MODEL
AR-281
AR-286
AR-336
DIGITAAL KOPIEERAPPARAAT
GEBRUIKSAANWIJZING
|
∙ ALVORENS TE |
Bladzijde |
|
|
|
|
KOPIËREN |
1-1 |
|
∙ KOPIËREN |
2-1 |
|
∙ SPECIALE FUNCTIES |
3-1 |
|
∙ VERBRUIKSMATERIALEN |
4-1 |
|
∙ IN GEVAL VAN |
|
AR-281 |
STORINGEN |
5-1 |
|
∙ ALGEMENE |
|
|
INFORMATIE |
6-1 |
|
∙ LOS VERKRIJGBARE |
|
|
ACCESSOIRES |
7-1 |
|
∙ KEY-OPERATOR |
|
|
HANDLEIDING |
8-1 |
AR-286/AR-336
Waarschuwing:
Dit is een product van de A-klasse. In een huiselijke omgeving kan dit product radiostoringen veroorzaken. In dit geval moet de gebruiker eventueel overeenkomstige maatregelen treffen.
Bij de modellen voor sommige landen zijn de posities van de netschakelaar (POWER) aangegeven met “I” en “ ” in plaats van “ON” en “OFF”.
Het “ ” symbool bij de netschakelaar betekent dat het kopieerapparaat standby staat en niet volledig van het lichtnet is losgekoppeld.
Indien de netschakelaar van deze opschriften is voorzien, dient u “I” voor “ON” en
“” voor “OFF” te lezen.
LET OP:
Trek de stekker uit het stopcontact om het kopieerapparaat volledig van het lichtnet los te koppelen.
Het CE-kenteken etiket is op een apparaat bevestigd voor het geval dat de bovenstaand beschreven richtlijn op het produkt van toepassing is. (Deze zin is niet van toepassing in landen waar de bovenstaande richtlijnen niet vereist worden.)
Let op!
Het stopcontact moet zich dicht bij het kopieerapparaat bevinden en gemakkelijk bereikbaar zijn.
INHOUDSOPGAVE
Blz.
● INLEIDING ........................ |
2 |
●GEBRUIK VAN DEZE GEBRUIKSAANWIJZING .............. 2
HOOFDSTUK 1 ALVORENS TE KOPIËREN
● INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN ....... |
1-2 |
● VOORZORGSMAATREGELEN ........ |
1-3 |
● INEN UITSCHAKELEN ............. |
1-5 |
Energiebesparingsfuncties ............ |
1-6 |
● INFORMATIEFUNCTIE .............. |
1-7 |
● GEBRUIK VAN DE INTERACTIEVE |
|
DISPLAY......................... |
1-8 |
Hoe de interactieve display te gebruiken .. |
1-8 |
Kiezen van functie .................. |
1-8 |
Iconen van de instelbare functies ....... |
1-9 |
HOOFDSTUK 4 |
Blz. |
|
|
VERBRUIKSMATERIALEN |
|
● KOPIEERPAPIER .................. |
4-2 |
Type en formaat kopieerpapier ......... |
4-2 |
Kopieerpapier bijvullen ............... |
4-2 |
● TONER BIJVULLEN ................ |
4-5 |
● AFVALTONER WEGGOOIEN ......... |
4-7 |
● OPSLAG VAN VERBRUIKSMATERIALEN |
4-8 |
HOOFDSTUK 5
IN GEVAL VAN STORINGEN
● OPHEFFEN VAN PAPIERSTORINGEN .. 5-2
● |
ONDERHOUD VEREIST ............ |
5-11 |
● |
OPHEFFEN VAN STORINGEN ....... |
5-12 |
HOOFDSTUK 6 ALGEMENE INFORMATIE
HOOFDSTUK 2
KOPIËREN
● ACCOUNTREGELING ............... |
2-2 |
● GEBRUIK VAN DE SPF/RADF ......... |
2-3 |
● KOPIËREN VANAF DE GLASPLAAT .... |
2-8 |
● VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM .... |
2-11 |
● SPECIAAL PAPIER (handinvoer) ...... |
2-14 |
Dubbelzijdig kopiëren met behulp van de |
|
handinvoer ...................... |
2-15 |
● AFSTELLEN VAN DE BELICHTING .... |
2-16 |
● SORTEREN/GROEPEREN .......... |
2-17 |
● WERKPROGRAMMA’S ............. |
2-18 |
●ONDERBREKEN VAN EEN KOPIEEROPDRACHT .............. 2-20
HOOFDSTUK 3
SPECIALE FUNCTIES
● X-Y ZOOM ....................... |
3-2 |
● KANTLIJNVERSCHUIVING ........... |
3-4 |
● WISSEN ......................... |
3-6 |
● BOEKKOPIE ...................... |
3-8 |
● MULTISHOT ..................... |
3-10 |
● OMSLAGEN ..................... |
3-13 |
● TRANSPARANT-INSTEEKVELLEN .... 3-15 |
|
● INBINDKOPIE .................... |
3-17 |
● BEELDBEWERKINGSFUNCTIES ...... |
3-20 |
Centreren ....................... |
3-20 |
Kopieherhaling.................... |
3-22 |
Zwart-wit omkeer .................. |
3-25 |
Inbinden veranderen ............... |
3-27 |
● TEKSTSTEMPEL ................. |
3-30 |
Datum .......................... |
3-30 |
Stempel kiezen ................... |
3-33 |
Watermerk ...................... |
3-36 |
Paginanummer ................... |
3-39 |
● CONTROLEREN |
|
KOPIEERINSTELLINGEN ........... |
3-42 |
● NAAM EN FUNCTIE VAN DE |
|
ONDERDELEN .................... |
6-2 |
Buitenzijde ....................... |
6-2 |
Binnenzijde ....................... |
6-3 |
Bedieningspaneel .................. |
6-4 |
Interactieve display (Basisscherm) ...... |
6-5 |
●ONDERHOUD DOOR DE GEBRUIKER .. 6-6
●CONTRASTREGELING VAN DE
INTERACTIEVE DISPLAY ............ |
6-7 |
● TECHNISCHE GEGEVENS ........... |
6-8 |
HOOFDSTUK 7
LOS VERKRIJGBARE
ACCESSOIRES
● KOPIEERSYSTEEM ................ |
7-2 |
● AFWERKEENHEID (AR-FN1N) ........ |
7-3 |
● AFWERKEENHEID (AR-FN2) ........ |
7-19 |
● GROTE PAPIERLADE (AR-LC1) ...... |
7-30 |
● ONDERKAST/500-VEL PAPIERLADE |
|
(AR-DE1N) ...................... |
7-34 |
● 2-LADEN UITVOEREENHEID (AR-TR1) . 7-37
HOOFDSTUK 8 KEY-OPERATOR HANDLEIDING
●KEY-OPERATOR-CODENUMMER ..... 8-2 Registreren van het key-operator-
codenummer ...................... |
8-2 |
●KEY-OPERATOR-PROGRAMMA’S ..... 8-4 Gebruik van de key-operator-
|
programma’s ...................... |
8-7 |
● |
INFORMEER KEY-OPERATOR ....... |
8-28 |
● |
KEY-OPERATOR-CODENUMMER: |
|
|
FABRIEKSINSTELLING ............. |
8-29 |
8HOOFDSTUK 7HOOFDSTUK 6HOOFDSTUK 5HOOFDSTUK 4HOOFDSTUK 3HOOFDSTUK 2HOOFDSTUK 1HOOFDSTUK
1
INLEIDING
De AR-281, AR-286 en AR-336 kopieerapparaten zijn digitale beeldbeweringskopieerapparaten die een hoge productiviteit en vele handige gebruiksmogelijkheden, waaronder intelligente beeldbewerkingsfuncties, bieden. De vele handige gebruiksmogelijkheden en functies omvatten onder andere de origineelinvoer*; verschillende speciale functies, zoals boekkopie, kantlijnverschuiving, wissen, X-Y zoom en zwart-wit omkeer; twee fotokopieerfuncties en een ingebouwde accountteller. Wanneer een origineelinvoer wordt gebruikt in samenwerking met het digitale verwerkingssysteem van het kopieerapparaat, kunnen meervoudige setjes kopieën worden gesorteerd zonder de hulp van een sorteereenheid. Deze kopieerapparaten kunnen worden uitgerust met een los verkrijgbare grote papierlade die 3000 vellen kopieerpapier kan bevatten. Deze kopieerapparaten kunnen tevens worden uitgerust met een los verkrijgbare afwerkeenheid voor het maken van kant-en-klare setjes kopieën om uit te delen.
Deze kopieerapparaten werden tevens ontworpen met het oog op gebruiksvriendelijkheid. Het gemakkelijk te begrijpen bedieningspaneel voorzien van een interactief display, en de INFORMATIEfunctie begeleiden de gebruiker bij de meeste bedieningen. Om echter alle gebruiksmogelijkheden van deze kopieerapparaten optimaal te kunnen benutten, wordt de gebruiker aanbevolen eerst deze gebruiksaanwijzing te lezen om vertrouwd te raken met alle gebruiksmogelijkheden van deze kopieerapparaten.
* De AR-281 is uitgerust met een eenmalig-doorvoerende origineelinvoer (SPF) en de AR-286 en AR-336 zijn uitgerust met een zelf-omkerende automatische origineelinvoer (RADF).
OPMERKINGEN:
●Deze gebruiksaanwijzing beschrijft alleen de gebruiksmogelijkheden in de kopieerapparaat-modus. Voor een beschrijving van de van de gebruiksmogelijkheden in de los verkrijgbare printer-modus, raadpleegt u de betreffende afzonderlijke gebruiksaanwijzing.
●De afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing zijn hoofdzakelijk getekend voor de AR-281. Merk op dat de AR-281 niet alle functies van de AR-286 en AR-336 bezit.
GEBRUIK VAN DEZE
GEBRUIKSAANWIJZING
Deze gebruiksaanwijzing is bestemd als een handleiding bij de bediening van deze kopieerapparaten door zowel algemene gebruikers als hoofdbedieningspersonen (key-operators).
Voor algemene gebruikers
Het verdient aanbeveling eerst de hoofdstukken ALVORENS TE KOPIËREN, KOPIËREN en SPECIALE FUNCTIES door te lezen om vertrouwd te raken met de verschillende gebruiksmogelijkheden en functies van uw kopieerapparaat. Vervolgens kunt u deze gebruiksaanwijzing al naar gelang noodzakelijk raadplegen om in detail vertrouwd te raken met de gebruiksmogelijkheden die u regelmatig gebruikt.
Voor key-operators
Lees a.u.b. de gebruiksaanwijzing volledig door zodat u in detail vertrouwd raakt met alle gebruiksmogelijkheden en functies van uw kopieerapparaat. Informatie van belang voor de key-operator wordt in deze gebruiksaanwijzing aangegeven met “ KEY-OPERATOR”. Lees deze opmerkingen a.u.b. zorgvuldig door alsmede de hoofdstukken VERBRUIKSMATERIALEN, IN GEVAL VAN STORINGEN, ALGEMENE INFORMATIE en LOS VERKRIJGBARE ACCESSOIRES, zodat een probleemloos en efficiënt gebruik van het kopieerapparaat wordt verkregen.
Het hoofdstuk KEY-OPERATOR HANDLEIDING is speciaal voor u geschreven. Dit hoofdstuk bevat de programma’s en de programma-informatie die u in staat stellen de functies optimaal in te stellen overeenkomstig de specifieke omstandigheden in uw bedrijf.
2
1HOOFDSTUK
HOOFDSTUK 1
ALVORENS TE KOPIËREN
Dit hoofdstuk beschrijft de basisbediening van dit kopieerapparaat.
|
Blz. |
● INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN ...................... |
1-2 |
● VOORZORGSMAATREGELEN ........................ |
1-3 |
● INEN UITSCHAKELEN ............................ |
1-5 |
Energiebesparingsfuncties ........................... |
1-6 |
● INFORMATIEFUNCTIE .............................. |
1-7 |
● GEBRUIK VAN DE INTERACTIEVE DISPLAY ............. |
1-8 |
Hoe de interactieve display te gebruiken .................. |
1-8 |
Kiezen van functie ................................. |
1-8 |
Iconen van de instelbare functies ....................... |
1-9 |
1-1
Installatievoorschriften KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN
Voor een veilig en juist gebruik van het kopieerapparaat dienen de volgende punten in acht genomen te worden alvorens het kopieerapparaat voor het eerst te installeren en later te verplaatsen.
1.Het kopieerapparaat dient in de nabijheid van een goed bereikbaar
stopcontact geplaatst te worden voor gemakkelijke aansluiting.
2. Verzekert u ervan dat het netsnoer uitsluitend aangesloten wordt op een stopcontact dat voldoet aan de vereisten betreffende de voorgeschreven stroomspanning en stroomsterkte.
Verzekert u er tevens van dat het stopcontact goed geaard is.
●Voor de stroomvoorzieningsvereisten van dit kopieerapparaat raadpleegt u het identificatieplaatje op de linker zijkant, langs de
achterrand van het kopieerapparaat.
3. Installeer het kopieerapparaat niet op plaatsen die:
●nat of vochtig zijn,
●blootgesteld zijn aan direct zonlicht,
● buitengewoon stoffig zijn,
●slecht geventileerd zijn,
●blootgesteld zijn aan extreme schommelingen in temperatuur of luchtvochtigheid (bijvoorbeeld in de buurt van een airconditioner of verwarming).
4.Aangezien een harde schijf in het kopieerapparaat is ingebouwd dient u ervoor te zorgen dat het kopieerapparaat op een stevige en horizontale plaats wordt geïnstalleerd. Kies een plaats waar het kopieerapparaat niet aan trillingen wordt blootgesteld.
5. Verzekert u ervan dat de vereiste vrije ruimte rondom het kopieerapparaat |
|
|
wordt vrijgelaten voor onderhoudswerkzaamheden en een goede |
30 cm |
|
ventilatie. |
||
|
||
60 cm |
30 cm |
60 cm
1-2
VOORZORGSMAATREGELEN
1.Raak de fotogeleidende drum niet aan. Krassen en vegen op de drum resulteren in vieze kopieën.
2.De fuseereenheid is buitengewoon heet. Wees voorzichtig op deze plaats.
3.Aangezien een harde schijf in het kopieerapparaat is ingebouwd dient u erop te letten de hoofdschakelaar in de uit-stand te zettcn wanneer u het kopieerapparaat verplaatst.
Zorg ervoor dat u het kopieerapparaat niet blootstelt aan trillingen of schokken.
Fuseereenheid
Fotogeleidende drum
4.Kijk niet rechtstreeks in de lichtbron. Hierdoor kunnen uw ogen beschadigd worden.
5.De los verkrijgbare onderkast/500-vel papierlade is uitgerust met vier vergrendelvoetjes.
Wanneer u het kopieerapparaat met de los verkrijgbare onderkast/ 500-vel papierlade verplaatst, vergeet u niet de vergrendelvoetjes omhoog te draaien alvorens het kopieerapparaat te verplaatsen. Na het verplaatsen van het kopieerapparaat draait u de vier vergrendelvoetjes omlaag totdat deze de grond raken en vergrendelt u de twee rolvoetjes aan de voorkant om het kopieerapparaat op zijn plaats vast te zetten.
6.Wanneer het kopiëren wordt onderbroken (bijvoorbeeld doordat de onderbrekingsfunctie wordt gebruikt, kopieerpapier of toner is opgeraakt, een papierstoring is opgetreden, enz.), zal dit kopieerapparaat de beeldgegevens van de originelen die voor de onderbreking werden gelezen opslaan. Wanneer het kopiëren van geheime documenten wordt onderbroken door een van de
bovenstaande redenen, zorgt u ervoor het kopiëren voort te zetten door op de START-toets () te drukken, of de beeldgegevens te wissen door op de TERUGSTEL-toets ( CA ) te drukken nadat het onderbrekend kopiëren klaar is of de storing is opgeheven, omdat de opgeslagen gegevens door andere personen kunnen worden afgedrukt.
Rolvoetje
Ontgrendelen
Vergrendelen Ontgrendelen
Vergrendelen
Vergrendelvoetje
Veiligheidsoverwegingen bij de laser
Voorzorgsmaatregelen KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
Tijdenshetproductieprocesvanditapparaat is het uitgangsvermogen van de scanner afgesteld op 0,6 mW plus 13,4%. Dit wordt constant gehouden door de automatische vermogensregeling (APC).
|
+10 |
Golflengte |
785 nm –15nm |
Aantal pulsen |
(3,6 µs ±3,6 ns)/7 mm |
|
|
Uitgangsvermogen |
0,24 - 0,60 mW |
|
|
Voorzichtig
Dit apparaat bevat een laagvermogende laser. Om de veiligheid te waarborgen mag u nooit een van de afdekplaten verwijderen of toegang proberen te krijgen tot het inwendige van dit apparaat. Laat al het onderhoud en reparatie over aan vakbekwaam personeel.
1-3
Voorzorgsmaatregelen KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
VOORZORGSMAATREGELEN
|
|
|
CAUTION |
VAROITUS! |
|
|
|
|
INVISIBLE LASER RADIATION |
LAITTEEN KÄYTTÄMINEN |
|
|
|
|
WHEN OPEN AND INTERLOCKS |
MUULLA KUIN TÄSSÄ |
|
CLASS 1 LASER PRODUCT |
|
||||
|
DEFEATED. AVOID EXPOSURE |
KÄYTTÖOHJEESSA MAINITULLA |
|||
|
|
|
TO BEAM. |
TAVALLA SAATTAA ALTISTAA |
|
|
|
|
|||
|
|
|
VORSICHT |
KÄYTTÄJÄN |
|
LASER KLASSE 1 |
|
||||
|
TURVALLISUUSLUOKAN 1 |
||||
|
UNSICHTBARE |
||||
|
|
|
YLITTÄVÄLLE NÄKYMÄTTÖMÄLLE |
||
|
|
|
LASERSTRAHLUNG WENN |
||
|
|
|
LASERSÄTEILYLLE. |
||
LUOKAN 1 LASERLAITE |
|
ABDECKUNG GEÖFFNET UND |
|||
|
|
||||
|
SICHERHEITSVERRIEGELUNG |
VARNING |
|||
|
|
|
|||
|
|
|
ÜBERBRÜCKT. NICHT DEM |
OM APPARATEN ANVÄNDS PÅ |
|
|
|
|
|||
KLASS 1 LASERAPPARAT |
|
STRAHL AUSSETZEN. |
ANNAT SÄTT ÄN I DENNA |
||
|
|
BRUKSANVISNING |
|||
|
|
|
ADVARSEL |
||
|
|
|
SPECIFICERATS, KAN |
||
|
|
|
USYNLIG LASERSTRÅLNING |
||
|
|
|
ANVÄNDAREN UTSÄTTAS FÖR |
||
|
|
|
VED ÅBNING, NÅR |
||
|
|
|
OSYNLIG LASERSTRÅLNING, |
||
|
|
|
SIKKERHEDSBRYDERE ER UDE |
||
|
|
|
SOM ÖVERSKRIDER GRÄNSEN |
||
|
|
|
AF FUNKTION. UNDGÅ |
||
|
|
|
FÖR LASERKLASS 1. |
||
|
|
|
UDSAETTELSE FOR STRÅLNING. |
||
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Voor Nederland: |
|
|
|
|
|
|
|
|
VOORZICHTIG |
||
KLASSE 1 LASERAPPARAAT |
|||||
|
|
||||
|
|
|
ONZICHTBARE STRALING INDIEN GEOPEND EN INDIEN |
||
|
|
|
|||
|
|
|
TUSSENTIJDSE SCHAKELINGEN OVERBRUGD. VOORKOM |
||
|
|
|
BLOOTSTELLING AAN DE LASERSTRAAL. |
|
|
|
|
|
|
CAUTION |
AVOID EXPOSURE TO BEAM. |
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
|
|
INVISIBLE LASER RADIATION WHEN OPEN AND INTERLOCKS DEFEATED. |
|
|
||||
|
|
|
|
|
|
VORSICHT |
UNSICHTBARE LASERSTRAHLUNG WENN ABDECKUNG GEÖFFNET UND |
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
ADVARSEL |
SICHERHEITSVERRIEGELUNG ÜBERERÜCKT. NICHT DEM STRAHL AUSSETZEN. |
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
UDE AF FUNKTION. UNDGÅ UDSAETTELSE FOR STRÅLNING. |
|
|
||||||
|
|
|
|
|
|
ADVERSEL |
USYNLIG LASERSTRÅLING VED ÅBNING, NÅR SIKKERHEDSAFBRYDERE ER |
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
UNNGÅ EKSPONERING FOR STRÅLEN. |
|
|
||||||
|
|
|
|
|
|
VARNING |
|
USYNLIG LASERSTRÅLING NÅR DEKSEL ÅPNES OG SIKKERHEDSLÅS BRYTES. |
|
|
||||
|
|
|
|
|
|
OSYNLIG LASERSTRÅLNING NÄR DENNA DEL ÄR ÖPPNAD OCH SPÄRRAR ÄR |
|
|
||||||
Laserstrahl |
|
|
|
|
VARO! |
|
URKOPPLADE. STRÅLEN ÄR FARLIG. BETRAKTA EJ STRÅLEN. |
|
|
|||||
|
|
|
|
AVATTAESSA JA SUOJALUKITUS OHITETTAESSA OLET ALTTIINA NÄKYMÄTÖNTÄ |
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
LASERSÄTEILYLLE. ÄLÄ KATSO SÄTEESEEN. |
|
|
||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
CLASS 1
LASER PRODUCT
LASER KLASSE 1
1-4
INEN UITSCHAKELEN
De hoofdschakelaar bevindt zich aan de linker zijkant van het kopieerapparaat. Nadat de hoofdschakelaar in de aan-stand is gezet, wordt de mededeling “HET KOPIEERAPPARAAT WARMT OP. WACHTEN
Inschakelen |
A.U.B.” op het mededelingendisplay afgebeeld. Het opwarmen duurt |
|
|
||
|
ongeveer 65 seconden. Nadat het opwarmen voltooid is, |
zal |
|
“GEBRUIKSKLAAR.” op het mededelingendisplay worden afgebeeld |
|
|
en zal de START-indicator ( ) oplichten om aan te geven dat kopiëren |
|
|
mogelijk is. |
|
|
Wanneer de accountregeling van het kopieerapparaat in gebruik is, zal |
|
|
nadat het opwarmen voltooid is de mededeling “VOER |
UW |
ACCOUNTNUMMER IN. -----” op het mededelingendisplay worden afgebeeld. Nadat een geldig accountnummer is ingevoerd, zal kopiëren mogelijk zijn.
Uitschakelen
uitschakelen en -In KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
1-5
uitschakelen en -In KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
INEN UITSCHAKELEN
Energiebesparingsfuncties
Het kopieerapparaat heeft twee energiebesparingsfuncties waarmee u het totale energieverbruik kunt terugdringen om zodoende de operationele kosten te verlagen, verspilling van natuurlijke grondstoffen te voorkomen en de milieuverontreiniging te verminderen. De twee energiebesparingsfuncties zijn de voorverwarmingsfunctie en de automatische uitschakelfunctie.
KEY-OPERATOR
De tijdsduren waarna de energiebesparingsfuncties in werking treden zijn in de fabriek ingesteld op 15 minuten voor de voorverwarmingsfunctie en 60 minuten voor de automatische uitschakelfunctie. Deze tijdsduren kunnen worden veranderd zoals beschreven in het hoofdstuk keyoperator handleiding. Het wordt aanbevolen dat u deze tijdsduren instelt in overeenstemming met het daadwerkelijke gebruik van het kopieerapparaat.
Automatische uitschakelfunctie
Wanneer de automatische uitschakelfunctie is ingeschakeld, zal het kopieerapparaat automatisch de stroomvoorziening onderbreken zodra een ingestelde tijdsduur is verstreken zonder dat het kopieerapparaat werd bediend nadat de laatste kopie van een kopieeropdracht is gemaakt of nadat de stroom voor het eerst werd ingeschakeld. De hoofdschakelaar zal automatisch in de uit-stand worden gezet. Om de stroom weer in te schakelen, zet u de hoofdschakelaar eenvoudigweg weer in de aan-stand.
KEY-OPERATOR Zie bladzijde 8-21 voor het instellen van de tijdsduur waarna de automatische uitschakelfunctie in werking treedt. Zie bladzijde 8-26 voor het inof uitschakelen van de automatische uitschakelfunctie.
De ENERGY STAR® richtlijnen zijn alleen toegepast op de producten in Europa. De producten die voldoen aan de ENERGY STAR® richtlijnen zijn voorzien van het bovenstaand afgebeelde Energy Star logo. De producten waarop dit logo niet staat, voldoen mogelijkerwijs niet aan de ENERGY STAR® richtlijnen.
Voorverwarmingsfunctie
Het kopieerapparaat zal de voorverwarmingsfunctie oproepen nadat de ingestelde tijdsduur is verstreken zonder dat het kopieerapparaat werd bediend nadat de laatste kopie van een kopieeropdracht is gemaakt of nadat de stroom werd ingeschakeld.
Nadat het kopieerapparaat de voorverwarmingsfunctie heeft ingesteld, zal de mededeling “VOORVERWARMINGSFUNCTIE. PLAATS ORIGINELEN.” op het mededelingendisplay worden afgebeeld.
In deze toestand wordt de fuseereenheid in het kopieerapparaat op een lagere temperatuur gehouden en zodoende energie bespaard. De voorverwarmingstemperatuur is echter voldoende hoog om het kopieerapparaat bedrijfsklaar te maken of om met het kopiëren te beginnen ongeveer 30 seconden nadat op een willekeurige toets is gedrukt.
Om vanuit de voorverwarmingsfunctie te kunnen kopiëren, gebruikt u de normale bedieningsprocedure voor het maken van de gewenste kopieerinstellingen en drukt u op de START-toets ().
KEY-OPERATOR Zie bladzijde 8-22 voor informatie betreffende het instellen van de voorverwarmingsfunctie.
1-6
INFORMATIEFUNCTIE
De informatiefunctie voorziet u van een snel naslagwerk met instructies voor het gebruik van de verschillende gebruiksmogelijkheden en functies van dit kopieerapparaat. De informatiefunctie kan opgeroepen worden terwijl het kopieerapparaat in de ruststand (stand-bystand) staat.
|
4 |
INFORMATIE |
VERLATEN |
KIES INFORMATIE. |
|
KOPIEER- |
|
INFORMATIE |
|
VERLATEN |
MAKEN VAN DUBBELZIJDIGE KOPIEËN |
|
|
(DUBBELZIJDIGE |
|
|
SORTEREN |
OF |
1/5 |
NIETEN VAN |
(UITVOER) |
|
GEBRUIKEN |
|
|
(ORIGINEELINVOER) |
|
|
(KOPIEERFACTOR) |
|
|
OPSLAAN |
GEBRUIKTE |
|
|
(WERKPROGRAMMA) |
|
Druk op de INFORMATIE-toets ( ) terwijl het 1 kopieerapparaat in de ruststand staat.
● Het scherm met de informatiegroepen zal worden afgebeeld.
Druk op de “KOPIEERAPPARAAT” toets om het eerste 2 scherm met informatie-onderwerpen van het
kopieerapparaat af te beelden.
●Wanneer er nog voldoende toner is, is deze bedieningsstap niet noodzakelijk.
Kies een onderwerp waarover u informatie wilt hebben 3 door op de toets van het betreffende informatie-
onderwerp te drukken.
●Wanneer het onderwerp waarover u informatie wilt hebben niet op de interactieve display wordt afgebeeld, drukt u op de
scrolltoets () op de interactieve display totdat het onderwerp wordt afgebeeld.
●Nadat op een informatie-onderwerptoets is gedrukt, zal een beschrijving van dat onderwerp worden afgebeeld. Druk op de
scrolltoets () op de interactieve display om verdere informatie af te beelden totdat alle informatie over dat onderwerp is afgebeeld.
●Om terug te keren naar het scherm met de informatieonderwerpen, drukt u op de “INDEX” toets.
●Om de INFORMATIEfunctie te verlaten, drukt u op de “VERLATEN” toets op de interactieve display.
Informatiefunctie KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
1-7
display interactieve de van Gebruik KOPIËREN TE ALVORENS 1HOOFDSTUK
GEBRUIK VAN DE INTERACTIEVE DISPLAY
Hoe de interactieve display te gebruiken
GEBRUIKSKLAAR.
1. A4
AUTO |
100% |
BELICHTING |
KOPIEERFACTOR |
U kunt een functie die op de interactieve display wordt afgebeeld instellen of uitschakelen door met een vinger op de bijbehorende toets te drukken (d.w.z. de toets aan te raken). Nadat u op een bepaalde toets gedrukt hebt, kan dit bevestigd worden door een pieptoon (en het oplichten van de toets op de interactieve display).
KEY OPERATOR Om de pieptoon te kunnen horen, moeten de toetstonen zijn ingeschakeld met behulp van een key-operator-programma. Zie bladzijde 8-26.
Wanneer een toets grijs wordt afgebeeld, is deze toets uitgeschakeld. Nadat u op een dergelijke toets gedrukt hebt, hoort u twee korte pieptonen.
OPROEPEN
Kiezen van functie
|
OK |
|
WISSEN |
STOPPEN |
|
RANDWISSEN |
|
|
MIDDENWISSEN |
|
|
RANDWISSEN + |
|
|
MIDDENWISSEN |
|
|
GEBRUIKSKLAAR. |
|
|
SPECIALE FUNCTIES |
OK |
|
KANTLIJN- |
WISSEN |
|
VERSCHUIVING |
||
|
||
MULTISHOT |
OMSLAGEN |
|
INBINDKOPIE |
BEELDBEWERKING |
|
AUTO |
AUTO A4 |
|
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
Om de gekozen instellingen voor een functie te registreren, drukt u op de “OK” toets op het instelscherm. De oplichtende instellingen zullen als een gekozen functie worden geregistreerd.
Bepaalde speciale functies kunnen worden gekozen door op de betreffende toets op het SPECIALE FUNCTIES-scherm (blz. 3-4) of op het BEELDBEWERKING-menuscherm (blz. 3-21) te drukken om de toets te doen oplichten. Om deze functies te annuleren, drukt u nogmaals op de betreffende toets, waarna de toets niet meer zal oplichten. Deze functies zijn: boekkopie, centreren, zwart-wit omkeer en inbinden veranderen.
1-8
GEBRUIK VAN DE INTERACTIEVE DISPLAY
Iconen van de instelbare functies
1HOOFDSTUK
GEBRUIKSKLAAR.
1. A4
2. A3
GEBRUIKSKLAAR.
|
|
OK |
WISSEN |
STOPPEN |
OK |
RANDWISSEN |
|
10 mm(0~20) |
|
|
|
MIDDENWISSEN |
|
|
RANDWISSEN + |
|
|
MIDDENWISSEN |
|
|
De iconen van de gekozen speciale functies worden op het basisscherm afgebeeld. Het instelscherm van een gekozen speciale functie kan gemakkelijk worden opgeroepen door op de icoon van de speciale functie te drukken. (De hieronder afgebeelde functies waarbij *1 staat aangegeven hebben geen instelscherm dat kan worden opgeroepen.)
Wanneer meerdere speciale functies zijn gekozen, zullen maximaal zes iconen op het basisscherm worden afgebeeld.
De iconen van de instelbare functies staan hieronder aangegeven. De inhoud van de iconen waarbij *2 staat aangegeven, zal veranderen afhankelijk van gemaakte instellingen in de betreffende functie.
display interactieve de van Gebruik KOPIËREN TE ALVORENS
*2 Kantlijnverschuiving (blz. 3-4)
*2 Wissen (blz. 3-6)
*1 Boekkopie (blz. 3-8)
*2 Multishot (blz. 3-10)
*2 Omslagen (blz. 3-13)
*2 Transparant-insteekvellen (blz. 3-15)
Inbindkopie (blz. 3-17)
*1 Centreren (blz. 3-20)
*2 Kopieherhaling (blz. 3-22)
*1 Zwart-wit omkeer (blz. 3-25)
*1 Inbinden veranderen (blz. 3-27)
Datum (blz. 3-30)
Stempel kiezen (blz. 3-33)
Watermerk (blz. 3-36)
Paginanummer (blz. 3-39)
1-9
HOOFDSTUK 2
KOPIËREN
Dit hoofdstuk beschrijft de basiskopieerfuncties, zoals normaal kopiëren, verkleining/vergroting en belichtingsinstellingen.
|
Blz. |
● ACCOUNTREGELING .............................. |
2-2 |
● GEBRUIK VAN DE SPF/RADF ........................ |
2-3 |
● KOPIËREN VANAF DE GLASPLAAT ................... |
2-8 |
● VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM ................... |
2-11 |
● SPECIAAL PAPIER (handinvoer) ..................... |
2-14 |
Dubbelzijdig kopiëren met behulp van de handinvoer ........ |
2-15 |
● AFSTELLEN VAN DE BELICHTING ................... |
2-16 |
● SORTEREN/GROEPEREN .......................... |
2-17 |
● WERKPROGRAMMA’S ............................ |
2-18 |
● ONDERBREKEN VAN EEN KOPIEEROPDRACHT ........ |
2-20 |
2HOOFDSTUK
2-1
ACCOUNTREGELING
Accountregeling KOPIËREN 2HOOFDSTUK
In het geval de accountregeling van het kopieerapparaat in gebruik is, zal het kopieerapparaat pas functioneren nadat een toegewezen 5- cijferige accountnummer is ingevoerd.
KEY-OPERATOR Zie bladzijde 8-9 voor het instellen van de accountregeling.
De eerste mededeling die op het mededelingendisplay wordt afgebeeld is:
VOER UW ACCOUNTNUMMER IN. ——-
●Voer uw accountnummer in met behulp van de cijfertoetsen.
●Bij het invoeren van ieder cijfer van het accountnummer verandert een streepje op het mededelingendisplay in een sterretje.
1 |
2 |
3 |
Na het invoeren van het accountnummer zal de volgende |
|
mededeling worden afgebeeld. |
||||
|
|
|
||
4 |
5 |
6 |
ACCOUNTGEGEVENS:GEMAAKT AANTAL: 000.000 |
|
RESTEREND AANTAL: 000.000 |
||||
7 |
|
|
“RESTEREND AANTAL” zal alleen worden afgebeeld wanneer |
|
|
|
een accountlimiet is ingesteld met behulp van een key-operator- |
||
ACC.# |
|
C |
programma. |
KEY-OPERATOR Zie bladzijde 8-12 voor het instellen van een accountlimiet.
●Deze mededeling zal gedurende een paar seconden op het mededelingendisplay worden afgebeeld en vervolgens veranderen in de volgende mededeling.
GEBRUIKSKLAAR.
●Wanneermeervoudigekopieënwordengemaakt,zaldevolgende mededeling worden afgebeeld.
GEBRUIKSKLAAR.
DRUK OP [ACC.#-C] ALS U KLAAR BENT.
●In de onderbrekingsfunctie (zie bladzijde 2-20), zal in plaats van bovenstaande mededeling de volgende mededeling op het mededelingendisplay worden afgebeeld.
GEBRUIKSKLAAR. DRUK OP [ONDERBREKEN] ALS U KLAAR BENT.
OPMERKING:
Wanneer een niet-toegewezen nummer wordt ingevoerd, zal de mededeling “VOER UW ACCOUNTNUMMER IN. -----” op het mededelingendisplay worden afgebeeld, aangevende dat het ingevoerde accountnummer niet is geaccepteerd.
Wanneer het key-operator-programma voor het beveiligen van de accountnummers in gebruik is:
Wanneer driemaal achter elkaar een niet-toegewezen accountnummer wordt ingevoerd, kan gedurende één minuut geen ander accountnummer meer worden ingevoerd en zal de volgende mededeling op het mededelingendisplay worden afgebeeld.
VRAAG UW KEY-OPERATOR OM HULP A.U.B.
KEY-OPERATOR Zie bladzijde 8-13 voor het beveiligen van een accountnummer.
2-2
GEBRUIK VAN DE SPF/RADF
De SPF* (eenmalig-doorvoerende origineelinvoer) en de RADF* (zelf-omkerende automatische origineelinvoer) kunnen meervoudige originelen verwerken.
*De SPF is aangebracht op de AR-281 en de RADF is aangebracht op de AR-286 en AR-336.
●Alvorens de originelen in de origineellade van de origineelinvoer te plaatsen, zorgt u ervoor dat alle nietjes en paperclips uit de originelen verwijderd zijn.
●Beschadigde of gekreukelde originelen, of originelen die zijn gevouwen, kunnen vastlopen in de SPF/ RADF of een onjuiste origineelformaatvaststelling tot gevolg hebben. Het wordt aanbevolen dergelijke originelen eerst vanaf de glasplaat te kopiëren en de kopieën vervolgens als originelen te gebruiken.
●Wanneer u originelen invoert die voorzien zijn van dicht op elkaar geplaatste inbindgaatjes langs een zijkant, plaatst u de originelen zodanig dat de inbindgaatjes zich langs de rechterkant of langs de origineelgeleiders bevinden.
●Speciale originelen, zoals transparanten of overtrekpapier, mogen niet vanaf de SPF/RADF ingevoerd worden, maar dienen op de glasplaat geplaatst te worden.
Opmerkingen betreffende de SPF (AR-281)
●De SPF kan maximaal 30 originelen van A5-formaat tot A4-formaat of maximaal 15 originelen van B4formaat tot A3-formaat in een keer verwerken.
●Met dit model kunt u niet dubbelzijdig naar enkelzijdig of dubbelzijdig naar dubbelzijdig kopiëren.
●De originelen moeten met de te kopiëren kant naar beneden gericht in de origineellade van de origineelinvoer worden geplaatst.
●Plaats geen originelen van verschillende formaten in de origineellade van de origineelinvoer. Hierdoor kan kopiëren op verschillende formaten of een origineelstoring veroorzaakt worden.
●Dubbelzijdige kopieën kunnen niet gemaakt worden wanneer een niet-standaard papierformaat gebruikt wordt.
●Wanneer de plaatsingsrichting van de originelen en het kopieerpapier niet overeenkomen terwijl zowel de originelen als het kopieerpapier van standaard formaten zijn en de automatische papierformaatkeuzefunctie of de automatische kopieerfactorkeuzefunctie in gebruik is, zal het beeld van de originelen automatisch worden gedraaid overeenkomstig de plaatsingsrichting van het kopieerpapier. Wanneer u echter het beeld vergroot kopieert op kopieerpapier groter dan A4-formaat, zal het beeld niet worden gedraaid.
●Beeldverlies (max. 5 mm) kan optreden langs de vooren achterrand van de kopieën. Tevens kan beeldverlies (max. 5 mm totaal) optreden langs de andere randen van de kopieën.
Opmerkingen betreffende de RADF (AR-286 en AR-336)
●De RADF kan maximaal 50 originelen van A5-formaat tot A4-formaat of maximaal 30 originelen van B4formaat tot A3-formaat in een keer verwerken.
●Met dit model kunt u dubbelzijdig naar enkelzijdig of dubbelzijdig naar dubbelzijdig kopiëren.
●De originelen moeten met de te kopiëren kant naar bovengerichtindeorigineelladevandeorigineelinvoer worden geplaatst.
●Originelen van een verschillend formaat maar van dezelfde breedte kunnen in de origineellade van de origineelinvoer geplaatst worden en zullen automatisch op de respectievelijke papierformaten gekopieerd worden.
De automatische kopieerfactor-keuzefunctie zal in dit geval niet werken.
Ononderbroken-invoerfunctie
Wanneer de ononderbroken-invoerfunctie ingeschakeld is met behulp van een key-operator-programma, zal de mededeling “NIEUW
GEPLAATSTE ORIGINELEN WORDEN AUTOMATISCH AANGEVOERD EN GEKOPIEERD.” worden afgebeeld en zal de origineelinvoerindicator (alleen AR-286 en AR-336) gedurende ongeveer 5 seconden bijven knipperen nadat het invoeren van alle originelen is voltooid. Terwijl deze mededeling wordt afgebeeld zullen enige nieuwe in de origineellade van de origineelinvoer geplaatste originelen automatisch ingevoerd en gekopieerd worden.
KEY-OPERATOR Zie bladzijde 8-17 voor informatie over de ononderbroken-invoerfunctie.
SPF/RADF de van Gebruik KOPIËREN 2HOOFDSTUK
2-3
GEBRUIK VAN DE SPF/RADF
Enkelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen
SPF/RADF de van Gebruik KOPIËREN 2HOOFDSTUK
GEBRUIKSKLAAR.
(ORIGINEELINVOERFUNCTIE)
|
|
ORIGINEEL A4 |
|
1. A4 |
|
|
2. A3 |
|
AUTO |
AUTO A4 |
100% |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
KOPIEERFACTOR |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
ACC.#-C |
|
C |
|
0 |
P |
CA
C
2-4
Stel de origineelgeleiders in op de breedte van de 1 originelen en plaats de originelen met de te kopiëren kant naar beneden (AR-281) of naar boven (AR-286 en AR-336)
gericht in de origineellade van de origineelinvoer.
●Het origineelformaat zal afgebeeld worden op de interactieve display en de papierlade met het overeenkomstige papierformaat zal automatisch worden gekozen.
●Zorg ervoor enige op de glasplaat achtergebleven originelen te verwijderen alvorens de originelen in de origineellade van de origineelinvoer te plaatsen. Bij de AR-286 en AR-336 zal de origineelverklikker-indicator knipperen wanneer een origineel op de glasplaat is achtergebleven. In dit geval verwijdert u het origineel vanaf de glasplaat.
●Wanneer het benodigde papierformaat niet in een van de papierladen is bijgevuld, zal de volgende mededeling op het mededelingendisplay worden afgebeeld.
VUL FORMAAT KOPIEERPAPIER
BIJ.
Wanneer een papierlade niet op het gewenste papierformaat is ingesteld, gebruikt u de handinvoer en drukt u op de “PAPIERFORMAAT” toets op de interactieve display om de handinvoer te kiezen.
●Om op een ander papierformaat te kopiëren, drukt u op de “PAPIERFORMAAT” toets om uw keuze te maken.
Controleer dat de enkelzijdig naar enkelzijdig 2 kopieerfunctie is gekozen op de interactieve display.
●Wanneer geen icoon wordt afgebeeld op de plaats aangegeven in de afbeelding (), is de enkelzijdig naar enkelzijdig kopieerfunctie gekozen.
●Wanneer de enkelzijdig naar enkelzijdig kopieerfunctie niet is gekozen, drukt u op de DUBBELZIJDIGE KOPIEERFUNCTIE-
toets op het bedieningspaneel en drukt u vervolgens op de
enkelzijdig-naar-enkelzijdig-toets () op de interactieve display. Druk op de “OK” toets om terug te keren naar het basisscherm.
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met behulp 3 van de cijfertoetsen.
●Het aantal zal in de kopie-aantal-aanduiding op de interactieve display worden afgebeeld.
●Druk op de WIS-toets ( C ) om een verkeerd ingevoerd aantal te wissen.
●Wanneer u meerdere kopieën maakt, zullen de kopieën gesorteerd worden uitgevoerd. Om de kopieën in de GROEPERENfunctie te laten uitvoeren, drukt u op de UITVOER-toets op het bedieningspaneel en vervolgens op de “GROEPEREN” toets op de interactieve display. Zie bladzijde 2-17.
Druk op de START-toets ().
4 ● Om een kopieeropdracht definitief te stoppen, drukt u op de TERUGSTEL-toets ( CA ). Het kopiëren zal stoppen en de SPF/ RADF zal alle ingevoerde originelen uitvoeren. Tevens zal het aantal kopieën in de kopie-aantal-aanduiding op 0 worden teruggesteld.
GEBRUIK VAN DE SPF/RADF
Dubbelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen
Om met de AR-281 in de enkelzijdig naar dubbelzijdig kopieerfunctie te kunnen kopiëren moet een los verkrijgbare duplexeenheid (ARDU1) zijn aangebracht.
SPECIALE |
|
FUNCTIES |
|
DUBBELZIJDIGE |
|
KOPIEERFUNCTIE |
|
UITVOER |
|
|
AUTO |
GEBRUIKSKLAAR. |
|
(ORIGINEELINVOERFUNCTIE) |
OK |
DUBBELZ. KOPIEREN |
AUTO |
100% |
BELICHTING |
KOPIEERFACTOR |
GEBRUIKSKLAAR. (ORIGINEELINVOERFUNCTIE)
DUBBELZ. KOPIEREN
Stel de origineelgeleiders in op de breedte van de |
|
||
1 originelen en plaats de originelen met de te kopiëren |
HOOFDSTUK |
||
kant naar beneden (AR-281) of naar boven (AR-286 en |
|||
AR-336) gericht in de origineellade van de |
|||
origineelinvoer. |
|
||
|
|
||
|
|
2 |
|
2 Druk op de DUBBELZIJDIGE KOPIEERFUNCTIE-toets. |
KOPIËREN |
||
SPF/RADF de van Gebruik |
|||
|
|
||
3 Druk op de |
toets op de interactieve display. |
|
4 Druk op de “OK” toets.
AUTO |
AUTO A4 |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
1 2 3
CA
4 5 6
7 8 9
ACC.#-C
0 P
5
6
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met behulp van de cijfertoetsen.
Druk op de START-toets ().
●Om een kopieeropdracht definitief te stoppen tijdens het dubbelzijdig kopiëren, drukt u op de TERUGSTEL-toets ( CA ).
2-5
GEBRUIK VAN DE SPF/RADF
Dubbelzijdige kopieën van dubbelzijdige originelen
Deze functie kan niet worden gebruikt met de AR-281 omdat voor deze functie de RADF noodzakelijk is.
KOPIËREN 2HOOFDSTUK |
SPECIALE |
Gebruik |
FUNCTIES |
|
|
van |
DUBBELZIJDIGE |
de |
KOPIEERFUNCTIE |
|
|
SPF/RADF |
UITVOER |
|
GEBRUIKSKLAAR. (ORIGINEELINVOERFUNCTIE)
DUBBELZ. KOPIEREN
|
Stel de origineelgeleiders in op de breedte van de |
Maximumhoogte- |
1 originelen en plaats de originelen met de te kopiëren |
kant naar boven gericht in de origineellade van de |
|
lijn |
origineelinvoer. |
|
2 Druk op de DUBBELZIJDIGE KOPIEERFUNCTIE-toets.
AUTO
OK 3 Druk op de toets op de interactieve display.
AUTO |
AUTO |
100% |
BELICHTING |
|
KOPIEERFACTOR |
GEBRUIKSKLAAR. |
4 |
Druk op de “OK” toets. |
(ORIGINEELINVOERFUNCTIE) |
|
|
DUBBELZ. KOPIEREN |
|
AUTO |
AUTO A4 |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
|
|
|
|
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met |
1 |
2 |
3 |
5 behulp van de cijfertoetsen. |
|
|
|
|
||
|
|
|
CA |
|
4 |
5 |
6 |
6 |
Druk op de START-toets ( ). |
|
|
|
● Om een kopieeropdracht definitief te stoppen tijdens het |
|
7 |
8 |
9 |
|
dubbelzijdig kopiëren, drukt u op de TERUGSTEL-toets ( CA ). |
ACC.#-C
0 P
2-6
GEBRUIK VAN DE SPF/RADF
Enkelzijdige kopieën van dubbelzijdige originelen
Deze functie kan niet worden gebruikt met de AR-281 omdat voor deze functie de RADF noodzakelijk is.
Maximumhoogtelijn
SPECIALE |
|
FUNCTIES |
|
DUBBELZIJDIGE |
|
KOPIEERFUNCTIE |
|
UITVOER |
|
|
AUTO |
GEBRUIKSKLAAR. |
|
(ORIGINEELINVOERFUNCTIE) |
OK |
DUBBELZ. KOPIEREN |
AUTO |
AUTO A4 |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
Stel de origineelgeleiders in op de breedte van de |
|
1 originelen en plaats de originelen met de te kopiëren |
HOOFDSTUK |
kant naar boven gericht in de origineellade van de |
|
origineelinvoer. |
|
|
2
2 |
Druk op de DUBBELZIJDIGE KOPIEERFUNCTIE-toets. |
KOPIËREN |
||
SPF/RADF de van Gebruik |
||||
3 |
|
|
||
Druk op de |
toets op de interactieve display. |
|
GEBRUIKSKLAAR. (ORIGINEELINVOERFUNCTIE)
DUBBELZ. KOPIEREN
AUTO |
AUTO A4 |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
1 2 3
CA
4 5 6
7 8 9
ACC.#-C
0 P
4
5
6
Druk op de “OK” toets.
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met behulp van de cijfertoetsen.
Druk op de START-toets ().
●Om een kopieeropdracht definitief te stoppen, drukt u op de TERUGSTEL-toets ( CA ). Het kopiëren zal stoppen en de RADF zal alle ingevoerde originelen uitvoeren. Tevens zal het aantal kopieën in de kopie-aantal-aanduiding op 0 worden teruggesteld.
2-7
KOPIËREN VANAF DE GLASPLAAT
glasplaat de vanaf Kopiëren KOPIËREN 2HOOFDSTUK
Gebruik de glasplaat voor het kopiëren van enkelvoudige originelen, ingebonden originelen en andere originelen die niet in de SPF/RADF kunnen worden geplaatst.
●Alleen enkelzijdig naar enkelzijdig kopiëren en enkelzijdig naar dubbelzijdig kopiëren kunnen worden gekozen wanneer u vanaf de glasplaat kopieert.
●Dubbelzijdige kopieën kunnen niet gemaakt worden wanneer een niet-standaard papierformaat gebruikt wordt.
●Dubbelzijdig naar dubbelzijdig kopiëren en dubbelzijdig naar enkelzijdig kopiëren kunnen niet worden gekozen wanneer u vanaf de glasplaat kopieert. Deze bedieningen kunnen echter worden uitgevoerd door eenvoudigweg de originelen handmatig om te draaien.
●Wanneer de plaatsingsrichting van de originelen en het kopieerpapier niet overeenkomen terwijl zowel de originelen als het kopieerpapier van standaard formaten zijn en de automatische papierformaatkeuzefunctie of de automatische kopieerfactorkeuzefunctie in gebruik is, zal het beeld van de originelen automatisch worden gedraaid overeenkomstig de plaatsingsrichting van het kopieerpapier. Wanneer u echter het beeld vergroot kopieert op kopieerpapier groter dan A4-formaat, zal het beeld niet worden gedraaid.
●Beeldverlies (max. 5 mm) kan optreden langs de vooren achterrand van de kopieën. Tevens kan beeldverlies (max. 5 mm totaal) optreden langs de andere randen van de kopieën.
Origineelformaatvaststellingseenheid
Middenmarkering
GEBRUIKSKLAAR.
|
|
ORIGINEEL A4 |
|||
|
|
|
1 |
11R |
|
|
|
|
8/2 |
|
|
|
1. A4 |
|
|
|
|
|
2. A3 |
|
|
|
|
AUTO |
AUTO A4 |
|
|
100% |
|
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
|
KOPIEERFACTOR |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
ACC.#-C |
|
C |
|
0 |
P |
2-8
Enkelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen
Open de origineelinvoer en plaats een origineel met de te 1 kopiëren kant naar beneden gericht op de glasplaat en gebruik daarbij de middenmarkering om het origineel op
de juiste plaats te leggen.
● Wanneer u meerdere opeenvolgende originelen kopieert, kopieert u van het laatste origineel naar het eerste origineel.
OPMERKING:
Plaats geen voorwerpen onder de origineelformaatvaststellingseenheid omdat deze hierdoor kan worden beschadigd.
Sluit de origineelinvoer.
2 ● Het origineelformaat zal afgebeeld worden op de interactieve display en de papierlade met het overeenkomstige papierformaat zal automatisch worden gekozen.
Controleer dat de enkelzijdig naar enkelzijdig 3 kopieerfunctie is gekozen op de interactieve display.
●Wanneer geen icoon wordt afgebeeld op de plaats aangegeven in de afbeelding (), is de enkelzijdig naar enkelzijdig kopieerfunctie gekozen.
●Wanneer de enkelzijdig naar enkelzijdig kopieerfunctie niet is gekozen, drukt u op de DUBBELZIJDIGE KOPIEERFUNCTIEtoets op het bedieningspaneel en drukt u vervolgens op de
enkelzijdig-naar-enkelzijdig-toets ( ) op de interactieve display. Druk op de “OK” toets om terug te keren naar het basisscherm.
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met behulp 4 van de cijfertoetsen.
●Het aantal zal in de kopie-aantal-aanduiding op de interactieve display worden afgebeeld.
●Een enkele kopie kan worden gemaakt in de standaardinstelling, d.w.z. wanneer in de kopie-aantal-aanduiding 0 wordt afgebeeld.
●Druk op de WIS-toets ( C ) om een verkeerd ingevoerd aantal te wissen.
●Wanneer u meerdere kopieën maakt, zullen de kopieën niet gesorteerd worden uitgevoerd in de standaardinstelling. Om de kopieën in de sorterenfunctie te laten uitvoeren, drukt u op de UITVOER-toets op het bedieningspaneel en vervolgens op de SORTEREN-toets op de interactieve display. Zie bladzijde 2-17.
KOPIËREN VANAF DE GLASPLAAT
|
|
|
5 |
Druk op de START-toets ( |
|
). |
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||
|
CA |
● Wanneer het kopieerapparaat in de groeperenfunctie staat (de |
|||||||||||
|
|
|
|
SORTEREN-icoon wordt niet afgebeeld op de interactieve |
|||||||||
|
|
|
|
display), zal het kopiëren beginnen en zal het getal in de kopie- |
|||||||||
|
|
|
|
aantal-aanduiding met 1 afnemen iedere keer nadat een kopie |
|||||||||
|
|
|
|
is gemaakt. Om dezelfde kopieerbediening te herhalen met een |
|||||||||
|
|
|
|
||||||||||
C |
|
|
|
ander origineel, vervangt u eenvoudigweg het gekopieerde |
|||||||||
|
|
|
origineel door een ander origineel en drukt u op de START-toets |
||||||||||
|
|
|
|
||||||||||
|
|
|
|
( |
|
). |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
● Wanneer het kopieerapparaat in de sorterenfunctie staat, zal het |
|||||||||
|
|
|
|
origineel worden gescand nadat op de START-toets ( |
|
) is |
|||||||
|
|
|
|
|
|||||||||
|
3 |
|
|
||||||||||
|
|
gedrukt, maar het kopiëren zal nog niet beginnen. Ga verder met |
|||||||||||
|
|
|
|
bedieningsstap 6. |
|
|
|
|
|||||
PLAATS NIEUW ORIGINEEL. DRUK [START]. |
|
● Om een kopieeropdracht definitief te stoppen, drukt u op de |
|||||||||||
|
TERUGSTEL-toets ( CA ). Het kopiëren zal stoppen. Tevens zal |
||||||||||||
INDIEN KLAAR, DRUK OP [LEZEN KLAAR]. |
|
het aantal kopieën in de kopie-aantal-aanduiding op 0 worden |
|||||||||||
|
|
|
|
||||||||||
|
|
|
|
teruggesteld. |
|
|
|
|
|||||
AUTO |
AUTO A4 |
|
Verwijder het eerste origineel en vervang dit door het |
||||||||||
6 volgende origineel nadat de START-indicator ( |
|
) oplicht |
|||||||||||
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
|
|||||||||||
|
|||||||||||||
|
|
|
|
en druk vervolgens op de START-toets ( |
|
). Herhaal |
|||||||
|
|
|
|
|
deze bedieningsstap totdat alle originelen zijn gescand en druk vervolgens op de “LEZEN KLAAR” toets op de interactieve display.
● Het kopiëren zal beginnen nadat op de “LEZEN KLAAR” toets is gedrukt.
● Maximaal 120 vellen originelen van A4-formaat of maximaal 60 vellen originelen groter dan A4-formaat kunnen worden gescand.
glasplaat de vanaf Kopiëren KOPIËREN 2HOOFDSTUK
Origineelformaatvaststellingseenheid
Middenmarkering
SPECIALE
FUNCTIES
DUBBELZIJDIGE
KOPIEERFUNCTIE
UITVOER
AUTO
Dubbelzijdige kopieën van enkelzijdige originelen
Om met de AR-281 in de enkelzijdig naar dubbelzijdig kopieerfunctie te kunnen kopiëren moet een los verkrijgbare duplexeenheid (ARDU1) zijn aangebracht.
Plaats het laatste origineel op de glasplaat en gebruik 1 daarbij de middenmarkering om het origineel op de
juiste plaats te leggen.
OPMERKING:
Plaats geen voorwerpen onder de origineelformaatvaststellingseenheid omdat deze hierdoor kan worden beschadigd.
Sluit de origineelinvoer.
2 ● Het origineelformaat zal afgebeeld worden op de interactieve display en de papierlade met het overeenkomstige kopieerpapier zal automatisch worden gekozen.
3 Druk op de DUBBELZIJDIGE KOPIEERFUNCTIE-toets.
2-9
KOPIËREN VANAF DE GLASPLAAT
glasplaat de vanaf Kopiëren KOPIËREN 2HOOFDSTUK
GEBRUIKSKLAAR.
DUBBELZ. KOPIEREN |
OK |
AUTO |
100% |
BELICHTING |
KOPIEERFACTOR |
GEBRUIKSKLAAR. |
|
DUBBELZ. KOPIEREN |
|
AUTO |
AUTO A4 |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
1 2 3
CA
4 5 6
7 8 9
ACC.#-C
0 P
4 Druk op de toets op de interactieve display.
5 Druk op de “OK” toets.
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met 6 behulp van de cijfertoetsen.
●Het aantal zal in de kopie-aantal-aanduiding op de interactieve display worden afgebeeld.
●Druk op de WIS-toets ( C ) om een verkeerd ingevoerd aantal te wissen.
Druk op de START-toets ().
7 ● Het origineel zal worden gescand iedere keer nadat op de START-toets () is gedrukt, maar het kopiëren zal nog niet beginnen.
Verwijder het eerste origineel en vervang dit door het 8 volgende origineel nadat de START-indicator ( ) oplicht
en druk vervolgens op de START-toets ( ).
● Kopieer van het laatste origineel naar het eerste origineel.
PLAATS NIEUW ORIGINEEL. DRUK [START]. INDIEN KLAAR, DRUK OP [LEZEN KLAAR].
AUTO |
AUTO A4 |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
Herhaal bedieningsstap 8 totdat alle originelen zijn 3 9 gescand en druk vervolgens op de “LEZEN KLAAR”
toets op de interactieve display.
●Het kopiëren zal beginnen nadat op de “LEZEN KLAAR” toets is gedrukt.
Maximaal 120 vellen originelen van A4-formaat of maximaal 60 vellen originelen groter dan A4-formaat kunnen worden gescand.
●Om een kopieeropdracht definitief te stoppen, drukt u op de TERUGSTEL-toets ( CA ).
2-10
VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM
Verkleiningsen vergrotingsfactoren kunnen automatisch met de “AUTO IMAGE” toets gekozen worden of handmatig met de verkleiningstoets,vergrotingstoetsof“ZOOM”toetsenopdeinteractieve display. De zoomfunctie biedt een uiterst nauwkeurige instelling van de kopieerfactor van 25% tot 800% in stapjes van 1%.
KEY-OPERATOR Maximaal vier extra vaste-kopieerfactoren kunnen worden toegevoegd: twee voor verkleinen en twee voor vergroten. Zie bladzijde 8-15.
●Het beschikbare kopieerfactorbereik is beperkt afhankelijk van de kopieerfunctie:
Kopiëren vanaf de SPF van de AR-281: 25% tot 200% Foto-belichtingsfunctie, Multishot-, Inbindkopieen Kopieherhalingkopieerfuncties: 25% tot 400%
Automatisch kiezen
Plaats de originelen in de origineellade van de 1 origineelinvoer of op de glasplaat.
● Het origineelformaat zal automatisch worden vastgesteld en vervolgens op de interactieve display worden afgebeeld.
GEBRUIKSKLAAR.
1. A4
AUTO |
100% |
BELICHTING |
KOPIEERFACTOR |
. A4
. A3
AUTO IMAGE
A3
IERFORMAAT
1 2 3
CA
4 5 6
7 8 9
ACC.#-C
0 P
Druk op de “PAPIERFORMAAT” toets op de interactieve 2 display en kies de papierlade met het gewenste
papierformaat.
OPMERKING:
Dit zal niet mogelijk zijn wanneer het origineel of kopieerpapier van een niet-standaard formaat zijn.
Druk op de “AUTO IMAGE” toets op de interactieve 3 display.
●De optimale verkleiningsof vergrotingsfactor voor het gekozen papierformaat zal automatisch worden ingesteld en op de interactieve display worden afgebeeld.
●Wanneer de plaatsingsrichting van de originelen en het kopieerpapier niet overeenkomen terwijl zowel de originelen als hetkopieerpapiervanstandaardformatenzijnendeautomatische papierformaat-keuzefunctie of de automatische kopieerfactorkeuzefunctie in gebruik is, zal het beeld van de originelen automatisch worden gedraaid overeenkomstig de plaatsingsrichting van het kopieerpapier. Wanneer u echter het beeld vergroot kopieert op kopieerpapier groter dan A4-formaat, zal het beeld niet worden gedraaid.
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met 4 behulp van de cijfertoetsen.
Druk op de START-toets ().
5 ● Om de automatisch verkleinenfunctie of vergrotenfunctie te annuleren, drukt u nogmaals op de “AUTO IMAGE” toets.
Verkleinen/Vergroten/Zoom KOPIËREN 2HOOFDSTUK
2-11
VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM
Handmatig kiezen
Verkleinen/Vergroten/Zoom KOPIËREN 2HOOFDSTUK
1. A4
2. A3
AUTO A4 |
100% |
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
||||
PAPIERFORMAAT |
|
|
|
|
|
|
||
MENU 1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
GEBRUIKSKLAAR. |
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
100% |
|
OK |
|
||
86% |
A4 |
B5 |
115% |
B5 |
A4 |
|||
A3 |
B4 |
ZOOM |
B4 |
|
A3 |
|||
81% |
B5 |
A5 |
122% |
A5 |
|
B5 |
||
B4 |
A4 |
|
A4 |
|
B4 |
|||
70% |
A4 |
A5 |
100% |
141% |
A5 |
|
A4 |
|
A3 |
A4 |
A4 |
|
A3 |
X-Y ZOOM |
MENU 1 2 |
AUTO IMAGE |
AUTO |
AUTO A4 |
100% |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
KOPIEERFACTOR |
MENU 2
GEBRUIKSKLAAR.
|
|
|
100% |
|
OK |
||
|
50% |
|
200% |
||||
|
|
ZOOM |
|
||||
25% |
|
|
|
400% |
800% |
||
|
|
|
|
|
|||
|
|
100% |
|
|
|
||
98% |
60% |
|
101% |
110% |
|||
|
|
|
|
2 |
|
||
X-Y ZOOM |
|
MENU |
1 |
AUTO IMAGE |
|||
AUTO |
|
AUTO A4 |
|
100% |
|||
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
KOPIEERFACTOR |
|||||
GEBRUIKSKLAAR. |
|
|
|
|
|
||
86% |
A4 |
B5 |
141% |
|
|
||
A3 |
B4 |
ZOOM |
|
|
|
||
81% |
B5 |
A5 |
|
|
|
||
B4 |
A4 |
|
|
|
|
|
|
70% |
A4 |
A5 |
100% |
|
|
|
|
A3 |
A4 |
|
|
|
|||
X-Y ZOOM |
|
MENU |
1 |
2 |
|
|
|
AUTO |
|
AUTO A3 |
|
|
|
||
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
|
|
Plaats de originelen in de origineellade van de 1 origineelinvoer of op de glasplaat.
Druk op de “KOPIEERFACTOR” toets op de interactieve 2 display.
3 Druk op de MENU 1 2 toets om menu 1 of menu 2 in te stellen voor het kiezen van de kopieerfactor.
MENU 1
A.De vaste-verkleiningsfactoren zijn: 86%, 81% en 70%.
B.De vaste-vergrotingsfactoren zijn: 115%, 122% en 141%.
MENU 2
A. De vaste-verkleiningsfactoren zijn: 50% en 25%.
B. De vaste-vergrotingsfactoren zijn: 200%, 400% en 800%.
Druk op de verkleiningstoets, vergrotingstoets of “ZOOM” 4 toetsen op de interactieve display om de gewenste
kopieerfactor in te stellen.
De zoomfactoren zijn: iedere kopieerfactor tussen 25% en 800% kan worden ingesteld in stapjes van 1%.
●Druk op een verkleiningstoets of een vergrotingstoets om de gewenste kopieerfactor bij benadering in te stellen en druk
vervolgens op de zoomtoets om de kopieerfactor te verlagen of op de zoomtoets om de kopieerfactor te verhogen.
●Om de horizontale en verticale kopieerfactoren afzonderlijk in te stellen, gebruikt u X-Y ZOOM. Zie bladzijde 3-2.
●Om de kopieerfactor op 100% terug te stellen, drukt u op de “100%” toets op de interactieve display.
●De mededeling “HET KOPIEBEELD IS GROTER DAN HET KOPIEERPAPIER.” kan worden afgebeeld, aangevende dat de
gekozen kopieerfactor te hoog is voor het gekozen papierformaat.
Wanneer u echter toch op de START-toets () drukt, zal een kopie worden gemaakt.
●Het beeld van het origineel kan worden gedraaid overeenkomstig de plaatsingsrichting van het kopieerpapier wanneer zowel de originelen als het kopieerpapier van standaard formaten zijn.
2-12 |
5 Druk op de “OK” toets. |
VERKLEINEN/VERGROTEN/ZOOM
GEBRUIKSKLAAR.
1. A4
2. A3
AUTO |
|
141% |
BELICHTING |
PAPIERFORMAAT |
KOPIEERFACTOR |
1 |
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
ACC.#-C |
|
C |
|
0 |
P |
CA
C
Druk op de “PAPIERFORMAAT” toets op de interactieve 6 display en kies de papierlade met het gewenste
papierformaat.
●Wanneer het PAPIERFORMAAT staat ingesteld op AUTO, zal het toepasselijke formaat kopieerpapier automatisch worden gekozen, afhankelijk van het origineelformaat en de gekozen kopieerfactor.
●Wanneer een papierlade niet op het gewenste papierformaat is ingesteld, gebruikt u de handinvoer en drukt u op de “PAPIERFORMAAT” toets op de interactieve display om de handinvoer te kiezen.
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met 7 behulp van de cijfertoetsen.
8 Druk op de START-toets ().
Verkleinen/Vergroten/Zoom KOPIËREN 2HOOFDSTUK
2-13
SPECIAAL PAPIER (handinvoer)
(handinvoer) papier Speciaal KOPIËREN 2HOOFDSTUK
De handinvoer wordt gebruikt voor het kopiëren op transparanten, zelfklevende etiketten, overtrekpapier en andere speciale papiersoorten. Maximaal 50 vellen standaard kopieerpapier kunnen in de handinvoer worden geplaatst.
●Automatisch dubbelzijdig kopiëren zal niet werken wanneer een niet-standaard formaat kopieerpapier wordt gebruikt. Als een dubbelzijdige kopieerfunctie is gekozen en een niet-standaard formaat kopieerpapier wordt ingevoerd vanaf de handinvoer, zal
automatischdeovereenkomendeenkelzijdigekopieerfunctieworden gekozen nadat op de START-toets () is gedrukt.
Plaats de originelen in de origineellade van de 1 origineelinvoer of op de glasplaat.
2 Open de handinvoer.
Stel de papiergeleiders van de handinvoer in op de 3 breedte van het kopieerpapier.
● Zorg ervoor dat u de handinvoer uittrekt wanneer u A4Rformaat, B4-formaat of A3-formaat kopieerpapier invoert. Wanneer u A3-formaat kopieerpapier invoert, trekt u de metalen steun uit.
Steek het kopieerpapier helemaal in de handinvoer.
4 ● Zelfklevende etiketten, overtrekpapier en andere speciale papiersoorten, behalve SHARP aanbevolen transparanten, moeten vel-voor-vel worden ingevoerd.
Meerdere vellen SHARP aanbevolen transparanten kunnen tegelijkertijd in de handinvoer worden geplaatst.
●Maximaal 50 vellen standaard kopieerpapier van A6-formaat tot en met A3-formaat kunnen in de handinvoer worden geplaatst.
● Voor automatisch dubbelzijdig kopiëren op A5-formaat kopieerpapier stelt u de papiergeleiders van de handinvoer in langs de langste zijkant van het kopieerpapier.
● A6-formaat kopieerpapier moet met de kortste zijkant in de gleuf van de handinvoer worden gestoken en moet vel-voor-vel worden ingevoerd.
●Wanneer u kopieerpapier wilt toevoegen, verwijdert u eerst het resterende kopieerpapier, vervolgens combineert u dit met het
CA |
toe te voegen kopieerpapier en tenslotte herplaatst u dit als één |
|
A4 |
stapel in de handinvoer. |
|
A3 |
||
|
|
5 |
Druk op de “PAPIERFORMAAT” toets op de interactieve |
|
display en kies de handinvoer. |
|
TO A4 |
Voer het gewenste aantal te maken kopieën in met |
|
RFORMAAT |
|
|
|
|
|
|
6 behulp van de cijfertoetsen. |
|
2-14 |
7 |
Druk op de START-toets ( ). |
SPECIAAL PAPIER (handinvoer)
Dubbelzijdig kopiëren met behulp van de handinvoer
Dubbelzijdige kopieën kunnen handmatig gemaakt worden met behulp van de handinvoer. De onderstaand beschreven procedure is handig voor gebruikers van een AR-281 die niet is uitgerust met een los verkrijgbare duplexeenheid (AR-DU1).
2HOOFDSTUK
12
Plaats het eerste origineel met de te kopiëren kant naar 1 beneden gericht op de glasplaat en maak een kopie.
● Bij het kopiëren van de eerste kant van de kopie kan kopieerpapier
uit iedere papierinvoerbron gebruikt worden.
12
|
|
|
|
Vervang het eerste origineel door het tweede origineel |
|
|
|
|
|
2 en sluit de origineelinvoer. |
|
|
|
|
|
● Zorg ervoor dat het eerste en het tweede origineel in dezelfde |
|
|
|
|
|
|
richting op de glasplaat worden geplaatst. |
|
34 |
|
|
● |
Het eerste en het tweede origineel kunnen in de origineellade |
|
|
|
|
van de origineelinvoer worden geplaatst. Zij moeten echter |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
afzonderlijk worden geplaatst. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Draai de eerste kopie om, van de voorkant op de |
|
|
|
|
|
|
3 achterkant, zonder de bovenrand/onderrand oriëntatie |
|
|
|
|
|
|
te veranderen en plaats deze vervolgens in de |
|
|
|
|
|
1 2 |
handinvoer. |
|
34 |
|
|
|
|
● Zorg ervoor dat u de kopieën vel-voor-vel invoert. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(handinvoer) papier Speciaal KOPIËREN
CA
A4
A3
O A4
RFORMAAT
4
5
Druk op de “PAPIERFORMAAT” toets op de interactieve display en kies de handinvoer.
Druk op de START-toets ().
2-15
AFSTELLEN VAN DE BELICHTING
Dit kopieerapparaat heeft vier belichtingsfuncties waaruit u kunt kiezen:
AUTOMATISCH, TEKST, TEKST/FOTO en FOTO.
belichting de van Afstellen KOPIËREN 2HOOFDSTUK
|
|
Automatisch |
|
AUTO |
Dit is de aanvankelijke standaardinstelling van dit kopieerapparaat. In |
|
deze functie worden de karakteristieken van het origineel door het |
|
|
BELICHTING |
belichtingssysteem “afgelezen” en worden afstellingen in de belichting |
|
automatisch gemaakt. Hierdoor wordt het contrast van de gekopieerde |
|
|
|
beelden geoptimaliseerd doordat het effect van gekleurde en |
|
|
|
|
|
gearceerde achtergronden wordt verminderd. |
|
|
Tekst, tekst/foto en foto |
|
|
TEKST-belichtingsfunctie: |
|
|
Deze belichtingsfunctie is handig voor het donkerder maken van zeer |
|
|
lichte delen van een origineel, of het lichter maken van zeer donkere |
|
|
achtergronden van een origineel. |
|
|
TEKST/FOTO-belichtingsfunctie: |
|
|
Deze belichtingsfunctie biedt het beste resultaat bij het kopiëren van |
|
|
originelen waarop zowel tekst als foto’s staan. Deze belichtingsfunctie |
|
|
is tevens handig voor het kopiëren van afgedrukte foto’s. |
|
|
FOTO-belichtingsfunctie: |
|
|
Deze belichtingsfunctie biedt het beste resultaat bij het kopiëren van |
|
|
foto’s met fijne details. |
AUTO |
AUT |
1 |
BELICHTING |
PAPIE |
|
AUTO |
1. A4 |
2 |
TEKST |
2. A3 |
|
|
|
|
TEKST/FOTO |
|
|
FOTO |
AUTO |
|
|
|
|
BELICHTING |
PAPIERFO |
|
TEKST/FOTO |
2. |
3 |
|
AU |
|
|
PAPI |
|
2-16 |
|
|
Druk op de “BELICHTING” toets op de interactieve display.
Druk op de “TEKST” toets, “TEKST/FOTO” toets of “FOTO” toets, afhankelijk van het origineel.
Druk op de toets of de toets om de belichting al naar gelang gewenst af te stellen.
OPMERKING:
Wanneer de FOTO-belichtingsfunctie is gekozen, is het kopieerfactorbereik beperkt tot 25% tot 400%.