoestische alarm zal uitgaan. Het rode alarmlampje knippert zolang het te warm in de vriezer is.
CLE vrieskisten zijn voorzien van een elektronische regeling (g. 4).
Bediening en functie
NL
Toepassing
De vriezer
De vrieskist is een viersterren vriezer die goedgekeurd is voor het invriezen en bewaren van diepvriesproducten.
Invriezen
Om een goede kwaliteit van de producten te behouden moeten ze zo snel mogelijk tot
-18°C ingevroren worden. De invriescapaciteit staat in kg/24 uur op
het typeplaatje (zie g. 1 blz. 3 en g. 10
blz. 12) aangegeven. Als u de Supervries-knop gebruikt, wordt de temperatuur tot -25°C verlaagd. Als u meer dan 3 kg wilt invriezen, moet u de Supervries-knop ca. 24 uur van tevoren activeren. Bij kleine hoeveelheden is het voldoende dit een paar uur van tevoren te doen of wanneer u de producten in de vriezer legt. U hoeft de Supervries-knop niet te gebruiken als u ingevroren producten in de vriezer legt, en ook niet als het maar een paar kleine pakjes zijn.
Gebruik alleen verse levensmiddelen van goede kwaliteit. Vlees, pluimvee, vis, groente, fruit, zuivelproducten en toebereide gerechten zijn voor invriezen geschikt. Levensmiddelen met een hoog vochtgehalte zoals sla, radijzen, grapefruit, hele appelen, komkommers en peren zijn niet geschikt om in te vriezen. Verpak de levensmiddelen in luchtdichte dozen, vrieszakjes en dergelijke. Zorg ervoor dat de porties praktisch zijn. Vries geen porties groenten of vlees in groter dan 2,5 kg. Zorg ervoor dat de verpakkingen droog zijn, zodat ze niet aan elkaar vriezen. Leg indien mogelijk de in te vriezen producten zó dat ze niet met elkaar in aanraking komen, dan verloopt het invriesproces sneller.
Druk de lucht uit de verpakking; hierdoor wordt voorkomen dat de inhoud op de buitenkant uitdroogt. Leg de in te vriezen producten in de invriesruimte of verdeel ze langs de binnenwanden van de vriezer. Vergeet niet inhoud, hoeveelheid en datum op de verpakking te noteren. U kunt de levensmiddelen met voordeel in “categorieën” opdelen. Dat wil zeggen groenten op één plek, vlees op een andere plek enz.
Stapel de levensmiddelen niet hoger dan 5 mm onder de onderzijde van het deksel.
Levensmiddelen die in de manden liggen, zijn zichtbaar en gemakkelijk toegankelijk
(g. 5).
Ontdooien
Ontdooi ingevroren groenten en fruit niet voor gebruik, maar leg ze meteen in kokend water. Vlees dat moet ontdooien, kan het beste de dag tevoren in de koelkast gelegd worden. Dit is het meest hygiënisch en de kwaliteit van het vlees blijft hierdoor beter.
NB:
Vriesgeenglazenessenendoosjes
in die koolzuurhoudende vloeistoffen bevatten want ze kunnen ontploffen.
g. 5
NL
6. Zet een schaal warm water (niet kokend) in de vriezer, sluit het deksel ca. 30 minuten en verwijder daarna de rijplaag met de kunststofschraper.
7. Hou de dooiwateropvang tijdens het ontdooiproces in de gaten om water op de vloer te vermijden. Dek de vloer rond de dooiwaterafvoer af om de vloer tegen ijs en waterdruppels te beschermen. Maak de vriezer als het ijs gesmolten is, met een sopje van water en een ongeparfumeerd afwasmiddel schoon. Droog hem met een zachte doek af.
8. Schakel de stroom in. De Supervries­knop kan ingeschakeld worden als er veel levensmiddelen teruggelegd moeten worden.
9. U kunt de levensmiddelen ca. 5 minuten nadat de kist ingeschakeld is weer in de vriezer leggen.
Vergeet niet de dooiwaterafvoer weer af te sluiten.
De producten en het in de lucht aanwezige vocht veroorzaken op den duur rijp- en ijsvorming in de kist. Een dun laagje rijp of ijs heeft geen invloed op de functie van de vriezer, maar hoe dikker de laag, des te hoger het energieverbruik. Wat losse rijp kunt u met de kunststofschraper verwijderen die in de scheidswand zit.
Gebruik nooit elektrische apparaten of andere scherpe voorwerpen omdat dit de inwendige delen in de kist kan beschadigen.
Wanneer de laag rijp of ijs 4-5 mm dik is, moet de vriezer ontdooid worden. Aangeraden wordt de vriezer te ontdooien als er weinig of geen producten in zitten.
Doe dit als volgt.
1. Druk 4-5 uur voordat u de kist wilt ontdooien op de Supervries-knop. Dan zijn de producten kouder (ca. -25°C) en blijven langer bevroren buiten de vriezer (zie punt 3).
2. Schakel de stroom uit.
3. Verwijder de levensmiddelen. Bewaar ze in de koelkast of goed ingepakt, zodat ze zo weinig mogelijk ontdooien.
4. Laat het deksel open staan.
5. Zet de scheidswand onder de dooiwaterafvoer.
Ontdooien
g. 6
g. 7
NL
De gloeilamp vervangen
1. Haal de stekker uit het stopcontact.
2. Demonteer het beschermkapje (g. 8).
Klem het beschermkapje samen zodat deze loskomt van de twee clips.
3. Vervang de gloeilamp(en)
4. Monteer het beschermkapje weer en steek de stekker in het stopcontact.
Energie sparen
- Koel warm eten en dranken af voordat u
ze in de vriezer plaatst.
- Laat bevroren levensmiddelen in de
koelkast ontdooien.
- Hou het deksel zo veel mogelijk
gesloten.
- Controleer regelmatig dat het deksel
dicht afsluit
- Installeer de vriezer in een koele en
goed geventileerde ruimte.
- Leg bevroren levensmiddelen in de
koelkast terwijl de vriezer ontdooid wordt.
- Ontdooi de vriezer voordat de rijplaag te
dik wordt.
Reinigen
Haal vóór het reinigen de stekker uit het contact en verwijder al het losse toebehoren.
U kunt de vrieskist het beste reinigen met een sopje van water en wat ongeparfumeerd afwasmiddel (max. 85°C). Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen. Gebruik een zachte doek. Met schoon water nawassen en grondig afdrogen. Voorkom dat er water in het bedieningspaneel dringt.
Maak de afdichtstrip rondom het deksel regelmatig schoon om verkleuren te voorkomen en een lange levensduur te waarborgen. Gebruik schoon water. Controleer nadat u de strip schoongemaakt heeft, of het deksel nog dicht sluit.
Zorg ervoor dat het ventilatierooster vrij van stof en vuil is. Reinig het met de stofzuiger.
Zet, indien u een tijd lang op reis bent, de stroom uit, trek de stekker uit het stopcontact, leeg de kast, maak hem schoon en laat het deksel openstaan om luchtjes te vermijden.
Reiniging en onderhoud
g. 8
10
NL
Fouten opsporen
Fout Mogelijke oorzaak Verhelpen
Geen van de controlelampjes branden.
De vriezer staat uit.
Stroomstoring; de zekering is doorgeslagen; de stekker zit niet goed in het stopcontact.
Controleer stekker en contact.
Controleer of de stroom is ingeschakeld. De zekering moet aan staan.
De temperatuur in de vrieskist is te laag.
Het ventilatierooster is geblokkeerd.
Het deksel van de vriezer is niet goed gesloten.
Er zijn meer invriesproducten tegelijk in de kist gelegd dan de capaciteit kan klaren.
Veel rijp- en ijsvorming.
De thermostaat is te warm afgesteld.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie niet verhinderd wordt.
Sluit het deksel en wacht een paar uur.
Wacht een paar uur.
Ontdooi de vriezer.
Zet de thermostaat kouder.
De temperatuur in de vrieskist is te laag.
De Supervriesfunctie is ingeschakeld.
De thermostaat is te koud afgesteld.
Het deksel stoot tegen producten in de vriezer.
Schakel de Supervriesfunctie uit.
Zet de thermostaat warmer.
Verplaats de producten en controleer dat het deksel goed afsluit.
De vriezer rijpt overmatig.
De ruimte is erg vochtig.
De producten geven vocht af.
Lucht de ruimte regelmatig door of verplaats de vriezer naar een ruimte met minder vocht.
Pak de producten beter in.
Het deksel kan niet openen.
Onderdruk in de vriezer. Wacht 2-3 minuten totdat de
onderdruk verdwenen is en probeer het nog eens.
Trillingen en ongewoon lawaai.
De vriezer staat niet op een egaal vlak.
De vriezer staat niet vrij.
Manden of de scheidswand zitten los.
Plaats de vrieskist op een egale, vlakke en stabiele onderlaag.
Verwijder de vriezer van meubelen of andere apparaten.
Controleer de verplaatsbare delen en zet ze weer terug.
11
NL
Reservedelen
Vermeld a.u.b. het type-, serie- en productienummer, wanneer u reservedelen
bestelt (zie g. 1 blz. 3 en g. 9). Deze
gegevens vindt u op het typeplaatje achterop de vriezer. Het typeplaatje bevat verschillende technische gegevens en het type- en serienummer.
Let erop dat het apparaat niet rechtmatig gebruikt kan worden als er ingrepen in de opbouw gedaan worden, of als componenten gewijzigd worden, en dat Smegs garantie en productaansprakelijkheid hierdoor vervallen. De goedkeuring die op Smegs typeplaatje staat vermeld, zal dan ook ongeldig zijn.
Zorg ervoor altijd erkende servicemonteurs te gebruiken als iets gerepareerd of vervangen moet worden!
Reservedelen en service
Model.. XXXX
Basic. Type No. XXXX
Serial nr. XXXXXXXXX
XXXXXXXX
g. 9
12
NL
Neem de geldende milieubepalingen in acht. De gemeentelijke technische dienst
kan u vertellen hoe het ophalen/aeveren
en hergebruik van dergelijke kasten in uw gemeente gebeurt.
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/ EG inzake Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijk negatieve consequenties voor het milieu en de menselijke gezondheid te voorkomen die anders zouden kunnen worden veroorzaakt door onjuiste verwerking van dit product als afval.
Het symbool
op het product of op de bijbehorende documentatie geeft aan dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. In plaats daarvan moet het worden afgegeven bij een verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten.
Afdanking moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking. Voor nadere informatie over de behandeling, terugwinning en recycling van dit product wordt u verzocht contact op te nemen met het stadskantoor in uw woonplaats, uw afvalophaaldienst of de winkel waar u het product heeft aangeschaft.
Verschroten
Loading...