U hebt gekozen voor een premium wasmachine van het merk
Siemens.
Neem a.u.b. een paar minuten de tijd om dit te lezen en zo de
voordelen van uw wasmachine te leren kennen.
Om aan de hoge kwaliteitsstandaard van het merk Siemens te
voldoen, is de werking en de onberispelijke toestand van elke
wasmachine die onze fabriek verlaat, zorgvuldig getest.
Verdere informatie over onze producten, toebehoren,
reserveonderdelen en Service onder www.siemens-home.com of
neem contact op met onze Servicedienst.
Waar de gebruiksaanwijzing/installatievoorschrift verschillende
modellen beschrijft, wordt op de desbetreffende punten op de
verschillen gewezen.
De wasmachine pas na het lezen van de gebruiksaanwijzing en
installatievoorschrift in gebruik nemen!
Weergaveregels
m Waarschuwing!
Deze combinatie van symbool en signaalwoord wijst op een
mogelijke gevaarlijke situatie. Niet aanhouden kan de dood of
ernstig letsel tot gevolg hebben.
m Attentie!
Dit signaalwoord wijst op een mogelijk gevaarlijke situatie. Niet
aanhouden kan materiële schade of schade aan het milieu tot
gevolg hebben.
²
Aanwijzingen voor optimaal gebruik van het apparaat / nuttige
informatie.
1. 2. 3. / a) b) c)
Handelingsstappen wroden voorafgegaan door getallen of
letters.
Ø / -
Opsommingen worden door een vakje of een schuine streep
voorafgegaan.
2
Page 3
Inhoudsopgave
nl Gebruiksaanwijzing en installatievoorschrift
Vóór de was
Ø Bestemming van het apparaat4
Ø Aanwijzingen voor de veiligheid5
Ø Milieubescherming7
Ø Het apparaat leren kennen11
Apparaat bedienen
Ø Voor elke was12
Ø Wassen15
Ø Na het wassen16
Schoonmaken en onderhoud
Ø Schoonmaken en onderhoud17
Ø Storingen, wat te doen?20
Ø Servicedienst24
Apparaat plaatsen
Ø Toebehoren25
Ø Plaatsen27
Ø Transportbeveiligingen verwijderen29
Ø Wateraansluiting30
Ø Stellen33
Ø Elektrische aansluiting34
Ø Vóór de eerste was35
Ø Transporteren, bijv. bij verhuizing36
Index37
3
Page 4
Vóór de was
Bestemming van het apparaat
Ø Uitsluitend voor huishoudelijk gebruik.
Ø Voor het wassen van in de machine wasbaar textiel en met
de hand wasbare wol in sop.
Ø Gebruik voor het wassen van uw wasgoed koud leidingwater
en in de handel verkrijgbare wasmiddelen die voor
wasmachines geschikt zijn.
Ø Bij dosering van alle wasmiddelen de aanwijzingen van
de fabrikant in acht nemen.
Ø De wasmachine kan worden bediend door kinderen vanaf 8
jaar, door personen met fysieke, sensorische of psychische
beperkingen of door personen met gebrekkige ervaring of
kennis, indien deze onder toezicht staan of door een
verantwoordelijke persoon zijn geïnstrueerd.
Ø Huisdieren uit de buurt van het apparaat houden!
Lees a.u.b. de gebruiksaanwijzing, het installatievoorschrift en
alle meegeleverde informatie over uw wasautomaat door en
handel zoals is beschreven.
Bewaar alle gegevens voor later gebruik.
4
Page 5
Aanwijzingen voor de veiligheid
m Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Er is sprake van levensgevaar bij contact met
spanningsvoerende delen.
– Alleen aan de stekker, nooit aan de kabel trekken.
– Stekker uitsluitend met drogen handen in het
stopcontact steken of er uit halen.
m Waarschuwing!
Gevaren voor kinderen!
– Kinderen niet zonder toezicht bij de wasautomaat
laten.
– Kinderen mogen niet spelen met de wasautomaat.
– Kinderen kunnen zich in apparaten opsluiten en in
levensgevaar geraken.
Bij versleten apparaten:
– Netstekker uit contactdoos trekken.
– Aansluitkabel doorknippen en met stekker verwijderen.
– Slot van het deksel onklaar maken.
– Kinderen mogen geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden uitvoeren zonder
toezicht.
– Kinderen kunnen zich bij het spelen in
verpakkingen/folie en verpakkingsonderdelen
wikkelen of deze over het hoofd plaatsen en
stikken.
Verpakkingen, folie en verpakkingsonderdelen uit
de buurt van kinderen houden.
– Was- en verzorgingsmiddelen kunnen bij inname
leiden tot vergiftiging resp. bij contact leiden tot
oog-/huidirritaties.
Was- en verzorgingsmiddelen op een voor
kinderen niet toegankelijke plek bewaren.
m Waarschuwing!
Explosiegevaar!
Met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen, bijv.
vlekkenverwijderaar / wasbenzine voorbehandeld
5
Page 6
wasgoed kan na het plaatsen tot een explosie leiden.
Wasgoed van te voren grondig met de hand
uitspoelen.
m Attentie!
Verbrandingsgevaar!
Bij het wassen met hoge temperaturen kan bij
aanraking met heet wassop (bijv. bij het afpompen van
heet sop in een wasbak of bij een noodlediging tot
verbrandingen komen. Wassop laten afkoelen.
m Attentie!
Gevaar door beschadiging van het apparaat!
– Deksel kan breken!
Niet op de wasautomaat klimmen.
m Attentie!
Gevaar bij contact met vloeibare was-/verzorgingsmiddelen!
Voorzichtig bij het openen van het deksel met gevuld
wasmiddelreservoir.
In geval van contact met ogen/huid grondig uit-/
afspoelen.
Bij per abuis innemen een arts raadplegen.
6
Page 7
Milieubescherming
Verpakking/Oude apparaat
)
De verpakking milieuvriendelijk (laten) afvoeren.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming met de
Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (waste electrical and
electronic equipment - WEEE).De richtlijn geeft het kader aan
voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude
apparaten.
Besparingsinstructie
Ø Benut de maximale hoeveelheid wasgoed van het
betreffende programma.
Ø Normaal verontreinigde was zonder voorwas wassen.
Ø Automatisch uitschakelen: Wanneer het apparaat langere
tijd niet bediend wordt, schakelt het zich voor de
programmastart en na het einde van het programma
automatisch uit om energie te besparen. Om de wasmachine
weer in te schakelen, de programmakiezer op Uit/O draaien
en daarna opnieuw het gewenste programma kiezen.
Ø Wanneer het wasgoed aansluitend in de droogautomaat
gedroogd wordt, het centrifugetoerental overeenkomstig de
handleiding van de fabrikant van de droogautomaat kiezen.
Informatie over EU-richtlijn
Informatie over de richtlijn (EU) 1015/2010 vindt u in de
uitgebreide productinformatie hierna. De achtergrond zijn de
energiebesparingseisen, waaraan alle in de EU verkochte
apparaten aan moeten voldoen. Op één van de volgende
pagina's is een energielabel schematisch met toelichting
weergegeven. Het energielabel van uw apparaat bevindt zich aan
de zijkant of voorkant van het apparaat. Het energielabel bevat
een overzicht van de specifieke waarden van uw apparaat.
Productinformatie
Ø Het meest efficiënte programma voor textiel van katoen
Programma's die geschikt zijn voor het reinigen van normaal
vervuild katoenen textiel en die qua gecombineerd energie- en
waterverbruik het efficiëntst zijn, vindt u in de bijgaande
programmatabel.
7
Page 8
**Programma-instelling voor test- en energie-etikettering conform
de richtlijn 2010/30/EU met koud water (15 ºC). De
programmatemperatuur richt zich op de temperatuur zoals
vermeld in het label van het textiel. De daadwerkelijke
wastemperatuur kan vanwege energiebesparing afwijken van de
aangegeven programmatemperatuur.
Ø Restvochtigheid van de was
De centrifuge-efficientlieklasse van uw apparaat kunt u vinden op
het energielabel. Het procentuele restvochtgehalte bij uw
centrifuge-efficientieklasse vindt u in de volgende tabel.
Centrifuge-efficientieklasseRestvocht D in %
A (hoogste efficiëntie)D < 45
B45 ≤ D < 54
C54 ≤ D < 63
D63 ≤ D < 72
E72 ≤ D < 81
Juiste keuze wasmiddel
Voor de juiste keuze van wasmiddel, temperatuur en
wasbehandeling is het textiellabel bepalend, zie ook de website
www.sartex.ch. Op de website www.cleanright.eu vindt u veel
andere nuttige info over was- verzorgings- en reinigingsmiddelen
voor huishoudelijk gebruik.
Was- en textielsoortWastemperatuurWasmiddel
Kookwas witte was
van linnen of katoen
M
Bonte was van linnen of katoen
Bonte Was van
kreukherstellende
vezels, synthetisch
M
20 °C - max. 90 °CWasmiddel voor alle tem-
20 °C - max. 60 °CBontwasmiddel zonder
20 °C - max. 60 °CBont-/fijnwasmiddel zon-
peraturen met bleekmiddel en optische witmakers
bleekmiddel of optische
witmakers
der optische witmiddelen
N
Gevoelig fijn textiel,
zijde of viscose
W
Wol
8
O
20 °C - max. 40 °CFijnwasmiddel
20 °C - max. 40 °CWolwasmiddel
Page 9
Milieubeschermings- en besparingstips
Naast de instructies in de gebruikershandleiding kunt u bij het
aanhouden van de volgende aanwijzingen kosten besparen en
het milieu sparen. Bij licht en normaal vervuilde was kan energie
(verlaging va de wastemperatuur) en wasmiddel bespaard
worden.
Gereduceerde temperatuur en
wasmiddelhoeveelheid volgens doseeraanbeveling licht
Temperatuur volgens textieletiket en hoeveelheid wasmiddel
volgens doseeraanbeveling
sterk
LichtGeen verontreinigingen
en vlekken te zien. Kledingstukken hebben lichaamsgeur
aangenomen, bijv. lichte
zomer-/sportkleding (enkele uren gedragen), Tshirts, overhemden, blouses (tot max. 1 dag gedragen), beddengoed en
handdoeken van gasten
(1 dag gebuikt)
NormaalVerontreiniging zichtbaar
/ of een paar lichte vlekken zichtbaar, bijv. Tshirts, overhemden, blouses (bezweet, vaker gedragen), handdoeken,
beddengoed (tot 1 week
gebruikt)
Compartiment IWasmiddel voor voorwas
Compartiment iWasverzachter, stijfsel, bleekmiddel
Compartiment II Wasmiddel voor hoofdwas, ontharder, vlekkenzout
De “MAX“ -markering nooit overschrijden.
²
11
Page 12
Apparaat bedienen
Voor elke was
Let er op dat
²
– de wasautomaat deskundig wordt geplaatst en
aangesloten. ~ Blz. 27
– Voor de 1e keer wassen eenmaal helemaal zonder wasgoed
gewassen word. ~ Blz. 35
1. Wasgoed voorbereiden
Wasgoed sorteren aan de hand van:
Ø Soort weefsel/vezels
Ø Kleur
Ø Mate van vervuiling
Ø Neem de aanwijzingen van de fabrikant op de verpakking in
acht.
Ø Wasgoed sorteren volgens de gegevens op de wasmerkjes:
< ;
: 9 8
B A >
L K
W L K
Ž
Witte was 95 °C, 90 °C
Bonte was 60 °C, 40 °C, 30 °C
Kreukherstellend 60 °C, 40 °C, 30 °C
Fijne was 40 °C, 30 °C
Textiel dat met de hand of in de machine gewassen mag
worden van zijde en wol koud, 40 °C, 30 °C
Wasgoed niet in de wasmachine wassen.
12
Wasgoed en machine ontzien:
– Bij dosering van alle was-, hulp-, verzorgings- en
²
reinigingsmiddelen beslist de aanwijzingen van de fabrikant
in acht nemen.
– Reinigingsmiddelen en middelen voor de voorbehandeling
van wasgoed (bijv. vlekkenmiddelen, voorwassprays, ...) niet
in contact laten komen met de oppervlakken van de
wasmachine. Eventuele sprayresten en andere resten/
druppels direct met een zachte doek afvegen.
– Zakken leegmaken.
– Metalen voorwerpen (zoals paperclips etc.) verwijderen.
– Tere weefsels in een wasnet wassen (panty’s, BH’s met
beugel).
– Ritssluitingen sluiten, overtrekken dichtknopen.
– Zand uit zakken en omslagen borstelen.
– Rollertjes van vitrage verwijderen of vastbinden in een netje.
– Nieuw wasgoed apart wassen.
Page 13
2. Apparaat voorbereiden
Stekker in het stopcontact steken.
Kraan opendraaien.
3. Was in de trommel doen, programma kiezen
1.
Deksel van de machine openen door omhoog te trekken.
2.
De achterste trommelklep vasthouden, met de andere hand
de schuif in de richting van de pijl schuiven en de voorste
trommelklep iets naar achteren drukken, tot het
sluitmechanisme opent.
3.
Wasgoed afzonderlijk in de machine doen. Maximale
belading volgens programmatabel niet overschrijden.
– Een te volle trommel vermindert het wasresultaat en leidt tot
²
meer kreukvorming.
– Grote en kleien stukken wasgoed mengen. Wasgoed van
verschillende grootte verdeelt zich beter bij het centrifugeren.
– Was niet met de klep van de trommel in de trommel drukken.
4.
Voor het sluiten de beide trommelkleppen over de
trommelopening voeren, de achterste over de voorste klep,
vervolgens beide iets naar beneden drukken, totdat het
sluitmechanisme vastklikt.
– Let er op dat de trommelkleppen correct sluiten:
²
De metalen haken moet volledig in elkaar sluiten; de schuif
moet iets over de achterste trommelklep steken.
– Geen wasgoed inklemmen tussen klep en trommel.
5.
Programma kiezen.
Programma met extra functies overeenkomstig de
programmatabel kiezen. Temperatuur en centrifugetoerental
instellen.
13
Page 14
4. Was- en onderhoudsmiddel
1.
De keuze van het juiste wasmiddel hangt af van:
– Soort textiel
– Kleur van het textiel
– Wastemperatuur
– Soort en mate van de verontreiniging
– Geen vloeibaar wasmiddel gebruiken bij ingeschakelde
²
²
“Uitgestelde start“.
– Geen vloeibaar wasmiddel gebruiken voor de hoofdwas,
wanneer de extra functie “Voorwas“ is gekozen.
– Uitsluitend was- en verzorgingsmiddelen voor wasautomaten
voor huishoudelijk gebruik gebruiken.
– Stroperige wasverzachter en stijfsel met een beetje water
verdunnen.
2.
Doseren overeenkomstig:
– De informatie van de producent
– Soort en mate van de verontreiniging
– Waterhardheid (op te vragen bij uw waterbedrijf)
– Overdosering leidt tot verhoogde schuimvorming en
verslechterd de reinigende werking.
– Onderdosering leidt tot het grauw worden van het wasgoed
en tot kalkafzetting.
– Hooggeconcentreerde poeder- en vloeibare wasmiddelen
direct in de trommel doseren.
3.
Was- en verzorgingsmiddelen toevoegen:
– Was- en verzorgingsmiddelen niet vullen tot boven de
“MAX“ markering.
– Bij programma's zonder voorwas met temperaturen
tussen koud en 40°C een vloeibaar wasmiddel gebruiken.
Ook wanneer “Uitgestelde start“ niet is geactiveerd.
Voorkomt witachtige wasmiddelrestanten.
5. Programma starten
Informatie over de programma's kunt u vinden in de afzonderlijke
²
programmatabel.
Ø Start kiezen.
14
Page 15
Wassen
Tijdens het wassen
Ø Kinderslot (indien aanwezig; afhankelijk van het model)
Om de wasmachine tegen onbedoeld wijzigen van de
ingestelde functies te wijzigen, kan het kinderslot geactiveerd
worden.
activeren/deactiveren: De met het sleutelsymbool
gemarkeerde toetsen minimaal 3 seconden gelijktijdig
ingedrukt houden.
Er verschijnt een sleutelsymbool in het Display (indien
aanwezig).
Ø Programma Wijzigen
Wanneer per ongelijk een verkeerd programma is gestart.
1. Start kiezen. Indicatielampje knippert.
2. Ander programma andere optie, temperatuur of toerental
kiezen.
3. Start kiezen. Het nieuwe programma begint in de fase
waarin het vorige programma werd onderbroken.
Ø Programma afbreken
1. Wissen ca. 3 seconden indrukken.
2. In het display (indien aanwezig) verschijnt rES.
3. Eventueel aanwezig water wordt afgepompt.
4. Deksel kan geopend worden.
Programma-einde
Het “deksel ontgrendeld“ symbool gaat branden resp. verschijnt
op het display (indien aanwezig).
15
Page 16
Na het wassen
1.
programmakiezer op “Uit“ zetten.
2.
Machine openen, was er uit nemen
– Geen wasgoed in de trommel vergeten. Dit kan bij de
²
volgende was verkleuren of iets anders kleur geven.
– Deksel en trommel open laten, zodat resterend water kan
opdrogen.
– Altijd het programma-einde afwachten, omdat anders het
apparaat nog vergrendeld is.
3.
Waterkraan sluiten.
16
Page 17
Schoonmaken en onderhoud
Schoonmaken en onderhoud
Automaatbehuizing/Bedieningspaneel
Ø Wasmiddelresten direct verwijderen.
Ø Met een zachte, vochtige doek afnemen.
Ø Reinigen met waterstraal niet toegestaan.
Ø Geen oplosmiddel houdende reinigingsmiddelen,
schuurpoeder, glasreiniger, allesreiniger of ontbrandbare
vloeistoffen gebruiken. Deze kunnen het oppervlak
beschadigen.
Wastrommel
Chloorvrij schoonmaakmiddel gebruiken, geen staalwol, geen
ontbrandbare vloeistoffen.
Ontkalken
Bij een juiste dosering van het wasmiddel niet nodig. Indien toch:
te werk gaan volgens de aanwijzingen van de fabrikant van het
ontkalkingsmiddel. Geschikte ontkalkers zijn verkrijgbaar via
onze website of via de klantenservice, ~ Blz. 24.
Wasmiddelreservoir schoonmaken
Het wasmiddelreservoir regelmatig schoonmaken (minstens 3 of
4 keer per jaar) om te voorkomen dat wasmiddel zich erin
vastzet.
1.
Drukknop boven het wasverzachtercompartiment, in het
midden van het wasmiddelreservoir, indrukken.
2.
Wasmiddelreservoir er naar voren uittrekken.
Er kan water in het wasmiddelreservoir zitten.
²
Wasmiddelreservoir horizontaal houden.
3.
Wasmiddelreservoir onder stromend water uitspoelen. Het
inzetstuk van het wasverzachtercompartiment kan aan de
achterzijde van het wasmiddelreservoir voor
reinigingsdoeleinden verwijderd worden.
4.
Het inzetstuk van het wasverzachtercompartiment aan de
achterzijde van het wasmiddelreservoir eventueel weer
terugplaatsen.
17
Page 18
5.
Het onderste sluitlipje van het wasmiddelreservoir in de
hiervoor bestemde openingen in het deksel leiden en het
wasmiddelreservoir tegen het deksel drukken tot het inklikt.
Filter van de pomp verstopt
De wasautomaat is uitgerust met een zelfreinigende pomp. Het
filter houdt voorwerpen zoals knopen, munten, etc. tegen.
Filter regelmatig controleren (minimaal twee- drie maal per jaar).
Met name
Ø wanneer de wasautomaat niet goed afpompt of niet
centrifugeert.
Ø wanneer de indicatie “pomp reinigen“ gaat branden.
m Waarschuwing!
Verbrandingsgevaar!
Sop is heet bij het wassen met hoge temperaturen. Bij
contact met het hete sop kunnen er verbrandingen
optreden.
Wassop laten afkoelen.
Waterkraan dichtdraaien, zodat er geen water meer instroomt en
²
via de pomp weer afgevoerd moet worden.
1.
Apparaat uitschakelen. Netstekker uit contactdoos trekken.
2.
Toegang tot de pomp met bijv. een schroevendraaier
openen.
3.
Schaal er onder plaatsen.
4.
Filter langzaam linksom draaien. Nog niet verwijderen!
5.
Water laten weglopen.
18
6.
Filter er helemaal uitdraaien.
7.
Filter en filterkamer reinigen.
8.
Verifiëren dat de pompschoep (in de behuizing in het filter)
bewogen kan worden.
9.
Filter plaatsen. Rechtsom tot de aanslag vastschroeven.
10.
1 liter wasser in de trommel gieten, om te controleren dat er
geen water uit het filter loopt.
11.
Pomptoegang sluiten.
12.
Netstekker insteken.
Page 19
Afvoerslang aan de sifon verstopt
1.
Apparaat uitschakelen. Stekker uit het stopcontact trekken.
Afvoerslang en aansluitstuk op de sifon schoonmaken.
4.
Afvoerslang weer erop steken en de aansluiting met een
slangklem vastzetten.
Zeef in watertoevoer verstopt
Zeef regelmatig controleren en reinigen (minimaal twee- tot drie
keer per jaar).
1.
Waterkraan sluiten! Netstekker uit contactdoos trekken.
2.
Slang van waterkraan schroeven.
3.
Zeef aan uiteinde van de slang zorgvuldig met een kleine
borstel (bijv. tandenborstel) reinigen.
Slang niet in het water dompelen.
²
4.
Slang weer op de waterkraan schroeven. Geen tang
gebruiken!
5.
Netstekker insteken.
Toevoerslang
²
– Regelmatig controleren op broosheid en scheuren, eventueel
vervangen.
– De waterstop-toevoerslang (fig. links) is voorzien van een
veiligheidsventiel, ter bescherming tegen ongecontroleerde
watertoevoer. Wanneer het kijkvenster (zie horizontale pijl)
van dit ventiel rood is gekleurd, dan betekent dit dat het
veiligheidsventiel is geactiveerd. Slang moet vervangen
worden ~ Servicedienst
– De waterstop-toevoerslang is afhankelijk van het model
voorzien van een ontgrendelingsinrichting (zie verticale pijl),
welke ingedrukt gehouden moet worden, terwijl de slang van
de kraan wordt afgeschroefd.
– Bij toevoerslangen met transparante mantel, regelmatig de
kleur van de mantel controleren. Een lokale intensivering van
de kleur wijst op een lek. De slang moet worden vervangen.
~ Servicedienst
19
Page 20
Storingen, wat te doen?
Verwijderen van een voorwerp tussen trommel en kuip
Wanneer er een voorwerp tussen de trommel en de kuip valt, dan
kunt u dat als volgt verwijderen:
1.
Apparaat uitschakelen, stekker uit het stopcontact halen.
2.
Wasgoed uit de trommel halen.
3.
Trommelkleppen sluiten en trommel een halve slag draaien.
4.
Met een schroevendraaier op het kunststof drukken en
ondertussen het kunststof deel van links naar rechts
schuiven; Het onderdeel valt in de trommel.
20
5.
Trommel een halve omwenteling draaien; het voorwerp kan
door de ontstane opening in de trommel worden verwijderd.
6.
Kunststof deel in de trommel weer plaatsen. Kunststof punt
boven de opening aan de rechter kant van de trommel
positioneren.
7.
Kunststof onderdeel tot aan het inklikken van rechts naar
links schuiven.
8.
Trommelkleppen sluiten en de trommel een halve
omwenteling draaien. Positie en bevestiging van het kunststof
deel controleren.
9.
Stekker weer in stopcontact steken
Page 21
StoringOorzaak/Oplossing/Advies
Machine start niet;
geen enkele indicatie brandt
Apparaat start niet
na het indrukken van
Start/Pauze
Wasautomaat stopt
in het programma,
indicatie Start/Pauze
knippert
Resten van wasmiddelen in het wasmiddelreservoir na
het wassen
Sterke geluidsontwikkeling, trillingen
en “wandelen” bij
het centrifugeren.
Centrifugeresultaat
niet naar tevredenheid.
Wasgoed nat / te
vochtig.
– Zit de stekker in het stopcontact?
– Stopcontact defect? Zekering in orde?
– Deksel goed gesloten?
– Toetsenblokkering geactiveerd? Voor het ontgrendelen de met
het sleutelsymbool gemarkeerde toetsen minimaal 3 seconden
gelijktijdig ingedrukt houden. Sleutelsymbool op het display
dooft.
– Spoelstop geactiveerd? Op Start/Pauze drukken of Afpompen
starten om af te ronden.
– Programma werd gewijzigd. Programma opnieuw starten.
– Programma onderbroken en deksel geopend? Deksel sluiten en
programma opnieuw starten.
– Oplichten foutindicaties?
– Watertoevoer en -slang controleren.
– Wasmiddelreservoir goed geplaatst?
– Filter in toevoerslang verstopt?
– Staat de wasautomaat horizontaal? Is deze goed horizontaal ge-
steld?
– Transportbeveiliging verwijderd?
Apparaat beschikt over een onbalans controlesysteem. Na het beladen met zware afzonderlijke stukken wasgoed (bijv. badjas) wordt
het centrifugetoerental automatisch gereduceerd om de machine te
sparen. Eventueel wordt het centrifugeren afgebroken (zie ook de
paragraaf hierna "Onbalans bij het centrifugeren").
– Lichte stukken wasgoed toevoegen en centrifugeprogramma
herhalen.
– Overmatige schuimvorming kan het centrifugeren verhinderen.
Spoelen en centrifugeren starten. Overmatige wasmiddeldose-
ring vermijden.
– Lager centrifugetoerental ingesteld?
21
Page 22
StoringOorzaak/Oplossing/Advies
Programmaduur langer/korter dan oorspronkelijk
weergegeven/aangegeven.
“Onbalans bij het
centrifugeren”
De centrifuge-indicatie in de programmaverloop-weergave
knippert of het centrifugetoerental op
het display knippert
na programma-einde (afh. van model).
Het wasgoed is nog
zeer nat.
Geen fout.
De wasautomaat past op basis van factoren zoals overmatige
schuimvorming, beladingsonbalans door zware stukken wasgoed,
langere verwarmingstijd door gereduceerde watertoevoertemperatuur etc. de programmaduur overeenkomstig aan.
Onbalans in de wasgoedbelading tijdens het centrifugeren heeft de
centrifugefase ter bescherming van de wasautomaat geannuleerd.
De oorzaak een kleine wasgoedbelading zijn welke uit slechts weinig delen bestaat (bijv. handdoeken) of grote/zware stukken wasgoed.
– Indien mogelijk kleinere ladingen wasgoed vermijden.
– Indien mogelijk meerdere stukken wasgoed van verschillende
grootte toevoegen, wanneer een groot of zeer zwaar stuk wasgoed gewassen moet worden.
Wanneer u de natte was wilt centrifugeren: Meerdere stukken wasgoed van verschillende grootte in de machine doen en het programma "Spoelen / centrifugeren" starten.
Knipperende foutindicatie
Waterkraan dichtGeen of onvoldoende watertoevoer.
Pomp reinigenWater wordt niet afgepompt.
Servicebdd (Model-
Weergave in
het display
(indien aanwezig)
len zonder
display):
Alle controlelampen
branden)
Oorzaak/oplossing
– Waterkraan dicht / niet volledig geopend,
– Toevoerslang geknikt/afgeklemd
– Waterdruk te laag. Zeef reinigen.
– voor modellen met waterstop-slang: Kleur in con-
trolevenster van het veiligheidsventiel rood - Slang
vervangen.
Na verhelpen van de oorzaak programma Afpompen
starten of toets Annuleren minimaal 3 seconden ingedrukt houden.
Wasautomaat stopt midden in het programma.
Trommelklep open / niet correct gesloten: Toets Annuleren minimaal 3 seconden ingedrukt houden tot
Deur open gaat branden. Programmakiezer op "Uit"
draaien, deksel openen, trommelklep sluiten. Programma opnieuw starten.
22
Page 23
Knipperende foutindicatie
ServiceVan F02 t/
Weergave in
het display
(indien aanwezig)
m F35
Oorzaak/oplossing
Storing van een elektrisch component.
Programma afpompen starten of toets Annuleren / Afpompen minimaal 3 seconden ingedrukt houden.
F06
FA
ServiceFodExtreme schuimvorming
Mocht één van de storingen hardnekkig zijn: stekker uit het stopcontact halen, waterkraan
sluiten en contact opnemen met de Servicedienst.
Controleer of voor het type wasgoed het juiste programma is gekozen en de maximale beladingshoeveelheid is aangehouden (zie programmatabel)."Stop
Prog." minimaal 3 seconden ingedrukt houden;het
programma wordt afgebroken.Daarna het programma
kiezen dat
Storing van de waterstopinrichting.
Apparaat uitschakelen, stekker uit het stopcontact halen, waterkraan sluiten.
Machine voorzichtig naar voren kantelen. Water uit
bodem van apparaat laten lopen. Vervolgens:
– Stekker weer in stopcontact steken
– Waterkraan openen
– Programma opnieuw starten
Programma onderbroken door overmatige schuimvorming
– Programma Spoelen en centrifugeren starten.
– Gewenste programma opnieuw starten. Minder
wasmiddel gebruiken
23
Page 24
Servicedienst
Kunt u de storing niet zelf opheffen, Storingen, wat te doen? ~ Blz. 20, neem dan a.u.b. contact op met onze Servicedienst.
Wij vinden altijd een passende oplossing, ook om onnodig
bezoek van een monteur te voorkomen.
Geef a.u.b. aan de Servicedienst het typenummer (E-Nr.) en het
fabricagenummer (FD) van het apparaat door.
(1U)'
TypenummerFabricagenummer
Vertrouw op de competentie van de fabrikant.
Neem contact op met ons. Zo weet u zeker dat de reparatie door
getrainde servicemonteurs met originele reserve-onderdelen
wordt uitgevoerd.
Deze informatie vindt u
achter het toegangsklepje van de pomp en
op de achterzijde van
het apparaat.
Extra benodigd bij aansluiting van de waterafvoerslang op een
sifon:
1 slangklem Ø 24–40 mm (bij de ijzerhandel of bouwmarkt) om
aan een sifon aan te sluiten. Wateraansluiting~ Blz. 32
Handig gereedschap:
Ø Waterpas voor het horizontaal stellen
Ø Platte schroevendraaier of steeksleutel nr. 8 voor het
losdraaien van de transportbeveiligingen
25
Page 26
Slang- en leidinglengten
$DQVOXLWLQJOLQNV
DIKYDQPRGHO
RI
$DQVOXLWLQJUHFKWV
aFP
aFP
²
aFP
Bij gebruik van de slanghouder wordt het aantal mogelijke
slanglengten beperkt!
Verkrijgbaar bij de vakhandelaar/Servicedienst:
Ø Verlengingen voor Aquastop- resp. koudwatertoevoerslang
(ca. 2,50 m).
Bestelnr. WMZ2380, WZ10130, CZ11350, Z7070X0
Ø Langere toevoerslang (ca. 2,5 m) voor model standaard.
Technische gegevens
Afmetingen
(Breedte x Diepte x
Hoogte)
Gewichtca. 58 kg
Elektrische aansluitingNominale spanning 220-240 V, 50 Hz
Waterdruk100-1000 kPa (1-10 bar)
aFP
aFP
aFP
40 x 65 x 90cm
Nominale stroom 10 A
Nominaal vermogen 2300 W
PD[
FP
26
Page 27
Plaatsen
Vocht in de wastrommel is te wijten aan de eindcontrole in de
²
fabriek.
Veilig plaatsen
m Waarschuwing!
Letselgevaar!
– De wasmachine is zwaar - Voorzichtig/Gevaar bij
– Bij het tillen van de wasautomaat kunnen
m Attentie!
Struikelgevaar!
Door ondeskundig leggen van de slang- en
aansluitkabels bestaat struikel- en letselgevaar.
Slangen en leidingen zo leggen dat er geen
struikelgevaar bestaat.
het tillen. Minstens met twee personen tillen.
uitstekende onderdelen (bijvoorbeeld deksel)
afbreken en letsel veroorzaken.
Wasautomaat niet aan uitstekende onderdelen
optillen.
m Attentie!
Wasautomaat kan beschadigd raken!
– Bevroren slangen kunnen scheuren/barsten.
Wasautomaat niet in ruimtes waar het kan vriezen of
buiten opstellen.
– Bij het tillen van de wasautomaat aan uitstekende
onderdelen (bijv. deksel) kunnen de onderdelen
afbreken en de wasautomaat beschadigd raken.
Wasautomaat niet aan uitstekende onderdelen
optillen.
– Behalve de hier vermelde aanwijzingen kunnen ook
²
bijzondere voorschriften van de verantwoordelijke water- of
elektriciteitsbedrijven van toepassing zijn.
– In twijfelgevallen door een vakman laten aansluiten.
27
Page 28
De juiste plaats
Stabiliteit is belangrijk zodat de wasmachine tijdens het
²
centrifugeren niet „wegloopt”.
– De ondergrond moet stevig en waterpas zijn.
– Niet geschikt voor zachte vloerbedekking.
Plaatsen op houten vloer of zwevend gelegde vloer
m Waarschuwing!
Wasautomaat kan beschadigd raken!
Apparaatvoeten van de wasautomaat met
vloerbevestiging monteren.
Vloerbevestiging: Bestelnr. WMZ 2200, WX 9756,
CZ 110600, Z 7080X0
– Wasautomaat indien mogelijk in een hoek plaatsen.
²
– Waterbestendige houtplaat (min. 30 mm dik) op de vloer
schroeven.
28
Page 29
Transportbeveiligingen verwijderen
m Attentie!
Wasautomaat kan beschadigd raken!
Niet verwijderde transportbeveiligingen kunnen bij
gebruik de wasautomaat resp. de trommel
beschadigen.
Voor het eerste gebruik absoluut de
transportbeveiliging volledig verwijderen en bewaren.
1.
De twee schroeven“A“ alsmede de vier schroeven “B“ met
een platte schroevendraaier of steeksleutel nr.8 verwijderen.
$
%
2.
Transportbeveiliging verwijderen.
3.
De vier schroeven “B“ weer plaatsen. Schroeven vastdraaien.
4.
De meegeleverde afdekkappen in de openingen plaatsen.
m Attentie!
Niet vergeten de vier schroeven "B" weer aan te
brengen! Goed vastdraaien!
m Attentie!
Wasautomaat kan beschadigd raken!
Om bij later transport transportschade te voorkomen,
de transportbeveiliging voor transport absoluut weer
inbouwen.
29
Page 30
Wateraansluiting
m Attentie!
Waterstop-veiligheidsvoorziening niet in water
onderdompelen.
– Om lekkage of waterschade te voorkomen, de aanwijzingen
²
– Wasautomaat alleen gebruiken met koud drinkwater.
– Niet op een mengkraan van een drukloze boiler aansluiten.
– Uitsluitend de meegeleverde of een in de geautoriseerde
– bij twijfel door de vakman laten aansluiten.
Watertoevoer
Watertoevoerslang niet knikken, afknellen, modificeren of
²
doorsnijden (de stevigheid wordt dan niet langer gegarandeerd).
Optimale waterdruk in het leidingnet: 100-1000 kPa (1-10 bar)
Ø Bij geopende waterkraan stroomt er minstens 8 l/min.
Ø Bij een hogere waterdruk een reduceerventiel laten
1.
in dit hoofdstuk absoluut aanhouden!
vakhandel gekochte toevoerslang gebruiken, geen gebruikte
slang toepassen!
inbouwen.
Watertoevoerslang aansluiten.
30
m Attentie!
PLQâPP
De schroefdraad van de aansluitingen kan beschadigd raken
Wanneer de koppelingen te vast worden aangedraaid
m.b.v. gereedschap (tang), dan kan de schroefdraad
beschadigd raken.
Koppelingen uitsluitend met de hand vastdraaien.
op waterkraan (¾" = 26,4 mm):
PD[
op apparaat:
PD[
Page 31
Aquastop-slang losschroeven:
2QWJUHQGHO
KHQGHO
Voor het losschroeven van de Aquastop-slang (indien
aanwezig) de ontgrendelingshendel (indien aanwezig)
ingedrukt houden.
2.
Waterkraan voorzichtig openen en daarbij de lekdichtheid
van de aansluitingen controleren.
Schroefkoppeling staat onder druk van de waterleiding.
²
Waterafvoerslang aansluiten
– Waterafvoerslang niet knikken of in de lengte uitrekken.
²
– Hoogteverschil tussen opstelvlak en afvoer: 55 - max. 100
cm
Afvoer in een wastafel
m Waarschuwing!
Waterschade mogelijk!
Wanneer de ingehangen afvoerslang door de hoge
waterdruk bij het afpompen uit de wastafel schiet, dan
kan het uitstromende water leiden tot waterschade.
Afvoerslang borgen tegen het er uit schieten.
m Attentie!
Het apparaat kan beschadigd raken!
Wanneer het uiteinde van de afvoerslang in het
afgepompte water dompelt, kan water in het apparaat
worden teruggezogen!
– De stop mag de afvoer van de wastafel niet
afsluiten.
– Kleine wastafels zijn niet geschikt.
– Bij het afpompen controleren of het water snel
genoeg wegloopt.
– Het uiteinde van de afvoerslang mag niet in het
afgepompte water steken!
31
Page 32
Afvoerslang leggen:
De bocht moet helemaal aan het uiteinde van de afvoerslang
²
bevestigd worden.
Afvoer in een sifon
m Waarschuwing!
Waterschade mogelijk!
Wij adviseren u om de afvoerslang goed te
bevestigen. Als dit niet goed is aangesloten kan de
afvoerslang los raken. Uit de afvoerslang komt dan
water dat schade kan veroorzaken.
De aansluiting met een slangklem, Ø 24–40 mm (bij
de ijzerhandel of bouwmarkt) vastzetten.
Aansluiting
Afvoer in een kunststof buis met rubberen mof
m Waarschuwing!
Waterschade mogelijk!
Wanneer de afvoerslang door de hoge waterdruk bij
het afpompen uit de kunststof buis schiet, dan kan het
uitstromende water leiden tot waterschade.
Afvoerslang borgen tegen het er uit schieten.
Aansluiting
32
Page 33
Stellen
1.
2.
Alle apparaatvoeten moeten stevig op de vloer staan.
²
De wasautomaat mag niet wiebelen!!
3.
– De contramoeren van alle apparaatvoeten moeten stevig
²
– Overmatig geluid, trillingen en "wandelen" kunnen het gevolg
Contramoer met steeksleutel in richting van de pijl
losdraaien.
Horizontaalstand van de wasautomaat met waterpas
controleren, eventueel corrigeren. Hoogte wijzigen door aan
de apparaatvoet te draaien.
Contramoer tegen de behuizing vastdraaien.
De voet daarbij vasthouden en niet in de hoogte verstellen.
tegen de behuizing zijn geschroefd!
zijn van het niet goed horizontaal stellen!
33
Page 34
Elektrische aansluiting
Elektrische veiligheid
m Waarschuwing!
Levensgevaar door elektrische stroom!
Bij contact met onder spanning staande onderdelen
bestaat er levensgevaar.
– Alleen aan de stekker, nooit aan de kabel trekken.
– Stekker alleen met droge handen in het
stopcontact steken en eruit trekken.
– Nooit aan de stekker trekken terwijl de machine
draait.
– Het apparaat uitsluitend via een volgens de
voorschriften aangebracht, randgeaard stopcontact
op wisselstroom aansluiten.
– De netspanning moet overeenkomen met op het
typeplaatje aangegeven spanning.
– De aansluitwaarde en de vereiste zekering is op
het typeplaatje aangegeven.
Wij verzekeringen u ervan dat:
– de stekker in het stopcontact past.
– de doorsnede van de elektrische kabel groot
genoeg is.
– het aardingssysteem volgens de voorschriften is
geïnstalleerd.
– Vervanging van de aansluitkabel (indien nodig)
alleen door een vakkundig monteur. Een nieuwe
kabel is bij de Servicedienst tegen meerprijs
verkrijgbaar.
– Geen meervoudige stekkers/contactdozen en/of
verlengkabels gebruiken.
– Bij gebruik van een aardlekschakelaar mag alleen
een type met dit symbool gebruikt worden:
Alleen aardlekschakelaars met dit symbool
voldoen aan de nu geldende voorschriften.
– De stekker moet altijd bereikbaar zijn.
z.
34
Page 35
Vóór de eerste was
De wasautomaat is voorafgaande aan het verlaten van de fabriek
uitgebreid getest. Teneinde eventuele resten van testwater te
verwijderen, de eerste keer zonder wasgoed wassen.
De wasautomaat moet deskundig volgens hoofdstuk
²
Opstellen~ Blz. 25 worden geplaatst en aangesloten.
1.
Machine controleren.
Beschadigde machine nooit in gebruik nemen. Neem contact op
²
met uw servicedienst!~ Blz. 24
2.
Beschermende folie van de displays (indien aanwezig)
verwijderen.
3.
Netstekker insteken.
4.
Waterkraan openen.
5.
Deksel openen; zorg er voor dat de deksels van de trommel
goed zijn gesloten (geen wasgoed in de machine doen!).
6.
Programma Katoen kiezen.
7.
Temperatuur 60 °C instellen.
8.
1/3 van de door de producent voor licht verontreinigd
wasgoed aangegeven hoeveelheid wasmiddel voor alle
temperaturen in compartiment II doen.
Om schuimvorming te voorkomen slechts ca. een derde van de
²
aanbevolen hoeveelheid wasmiddel gebruiken. Geen wol- of
fijnwasmiddel gebruiken.
9.
Deksel sluiten.
10.
Start/Pauze kiezen.
11.
Aan het einde van het programma de programmakiezer op
"Uit" draaien.
Uw wasautomaat is nu klaar voor gebruik.
35
Page 36
Transporteren, bijv. bij verhuizing
Voorbereidende werkzaamheden
1.
Netstekker uit contactdoos trekken.
2.
Waterkraan sluiten.
3.
Watertoevoer- en -afvoerslang demonteren.
4.
Wachten tot het water is afgekoeld, en verbrandingen te
voorkomen.
Rest van het wassop afvoeren. Onderhoud - pomp verstopt
~ Blz. 19
5.
Voor een gemakkelijker transport de greep onderaan de
voorkant (afhankelijk van het model) iets uittrekken.
Eventueel m.b.v. de voet de greep helemaal uit trekken.
Transportbeveiliging inbouwen
1.
Transportbeveiligingen weer inbouwen.
2.
Apparaat rechtstandig transporteren.
Voor de ingebruikname
– absoluut de transportbeveiliging verwijderen! ~ Blz. 29
²
– Transportgreep weer in oorspronkelijke stand brengen.
– Om te voorkomen, dat bij de volgende wasbeurt wasmiddel
ongebruikt in de afvoer wegstroomt: 1l water in de trommel
gieten en het programma afpompen of Wissen/Afpompen
Slang- en leidinglengten, 26
Stellen, 33
Storingen, wat te doen?, 20
inbouwen, 36
verwijderen, 29
kuip, 20
37
Page 38
W
Wasggoed
sorteren, 12
Wasmiddelreservoir, 11
Wateraansluiting, 30
Waterafvoer, 31
Watertoevoer, 30
38
Page 39
39
Page 40
Aqua-Stop-garantie
Alleen voor apparaten met Aqua-Stop
Als aanvulling op de garantieregeling wordt u schadeloos gesteld als aan
onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
1.
Als door een fout in het Aqua-Stop-systeem waterschade wordt veroorzaakt,
dan vergoeden wij de schade van particuliere gebruikers.
2.
De aansprakelijkheidsgarantie geldt voor de levensduur van het apparaat.
3.
Voorwaarde voor aanspraak op garantie is dat het apparaat met Aqua-Stop
vakkundig en overeenkomstig ons installatievoorschrift is opgesteld en
aangesloten; hiertoe behoort ook de vakkundige verlenging van de Aqua-Stop
(origineel toebehoren).
4.
Onze garantie heeft geen betrekking op defecte toevoerleidingen of armaturen
tot aan de Aqua-Stop-aansluiting op de kraan.
5.
Tijdens het gebruik van een apparaat met Aqua-Stop hoeft u er in principe niet
bij te blijven resp. na het gebruik om veiligheidsredenen de kraan dicht te
draaien.
6.
Alleen bij langere afwezigheid, bijv. als u een paar weken op vakantie gaat,
moet de kraan worden dichtgedraaid.
Verzoek om reparatie en advies bij storingen
NL088 424 4020
B070 222 142
De contactgegevens in alle landen vindt u in de bijgesloten lijst met
Servicedienstadressen.
BSH Hausgeräte GmbH
Carl-Wery-Straße 34
81739 München
GERMANY