Sharp AL-2021, AL-2041 START GUIDE [nl]

AL-2021
MODEL
AL-2021 AL-2041
DIGITAAL MULTIFUNCTIONEEL
SYSTEEM
GEBRUIKSAANWIJZING
Pagina
INHOUDSOPGAVE................ 2
HET LADEN VAN PAPIER..... 9
DE SOFTWARE INSTALLEREN.14
KOPIEERFUNTIES..............25
PRINTERFUNCTIES............ 37
SCANFUNCTIES .................52
SPECIALE FUNCTIES.........64
ONDERHOUD......................69
PROBLEMEN OPLOSSEN..74
AL-2041

INHOUDSOPGAVE

1 INLEIDING
BEGRIPPEN DIE IN DIT HANDBOEK
WORDEN GEBRUIKT...................... 3
NAMEN VAN DE ONDERDELEN .... 4
BEDIENINGSPANEEL ..................... 5
INDICATORS OP HET
BEDIENINGSPANEEL ..................... 6
STROOM INSCHAKELEN...............7
HET AFDRUKSTATUSVENSTER.... 50
FUNCTIES VAN HET PRINTERSTUURPROGRAMMA ... 51
6 SCANFUNCTIES
OVERZICHT SCANFUNCTIES......52
SCANNEN D.M.V. DE TOETSEN
OP DE MACHINE...........................53
SCANNEN VIA UW COMPUTER ..57
1 2
2 HET LADEN VAN PAPIER
PAPIER ............................................9
HET LADEN VAN DE PAPIERLADE 10 PAPIER INVOEREN VIA DE HANDINVOER (inclusief speciaal
papier)............................................12
3
DE SOFTWARE INSTALLEREN
SOFTWARE...................................14
HARDWARE- EN
SOFTWAREVEREISTEN .............. 15
DE SOFTWARE INSTALLEREN....16
CONFIGUREREN VAN HET PRINTERSTUURPROGRAMMA... 22
BUTTON MANAGER INSTELLEN.... 23
4 KOPIEERFUNTIES
KOPIËREN..................................... 25
ORIGINELEN PLAATSEN..............26
INSTELLEN VAN DE
KOPIEERHOEVEELHEID..............28
BELICHTING AANPASSEN/
KOPIËREN VAN FOTO'S............... 28
VERKLEINEN/VERGROTEN/
ZOOM....................................... 30
PAPIERLADEKEUZE.....................30
DUBBELZIJDIG KOPIËREN
(enkel bij AL-2041) .........................31
KOPIEËN SORTEREN ..................33
HET KOPIËREN VAN EEN ID-CARD 36
5 PRINTERFUNCTIES
BASISAFDRUKTAKEN .................. 37
INSTELLINGENSCHERM PRINTERSTUURPROGRAMMA... 40 GEAVANCEERDE AFDRUKFUNCTIES INSTELLEN... 41 VAAK GEBRUIKTE AFDRUKINSTELLINGEN
OPSLAAN .................................. 49
7 SPECIALE FUNCTIES
BESCHRIJVING VAN SPECIALE
FUNCTIES.................................... 64
TONERBESPARINGSFUNCTIE ....65
GEBRUIKERSPROGRAMMA'S. ....66
WEERGEVEN VAN TOTAAL AANTAL
KOPIEËN .......................................67
CONTROLE VAN HET
TONERNIVEAU..............................68
8 ONDERHOUD
HET VERVANGEN VAN DE TD-
CARTRIDGE .................................... 69
HET VERVANGEN VAN DE
DRUMCARTRIDGE .......................70
REINIGING VAN HET APPARAAT ....71
HET TOESTEL VERPLAATSEN EN
STOCKEREN...................................... 73
9
PROBLEMEN OPLOSSEN
MACHINE- EN
KOPIEERPROBLEMEN .................74
PROBLEMEN BIJ AFDRUKKEN
OF SCANNEN................................76
PROBLEMEN TIJDENS CONFIGURATIE VAN DE
SOFTWARE...................................80
STATUSINDICATIES ......................82
PAPIERSTORINGEN OPLOSSEN....83
ALS HET PAPIER VASTLOOPT IN DE HOOFDEENHEID BIJ GEBRUIK
VAN DE SPF (AL-2041) .................88
3 4 5 6 7 8 9
2
1
g
Dit hoofdstuk bevat basisinformatie voor de toepassing van het apparaat.

INLEIDING

BEGRIPPEN DIE IN DIT HANDBOEK WORDEN GEBRUIKT

• Deze bedieningshandleiding beschrijft de bediening van de modellen AL-2021 en AL-2041. Wanneer de bediening identiek is voor beide modellen, wordt de AL­2041 beschreven.
• De meeste afbeeldingen in deze handleiding tonen de AL-2041.
• Overal in de handleiding waar "AL-xxxx" wordt vermeld, kunt u "xxxx" vervangen door uw modelnaam.
• De illustraties van besturingschermen en andere computerschermen tonen de schermen van de Windows Vista. Sommige namen die in deze schermen verschijnen kunnen iets afwijken van de schermen die in andere bedrijfssystemen verschijnen.
• In deze gebruiksaanwijzing wordt de handinvoer voor afzonderlijke bladen als "SPF" aangeduid.
• In dit handleiding worden de volgende iconen gebruikt om de gebruiker informatie te verstrekken die voor het gebruik van het apparaat nodig zijn.
Wanneer de inhoud van deze waarschuwing niet correct wordt
Waarschuwin
Attentie
Opmerking
opgevolgd kan letsel van de gebruiker het gevolg zijn.
Wanneer de inhoud van deze attentie niet correct wordt opgevolgd kan het kopieerapparaat of een van de onderdelen ervan beschadigd worden.
Opmerkingen bieden aanvullende informatie m.b.t. de specificaties, functies, prestatievermogen, bediening van het kopieerapparaat enz
Duid een letter aan die in het display wordt weergegeven.
1
3

NAMEN VAN DE ONDERDELEN

SPF (AL-2041)
Uitvoerge­deelte
1
2
3
4
5
6
TD cartridge
Origineelgeleiders
Document­invoercover
Kijkgaatje
Documentinvoerlade
Documentdeksel (AL-2021)
Interface
1
USB connector
10 11
12 13 14
7
8 9
Drumcartridge
7
15
1
SPF scanoppervlak (AL-2041)
2
Glasplaat
3
Bedieningspaneel
4
Voorklep
5
Papierlade
6
Handinvoerlade
7
Zijklep
8
Open-knop zijklep Papiergeleiders van de
9
handinvoerlade
4
10
Papieruitvoerlade
11
Extensie papieruitvoerlade
12
Aan-/uitschakelaar
13
Handgreep
14
Netsnoerplug Ontgrendelhendel van de
15
16
17
fuseereenheid
16
Transportlade
17
Laderreiniger
4

BEDIENINGSPANEEL

1
Toets voor tweezijdige kopie*1/
1
Sorteertoets en indicators
Selectietoets Belichtingsmodus en
2
indicators
Met deze toets kunt u de belichtingsfunctie selecteren: AUTO, MANUEEL of FOTO. De geselecteerde modus wordt aangeduid met een indicatielampje. (p.28)
Toetsen voor lichter of donkerder en
3
indicators
Gebruik deze op het belichtingsniveau in de MANUELE of FOTO-modus aan te passen. De geselecteerde modus wordt aangeduid met een indicatielampje. (p.28) Gebruik deze om de gebruikersprogramma's te openen of te sluiten. (p.66)
Alarmindicators
4
5
6
7
Indicatielampje voor Drumvervanging (p.70)
Papierstoring-indicator (p.83) Indicatielampje voor
TD-cartridgevervanging (p.69)
SPF-indicator* SPF papierstoring-indicator*2 (p.87) Selectietoets Kopieerfactor*
indicators
Gebruik deze om kopieerfactoren te selecteren voor verkleining/vergroting. De geselecteerde kopieerfactor wordt aangeduid met een indicatielampje. (p.30)
Gebruik voor selecttie­modus.
2-zijdige kopieën van 1-zijdige originelen. Selectie voor Inschakeling Lange Zijde of Inschakeling Korte Zijde is mogelijk.
2
(p.27)
3
en
Kopieerfactordisplay (%) toets/
8
READ-END (LEZEN KLAAR) toets
• Gebruik deze toets om een zoominstelling te controleren zonder het zoompercentage te wijzigen. (
• Gebruik deze toets om te controleren hoeveel originelen moeten worden teruggeplaatst in de documentinvoer als het papier is vastgelopen in het apparaat bij gebruik van de SPF. (p.88)
• Gebruik deze om het lezen van originelen in sorteermodus te beëindigen.
Display
9
Hier worden het opgegeven aantal kopieën, het kopieerpercentage, de code van het gebruikersprogramma en de foutcode weergegeven.
SCAN-toets en indicator
10
(p.6, p.53) ID CARD-toets en indicator
11
Gebruik deze om een ID-cart te kopiëren. Voor een beschrijving, raadpleeg "HET KOPIËREN VAN EEN ID-CARD" (p.36).
Start-toets en indicator
12
• Wanneer deze indicatie aan is, kan er gekopieerd worden.
• Indrukken om met kopiëren te beginnen.
• Gebruik deze om een gebruikersprogramma in te stellen. (p.66)
Energiebesparingsindicator
13
Licht op wanneer het toestel zich in de energiebesparende modus bevindt. (p.64, p.66)
Ladeselectietoets
14
Wordt gebruikt om een papierinvoereenheid te selecteren (papierlade of handinvoer). (p.30)
Indicators voor Papierinvoerlocatie
15
Licht op om het geselecteerde papierinvoerstation aan te duiden.
*1 enkel bij AL-2041 *2 enkel bij AL-2041 *3 De indicators op het bedieningspaneel
kunnen variëren afhankelijk van het land en de regio.
(p.33)
5
p.30
)
ZOOM-toets en indicator
16
Gebruik deze toetsen om een verkleinings- of vergrotingspercentage van 25% tot 400% te kiezen in stappen van 1%. (Bij gebruik van de SPF kan een zoompercentage van 50% tot 200% worden gekozen.) (
Toetsen voor Kopieerhoeveelheid
17
• Gebruik deze om de gewenste kopieerhoeveelheid te selecteren (1 tot 99). (p.28)
• Gebruik deze om programmainvoer uit te voeren. (
p.66
)
p.30
)
Wissen-toets
18
• Indrukken om het display te wissen of indrukken tijdens een kopieerproces om dit proces te beëindigen. (p.28)
• Ingedrukt houden tijdens stand-by om het aantal tot nu toe gemaakte kopieën weer te geen. (p.67)

INDICATORS OP HET BEDIENINGSPANEEL

De start-( )indicator geeft de status van de printer of scanner weer.
SCAN-indicatie
Start-indicatie
Energiebesparing-indicator
Start-indicator
On (Aan):Geeft aan dat het toestel klaar is voor kopiëren of scannen. Knippert: De indicator knippert in volgende situaties:
• Wanneer een afdruktaak onderbroken is.
• Wanneer er een kopieertaak gereserveerd is.
• Wanneer de toner bijgevuld wordt tijdens een kopieer- of afdruktaak.
Off (Uit): De indicator is uit in volgende situaties:
• Tijdens het kopiëren of scannen.
• Het apparaat staat in de automatische stroom-uitschakel-stand.
• Wanneer er een papierstoring of fout optreedt.
• Terwijl de printer online is.
1
Energiebesparingsindicator
On (Aan): Wanneer het toestel zich in de energiebesparende modus bevindt. Knipperen: Geeft aan dat het apparaat wordt geïnitialiseerd (wanneer de zijklep wordt
geopend en gesloten of wanneer het apparaat uit en aan wordt gezet).
SCAN-indicator
Aan: De SCAN-toets ( ) is ingedrukt en het apparaat staat in de
scannermodus.
Knippert: Er wordt een scantaak via de computer uitgevoerd of er worden
scangegevens in het geheugen opgeslagen.
Off (Uit): Het toestel bevindt zich in de kopieermodus.
6

STROOM INSCHAKELEN

Schakel de stroomschakelaar aan de linkerzijde van het toestel in de positie "ON" (AAN). De start-( )indicator licht op en andere indicators die de oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel weergeven lichten ook op om aan te duiden dat het apparaat klaar is voor gebruik. Informatie over oorspronkelijke instellingen vindt u in "Oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel" (p.8).
Het toestel schakelt in de energiebesparende modus wanneer de
ingestelde inactiviteitsduur verstreken is. De instellingen van de
Opmerking
Over de scanunit
De lamp van de scanunit is voortdurend ingeschakeld wanneer het toestel zich in de "klaar"-status bevindt (wanneer de start ( )indicatie brandt). Het toestel past de lamp van de scanunit regelmatig aan om de kopieerkwaliteit te behouden. Op dat ogenblik beweegt de scanunit automatisch. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
energiebesparende modi kunnen worden aangepast. Raadpleeg "GEBRUIKERSPROGRAMMA'S." (p.66).
Het apparaat keert terug naar de begininstellingen wanneer een
vooraf ingestelde tijd is verstreken na het einde van de taak. Deze vooraf ingestelde tijd (automatische wistijd) kan worden gewijzigd. Raadpleeg "GEBRUIKERSPROGRAMMA'S." (p.66).
1
7
Oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel
Wanneer het apparaat is ingeschakeld, keert het bedieningspaneel terug naar de begininstellingen wanneer de ingestelde "automatische wistijd" (p.66) is verstreken na het voltooien van een taak of wanneer tweemaal op de wistoets wordt gedrukt. De oorspronkelijke instellingen van het bedieningspaneel worden hierna weergegeven.
"0" wordt weergegeven in de display.
Wanneer het kopiëren in deze toestand begint, worden de instellingen in de volgende tabel gebruikt.
Kopieerhoeveelheid 1 kopie Belichtingsaanpassing AUTO Zoom 100% Lade Papierlade 2-zijdige kopie (enkel bij AL-2041) De indicator "2-zijdige kopie" licht niet
op. (1-zijdige kopie is geselecteerd).
1
Uitschakelmethoden
Indien het toestel gedurende een bepaalde periode niet wordt gebruikt, schakelt het toestel zichzelf uit (p.64) om het stroomverbruik te beperken. In geval dat het toestel gedurende langere perioden niet gebruikt wordt, schakel het toestel uit d.m.v. de stroomschakelaar en verwijder het netsnoer uit het stopcontact.
8
2
Volg de onderstaande stappen op om papier te laden.

HET LADEN VAN PAPIER

PAPI ER

Voor de beste resultaten gebruik enkel papier dat aanbevolen wordt door SHARP.
Papierinvoertype
Papierlade Standaardpapier A4
Handinvoerlade Standaardpapier en
*1 Gebruik geen enveloppen van een niet-standaardformaat of enveloppen met
metalen of plastic klemmen, touwsluiting, vensters, voeringen, zelfklevende stroken, opgeplakte stukken of synthetisch materiaal. Gebruik geen enveloppen die met lucht zijn gevuld of waaraan etiketten of zegels zijn bevestigd. Dit zal schade aan het apparaat veroorzaken.
*2 Voor papier met een gewicht van 105g/m2 to 128g/m2 is A4 het grootste formaat dat
kan worden ingevoerd via de handinvoer.
Mediatype Formaat Gewicht
A5 B5 Letter Legal Invoice
A4
dik papier
Speciale media
Transparante film
Enveloppe*1International DL
A5 A6 B5 Letter Legal Invoice
A4 Letter
International C5 Commercial 10 Monarch
56 g/m 80 g/m
56 g/m 128 g/m
2 2
2
to
to
2 *2
2
• Speciaal papier zoals transparanten, etiketten en enveloppen moet vel voor vel worden ingevoerd via de handinvoerlade.
9

HET LADEN VAN DE PAPIERLADE

Til het handvat van de papierlade
1
omhoog en trek de papierlade zo ver mogelijk naar buiten.
Stel de papiergeleiders van de papierlade in op de breedte en
2
de lengte van het kopieerpapier. Druk de hendel van papiergeleider in en verschuif de geleider om hem in te stellen op de breedte van het papier. Verplaats papiergeleider
naar de juiste sleuf zoals aangegeven op de lade.
B
Waaier het papier en plaats het in de lade. Zorg ervoor dat de
3
randen onder de hoeken zitten.
A
2
Opmerking
Laad het papier niet boven de maximumhoogte markering ( ). Het overschrijden van de markering heeft papierstoring ten gevolg.
10
Schuif de papierlade weer voorzichtig in het apparaat.
4
Zorg dat het papier vrij is van scheuren, stof, kreukels en omgekrulde
of gevouwen hoeken.
Opmerking
Controleer of het papier in de papierstapel van het zelfde soort en
formaat is.
Zorg bij het laden van papier, dat er geen ruimte tussen het papier en
de papiergeleider is en dat de papiergeleider niet te nauw is ingesteld zodat het papier niet buigt. Anders zullen er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, dient u het papier uit
het apparaat te verwijderen en op een droge plaats te bewaren. Indien er langere tijd papier in het apparaat blijft, zal dit vocht uit de lucht opnemen, waardoor er papierstoringen ontstaan.
Wanneer u nieuw papier in de papierlade vult, dient u het oude papier
te verwijderen. Indien u nieuw papier op het oude papier plaatst kunnen er meerdere bladen tegelijkertijd worden ingetrokken.
Als het uitgevoerde papier omkrult, kan het helpen om het papier in de
lade om te keren.
2
11

PAPIER INVOEREN VIA DE HANDINVOER (inclusief speciaal papier)

De handinvoer kan worden gebruikt om standaardpapier, transparanten, etiketten, enveloppen en ander speciaal papier in te voeren. In deze lade kan papier van het formaat A6 tot A4 met een gewicht van 56 g/m2 tot 128 g/m2 worden geplaatst. (Voor papier van 105 g/m ingevoerd.)
De handinvoer voor meerdere velen kan maximaal 50 vellen papier
Opmerking
Het originele beeld moet kleiner zijn dan het papier of kopieerpapier.
De handinvoerlade
Open de handinvoerlade en schuif ze uit het toestel.
1
2
tot 128 g/m2is A4 het grootste formaat dat kan worden
bevatten. (De capaciteit is afhankelijk van het soort papier.)
Indien het originele beeld groter is dan het papier kunnen er vegen op de hoeken van de kopieën ontstaan.
2
Opmerking
Om de handinvoer te sluiten, voert u stap en vervolgens
2
stap aan de rechterkant van de lade tot u een klik hoort.
in de afbeelding uit en drukt u op de ronde uitsteeksels
2
1
1
12
Stel de papiergeleiders in op de breedte van het papier. Steek
2
het papier (met de afdrukzijde omlaag) helemaal in de handinvoer.
Printzijde
Het papier moet met de smalle kant in de invoersleuf worden
gestoken.
Opmerking
Druk de ladeselectie ( ) toets in om de handinvoer lade te
3
Speciaal papier zoals transparanten, etiketten en enveloppen
moet vel voor vel worden ingevoerd via de handinvoer.
Bij het kopiëren op transparante film dient u elke kopie direct
te verwijderen. Laat de kopieën niet opstapelen.
selecteren.
Opmerking bij het laden van enveloppen
• Enveloppen moeten een voor een met de smalle zijde eerst worden ingevoerd
• Gebruik geen enveloppen met een ander formaat dan standaard, metalen klemmen, plastic klemmen, met touwsluiting, venster, voering, zelfplakkende enveloppen, met opgeplakte stukken of van synthetisch materiaal. Gebruik geen enveloppen die met lucht zijn gevuld of waaraan etiketten of zegels zijn bevestigd.
• Enveloppen waarvan het oppervlak niet vlak is omdat door het reliëf de afdrukken/ kopieën verontreinigd kunnen worden.
• Bij hoge vochtigheid en temperatuur kan de lijm op de flappen van enveloppen kleverig worden en kunnen de enveloppen worden dichtgeplakt tijdens het kopiëren/afdrukken.
• Gebruik alleen vlakke, net gevouwen enveloppen. Omgekrulde of slecht gevormde enveloppen kunnen niet goed worden beprint/gekopieerd of kunnen papierstoringen veroorzaken.
• Selecteer alleen Com10, DL, C5 of Monarch in de papierformaat instelling van de printerbesturing. (Voor nadere informatie over de printerbesturing, raadpleeg "FUNCTIES VAN HET PRINTERSTUURPROGRAMMA" (p.51).)
• U doet er goed aan eerst een proefafdruk te maken voor u de kopieer-/afdruktaak daadwerkelijk uitvoert.
2
Opmerking voor het plaatsen van dik papier
Stel het gebruikersprogramma 29 in op "2 (Hoog)" wanneer u dik papier gebruikt. (Zie pagina 66 en 67.)
13
3
Dit hoofdstuk beschrijft de installatie en configuratie van de software die nodig is voor de printer- en scannerfuncties van het apparaat.

DE SOFTWARE INSTALLEREN

SOFTWARE

De Software CD-ROM die wordt meegeleverd met het apparaat bevat de volgende software:
MFP stuurprogramma
Printerstuurprogramma
Het printerstuurprogramma stelt u in staat de printerfunctie van het apparaat te gebruiken. Het printerstuurprogramma bevat het afdrukstatusvenster. Dit is een hulpprogramma dat de apparaatfuncties bewaakt en u informatie geeft over de afdrukstatus, de naam van het momenteel afgedrukte document en foutberichten.
Scannerstuurprogramma
Met behulp van het scannerstuurprogramma kunt u de scannerfuncties van het apparaat gebruiken met TWAIN-compatibele en WIA-compatibele toepassingen.
Sharpdesk
Sharpdesk is een geïntegreerde softwareomgeving waarmee u op eenvoudige wijze documenten en afbeeldingsbestanden kunt beheren en toepassingen kunt starten. * Sharpdesk is niet compatibel met Windows 2000.
Button Manager
Button Manager maakt het mogelijk een document te scannen met behulp van de scannermenu’s op het apparaat.
3
14

HARDWARE- EN SOFTWAREVEREISTEN

Ga de volgende hardware- en softwarevereisten na voordat u de software installeert.
Soort computer IBM PC/AT of compatibele computer uitgerust met
USB2.0*
3
Besturingssysteem*
Andere hardwarevereisten
*1 De USB 2.0-poort van het apparaat draagt gegevens alleen over met de snelheid van
de USB 2.0-standaard (hoge snelheid) als het Microsoft USB 2.0-stuurprogramma vooraf is geïnstalleerd op de computer of als het USB 2.0-stuurprogramma voor Windows 2000 Professional/XP/Vista door Microsoft geleverd via "Windows Update" is geïnstalleerd.
*2 Compatibel met modellen waarop vooraf Windows 2000 Professional, Windows
XP Professional of Windows XP Home Edition, Windows Vista of Windows 7 is geïnstalleerd en die standaard zijn uitgerust met een USB-interface.
*3 • Het apparaat biedt geen ondersteuning voor afdrukken vanuit een
Macintosh-omgeving.
• Beheerdersrechten zijn nodig om de software te installeren met het installatieprogramma.
*4 Sharpdesk kan niet worden geïnstalleerd.
Windows 2000 Professional*4, Windows XP, Windows Vista, Windows 7
Een omgeving waarin de bovengenoemde besturingssystemen volledig kunnen worden ingezet
1
/1.1*
2
3
15

DE SOFTWARE INSTALLEREN

De USB-kabel mag niet worden aangesloten op het apparaat.
1
Verzeker u ervan dat de kabel niet is aangesloten voordat u verder gaat.
Als de kabel is aangesloten, wordt een "Plug & Play"-venster weergegeven. Klik in dit geval op de knop "Annuleren" om het venster te sluiten en koppel de kabel los.
Opmerking
Opmerking
De kabel wordt aangesloten in stap 13.
Plaats de "Software CD-ROM" in uw CD-ROM-station.
2
Klik op de knop "Start", klik op "Computer" en dubbelklik
3
vervolgens op het cd-rompictogram ( ).
• In Windows XP klikt u op de knop "start", klikt u op "Deze computer" en dubbelklikt u vervolgens op het cd-rompictogram.
• In Windows 2000 dubbelklikt u op "Deze computer" en dubbelklikt u vervolgens op het cd-rompictogram.
Dubbelklik op het pictogram "Setup" ( ).
4
• Als in Windows 7 een bericht op het scherm verschijnt dat u om bevestiging vraagt, klikt u op "Toestaan".
• Als in Windows Vista een bericht op het scherm verschijnt dat u om bevestiging vraagt, klikt u op "Toestaan".
Het "LICENTIEOVEREENKOMST" venster zal verschijnen. Zorg dat
5
u de inhoud van de softwarelicentie begrijpt en klik op de knop "Ja".
U kunt de "LICENTIEOVEREENKOMST" weergeven in een andere taal door de gewenste taal te selecteren in het taalmenu. Als u de software installeert in de geselecteerde taal, zet u de installatie voort met die taal geselecteerd.
3
Lees de informatie onder "Leesmij" in het venster "Welkom" en klik
6
vervolgens op de knop "Volgende".
Om alle softwareonderdelen te installeren, klik op de knop
7
"Standaard" en ga naar stap 12. Om bepaalde onderdelen te installeren, klik op de knop "Aangepast" en ga verder met de volgende stap.
16
Klik op de knop "MFP
8
stuurprogramma".
Klik op de knop "README weergeven" om informatie over de geselecteerde pakketten weer te geven.
Selecteer software
Selecteer "Aangesloten op deze
9
computer" en klik op de knop "Volgende".
Volg de instructies op het scherm.
Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een venster met een
Attentie
10
Opmerking
veiligheidswaarschuwing verschijnt, moet u op "Dit stuurprogramma toch installeren" klikken.
Als u Windows 2000/XP gebruikt en er verschijnt een
waarschuwingsbericht met betrekking tot de Windows-logotest of digitale handtekening, klikt u op "Toch doorgaan" of "Ja".
U keert nu terug naar het venster van stap 8. Indien u Button Manager of Sharpdesk wenst te installeren, klik op de knop "Gebruikerssoftware".
Als u de gebruikerssoftware niet wilt installeren, klikt u op de knop "Sluiten" en gaat u naar stap 12.
Na de installatie kan een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd de computer opnieuw te starten. Klik in dat geval op de knop "Ja" om uw computer opnieuw op te starten.
3
17
De Gebruikerssoftware installeren
Klik op de knop "Button
11
Manager" of "Sharpdesk".
Klik op de knop "README weergeven" om informatie over de geselecteerde pakketten weer te geven. Volg de instructies op het scherm. * In Windows 2000 verschijnt de knop
"Sharpdesk" niet.
Wanneer de installatie is voltooid, klikt u op de knop "Sluiten".
12
Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een venster met een
Attentie
Opmerking
veiligheidswaarschuwing verschijnt, moet u op "Dit stuurprogramma toch installeren" klikken.
Als u Windows 2000/XP gebruikt en er verschijnt een
waarschuwingsbericht met betrekking tot de Windows-logotest of digitale handtekening, klikt u op "Toch doorgaan" of "Ja".
Er zal een bericht verschijnen met instructies voor het aansluiten van het apparaat op uw computer. Klik op de knop "OK".
Na de installatie kan een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd de computer opnieuw te starten. Klik in dat geval op de knop "Ja" om uw computer opnieuw op te starten.
Selecteer software
3
Sluit het apparaat aan op de computer met een USB-kabel.
13
Controleer of het apparaat aan staat.
1
Sluit de kabel aan op de
2
USB-aansluiting (type B) op het apparaat.
De USB-interface op het apparaat voldoet aan de USB 2.0 (Hi-Speed) standaard. Koop een afgeschermde USB-kabel.
Sluit het andere uiteinde van de kabel
3
aan op de USB-aansluiting (type A) op uw computer.
Het apparaat is gedetecteerd en een Plug and Play venster verschijnt.
Indien uw computer niet compatibel is met USB 2.0 (Hi-Speed) moet de instelling "USB 2.0 modusschakeling" in gebruikersprogramma
Opmerking
ingesteld worden op "Full Speed". Zie voor meer informatie, raadpleeg
"GEBRUIKERSPROGRAMMA'S." (p.66).
18
Volg de instructies in het Plug and Play-venster om het
14
stuurprogramma te installeren.
Wanneer de "Wizard Nieuwe hardware gevonden" verschijnt, selecteert u "De software automatisch installeren (aanbevolen)". Vervolgens klikt u op de toets "Volgende" en volgt u de aanwijzingen op het scherm.
Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een venster met een
Attentie
Hiermee is de installatie van de software voltooid.
• Als u Button Manager hebt geïnstalleerd, stelt u Button Manager in zoals uitgelegd in "BUTTON MANAGER INSTELLEN" (p.23).
• Als u Sharpdesk hebt geïnstalleerd, verschijnt het instelscherm van Sharpdesk. Volg de instructies op het scherm om Sharpdesk in te stellen.
veiligheidswaarschuwing verschijnt, moet u op "Dit stuurprogramma toch installeren" klikken.
Als u Windows 2000/XP gebruikt en er verschijnt een
waarschuwingsbericht met betrekking tot de Windows-logotest of digitale handtekening, klikt u op "Toch doorgaan" of "Ja".
3
19
Het apparaat gebruiken als gedeelde printer
Als u het apparaat gaat gebruiken als gedeelde printer in een netwerk, moet u onderstaande stappen volgen om het printerstuurprogramma te installeren op de clientcomputer.
Raadpleeg de handleiding of het helpbestand van uw besturingssysteem
Opmerking
om de juiste instellingen te configureren in de afdrukserver.
Voer stappen 2 tot en met 6 in "DE SOFTWARE INSTALLEREN"
1
(p.16) uit. Klik op de knop "Aangepast".
2
Selectie setuptype
3
Klik op de knop "MFP
3
stuurprogramma".
Klik op de knop "README weergeven" om informatie over de geselecteerde pakketten weer te geven.
Selecteer "Via het netwerk
4
aangesloten" en klik op de knop "Volgende".
Selecteer software
20
Selecteer de printernaam (geconfigureerd als gedeelde printer).
5
Opmerking
Attentie
6
Opmerking
7
Hiermee is de installatie van de software voltooid.
Selecteer de printernaam (geconfigureerd als gedeelde printer op
1
een afdrukserver) in de lijst.
In Windows 2000/XP kunt u ook klikken op de knop "Netwerkpoort toevoegen" die onder de lijst staat en de printer selecteren die u wilt delen door op het netwerk te zoeken in het venster dat verschijnt.
Klik op de knop "Volgende".
2
Volg de instructies op het scherm.
Als de gedeelde printer niet in de lijst voorkomt, moet u de instellingen op de afdrukserver controleren.
Als u Windows Vista/7 gebruikt en er een venster met een
veiligheidswaarschuwing verschijnt, moet u op "Dit stuurprogramma toch installeren" klikken.
Als u Windows 2000/XP gebruikt en er verschijnt een
waarschuwingsbericht met betrekking tot de Windows-logotest of digitale handtekening, klikt u op "Toch doorgaan" of "Ja".
U keert terug naar het venster van stap 3. Klik op de knop "Sluiten".
Na de installatie kan een bericht verschijnen waarin u wordt gevraagd de computer opnieuw te starten. Klik in dat geval op de knop "Ja" om uw computer opnieuw op te starten.
3
21

CONFIGUREREN VAN HET PRINTERSTUURPROGRAMMA

Na installatie van het MFP-stuurprogramma, moet u de instellingen van het printerstuurprogramma gepast configureren voor het geladen papierformaat.
Klik op de knop "Start", klik op "Configuratiescherm" en
1
vervolgens op "Printer".
• Klik in Windows 7 op de knop "Start" en vervolgens op "Apparaten en Printers".
• In Windows XP klikt u op de knop "Start" en vervolgens op "Printers en Faxapparaten".
• Klik in Windows 2000 op de knop "Start", selecteer "Instellingen" en klik vervolgens op "Printers".
Als in Windows XP "Printers en Faxapparaten" niet wordt weergegeven in het menu "Start", selecteert u "Configuratiescherm", selecteert
Opmerking
u "Printers en andere hardware" en selecteert u vervolgens "Printers en Faxapparaten".
Open het printereigenschappenvenster.
2
3
Klik op het pictogram van het printerstuurprogramma van het
1
apparaat. Selecteer "Eigenschappen".
2
In Windows 7 klik op het menu "Printereigenschappen".
Klik op het tabblad "Configuratie".
3
Klik op de "Ladestatus instellen" knop en selecteer het formaat van
4
het papier dat in iedere lade wordt ingevoerd.
Selecteer een lade in het menu "Papierinvoerbron", en selecteer het formaat van het papier in die lade in het menu "Papierformaat instellen". Doe dit voor elke lade.
Klik op de knop "OK" in het venster "Ladestatus instellen".
5
Klik op de knop "OK" in het eigenschappenvenster voor de printer.
6
22

BUTTON MANAGER INSTELLEN

Button Manager is een softwareprogramma dat samenwerkt met het scannerstuurprogramma om scannen vanaf het apparaat mogelijk te maken. Als u wilt scannen met het apparaat, moet Button Manager worden gekoppeld aan de bestemming die verschijnt in het display. Volg de onderstaande stappen om Button Manager te koppelen aan scannergebeurtenissen.
Windows XP/Vista/7
Klik op de knop "Start", klik op "Configuratiescherm", klik op
1
"Hardware en geluiden" en klik vervolgens op "Scanners en camera's".
• Klik in Windows 7 op de knop "Start" en vervolgens op "Apparaten en Printers".
• In Windows XP klikt u op de knop "start", selecteert u "Configuratiescherm" en klikt u op "Printers en andere hardware", en klikt u vervolgens op "Scanners en camera's".
Klik op het pictogram "SHARP AL-xxxx" en selecteer "Eigenschappen".
2
• In Windows 7, klik op het pictogram "SHARP AL-xxxx" en selecteer "Scaneigenschappen".
• In Windows XP selecteert u "Eigenschappen" in het menu "Bestand".
Klik op het tabblad "Gebeurtenissen" in het scherm "Eigenschappen".
3
Selecteer "SC1:" in het uitschuifmenu
4
"Selecteer een gebeurtenis".
3
Selecteer "Uitvoeren" en selecteer "Sharp
5
Button Manager Y" in het uitschuifmenu.
Herhaal de stappen 4 en 5 om Button Manager te koppelen aan
6
"SC2:" tot "SC6:".
Selecteer "SC2:" in het uitschuifmenu "Selecteer een gebeurtenis". Selecteer "Start dit programma" en selecteer "Sharp Button Manager Y" in het uitschuifmenu. Doe hetzelfde voor elk ScanMenu tot en met "SC6:".
Klik op de knop "OK".
7
Button Manager is nu verbonden met het scanmenu (1 tot en met 6). De scaninstellingen voor elk van de scanmenu's 1 tot en met 6 kunnen worden gewijzigd met het instellingsvenster van Button Manager. Voor de standaardinstellingen van het scanmenu en procedures voor configuratie van Button Manager-instellingen, raadpleeg "Instellingen van Button Manager" (p.55).
23
Windows 2000
Klik op de knop "Start", selecteer "Instellingen" en klik vervolgens
1
op "Configuratiescherm".
Dubbelklik op het pictogram "Scanners en camera's".
2
Selecteer "SHARP AL-xxxx" en klik op de knop "Eigenschappen".
3
Klik op het tabblad "Gebeurtenissen" in het scherm
4
"Eigenschappen".
Selecteer "SC1:" in het vervolgkeuzemenu
5
"Scannergebeurtenissen".
Selecteer "Sharp Button Manager Y" in "Naar
6
deze toepassing doorsturen".
Als andere toepassingen worden weergegeven, schakelt u de selectievakjes
Opmerking
van de andere toepassingen uit en laat u alleen het selectievakje van Button Manager ingeschakeld.
3
Klik op de knop "Toepassen".
7
Herhaal de stappen 5 en 7 om Button Manager te koppelen aan
8
"SC2:" tot "SC6:".
Selecteer "SC2:" in het vervolgkeuzemenu "Scannergebeurtenissen". Selecteer "Sharp Button Manager Y" in "Naar deze toepassing zenden" en klik op de knop "Toepassen". Doe hetzelfde voor elk ScanMenu tot en met "SC6:". Wanneer de instellingen zijn voltooid, klikt u op de knop "OK" om het scherm te sluiten.
Button Manager is nu verbonden met het scanmenu (1 tot en met 6). De scaninstellingen voor elk van de scanmenu's 1 tot en met 6 kunnen worden gewijzigd met het instellingsvenster van Button Manager. Voor de standaardinstellingen van het scanmenu en procedures voor configuratie van Button Manager-instellingen, raadpleeg "Instellingen van Button Manager" (p.55).
24
4
Dit hoofdstuk beschrijft basisfuncties en andere kopieerfuncties. Het apparaat is uitgerust met een geheugen voor 1 pagina. Door dit geheugen is het mogelijk een origineel 1 x te scannen en tot 99 kopieën te maken. Deze eigenschap verbetert de werkstroom, reduceert het geluid van de kopieermachine en zorgt voor meer betrouwbaarheid door de slijtage van het scanmechanisme te reduceren.

KOPIEERFUNTIES

KOPIËREN

1 Zorg ervoor dat er papier geladen is in de papierlade (p.10) of
handinvoerlade (p.12) en controleer het papierformaat (p.9).
Indien er geen papier geladen is, raadpleeg pagina 10.
2 Plaats het origineel.
Wanneer u de glasplaat gebruikt, zie pagina "De documentglasplaat gebruiken" (p.26). Wanneer u de SPF gebruikt, zie pagina "Gebruik van de SPF (AL-2041)" (p.27). Wanneer u op een groter formaat dan A4 kopieert, moet u de extensie de papierlade gebruiken.
4
3 Selecteer de kopieerinstellingen.
• Om het aantal kopieen in te stellen, zie pagina 28.
• Om de resolutie- en contrastinstellingen af te stellen, zie pagina 28.
• Om de kopie te verkleinen of te vergroten, zie pagina 30.
• Om de gebruikte papierlade te wijzigen, zie pagina 30.
• Om meerdere originelen te sorteren, zie pagina 33.
• Om de voor- en achterzijde van een ID-card op één pagina te kopiëren, zie pagina 36.
AL-2041
• Als u wilt afdrukken op beide zijden van het papier, zie pagina 31.
4 Start het kopiëren.
Druk op de start-toets ( ).
25
Wanneer u een afdruktaak start tijdens een kopieertaak, zal de
g
afdruktaak uitgevoerd worden als de kopieertaak voltooid is.
Opmerking
De scanfunctie kan niet gebruikt worden wanneer er een kopieertaak in
uitvoering is.
Over het onderbreken van een kopieertaak
Als u op de starttoets ( ) drukt om een kopieertaak te starten terwijl een afdruktaak via de papierlade of de handinvoer bezig is, begint het kopiëren automatisch nadat de afdrukgegevens in het geheugen van het apparaat zijn afgedrukt (kopiëren onderbreken). Wanneer het kopiëren is voltooid, worden de resterende afdrukgegevens in de computer niet naar het apparaat verzonden. Wanneer de kopieertaak is beëindigd, drukt u tweemaal op de wistoets om het apparaat in de onlinestand te zetten of wacht u totdat de ingestelde automatische wistijd (p.66) is verstreken. De resterende afdrukgegevens worden naar het apparaat verzonden en het afdrukken wordt hervat. * Het onderbreken van een taak om te kopiëren tijdens dubbelzijdig afdrukken is niet
mogelijk voordat de afdruktaak is voltooid. (enkel bij AL-2041)

ORIGINELEN PLAATSEN

De documentglasplaat gebruiken
De glasplaat kan originelen tot A4-formaat lezen.
Er kan een beeldverlies van 4 mm optreden aan de boven- en
Opmerking
1
2
onderrand van de kopieën. Er kan ook een beeldverlies van 4.5 mm in totaal optreden langs de andere randen van de kopieën. Wanneer u een boek of een gevouwen of gekreukt origineel kopieert, moet
u een lichte druk uitoefenen op het documentdeksel/de SPF. Als het documentdeksel/de SPF niet goed is gesloten, kunnen strepen of vlekken op de kopieën ontstaan.
Let erop dat er geen origineel in de SPF is geplaatst wanneer u de
glasplaat gebruikt om een origineel te scannen.
Open het documentdeksel/de SPF en plaats het origineel.
Plaats een origineel met de beeldzijde omlaag op de glasplaat. Lijn het uit met de origineelschaal en het centreermerkteken ( ). Sluit het documentdeksel/de SPF voorzichtig.
Na het origineel te hebben geplaatst, zorg ervoor dat het documentdeksel/de SPF gesloten wordt. Als deze open blijft worden de gedeelten buiten het origineel zwart gekopieerd wat extreem veel toner gebruikt. Bovendien kan dit tonerverspreiding in het apparaat of beschadiging van de drumpatroon veroorzaken.
Scala voor het origineel
4
markerin
26
Een origineel van groot formaat instellen (AL-2021)
Het documentdeksel kan verwijderd worden om kopiëren van dikke objecten mogelijk te maken.
Til het documentdeksel gewoon op.
1
Om het documentdeksel terug te plaatsen, doe het omgekeerde.
2
Gebruik van de SPF (AL-2041)
De SPF is geschikt voor maximaal 50 originelen van A5 tot A4 met een gewicht van 56
g
/m2 tot 90g/m
Opmerking
2
Verwijder nietjes of paperclips van de originelen voordat u ze in de documentinvoer plaatst.
Strijk omgekrulde of golvende originelen vlak voordat u ze in de documentinvoer plaatst. Als u dit niet doet, kunnen de originelen vastlopen.
Als het origineel correct in de SPF is geplaatst, gaat het SPF­indicatorlampje branden. Als het origineel niet correct is geplaatst, gaat het SPF-indicatorlampje niet branden. Als de SPF niet correct is gesloten, gaat het indicatorlampje knipperen.
Sterk beschadigde originelen kunnen vastlopen in de SPF. Het wordt aanbevolen dergelijke originelen te kopiëren vanaf de glasplaat.
Speciale originelen, bijvoorbeeld transparanten, mogen niet worden ingevoerd via de SPF, maar moeten rechtstreeks op de glasplaat worden geplaatst.
Er kan een beeldverlies (max. 4 mm) optreden aan de boven- en onderrand van de kopieën. Er kan ook een beeldverlies (max. 4.5 mm in totaal) optreden langs de andere randen van de kopieën. Dit kan (max.) 6 mm zijn aan de bovenrand van de tweede kopie bij dubbelzijdig kopiëren.
Druk op de wistoets om het continu kopiëren via de SPF te beëindigen.
Kopiëren in de modus enkelzijdig naar enkelzijdig: Zorg ervoor dat het indicatorlampje voor 2-zijdige kopieën het enige is dat brandt (enkel bij AL-2041).
4
Controleer of er geen origineel op de glasplaat ligt.
1
Stel de origineelgeleiders af op de
2
afmeting van het origineel.
Plaats de originelen met de beeldzijde
3
omhoog in de documentinvoer.
Kijk door het kijkgaatje (zie de afbeelding rechts) om de positie van het origineel te controleren. In het kijkgaatje is een merkteken voor de bovenrand van het origineel . Lijn de bovenrand van het origineel uit met dit merkteken.
27
Origineel met printzijde boven
Kijkgaatje

INSTELLEN VAN DE KOPIEERHOEVEELHEID

Stel het aantal kopieën in met de twee kopieerhoeveelheidtoetsen ( , ) wanneer u kopieert vanaf de glasplaat of de SPF.
Druk op de wistoets om een verkeerde ingave te wissen.
Opmerking
• Druk op de rechter kopieerhoeveelheid-toets om de eenheden in te stellen van 0 tot 9. Deze toets zal de tientallen niet wijzigen.
• Druk op de linker kopieerhoeveelheid-toets om de tientallen in te stellen van 1 tot 9.
Er kan een enkele kopie worden gemaakt wanneer "0" wordt
weergegeven.
A4
B5 A5
Tientallen
Enkele getallen

BELICHTING AANPASSEN/KOPIËREN VAN FOTO'S

Belichtingsaanpassing
In de automatische belichtingsmodus is een aanpassing van de kopieerdichtheid niet vereist voor de meeste originelen. Om de kopieerdichtheid manueel aan te passen of om foto's te kopiëren, kan het belichtingsniveau manueel worden aangepast in vijf stappen.
De kopieerresolutie die gebruikt wordt in de AUTO en MANUELE
Opmerking
( ) modus kan gewijzigd worden. (p.66)
4
Druk op de selectietoets voor
1
belichtingsmodus om de MANUELE ( ) modus of de FOTO ( ) modus te selecteren.
Gebruik de lichter- ( ) en donkerder ( )
2
-toetsen om het belichtingsniveau aan te passen. Indien belichtingsniveau 2 geselecteerd wordt, zullen de 2 indicators uiterst links voor dat niveau tegelijk oplichten. Indien belichtingsniveau 4 geselecteerd wordt, zullen de 2 indicators uiterst rechts voor dat niveau tegelijk oplichten.
28
Loading...
+ 63 hidden pages