Roland SPD-S User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
Gefeliciteerd met uw keus van de Roland Sampling Pad SPD-S.
Voordat u dit apparaat gebruikt, verzoeken wij u eerst aandachtig de hoofdstukken: "HET VEILIG GEBRUIKEN VAN HET APPARAAT" en "BELANGRIJKE AANTEKENINGEN" te lezen (p. 2-3, p. 4-5). Deze hoofdstukken leveren belangrijke informatie betreffende het juist omgaan met het apparaat. Daarbij komt, dat als u er zeker van wil zijn de juiste kennis te vergaren om iedere mogelijkheid die uw nieuwe apparaat biedt te gebruiken, u de gebruikershandleiding volledig gelezen moet hebben. De handleiding kunt u het beste binnen handbereik bewaren als een gemakkelijk hulpmiddel.
* CompactFlash en zijn handelsmerken van SanDisk Corporation gepatenteerd door
CompactFlash Association.
* Roland Corporation is een geautoriseerde vergunninghouder van het CompactFlash TM en
SF logo ( ) handelsmerken.
* Fugue ©2003 Kyoto Software onderzoek, inc. Alle rechten behouden.
Copyright © 2003 ROLAND CORPORATION
Alle rechten behouden. Niets van deze publicatie mag opnieuw uitgegeven worden zonder toestemming van Roland.
USING THE UNIT SAFELY
VEILIG GEBRUIK VAN HET APPARAAT
INSTRUCTIES MET BETREKKING TOT DE KANS OP BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF VERWONDINGEN AAN PERSONEN.
Over WAARSCHUWINGS en VOORZICHTIGHEIDS Aankondigingen
Bedoeld voor instructies om de
WAARSCHUWING
VOORZICHTIGHEID GEBODEN
gebruiker attent te maken op de kans op dood of ernstig letsel, wanneer de apparatuur onjuist gebruikt wordt.
Bedoeld voor instructies om de gebruiker attent te maken op de kans op letsel of materiële schade, wanneer de apparatuur onjuist gebruikt wordt.
LET ALTIJD OP HET VOLGENDE
WAARSCHUWING
001
• Voor het gebruik van dit apparaat adviseren wij u eerst de onderstaande instructies en de gebruiks­aanwijzing te lezen.
................................................................................................
002c
• Het apparaat of de adapter nooit openen (of op welke manier ook aanpassen).
................................................................................................
003
• Probeer het apparaat nooit te repareren en/of onderdelen te vervangen (behalve wanneer de gebruiksaanwijzing daartoe specifieke instructies geeft). Laat al het onderhoud gebeuren door uw verkoper, dichtstbijzijnde Roland Service Center of een geautoriseerd Roland leverancier, zoals aange­geven op de "Informatie"pagina.
................................................................................................
004
• Het apparaat nooit bewaren of gebruiken op plaatsen waar het is blootgesteld aan:
• Extreme temperaturen (bijv. direct zonlicht in
een afgesloten voertuig, naast een hitte afvoer of bovenop verwarming) en/of
• Vocht (bijv. badkamers, waskamers of natte
vloeren) en of
• Vochtigheid en of
• Regen en/of
• Stof en/of
• Blootgesteld aan intensieve trillingen.
................................................................................................
005 modify
• Dit apparaat moet geïnstalleerd worden op een standaard met klem, zoals de APC-33. Deze wordt aanbevolen door Roland.
................................................................................................
Over de Symbolen
Het symbool attendeert de gebruiker op het belang van instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool is gerelateerd aan het teken, dat binnenin de driehoek afgebeeld staat. In het geval van het symbool links, betekent het een algemene waarschuwing voor gevaar.
Het symbool maakt de gebruiker attent op dingen, die niet moeten worden gebruikt of uitgevoerd (verboden zijn). Het specifieke ding dat niet moet worden gedaan, wordt aangegeven door het teken binnenin de cirkel. In het geval van het symbool links, betekent het dat het apparaat nooit uit elkaar moet worden gehaald.
Het symbool worden uitgevoerd. Het specifieke ding dat niet moet worden gedaan, wordt aangegeven door het teken binnenin de zwarte cirkel. In het geval van het symbool links, betekent het dat elektriciteitsstekker uit het stopcontact moet worden
006 modify
• Wanneer u het apparaat op een standaard met een
maakt de gebruiker attent op dingen, die moeten
klem bevestigt, zoals de APC-33, mag de standaard nooit worden geplaatst in een onstabiele, hellende omgeving, maar in een vlakke en stabiele positie. Zelfs zonder standaard moet het apparaat op een stabiele positie worden geplaatst.
WAARSCHUWING
008c
• Gebruik alleen de bij het apparaat geleverde adapter. Zorg er ook voor, dat de door u gebruikte netspanning gelijk staat aan het voltage gespecifi­ceerd op de adapter. Andere adapters kunnen een andere polariteit gebruiken of zijn ontworpen voor een ander voltage. Dit kan resulteren in schade, storing of een elektrische schok.
................................................................................................
009
• Niet buigen of draaien aan de elektriciteitskabel, ook geen zware objecten hierop plaatsen. Doet u dit wel, dan kan er schade aan de kabel ontstaan, met als gevolg dat er onderdelen losraken en kortsluiting ontstaat. Beschadigde kabels zijn vuur en schok gevaarlijk!
................................................................................................
010
• Dit apparaat, in combinatie met een versterker en hoofdtelefoon of speaker, is ertoe in staat om geluidsniveaus te bereiken die permanent gehoor­verlies kunnen veroorzaken. Gebruik het apparaat niet voor lange tijd op hoge geluidsniveaus of op een oncomfortabel niveau. Als u toch enig gehoor­verlies of piepende oren ervaart, moet u onmid­dellijk stoppen met het gebruik van dit apparaat en contact opnemen met een oorarts.
................................................................................................
011
• Zorg ervoor, dat er geen objecten (bijv. vlambaar
materiaal, munten, spelden) of vloeistoffen (water, frisdranken etc.) in het apparaat komen.
gehaald.
2
WAARSCHUWING
012c
• Zet onmiddellijk het apparaat uit, verwijder de adapter uit het stopcontact en vraag om onderhoud bij uw verkoper, dichtstbijzijnde Roland Service Center of een geautoriseerd Roland leverancier, zoals aangegeven op de "Informatie" pagina, wanneer:
• De adapter of de elektriciteitskabel beschadigd
is of
• Er rook of ongewone geuren ontstaan,
• Objecten of vloeistoffen, die op of in het
apparaat terecht zijn gekomen of
• Het apparaat blootgesteld is aan regen (of nat is
geworden) of
• Het apparaat niet normaal functioneert of een
duidelijk verschil in prestatie vertoont..
................................................................................................
013
• In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden tot het kind in staat is alle regels, die essentieel zijn om het apparaat veilig te gebruiken, te volgen.
................................................................................................
014
• Bescherm het apparaat tegen hevige stoten (Laat het niet vallen!)
................................................................................................
015
• Gebruik nooit een stekkerdoos met een onredelijke hoeveelheid apparaten. Wees voorzichtig wanneer u gebruikt maakt van een verlengsnoer. De totaal gebruikte elektriciteit mag nooit hoger zijn dan het maximaal aangegeven voltage (watt/ampère) op het verlengsnoer. Overmatige hoeveelheden elektriciteit leiden ertoe, dat het apparaat oververhit raakt en/of doorbrand.
016
• Voordat u het apparaat in het buitenland gebruikt, raadpleeg uw verkoper, dichtstbijzijnde Roland Service Center of een geautoriseerd Roland leverancier zoals aangegeven op de "Informatie"pagina.
................................................................................................
023
• Speel NOOIT een CD-ROM in een gewone CD-SPELER af. Ruis en feedback kunnen leiden tot permanent gehoor verlies, schade aan speakers of andere systeemonderdelen.
VOORZICHTIG
101b
• Het apparaat en de adapter dienen zo te worden geplaatst, dat hun positie nooit ten koste gaat van een juiste ventilatie.
................................................................................................
102d
• Altijd alleen stekker of de adapter vastpakken, wanneer u die van het apparaat of stopcontact aansluit of loskoppelt.
................................................................................................
103b
• Stof tussen de adapter en het stopcontact kan resulteren tot slechte isolatie en leiden tot brand. Dit soort stofophopingen veegt u weg met een droog doekje. Koppel de stekker altijd los van het stopcontact wanneer u het apparaat voor lange perioden niet gebruikt.
................................................................................................
104
• Probeer te voorkomen dat snoeren en kabels verstrikt raken. Alle snoeren en kabels dienen buiten bereik van kinderen geplaatst te worden.
................................................................................................
106
• Klim nooit bovenop of plaats geen zware objecten op het apparaat.
................................................................................................
107d
• Gebruik de adapter of stekker nooit met natte handen, wanneer u aansluit of loskoppelt..
108d modify
• Als u het apparaat verplaatst, let dan op de onder­staande voorzorgsmaatregelen. Zorg ervoor, dat u een goede grip heeft om uzelf te beschermen tegen verwondingen en schade aan het apparaat..
• Controleer dat de klem (zoals de APC-33) die
het apparaat verbindt met de standaard niet los is geraakt. Monteer hem weer stevig, wanneer hij losraakt.
• Ontkoppel de elektriciteitskabel.
• Ontkoppel alle snoeren afkomstig van externe
apparaten.
. ...............................................................................................
109b
• Voordat u het apparaat reinigt, zet het uit en haal de adapter uit het stopcontact.
................................................................................................
110b
• Wanneer u bliksem in uw omgeving vermoedt, ontkoppel dan de adapter uit het stopcontact.
................................................................................................
118
• Wanneer u de veiligheidsschroeven verwijdert, plaats ze dan op een veilige locatie en buiten het bereik van kinderen, zodat er geen risico van per ongeluk inslikken bestaat.
3

BELANGRIJKE OPMERKINGEN

291a
Met betrekking tot de onderwerpen "VEILIG GEBRUIK VAN HET APPARAAT" op pagina 2-3, leest u alstublieft het volgende:

Onderhoud

401a
• Voor het alledaags reinigen van het apparaat, gebruikt u
een zacht droog doekje of een licht met water bevochtigd doekje. Voor moeilijk verwijderbaar vuil gebruikt u een mild niet schurend schoonmaakmiddel. Zorg ervoor, dat u na afloop het apparaat met een zachte droge doek afneemt.

Stroomtoevoer

301
• Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde elektriciteitnet met andere apparaten, die een monotoon geluid produceren (zoals een elektrische motor of een variabel belichtings­systeem).
• De adapter zal na langdurig gebruik, hitte genereren. Dit is normaal en geen reden voor ongerustheid.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten aangesloten wordt, zet u deze uit. Dit zal schade of storing aan speakers of andere apparaten voorkomen.

Plaatsen

351
• Gebruik van het apparaat naast grote versterkers (of andere apparaten met grote transformators) kan een brom veroorzaken. Om dit probleem te voorkomen kunt u het apparaat een andere richting geven of verder van de bron van storing plaatsen.
• Dit apparaat kan storen in met radio en televisie ontvangers. Gebruik het apparaat niet in de omgeving van deze ontvangers.
• Storend geluid kan veroorzaakt worden als er draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons in de omgeving van het apparaat zijn. Zo een geluid kan veroorzaakt worden door het ontvangen en uitzenden van een oproep of tijdens het converseren. Mocht u zulke problemen tegenkomen, verplaats dan dit soort draadloze apparaten, zodat er een grote afstand tussen beide ontstaat.
• Stel dit apparaat nooit bloot aan direct zonlicht, apparaten die hitte genereren, in een afgesloten voertuig of welke vorm van extreme temperaturen dan ook. Overmatige hitte kan uw apparaat vervormen of verkleuren.
• Wanneer u het apparaat naar een locatie verplaatst, waar de temperatuur en/of luchtvochtigheid verschilt, kunnen er waterdruppels (condens) binnenin het apparaat ontstaan. Schade of storing kan optreden als u het apparaat in deze toestand gebruikt. Voordat u het gebruikt, laat het apparaat enkele uren staan, zodat de condens compleet is verdampt.
• Gebruik nooit benzine, verdunner, alcohol of wat voor soort oplosmiddel dan ook om het risico van verkleuring en/of vervorming tegen te gaan.

Reparaties en Data

452
• Let er alstublieft op, dat alle opgeslagen data in het geheugen van het apparaat verloren kan gaan, wanneer u het voor reparaties heeft weggebracht. Belangrijke informatie moet altijd op een CompactFlash kaart worden opgeslagen of wanneer mogelijk opgeschreven op papier. Tijdens reparatie is de nodige voorzichtigheid geboden om het verlies van data te vermijden. Hoewel, in bepaalde gevallen (zoals wanneer het geheugen zelf kapot is), spijt het ons dat het niet mogelijk is om data te herstellen. Roland stelt zich niet aansprakelijk voor verlies van data.

Extra waarschuwingen

551
• De inhoud van het geheugen kan onomkeerbaar verloren gaan als gevolg van storing of het onjuiste gebruik van het apparaat. Om het verlies van belangrijke data te voorkomen, raden wij u aan van tijd tot tijd een extra kopie te maken van opgeslagen data in het apparaat op een CompactFlash kaart.
• Helaas kan het onmogelijk zijn om de opgeslagen inhoud van data in het geheugen, op een CompactFlash kaart of andere MIDI apparaten ( bijv. Sequencers) te herstellen als het eenmaal is verloren. Roland stelt zich niet aansprakelijk voor verlies van data.
• Gebruik de nodige voorzichtigheid, wanneer u de knoppen, schuiven, ingangen en aansluitingen of andere besturingen gebruikt. Grof gebruik kan leiden tot storing.
• Sla of gebruik nooit overmatige kracht op het scherm.
• Bij het aansluiten of loskoppelen van alle kabels pakt u de stekker stevig vast. Op deze manier voorkomt u kortsluiting of beschadiging aan de kabel.
558a
• Probeer het volume op een redelijk niveau te houden, dit om overlast aan buren te voorkomen. Misschien prefereert u een koptelefoon, zodat u zich niet druk hoeft te maken om de mensen om u heen (vooral laat in de avond).
4
• Dit apparaat is ontworpen om bijkomstig geluid te minimaliseren wanneer het wordt afgespeeld. Hoe dan ook, geluidstrillingen kunnen erger dan gedacht dwars door muren en vloeren heen trillen. Zorg ervoor dat deze geen probleem worden voor uw buren, zeker ’s nachts en bij gebruik van een koptelefoon.
• Wanneer u het apparaat transporteert, verpak het dan indien mogelijk in de geleverde verpakking (inclusief beschermmateriaal). Zo niet, gebruik dan vergelijkbare verpakkingsmaterialen.
• Gebruik alleen het gespecificeerde Expression pedaal (EV-5; apart verkocht). Door het aansluiten van andere Expression pedalen riskeert u storing en/of schade aan het apparaat.
• Gebruik een kabel van Roland voor de aansluiting. Wanneer u gebruik maakt van een ander merk verbindingskabel, let dan op de volgende instructies:
• Sommige verbindingskabels maken gebruik van
schakelelementen. Gebruik deze kabels met schakel­elementen niet voor aansluiting op uw apparaat. Het gebruik van zulke kabels kan tot een laag of onhoorbaar geluidsniveau leiden. Voor informatie betreffende kabelgegevens, kunt u contact opnemen met de fabrikant van de kabel.
708
• CompactFlash kaarten maken gebruik van precisie onder­delen. Behandel de kaarten voorzichtig en geef daarom extra aandacht aan het hierop volgende:
• Om te voorkomen dat de kaarten worden beschadigd door statische elektriciteit, moet u er zeker van zijn uzelf te ontladen van deze statische elektriciteit, voordat u de kaarten gebruikt.
• Raak het verbindingspunt van de kaarten niet aan met uw handen of met metaal.
• De kaarten niet buigen, laten vallen of blootstellen aan hevige schokken of vibratie.
• Bewaar kaarten niet in direct zonlicht, in gesloten voertuigen of ander zulks locaties (bewaar temperatuur: -25C-85C).
• Laat de kaarten niet nat worden.
• Haal de kaart niet uit elkaar of pas de kaart niet aan.

Gebruik CD-ROM’s

801
• Vermijd het aanraken of krassen van de glimmende onderzijde (gecodeerd oppervlak) van de schijf. Bescha­digde of vieze CD-ROM schijven kunnen onleesbaar zijn. Houd uw schijven schoon door gebruik te maken van een commercieel verkrijgbare CD reiniger.

Voordat u de kaarten gebruikt

Gebruik van DATA kaarten

704
• Schuif de DATA kaart voorzichtig geheel naar binnen, totdat deze stevig vastzit.
CompactFlash™
705
• Raak de terminal van de DATA kaart nooit aan. Voorkom ook dat deze vies wordt.
707
• De SPD-S geheugen kaartingang accepteert CompactFlash geheugenkaarten. Microdrive opslag van IBM zijn niet compatibel

Auteursrechten

851
• Het illegaal opnemen, verspreiden, verkopen, uitlenen, publiek vertonen, uitzenden of dergelijke, deels of geheel van een muziekcompositie, video, uitzending, publieke vertoning of dergelijke, waarvan auteursrecht is vastgelegd door derden, is wettelijk verboden.
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden die in overtreding met het auteursrecht zijn welke is vastgelegd door derden. Wij zijn niet aansprakelijk op welke manier dan ook voor het overtreden van auteursrechten vastgelegd door derden door middel van het gebruik van dit apparaat.
5

Inhoud

Hoofdfuncties......................................................................... 10
Gebruikte termen in deze handleiding...........................................................................11
Setup handleiding .................................. 13
Paneelbeschrijvingen............................................................ 14
Monteren op een standaard.................................................. 19
Monteren van externe apparaten.......................................... 20
Aan/Uit zetten van stroom..................................................... 22
Aan zetten van stroom ...................................................................................................... 22
Na de afsluit procedure uitzetten ...................................................................................22
Plaatsen/Verwijderen van een geheugenkaart (CompactFlash)
Plaatsen van een geheugenkaart......................................................................................23
Verwijderen van een geheugenkaart na de afsluitprocedure .....................................23
.. 23
Snelle start.............................................................................. 24
Het maken van een uitvoering......................................................................................... 24
Sampling..............................................................................................................................25
Geavanceerd gebruik ............................ 29

Hoofdstuk 1 Een uitvoering maken/

een patch creëren .................................................................. 30
Patch Mode .........................................................................................................................30
Notities voor het geven van een uitvoering .......................................................31
Basishandelingen voor Patch Edit...................................................................................32
Patch gebruiksnamen ........................................................................................................ 33
Patch Edit Parameters .......................................................................................................34
Wave A.....................................................................................................................34
Wave B......................................................................................................................34
PAD CONTROL......................................................................................................36
EFFECTS ..................................................................................................................37
PATCH COMMON................................................................................................37
Patch Utilities Parameters................................................................................................. 38
PAD COPY ..............................................................................................................38
PAD EXCHANGE ..................................................................................................38
PAD INIT (Pad Initialize)......................................................................................39
PATCH COPY.........................................................................................................39
PATCH EXCHANGE.............................................................................................39
PATCH INIT (Patch Initialize)..............................................................................40
6
Hoofdstuk 2 Wave Editing..................................................... 41
Wave ....................................................................................................................................41
Wave Mode.........................................................................................................................41
Standaard Werkwijze voor Wave Edit ...........................................................................43
Over de Wave Utilities ......................................................................................................44
Wave Edit Parameters .......................................................................................................45
Wave SETUP ...........................................................................................................45
START/END POINT .............................................................................................47
Marking Function ................................................................................................... 48
Wave Utilities Parameters ................................................................................................49
Wave TRUNCATE..................................................................................................49
Wave PITCH............................................................................................................ 49
Wave CHOP ............................................................................................................50
Wave COPY.............................................................................................................51
Wave DELETE......................................................................................................... 51
Wave INFO..............................................................................................................51
Hoofdstuk 3 Samplen ............................................................ 52
Sampling Time....................................................................................................................52
Sample methodes ...............................................................................................................53
Basis Sample mogelijkheden ............................................................................................ 53
Samplen in Patch Mode .........................................................................................54
Samplen in Wave Mode......................................................................................... 56
Parameters voor sampling................................................................................................58
Inhoud
Hoofdstuk 4 Resampling van een Bestaande Wave........... 59
Basic Resampling Operations........................................................................................... 59
Resampling in Patch Mode ...................................................................................59
Resampling in Wave Mode ...................................................................................61
Parameters voor Resampling ...........................................................................................62
Hoofdstuk 5 Uitvoeringen indelen om een Phrase te maken
(Phrase Maker)...................................................... 63
Standaard Gebruik van Phrase Maker............................................................................ 63
De Gecreëerde Phrase opslaan als een nieuwe Wave (Phrase Resampling)
Parameters voor Phrase Maker........................................................................................65
Voor Phrase opname ..............................................................................................65
Voor Phrase Weergave...........................................................................................65
Parameters voor Phrase Resampling ..............................................................................66
Hoofstuk 6 Een CompactFlash Geheugenkaart gebruiken
Aangaande Aangeraden Compact Flash Kaarten.........................................................67
Een CompactFlash Kaart Formatteren............................................................................ 67
Standaard Gebruik van Kaart Opties.............................................................................. 68
Parameters voor Kaart Opties..........................................................................................69
FILE IMPORT..........................................................................................................69
FILE EXPORT..........................................................................................................71
BACKUP LOAD......................................................................................................72
BACKUP SAVE.......................................................................................................73
BACKUP DELETE..................................................................................................73
........64
.... 67
7
Inhoud
Hoofdstuk 7 De setup veranderen (algehele
gebruikersomgeving) ............................................................ 74
Basishandelingen voor Setup Edit................................................................................... 74
Over de setup functies.......................................................................................................75
Setup Edit parameters .......................................................................................................76
SYSTEM.................................................................................................................... 76
PAD...........................................................................................................................77
Velocity Curves.......................................................................................................78
CONTROL SW ........................................................................................................79
TRIGGER INPUT....................................................................................................80
MIDI..........................................................................................................................84
Setup Utilities Parameters ................................................................................................85
BULK DUMP...........................................................................................................85
Opgeslagen data opnieuw oproepen op de SPD-S............................................ 86
INIT/DELETE.........................................................................................................87
Wave Protect.......................................................................................................................88
Bijlagen ................................................. 89
Lijst met toetscombinaties (shortcuts)................................ 90
Effecten Lijst .......................................................................... 92
Handige functies voor het veranderen van de effectparameters (Patch Edit)..........92
Effecttype Lijst....................................................................................................................93
Effect Parameters ...............................................................................................................94
De fabrieksinstellingen herstellen
met behulp van de bijgevoegde CD ................................... 117
Patches en Waves herstellen in de fabrieksinstellingens ...........................................117
MIDI Implementation............................................................ 119
Problemen oplossen............................................................ 125
Problemen tijdens het spelen met de interne klankgenerator...................................125
Geen geluid/te laag volume ............................................................................... 125
Sommige pads geven geen geluid...................................................................... 125
De geluidsweergave wordt onderbroken .........................................................125
De geluidsweergave wil niet stoppen ...............................................................126
Het volume kan niet worden veranderd........................................................... 126
Het volume kan niet goed worden geregeld met de sterkte van de aanslag ............. 126
Het externe ingangssignaal wordt niet geproduceerd,
of klinkt op een te laag volume ..........................................................................126
Het microfoongeluid wordt niet uitgestuurd/is te zacht............................... 126
Wave kan niet worden opgenomen...................................................................126
Een gesampled geluid bevat teveel storing of vervorming............................ 126
Problemen met het interne geheugen ........................................................................... 127
De data wordt niet goed in het interne geheugen opgeslagen ...................... 127
8
Problemen met een geheugenkaart...............................................................................127
De data wordt niet goed op een geheugenkaart opgeslagen.........................127
Een ingebrachte geheugenkaart wordt niet gevonden ................................... 127
De data op een geheugenkaart kan niet worden geselecteerd ......................127
Problemen bij het gebruik van een externe pad ..........................................................127
Geen geluid............................................................................................................ 127
Het volume kan niet goed worden geregeld met de sterkte van de aanslag
Bij een zachte aanslag wordt er geen geluid voortgebracht...........................127
Bij achter elkaar slaan vallen sommige noten weg ..........................................127
Problemen bij het gebruik van een voetschakelaar.....................................................128
U hoort een geluid als u de voetschakelaar loslaat..........................................128
Problemen bij het afspelen van een sample van een extern MIDI apparaat ...........128
Geen geluid............................................................................................................ 128
De geluidsweergave wil niet stoppen ...............................................................128
De effecten kunnen niet worden geregeld,
of er kan niet tussen Wave A en Wave B worden gewisseld .........................128
Problemen bij het spelen met een externe MIDI geluidsmodule..............................129
Geen geluid............................................................................................................ 129
Het geluid is te zacht............................................................................................129
Het geluid van de MIDI geluidsmodule verandert/
verandert niet als u van patch verandert .......................................................... 129
De MIDI geluidsmodule kan niet met de EFFECTS CONTROL knop
of het expressiepedaal worden aangestuurd.................................................... 129
Andere problemen...........................................................................................................129
De SPD-S kan geen exclusive boodschappen ontvangen ...............................129
De effecten werken niet .......................................................................................129
Het scherm is zo vaag of donker dat het moeilijk te lezen is. ........................129
............127
Inhoud
Meldingen ............................................................................. 130
Specificaties......................................................................... 132
Patch Lijst............................................................................. 133
Wave Lijst ............................................................................. 134
Audio tracklijst..................................................................... 135
Index...................................................................................... 137
9

Hoofdfuncties

Een Sampler met Pads, perfect voor drummers en percussionisten

Negen pads gehuisd in een compacte vorm (p. 15)

De SPD-S biedt u negen speelvlaktes: zes pads met een uitstekend gevoel en reactievermogen en drie op de rand geplaatste
triggers die eenvoudig met de punt van uw stick aan te slaan. Dat alles in een compacte behuizing die gemakkelijk geïnstalleerd
kan worden als onderdeel van een drum of percussieset.

Eenvoudig gebruik van Sampling (p. 25, p. 52)

De SPD-S maakt het u mogelijk kant en klare percussie samples, geluiden en regels op een eenvoudige manier te gebruiken.
Voorgeprogrammeerde geluiden, die gebruikt kunnen worden zodra u het apparaat heeft uitpakt (p. 133, p. 134)
De SPD-S wordt geleverd met voorgeprogrammeerde geluiden, inclusief percussie geluiden, drumgeluiden,
geluidseffecten en herhalingen.

Een ruime keuze van sampling mogelijkheden (p. 52, p. 58)

De SPD-S heeft drie sampling mogelijkheden, passend bij de verschillende geluidskwaliteiten van geluid en regellengtes:
GESCHIKT voor CD kwaliteit sampling, STANDARD en LONG. Met een sampling frequentie van 44.1 kHz ondersteunt het ook
stereo sampling. Een geschat maximum van twaalf minuten geluid kan in het interne geheugen (in mono op de LONG stand)
opgeslagen worden.

Handige Phrase Maker functie (p. 63)

De SPD-S heeft een Phrase Maker functie, die gemaakt zijn met pads, die uw prestaties opneemt en resampelt, om daarna om te
zetten in Waves. Dat stelt u in staat om een originele phrase te creëren.
Produceren van zeer expressieve geluiden

Twee verschillende geluiden uit één enkel pad (p. 30, p. 34)

Op de SPD-S kunt u twee Waves toewijzen aan één pad. De twee Waves kunnen door de slagintensiteit of met voetpedalen
worden verwisseld.

Dertig algoritme effecten (p. 92) plus sfeer effecten (p. 76)

De SPD-S heeft dertig effecten, die gesampelde geluiden verwerken en sfeer effecten met een natuurlijk geluid produceren.
Daarbij komt dat de effect parameters in real time met de controle draaiknop of met de apart verkochte expression pedalen
gecontroleerd kunnen worden.
10
Hoofdfuncties
Gereed voor uitbreiding

Ondersteuning voor CompactFlash (p. 67)

Gebruikmakend van CompactFlash, wordt de opneembare tijd enorm uitgebreid. Ook het aantal opneembare geluiden neemt toe
tot 500. De SPD-S ondersteunt import en export van WAV/AIFF bestanden door middel van CompactFlash kaarten.

Aansluitingen met externe pads, voetpedalen, etc. (p. 16, p. 20, p. 79, p. 80)

De SPD-S is met aansluitingen voor externe pads en andere accessoires uitgerust. Deze stelt u in staat gebruik te maken van
conventionele pads, cimbals, kick triggers, akoestische drum triggers, etc. (twee kunnen in een keer worden aangesloten;
maak gebruik van de optionele PCS-31).
De SPD-S wordt ook met voetpedaal ingangen geleverd. Aan voetpedalen kan een grote variatie functies worden toegeschreven.
Bijvoorbeeld, ze kunnen voor het wisselen van stukken, het aan/uitzetten van effecten of het overspringen tussen twee Waves
worden gebruikt .
Gebruikte termen in deze handleiding
• Namen van knoppen worden weergegeven tussen vierkante haakjes "[]", zoals in [PATCH].
• (p. **) geeft een referentie pagina aan.
• Symbolen en hun betekenissen zijn als volgt:
Voorzichtigheid geboden. Wij raden u sterk aan deze te lezen.
Dit zijn memo’s, die informatie bevatten betreffende settings en functies. Lees het indien nodig.
Dit zijn handige tips voor gebruik. Lees het indien nodig
Deze verwijzen naar gerelateerde informatie. Lees het indien nodig.
11
12
Setup
handleiding

Setup handleiding

13

Paneelbeschrijvingen

1.PAD 1-3
2.PAD 4-9
20. EXIT knop
21. PAGE knoppen
22. ENTER knop
4.VOLUME draaiknop
5.PAD weergave
3.EFFECTS CONTROL draaiknop
7.PATCH knop
8. EFFECTS knop AMBIENCE knop
9. PHRASE MAKER knop
6.display
10.WAVE knop MARK knop
12. START/STOP knop
11. ALL SOUND OFF knop
15. CARD knop SHUTDOWN knop
23. -/+ knoppen
13.SAMPLE knop
14.RESAMPLE knop
17. EDIT knop
19. SHIFT knop
18. FUNC knop
16. SETUP knop CARD UTIL knop
14
Paneelbeschrijvingen
Bovenste Paneel

1. PAD 1 tot 3

Voor het bespelen van de pads, slaat u deze met de punt van de stick aan.

2. PAD 4 tot 9

Deze pads kunt u met een stick aanslaan om ze te bespelen.

3. EFFECTS CONTROL draaiknop

Regelt de effecten in real time (p. 92).

4. Volume draaiknop

Regelt het uitgang volume van de OUTPUT jacks. Het koptelefoonvolume kan met de PHONES LEVEL draaiknop geregeld worden (37).

5. Pad indicators

Deze gaan branden wanneer de geluiden van de overeenkomstige pads hoorbaar worden. Brandend of flitsend, geven ze aan dat de overeenkomstige pads tijdens editing zijn geselecteerd.
Indicator
TRIG IN
FOOT SW Pads aangesloten op de FOOT SW (1/2)
PAD Pads op de SPD-S

6. Scherm

Indicatie voor patch namen, Wave namen, parameter waarden, etc.

7. PATCH knop

Wanneer u op deze knop drukt en het lampje gaat branden, is de Patch functie geactiveerd (p. 24, p. 30).
pads
Pads aangesloten op de TRIG IN (1/2) jack (30)
jack (29)

12. START/STOP knop

Start of stopt sampling, resampling of opnemen met de Phrase Maker functie. In de Wave functie kunt u op deze knop drukken om het geluid van de geselecteerde Wave te reproduceren.

13. SAMPLE knop

Deze knop kunt u voor het uitvoeren van sampling gebruiken (p. 52).

14. RESAMPLE knop

Voor het uitvoeren van resampling, kunt u op deze knop drukken (p. 59).

15. CARD knop/SHUTDOWN knop

Wanneer u op deze knop drukt en het lampje gaat branden, kunt u een geheugenkaart gebruiken.
Houd [SHIFT] vast en druk de knop kort in om het apparaat af te sluiten (p. 22, p. 23).

16 SETUP knop/CARD UTIL knop

Druk op deze knop, zodat hij brand voor het betreden van de Setup Edit/Utilities (p. 74). Houd [SHIFT] vast en druk de knop voor het betreden van de Card Utilities in (p. 67).

17. EDIT knop

Druk deze knop in, zodat deze brandt voor het betreden van de Patch Edit/Utilities (p. 32, p. 33) of Wave Edit/ Utilities (p. 43, p. 44).

18 FUNC knop

Bijvoorbeeld, terwijl deze knop is uitgedrukt, wordt de overgebleven geheugen capaciteit (tijd) aangegeven. Afhankelijk van elke status produceert het verschillende functies.

19. SHIFT knop

Wordt gebruikt in combinatie met andere knoppen (p. 90).
Setup handleiding

8. EFFECTS knop / AMBIANCE knop

Wanneer u op deze knop drukt, en het lampje gaat branden, kunt u effecten toe passen (p. 92) Houd [SHIFT] ingedrukt, en druk de knop voor het aan/uitschakelen van de sfeer effecten in (p.76).

9. PHRASE MAKER knop

Voor het gebruik van de Phrase Maker functie (p. 63), moet u deze knop kort indrukken, zodat deze gaat branden.

10. Wave knop / MARK knop

Wanneer u op deze knop drukt en het lampje gaat branden, kunt u de Wave mode betreden (p. 41). Houd [SHIFT] ingedrukt, en druk de knop voor het gebruik van de markering functie in (p. 48).

11. ALL SOUND OFF knop

Stopt ieder geluid.

20. EXIT knop

Keert terug op het scherm naar het vorig niveau.

21. PAGE knoppen

Verandert de weergegeven item/parameter. Ook wordt dit gebruikt voor het bewegen van de cursor in een scherm, waar u een naam moet invoeren.

22. ENTER knop

Druk deze knop in als hij knippert voor het uitvoeren van een handeling.

23. -/+ knoppen

Verandert het patch nummer, Wave nummer of parameter waarde.
15
Paneelbeschrijvingen
Achter paneel
24. ON/OFF knop
25. Adapter aansluiting 33. INPUT jacks
26. Kabel anker
27. MIDI verbinding
28. SECURITY LOCK
29. FOOT SW (1/2) jack
32. MIC/LINE/knop
31. EXP PEDAAL jack
30. TRIG IN (1/2) jack
34. INPUT LEVEL draaiknop
37. KOPTELEFOON Volume draaiknop
36. KOPTELEFOON jack
35. OUTPUT jacks
16
Paneelbeschrijvingen

24. ON/OFF knop

Zet het apparaat aan of uit (p. 22)

25. Adapter jack

Accepteert aansluiting van de bijgeleverde adapter (p.20)

26. Kabel anker

Verankert het adapter draad (p. 20)

27. MIDI verbinders (uit/in)

Verbindt MIDI apparaten

28. Security Slot ( )

http://www.kensington.com/

29. FOOT SW (1/2) jack

Verbindt een voetpedaal (DP-2 of BOSS FS-5U, beide
worden apart verkocht) of HIGH-HAT Control pedaal
(FD-7, beide worden apart verkocht). Het voetpedaal en
het Control pedaal kunnen voor het inschakelen van een
geluid of voor het veranderen van een Patch worden
gebruikt. Voor het verbinden van twee voetpedalen
(FS-5U apart verkocht) maakt u gebruik van een speciale
kabel (PCS-31 apart verkocht).

34. INPUT LEVEL knop

Regelt het ingang niveau van het signaal verbonden op de INPUT jacks (p. 25, p. 26, p. 53, p. 54, p. 56).

35. OUTPUT jacks

Uitgang signalen. Voor output in mono kunt u verbinden
met de L (MONO) jack.
Setup handleiding

36. Koptelefoon ingang

Accepteert verbinding met stereo koptelefoons (p. 20).
Geluid signalen worden uitgebracht vanuit de OUTPUT
jacks, zelfs wanneer de koptelefoon is aangesloten.

37. KOPTELEFOON LEVEL draaiknop

Regelt het volume van de koptelefoon. Deze draaiknop
staat onafhankelijk van de VOLUME draaiknop (4).

30. TRIG IN (1/2) jack

Verbindt een apart verkochte cimbaal, kick trigger of
akoestische drum trigger op de SPD-S (p. 80).

31. EXP PEDAAL jack

Verbindt een expressie pedaal voor het bedienen van het
volume of effecten.
U kunt alleen gebruik maken van het gespecificeerde
expressie pedaal (EV-5; apart verkocht). Bij het aansluiten
van andere expressie pedalen riskeert u storing of schade
aan het apparaat.

32. MIC/LINE schakel knop

Stelt de schakelaar in op MIC voor het verbinden van een
microfoon op de INPUT jacks (p.25, p. 53).

33. INPUT jacks

Verbindt een audio apparaat of microfoon voor sampling
(p. 20, p. 25, p. 53). Voor de input van een geluid in mono
verbindt u het apparaat of microfoon met de
L (MONO) jack.
17
Paneelbeschrijvingen
Zijkant panel

38. Geheugenkaart ingang

Accepteert een CompactFlash kaart (pag. 67).
38. MEMORY KAART ingang
Als u gebruik maakt van de hexagon sleutel, kunt u de twee (bijgeleverde veiligheidsschroeven gebruiken om het klepje van
de memory kaart ingang vast te zetten. Zo voorkomt u diefstal van de kaart.
18

Monteren op een standaard

Voor het monteren van de SPD-S op een cymbal standaard of ander type, gebruikt u een apart verkochte APC-33 klem.
Deze kan op een stang met een diameter van 10.5 tot 30 mm worden gemonteerd.
Om de standaard houder van de APC-33 aan de onderkant van de SPD-S te monteren gebruikt u de vier schroeven
(bijgeleverd bij de APC-33).
Setup handleiding
Wanneer u het apparaat ondersteboven keert, kunt u wat kranten of tijdschriften onder elke hoek leggen.
Dit om schade aan knoppen en besturing te voorkomen.
Wanneer u het apparaat ondersteboven legt, doe dit dan voorzichtig, zodat u vallen of omstoten van de SPD-S voorkomt.
Controleer of de standaard op een goede en stabiele manier is geplaatst. Dit om vallen te voorkomen.
Monteer de SPD-S nooit op een te zwakke standaard.
19

Monteren van externe apparaten

4
2
3
3
CD/MD speler, Cassette recorder
Roland
20
Monteren van externe apparaten
Terwijl u refereert aan de illustratie hiernaast, volgt u de volgende stappen.

1. Voordat u een verbinding maakt, sluit u alle apparaten af.

Om schade of storing aan speakers of andere apparaten te voorkomen, zet u altijd het volume en de stroom uit,
voordat u het apparaat op andere apparaten aansluit.

2. Verbind de bijgeleverde adapter op de adapter jack.

Om te voorkomen dat de stekker er per ongeluk uitgetrokken wordt, kunt u het stekkerdraad aan het hiervoor bestemde
draadanker bevestigen, zoals op de vorige pagina afgebeeld.
3. Verbind een audio systeem of een versterker op de uitgang jacks. Voor het gebruik van koptelefoons
verbindt u deze op de Phones jack.
Voor samplen (p. 25, p. 52) verbindt u een input apparaat (zoals een CD-speler of een microfoon) op de input jack.

4. Steek de stekker van de adapter in het stopcontact.

Setup handleiding
Q: Het volumeniveau van het instrument, dat is aangesloten op de INPUT jacks is te laag.
A: Gebruikt u misschien een verbindingskabel met een weerstand?
Gebruik een verbindingskabel zonder weerstand.
Feedback kan geproduceerd worden. Dit hangt af van de locatie van de microfoon ten opzichte van de speakers.
Dit kan verholpen worden door:
1. Het veranderen van de richting van de microfoon.
2. Het verplaatsen van de microfoon naar een grotere afstand van de speakers.
3. Het volume verlagen.
21

Aan/Uit zetten van stroom

Aan zetten van stroom
Wanneer u verbinding heeft gemaakt (p. 20), zet u de elektriciteit aan in de hierop volgende volgorde. Als u deze niet aanhoudt, riskeert u storing en/of schade aan speakers of andere apparaten.
z

1. Draai de VOLUME draaiknop volledig uit (naar links).

2. Zet het volume op het aangesloten audiosysteem uit.

3. Druk op de POWER knop om de SPD-S aan te zetten.

Dit apparaat is uitgerust met een veiligheidsschakelaar. Een korte wachttijd (paar seconden) is nodig, voordat het apparaat te gebruiksklaar is.
Als u een pad tijdens het opstarten aanslaat, zal de SPD-S slecht reageren op zwakke aanslagen.

4. Zet de aangesloten versterker (of audio installatie) aan.

5. Sla de pads aan en terwijl u naar het geluid luistert kunt u gestaag het gewenste volume instellen.
Verhoog ook het volumeniveau van de aangesloten versterker of audio installatie naar het gewenste niveau.
Na de afsluit procedure uitzetten
Voordat u de elektriciteit van de SPD-S uitzet, moet u eerst het apparaat afsluiten. Volgt u deze procedure niet, dan kan het interne geheugen of de memory kaart beschadigd worden.

1. Selecteer patch mode of Wave mode.

Druk op [PATCH] voor het selecteren van de patch mode of druk op [WAVE] voor het selecteren van de Wave mode.
2. Houd [SHIFT] ingedrukt, en druk [CARD] voor ongeveer twee seconden in voor het starten
van de afsluitprocedure.
Tijdens de afsluitprocedure ziet u een "shutdown..." indicatie op het display. "Shutdown...ok!" verschijnt, wanneer de
afsluitprocedure gereed is. Dan kunt u het apparaat veilig uitzetten.
Nadat een "shutdown...ok!" indicatie verschijnt, druk dan op [PATCH] om terug te gaan naar de patch mode of druk op [Wave] om naar de Wave mode terug te gaan.

3. Zet het volume niveau van de SPD-S en aangesloten externe apparaten uit.

4. Zet de externe apparaten uit.

5. Druk op de POWER knop voor het uitzetten van de SPD-S.

22

Plaatsen/Verwijderen van een memory kaart (CompactFlash)

Plaatsen van een memory kaart

1. Open de kaartingang aan de linkerkant van de SPD-S, en plaats de memory kaart.

Een memory kaart kan geplaatst worden, wanneer de SPD-S aan of uitstaat.
Schuif de CompactFlash volledig naar binnen tot hij stevig vast zit.
Verwijderen van een memory kaart na de afsluitprocedure
Als de SPD-S aanstaat, dient u ervoor te zorgen, dat de afsluitprocedure gevolgd is, voordat u de memory kaart verwijdert. Verwijdert u deze toch zonder de afsluitprocedure gevolgd te hebben, dan kan er schade optreden aan de data in het interne geheugen of op de memory kaart.

1. Selecteer patch mode of Wave mode.

Druk op [PATCH] voor het selecteren van patch mode, en druk op [Wave] voor het selecteren van Wave mode.
2. Houd [SHIFT] ingedrukt, en druk [CARD] voor ongeveer twee seconden in voor het starten
van de afsluitprocedure.
Terwijl de afsluitprocedure bezig is, zal er een"shutdown.." indicatie verschijnen. "Shutdown..OK!" verschijnt, wanneer de
afsluitprocedure gereed is. Dan kunt u de memory kaart er veilig uit halen.
Setup handleiding
Nadat een "shutdown...ok!" indicatie verschijnt, druk dan [PATCH] om terug te gaan naar de patch mode of druk [Wave] om terug te gaan naar de Wave mode.
Na de afsluitprocedure kan de SPD-S de memory kaart in de kaarthouder niet waarnemen. Als u de kaart eruit haalt en weer terugplaatst wordt hij waargenomen.

3. Open het kaarthouderklepje, en druk op eject naast de ingang. U kunt de kaart er nu uit trekken.

Na het verwijderen van de kaart gaat de SPD-S terug naar patch of Wave mode.
23

Snelle start

Het maken van een uitvoering
Volg de onderstaande stappen:
1
Volg de stappen, die worden uitgelegd op p.20 voor het aansluiten van externe apparaten op de SPD-S.
2

Volg de stappen "aanzetten van stroom" p.22 voor het aanzetten van de SPD-S.

3

Druk op [PATCH], zodat het lampje oplicht. Hierdoor start de patch mode.

4

Voor het selecteren van een patch, druk op [-]/[+] voor het veranderen van een patch nummer.

5

Sla de negen pads met een stick aan om ze te bespelen.

De pad indicators van pads, die u aanslaat, zullen oplichten.
Sla pads 1 tot 3 met de punt van de stick aan.
Voor het gebruiken van effecten, drukt u [EFFECTS] in, zodat deze oplicht. Voor het uitzetten van effecten, drukt u nogmaals op [EFFECTS].
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [-]/[+] drukt, kunt u het patchnummer in stappen van 10 veranderen. Als u [+] ingedrukt houdt en u drukt op [-] of andersom dan verandert het patchnummer sneller.
24
Voor het gebruiken van effecten, draait u de EFFECTS CONTROL knop naar links of rechts. Door de knop naar rechts te draaien, verhoogt u het verschil. Deze functie is actief, zolang het [EFFECTS] knopje oplicht.
Om veranderingen te annuleren, houdt u [SHIFT] ingedrukt en drukt u op [EXIT].
Als u op de [ALL SOUND OFF] knop drukt, produceert het apparaat geen geluid.
6
Na uw uitvoering volgt u de instructies op p. 22 (het uitzetten van de elektriciteit na de afsluitprocedure) om het apparaat uit te zetten.
Sampling
U kunt met de SPD-S geluiden laden (samplen) om af te spelen. Hieronder volgt het proces van het verbinden met een Cd-speler, samplen van een geluid vanaf een Cd-speler, en het afluisteren hiervan.
Het zonder toestemming gebruiken van audio materiaal vastgelegd door derden, is bij de wet verboden,
tenzij dit is gelimiteerdvoor privé of persoonlijk gebruik.
Kopieer niet illegaal.
Snelle start
Setup handleiding
Roland Corporation houdt zich niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor boetes en claims door copyright
houders, wanneer er illegaal een product gekopieerd is.

Voor het samplen

Voor het samplen neemt u de volgende stappen in acht:
1

Draai de INPUT LEVEL knop op het achterpaneel naar MIN.

2

Verbind een Cd-speler op de INPUT jacks op het achterpaneel.

3

Zet de MIC/LINE schakelaar op het achterpaneel op LINE.

4

Zet de Cd-speler aan.

Om storing en/of schade aan speakers of andere apparaten te voorkomen, zet u altijd het volume en de stroom van alle apparaten uit, voordat u een verbinding maakt.
5

Volg de stappen op p. 22 (het aanzetten van stroom) om de SPD-S aan te zetten.

25
Snelle start

Sampling

1

Druk op [PATCH] zodat u in de patch mode zit.

fig.PatchButton
2

Druk op [-]/[+] voor het selecteren van patch, die naam is "New Patch".

3

Druk op [SAMPLE]

fig.SampleButton
4
Het display geeft aan "select dest pad". Probeer een geluid sample in deze sessie op PAD 4 te zetten. Sla het oppervlak van PAD 4 aan. Als u nogmaals een pad wilt selecteren, drukt u op [EXIT] om terug te keren naar patch mode.
fig.SelectDestPad.eps
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [-]/[+] drukt, kunt u het patchnummer in stappen van 10 veranderen. Als u [+] ingedrukt houdt en u drukt op [-] of andersom dan verandert het patchnummer sneller
5
"Stby"(Standby) zal op uw display verschijnen en PAD 4 zal oplichten. Speel de Cd-speler af, en controleer het input level.
Het signaal via de INPUT jacks kunt u op de SPD-S horen.
fig.Stby_e
Draai de INPUT LEVEL knop op het achterpaneel, terwijl u kijkt op de level meter voor het maximaliseren van het ingang niveau, zonder dat de oversturing indicatie oplicht.
Ingang signaal
Oversturing indicatie
Start indicatie
Met [FUNC] ingedrukt in stappen 5-6, ziet u de resterende tijd(“RUN”) om te samplen (p. 58).
26
6

Druk op [START/STOP] om met samplen te beginnen.

"Wait.." zal op het display verschijnen, en de SPD-S staat op standby. Speel de Cd-speler af, dan begint samplen automatisch. "Rec.." zal op het display verschijnen, zodra u met samplen bezig bent.
7

Druk [START/STOP] om sampling te eindigen.

8
"Write.." zal op uw display verschijnen. Geef de Wave een naam. Druk op de PAGE knop voor het plaatsen van de cursor onder de naam, en druk [-]/[+] voor het veranderen van het teken onder de cursor positie. Druk op [ENTER] om dit op te slaan.
"now writing" zal op uw display verschijnen. Dit geeft aan dat een Wave is opgeslagen.
Snelle start
Zet de SPD-S niet uit, wanneer u met sampling bezig bent.
Setup handleiding
Als u op [START/STOP] drukt of een pad aanslaat, kunt u het gesampelde geluid beluisteren.
Als u dit niet wilt opslaan, druk dan [EXIT] om naar "Stby" (Standby) zoals
aangegeven in stap 5 terug te keren.
9
Na het opslaan van een Wave keert u naar patch mode terug. Als u PAD 4 aanslaat, kunt u het gesampelde geluid beluisteren.
10
Zet de stroom van de SPD-S uit, daarbij volgt u p.22 "Het uitzetten van de stroom na de afsluitprocedure".
Zet de SPD-S niet uit tijdens het opslaan van een Wave.
27
28
Geavanceerd
gebruik
29
Hoofdstuk 1 Een uitvoering maken/een
patch creëren
De patch mode gebruikt u bij het maken van een uitvoering. Een patch is een combinatie van geluiden toegeschreven aan verschillende pads en effect instellingen. Het interne geheugen kan 128 patches opslaan. Een patch kan niet op een memory kaart worden opgeslagen.
fig.gainen
128
003
002
001
Patch 001
PAD 1
WAVE A
PAD CONTROL
WAVE B
PAD 9
TRIG IN 1
TRIG IN 2
FOOT SW 1
FOOT SW 2
WAVE A
PAD CONTROL
WAVE A
PAD CONTROL
WAVE A
PAD CONTROL
WAVE A
PAD CONTROL
WAVE A
PAD CONTROL
Patch Mode
Om de patch mode te starten, drukt u op [PATCH], zodat hij oplicht.

Het selecteren van een patch.

Druk [-]/[+] voor het selecteren van een patch nummer.
Als u [SHIFT] ingedrukt houdt en op [-]/[+] drukt, kunt u het patchnummer in stappen van 10 veranderen. Wanneer u [+] vasthoudt, en [-] indrukt of [-] vasthoudt en [+] indrukt, verandert het patchnummer in een snel tempo.
WAVE B
WAVE B
WAVE B
PATCH
COMMON
EFFECTS

Het controleren van de memory kaart (CompactFlash)

Wanneer de geselecteerde patch gebruikmaakt van een Wave, opgeslagen op een kaart, zal [CARD] oplichten als er geen CompactFlash in de kaarthouder van de SPD-S zit. De Wave sound zal niet geproduceerd worden.
30
Als u op [CARD] drukt, terwijl deze is opgelicht, zal het lampje tijdelijk uitgaan.
Loading...
+ 110 hidden pages