privégebruik in het
huishouden en de huiselijke
omgeving.
■ De vaatwasser alleen in het
huishouden gebruiken en
alleen voor het aangegeven
doel: het afwassen van
huishoudelijk serviesgoed.
■ Deze vaatwasser is bestemd
voor gebruik tot op hoogten
van maximaal 2.500 m
boven zeeniveau.
( Veiligheidsvoorschrif-
ten
Veiligheidsvoorschriften
Dit toestel kan worden gebruikt
door kinderen vanaf 8 jaar en
door personen met beperkte
fysieke, sensorische of
geestelijke vermogens of
personen die gebrek aan
kennis of ervaring hebben,
wanneer zij onder toezicht
staan van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of geleerd hebben
het op een veilige manier te
gebruiken en zich bewust zijn
van de risico's die het gebruik
van het toestel met zich
meebrengt.
Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen. Reiniging en
onderhoud van het toestel
mogen niet worden uitgevoerd
door kinderen, tenzij zij 8 jaar of
ouder zijn en onder toezicht
staan.
Zorg ervoor dat kinderen die
jonger zijn dan 8 jaar uit de
buurt blijven van het toestel of
de aansluitkabel.
Voordat u het apparaat
in gebruik neemt
Lees de gebruiksaanwijzing en
het installatievoorschrift
aandachtig door! U vindt daarin
belangrijke informatie over
plaatsing, gebruik en
onderhoud van het apparaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing
en het installatievoorschrift voor
later gebruik of voor volgende
eigenaars.
De gebruiksaanwijzing kunt u
gratis downloaden van onze
internetpagina. Ons
internetadres vindt u op de
achterkant van deze
gebruiksaanwijzing.
5
Page 6
nl Veiligheidsvoorschriften
Bij aflevering
1. Controleer onmiddellijk
of de verpakking en
de afwasautomaat tijdens
het transport beschadigd
zijn. Een beschadigd
apparaat niet in gebruik
nemen maar contact
opnemen met uw
leverancier.
2. Het verpakkingsmateriaal
milieuvriendelijk volgens
de geldende voorschriften
afvoeren.
3. Laat kinderen niet met
de verpakking en
de onderdelen daarvan
spelen. Kans op stikken door
vouwdozen en folie.
Bij de installatie
■ Zorg ervoor dat de
achterzijde van de
afwasautomaat na de
installatie niet meer vrij
toegankelijk is
(aanraakbeveiliging wegens
hete oppervlakken).
■ Ga bij het plaatsen en
aansluiten te werk volgens
de installatie- en
montagehandleiding.
■ Tijdens het installeren mag
de afwasautomaat niet
op het elektriciteitsnet zijn
aangesloten.
■ Overtuig u ervan dat het
aardingssysteem
van de elektrische
huisinstallatie volgens
de elektrotechnische
voorschriften is geïnstalleerd.
■ De elektrische
aansluitvoorwaarden moeten
overeenkomen met
de gegevens op het
typeplaatje 9J
van de afwasautomaat.
■ Als de elektrische
aansluitkabel van het
apparaat beschadigd wordt,
dan moet deze door
een speciale aansluitkabel
vervangen worden.
Om gevaren te voorkomen,
dient men deze aan te
schaffen via de
klantenservice.
■ Als de afwasmachine
in een hoge kast moet
worden ingebouwd, dan
moet deze volgens
de voorschriften bevestigd
worden.
■ Als de afwasautomaat onder
of boven andere
huishoudapparaten wordt
ingebouwd, dient men de
informatie m.b.t. de inbouw
in combinatie met een
afwasautomaat in de
montagehandleiding van de
desbetreffende apparaten in
acht te nemen.
6
Page 7
Veiligheidsvoorschriften nl
■ Neem bovendien de
montageaanwijzingen van de
afwasautomaat in acht om
een veilig gebruik van alle
apparaten te waarborgen.
■ Als er geen informatie
beschikbaar is of als de
montagehandleiding niet de
gewenste aanwijzingen
bevat, dient u contact op te
nemen met de fabrikant van
deze apparaten om na te
gaan of de afwasautomaat
boven of onder deze
apparaten kan worden
ingebouwd.
■ Als het u niet lukt om
informatie van de fabrikant te
krijgen, mag u de
afwasautomaat niet boven of
onder deze apparaten
inbouwen.
■ Wanneer u boven de
afwasautomaat een
magnetron inbouwt, kan
deze beschadigd raken.
■ Voor een goede stabiliteit
van het apparaat mogen
integreerbare
of onderbouwapparaten
alleen onder een doorlopend
werkblad worden ingebouwd
dat aan de kasten ernaast is
vastgeschroefd.
■ Het apparaat niet in de buurt
van een warmtebron
(radiator, boiler, fornuis
of andere apparaten die
warmte afgeven) installeren
en niet onder
een kookplateau inbouwen.
■ Houd er rekening mee dat
de isolatie van het
aansluitsnoer van de
vaatwasser bij
warmtebronnen (zoals de
verwarmings-/warmwaterinst
allatie) of hete
apparaatonderdelen kan
smelten. Nooit het
aansluitsnoer van de
vaatwasser met
warmtebronnen of hete
apparaatonderdelen in
contact brengen.
■ Na het plaatsen van het
apparaat moet de stekker
gemakkelijk te bereiken zijn.
~ "Elektrische aansluiting"
op pagina 58
■ Bij sommige modellen:
In de kunststof behuizing
aan de wateraansluiting
bevindt zich een elektrisch
ventiel. In de toevoerslang
bevinden zich elektrische
aansluitleidingen. De slang
niet doorsnijden,
de kunststof behuizing niet
in water onderdompelen.
7
Page 8
nl Veiligheidsvoorschriften
Dagelijks gebruik
Let
op de veiligheidsvoorschriften
resp. de aanwijzingen bij het
gebruik op de verpakkingen
van het afwasen glansspoelmiddel.
Let erop dat de
veiligheidsinstructies ook
worden aangehouden wanneer
u het apparaat via de Home
Connect app bedient en daarbij
buiten zichtafstand bent. Let
ook op de instructies in de app.
Kinderslot
(deurvergrendeling) *
Deurvergrendeling
Het kinderslot
(deurvergrendeling) beschermt
kinderen tegen mogelijke
gevaren die door de
afwasautomaat kunnen
ontstaan.
Zo activeert u het kinderslot
(deurvergrendeling):
1. De lip van het kinderslot naar
u toe trekken (1).
2. Deur sluiten (2).
De kinderbeveiliging is
geactiveerd.
Zo opent u de deur met
geactiveerd kinderslot
(deurvergrendeling):
1. De lip van het kinderslot naar
rechts drukken (1).
2. Deur openen (2).
:Waarschuwing
Kans op stikken!
Kinderen kunnen zichzelf in het
apparaat opsluiten en stikken.
Na gebruik van de
afwasautomaat de
apparaatdeur altijd goed
sluiten.
8
Page 9
Veiligheidsvoorschriften nl
Zo deactiveert u het kinderslot
(deurvergrendeling):
1. De lip van het kinderslot naar
rechts drukken (1).
2. De lip van het kinderslot naar
achteren schuiven (2).
Het kinderslot is gedeactiveerd.
* afhankelijk van de
uitrustingsvariant van uw
afwasautomaat
Kinderslot (toetsblokkering)
Toetsblokkering
U kunt uw vaatwasser
beveiligen tegen onbedoelde
annulering van het programma
(bijvoorbeeld door kinderen).
Zo activeert u de
toetsblokkering:
1. Gewenste programma
starten.
2. Toets F ca. 4 seconden
ingedrukt houden.
In de displayindicatie
verschijnt "Kinderslot actief".
De toetsblokkering is
geactiveerd.
Wordt terwijl het programma
loopt een toets ingedrukt, dan
verschijnt "Kinderslot actief" in
de displayindicatie. Annulering
van het programma (reset) is
niet mogelijk.
Voor het de-activeren van de
kinderbeveiliging de toets F
ca. 4 seconden ingedrukt
houden, tot in de
displayindicatie "Kinderslot
actief" verdwijnt.
Na het einde van het
programma wordt de
toetsblokkering opgeheven. Na
een stroomuitval blijft de
toetsblokkering van kracht. Bij
elke start van een programma
moet de toetsblokkering weer
worden geactiveerd.
9
Page 10
nl Veiligheidsvoorschriften
Bij schade
■ Reparaties en ingrepen
mogen alleen door
een vakkundig monteur
worden uitgevoerd.
Hierbij mag het apparaat niet
op het elektriciteitsnet zijn
aangesloten. De stekker uit
het stopcontact trekken of de
zekering uitschakelen. Kraan
dichtdraaien.
■ Bij beschadigingen, vooral
van het bedieningspaneel
(scheuren, gaten,
afgebroken toetsen), of als
de deur niet goed
functioneert, mag het
apparaat niet meer worden
gebruikt. De stekker uit het
stopcontact trekken of de
zekering uitschakelen. Kraan
dichtdraaien, klantenservice
bellen.
Bij het afvoeren
1. Het afgedankte apparaat
onmiddellijk onbruikbaar
maken om eventuele
ongelukken te voorkomen.
2. Het apparaat
op een milieuvriendelijke
wijze (laten) afvoeren.
:Waarschuwing
Risico van letsel!
■ Om verwondingen bijv. door
struikelen te voorkomen: de
afwasautomaat tijdens het inen uitladen zo kort mogelijk
openen.
■ Messen en andere
voorwerpen met scherpe
punten moeten met de
punten naar beneden in de
bestekkorf* 9" worden
geplaatst en horizontaal in
de meshouder* of de
besteklade* 1*.
■ Niet op de geopende deur
gaan zitten of staan.
■ Let er bij vrijstaande
apparaten op dat de korven
niet overladen zijn. Het
apparaat kan kantelen.
■ Als het apparaat niet
in een nis staat waardoor
een zijwand toegankelijk is,
dan moeten
de deurscharnieren om
veiligheidsredenen aan
de zijkant afgedekt worden
(kans op verwondingen).
De afdekkingen zijn als extra
toebehoren tegen meerprijs
bij de Servicedienst of bij uw
leverancier verkrijgbaar.
* afhankelijk van de
uitrustingsvariant van uw
afwasautomaat
10
Page 11
Veiligheidsvoorschriften nl
:Waarschuwing
Gevaar door explosie!
Doe geen oplosmiddel
in de spoelruimte. Kans
op explosie.
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Tijdens het
programmaverloop de deur
alleen heel voorzichtig openen.
Er kan namelijk heet water uit
het apparaat spuiten.
:Waarschuwing
Gevaren voor kinderen!
■ Maak gebruik – indien
aanwezig –
van de kinderbeveiliging.
■ Laat kinderen nooit met het
apparaat spelen of het
bedienen.
■ Kinderen uit de buurt
van reinigingsmiddel
en glansspoelmiddel
houden. Deze kunnen
irritaties in mond, keel
en ogen veroorzaken of tot
verstikking leiden.
■ Kinderen uit de buurt
van de geopende
afwasautomaat houden. De
afwasautomaat kan nog
kleine voorwerpen bevatten
die door kinderen ingeslikt
zouden kunnen worden, en
het water in de binnenruimte
is geen drinkwater, het kan
afwasmiddelresten bevatten.
■ Let op dat kinderen niet
in de tab-opvangschaal 1B
grijpen. De vingertjes kunnen
in de sleuven beklemd
raken.
■ Let er bij een op een hoge
plaats ingebouwd apparaat
op dat er bij het openen en
sluiten van de deur geen
kinderen klem komen te
zitten of bekneld raken
tussen de apparaatdeur en
de onderliggende kastdeur.
■ Kinderen kunnen zich
opsluiten in het apparaat
(verstikkingsgevaar) of in
een andere gevaarlijke
situatie terechtkomen.
Bij uitgediende apparaten
daarom: Trek daarom de
stekker uit het stopcontact.
Aansluitkabel doorknippen
en verwijderen. Deurslot
onklaar maken zodat de
deur niet meer sluit.
11
Page 12
nl Milieubescherming
7 Milieubescherming
Milieubescherming
Zowel de verpakking van het nieuwe
apparaat als het oude apparaat bevat
waardevolle grondstoffen en materiaal
dat hergebruikt kan worden.
De afzonderlijke delen a.u.b. gesorteerd
afvoeren.
U kunt bij uw leverancier
of bij de gemeente informeren hoe u uw
oude apparaat en het
verpakkingsmateriaal kunt (laten)
afvoeren.
Verpakking
Alle kunststof delen van het apparaat
zijn gemerkt
met een gestandaardiseerd
afkortingsteken (bijv. „PS” polystyreen).
Hierdoor is bij het afvoeren van het
apparaat een scheiding per soort
van de kunststof afvaldelen mogelijk.
Neem a.u.b. de aanwijzingen voor
de veiligheid onder „Bij levering” in acht
~ Blz. 6.
Uw oude apparaat
Neem a.u.b. de aanwijzingen voor
de veiligheid onder „Bij het afvoeren”
in acht ~ Blz. 10.
Dit apparaat is geclassificeerd
volgens de Europese richtlijn
2012/19/EG over oude
elektrische en elektronische
apparatuur (waste electrical and
electronic equipment – WEEE).
Deze richtlijn vormt voor de
gehele EU een kader voor de
terugname en recycling van
oude apparaten.
* Het apparaat leren
kennen
Het apparaat leren kennen
De afbeeldingen van het
bedieningspaneel en
van de binnenruimte van het apparaat
vindt u vooraan in de omslag van deze
gebruiksaanwijzing. In de tekst wordt
op de verschillende posities gewezen.
@ Indicatie zout bijvullen
H Indicatie WLAN
P Insteltoetsen
X Starttijd kiezen
` Info-toets {
h Afstandstoets start
)" Start-toets
)* Extra functies/ programmatoetsen
**
)2 Toets < >
): Deuropener
)B Display-indicatie*
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
** aantal afhankelijk van de
uitrustingsvariant van uw
afwasautomaat
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Infotoets {
Infotoets
Met de infotoets { kunt u extra
programma-informatie weergeven.
1. Infotoets {` indrukken.
2. Programmatoets indrukken.
Informatie over het geselecteerde
programma worden in de
displayindicatie )B weergegeven.
3. Om deze te verlaten op de infotoets
{ ` drukken.
Tijdinstelling
Tijdinstelling
Bij de eerste ingebruikneming start de
tijd op 12:00 uur.
Zo stelt u de tijd in:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken, tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B de
tijdinstelling wordt weergegeven.
4. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.Door de
insteltoetsen - +P langer
ingedrukt te houden, verandert de
instelwaarde in stappen van 10
minuten.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
Aanwijzing: Wanneer het apparaat
lange tijd stroomloos is geweest, start
de tijd op 12:00 uur. Stel de tijd in.
13
Page 14
nl Het apparaat leren kennen
Ingebruikname
Wanneer u de afwasautomaat voor het
eerst inschakelt, komt u direct bij de
instellingen voor de eerste
ingebruikneming.
Aanwijzing: Als u bij de eerste
inbedrijfstelling Home Connect kiest,
voert u de verdere instellingen via de
app van uw vaatwasser uit.
Zie hiervoor de meegeleverde
documentatie van Home Connect.
In de displayindicatie )B wordt de
volgende tekst weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
In de onderstaande tabel vindt u de
benodigde instellingen voor de eerste
ingebruikneming.
Zo wijzigt u de instelling:
1. Toets > )2 zo vaak indrukken tot
de gewenste instelling wordt
weergegeven.
2. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
3. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
Instellingen eerste
inbedrijfstelling
FabrieksinstellingInfotekst
door indrukken van de infotoets {
Taal/LanguageDeutschTaal selecteren.
Home ConnectHandmatig/Home Connect Handmatig/Home Connect.
Tijdformaat24h12h of 24h.
Tijdinstelling12:00Instellen van de actuele tijd.
Waterhardheid°dH 13 - 16 gemiddeldAanpassing aan de plaatselijke
waterhardheid. Bij gebruik van Multitaps
de stand 0 - 6 kiezen.
Glansspoelmiddeldosering Stand 5De hoeveelh. glansspoelm. beïnvloedt de
droging. Bij gebruik van Multitaps de stand
0 kiezen.
Wateraansluiting *KoudwaterAansluiting op warmwater (40-60°C) of
koudwater (<40°C) mogelijk.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw afwasautomaat
--------
14
Page 15
Instellingen
Het apparaat leren kennen nl
Om het u makkelijker te maken, zijn er
vooraf bepaalde instellingen gemaakt
voor uw vaatwasser. U kunt deze
fabrieksinstellingen desgewenst
veranderen.
Zo wijzigt u de instelling:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken, tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
InstellingFabrieksinstellingInfotekst
Tijdinstelling12:00Instellen van de actuele tijd.
Tijdformaat24h12h of 24h.
TijdweergaveTijdWeergave van programma-einde met de
Taal/LanguageDeutschTaal selecteren.
Waterhardheid°dH 13 - 16 gemiddeldInstelling van de waterhardheid.Bij
Glansspoelmiddeldosering Stand 5De hoeveelheid glansspoelmiddel
SensorinstellingStandaardAanpassing van de vuildetectie voor een
Extra droogUitVerbeterde droging, voor glazen en
Wateraansluiting *KoudwaterAansluiting op warmwater (40-60 °C) of
EcoprognoseUitWeergave van het water- en
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw vaatwasser
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot
de gewenste instelling wordt
weergegeven.
4. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
U hebt de mogelijkheid om alle
gewijzigde instellingen weer terug te
zetten op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen.
Aanwijzing: Wanneer u uw
afwasautomaat terugzet op de
fabrieksinstellingen, komt u direct bij de
instellingen voor de eerste
ingebruikneming.
door indrukken van de infotoets {
indicatie "Klaar over" of "Klaar om".
gebruik van multitabs de laagste stand
kiezen.
beïnvloedt de droging. Bij gebruik van
multitabs stand 0 kiezen.
optimaal reinigingsresultaat.
kunststofdelen.
koudwater (<40 °C) mogelijk.
energieverbruik.
15
Page 16
nl Het apparaat leren kennen
InstellingFabrieksinstellingInfotekst
door indrukken van de infotoets {
Auto Power OffNa een minuutAutomatische uitschakeling van het
apparaat na afloop van de spoelcyclus.
emotionLight *AanVerlichting van de binnenruimte.
StartprogrammaEco 50°Na inschakeling verschijnt het laatst
gekozen programma.
Signaalsterkte *Stand 2Volume van het signaal bij
programma-einde.
ToetsvolumeStand 2Volume bij bediening van de toetsen.
Eco droging *AanAutomatische deuropening na afloop van
het Eco-programma.
Wi-FiAan/UitDraadloze netwerkverbinding
aan-/uitschakelen.
NetwerkaanmeldingHandmatig/automatischWPS-functie op router testen.
Geen WPS-functie: handmatig
WPS-functie: automatisch
Verbinden met appStarten met +Huishoudapparaat verbinden met mobiel
terminalapparaat.
Energiemanager *Verbinden met +Huishoudapparaat verbinden met de
energiemanager van het huissysteem.
BegroetingAanHet merklogo bij inschakeling van het
apparaat kan gedeselecteerd worden.
FabrieksinstellingTerugzettenTerugzetten naar fabrieksinstelling.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant van uw vaatwasser
Aanwijzingen
■ Het menupunt “Netwerkaanmelding”
is pas beschikbaar wanneer Wi-Fi is
ingeschakeld.
■ Het menupunt “Verbinden met app”
is pas beschikbaar wanneer er een
verbinding met het thuisnetwerk is
gemaakt.
--------
16
■ Het menupunt “energiemanager” is
pas beschikbaar wanneer de
verbinding naar het thuisnetwerk
werd gemaakt en het apparaat met
de app werd verbonden.
Page 17
Home Connect nl
o Home Connect
Home Connect
De beschikbaarheid van de functie
Home Connect is afhankelijk van de
beschikbaarheid van de Home Connect
diensten in uw land. De Home Connect
diensten zijn niet in elk land
beschikbaar. Meer informtie hierover
vindt u op www.home-connect.com.
Deze vaatwasser is voorzien van Wi-Fi
en kan via een mobiel eindapparaat op
afstand worden bediend.
Wanneer u de vaatwasser niet met het
thuisnetwerk verbindt, kunt u de
vaatwasser verder handmatig via de
toetsen bedienen.
Infotoets {
Infotoets
Met de infotoets { kunt u extra
programma-informatie weergeven.
1. Infotoets {` indrukken.
2. Programmatoets indrukken.
Informatie over het geselecteerde
programma worden in de
displayindicatie )B weergegeven.
3. Om deze te verlaten op de infotoets
{ ` drukken.
App inrichten
Om het apparaat via Home Connect te
kunnen bedienen, moet de Home
Connect app op uw mobiele
eindapparaat zijn geïnstalleerd.
Zie hiervoor de meegeleverde
documentatie van Home Connect.
Om de instellingen uit te voeren, volgt u
de stappen die de app aangeeft.
Home Connect instellen
U kunt de vaatwasser via de
afstandstoets start }h instellen of u
gaat als volgt te werk:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B de gewenste
instelling wordt weergegeven.
4. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is in de vaatwasser
opgeslagen.
Wi-Fi |
Wi-Fi
In het menu Wi-Fi kunt u de draadloze
netwerkverbinding met “Aan” activeren
en met “Uit” deactiveren.
!
Aanwijzingen
■ Wanneer u de instelling Wi-Fi “Uit”
heeft geselecteerd zijn de
instellingen “Netwerkaanmelding” en
“met app verbinden” niet
beschikbaar.
■ Voor de afstandsbediening van het
apparaat is een stabiele draadloze
netwerkverbinding vereist.
:L)L
$DQ
17
Page 18
nl Home Connect
Netwerkaanmelding
Het menupunt “Netwerkaanmelding” is
pas beschikbaar wanneer u Wi-Fi heeft
geactiveerd.
In het menu Netwerkaanmelding kunt u
tussen “Autom./WPS” en “Handm.”
kiezen om de vaatwasser met uw
thuisnetwerk te verbinden.
1HWZHUNDDQPHOGLQJ
!
+DQGPDWLJ$XWRP:36
Automatisch: de verbinding met het
thuisnetwerk wordt via de WPS-functie
van uw router gemaakt.
:36NQRSRSGHURXWHU
LQGUXNNHQPV
Handmatig: Verbind uw mobiele toestel
met het netwerk Home Connect. De
netwerkinstellingen worden dan met
behulp van de Home Connect app
handmatig ingevoerd om de verbinding
tot uw thuisnetwerk te maken.
Zodra er met succes een verbinding is
gemaakt, wordt de volgende tekst in de
displayindicatie )B weergegeven:
1HWZHUNDDQPHOGLQJ
6XFFHVYRO
Zie hiervoor de meegeleverde
documentatie van Home Connect.
Verbinden met app
Het menupunt “Verbinden met app” is
pas beschikbaar wanneer er verbinding
met het thuisnetwerk is gemaakt.
Bij de instelling “Verbinden met app”
wordt de toewijzing tussen vaatwasser,
app en uw gebruikersaccount gemaakt.
9HUELQGHQPHWDSS
!
6WDUWHQPHW
Zodra er met succes een verbinding is
gemaakt, wordt de volgende tekst in de
displayindicatie )B weergegeven:
9HUELQGHQPHWDSS
6XFFHVYRO
Zie hiervoor de meegeleverde
documentatie van Home Connect.
Aanwijzing voor
gegevensbescherming:
Wanneer de Home Connect vaatwasser
voor de eerste keer met een
WLAN-netwerk dat op het internet is
aangesloten wordt verbonden, geeft uw
Home Connect vaatwasser de volgende
gegevenscategorieën door aan de
Home Connect server (eerste
registratie):
■ Eenduidige identificatie van het
apparaat (bestaande uit
apparaatsleutels en het MAC adres
van de gewijzigde Wi-Fi
communicatiemodule).
■ Veiligheidscertificaat van de Wi-Fi
communicatiemodule (voor de
informatietechnische beveiliging van
de verbinding).
■ De actuele software- en
hardwareversie van uw vaatwasser.
■ Status van een eventuele eerdere
reset naar de fabrieksinstellingen.
18
Page 19
Home Connect nl
Bij de eerste registratie wordt het
gebruik van de Home Connect
functionaliteiten voorbereid. Deze
registratie dient pas te worden
uitgevoerd op het moment dat u voor
het eerst van de Home Connect
functionaliteiten gebruik wilt maken.
Houd er rekening mee dat de Home
Connect functionaliteiten alleen kunnen
worden gebruikt in verbinding met de
Home Connect app. Informatie over
gegevensbeveiliging kan in de Home
Connect app worden opgevraagd.
Afstandstoets start }
Afstandstoets start
Als de vaatwasser met het thuisnetwerk
is verbonden activeert u met de
afstandstoets start }h de
afstandsbediening van de vaatwasser.
Wanneer de vaatwasser nog niet bij
Home Connect is aangemeld, komt u
door het indrukken van de afstandstoets
start }h, in de Home Connect
instellingen.
Zie hiervoor de meegeleverde
documentatie van Home Connect.
Aanwijzingen
■ Bij afgesloten
aanmeldingsprocedure gaat de
afstandstoets start uit }h.
■ Om de afstandsbediening te
activeren, de afstandstoets start
}h indrukken,
■ Wanneer de Home Connect
Assistent bij de start werd
afgebroken, drukt u opnieuw op de
afstandstoets start }h.
■ Indien de verbinding naar de router
afbreekt, knippert de indicatie WLAN
H op het display.
Wi-Fi zonder verbinding met
de Home Connect server †
Wi-Fi zonder verbinding met de Home Connect server
U kunt via de Home Connect App de
verbinding met de Home Connect
server verbreken.
Uw apparaat is dan lokaal met uw
mobiele eindapparaat verbonden, maar
heeft geen verbinding met de Home
Connect server.
Aanwijzing: Als de verbinding met de
Home Connect server niet door u is
gedeactiveerd, controleert u uw
internetverbinding.
Diagnose op afstand…
Diagnose op afstand
Als u contact opneemt met de
servicedienst, kan deze dienst met
behulp van de Diagnose op afstand …
toegang tot uw apparaat verkrijgen.
Aanwijzingen
■ De toegang van de servicedienst
moet door u op het apparaat worden
bevestigd.
■ U kunt de Diagnose op afstand …
via de AAN-/UIT-schakelaar (
uitschakelen of in de Home Connect
app de toegang van de
servicedienst deactiveren.
Energiemanager „ inrichten *
Energiemanager inrichten
Met de energiemanager „ wordt uw
vaatwasser tijdens een door u
ingestelde tijdsduur zelfstandig op het
tijdstip met het voordeligste
stroomaanbod van uw alternatieve
energiebron (bijv. fotovoltaïsch
zonnesysteem) gestart.
Als de energiemanager „ de
vaatwasser niet op afstand kan starten
(bijv. door ontbrekend stroomaanbod
van het fotovoltaïsche zonnesysteem),
start deze de vaatwasser op een later
tijdstip met het conventionele
stroomaanbod.
19
Page 20
nl Home Connect
Zo richt u de energiemanager „ in:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B
“Energiemanager” wordt
weergegeven.
4. Met de insteltoets + P de instelling
uitvoeren.
5. Verbind uw vaatwasser tijdens de
volgende 2 minuten met de
energiemanager van het
huissysteem. Activeer ook de
verbindingsopname op de
energiemanager van uw
huissysteem (neem hiervoor de
gebruikshandleiding van de fabrikant
van de energiemanager in acht).
Als er met succes een verbinding
tussen de vaatwasser en de
energiemanager van uw huissysteem is
gemaakt, wordt er informatie in de
displayindicatie )B weergegeven.
Indien de aanmelding van de
energiemanager is mislukt, herhaalt u
stap 5.
Aanwijzing: Het menupunt
“Energiemanager” is pas beschikbaar
wanneer de verbinding met het
thuisnetwerk is gemaakt en het
apparaat met de app is verbonden.
Energiemanager „ activeren *
Energiemanager activeren
Om de energiemanager „ te starten,
moet u de afstandsstarttoets } h
activeren en de tijdinstelling X
instellen.
Wanneer u de afstandsstarttoets } h
heeft geactiveerd, kunt u via de Home
Connect app de tijdinstelling X
uitvoeren.
U kunt de energiemanager „ ook
handmatig via de toetsen op de
vaatwasser activeren.
Zo activeert u de energiemanager „
op de vaatwasser:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Programma 0 kiezen.
3. Toets tijdinstelling X indrukken.
4. Insteltoetsen + - P net zo vaak
indrukken tot de aangegeven tijd
aan uw wens voldoet.
5. START-toets )" indrukken, de
tijdinstelling is geactiveerd.
6. Activeer de afstandsstarttoets } h.
7. Na een succesvolle activering heeft
de energiemanager „ toegang tot
de vaatwasser en kan deze tijdens
de ingestelde tijdsduur starten.
Aanwijzing: Zodra de energiemanager
„ het programma vroeger start, wordt
de tijdsaanduiding “Klaar over”/“Klaar
om” geactualiseerd.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Meer informatie over Energiebeheer en
de systeemvereisten voor het gebruik
ervan vindt u op
www.home-connect.com/energymana
gement
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
20
Page 21
Y
Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout nl
Energiemanager „
deactiveren *
Energiemanager deactiveren
Het menupunt “Verbreken met +” is
beschikbaar wanneer de vaatwasser
met de energiemanager van het
huissysteem verbonden is.
Zo deactiveert u de energiemanager:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B de gewenste
instelling wordt weergegeven.
4. Met de insteltoetsen + - P de
instelling uitvoeren.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
Energiemanager is gedeactiveerd.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Conformiteitsverklaring y
Conformiteitsverklaring
Hierbij verklaart BSH Hausgeräte GmbH
dat het apparaat met Home Connect
functionaliteit voldoet aan de
fundamentele vereisten en de overige
toepasselijke bepalingen van de
richtlijn 1999/5/EG. Een uitvoerige
R&TTE conformiteitsverklaring vindt u
op het internet onder
www.siemens-home.bsh-group.com, op
de productpagina van uw apparaat bij
de aanvullende documenten.
+ Wateronthardingsin-
stallatie /
Onthardingszout
Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout
Voor een goed afwasresultaat heeft
de afwasautomaat zacht water, d.w.z.
water met weinig kalk nodig. Anders
zetten zich witte kalkresten op het
serviesgoed en de binnenkant
van de spoelruimte af. Leidingwater is
harder dan 7° dH (1,2 mmol/l), moet
onthard worden. Dit gebeurt met behulp
van onthardingszout (regenereerzout)
in de wateronthardingsinstallatie
van de afwasmachine. De instelling en
daarmee de benodigde hoeveelheid
zout is afhankelijk van de hardheid van
uw leidingwater (zie de volgende
waterhardheidstabel).
Tabel voor de waterhardheid
:DWHU
KDUGKHLGV
ZDDUGHG+
² JHPLGGHOG
² JHPLGGHOG
²KDUG
²KDUG
²KDUG
+DUGKHLGV
EHUHLN
²]DFKW
²]DFKW
² JHPLGGHOG
PPROO
²
²
²
²
²
²
²
²
,QVWHOZDDUGH
RSâPDFKLQH
:L)LLVHHQJHUHJLVWUHHUGKDQGHOVPHUN
21
Page 22
nl Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout
Onthardingsvoorziening
instellen
De hoeveelheid onthardingszout is van
0 tot 50°dH instelbaar. Bij de
instelwaarde 0-6 is geen zout nodig.
Zo stelt u de onthardingsvoorziening
in:
1. Hardheid van het leidingwater
opvragen bij het plaatselijke
waterleidingbedrijf.
2. De benodigde stand opzoeken in de
waterhardheidstabel.
3. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
4. Infotoets {` 3 seconden
indrukken, tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
5. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B
waterhardheid wordt weergegeven.
6. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
7. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is in de vaatwasser
opgeslagen.
Gebruik van onthardingszout
Men dient onthardingszout bij te vullen
zodra de zoutbijvulindicatie @ op het
bedieningspaneel brandt, of wanneer dit
wordt aangegeven op de
display-indicatie * )B. Onmiddellijk
vóór het inschakelen van het apparaat
zout bijvullen. Hiermee bereikt u dat
de overgelopen zoutoplossing
onmiddellijk wordt uitgespoeld
en corrosie aan het spoelreservoir
wordt voorkomen.
Attentie!
Reinigingsmiddel beschadigt de
onthardingsvoorziening! Nooit
reinigingsmiddel in het reservoir voor
onthardingszout doen.
Zo vult u onthardingszout bij:
1. Schroefdop van het
voorraadreservoir 1b eraf
schroeven.
2. Reservoir met water vullen (alleen
nodig bij de eerste
ingebruikneming).
3. Onthardingszout toevoegen volgens
de afbeelding (geen tafelzout of
tabletten).
Hierdoor wordt het water verdrongen
en loopt weg.
22
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Page 23
Glansspoelmiddel nl
Gebruik
van reinigingsproducten
met zoutcomponenten
Reinigingsproducte met zoutcomponente
Bij gebruik van gecombineerde
reinigingsproducten
met zoutcomponenten hoeft in het
algemeen tot een waterhardheid
van 21°dH (37°fH, 26°Clarke,
3,7 mmol/l) geen onthardingszout
gebruikt te worden. Bij een
waterhardheid van meer dan 21 °dH is
gebruik van onthardingszout nodig.
Wanneer bij gebruik van
gecombineerde reinigingsmiddelen met
zoutcomponenten een storing optreedt
in de zoutbijvulindicatie @ op het
bedieningspaneel of in de tekst in de
displayindicatie )B (zoutvoorraad
voldoende voor x spoelbeurten), dan
kunnen de indicaties uitgeschakeld
worden.
Ga te werk zoals onder
„Onthardingsinstallatie instellen” is
beschreven en stel de waarde in op
0-6.Hiermee zijn
de onthardingsinstallatie en de indicatie
zout bijvullen uitgeschakeld.
, Glansspoelmiddel
Glansspoelmiddel
Men dient glansspoelmiddel bij te vullen
zodra de
glansspoelmiddel-bijvulindicatie 8 op
het bedieningspaneel brandt, of
wanneer dit wordt aangegeven op de
display-indicatie * )B.
Glansspoelmiddel hebt u nodig voor
streeploos gedroogd serviesgoed
en heldere glazen. Gebruik alleen
glansspoelmiddel voor huishoudelijke
afwasautomaten. Gecombineerde
reinigingsproducten
met glansspoelcomponenten kunnen
alleen tot een waterhardheid
van 21° dH (37° fH, 26° Clarke,
3,7 mmol/l) gebruikt worden. Bij een
waterhardheid van meer dan 21 °dH is
gebruik van glansspoelmiddel nodig.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Zo vult u glanspoelmiddel bij:
1. Reservoir 92 openen; lip op het
deksel indrukken (1) en optillen (2).
23
Page 24
nl Glansspoelmiddel
2. Glansspoelmiddel bijvullen tot het
max.-teken.
PD[
3. Sluit het deksel.
Het deksel klikt hoorbaar vast.
4. Eventueel gemorst glansspoelmiddel
met een doekje verwijderen om
overmatige schuimontwikkeling
bij de volgende afwasbeurt
te voorkomen.
Hoeveelheid
glansspoelmiddel instellen
De hoeveelheid glansspoelmiddel is
van 0 tot 6 instelbaar. Stel de
hoeveelheid wasverzachter in op 5 voor
een bijzonder goed droogresultaat.
Verander de hoeveelheid
glansspoelmiddel alleen als er strepen
of watervlekken op het serviesgoed
achterblijven. Stel een lagere stand in
om vegen te voorkomen. Stel een
hogere stand in om watervlekken te
voorkomen.
Zo stelt u de hoeveelheid
glansspoelmiddel in:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken, tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B
glansspoelmiddeldosering wordt
weergegeven.
4. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
Indicatie glansspoelmiddel
bijvullen uitschakelen
Wanneer bij gebruik van
gecombineerde reinigingsmiddelen met
glansspoelmiddelcomponenten een
storing optreedt in de
glansspoelmiddel-bijvulindicatie 8 op
het bedieningspaneel of in de tekst op
de display-indicatie * )B
(glansspoelmiddelvoorraad voldoende
voor x spoelbeurten), dan kunnen de
indicaties uitgeschakeld worden.
Ga te werk zoals onder „Hoeveelheid
glansspoelmiddel instellen” beschreven
en stel in op stand 0.
24
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Page 25
Serviesgoed nl
- Serviesgoed
Serviesgoed
Ongeschikt servies
■ Bestek en servies met houten
onderdelen.
■ Gevoelige gedecoreerde glazen,
kunstnijverheidsservies en -vazen
en antiek servies. De decoraties zijn
niet bestand tegen afwassen in een
afwasautomaat.
■ Niet hittebestendige
kunststof voorwerpen/onderdelen.
■ Koperen en tinnen serviesgoed.
■ Serviesgoed dat bevuild is met as,
kaarsvet, smeerolie of verf.
Geglazuurd serviesgoed en voorwerpen
van aluminium en zilver kunnen bij het
afwassen gaan verkleuren of verbleken.
Ook sommige soorten glas (bijv.
voorwerpen van kristal) kunnen
dof worden nadat ze vele malen zijn
afgewassen.
Schade aan glas en
serviesgoed.
Oorzaken:
■ Glassoort en fabricagewijze van het
glas.
■ Chemische samenstelling van het
reinigingsmiddel.
■ Temperatuur van het water tijdens
de afwas.
Aanbeveling:
■ Gebruik alleen glas en porselein dat
volgens de fabrikant geschikt is voor
de afwasautomaat.
■ Gebruik reinigingsmiddel
waarop staat aangegeven dat het
het serviesgoed ontziet.
■ Glas en bestek na afloop van het
programma zo snel mogelijk uit
de afwasmachine halen.
Inruimen
1. Grove etensresten verwijderen.
Afspoelen onder stromend water is
niet nodig.
2. Het serviesgoed zodanig inruimen
dat
– het stevig staat en niet kan
omvallen.
– alle soorten serviesgoed met
de opening naar beneden staan.
– serviesgoed met een ronding
of een holte schuin staat zodat
het water er vanaf kan lopen.
– het de twee sproeiarmen 1:
en 1Z tijdens het ronddraaien
niet belemmert.
Hele kleine voorwerpen niet
in de machine afwassen. Ze kunnen
gemakkelijk uit de servieskorven vallen.
Bovenste servieskorf
Plaats kopjes en glazen in de bovenste
servieskorf 12.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
25
Page 26
nl Serviesgoed
Aanwijzing: Er mag geen serviesgoed
op het tablettenbakje 1B staan. Dit kan
het deksel van het
reinigingsmiddelbakje blokkeren,
waardoor het niet volledig open gaat.
Onderste servieskorf
Plaats pannen in de onderste
servieskorf 9*.
Tip: Erg vervuild serviesgoed (pannen)
moet in de onderste korf worden
ingeruimd. Door de sterkere
sproeistraal verkrijgt u zo een beter
afwasresultaat.
Tip: Andere voorbeelden hoe u uw
afwasautomaat optimaal kunt inruimen,
vindt u op onze homepage. U kunt deze
gratis downloaden. Ons internetadres
vindt u op de achterkant van deze
gebruiksaanwijzing.
Bestekkorf *
Bestekkorf
Plaats het bestek altijd ongesorteerd
met de punt naar onderen in de
bestekkorf *.
Om verwondingen te voorkomen: lange,
puntige bestekdelen en messen in het
messenrek leggen.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
26
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Besteklade *
Besteklade
Het bestek zoals afgebeeld
in de besteklade 1* inruimen. Apart
inruimen van het bestek vergemakkelijkt
het uitruimen na het afwassen.
Page 27
Serviesgoed nl
U kunt de besteklade verwijderen.
Afhankelijk van de uitrustingsvariant van
uw afwasautomaat kunt u de zijdelen
neerklappen om meer ruimte te hebben
voor lang bestek. U kunt de voorste
pennenrijen neerklappen om bredere
handgrepen te kunnen inruimen.
Etagère *
Etagère
De etagère en de ruimte daaronder kunt
u gebruiken voor kleine kopjes en
glazen of voor groter bestek zoals
pollepels of voorsnijcouvert. Als u de
etagère niet nodig hebt, kunt u deze
omhoog klappen.
&/,&.
* Afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat kunt u de
etagère op 3 niveaus in de hoogte
verstellen.
Zo verstelt u de hoogte van de
etagère:
1. Etagère verticaal zetten en naar
boven trekken.
2. Etagère iets schuin zetten en naar
beneden schuiven tot op de
gewenste hoogte (1, 2 of 3).
3. Etagère vastzetten.
De etagère klikt hoorbaar vast.
&/,&.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
27
Page 28
nl Serviesgoed
Omklapbare bordensteunen *
Omklapbare bordensteunen
* Afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat kunt u de
omklapbare bordensteunen omklappen.
Zo kunt u pannen, schalen en glazen
beter inruimen.
Zo klapt u de omklapbare
bordensteunen om:
1. Hendel naar voren duwen (1).
2. Omklapbare bordensteunen
omklappen (2).
Houder voor kleingoed *
Houder voor kleingoed
* Afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat is bovenste
servieskorf voorzien van houders voor
kleingoed. Met de houders voor
kleingoed kunt u lichte kunststofdelen
goed vastzetten.
Messenrek *
Messenrek
* Afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat is bovenste
servieskorf voorzien van een
messenrek. In het messenrek kunt u
lange messen en andere hulpstukken
leggen.
28
Page 29
Serviesgoed nl
Bakplaat-sproeikop *
Bakplaat-sproeikop
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Grote bakplaten of roosters en grote
borden (gourmetborden, pastaborden,
onderborden) kunt u reinigen met deze
sproeikop.
Zo brengt u de sproeikop aan:
1. Bovenkorf 12 verwijderen .
2. Sproeikop volgens de afbeelding
aanbrengen en naar rechts draaien.
Sproeikop zit vast.
Uitruimen
Om te vermijden dat waterdruppels
van de bovenste servieskorf op het
serviesgoed in de onderste servieskorf
vallen, is het aan te raden het apparaat
van onder naar boven uit te ruimen.
Tip: Heet serviesgoed is stootgevoelig!
Laat het daarom na afloop van het
programma net zo lang in de
afwasautomaat afkoelen tot u het goed
kunt vastpakken.
Aanwijzing: Na het einde van het
programma kunnen er in het apparaat
nog waterdruppels zichtbaar zijn. Dit
heeft geen invloed op het drogen van
het serviesgoed.
Verstellen van de korfhoogte *
Verstellen van de korfhoogte
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
De bovenste servieskorf 12 kan –
indien gewenst – in de hoogte versteld
worden om in de bovenste
of in de onderste servieskorf meer
ruimte te maken voor hoger
serviesgoed.
De bakplaten zoals afgebeeld inruimen
zodat de sproeistraal alle delen kan
bereiken (maximaal 2 bakplaten en 2
roosters).
Aanwijzing: Denk eraan dat u de
afwasautomaat altijd met de bovenkorf
12 of met de bakplaatsproeikop
gebruikt.
Apparaathoogte 81,5 cm
Met bestekkorfBovenste
korf
Onderste
korf
Stand 1 max. ø22 cm31 cm
Stand 2 max. ø24,5 cm27,5 cm
Stand 3 max. ø27 cm25 cm
Met bestekladeBovenste
korf
Onderste
korf
Stand 1 max. ø16 cm31 cm
Stand 2 max. ø18,5 cm27,5 cm
Stand 3 max. ø21 cm25 cm
29
Page 30
nl Serviesgoed
Apparaathoogte 86,5 cm
Met bestekkorfBovenste
korf
Stand 1 max. ø24 cm34 cm
Stand 2 max. ø26,5 cm30,5 cm
Stand 3 max. ø29 cm28 cm
Met bestekladeBovenste
korf
Stand 1 max. ø18 cm34 cm
Stand 2 max. ø20,5 cm30,5 cm
Stand 3 max. ø23 cm28 cm
Plaats grote borden met een diameter
tot 31/34* cm volgens de afbeelding in
de onderste servieskorf 9*.
Onderste
korf
Onderste
korf
Bovenste servieskorf
met hendels aan de zijkant
1. Bovenste servieskorf 12 uittrekken.
2. Bovenste servieskorf bovenaan de
zijkanten vastpakken.
Zo voorkomt u dat deze omlaag
klapt bij de volgende stap.
3. De bovenste servieskorf laten
zakken; beide hendels links en
rechts op de buitenzijde van de korf
naar binnen drukken. De bovenste
servieskorf beweegt omlaag.
4. De bovenste servieskorf optillen; de
bovenste servieskorf aan de
bovenrand vastpakken en optillen.
5. Zorg ervoor dat de bovenste
servieskorf aan beide zijden op
dezelfde hoogte ligt.
6. Bovenste servieskorf inschuiven.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
30
Page 31
Reinigingsmiddel nl
Bovenste servieskorf met
bovenste en onderste
rollenparen
1. Bovenste servieskorf 12 uittrekken.
2. Bovenste servieskorf verwijderen.
3. Bovenste servieskorf weer
aanbrengen op de bovenste rollen
(niveau 3) of de onderste rollen
(niveau 1).
4. Bovenste servieskorf inschuiven.
. Reinigingsmiddel
Reinigingsmiddel
U kunt voor uw vaatwasser tabletten
evenals poedervormige of vloeibare
reinigingsmiddelen gebruiken, in geen
geval echter handafwasmiddel.
Afhankelijk van de vervuiling kan met
poedervormig of vloeibaar
reinigingsmiddel de dosering
individueel worden aangepast. Tabletten
bevatten voor alle afwasprogramma’s
voldoende werkzame stoffen. Moderne,
krachtige reinigingsmiddelen hebben
meestal een laag alkalische receptuur
met enzymen. Enzymen breken zetmeel
af en lossen eiwitten op. Om gekleurde
vlekken (bijv. thee of ketchup) te
verwijderen worden meestal
bleekmiddelen op basis van zuurstof
gebruikt.
Aanwijzing: Neem voor een goed
afwasresultaat altijd de aanwijzingen op
de verpakking in acht!
Bij verdere vragen adviseren wij u
contact op te nemen met de
klantenservice van de
reinigingsmiddelproducent.
:Waarschuwing
Verwondingsgevaar en materiële
schade door het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften van
reinigings- en glansspoelmiddelen!
Neem altijd de veiligheidsvoorschriften
van reinigings- en glansspoelmiddelen
in acht.
31
Page 32
nl Reinigingsmiddel
Vullen met reinigingsmiddel
1. Als het reinigingsmiddelbakje 9:
nog gesloten is, bedient u de
afsluitgrendel 9B om het bakje te
open.
2. Reinigingsmiddel alleen in het droge
reinigingsmiddelbakje 9: gieten
(tablet plat neerleggen, niet op zijn
kant).
3. Dosering: zie de aanwijzingen van
de fabrikant op de verpakking.
Doseerindeling van het
reinigingsmiddelbakje gebruiken.
Gewoonlijk volstaat 20 ml–25 ml bij
normale vervuiling. Bij gebruik van
tabs is één tablet voldoende.
PO
PO
PO
4. Deksel van het
reinigingsmiddelbakje sluiten.
Het deksel klikt hoorbaar vast.
&/,&.
Het reinigingsmiddelbakje gaat,
afhankelijk van het programma, op
het juiste tijdstip automatisch open.
Het poedervormige of vloeibare
afwasmiddel wordt in het apparaat
verdeeld en opgelost, het tablet valt
in de tab-opvangschaal en wordt
daar gedoseerd opgelost.
Tip: Als het serviesgoed niet erg vuil is,
kunt u normalerwijze volstaan met
minder reinigingsmiddel dan is
aangegeven.
Geschikte reinigings- en
onderhoudsmiddelen kunt u online op
onze internetsite of bij de Servicedienst
bestellen (zie achterkant).
32
Page 33
Reinigingsmiddel nl
Gecombineerde
reinigingsmiddelen
Naast de gebruikelijke
reinigingsmiddelen (Solo) wordt een
aantal producten aangeboden met extra
functies. Deze producten bevatten
behalve reinigingsmiddel vaak ook
glansspoelmiddel en zoutvervangende
stoffen (3in1) en, afhankelijk van de
combinatie (4in1, 5in1, ...), ook nog
extra componenten zoals
glasbescherming of glansmiddel voor
roestvrij staal. Gecombineerde
reinigingsmiddelen functioneren alleen
tot een bepaalde hardheidsgraad
(meestal 21°dH). Boven deze
grenswaarde moeten zout en
glansspoelmiddel worden toegevoegd.
Zodra gecombineerde
reinigingsproducten gebruikt worden
past het afwasprogramma zich
automatisch zodanig aan dat altijd het
best mogelijke afwas- en droogresultaat
bereikt wordt.
Aanwijzingen
■ Als u na de start van het programma
serviesgoed wilt bijvullen, gebruik de
tab-opvangschaal 1B dan niet als
handgreep voor de bovenste
servieskorf. Het tablet kan er al in
liggen waardoor u met het
gedeeltelijk opgeloste tablet in
contact komt.
■ Leg geen kleine voorwerpen om af
te wassen in de tab-opvangschaal
1B; hierdoor kan het tablet niet
gelijkmatig oplossen.
■ Optimale afwas- en droogresultaten
bereikt u door het gebruik van losse
reinigingsmiddelen in combinatie
met (apart) gebruik van
onthardingszout en
glansspoelmiddel.
■ Bij korte programma’s kunnen
tabletten door een verschillende
manier van oplossen eventueel niet
de volle reinigingskracht ontwikkelen
waardoor er onopgeloste
afwasmiddeldeeltjes achterblijven.
Voor deze programma's is een
reinigingsmiddel in poedervorm
beter geschikt.
■ Bij het programma „Intensief“ (bij
sommige modellen) is dosering van
één tab voldoende. Bij gebruik van
poedervormig reinigingsmiddel kunt
u nog wat extra reinigingsmiddel op
de binnenkant van de deur strooien.
■ Ook als de indicatie
glansspoelmiddel en/of zout
bijvullen brandt, verloopt het
afwasprogramma bij gebruik van
gecombineerd reinigingsmiddelen
zonder problemen.
■ Bij gebruik van reinigingsmiddelen
met in water oplosbaar
beschermend omhulsel: het
omhulsel alleen met droge handen
vastpakken. Het
reinigingsmiddelbakje moet vóór het
vullen absoluut droog zijn, anders
kan het reinigingsmiddel eraan
vastplakken.
■ Als u van gecombineerde
reinigingsmiddelen op losse
reinigingsmiddelen omschakelt, let
er dan op dat de
wateronthardingsinstallatie en de
hoeveelheid glansspoelmiddel op de
juiste waarde zijn ingesteld.
■ Bio-/ecoreiniger: Reinigingsmiddelen
met de aanduiding „Bio“ of „Eco“
gebruiken (om milieuredenen)
meestal kleinere hoeveelheden
werkzame stoffen of maken
helemaal geen gebruik van
bepaalde inhoudsstoffen. De
reinigende werking van zulke
producten kan daardoor beperkt
zijn.
33
Page 34
nl Programma-overzicht
/ Programma-overzicht
Programma-overzicht
In dit overzicht staat het maximaal mogelijke aantal programma’s vermeld. De
bijpassende programma’s en hun rangschikking vindt u op het bedieningspaneel.
Soort
serviesgoed
potten, pannen,
niet gevoelig
serviesgoed en
bestek
gemengd
serviesgoed en
bestek
gemengd
serviesgoed en
bestek
gemengd
serviesgoed en
bestek
gevoelig
serviesgoed,
bestek,
temperatuurgev
oelige
kunststoffen en
glazen
gemengd
serviesgoed en
bestek
Soort vervuilingProgrammaEventuele extra
erg aangekoekte,
ingebrande of
opgedroogde
zetmeel- of
eiwithoudende
etensresten
licht opgedroogde, in
het huishouden
gebruikelijke
etensresten
licht opgedroogde, in
het huishouden
gebruikelijke
etensresten
licht opgedroogde, in
het huishouden
gebruikelijke
etensresten
weinig aangekoekte
verse etensresten
licht opgedroogde, in
het huishouden
gebruikelijke
etensresten
± / °
Intensief 70°
Á / Ù
Auto 45° - 65°
â / à
Eco 50°
’/´
Stil 50°
é / è
Glas 40°
ñ / ð
Snel 65°
functies
alle
alle
alle
intensiveZone
halveBelading
HygienePlus
Extra drogen
glansDroog
intensiveZone
VarioSpeedPlus
halveBelading
Extra drogen
glansDroog
gevoelig
serviesgoed,
bestek,
temperatuurgev
oelige
kunststoffen en
glazen
alle soorten
serviesgoed
- -
--------
Soort vervuilingProgrammaEventuele extra
licht opgedroogde, in
het huishouden
gebruikelijke
etensresten
weinig aangekoekte
verse etensresten
koud voorspoelen,
tussentijdse reiniging
u / t /
s
Kort 60°
ñ / ð
Snel 45°
ù / ø
Voorspoelen
‰ / Š
Machinereiniging
Programmakeuze
U kunt afhankelijk van het soort vaat en
van de mate van vervuiling een passend
programma kiezen.
functies
alle
Extra drogen
glansDroog
geen
geenMachinereiniging 70°
Programmaverloop
Tijd-geoptimaliseerd:
Reinigen 65°
Tussenspoelen
Glansspoelen
Drogen
Tijd-geoptimaliseerd:
Reinigen 45°
Tussenspoelen
Glansspoelen 50°
Koud afspoelen
Voorspoelen
Aanwijzingen voor
testinstituten
Testbureaus ontvangen de instructies
voor vergelijkingstests (bijv. volgens
EN60436).
Hierbij gaat het om de voorwaarden
voor het uitvoeren van de tests, niet om
de resultaten of de verbruikswaarden.
Aanvraag per e-mail aan:
dishwasher@test-appliances.com
Benodigd zijn het fabrikaatnummer
(E-Nr.) en het productnummer (FD), die
u op het typeplaatje 9J op de deur van
het apparaat vindt.
35
Page 36
nl Extra functies
0 Extra functies
Extra functies
* Afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat kunt u
verschillende extra functies )* kiezen.
Å Tijd besparen
(VarioSpeedPlus) *
Tijd besparen (VarioSpeedPlus)
Met de functie Tijd besparen kan de
looptijd – afhankelijk van het gekozen
afwasprogramma – met ca. 20% tot
66% verkort worden. Om bij verkorte
looptijd optimale reinigings- en
droogresultaten te bereiken, wordt het
water- en energieverbruik verhoogd.
§ halveBelading *
halveBelading
Als u maar weinig afwas hebt (bijv.
glazen, kopjes, borden), dan kunt u de
„halveBelading” bijschakelen. Hiermee
bespaart u water, energie en tijd. Vul het
reinigingsmiddelbakje met iets minder
reinigingsmiddel dan zoals aanbevolen
bij een volle belading van de machine.
μ hygiënePlus
(HygienePlus) *
hygiënePlus (HygienePlus)
Met deze functie worden de
temperaturen verhoogd en extra lang in
stand gehouden, om een gedefinieerd
desinfectieniveau te bereiken. Door
deze functie continu te gebruiken,
verbetert de hygiëne. Deze extra functie
is ideaal voor bijv. het afwassen van
snijplanken of babyflesjes.
Ï intensiveZone *
intensiveZone
Perfect voor gemengde belading. U
kunt erg vuile potten en pannen in de
onderste servieskorf samen met
normaal vervuild serviesgoed in de
bovenste korf afwassen. De sproeidruk
in de onderste servieskorf wordt
versterkt, de temperatuur van het
afwaswater iets verhoogd.
¿ Extra drogen *
Extra drogen
Door een verhoogde temperatuur
tijdens het glansspoelen en een
verlengde droogfase kunnen ook
kunststof delen beter drogen. Het
energieverbruik is iets hoger.
ï glansDroog *
glansDroog
Door de hoeveelheid water tijdens het
spoelen te vergroten en de droogtijd te
verlengen, worden vlekken voorkomen
en verbetert het droogresultaat. Het
energieverbruik is iets hoger. Voor de
glansdroogfunctie wordt
glansspoelmiddel aanbevolen (ook bij
gebruik van combireinigers).
ß Energy Save *
Energy Save
Met de functie „Energy Save“ kan het
water- en energieverbruik worden
verlaagd. Voor optimale reinigings- en
droogresultaten wordt deιlooptijd
verlengd.
36
Page 37
Apparaat bedienen nl
1 Apparaat bedienen
Apparaat bedienen
Programmagegevens
De programmagegevens
(verbruikswaarden) vindt u in de korte
handleiding. Deze zijn gebaseerd op
normale omstandigheden en een
waterhardheid-instelwaarde van
gemiddeld °dH 13 - 16 gemiddeld.
Verschillende factoren zoals de
temperatuur van het water en de druk in
de waterleiding zijn hierbij van invloed
en kunnen tot afwijkingen leiden.
Instellingen wijzigen
Om het u makkelijker te maken, zijn er
vooraf bepaalde instellingen gemaakt
voor uw vaatwasser. U kunt deze
fabrieksinstellingen desgewenst
veranderen.
Zo wijzigt u de instelling:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken, tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B de gewenste
instelling wordt weergegeven.
4. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
Aquasensor *
Aquasensor
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
De Aqua-Sensor is een optisch
meetsysteem (met lichtstraal) waarmee
de vertroebeling van het afwaswater
wordt gemeten.
Afhankelijk van het programma treedt
de Aqua-Sensor in werking. Als de
Aqua-Sensor actief is, kan „schoon”
afwaswater in de volgende
reinigingsfase gebruikt worden en het
waterverbruik daardoor met 3–6 liter
verminderd worden. Is het water te vuil,
dan wordt het afgepompt en door vers
water vervangen. In de automatische
programma’s worden bovendien
temperatuur en looptijd aan de mate
van vervuiling aangepast.
Zeoliet-droging ¼
Zeoliet-droging
:Waarschuwing
Risico van brandwonden door het
aanraken van de luchtafvoeropening
1R!
Nooit de luchtafvoeropening aanraken.
De uitblaasopening wordt heet en
bovendien leidt elke verandering eraan
tot een bezoek van de monteur tegen
betaling van de onkosten.
Tip: Wanneer u meerdere instellingen
wilt wijzigen, dient u alle wijzigingen na
elkaar uit te voeren. Houd dan de
infotoets { ` 3 seconden ingedrukt.
Alle instelwaarden zijn nu opgeslagen in
het apparaat.
37
Page 38
nl Apparaat bedienen
Attentie!
Zorg ervoor dat de aanzuigopening 1J
niet is afgedekt en dat er in de onderste
servieskorf rechts achter boven de
uitblaasopening 1R geen
temperatuurgevoelige serviesdelen
staan.
Het apparaat is voorzien van een
zeoliet-reservoir. Zeoliet is een mineraal
dat vocht en warmte-energie kan
opslaan en weer af kan geven.
In de afwasfase wordt deze
warmte-energie voor het drogen van het
mineraal en voor het verwarmen van het
afwaswater gebruikt.
Tijdens de droogfase wordt vocht uit de
spoelruimte in het mineraal opgeslagen
en komt warmte-energie vrij. Deze
vrijgekomen warmte-energie wordt met
droge lucht in de spoelruimte
uitgeblazen. Hierdoor is een snelle en
verbeterde droging mogelijk waarmee u
heel veel energie bespaart.
Deze handelwijzen zijn daardoor
bijzonder energiebesparend.
Tijdweergave
De programmaduur wordt tijdens het
programma bepaald door de
temperatuur van het water, de
hoeveelheid serviesgoed en de mate
van vervuiling en kan (afhankelijk van
het gekozen programma) variëren. U
kunt de weergave van de tijd
veranderen in een tijdstip of in
uren/minuten, zodat de resterende
programmaduur in het indicatievenster
„Klaar om“ (bijv. 15:20 uur) of „Klaar in“
(bijv. 3:25) verschijnt.
Sensorinstelling
Bij de automatische programma's wordt
het programmaverloop geoptimaliseerd
door middel van sensoren. Het
sensorsysteem past de
programmasterkte van automatische
programma's aan aan de
vuilhoeveelheid en het soort vuil. U kunt
de gevoeligheid van de sensoren
instellen op 3 standen.
Standaard: Deze instelling is optimaal
voor gemengde belading en grote
vuilhoeveelheden, maar is tegelijkertijd
energie- en waterbesparend.
Gevoelig: Deze instelling past de
programmasterkte al bij kleine
vuilhoeveelheden aan, voor een
effectieve verwijdering van
voedselresten. Het energie- en
waterverbruik wordt
dienovereenkomstig aangepast.
Zeer gevoelig: Bij deze instelling wordt
de programmasterkte aangepast aan
zwaardere gebruiksomstandigheden,
bijvoorbeeld sterk opgedroogde
voedselresten. Deze instelling wordt ook
aanbevolen bij gebruik van bioreinigers
of ecoreinigers met kleinere
hoeveelheden werkzame stoffen. Het
energie- en waterverbruik wordt
dienovereenkomstig aangepast.
Extra drogen
Tijdens het glansspoelen wordt de
temperatuur verhoogd waardoor het
droogresultaat wordt verbeterd. De
looptijd kan hierdoor iets verlengd
worden. (Wees voorzichtig met gevoelig
serviesgoed!) U kunt de functie Extra
droog in- of uitschakelen.
38
Page 39
Apparaat bedienen nl
Ecoprognose
Als de ecoprognose actief is verschijnt
korte tijd het gemiddelde water- en
energieverbruik van het geselecteerde
programma in de displayindicatie )B.
AutoPowerOff (Automatisch
uitschakelen na afloop van het
programma)
Auto Power Off
Om energie te besparen wordt de
afwasautomaat 1 minuut na afloop van
het programma uitgeschakeld. U kunt
de instelling wijzigen.
Mogelijke instellingen zijn:
■ uit: Het apparaat gaat niet
automatisch uit.
■ Na 1 minuut: Het apparaat schakelt
na 1 minuut uit.
■ Na 2 uur: Het apparaat schakelt na
2 uren uit.
Aanwijzing: Houd er rekening mee dat
de bij instellingen "Na een minuut" en
"Na twee uur" de binnenverlichting1"
uitgeschakeld is. Om de
binnenverlichting te activeren, drukt u
op de AAN-/UIT-schakelaar (.
EmotionLight
(binnenverlichting) *
EmotionLight
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
EmotionLight 1" is de
binnenverlichting van uw vaatwasser. U
kunt de binnenverlichting inschakelen of
uitschakelen.
Startprogramma wijzigen
U kunt de instelling „Startprogramma“
wijzigen.
Signaalsterkte *
Signaalsterkte
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Het einde van het programma wordt
door een akoestisch signaal
aangegeven. U kunt deze instelling ook
wijzigen.
Toetsvolume
Wanneer u de afwasautomaat bedient,
klinkt er een geluidssignaal telkens
wanneer u op een toets drukt. U kunt
het volume van het signaal regelen. U
kunt het toetssignaal uitschakelen als
het u stoort.
Begroeting
Wanneer u de afwasautomaat
inschakelt, verschijnt het merklogo. U
kunt het merklogo uitschakelen.
Fabrieksinstelling
U kunt alle instellingen terugzetten op
de fabrieksinstelling.
Aanwijzingen
■ Afhankelijk van de instelling van
AutoPowerOff is de binnenverlichting
ingeschakeld of uitgeschakeld.
■ Houd er rekening mee dat de
binnenverlichting in ingeschakelde
toestand bij geopende deur na 1 uur
automatisch wordt uitgeschakeld.
39
Page 40
nl Apparaat bedienen
Apparaat inschakelen
1. Waterkraan helemaal opendraaien.
2. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
Voor een milieubesparende werking
is bij elke start van het apparaat
standaard het programma Eco 50°
ingesteld. Dit programma blijft
gekozen zolang er geen andere
programmatoets 0 wordt
ingedrukt.
3. START-toets )" indrukken.
Het programma start.
Aanwijzing:
Om ecologische redenen wordt het
programma Eco 50° ingesteld elke keer
dat het apparaat wordt gestart. Dit
ontziet niet alleen het milieu, maar ook
uw portemonnee.
Het Eco 50° programma is een
bijzonder milieubesparend
programma. Het is het
„standaardprogramma” conform de
EU-verordening1016/2010, dat de
meest efficiënte standaard
reinigingscyclus is voor de reiniging
van normaal vervuild serviesgoed en
het gecombineerde energie- en
waterverbruik voor de reiniging van dit
soort serviesgoed.
Starttijd kiezen
U kunt de programmastart maximaal 24
uur verschuiven. Afhankelijk van de
instelling wordt het programma-einde
aangegeven door „Klaar in“ (bijv. 3:25)
of „Klaar om“ (bijv. 15:20 uur).
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Programma 0 kiezen.
3. Toets tijdinstelling X indrukken.
4. Insteltoetsen - + P net zo vaak
indrukken tot de aangegeven tijd
aan uw wens voldoet.
5. START-toets )" indrukken, de
tijdinstelling is geactiveerd.
6. Om de tijdinstelling te wissen de
START-toets )" gedurende
ca. 3 seconden indrukken.
Tijdinstelling is geannuleerd.
Programma-einde
Het programma is klaar wanneer in de
displayindicatie )B "Klaar" verschijnt.
Apparaat uitschakelen
Korte tijd na afloop van het
programma:
1. AAN/UIT-schakelaar (
uitschakelen.
2. Waterkraan dichtdraaien (vervalt bij
apparaten met een aquastop).
3. Serviesgoed na afkoeling
verwijderen.
40
Aanwijzing: Laat het apparaat na het
einde van het programma even
afkoelen voordat u het opent. Zo
voorkomt u dat er stoom vrijkomt die op
den duur schade aan uw
inbouwmeubelen kan veroorzaken.
Page 41
Reinigen en onderhouden nl
Programma onderbreken
Attentie!
Door uitzetting (overdruk) kan de deur
van het apparaat openspringen en/of er
water naar buiten treden! Als bij
aansluiting op de warmwaterleiding of
bij een opgewarmd apparaat de deur
van het apparaat werd geopend, dan de
deur van het apparaat altijd eerst enkele
minuten op een kier laten staan en
vervolgens sluiten.
1. AAN/UIT-schakelaar (
uitschakelen.
De brandende indicaties worden
gedoofd. Het programma blijft
opgeslagen.
2. De AAN-/UIT-schakelaar (
inschakelen om het programma
voort te zetten.
Programma afbreken (Reset)
Programma afbreken
1. START-toets )" gedurende
ca. 3 seconden indrukken.
De displayindicatie )B geeft
"Programma is geannuleerd" weer.
Het programma is na ca. 1 minuut
afgelopen.
De displayindicatie )B geeft "Klaar"
weer.
2. AAN/UIT-schakelaar (
uitschakelen.
2 Reinigen en
onderhouden
Reinigen en onderhouden
Regelmatige controle en onderhoud
van het apparaat dragen ertoe
bij defecten te voorkomen. Dit bespaart
u tijd en ergernis.
Algehele toestand van de
vaatwasser
* De binnenruimte van uw vaatwasser is
grotendeels zelfreinigend. Om
afzettingen te verwijderen, verandert uw
vaatwasser met bepaalde tussenpozen
automatisch het programma
(bijvoorbeeld door de
reinigingstemperatuur te verhogen). Dit
leidt tijdens dit programma tot hogere
verbruikswaarden.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw vaatwasser
Als u desondanks afzettingen in de
binnenruimte van de vaatwasser
aantreft, verwijdert u deze als volgt:
1. Vaatwasmiddelbakje 9: met
vaatwasmiddel vullen.
2. Programma met de hoogste
temperatuur kiezen.
3. Programma zonder serviesgoed
starten.
Wijzigen van het programma
Na het indrukken van de START-toets
)" kan het programma niet gewijzigd
worden. Wijzigen van het programma is
alleen mogelijk door het programma af
te breken (Reset).
:Waarschuwing
Gezondheidsrisico door
chloorhoudend vaatwasmiddel!
Altijd chloorvrije vaatwasmiddelen
gebruiken.
41
Page 42
nl Reinigen en onderhouden
Aanwijzingen
■ Gebruik voor het reinigen van het
apparaat alleen speciaal voor
vaatwassers geschikte
reinigingsmiddelen/
machinereinigers.
■ Veeg de deurafdichtingen regelmatig
met een vochtige doek en een
beetje afwasmiddel af. Hierdoor blijft
de deurafdichting schoon en
hygiënisch.
■ Laat de deur op een kier staan als u
de vaatwasser lang niet gebruikt.
Hierdoor kunnen zich geen
onaangename geuren vormen.
■ Reinig de vaatwasser nooit met een
stoomreiniger. De fabrikant is niet
aansprakelijk voor schade die hieruit
voortvloeit.
■ Veeg het front en bedieningspaneel
van de vaatwasser regelmatig af met
een vochtige doek en een beetje
afwasmiddel.
■ Vermijd het gebruik van
schuursponsjes of schurende
reinigingsmiddelen. Deze krassen
het oppervlak.
■ Vermijd bij vaatwassers met een
roestvrij stalen front het gebruik van
sponsdoekjes of was deze vóór het
eerste gebruik meerdere keren goed
uit. Dit voorkomt corrosie.
Machinereiniging ‰ *
Machinereiniging
Machinereiniging is in combinatie met
commercieel verkrijgbare
machinereinigers het juiste programma
voor reiniging van uw vaatwasser.
Afzettingen, zoals vet en kalk, kunnen
tot storingen bij uw vaatwasser leiden.
Om storingen te voorkomen en de
vorming van nare geuren te
verminderen, adviseren wij u de
vaatwasser met regelmatige
tussenpozen te reinigen.
* Zodra de indicatie voor
machinereiniging op het
bedieningspaneel oplicht of op het
frontdisplay wordt aanbevolen een
machinereiniging uit te voeren, voert u
de machinereiniging zonder serviesgoed uit. Nadat u de
machinereiniging hebt uitgevoerd, dooft
de indicatie op het bedieningspaneel.
Als uw vaatwasser geen
herinneringsfunctie heeft, volgt u de
gebruiksinstructies op de
machinereinigers op.
42
Page 43
Reinigen en onderhouden nl
Aanwijzingen
■ Verwijder grove verontreinigingen in
de binnenruimte met een vochtige
doek.
■ Voer het programma in combinatie
met een machinereiniger zonder
serviesgoed uit.
■ Gebruik alleen speciale
machinereinigers en geen
vaatwasmiddel.
■ Neem de veiligheidsvoorschriften en
gebruiksinstructies op de
verpakkingen van de
machinereinigers in acht.
■ * Na drie spoelcycli dooft de
indicatie op het bedieningspaneel
automatisch, ook als u geen
machinereiniging hebt uitgevoerd.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Onthardingszout
en glansspoelmiddel
Vul onthardingszout en/of
glansspoelmiddel bij zodra de
bijvulindicaties @ en 8 op het
bedieningspaneel gaan branden, of
wanneer dit wordt aangegeven op de
frontdisplay-indicatie * )B.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Zeven
De zeven 1j zorgen ervoor dat grove
etensresten in het spoelwater niet
in de afvoerpomp terechtkomen. Door
deze etensresten kunnen de zeven
verstopt raken.
Het zevensysteem bestaat uit
■ een grove zeef
■ een vlakke fijne zeef
■ en een microzeef
1. Na elke afwasbeurt de zeven
op etensresten controleren.
2. Zeefcylinder zoals afgebeeld
losdraaien en het zeefsysteem eruit
halen.
3. Eventuele etensresten verwijderen
en de zeven onder stromend water
schoonmaken.
4. Zevensysteem in omgekeerde
volgorde weer erin zetten
en erop letten dat de gemarkeerde
pijlen na het sluiten tegenover elkaar
staan.
43
Page 44
nl Wat te doen bij storingen?
Sproeiarmen
Kalk en etensresten in het afwaswater
kunnen de sproeiopeningen en
de lagers van de sproeiarmen 1:
en 1Z blokkeren.
1. Sproeiopeningen
van de sproeiarmen op verstopping
controleren.
2. De bovenste sproeiarm 1:
afschroeven (1) en naar onderen
eraf trekken (2).
3. De onderste sproeiarm 1Z naar
boven eraf trekken.
3 Wat te doen bij
storingen?
Wat te doen bij storingen?
De ervaring leert dat veel storingen die
in het dagelijks gebruik optreden, door
u zelf verholpen kunnen worden.
Hiermee bespaart u natuurlijk kosten en
bent u er zeker van dat de apparaat
snel weer gebruikt kan worden. In het
volgende overzicht vindt u eventuele
oorzaken van de storingen en nuttige
aanwijzingen om deze te verhelpen.
Aanwijzing: Mocht het apparaat tijdens
het afwassen om onbekende redenen
stil blijven staan of niet starten, dan
dient u eerst de functie Programma
afbreken (reset) uit te voeren
~ "Apparaat bedienen" op pagina 37.
:Waarschuwing
Ondeskundige reparatie of gebruik
van niet-originele onderdelen kan
aanzienlijke schade en gevaar voor
de gebruiker opleveren!
Reparaties altijd laten uitvoeren door
een vakman. Altijd originele
vervangingsonderdelen gebruiken
wanneer een onderdeel moet worden
vervangen.
4. Sproeiarmen onder stromend water
schoonmaken.
5. Sproeiarmen weer vastdrukken resp.
vastschroeven.
44
Storingsmelding
Sommige storingen worden gemeld op
de frontdisplay-indicatie )B. Hier
worden ook mogelijke oplossingen
aangeboden (bijv. Zeefsysteem vuil
(E22) -->Zeven reinigen).
Page 45
Wat te doen bij storingen? nl
Afvoerpomp
Grote voedselresten of voorwerpen die
niet door de zeven zijn tegengehouden,
kunnen de afvoerpomp blokkeren. Het
spoelwater staat dan tot boven de zeef.
:Waarschuwing
Risico van snijwonden!!
Scherpe en puntige voorwerpen of
glasscherven kunnen de afvoerpomp
blokkeren.
Ongewenste voorwerpen altijd
voorzichtig verwijderen.
Zo reinigt u de afvoerpomp:
1. Afwasautomaat losmaken van het
stroomnet.
2. De boven- 12 en onderzeef 9*
verwijderen.
3. Zeven 1j eruit halen.
4. Water eruit scheppen, eventueel
met behulp van een spons.
5. De witte pompafdekking (zie
afbeelding) met behulp van een
lepel opwippen. Pompafdekking aan
de beugel vastpakken en schuin
naar binnen optillen (1). Afdekking
geheel verwijderen.
6. Schoepenrad controleren op
vreemde voorwerpen en deze
eventueel verwijderen.
7. Pompafdekking weer op de
oorspronkelijke positie aanbrengen
(2) en omlaagdrukken tot hij vastzit
(3).
&/,&.
8. Zeven monteren.
9. Zeven weer aanbrengen.
45
Page 46
nl Wat te doen bij storingen?
Storingentabel
StoringOorzaakOplossing
Foutcode “:‚‰ brandt.Watertoevoerslang geknikt.Watertoevoerslang zonder knikken
Waterkraan dicht.Waterkraan opendraaien.
Waterkraan verstopt of verkalkt.Waterkraan opendraaien.
Zeef aan de waterkraan verstopt. Apparaat uitschakelen en de stekker uit
verleggen.
Hoeveelheid binnenstromend water bij
geopende waterkraan: minimaal 10 l per
min.
het stopcontact trekken. Waterkraan
dichtdraaien. Wateraansluiting eraf
schroeven.
Zeef in de watertoevoerslang
schoonmaken. Wateraansluiting weer
vastschroeven. Controleren op lekkage.
Stroom weer inschakelen. Apparaat
inschakelen.
Foutcode “:‹ˆ brandt.Aanzuigopening (aan de rechter
binnenzijde van het apparaat)
afgedekt door serviesgoed.
Foutcode “:‚ƒ brandt.Verwarmingselement verkalkt of
vuil.
Foutcode “:‚… brandt.Aquastopsysteem geactiveerd.Waterkraan sluiten.
Foutcode “:‚† brandt.
Foutcode “:‚‡ brandt.Continue watertoevoer.
Foutcode “:ƒƒ brandt.Zeven 1j vuil of verstopt.Zeven reinigen. ~ "Zeven" op pagina 43
46
Het serviesgoed zo plaatsen dat de
aanzuigopening vrij is.
Apparaat reinigen met
machinereinigingsmiddel of ontkalker. De
vaatwasser gebruiken met de
onthardingsvoorziening en de instelling
controleren.
~ "Wateronthardingsinstallatie/Onthard
ingszout" op pagina 21
Klantenservice bellen en foutcode
vermelden.
Page 47
Wat te doen bij storingen? nl
StoringOorzaakOplossing
Foutcode “:ƒ… brandt.Waterafvoerslang verstopt of
Foutcode “:ƒ† brandt.Waterafvoerpomp geblokkeerd
Foutcode “:ƒˆ brandt.Netspanning te laag.Geen fout van het apparaat, netspanning
Een andere foutcode
verschijnt op de
cijferindicatie.
(“:‹‚ tot “:„‹)
Thuisnetwerk wordt niet
opgebouwd.
WLAN-indicatie knippert.Verbinding met thuisnetwerk is
Home Connect kan niet
correct worden uitgevoerd.
Energiemanager kan geen
aansluiting krijgen met de
energiemanager van het
huissysteem. *
Bijvulindicatie voor zout
@ en/of
glansspoelmiddel 8
brandt.
Bijvulindicatie voor zout
@ en/of
glansspoelmiddel 8
brandt niet.
geknikt.
Sifonaansluiting is nog dicht.Aansluiting bij sifon controleren en zo
Afdekking van de afvoerpomp zit
los.
of afdekking van de
waterafvoerpomp niet
vastgeklikt.
Er is vermoedelijk een technische
storing opgetreden.
WLAN is op de router niet actief. Controleer de draadloze
niet beschikbaar.
Mogelijke instellingsfout of een
technische storing.
Verbinding met de
energiemanager van het
huissysteem is niet beschikbaar
Bijvulindicatie uitgeschakeld.Activering/deactivering (zie het hoofdstuk
Er is nog voldoende
onthardingszout/glansspoelmidd
el aanwezig.
Slang zonder knikken verleggen,
eventuele resten verwijderen.
nodig openen.
Afdekking goed vastmaken.
~ "Afvoerpomp" op pagina 45
Pomp reinigen en afdekking goed
vastklikken. ~ "Afvoerpomp"
op pagina 45
en elektrische installatie laten controleren.
Apparaat uitschakelen met de
AAN-/UIT-schakelaar (. Na korte tijd
het apparaat opnieuw starten.
Als het probleem opnieuw optreedt, de
waterkraan sluiten en de stekker uit het
stopcontact trekken.
Klantenservice bellen en foutcode
vermelden.
netwerkverbinding van uw router.
Activeer het draadloze netwerk op uw
router.
Zie hiervoor de meegeleverde
documentatie van Home Connect en
supportgegevens.
Volg wat dit aangaat de
gebruikshandleiding van de fabrikant van
de energiemanager van uw huissysteem.
Ander onthardingszout gebruiken.
Onthardingsvoorziening/Onthardingszout
~ Blz. 21 of Glansspoelmiddel
~ Blz. 23).
Bijvulindicatie, vulpeilen controleren.
47
Page 48
nl Wat te doen bij storingen?
StoringOorzaakOplossing
Na afloop van het
programma blijft er water
in het apparaat staan.
Serviesgoed niet droog.Geen of te weinig
Zeefsysteem of ruimte onder de
zeef 1j is verstopt.
Programma nog niet beëindigdWachten tot het programma is afgelopen
glansspoelmiddel in het
voorraadbakje.
Een programma zonder drogen
gekozen.
Waterophoping in het
serviesgoed en bestek.
Zeven en ruimte eronder reinigen.
of een reset uitvoeren.
Glansspoelmiddel bijvullen.
Programma met drogen kiezen.
~ "Programma-overzicht" op pagina 34
Voor een schuine stand zorgen bij het
inruimen, de serviesdelen zo schuin
mogelijk plaatsen.
Het gecombineerde
reinigingsmiddel heeft een slecht
droogvermogen.
Optie Extra droog voor versterkte
droging niet geactiveerd.
Het serviesgoed is te vroeg
uitgeruimd of het droogproces
was nog niet afgelopen.
Het gebruikte
eco-glansspoelmiddel heeft een
beperkt droogvermogen.
Kunststofserviesgoed niet
droog.
Bestek niet droog.Bestek niet goed gesorteerd in de
Speciale eigenschappen van
kunststof.
bestekkorf.
Bestek niet goed gesorteerd in de
besteklade.
Andere combireiniger met beter
droogvermogen gebruiken. Gebruik van
extra glansspoelmiddel verbetert het
droogvermogen.
Extra droog activeren. ~ "Extra drogen"
op pagina 38
Wachten tot het programma is afgelopen
of het serviesgoed pas 30 min. na afloop
van het programma verwijderen.
Een kwaliteitsglansspoelmiddel
gebruiken. Eco-producten kunnen een
beperkte effectiviteit hebben.
Kunststof heeft een lager
warmteopslagvermogen en droogt
daardoor slechter.
Bestek zo veel mogelijk los van elkaar
plaatsen, aanraakpunten vermijden.
Bestek goed sorteren en zoveel mogelijk
los van elkaar plaatsen.
48
Page 49
Wat te doen bij storingen? nl
StoringOorzaakOplossing
Binnenzijden van het
apparaat nat na het
spoelen.
Etensresten op het
serviesgoed.
Geen fout van het apparaat.Wegens het droogprincipe
Serviesgoed te dicht op elkaar
ingeruimd, servieskorf te vol.
Sproeiarmen konden niet
ongehinderd ronddraaien.
Sproeiers van sproeiarmen
verstopt.
Zeven 1j vuil.Zeven reinigen. ~ "Reinigen en
Zeven 1j onjuist aangebracht
en/of niet vastgezet.
Te zwak afwasprogramma
gekozen.
Serviesgoed te sterk
voorgereinigd, daarom kiest het
sensorsysteem voor een zwak
spoelprogramma. Hardnekkig
vuil kan gedeeltelijk niet worden
verwijderd.
Hoge, smalle serviesdelen
worden in de hoeken
onvoldoende uitgespoeld.
Bovenste servieskorf 12 rechts
en links niet op dezelfde hoogte
erin gezet.
„condensatiedrogen” zijn waterdruppels in
het reservoir noodzakelijk en gewenst. Het
vocht in de lucht condenseert tegen de
binnenzijden van de vaatwasser, stroomt
omlaag en wordt weggepompt.
Het serviesgoed zo inruimen dat er
voldoende vrije ruimte aanwezig is en de
sproeistralen het oppervlak van het
serviesgoed kunnen bereiken.
Aanraakpunten vermijden.
Het serviesgoed zo inruimen dat de
draaibeweging van de sproeiarm niet
wordt gehinderd.
Sproeiers van de sproeiarm reinigen.
~ "Reinigen en onderhouden"
op pagina 41
onderhouden" op pagina 41
Zeven goed aanbrengen en vastklikken.
Krachtiger spoelprogramma kiezen.
Gevoeligheid van het sensorsysteem
verhogen. ~ "Sensorinstelling"
op pagina 38
Serviesgoed niet voorspoelen. Alleen de
grotere etensresten verwijderen.
Gevoeligheid van het sensorsysteem
verhogen. ~ "Sensorinstelling"
op pagina 38
Geadviseerd programma Eco 50° of
Intensief.
Hoge, smalle serviesdelen niet te schuin
en niet in de hoeken inruimen.
Bovenkorf met hendels aan de zijkant op
dezelfde hoogte instellen.
49
Page 50
nl Wat te doen bij storingen?
StoringOorzaakOplossing
ReinigingsmiddelrestenDeksel van het
Watervlekken op
kunststofdelen.
Afwisbare of in water
oplosbare afzettingen in
het reservoir of op de deur.
reinigingsmiddelbakje 9:
geblokkeerd door serviesgoed,
daarom gaat het deksel niet
volledig open.
Deksel van het
reinigingsmiddelbakje 9:
wordt geblokkeerd door het
tablet.
Tabletten gebruikt in het
snelprogramma of korte
programma.
Oplostijd van het
reinigingsmiddel wordt niet
bereikt binnen het gekozen korte
programma.
Reinigende werking en
oplosgedrag nemen af bij langere
opslagtijd, of het reinigingsmiddel
klontert sterk.
Druppelvorming op kunststof
oppervlakken is onvermijdelijk.
Na het afdrogen zijn
watervlekken zichtbaar.
Bestanddelen van het
reinigingsmiddel zetten zich af.
Deze aanslag laat zich meestal
niet chemisch verwijderen
(machinereinigingsmiddel, ...).
Bij „witte afzetting” op de
reservoirbodem is de
onthardingsvoorziening ingesteld
op een grenswaarde.
Deksel van het zoutreservoir
1b niet dichtgedraaid.
Alleen bij glazen: beginnende
glascorrosie kan slechts
schijnbaar worden afgewist.
Er mag geen serviesgoed op het
tablettenbakje 1B staan. Dit kan het
deksel van het reinigingsmiddelbakje
blokkeren, waardoor het niet volledig
open gaat. ~ "Bovenste servieskorf"
op pagina 25
Geen serviesgoed of geurdispenser in het
tablettenbakje doen.
Het tablet moet dwars en niet op de korte
kant worden gelegd.
Oplostijd van tabletten van een
snelprogramma of een kort programma is
te lang.
Reinigingspoeder of een krachtiger
programma gebruiken.
Ander reinigingsmiddel gebruiken.
Krachtiger programma gebruiken (hoger
waterverbruik).
Schuin zetten bij het inruimen.
Glansspoelmiddel gebruiken.
Onthardingsinstelling eventueel verhogen.
Ander merk reinigingsmiddel nemen.
Apparaat mechanisch reinigen.
Onthardingsinstelling verhogen en
eventueel een ander reinigingsmiddel
gebruiken.
Zoutreservoirdeksel goed dichtdraaien.
Zie „Schade aan glas en serviesgoed”.
~ "Schade aan glas en serviesgoed."
op pagina 25
50
Page 51
Wat te doen bij storingen? nl
StoringOorzaakOplossing
Witte, moeilijk
verwijderbare aanslag op
serviesgoed, reservoir of
deur.
Thee- of lippenstiftresten
op het serviesgoed.
Gekleurde (blauw, geel,
bruin), moeilijk of niet
verwijderbare aanslag in
het apparaat of op
roestvrijstalen serviesgoed.
Gekleurde (geel, oranje,
bruin), eenvoudig te
verwijderen afzettingen in
de binnenruimte (vooral op
de bodem).
Bestanddelen van het
reinigingsmiddel zetten zich af.
Deze aanslag laat zich meestal
niet chemisch verwijderen
(machinereinigingsmiddel, ...).
Onjuiste waterhardheid ingesteld
of waterhardheid is hoger dan
50°dH (8,9 mmol/l).
3-in-1-reinigingsmiddel of
bio/eco-reinigingsmiddel
onvoldoende effectief.
Te lage dosering van het
reinigingsmiddel.
Een te zwak programma
gekozen.
Te lage spoeltemperatuur.Programma met hogere spoeltemperatuur
Te weinig of ongeschikt
reinigingsmiddel.
Serviesgoed te sterk
voorgereinigd, daarom kiest het
sensorsysteem voor een zwak
spoelprogramma. Hardnekkig
vuil kan gedeeltelijk niet worden
verwijderd.
Laagvorming door bestanddelen
van groente (bijv. kool, selderie,
aardappels, noedels, …) of van
het leidingwater (bijv. mangaan).
Laagvorming door metalen
bestanddelen op zilveren of
aluminium serviesgoed.
Laagvorming van de
bestanddelen van voedselresten
en van het leidingwater (kalk),
„zeepachtig”
Ander merk reinigingsmiddel nemen.
Apparaat mechanisch reinigen.
Onthardingsvoorziening instellen volgens
de gebruiksaanwijzing of zout bijvullen.
Onthardingsvoorziening instellen volgens
de gebruiksaanwijzing of losse middelen
gebruiken (kwaliteitsreinigingsmiddel,
zout, glansspoelmiddel).
De reinigingsmiddeldosering verhogen of
een ander reinigingsmiddel gebruiken.
Krachtiger spoelprogramma kiezen.
kiezen.
Geschikt reinigingsmiddel in de juiste
dosering toevoegen.
Serviesgoed niet voorspoelen. Alleen de
grotere etensresten verwijderen.
Gevoeligheid van het sensorsysteem
verhogen. ~ "Sensorinstelling"
op pagina 38
Geadviseerd programma Eco 50°
Ten dele verwijderbaar met
machinereiningsmiddel of door
mechanische reiniging. Deze aanslag is
niet schadelijk voor de gezondheid.
Ten dele verwijderbaar met
machinereiningsmiddel of door
mechanische reiniging.
Werking van de onthardingsvoorziening
controleren (onthardingszout bijvullen) of
bij gebruik van gecombineerde
reinigingsmiddelen (tabletten) de
ontharding activeren.
~ "Wateronthardingsinstallatie/Onthard
ingszout" op pagina 21
51
Page 52
nl Wat te doen bij storingen?
StoringOorzaakOplossing
Verkleuring van de
kunststof onderdelen in de
binnenruimte van het
apparaat.
Verkleuring op kunststof
onderdelen.
Verwijderbare vegen op
glazen, glaswerk met een
metalen uiterlijk en bestek.
Beginnende of reeds
aanwezige, onomkeerbare
(onherstelbare)
vertroebeling van het glas.
Kunststof onderdelen in de
binnenruimte kunnen tijdens de
levensduur van de vaatwasser
verkleuren.
Te lage spoeltemperatuur.Programma met hogere spoeltemperatuur
Serviesgoed te sterk
voorgereinigd, daarom kiest het
sensorsysteem voor een zwak
spoelprogramma. Hardnekkig
vuil kan gedeeltelijk niet worden
verwijderd.
Te veel glansspoelmiddel.Kleinere hoeveelheid glansspoelmiddel
Geen glansspoelmiddel
toegevoegd of de instelling is te
laag.
Reinigingsmiddelresten tijdens
het programmagedeelte
Glansspoelen. Deksel van het
reinigingsmiddelbakje
geblokkeerd door serviesgoed
(deksel gaat niet volledig open).
Serviesgoed te sterk
voorgereinigd, daarom kiest het
sensorsysteem voor een zwak
spoelprogramma. Hardnekkig
vuil kan gedeeltelijk niet worden
verwijderd.
Glazen niet
vaatwasmachinebestendig,
slechts vaatwasmachinegeschikt.
Verkleuringen zijn normaal en hebben
geen nadelige invloed op de werking van
de vaatwasser.
kiezen.
Serviesgoed niet voorspoelen. Alleen de
grotere etensresten verwijderen.
Gevoeligheid van het sensorsysteem
verhogen. ~ "Sensorinstelling"
op pagina 38
Geadviseerd programma Eco 50°
instellen.
Glansspoelmiddel toevoegen en de
dosering controleren (advies: stand 4-5).
Deksel van het reinigingsmiddelbakje mag
niet worden gehinderd door serviesgoed.
Geen serviesgoed of geurdispenser in het
tablettenbakje doen.
Serviesgoed niet voorspoelen. Alleen de
grotere etensresten verwijderen.
Gevoeligheid van het sensorsysteem
verhogen. ~ "Sensorinstelling"
op pagina 38
Geadviseerd programma Eco 50°
Vaatwasmachinebestendige glazen
gebruiken.
Lange stoomfase (standtijd na spoeleinde)
vermijden.
Spoelcyclus met lagere temperatuur
gebruiken.
Onthardingsvoorziening correct instellen
op de waterhardheid (eventueel een
niveau lager).
Reinigingsmiddel met
glasbeschermingscomponenten
gebruiken.
52
Page 53
Wat te doen bij storingen? nl
StoringOorzaakOplossing
Roestsporen op het bestek. Het bestek is niet voldoende
Het apparaat kan niet
worden ingeschakeld of
bediend.
Het apparaat start niet.Zekering van de huisinstallatie
Programma start
automatisch.
De deur laat zich moeilijk
openen.
De deur laat zich niet
sluiten.
Deksel van het
reinigingsmiddelbakje kan
niet gesloten worden.
roestbestendig.
Messenlemmeten zijn hier vaak
sterker door getroffen.
Bestek roest ook wanneer het
samen met roestige voorwerpen
wordt afgewassen (handgrepen
van pannen, beschadigde
servieskorven enz.).
Zoutgehalte in het afwaswater te
hoog doordat het deksel van het
zoutreservoir niet goed is
vastgedraaid of bij het bijvullen
zout gemorst werd.
Functiestoring.Het apparaat losmaken van het stroomnet,
niet in orde.
Aansluitsnoer niet aangesloten.Ervoor zorgen dat het aansluitsnoer goed
De deur van het apparaat is niet
goed dicht.
Einde van het programma niet
afgewacht.
Kinderslot is geactiveerd.Kinderslot deactiveren. ~ "Kinderslot
Het deurslot is omgesprongen.Deur krachtiger sluiten.
Deur sluit niet goed door
inbouwfout.
Reinigingsmiddelbakje of
dekselgeleiding geblokkeerd
door aangekoekte
reinigingsmiddelresten
Roestvast bestek gebruiken.
Geen roestende onderdelen afwassen.
Dop van het zoutreservoir goed
vastdraaien of gemorst zout verwijderen.
de stekker uit het stopcontact trekken of
de zekering uitschakelen. Minstens 5
seconden wachten en dan het apparaat
aansluiten op het stroomnet.
Zekering controleren.
is aangesloten op de achterkant van het
apparaat en op het stopcontact.
Controleren of het stopcontact goed
werkt.
Deur sluiten.
Reset uitvoering.
(deurvergrendeling) *" op pagina 8
Inbouwwijze van het apparaat controleren.
Deuren of aanbouwdelen mogen elkaar
niet raken bij het sluiten.
Reinigingsmiddelresten verwijderen.
53
Page 54
nl Wat te doen bij storingen?
StoringOorzaakOplossing
Reinigingsmiddelresten in
het reinigingsmiddelbakje
9: of in het
tablettenbakje 1B.
Apparaat blijft steken
tijdens het programma of
het programma valt stil.
Sproeiarmen geblokkeerd door
serviesgoed, daarom wordt het
Ervoor zorgen dat de sproeiarmen vrij
kunnen draaien.
reinigingsmiddel niet
weggespoeld.
Reinigingsmiddelbakje was
tijdens het vullen vochtig.
Reinigingsmiddel alleen in droog
reinigingsmiddelbakje doen.
Deur niet geheel gesloten.Deur sluiten.
Geen serviesgoed of
geurdispenser in het
tablettenbakje doen.
Controleren of de achterwand wordt
ingedrukt door bijv. een stopcontact of
een niet-gedemonteerde slanghouder.
Bovenkorf drukt tegen de
binnendeur en verhindert een
goede sluiting van de deur.
Afhankelijk van de huisinstallatie,
daarom geen fout van het
Geen oplossing voorhanden.
apparaat. Geen invloed op de
werking van het apparaat.
Kloppend of ratelend
geluid.
Sproeiarm slaat tegen het
serviesgoed, serviesgoed niet
goed ingeruimd.
Bij geringe belading maken de
waterstralen rechtstreeks
Serviesgoed zo inruimen dat de
sproeiarmen niet tegen het serviesgoed
slaan.
Apparaat voller laden of het serviesgoed
gelijkmatiger verdelen.
contact met het reservoir.
Lichte serviesdelen bewegen
Lichte serviesdelen vast staand inruimen.
tijdens het spoelen.
Abnormale
schuimvorming.
Handafwasmiddel in het reservoir
voor glansspoelmiddel.
Voorraadbakje voor glansspoelmiddel
direct vullen met glansspoelmiddel.
Glansspoelmiddel gemorst.Glansspoelmiddel verwijderen met een
doek.
--------
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
54
Page 55
Servicedienst nl
4 Servicedienst
Servicedienst
Als u de storing niet zelf kunt verhelpen,
neem dan contact op met de
Servicedienst. Wij vinden altijd een
passende oplossing, ook om een
onnodig bezoek van de monteur te
voorkomen. De contactgegevens van
de dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u
op de achterkant van deze
gebruiksaanwijzing of in de bijgesloten
lijst met Servicedienstadressen.
Vermeld bij een telefoongesprek a.u.b.
het fabrikaatnummer (ENr. = 1) en het
productnummer (FD = 2); deze
nummers vindt u op het typeplaatje op
de deur van het apparaat.
(1U
)'
5 Plaatsen en aansluiten
Plaatsen en aansluiten
Om de afwasautomaat goed te laten
functioneren moet hij vakkundig worden
aangesloten. De gegevens van de aanen afvoer en de elektrische
aansluitwaarden moeten voldoen aan
de vereiste criteria, zoals vastgelegd
in de volgende alinea's resp. in de
montagehandleiding.
Bij de montage de juiste volgorde
van de handelingen aanhouden:
1. Bij aflevering controleren
2. Plaatsen
3. Afvoerwateraansluiting
4. Drinkwateraansluiting
5. Elektrische aansluiting
(1U
Vertrouw op de competentie van de
fabrikant. Neem contact met ons op. U
bent er dan van verzekerd dat de
reparatie door ervaren technici wordt
uitgevoerd die gebruik maken van de
originele reserveonderdelen voor uw
apparaat.
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
)'
55
Page 56
nl Plaatsen en aansluiten
Inhoud van de verpakking
Voor klachten kunt u terecht bij de
winkel waar u het apparaat hebt
aangeschaft of bij onze servicedienst.
■ Afwasautomaat
■ Gebruiksaanwijzing
■ Installatievoorschrift
■ Korte handleiding*
■ Garantie*
■ Montagemateriaal
■ Stoombeschermingsplaat*
■ Rubberlap*
■ Aansluitsnoer
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
Veiligheidsvoorschriften
Neem a.u.b. de aanwijzingen voor de
veiligheid onder ~ "Bij de installatie" op pagina 6 in acht.
Aflevering
Uw afwasmachine werd in de fabriek
grondig gecontroleerd op correct
functioneren. Hierbij zijn kleine
watervlekken achtergebleven. Deze zijn
na de eerste afwas verdwenen.
Technische gegevens
■ Gewicht:
Maximaal 60 kg.
■ Spanning:
220–240 V, 50 Hz of 60 Hz
■ Aansluitwaarde:
2,0 - 2,4 kW.
■ Zekering:
10/16 A (UK 13 A).
■ Stroomverbruik:
uitgeschakelde toestand
(Po) 0,50 W.
niet-uitgeschakelde toestand
(Pl) 0,50 W.
netwerkgebonden
stand-by 2,00 W.
Duur van de niet-uitgeschakelde
toestand (Tl) 0 min.
Duur van de netwerkgebonden
stand-by 2 min.
Volgens verordeningen (EU) nr.
1016/2010 en 1059/2010,
1275/2008 en 801/2013.
Extra functies en instellingen kunnen
het stroomverbruik en de
tijdgegevens verhogen.
■ Waterdruk:
minimaal 0,05 MPa (0,5 bar),
maximaal 1 MPa (10 bar).
Bij hogere waterdruk:
een drukreduceerventiel ervoor
installeren.
■ Hoeveelheid binnenstromend
water:
minimaal 10 liter per minuut.
■ Watertemperatuur:
Koudwater.
Bij warm water:
maximale temperatuur 60 °C.
■ Capaciteit:
12–15 standaardcouverts
(afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat).
56
Page 57
Plaatsen en aansluiten nl
Plaatsing
De vereiste inbouwmaten vindt u in het
montagevoorschrift. Het apparaat
met behulp van de verstelbare voetjes
waterpas zetten. Let erop dat het
apparaat stevig staat.
■ Geïntegreerde
en onderbouwapparaten die
naderhand als vrijstaand apparaat
worden opgesteld, moeten beveiligd
worden tegen kantelen, bijv. door
vastschroeven aan de wand of door
inbouw onder een doorlopend
werkblad dat aan de kasten ernaast
is vastgeschroefd.
■ Het apparaat kan zonder problemen
tussen wanden van hout
of kunststof in een rij
keukenmeubelen worden
ingebouwd.
Afvoerwateraansluiting
1. De noodzakelijke handelingen vindt
u in het montagevoorschrift.
Eventueel een sifon
met aansluitnippel monteren.
2. Afvoerslang met behulp
van de meegeleverde onderdelen
op de aansluitnippel van de sifon
aansluiten.
Let erop dat de waterafvoerslang
niet geknikt, ingedrukt of ineen
gestrengeld is en dat
een stop in de afvoer het
wegstromen van het water niet
belemmert!
Drinkwateraansluiting
1. De drinkwateraansluiting volgens de
montagehandleiding aansluiten met
behulp van de bijgevoegde
onderdelen.
Zorg ervoor dat de
drinkwateraansluiting niet wordt
geknikt of geplet, of in de knoop
raakt.
2. Bij vervanging van het apparaat
moet altijd een nieuwe
watertoevoerslang in gebruik worden
genomen.
Waterdruk:
minimaal 0,05 MPa (0,5 bar), maximaal
1 MPa (10 bar).
Bij hogere waterdruk:
een drukreduceerventiel ervoor
installeren.
Hoeveelheid binnenstromend water:
minimaal 10 liter per minuut.
Watertemperatuur:
Koudwater.
Bij warm water:
maximale temperatuur 60 °C.
57
Page 58
nl Plaatsen en aansluiten
Warmwateraansluiting *
Warmwateraansluiting
* afhankelijk van de uitrustingsvariant
van uw afwasautomaat
De afwasautomaat kan op koud of
warm water tot max. 60 °C worden
aangesloten. De aansluiting op warm
water wordt aanbevolen als dit uit een
energetisch gunstige
warmwaterbereiding en een geschikte
installatie ter beschikking staat, bijv. een
zonneënergie-installatie met
circulatieleiding. Hiermee bespaart
energie en tijd. Met de instelling
„Warmwater” kunt u uw afwasautomaat
optimaal instellen op gebruik met warm
water. Wij adviseren hierbij een
watertemperatuur (temperatuur van het
instromende water) van minimaal 40 °C
en maximaal 60 °C. De aansluiting op
warm water wordt niet aanbevolen als
het water uit een elektrische boiler ter
beschikking wordt gesteld.
Om de instelling te wijzigen:
1. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
2. Infotoets {` 3 seconden
indrukken, tot in de displayindicatie
)B de volgende tekst wordt
weergegeven:
Bladeren met < >
Instellen met - +
Verlaten met Setup 3 sec.
3. Toets > )2 zo vaak indrukken tot in
de displayindicatie )B
wateraansluiting wordt weergegeven.
4. Met de insteltoetsen - + P de
instelling uitvoeren.
5. Infotoets {` 3 seconden
indrukken.
De instelwaarde is opgeslagen.
Elektrische aansluiting
■ Het apparaat uitsluitend via
een volgens de voorschriften
aangebracht, randgeaard
stopcontact op 220 V tot 240 V
en 50 Hz of 60 Hz aansluiten. Zie
het typeplaatje 9J voor de vereiste
zekering.
■ Het stopcontact moet zich in de
buurt van het apparaat bevinden en
ook na het inbouwen goed
bereikbaar zijn.
Als de stekker na het inbouwen niet
gemakkelijk bereikbaar is, dan moet
er volgens
de veiligheidsvoorschriften
een meerpolige scheidingsinstallatie
met een contactopening
van minimaal 3 mm aanwezig zijn.
■ Veranderingen in de aansluiting
mogen alleen door een vakkundig
monteur worden uitgevoerd.
■ Een verlenging van de elektrische
aansluitkabel mag alleen door
de Servicedienst geleverd worden.
■ Bij gebruik
van een aardlekschakelaar mag
alleen een type met het teken ‚
geïnstalleerd worden. Alleen deze
voldoet aan de nu geldende
voorwaarden.
■ Het apparaat is voorzien
van een waterbeveiligingssysteem.
Let op: het functioneert alleen als
het apparaat op de stroom is
aangesloten.
58
Page 59
Plaatsen en aansluiten nl
Demontage
Neem ook hier de volgorde
van de handelingen in acht:
1. Haal de stekker van het toestel uit
het stopcontact.
2. Kraan dichtdraaien.
3. Afvoer- en drinkwateraansluiting
losmaken.
4. Bevestigingsschroeven van de
meubeldelen losdraaien.
5. De plint – indien aanwezig –
demonteren.
6. Apparaat eruit halen
en daarbij de slang voorzichtig naar
voren trekken.
Transport
Afwasmachine leeg laten lopen
en losse onderdelen vastzetten.
Het apparaat in de volgende stappen
legen:
1. Kraan opendraaien.
2. AAN/UIT-schakelaar (
inschakelen.
3. Programma met de hoogste
temperatuur kiezen.
Op de displayindicatie )B
verschijnt de vermoedelijke duur van
het programma.
4. START-toets )" indrukken.
Programma start.
5. Na ca. 4 minuten de START-toets
)" zo lang indrukken tot in de
displayindicatie )B "Programma
wordt afgebroken."/"Gereed over 1
minuut." wordt weergegeven. Het
programma is na ca. 1 minuut
afgelopen. In de displayindicatie
verschijnt "Klaar".
6. AAN/UIT-schakelaar (
uitschakelen.
7. Kraan dichtdraaien, toevoerslang
losmaken en laten leeglopen.
Aanwijzing: Apparaat alleen
rechtop vervoeren om te voorkomen
dat resterend water in het
besturingsmechanisme terechtkomt wat
tot een verkeerd
programmaverloop leidt.
Bescherming tegen vorst
Bescherming tegen vorst (Apparaat leegmaken)
Als het apparaat in een voor vorst
gevoelige ruimte staat (bijv.
in een vakantiehuisje), dan moet u het
apparaat helemaal leeg laten lopen (zie
Transport).