MODEL
AR-BD14
AR-PB2
DIGITAAL
KOPIEERAPPARAAT
PRINTER
UITBREIDINGSKAART
GEBRUIKSAANWIJZING
|
|
Bladzijde |
• |
OM TE BEGINNEN .......................... |
1 |
• |
VANAF EEN COMPUTER |
|
|
AFDRUKKEN................................... |
5 |
• |
GEAVANCEERDE |
|
|
AFDRUKTECHNIEKEN ................. |
14 |
• |
HET BEDIENINGSPANEEL |
|
|
GEBRUIKEN. ................................. |
27 |
• |
PRINTERPROBLEMEN |
|
|
OPLOSSEN.................................... |
41 |
• |
TECHNISCHE GEGEVENS ........... |
47 |
• |
BIJLAGEN ..................................... |
48 |
Alvorens deze gebruiksaanwijzing te lezen
Deze gebruiksaanwijzing werd geschreven voor de AR-PB2 printer uitbreidingskaart waarbij de printerdrivers met behulp van floppydisks worden geïnstalleerd.
Bij de nieuwste versie van de AR-PB2 printer uitbreidingskaart staan de printerdrivers op een cdrom waardoor de installatiemethode verschillend is van die beschreven in deze gebruiksaanwijzing. Deze nieuwe installatiemethode wordt beschreven in een losse aanvullende gebruiksaanwijzing. Tevens worden enkele extra functies geboden door de nieuwste versie. Deze functies worden ook in de aanvullende gebruiksaanwijzing beschreven.
De losse aanvullende gebruiksaanwijzing beschrijft de volgende onderwerpen.
∙Installeren van de printerdrivers vanaf de cd-rom
∙PCL6 printerdriver
∙Printerdriver voor Macintosh
∙Printer Status Monitor
∙Printer Administration Utility
∙NW Setup
∙Extra printerconfiguratiemenu en key-operator-programma
Lijst met toepasselijke modellen voor de AR-PB2 printer uitbreidingskaart
(per oktober 1999)
Modelnaam |
|
Harde schijf |
|
Ja/Nee |
|
Capaciteit |
|
|
|
||
AR-250 |
Nee/Optie |
|
(1 gb) |
|
|
|
|
AR-280* |
Ja |
|
2 gb |
AR-281 |
Ja |
|
2 gb |
AR-285* |
Ja |
|
2 gb |
|
|
|
|
AR-286 |
Ja |
|
2 gb |
AR-335* |
Ja |
|
2 gb |
AR-336 |
Ja |
|
2 gb |
|
|
|
|
AR-405 |
Ja |
|
2 gb |
AR-505 |
Ja |
|
2 gb |
Bepaalde apparaten van de modellen aangegeven met (*) worden geleverd met een 1 gb harde schijf.
De technische gegevens, functies en opties van de printer beschreven in deze gebruiksaanwijzing, werden oorspronkelijk geschreven voor de modellen AR-280, AR-285 en AR-335 waarbij de printerdrivers op floppydisks werden geleverd. Deze informatie kan verschillen, afhankelijk van het model.
CINSH1785FC51
Garantie
Hoewel alles in het werk is gesteld om dit document zo nauwkeurig en behulpzaam mogelijk te maken, wordt door SHARP Corporation geen enkele garantie geboden m.b.t. de inhoud. Alle informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving veranderd worden. SHARP is niet aansprakelijk voor eventueel direct of indirect verlies dat resulteert uit of gerelateerd is aan het gebruik van deze gebruiksaanwijzing.
© Copyright SHARP Corporation 1999. Alle rechten voorbehouden. Vermenigvuldiging, aanpassing of vertaling zonder voorafgaande toestemming is verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht.
Handelsmerken
Microsoft Windows, MS-DOS en Windows NT zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de V.S. en in andere landen.
IBM en PC/AT zijn handelsmerken van International Business Machines Corporation.
Pentium is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Intel Corporation.
Hewlett-Packard, HP, LaserJet en PCL zijn handelsmerken van Hewlett-Packard Company.
PostScript® is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated.
NetWare is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Novell, Inc.
Alle andere handelsmerken en auteursrechten zijn eigendom van hun respectievelijke eigenaren.
Tekstconventies
In deze gebruiksaanwijzing zijn de volgende tekstconventies toegepast.
VOORZICHTIG
Duidt op een waarschuwing die in acht moet worden genomen om de printer naar behoren te laten werken. Indien de waarschuwing niet in acht wordt genomen, zal de printer geen schade oplopen maar zal hij niet naar behoren of op verwachte wijze werken.
OPMERKING
Duidt op een opmerking die niet essentieel is voor de werking van de printer, maar die vermeld wordt om een andere manier aan te geven voor het volbrengen van een taak of om over een bepaald onderwerp verdere informatie te verschaffen.
i
Inhoudsopgave
HOOFDSTUK 1 OM TE BEGINNEN |
|
INLEIDING ................................................................................................................................ |
1 |
DEZE GEBRUIKSAANWIJZING GEBRUIKEN .......................................................................... |
2 |
Voor algemene gebruikers .................................................................................................. |
2 |
Voor key-operators.............................................................................................................. |
3 |
DE PRINTER AANSLUITEN...................................................................................................... |
3 |
DE PARALLELLE PRINTERINTERFACE .................................................................................. |
3 |
Aansluiten ........................................................................................................................... |
4 |
NETWERKINTERFACE............................................................................................................. |
4 |
HOOFDSTUK 2 VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN |
|
INLEIDING ................................................................................................................................ |
5 |
PRINTERDRIVERS VOOR DE AR-PB2 .................................................................................... |
5 |
DE BESTE PRINTERDRIVER SELECTEREN........................................................................... |
5 |
Controleren van de hardwareen softwarevereisten............................................................ |
8 |
PRINTERDRIVERS INSTALLEREN .......................................................................................... |
8 |
Windows 95 met Plug-en-Play (alleen parallelle aansluitingen)............................................ |
8 |
Windows 98 met Plug-en-Play (alleen parallelle aansluitingen)............................................ |
9 |
Windows 95/Windows 98 zonder Plug-en-Play.................................................................. |
10 |
Windows 3.1x.................................................................................................................... |
11 |
Windows NT 4.0................................................................................................................ |
11 |
INSTALLEREN VAN RESIDENTE LETTERTYPEN INFORMATIE |
|
(alleen PPD voor Windows 95/Windows 98) ............................................................................ |
11 |
VANAF DE COMPUTER EEN TESTPAGINA AFDRUKKEN.................................................... |
12 |
Windows 95, Windows 98 of Windows NT 4.0................................................................... |
12 |
Windows 3.1x.................................................................................................................... |
12 |
VANAF DE COMPUTER DOCUMENTEN AFDRUKKEN ......................................................... |
13 |
LETTERTYPEN....................................................................................................................... |
13 |
HOOFDSTUK 3 GEAVANCEERDE AFDRUKTECHNIEKEN |
|
INLEIDING .............................................................................................................................. |
14 |
DE MOGELIJKHEDEN VAN DE PRINTER REGELEN VANUIT DE PRINTERDRIVER ........... |
14 |
Windows 95, Windows 98 of Windows NT 4.0................................................................... |
14 |
Windows 3.1x.................................................................................................................... |
15 |
PRINTERFUNCTIES ............................................................................................................... |
15 |
BESCHRIJVING VAN DE SPECIALE PRINTERFUNCTIES .................................................... |
18 |
Afdrukstand....................................................................................................................... |
18 |
Omgekeerde volgorde....................................................................................................... |
18 |
Documenttype (dubbelzijdig afdrukken, boek) ................................................................... |
19 |
“X-pagina’s-op-1-vel” afdrukken ........................................................................................ |
20 |
Extra papierformaat........................................................................................................... |
20 |
Papierinvoerbron............................................................................................................... |
20 |
Ander papier (dekblad afdrukken) ..................................................................................... |
22 |
ii |
|
|
INHOUDSOPGAVE |
Transparant-insteekvellen (Interleaves)............................................................................. |
22 |
Uitvoer .............................................................................................................................. |
22 |
Beeld omhoog/omlaag ...................................................................................................... |
23 |
Nieten ............................................................................................................................... |
23 |
Rechts inbinden ................................................................................................................ |
25 |
Beeldkwaliteit (extra beeldvormingsfunctie) ....................................................................... |
25 |
Lettertype.......................................................................................................................... |
25 |
Watermerk ........................................................................................................................ |
25 |
Configuratie....................................................................................................................... |
25 |
Overlays............................................................................................................................ |
26 |
HOOFDSTUK 4 HET BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN |
|
INLEIDING .............................................................................................................................. |
27 |
HET BEDIENINGSPANEEL GEBRUIKEN............................................................................... |
27 |
CONFIGURATIE VANAF HET BEDIENINGSPANEEL............................................................. |
28 |
Het printerconfiguratiemenu activeren ............................................................................... |
28 |
Het printerconfiguratiemenu gebruiken.............................................................................. |
28 |
Voorbeeld van een configuratietaak .................................................................................. |
29 |
Printerconfiguratiemenu’s.................................................................................................. |
29 |
Printer instellingen............................................................................................................. |
31 |
Interface instellingen ......................................................................................................... |
31 |
Netwerk instellingen .......................................................................................................... |
32 |
Testpagina afdrukken........................................................................................................ |
32 |
Instellingen bewaren en/of initialiseren .............................................................................. |
33 |
KOPIEERAPPARAATEN PRINTER-MODUS ........................................................................ |
33 |
De printer on-line zetten .................................................................................................... |
34 |
PAPIERLADE KEUZE EN TAKEN ANNULEREN .................................................................... |
34 |
Papierlade keuze .............................................................................................................. |
34 |
Afdruktaken onderbreken en annuleren............................................................................. |
35 |
KEY-OPERATOR PROGRAMMA’S......................................................................................... |
35 |
Printerbelichtingsniveau .................................................................................................... |
36 |
Geheugen gereserveerd voor printer................................................................................. |
37 |
Uitvoermethode bij vol geheugen ...................................................................................... |
37 |
Formaatvaststelling handinvoer inschakelen ..................................................................... |
38 |
Afdrukken notitiepagina uitschakelen ................................................................................ |
38 |
Gedraaide uitvoer uitschakelen ......................................................................................... |
39 |
Kiezen handinvoer uitschakelen ........................................................................................ |
39 |
Automatische lade-omschakeling niet toestaan ................................................................. |
39 |
Afdrukken testpagina uitschakelen .................................................................................... |
39 |
Veranderen printerinstelling uitschakelen .......................................................................... |
40 |
Veranderen interfaceinstelling uitschakelen....................................................................... |
40 |
Veranderen netwerkinstelling uitschakelen........................................................................ |
40 |
iii
INHOUDSOPGAVE
HOOFDSTUK 5 PRINTERPROBLEMEN OPLOSSEN |
|
INLEIDING .............................................................................................................................. |
41 |
OPMERKINGEN BETREFFENDE AFDRUKKEN VAN LANGE DOCUMENTEN...................... |
41 |
AFDRUKKEN NOTITIEPAGINA .............................................................................................. |
43 |
Afdrukken notitiepagina en scheidingspagina’s uitschakelen ............................................. |
43 |
PROBLEMEN OPLOSSEN...................................................................................................... |
43 |
HOOFDSTUK 6 TECHNISCHE GEGEVENS |
|
TECHNISCHE GEGEVENS .................................................................................................... |
47 |
HOOFDSTUK 7 BIJLAGEN |
|
AFDRUKGEBIED .................................................................................................................... |
48 |
LETTERTYPENLIJST.............................................................................................................. |
49 |
AANVULLING.......................................................................................................................... |
51 |
INDEX ........................................................................................................................................... |
52 |
iv
Hoofdstuk 1 Om te beginnen
Inleiding
De AR-PB2 Printer uitbreidingskaart voegt de mogelijkheid tot laser-afdrukken op hoge snelheid toe aan de krachtige functies van de AR-280/AR-285/AR-335 kopieermachines en andere kopieermachines uit dezelfde serie, en biedt een eenvoudig bruikbaar en voor hoge productie bestemd afdruksysteem dat gemakkelijk via uw PC of een netwerkcomputer bediend kan worden. Merk op dat in deze gebruiksaanwijzing de AR-280, AR-285, AR-335 of enig ander digitaal kopieerapparaat uit dezelfde serie waarin de Printer uitbreidingskaart AR-PB2 is geïnstalleerd, eenvoudigweg wordt aangeduid met ‘de printer’.
De vele behulpzame functies van de printer omvatten o.a.:
∙een afdruksnelheid van maximaal 28 (AR-280/AR-285) of 33 (AR-335) pagina’s per minuut (voor dezelfde pagina)
∙afdrukken van meerdere sets documenten
∙nieten van documenten (met de optionele afwerkeenheid)
∙automatisch afdrukken van boeken*
∙automatisch dubbelzijdig afdrukken*
∙afdrukken van meerdere pagina’s van een document op een vel papier (X-pagina’s-op-1-vel afdrukken)
∙afdrukken van dekbladen (eerste pagina die verschillend is)
*Voor het afdrukken van boeken en dubbelzijdig afdrukken is in bepaalde modellen een optionele duplexeenheid vereist.
In deze gebruiksaanwijzing wordt er van uitgegaan dat de AR-PB2 Printer uitbreidingskaart reeds in uw kopieermachine geïnstalleerd is en klaar is voor gebruik met uw computer. In dit hoofdstuk wordt getoond hoe u de aansluiting van de printerkabel van de printer naar de computer kunt controleren. Dit behoort door een servicemonteur van de dealer gedaan te worden voordat de vereiste AR-PB2 printerdrivers op uw computer worden geïnstalleerd.
OPMERKING In deze gebruiksaanwijzing worden alleen printerfuncties beschreven. Voor een beschrijving van de kopieerfuncties, ziet u de gebruiksaanwijzing van het kopieerapparaat. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de kopieerapparaat voor kopieerbedieningen, verbruiksmaterialen, onderhoud, en afdrukmateriaalspecificaties.
Wanneer u deze printer via een netwerk aansluit op computers, is een optionele netwerkinterfacekaart (Print Server Card) noodzakelijk. In bepaalde landen en gebieden echter, is de netwerkinterfacekaart niet verkrijgbaar. Sluit in dit geval de printer aan op een computer via een parallelle interface. Voor verdere benodigde informatie over de netwerkinterfacekaart neemt u contact op met een erkende Sharp dealer.
1
OM TE BEGINNEN
Deze gebruiksaanwijzing gebruiken
Deze gebruiksaanwijzing biedt, samen met de bij de printerdrivers behorende ON-LINE Helpbestanden, volledige informatie over het gebruik van deze printer. De gebruiksaanwijzing en de ON-LINE Help-bestanden zijn bedoeld als leidraad voor algemene gebruikers en key-operators. De gebruiksaanwijzing bevat informatie over:
∙het aansluiten van de printer op een computer
∙het selecteren en installeren van printerdrivers
∙geavanceerde printerfuncties en mogelijkheden
∙gebruik van het bedieningspaneel voor het regelen van de printerfuncties
∙het oplossen van printerproblemen
∙technische gegevens van de printer
De ON-LINE Help-bestanden bevatten specifieke informatie over:
∙het configureren van de printerdrivers
∙het veranderen van de printerdriver-instellingen
∙gebruik van geavanceerde printerfuncties met bepaalde printerdrivers
Het ON-LINE Help-bestand voor een bepaalde printerdriver wordt automatisch samen met de printerdriver geïnstalleerd en kan worden geopend door in het dialoogvenster van de printerdriver op de ‘Help’-knop te klikken.
OPMERKING De methode om het ON-LINE Help bestand te openen, verschilt afhankelijk van de specifieke printerdriver. Bij de PCL5e en PostScript® printerdrivers, kan het ON-LINE Help bestand worden geopend door op de ‘Help’- knop te klikken. Bij de Sharp-specifieke PostScript® PPD printerdriver, kan het ON-LINE Help bestand worden geopend door op de Help-icoon te klikken en vervolgens op het item waarover informatie gewenst is te klikken.
Voor algemene gebruikers
Aan algemene gebruikers wordt aanbevolen om de gedeelten Om te beginnen, Vanaf een computer afdrukken, en Geavanceerde afdruktechnieken in deze gebruiksaanwijzing te lezen om vertrouwd te raken met de functies van deze printer.
De bij de printerdrivers behorende ON-LINE Help-bestanden kunnen vervolgens worden geraadpleegd voor specifieke informatie over het gebruik van bepaalde printerfuncties.
OPMERKING Sommige functies worden door bepaalde printerdrivers niet ondersteund. Zie de tabel in het gedeelte De beste printerdriver selecteren, in de handleiding voor meer informatie (bladzijde 6).
2
OM TE BEGINNEN
Voor key-operators
Naast de informatie voor algemene gebruikers wordt aan key-operators aanbevolen om het gedeelte Het bedieningspaneel gebruiken in deze gebruiksaanwijzing te lezen om vertrouwd te raken met de functies van het bedieningspaneel.
De hoofdstukken Key-operator programma’s, Printerproblemen oplossen en Technische gegevens kunnen worden geraadpleegd voor informatie die verder behulpzaam kan zijn voor de probleemloze en efficiënte werking van de printer/kopieerapparaat.
De printer aansluiten
De computer communiceert met de printer d.m.v. een lokale parallelle printerinterface of een optionele netwerkinterface die samen met de printer uitbreidingskaart voor de AR-PB2 printer door de erkende Sharp dealer geleverd is. In het volgende gedeelte wordt de locatie getoond van de aansluiting voor de printerinterface en worden stapsgewijze procedures geboden voor het aansluiten van de juiste kabel.
OPMERKING Als u de printer wilt verplaatsen, neemt u contact op met een erkende Sharp dealer.
De parallelle printerinterface
De printer biedt ondersteuning voor een parallelle printerinterface die voldoet aan IEEE 1284. Voor de interface is een aan IEEE 1284 voldoende kabel vereist die wordt aangesloten op de achterkant van de printer en de computer (zie figuur 1-1).
VOORZICHTIG Het is niet toegestaan om de printerinterfacekabel op de printer en/of de computer aan te sluiten terwijl de apparatuur aan staat. Het aansluiten van de printerinterfacekabel terwijl de apparatuur aan staat, kan tot beschadiging leiden.
Aansluiting
36-pennen DDK 57LE-40360-730B (D29) vrouwelijke aansluiting of gelijkwaardige aansluiting
Kabel
Afgeschermd-type bi-directionele parallel interfacekabel Voor de beste resultaten gebruikt u een printerinterfacekabel die voldoet aan IEEE 1284.
18 |
1 |
36 |
19 |
3
OM TE BEGINNEN
Aansluiten
1.Zorg dat de printer en de computer uit staan.
2.Sluit het ene uiteinde van de kabel aan op de printer en het andere uiteinde op de parallelle aansluiting van de computer.
Figuur 1-1. De printerinterfacekabel aansluiten
OPMERKING Voor de beste prestaties moet een afgeschermde kabel gebruikt worden.
Voor de technische gegevens van de parallelle interface van uw computer, raadpleegt u de gebruiksaanwijzing.
De data worden door de printer op hoge snelheid in twee richtingen verstuurd en ontvangen. Sommige switchboxen bieden geen ondersteuning voor tweerichtingscommunicatie van data op hoge snelheid en het gebruik ervan kan tot afdrukfouten leiden.
Raadpleeg een erkende Sharp dealer voor verdere details over de specificaties van de parallelle interface van de printer.
Netwerkinterface
De printer kan eveneens op een netwerk worden aangesloten d.m.v. een optionele netwerkinterfacekaart (Print Server Card) die door een erkende Sharp dealer geleverd kan worden. Voor verdere informatie over de netwerkinterface, raadpleegt u de gebruiksaanwijzing van de netwerkinterfacekaart.
Voor extra netwerk-hulpprogramma’s, leest u de losse aanvullende gebruiksaanwijzing.
4
Hoofdstuk 2 Vanaf een computer afdrukken
Inleiding
Voor gebruik van de printer voor het afdrukken van documenten vanaf uw PC of netwerkcomputer is installatie van een printerdriver nodig. In dit hoofdstuk worden de bij de printer geleverde printerdrivers beschreven. De geboden informatie omvat o.a.:
∙Volledige beschrijvingen van alle geleverde printerdrivers, met inbegrip van een tabel met de functies van iedere printerdriver
∙Gedetailleerde informatie over het selecteren en installeren van printerdrivers
Printerdrivers voor de AR-PB2
Samen met de printer worden de volgende diskettes geleverd. Zie tabel 2-1 om na te gaan welke printerdriver of printerdrivers geschikt zijn voor het door u gebruikte besturingssysteem.
1.Windows PostScript® printerdriver (SHARP AR-PB2 PS) voor Windows 3.1x/Windows 95/Windows 98 en voor Sharp bestemde PostScript® PPD (SHARP AR-PB2 PS PPD) voor Windows 95/Windows 98 (nr. 1 in tabel 2-1)
2.Windows PostScript® printerdriver (SHARP AR-PB2 PS) en voor Sharp bestemde PostScript® PPD (SHARP AR-PB2 PS PPD) voor Windows NT 4.0 (nr. 2 in tabel 2-1)
3.Windows PCL5e printerdriver voor Windows 3.1x/Windows 95/Windows 98 (SHARP AR-PB2 PCL5e) (nr. 3 in tabel 2-1)
4.Windows PCL5e printerdriver voor Windows NT 4.0 (SHARP AR-PB2 PCL5e) (nr. 4 in tabel 2-1)
De beste printerdriver selecteren
Raadpleeg tabel 2-1 en tabel 2-2 om de printerdriver te selecteren die het beste aan uw behoeften voldoet. Tabel 2-1 toont de printerdrivers die compatibel zijn met bepaalde besturingssystemen, bijv. WIN 3.1x of WIN 95/WIN 98. In tabel 2-2 wordt een volledig overzicht geboden van de functies van de printer en wordt aangegeven welke functies door de diverse printerdrivers ondersteund worden.
5
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
Tabel 2-1. Printerdriver-compatibiliteit
NR. |
PRINTERDRIVER |
WIN 3.1x |
WIN 95/ |
WIN NT |
|
WIN 98 |
|||||
|
|
|
|
||
1 |
Windows 3.1x/95/98 PS |
X |
X |
|
|
Windows 95/98 PPD |
|
X |
|
||
|
|
|
|||
2 |
Windows NT PS |
|
|
X |
|
Windows NT PPD |
|
|
X |
||
|
|
|
|||
3 |
Windows 3.1x/95/98 PCL5e |
X |
X |
|
|
4 |
Windows NT PCL5e |
|
|
X |
OPMERKING Gebruikers van Windows kunnen maximale functionaliteit en een betere afdrukkwaliteit bereiken door de Windows PostScript® printerdriver te installeren. De Windows PCL5e printerdriver biedt daarentegen de beste afdruksnelheid.
Tabel 2-2. Printerdriver-functies
|
Functies |
|
PCL5e |
Windows |
PPD |
|
|
PostScript® |
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Uitvoerkwaliteit |
|
|
Goed |
Best |
Best |
Afdruksnelheid |
|
|
Best |
Goed |
Goed |
|
|
|
|
|
|
Algemeen |
Kopieën |
|
Ja |
Ja |
Ja |
|
Afdrukstand |
|
Ja |
Ja |
Ja |
|
Omgekeerde volgorde |
Ja |
Ja |
Ja |
|
|
Dubbelzijdig |
|
Ja |
Ja |
Ja |
|
Inbindkant |
|
Links / Boven / |
Links / Boven / |
Lang / Kort |
|
|
Rechts |
Rechts |
||
|
|
|
|
||
|
X-pagina’s- |
Aantal |
n.v.t. |
2/4/6/8/9/16 |
2/4* |
|
op-1-vel |
Volgorde |
n.v.t. |
Vast |
Vast |
|
|
||||
|
|
Rand |
n.v.t. |
Ja |
Ja |
|
Boek |
|
Ja |
Ja |
n.v.t. |
Papierinvoer |
Papierformaat |
|
Ja |
Ja |
Ja |
|
Extra papierformaat |
Ja (1 formaat) |
Ja (7 formaten)** |
Ja (3 formaten)** |
|
|
Bronkeuze |
|
Ja |
Ja |
Ja |
|
Transparant- |
Blanco |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
|
insteekvellen |
Bedrukt |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
Papieruitvoer |
Uitvoerlade-keuze |
Ja |
Ja |
Ja |
|
|
Beeld omhoog/omlaag |
Ja |
Ja |
Ja |
|
|
Nieten |
|
Ja |
Ja |
Ja |
*Onder Windows NT 4.0 is de X-pagina’s-op-1-vel printerfunctie niet beschikbaar met de PPD printerdriver.
**Onder Windows NT 4.0 is de Extra papierformaat printerfunctie niet beschikbaar.
6
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
Tabel 2-2. Printerdriver-functies (vervolg)
|
Functies |
PCL5e |
Windows |
PPD |
|
PostScript® |
|||
|
|
|
|
|
Grafisch |
Resolutie-instelling |
600/300 |
600/300 |
600/300 |
|
Halftoon-instelling |
n.v.t. |
Ja |
Ja |
|
Grafische functie |
Ja |
n.v.t. |
n.v.t. |
|
Kwaliteitsverbetering* |
Ja |
Ja |
Ja |
|
Tonerbesparing* |
Ja |
Ja |
Ja |
|
Negatiefbeeld |
n.v.t. |
Ja |
Ja |
|
Spiegelbeeld |
n.v.t. |
Horizontaal/ |
Horizontaal |
|
verticaal |
|||
|
|
|
|
|
|
Zoom |
n.v.t. |
n.v.t. |
Ja |
|
Aanpassen pagina |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
Lettertype |
Lettertype-instelling |
Ja |
Ja |
Ja |
|
Resident lettertype |
Ja |
Ja |
Ja |
|
|
Bitmap |
Bitmap |
Bitmap |
|
Download lettertype |
Type 1 |
Type 1 |
|
|
TrueType |
|||
|
|
TrueType |
TrueType |
|
|
|
|
||
Watermerk |
Afdrukken |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
|
Watermerk editen |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
|
Eerste pagina |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
|
Achtergrond |
Ja |
Ja |
n.v.t. |
|
Outline |
n.v.t. |
Ja |
n.v.t. |
Overige |
Configuratie-instelling |
Ja |
Ja |
Ja |
|
Formulier-overlay |
Ja |
n.v.t. |
n.v.t. |
*De kwaliteitsverbeteringen tonerbesparingsfuncties zijn niet beschikbaar met de AR-280/AR-285/AR-335 printers.
7
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
Controleren van de hardwareen softwarevereisten
U hebt de onderstaande hardware en software nodig om de printerdriver te kunnen installeren.
Computer- |
∙ IBM PC/AT of compatibele computer uitgerust met een bi-directionele, parallel |
||
type |
interface |
|
|
Besturings- |
∙ Windows 3.1x, Windows 95, Windows 98, Windows NT 4.0 |
||
systeem |
|||
|
|
||
Centrale |
∙ Windows 3.1x/Windows 95:486SX of beter |
||
verwerkings- |
∙ Windows 98: |
486DX/66 MHz of beter |
|
eenheid |
|
(Pentium of beter wordt aanbevolen.) |
|
(CPU) |
∙ Windows NT 4.0: |
486/25 MHz of beter |
|
RAM |
∙ Windows 3.1x/Windows 95:8 mb of meer (12 mb of meer wordt aanbevolen.) |
||
|
∙ Windows 98: |
16 mb of meer (32 mb of meer wordt aanbevolen.) |
|
|
∙ Windows NT 4.0: |
16 mb of meer |
|
|
|
|
Printerdrivers installeren
Voor de communicatie tussen het besturingssysteem van de computer en de printer is het laden van een compatibele printerdriver vereist.
In de volgende procedures wordt het installeren van de bijgeleverde printerdrivers beschreven. Voor het installeren van meerdere Windows printerdrivers voor Windows moet de installatieprocedure voor iedere printerdriver worden uitgevoerd.
Voor installatie vanaf de PRINTER UTILITIES CD-ROM, leest u de losse aanvullende gebruiksaanwijzing.
OPMERKING Alvorens een printerdriver te installeren, leest u eerst het “Leesmij”-bestand met de laatste informatie.
Windows 95 met Plug-en-Play (alleen parallelle aansluitingen)
Wanneer u Windows 95 met Plug-en-Play* gebruikt, volgt u de onderstaande procedure.
*Plug-en-Play kan alleen gebruikt worden als zowel de computer als de randapparatuur zijn uitgerust met een parallelle interface die voldoet aan IEEE 1284.
1.Zorg ervoor dat de printerkabel is aangesloten tussen uw computer en de printer, en schakel vervolgens de printer in.
2.Start Windows op uw computer.
OPMERKING Alvorens de printerdriver te installeren, sluit u alle andere programma’s af.
8
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
∙Wanneer u Windows 95 gebruikt op een personal computer met Plug-en-Play, zal het ‘Wizard Apparaatstuurprogramma bijwerken’ dialoogvenster verschijnen. Wanneer het ‘Nieuwe hardware gevonden’ dialoogvenster verschijnt, volgt u de onderstaande procedure.
Klik op de ‘Stuurprogramma op diskette van hardwarefabrikant’ knop en klik vervolgens op de ‘OK’ knop.
Wanneer het ‘Installeren vanaf diskette’ dialoogvenster verschijnt, steekt u de gewenste diskette in het diskettestation. Typ A:\ (in geval het diskettestation is aangewezen als station A) en klik op de ‘OK’ knop.
Ga verder met stap 4.
∙Wanneer zowel het ‘Wizard Apparaatstuurprogramma bijwerken’ dialoogvenster als het ‘Nieuwe hardware gevonden’ dialoogvenster niet verschijnen, volgt u de procedure voor
Windows 95/Windows 98 zonder Plug-en-Play.
3.Steek de gewenste diskette in het diskettestation en klik op de ‘Volgende’ knop.
4.Markeer de gewenste printerdriver en klik op de ‘Volgende’ knop om verder te gaan.
5.Zorg ervoor dat ‘Ja’ is aangekruist om de printer als de standaardprinter te gebruiken. Klik op de ‘Volgende’ knop.
6.Volg de instructies op het scherm om de bijgeleverde printerdriver te installeren.
OPMERKING Door in stap 4 hierboven ‘SHARP AR-PB2 PS’ (de PostScript® printerdriver) te selecteren, krijgt u normaal gesproken de hoogste afdrukkwaliteit en wordt het grootste aantal printerfuncties ondersteunt. Als alternatief kunt u de SHARP AR-PB2 PS PPD (voor Sharp bestemde PostScript® PPD) of de SHARP AR-PB2 PCL5e printerdriver selecteren.
Windows 98 met Plug-en-Play (alleen parallelle aansluitingen)
Wanneer u Windows 98 met Plug-en-Play* gebruikt, volgt u de onderstaande procedure.
*Plug-en-Play kan alleen gebruikt worden als zowel de computer als de randapparatuur zijn uitgerust met een parallelle interface die voldoet aan IEEE 1284.
1.Zorg ervoor dat de printerkabel is aangesloten tussen uw computer en de printer, en schakel vervolgens de printer in.
2.Start Windows op uw computer.
OPMERKING Alvorens de printerdriver te installeren, sluit u alle andere programma’s af.
∙Wanneer u Windows 98 gebruikt op een personal computer met Plug-en-Play, zal het ‘Wizard Nieuwe hardware’ dialoogvenster verschijnen. Wanneer het ‘Wizard Nieuwe hardware’ dialoogvenster niet verschijnt, volgt u de procedure voor Windows 95/Windows 98 zonder Plug-en-Play.
9
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
3.Klik op de ‘Volgende’ knop.
4.Zorg ervoor dat ‘Zoek het beste stuurprogramma voor uw apparaat’ is geselecteerd en klik op de ‘Volgende’ knop.
5.Steek de gewenste diskette in het diskettestation en klik op de ‘Volgende’ knop.
6.Markeer de gewenste printerdriver en klik op de ‘Volgende’ knop om verder te gaan.
7.Zorg ervoor dat ‘Ja’ is aangekruist om de printer als de standaardprinter te gebruiken. Klik op de ‘Volgende’ knop.
8.Volg de instructies op het scherm om de bijgeleverde printerdriver te installeren.
OPMERKING Door in stap 6 hierboven ‘SHARP AR-PB2 PS’ (de PostScript® printerdriver) te selecteren, krijgt u normaal gesproken de hoogste afdrukkwaliteit en wordt het grootste aantal printerfuncties ondersteunt. Als alternatief kunt u de SHARP AR-PB2 PS PPD (voor Sharp bestemde PostScript® PPD) of de SHARP AR-PB2 PCL5e printerdriver selecteren.
Windows 95/Windows 98 zonder Plug-en-Play
1.Zorg ervoor dat de printerkabel is aangesloten tussen uw computer en de printer, en schakel vervolgens de computer in.
2.In Windows 95/Windows 98, markeer in het menu Start de optie ‘Instellingen’ en markeer en klik vervolgens op ‘Printers’.
3.Selecteer in het venster Printers de optie ‘Printer toevoegen’ om de Wizard printer toevoegen uit te voeren. Klik vervolgens op ‘Volgende’.
4.Als Windows 95/Windows 98 voor een netwerk geconfigureerd is, is het wellicht nodig om ‘Lokale printer’ of ‘Netwerkprinter’ te selecteren. Selecteer de gewenste optie en klik op ‘Volgende’ om verder te gaan.
5.Als ‘Netwerkprinter’ is geselecteerd, geeft u het gewenste Netwerkpad of Naam van afdrukwachtrij aan en klikt u op ‘Volgende’.
6.Het installatievenster verschijnt met een lijst van printermodellen en fabrikanten. Klik op de knop ‘Diskette’.
7.Steek de gewenste diskette in het diskettestation. Selecteer het gewenste diskettestation en klik op de ‘OK’ knop. Markeer de gewenste printerdriver en klik op ‘Volgende’ om verder te gaan.
8.Als in stap 4 hierboven ‘Lokale printer’ werd geselecteerd, zal het installatievenster een lijst met bruikbare poorten afbeelden. Selecteer de juiste poort, meestal voor lokale printers LPT1, en klik op ‘Volgende’.
9.Zorg ervoor dat ‘Ja’ is aangekruist om de printer als de standaardprinter te gebruiken. Klik op de ‘Volgende’ knop.
∙ Controleer op dit moment dat de printer is ingeschakeld en op uw computer is aangesloten.
10.Volg de instructies op het scherm om de bijgeleverde printerdriver te installeren.
OPMERKING Door in stap 7 hierboven ‘SHARP AR-PB2 PS’ (de PostScript® printerdriver) te selecteren, krijgt u normaal gesproken de hoogste afdrukkwaliteit en wordt het grootste aantal printerfuncties ondersteunt. Als alternatief kunt u de SHARP AR-PB2 PS PPD (voor Sharp bestemde PostScript® PPD) of de SHARP AR-PB2 PCL5e printerdriver selecteren.
10
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
Windows 3.1x
1.Zorg ervoor dat de printerkabel is aangesloten tussen uw computer en de printer, en schakel vervolgens de computer in.
2.Dubbelklik in het ‘Hoofdmenu’ van Programmabeheer op ‘Configuratiescherm’.
3.Dubbelklik in het Configuratiescherm op ‘Printers’.
4.Klik op ‘Toevoegen’ en vervolgens op ‘Niet afgebeelde of nieuwe printer installeren’.
5.Klik op ‘Installeren’.
6.Plaats de gewenste diskette in het diskettestation, selecteer het station en klik op de ‘OK’ knop. Selecteer vervolgens de gewenste printerdriver.
7.Volg de instructies op het scherm om de bijgeleverde printerdriver te installeren.
OPMERKING Door in stap 6 hierboven ‘SHARP AR-PB2 PS’ (de PostScript® printerdriver) te selecteren, krijgt u normaal gesproken de hoogste afdrukkwaliteit en wordt het grootste aantal printerfuncties ondersteunt. Als alternatief kunt u de SHARP AR-PB2 PCL5e printerdriver selecteren. De SHARP AR-PB2 PS PPD (voor Sharp bestemde PostScript® PPD) printerdriver kan niet worden gebruikt onder Windows 3.1x.
Windows NT 4.0
1.Zorg ervoor dat de printerkabel is aangesloten tussen uw computer en de printer, en schakel vervolgens de computer in.
2.Markeer in het menu Start de optie ‘Instellingen’, en markeer en klik vervolgens op ‘Printers’.
3.Selecteer in het venster Printers de optie ‘Printer toevoegen’ om de Wizard printer toevoegen uit te voeren.
4.Selecteer ‘Deze computer’ of ‘Netwerkafdrukserver’ en klik vervolgens op ‘Volgende’.
5.Volg de instructies op het scherm om de bijgeleverde printerdriver te installeren.
OPMERKING Door in stap 5 hierboven ‘SHARP AR-PB2 PS’ (de PostScript® printerdriver) te selecteren, krijgt u normaal gesproken de hoogste afdrukkwaliteit en wordt het grootste aantal printerfuncties ondersteunt. Als alternatief kunt u de SHARP AR-PB2 PS PPD (voor Sharp bestemde PostScript® PPD) of de SHARP AR-PB2 PCL5e printerdriver selecteren.
Installeren van residente lettertypen informatie (alleen PPD voor Windows 95/Windows 98)
Wanneer u de PPD printerdriver voor Windows 95/Windows 98 hebt geïnstalleerd, installeert u de residente lettertypen informatie door de onderstaande procedure te volgen.
OPMERKINGEN Alvorens de residente lettertypen informatie te installeren, zorgt u ervoor dat de printerdriver is geïnstalleerd.
Wanneer u de residente lettertypen informatie installeert, zorgt u ervoor alle andere programma’s af te sluiten.
Wanneer u de poort van de printer hebt veranderd vanuit Eigenschappen van de printerdriver wanneer de printer wordt gebruikt als een Netwerkprinter, moet u de residente lettertypen informatie opnieuw installeren.
Wanneer printer residente lettertypen niet vanuit de programmasoftware kan worden aangewezen, is de residente lettertypen informatie niet geïnstalleerd of is de informatie onjuist. In dat geval moet u de residente lettertypen informatie opnieuw installeren.
11
VANAF EEN COMPUTER AFDRUKKEN
1.Zorg ervoor dat de printerkabel is aangesloten tussen uw computer en de printer, en schakel vervolgens de computer in.
2.Steek de printerdriver-diskette voor de PPD printerdriver voor Windows 95/Windows 98 in het diskettestation.
3.In Windows 95/Windows 98, selecteer in het menu Start de optie ‘Uitvoeren’.
4.Typ A:\PFMSETUP (in geval het diskettestation is aangewezen als station A) en klik op de ‘OK’ knop.
5.Volg de instructies op het scherm om de residente lettertypen informatie te installeren.
6.Nadat het installeren klaar is, start u Windows opnieuw op.
Vanaf de computer een testpagina afdrukken
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u vanaf de computer een testpagina afdrukt. Door het afdrukken van een testpagina wordt gecontroleerd of de printer en de computer correct zijn aangesloten.
Windows 95, Windows 98 of Windows NT 4.0
OPMERKING Gebruikers met Windows 95, Window 98 of Windows NT 4.0 worden tijdens het installeren van de geselecteerde printerdriver(s) gevraagd om een testpagina af te drukken. Daarnaast kunnen de onderstaande procedures gevolgd worden.
1.Installeer indien nodig de gewenste printerdriver(s). Zie ‘Printerdrivers installeren’ voor gedetailleerde instructies.
2.Klik in het bureaublad van Windows op ‘Start’.
3.Markeer ‘Instellingen’ en klik vervolgens op ‘Printers’.
4.Klik met de rechter muisknop op het pictogram van de Sharp printer en klik vervolgens op ‘Eigenschappen’.
5.Klik op ‘Testpagina afdrukken’.
6.Volg de instructies op het scherm om het afdrukken van de testpagina te voltooien.
Windows 3.1x
1.Installeer indien nodig de gewenste printerdriver(s). Zie ‘Printerdrivers installeren’ voor gedetailleerde instructies.
2.Druk een pagina of een document van een geïnstalleerd tekstbewerkingsprogramma, zoals Notepad, af om de printer te testen.
OPMERKING Zie hoofdstuk 4 Het bedieningspaneel om te controleren of de printer ON-LINE is en klaar is om een document af te drukken.
12