BEDIENUNGSANLEITUNG
BRUKSANVISNING
MANUALE DI ISTRUZIONI
GEBRUIKSAANWIJZING
SVENSKAITALIANONEDERLANDS
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de projector in gebruik neemt.
Inleiding
BELANGRIJK
• Vul het serienummer in, dat staat aangegeven op
het achterpaneel van de projector. Deze informatie
heeft u nodig in geval van verlies of diefstal.
• Controleer of alle meegeleverde accessoires, zoals
beschreven onder “Bijgeleverde accessoires” op
blz. 9 van deze gebruiksaanwijzing, inderdaad in de
doos aanwezig zijn voor u de verpakking recyclet.
Modelnummer: XV-Z17000
Serienummer:
WAARSCHUWING:
WAARSCHUWING:
Zeer sterke lichtbron. Kijk niet rechtstreeks in de lichtbundel. Let er vooral op dat kin-
deren niet rechtstreeks in de lichtbundel kijken.
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand of een
gevaarlijke elektrische schok te voorkomen.
LET OP
GEVAARLIJKE SPANNINGEN.
GEEN SCHROEVEN VERWIJ-
DEREN, BEHALVE DE VOORGE-
SCHREVEN GEBRUIKER-ON-
DERHOUDSSCHROEVEN.
LET OP: OM DE KANS OP EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE
VERMINDEREN, MAG DE BEHUIZING NIET WORDEN GEOPEND.
ER ZIJN GEEN DOOR DE GEBRUIKER REPAREERBARE ONDERDELEN IN HET.
WAARSCHUWING:
APPARAAT, BEHALVE DE LAMPEENHEID.
LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN BEVOEGD
ONDERHOUDSPERSONEEL.
Dit is een Klasse A-product. Het is mogelijk dat dit product in de
huiselijke omgeving radiostoringen veroorzaakt waartegen de gebruiker afdoende maatregelen dient te nemen.
Een bliksemsymbool in een gelijkzijdige
driehoek maakt de gebruiker attent op de
aanwezigheid van niet-geïsoleerde “gevaarlijke
spanningen” in het inwendige van het apparaat,
die zo groot kunnen zijn dat zij een ernstige
elektrische schok kunnen veroorzaken.
Een uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek
maakt de gebruiker attent op belangrijke
bedienings- en onderhoudsinformatie in de
documentatie die bij het apparaat wordt
geleverd.
NEDERLANDS
-1
INDIEN U HET PRODUCT WILT WEGDOEN
In deze product worden soldeertin en een lamp die een kleine hoeveelheid kwik bevat,
gebruikt. Het verwijderen van deze materialen kan aan diverse voorschriften zijn
onderworpen op basis van milieu-overwegingen. Voor informatie betreffende verwijderen
of recycling kunt u contact opnemen met de plaatselijke autoriteiten, de Electronics
Industries Alliance: www.eiae.org, de lamp recycling organisatie www.lamprecycle.org of
neem contact op met SHARP via 1-800-BE-SHARP.
ALLEEN VOOR DE V.S.
Belangrijke informatie betreffende het vervangen van de lamp
In deze projector wordt een hogedruk-kwiklamp gebruikt. Wanneer de lamp doorbrandt, hoort u mogelijk een luid
■
geluid. De lamp kan defect raken als gevolg van diverse oorzaken zoals: harde schokken, onvoldoende afkoelen,
krassen op de lamp of overschrijding van de levensduur. De periode tot het defect raken van de lamp varieert
afhankelijk van de lamp en/of de toestand en frequentie van gebruik. Houd er rekening mee dat de lamp bij het defect
raken vaak zal barsten.
Wanneer de lampvervangingsindicator en het beeldscherm-pictogram branden, raden wij u aan de lamp meteen door
■
een nieuwe te vervangen, ook wanneer de lamp normaal lijkt te werken.
Mocht de lamp barsten, dan bestaat de kans dat er glassplinters in het inwendige van de projector verspreid worden.
■
In dat geval verdient het aanbeveling contact op te nemen met uw dichtstbijzijnde offi ciële Sharp projectordealer of
servicecentrum om de beschadigde lamp te laten ver wijderen zodat een veilige werking gewaarborgd is.
Mocht de lamp barsten, dan kunnen de glassplinters in het lamphuis verspreid worden of het gas dat in de lamp is
■
kan via de uitlaatopening in de kamer terechtkomen. Aangezien het gas dat in deze lamp is kwik bevat, moet u de
ruimte goed ventileren wanneer de lamp barst en tevens blootstelling aan het ontsnapte gas voorkomen. Indien u
toch aan het gas wordt blootgesteld, dient u meteen de hulp van een arts in te roepen.
Let op
Verwijder de lamp niet meteen nadat u de projector hebt gebruikt. De lamp zal zeer heet zijn en kan
•
brandwonden of ander letsel veroorzaken.
•
Wacht minstens één uur nadat de stekker uit het stopcontact is getrokken zodat het oppervlak van de
lampeenheid helemaal kan afkoelen alvorens de lampeenheid te verwijderen.
•
Raak niet het glas van het lamphuis of onderdelen in het inwendige van de projector aan.
•
Draai geen andere schroeven los dan die van het lamphuisdeksel en het lamphuis.
•
De lamptimer mag alleen na het vervangen van de lamp worden teruggesteld. Als u de lamptimer terugstelt en
dan dezelfde lamp blijft gebruiken, kan de lamp beschadigd worden of exploderen.
Vervang de lamp door de volgende aanwijzingen nauwkeurig op blz. 62 tot 64.
■
* U kunt de lamp ook bij uw dichtstbijzijnde offi ciële Sharp projectordealer of servicecentrum
laten vervangen.
* Als de nieuwe lamp niet brandt nadat u deze a angebracht hebt, dient u de projector voor reparatie naar uw dichtstbijzijnde offi c i ë l e
Sharp projectordealer of servicecentrum te brengen.
Geautoriseerde vertegenwoordiger in de Europese Unie
De technische gegevens verschillen een weinig, afhankelijk van het model. U kunt echter alle modellen op dezelfde
wijze aansluiten en bedienen.
De afbeeldingen en schermaanduidingen in deze gebruiksaanwijzing zijn vereenvoudigd om de uitleg te
•
vergemakkelijken en kunnen enigszins afwijken van de feitelijke aanduidingen die u ziet.
Gebruik van het menuscherm
Inleiding
MENU toets
Insteltoetsen
(//?/_)
ENTER toets
RETURN toets
Menu-selecties (Afstellingen)
• U kunt de bedieningshandelingen ook uitvoeren
met de toetsen op de projector.
1Druk op MENU.
•
Het “Beeld” menuscherm voor de gekozen
ingangsfunctie verschijnt.
2
Druk op Q of O om het menuscherm te selecteren en bijstellingen te maken op de menubalk.
Voorbeeld:
Menuscherm “Beeld”
wanneer COMPONENT is
geselecteerd vor inputmodus
Belangrijke opmerkingen betreffende de lamp ..... 62
Vervangen van de lamp ....................................... 62
Verwijderen en aanbrengen van de lampeenheid
Terugstellen van de lamptimer ............................. 64
•
DLP® en het DLP-logo zijn gedeponeerde handelsmerken van Texas Instruments.
•
Microsoft
en/of in andere landen.
•
PC/AT is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation in de Verenigde
Staten.
•
Macintosh
landen.
•
HDMI, het HDMI-logo en High-Defi nition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
Alle andere namen van fi rma’s of producten zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van de re-
•
spectievelijke ondernemingen.
Sommige IC-chips in dit apparaat bevatten vertrouwelijke informatie en/of handelsgeheimen die toebehoren
•
aan Texas Instruments. U mag de inhoud ervan dan ook niet kopiëren, wijzigen, aanpassen, vertalen, verspreiden, omgekeerd ontwikkelen of assembleren of decompileren.
®
en Windows® zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten
®
is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. in de Verenigde Staten en/of in andere
Index ...............................................................78
Inleiding
-5
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP:
Lees al deze instructies door alvorens dit apparaat in gebruik te nemen en bewaar ze voor later gebruik.
Met elektrische energie kunt u heel wat nuttige functies uitvoeren. Dit apparaat is zodanig ontworpen en vervaardigd
dat uw persoonlijke veiligheid wordt gevrijwaard. ONJUIST GEBRUIK KAN EVENWEL LEIDEN TOT EEN EVENTUELE
ELEKTRISCHE SCHOK OF BRANDGEVAAR. Om de ingebouwde veiligheidsvoorzieningen van dit apparaat niet teniet
te doen, dient u de volgende basisregels goed in acht te nemen bij de installatie, het gebruik en het onderhoud van de
projector.
1.
Lees de gebruiksaanwijzing
Lees alle veiligheids- en bedieningsinstructies in de
gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat gebruikt.
2.
Bewaar de gebruiksaanwijzing
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor het geval u deze in de
toekomst nogmaals nodig heeft.
3. Neem alle waarschuwingen in acht
Neem alle waarschuwingen op het product en in de
gebruiksaanwijzing in acht.
4. Volg alle instructies op
Alle bedieningsinstructies e.d. moeten nauwgezet worden
opgevolgd.
5. Reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u begint met
schoonmaken. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of
sprays. Reinig het apparaat uitsluitend met een vochtige doek.
6. Hulpstukken
Voorkom problemen en gebruik geen hulpstukken die niet door
de fabrikant van het apparaat worden aanbevolen.
7. Water en vocht
Gebruik het apparaat niet in de buurt van water; bijvoorbeeld
in de buurt van een bad, wastafel, aanrecht, wasmachine,
zwembad of in een vochtige kelder enz.
8. Accessoires
Plaats het apparaat niet op een wankel rek, karretje, statief,
steunbeugel of tafel. Het apparaat zou kunnen vallen en een
kind of volwassene ernstig kunnen verwonden, en tevens kan
het apparaat zelf zwaar worden beschadigd. Gebruik uitsluitend
een rek, karretje, statief, steunbeugel of tafel die door de fabrikant
wordt aanbevolen of die bij het apparaat wordt verkocht. Volg voor
eventuele montagewerkzaamheden altijd de instructies van de
fabrikant op en gebruik ook uitsluitend montage-accessoires die
door de fabrikant worden aanbevolen.
9. Transport
Als het apparaat op een verplaatsbaar rek
is gezet, dient dit voorzichtig te worden
verplaatst. Het rek kan namelijk omvallen bij
plotseling stoppen, te hard duwen of rijden
over een ongelijke ondergrond.
10. Ventilatie
In de behuizing van het apparaat zijn gleuven en openingen die
dienen voor de ventilatie. Voor een veilige werking en bescherming
tegen oververhitting mogen de ventilatieopeningen nooit worden
geblokkeerd of afgedekt door het apparaat op een bed, divan,
dik vloerkleed e.d. te zetten. Het apparaat mag ook niet in een
afgesloten ruimte, zoals een boekenkast, worden geplaatst,
tenzij voor een goede ventilatie wordt gezorgd of alle instructies
van de fabrikant zijn opgevolgd.
11. Voeding
Het apparaat mag uitsluitend op de stroomvoorzieningsbron worden
gebruikt die op het typelabel is vermeld. Raadpleeg uw dealer of het
plaatselijke elektriciteitsbedrijf indien u niet zeker bent van het type
stroomvoorziening in uw huis. Voor apparaten die gebruikt worden
op batterijen of op andere stroombronnen, wordt verwezen naar de
gebruiksaanwijzing die bij het apparaat wordt geleverd.
12. Uitvoering van de netstekker
Dit apparaat is uitgerust met één van de volgende soorten stekkers.
Als de stekker niet in het stopcontact past, neemt u contact op
met uw elektricien.
Negeer de veiligheidsvoorziening van de stekker niet.
a. Tweedraads(net)stekker.
b. Driedraads geaarde(net)stekker met aardingspen.
Deze stekker past alleen in een geaard stopcontact.
13. Bescherming van het netsnoer
Leg het netsnoer zodanig dat er niet gemakkelijk iemand op gaat
staan of dat het snoer niet door een voorwerp wordt platgedrukt. Let
hier vooral goed op in de buurt van de stekkers, bij het stopcontact
en op de plaats waar het snoer uit het apparaat komt.
14.
Bliksem
Om veiligheidsredenen dient u bij bliksem of wanneer u het
apparaat langere tijd niet denkt te gebruiken, de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact te trekken. Dit om beschadiging
van het apparaat te voorkomen als gevolg van blikseminslag of
plotselinge stroompieken in de stroomleiding.
15. Overbelasting
Zorg dat de stopcontacten, verlengsnoeren en stekkerdozen
niet overbelast worden, want dit kan resulteren in brand of een
elektrische schok.
16. Binnendringen van voorwerpen en vloeistoffen
Duw nooit voorwerpen via de openingen in de behuizing van
het apparaat naar binnen, omdat deze dan onderdelen die
onder hoogspanning staan, kunnen raken of kortsluiting kunnen
veroorzaken, met brand of een elektrische schok tot gevolg. Let
tevens op dat er nooit vloeistof op het apparaat wordt gemorst.
17. Reparaties
Probeer het apparaat nooit zelf te repareren. Bij het openen of
verwijderen van de afdekplaten stelt u zich bloot aan een ernstige
elektrische schok en andere gevaren. Laat reparatie over aan
erkend onderhoudspersoneel.
18. Beschadigingen die reparatie vereisen
Bij de volgende omstandigheden moet u de stekker uit
het stopcontact trekken en het apparaat door erkend
onderhoudspersoneel laten repareren:
a. Als het netsnoer of de netstekker is beschadigd.
b. Als er vloeistof of een voorwerp in het apparaat is
terechtgekomen.
c. Als het apparaat blootgesteld is geweest aan regen of water.
d. Als de normale aanwijzingen worden opgevolgd, maar
het apparaat niet juist functioneert. Gebruik alleen de
bedieningsorganen die in de gebruiksaanwijzing worden
aangegeven. Bij een onjuiste instelling van andere
bedieningsorganen kan het apparaat mogelijk beschadigd
worden, met tot gevolg dat reparatiewerkzaamheden
voor een juiste werking van het apparaat door erkend
onderhoudspersoneel moeilijker en duurder kunnen
worden.
e. Als het apparaat is gevallen of de behuizing is beschadigd.
f. Als het apparaat duidelijk minder goed functioneert. Dit
duidt erop dat het tijd is voor onderhoud.
19. Vervangingsonderdelen
Wanneer onderdelen vervangen moeten worden, zorg er dan
voor dat het onderhoudspersoneel uitsluitend onderdelen
gebruikt die door de fabrikant worden aanbevolen of die dezelfde
eigenschappen hebben als de originele onderdelen. Het gebruik
van andere onderdelen kan brand, een elektrische schok of
andere problemen veroorzaken.
20. Veiligheidscontrole
Vraag het onderhoudspersoneel om na de onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden een veiligheidscontrole uit te
voeren, zodat u zeker weet dat het apparaat juist en veilig
functioneert.
21. Wand- of plafondmontage
Dit apparaat mag uitsluitend volgens de aanbevelingen van de
fabrikant aan een wand of het plafond worden bevestigd.
22. Hitte
Houd het apparaat uit de buurt van warmtebronnen zoals
verwarmingsradiators, haarden, kachels en andere voorwerpen
(inclusief versterkers) die warmte afgeven.
-6
Neem de volgende veiligheidsinformatie in acht wanneer u de
projector gaat installeren.
Inleiding
Belangrijke informatie betreffende de lamp
■ Als de lamp gesprongen is, kunnen de
glassplinters een bijzonder gevaarlijke
situatie veroorzaken. Wanneer de lamp
springt, moet u contact opnemen met
uw dichtstbijzijnde offi ciële Sharp
projectordealer of servicecentrum voor
een nieuwe lamp. Zie “Betreffende de
lamp” op blz. 62.
Belangrijke informatie voor het opstellen van de
projector
■ Voor minimaal onderhoud en het behouden van een
optimale beeldkwaliteit beveelt SHARP aan deze
projector in een ruimte te installeren die niet vochtig,
stoffi g en rokerig is. Bij gebruik van de projector in dit
soort ruimten moeten de ventilatieopeningen en de lens
vaker dan normaal worden gereinigd. Gebruik van de
projector in dit soort ruimten zal de levensduur van de
projector niet verkorten mits u de projector regelmatig
reinigt. Het reinigen van het inwendige gedeelte van
de projector mag uitsluitend door een offi ciële Sharp
projectordealer of servicecentrum worden gedaan.
Zet de projector niet op een plaats die
blootgesteld staat aan direct zonlicht of een
andere sterke lichtbron.
■
Plaats het scherm zodanig dat dit niet in direct zonlicht
staat of aan andere sterke verlichting is blootgesteld.
Licht dat rechtstreeks op het scherm valt, zal de kleuren
fl ets maken waardoor het kijken moeilijker wordt. Sluit
de gordijnen en dim de verlichting wanneer het scherm
in een erg zonnige of heldere kamer wordt opgesteld.
Belangrijke informatie voor het opstellen van de
projector
■ Plaats de projector op een horizontale ondergrond
binnen het afstelbereik (9 graden) van het stelvoetje.
■ Wanneer de projector de eerste maal wordt
ingeschakeld, kan er een vreemde geur via de
ventilator naar buiten komen. Dit is normaal en duidt
niet op een storing. De geur zal verdwijnen nadat de
projector een poosje is gebruikt.
Gebruik van de projector op grote hoogte, zoals in de
bergen (hoogten van meer dan 4.900 voet (1.500 meter))
■
Wanneer u de projector op grote hoogte gebruikt waar
de lucht ijl is, dient u de “Ventilatormodus” op “Hoog” te
zetten. Indien dit wordt verzuimd, kan dit de levensduur
van het optische systeem nadelig beïnvloeden.
■ Gebruik de projector op hoogtes van 7.500 voet (2.300
meter) of minder.
Waarschuwing betreffende het opstellen van de
projector op een hoge plaats
■ Als u de projector op een hoge plaats opstelt, moet
u er goed op letten dat de projector stevig staat, om
te voorkomen dat de projector letsel veroorzaakt
wanneer deze zou vallen.
Stel de projector niet aan harde stoten en/of
hevige trillingen bloot.
■ Wees voorzichtig met de lens zodat u deze niet
beschadigt of er hard tegen stoot.
Laat uw ogen af en toe rusten.
■ Langdurig ononderbroken naar het scherm kijken kan
resulteren in vermoeidheid van de ogen. U moet uw
ogen regelmatig laten rusten.
Vermijd plaatsen die blootgesteld staan aan
extreme temperaturen.
■ Het bereik voor de beschijfstemperatuur van de
projector loopt van 41°F tot 95°F (+5°C tot +35°C).
■ Het bereik voor de opslagtemperatuur van de
projector loopt van –4°F tot 140°F (–20°C tot +60°C).
Blokkeer de uitlaat- en inlaatopeningen niet.
■ Houd minimaal 11 13/16" (30 cm) ruimte vrij tussen de
uitlaatopening en de dichtstbijzijnde muur of ander
obstakel.
■
Zorg dat de inlaat- en uitlaatopeningen niet zijn afgedekt.
■ Als de koelventilator geblokkeerd wordt, zal een
veiligheidsvoorziening ervoor zorgen dat de projector
automatisch in de ruststand (standby) wordt gezet,
om beschadiging als gevolg van oververhitting
te voorkomen. Dit duidt niet op een storing. (Zie
blz. 60.) Trek de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact en wacht tenminste 10 minuten. Zet de
projector vervolgens op een plaats waar de inlaaten uitlaatopeningen niet geblokkeerd worden, steek
de stekker weer in het stopcontact en schakel de
projector in. De projector zal vervolgens weer normaal
werken.
Belangrijke informatie betreffende het gebruik
van de projector
■ Als u de projector lange tijd niet gebruikt, of als u de
projector verplaatst, ontkoppel dan het snoer voor
netspanning van het stopcontact en ontkoppel alle
andere kabels.
■ Draag de projector niet aan de lens.
■ Zorg ervoor dat u de lensdeksel sluit wanneer u de
projector opbergt.
■ Stel de projector niet bloot aan direct zonlicht en plaats
deze ook niet in de buurt van een hittebron. Dit kan
namelijk resulteren in verkleuring van de behuizing of
vervorming van de plastic afdekking.
-7
Aansluiten van andere apparatuur
■ Wanneer u een computer of andere audiovisuele
apparatuur op de projector aansluit, mag u de
aansluitingen pas maken NADAT u het netsnoer van
de projector uit het stopcontact hebt gehaald en de
apparatuur die wordt aangesloten hebt uitgeschakeld.
■ Lees de gebruiksaanwijzing van de projector en van
de apparatuur die wordt aangesloten voor nadere
bijzonderheden betreffende de aansluitingen.
Gebruik van de projector in andere landen
■ De netspanning en de uitvoering van de netstekker
kunnen variëren, afhankelijk van het gebied of het land
waar de projector wordt gebruikt. Als u de projector in
het buitenland gebruikt, zorg dan dat deze op de juiste
netspanning en met het voorgeschreven netsnoer wordt
aangesloten.
Temperatuur-verklikkerfunctie
■ Als de temperatuur binnenin de projector stijgt doordat
de ventilatieopeningen geblokkeerd zijn of door
een verkeerde plaatsing van het toestel, dan zal de
temperatuurwaarschuwingsindicator gaan knipperen.
Als de temperatuur blijft stijgen zal “” gaan
branden in de linker onderhoek van het beeld en zal de
temperatuurwaarschuwingsindicator blijven knipperen.
Als deze toestand blijft voortduren, gaat de lamp uit,
gaat de koelventilator draaien en gaat de projector in de
ruststand (standby) staan. Zie “Onderhoudsindicators”
op blz. 60 en 61 voor verdere informatie.
Info
• De koelventilator regelt de inwendige temperatuur
automatisch. Daarom kan het geluid van de
ventilator veranderen tijdens het gebruik van de
projector. Dit duidt niet op een storing.
Volg de volgende veiligheidsvoorschriften bij het gebruik van de 3D-bril.
Voorkom doorslikken
■ Houd de batterijen en het koord buiten bereik
van kleine kinderen. Kleine kinderen kunnen deze
onderdelen per ongeluk doorslikken.
– Raadpleeg onmiddellijk een arts als een kind een van
deze onderdelen per ongeluk heeft doorgeslikt.
Niet uit elkaar halen
■ De 3D-bril mag niet uit elkaar worden gehaald of worden
aangepast
Waarschuwing met betrekking tot de
lithiumbatterij
■ Batterijen mogen niet worden blootgesteld aan
overmatige warmte, zoals direct zonlicht of vuur.
■ Vervang de batterijen uitsluitend voor hetzelfde type of
een vergelijkbaar type batterijen. Als de batterij niet goed
is geplaatst, kan deze exploderen.
■ Pas op dat de batterijpolen (+ en –) tijdens het plaatsen
van de batterij niet worden verwisseld. Volg de juiste
procedure tijdens het plaatsen van de batterij. (Zie blz.
51.) Een niet goed geplaatste batterij kan beschadigen
of vloeistof gaan lekken, wat kan leiden tot brand, letsel,
of beschadiging.
Hanteren van de 3D-bril
■ De 3D-bril niet laten vallen, geen druk er op toepassen,
en er niet op gaan staan. Hierdoor kan het glasgedeelte
beschadigd raken, waardoor letsel kan ontstaan.
■ Pas op dat uw vinger niet vast komt te zitten bij het
scharniergedeelte van de 3D-bril. Hierdoor kan letsel
ontstaan.
– Let in het bijzonder op wanneer kinderen dit product
gebruiken.
Het gebruik van de 3D-bril
■ Ouders/verzorgers dienen kinderen in de gaten te
houden’om te voorkomen dat zij dit product langdurig
zonder rustperiodes gebruiken.
■ Gebruik alleen de 3D-bril die voor dit product wordt
aanbevolen.
■ Gebruik de 3D-bril alleen voor het beoogde doel.
■ Loop tijdens het dragen van de 3D-bril niet heen en
weer. Omdat de omliggende omgeving donker lijkt, kan
dit resulteren in vallen of andere ongelukken die letsel
kunnen veroorzaken.
Verzorging van de 3D-bril
■ Gebruik voor het reinigen van de glazen alleen de doek
die met de 3D-bril is meegeleverd. Verwijder stof en vuil
van de doek. Stof en ander vuil kunnen krassen op de
glazen veroorzaken. Gebruik geen reinigingsmiddelen
zoals benzine, of thinner, omdat de afwerklaag hierdoor
kan loslaten.
■ Zorg dat de glazen tijdens het reinigen van de 3D-bril
niet in contact komen met water of ander vloeistof.
■ Berg de 3D-bril na gebruik altijd op in de bijgeleverde
hoes.
■ Vermijd bij het opbergen van de 3D-bril zeer vochtige of
warme locaties.
Het bekijken van 3D-beelden
■ Stop onmiddellijk met het kijken door de 3D-bril en laat
uw ogen tot rust komen als u tijdens het bekijken van
3D-beelden last krijgt van duizeligheid, misselijkheid, of
ander ongemak.
■ Gebruik de 3D-bril niet als de glazen ervan gebarsten of
gebroken zijn.
-8
Accessoires
Bijgeleverde accessoires
Inleiding
Afstandsbediening
<RRMCGA929WJSA>
Netsnoer*
(1)
Voor de Verenigde
Staten, Canada enz.
<QACCDA007WJPZ>
*1 Zie blz. 50 tot 52 voor informatie over de 3D-bril en de toebehoren.
*2 Welke netsnoeren meegeleverd worden met uw projector hangt af van de regio. Gebruik het netsnoer dat
• Gebruiksaanwijzingen <TINS-E931WJZZ>
• Codes tussen “< >” zijn onderdeelnummers voor vervangbare onderdelen.
2
(2)
Voor Europa, behalve
Groot-Brittannië
(6' (1,8 m))
bedoeld is voor het stopcontact in uw land.
(6' (1,8 m))
<QACCVA011WJPZ>
Twee AA-size batterijen
<UBATUA020WJZZ>
(3)
Voor Groot-Brittannië en
Singapore
(6' (1,8 m))
<QACCBA036WJPZ>
Twee 3D-brillen*1
<KOPTLA002WJN1>
(4)
Voor Australië, Nieuw-
Zeeland en Oceanië
(6' (1,8 m))
<QACCLA018WJPZ>
Los verkrijgbare accessoires
■
Lampeenheid AN-K15LP
■
Plafond-montage adapterAN-60KT
■
Plafondmontagebeugel AN-XRCM30 (alleen voor de V.S.)
■
Plafond-montage unit AN-TK201 <voor AN-60KT>
AN-TK202 <voor AN-60KT>
■
Plafondgemonteerde verlengbuis AN-EP101B <voor AN-XRCM30>
(alleen voor de V.S.)
■
3 RCA naar 15-pins mini D-sub-kabel (10' (3,0 m)) AN-C3CP2
3D-bril AN-3DG10-S
■
AN-3DG10-R
AN-3DG10-A
• Het is mogelijk dat sommige van deze los verkrijgbare accessoires niet in uw land worden verkocht.
Neem contact op met uw dichtstbijzijnde offi ciële Sharp projectordealer of servicecentrum voor verdere
informatie.
-9
Benaming en functie van de onderdelen
De nummers aangegeven in verwijzen naar de bladzijde in deze gebruiksaanwijzing waar het
betreffende onderwerp hoofdzakelijk wordt behandeld.
Voor het invoeren van de selecties of instellingen die in
het menu zijn gemaakt.
17 INPUT toetsen (P/R)
Voor het kiezen van de ingangsfunctie.
18 RESIZE toets
Voor het omschakelen van het schermformaat
(NORMAAL, 16:9 enz.).
19 MENU toets
Voor de weergave van schermen voor bijstellingen/
instellingen.
20 RETURN toets
Voor terugkeren naar het vorige menuscherm tijdens
menubediening.
21 Insteltoetsen (P/R/O/Q)
Voor het selecteren van de menu-onderdelen.
23, 60
23, 60
14, 23
53
28
35
27
30
35
35
35
60
-10
Projector (achteraanzicht)
Inleiding
1235
Gebruik van de draaghendel
Draag deze bij de draaghendel aan
de zijkant wanneer u de de projector
vervoert.
Sluit het lensdeksel altijd om schade
•
aan de lens te voorkomen wanneer u
de projector vevoert.
Beur de projector niet op en draag hem
•
niet rond door hem bij de lens beet te
pakken daar dit schade kan toebrengen
aan de lens.
4
6
11
79108
Aansluitingen
1 RS-232C aansluiting
Aansluitbus voor de bediening van de projector
met behulp van een computer.
2 COMPONENT aansluitingen
Aansluiting voor het aansluiten van video
apparatuur met een component
uitgangsaansluiting.
22
19
3 COMPUTER/COMPONENT
ingangsaansluiting
Aansluiting voor computer RGB- en
YPbPr-signalen.
4 HDMI1, 2 aansluitingen
Aansluiting voor het verbinden van video
apparatuur op de HDMI uitgangsaansluiting.
Gebruik van het Kensington slot
•
Deze projector is uitgerust met een Kensington standaard veiligheidsaansluiting voor gebruik met een Kensington
MicroSaver beveiligingssysteem. Raadpleeg de documentatie die bij het beveiligingssysteem wordt geleverd voor
instructies betreffende het beveiligen van de projector.
19, 21
19, 20
5 S-VIDEO ingangsaansluiting
Aansluitbus voor videoapparatuur die is uitgerust met
een S-video-aansluiting.
10 Kensington standaard veiligheidsaansluiting
11 Veil ig hei ds sta ng
19, 20
19
13
23
-11
Benaming en functie van de onderdelen (vervolg)
De nummers aangegeven in verwijzen naar de bladzijde in deze gebruiksaanwijzing waar
het betreffende onderwerp hoofdzakelijk wordt behandeld.
Afstandsbediening
1
2
3
4
513
6
7
8
9
10
11
12
14
15
16
17
18
19
20
1 ON toets
Voor het inschakelen van de stroom.
2 STANDBY toets
Om de projector in de ruststand (standby) te zetten.
3 HDMI1, 2, COMPONENT, S-VIDEO, VIDEO,
COMPUTER toetsen
Voor overschakelen naar de respectievelijke
invoermodi.
4 FREEZE toets
Voor het stilzetten van het beeld.
5 MAGNIFY toetsen
Voor het vergroten/verkleinen van een deel van het
beeld.
6 KEYSTONE toets
Voor het inschakelen van de trapeziumvormcorrectiefunctie.
7 Insteltoetsen (P/R/O/Q)
Voor het selecteren van de menu-onderdelen.
8 RETURN toets
Voor terugkeren naar het vorige menuscherm tijdens
menubediening.
9 INPUT toets
Voor het kiezen van de ingangsfunctie.
10 3D ON/OFF toets
Voor het wisselen tussen 2D- en 3D-modi.
11 AUTO SYNC toets
Voor het automatisch instellen van het beeld wanneer
de projector op een computer is aangesloten.
12 PICTURE MODE toets
Voor het kiezen van het juiste beeld.
13 IRIS 1, 2 toetsen
Voor heen en weer schakelen tussen “Hoge helderh.”
en “Hoog contrast”.
14 IMAGE SHIFT toets
Om beelden horizontaal en verticaal te verschuiven.
15 ENTER toets
Voor het invoeren van de selecties of instellingen die in
het menu zijn gemaakt.
16 MENU HIDE toets
Om het menuscherm tijdelijk te verbergen.
17 MENU toet s
Voor de weergave van schermen voor bijstellingen/
instellingen.
18 RESIZE toets
Voor het omschakelen van het schermformaat
(NORMAAL, 16:9 enz.).
19 3D MENU toets
Voor het weergeven van het 3D-MENU-scherm.
20 ECO+QUIET toets
Voor het reduceren van het geluid van de koelventilator
en het verlengen van de levensduur van de lamp.
14, 23
15, 23
15, 27
28
29
25
35
35
27
53, 54
28
28
29
27
35
29
35
30
53
29
-12
De afstandsbediening gebruiken
2
30°
30°
30°
30°
2
)
23' (7m)
)
23' (7m)
30°
30°
30°
30°
-
Afstandsbedienings-
s
sensoren
-
Afstandsbedienings-
s
signaalzenders
g
Afstandsbediening
De batterijen plaatsen
1 Trek het lipje op de deksel
omlaag en verwijder de deksel
in de richting van de pijl.
2 Plaats de geleverde batteijen en
plaats de deksel terug.
• Zorg ervoor dat de polariteiten
overeenstemmen met de markeringen
en n binnenin het batterijvak.
m
• Wanneer u de deksel correct terugplaatst,
voelt u hem op zijn plaats klikken.
Bruikbaar bereik
De afstandsbediening kan worden gebruikt
om de projector te bedienen binnen het bereik
zoals getoond in de afbeelding.
Inleiding
23' (7 m
• De sensor van de afstandsbediening bevindt
zich aan zowel de voorkant als de achterkant
van de projector.
• Het signaal van de afstandsbediening kan
op een scherm worden weerkaatst voor
eenvoudige bediening. De daadwerkelijke
afstand van het signaal kan echter variëren
naargelang het materiaal van het scherm.
3' (7 m
Afstandsbedienings
ensoren
De afstandsbediening gebruiken:
• Niet laten vallen of blootstellen aan vocht of
hoge temperaturen.
• De afstandsbediening kan slecht werken onder
een tl-buis. Plaats de projector in dat geval uit
de buurt van de tl-buis.
Bij verkeerd gebruik kunnen de batterijen lekken of ontploffen. Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
Let op
•
De batterij kan ontploffen als deze verkeerd wordt geplaatst.
Alleen vervangen door alkaline of magnesium batterijen.
•
Plaats de batterijen met de m en n pool overeenkomstig de aanduidingen in de batterijhouder.
•
Batterijen van een verschillend type hebben verschillende eigenschappen. Gebruik daarom niet gelijktijdig
batterijen van een verschillend type.
•
Meng geen nieuwe en oude batterijen door elkaar.
Dit kan resulteren in een kortere levensduur van de nieuwe batterijen of de oude batterijen kunnen gaan lekken.
Neem de batterijen uit de afstandsbediening wanneer deze leeg zijn, want anders kunnen ze gaan lekken.
•
De vloeistof uit lekkende batterijen is schadelijk voor de huid, dus veeg bij lekkage de batterijen met een
doek af en verwijder de batterijen daarna ook met de doek.
De batterijen die bij deze projector zijn geleverd kunnen een kortere levensduur hebben dan normaal, afhankelijk
•
van hoe lang ze opgeslagen zijn geweest. Vervang de batterijen zo spoedig mogelijk door nieuwe batterijen.
Neem de batterijen uit de afstandsbediening als u de afstandsbediening geruime tijd niet denkt te gebruiken.
•
Neem de plaatselijke wetgeving (voorschriften) in acht wanneer u de batterijen weggooit.
•
Afstandsbedienin
Afstandsbedienings
signaalzender
-13
Snelstartgids
Dit gedeelte toont u een voorbeeld van hoe u de projector aansluit op videoapparatuur die voorzien is van een
HDMI-uitgangsaansluiting, samen met een korte toelichting op de stappen, van de aansluiting tot de projectie
van afbeeldingen. Voor meer informatie raadpleegt u de pagina's die in elke stap worden vermeld.
3, 7 STANDBY/ON
toets
6 Zoomring
7 STANDBY toets
3 ON toets
5 Selectietoetsen
inputmodus
6 Scherpstelring
6 Stelpoten
5 INPUT toets
1. Plaats de projector met de voorkant naar een scherm
2.
Sluit de projector aan op de videoapparatuur en steek
het netsnoer in de netstroomaansluiting op de projector
Blz. 16
Blz. 19-23
3.
Open het lensdeksel volledig en schakel de projector vervolgens in
Op de projector
-14
2
STANDBY/ON toets
1
Druk op STANDBY/ON op de projector of op ON op de
afstandsbediening terwijl u deze op de projector richt.
Op de afstandsbediening
ON toets
Blz. 23
2
4. Schakel de videoapparatuur in en start het afspelen
Afspelen
5. Selecteer de Inputmodus
Druk op de HDMI1 toets op de afstandsbediening om “HDMI1” te selecteren als de Inputmodus.
HDMI1
YPbPr
HDMI1 toets
• Druk op HDMI1, HDMI2, COMPONENT, S-VIDEO, VIDEO en COMPUTER op de afstandsbediening om
de ingangsmodus te schakelen.
• Druk op P of R om de gewenste ingangsmodus te selecteren wanneer u op INPUT op de afstands-
bediening drukt of op de projector.
1080P
6. Stel de hoek, scherpte en zoom bij
1. De scherpte wordt bijgesteld
door aan de scherpstelring te
draaien.
Scherpstelring
2. Het zoomen wordt bijgesteld
door aan de zoomring te
draaien.
Zoomring
3. De projectorhoek wordt
bijgesteld door de stelpoot te
gebruiken.
Blz. 27
Blz. 24
Snelstartgids
Stelpoten
•
Wanneer het beeld als een trapezium vervormd wordt, is trapeziumvorm-correctie nodig.
(Zie blz. 25.)
7. Schakel de stroom uit
Druk op STANDBY/ON op de projector of op STANDBY op de afstandsbediening en druk dan nogmaals
op de toets terwijl de bevestigingboodschap getoond word tom de projector in de ruststand (standby) te
zetten.
Op de projector
1
STANDBY/ON toets
2
Op de afstandsbediening
1
STANDBY
toets
Beeldschermdisplay
Blz. 23
-15
De projector opstellen
De projector opstellen
Voor optimale afbeeldingskwaliteit plaatst u de projector loodrecht tegenover het scherm met de stelpoten
van de projector in vlakke en horizontale stand.
•
De projectorlens moet in het midden van het scherm geplaatst zijn. Als de horizontale lijn die door het midden van
de lens loopt, niet verticaal op het scherm staat, dan zal de afbeelding vervormen, wat het bekijken bemoeilijkt.
• Voor een optimaal beeld plaatst u het scherm zo dat het niet in direct contact met het zonlicht of de kamerverlichting staat. Licht dat direct op het scherm valt, vervaagt de kleuren, wat het bekijken bemoeilijkt.
Sluit de gordijnen en dim de lichten wanneer u het scherm opstelt in een zonnige of heldere kamer.
Standaardopstelling (projectie voorkant)
■ Plaats de projector op de vereiste afstand tot het scherm, in overeenstemming met het gewenste afbeeldingsformaat.
Voorbeeld van een standaardopstelling
Zijaanzicht
Scherm
H
90°
Midden van de lens
L
• Zie blz. 18 voor verdere informatie over “Schermformaat en projectie-afstand”.
-16
Projectiemodus (PRJ)
De projector kan een van de 4 projectiemodi gebruiken, zoals afgebeeld in de onderstaande schets. Selecteer de meest geschikte
modus voor de projectie-instelling die u gebruikt. (U kunt de PRJ-modus in het “SCH-INS”-menu instellen. Zie blz. 45.)
■ Tafelmontage, projectie voorkant
Menu-item ➞ “Voor”
■ Tafelmontage, projectie achterkant
(met een doorzichtig scherm)
Menu-item ➞ “Achter”
■ Plafondmontage, projectie voorkant
Menu-item ➞ “Plafond+voor”
■ Plafondmontage, projectie achterkant
(met een doorzichtig scherm)
Menu-item ➞ “Plafond+achter”
Bevestigen aan het plafond
■ De optionele Sharp plafond-montage adapter en unit wordt aanbevolen voor deze installatie. Neem contact
op met uw dichtstbijzijnde offi ciële Sharp projector- dealer of servicecentrum voordat u de projector monteert
om de plafond-montage adapter en unit te verkrijgen (wordt los verkocht).
Installatie
Indicatie van het geprojecteerde afbeeldingsformaat en projectie-afstand
Voor meer informatie verwijzen wij u naar “Schermformaat en projectie-afstand” op blz. 18.
Voorbeeld: Bij gebruik van een breed scherm (16:9)
Afbeeldingsformaat
500" (1270 cm)
200" (508 cm)
100" (254 cm)
80" (203 cm)
40" (102 cm)
70"×39"
(177 cm × 100 cm)
35"×20"
(89 cm × 50 cm)
4'1" ~ 4'9"
(1,3 m ~ 1,4 m)
174"×98"
(443 cm
87"×49"
(221 cm × 125 cm)
8'3" ~ 9'6"
(2,5 m ~ 2,9 m)
436
(1107 cm
×
249 cm)
10'4" ~ 11'11"
20'7" ~ 23'9"
(3,1 m ~ 3,6 m)
(6,3 m ~ 7,2 m)
"
×245
"
×
51'6"
623
cm )
(15,7 m)
Projectie-afstand
-17
De projector opstellen (vervolg)
Schermformaat en projectie-afstand
Bij gebruik van een breed scherm (16:9):Wanneer u de afbeelding (16:9) afbeeldt over het hele scherm (16:9).
x : Diagonale afmeting van het scherm: 40" – 500"
L : Projectie-afstand (voet/m)
L1 : Minimale projectie-afstand (voet/m)
L2 : Maximale projectie-afstand (voet/m)
H :
Afstand vanaf het midden van de lens tot de onderrand van het beeld (duim/cm)
SchermformaatProjectie-afstand [L]
Minimaal [L1]
Maximaal [L2]
De formule voor schermformaat en projectieafstand
[Voet/duim]
L1 (voet) = 0,02882 x / 0,3048
L2 (voet) = 0,03323 x / 0,3048
H (duim) = 0,18358 x / 2,54
—
Afstand vanaf het midden van de lens
tot de onderrand van het beeld [H]
39
3
/8" (100 cm)
1
/2" (80 cm)
5
/8" (60 cm)
11
/16" (50 cm)
3
/4" (40 cm)
13
/16" (30 cm)
29
/64" (24 cm)
7
/8" (20 cm)
19
/64" (16 cm)
23
/32" (12 cm)
5
/32" (8 cm)
[m/cm]
L1 (m) = 0,0314 x
L2 (m) = 0,0362 x
H (cm) = 0,2 x
Afstand vanaf het midden van de lens
tot de onderrand van het beeld [H]
38 35/64" (98 cm)
29
/32" (73 cm)
3
/32" (61 cm)
17
/64" (49 cm)
29
/64" (37 cm)
9
/16" (29 cm)
41
/64" (24 cm)
45
/64" (20 cm)
3
/4" (17 cm)
25
/32" (15 cm)
55
/64" (10 cm)
[m/cm]
L1 (m) = 0,03843 x
L2 (m) = 0,0443 x
H (cm) = 0,24477 x
Afstand vanaf het midden van de lens
tot de onderrand van het beeld [H]
36
9
/64" (92 cm)
29
/32" (73 cm)
11
/16" (55 cm)
1
/16" (46 cm)
29
/64" (37 cm)
27
/32" (28 cm)
43
/64" (22 cm)
15
/64" (18 cm)
25
/32" (15 cm)
1
/16" (13 cm)
11
/32" (11 cm)
57
/64" (7 cm)
[m/cm]
L1 (m) = 0,02882 x
L2 (m) = 0,03323 x
H (cm) = 0,18358 x
• Zie blz. 16 voor “Projectie-afstand [L]” en “Afstand vanaf het midden van de lens tot de onderrand van het
beeld [H]”.
• In de waarden in de bovenstaande diagrammen moet u rekening houden met een kleine foutenmarge.
-18
Voorbeelden van kabels voor aansluiting
Voor meer informatie over aansluiting en kabel verwijzen wij u naar de gebruiksaanwijzing van de aan te
•
sluiten apparatuur.
U hebt wellicht andere kabels of connectors nodig die hieronder niet worden vermeld.
•
Apparatuur
Videoapparatuur
Aansluiting op
aan te sluiten
apparatuur
HDMI-
uitgangsaansluiting
Component-videouitgangsaansluiting
HDMI-kabel (los verkrijgbaar)HDMI1, 2
Componentkabel (los verkrijgbaar)COMPONENT
Kabel
Aansluiting op de
projector
(Blz. 20)
Fotocamera/videospel
3 RCA naar 15-pins mini D-sub-kabel
(optioneel, AN-C3CP2)
S-video-
uitgangsaansluiting
Video-
uitgangsaansluiting
Component-
video-
uitgangsaansluiting
S-video-
uitgangsaansluiting
Video-
uitgangsaansluiting
S-videokabel (los verkrijgbaar)S-VIDEO
Videokabel (los verkrijgbaar)VIDEO
Kabels voor een camera of videospel/3 RCA naar 15pins mini D-sub-kabel (optioneel, AN-C3CP2)
Kabels voor een camera of videospelS-VIDEO
Kabels voor een camera of videospelVIDEO
COMPUTER/
COMPONENT
Aansluitingen
(Blz. 20)
COMPUTER/
COMPONENT
RCA adapterstekker
(los verkrijgbaar)
Computer
RGB-
uitgangsaansluiting
HDMI-
uitgangsaansluiting
RGB-kabel (los verkrijgbaar)COMPUTER/
HDMI-kabel (los verkrijgbaar)HDMI1, 2
COMPONENT
(Blz. 21)
-19
Aansluiten op videoapparatuur
Voordat u apparatuur aansluit, moet u de netstroomaansluiting van de projector uit het Netsnoerstopcontact
trekken en de apparaten uitschakelen die u wilt gaan aansluiten. Nadat u alle aansluitingen hebt gemaakt,
schakelt u de projector in en daarna de andere apparaten.
Apparatuur met HDMI-uitgangsaansluiting aansluiten op de HDMI-aansluiting op de projector
Voor videoaansluiting gebruikt u een kabel die voldoet aan HDMI-normen. Het gebruik van kabel die niet voldoen aan
HDMI-normen kan storingen veroorzaken.
HDMI-compatibel apparaat
HDMI-compatibel apparaat
Naar HDMI-uitgangsaansluiting
Naar HDMI-uitgangsaansluiting
HDMI-kabel (type A)
HDMI-kabel (type A)
(los verkrijgbaar)
(los verkrijgbaar)
Naar HDMI1- of 2-aansluiting
Naar HDMI1- of 2-aansluiting
• Afhankelijk van de specifi caties van de videoapparatuur of de DVIÙHDMI digitalekabel kan het zijn dat
het signaal niet goed wordt overgebracht. (De HDMI-specifi catie ondersteunt niet alle verbindingen met
videoapparatuur met digitale HDMI-uitgangsaansluiting met gebruik van een DVIÙHDMI digitalekabel.)
• HDMI (High-Defi nition Multimedia Interface) is een digitale AV-interface die een videosignaal met hoge
resolutie kan afl everen, tegelijk met een multikanaals audiosignaal en bidirectioneel controlesignaal, en dit
alles in slechts één kabel.
• Omdat het digitale videosignaal compatibel is met het HDCP-systeem (High-bandwidth Digital Content
Protection), verzwakt het niet wanneer het verzonden wordt en kunt u genieten van een afbeelding van
hoge kwaliteit met behulp van slechts één eenvoudige aansluiting.
Apparatuur aansluiten met S-video-uitgangsaansluiting.
DVD-speler, etc.
Naar S-video-uitgangsaansluiting
S-videokabel
(los verkrijgbaar)
Naar S-VIDEO-aansluiting
Zie “Voorbeelden van kabels voor aansluiting” op blz. page 19 voor het aansluiten van andere apparatuur.
-20
Aansluiten op een computer
Zorg ervoor dat de computer het laatste apparaat is dat wordt ingeschakeld als alle aansluitingen eenmaal
zijn gemaakt.
Aansluiten op een computer met de RGB-kabel
Computer
Naar RGB-uitgangsaansluiting
RGB-kabel
(los verkrijgbaar)
• Raadpleeg “Compatibiliteitskaart” op blz. 70 voor een lijst met computersignalen die compatibel zijn
met de projector. Gebruik met computersignalen die niet staan vermeld kan storing in sommige functies
veroorzaken.
• Het is mogelijk dat u voor sommige Macintosh computers een Macintosh adapter nodig hebt. Neem contact
op met uw dichtstbijzijnde Macintosh handelaar.
• Afhankelijk van de computer die u gebruikt, kan een afbeelding niet geprojecteerd worden, als de
externe outputpoort van uw computer niet is ingeschakeld. (bijv. Druk tegelijkertijd de toetsen “Fn”
en “F5” in wanneer u een SHARP-notebookcomputer gebruikt). Wij verwijzen u naar de specifi eke
aanwijzingen in de bedieningshandleiding van uw computer om de externe outputpoort van uw computer
in te schakelen.
Naar de COMPUTER/COMPONENT aansluiting
Aansluitingen
-21
De projector bedienen met een computer
Wanneer de RS-232C-aansluiting op de projector is aangesloten op een computer, dan kan de computer
worden gebruikt om de projector te bedienen en om de status van de projector te controleren.
Aansluiting maken met een computer met behulp van een seriële RS-232C-controlekabel
Computer
Naar RS-232C-aansluiting
Naar RS-232C-aansluiting
Seriële RS-232C-controlekabel (haaks type, los verkrijgbaar)
• De RS-232C-functie kan wellicht niet werken als uw computerterminal niet correct is opgesteld. Wij verwijzen
u naar de bedieningshandleiding van de computer voor meer informatie.
•Voor informatie over RS-232C-specifi caties en -opdrachten verwijzen wij u naar blz. 66.
Info
• Sluit de RS-232C-kabel alleen aan op de RS-232C-aansluiting op de computer. Anders kunt u schade aan
uw computer of projector veroorzaken.
• U mag een seriële RS-232C-controlekabel niet op de computer aansluiten of van de computer losmaken
als de computer is ingeschakeld. Anders kunt u schade aan uw computer veroorzaken.
-22
De projector in- en uitschakelen
Het netsnoer aansluiten
Stop het netsnoer in de netstroomaansluiting
aan de achterkant van de projector.
De spanningsdicator licht rood op en de projector
•
schakelt in standby-modus.
Netsnoer
(meegeleverde)
De projector inschakelen
Voordat u de onderstaande aanwijzingen uitvoert, moet
u eerst alle externe apparatuur aansluiten en de stekker
in het stopcontact steken. (Zie blz. 20 tot 23.)
Open het lensdeksel volledig en druk op
STANDBY/ON op de projector of op ON
op de afstandsbediening.
•
De spanningsindicator licht groen op.
•
Na het oplichten van de lampindicator is de
projector klaar voor bediening.
•
Wanneer het lensdeksel gesloten is, knippert de
spanningsindicator beurtelings groen en oranje
en de projector wordt niet ingeschakeld.
Betreffende de lampindicator
•
De lampindicator geeft de status van de
lamp aan.
Groen: De lamp is aan.
Knippert groen: De lamp is aan het opwarmen.
Rood: De lamp wordt op een abnormale
wijze uitgeschakeld of de lamp
Wanneer de projector wordt ingeschakeld, kan het
•
beeld enigszins fl ikkeren gedurende de eerste minuut
dat de lamp is ingeschakeld. Dit is normaal en wordt
veroorzaakt door de regelcircuits van de lamp die de
uitgangskarakteristieken van de lamp stabiliseren. Dit
verschijnsel duidt niet op een defect.
•
Als de projector in de ruststand (standby) wordt
gezet en dan meteen weer wordt ingeschakeld,
kan het even duren voordat de lamp gereed is
om te beginnen met projecteren.
moet vervangen worden.
Info
Bij het verlaten van de fabriek is de taal op
•
Engels ingesteld. Als u een andere taal voor het
beeldschermdisplay wilt instellen, moet u de taal
wijzigen zoals beschreven op blz. 45.
Spanningsindicator
STANDBY/ON toets
Lampindicator
Lensdeksel
STANDBY toets
ON toets
Basisbediening
De projector uitschakelen (de
projector in de ruststand zetten)
Druk op STANDBY/ON van de projector of
op STANDBY van de afstandsbediening en
druk dan nog een keer op die toets terwijl
de bevestigingsmelding wordt aangegeven
om de projector in de ruststand (standby)
te schakelen.
•
De projector kan niet aangezet worden tijdens
het koelen.
Direct Uit functie:
•
U kunt de stekker uit het stopcontact halen ook als
de koelventilator nog draait.
Beeldschermdisplay
Info
-23
Loading...
+ 56 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.