Samsung ML-2240, ML-1645, ML-1640 User Manual [nl]

ML-1640 Series ML-2240 Series
Monolaserprinter
Gebruikershandleiding
mogelijkheden die tot de verbeelding spreken
Bedankt voor uw aankoop van dit Samsung­product. Voor een volwaardige service moet u zich registreren op
www.samsung.com/global/register

De functies van uw nieuw laserproduct

Uw nieuw apparaat is uitgerust met een aantal speciale functies die de kwaliteit van de documenten die u afdrukt verbeteren. Met dit apparaat kunt u:
Speciale functies
Afdrukken met een hoge snelheid en uitstekende kwaliteit
U kunt afdrukken met een maximale resolutie van 1200 x 600 dpi.
Uw apparaat drukt papier van A4-formaat af tegen een maximale snelheid van 16 ppm (ML-1640-reeks), 22 ppm (ML-2240-reeks), en papier van letterformaat tegen een maximale snelheid van 17 ppm (ML-1640-reeks), 23 ppm (ML-2240-reeks).
Veel verschillende soorten afdrukmateriaal verwerken
De lade voor 150 vellen biedt plaats voor normaal papier van diverse afmetingen, briefhoofden, enveloppen, etiketten, aangepaste afdrukmaterialen, postkaarten en zwaar papier.
Professionele documenten maken
Watermerken afdrukken. U kunt uw documenten voorzien van een watermerk (bijv. "Vertrouwelijk"). Zie Software.
Posters afdrukken. De tekst en afbeeldingen op elke pagina van uw document worden vergroot en afgedrukt over het volledige vel, en kunnen aaneengekleefd worden tot een posterformaat. Zie Software.
U kunt gebruikmaken van voorbedrukte formulieren en gewoon papier met briefhoofd. Zie Software.
Tijd en geld besparen
U kunt meerdere pagina’s op één vel afdrukken om papier te besparen.
Dit apparaat bespaart automatisch stroom door het stroomverbruik aanzienlijk te beperken wanneer het apparaat niet wordt gebruikt.
Afdrukken onder verschillende besturingssystemen
U kunt afdrukken onder Windows 2000 en Windows XP/2003/ Vista, evenals met Linux- en Macintosh-systemen.
Dit apparaat is uitgerust met een USB-interface.
Functies per model
Het apparaat is geschikt voor het afdrukken van al uw documenten. De belangrijkste functies van dit apparaat zijn:
FUNCTIES ML-1640 ML-2240
USB 2.0 Full speed
Dubbelzijdig afdrukken (Handmatig)
( : Inclusief)
Informatie over deze gebruikershandleiding
Deze gebruikershandleiding bevat basisinformatie over het apparaat en biedt tevens gedetailleerde informatie over de verschillende procedures die doorlopen worden bij het gebruik van het apparaat. Zowel beginnende als professionele gebruikers kunnen deze handleiding raadplegen voor installatie en gebruik van het apparaat.
Een aantal termen in deze gebruikershandleiding hebben dezelfde betekenis:
Document is synoniem met origineel.
Papier is synoniem met materiaal of afdrukmateriaal.
De uitleg is in deze gebruikershandleiding is voornamelijk gebaseerd op de ML-2240 Series. Sommige afdbeeldingen kunnen verschillen voor de ML-1640 Series.
De volgende tabel bevat informatie over de conventies die in deze gebruikershandleiding worden gebruikt:
CONVENTIE OMSCHRIJVING VOORBEELD
Vet Wordt gebruikt voor teksten op het display of daadwerkelijke afdrukken op het
apparaat.
Opmerking Biedt aanvullende informatie of gedetailleerde uitleg over een functie of
voorziening van het apparaat.
Opgepast Biedt gebruikers informatie om het apparaat te beschermen tegen mogelijke
mechanische schade of defecten.
Voetnoot Biedt aanvullende informatie over bepaalde woorden of een bepaalde zin. a. pagina’s per minuut
(Zie pagina 1 voor meer informatie)
Wordt gebruikt om gebruikers door te verwijzen naar de referentiepagina voor meer informatie.
Start
De datumnotatie kan verschillen van land tot land.
Raak de groene onderzijde van de tonercassette niet aan.
(Zie pagina 1 voor meer informatie)
De functies van uw nieuw laserproduct_3
Meer informatie
Meer informatie over de instelling en het gebruik van uw apparaat vindt u in de volgende bronnen. Dit kunnen papieren of online te raadplegen documenten zijn.
Beknopte installatiehandleiding
Online gebruikershandleiding
Hulp bij het printerstuurprogramma
Samsung-website Als u toegang hebt tot het internet kunt op de website van Samsung: www.samsungprinter.com
Biedt informatie over het instellen van het apparaat. U moet de instructies in de handleiding volgen om het apparaat gebruiksklaar te maken.
Stapsgewijze instructies om alle functies van uw apparaat ten volle te benutten en informatie over het onderhoud van uw apparaat, de oplossing van eventuele problemen en de installatie van toebehoren. Deze handleiding bevat ook een sectie Software met informatie over de wijze waarop u documenten kunt afdrukken onder verschillende besturingssystemen en de manier waarop u de meegeleverde hulpprogramma’s gebruikt.
U vindt anderstalige gebruikershandleidingen in de map Manual op de cd-rom met printersoftware.
Biedt ondersteunende informatie over de eigenschappen van het printerstuurprogramma en instructies voor het instellen van afdrukinstellingen. Klik op Help in het dialoogvenster printereigenschappen om toegang te krijgen tot het helpscherm van het printerstuurprogramma.
printerstuurprogramma’s, handleidingen en bestelinformatie.
terecht voor hulp en ondersteuning,

Veiligheidsinformatie

Belangrijke veiligheidssymbolen en voorzorgsmaatregelen
Betekenis van de pictogrammen en symbolen in deze gebruikershandleiding:
Risico’s of onveilige werkwijzen die kunnen leiden tot ernstig persoonlijk letsel of overlijden.
WAARSCHUWING
Risico’s of onveilige werkwijzen die kunnen leiden tot licht persoonlijk letsel of schade aan eigendommen.
LET OP
Volg deze standaardveiligheidsmaatregelen op om de kans op brand, explosies, elektrische schokken of persoon-
LET OP
lijk letsel te voorkomen wanneer u het apparaat gebruikt
NIET proberen.
NIET demonteren.
NIET aanraken.
Volg de instructies uitdrukkelijk op.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Zorg dat het apparaat geaard is om elektrische schokken te voorkomen.
Bel het servicecentrum voor hulp.
Deze waarschuwingssymbolen zijn aanwezig om te voorkomen dat u of anderen gewond raken. Volg deze uitdrukkelijk op. Bewaar dit gedeelte nadat u het hebt doorgelezen op een veilige plaats, zodat u het later kunt raadplegen.
1. Zorg dat u alle instructies gelezen en begrepen hebt.
2. Gebruik altijd uw gezonde verstand bij het gebruik van elektrische apparaten.
3. Volg alle aanwijzingen en waarschuwingen op die zich op het product en in de bijbehorende documentatie bevinden.
4. Als andere gebruiksinstructies deze veiligheidsinstructies lijkt tegen te spreken, moet u zich aan deze veiligheidsinstructies houden.
Misschien zijn de andere gebruiksinstructies u niet helemaal duidelijk. Wanneer u er niet uit komt, moet u contact opnemen met uw leverancier of service center.
5. Haal de stekker van het apparaat altijd uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt. Gebruik geen vloeistoffen of spuitbussen. Gebruik voor het schoonmaken alleen een vochtige doek.
6. Zet het apparaat niet op een wankel wagentje, onderstel of tafel. Het apparaat kan dan vallen, waardoor het ernstig beschadigd kan raken.
7. Het apparaat mag nooit op of dichtbij een radiator, kachel, airconditioner of ventilatiekanaal worden geplaatst.
8. Plaats geen voorwerpen op het netsnoer. Zet het apparaat ook niet op een plaats waar de kabels kunnen knikken of problemen
kunnen ontstaan doordat er mensen over de kabels heen lopen.
9. Sluit niet te veel apparaten op hetzelfde stopcontact of verlengsnoer aan. Dit kan de werking verstoren en verhoogt de kans op brand en elektrische schokken.
10. Zorg dat er geen huisdieren in de wisselstroomkabels of pc-interfacekabels kunnen bijten.
11.
Steek nooit vreemde voorwerpen door de openingen in de behuizing van het apparaat. Ze kunnen dan in aanraking komen met een gevaarlijk hoge spanning, met kans op brand of elektrische schokken. Zorg dat er nooit vloeistoffen op of in het apparaat worden gemorst.
Veiligheidsinformatie_5
12. Om de kans op elektrische schokken zo klein mogelijk te houden, moet u het apparaat niet uit elkaar halen. Breng het naar een gekwalificeerd onderhoudstechnicus, wanneer herstellingen nodig zijn. Als u de behuizing opent of verwijdert, kunt u worden blootgesteld aan een gevaarlijk hoge spanning en andere gevaren. Wanneer het apparaat niet op de juiste manier in elkaar wordt gezet, bestaat ook tijdens gebruik kans op elektrische schokken.
13. Koppel het apparaat los van de pc en de wandcontactdoos, en doe een beroep op gekwalificeerd onderhoudspersoneel in de volgende situaties:
Als een deel van het netsnoer of de stekker of connector is beschadigd of gerafeld.
Als er vloeistof in het apparaat is gemorst.
Als het apparaat is blootgesteld aan regen of water.
Als het apparaat niet goed werkt hoewel de instructies goed zijn opgevolgd.
Als het apparaat is gevallen of wanneer de behuizing zichtbaar beschadigd is.
Als het apparaat plotseling duidelijk anders functioneert.
14. Verander alleen instellingen die in de handleiding worden behandeld. Wijzigen van andere instellingen kan schade tot gevolg hebben, en een deskundige onderhoudsmonteur kan daarna heel wat tijd nodig hebben om het apparaat weer in orde te maken.
15. Gebruik het apparaat niet tijdens onweer. Er bestaat dan enige kans op elektrische schokken ten gevolge van blikseminslag. Indien mogelijk koppelt u het apparaat van het wisselstroomnet voor de duur van het onweer.
16. Als u vaak meerdere pagina’s afdrukt, kan het oppervlak van de uitvoerlade heet worden. Raak het oppervlak niet aan en zorg dat er zich geen kinderen in nabijheid van het oppervlak bevinden.
17. Gebruik het netsnoer dat bij het apparaat werd geleverd voor een veilige werking. Als u een netsnoer met een lengte van meer dan twee meter gebruikt voor een apparaat dat op 110 V werkt, moet de draaddikte van het netsnoer minstens 16 AWG
18. BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
a.AWG: American Wire Gauge
a
zijn.
6_Veiligheidsinformatie
Verklaring inzake laserveiligheid
De printer is in de Verenigde Staten gecertificeerd als zijnde in overeenstemming met de vereisten van DHHS 21 CFR, hoofdstuk 1, subhoofdstuk J voor laserproducten van klasse I(1), en is elders gecertificeerd als een laserproduct van klasse I dat voldoet aan de vereisten van IEC 825.
Laserproducten van klasse I worden niet als gevaarlijk beschouwd. Het lasersysteem en de printer zijn zo ontworpen dat bij normaal gebruik, onderhoud door de gebruiker of in de instructies voorgeschreven onderhoudssituaties nooit iemand zal worden blootgesteld aan laserstraling hoger dan klasse I.
Waarschuwing
Gebruik of onderhoud de printer nooit als de beschermkap van de laser/scanner is verwijderd. Hoewel de gereflecteerde laserstraal onzichtbaar is, kan ze uw ogen beschadigen. Als u dit apparaat gebruikt, moeten deze elementaire veiligheidsmaatregelen altijd in acht worden genomen om het risico van brand, elektrische schokken en lichamelijk letsel te beperken:
Ozonveiligheid
Tijdens normale werking produceert dit apparaat ozon. De geproduceerde ozon vormt geen gevaar voor de gebruiker. Wij raden echter aan het apparaat op te stellen in een goed geventileerde ruimte.
Voor meer informatie over ozon kunt u contact opnemen met een Samsung-verkoper in uw buurt.
Energie besparen
Dit apparaat maakt gebruik van geavanceerde energiebesparende technologie, die het energiegebruik vermindert wanneer het apparaat niet wordt gebruikt.
Als het apparaat gedurende langere tijd geen gegevens ontvangt, wordt het energiegebruik automatisch verminderd.
ENERGY STAR en het ENERGY STAR-merk zijn gedeponeerde Amerikaanse handelsmerken.
Meer informatie over het ENERGY STAR-programma vindt u op http://www.energystar.gov
Veiligheidsinformatie_7
Recycling
Recycle de verpakkingsmaterialen van dit product of voer ze op een milieuvriendelijke wijze af.
Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur)
Dit merkteken op het product of het bijbehorende informatiemateriaal duidt erop dat het niet met ander huishoudelijk afval verwijderd moet worden aan het einde van zijn gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u dit product van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze dit product milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomsten nalezen. Dit product moet niet worden gemengd met ander bedrijfsafval voor verwijdering.
Radiofrequentiestraling
FCC-voorschriften
Uit tests is gebleken dat dit apparaat voldoet aan de beperkingen voor een digitaal apparaat van klasse B conform artikel 15 van de FCC­voorschriften. Deze beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie binnenshuis. Dit apparaat genereert, gebruikt en straalt mogelijk radiofrequentie-energie uit en kan, indien het niet overeenkomstig de aanwijzingen wordt geïnstalleerd en gebruikt, schadelijke interferentie voor radiocommunicatie veroorzaken. Er kan echter niet worden gegarandeerd dat er bij een specifieke installatie geen interferentie zal plaatsvinden. Als dit apparaat schadelijke interferentie voor radio- of tv-ontvangst veroorzaakt, wat u kunt controleren door het apparaat in en uit te schakelen, kunt u de interferentie trachten te elimineren door een of meer van de volgende stappen te ondernemen:
Draai of verplaats de ontvangstantenne.
Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
Sluit het apparaat aan op een stopcontact in een andere stroomkring dan deze waarop de ontvanger is aangesloten.
Raadpleeg de verkoper of een ervaren radio-/tv-technicus.
Wijzigingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de fabrikant die verantwoordelijk is voor de naleving van de toepasselijke voorschriften, kunnen ertoe leiden dat de gebruiker niet langer de toestemming heeft om het apparaat te gebruiken.
Canadese regelgeving inzake radio-interferentie
Dit digitale apparaat overschrijdt niet de beperkingen van Klasse B voor radioruisemissies van digitale apparaten zoals beschreven in de norm inzake interferentie veroorzakende apparaten met de titel "Digital Apparatus", ICES-003 van Industry and Science Canada.
Cet appareil numérique respecte les limites de bruits radioélectriques applicables aux appareils numériques de Classe B prescrites dans la norme sur le matériel brouilleur: « Appareils Numériques », ICES-003 édictée par l’Industrie et Sciences Canada.
8_Veiligheidsinformatie
Stekker van het netsnoer vervangen (alleen voor UK)
Belangrijk
Het netsnoer van dit apparaat is voorzien van een standaardstekker (BS 1363) van 13 ampère en een zekering van 13 ampère. Wanneer u de zekering vervangt, moet u een geschikt type van 13 ampère gebruiken. Nadat u de zekering hebt gecontroleerd of vervangen, moet u de afdekkap van de zekering weer sluiten. Als u de afdekkap van de zekering kwijt bent, mag u de stekker niet gebruiken totdat u er een nieuwe afdekkap op hebt gezet.
Neem contact op met de leverancier bij wie u het apparaat hebt gekocht. De 13 ampère stekker is het meest voorkomende type in de UK en kan in de meeste gevallen worden gebruikt. Sommige (meest oudere)
gebouwen hebben echter geen normale 13 ampère stopcontacten. Als u het apparaat op een ouder stopcontact wilt aansluiten, moet u een geschikt verloopstuk (adapter) kopen. Verwijder nooit de aangegoten stekker van het netsnoer.
Als u ondanks het bovenstaande toch de aangegoten stekker verwijdert, gooi deze dan onmiddellijk in de vuilnisbak. U kunt de stekker niet opnieuw bedraden, en wanneer iemand hem in een passend stopcontact doet, bestaat er groot gevaar voor elektrische schokken.
Belangrijke waarschuwing:
Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
De aders van het netnoer hebben de volgende kleurcodering:
groen en geel: aarde
blauw: neutraal
•bruin: fase Ga als volgt te werk als de kleuren van de aders in het netsnoer niet gelijk zijn aan die van de stekker. Sluit de groen/gele aardedraad aan op de pool die is gemarkeerd met de letter "E", het aarde-symbool, de kleuren groen/geel of de kleur groen. Sluit de blauwe draad aan op de pool die is gemarkeerd met de letter "N" of de kleur zwart. Sluit de bruine draad aan op de pool die is gemarkeerd met de letter "L" of de kleur rood. Ergens in de stroomkring moet een zekering van 13 Ampère zijn aangebracht: in de stekker, in de adapter of in de meterkast.
Verklaring van overeenstemming (Europese landen)
Goedkeuringen en certificeringen
De CE-markering op dit product verwijst naar de verklaring van overeenstemming van Samsung Electronics Co., Ltd. met de volgende toepasselijke 93/68/EEG-richtlijnen van de Europese Unie per de aangegeven datums:
1 januari 1995: Richtlijn 73/23/EEG van de Raad betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke voorschriften van de lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (laagspanningsrichtlijn).
1 januari 1996: Richtlijn 89/336/EEG van de Raad (92/31/EEG) betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake elektromagnetische compatibiliteit.
9 maart 1999: Richtlijn 1999/5/EG van de Raad betreffende radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun conformiteit.
U kunt bij uw vertegenwoordiger van Samsung Electronics Co., Ltd. een volledige verklaring krijgen waarin de relevante richtlijnen en de normen waarnaar wordt verwezen zijn gedefinieerd.
Veiligheidsinformatie_9
10_Veiligheidsinformatie

Inhoud

2 De functies van uw nieuw laserproduct 5 Veiligheidsinformatie
INLEIDING
13
AAN DE SLAG
17
AFDRUKMATERIAAL SELECTEREN EN PLAATSEN
20
13 Schema van de printer
13 Voorkant 13 Achterkant
14 Overzicht van het bedieningspaneel 15 Kennismaking met het bedieningspaneel
15 On-line-LED’s 15 De knop Annuleren
15 Meegeleverde software 16 Eigenschappen van het printerstuurprogramma
16 Printerstuurprogramma
17 De hardware installeren 17 Een testpagina afdrukken 17 Systeemvereisten
17 Windows 18 Linux 18 Macintosh
18 De software installeren
20 Afdrukmateriaal selecteren
21 Specificaties van afdrukmateriaal 22 Richtlijnen voor speciale afdrukmaterialen
23 Papier plaatsen
23 Papier in de lade plaatsen
24 Papierformaat en papiertype instellen
EENVOUDIGE AFDRUKTAKEN
25
ONDERHOUD
26
PROBLEMEN OPLOSSEN
31
25 Een document afdrukken 25 Een afdruktaak annuleren
26 Uw apparaat reinigen
26 De buitenkant reinigen 26 Binnenkant reinigen
28 De tonercassette onderhouden
28 Tonercassette bewaren 28 Verwachte levensduur van de cassette 28 Toner herverdelen
29 De tonercassette vervangen
31 Tips om papierstoringen te voorkomen 31 Vastgelopen papier verwijderen
31 In het papieruitvoergebied 32 In het papierinvoergedeelte 33 Rond de tonercassette
33 Andere problemen oplossen
33 Papierinvoer 34 Afdrukproblemen 36 Problemen met de afdrukkwaliteit 38 Algemene Windows-problemen
Inhoud_11
Inhoud
38 Algemene Linux-problemen 39 Veel voorkomende Macintosh-problemen
VERBRUIKSARTIKELEN EN ACCESSOIRES BESTELLEN
40
SPECIFICATIES
41
VERKLARENDE WOORDENLIJST
43
INDEX
48
CONTACT SAMSUNG WORLDWIDE
49
40 Capaciteit 40 Te onderhouden onderdelen 40 Aanschafmogelijkheden
41 Specificaties van de ML-1640-reeks 42 Specificaties van de ML-2240-reeks
12_Inhoud

Inleiding

Hieronder ziet u waar de belangrijkste onderdelen van het apparaat zich bevinden:
In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen:
Schema van de printer
Overzicht van het bedieningspaneel
Kennismaking met het bedieningspaneel
De afbeeldingen van het apparaat zijn gebaseerd op de ML-2240-reeks. De ML-1640-reeks is niet uitgerust met een lade voor handmatige invoer.

Schema van de printer

Meegeleverde software
Eigenschappen van het printerstuurprogramma

Voorkant

Handinvoer
9
Achtergeleiders
10
Papierklep
11
Zijgeleiders
12
a.Alleen ML-2240.

Achterkant

1 USB-poort
a
a
Bovenklep
1
Uitvoerlade (voorzijde onder)
2
Steun voor papieruitvoer
3
Bedieningspaneel
4
Handgreep op de voorklep
5
Voorklep
6
Papierinvoerlade
7
Tonercassette
8
2 Stroomschakelaar
Aansluiting netsnoer
3
Inleiding_13

Overzicht van het bedieningspaneel

On-Linefout/-LED
1
(Status-LED)
2 Toner-LED Toont de status van de tonercassette. (Voor meer informatie raadpleegt u "Kennismaking met het bedieningspaneel" op pagina 15.)
Annuleren Stopt een handeling op ieder moment. Heeft nog meerdere functies. (Voor meer informatie raadpleegt u "Kennismaking met het
3
Geeft de status van uw apparaat weer. (Voor meer informatie raadpleegt u "Kennismaking met het bedieningspaneel" op pagina 15.)
bedieningspaneel" op pagina 15.)
14_Inleiding

Kennismaking met het bedieningspaneel

De kleur van de status- en toner-LED geeft de huidige status aan van het apparaat.

On-Linefout/-LED

(Status-LED)

De knop Annuleren

STATUS OMSCHRIJVING
Testpagina afdrukken Houd deze knop ingedrukt in
gereedmodus tot de status-LED knippert en laat hem vervolgens los.
STATUS BESCHRIJVING
Groen Aan Het apparaat is bezig met opwarmen of is gereed
Knippert Het apparaat is bezig met het afdrukken van
Rood Aan Er is een fout opgetreden in het apparaat,
Oranje Aan Er is een fout opgetreden in het apparaat, bijvoor-
om gegevens te ontvangen.
gegevens.
bijvoorbeeld vastgelopen papier, een open­staande klep, geen papier meer, een instal­latiefout of een ongeldige fout.
Er is een fout opgetreden in het apparaat die een herstelling vereist, bijvoorbeeld een fout in de laserscaneenheid of de fixeereenheid. Neem contact op met uw verdeler of een her­steldienst in uw buurt.
beeld vastgelopen papier.
Toner-LED
STATUS BESCHRIJVING
Rood Aan De toner is op, het apparaat zal stoppen met
Knippert De tonercassette is bijna leeg, u moet de toner-
Snel knip­peren
Alle afdrukfouten zullen in het venster van het programma Smart Panel verschijnen.
afdrukken. Vervang de tonercassette.
cassette weldra vervangen.
De tonercassette is leeg, u moet de tonercassette vervangen.
De afdruktaak annuleren Druk op deze knop tijdens het
Handmatig afdrukken Druk op deze knop tijdens het
afdrukken. De rode LED knippert terwijl de afdruktaak uit de computer en het apparaat wordt gewist, waarna het apparaat terugkeert naar gereedmodus. Dit kan even duren afhankelijk van de omvang van de afdruktaak.
afdrukken. De Online/Fout-LED knippert terwijl de afdruktaak uit het apparaat en de computer wordt gewist. Het apparaat keert vervolgens terug naar gereedmodus. Dit kan even duren afhankelijk van de omvang van de afdruktaak.
U kunt een afdruktaak in handmatige­invoermodus niet annuleren door deze knop in te drukken.

Meegeleverde software

Installeer de printersoftware vanaf de meegeleverde cd-rom nadat u de printer hebt geïnstalleerd en op de computer hebt aangesloten. De cd-rom bevat de volgende software:
CD INHOUD
Cd-rom met printersoftware
Windows Printerstuurprogramma: gebruik dit
stuurprogramma om de functies van uw printer ten volle te benutten.
Smart Panel: dit programma geeft de status van het apparaat weer en waarschuwt u wanneer er een fout optreedt tijdens het afdrukken.
Linux Printerstuurprogramma: gebruik dit
Macintosh • Printerstuurprogramma: gebruik dit
stuurprogramma om met uw apparaat documenten af te drukken vanaf een computer met een Linux­besturingssysteem.
Smart Panel: dit programma geeft de status van het apparaat weer en waarschuwt u wanneer er een fout optreedt tijdens het afdrukken.
stuurprogramma om met uw apparaat documenten af te drukken vanaf een Macintosh-computer.
Smart Panel: dit programma geeft de status van het apparaat weer en waarschuwt u wanneer er een fout optreedt tijdens het afdrukken.
Inleiding_15

Eigenschappen van het printerstuurprogramma

De printerstuurprogramma’s ondersteunen de volgende standaardfuncties:
selectie van papierrichting, formaat, bron en afdrukmateriaal
aantal exemplaren U kunt bovendien verschillende speciale afdrukfuncties gebruiken. De onderstaande tabel geeft een algemeen overzicht van de functies die door de printerstuurprogramma’s worden ondersteund.

Printerstuurprogramma

FUNCTIE WINDOWS LINUX MACINTOSH
Optie printerkwaliteit OO O
Poster afdrukken OX X
Meerdere pagina’s per vel (N-up)
Aan pagina aangepast afdrukken
Afdrukken op schaal OX O
Watermerk OX X
Overlay OX X
Tonerbesparing OX O
Dubbelzijdig (handmatig) OX X
a.Deze functie wordt alleen ondersteund door MAC OS X 10.4~10.5.
OO (2,4) O
OX
a
O
16_Inleiding

Aan de slag

In dit hoofdstuk wordt stap voor stap uitgelegd hoe u het apparaat instelt.
In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen:
De hardware installeren
Een testpagina afdrukken
Systeemvereisten
De software installeren

De hardware installeren

In deze sectie worden de stappen getoond die noodzakelijk zijn voor de installatie van de hardware. Dit wordt uitgelegd in de Beknopte installatiehandleiding. Lees de Beknopte installatiehandleiding en voer de volgende stappen uit.
1. Kies een stabiele locatie. Kies een vlak, stabiel oppervlak met voldoende ruimte voor luchtcirculatie
rond het apparaat. Laat extra ruimte vrij voor het openen van kleppen en papierladen. Plaats het apparaat in een ruimte die voldoende geventileerd is, maar niet in direct zonlicht, vlakbij een warmte- of koudebron of op een vochtige plek. Plaats het apparaat niet te dicht bij de rand van een bureau of tafel.
6. Controleer of alle kabels op het apparaat zijn aangesloten.
7. Zet het apparaat aan.
Als u het apparaat verplaatst, mag u het niet ondersteboven of op zijn kant houden. Er kan dan toner vrijkomen binnenin het apparaat waardoor er schade aan het apparaat kan ontstaan of de afdrukkwaliteit kan verslechteren.

Een testpagina afdrukken

Druk een testpagina af om te controleren of het apparaat correct werkt. Een testpagina afdrukken:
Houd in gereedmodus de knop Annuleren 2 seconden lang ingedrukt.

Systeemvereisten

Het systeem moet aan de volgende vereisten voldoen:

Windows

Het apparaat ondersteunt de volgende Windows-besturingssystemen.
VEREISTEN (AANBEVOLEN)
BESTURINGS-
SYSTEEM
PROCESSOR RAM
VRIJE
HDD-
RUIMTE
U kunt afdrukken tot op een hoogte van 1.000 m. Gebruik de hoogte­instelling om afdrukken te optimaliseren. Plaats het apparaat op een vlak en stabiel oppervlak, en zorg ervoor dat het niet op een helling van meer dan 2 mm staat. Dit kan de afdrukkwaliteit beïnvloeden.
2. Haal het apparaat uit de verpakking en controleer alle bijgeleverde artikelen.
3. Verwijder de tape rond het apparaat.
4. Installeer alle vier de tonercassettes.
5. Plaats papier. (Zie "Papier plaatsen" op pagina 23.)
Windows 2000 Pentium II 400 MHz
Windows XP Pentium III 933 MHz
Windows 2003 Server
Windows Vista Pentium IV 3 GHz 512 MB
Internet Explorer 5.0 of hoger is minimaal vereist voor alle Windows­besturingssystemen.
Gebruikers kunnen de software installeren als ze beheerdersrechten hebben.
(Pentium III 933 MHz)
(Pentium IV 1 GHz)
Pentium III 933 MHz (Pentium IV 1 GHz)
64 MB (256 MB)
128 MB (256 MB)
128 MB (512 MB)
(1.024 MB)
300 MB
1GB
1,25 GB tot 2GB
15 GB
Aan de slag_17

Macintosh

VEREISTEN (AANBEVOLEN)
BESTU-
RINGSSYS-
TEEM
Mac OS X 10.4 of lager
Mac OS X 10.5 •867MHz of
PROCESSOR RAM
Power PC G4/G5
•Intel­processor
sneller PowerPC G4/G5
•Intel­processor
128 MB voor een MAC op basis van PowerPC (512 MB)
512 MB voor een MAC op basis van Intel (1 GB)
512 MB (1 GB) 1 GB

Linux

ONDERDEEL VEREISTEN (AANBEVOLEN)
VRIJE
HDD-
RUIMT
E
1 GB

De software installeren

U moet de apparaatsoftware voor afdrukken installeren. De software bestaat uit stuurprogramma’s, toepassingen en andere gebruiksvriendelijke programma’s.
De volgende procedure is gebaseerd op het besturingssysteem Windows XP. De te volgen procedure en het pop-upvenster dat tijdens de installatie verschijnt, kunnen verschillen afhankelijk van het besturingssysteem, de printerfunctie of de gebruikte interface.
1. Controleer of uw apparaat met de computer is verbonden.
2. Plaats de cd-rom met printersoftware in het cd-romstation van de
computer. De cd-rom start automatisch en er wordt een installatievenster
weergegeven. Als het installatievenster niet verschijnt, klikt u op Start > Uitvoeren. Typ X:\Setup.exe, waarbij u "X" vervangt door de letter van het cd-romstation, en klik op OK. Als u Windows Vista gebruikt, klikt u op Start > Alle programma's > Accessoires > Uitvoeren en typt u X:\Setup.exe. Als het venster
Uitvoeren Setup.exe
op en vervolgens op
3. Klik op Volgende.
Automatisch afspelen
in het veld
Doorgaan
Programma installeren of uitvoeren
in het venster
verschijnt in Windows Vista, klikt u
Gebruikersaccountbeheer
.
Besturingssysteem RedHat 8.0, 9.0 (32bit)
RedHat Enterprise Linux WS 4, 5 (32/64bit)
Fedora Core 1~7 (32/64bit)
Mandrake 9.2 (32bit), 10.0, 10.1 (32/64bit)
Mandriva 2005, 2006, 2007 (32/64bit)
SuSE Linux 8.2, 9.0, 9.1 (32bit)
SuSE Linux 9.2, 9.3, 10.0, 10.1 10.2 (32/64bit)
SuSe Linux Enterprise Desktop 9, 10 (32/64bit)
Ubuntu 6.06, 6.10, 7.04 (32/64bit)
Debian 3.1, 4.0 (32/64bit)
PROCESSOR Pentium IV 2.4 GHz of hoger
RAM 512 MB of hoger
Vrije HDD-ruimte 1 GB of hoger
Het bovenstaande venster kan er enigszins anders uitzien als u het stuurprogramma opnieuw installeert.
Gebruikshandleiding weergeven: biedt u de mogelijkheid om de gebruikershandleiding te bekijken. Als Adobe Acrobat niet op uw computer is geïnstalleerd, klikt u op deze optie om Adobe Acrobat Reader automatisch op uw computer te installeren. Open vervolgens de gebruikershandleiding.
18_Aan de slag
4. Selecteer Standaard en klik vervolgens op Volgende.
5. Nadat de installatie is voltooid, verschijnt er een venster waarin u
gevraagd wordt om een testpagina af te drukken en u als gebruiker van een Samsung-apparaat te registreren als u meer informatie van Samsung wenst te ontvangen. Selecteer desgewenst het (de) overeenkomstige selectievakje(s) en klik op Voltooien.
Als uw apparaat na de installatie niet naar behoren werkt, probeer dan het printerstuurprogramma opnieuw te installeren. Zie Software.
Tijdens de installatie van het printerstuurprogramma detecteert het installatieprogramma de locatiegegevens van het besturingssysteem en wordt het standaardpapierformaat voor het apparaat ingesteld. Als u een andere Windows-locatie gebruikt, moet u het papierformaat aanpassen aan het papier dat u standaard gebruikt. Ga naar de printereigenschappen om het papierformaat te wijzigen nadat de installatie is voltooid.
Aan de slag_19

Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u originelen en afdrukmateriaal in het apparaat plaatst.
In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen:
Afdrukmateriaal selecteren
Papier plaatsen
De afbeeldingen van het apparaat zijn gebaseerd op de ML-2240-reeks. De ML-1640-reeks is niet uitgerust met een lade voor handmatige invoer.

Afdrukmateriaal selecteren

U kunt afdrukken op verschillende afdrukmaterialen, zoals op normaal papier, enveloppen, etiketten en transparanten. Gebruik uitsluitend afdrukmaterialen die voldoen aan de in deze gebruikershandleiding vermelde richtlijnen. Als u afdrukmaterialen gebruikt die niet aan deze richtlijnen voldoen, kan dit de volgende problemen veroorzaken:
slechte afdrukkwaliteit
vastlopen van het papier
versnelde slijtage van het apparaat De eigenschappen van het papier, zoals gewicht, samenstelling, vezel- en vochtgehalte, zijn van grote invloed op de prestaties van het apparaat en de afdrukkwaliteit. Houd bij de keuze van afdrukmateriaal rekening met het volgende:
Het type, formaat en gewicht van het afdrukmateriaal voor uw apparaat worden verderop in deze sectie besproken.
Gewenste resultaat: het afdrukmateriaal dat u kiest, moet geschikt zijn voor het doel.
Helderheid: sommige afdrukmaterialen zijn witter dan andere en leveren scherpere en helderdere afbeeldingen op.
Gladheid van het oppervlak: de gladheid van het afdrukmateriaal bepaalt hoe scherp de afdrukken eruit zien op papier.
Het is mogelijk dat bepaalde afdrukmaterialen voldoen aan alle hier genoemde richtlijnen maar toch geen bevredigende resultaten opleveren. Dit kan het gevolg zijn van onjuiste bediening, een ongeoorloofd temperatuur- en vochtigheidsniveau of andere variabele omstandigheden waarover Samsung geen controle heeft.
Controleer, voordat u grote hoeveelheden afdrukmateriaal aanschaft, of het voldoet aan de vereisten die in deze gebruikershandleiding zijn vermeld.
Afdrukken op speciale afdrukmaterialen
Papierformaat en papiertype instellen
Het gebruik van afdrukmaterialen die niet aan deze specificaties voldoen, kan problemen veroorzaken die een herstelling vereisen. Zulke herstellingen vallen niet onder de garantie of onderhoudscontracten van Samsung.
20_Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen

Specificaties van afdrukmateriaal

TYPE FORMAAT AFMETINGEN
Normaal papier Letter 216 x 279 mm
Legal 216 x 356 mm
Folio 216 x 330 mm
A4 210 x 297 mm
Oficio 216 x 343 mm
JIS B5 182 x 257 mm
ISO B5 176 x 250 mm
Executive 184 x 267 mm
A5 148 x 210 mm
A6 105 x 148 mm
Enveloppen Monarch 98 x 191 mm
No. 10 105 x 241 mm
DL 110 x 220 mm
C5 162 x 229 mm
GEWICHT
60 tot 90 g/m
•60~165g/m
2
invoer in de lade
75 tot 90 g/m
2
a
2
voor de lade
voor handmatige
CAPACITEIT
150 vellen van 75 g/m
b
2
papier
voor de lade
1 vel papier voor handmatige invoer in de lade
1 vel papier voor handmatige invoer in de lade
C6 114 x 162 mm
Dik papier Raadpleeg Normaal
Raadpleeg Normaal papier
90 tot 105 g/m
2
papier
Etiketten
c
Letter, A4 Raadpleeg Normaal papier
Transparanten Letter, A4 Raadpleeg Normaal papier
Kaarten Briefkaart 101,6 x 152,4 mm
Minimaal formaat (aangepast) 76 x 127 mm
120 tot 150 g/m
138 tot 146 g/m
90 tot 163 g/m
60 tot 165 g/m
2
2
2
2
Maximaal formaat (aangepast) 216 x 356 mm
2
a.Als het gewicht van de afdrukmedia groter is dan 90 g/m
, laadt u de vellen een voor een in de lade. b. De maximale capaciteit kan verschillen en is afhankelijk van het gewicht en de dikte van het afdrukmateriaal en de omgevingsomstandigheden. c. Gladheid: 100 tot 250 (Sheffield)
Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen_21

Richtlijnen voor speciale afdrukmaterialen

AFDRUKMATERIAAL
TYPE
Enveloppen
Of enveloppen naar behoren worden bedrukt, is afhankelijk van de kwaliteit van de enveloppen. Houd bij de keuze van enveloppen rekening met de volgende factoren:
- Gewicht: het gewicht van het enveloppen-
papier mag niet meer dan 90 g/m om te vermijden dat er een papierstoring optreedt.
- Ontwerp: voor het afdrukken moeten de
enveloppen plat worden gelegd. Ze mogen niet meer dan 6 mm omkrullen en ze mogen geen lucht bevatten.
- Toestand: de enveloppen mogen niet
gekreukt, gescheurd of anderszins beschadigd zijn.
- Temperatuur: u moet enveloppen gebruiken
die bestand zijn tegen de hitte en druk die tijdens het afdrukproces in het apparaat ontstaan.
Gebruik alleen goed gevormde enveloppen met scherpe vouwen.
Gebruik geen afgestempelde enveloppen.
Gebruik geen enveloppen met sluithaakjes, knipsluitingen, vensters, gecoate binnenbekleding, zelfklevende sluitingen of andere synthetische materialen.
Gebruik geen beschadigde enveloppen of enveloppen van slechte kwaliteit.
Controleer of de naad aan beide uiteinden van de envelop helemaal doorloopt tot in de hoek.
Enveloppen met een verwijderbare strip of met meer dan één zelfklevende vouwbare klep moeten van een kleefmiddel zijn voorzien dat 0,1 seconde lang de fixeertemperatuur van het apparaat kan weerstaan. Raadpleeg de specificaties van uw apparaat om de fixeertemperatuur te kennen (zie pagina 42). De extra kleppen en strips kunnen kreuken, scheuren en papierstoringen veroorzaken, en kunnen zelfs de fixeereenheid beschadigen.
Voor de beste afdrukkwaliteit plaatst u de marges niet dichter dan 15 mm van de rand van de envelop.
Druk niet af op de plaats waar de naden van de envelop samenkomen.
RICHTLIJNEN
1 Aanvaardbaar 2 Onaanvaardbaar
2
bedragen
AFDRUKMATERIAAL
Etiketten Om beschadigingen aan het apparaat te
Kaarten of materiaal van afwijkende grootte
Transparanten Om beschadigingen aan het apparaat te
TYPE
voorkomen gebruikt u bij voorkeur alleen etiketten voor laserprinters.
- Bij de keuze van etiketten dient u rekening te houden met de volgende factoren:
- Kleefstoffen: het kleefmiddel moet stabiel blijven bij de fixeertemperatuur van het apparaat. Raadpleeg de specificaties van uw apparaat om de fixeertemperatuur te kennen (zie pagina 42).
- Schikking: gebruik uitsluitend etiketvellen waarbij tussen de etiketten het rugvel niet blootligt. Bij etiketvellen met ruimte tussen de etiketten kunnen de etiketten loskomen van de rugvel. Dit kan ernstige papierstoringen veroorzaken.
- Krullen: voor het afdrukken moeten de etiketten plat worden gelegd en mogen ze niet meer dan 13 mm omkrullen.
- Toestand: gebruik geen etiketten die gekreukt zijn, blaasjes vertonen of loskomen van het rugvel.
Let op dat er tussen de etiketten geen zelfklevend materiaal blootligt. Blootliggende delen kunnen ervoor zorgen dat etiketten tijdens het afdrukken loskomen, waardoor het papier kan vastlopen. Ook kunnen hierdoor onderdelen van het apparaat beschadigd raken.
Plaats geen gebruikte etiketvellen in het apparaat. De klevende achterzijde mag slechts een keer door het apparaat worden gevoerd.
Gebruik geen etiketten die loskomen van het rugvel, blaasjes vertonen, gekreukt of anderszins beschadigd zijn.
Druk niet af op materialen die minder breed zijn dan 76 mm of langer zijn dan 127 mm.
Stel de marges in de softwaretoepassing in op ten minste 6,4 mm van de rand van het materiaal.
voorkomen, gebruikt u uitsluitend transparanten die speciaal zijn ontworpen voor laserprinters.
Gebruikte transparanten moeten bestand zijn tegen een temperatuur van 180 °C, de smelttemperatuurt van het apparaat.
Plaats transparanten op een vlak oppervlak nadat u ze uit het apparaat hebt gehaald.
Laat transparanten niet te lang in de papierlade liggen. Er kan zich dan stof en vuil op afzetten, wat leidt tot vlekken bij het afdrukken.
Let op dat u geen vingerafdrukken op de transparanten maakt. Dit veroorzaakt vlekken tijdens het afdrukken.
Bescherm transparanten na het afdrukken tegen langdurige blootstelling aan zonlicht om te voorkomen dat ze gaan vervagen.
Zorg dat de transparanten niet kreukelen, krullen of gescheurde hoeken hebben.
RICHTLIJNEN
22_Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen
AFDRUKMATERIAAL
Voorbedrukt papier
TYPE
Briefhoofden moeten afgedrukt worden met hittebestendige inkt die niet smelt, verdampt of schadelijke gassen uitstoot als ze gedurende 0,1 seconde worden blootgesteld aan de smelttemperatuur van het apparaat. Raadpleeg de specificaties van uw apparaat om de fixeertemperatuur te kennen (zie pagina 42).
De inkt van het briefhoofd mag niet ontvlambaar zijn en mag de printerrollen niet aantasten.
Formulieren en papier met briefhoofd moeten in een vochtbestendige verpakking worden bewaard om aantasting tijdens de opslagperiode te voorkomen.
Voordat u voorbedrukt papier plaatst, zoals formulieren of papier met briefhoofd, moet u controleren of de inkt op het papier droog is. Natte inkt kan tijdens het fixeerproces loskomen van het voorbedrukte papier en de afdrukkwaliteit verminderen.
Het gebruik van fotopapier of gecoat paper kan problemen veroorzaken die herstellingen vereisen. Zulke herstellingen vallen niet onder de garantie of onderhoudscontracten van Samsung.
RICHTLIJNEN

Papier plaatsen

Papier in de lade plaatsen

Plaats de afdrukmaterialen die u voor de meeste afdruktaken gebruikt in de lade. De lade kan maximum150 vellen van 75 g/m
1. Neem de papierinvoerlade vast en trek ze naar u toe om ze te openen. Houd de achtergeleider ingedrukt en trek hem eruit om de lade te vergroten.
Omdat het apparaat erg licht is, kan het verschuiven tijdens het gebruik: bijvoorbeeld bij het openen/sluiten van de lade of het installeren/verwijderen van de tonercassette. Let erop dat het apparaat niet verschuift.
2. Bereid een stapel papier voor door deze te buigen of van achteren naar voren uit te waaieren. Maak er op een vlakke ondergrond een rechte stapel van.
2
normaal papier bevatten.
3. Plaats het papier met de te bedrukken zijde boven. Zorg dat alle vier hoeken plat in de papierlade liggen.
Probeer niet te veel papier te laden. Te veel papier plaatsen kan papierstoringen veroorzaken.
Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen_23
4. Houd de achtergeleider ingedrukt om hem aan te passen aan de lengte van het papier en houd de zijgeleider ingedrukt en schuif hem tot tegen het papier.
Druk de papierbreedtegeleider niet te hard tegen de rand van het papier aangezien het papier hierdoor kan buigen.
Als u de papierbreedtegeleider niet precies instelt, kan dit een papierstoring veroorzaken.

Afdrukken op speciale afdrukmaterialen

Het apparaat kan speciale types en formaten van afdrukmateriaal bevatten, zoals postkaarten, notitiekaarten en enveloppen. Dit is vooral handig als u maar één pagina wilt afdrukken op papier met briefhoofd of op gekleurd papier.
Het afdrukmateriaal handmatig invoeren
Plaats slechts afdrukmateriaal van één formaat in de lade.
Voeg geen papier toe als de lade nog papier bevat. Hierdoor kan het papier vastlopen. Dit geldt ook voor andere soorten afdrukmateriaal.
Afdrukmateriaal moet met de afdrukzijde naar boven worden ingevoerd. De bovenkant moet het eerst de lade ingaan. Plaats afdrukmateriaal in het midden van de lade.
Plaats alleen afdrukmateriaal dat voldoet aan de specificaties. Zo voorkomt u papierstoringen en problemen met betrekking tot de afdrukkwaliteit. (Zie "Afdrukmateriaal selecteren" op pagina 20.)
Maak omgekrulde kaarten, enveloppen en etiketten eerst vlak voor u ze in de papierlade plaatst.
1. Neem de papierinvoerlade vast en trek ze naar u toe om ze te openen. Houd de achtergeleider ingedrukt en trek hem eruit om de lade te
vergroten.
5. Sluit de papierklep indien nodig om het papier dat zich in de lade bevindt te beschermen tegen stof.
Omdat het apparaat erg licht is, kan het verschuiven tijdens het gebruik: bijvoorbeeld bij het openen/sluiten van de lade of het installeren/verwijderen van de tonercassette. Let erop dat het apparaat niet verschuift.
2. Plaats de stofklep op de papierinvoerlade. (Voor de ML-1640-reeks, sla deze stap over en ga naar de volgende
stap.)
24_Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen
3. Plaats het papier in de lade voor handmatige invoer. (Voor de ML-1640-reeks, plaats het papier in de papierinvoerlade.)
Enveloppen
Etiketten Kaarten Briefhoofdpapier
Voer vel per vel in via de lade voor handmatige invoer als u wilt afdrukken op etiketten of kartonpapier.
Wij raden aan eerst de papierinvoerlade te vullen.
4. Wanneer u afdrukt in een toepassing, opent u het afdrukmenu.
5. Open printereigenschappen voor u begint af te drukken.
6. Druk op het tabblad Papier in printereigenschappen en selecteer een
geschikt papiertype.
Als u een etiket wilt gebruiken, stelt u het papiertype in op Etiketten.
Voorbedrukt
papier
Transparanten
Papierformaat en papiertype instellen
Nadat u het papier in de lade hebt geplaatst, moet u het papierformaat en
-type instellen met behulp van het printerstuurprogramma. Volg deze stappen om uw wijzigingen permanent te maken.
De hieronder beschreven werkwijze geldt voor Windows XP. Raadpleeg de gebruikshandleiding of online Help van Windows voor andere Windows-besturingssystemen.
1. Klik op de knop Start op het computerscherm.
2. Selecteer Printers en faxen.
3. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het printerstuurprogramma en selecteer Voorkeursinstellingen.
4. Klik op het tabblad Papier en wijzig de instellingen in Papieropties.
5. Klik op OK.
Als u een speciaal papierformaat wilt gebruiken, zoals rekeningpapier, selecteert u Aangepast op het tabblad Papier in de printereigenschappen. Zie Software.
7. Selecteer Handmatige invoer in papierbron en druk vervolgens op OK.
8. Start met afdrukken in de toepassing.
9. Druk op de knop Annuleren op het apparaat om het papier in te
voeren. Hierna start het apparaat met afdrukken.
Als u meerdere pagina’s afdrukt, laad dan de volgende pagina nadat de eerste pagina is afgedrukt, en druk op de knop
Annuleren. Herhaal deze stap voor elke pagina die moet
worden afgedrukt.
De door u gewijzigde instellingen blijven alleen van kracht tijdens het gebruik van de huidige toepassing.
Afdrukmateriaal selecteren en plaatsen_25

Eenvoudige afdruktaken

In dit hoofdstuk worden de meest gangbare afdruktaken toegelicht.
In dit hoofdstuk vindt u de volgende onderwerpen:
Een document afdrukken Een afdruktaak annuleren

Een document afdrukken

Afdrukken is mogelijk vanuit verschillende toepassingen in Windows, de Macintosh-besturingssystemen of Linux. De exacte procedure kan verschillen per toepassing. Zie Software voor meer informatie over afdrukken.

Een afdruktaak annuleren

Als de afdruktaak zich in een afdrukwachtrij of afdrukspooler bevindt, zoals de printergroep in Windows, verwijdert u de afdruktaak als volgt:
1. Klik op de knop Start in Windows.
2. Voor Windows 2000 selecteert u Instellingen en vervolgens Printers.
In Windows XP/2003 selecteert u Printers en faxen. In Windows Vista selecteert u Configuratiescherm > Hardware en
geluiden > Printers.
3. Dubbelklik op het pictogram Samsung ML-2240 Series.
4. Selecteer in het menu Document het menu-item Annuleren.
U kunt dit venster ook openen door rechtsonder in de taakbalk van Windows dubbel te klikken op het printerpictogram.
U kunt de huidige afdruktaak eveneens annuleren door te drukken op
Annuleren op het bedieningspaneel.
26_Eenvoudige afdruktaken
Loading...
+ 59 hidden pages