Scott DRX 950 TECHNICAL SPECIFICATIONS [nl]

AUTORADIO DVD/VCD/CD/MP3/MPEG4/XVID-SPELER SCHERM 7’’
USB/SD/MMC-INTERFACE
ESP ANTISCHOKSYSTEEM
AM/FM RDS – TA/AF/PTY
VERMOGEN 160 WATT
AFNEEMBAAR FRONTPANEEL
HANDLEIDING EN INSTALLATIE-INSTRUCTIES
INHOUD
INHOUD .................................................................................................................................................... NL-1
ACCESSOIRES ........................................................................................................................................ NL-2
VEILIGHEID .............................................................................................................................................. NL-3
INSTALLATIE/VERWIJDEREN VAN DE AUTORADIO EN ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN .............. NL-5
CONFIGURATIE VAN DE DUAL ZONE MODUS ..................................................................................... NL-8
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT ................................................................................................... NL-9
BASISGEBRUIK ..................................................................................................................................... NL-10
AFSTANDSBEDIENING ......................................................................................................................... NL-12
BESCHRIJVING VAN HET AANRAAKSCHERM ................................................................................... NL-16
SYSTEEMINSTELLING .......................................................................................................................... NL-18
RADIOMODUS ....................................................................................................................................... NL-20
DVD/VCD/CD/MP3/MPEG4//XVID-MODI ............................................................................................... NL-23
DVD-INSTELLING .................................................................................................................................. NL-33
TECHNISCHE KENMERKEN ................................................................................................................. NL-38
PECHVERHELPINGSGIDS .................................................................................................................... NL-40
-NL 1-
ACCESSOIRES
Montagekader x 1
(reeds op het toestel vastgemaakt)
Afneembaar afdekplaatje x 1
(reeds op het toestel vastgemaakt)
Metalen montagestrook x 1
Tussenring x 1
Geleidingsrubber x 1 Afstandsbediening x 1 Uittreksleutels x 2 AV-kabel x 1
Connector voor ISO­kabel x 1
L
/
S
O
E
V
L
+
Afneembaar voorpaneel x 1
(reeds op het toestel vastgemaakt)
Handleiding USB-kabel x 1 Schroeven X4
Moer x 1
-NL 2-
VEILIGHEID
Hoewel dit apparaat zodanig is ontworpen dat uw veiligheid wordt gewaarborgd, kunnen een foute installatie of verkeerd gebruik gevaren opleveren. Het is dan ook ten zeerste aan te raden deze handleiding zorgvuldig te lezen en alle hierin vervatte richtlijnen na te leven.
VEILIGHEIDSRICHTLIJNEN
Om elk risico van elektrische schok te voorkomen het apparaat niet openen. In geval van functiestoornis een beroep
doen op een erkende en bekwame technicus.
Stel het apparaat niet bloot aan vochtigheid. Houd het apparaat op enige afstand van elke vloeistofbron. Hanteer het
apparaat niet met vochtige hadnen om elk risico van kortsluiting te voorkomen.
Zet het volume tijdens het rijden niet op een te hoog niveau want u loopt gevaar u te laten afleiden en een ongeval te
veroorzaken.
Gebruik geen alcohol om het apparaat te reinigen; gebruik uitsluitend een schone, droge en zachte doek. Als het apparaat werd blootgesteld aan extreme temperaturen of aan een bijzonder vochtige omgeving, wacht dan tot de
temperatuur van het voertuig opnieuw normaal is vooraleer het apparaat aan te zetten.
Gebruik het apparaat niet gedurende lange periode zonder de motor te laten draaien. Het zou kunnen dat de batterij van
het voertuig zich ontlaadt en dat de motor bijgevolg niet meer zou starten.
Vooraleer de installatie van het apparaat in het dashboard te voltooien, de aansluitingen uitvoeren en de goede werking
van het apparaat nagaan.
Gebruik uitsluitend met het apparaat meegeleverde onderdelen om zijn installatie uit te voeren. Plaats geen kabels op plaatsen die opwarmen om te voorkomen dat hun isolerende mantel smelt. Bij de vervanging van de zekering moet u controleren of de nieuwe zekering wel de door de fabrikant aanbevolen
kenmerken heeft.
-NL 3-
VEILIGHEID GEBRUIKSVOORZORGEN
Plaats geen gekraste of vervormde disk in het apparaat. Als u geen disk in het compartiment kunt geschoven krijgen,
probeer dit dan niet te forceren.
Plaats nooit andere objecten dan een disk in het diskcompartiment (geldstukken, naalden enz.), want hierdoor kan het
apparaat worden beschadigd of kan kortsluiting worden veroorzaakt.
Gebruik uitsluitend ronde disks van 8 of 12 cm diameter. Respecteer steeds de geldende wet op de recyclage van batterijen. Als het apparaat wordt losgekoppeld van de accu, worden de in het geheugen opgeslagen gegevens gewist. Als de disk gekrast, vuil, vervormd is of de opnamekwaliteit middelmatig is, zal de geluidskwaliteit bij de weergave ook
middelmatig zijn.
Afstandsbediening:
Plaats de afstandsbediening nooit op de grond, aangezien ze dan onder het rem- of gaspedaal geklemd kan blijven. Veroorzaak geen kortsluiting, open de batterij niet en verhit ze ook niet. Gooi de batterij niet in het vuur. Respecteer de wet op het weggooien van gebruikte batterijen.
BELANGRIJK: Als u het toestel voor de eerste keer gebruikt, moet u het TFT-scherm kalibreren. Kijk voor meer details bij het hoofdstuk « SYSTEEMINSTELLING » - 5. « SYSTEM » (systeem) - « TOUCH ADJUST » (kalibreren).
-NL 4-
INSTALLATIE/VERWIJDEREN VAN DE AUTORADIO EN ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
OPMERKING : Het apparaat moet horizontaal worden ingezet (het mag dus geen hoek van 30° tegenover de horizontale as
overschrijden).
Controleer eerst alle elektrische aansluitingen vooraleer tot de definitieve installatie over te gaan.
INSTALLATIE VOORAAN

Installatie van het toestel

1. Montageslede Monteer de montageslede in het dashbord. Opdat de cd-speler optimaal zou functioneren, is het wenselijk om het toestel
zo horizontaal mogelijk te plaatsen (een hoek van 30° dus niet overschrijden). Maak de slede vast door de metalen lipjes ervan met behulp van een schroevendraaier om te plooien. Zorg vervolgens voor de elektrische aansluitingen (pagina NL-7).
2. De autoradio inbrengen
Schuif de hoofdeenheid in de motageslede totdat de stabilisatiemechanismen
aan elke zijde van het toestel perfect in de openingen van de slede passen.
3. Het toestel demonteren
Haal de 2 meegeleverde klemschroeven uit hun omhulsel aan de zijkanten
van het toestel totdat u een klik hoort. Trek daarna het toestel uit het dashboard door aan de schroeven te trekken.
-NL 5-

INZETTEN EN AFNEMEN VAN HET AFNEEMBARE VOORPANEEL

Toets REL
Afnemen van het afneembare voorpaneel
Druk op de toets REL om het afneembare frontpaneel te ontgrendelen. Duw het voorpaneel naar rechts en maak de linkerkant los zoals op de
afbeelding.
Installatie van het afneembare voorpaneel
Steek eerst de rechterkant in zoal
s op de afbeelding en druk dan
zachtjes op de linkerkant tot u een klik hoort, waardoor bevestigd wordt dat het afneembare voorpaneel goed is ingezet.
Opmerking : Verwijder de plastic beschermfolie van het scherm om een optimaal gebruik van het aanraakscherm te garanderen.
-NL 6-
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
De meeste voertuigen zijn reeds uitgerust met ISO-connectors waardoor u uw autoradio gemakkelijk kunt aansluiten. Deze situeren zich in het dashboard op de locatie van de autoradio. Gebruik deze kabels voor de aansluiting van de autoradio. Als uw voertuig niet is uitgerust met deze ISO-connectors, raden we u aan uw autoconcessiehouder of een specialist te raadplegen om de gepaste adapter aan te schaffen. Als u over kabels beschikt, sluit de luidsprekers en de voeding dan aan op de ISO-connectors en volg daarbij de onderstaande instructies.
OPMERKING : BIJ VERKEERDE AANSLUITINGEN OF EEN VERKEERD GEBRUIK VERVALT DE WAARBORG . De fabrikant kan niet verantwoordelijk worden gehouden in geval van een verstoorde werking van het toestel door foute aansluitingen.
- Omwille van veiligheidsredenen moet de bruine draad verbonden worden met de handrem om zo de videoweergave op het scherm van het toestel te activeren.
-NL 7-
De videoweergave is permanent op de achterste monitor geactiveerd.
- Het is evenwel mogelijk om een achteruitrijcamera (composiet video) op de voorziene ingang aan te sluiten. Om de weergave te activeren moet u eveneens de oranje kabel met het contact voor achteruit te rijden verbinden of op het achterruitrijlicht zodat het toestel automatisch overschakelt op de achteruitrijcamera als de achteruit versnellling ingeschakeld wordt.
Instelling van de DUAL ZONE modus
Dit toestel is uitgerust met een DUAL ZONE modus waardoor u, als er 2 monitors aangesloten zijn, tegelijkertijd de DVD-, USB-, SD- en AUX-modus kan verkrijgen op de monitor achteraan en de radiomodus op het toestel. In dat geval moet de uitgang DUAL AUDIO OUT gebruikt worden om het geluid van de DVD, de USB-randapparatuur, de SD-kaart of de hulpbron op de achterste monitor te verkrijgen.
Hoofdbron en geselecteerde bron voor de weergave op de achterste monitor(en) (raadpleeg het hoofdstuk « SYSTEEMINSTELLING »)
In eender welk hoofdmenu drukt u op het symbool links bovenaan om het menu systeeminstelling weer te geven. Vervolgens drukt u onmiddellijk op de bron om de zone vooraan of achteraan te selecteren.
1. Als het toestel in radiomodus is, kan u eender welke bron selecteren voor de achterste monitor.
2. Als het toestel in een andere modus dan de radiomodus staat, zullen de achterste monitors dezelfde bron weergeven als diegene die op het toestel geselecteerd werd.
Bediening van het toestel of de achterste monitor
Druk op de toets IR-F/R van de afstandbediening om het toestel of de achterste monitor bedienen. Opmerking: Deze functie wordt gedeactiveerd als de achterste monitor niet beschikbaar is.
-NL 8-
BESCHRIJVING VAN HET TOESTEL
-NL 9-
BASISGEBRUIK
1. Toets TA (Traffic Announcement - verkeersinformatie) Druk in RADIOmodus op de toets TA om de verkeersinformatie te activeren of te deactiveren.
2. Toets PTY (Program Type - programmatype)
Druk in radiomodus één keer op deze toets om de zoekfunctie voor een zender per programmatype te activeren. Druk herhaaldelijk om een programmatype te selecteren.
3. LCD-scherm
4. Toets REL
Druk op de toets REL om het afneembare frontpaneel te ontgrendelen.
5. Toetsen VOL
Regel het volume door aan de knop te draaien. Druk kort op de toets om het menu weer te geven. U kan één van de volgende parameters kiezen : « L-VOOR » (vooraan links), « R-VOOR » (vooraan rechts), « L-ACHTER » (achteraan links), « R-ACHTER » (achteraan rechts), « S­WOOFER » (subwoofer), « BASS », « MIDDEN », « TREBLE », « HELLING », « VOLUME ». Draai aan de toets om de gewenste instellingen door te voeren.
6. Infraroodsensor IR
Infraroodontvangst voor de afstandsbediening.
7. POWER/MUTE (aan-uit /dempen)
Druk op deze toets om het toestel in werking te zetten. Om het toestel uit te schakelen, drukt u gedurende 1 seconde op deze toets .
Als het toestel ingeschakeld is, drukt u op de toets POWER/MUTE om het geluid uit te schakelen. Druk nogmaals op deze toets om het geluid opnieuw te activeren.
8. Toets / en \
Druk in radiomodus op één van deze toetsen om automatisch een zender te zoeken. Houd één van deze toetsen ingedrukt om manueel te zoeken.
In DVD/USB/CARTE-modus gebruikt u deze toetsen om naar het vorig of volgende bestand te gaan. Om snel terug of verder te gaan, houdt u de toetsen ingedrukt.
9. Sleuf voor het inbrengen van een disk
10. Toets BAND/
In radiomodus drukt u herhaaldelijk op deze toets om één van de volgende golflengtes te kiezen: FM1/FM2/FM3/MW1/MW2. Druk tijdens de weergave op deze toets om de weergave op pauze te zetten of te hernemen.
11. Toets MODUS
Druk op deze toets om één van de volgende modi te kiezen: RADIO/DVD/SD/USB/AV1/AV2.
12. AV IN (audio/video ingang)
Sluit de stekker van de meegeleverde A/V-adapter aan op de AV IN aan de afneembare voorzijde van het toestel. U kan vervolgens een extern audio/videotoestel aansluiten op deze adapter, eventueel door een aangepaste A/V-kabel te gebruiken en druk daarna op de toets MODUS om naar AVI­modus over te gaan.
/SEL +/-
(selecteren van een golflengte / weergave-pauze)
-NL 10-
BASISGEBRUIK
/
13. Sleuf voor SD/MMC-kaart
Voeg de SD/MMC-kaart in. Vervolgens start het toestel automatisch met de weergave van de opgenomen bestanden.
OPMERKING: Als het toestel de SD/MMC-kaart niet uitwerpt door gewoonweg te drukken dan moet u ze handmatig uit het toestel
verwijderen..
14. Toets AF/DISP (alternatieve gofllengtes / informatieweergave)
Druk in RADIO-modus op deze toets om de functie alternatieve goflengtes te activeren of te deactiveren.
Houd deze toets ingedrukt om de volgende informatie weer te geven : klok, geselecteerde bron voor hoofdweergave, geselecteerde bron voor weergave op achterste monitoren en beschikbare media.
15. OPEN (uitvouwen/invouwen van het TFT-scherm)
Druk op deze toets om het TFT-scherm tevoorschijn te halen of terug weg te steken.
16. Toets
Druk op deze toets om de disk uit te werpen.
Druk lang op deze toets om het toestel te dwingen de disk uit te werpen wanneer er een disfunctie tijdens het laden ervan zou optreden.
17. USB-poort
Voeg een USB-randapparaat in Vervolgens start het toestel automatisch met de weergave van de opgenomen bestanden.
18. Anti-diefstal LED
Het lampje knippert als het frontpaneel verwijderd is.
19. RESET
Breng een punt (zoals die van een potlood) in het gaatje RESET om het toestel opnieuw op te starten.
20. TFT-aanraakscherm
21. Toetsen TILT -/+
Gebruik deze toetsen om de helling van het TFT-scherm te regelen.
22. Toets SETUP (instelling)
Druk in DVD-modus op de toets SETUP om het DVD-instelmenu te openen. Houd deze toets ingedrukt om het menu van de systeeminstelling weer te geven.
Druk in de andere modi op de toets SETUP om het menu van de systeeminstelling weer te geven.
(helling van het scherm)
-NL 11-
AFSTANDSBEDIENING
13. DISP (weergave)
14.
15. IR-F/R (vooraan/achteraan in Dual Zone modus)
16. SETUP (instelling)
17. SUB-T/LOC (ondertitels/ locale zenders)
18. MENU
19.
20.
21. ST/AUDIO (stereo/audio)
22. ZOOM/AF (zoom / alternatieve frequenties)
23. LOUD (Loudness)
24. RDM/TA (willekeurige weergave / verkeerdsinformatie)
25. RPT/CLEAR (herhalen / wissen)
26. GOTO (ga naar)
Inzetten van de batterij
Open het batterijvak gesitueerd aan de achterkant van de afstandsbediening en zet de batterij in met de positieve pool naar boven, zoals op onderstaande afbeelding.
(uitwerpen)
(weergave/pauze)
/PTY (vertragen / programmatype)
1. POWER
2. MODUS
3. BAND / P/N (golflengte / TV-systeem : PAL/NTSC)
4. AMS/ANGLE (automatisch onthouden van zenders / hoek)
5. TITLE (titel)
6.  /  /  / / ENTER
7. (stoppen) :
8. VOL-/VOL+ (volume verlagen / verhogen) / SEL (selectie)
9. MUTE (dempen)
10. PROG A-B (programmering/herhalen segment A-B)
11. EQ (equilizer)
12. 0-9, 10+ (numeriek toetsenbord)
(aan/uit)
Gebruik van de afstandsbediening
Richt de afstandsbediening naar de infraroodsensor gesitueerd op het afneembare voorpaneel.
Opmerkingen:
Het verkeerd gebruik van de batterij kan een functiestoornis veroorzaken. Let op de volgende punten voor de afstandsbediening : * Bewaar de batterij buiten bereik van kinderen. Als de batterij wordt ingeslikt, raadpleeg dan onmiddellijk een geneesheer.
* Zet een lithiumbatterij in van het type CR2025 (3 V). * Neem de batterij uit als de afstandsbediening niet zal worden gebruikt gedurende een maand of langer.
-NL 12-
Loading...
+ 30 hidden pages