Sharp PG-M25X User Manual [nl]

GEBRUIKSAANWIJZING
MODEL
PG-M25X
Inleiding
Opstellen en aansluiten
Basisbediening
DIGITALE MULTIMEDIA­PROJECTOR
Aanhangsel
BELANGRIJK
Vul het serienummer in, dat staat aangegeven op het achterpaneel van de projector. Deze informatie heeft u nodig in geval van verlies of diefstal. Controleer of alle meegeleverde accessoires, zoals beschreven onder “Meegeleverde accessoires” op bladzijde 20 van deze gebruiksaanwijzing, inderdaad in de doos aanwezig zijn voor u de verpakking recyclet. Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de projector in gebruik neemt.
This equipment complies with the requirements of Directives 89/336/EEC and 73/23/EEC as amended by 93/68/ EEC.
Dieses Gerät entspricht den Anforderungen der EG-Richtlinien 89/336/EWG und 73/23/EWG mit Änderung 93/ 68/EWG.
Ce matériel répond aux exigences contenues dans les directives 89/336/CEE et 73/23/CEE modifiées par la directive 93/68/CEE.
Dit apparaat voldoet aan de eisen van de richtlijnen 89/336/EEG en 73/23/EEG, gewijzigd door 93/68/EEG. Dette udstyr overholder kravene i direktiv nr. 89/336/EEC og 73/23/EEC med tillæg nr. 93/68/EEC. Quest’ apparecchio è conforme ai requisiti delle direttive 89/336/EEC e 73/23/EEC, come emendata dalla
direttiva 93/68/EEC.
Η εγκατάσταση αυτή ανταποκρίνεται στις απαιτήσεις των οδηγιών της Ευρωπαϊκής Ενωσης 89/336/ ΕΟΚ και 73/23/ΕΟΚ, #πως οι κανονισµοί αυτοί συµπληρώθηκαν απ# την οδηγία 93/68/ΕΟΚ.
Este equipamento obedece às exigências das directivas 89/336/CEE e 73/23/CEE, na sua versão corrigida pela directiva 93/68/CEE.
Este aparato satisface las exigencias de las Directivas 89/336/CEE y 73/23/CEE, modificadas por medio de la 93/68/CEE.
Denna utrustning uppfyller kraven enligt riktlinjerna 89/336/EEC och 73/23/EEC så som kompletteras av 93/68/ EEC.
Dette produktet oppfyller betingelsene i direktivene 89/336/EEC og 73/23/EEC i endringen 93/68/EEC. Tämä laite täyttää direktiivien 89/336/EEC ja 73/23/EEC vaatimukset, joita on muutettu direktiivillä 93/68/EEC.
Modelnummer: PG-M25X
Serienummer:
GyroRemote This equipment complies with the requirements of Directive 1999/5/EC.
GyroRemote-Fernbedienung Dieses Gerät entspricht den Anforderungen der EU-Richtlinie 1999/5/EG.
GyroRemote Cet appareil est conforme aux exigences de la directive 1999/5/CE.
GyroRemote Dit apparaat voldoet aan de eisen van de richtlijn 1999/5/EG.
GyroFjernbetjening Dette udstyr overholder kravene i direktiv 1999/5/EF.
GyroRemote Quest’ apparecchio è conforme ai requisiti delle direttiva 1999/5/CE.
√ıТФЫНФИН¸ TБОВ˜ВИТИЫЩfiТИФ « ЫıЫНВıfi ·ıЩfi ВМ·ТПФМflКВЩ·И ПВ ЩИЪ ··ИЩfiЫВИЪ ЩБЪ Ф‰Б„fl·Ъ 1999/5/EK.
GyroRemoto Este equipamento obedece às exigências da directiva 1999/5/CE.
GyroRemote Este aparato satisface las exigencias de las Directiva 1999/5/CE.
Gyrofjärrkontroll Denna utrustning uppfyller kraven enligt direktiv 1999/5/EC.
GyroRemote Dette produktet oppfyller kravene i direktiv 1999/5/EC.
Gyro-kauko-ohjain Tämä laite täyttää direktiivin 1999/5/EY vaatimukset.
SPECIAL NOTE FOR USERS IN THE U.K.
The mains lead of this product is fitted with a non-rewireable (moulded) plug incorporating a 13A fuse. Should the fuse need to be replaced, a BSI or ASTA approved BS 1362 fuse marked above, which is also indicated on the pin face of the plug, must be used. Always refit the fuse cover after replacing the fuse. Never use the plug without the fuse cover fitted. In the unlikely event of the socket outlet in your home not being compatible with the plug supplied, cut off the mains plug and fit an appropriate type.
DANGER:
The fuse from the cut-off plug should be removed and the cut-off plug destroyed immediately and disposed of in a safe manner. Under no circumstances should the cut-off plug be inserted elsewhere into a 13A socket outlet, as a serious electric shock may occur. To fit an appropriate plug to the mains lead, follow the instructions below:
IMPORTANT:
The wires in the mains lead are coloured in accordance with the following code:
Blue: Neutral
Brown: Live As the colours of the wires in the mains lead of this product may not correspond with the coloured markings identifying the terminals in your plug, proceed as follows:
The wire which is coloured blue must be connected to the plug terminal which is marked N or coloured black.
The wire which is coloured brown must be connected to the plug terminal which is marked L or coloured red.
Ensure that neither the brown nor the blue wire is connected to the earth terminal in your three-pin plug. Before replacing the plug cover make sure that:
If the new fitted plug contains a fuse, its value is the same as that removed from the cut-off plug.
The cord grip is clamped over the sheath of the mains lead, and not simply over the lead wires.
IF YOU HAVE ANY DOUBT, CONSULT A QUALIFIED ELECTRICIAN.
The supplied CD-ROM contains operation instructions in English, German, French, Swedish, Spanish, Italian, Dutch, Portuguese, Chinese and Korean. Carefully read through the operation instructions before operating the projector.
Die mitgelieferte CD-ROM enthält Bedienungsanleitungen in Englisch, Deutsch, Französisch, Schwedisch, Spanisch, Italienisch, Niederländisch, Portugiesisch, Chinese, und Koreanisch. Bitte lesen Sie die Bedienungsanleitung vor der Verwendung des Projektors sorgfältig durch.
Le CD-ROM fourni contient les instructions de fonctionnement en anglais, allemand, français, suédois, espagnol, italien, néerlandais, portugais, chinois et coréen. Veuillez lire attentivement ces instructions avant de faire fonctionner le projecteur.
Den medföljande CD-ROM-skivan innehåller bruksanvisningar på engelska, tyska, franska, svenska, spanska, italienska, holländska, portugisiska, kinesiska och koreanska. Läs noga igenom bruksanvisningen innan projektorn tas i bruk.
El CD-ROM suministrado contiene instrucciones de operación en inglés, alemán, francés, sueco, español, italiano, holandés, portugués, chino y coreano. Lea cuidadosamente las instrucciones de operación antes de utilizar el proyector.
Il CD-ROM in dotazione contiene istruzioni per l’uso in inglese, tedesco, francese, svedese, spagnolo, italiano, olandese, portoghese, cinese e coreano. Leggere attentamente le istruzioni per l’uso prima di usare il proiettore.
De meegeleverde CD-ROM bevat handleidingen in het Engels, Duits, Frans, Zweeds, Spaans, Italiaans, Nederlands, Portugees, Chinees en Koreaans. Lees de handleiding zorgvuldig door voor u de projector in gebruik neemt.
O CD-ROM fornecido contém instruções de operação em Inglês, Alemão, Francês, Sueco, Espanhol, Italiano, Holandês, Português, Chinês e Coreano. Leia cuidadosamente todas as instruções de operação antes de operar o projetor.
or and of the same rating as
OPMERKING SPECIAAL VOOR GEBRVIKERS IN EUROPE
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door voordat u de projector in gebruik neemt.

Inleiding

NEDERLANDS
Er zijn twee belangrijke redenen om de garantie van uw nieuwe SHARP-projector onmiddellijk in orde te brengen met de REGISTRATIEKAART die verpakt zit bij de projector.
1. GARANTIE
U komt meteen in aanmerking voor de volledige garantie op onderdelen, service en reparatiewerkzaamheden die van toepassing is op dit product.
2. CONSUMENT-VEILIGHEIDSWETGEVING
U wordt onmiddellijk op de hoogte gesteld van eventuele veiligheidsbepalingen betreffende inspecties, modificaties of het terugroepen van producten die door SHARP moeten worden uitgevoerd op basis van de 1972 Consumer Product Safety Act. LEES ZORGVULDIG DE BELANGRIJKE “BEPERKTE GARANTIE” CLAUSULE.
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
: Zeer sterke lichtbron. Kijk niet rechtstreeks in de lichtbundel. Let er vooral op dat kinderen niet
rechtstreeks in de lichtbundel kijken.
: Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht om brand of een gevaarlijke
ALLEEN VOOR DE VERENIGDE STATEN
elektrische schok te voorkomen.
Zie de onderkant van dit apparaat.
LET OP
GEVAARLIJKE SPANNINGEN.
GEEN SCHROEVEN VERWIJDEREN,
BEHALVE DE VOORGESCHREVEN
GEBRUIKER-ONDERHOUDSSCHROEVEN.
LET OP: OM DE KANS OP EEN ELEKTRISCHE SCHOK TE VERMINDEREN, MAG DE
BEHUIZING NIET WORDEN GEOPEND.
ER ZIJN GEEN DOOR DE GEBRUIKER REPAREERBARE ONDERDELEN IN HET
APPARAAT, BEHALVE DE LAMPEENHEID.
LAAT ONDERHOUD EN REPARATIE OVER AAN BEVOEGD ONDERHOUDSPERSONEEL.
Een bliksemsymbool in een gelijkzijdige driehoek maakt de gebruiker attent op de aanwezigheid van niet-geïsoleerde “gevaarlijke spanningen” in het inwendige van het apparaat, die zo groot kunnen zijn dat zij een ernstige elektrische schok kunnen veroorzaken.
Een uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek maakt de gebruiker attent op belangrijke bedienings- en onderhoudsinformatie in de documentatie die bij het apparaat wordt geleverd.
Inleiding
WAARSCHUWING
: De FCC-bepalingen schrijven voor dat wijzigingen of modificaties in de apparatuur die niet uitdrukkelijk
door de fabrikant zijn goedgekeurd tot gevolg kunnen hebben dat het gebruik van de apparatuur niet meer toegestaan is.
ALLEEN VOOR DE VERENIGDE STATEN
INFORMATIE
Deze apparatuur is getest en bleek te voldoen aan de eisen en limieten voor Klasse A digitale apparatuur, overeenkomstig Deel 15 van de FCC-bepalingen, die ontworpen zijn om redelijke bescherming te verlenen tegen dergelijke storingen bij gebruik in een commerciële omgeving. In deze apparatuur worden radiogolven opgewekt en verwerkt, en deze golven kunnen uitgestraald worden. Als bij de installatie en/of het gebruik de instructies in de gebruiksaanwijzing niet strikt opgevolgd worden, kan de apparatuur storing in radio-ontvangst veroorzaken. Gebruik van deze apparatuur in een woongebied zal waarschijnlijk storingen veroorzaken. In dat geval dient de gebruiker op zijn/haar eigen kosten alle maatregelen te nemen die nodig kunnen zijn om de storing op te heffen.
Gebruik met deze apparatuur de meegeleverde computerkabel. Deze kabel zorgt ervoor dat de apparatuur voldoet aan de voorschriften van FCC Klasse A.
ALLEEN VOOR DE VERENIGDE STATEN
ALLEEN VOOR DE VERENIGDE STATEN
WAARSCHUWING:
Dit is een Klasse A-product. Het is mogelijk dat dit product in de huiselijke omgeving radiostoringen veroorzaakt waartegen de gebruiker afdoende maatregelen dient te nemen.
1
De bediening is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen interferentie veroorzaken, en (2) dit apparaat moet zelf bestand zijn tegen elke interferentie, ook interferentie die een ongewenste bediening van het apparaat kan veroorzaken.
ALLEEN VOOR CANADA
Voor het apparaat met GyroRemote (RRMCG1631CESA)
Dit apparaat is in overeenstemming met deel 15 van de FCC-bepalingen. De bediening is onderworpen aan de volgende twee voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken, en (2) Dit apparaat moet zelf bestand zijn tegen elke interferentie, ook interferentie die een ongewenste bediening kan veroorzaken. Dit apparaat werkt in de frequentieband van 49,82 tot 49,90 MHz en heeft een RF-uitgangsvermogen van minder dan 30 microwatt EIRP (Effective Isotropic Radiated Power).
Let op
Elke wijziging van dit apparaat die niet uitdrukkelijk is goedgekeurd door de fabrikant kan het recht van de gebruiker om dit apparaat te gebruiken tenietdoen.
ALLEEN VOOR DE VERENIGDE STATEN
WAARSCHUWING:
De koelventilator in deze projector blijft ongeveer 90 seconden lopen nadat de projector is uitgezet. Zet daarom bij normaal gebruik de projector altijd uit met Aan/uit-toets (POWER) op de projector of op de afstandsbediening. Controleer eerst of de koelventilator al uit is voor u de stekker uit het stopcontact haalt. SCHAKEL BIJ NORMAAL GEBRUIK NOOIT DE STROOM VAN DE PROJECTOR UIT DOOR DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT TE TREKKEN. DOET U DIT TOCH, DAN ZAL DE LAMP VOORTIJDIG ONBRUIKBAAR RAKEN.
INDIEN U HET PRODUCT WILT WEGDOEN
In deze projector worden soldeertin en een lamp onder druk die een kleine hoeveelheid kwik bevat, gebruikt. Het verwijderen van deze materialen kan aan diverse voorschriften zijn onderworpen op basis van milieu-overwegingen. Voor informatie betreffende verwijderen of recycling kunt u contact opnemen met de plaatselijke autoriteiten of, als u zich in de Verenigde Staten bevindt, met de Electronics Industries Alliance:www.eiae.org.
Belangrijke informatie betreffende het vervangen van de lamp
Zie Vervangen van de lamp op bladzijde 111.
LAMP REPLACEMENT CAUTION
BEFORE REMOVING THE SCREW, DISCONNECT POWER CORD. HOT SURFACE INSIDE. ALLOW 1 HOUR TO COOL BEFORE REPLACING THE LAMP. REPLACE WITH SAME SHARP LAMP UNIT TYPE BQC-PGM20X//1 ONLY. UV RADIATION : CAN CAUSE EYE DAMAGE. TURN OFF LAMP BEFORE SERVICING. MEDIUM PRESSURE LAMP : RISK OF EXPLOSION. POTENTIAL HAZARD OF GLASS PARTICLES IF LAMP HAS RUPTURED. HANDLE WITH CARE. SEE OPERATION MANUAL.
PRECAUTIONS A OBSERVER LORS DU REMPLACEMENT DE LA LAMPE.
DEBRANCHER LE CORDON D’ALIMENTATION AVANT DE RETIRER LES VIS. L’INTERIEUR DU BOITIER ETANT EXTREMEMENT CHAUD, ATTENDRE 1 HEURE AVANT DE PROCEDER AU REMPLACEMENT DE LA LAMPE. NE REMPLACER QUE PAR UNE LAMPE SHARP DE TYPE BQC-PGM20X//1. RAYONS ULTRAVIOLETS : PEUVENT ENDOMMAGER LES YEUX. ETEINDRE LA LAMPE AVANT DE PROCEDER A L’ENTRETIEN. LAMPE A MOYENNE PRESSION : RISQUE D’EXPLOSION. DANGER POTENTIEL DE PARTICULES DE VERRE EN CAS D’ECLATEMENT DE LA LAMPE A MANIPULER AVEC PRECAUTION, SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI.
WEES VOORZICHTIG BIJ HET VERVANGEN VAN DE LAMP
MAAK HET NETSNOER LOS ALVORENS DE SCHROEF TE VERWIJDEREN. ER ZIJN HETE ONDERDELEN BINNEN IN HET APPARAAT. LAAT HET APPARAAT 1 UUR AFKOELEN ALVORENS DE LAMP TE VERVANGEN. VERVANG DE LAMP UITSLUITEND DOOR DEZELFDE SHARP-LAMP VAN HET TYPE BQC-PGM20X//1. UV-STRALING: KAN OOGLETSEL VEROORZAKEN. ZET DE LAMP UIT ALVORENS TE BEGINNEN MET ONDERHOUD. MIDDELMATIGE DRUK AANWEZIG IN DE LAMP: EXPLOSIEGEVAAR. INDIEN DE LAMP SPRINGT, KUNNEN ER GEVAARLIJKE GLASSPLINTERS ZIJN. BEHANDEL VOORZICHTIG. ZIE DE GEBRUIKSAANWIJZING.
2

Belangrijkste eigenschappen

1. Beeldkwaliteit
Superieure beeldkwaliteit met het Fujinon™ optische-lenssysteem.
Nieuw ontwikkelde DDR-chip (Double Data Rate) elimineert de
kleuronderbrekingen van DLP™-projectors van de vorige generatie.
Nieuw ontwikkelde 12° DMD™-chip zorgt voor een aanzienlijk hogere optische efficiëntie en een uitstekende contrastverhouding.
2. Licht, compact en uniek slank design
Een nieuwe optische motor zorgt voor een uniek slank design en compacte afmetingen (4,2 liter, 2,6 kg).
3. Superieure computercompatibiliteit
Ondersteunt een verversing s frequentie (verticale frequentie) tot 200 Hz en een breed bereik van synchrone signalen.
Dankzij de Advanced Compression Technology (geavanceerde intelligente compressie) kunnen computerbeeldschermen met UXGA-resolutie (1.600 # 1.200) nu weergegeven worden met minimale vervorming.
Inleiding
4. Geavanceerde computergestuurde- en video-geïntegreerde composer­technologie
Produceert levendige beelden dankzij de nieuwste hoge beeldkwaliteitscircuits.
Het nieuwe I/P-omzettingsalgoritme verhoogt het resultaat van de I/P-omzetting voor
bewegingsdetectie.
Sterk verbeterd zaagtandeffect of schuine lijnen in bewegende beelden.
Contrastregeling Dynamisch Gamma
Hoger contrast en natuurlijke kleurgradatie door een minimale verandering van kleurtinten.
Kleurbeheerfunctie
Ondersteunt sRGB (kleurbeheer).
Beeldruisonderdrukking
Zorgt voor een duidelijk beeld, zelfs bij bronsignalen met veel storingen.
Nieuwe upscaling van randen
Vermindert het zaagtandeffect of het flikkeren bij upscaling van de randen van schuine lijnen, waardoor u scherpere beelden krijgt.
3
Belangrijkste eigenschappen (vervolg)
5. Ingebouwde PCMCIA-kaartsleuf (Type II)
Draadloze presentaties met een draadloze LAN PC-kaart.
Ondersteunt de wereldwijde draadloze LAN-norm IEEE802.11b.
Deze draadloze LAN-kaart is in overeenstemming met de draadloze LAN-normen IEEE802.11b. Computers met een ingebouwde draadloze LAN PC-kaart die deze standaard ondersteunen, maken een draadloze aansluiting mogelijk.
Opmerking
Een draadloze verbinding met alle apparaten die voldoen aan IEEE802.11b wordt niet gegarandeerd.
De projector of computer kan om het even waar worden geplaatst!
Met een draadloze aansluiting kunt u uw presentatiemogelijkheden uitbreiden, bijvoorbeeld door computerbeelden te projecteren via een aan het plafond gemonteerde projector.
U kunt beelden van meerdere computers projecteren via een draadloze aansluiting.
Effectieve presentaties kunnen nu worden gerealiseerd zonder dat datakabels telkens opnieuw weer moeten worden aangesloten.
Presentatie zonder PC met een geheugenkaart.
Door enkel een IC-media (een geheugenkaart) zoals een CompactFlash in de projector te steken m.b.v. een PCMCIA-kaartadapter (voor Type II) kunt u presentaties of automatische demonstraties maken zonder een computer te gebruiken.
Opmerking
Voor draadloze presentaties m.b.v. de draadloze LAN PC-kaart alsmede voor presentaties m.b.v. geheugenkaart zonder een PC te gebruiken, dient u te refereren aan de Wireless Reality software gebruiksaanwijzing.
6. GyroRemote
Met de Gyro-functie (draadloze afstandsbediening) kunt u meer doeltreffende en geavanceerde presentaties geven.
De duidelijk zichtbare schermaanwijzer maakt uw presentaties intuïtiever.
De multi-directionele draadloze afstandsbediening geeft u meer
bewegingsvrijheid en voert dezelfde bewerkingen uit als een USB-muis op een computer.
4

Inhoud

Inleiding
Belangrijkste eigenschappen ..................................... 3
Inhoud ........................................................................... 5
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN ....... 8
Toegang krijgen tot de PDF-gebruiksaanwijzingen
(Windows, Macintosh) ......................................... 13
Benaming van de onderdelen ................................... 14
Projector (voor- en bovenaanzicht)................................... 14
Projector (zijaanzicht) ....................................................... 15
GyroRemote ...................................................................... 16
De GyroRemote .......................................................... 17
Plaatsen van de batterijen ................................................ 17
Vervangen van de batterijen ............................................. 17
Kenmerken van de GyroRemote ...................................... 18
Gebruik van de GyroRemote ............................................ 19
Kalibreren van de GyroRemote ........................................ 19
Accessoires ................................................................ 20
Opstellen en aansluiten
Opstellen ..................................................................... 22
Gebruik van de stelvoetjes ............................................... 22
Opstellen van het scherm ................................................. 23
Schermgrootte en projectie-afstand ................................. 24
Projecteren van een spiegelbeeld/omgekeerd beeld ...... 25
Aansluiten van de projector op andere
apparaten.............................................................. 26
Alvorens aan te sluiten...................................................... 26
Aansluiten van het netsnoer ............................................. 26
Aansluiten van de projector op een computer .......... 27
Aansluiten op videoapparatuur ................................. 29
Invoeren/verwijderen van een PC-kaart .................... 31
Aansluiten op een beeldscherm ............................... 32
Basisbediening
Beeldprojectie ............................................................ 34
Basisprocedure ................................................................ 34
Kiezen van de taal van het in-beeld-display .................... 37
Instellen van de lens ......................................................... 37
Correctie van perspectivische vervorming
(trapeziumvorm-correctie) .................................. 38
Correctie van perspectivische vervorming ....................... 38
Gebruik van de GyroRemote..................................... 40
Alvorens de GyroRemote te gebruiken ............................ 40
Inleiding
Bediening door middel van polsbewegingen (selecteren
van OSD-menus, bedienen van presentatietools)...... 40
Functies toewijzen ............................................................ 41
RF-kanaalinstelling of controleren van de GyroRemote ... 42
Registreren van de GyroRemote in de projector .............. 42
Registreren van meerdere GyroRemotes in één
projector ...................................................................... 43
Gebruik van de presentatietools .............................. 44
Gebruik van de aanwijzer ................................................. 44
Gebruik van de stempelfunctie......................................... 45
Gebruik van de lijnfunctie ................................................. 46
Gebruik van de draadloze muisfunctie van de
GyroRemote ......................................................... 47
Gebruik als draadloze muis .............................................. 47
Aansluiten van de GyroRemote met een kabel ................ 48
Uitschakelen van de GyroRemote .................................... 49
Gebruik van het menuscherm................................... 50
Menu instellingen op de projector (bijstellingen) ............. 50
Menu instellingen op de projector (instellingen) .............. 52
Gebruik van de GyroRemote om het in-beeld menu
(bijstellingen) te navigeren .......................................... 54
Gebruik van de GyroRemote om het in-beeld menu
(instellingen) te navigeren ........................................... 55
Onderdelen van de menubalk ................................... 56
Instellen van het beeld............................................... 59
Instellen van beeldvoorkeuren.......................................... 59
Kiezen van het signaaltype............................................... 59
Progressieve functie ......................................................... 60
Instellen van computerbeelden ................................ 61
Wanneer Automat. sync. op OFF staat ............................. 61
Opslaan van instellingen .................................................. 61
Selecteren van instellingen ............................................... 62
Instellen van speciale functies.......................................... 62
Controleren van het ingangssignaal ................................. 63
Instellen van de automatische synchronisatie .................. 63
Automatische synchronisatie displayfunctie .................... 64
5
Inhoud (vervolg)
Gebruiksvriendelijke functies
Gebruiken van het netwerk ....................................... 66
Voordat u het netwerk instelt............................................. 66
Gebruik van een draadloze netwerk PC-kaart ......... 68
Invoeren van een draadloze netwerk PC-kaart ................ 68
Uitwerpen van de kaart .................................................... 68
Netwerkinstellingen ................................................... 69
Instellen van een projectornaam ...................................... 69
Instellen van TCP/IP .......................................................... 70
Instellen van het draadloze LAN-kanaal ........................... 71
Instellen van de DHCP-server .......................................... 73
Terugstellen van de netwerkinstellingen ........................... 74
Draadloze netwerk PC-kaart: Oplossen van
problemen ............................................................ 74
Gebruik van een geheugenkaart .............................. 75
De inhoud van de kaart weergeven als index .................. 75
Uitwerpen van de kaart .................................................... 75
Instellen van de miniatuurweergave ................................. 76
Instellen van de lijstweergave........................................... 77
Instellingen van de geheugenkaart .......................... 78
Instellen van bestanden.................................................... 78
Instellen van de weergavevolgorde van bestanden ......... 78
Instellen van het weergaveformaat van de indexmodus .. 79
Gebruik van Autorun ......................................................... 79
Instellen van het weergave-interval voor de
beeldbestanden .......................................................... 80
Weergeven van een stilstaand beeld........................ 81
Stilzetten van een beeld ................................................... 81
Kiezen van de beeldweergavefunctie ....................... 82
Wijzigen van de beeldweergave bij gebruik van
verschillende ingangssignalen ................................... 82
Weergeven van een vergroot deel van een beeld ........... 84
Gamma-correctiefunctie ............................................ 86
Instellen van de Gamma-correctie ................................... 86
Kiezen van de spaarstand ......................................... 87
Instellen van de spaarstand ............................................. 87
Automatische uitschakeling .............................................. 87
Weergeven van twee beelden (beeld-in-beeld)........ 88
Weergeven van het inzetbeeld ......................................... 88
Inschakelen van de sRGB-kleurbeheerfunctie ........ 89
Instellen van de kleuraan- passingsfunctie (sRGB) ......... 89
Automatische zoekfunctie ........................................ 90
Gebruik van de automatische zoekfunctie ....................... 90
Digitaal beeldruisonderdrukkingssysteem
(Ruisonderdr.) ...................................................... 91
Beeldruisonderdruking ..................................................... 91
Instellen van het in-beeld-display............................. 92
Uitschakelen van het in-beeld-display ............................. 92
Instellen van het videosignaal .................................. 93
Opslaan van geprojecteerde beelden ...................... 94
Vastleggen van het beeld ................................................. 94
Verwijderen van het vastgelegde beeld ........................... 94
Instellen van een achtergrondbeeld ......................... 95
Kiezen van een achtergrondbeeld ................................... 95
Kiezen van een startbeeld ......................................... 95
Kiezen van een startbeeld ................................................ 95
Gebruik van een
RGB-beeldschermuitgangsadapter ................... 96
Gebruik van een RGB-beeldschermuitgangsadapter ...... 96
Controleren van de gebruikstijd van de lamp ......... 96
Controleren van de gebruikstijd van de lamp .................. 96
Weergeven van de pauzetimer .................................. 97
Weergave en instelling van de pauzetimer ...................... 97
Annuleren van de pauzetijd .............................................. 97
De geprojecteerde beelden omkeren/weergeven in
spiegelbeeld ......................................................... 98
Instellen van de projectiestand ......................................... 98
Vergrendelen van de bedieningstoetsen van de
projector ............................................................... 99
Instellen van de toetsvergrendeling ................................. 99
Annuleren van het toetsvergrendelingsniveau ................. 99
Instellen van een wachtwoord ................................ 100
Invoeren van het wachtwoord ......................................... 100
Wijzigen van het wachtwoord ......................................... 101
Als u uw wachtwoord vergeten bent .............................. 101
Instellen van de Anti-diefstal .................................. 102
Invoeren van een sleutelcode......................................... 102
Wijzigen van de sleutelcode ........................................... 104
Initialiseren van de instellingen.............................. 105
Terugkeren naar de standaardinstellingen ..................... 105
Weergeven van alle instellingen ............................. 106
Overzicht van alle menu instellingen .............................. 106
6
Aanhangsel
Dragen van de projector .......................................... 108
Hoe gebruikt u de draagtas? .......................................... 108
Onderhoud................................................................ 109
Onderhoudsindicators............................................. 110
Over de lamp ............................................................ 111
Lamp ............................................................................... 111
Waarschuwing in verband met de lamp ......................... 111
Vervangen van de lamp .................................................. 111
Verwijderen en installeren van de lampeenheid ............. 112
Terugstellen van de lamptimer........................................ 113
Toekenning van de aansluitpinnen ........................ 114
Tabel met compatibele computers ......................... 115
Oplossen van problemen ........................................ 116
Voor SHARP Assistance.......................................... 118
Technische gegevens .............................................. 119
Specificaties van Draadloze netwerk PC-kaart ..... 120
Bruikbare kaarten en hun capaciteit ...................... 121
Afmetingen ............................................................... 122
Verklarende woordenlijst......................................... 123
Index .......................................................................... 125
Inleiding
7

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

LET OP: Lees al deze instructies door alvorens dit apparaat in gebruik te nemen en bewaar ze voor later gebruik.
Met elektrische energie kunt u heel wat nuttige functies uitvoeren. Dit apparaat is zodanig ontworpen en vervaardigd dat uw persoonlijke veiligheid wordt gevrijwaard. ONJUIST GEBRUIK KAN EVENWEL LEIDEN TOT EEN EVENTUELE ELEKTRISCHE SCHOK OF BRANDGEVAAR. Om de ingebouwde veiligheidsvoorzieningen van dit apparaat niet teniet te doen, dient u de volgende basisregels goed in acht te nemen bij de installatie, het gebruik en het onderhoud van de projector.
1. Lees de gebruiksaanwijzing
Lees alle veiligheids- en bedieningsinstructies in de gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat gebruikt.
2. Bewaar de gebruiksaanwijzing
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor het geval u deze in de toekomst nogmaals nodig heeft.
3. Neem alle waarschuwingen in acht
Neem alle waarschuwingen op het product en in de gebruiksaanwijzing in acht.
4. Volg alle instructies op
Alle bedieningsinstructies e.d. moeten nauwgezet worden opgevolgd.
5. Reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u begint met schoonmaken. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of sprays. Reinig het apparaat uitsluitend met een vochtige doek.
6. Hulpstukken
Voorkom problemen en gebruik geen hulpstukken die niet door de fabrikant van het apparaat worden aanbevolen.
7. Water en vocht
Gebruik het apparaat niet in de buurt van water; bijvoorbeeld in de buurt van een bad, wastafel, aanrecht, wasmachine, zwembad of in een vochtige kelder enz.
8. Accessoires
Plaats het apparaat niet op een wankel rek, karretje, statief, steunbeugel of tafel. Het apparaat zou kunnen vallen en een kind of volwassene ernstig kunnen verwonden, en tevens kan het apparaat zelf zwaar worden beschadigd. Gebruik uitsluitend een rek, karretje, statief, steunbeugel of tafel die door de fabrikant wordt aanbevolen of die bij het apparaat wordt verkocht. Volg voor eventuele montagewerkzaamheden altijd de instructies van de fabrikant op en gebruik ook uitsluitend montage-accessoires die door de fabrikant worden aanbevolen.
9. Transport
Als het apparaat op een verplaatsbaar rek is gezet, dient dit voorzichtig te worden verplaatst. Het rek kan namelijk omvallen bij plotseling stoppen, te hard duwen of rijden over een ongelijke ondergrond.
10. Ventilatie
In de behuizing van het apparaat zijn gleuven en openingen die dienen voor de ventilatie. Voor een veilige werking en bescherming tegen oververhitting mogen de ventilatie­openingen nooit worden geblokkeerd of afgedekt door het apparaat op een bed, divan, dik vloerkleed e.d. te zetten. Het apparaat mag ook niet in een afgesloten ruimte, zoals een boekenkast, worden geplaatst, tenzij voor een goede ventilatie wordt gezorgd of alle instructies van de fabrikant zijn opgevolgd.
11. Voeding
Het apparaat mag uitsluitend op de stroomvoorzieningsbron worden gebruikt die op het typelabel is vermeld. Raadpleeg uw dealer of het plaatselijke elektriciteitsbedrijf indien u niet zeker bent van het type stroomvoorziening in uw huis. Voor apparaten die gebruikt worden op batterijen of op andere stroombronnen wordt verwezen naar de gebruiksaanwijzing die bij het apparaat wordt geleverd.
12. Uitvoering van de netstekker
Dit apparaat is uitgerust met één van de volgende soorten stekkers. Als de stekker niet in het stopcontact past, neemt u contact op met uw elektricien. Negeer de veiligheidsvoorziening van de stekker niet.
a. Tweedraads (net) stekker. b. Driedraads geaarde (net) stekker met aardingspen.
Deze stekker past alleen in een geaard stopcontact.
13. Bescherming van het netsnoer
Leg het netsnoer zodanig dat er niet gemakkelijk iemand op gaat staan of dat het snoer door een voorwerp wordt platgedrukt. Let hier vooral goed op in de buurt van de stekkers, bij het stopcontact en op de plaats waar het snoer uit het apparaat komt.
14. Bliksem
Om veiligheidsredenen dient u bij bliksem of wanneer u het apparaat langere tijd niet denkt te gebruiken, de stekker van het netsnoer uit het stopcontact te trekken. Dit om beschadiging van het apparaat te voorkomen als gevolg van blikseminslag of plotselinge stroompieken in de stroomleiding.
15. Overbelasting
Zorg dat de stopcontacten, verlengsnoeren en stekkerdozen niet overbelast worden, want dit kan resulteren in brand of een elektrische schok.
16. Binnendringen van voorwerpen en vloeistoffen
Duw nooit voorwerpen via de openingen in de behuizing van het apparaat naar binnen, omdat deze dan onderdelen die onder hoogspanning staan kunnen raken of kortsluiting kunnen veroorzaken, met brand of een elektrische schok tot gevolg. Let tevens op dat er nooit vloeistof op het apparaat wordt gemorst.
17. Reparaties
Probeer het apparaat nooit zelf te repareren. Bij het openen of verwijderen van de afdekplaten stelt u zich bloot aan een ernstige elektrische schok en andere gevaren. Laat reparatie over aan erkend onderhoudspersoneel.
8
18. Beschadigingen die reparatie vereisen
Bij de volgende omstandigheden moet u de stekker uit het stopcontact trekken en het apparaat door erkend onderhoudspersoneel laten repareren:
a. Als het netsnoer of de netstekker is beschadigd. b. Als er vloeistof of een voorwerp in het apparaat terecht
is gekomen.
c. Als het apparaat blootgesteld is geweest aan regen of
water.
d. Als de normale aanwijzingen worden opgevolgd, maar
het apparaat niet juist functioneert. Gebruik alleen de bedieningsorganen die in de gebruiksaanwijzing worden aangegeven. Bij een onjuiste instelling van andere bedieningsorganen kan het apparaat mogelijk beschadigd worden, met tot gevolg dat reparatiewerkzaamheden voor een juiste werking van het apparaat door erkend onderhoudspersoneel moeilijker en duurder kunnen worden.
e. Als het apparaat is gevallen of de behuizing is
beschadigd.
f. Als het apparaat duidelijk minder goed functioneert.
Dit duidt erop dat het tijd is voor onderhoud.
19. Vervangingsonderdelen
Wanneer onderdelen vervangen moeten worden, zorg er dan voor dat het onderhoudspersoneel uitsluitend onderdelen gebruikt die door de fabrikant worden aanbevolen of die dezelfde eigenschappen hebben als de originele onderdelen. Het gebruik van andere onderdelen kan brand, een elektrische schok of andere problemen veroorzaken.
20. Veiligheidscontrole
Vraag het onderhoudspersoneel om na de onderhouds- of reparatiewerkzaamheden een veiligheidscontrole uit te voeren, zodat u zeker weet dat het apparaat juist en veilig functioneert.
21. Wand- of plafondmontage
Dit apparaat mag uitsluitend volgens de aanbevelingen van de fabrikant aan een wand of het plafond worden bevestigd.
22. Hitte
Houd het apparaat uit de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingsradiators, haarden, kachels en andere voorwerpen (inclusief versterkers) die warmte afgeven.
Inleiding
9
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN (vervolg)
INTELLECTUELE EIGENDOMSRECHTEN
LEES HET VOLGENDE ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
U bent in het bezit van een apparaat dat software gebruikt dat in licentie is gegeven aan SHARP Corporation door Lineo, Inc. (“Lineo”). De software is beschermd door wetten op het auteursrecht, internationale auteursrechtverdragen en andere wetten en verdragen betreffende intellectuele eigendom. Lineo en haar le veranciers behouden het v olledige eigendomsrecht en de intellectuele eigendomsrechten (met inbegrip van het auteursrecht) op de softwarecomponenten en alle kopieën ervan, voor zover het evenwel gaat om bepaalde softwarecomponenten die vallen onder de GNU General Public License (versie 2), die Lineo onderschrijft. U kunt een k opie verkrijgen van de GNU General Public License op http:/ /www.fsf.org/copyleft/gpl.html. Lineo zal de broncode verschaffen voor alle softwarecomponenten die vallen onder de GNU General Public License. Om een dergelijke broncode te verkrijgen, stuur t u een e-mail naar embedix­support@lineo.com.
OS: Embedix (Embedded Linux) Embedix is een geregistreerd handelsmerk van U.S.A. LINEO, Inc.
DLP™ (Digital Light Processing) en DMD™ (Digital Micromirror De vice) zijn handelsmerk en van Texas Instruments, Inc.
Microsoft en Windows zijn gedeponeerde handelsmer ken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
PC/AT is een gedeponeerd handelsmerk van International Business Machines Corporation in de Verenigde Staten.
Adobe Acrobat is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
Macintosh is een gedeponeerd handelsmerk van Apple Computer, Inc. in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Alle andere bedrijfs- of productnamen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken v an hun respectieve eigenaars.
Sommige IC-chips in dit apparaat bevatten vertrouwelijke informatie en/of handelsgeheimen die toebehoren aan
Texas Instruments. U mag de inhoud ervan dan ook niet kopiëren, wijzigen, aanpassen, vertalen, verspreiden, omgekeerd ontwikkelen of assembleren of decompileren.
BELANGRIJK
10
Lees de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u uw projector opstelt.
Inleiding
Voorzichtig met de lampeenheid
Als de lamp gesprongen is, kunnen glassplinters gevaar veroorzaken. Indien de lamp gesprongen is, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum om de lamp te laten vervangen.
CAUTION
PRECAUCI
CAUTION
PR
BQC-PGM20X//1
N
Zie Vervangen van de lamp op bladzijde 111.
Voorzichtig bij het opstellen van de pro­jector
Met het oog op een minimaal onderhoud en het behoud van een hoge beeldkwaliteit beveelt SHARP aan deze projector te installeren in een ruimte die vrij is van vocht, stof en sigarettenrook. Wanneer de projector aan vocht, stof of rook wordt blootgesteld, moet de lens vaker dan normaal worden gereinigd. Gebruik van de pro­jector in dit soort ruimten zal de levensduur van de projector niet verkorten mits u de projector regelmatig laat reinigen. Het reinigen van het inwendige gedeelte van de projector mag uitsluitend door een erkende Sharp projector dealer of servicecentrum worden uitgevoerd.
Stel de projector niet op in ruimten die blootstaan aan direct zonlicht of fel licht.
Plaats het scherm zo dat het zich niet in direct zonlicht of kamerverlichting bevindt. Licht dat di­rect op het scherm valt, zal de kleuren doen verbleken en het kijken bemoeilijken. Doe de gordijnen dicht en dim de verlichting wanneer u het scherm opstelt in een zonnige of fel verlichte ruimte.
De projector kan zonder gevaar tot een hoek van maximaal 10 graden worden gekanteld.
Het toestel dient binnen een hoek van ±10 graden te worden geplaatst.
10
Stel de projector niet bloot aan sterke schokken en/of trillingen.
Wees voorzichtig met de lens en vermijd dat het oppervlak ervan wordt geraakt of beschadigd.
Gun uw ogen af en toe wat rust.
Het ononderbroken kijken naar het scherm gedurende uren zal uw ogen vermoeien. Geef uw ogen af en toe wat rust.
Vermijd plaatsen met hoge of lage temperaturen.
De bedrijfstemperatuur voor de projector ligt tussen 41°F en 95°F (+5°C en +35°C)
De opslagtemperatuur voor de projector ligt tussen –4°F en 140°F (–20°C en +60°C)
Blokkeer de uitlaat- en inlaatopeningen niet.
Laat tenminste 11,8" (30 cm) ruimte tussen de uitlaatopening en de dichtstbijzijnde wand of ander obstakel.
Controleer of de inlaatopening en de ventilatiegleuven niet geblokkeerd zijn.
Als de koelventilator geblokkeerd wordt, zal een veiligheidsvoorziening automatisch de projector uitschakelen. Dit duidt niet op een defect. Haal de stekker van het netsnoer van de projector uit het stopcontact en wacht minstens 10 minuten. Plaats de projector zodanig dat de inlaat- en uitlaatopeningen niet zijn geblokkeerd, steek dan de stekker weer in en zet de projector aan. De pro­jector zal vervolgens weer normaal functioneren.
Voorzichtig bij het vervoeren van de projector
Tijdens het vervoer moet u ervoor zorgen dat de projector niet onderhevig is aan sterke schokken en/of trillingen, aangezien dit beschadiging kan veroorzaken. Wees bijzonder voorzichtig met de lens. Voordat u de projector verplaatst dient u altijd eerst de antenne en de kaart uitwerptoets in te trekken. Let er ook op de stekker van het netsnoer uit het stopcontact te trekken en andere aangesloten kabels los te maken.
10
11
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN (vervolg)
Andere aangesloten apparatuur
Bij het aansluiten van een computer of andere audiovisuele apparatuur op de projector brengt u de aansluitingen tot stand NADAT u de projec­tor en de aan te sluiten apparatuur hebt uitgeschakeld.
Lees de gebruiksaanwijzingen van de projector en de aan te sluiten apparatuur door en volg de instructies betreffende de aansluitingen.
Gebruik van de projector in andere landen
De voedingsspanning en de vorm van de stekker kunnen verschillen afhankelijk van de streek of het land waar u de projector gebruikt. Wanneer u de projector in het buitenland gebruikt, dient u het juiste netsnoer te gebruiken voor het land waar u zich bevindt.
Temperatuur-verklikkerfunctie
Wanneer de projector oververhit raakt vanwege een verkeerde instelling of geblokk eerde ventilatiegleuven, gaan knipperen. Als de temperatuur nog verder oploopt, zal de lamp automatisch uitgaan en zal de Temperatuurindicator (TEMP.) op de projector gaan knipperen. Vervolgens zal de projector na een afkoelperiode van 90 seconden zichzelf automatisch uitschakelen. Zie “Onderhoudsindicators” op bladzijde
110 voor meer informatie.
De koelventilator regelt de binnentemperatuur automatisch. Daarom kan het geluid van de ven­tilator veranderen tijdens het gebruik van het apparaat. Dit duidt niet op een defect.
Trek de stekker van het netsnoer niet uit het stopcontact tijdens de projectie of de werking van de koelventilator . Dit kan beschadiging veroorzaken door het stijgen van de binnentemperatuur, aangezien de koelventilator e veneens uitgeschakeld wordt.
en links onder in het beeld
Info
12

Toegang krijgen tot de PDF-gebruiksaanwijzingen (Windows, Macintosh)

Er staan PDF-gebruiksaanwijzingen in diverse talen op de bijgeleverde CD-ROM, zodat u ook met de projector kunt werken als u de handleiding niet bij de hand hebt. Om deze gebruiksaanwijzingen te kunnen gebruiken, moet eerst Adobe Acrobat Reader op uw PC (Windows of Macintosh) geïnstalleerd zijn. Als u Acrobat Reader nog niet heeft geïnstalleerd, kunt u het programma installeren vanaf de CD-ROM.
Installeren van Acrobat Reader vanaf de CD-ROM
Voor Windows:
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
2
Dubbelklik op het pictogram Deze computer”.
3
Dubbelklik op het pictogram van het CD-ROM-sta­tion.
4
Dubbelklik op de map acrobat”.
5
Dubbelklik op de map windows”.
6
Dubbelklik op de taal (naam van de map) waarin u de gebruiksaanwijzing wilt lezen.
7
Dubbelklik op het installatieprogramma en volg de instructies op het scherm.
Voor andere besturingssystemen:
Download Acrobat Reader van het Internet (http://www.adobe.com).
Voor Macintosh:
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
2
Dubbelklik op het CD-ROM-pictogram.
3
Dubbelklik op het pictogram acrobat”.
4
Dubbelklik op de taal (naam van de map) waarin u de gebruiksaanwijzing wilt lezen.
5
Dubbelklik op het gewenste installatieprogramma en volg de instructies op het scherm.
Inleiding
Voor andere talen:
Als u liever Acrobat Reader wilt hebben in een taal die niet op de CD-ROM staat, dan kunt u de gewenste versie downloaden van het Internet.
Openen van de PDF-gebruiksaanwijzingen
Voor Windows:
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
2
Dubbelklik op het pictogram Deze computer”.
3
Dubbelklik op het CD-ROM-station.
4
Dubbelklik op de map manuals”.
5
Dubbelklik op de taal (naam van de map) waarin u de gebruiksaanwijzing wilt lezen.
6
Dubbelklik op het pdf-bestand m25x om toegang te krijgen tot de gebruiksaanwijzingen van de pro­jector. Dubbelklik op het soft pdf bestand om de Wireless Reality software gebruiksaanwijzing te openen. Dubbelklik op het wc11b pdf bestand om de Draadloze netwark PC-kaart gebruiksaanwijzing te openen.
Voor Macintosh:
1
Plaats de CD-ROM in het CD-ROM-station.
2
Dubbelklik op het CD-ROM-pictogram.
3
Dubbelklik op de map manuals”.
4
Dubbelklik op de taal (naam van de map) waarin u de gebruiksaanwijzing wilt lezen.
5
Dubbelklik op het pdf-bestand m25x om toegang te krijgen tot de gebruiksaanwijzingen van de pro­jector.
Opmerking
Als u het gewenste pdf-bestand niet kunt openen door te dubbelklikken met de muis , dient u eerst Acrobat Reader op te
starten en daarna het gewenste bestand op te geven via het menu File, Open”.
Zie het bestand “readme.txt op de CD-ROM voor belangrijke informatie die niet in deze gebruiksaanwijzing vermeld
staat.
13

Benaming van de onderdelen

Nummers in verwijzen naar de hoofdpaginas in deze gebruiksaanwijzing waar het onderwerp wordt uitgelegd.

Projector (voor- en bovenaanzicht)

Lampindicator (LAMP)
Licht normaal groen op. Vervang de lamp wanneer de indicator rood oplicht.
Bedrijfsindicator (POWER)
Licht rood op wanneer de projector in stand-by staat. Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, licht deze indicator groen op.
Aan/uit-toets (POWER)
Schakelt het apparaat in of uit.
LENS-toets
Voor het afstellen v an de trapeziumcorrectie of de digitale beeldverschuiving.
Insteltoetsen ("'\ |)
Voor het selecteren van menu­items.
Invoertoets (ENTER)
Voor het instellen van in het menu geselecteerde of gewijzigde items.
Dempingstoets (AV MUTE)
Voor het tijdelijk uitschakelen van geluid en beeld.
110
34
34
38
51
51
36
Temperatuurindicator
110
(TEMP.)
Wanneer de binnentemperatuur stijgt, licht deze indicator rood op.
Ingangsfunctietoets (INPUT)
35
Voor het inschakelen van ingangsfunctie 1, 2, 3 of 4.
MENU-toets
50
Voor het weergeven van instelschermen.
VOLUME-toetsen
35
V oor het afstellen van het geluids­niveau van de luidspreker .
Toets voor ongedaan
51
maken (UNDO)
V oor het ongedaan mak en v an een bediening of het terugkeren naar de standaardinstellingen.
Automatische-synchronisa-
63
tietoets (AUTO SYNC)
Voor het automatisch afstellen van beelden bij aansluiting op een computer.
Scherpstelring
37
GyroRemote-antenne
Zoomknop
Voetontspanners/stelvoetjes
Voor het afstellen van de projectorhoogte.
14
40
37
22
Bevestigen van het aansluitingendeksel
Bevestig het aansluitingendeksel door het op de zijkant van de projector te plaatsen en op zijn plaats te drukken zoals getoond op de afbeelding.
14 32
35
18
Aansluitingendeksel
Luidspreker
Afstandsbedieningssensor

Projector (zijaanzicht)

INPUT 1-aansluiting
DVI-poort voor DVI digitale, analoge RGB-en COMPONENT-signalen.
INPUT 2-aansluiting
Aansluiting voor videoapparatuur met S-VIDEO-aansluiting.
27
30
INPUT 3-poort
30
Voor het aansluiten van videoapparatuur.
INPUT AUDIO-aansluiting
27
Gedeelde audio-aansluiting voor INPUT 1, INPUT 2, INPUT 3 en INPUT 4.
USB-aansluiting
47
Voor het aansluiten v an een computer met een USB-kabel.
Bedrade
48
afstandsbedienings­ingangsaansluiting (ø 3,5mm ministekker)
Inleiding
Netingang
Ventilatiegleuven
Kensington Security Standard-connector
Gebruik van het Kensington-slot
Deze projector heeft een Kensington Security Standard-connector voor het gebruik van een Kensington MicroSaver veiligheidssysteem. Zie de bij het systeem geleverde inf ormatie voor instructies betreffende het gebruik ter bev eiliging van de projector.
Bevestigen van de lensdop
Nadat u het riempje aan de lensdop hebt vastgemaakt, steekt u het andere uiteinde van het riempje door de opening op de onderkant van de projector, naast de lens, zoals getoond op de afbeelding.
26
11
15
INPUT 4 PC-kaartsleuf
31
Voor insteken van een draadloze LAN PC-kaart of een geheugenkaart.
Onderaanzicht
15
Benaming van de onderdelen (vervolg)

GyroRemote

Voorkant
42
Functie 1/2-toetsen
Voor het bepalen van de toetstoewijzingen voor Functie 1 en Functie 2.
Ingangsfunctietoets (INPUT)
Voor het kiezen van de ingangsfuncties 1, 2, 3 en 4.
Toets voor links klikken/invoer (L-CLICK/ENTER)
Voor het invoeren van menu-items of voor het uitvoeren van een linkse klik bij gebruik van de draadloze muis.
Aan/uit-toets (POWER)
Schakelt het apparaat in of uit.
LENS-toets
Voor het afstellen van de trapeziumvorm­correctie en de digitale beeldverschuiving.
Functie 3/4-toetsen
Voor het bepalen van de toetstoewijzingen voor Functie 3 en Functie 4.
Aanleertoets (TEACH)
Gebruikt voor het registreren van de GyroRemote in de projector.
41
35
47
34
38
41
43
44
47
54
35
41
42
LED-indicator
Licht op wanneer de GyroRemote in beweging is.
Aanwijzertoets (POINTER)
Houd deze toets ingedrukt om een aanwijzer op het scherm te doen verschijnen.
Toets voor rechts klikken/ongedaan maken (R-CLICK/UNDO)
Om een bewerking ongedaan te maken of voor het uitvoeren van een rechtse klik bij gebruik van de draadloze muis.
MENU-toets
Voor het weergeven v an de instelschermen.
VOLUME-toetsen
Voor het afstellen van het geluidsniveau van de luidspreker.
Toewijzingstoets (ASSIGN)
Kiest de functiegroep voor het toewijzen van toetsen.
RF CH+-toets
Wordt gebruikt om het huidige RF-kanaal te bekijken en om het kanaal te veranderen.
Achterkant
16
GYRO ACTIVE-toets
44
Wordt gebruikt om de GyroRemote te bewegen voor bewerkingen als het verplaatsen van tool­pictogrammen (bv. stempel), het selecteren van menu’s in het OSD of het verplaatsen van de cursor met de draadloze muis.
Onderkant
WIRE R/C JACK
Bedrade
48
afstandsbedienings­ingangsaansluiting (ø 2,5mm ministekker)
Gyration U.S. patenten 5698784, 5825350, 5898421

De GyroRemote

Plaatsen van de batterijen

De batterijen (Vier R-03 batterijen (AAA-formaat, UM/ SUM-4, HP-16 of gelijkwaardig)) zitten in de verpakking.
Inleiding
1 Schuif het deksel in de richting
van de pijl om het te openen.
2 Plaats de meegeleverde batterijen.
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen voor dat de poolaanduidingen overeenkomen met de tekens
en
in het batterijvak.
Info
Bij het inleggen van de batterijen in het batterijvak van de GyroRemote dient u ero p te letten dat u de batterijen op de trekbanden legt zodat u de batterijen in de toek omst makkelijk kan uitnemen. Zo niet kan het moeilijk zijn om oude batter ijen te verwijderen wanneer deze moeten worden vervangen.
3 Schuif het deksel in de richting
van de pijl om het te sluiten.
Opmerking
Slaapfunctie van de GyroRemote Als de GyroRemote gedurende vijf minuten niet wordt gebruikt, gaat de slaapfunctie aan om de batterijen te sparen. Als de GyroRemote niet kan worden bediend, drukt u eenmaal op
de GyroRemote om deze opnieuw te activeren.
van
Trekbanden voor het verwijderen van de batterijen
LED­indicator

Vervangen van de batterijen

De LED-indicator gaat knipperen wanneer de batterijen dienen te worden vervangen.
Let erop de batterijen te vervangen door nieuwe zo snel mogelijk nadat de LED-indicator gaat knipperen.
Let erop dat u alkaline batterijen gebruikt.
Opmerking
Als de GyroRemote voor vijf minuten niet w ordt gebruikt gaat de slaapfunctie aan om de batterijen te sparen. De GyroRemote wordt geactiveerd door indrukken van willekeurig welke toets.
Onjuist gebruik van de batterijen kan lekkage of ontploffing veroorzaken. Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht.
Voorzichtig
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen voor dat de poolaanduidingen overeenkomen met de tekens en in het batterijvak.
Verschillende types van batterijen hebben verschillende eigenschappen. Gebruik daarom geen verschillende types van batterijen tegelijk.
Gebruik geen nieuwe en oude batterijen tegelijk.
Dit kan de levensduur van nieuwe batterijen verkorten of lekkage van oude batterijen veroorzaken.
Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening wanneer ze leeg zijn, zo niet kunnen ze gaan lekken.
Vloeistof die uit batterijen is gelekt is schadelijk voor uw huid. V eeg daarom de batterijen eerst schoon alvorens ze met een doek te v erwijderen.
Afhankelijk van hoelang en hoe ze werden opgeslagen kunnen de batterijen die met de projector meegeleverd worden binnen korte tijd uitgeput raken. Vervang ze zo vlug mogelijk door nieuwe batterijen.
Verwijder de batterijen uit de GyroRemote als u de afstandsbediening voor een lange periode niet gaat gebruiken.
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
17
De GyroRemote (vervolg)

Kenmerken van de GyroRemote

Deze projector maakt gebruik van de GyroRemote-technologie, die ten opzichte van de gewone infrarood­afstandsbedieningen de volgende voordelen biedt.
RF-technologie
Gewone afstandsbedieningen hebben een beperkt bereik vanwege hun richtinggevoeligheid; zij werken niet als er zich een obstakel be vindt tussen de projector en de afstandsbediening. De GyroRemote werkt tot op een afstand van 59,1 voet (18m) doordat hij RF-signalen verstuurt naar de projector.
Opmerking
Het bedieningsbereik is gemeten met een volledig uitgetrokken projectorantenne.
Het is mogelijk dat bij het eigenlijke gebruik het bedieningsbereik niet optimaal is, afhankelijk van de plaats van de
projector.
Let op
Gebruik de GyroRemote niet op plaatsen waar dit verboden is, bv. in ziekenhuizen.
Signalen van de GyroRemote kunnen elektronische apparatuur of medische elektronische apparatuur verstoren en aldus ongelukken veroorzaken.
Wanneer u de GyroRemote in medische instellingen gebruikt, dient u steeds de richtlijnen van de desbetreffende instelling te volgen.
Bedieningsbereik: tot 18 m
Besturing van meerdere projectors
Deze projector beschikt over een GyroRemote-identificatiefunctie, die u in staat stelt div erse bewerkingen uit te voeren, zoals hieronder beschreven.
Geen interferentie, ook niet als andere projectors van hetzelfde type zich binnen het bedieningsbereik van de GyroRemote bevinden.
Meerdere projectors kunnen worden bediend met één GyroRemote.
Eén projector kan worden bediend met meerdere GyroRemotes.
Refereer aan pagina 40 voor details aangaande de GyroRemote.
18

Gebruik van de GyroRemote

Info
De GyroRemote verstuurt bedieningssignalen afhankelijk van de hoek waaronder de GyroRemote wordt bediend.
U kunt de GyroRemote met eenvoudige polsbewegingen bedienen.
De bewegingen van de GyroRemote sturen signalen naar de projector als u
achterkant van de GyroRemote ingedrukt houdt.
Als u bewegingen van de GyroRemote geen
signalen naar de projector.
Als u GyroRemote continu signalen sturen naar de
projector. Druk nogmaals op om terug te keren naar de normale werking van de
GyroRemote.
niet ingedrukt houdt, sturen de
tweemaal indrukt, zal de
op de
Inleiding

Kalibreren van de GyroRemote

Wanneer de GyroRemote wordt blootgesteld aan sterke temperatuurschommelingen of na het vervangen van de batterijen kan de muiscursor of de aanwijzer uit zichzelf bewegen, zonder dat een bewerking wordt uitgevoerd. In dat geval moet u de GyroRemote kalibreren aan de hand van de volgende procedure.
1 Druk tweemaal op
op de
achterkant van de GyroRemote.
2 Kijk of de LED-indicator oplicht en
plaats de GyroRemote op een vlakke ondergrond.
Raak de GyroRemote niet aan gedurende 6 seconden. De kalibrering van de GyroRemote is nu voltooid.
3 Druk op
mote gedurende 6 seconden niet is aangeraakt.
De kalibrering is voltooid nadat de GyroRemote gedurende 6 seconden niet is aangeraakt.
nadat de Gyro-Re-
GYRO ACTIVE-toets
19

Accessoires

Meegeleverde accessoires
GyroRemote
(1) Voor V.S, Canada, enz.
RRMCG1631CESA
(2) Voor Europa, Australië,
Oceanië en Azië RRMCG1653CESA
Netsnoer 6' (1,8 m) (1)
Vier R-03-batterijen (AAA-formaat, UM/SUM-4, HP-16 of gelijkwaardig)
(2) (3)
Twee Draadloze netwerk PC-kaarten AN-WC11B (RUNTKA025WJZZ)
(4)
Voor de V.S., Canada, enz. QACCDA007WJPZ
Voor Europa, uitgezonderd het V erenigd Koninkrijk. QACCV4002CEZZ
Voor het Verenigd Koninkrijk en Hong Kong QACCB5024CENA
Voor Australië, Nieuw­Zeeland en Oceanië QACCL3022CEZZ
Opmerking
Afhankelijk van de bestemming zullen de projectors verscheept worden met slechts één netsnoer (zie hierboven).
Gebruik het netsnoer dat geschikt is voor het stopcontact in uw land.
DVI- naar 15-pins D-sub­kabel 6' (1,8 m) QCNWGA010WJZZ
Lensdop (bevestigd) CCAPHA001WJ01
Lensdopriempje UBNDT0013CEZZ
USB-kabel 6' (1,8 m) QCNWG0001WJPZ
CD-ROM UDSKAA001WJZZ
Gebruiksaanwijzing (deze handleiding)
Snelle referentiegidsen
Draagtas GCASN0005CESA
Wireless Reality software gebruiksaanwijzing TINS-A049WJZZ Draadloze netwerk PC-kaart gebruiksaanwijzing
TINS-A306WJZZ
Aansluitingendeksel (bevestigd) GCOVD0103CESA
Optionele accessoires
DVI-kabel 9' 10" (3,0 m) AN-C3DV 3 RCA- naar 15-pins D-sub-kabel 9' 10" (3,0 m) AN-C3CP Computer RGB-kabel 32' 10" (10,0 m) AN-C10BM
<Voor IBM-PC, PC9821, en PC98NX systemen> AN-C10PC
<voor PC98 systemen (Uitgezonderd PC9821 en PC98NX systemen)> 5 BNC- naar 15-pins D-sub-kabel 9' 10" (3,0 m) AN-C3BN RGB-beeldschermuitgangsadapter 7,9" (20 c m ) AN-A1MY DVI- naar 15-pins D-sub-adapter 7,9" (20 cm) AN-A1DV
Als uw computer een andere uitgangsaansluiting heeft, kan een omzettingsstekker (in de handel verkrijgbaar) noodzakelijk zijn.
Draadloze netwerk PC-Kaart AN-WC11B
Opmerking
20
Het is mogelijk dat niet alle kabels beschikbaar zijn in alle streken. Neem contact op met uw
dichtstbijzijnde Sharp projector dealer of servicecentrum.

Opstellen en aansluiten

Opstellen en aansluiten

Opstellen

Gebruik van de stelvoetjes

U kunt de hoogte van de projector met de stelvoetjes instellen wanneer het oppervlak waaop de projec­tor staat oneffen is of het scherm schuin staat. De projectie van het beeld kan door het verstellen van de projector worden verhoogd wanneer de pro­jector lager dan het scherm is geplaatst.
1 Druk op de voetontspanners.
Voetontspanners
Stelvoetjes
2 Zet de projector omhoog tot de
gewenste hoogte. Laat de voetontspanners los.
3 Verdraai de stelvoetjes voor kleine
aanpassingen.
Opmerking
Om de projector in zijn oorspronkelijke positie terug te plaatsen, houdt u de projector stevig vast, drukt u op de voetontspanners en verlaagt u de stand van de projector.
De projector kan worden versteld tot ongeveer 5,5 graden afwijkend van de standaardpositie.
Info
Druk niet op de voetontspanners wanneer de stelvoetjes uitgetrokken zijn zonder de projec­tor stevig vast te houden.
Houd de lens niet vast bij het opwaarts of neerwaarts verstellen van de projector.
Wanneer u de projector neerwaarts verstelt, moet u erop letten uw vingers niet te klemmen tussen de stelvoetjes en de projector.
Omhoog Omlaag
22

Opstellen van het scherm

Om een zo goed mogelijk beeld te verkrijgen, plaatst u de projector loodrecht ten opzichte van het scherm met alle stelvoetjes plat en horizontaal op de ondergrond.
Opmerking
De lens van de projector moet voor het midden van het scherm worden geplaatst. Als de horizontale lijn die door het midden van de lens loopt niet loodrecht staat ten opzichte van het scherm, zal het beeld worden vervormd, wat het bekijken ervan bemoeilijkt.
V oor een optimaal beeld plaatst u het scherm zo dat het zich niet in direct z onlicht of kamerverlichting bevindt. Licht dat direct op het scherm valt, zal de kleuren doen verbleken, wat het bekijken van beelden bemoeilijkt. Doe de gordijnen dicht en dim de verlichting wanneer u het scherm opstelt in een zonnige of fel verlichte ruimte.
U kunt geen polariserend scherm gebruiken met deze projector.
Opstellen en aansluiten
Standaardopstelling (frontprojectie)
Zet de projector op de juiste afstand van het scherm voor de door
u gewenste schermgrootte. (Zie bladzijde 24.)
Voorbeeld van een standaardopstelling
Zijaanzicht
90°
Bovenaanzicht
90°
De afstand tussen het scherm en de projector
kan verschillen afhankelijk van de schermgrootte.
U kunt de standaardinstellingen gebruiken wanneer
de projector voor het scherm wordt geplaatst. Bij het
Publiek
projecteren van een spiegelbeeld of omgekeerd beeld zet u de instelling op “Voor” in het menu “Projectie”.
Plaats de projector zodat een denkbeeldige
horizontale lijn die door het centrum van de lens loopt, loodrecht op (d.w.z. met een hoek v an 90º) het scherm staat.
P.24
P.98
23
Opstellen (vervolg)

Schermgrootte en projectie-afstand

Scherm
Basislijn: Horizontale lijn die door het midden van de lens loopt.
90°
Midden van de lens
H
L: projectie-afstand
NORMAAL-stand (4:3)
Beeld-(scherm-)grootte Projectie-afstand (L)
Diag. (X) Breedte Hoogte Maximum (L1) Minimum (L2) 300" (762 cm) 240" (610 cm) 180" (457 cm) – 39' 5" (12,0 m) 0" (0,0 cm) 250" (635 cm) 200" (508 cm) 150" (381 cm) 39' 8" (12,1 m) 32' 10" (10,0 m) 0" (0,0 cm) 200" (508 cm) 160" (406 cm) 120" (305 cm) 31' 9" (9,7 m) 26' 3" (8,0 m) 0" (0,0 cm) 150" (381 cm) 120" (305 cm) 90" (229 cm) 23' 9" (7,2 m) 19' 8" (6,0 m) 0" (0,0 cm) 100" (254 cm) 80" (203 cm) 60" (152 cm) 15' 10" (4,8 m) 13' 1" (4,0 m) 0" (0,0 cm) 84" (213 cm) 67" (170 cm) 50" (127 cm) 13' 3" (4,0 m) 10' 11" (3,3 m) 0" (0,0 cm) 72" (183 cm) 58" (147 cm) 43" (109 cm) 11' 4" (3,5 m) 9' 4" (2,9 m) 0" (0,0 cm) 60" (152 cm) 48" (122 cm) 36" (91 cm) 9' 5" (2,9 m) 7' 9" (2,4 m) 0" (0,0 cm) 40" (102 cm) 32" (81 cm) 24" (61 cm) 6' 3" (1,9 m) 5' 2" (1,6 m) 0" (0,0 cm)
Afstand tussen het midden
van de lens en de
onderrand van het beeld (H)
REK-stand (16:9)
Beeld-(scherm-)grootte Projectie-afstand (L)
Diag. (X) Breedte Hoogte Maximum (L1) Minimum (L2) 250" (635 cm) 218" (554 cm) 123" (312 cm) – 35'9" (10,9 m) –20 27 / 64" (–51,9 cm) 225" (572 cm) 196" (498 cm) 110" (279 cm) 38' 11" (11,9 m) 32' 2" (9,8 m) –18 25 / 64" (–46,7 cm) 200" (508 cm) 174" (442 cm) 98" (249 cm) 34' 7" (10,5 m) 28' 7" (8,7 m) –16 22 / 64" (–41,5 cm) 150" (381 cm) 131" (333 cm) 74" (188 cm) 25' 11" (7,9 m) 21' 5" (6,5 m) –12 16 / 64" (–31,1 cm) 133" (338 cm) 116" (295 cm) 65" (165 cm) 22' 11" (7,0 m) 18' 12" (5,8 m) –10 56 / 64" (–27,6 cm) 106" (269 cm) 92" (234 cm) 52" (132 cm) 18' 3" (5,6 m) 15' 1" (4,6 m) –8 42 / 64" (–22,0 cm) 100" (254 cm) 87" (221 cm) 49" (124 cm) 17' 3" (5,3 m) 14' 3" (4,3 m) –8 11 / 64" (–20,8 cm) 92" (234 cm) 80" (203 cm) 45" (114 cm) 15' 10" (4,8 m) 13' 1" (4,0 m) –7 33 / 64" (–19,1 cm) 84" (213 cm) 73" (185 cm) 41" (104 cm) 14' 5" (4,4 m) 11' 11" (3,6 m) –6 55 / 64" (–17,4 cm) 72" (183 cm) 63" (160 cm) 35" (89 cm) 12' 4" (3,8 m) 10' 3" (3,1 m) –5 57 / 64" (–14,9 cm) 60" (152 cm) 52" (132 cm) 29" (74 cm) 10' 3" (3,1 m) 8' 6" (2,6 m) –4 58 / 64" (–12,5 cm) 40" (102 cm) 35" (89 cm) 20" (51 cm) 6' 10" (2,1 m) 5' 7" (1,7 m) –3 17 / 64" (–8,3 cm)
Afstand tussen het midden
van de lens en de
onderrand van het beeld (H)
De formule voor de beeldgrootte en projectie-afstand L1 (voet)
= (0,048539X – 0,037278)/0,3048
L2 (voet)
= (0,040172X – 0,037561)/0,3048
H (inch) = 0
X: Beeldgrootte (diagonaal) (inch) L: Projectie-afstand (m) L1: Maximale projectie-afstand (voet) L2: Minimale projectie-afstand (voet) H: Afstand tussen het midden van de
lens en de onderrand van het beeld (inch)
De formule voor beeldgrootte en projectie-afstand L1 (voet)
= (0,052882X – 0,037278)/0,3048
L2 (voet)
= (0,043766X – 0,037561)/0,3048
H (inch) = –0,08171X
KADER-stand (4:3)
Beeld-(scherm-)grootte Projection distance (L)
Diag. (X) Breedte Hoogte Maximum (L1) Minimum (L2) 200" (508 cm) 160" (406 cm) 120" (305 cm) – 35' 0" (10,7 m) –20" (50,8 cm) 180" (457 cm) 144" (366 cm) 108" (274 cm) 38' 1" (11,6 m) 31' 6" (9,6 m) –18" (45,7 cm) 150" (381 cm) 120" (305 cm) 90" (229 cm) 31' 9" (9,7 m) 26' 3" (8,0 m) –15" (38,1 cm) 100" (254 cm) 80" (203 cm) 60" (152 cm) 21' 1" (6,4 m) 17' 5" (5,3 m) –10" (25,4 cm) 84" (213 cm) 67" (170 cm) 50" (127 cm) 17' 9" (5,4 m) 14' 8" (4,5 m) –8 26 / 64" (–21,3 cm) 72" (183 cm) 58" (147 cm) 43" (109 cm) 15' 2" (4,6 m) 12' 6" (3,8 m) –7 13 / 64" (–18,3 cm) 60" (152 cm) 48" (122 cm) 36" (91 cm) 12' 7" (3,8 m) 10' 5" (3,2 m) –6" (–15,2 cm) 40" (102 cm) 32" (81 cm) 24" (61 cm) 8' 4" (2,6 m) 6' 11" (2,1 m) –4
Afstand tussen het midden
van de lens en de
onderrand van het beeld (H)
" (–10,2 cm)
De formule voor beeldgrootte en projectie-afstand L1 (voet)
L2 (voet)
H (inch) = 0,100X
= (0,064719X – 0,037278)/0,3048
= (0,053563X – 0,037561)/0,3048
Opmerking
Er zit een afwijking van ongeveer ±3% in bovenstaande formule.
Waarden met een minteken () geven aan hoeveel het midden van de lens zich onder de onderrand van het beeld
bevindt.
24

Projecteren van een spiegelbeeld/omgekeerd beeld

Projectie van achter het scherm
Zet een doorschijnend scherm tussen de projector en het publiek.
Draai het beeld spiegelverkeerd door in het menu ProjectieAchter
in te stellen. Zie bladzijde 98 voor het gebruik van deze functie.
Bij gebruik van de standaardinstellingen.
In-beeld-display
Opstellen en aansluiten
Projectie via een spiegel
Plaats een (gewone platte) spiegel voor de lens.
Draai het beeld spiegelverkeerd door in het menu Projectie” “Achter
in te stellen wanneer de spiegel aan de kant van het publiek is geplaatst. Zie bladzijde 98 voor het gebruik van deze functie.
Info
Wanneer u een spiegel gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat zowel de projector als de spiegel zo opgesteld staan dat het licht niet rechtstreeks in de ogen van het publiek schijnt.
Projectie bij plafondmontage
Het verdient aanbeveling de optionele Sharp plafondmontagebeugel
te gebruiken voor deze opstelling. Alvorens de projector aan het plafond te bevestigen, neemt u contact op met uw dichtstbijzijnde erkende Sharp projector dealer of servicecentrum om de aanbevolen plafondmontagebeugel (los verkrijgbaar) aan te schaffen. (AN-PGCM90 plafondmontagebeugel, zijn AN-EP101B verlengpijp en AN-JT200 universele beugel, adapter voor installatie op oneffen plafond (voor de V.S.), BB-M20T plafondadapter, zijn BB­NVHOLDER280, BB-NVHOLDER550, BB-NVHOLDER900 plafondmontagesystemen (voor DUITSLAND), of AN-60KT plafondmontagebeugel, zijn TK301TK/AN-TK201 en AN-TKM302/ AN-TK202 verlengpijpen (voor andere landen dan de V.S. en DUITSLAND)
Stel de projector zodanig op dat de afstand
(H) van het midden van de lens (zie
bladzijde 24) overeenkomt met de
onderrand van het beeld wanneer u de pro­jector aan het plafond bevestigt.
Zet het beeld op zijn kop
door in het menu Projectie Plafond + voor in te stellen.
Spiegelbeeld
Bij gebruik van de standaardinstellingen.
In-beeld-display
Spiegelbeeld
Bij gebruik van de standaardinstellingen.
In-beeld-display
Omgekeerd Het beeld staat
ondersteboven
25

Aansluiten van de projector op andere apparaten

Alvorens aan te sluiten

Opmerking
Alvorens aan te sluiten, moet u ervoor zorgen dat zowel de projector als de aan te sluiten appar aten uitgeschak eld zijn. Wanneer u alle aansluitingen heeft gemaakt, schakelt u eerst de projector en vervolgens de andere apparaten in. Bij aansluiting op een computer moet u de computer als laatste inschakelen nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt.
Lees de gebruiksaanwijzing van de aan te sluiten apparaten door alvorens ze aan te sluiten.
Deze projector kan worden aangesloten op:
Een computer met behulp van:
Een DVI- naar 15-pins D-sub-kabel (Zie bladzijde 27.)
Een DVI-kabel (type AN-C3DV) (los verkrijgbaar)
(Zie bladzijde 28.)
Een draadloze LAN PC-kaart (zie pagina 68).
Component-video- of audiovisuele apparatuur:
Een DVD-speler of DTV*-decoder (Zie bladzijde 29.)
Een videorecorder, of laserdiscspeler of ander audiovisueel
toestel (Zie bladzijde 30.)
* DTV is de algemene term die wordt gebruikt voor het nieuwe digitale
televisiesysteem in de Verenigde Staten.
Een beeldscherm met:
Een RGB-beeldschermuitgangsadapter (AN-A1MY) (los verkrijgbaar) en een RGB-kabel (in de handel verkrijgbaar) (Zie bladzijde 32.)

Aansluiten van het netsnoer

Meegeleverd accessoire
1 Steek het meegeleverde netsnoer
in de netingang op de achterkant van de projector.
Netsnoer
26
Loading...
+ 101 hidden pages