Houd de informatie omtrent veiligheid aan, zodat u het apparaat
veilig kunt gebruiken.
Algemene aanwijzingen
Hier vindt u algemene informatie over deze gebruiksaanwijzing.
¡ Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Alleen dan kunt
u het apparaat veilig en efficiënt gebruiken.
¡ Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de monteur en de ge-
bruiker van het apparaat.
¡ Neem de veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen in acht.
¡ Bewaar de gebruiksaanwijzing en de productinformatie voor la-
ter gebruik of voor volgende eigenaren.
¡ Controleer het apparaat na het uitpakken. Sluit het apparaat in
geval van transportschade niet aan.
Bestemming van het apparaat
Om het apparaat veilig en op de juiste manier te gebruiken dient
u de aanwijzingen over het beoogd gebruik in acht te nemen.
Gebruik het apparaat uitsluitend:
¡ volgens deze opstellingshandleiding en gebruiksaanwijzing.
¡ om wasmachinebestendig textiel en wol voor de handwas vol-
gens het onderhoudsetiket te wassen.
¡ met leidingwater en gangbare, voor de wasmachine geschikte
wasmiddelen en onderhoudsmiddelen.
¡ voor huishoudelijk gebruik en in gesloten ruimtes binnen de hui-
selijke omgeving.
¡ tot een hoogte van maximaal 4000m boven zeeniveau.
4
Veiligheid nl
Inperking van de gebruikers
Voorkom risico's voor kinderen en kwetsbare personen.
Dit apparaat kan worden bediend door kinderen vanaf 8 jaar en
door personen met fysieke, sensorische of geestelijke beperkingen of met gebrekkige ervaring en/of kennis, indien zij onder toezicht staan of zijn geïnstrueerd in het veilige gebruik van het apparaat en de daaruit resulterende gevaren hebben begrepen.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet worden uitgevoerd
door kinderen indien deze niet onder toezicht staan.
Zorg ervoor dat kinderen tot 3jaar en huisdieren niet bij het apparaat kunnen komen.
Veilige installatie
Neem de veiligheidsvoorschriften in acht bij het installeren van het
apparaat.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor een elektrische schok!
¡ Ondeskundige installaties zijn gevaarlijk.
▶
Het apparaat uitsluitend aansluiten en gebruiken volgens de
gegevens op het typeplaatje.
▶
Het apparaat uitsluitend via een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met randaarde op een stroomnet
met wisselstroom aansluiten.
▶
Het randaardesysteem van de elektrische huisinstallatie
moet conform de elektrotechnische voorschriften zijn geïnstalleerd. De installatie moet zijn voorzien van een afdoende
grote aderdiameter.
▶
Bij het gebruik van een aardlekschakelaar alleen een type
met het teken gebruiken.
▶
Nooit het apparaat via een externe schakelinrichting voeden, bijvoorbeeld een tijdschakelaar of besturing op afstand.
5
nl Veiligheid
▶
Wanneer het apparaat is ingebouwd, moet de netstekker
van de netaansluitkabel vrij toegankelijk zijn, of wanneer
vrije toegang niet mogelijk is, moet in de vast geplaatste
elektrische installatie een alpolige scheidingsinrichting volgens de installatievoorschriften worden ingebouwd.
▶
Bij het opstellen van het apparaat erop letten dat het netsnoer niet wordt afgeklemd of beschadigd.
¡ Een beschadigde isolatie van het netsnoer is gevaarlijk.
▶
Nooit het aansluitsnoer met hete apparaatonderdelen of
warmtebronnen in contact brengen.
▶
Nooit het aansluitsnoer met scherpe punten of randen in
contact brengen.
▶
Het aansluitsnoer nooit knikken, knellen of veranderen.
WAARSCHUWING‒Risico van brand!
Het gebruik van een verlengd netsnoer en niet-toegestane
adapters is gevaarlijk.
▶
Geen verlengsnoeren of meervoudige stopcontacten gebruiken.
▶
Als het netsnoer te kort is, contact opnemen met de servicedienst.
▶
Alleen door de fabrikant goedgekeurde adapters gebruiken.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor letsel!
¡ Het hoge gewicht van het apparaat kan bij het optillen letsels
veroorzaken.
▶
Het apparaat niet alleen optillen.
¡ Als dit apparaat op ondeskundige wijze in een was-droogzuil
wordt opgesteld, kan het opgestelde apparaat naar beneden
vallen.
▶
De droger uitsluitend met de verbindingset van de drogerfabrikant op een wasmachine stapelen Een andere plaatsingsmethode is niet toegestaan.
▶
Het apparaat niet in een was-droogzuil opstellen als de drogerfabrikant geen passende verbindingsset aanbiedt.
▶
Geen apparaten van verschillende fabrikanten en met verschillende diepte en breedte in een was-droogzuil opstellen.
6
Veiligheid nl
▶
Geen was-droogzuil op een platform opstellen, de apparaten kunnen kantelen.
WAARSCHUWING‒Verstikkingsgevaar!
Kinderen kunnen verpakkingsmateriaal over het hoofd trekken
en hierin verstrikt raken en stikken.
▶
Verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen houden.
▶
Laat kinderen niet met verpakkingsmateriaal spelen.
VOORZICHTIG‒Gevaar voor letsel!
¡ Het apparaat kan tijdens het bedrijf trillen of bewegen.
▶
Het apparaat op een schone, vlakke en stevige ondergrond
opstellen.
▶
Het apparaat middels de apparaatvoeten en een waterpas
horizontaal stellen.
¡ Bij ondeskundig gelegde slangen en netaansluitleidingen be-
staat er struikelgevaar.
▶
De slangen en aansluitkabels zodanig leggen dat men er
niet over kan struikelen.
¡ Wanneer het apparaat aan uitstekende onderdelen wordt ver-
plaatst, zoals bijvoorbeeld de vuldeur, dan kunnen de onderdelen afbreken.
▶
Het apparaat niet aan uitstekende onderdelen verplaatsen.
VOORZICHTIG‒Gevaar voor snijwonden!
Scherpe randen aan het apparaat kunnen bij aanrakingen tot
snijwonden leiden.
▶
Het apparaat niet aan scherpe randen aanraken.
▶
Veiligheidshandschoenen gebruiken bij installatie en transport van het apparaat.
7
nl Veiligheid
Veiliger gebruik
Neem bij gebruik van het apparaat de veiligheidsaanwijzingen in
acht.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor een elektrische schok!
¡ Een beschadigd apparaat of een beschadigd netsnoer is ge-
vaarlijk.
▶
Nooit een beschadigde apparaat gebruiken.
▶
Nooit aan het netsnoer trekken, om het apparaat van het
elektriciteitsnet te scheiden. Altijd aan de stekker van het
netsnoer trekken.
▶
Wanneer het apparaat of het netsnoer is beschadigd, dan
direct de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen
of de zekering in de meterkast uitschakelen en de kraan
sluiten.
▶
"Neem contact op met de servicedienst." →Pagina53
▶
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties
aan het apparaat uitvoeren.
¡ Binnendringend vocht kan een elektrische schok veroorzaken.
▶
Gebruik het apparaat alleen in gesloten ruimtes.
▶
Stel het apparaat nooit bloot aan grote hitte en vochtigheid.
▶
Geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, slangen of sproeiers
gebruiken om het apparaat te reinigen.
WAARSCHUWING‒Gezondheidsrisico!
Kinderen kunnen zich in het apparaat opsluiten en in levensgevaar geraken.
▶
Het apparaat niet opstellen achter een deur die het openen
van de apparaatdeur blokkeert of verhindert.
▶
Bij afgedankte apparaten de stekker van het netsnoer uit
het stopcontact halen, daarna het netsnoer doorknippen en
het slot van de apparaatdeur dusdanig beschadigen, dat de
apparaatdeur niet langer sluit.
8
Veiligheid nl
WAARSCHUWING‒Verstikkingsgevaar!
Kinderen kunnen kleine onderdelen inademen of inslikken en
hierdoor stikken.
▶
Kleine onderdelen uit de buurt van kinderen houden.
▶
Kinderen niet met kleine onderdelen laten spelen.
WAARSCHUWING‒Vergiftigingsgevaar!
Was- en verzorgingsmiddelen kunnen bij inname tot vergiftigingen leiden.
▶
Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.
▶
Was- en verzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen
bewaren.
WAARSCHUWING‒Explosiegevaar!
Wanneer wasgoed met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen werd voorbehandeld, kan dit in het apparaat tot een explosie leiden.
▶
Voorbehandeld wasgoed voor het wassen grondig met water spoelen.
VOORZICHTIG‒Gevaar voor letsel!
¡ Bij het op het apparaat klimmen of klauteren kan de afdek-
plaat breken.
▶
Niet op het apparaat klimmen of klauteren.
¡ Bij het zitten of leunen op de geopende deur kan het appa-
raat kantelen.
▶
Niet op de apparaatdeur zitten of leunen.
▶
Geen voorwerpen op de apparaatdeur plaatsen.
¡ Grijpen in de draaiende trommel kan tot letsel aan de handen
leiden.
▶
Wacht tot de trommel volledig stil staat voordat u met uw
hand in de trommel grijpt.
VOORZICHTIG‒Gevaar voor verbranding!
Het glas van de apparaat deur wordt heet bij het wassen met
hoge temperaturen.
▶
Raak de hete apparaatdeur niet aan.
▶
Houd kinderen uit de buurt van de hete apparaatdeur.
9
nl Veiligheid
VOORZICHTIG‒Risico van verbranding!
Het sop wordt heet bij het wassen met hoge temperaturen.
▶
Raak het hete sop niet aan.
VOORZICHTIG‒Corrosiegevaar!
Bij het openen van de wasmiddellade kunnen wasmiddel en
verzorgingsmiddel uit het apparaat spatten. Contact met ogen
of huid kan tot irritaties leiden.
▶
Bij contact met wasmiddelen of verzorgingsmiddelen de
ogen of de huid grondig spoelen met schoon water.
▶
Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.
▶
Was- en verzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen
bewaren.
Veilige reiniging en onderhoud
Neem de veiligheidsvoorschriften in acht bij het reinigen en onderhouden van het apparaat.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor een elektrische schok!
¡ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
▶
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties
aan het apparaat uitvoeren.
▶
Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden
gebruikt voor reparatie van het apparaat.
▶
Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet
het ter vermijding van risico's worden vervangen door de fabrikant, de servicedienst of een andere gekwalificeerde persoon.
¡ Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken.
▶
Geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, slangen of sproeiers
gebruiken om het apparaat te reinigen.
WAARSCHUWING‒Gevaar voor letsel!
Het gebruiken van niet originele reserveonderdelen en niet
originele accessoires is gevaarlijk.
▶
Gebruik uitsluitend originele reserve-onderdelen en originele
accessoires van de fabrikant.
10
Veiligheid nl
WAARSCHUWING‒Vergiftigingsgevaar!
Bij het gebruik van oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen
kunnen giftige dampen ontstaan.
▶
Geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.
11
nl Materiële schade vermijden
Materiële schade vermijden
Materiële schade vermijden
Materiële schade vermijden
Houd deze aanwijzing aan om materiële schade en schade aan het apparaat te vermijden.
LET OP!
¡ Een verkeerde dosering van was-
verzachters, wasmiddelen, verzorgingsmiddelen en reinigingsmiddelen kan de werking van het apparaat beïnvloeden.
▶
De doseeraanbevelingen van de
fabrikant aanhouden.
¡ Het overschrijden van de maximale
beladingshoeveelheid heeft invloed
op de werking van het apparaat.
▶
De "maximale beladingshoeveelheid" →Pagina25 voor elk
programma aanhouden en niet
overschrijden.
¡ Het apparaat is voor transport met
transportbeveiligingen geborgd.
Niet verwijderde transportbeveiligingen kunnen leiden tot materiële
schade en schade aan het apparaat.
▶
Voor inbedrijfstelling alle transportbeveiligingen volledig verwijderen en bewaren.
▶
Voor elk transport alle transportbeveiligingen volledig inbouwen,
om transportschade te vermijden.
¡ De ondeskundige aansluiting van
de watertoevoerslang kan tot materiële schade leiden.
▶
De schroefverbindingen aan de
watertoevoer handvast aantrekken.
▶
De watertoevoerslang het best
direct zonder bijkomende verbindingselementen, zoals adapter, verlengstuk, ventiel of dergelijke op de waterkraan aansluiten.
▶
Erop letten dat de ventielbehuizing van de watertoevoerslang
contactvrij met de omgeving is
ingebouwd en niet aan externe
krachtinwerking is blootgesteld.
▶
Erop letten dat de binnendiameter van de waterkraan minstens
17 mm bedraagt.
▶
Erop letten dat de lengte van de
schroefdraad aan de aansluiting
naar de waterkraan minstens 10
mm bedraagt.
¡ Een te lage of te hoge waterdruk
kan de apparaatfunctie hinderen.
▶
Zorg ervoor dat de waterdruk
aan de watervoorzieningsinstallatie minimaal 100kPa (1 bar)
en maximaal 1000kPa (10bar)
bedraagt.
▶
Wanneer de waterdruk de aangegeven maximale waarde overschrijdt, dan moet een reduceerventiel tussen de drinkwateraansluiting en de slangenset van
het apparaat worden geïnstalleerd.
▶
Het apparaat niet op de mengkraan van een drukloze geiser
of boiler aansluiten.
¡ Veranderde of beschadigde water-
slangen kunnen tot materiële schade en schade aan het apparaat leiden.
▶
Nooit waterslangen knikken,
knellen, veranderen of doorsnijden.
▶
Alleen meegeleverde waterslangen of originele reserveslangen
gebruiken.
▶
Nooit gebruikte waterslangen
hergebruiken.
¡ Het gebruik van het apparaat met
vervuild of te heet water kan materiële schade veroorzaken.
▶
Het apparat uitsluitend met koud
leidingwater gebruiken.
12
Milieubescherming en besparing nl
¡ Ongeschikte reinigingsmiddelen
kunnen de oppervlakken van het
apparaat beschadigen.
▶
Geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen gebruiken.
▶
Geen sterk alcoholhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.
▶
Geen harde schuur- of afwassponsjes gebruiken.
▶
Het apparaat uitsluitend reinigen
met water en een zachte, vochtige doek.
▶
Bij contact met het apparaat direct alle wasmiddelresten,
sproeinevelresten of restanten
verwijderen.
Milieubescherming en besparing
Milieubescherming en besparing
Milieubescherming en besparing
Bescherm het milieu door het apparaat op een hulpbronnenbesparende
manier te gebruiken en herbruikbare
materialen op de juiste manier af te
voeren.
Afvoeren van de verpakking
De verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen worden hergebruikt.
▶
De afzonderlijke componenten op
soort gescheiden afvoeren.
Bij uw dealer en uw gemeente- of
deelraadskantoor kunt u informatie
verkrijgen over de actuele afvoermethoden.
Zuinig met energie en hulpbronnen
Als u deze aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat minder stroom en
water.
Programma's met lage temperaturen
en langere wastijden gebruiken en
de "maximale beladingscapaciteit"
→Pagina25 gebruiken.
Het energieverbruik en het waterverbruik zijn het efficiëntst.
Wasmiddel overeenkomstig de mate
van verontreiniging van het wasgoed
"doseren" →Pagina32.
Voor een lichte tot normale mate
van verontreiniging is een geringe
hoeveelheid wasmiddel voldoende. Houd het doseeradvies van de
fabrikant van het wasmiddel aan.
Wastemperatuur bij licht en normaal
verontreinigd wasgoed reduceren.
Bij lage temperaturen verbruikt het
apparaat weinig energie. Voor een
lichte tot normale verontreiniging
zijn ook lagere temperaturen dan
op het verzorgingslabel vermeld
afdoende.
Maximaal toerental instellen, wanneer het wasgoed aansluitend in de
wasdroger gedroogd moet worden.
Droger wasgoed verkort de programmaduur bij het drogen en verlaagt het energieverbruik. Met een
hoger centrifugetoerental vermindert de restvochtigheid in de was
en het volume van het centrifugeren verhoogt.
Wasgoed zonder voorwas wassen.
Het wassen met voorwas verlengt
de programmaduur en verhoogt
het energie- en waterverbruik.
13
nl Opstellen en aansluiten
Het apparaat beschikt over een beladingsautomaat.
De beladingsautomaat past het
waterverbruik en de programmaduur optimaal aan de textielsoort
en de beladingscapaciteit aan.
Energiebesparingsmodus
Wanneer u het apparaat langere tijd
niet bediend, dan schakelt het apparaat automatisch naar de energiebespaarstand. Alle aanwijzingen verdwijnen en Start / Pauze knippert.
De energiebespaarmodus wordt afgesloten, wanneer u het apparaat opnieuw bedient, bijv. de deur opent of
sluit.
Opstellen en aansluiten
Opstellen en aansluiten
Opstellen en aansluiten
Waar en hoe u het apparaat het beste opstelt, komt u hier te weten. Bovendien komt u te weten hoe u het
apparaat op de watertoevoer en het
elektriciteitsnet aansluit.
LET OP!
Voorwerpen die in de trommel achterblijven, en die niet voor het gebruik
van het apparaat bedoeld zijn, kunnen tot materiële- en apparaatschade
leiden.
▶
Voor gebruik alle deze voorwerpen
en de meegeleverde accessoires
uit de trommel verwijderen.
1. Verpakkingsmateriaal en bescher-
ming volledig van het apparaat
verwijderen.
Voor de milieuvriendelijke afvoer
van het verpakkingsmateriaal dient
u de informatie over het onderwerp
→"Afvoeren van de verpakking",Pagina13 in acht te nemen.
2. Controleer het apparaat op zicht-
bare beschadigingen.
3. De deur openen.
→"De Bediening in essentie",
Pagina32
4. De accessoires uit de trommel ver-
wijderen.
5. De deur sluiten.
Apparaat uitpakken
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
14
1234
1
2
3
4
Opstellen en aansluiten nl
Inhoud van de verpakking
Controleer na het uitpakken alle onderdelen op transportschade en de volledigheid van de levering.
Wasmachine
Begeleidende documenten
Bochtstuk voor het bevestigen van de
waterafvoerslang
Afdekkapjes
Vereisten ten aanzien van de
opstelplaats
Het apparaat kan bij het centrifugeren "wandelen". Houd de aanwijzingen voor de opstellocatie aan.
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
15
nl Opstellen en aansluiten
WAARSCHUWING
Gevaar voor een elektrische schok!
Het apparaat bevat spanningsvoerende delen. Het aanraken van spanningsvoerende delen is gevaarlijk.
▶
Gebruik het apparaat niet zonder
afdekplaat.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel!
Bij gebruik op een sokkel kan het apparaat kantelen.
▶
De apparaatvoeten voor inbedrijfstelling op een sokkel absoluut
met de "bevestigingen"
→Pagina28 van de fabrikant bevestigen.
LET OP!
¡ Wanneer het apparaat in vorstge-
vaarlijke zones of buiten wordt opgesteld, dan kan bevroren restwater het apparaat beschadigen en
bevroren slangen kunnen scheuren of barsten.
▶
Het apparaat niet op vorstgevoelige plaatsen of buiten plaatsen en gebruiken.
¡ Het apparaat werd voor het verla-
ten van de fabriek aan een functietest onderworpen en kan restwater
bevatten. Dit restwater kan lekken
als het apparaat meer dan 40°
wordt gekanteld.
▶
Het apparaat voorzichtig kantelen.
OpstelplaatsEisen
Op een vloer met houten balken
Het apparaat op een
waterbestendige houten plaat plaatsen,
welke vast met vloer
is geschroefd. De houten plaat moet minimaal 30 mm dik zijn.
In een keuken¡ Een nisbreedte van
60cm is noodzakelijk.
¡ Het apparaat al-
leen onder een
doorlopend werkblad plaats, welke
vast met de naastliggende kast is
verbonden.
Aan een wandGeen slangen tussen
wand en apparaat inklemmen.
AanwijzingAls u de wasmachine
met een droger als was-droogzuil wilt
opstellen, moet voordien het werkblad van uw wasmachine worden vervangen.
Voor het vervangen van het werkblad
kunt u met onze "klantenservice"
→Pagina53 contact opnemen.
OpstelplaatsEisen
Op een sokkelHet apparaat met
"borglippen"
→Pagina28 beves-
tigen.
16
Transportbeveiligingen ver-
wijderen
Het apparaat is voor transport met
transportbeveiligingen aan de achterzijde van het apparaat geborgd.
Aanwijzingen
¡ Neem de informatie over het on-
derwerp "veiligheid" →Pagina4 en
"materiële schade vermijden"
→Pagina12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.
¡ Bewaar de transportbeveiligingen,
de bouten en hulzen voor een toekomstig "transport" →Pagina51.
1. De slangen uit de houders trekken.
Opstellen en aansluiten nl
4. De 4 hulzen verwijderen.
2. Alle bouten van de 4 transportbe-
veiligingen met een steeksleutel
SW13 losmaken en verwijderen
.
3. De netaansluitkabel uit de houder
trekken.
5. De 4 afdekkappen plaatsen.
6. De 4 afdekkappen naar beneden
duwen.
17
nl Opstellen en aansluiten
¾˝
min.
min.
10 mm
17 mm
Apparaat aansluiten
Sluit uw apparaat aan op het elektriciteitsnet, de watertoevoer en de waterafvoer.
Watertoevoerslang aansluiten
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
WAARSCHUWING
Gevaar voor een elektrische schok!
Het apparaat bevat spanningsvoerende delen. Het aanraken van spanningsvoerende delen is gevaarlijk.
▶
De elektrische Aquastop afsluiter
niet in water onderdompelen.
1. De watertoevoerslang op de kraan
(26,4 mm = 3/4") aansluiten.
2. De kraan voorzichtig openen en
controleren of de aansluitingen
dicht zijn.
Aansluitsoorten waterafvoer
De informatie helpt u dit apparaat op
de waterafvoer aan te sluiten.
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
LET OP!
Bij het afpompen staat de waterafvoerslang onder druk en kan van de
geïnstalleerde aansluitpositie losraken.
▶
De waterafvoerslang tegen onbedoeld losraken borgen.
Afvoer in een sifon.
De aansluitpositie met
een slangklem (24-40
mm) borgen.
Afvoer in een wastafel.
De waterafvoerslang
met een "bochtstuk"
→Pagina28 fixeren
en borgen.
Afvoer in en kunststof
standpijp met rubberen mof.
De waterafvoerslang
met een "bochtstuk"
→Pagina28 fixeren
en borgen.
18
Apparaat elektrisch aansluiten
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. De netstekker van het aansluit-
snoer van het apparaat in een
stopcontact in de omgeving van
het apparaat steken.
De aansluitgegevens van het apparaat vindt u in de "technische
gegevens" →Pagina55.
2. De netstekker op vastheid contro-
leren.
Opstellen en aansluiten nl
Stellen van het apparaat
Om geluiden en trillingen te reduceren en het wandelen van het apparaat te vermijden, stelt u het apparaat
horizontaal.
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. De contramoeren met een steek-
sleutel SW17 losdraaien.
2. Om het apparaat te stellen, aan de
apparaatvoetjes draaien. De horizontale afstelling van het apparaat
met waterpas controleren.
Alle apparaatvoeten moeten stevig
op de grond staan.
3. De contramoeren met een steek-
sleutel SW17 handvast tegen de
behuizing aantrekken.
Het apparaatvoetje daarbij vasthouden en niet in de hoogte verstellen.
19
1
2
4
6
3
5
8
7
7
1
2
3
4
5
6
7
8
nl Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren kennen
Lees meer over de onderdelen van uw apparaat.
Apparaat
Hier vindt u een overzicht van de onderdelen van uw apparaat.
Afhankelijk van het apparaattype kunnen details op de afbeelding verschillen,
bijv. de kleur en de vorm.
"Serviceklep en pomp" →Pagina40
Deur
"Wasmiddellade" →Pagina21
"Bedieningselementen"
→Pagina21
"Waterafvoerslang" →Pagina18
"Netaansluitkabel" →Pagina18
"Transportbeveiligingen" →Pagina17
"Watertoevoerslang" →Pagina18
20
2
3
1
4
1
2
3
4
2
3
1
1
44
1
2
3
4
Uw apparaat leren kennen nl
Wasmiddellade
Hier vindt u een overzicht over het
verwijderen van de wasmiddellade.
Doseerhulp voor vloeibaar wasmiddel
→"Doseerhulp voor vloeibaar wasmiddel plaatsen", Pagina34
Wasmiddelbakje II:
¡ Wasmiddel voor de hoofdwas,
¡ Ontharder
¡ Bleekmiddel
¡ Vlekkenzout
Kinderslot¡ brandt: het kinderslot is geactiveerd.
¡ knippert: het kinderslot is geactiveerd en de pro-
grammakiezer werd verdraaid.
→"Kinderslot deactiveren", Pagina36
varioSpeedWassen in kortere tijd is geactiveerd.
→"Toetsen", Pagina24
Deur¡ brandt: de deur is vergrendeld en kan niet worden
geopend.
¡ knippert: de deur is niet gesloten.
¡ uit: de deur is ontgrendeld en kan worden geo-
pend.
Kraan¡ Geen waterdruk.
→"Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina44
¡ De waterdruk is te laag.
E:60 / -2B
1
Voorbeeld
1
FoutFoutcode, foutindicatie, signaal.
→"Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina44
23
nl Toetsen
Toetsen
Toetsen
Toetsen
Hier vindt u een overzicht van de buttons en hun instelmogelijkheden.
De selectie van de programma-instellingen is afhankelijk van het ingestelde
programma. De selectiemogelijkheden voor elk programma ziet u in het overzicht voor
→"Programma's", Pagina25.
ToetsKeuzeBeschrijving
Start / Pauze¡ starten
¡ annuleren
¡ pauzeren
vario Speed¡ activeren
¡ Deactiveren
Klaar in1 - 24 uurHet programma-einde vastleggen.
Centrifugeren––– - 1400Het centrifugetoerental aanpassen of –––
3 sec.¡ activeren
¡ deactiveren
Programma starten, annuleren of pauzeren.
Wassen met verkorte tijdsduur activeren of deactiveren.
AanwijzingHet energieverbruik wordt hoger.
Het wasresultaat wordt daardoor niet beïnvloed.
De programmaduur is reeds in het ingestelde
aantal uren inbegrepen.
Na de start van het programma wordt de programmaduur weergegeven.
(spoelstop) activeren.
Met de selectie ––– wordt het water aan het einde van de wascyclus niet afgepompt en het centrifugeren gedeactiveerd. Het wasgoed blijft in
het spoelwater liggen.
Het kinderslot activeren of deactiveren.
De bedieningspanelen tegen per ongeluk bedienen beveiligen.
Werd het kinderslot geactiveerd en het apparaat
uitgeschakeld, dan blijft het kinderslot geactiveerd.
→"Kinderslot", Pagina36
24
Programma's nl
Centrifugeren –––
(Spoelstop)
vario Speed
Max. centrifugetoerental (omw/
1
min)
Max. temperatuur (°C)
max. belading (kg)
–
1
7901400
7401400
–
7–1400
Programma's
Programma's
Programma's
Hier vindt u een overzicht van de programma's. U krijgt informatie over de belading en de instelbare program-
mamogelijkheden.
Tip:De verzorgingslabels van het wasgoed geven u extra aanwijzingen voor de programmakeuze.
→"Verzorgingsaanwijzingen op verzorgingslabels", Pagina30
ProgrammaBeschrijving
wassen.
Ook geschikt als verkort programma voor normaal ver-
vuild wasgoed als u vario Speed activeert. Is vario
Speed geactiveerd, dan wordt de maximale beladings-
hoeveelheid gereduceerd tot 4kg.
wassen.
Energiebesparend programma.
AanwijzingOm energie te besparen kan de daadwer-
kelijke wastemperatuur afwijken van de ingestelde tem-
peratuur. De wasresultaat is conform de wettelijke ver-
eisten.
sen.
Geschikt voor normaal verontreinigd textiel.
AanwijzingTextiel dat volgens het onderhoudssymbool
KatoenStevig textiel van katoen, linnen of gemengde weefsels
Katoen IntensiefStevig textiel van katoen, linnen of gemengde weefsels
Eco 40-60Textiel van katoen, linnen en gemengde weefsels was-
met 40 °C of met 60 °C wasbaar is, kan samen
worden gewassen. Voor een optimale energie-efficiëntie
Programma-instellingen
1
25
nl Programma's
Centrifugeren –––
(Spoelstop)
vario Speed
Max. centrifugetoerental (omw/
1
min)
Max. temperatuur (°C)
max. belading (kg)
–
1
7401400
4401400
230800
–
230800
ProgrammaBeschrijving
26
werd door de fabrikant een optimale wastemperatuur
voor dit programma vastgelegd.
De wastemperatuur is geactiveerd en kan niet worden
veranderd.
wassen.
Programma met voorwas voor sterk verontreinigd was-
goed.
Verdeel het wasmiddel in de wasmiddellade over de
voor- en hoofdwas.
→"Wasmiddellade", Pagina21
Katoen VoorwasStevig textiel van katoen, linnen of gemengde weefsels
mengde weefsels wassen.
Geschikt voor licht verontreinigd wasgoed.
sche stof wassen.
KreukherstellendTextiel van synthetisch en gemengd weefsels wassen.4401200
Snel / MixTextiel van katoen, linnen, synthetisch materiaal en ge-
Delicaat / ZijdeGevoelig, wasbaar textiel van zijde, viscose en syntheti-
Gebruik een wasmiddel voor fijne was of zijde.
AanwijzingWas bijzonder gevoelig textiel of textiel met
haken, ogen of beugels in een wasnetje.
met en groot wolaandeel wassen.
Om krimp van het wasgoed te vermijden, beweegt de
trommel met textiel bijzonder voorzichtig met lange pau-
zes.
Gebruik een wasmiddel voor wol.
Programma-instellingen
Wol / HandwasMet de hand of in de machine wasbaar textiel van wol of
1
Centrifuge-
ren –––
(Spoelstop)
vario Speed
Max. centrifugetoerental (omw/
1
min)
Programma's nl
–
––
Max. temperatuur (°C)
max. belading (kg)
1
––1400
––1400
van het water.
4301200
Wanneer u alleen het water wilt afpompen, activeer dan
0. Het wasgoed wordt niet gecentrifugeerd.
stellend textiel, bijv. jeans wassen.
Was het wasgoed binnenste buiten.
Gebruik een vloeibaar wasmiddel.
ProgrammaBeschrijving
Centrifugeren / AfpompenCentrifugeren en water afpompen.
Donkere wasDonker en kleurintensief textiel van katoen en kreukher-
1
SpoelenSpoelen met aansluitend centrifugeren en afpompen
Programma-instellingen
27
nl Accessoires
Accessoires
Accessoires
Accessoires
Gebruik alleen originele accessoires. Deze zijn speciaal op uw apparaat afgestemd. Hier krijgt u een overzicht van de accessoires behorende bij uw apparaat en de manier waarop ze worden gebruikt.
GebruikBestelnummer
Verlenging watertoevoerslangKoudwater- of Aquastop-water-
00353925
dor een langere slang (2,20 m)
vervangen.
BochtstukWaterafvoerslang fixeren.00655300
Inzetunits voor vloeibaar was-
Vloeibaar wasmiddel doseren.00637516
middel
Voor het eerste gebruik
Voor het eerste gebruik
Voor het eerste gebruik
Bereid het apparaat voor voor het gebruik.
Wascyclus zonder wasgoed
starten
Uw apparaat werd voor het verlaten
van de fabriek grondig gecontroleerd. Om eventueel restwater te verwijderen, wast u de eerste keer zonder wasgoed.
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. De programmakiezer op Katoen
90° zetten.
28
2. De deur sluiten.
3. De wasmiddellade uittrekken.
Wasgoed nl
4. Ca. 1 liter leidingwater in comparti-
ment II gieten.
5. Het poederwasmiddel in comparti-
ment II doen.
Gebruik om schuimvorming te vermijden, slechts de helft van de
door de wasmiddelfabrikant aanbevolen hoeveelheid voor lichte
verontreiniging. Gebruik geen wolof fijnwasmiddel.
6. De wasmiddellade erin schuiven.
7. Druk op Start / Pauze om het pro-
gramma te starten.
a Het display toont de resterende
programmaduur.
a Na het programma-einde toont het
display: "End".
8. De eerste wascyclus starten of de
programmakiezer op Uit zetten,
om het apparaat uit te schakelen.
→"De Bediening in essentie",
Pagina32
Wasgoed
Wasgoed
Wasgoed
U kunt in uw apparaat alle textiel, die
door de fabrikant op het textiellabel
als geschikt voor de wasmachine
staat aangegeven en textiel van
handwasbaar wol wassen.
Wasgoed voorbereiden
LET OP!
In het wasgoed achtergebleven voorwerpen kunnen het wasgoed en de
trommel beschadigen.
▶
Voor gebruik alle voorwerpen uit
de zakken van het wasgoed verwijderen.
▶
Om uw apparaat en het wasgoed
te beschermen, bereidt u het wasgoed voor.
– alle zakken legen
– Zand uit alle omslagen en zak-
ken borstelen
– Dekbedhoezen en kussenover-
trekken sluiten
– alle ritssluitingen, klittenbandslui-
tingen, haken en ogen sluiten
– Stoffen riemen of banden bij el-
kaar binden of een wasnetje gebruiken.
– Gordijnrollers en loodveters ver-
wijderen of een wasnetje gebruiken
29
nl Wasgoed
– voor kleine stukken wasgoed,
bijv. kindersokken een wasnetje
gebruiken
– Was uit elkaar vouwen en los
maken
– grote en kleine stukken was-
goed door elkaar wassen
– verse vlekken met zeepsop af-
deppen (niet wrijven)
– sommige hardnekkige, inge-
droogde vlekken kunnen door
meerdere malen wassen worden
verwijderd
▶
Om het wasresultaat te verbeteren
en verkleuringen te vermijden, sorteert u het wasgoed voor het wassen overeenkomstig de volgende
criteria.
– Soort weefsel en soort vezel
– witte was
– bonte was
Was nieuwe bonte was de
eerste keer gescheiden van
ander wasgoed.
– "Verontreiniging" →Pagina30
– "Verzorgingsaanwijzingen op
verzorgingslabels" →Pagina30
Wasgoed sorteren
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
Mate van verontreiniging
Mate van vervuilingVerontreinigingVoorbeelden
licht¡ geen verontreinigingen of vlek-
ken zichtbaar
¡ Wasgoed heeft geuren aange-
nomen
normaalVerontreinigingen of lichte vlekken
zijn zichtbaar
sterkVerontreinigingen of vlekken zijn
duidelijk zichtbaar
lichte zomerkleding of sportkelding, die slechts enkele uren is gedragen
¡ T-shirts, overhemden of blouses
zijn doorzweet, of werden meer-
dere malen gedragen
¡ Handdoeken of beddengoed,
welke tot één week is gebruikt
Theedoeken, babywas of werkkleding
Verzorgingsaanwijzingen op verzorgingslabels
De symbolen verwijzen naar het aanbevolen programma en de getalen in de
symbolen naar de maximaal aanbevolen wastemperatuur.
SymboolWasprocesAanbevolen programma
normaalKatoen
voorzichtigKreukherst.
zeer voorzichtigFijn/ zijde voor handwas
30
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel nl
SymboolWasprocesAanbevolen programma
HandwasWol
niet in de wasmachine wasbaar–
Tip:Op www.ginetex.ch vindt u meer
informatie over verzorgingssymbolen.
Informatie van de fabrikant over gebruik en dosering vindt u op de verpakking.
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel
Met de juiste selectie en het gebruik
van wasmiddelen en verzorgingsmiddelen beschermt u uw apparaat en
uw wasgoed. U kunt alle wasmiddelen en verzorgingsmiddelen gebruiken, die voor huishoudelijke wasmachines geschikt zijn.
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
Aanwijzingen
¡ bij vloeibare wasmiddelen uitslui-
tend zelf stromende vloeibare wasmiddelen gebruiken
¡ verschillende vloeibare wasmidde-
len niet mengen
¡ wasmiddel en wasverzachter niet
mengen
¡ geen te lang bewaarde en sterk in-
gedikte producten gebruiken
¡ geen oplosmiddelhoudende, bijten-
de of desinfecterende middelen,
bijv. bleekwater, gebruiken
¡ Verfstoffen met mate gebruiken,
zout kan RVS aantasten
¡ geen ontkleuringsmiddel in het ap-
paraat gebruiken
Wasmiddelaanbeveling
De informatie helpt u het juiste wasmiddel voor het textiel te kiezen.
WasmiddelTextielProgrammaTemperatuur
Compleet wasmiddel met
optische witmakers
Bontwasmiddel zonder
bleekmiddel en optische
witmakers
Bont/fijnwasmiddel zonder
optisch witmiddel
FijnwasmiddelGevoelig fijn textiel van zijde
WolwasmiddelWolWolvan koud tot 40°C
kookbestendig wit textiel
van linnen of katoen
Bont wasgoed van linnen of
katoen
Bont wasgoed van kreukherstellende vezels of synthetische vezels
of viscose
Katoenvan koud tot 90°C
Katoenvan koud tot 60°C
Kreukherstel-
van koud tot 60°C
lend
Fijne was/zijde van koud tot 40°C
31
nl De Bediening in essentie
Tip:Op www.cleanright.eu vindt u
een veelvoud aan verdere informatie
omtrent wasmiddelen, verzorgingsmiddelen en reinigingsmiddelen voor
huishoudelijk gebruik.
Wasmiddeldosering
Met de juiste wasmiddeldosering realiseert u een optimaal wasresultaat
en kunt u hulpbronnen sparen.
De dosering van het wasmiddel is
gebaseerd op:
¡ De hoeveelheid wasgoed
Waterhardheid
¡ Mate van vervuiling
¡ Waterhardheid
U kunt de waterhardheid opvragen
bij uw plaatselijke waterbedrijf of
vaststellen met een waterhardheidtester.
HardheidbereikTotale hardheid in mmol/lDuitse hardheid in °dH
zacht (I)0 - 1,50 - 8,4
gemiddeld (II)1,5 - 2,58,4 - 14
hard (III)hoger dan 2,5hoger dan 14
Voorbeeld van fabrikantinformatie
voor wasmiddel
Deze voorbeeldwaarden hebben betrekking op een standaardbelading
van 4-5 kg.
Verontreiniginglichtnormaalsterk
Waterhardheid: zacht/ gemiddeld40ml55ml80ml
Waterhardheid: hard/ zeer hard55ml80ml105ml
De doseerhoeveelheden vindt u op
de verpakking van de fabrikant.
¡ Pas de doseerhoeveelheden aan
de daadwerkelijk beladingshoeveelheid aan.
De Bediening in essentie
De Bediening in essentie
De Bediening in essentie
Hier wordt de bediening van het apparaat in essentie beschreven.
32
Apparaat inschakelen
▶
De programmakiezer op een programma instellen.
Programma instellen
1. Zet de programmakiezer op het
gewenste "programma"
→Pagina25.
De Bediening in essentie nl
▶
De programma-instellingen aanpassen.
De programma-instellingen worden
niet permanent voor het programma opgeslagen.
Trommel vullen met wasgoed
Aanwijzingen
¡ Neem de informatie over het on-
derwerp "veiligheid" →Pagina4 en
"materiële schade vermijden"
→Pagina12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.
¡ Houd om kreukvorming te voorko-
men de maximale belading van het
"programma" →Pagina25 aan.
Voorwaarde:Het wasgoed voorbereiden en sorteren.
→"Wasgoed", Pagina29
1. De deur openen.
2. Indien nodig, "de programma-in-
stellingen aanpassen"
→Pagina33.
Programma-instellingen aanpassen
Afhankelijk van het programma en de
programmavoortgang kunt u de beschikbare instellingen aanpassen of
activeren/deactiveren.
AanwijzingOverzicht van alle programma-instellingen:
→"Toetsen", Pagina24
Voorwaarde:Een programma is ingesteld.
2. Zorg ervoor dat de trommel leeg
is.
3. Het wasgoed uit elkaar gevouwen
in de trommel doen.
4. AanwijzingZorg ervoor dat er
geen kleine stukken wasgoed tussen de deur klem zitten.
De deur sluiten.
33
nl De Bediening in essentie
1
2
Doseerhulp voor vloeibaar
wasmiddel plaatsen
Wanneer u de doseerhulp als accessoire bestelt, moet u de doseerhulp
plaatsen.
1. Inzetstuk naar beneden drukken
en de wasmiddellade er uit nemen.
2. De doseerhulp plaatsen.
3. De wasmiddellade plaatsen.
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel doseren
Aanwijzingen
¡ Neem de informatie over het on-
derwerp "veiligheid" →Pagina4 en
"materiële schade vermijden"
→Pagina12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.
¡ Gebruik de doseerhulp voor vloei-
baar wasmiddel niet bij gel-achtige
wasmiddelen, waspoeder, ingeschakelde voorwas of klaar-in tijd.
Voorwaarde:Informeer uzelf over de
optimale dosering voor "wasmiddelen
en verzorgingsmiddelen."
→Pagina31
1. De wasmiddellade uittrekken.
2. Vullen met wasmiddel.
→"Wasmiddellade", Pagina21
3. Indien gewenst vullen met een ver-
zorgingsmiddel.
4. De wasmiddellade erin schuiven.
Starten van het programma
AanwijzingWanneer u de tijd tot het
programma-einde wilt wijzigen, stel
dan eerst de klaar-in tijd in.
▶
Druk op Start / Pauze.
a De trommel draait en er vindt een
beladingsherkenning plaats, welke
tot wel 2 minuten kan duren en
daarna stroomt het water in het apparaat.
a In het display wordt of de program-
maduur of de klaar-in tijd weergegeven.
a Na het programma-einde toont het
display: "End".
34
Klaar-in tijd voor programmastart aanpassen
U kunt de ingestelde klaar-in tijd voor
programmastart opnieuw aanpassen.
1. Op Start / Pauze drukken.
De Bediening in essentie nl
2. Op Klaar in drukken tot op het dis-
play de gewenste klaar-in tijd
wordt weergegeven.
3. Op Start / Pauze drukken.
Wasgoed inweken
U kunt het wasgoed voor het wassen
in het apparaat inweken, door het
programma te pauzeren.
AanwijzingEr is geen extra wasmiddel nodig. Het zeepsop wordt aansluitend voor het wassen gebruikt.
1. Het programma starten.
2. Druk om het programma te pauze-
ren, na ca. 10 minuten op Start /
Pauze.
3. Druk om het programma te hervat-
ten na de gewenste inweektijd op
Start / Pauze.
Wasgoed bijvullen
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. Druk op Start / Pauze.
Het apparaat pauzeert en controleert of het bijvullen of verwijderen
van wasgoed mogelijk is. Let op
de programmastatus.
2. Wasgoed uitnemen of bijvullen.
3. De deur sluiten.
4. Druk op Start / Pauze.
Progr. annuleren
Na het starten van het programma
kunt u het programma te allen tijde
afbreken.
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. Druk op Start / Pauze.
2. De deur openen.
Bij hoge temperatuur en hoog waterniveau blijft de deur van het apparaat om veiligheidsredenen vergrendeld.
– Start bij hoge temperatuur het
programma Spoelen.
– Start bij een hoog waterniveau
het programma Centrifugeren
of Afpompen.
3. Het wasgoed uit het apparaat ha-
len.
Programma bij spoelstop hervatten
1. Stel het programma Centrifugeren
of Afpompen in.
2. Druk op Start / Pauze.
Wasgoed uitnemen
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. De deur openen.
2. Het wasgoed uit het apparaat ha-
len.
35
nl Kinderslot
Apparaat uitschakelen
1. De programmakiezer op Uit zet-
ten.
2. De rubbermanchet droog vegen
en vreemde voorwerpen verwijderen.
Kinderslot
Kinderslot
Kinderslot
Beveilig uw apparaat tegen ongewenst bedienen via de bedieningselementen.
Kinderslot inschakelen
▶
Beide toetsen 3 sec.ca. 3 seconden indrukken.
a Op het display wordt weerge-
geven.
a De bedieningselementen zijn ge-
blokkeerd.
a Het kinderslot blijft ook na het uit-
schakelen van het apparaat geactiveerd.
Kinderslot deactiveren
Voorwaarde:Om het kinderslot te
deactiveren, moet het apparaat zijn
ingeschakeld.
▶
Druk ca. 3 seconden op beide buttons 3 sec..
Om het lopende programma niet
te annuleren, moet de programmakiezer op het uitgangsprogramma
staan.
a In het display dooft .
3. De deur en wasmiddellade open
laten zodat het restwater kan opdrogen.
36
Basisinstellingen nl
Basisinstellingen
Basisinstellingen
Basisinstellingen
U kunt uw apparaat instellen volgens uw behoeften.
Overzicht over de basisinstellingen
Hier vindt u een overzicht van de basisinstellingen van het apparaat.
BasisinstellingProgrammaposi-
WaardeBeschrijving
tie
Signaal20 (uit)
1 (zacht)
2 (gemiddeld)
3 (luid)
4 (zeer luid)
Toetssignaal30 (uit)
1 (zacht)
2 (gemiddeld)
3 (luid)
4 (zeer luid)
Basisinstellingen wijzigen
1. De programmakiezer op stand 1
instellen.
Het volume van het signaal na het programma-einde instellen.
Het volume van het signaal bij het kiezen
van de buttons instellen.
37
nl Reiniging en onderhoud
2. Druk op Start / Pauzeen draai te-
gelijkertijd de programmakiezer op
stand 2.
a Het display geeft de actuele waar-
de aan.
3. De programmakiezer op de ge-
wenste positie instellen.
→"Overzicht over de basisinstellin-
gen", Pagina37
4. Druk op Klaar in om de waarde te
wijzigen.
5. Schakel het apparaat uit om de
wijziging op te slaan.
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoud
Reinig en onderhoud uw apparaat
zorgvuldig om er voor te zorgen dat
het lang goed blijft werken.
Tips voor onderhoud van het
toestel
Houd om de werking van uw apparaat langdurig te garanderen de tips
voor het onderhoud van het apparaat
aan.
De behuizing en het
bedieningspaneel uitsluitend met water en
een vochtige doek afnemen.
Verwijder direct alle
wasmiddelresten,
sproeinevelresten of
achtergebleven restanten.
De deur van het apparaat en de wasmiddellade na gebruik open
laten.
De apparaatdelen blijven schoon en hygiënisch.
Recente afzettingen
kunnen makkelijker
en zonder resten worden verwijderd.
Restwater kan dan
verdampen, hetgeen
de geurvorming in het
apparaat vermindert.
Trommel reinigen
Wanneer u vaak met een wastemperatuur van 40°C en lager wast of het
apparaat langere tijd niet heeft gebruikt, reinig dan de trommel.
VOORZICHTIG
Gevaar voor letsel!
Het permanent wassen op lage temperaturen en een ontbrekende beluchting van het apparaat kunnen de
trommel beschadigen en kunnen letsels veroorzaken.
▶
Regelmatig een programma voor
de reiniging van de trommel uitvoeren of met temperaturen van
minstens 60°C wassen.
▶
Het apparaat na elk gebruik bij
een geopende deur en wasmiddellade laten drogen.
▶
Draai het programma Katoen 90°
zonder wasgoed.
Gebruik een poederwasmiddel.
Schoonmaken van de wasmiddellade
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. De wasmiddellade uittrekken.
2. Inzetstuk naar beneden drukken
en de wasmiddellade er uit nemen.
38
1
2
Reiniging en onderhoud nl
3. Inzetstuk van onderen naar boven
uitdrukken.
4. De wasmiddellade en de inzet met
water en borstel reinigen en drogen.
5. Het inzetstuk plaatsen en vastklik-
ken.
6. De opening voor de wasmiddella-
de reinigen.
7. De wasmiddellade erin schuiven.
Ontkalken
Wanneer u wasmiddel correct doseert, hoeft u uw apparaat niet te ontkalken. Als u toch ontkalkingsmiddel
wilt gebruiken, neem dan de gebruiksinstructies van de fabrikant in acht.
LET OP!
Door het gebruik van ongeschikte
ontkalkingsmiddelen, zoals bijv. voor
koffiezetapparaten, kan het apparaat
beschadigen.
▶
Gebruik voor dit apparaat slechts
een ontkalkingsmiddel dat via de
internetsite of de klantenservice
van de fabrikant verkrijgbaar is.
39
nl Reiniging en onderhoud
Afvoerpomp reinigen
Reinig de afvoerpomp in geval van
storingen, bijv. bij verstoppingen of
geklapper.
Afvoerpomp legen
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
1. De kraan sluiten.
2. Het apparaat uitschakelen.
3. Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.
4. Open de serviceklep.
7. Neem de aftapslang uit de houder.
5. Verwijder de serviceklep.
6. Plaats een opvangbak onder de
opening.
40
8.
VOORZICHTIG-Risico van
verbranding! Het sop wordt heet
bij het wassen met hoge temperaturen.
▶
Raak het hete sop niet aan.
Trek het afsluitstopje los, om het
wassop in de opvangbak te laten
stromen.
9. Druk het stopje er weer op.
90°
1
1
2
Reiniging en onderhoud nl
10.De aftapslang in de houder klem-
men.
Afvoerpomp reinigen
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
Voorwaarde:"De afvoerpomp is
leeg." →Pagina40
1. Omdat er nog restwater in de
pomp kan zitten, het deksel er
voorzichtig uit draaien.
2. Binnenruimte, schroefdraad van
het pompdeksel en pomphuis reinigen.
3. Verifieer dat de rotor van de pomp
makkelijk ronddraait.
4. Het pompdeksel plaatsen en aan-
draaien.
De greep van het pompdeksel
moet verticaal staan.
5. De serviceklep plaatsen en vast-
klikken.
6. De serviceklep sluiten.
41
nl Reiniging en onderhoud
Vóór de volgende keer wassen
Om te voorkomen dat bij de volgende wasbeurt wasmiddel ongebruikt in
de afvoer stroomt, voert u het programma Afpompen uit, nadat u de
pomp heeft geleegd.
1. De kraan opendraaien.
2. Steek de stekker in het stopcon-
tact.
3. Schakel het apparaat in.
4. Een liter water in compartiment II
gieten.
5. Start het programma Afpompen.
Waterafvoerslang op de sifon
reinigen
Wanneer de waterafvoerslang op de
sifon is verontreinigd of het sop niet
wordt afgepompt, dan moet u deze
reinigen.
1. Het apparaat uitschakelen.
2. Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.
3. De slangklem losmaken en de wa-
terafvoerslang er voorzichtig aftrekken.
5. De waterafvoerslang opsteken en
de aansluitklem met de slangklem
borgen.
Zeef in de watertoevoer reinigen
Er kan resterend water uitlopen.
4. De waterafvoerslang en de sifon-
aansluiting reinigen.
42
Reinig de zeef in de watertoevoer in
geval van verstoppingen of bij een te
lage waterdruk.
Watertoevoerslang legen
Om de zeef te kunnen reinigen, leegt
u eerst de watertoevoerslang.
1. De waterkraan sluiten.
2. Een programma instellen, maar
niet Spoelen, Centrifugeren of Afpompen.
3. Programma starten en ca. 40 se-
conden laten lopen.
4. Het apparaat uitschakelen.
5. Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.
Zeef van de waterkraan reinigen
AanwijzingNeem de informatie over
het onderwerp "veiligheid"
→Pagina4 en "materiële schade vermijden" →Pagina12 in acht om uw
apparaat veilig te kunnen gebruiken.
Voorwaarde:De watertoevoerslang
is leeg.
1. De watertoevoerslang van de wa-
terkraan verwijderen.
2. De zeef met een kleine borstel rei-
nigen.
Reiniging en onderhoud nl
3. De watertoevoerslang aansluiten
en op lekdichtheid controleren.
43
nl Storingen verhelpen
Storingen verhelpen
Storingen verhelpen
Storingen verhelpen
Kleinere storingen aan het apparaat kunt u zelf verhelpen. Raadpleeg voordat u
contact opneemt met de klantenservice de informatie over het verhelpen van
storingen. Zo voorkomt u onnodige kosten.
WAARSCHUWING
Gevaar voor een elektrische schok!
Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
▶
Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties aan het apparaat
uitvoeren.
▶
Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden gebruikt voor reparatie van het apparaat.
▶
Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet het ter vermijding
van risico's worden vervangen door de fabrikant, de servicedienst of een andere gekwalificeerde persoon.
Foutcode / foutindicatie / signaal
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Het display is gedoofd en
Start / Pauze knippert.
De energiebesparingsmodus
is actief.
"E:36 / -10"Afvoerbuis of wateraf-
voerslang is verstopt.
Afvoerbuis of waterafvoerslang is geknikt of vastgeklemd.
Afvoerpomp is verstopt.
Waterafvoerslang is te hoog
aangesloten.
"E:36 / -25 / -26"Afvoerpomp is verstopt.
"E:60 / -2B"Het onbalansherkennings-
systeem heeft het centrifugeren afgebroken wegens
ongelijkmatige verdeling van
het wasgoed.
Waterdruk is laag.Geen oplossing mogelijk.
▶
Druk op een willekeurige button.
a Het display brandt weer.
▶
Reinig de afvoerbuis en de waterafvoerslang.
▶
Zorg ervoor dat de afvoerbuis en de
waterafvoerslang niet geknikt of ingeklemd zijn.
▶
→"Afvoerpomp reinigen",
Pagina40
▶
Monteer de waterafvoerslang op
maximaal 1 meter hoogte.
→"Technische gegevens",
Pagina56
▶
→"Afvoerpomp reinigen",
Pagina40
▶
Verdeel het wasgoed opnieuw in de
trommel.
AanwijzingLeg zo mogelijk grote en
kleine stukken wasgoed samen in de
trommel. Wasgoed met verschillende
grootte verdeelt zich beter bij het centrifugeren.
44
Storingen verhelpen nl
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Zeef in de watertoevoer is
verstopt.
Waterkraan is gesloten.
Watertoevoerslang is geknikt of ingeklemd.
"E:35 / -10"Water in de bodembak.
Apparaat lekt.
brandt.Temperatuur is te hoog.
Waterniveau is te hoog.
Wasgoed is ingeklemd tussen de deur.
knippert.Deur is niet gesloten.1. Sluit de deur.
Alle andere foutcodes.Storing
▶
"Reinig de zeef in de watertoevoer"
→Pagina42.
▶
Open de waterkraan.
▶
Zorg ervoor dat de watertoevoerslang niet is geknikt of ingeklemd.
▶
Sluit de kraan.
▶
Neem contact op met de klantenservice.
→"Servicedienst", Pagina53
▶
Sluit de kraan.
▶
Neem contact op met de klantenservice.
→"Servicedienst", Pagina53
▶
Wacht tot de temperatuur is gedaald.
▶
→"Progr. annuleren", Pagina35
▶
Start het programma Afpompen.
1. Open de deur opnieuw.
2. Verwijder ingeklemd wasgoed.
3. Sluit de deur.
4. Om het programma te starten,
drukt u op Start / Pauze.
2. Om het programma te starten,
drukt u op Start / Pauze.
▶
Neem contact op met de klantenservice.
→"Servicedienst", Pagina53
Functiestoringen
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Apparaat werkt niet.Netstekker van de stroomka-
bel is niet ingestoken.
Zekering is defect.
▶
Apparaat aansluiten op het elektriciteitsnet.
▶
Controleer de zekering in de meterkast.
45
nl Storingen verhelpen
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Apparaat werkt niet.Stroomvoorziening is uitge-
vallen.
Programma start niet.Start / Pauze werd niet in-
gedrukt.
Deur is niet gesloten.1. Sluit de deur.
Kinderbeveiliging is geactiveerd.
Klaar in is geactiveerd.
Wasgoed is ingeklemd tussen de deur.
Deur kan niet worden geo-
––– is geactiveerd.
pend.
Temperatuur is te hoog.
Waterniveau is te hoog.
Stroomonderbreking.
Waswater wordt niet weggepompt.
Afvoerbuis of waterafvoerslang is verstopt.
Afvoerbuis of waterafvoerslang is geknikt of vastgeklemd.
Afvoerpomp is verstopt.
▶
Controleer of de verlichting van de
binnenruimte of andere apparaten
functioneren.
▶
Druk op Start / Pauze.
2. Om het programma te starten,
drukt u op Start / Pauze.
▶
→"Kinderslot deactiveren",
Pagina36
▶
Controleer of Klaar in is geactiveerd.
→"Toetsen", Pagina24
1. Open de deur opnieuw.
2. Verwijder ingeklemd wasgoed.
3. Sluit de deur.
4. Om het programma te starten,
drukt u op Start / Pauze.
▶
Hervat het programma door Centrifugeren of Afpompen te kiezen enop Start / Pauze te drukken.
→"Programma bij spoelstop hervatten", Pagina35
▶
Wacht tot de temperatuur is gedaald.
▶
→"Progr. annuleren", Pagina35
▶
Start het programma Afpompen.
▶
Open de deur met de noodontgrendeling.
→"Noodontgrendeling",
Pagina51
▶
Reinig de afvoerbuis en de waterafvoerslang.
▶
Zorg ervoor dat de afvoerbuis en de
waterafvoerslang niet geknikt of ingeklemd zijn.
▶
→"Afvoerpomp reinigen",
Pagina40
46
Storingen verhelpen nl
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Waswater wordt niet weggepompt.
Er stroom geen water in het
apparaat. Het wasmiddel
werd niet ingespoeld.
Meermaals beginnen met
centrifugeren.
De programmaduur wijzigt
tijdens de wascyclus.
––– is geactiveerd.
Waterafvoerslang is te hoog
aangesloten.
Start / Pauze werd niet ingedrukt.
Zeef in de watertoevoer is
verstopt.
Waterkraan is gesloten.
Watertoevoerslang is geknikt of ingeklemd.
Het onbalanscontrolesysteem heft de onbalans op
door het wasgoed meermaals te verdelen.
Het programmaverloop
wordt elektronisch geoptimaliseerd. Dat kan leiden tot
wijzigingen in de programmaduur.
Het onbalanscontrolesysteem heft de onbalans op
door het wasgoed meermaals te verdelen.
Schuimcontrolesysteem
voert bij te hoge schuimvorming een extra spoelbeurt
toe.
▶
Hervat het programma door Centrifugeren of Afpompen te kiezen enop Start / Pauze te drukken.
→"Programma bij spoelstop hervatten", Pagina35
▶
Monteer de waterafvoerslang op
maximaal 1 meter hoogte.
→"Technische gegevens",
Pagina56
▶
Druk op Start / Pauze.
▶
"Reinig de zeef in de watertoevoer"
→Pagina42.
▶
Open de waterkraan.
▶
Zorg ervoor dat de watertoevoerslang niet is geknikt of ingeklemd.
▶
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
AanwijzingLeg bij het beladen zo mogelijk grote en kleine stukken wasgoed
samen in de trommel. Wasgoed met
verschillende grootte verdeelt zich beter bij het centrifugeren.
▶
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
▶
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
AanwijzingLeg bij het beladen zo mogelijk grote en kleine stukken wasgoed
samen in de trommel. Wasgoed met
verschillende grootte verdeelt zich beter bij het centrifugeren.
▶
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
47
nl Storingen verhelpen
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Het water is in de trommel
niet zichtbaar.
Trommel schokt na programmastart.
In het compartiment bevindt zich restwater.
Trillingen en beweging van
het apparaat tijdens het centrifugeren.
Het water is onder het zichtbare bereik.
Oorzaak is een interne motortest.
Inzet in compartiment is
verstopt.
Het apparaat is niet goed horizontaal gesteld.
Apparaatvoeten zijn niet gefixeerd.
Transportbeveiligingen zijn
niet verwijderd.
Trommel draait, er stroomt
geen water in het apparaat.
Beladingsherkenning is actief.
Sterke schuimvorming.Wasmiddeldosering is te
hoog.
▶
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
▶
Geen fout - geen handeling noodzakelijk.
▶
→"Schoonmaken van de wasmiddellade", Pagina38
▶
Stellen van het apparaat
▶
Zet de apparaatvoeten vast. Stellen
van het apparaat
▶
Transportbeveiligingen verwijderen
▶
Geen fout, geen handeling noodzakelijk.
AanwijzingDe beladingsherkenning
kan tot wel 2 minuten duren.
▶
Directe maatregel: meng een eetlepel wasverzachter met 0,5 l water
en giet dit mengsel in het linker
compartiment (niet bij outdoor-,
sportswear- en donstextiel).
▶
Reduceer bij de volgende wasbeurt
met gelijke belading de hoeveelheid wasmiddel.
Geluiden
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Bruisend, sissend geluid.Water wordt onder druk in
de wasmiddellade gespoeld.
Luid geluid tijdens het centrifugeren.
Het apparaat is niet goed horizontaal gesteld.
Apparaatvoeten zijn niet gefixeerd.
Transportbeveiligingen zijn
niet verwijderd.
Geklapper, gerammel in de
pomp.
Slurpend, ritmisch zuiggeluid.
48
Er is een vreemd voorwerp
in de pomp gekomen.
Pomp is actief, het sop
wordt afgepompt.
▶
Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
▶
Stellen van het apparaat
▶
Zet de apparaatvoeten vast. Stellen
van het apparaat
▶
Transportbeveiligingen verwijderen
▶
→"Afvoerpomp reinigen",
Pagina40
▶
Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
Storingen verhelpen nl
Probleem resultaat
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Kreukvorming.Centrifugetoerental is te
hoog.
De beladingshoeveelheid is
te hoog.
Voor de textielsoort is het
verkeerde programma gekozen.
Wasmiddel of wasverzachter
druppelt van de manchet en
verzamelt zich op de deur of
Teveel wasmiddel/wasverzachter in de wasmiddellade.
in de manchetplooi.
Centrifugeresultaat is niet
naar tevredenheid. Het was-
Laag centrifugetoerental is
ingesteld.
goed is te nat / te vochtig.
Het onbalansherkenningssysteem heeft het centrifugeren afgebroken wegens
ongelijkmatige verdeling van
het wasgoed.
Resten wasmiddel op het
vochtige wasgoed.
Wasmiddelen kunnen in water onoplosbare stoffen bevatten, welke zich op het
wasgoed afzetten.
Wasmiddelresten op het droge wasgoed.
Wasmiddelen kunnen in water onoplosbare stoffen bevatten, welke zich op het
wasgoed afzetten.
▶
Stel bij de volgende wasbeurt een
lager centrifugetoerental in.
▶
Reduceer bij de volgende wasbeurt
de beladingshoeveelheid.
▶
Kies een geschikt programma voor
de textielsoort.
→"Programma's", Pagina25
▶
Let bij het doseren van het vloeibare wasmiddel en wasverzachter op
de markering in de wasmiddellade
en doseer niet daarboven.
▶
Stel bij de volgende wasbeurt een
hoger centrifugetoerental in.
▶
Start het programma Centrifugeren.
▶
Verdeel het wasgoed opnieuw in de
trommel.
AanwijzingLeg zo mogelijk grote en
kleine stukken wasgoed samen in de
trommel. Wasgoed met verschillende
grootte verdeelt zich beter bij het centrifugeren.
▶
Start het programma Centrifugeren.
▶
Start het programma Spoelen.
▶
Borstel het wasgoed na het wassen
en drogen uit.
Ondichtheid
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Bij de watertoevoerslang
lekt water.
De watertoevoerslang is niet
correct / vast aangesloten.
1. Sluit de watertoevoerslang correct
aan. Watertoevoerslang aansluiten
2. Draai de koppeling goed aan.
49
nl Storingen verhelpen
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
Er lekt water bij de waterafvoerslang.
Waterafvoerslang is beschadigd.
Waterafvoerslang is niet correct aangesloten.
▶
Vervang de beschadigde waterafvoerslang.
▶
Sluit de waterafvoerslang correct
aan. Aansluitsoorten waterafvoer
Geurtjes
StoringOorzaakVerhelpen van storingen
In het apparaat is geurvorming opgetreden.
Vochtigheid en wasmiddelresten kunnen de bacteriegroei stimuleren.
▶
→"Trommel reinigen", Pagina38
▶
Als u het apparaat niet gebruikt,
laat dan de deur en wasmiddellade
open zodat het restwater kan opdrogen.
50
Transporteren, opslaan en afvoeren nl
Noodontgrendeling
Om het wasgoed bijv. bij een stroomstoring uit het apparaat te halen, kunt
u de deur handmatig ontgrendelen.
Deur ontgrendelen
Voorwaarde:"De afvoerpomp is
leeg." →Pagina40
1. LET OP! Wegstromend water kan
tot materiële schade leiden.
▶
Open de deur niet als er water
achter het glas te zien is.
De noodontgrendeling met behulp
van gereedschap naar onderen
trekken en loslaten.
2. De
→"Watertoevoerslang legen",
Pagina42.
3. Het apparaat uitschakelen.
4. De stekker van het apparaat uit het
stopcontact halen.
5. Resterend sop laten weglopen.
→"Afvoerpomp reinigen",
Pagina40
6. De slangen demonteren.
Transportbeveiligingen plaatsen
Zeker het apparaat voor transport
met de transportbeveiligingen om
schade te vermijden.
1. Verwijder de 4 afdekkapjes.
‒ Gebruik indien nodig een
schroevendraaier voor het verwijderen van de afdekkapjes.
a Het deurslot is ontgrendeld.
2. De serviceklep plaatsen en vast-
klikken.
3. De serviceklep sluiten.
Transporteren, opslaan en afvoeren
Transporteren, opslaan
en afvoeren
Transporteren, opslaan en afvoeren
Hier krijgt u uitleg over de manier
waarop u het apparaat voorbereidt
voor transport en opslag. Daarnaast
leggen we u uit hoe u oude apparaten dient af te voeren.
Apparaat demonteren
1. De waterkraan sluiten.
Bewaar de afdekkapjes.
2. Plaats de 4 hulzen.
51
nl Transporteren, opslaan en afvoeren
3. Plaats alle bouten van de 4 trans-
portborgingen en draai deze iets
aan.
4. Plaats de stroomkabel in de hou-
der en draai alle 4 de bouten
van de transportborgingen met
een steeksleutel SW13 vast .
5. Plaats de slang in de houder.
Apparaat opnieuw in gebruik
nemen
1. De transportborgingen verwijderen.
2. Ca. 1 liter water in compartiment II
van de wasmiddellade doen.
3. Start het programma Afpompen.
a Het wasmiddel stroomt dan bij de
eerstvolgende wasbeurt niet ongebruikt in de afvoer.
Afvoeren van uw oude apparaat
Door een milieuvriendelijke afvoer
kunnen waardevolle grondstoffen opnieuw worden gebruikt.
WAARSCHUWING
Gezondheidsrisico!
Kinderen kunnen zich in het apparaat
opsluiten en in levensgevaar geraken.
▶
Het apparaat niet opstellen achter
een deur die het openen van de
apparaatdeur blokkeert of verhindert.
▶
Bij afgedankte apparaten de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen, daarna het netsnoer
doorknippen en het slot van de apparaatdeur dusdanig beschadigen,
dat de apparaatdeur niet langer
sluit.
52
1. De stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekken.
2. Het netsnoer doorknippen.
3. Het apparaat milieuvriendelijk af-
voeren.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende afgedankte elektri-
Servicedienst nl
sche en elektronische apparatuur (waste electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan
voor de in de EU geldige terugneming en verwerking van oude
apparaten.
Servicedienst
Servicedienst
Servicedienst
Als u vragen hebt over het gebruik,
een storing aan het apparaat niet zelf
kunt verhelpen of als het apparaat
moet worden gerepareerd, neem dan
contact op met onze servicedienst.
Veel problemen kunt u via de informatie voor het verhelpen van storingen in deze gebruiksaanwijzing of op
onze website zelf verhelpen. Als dit
niet het geval is, neem dan contact
op met onze servicedienst.
We vinden altijd een passende oplossing en proberen onnodig bezoek
van de servicetechnicus te vermijden.
We zorgen ervoor dat het apparaat
zowel binnen de garantieperiode als
na het verstrijken van de fabrieksgarantie met originele reserveonderdelen door geschoolde servicetechnici
wordt gerepareerd.
Om veiligheidsredenen mag alleen
geschoold vakpersoneel reparaties
aan het apparaat uitvoeren. De garantieclaim vervalt indien reparaties
of ingrepen worden uitgevoerd door
personen die daartoe niet door ons
zijn gemachtigd, dan wel indien onze
apparaten worden voorzien van vervangende onderdelen, aanvullende
onderdelen of accessoires die geen
originele onderdelen zijn en daardoor
een defect wordt veroorzaakt.
Originele vervangende onderdelen
die relevant zijn voor de werking in
overeenstemming met de desbetreffende Ecodesign-verordening kunt u
voor de duur van ten minste 10 jaar
vanaf het moment van in de handel
brengen van het apparaat binnen de
Europese Economische Ruimte bij
onze servicedienst verkrijgen.
AanwijzingHet inschakelen van de
servicedienst in het kader van de fabrieksgarantievoorwaarden is gratis.
Gedetailleerde informatie over de garantieperiode en garantievoorwaarden in uw land kunt u opvragen bij
onze servicedienst, uw dealer of op
onze website.
Als u contact opneemt met de servicedienst, hebt u het productnummer
(E-Nr.) en het productienummer (FD)
van het apparaat nodig.
De contactgegevens van de servicedienst vindt u in de meegeleverde
servicedienstlijst of op onze website.
Productnummer (E-nr.) en
productienummer (FD)
Het productnummer (E-Nr.) en het
productienummer (FD) vindt u op het
typeplaatje van het apparaat.
Het typeplaatje bevindt zich afhankelijk
van het model:
¡ aan de binnenkant van de deur.
¡ aan de binnenkant van de onder-
houdsklep.
¡ aan de achterkant van het appa-
raat.
Om uw apparaatgegevens en de servicedienst-telefoonnummers snel terug te kunnen vinden, kunt u de gegevens noteren.
AQUA-STOP-garantie
In aanvulling op de garantieaanspraken tegen de verkoper op basis van
de koopovereenkomst en op onze fa-
53
nl Servicedienst
brieksgarantie wordt u schadeloos
gesteld indien aan onderstaande
voorwaarden wordt voldaan.
¡ Als door een fout in het AquaStop-
systeem waterschade wordt veroorzaakt, dan vergoeden wij de
schade van particuliere gebruikers.
Om het waterbeveiligingssysteem
te garanderen moet het apparaat
op het elektriciteitsnet zijn aangesloten.
¡ De aansprakelijkheidsgarantie
geldt voor de levensduur van het
apparaat.
¡ Voorwaarde voor aanspraak op
garantie is dat het apparaat met
AquaStop vakkundig en overeenkomstig ons installatievoorschrift is
opgesteld en aangesloten; hiertoe
behoort ook de vakkundig gemonteerde verlenging van de
AquaStop (origineel toebehoren).
Onze garantie heeft geen betrekking op defecte toevoerleidingen
of armaturen tot aan de AquaStopaansluiting op de kraan.
¡ Tijdens het gebruik van een appa-
raat met AquaStop hoeft u er in
principe niet bij te blijven resp. na
het gebruik om veiligheidsredenen
de kraan dicht te draaien. Alleen
bij langere afwezigheid, bijvoorbeeld als u een paar weken op vakantie gaat, moet de kraan worden
dichtgedraaid.
54
Verbruikswaarden nl
Verbruikswaarden
Verbruikswaarden
Verbruikswaarden
De volgende informatie wordt conform deEU-Ecodesign-verordening gegeven.
De opgegeven waarden voor andere programma's als Eco 40-60 zijn slechts
richtwaarden en werden in aansluiting op de geldende norm EN60456 bepaald.
lend40°C
Snel / Mix40°C4,01:000,62044,041140055
Wol / Hand-
2,00:410,22040,02280025
was 30°C
1
De werkelijke waarden kunnen door de invloed van waterdruk, hardheid en inlaattemperatuur,
omgevingstemperatuur, soort, hoeveelheid en vervuiling van het wasgoed, gebruikt reinigingsmiddel, schommelingen van de stroomvoorziening en geselecteerde bijkomende functies van de opgegeven waarden afwijken.
2
Testprogramma conform de EU-Ecodesignverordening en de EU-energielabelverordening met
koud water (15°C).
Overige informatie over uw model
vindt u op het internet onder https://
energylabel.bsh-group.com1. Dit webadres bevat een link naar de officiële EU-productdatabase EPREL, waarvan de URL ten tijde van het drukken
nog niet was gepubliceerd. Volg dan
de aanwijzingen bij het zoeken naar
het model op. De modelidentificatie
bestaat uit het teken voor de slash
van het E-nummer (E-Nr.) op het typeplaatje. Alternatief vindt u de modelidentificatie ook in de eerste regel
van het EU-energielabel.
1
Geldt alleen voor landen in de Europese Economische Ruimte
56
BSH Hausgeräte GmbH
Carl-Wery-Straße 34
81739 München
GERMANY
www.siemens-home.bsh-group.com
Gefabriceerd door BSH Hausgeräte GmbH onder handelsmerklicentie van Siemens AG
*9001550298*
9001550298(000610)
nl
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.