DEZE INSTRUCTIES ZIJN UITSLUITEND VAN TOEPASSING VOOR DE LANDEN VAN
BESTEMMING WAARVAN DE IDENTIFICATIESYMBOLEN OP DE OMSLAG VAN DEZE
HANDLEIDING STAAN AFGEBEELD.
INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR: zijn bestemd voor de
gekwalificeerde technicus die moet zorgen voor de installatie, de
inwerkingstelling en het uittesten van het apparaat.
INSTRUCTIES VOOR DE GEBRUIKER: hier vindt u de aanwijzingen
voor het gebruik, de beschrijving van de bedieningsorganen en de
correcte wijze van reinigen en onderhouden van het apparaat.
67
Page 2
Presentatie
1. WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID EN
HET GEBRUIK
DEZE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND ONDERDEEL VAN HET
APPARAAT. HIJ MOET GEDURENDE DE VOLLEDIGE LEVENSDUUR VAN
HET FORNUIS INTACT EN BINNEN BEREIK WORDEN BEWAARD. WIJ
BEVELEN AAN OM DEZE HANDLEIDING EN ALLE ERIN OPGENOMEN
AANWIJZINGEN AANDACHTIG DOOR TE LEZEN ALVORENS HET FORNUIS
IN GEBRUIK TE NEMEN. DE INSTALLATIE ZAL MOETEN WORDEN
UITGEVOERD DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL EN IN
OVEREENSTEMMING MET DE GELDENDE NORMEN. DIT APPARAAT IS
BESTEMD VOOR EEN HUISHOUDELIJK GEBRUIK EN BEANTWOORDT AAN
DE EEG RICHTLIJNEN DIE MOMENTEEL VAN TOEPASSING ZIJN. HET
APPARAAT IS GEFABRICEERD VOOR HET UITOEFENEN VAN DE
VOLGENDE FUNCTIE: HET KOKEN EN OPWARMEN VAN VOEDSEL IEDER
ANDER GEBRUIK MOET ALS ONEIGENLIJK WORDEN BESCHOUWD.
DE FABRIKANT KAN NIET AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR
ANDERE DAN DE VERMELDE GEBRUIKSTOEPASSINGEN.
LAAT DE RESTEN VAN HET VERPAKKINGSMATERIAAL NIET ONBEHEERD
ACHTER IN DE HUISELIJKE OMGEVING. SCHEID DE VERSCHILLENDE VAN
DE VERPAKKING AFKOMSTIGE AFVALMATERIALEN EN BRENG ZE NAAR
HET DICHTSTBIJZIJNDE CENTRUM VOOR DE GEDIFFERENTIEERDE
VERZAMELING VAN AFVAL.
EEN AARDAANSLUITING IN OVEREENSTEMMING MET DE WIJZEN
VOORZIEN DOOR DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VAN DE
ELEKTRISCHE INSTALLATIE IS VERPLICHT.
DE STEKKER DIE OP DE VOEDINGSKABEL WORDT AANGESLOTEN EN HET
BIJBEHORENDE STOPCONTACT MOETEN VAN HETZELFDE TYPE ZIJN IN
OVEREENSTEMMING MET DE GELDENDE VOORSCHRIFTEN. HET
STOPCONTACT MOET TOEGANKELIJK ZIJN WANNEER HET APPARAAT IS
INGEBOUWD.
TREK NOOIT AAN DE KABEL OM DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE
VERWIJDEREN.
ONMIDDELLIJK NA DE INSTALLATIE MOET U HET APPARAAT KORT
TESTEN IN OVEREENSTEMMING MET DE HIERNA VERSTREKTE
INSTRUCTIES. WANNEER HET APPARAAT NIET FUNCTIONEERT MOET U
HET LOSKOPPELEN VAN HET ELEKTRICITEITSNET EN HET
DICHTSTBIJZIJNDE TECHNISCHE SERVICECENTRUM RAADPLEGEN.
PROBEER NOOIT OM HET APPARAAT ZELF TE REPAREREN.
NA IEDER GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT MOET U ALTIJD CONTROLEREN
OF DE BEDIENINGSKNOPPEN IN DE VOLGENDE STAND 0 (UIT) STAAN.
ZET NOOIT ONTVLAMBARE VOORWERPEN IN OVENS: EEN
ONVERWACHTE ONTSTEKING ERVAN ZOU TOT BRAND KUNNEN LEIDEN.
68
Page 3
Presentatie
DE IDENTIFICATIEPLAAT MET DE TECHNISCHE GEGEVENS, HET
SERIENUMMER EN DE MARKERING IS ZICHTBAAR BINNEN IN DE
OPBERGRUIMTE VAN HET VOEDSEL GEPLAATST.
DEZE PLAAT MAG NOOIT WORDEN VERWIJDERD.
TIJDENS HET GEBRUIK WORDT HET APPARAAT ZEER HEET. LET ERVOOR
OP DAT U DE WARMTE-ELEMENTEN IN DE OVEN NIET AANRAAKT.
PLAATS NOOIT PANNEN DIE GEEN PERFECT GLADDE EN REGELMATIGE
BODEM HEBBEN OP DE ROOSTERS VAN DE KOOKPLAAT.
LET OP: WANNEER U EEN BARST CONSTATEERT IN DE
GLASKERAMISCHE PLAAT, MOET U HET APPARAAT ONMIDDELLIJK
LOSKOPPELEN VAN DE ELEKTRISCHE VOEDING EN EEN
SERVICECENTRUM BELLEN.
DIT APPARAAT MAG NIET OP VERHOOGDE PLATFORMEN WORDEN
GEMONTEERD.
DIT TOESTEL MAG NIET WORDEN GEBRUIKT DOOR PERSONEN
(KINDEREN INBEGREPEN) MET VERMINDERDE FYSISCHE OF
PSYCHISCHE VERMOGENS, OF DOOR PERSONEN DIE GEEN ERVARING
HEBBEN IN HET GEBRUIK VAN ELEKTRISCHE APPARATUUR, TENZIJ DIT
GEBEURT ONDER TOEZICHT OF INSTRUCTIE VAN VOLWASSENEN DIE
VOOR HUN VEILIGHEID INSTAAN.
DIT APPARAAT IS VOORZIEN VAN HET MERKTEKEN IN DE ZIN VAN DE
EUROPESE RICHTLIJN 2002/96/EG BETREFFENDE AFGEDANKTE
ELEKTRISCHE EN ELEKTRONISCHE APPARATUUR – AEEA (WASTE
ELECTRICAL AND ELECTRONIC EQUIPMENT - WEEE).
DEZE RICHTLIJN BEPAALT DE NORMEN VOOR HET INZAMELEN EN
RECYCLEN VAN DE AFGEDANKTE APPARATUUR WELKE GELDEN VOOR
HET VOLLEDIGE TERRITORIUM VAN DE EUROPESE UNIE.
VOORDAT U HET APPARAAT IN WERKING STELT MOET U VERPLICHT
ALLE OP EN IN HET APPARAAT AANGEBRACHTE ETIKETTEN EN
BESCHERMENDE FOLIES VERWIJDEREN.
De fabrikant onthoudt zich van iedere aansprakelijkheid voor schade
aan personen of zaken als gevolg van het niet in acht nemen van de
bovenstaande voorschriften of als gevolg van wijzigingen aangebracht
aan ook slechts één enkel onderdeel van het apparaat en als gevolg van
het gebruik van niet-originele vervangingsonderdelen.
69
Page 4
Instructies voor de installateur
2. INSTALLATIE VAN HET APPARAAT
Het fornuis kan tegen wanden worden geplaatst waarvan er één hoger is
dan de kookplaat, zoals afgebeeld in de tekeningen A en B met
betrekking tot de installatieklassen. De minimumafstand voor boven de
kookplaat gemonteerde schappen of afzuigkappen is 750 mm.
AB
Ingebouwd apparaat Vrijstaande installatie
2.1 Elektrische aansluiting
Vergewis u ervan dat het voltage en de dimensionering van de
voedingslijn corresponderen met de eigenschappen die vermeld worden
op de plaat in de opbergruimte voor voedsel.
Deze plaat mag nooit worden verwijderd.
Op een gemakkelijk bereikbare plaats in de nabijheid van het apparaat
moet u op de voedingslijn ervan een meerpolige scheidingsinrichting
aanbrengen met een minimale contactopening van 3 mm.
70
Page 5
Instructies voor de installateur
Het apparaat heeft aan de achterkant een klemmenbord voor de
elektrische aansluiting (zie volgende schema). Dit is toegankelijk vanuit
het carter aan de achterkant.
Werking op 380-415V3N∼ of 220240V3N∼: gebruik een vijfpolige kabel van
het type H05V2V2-F (kabel van 5 x 2.5
mm2).
Werking op 220-240V~: gebruik een
driepolige kabel van het type H05V2V2-F
(kabel van 3 x 6mm2).
Bij het uiteinde dat op het apparaat moet
worden aangesloten moet de aardleiding
(geel-groen) tenminste 20 mm langer zijn
dan de andere leidingen.
71
Page 6
Instructies voor de installateur
De aansluiting zal moeten worden voltooid met een vijfpolige stekker van
geschikte capaciteit (zie typeplaatje), of, bij werking op 230V∼, een
driepolige stekker. De stekker en het stopcontact in de wand moeten van
hetzelfde type zijn (in overeenstemming met de CEI normen). Het
apparaat moet verplicht worden geaard. Alvorens hem aan te sluiten
moet u controleren of de stroomvoorziening goed is geaard. Vermijd het
gebruik van reductiestukken, adapters of afleidingen.
De fabrikant onthoudt zich van iedere aansprakelijkheid voor schade
aan personen of zaken als gevolg van het niet inachtnemen van de
bovenstaande voorschriften of als gevolg van wijzigingen aangebracht
aan ook slechts één enkel onderdeel van het apparaat.
2.2 Montage van de spatrand
• Plaats de spatrand op devangschaalwaarbij de gaten A overeen
moeten stemmen met de gaten B.
• Schroef de spatrand met de schroeven C vast op de vangschaal.
72
Let op: monteer de spatrand achter (of de optionele achterplaat) om
oververhitting van de achterwand te voorkomen.
2.3 Waterpasstelling
Zet de oven waterpas op de vloer met behulp van de vier regelbare
voetjes. U kunt de regeling uitvoeren door eerst de contramoer en
vervolgens het voetje los te draaien. De regelschroef kan over 10 mm
worden versteld.
Page 7
Instructies voor de gebruiker
3. BESCHRIJVING VAN DE
BEDIENINGSORGANEN
3.1 Het frontpaneel
Alle bedieningsorganen en controle-eenheden van de keuken bevinden
zich op het frontpaneel.
Na een stroomonderbreking moet u, om de oven gereed te maken voor
het koken, 1 - 2 seconden lang drukken op de centrale toets .
(hoofdoven)
BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGSORGANEN
KOOKZONE
LINKSVOOR
KOOKZONE
RECHTSACHTER
BARBECUE-ELEMENT
KOOKZONE
LINKSACHTER
KOOKZONE
RECHTSVOOR
THERMOSTAAT
HOOFDOVEN
THERMOSTAAT
HULPOVEN
FUNCTIES
HOOFDOVEN
FUNCTIES
HULPOVEN
73
Page 8
Instructies voor de gebruiker
BEDIENINGSKNOP KOOKPLAAT
Normaal verwarmen
De cirkel bij iedere knop geeft de kookpositie aan die in
werking wordt gesteld. De verwarming wordt geregeld
door op de knop te drukken en hem op de gewenste
stand tussen 1 en 9 te zetten. De regeling is progressief
toenemend en alle tussenliggende zones kunnen
daarom worden gebruikt. De uitschakeling geschiedt
door de knop op de stand 0 te zetten.
Dubbele verwarming
De cirkel bij iedere knop geeft de kookpositie aan die in
werking wordt gesteld. De verwarming binnen de kleine
diameter wordt geregeld door op de knop te drukken en
hem in één van de standen tussen 1 en 9 te zetten.
Beide zones worden verwarmd wanneer u de knop op het volgende
symbool zet:
; wanneer u de knop loslaat zal die weer terugkeren naar
de stand 9. Om de verwarming te regelen moet u de knop linksom
draaien in de gewenste stand. Om de verwarming binnen de kleine
diameter te herstellen moet u de knop op de stand 0 zetten en hem
vervolgens tussen 1 en 9 zetten.
De uitschakeling geschiedt door de knop op de stand 0 te zetten.
KNOP REGELING VERMOGEN BARBECUE-
ELEMENT
Met deze knop kunt u het vermogen van het
barbecuerooster op de kookplaat regelen. Plaats de
knop in een willekeurige stand tussen “1” en “9” om het
verwarmende element in te schakelen.
Het gaan branden van het controlelampje wijst erop dat
het element is ingeschakeld.
Om het element weer uit te schakelen moet u de knop
weer in de stand “0” terugzetten.
LET OP: na een langdurig gebruik zal de kookplaat ook na het
uitschakelen van het element nog heet blijven: houd kinderen uit de
buurt.
74
Page 9
Instructies voor de gebruiker
De bereidingstemperatuur wordt gekozen door de
kop met de klok mee op de gewenste temperatuur te
draaien, tussen 50° en 250°C.
Als het controlelampje gaat branden, wil dat zeggen
dat de oven wordt opgewarmd. Als het lampje
uitgaat wil dat zeggen dat de ingestelde temperatuur
is bereikt. Als het lampje regelmatig knippert
betekent dat, dat de temperatuur in de oven constant
op het ingestelde niveau gehouden wordt.
Draai de knop om één van de volgende functies
te kiezen:
GRILL-ELEMENT +
VERWARMINGSELEMENT
BOVEN
GRILL ELEMENT + BRAADSPIT
75
Page 10
Instructies voor de gebruiker
3.2 Analoge elektronische klok
De verstrekte instructies gelden uitsluitend voor de hoofdoven
LIJST VAN FUNCTIES
DRUKKNOP KOOKWEKKER
DRUKKNOP EINDE KOOKTIJD
INSTELLING JUISTE TIJD EN RESET
DRUKKNOP AFNAME WAARDE
DRUKKNOP TOENAME WAARDE
3.2.1 Instellen van de juiste tijd
Bij de eerste ingebruikneming van de oven of na een
stroomonderbreking, zal de display met regelmatige onderbrekingen
knipperen. Wanneer u de toets
een 1 / 2 seconde lang ingedrukt
houdt wordt het knipperen van de display beëindigd en kunt u beginnen
met het instellen van de juiste tijd. Wanneer u de toetsen voor de
wijziging van de waarde
ofindrukt, verkrijgt u per keer indrukken
een toe- of afname van één minuut.
Druk één van de toetsen voor het wijzigen van de waarde in tot de juiste
tijd verschijnt. 6/7 Seconden na de laatste keer indrukken zal de klok
gaan lopen vanaf de ingestelde tijd.
Het alarmsignaal dat op het eind van iedere programmering zal afgaan
bestaat uit 8 geluidssignalen die 3/4 maal met tussenpozen van
ongeveer anderhalve minuut worden herhaald. Hij kan echter op ieder
moment worden onderbroken door een willekeurige toets in te drukken.
76
Page 11
Instructies voor de gebruiker
3.2.2 Kookwekker
- Deze functie zal het koken niet onderbreken maar
alleen de werking van het alarmsignaal stoppen.
Wanneer u de toets
verlicht, die eruit zal zien als in figuur 1;
- Nu moet u binnen 6/7 seconden de toetsen
of
indrukken om de timer van de kookwekker
in te stellen. Bij iedere keer drukken zal 1 extern
segment (overeenkomstig 1 kookminuut),
oplichten of uitgaan. (in figuur 2 ziet u 10
kookminuten weergegeven).
- 6/7 Seconden na de laatste druk op de toets zal
het aftellen beginnen en op het eind ervan zal
het alarmsignaal afgaan.
- Tijdens het aftellen kunt u de juiste tijd zien door
1 maal op toets
nogmaals indrukt keert u terug naar de display
van de kookwekker.
- Op het eind van het aftellen moet u de oven
met de hand uitschakelen door de
thermostaat op de stand 0 te draaien.
indrukt wordt de display
te drukken. Wanneer u die
1
2
77
Page 12
Instructies voor de gebruiker
3.2.3 Programmering
Duur kooktijd: wanneer u de 2° knop
kooktijd instellen. Vóór het instellen moet u de thermostaatknop op de
voor het koken gewenste temperatuur draaien en de functiekeuzeknop in
een willekeurige stand zetten. Om de duur van de kooktijd in te stellen
moet u als volgt te werk gaan:
- Druk 1 / 2 seconde lang op toets
zal op stand 12 gaan staan (Fig. 1).
- Met behulp van de toetsen
duur van de kooktijd instellen. iedere keer dat u
de toets
met 1 minuut worden verlengd en iedere 12
minuten zal een volledig nieuw intern segment
oplichten (in figuur 2 ziet u een duur van 1 uur
afgebeeld).
- Wanneer u eenmaal de gewenste duur heeft
bereikt zal het koken ongeveer 6 seconden na
de laatste druk op de toetsen starten.
- wanneer het koken eenmaal is begonnen zal op
de display de juiste tijd worden weergegeven
met vaste segmenten en de resterende minuten
met knipperende segmenten (ieder knipperend
segment verwijst naar 12 overgebleven
kookminuten).
- Op het eind van de kooktijd zal de timer de verwarmingselementen
van de oven uitschakelen, zal het alarmsignaal afgaan en zullen de
cijfers op het scherm gaan knipperen.
- U kunt de duur ook weer op nul zetten met een reset van het
ingestelde programma: Wanneer u de centrale toets
seconden lang ingedrukt houdt wordt de ingestelde duur
geannuleerd en zult u de oven met de hand moeten uitschakelen.
Let op: u kunt geen duur van de kooktijd instellen van meer dan 6
uur.
indrukt zal de duur van de kooktijd
indrukt kunt u de duur van de
; de wijzer
en kunt u de
1
2
of .
1 à 2
78
Page 13
Instructies voor de gebruiker
Begin kooktijd: afgezien van de duur van de kooktijd, kunt u ook de starttijd van
het koken instellen (met een maximaal uitstel van 12 uur ten opzichte van de
juiste tijd). Om het begin-/eindtijdstip in te stellen moet u als volgt te werk gaan.
- Stel de duur van de kooktijd in zoals beschreven in de vorige paragraaf.
- 6/7 Seconden na de laatste keer indrukken van de toetsen
u de toets
koken in te stellen. Op de display zal de juiste tijd verschijnen en zullen de
interne segmenten die het eind van het koken aangeven, verlicht zijn . Met
behulp van de toetsen en moet u het tijdstip voor het begin van de
kooktijd instellen.
- 6/7 Seconden na de laatste druk op een toets zal de display de juiste tijd en
het begin- en eindtijdstip van het koken afbeelden, weergegeven door de
verlichte interne segmenten. Zolang de juiste tijd niet overeenstemt met het
begintijdstip van het koken zullen de segmenten op de display vast zijn;
zodra de juiste tijd overeenstemt met het ingestelde begintijdstip zullen alle
interne segmenten gaan knipperen en aangeven dat de oven met het
koken is begonnen.
- Op het eind van de kooktijd zal de timer de verwarmingselementen van de
oven uitschakelen, zal het alarmsignaal afgaan en zullen de cijfers op het
scherm gaan knipperen.
- Om het hele ingestelde programma te resetten moet u de centrale toets 1
of 2 seconden lang ingedrukt houden
begonnen zult u de oven met de hand moeten uitschakelen.
- In de afbeelding hiernaast ziet u een
programmeringsvoorbeeld: de juiste tijd is 7:06, het
begintijdstip is geprogrammeerd op 8 uur en het eind
op 9 uur. Om 8 uur zullen de interne segmenten
tussen 8 en 9 gaan knipperen en zal de urenwijzer stil
blijven staan.
Let op: na de bovenstaand beschreven programmering zal de oven echter
alleen beginnen met koken wanneer de thermostaatknop op de gewenste
temperatuur is geplaatst.
3.2.4 "DEMO" functie
Bei den mit analoger / digitaler Programmiervorrichtung ausgestatteten Modellen
ist eine „DEMO“-Funktion vorgesehen, die die Widerstände deaktiviert und die
andere Funktionen beibehält. Zu deren Aktivierung ist es ausreichend,
nacheinander die Tasten
lang gedrückt zu halten. Eine akustische Bestätigungsmeldung weist den
Benutzer darauf hin, dass die Funktion aktiviert ist. Wenn die Funktion „DEMO“
aktiv ist, blinkt die Ziffer 6 der Uhr in regelmäßigen Abständen. Zu deren
Deaktivierung ist die gleiche Vorgehensweise zu beachten.
wederom indrukken om het tijdstip voor het begin van het
: wanneer het koken al is
, , und zu betätigen und ca. 3/4 Sekunden
of moet
79
Page 14
Instructies voor de gebruiker
4. KOOKPLAAT
4.1 Kookzones
Het apparaat heeft 4 kookzones met
verschillende diameters en vermogens. Hun
positie wordt duidelijk aangegeven door cirkels
en de warmte beperkt zich tot de op het glas
aangegeven diameters.
De 4 kookzones zijn van het type HIGH-LIGHT en ze zullen na enkele
seconden gaan branden terwijl de warmte ervan kan worden geregeld
met de knop op het frontpaneel, van een minimum van 1 tot een
maximum van 9. De kookzones met twee concentrische cirkels (
hebben een dubbele verwarming: binnen de kleine diameter of van beide
diameters.
De 4 controlelampjes aan de voorzijde tussen de kookzones
gaan branden wanneer één of meer verwarmingszones
warmer worden dan 60°C.
Deze inrichting stelt u in staat om te weten of er, na het gebruik van de
kookplaat, nog kookzones zijn die warmer zijn dan 60°C.
De controlelampjes gaan alleen uit wanneer de temperatuur is gedaald tot
onder de 60°C.
Bij de eerste ingebruikneming van de kookplaat verdient het aanbeveling
hem net zolang op de maximumtemperatuur te verhitten tot de eventuele
olieachtige resten van het fabricageproces, die kwalijke luchten op het
voedsel zouden kunnen overbrengen, zijn verbrand.
Voor een goed rendement en een passend energieverbruik mag u alleen
maar recipiënten gebruiken die geschikt zijn voor het elektrisch koken:
•De bodem van de recipiënten moet zeer dik en
perfect plat zijn, verder moet hij schoon en droog
zijn net als de kookplaat.
•Gebruik geen pannen van gietijzer of met een
ruwe bodem die krassen op het kookoppervlak
zouden kunnen veroorzaken.
•De diameter van de bodem van de recipiënten
moet gelijk zijn aan die van de cirkel afgetekend
op de kookzone; indien deze niet
overeenstemmen zal energieverspilling
plaatsvinden.
)
80
Page 15
STAND KNOP
1
2-3
4-5
6
7-8
9
Instructies voor de gebruiker
Let ervoor op dat u tijdens het koken geen suiker of
zoete mengsels op de kookplaat morst of er materialen
op legt die zouden kunnen smelten (plastic of
aluminiumfolie); indien dit mocht gebeuren, dan moet
u, om de staat van het oppervlak niet te beschadigen,
de verwarming uitschakelen en de plaat met de
bijgevoegde spatel schoonmaken zolang hij nog
lauwwarm is. Indien de glaskeramische plaat niet
onmiddellijk wordt schoongemaakt bestaat het
risico van aankoekingen die na het afkoelen van de
plaat onmogelijk zouden kunnen worden
verwijderd.
Belangrijk! Let goed op met kinderen omdat die slechts met moeite de
brandende controlelampjes voor de restwarmte zullen kunnen zien. Na
het gebruik blijven de kookzones nog een tijdlang bijzonder warm, ook al
zijn ze uitgeschakeld. Voorkom dat kinderen de handen erop kunnen
leggen.
4.2 Referentietabel voor het koken
In de onderstaande tabel staan de standen van de bedieningsknoppen
van de kookplaat weergegeven die het type te bereiden voedsel
aangeven. De waarden kunnen variëren afhankelijk van de hoeveelheid
voedsel en de persoonlijke smaak van de gebruiker.
VOOR HET SMELTEN VAN BOTER, CHOCOLADE EN DERGELIJKE.
VOOR HET OPWARMEN VAN VOEDSEL, HET AAN DE KOOK HOUDEN VAN KLEINE
HOEVEELHEDEN WATER, VOOR HET OPKLOPPEN VAN SAUZEN MET EIGEEL OF
BOTER.
VOOR HET VERWARMEN VAN VAST EN VLOEIBAAR VOEDSEL, VOOR HET AAN
DE KOOK HOUDEN VAN WATER, HET ONTDOOIEN VAN DIEPVRIESPRODUCTEN,
VOOR OMELETTEN MET DRIE EIEREN, VOOR FRUIT EN GROENTE EN ANDERE
TE KOKEN GERECHTEN.
VOOR HET BEREIDEN VAN VLEES, VIS EN GROENTEN MET VOCHT, VAN
GERECHTEN MET MEER OF MINDER WATER, HET KLAARMAKEN VAN JAM, ENZ.
VOOR VLEESGEBRAAD OF VIS, VLEESLAPPEN, LEVER, HET ROOSTEREN VAN
VLEES EN VIS, EIEREN ENZ.
VOOR HET FRITUREN VAN AARDAPPELS ENZ.., OM SNEL WATER AAN DE KOOK
TE BRENGEN.
TYPE VOEDSEL
81
Page 16
Instructies voor de gebruiker
5. GEBRUIK VAN DE OVENS
5.1 Verwittigingen en algemene raadgevingen
Wanneer men de oven voor de eerste keer gebruikt , is het aangeraden
de oven te verwarmen op zijn maximum temperatuur (250°C) gedurende
voldoende tijd om eventuele olieachtige fabricatieresten te verbranden
die een onaangename geur aan de gerechten zouden kunnen geven.
Indien u de oven voor het eerst ontsteekt, of na een onderbreking van de
stroomtoevoer, moet u de middelste programmeringstoets 1 / 2 seconde
lang ingedrukt houden om de hoofdoven voor het koken gereed te
maken.
Teneinde te voorkomen dat de eventuele damp
binnen in de oven last veroorzaakt, de ovendeur in
twee ogenblikken openen: de deur half open
houden (ongeveer 5 cm.) gedurende 4-5 seconden,
en ze daarna volledig openen.
Indien het nodig is de gerechten tijdens het koken te
behandelen, moet men de ovendeur zo kort
mogelijk open laten teneinde te vermijden dat de
temperatuur binnen in de oven afkoelt zodanig dat
een goede afloop van het koken risico loopt.
Bedek, tijdens het koken, de bodem van de oven niet met aluminiumfolie
of vergelijkbare materialen en plaats er geen pannen of ovenschotels op
om beschadigingen van het email te voorkomen. Bij gebruik van
ovenpapier moet u ervoor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in
de oven er niet door wordt beïnvloed.
5.2 Ovenverlichting
Wordt ingeschakeld door de functiekeuzeschakelaar op een willekeurige
stand te zetten.
5.3 Koelventilator
Het toestel is uitgerust met een koelsysteem, dat onmiddellijk in werking
wordt gesteld wanneer een bereidingsfunctie wordt geselecteerd. Dit
geldt eveneens voor de ingestelde bereidingen.
De werking van de ventilatoren veroorzaakt een normale luchtstroom die
onder de plint op de achterkant van de kookplaat naar buiten komt, en
die nog even kan doorgaan nadat de oven werd uitgeschakeld.
Dit ventilatiesysteem verzekert dat de temperatuur rondom het toestel
voldoet aan de standaards van de van kracht zijnde normenstelsels.
5 cm
82
Page 17
Instructies voor de gebruiker
5.4 Opbergruimte
Aan de onderzijde van het fornuis vindt u,
onder de oven, de opberglade. Trek aan de
onderkant van het deurtje om hem te
openen. Om het reinigen te
vereenvoudigen, kunt u de opberglade
volledig onder de oven uittrekken.
Trek hem er helemaal uit en til hem bij de voorkant naar boven (net als
bij een gewone lade).
Bewaar er beslist geen ontvlambare materialen zoals doeken, papier
e.d. in, maar eventueel alleen de metalen accessoires van het apparaat.
Open het bergvak niet als de oven brandt of nog heet is. Deze ruimte kan
van binnen namelijk erg heet worden.
83
Page 18
Instructies voor de gebruiker
6. VERKRIJGBARE ACCESSOIRES
De oven beschikt over 4 richels om de
braadsleden en de grillen op verschillende
hoogten te plaatsen.
Grill in roestvrij staal: voor de bereiding
van gerechten in schotels, taarten van
kleine omvang, gebraden en gerechten die
een delicaat grillen vereisen.
Rooster voor ovenschaal: kan boven op
een ovenschaal worden gelegd voor het
bereiden van voedsel dat vloeistof kan
verliezen.
Ovenschaal: nuttig voor het opvangen van
vet dat afkomstig is van voedsel dat op het
rooster erboven is gelegd.
Gebakschaal: voor taarten, pizza’s en
ovengebak.
Spit: nuttig voor het bereiden van kip,
saucijzen en al het andere voedsel waarbij
een gelijkmatige bereiding van het
oppervlak vereist wordt. Alleen voor de
hulpoven.
Spitframe: aan te brengen op de geleiders
van de hulpoven voordat het spit gebruikt
wordt.
Op bestelling beschikbare accessoires
Via de Bevoegde Servicecentra kunt u de plint, de zelfreinigende
panelen van de ovens en het barbecuerooster bestellen.
Barbecuerooster: dit rooster moet in plaats
van de aluminiumplaat op het barbecueelement worden gezet.
84
Page 19
Instructies voor de gebruiker
7. ADVIEZEN VOOR DE BEREIDING
Wij raden aan om bij het voorverwarmen de geventileerde stand te
gebruiken en de temperatuur altijd 30/40°C hoger dan de
kooktemperatuur in te stellen. Dit zal de kooktijden aanzienlijk verkorten,
het energieverbruik verminderen en de kookresultaten verbeteren.
De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven
7.1 Traditionele bereidingen (hoofd- en hulpoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET KEUZE
TUSSEN 50 - 250°C
Dit klassieke bereidingssysteem, met warmte die van beneden naar
boven gaat, is geschikt voor het bereiden van voedsel op één hoogte.
Verwarm de oven voor totdat de ingestelde temperatuur bereikt wordt en
zet het voedsel pas in de oven als het controlelampje van de
thermostaat gedoofd is.
Het is mogelijk om ingevroren vlees rechtstreeks in de oven te zetten,
zonder het eerst te laten ontdooien. Alleen moeten dan wel
temperaturen van 20°C lager worden gekozen en bereidingstijden van
1/4 langer dan die voor vers vlees. Erg vet vlees kan in de nog koude
oven worden gezet.
Schotels met een hoge rand gebruiken teneinde te
voorkomen dat het spatten de wanden van de oven
bevuilt.
85
Page 20
Instructies voor de gebruiker
7.2 Bereiding met hete lucht (hoofdoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET
KEUZE TUSSEN 50 - 250°C
Dit systeem is geschikt voor het bereiden van voedsel op verschillende
hoogten in de oven, ook voor verschillende types voedsel (vis, vlees,
enz.) zonder dat er smaak of geur wordt overgedragen. De
luchtcirculatie in de oven verzekert een gelijkmatige verdeling van de
warmte. Voorverwarming is niet nodig.
Het koken op verschillende richels is mogelijk mits de kooktemperaturen
van de verschillende gerechten overeenstemmen.
7.3 Grillen (hoofd- en hulpoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT OP MAXIMUM
86
Hiermee kan voedsel snel goudbruin worden gebakken. Het wordt
geadviseerd de schaal in de bovenste geleider te schuiven. Voor korte
bereidingen en bij kleine hoeveelheden kan het rooster het beste in de
derde geleider van beneden af worden geplaatst. Voor langere
bereidingstijden en grillen dient het rooster op de lagere geleiders te
worden geschoven, afhankelijk van de stukgrootte.
De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven.
De deur van de oven moet tijdens het gebruik van de grill gesloten
blijven. Het gebruik van de grill met een geopende ovendeur zal de
oven onherroepelijk kunnen beschadigen en het veilige gebruik
ervan in gevaar kunnen brengen.
Page 21
Instructies voor de gebruiker
7.4 Grillen met warme lucht (hoofdoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET KEUZE
TUSSEN 50° EN 200°C
Maakt een gelijkmatige verdeling van de warmte en een beteren
penetratie in de diepte mogelijk. Het voedsel krijgt een lichtbruin korstje,
terwijl het binnenste zacht blijft.
De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven. De
verwarmingstijd mag niet langer zijn dan 60 minuten.
De deur van de oven moet tijdens het gebruik van de grill gesloten
blijven. Het gebruik van de grill met een geopende ovendeur zal
de oven onherroepelijk kunnen beschadigen en het veilige gebruik
ervan in gevaar kunnen brengen.
7.5 Delicate bereidingen (hulpoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT MET KEUZE
TUSSEN 50 - 250°C
Aangewezen voor gebak en taarten in bakvormen. Zeer goede
resultaten worden ook behaald bij bereidingen die vooral warmte vanaf
de bodem vereisen.
Het wordt geadviseerd de schaal op een lage geleider te schuiven.
87
Page 22
Instructies voor de gebruiker
7.6 Ontdooien (hoofdoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT OP STAND 0
De luchtverplaatsing op omgevingstemperatuur zorgt voor snelle
ontdooiing van het voedsel.
Het ontvriezen op kamertemperatuur biedt het voordeel dat de smaak en
het uitzicht van de voedingswaren niet gewijzigd wordt.
7.7 Bereiding aan het spit (hulpoven)
SCHAKELKNOP SELECTIE FUNCTIES
SCHAKELAAR THERMOSTAAT OP MAXIMUM
88
Page 23
Instructies voor de gebruiker
Dit type bereiding is alleen voorzien voor de hulpoven. Het wordt
geadviseerd hiervan gebruik te maken voor kleine stukken.
Bereid het spit voor met het voedsel, door de schroeven A van de
vorken vast te zetten. Zet het frame B in de derde geleider van beneden
af. Verwijder de handgreep D en plaats de stang van het spit zo, dat de
poelie E op de uitholling van het frame B blijft. Schuif het frame B
helemaal naar binnen totdat de stang van het spit in de behuizing C
komt, waarin hij wordt aangedreven door de motor van het spit achter in
de oven. Plaats de schaal F op de onderste geleider en giet er een
beetje water op om rookvorming te vermijden.
De ovendeur moet tijdens de bereiding gesloten blijven.
Regelmatige intermittenties van de seinlamp van de thermostaat tijdens
het bakken zijn normaal en duiden het behouden aan van een constante
temperatuur binnen in de oven.
89
Page 24
Instructies voor de gebruiker
7.8 Tabellen met aangeraden kookwijzen
De kooktijden, in het bijzonder voor vleesgerechten, zijn verschillend
naargelang de dikte en de kwaliteit van het voedsel en zijn tevens afhankelijk
van de smaak van de verbruiker.
STAND RICHEL
HOOFDSCHOTELS
LASAGNE
PATES IN DE OVEN
VLEES
KALFSGEBRAAD
RUNDSGEBRAAD
VARKENSGEBRAAD
KIP
EEND
GANS - KALKOEN
KONIJN
SCHAPEBOUT
GEBRADEN VIS 1 - 2 170 - 200 VOLGENS
PIZZA 1 - 2 210 - 240 40 - 45
PATISSERIE
SCHUIMGEBAK
ZANDDEEG
CAKE
LANGE VINGERS
BRIOCHES
FRUITTAARTEN
Vóór alle werkzaamheden moet u de elektrische voeding van het
apparaat loskoppelen.
GEBRUIK GEEN STOOMSTRAAL OM HET APPARAAT MEE
SCHOON TE MAKEN.
8.1 Reiniging van het roestvrij staal
Om het roestvrij staal in goede conditie te houden, moet het regelmatig
na elk gebruik worden schoongemaakt, nadat de oven is afgekoeld.
8.1.1 Gewone dagelijkse reiniging
Gebruik voor het schoonmaken en conserveren van de roestvrij stalen
oppervlakken altijd specifieke producten die geen schurende of zure
stoffen op chloorbasis bevatten.
Gebruikswijze: giet het product op een vochtige doek en maak hiermee
het oppervlak schoon, nauwkeurig afnemen en drogen met een zachte
doek of een zeem van damhertenleer.
8.1.2 Voedselvlekken of -restanten
Gebruik beslist geen metalen sponsjes of scherpe schrapers,
om de oppervlakken niet te beschadigen. Gebruik normale
producten voor staal, niet schurend, en maak eventueel gebruik
van houten of kunststof werktuigen.
Nauwkeurig afnemen en drogen met een zachte doek of een
zeem van damhertenleer.
Zorg ervoor dat er in de oven geen etensresten op suikerbasis
(bijv. jam) opdrogen. Als deze substanties te lang opdrogen in
de oven zouden ze de emailbekleding van de binnenkant van
de oven kunnen beschadigen.
92
Page 27
Instructies voor de gebruiker
8.2 Reiniging van de glaskeramische plaat
De glaskeramische plaat moet regelmatig worden gereinigd, bij voorkeur
na ieder gebruik, nadat de restwarmtelampjes zijn gedoofd.
Eventuele lichte vlekken veroorzaakt door pannen met
een bodem van aluminium, kunnen worden verwijderd
met een met azijn bevochtigde doek. Eventueel na het
koken overgebleven verbrande resten kunnen worden
verwijderd met de bijgevoegde spatel, waarna u de
plaat moet afspoelen met water en opdrogen met een
schone doek. Het constante gebruik van de spatel zal
de toepassing van chemische middelen aanzienlijk
verminderen bij het dagelijkse reinigen van de
kookplaat.
Gebruik in geen geval schurende of bijtende reinigingsmiddelen (bijv.
poederproducten, ovensprays, ontvlekkingsmiddelen en metalen
sponsjes).
8.3 Reiniging van de oven (zonder zelfreinigende panelen)
Om de oven in goede staat te houden, moet hij regelmatig worden
schoongemaakt, nadat hij is afgekoeld. Haal alle delen die verwijderd
kunnen worden, weg.
Moet u de zijroosters verwijderen door ze aan de voorkant op te tillen en
ze uit het gat aan de achterkant te trekken.
•GEBRUIK GEEN STOOMSTRAAL OM DE BINNENKANT VAN DE
OVEN MEE TE REINIGEN
•Maak de ovenroosters en de geleiders aan de zijkanten schoon met
warm water en niet-schurende reinigingsmiddelen, neem hen af en
maak hen droog.
93
Page 28
Instructies voor de gebruiker
Om het reinigen te vereenvoudigen, kunt u de opberglade volledig onder
de oven uittrekken.
Trek hem er helemaal uit en til hem bij de voorkant naar boven (net als bij
een gewone lade).
8.3.1 Zelfreinigende Panelen (hoofdoven(
De hoofdoven is uitgerust met panelen met continu zelfreinigend email.
Dergelijke panelen maken het schoonmaken van de oven veel
eenvoudiger en u bent verzekerd van een langdurige goede werking.
8.3.2 Gebruik van de zelfreinigende panelen
Om alle voedselresten en onprettige luchtjes uit de binnenkant van de
oven te verwijderen wordt het aanbevolen om van tijd tot tijd het
apparaat 30 tot 60 minuten lang leeg te laten werken op een
temperatuur van minimaal 200°C. Dit zal de zelfreinigende panelen in
staat stellen om de aanwezige resten te verbranden die, als de oven is
afgekoeld, met een vochtige spons kunnen worden verwijderd.
8.3.3 Onderhoud van de zelfreinigende panelen
Voor het schoonmaken van de zelfreinigende panelen raden wij het
gebruik van schuurmiddelen en gewone detergenten af. Beperk u tot
een vochtige doek om de bijzondere karakteristieken van het email dat
de panelen bedekt niet aan te tasten.
94
Page 29
Instructies voor de gebruiker
8.3.4 Demontage van de zelfreinigende panelen
Verwijder alle accessoires uit de ovenruimte en ga als volgt te werk:
1. Verwijder de roosters aan de zijkant (fig. 1);
2. Trek de zijpanelen “F” en “G” eruit (fig. 2);
3. Verwijder het paneel aan de achterkant “A” na eerst de ring met
schroefdraad “C” te hebben losgedraaid (fig. 2);
4. Plaats de panelen weer terug in de oorspronkelijke stand.
1)
2)
8.4 Deurvenster
Het wordt geadviseerd hen altijd goed schoon te houden, door hen af te
wassen met een vochtige spons en een gewoon afwasmiddel.
Gebruik voor het reinigen van de ruiten van de ovendeur geen
schurende of bijtende reinigingsmiddelen. (bijv. poeders, ovensprays,
ontvlekkingsmiddelen en metalen sponsjes).
Gebruik voor het reinigen van de glazen deuren van de oven geen ruwe
of schurende materialen of scherpe spatels van metaal, die het glas
zouden kunnen krassen en versplinteren.
95
Page 30
Instructies voor de gebruiker
8.5 Reiniging van de onderdelen van de kookplaat
Voor alle werkzaamheden moet de elektrische voeding van het
apparaat worden uitgeschakeld.
8.5.1 Barbecueplaat
Es Trek, na hem te hebben laten afkoelen,
de plaat uit diens behuizing door hem aan
de voorkant op te tillen, zoals afgebeeld in
de tekening, waarbij u ervoor moet
opletten dat u de resten die zich in de
gootjes aan de zijkanten hebben
verzameld, niet morst. Maak hem schoon
met een gewoon afwasmiddel en een nietschurende spons.
8.5.2 Schaal
Om de schaal onder het barbecueelement te verwijderen:
1. moet u de plaat verwijderen zoals
beschreven onder punt 8.5.1;
2. het element optillen en blokkeren
door de sluiting naar rechts te
verplaatsen (zoals afgebeeld in de
tekening hiernaast);
3. nu kunt u de schaal bij de twee
handvatten vastpakken en
verwijderen. U kunt hem
schoonmaken met speciale
schoonmaakmiddelen voor
roestvrij staal en een nietschurende spons.
96
Page 31
Instructies voor de gebruiker
9. BUITENGEWOON ONDERHOUD
Van tijd tot tijd moeten er kleine onderhoudswerkzaamheden worden
uitgevoerd op de oven of moeten aan slijtage onderhavige onderdelen
zoals pakkingen, lampen, enz. worden vervangen. Onderstaand vindt u de
specifieke instructies voor alle werkzaamheden van dit type.
Vóór alle werkzaamheden op onder spanning staande onderdelen
moet u de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen.
9.1 Vervanging van het lampje voor de verlichting.
Verwijder het beschermkapje A door hem linksom los te draaien, vervang
het lampje B met een vergelijkbaar exemplaar (25 W). Plaats het
beschermkapje A weer terug.
Gebruik uitsluitend lampen voor ovens (T 300°C).
97
Page 32
Instructies voor de gebruiker
9.2 Demontage van de deur
Open de deur helemaal en steek de (meegeleverde) pinnen in de gaten
aan de binnenkant. Sluit de deur in een hoek van ongeveer 45°, til hem op
en trek hem uit diens zetel. Om hem weer terug te plaatsen moet u de
scharnieren in de daarvoor bestemde gleuven steken en de deur laten
zakken tot hij op de onderkant steunt en de pinnen verwijderen. Wanne er
u de pinnen niet meer kunt vinden kunt u ook twee schroevendraaiers
gebruiken.
9.3 Pakkingen van de ovendeuren
Om de ovens goed te kunnen schoonmaken kunt u
de deurpakkingen verwijderen. Voordat u begint met
het verwijderen van de pakkingen moet u de
ovendeuren verwijderen zoals hierboven is
beschreven. Nadat u de deuren heeft verwijderd
moet u de lipjes in de hoeken opheffen zoals
afgebeeld in de figuur.
98
914772860/ C
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.